kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
kun je het MER rapport downloaden - Ademloos kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
Voor de verzurende depositie werden de volgende conclusies getrokken: • Het depositiemaximum ondervindt een impact die als belangrijk beschouwd wordt. Deze hoge waarde komt enkel op het terrein van BAYER/E.ON voor. • De impact naar de depositie van de potentieel verzurende equivalenten is in de omringende dorpen veel lager. De impact bij de woonkernen in de buurt kan als verwaarloosbaar tot beperkt beschouwd worden. • De impact bij de woonkernen waar de hoogste verzurende deposities zullen zijn door de nieuwe elektriciteitscentrales wordt ook als beperkt beschouwd. • De impact bij de woonkernen die aangeduid zijn als speciale beschermingszone door de nieuwe elektriciteitscentrale worden als verwaarloosbaar beschouwd. • De impact naar verzurende deposities toe op de omliggende natuurgebieden vanwege de nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar tot beperkt beschouwd. Voor de eutrofiërende depositie werden de volgende conclusies getrokken: • Het depositiemaximum ondervindt een impact die als belangrijk beschouwd wordt. Deze hoge waarde komt enkel op het terrein van BAYER/E.ON. • De eutrofiërende depositie is in de omringende dorpen veel lager. De impact bij de woonkernen in de buurt kan als beperkt beschouwd worden. • De impact bij de woonkernen waar de hoogste eutrofiërende deposities zullen zijn door de nieuwe elektriciteitscentrale wordt ook als beperkt beschouwd. • De impact bij de woonkernen die aangeduid zijn als speciale beschermingzone door de nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar beschouwd. • De impact naar de eutrofiërende deposities toe op de omliggende natuurgebieden vanwege de nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar. In de discipline Fauna en Flora wordt de verzurende en eutrofiërende depositie getoetst aan de kritische lasten van kwetsbare ecotopen. Effecten tijdens de onderhoudsfase Tijdens de onderhoudsfase zal de hoofdketel buiten gebruik zijn en zal de hulpketel in gebruik zijn. De emissies zullen lager zijn dan deze als de hoofdketel in gebruik is. 5.2.8. Milderende maatregelen Rond emissies naar de lucht toe en de daaraan gekoppelde immissies wordt ook verwezen naar de verschillende onderdelen in de Projectbeschrijving, hoofdstuk 2. In dit hoofdstuk wordt uitleg gegeven over het zwavelgehalte in de kolen, over de configuraties van DeNOx , DeSOx en gebruik ESP. De geplande elektriciteitscentrale zal aan alle in VLAREM II bepaalde emissiegrenswaarden voldoen. De immissieconcentraties worden verwaarloosbaar tot beperkt (SO2), verwaarloosbaar tot relevant (NOx) en verwaarloosbaar tot beperkt (enkel Lillo) (Stof) beschouwd buiten de bedrijfsgrenzen. De depositiewaarden worden verwaarloosbaar tot beperkt beschouwd buiten de bedrijfsgrenzen. SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 444 Projectnummer: 07.0309
Alle voorgestelde milderende maatregelen werden getoetst aan de in casu relevante BREF’s, en voldoen hier volledig aan. Het scenario met de koeltoren gaat gepaard met het uitwerken van een ander scenario voor de aanlevering van kolen, namelijk aanlevering via Sea-Invest of Rotterdam, waaruit blijkt dat de globale milieu-impact beter is. Vergelijking van de stofemissies bij aanlevering van kolen met cape-sizers en voor aanlevering van kolen met barges wordt in Tabel 5.85 weergegeven. Tabel 5.80: stof emissies bij aanlevering kolen met cape sizers Stofemissies kg/h SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 445 Projectnummer: 07.0309 Aantal uren per jaar TSP (kg/jaar) TSP (ton/jaar) PM30 (ton/jaar) PM10 (ton/jaar) PM2,5 (ton/jaar) Schipsontlading 0,25 8.760,0 2.190,0 2,2 1,6 0,8 0,1 Van schip naar vultrechter 1,05 8.760,0 9.198,0 9,2 6,8 3,2 0,5 Afworp op de kolenhoop 0,70 8.760,0 6.132,0 6,1 4,5 2,1 0,3 Laden vanuit de kolenvoorraad 0,32 8.760,0 2.803,2 2,8 2,1 1,0 0,1 Afworp op de transportband naar de elektriciteitscentrale 0,70 8.760,0 6.132,0 6,1 4,5 2,1 0,3 TOTAAL 26.455,2 26,5 19,6 9,3 1,4 Der stofemissies bij aanlevering van kolen met barges met barges wordt in weergegeven.: Tabel 5.81: stof emissies bij aanlevering kolen met barges Stofemissies kg/h Aantal uren per jaar TSP (kg/jaar) TSP (ton/jaar) PM10 PM30 (ton/jaar) (ton/jaar) PM2,5 (ton/jaar) Schipsontlading 0,25 8.760,00 2.190,00 2,2 1,6 0,8 0,1 trimming schipontlading 0.238 8.760,00 2.088,00 2,1 1,5 0,8 0,1 Van schip naar vultrechter 0.526 8.760,00 4.611,00 4,6 3,4 1,7 0,2 Afworp op de kolenhoop 0.7 8.760,00 6.132,00 6,1 4,5 2,1 0,3 Laden vanuit de kolenvoorraad 0.321 8.760,00 2.803,20 2,8 2,1 1 0,1 Afworp op de transportband naar de elektriciteitscentrale 0.7 8.760,00 6.132,00 6,1 4,5 2,1 0,3 TOTAAL 23.956,20 23,89 17,56 8,43 1,10 Gesloten opslag van de kolen Om de diffuse stofemissie nog méér te beperken, zal E.ON de kolen opslaan in een gesloten opslag. Om exploitatieredenen dient de totale opslagcapaciteit maximaal 90.000 ton te zijn, met minimaal de volgende dimensies: 380.m lang, 70 m breed, 28 m hoog (in de nok van het gebouw). Om het stof in de hal eveneens tot een minimum te beperken, zijn ook in de hal de
- Page 393 and 394: Tabel 5.46: Invloed van de nieuwe e
- Page 395 and 396: • totaal aantal voertuigen per we
- Page 397 and 398: kwaliteitsdoelstelling en getoetst
- Page 399 and 400: De bijdrage van het voorgenomen pro
- Page 401 and 402: Uit Tabel 5.54 blijkt dat de bijdra
- Page 403 and 404: • Voor de berekende 98-Percentiel
- Page 405 and 406: Dit kan beschouwd worden als onvold
- Page 407 and 408: 5.2. Discipline lucht voor het scen
- Page 409 and 410: kunnen deze emissies zelfs lager li
- Page 411 and 412: Tabel 5.56: Kenmerken van het emiss
- Page 413 and 414: BACK UP BOILER of HULPKETELS (Back
- Page 415 and 416: Er kan echter gesteld worden dat de
- Page 417 and 418: De enige wijziging bij het concept
- Page 419 and 420: Doel SGS Belgium NV Juni 2009 Disci
- Page 421 and 422: Tabel 5.64: Gemiddelde immissieconc
- Page 423 and 424: Tabel 5.66: Bijdrage van de immissi
- Page 425 and 426: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 427 and 428: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 429 and 430: 5.2.6.9. Bespreking van de milieu-i
- Page 431 and 432: Voor wat betreft de puntbron voor g
- Page 433 and 434: (15) Doel 98-Percentiel 0,0007 - 0,
- Page 435 and 436: 5.2.6.14. Bespreking van de milieu-
- Page 437 and 438: (11) Zwijndrecht SGS Belgium NV Jun
- Page 439 and 440: (3) Stabroek SGS Belgium NV Juni 20
- Page 441 and 442: De bijdrage van het wegverkeer gege
- Page 443: Voor de parameter PM2,5 werden volg
- Page 447 and 448: met gesloten kolenopslag (15) Doel
- Page 449 and 450: NOx Het pluimmaxima voor NOx is gel
- Page 451 and 452: 5.3. Discipline lucht voor het scen
- Page 453 and 454: 5.3.2.1. Bespreking van de milieu-i
- Page 455 and 456: (is in geval van 100% kolenstook en
- Page 457 and 458: Uit Tabel 5.91 blijkt dat de bijdra
- Page 459 and 460: (10) Antwerpen 99-Percentiel
- Page 461 and 462: (2) Berendrecht (3) Stabroek (4) Pu
- Page 463 and 464: 6. Discipline water 6.0. Leeswijzer
- Page 465 and 466: Figuur 6.1: Studiegebied discipline
- Page 467 and 468: wordt gedetecteerd dient het bemali
- Page 469 and 470: 6.1.5.3.2. Waterzuiveringsinstallat
- Page 471 and 472: Parameter (mg/l) Cadmium zilver chr
- Page 473 and 474: voor EOX. In Vlarem worden immissie
