kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
kun je het MER rapport downloaden - Ademloos kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
De gebruikte ‘waterbronnen’ en afgevoerde waters bllijven grotendeels dezelfde als onder paragraaf 6.1.5.3, behalve wat betreft het ‘dokwater’ dat niet meer gebruikt zal worden. De reden hiervoor is dat voor de exploitatie van de koeltoren er behandeld water nodig is, het opgenomen oppervlaktewater moet ten eerste al gefilterd worden alvorens het naar de koelwaterbehandelings installatie wordt gevoerd. Vandaar dat nu van het Scheldewater gebruik gemaakt wordt. Er is een verbruiker van ‘proceswater’ bijgekomen , namelijk de waterlansen in de ketel. Deze lansen spuiten water in de ketel om de verontreiniging van de wanden tegen te gaan. Dit water verdampt en wordt mee afgevoerd met de rookgassen. Voor de waterkoeling wordt hier voor een recirculatiesysteem met een koeltoren met natuurlijke trek gekozen, in principe een gesloten kringloop. Doordat er water via verdamping met de lucht wordt afgevoerd zal het nodig zijn om voortdurend water aan het systeem toe te voegen. Zouden we de toevoer naar het systeem beperken tot het aanvullen van de verdampingsverliezen, dan zou er een voortgaande concentratie/indikking van verontreinigingen en vooral zouten in de kringloop optreden. Om deze te sterke concentratie te vermijden zal het bovendien nodig zijn om een spuistroom uit het koeltoren systeem toe te laten. De indikkingsfactor zal 2 à 2,38 bedragen. Verwacht wordt te kunnen werken met een indikking van 2,38 , dit geeft dan een hoeveelheid op te nemen koelwater van 2678 m³/h en en een geloosde spui van 1097 m³/h (zie schema). Indien de indikking met een factor 2 zal toegepast worden, dan zal het debiet groter zijn en zal er 2.800 m³/h opgenomen worden en zal de spuistroom 1.400 m³/h bedragen. Deze waarden werden dan ook gebruikt in de modellering van het studiebureau IMDC om de impact op de Schelde te kunnen bepalen (zie verder). In de loop van de studie van het project is gebleken dat de waterzuivering ook werkt met een kleiner debiet. Het bedrijfsafvalwater afkomstig van de waterzuiveringsinstallatie kan gereduceerd worden tot 36 m³/h i.p.v 70 m³/h in het 1 e scenario. De vrachten blijven wel dezelfde. SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline water 514 Projectnummer: 07.0309
Figuur 6.22 : Schema waterbalans (bij normale bedrijfsvoering van de hoofdboiler en back-up ketel in stand by) in scenario met koeltoren. De opgegeven getallen zijn in m³/h. spui 3 bedrijfswater 424 367 demi water 276 backup ketels bereiding proces stoom 236 processtoom 9 82 levering water/stoom 19 roetblazen, cyclus 15 spui verstuivingsstoom etc. SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline water 515 Projectnummer: 07.0309 63 rookgas 161 3 condensaat reiniging 3 56 ROI (rookgas WZI (water 3 afvalwater ontzwavelings 36 zuiverings 36 50 behandeling 145 installatie) installatie) Bayer 4 restvocht in gips 1536 verdamping scheldewater 2678 2696 water 2633 koeltoren 1097 schelde behandeling verdamping 7 in ketel 9 bodemas koelers / 0 opvangbak condensors 2 restvocht in bodemas 1 proceswater 18 tank 19 7 verdamping 7 waterlansen in ketel ketel 7 turbine- en ketelhuis drinkwater * 1 gebouwen 14 5 laad- en 1 losplaatsen, trafo-ruimtes overstort regenwater 19 18 daken, verharde 18 opvang kanaaldok (jaargemiddeld) oppervlakken tank Voetnoot * Tijdens de constructiefase en tijdens een grote onderhoudsstop van de centrale zal het drinkwaterverbruik toenemen ** Indien kwaliteit niet geschikt voor hergebruik dan afvoer per vrachtauto 6.2.5.4. Waterzuiveringsinstallatie De waterzuiveringsinstallatie van de waswaters van de rookgaszuivering is dezelfde als in scenario 1, hiervoor wordt verwezen naar paragraaf 6.1.5.3. Het effluent afkomstig van de waterzuiveringsinstallatie zal normalerwijze niet meer rechtstreeks geloosd worden in de Schelde, maar zal verder in de waterzuivering van BAYER gezuiverd worden en via het lozingspunt van BAYER geloosd worden. E.ON en BAYER Antwerpen onderzoeken in dit stadium de mogelijkheid tot verwerken van het afvalwater in de biologische afvalwaterzuivering van BAYER . Nitraten in het afvalwater worden verwijderd in de denitrificatie-eenheid. 0**
- Page 463 and 464: 6. Discipline water 6.0. Leeswijzer
- Page 465 and 466: Figuur 6.1: Studiegebied discipline
- Page 467 and 468: wordt gedetecteerd dient het bemali
- Page 469 and 470: 6.1.5.3.2. Waterzuiveringsinstallat
- Page 471 and 472: Parameter (mg/l) Cadmium zilver chr
- Page 473 and 474: voor EOX. In Vlarem worden immissie
- Page 475 and 476: de corrosieremmers en anti-scale mi
- Page 477 and 478: 1° het geloosde koelwater is uitsl
- Page 479 and 480: Tabel 6.4 Meetresultaten meetplaats
- Page 481 and 482: lootstelling aan poriënwater wordt
- Page 483 and 484: waarbij dezelfde systematiek wordt
