kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
kun je het MER rapport downloaden - Ademloos kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
In Tabel 8.31 is de impact op het gemeten omgevingsgeluid in MP4 opgenomen. Tabel 8.31: Vergelijking specifiek geluid met LA95,1h van het omgevingsgeluid in MP4 Periode SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline Geluid en Trillingen 600 Projectnummer: 07.0309 LA95,1h* Lsp** BAYER/LANXESS Lsp*** E.ON max. LA95,1h Toekomst Verwachte impact dB(A) dB(A) dB(A) dB(A) dB(A) Week Dag 56 30 41 56.1 0.1 Avond 53 30 41 53.2 0.2 Nacht 49 30 41 49.6 0.6 weekend Dag 49 30 41 49.6 0.6 Avond 52 30 41 52.3 0.3 Nacht 49 30 41 49.6 0.6 *: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 1 dB(A) **: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 3 dB(A) – specifiek geluid van verdwijnende geluidbronnen BAYER/LANXESS **: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 3 dB(A) – specifiek geluid van bijkomende geluidbronnen E.ON bij maximale koeling In Tabel 8.32 is de impact op het gemeten omgevingsgeluid in MP5 opgenomen. Tabel 8.32: Vergelijking specifiek geluid met LA95,1h van het omgevingsgeluid in MP5 Periode LA95,1h* Lsp** BAYER/LANXESS Lsp*** E.ON max. LA95,1h Toekomst Verwachte impact dB(A) dB(A) dB(A) dB(A) dB(A) Week Dag 55 25.3 35.4 55.0 0.0 Avond 53 25.3 35.4 53.1 0.1 Nacht 50 25.3 35.4 50.1 0.1 weekend Dag 49 25.3 35.4 49.2 0.2 Avond 49 25.3 35.4 49.2 0.2 Nacht 54 25.3 35.4 54.1 0.1 *: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 1 dB(A) **: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 3 dB(A) – specifiek geluid van verdwijnende geluidbronnen BAYER/LANXESS **: Betrouwbaarheidsinterval = +/- 3 dB(A) – specifiek geluid van bijkomende geluidbronnen E.ON bij maximale koeling De verwachte impact op het huidige omgevingsgeluid (referentiesituatie) kan als aanvaardbaar worden beschouwd. In het gepland design is in voldoende mate aandacht besteed aan het akoestisch ontwerp volgens de best beschikbare technieken. Extra maatregelen zijn dus niet vereist. 8.1.5.6. Cumulatieve effecten met andere toekomstige projecten De aanlegfase van de centrale van E.ON kan in tijd mogelijk overlappen met 2 geplande toekomstige projecten: • Aanleg 2 de spoortunnel (Liefkenshoekspoortunnel) • Aanleg 2 de Tijsmanstunnel
Mogelijke cumulatieve effecten wat betreft geluid van deze projecten met de aanlegfase van het geplande E.ON project zijn evenwel niet of nauwelijks te beschouwen. De geluiden bij een aanlegfase van de verschillende projecten zijn overwegend als fluctuerende incidentele, intermitterende of impulsachtige geluiden te beschouwen. Dit zijn overwegend kortstondige geluiden die getoetst worden aan de bijhorende geluidnormen, (gemeten of getoetst als het maximale LAeq, 1sec.-niveau). Ofwel zijn deze maximale niveaus afkomstig van het E.ON project ofwel van de andere geplande projecten in de buurt. De kans dat ze gelijktijdig plaats vinden is klein maar wel bestaande. Het cumulatief effect zal dan het meest tot uiting komen t.h.v. de meest nabije BP’s t.o.v. beide projecten, namenlijk BP3 en BP4. Dit zijn de (naar geluid-impact) weinig relevante beoordelingsposities t.h.v. de R2 (in bufferzone en industriegebied). De aanlegfase van de E.ON centrale zal een groter effect hebben naar BP1 en BP6 (het gedeelte Galgenschoor ten zuiden van de R2) en naar BP5 (Kuifeend) t.o.v. de overige geplande projecten door de kortere afstanden tot de verwachte geluidbronnen. De aanlegfase van de andere projecten zal een groter effect hebben naar BP2 en het gedeelte Galgenschoor ten noorden van de R2 dan het E.ON project. 