- Page 475 and 476: de corrosieremmers en anti-scale mi
- Page 477 and 478: 1° het geloosde koelwater is uitsl
- Page 479 and 480: Tabel 6.4 Meetresultaten meetplaats
- Page 481 and 482: lootstelling aan poriënwater wordt
- Page 483 and 484: waarbij dezelfde systematiek wordt
- Page 485 and 486: • Optie 2: lozing tussen de hoog-
- Page 487 and 488: Figuur 6.4: Schema van de mogelijke
- Page 489 and 490: Figuur 6.6: Algemeen jaarlijks verl
- Page 491 and 492: 0,4°C toenemen. Een stijging van d
- Page 493 and 494: Saliniteit Het geloosde water heeft
Voor de verzurende depositie werden de volgende conclusies getrokken:<br />
• Het depositiemaximum ondervindt een impact die als belangrijk beschouwd wordt.<br />
Deze hoge waarde komt enkel op <strong>het</strong> terrein van BAYER/E.ON voor.<br />
• De impact naar de depositie van de potentieel verzurende equivalenten is in de<br />
omringende dorpen veel lager. De impact bij de woonkernen in de buurt kan als<br />
verwaarloosbaar tot beperkt beschouwd worden.<br />
• De impact bij de woonkernen waar de hoogste verzurende deposities zullen zijn door de<br />
nieuwe elektriciteitscentrales wordt ook als beperkt beschouwd.<br />
• De impact bij de woonkernen die aangeduid zijn als speciale beschermingszone door<br />
de nieuwe elektriciteitscentrale worden als verwaarloosbaar beschouwd.<br />
• De impact naar verzurende deposities toe op de omliggende natuurgebieden vanwege<br />
de nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar tot beperkt beschouwd.<br />
Voor de eutrofiërende depositie werden de volgende conclusies getrokken:<br />
• Het depositiemaximum ondervindt een impact die als belangrijk beschouwd wordt.<br />
Deze hoge waarde komt enkel op <strong>het</strong> terrein van BAYER/E.ON.<br />
• De eutrofiërende depositie is in de omringende dorpen veel lager. De impact bij de<br />
woonkernen in de buurt kan als beperkt beschouwd worden.<br />
• De impact bij de woonkernen waar de hoogste eutrofiërende deposities zullen zijn door<br />
de nieuwe elektriciteitscentrale wordt ook als beperkt beschouwd.<br />
• De impact bij de woonkernen die aangeduid zijn als speciale beschermingzone door de<br />
nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar beschouwd.<br />
• De impact naar de eutrofiërende deposities toe op de omliggende natuurgebieden<br />
vanwege de nieuwe elektriciteitscentrale wordt als verwaarloosbaar.<br />
In de discipline Fauna en Flora wordt de verzurende en eutrofiërende depositie getoetst aan de<br />
kritische lasten van kwetsbare ecotopen.<br />
Effecten tijdens de onderhoudsfase<br />
Tijdens de onderhoudsfase zal de hoofdketel buiten gebruik zijn en zal de hulpketel in gebruik<br />
zijn. De emissies zullen lager zijn dan deze als de hoofdketel in gebruik is.<br />
5.2.8. Milderende maatregelen<br />
Rond emissies naar de lucht toe en de daaraan gekoppelde immissies wordt ook verwezen<br />
naar de verschillende onderdelen in de Pro<strong>je</strong>ctbeschrijving, hoofdstuk 2. In dit hoofdstuk wordt<br />
uitleg gegeven over <strong>het</strong> zwavelgehalte in de kolen, over de configuraties van DeNOx , DeSOx en<br />
gebruik ESP.<br />
De geplande elektriciteitscentrale zal aan alle in VLAREM II bepaalde emissiegrenswaarden<br />
voldoen. De immissieconcentraties worden verwaarloosbaar tot beperkt (SO2),<br />
verwaarloosbaar tot relevant (NOx) en verwaarloosbaar tot beperkt (enkel Lillo) (Stof)<br />
beschouwd buiten de bedrijfsgrenzen. De depositiewaarden worden verwaarloosbaar tot<br />
beperkt beschouwd buiten de bedrijfsgrenzen.<br />
SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 444<br />
Pro<strong>je</strong>ctnummer: 07.0309