kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
kun je het MER rapport downloaden - Ademloos kun je het MER rapport downloaden - Ademloos
SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 378 Projectnummer: 07.0309 Impact (µg/m³) Norm (µg/m³) Percentage ten opzichte van de norm Beoordeling volgens referentiekader jaargemiddelde totaal < 0,10 40 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel geleide emissies < 0,70 50 < 1,4% beperkt 98-Percentiel diffuse emissies < 0,25 50 < 0,5% verwaarloosbaar 98-Percentiel totaal < 0,95 50 < 1,9% beperkt (3) Stabroek jaargemiddelde geleide emissies < 0,07 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde diffuse emissies < 0,05 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde totaal < 0,12 40 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel geleide emissies < 0,8 50 < 1,6% beperkt 98-Percentiel diffuse emissies < 0,25 50 < 0,5% verwaarloosbaar 98-Percentiel totaal < 1,05 50 < 2,1% beperkt (10) Antwerpen Woonkernen aangeduid als speciale beschermingszone jaargemiddelde geleide emissies < 0,01 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde diffuse emissies < 0,01 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde totaal < 0,02 40 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel geleide emissies < 0,1 50 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel diffuse emissies < 0,15 50 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel totaal < 0,25 50 < 1% verwaarloosbaar (11) Zwijndrecht jaargemiddelde geleide emissies < 0,01 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde diffuse emissies < 0,01 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde totaal < 0,02 40 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel geleide emissies < 0,10 50 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel diffuse emissies < 0,15 50 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel totaal < 0,25 50 < 1% verwaarloosbaar De Kuifeend verwaarloosbaar jaargemiddelde geleide emissies < 0,02 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde diffuse emissies < 0,10 40 < 1% verwaarloosbaar jaargemiddelde totaal < 0,12 40 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel geleide emissies < 0,5 50 < 1% verwaarloosbaar 98-Percentiel diffuse emissies < 0,9 50 < 1,8% beperkt 98-Percentiel totaal < 1,4 50 < 2,8% beperkt (*) de diffuse emissies aan de bron zijn hier buiten beschouwing gelaten, omdat dit niet zinvol is
Deze impactberekeningen zijn uitgevoerd met een emissiewaarde van 7 mg/Nm³. Met het nieuwe voorliggende Vlarem voorstel zal dit in de toekomst maximaal 6 mg/Nm³ bedragen. Hierdoor zal de impact nogmaals met 14% dalen. Alle maatregelen worden hieronder verder toegelicht. o Bijdrage tot de bestaande luchtkwaliteit Tabel 5.37 geeft de netto-bijdrage van het project nabij de verschillende VMM-meetposten samen met hun procentuele bijdrage ten opzichte van de bestaande milieukwaliteit. Tabel 5.37: Bijdrage van de immissieconcentraties voor PM10 nabij de verschillende VMM-meetposten met hun procentuele bijdrage. SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 379 Projectnummer: 07.0309 PM10 Netto bijdrage van het project nabij de verschillende VMMmeetposten (µg/m³ PM10) Procentueel t.o.v. de meetwaarde VMM-netwerk 98P GEM 98P % GEM 42M802 0,15 0,2 0,2% 0,5% 40AB01 0,28 0,4 0,4% 1,1% 40AL01 0,14 0,2 0,2% 0,6% 42R815 0,09 0,1 0,1% 0,3% De bijdrage van de E.ON-immissies, tot de gemeten stofconcentraties in de omgeving van de meetposten bedraagt maximaal 1,1% voor het gemiddelde en 0,4% voor het 98P. De evaluatie van de procentuele bijdragen (van zowel het P98 als van het gemiddelde) toont bijgevolg een aanvaardbare situatie. 5.1.6.9. Bespreking van de milieu-impact voor zwevende deeltjes (PM2,5) o Metingen in de omgeving Er zijn geen meetwaarden van de VMM in de buurt van de elektriciteitscentrale van E.ON die de PM2,5-immissiewaarden weergeven. o Invloed van het project op de omgevingsconcentraties van PM2,5 De resultaten van de dispersieberekeningen worden visueel weergegeven op de figuren opgenomen in Bijlage 4. Uit de figuren in Bijlage 4 en Tabel 5.38 blijkt: • De maximale depositiewaarde van PM10 is gelegen op het bedrijfsterrein. De reden hiervoor is de diffuse emissiebron. De diffuse stofbron ingebracht in het model als oppervlaktebron ( waarbij in IFDM gekozen is voor een oppervlakte van 500 m op 500 m ) is vooral verantwoordelijk voor deze hoge depositiewaarde op het terrein zelf. (opmerking: de resultaten dienen bij gebruik van het referentiemodel IFDM bij analyses van oppervlaktebronnen met enige voorzichtigheid geïnterpreteerd te worden). De omliggende woonkernen nemen zo geen grote deposities waar.