8.1.6. Significantie van de milieueffecten De geluidsimpact van het geplande project wordt aan volgend significantiekader getoetst. Tabel 8.33: Significantiekader geluid Omschrijving Situatie Verwaarloosbaar Beperkt Relevant Belangrijk Verhoging van het omgevingsgeluid met max. 0.2 dB + Lsp voldoet aan de grenswaarde voor nieuwe inrichtingen Verhoging van het omgevingsgeluid van 0.2 dB tot 3 dB + Lsp voldoet aan de grenswaarde voor nieuwe inrichtingen Verhoging van het omgevingsgeluid van 0.2 dB tot 3 dB + Lsp voldoet niet aan de grenswaarde voor nieuwe inrichtingen Verhoging van het omgevingsgeluid met meer dan 3 dB + Lsp voldoet niet aan de grenswaarde voor nieuwe inrichtingen De geluidimpact kan volgens bovenstaand significantiekader als beperkt worden beschouwd naar de meest relevante beoordelingsposities: • BP1, BP5 en BP6 gelegen in natuurgebied • BP2 gelegen nabij de dichtstbijzijnde bewoning (Lillo) De geluidimpact kan volgens bovenstaand significantiekader als relevant worden beschouwd naar de minder kritische beoordelingsposities: • BP3 gelegen in buffergebied, vlakbij een drukke verkeersweg (R2) • BP4 gelegen in het Kanaaldok (impact op mens en fauna weinig relevant) SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline Geluid en Trillingen 601 Projectnummer: 07.0309
- Page 549 and 550: 7.1.7. Significantie van de milieue
- Page 551 and 552: Toegepast op het geplande scenario
- Page 553 and 554: 7.2. Discipline bodem en grondwater
- Page 555 and 556: Bouwput voor de aanleg van het kete
- Page 557 and 558: 7.2.5.4.2. Emissies naar bodem en g
- Page 559 and 560: 7.4. Evaluatie van het scenario van
- Page 561 and 562: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 563 and 564: De toename in verharding wordt als
- Page 565 and 566: • Evaluatie van het specifiek gel
- Page 567 and 568: MP2 (Fort van Lillo) is gelegen ten
- Page 569 and 570: - LA5,T - LA50,T - LA95,T - LA99,T
- Page 571 and 572: Tabel 8.4: Samenvatting meetresulta
- Page 573 and 574: Tabel 8.9: Toetsing oorspronkelijk
- Page 575 and 576: De geluidvermogenniveaus van de rel
- Page 577 and 578: Figuur 8.2: Positie geluidbronnen i
- Page 579 and 580: • vanwege de grondwerken (grondve
- Page 581 and 582: Berekeningsresultaten In Tabel 8.15
- Page 583 and 584: Tabel 8.17: Toetsing van het impuls
- Page 585 and 586: o fluctuerende geluidsimmisies door
- Page 587 and 588: S-APP-35 gevel ZO gebouw zuigtrekve
- Page 589 and 590: Figuur 8.7: Bronposities t.h.v. cen
- Page 591 and 592: o In BP6 is het oorspronkelijk omge
- Page 593 and 594: tijdsduurcorrecties Cb) en er stren
- Page 595 and 596: Verschil maximale koeling met kolen
- Page 597 and 598: Tabel 8.25: Toetsing van het specif
- Page 599: Tabel 8.28: Vergelijking specifiek
- Page 603 and 604: 8.1.8. Monitoring Een monitoring va
- Page 605 and 606: • Impact project op referentiesit
- Page 607 and 608: . Samenvatting immissiemetingen De
- Page 609 and 610: Figuur 8.12: Positie impulsachtige
- Page 611 and 612: • Deze geluidgegevens zijn aanger
- Page 613 and 614: i. Beschrijving van de immissies Al
- Page 615 and 616: Net als bij de normale exploitatie
- Page 617 and 618: 8.2.5.4. Onderhoudsfase De emissies
- Page 619 and 620: Tabel 8.44: Vergelijking specifiek
- Page 621 and 622: Door de schermwerking van de scheld
- Page 623 and 624: 8.2.9. Besluit • Omgevingsgeluid
- Page 625 and 626: 8.3. Discipline geluid en trillinge
- Page 627 and 628: 9. Discipline mens 9.0. Leeswijzer.