- Page 485 and 486: • Optie 2: lozing tussen de hoog-
- Page 487 and 488: Figuur 6.4: Schema van de mogelijke
- Page 489 and 490: Figuur 6.6: Algemeen jaarlijks verl
- Page 491 and 492: 0,4°C toenemen. Een stijging van d
- Page 493 and 494: Saliniteit Het geloosde water heeft
- Page 495 and 496: 'Belgische Sluis'. Het effect van l
- Page 497 and 498: Temperatuur in het water In de refe
- Page 499 and 500: Saliniteit Het geloosde water heeft
- Page 501 and 502: Figuur 6.14: Vergelijking van de to
- Page 503 and 504: van de warmwaterpluim, en ook is de
- Page 505 and 506: TCA TMB : temperatuur van het gecap
- Page 507 and 508: zijn. Tijdens een dergelijk jaar is
- Page 509 and 510: In Figuur 6.18 wordt de verwachte o
- Page 511 and 512: • Er zijn geen effecten van de lo
- Page 513: 6.2. Discipline water voor het scen
- Page 517 and 518: Parameter (mg/l) Waarde (maximale w
- Page 519 and 520: De temperatuur van het geloosde koe
- Page 521 and 522: Koelwater Voor de impactberekeninge
- Page 523 and 524: Gezien de grote stroomsnelheden in
- Page 525 and 526: lozingspunt en tot een hoogte van m
- Page 527 and 528: Figuur 6.29: Snelheden aan de uitwa
- Page 529 and 530: 6.4. Evaluatie van het scenario van
- Page 531 and 532: 7.1.2. Afbakening van het studiegeb
- Page 533 and 534: • Centraal wordt de alluviale val
- Page 535 and 536: van Boom. De Formatie van Boom beho
- Page 537 and 538: Grondwaterkwetsbaarheid Volgens de
- Page 539 and 540: Figuur 7.2: Overzicht van de kernen
- Page 541 and 542: Bouwput voor de aanleg van het kete
- Page 543 and 544: wordt aangenomen dat deze niet vero
- Page 545 and 546: 7.1.5.3. Exploitatiefase 7.1.5.3.1.
- Page 547 and 548: odemsaneringsnorm voor type II (agr
- Page 549 and 550: 7.1.7. Significantie van de milieue
- Page 551 and 552: Toegepast op het geplande scenario
- Page 553 and 554: 7.2. Discipline bodem en grondwater
- Page 555 and 556: Bouwput voor de aanleg van het kete
- Page 557 and 558: 7.2.5.4.2. Emissies naar bodem en g
- Page 559 and 560: 7.4. Evaluatie van het scenario van
- Page 561 and 562: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 563 and 564: De toename in verharding wordt als
De gebruikte ‘waterbronnen’ en afgevoerde waters bllijven grotendeels dezelfde als onder<br />
paragraaf 6.1.5.3, behalve wat betreft <strong>het</strong> ‘dokwater’ dat niet meer gebruikt zal worden. De<br />
reden hiervoor is dat voor de exploitatie van de koeltoren er behandeld water nodig is, <strong>het</strong><br />
opgenomen oppervlaktewater moet ten eerste al gefilterd worden alvorens <strong>het</strong> naar de<br />
koelwaterbehandelings installatie wordt gevoerd. Vandaar dat nu van <strong>het</strong> Scheldewater gebruik<br />
gemaakt wordt.<br />
Er is een verbruiker van ‘proceswater’ bijgekomen , namelijk de waterlansen in de ketel. Deze<br />
lansen spuiten water in de ketel om de verontreiniging van de wanden tegen te gaan. Dit water<br />
verdampt en wordt mee afgevoerd met de rookgassen.<br />
Voor de waterkoeling wordt hier voor een recirculatiesysteem met een koeltoren met natuurlijke<br />
trek gekozen, in principe een gesloten kringloop. Doordat er water via verdamping met de lucht<br />
wordt afgevoerd zal <strong>het</strong> nodig zijn om voortdurend water aan <strong>het</strong> systeem toe te voegen.<br />
Zouden we de toevoer naar <strong>het</strong> systeem beperken tot <strong>het</strong> aanvullen van de<br />
verdampingsverliezen, dan zou er een voortgaande concentratie/indikking van<br />
verontreinigingen en vooral zouten in de kringloop optreden. Om deze te sterke concentratie te<br />
vermijden zal <strong>het</strong> bovendien nodig zijn om een spuistroom uit <strong>het</strong> koeltoren systeem toe te<br />
laten. De indikkingsfactor zal 2 à 2,38 bedragen.<br />
Verwacht wordt te <strong>kun</strong>nen werken met een indikking van 2,38 , dit geeft dan een hoeveelheid<br />
op te nemen koelwater van 2678 m³/h en en een geloosde spui van 1097 m³/h (zie schema).<br />
Indien de indikking met een factor 2 zal toegepast worden, dan zal <strong>het</strong> debiet groter zijn en zal<br />
er 2.800 m³/h opgenomen worden en zal de spuistroom 1.400 m³/h bedragen. Deze waarden<br />
werden dan ook gebruikt in de modellering van <strong>het</strong> studiebureau IMDC om de impact op de<br />
Schelde te <strong>kun</strong>nen bepalen (zie verder).<br />
In de loop van de studie van <strong>het</strong> pro<strong>je</strong>ct is gebleken dat de waterzuivering ook werkt met een<br />
kleiner debiet. Het bedrijfsafvalwater afkomstig van de waterzuiveringsinstallatie kan<br />
gereduceerd worden tot 36 m³/h i.p.v 70 m³/h in <strong>het</strong> 1 e scenario. De vrachten blijven wel<br />
dezelfde.<br />
SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline water 514<br />
Pro<strong>je</strong>ctnummer: 07.0309