- Page 629 and 630: zie hoofdstuk 5 Compartiment water
- Page 631 and 632: Tabel 9.1 toont een overzicht van d
- Page 633 and 634: PM10 Parameter Toetsingswaarden Woo
- Page 635 and 636: Cd + Tl Parameter Toetsingswaarden
- Page 637 and 638: Maximale stijgingen van 0.9 dB(A) i
- Page 639 and 640: Stikstofdioxide heeft een verstikke
- Page 641 and 642: allerlei oppervlakken neervalt. Hie
- Page 643 and 644: indringen in de longen met gezondhe
- Page 645 and 646: Bijdrage door depositie Cd+Tl Uit d
- Page 647 and 648: Het waterwegnetwerk Het E.ON-terrei
- Page 649 and 650: Er wordt uitgegaan van de volgende
Mogelijke cumulatieve effecten wat betreft geluid van deze pro<strong>je</strong>cten met de aanlegfase van <strong>het</strong><br />
geplande E.ON pro<strong>je</strong>ct zijn evenwel niet of nauwelijks te beschouwen.<br />
De geluiden bij een aanlegfase van de verschillende pro<strong>je</strong>cten zijn overwegend als fluctuerende<br />
incidentele, intermitterende of impulsachtige geluiden te beschouwen. Dit zijn overwegend<br />
kortstondige geluiden die getoetst worden aan de bijhorende geluidnormen, (gemeten of<br />
getoetst als <strong>het</strong> maximale LAeq, 1sec.-niveau). Ofwel zijn deze maximale niveaus afkomstig van<br />
<strong>het</strong> E.ON pro<strong>je</strong>ct ofwel van de andere geplande pro<strong>je</strong>cten in de buurt.<br />
De kans dat ze gelijktijdig plaats vinden is klein maar wel bestaande. Het cumulatief effect zal<br />
dan <strong>het</strong> meest tot uiting komen t.h.v. de meest nabi<strong>je</strong> BP’s t.o.v. beide pro<strong>je</strong>cten, namenlijk BP3<br />
en BP4. Dit zijn de (naar geluid-impact) weinig relevante beoordelingsposities t.h.v. de R2 (in<br />
bufferzone en industriegebied).<br />
De aanlegfase van de E.ON centrale zal een groter effect hebben naar BP1 en BP6 (<strong>het</strong><br />
gedeelte Galgenschoor ten zuiden van de R2) en naar BP5 (Kuifeend) t.o.v. de overige<br />
geplande pro<strong>je</strong>cten door de kortere afstanden tot de verwachte geluidbronnen.<br />
De aanlegfase van de andere pro<strong>je</strong>cten zal een groter effect hebben naar BP2 en <strong>het</strong> gedeelte<br />
Galgenschoor ten noorden van de R2 dan <strong>het</strong> E.ON pro<strong>je</strong>ct.<br />
8.1.6. Significantie van de milieueffecten<br />
De geluidsimpact van <strong>het</strong> geplande pro<strong>je</strong>ct wordt aan volgend significantiekader getoetst.<br />
Tabel 8.33: Significantiekader geluid<br />
Omschrijving Situatie<br />
Verwaarloosbaar<br />
Beperkt<br />
Relevant<br />
Belangrijk<br />
Verhoging van <strong>het</strong> omgevingsgeluid met max. 0.2 dB + Lsp voldoet aan de grenswaarde voor<br />
nieuwe inrichtingen<br />
Verhoging van <strong>het</strong> omgevingsgeluid van 0.2 dB tot 3 dB + Lsp voldoet aan de grenswaarde<br />
voor nieuwe inrichtingen<br />
Verhoging van <strong>het</strong> omgevingsgeluid van 0.2 dB tot 3 dB + Lsp voldoet niet aan de grenswaarde<br />
voor nieuwe inrichtingen<br />
Verhoging van <strong>het</strong> omgevingsgeluid met meer dan 3 dB + Lsp voldoet niet aan de grenswaarde<br />
voor nieuwe inrichtingen<br />
De geluidimpact kan volgens bovenstaand significantiekader als beperkt worden beschouwd<br />
naar de meest relevante beoordelingsposities:<br />
• BP1, BP5 en BP6 gelegen in natuurgebied<br />
• BP2 gelegen nabij de dichtstbijzijnde bewoning (Lillo)<br />
De geluidimpact kan volgens bovenstaand significantiekader als relevant worden beschouwd<br />
naar de minder kritische beoordelingsposities:<br />
• BP3 gelegen in buffergebied, vlakbij een drukke verkeersweg (R2)<br />
• BP4 gelegen in <strong>het</strong> Kanaaldok (impact op mens en fauna weinig relevant)<br />
SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline Geluid en Trillingen 601<br />
Pro<strong>je</strong>ctnummer: 07.0309