- Page 327 and 328: 5. Discipline lucht 5.0. Leeswijzer
- Page 329 and 330: 5.1.5. Beschrijving van de emissies
- Page 331 and 332: De emissies ten gevolge van het pro
- Page 333 and 334: Tabel 5.4 Kenmerken van de huidige
- Page 335 and 336: Tabel 5.6: Kenmerken van het emissi
- Page 337 and 338: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 339 and 340: Parameter SGS Belgium NV Juni 2009
- Page 341 and 342: overgedragen op het water. Om de st
- Page 343 and 344: De diffuse stofemissies door koleno
- Page 345 and 346: • Aanleverhoeveelheid: 25.000 ton
- Page 347 and 348: vullen van de vultrechter, en bij d
- Page 349 and 350: Evaluatie naar de totale emissies t
- Page 351 and 352: Tabel 5.19 bijdrage E.ON project te
- Page 353 and 354: verbrandingsinstallatie’. Behalve
- Page 355 and 356: Uit onderstaande tabel blijkt dat d
- Page 357 and 358: Tabel 5.25: Ligging van de verschil
- Page 359 and 360: SO2 42M802 42R822 42R830 42R831 42R
- Page 361 and 362: Hiervan zullen dispersieberekeninge
- Page 363 and 364: 5.1.6.3. Overzicht van de toetsings
- Page 365 and 366: Parameter Toetsingsbasis Fluoriden
- Page 367 and 368: (5) Hoevenen, centrum 6,3 km ten oo
- Page 369 and 370: omgeving van de nieuwe elektricitei
- Page 371 and 372: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 373 and 374: (2) Berendrecht SGS Belgium NV Juni
- Page 375 and 376: van oppervlaktebronnen met enige vo
- Page 377: • De maximale depositiewaarde van
- Page 381 and 382: jaargemiddelde diffuse emissies < 0
- Page 383 and 384: hoge windsnelheid) specifieke actie
- Page 385 and 386: Tabel 5.40: Invloed van de nieuwe e
- Page 387 and 388: µg/m 3 . De bijdrage van het proje
- Page 389 and 390: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 391 and 392: In Bijlage 2.4.2 van VLAREM II word
- Page 393 and 394: Tabel 5.46: Invloed van de nieuwe e
- Page 395 and 396: • totaal aantal voertuigen per we
- Page 397 and 398: kwaliteitsdoelstelling en getoetst
- Page 399 and 400: De bijdrage van het voorgenomen pro
- Page 401 and 402: Uit Tabel 5.54 blijkt dat de bijdra
- Page 403 and 404: • Voor de berekende 98-Percentiel
- Page 405 and 406: Dit kan beschouwd worden als onvold
- Page 407 and 408: 5.2. Discipline lucht voor het scen
- Page 409 and 410: kunnen deze emissies zelfs lager li
- Page 411 and 412: Tabel 5.56: Kenmerken van het emiss
- Page 413 and 414: BACK UP BOILER of HULPKETELS (Back
- Page 415 and 416: Er kan echter gesteld worden dat de
- Page 417 and 418: De enige wijziging bij het concept
- Page 419 and 420: Doel SGS Belgium NV Juni 2009 Disci
- Page 421 and 422: Tabel 5.64: Gemiddelde immissieconc
- Page 423 and 424: Tabel 5.66: Bijdrage van de immissi
- Page 425 and 426: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
- Page 427 and 428: SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline
Deze impactberekeningen zijn uitgevoerd met een emissiewaarde van 7 mg/Nm³. Met <strong>het</strong><br />
nieuwe voorliggende Vlarem voorstel zal dit in de toekomst maximaal 6 mg/Nm³ bedragen.<br />
Hierdoor zal de impact nogmaals met 14% dalen. Alle maatregelen worden hieronder verder<br />
toegelicht.<br />
o Bijdrage tot de bestaande luchtkwaliteit<br />
Tabel 5.37 geeft de netto-bijdrage van <strong>het</strong> pro<strong>je</strong>ct nabij de verschillende VMM-meetposten<br />
samen met hun procentuele bijdrage ten opzichte van de bestaande milieukwaliteit.<br />
Tabel 5.37: Bijdrage van de immissieconcentraties voor PM10 nabij de verschillende VMM-meetposten met hun<br />
procentuele bijdrage.<br />
SGS Belgium NV Juni 2009 Discipline lucht 379<br />
Pro<strong>je</strong>ctnummer: 07.0309<br />
PM10<br />
Netto bijdrage van <strong>het</strong> pro<strong>je</strong>ct<br />
nabij de verschillende VMMmeetposten<br />
(µg/m³ PM10)<br />
Procentueel t.o.v. de meetwaarde<br />
VMM-netwerk<br />
98P GEM 98P % GEM<br />
42M802 0,15 0,2 0,2% 0,5%<br />
40AB01 0,28 0,4 0,4% 1,1%<br />
40AL01 0,14 0,2 0,2% 0,6%<br />
42R815 0,09 0,1 0,1% 0,3%<br />
De bijdrage van de E.ON-immissies, tot de gemeten stofconcentraties in de omgeving van de<br />
meetposten bedraagt maximaal 1,1% voor <strong>het</strong> gemiddelde en 0,4% voor <strong>het</strong> 98P. De evaluatie<br />
van de procentuele bijdragen (van zowel <strong>het</strong> P98 als van <strong>het</strong> gemiddelde) toont bijgevolg een<br />
aanvaardbare situatie.<br />
5.1.6.9. Bespreking van de milieu-impact voor zwevende deelt<strong>je</strong>s (PM2,5)<br />
o Metingen in de omgeving<br />
Er zijn geen meetwaarden van de VMM in de buurt van de elektriciteitscentrale van E.ON die de<br />
PM2,5-immissiewaarden weergeven.<br />
o Invloed van <strong>het</strong> pro<strong>je</strong>ct op de omgevingsconcentraties van PM2,5<br />
De resultaten van de dispersieberekeningen worden visueel weergegeven op de figuren<br />
opgenomen in Bijlage 4. Uit de figuren in Bijlage 4 en Tabel 5.38 blijkt:<br />
• De maximale depositiewaarde van PM10 is gelegen op <strong>het</strong> bedrijfsterrein. De reden<br />
hiervoor is de diffuse emissiebron. De diffuse stofbron ingebracht in <strong>het</strong> model als<br />
oppervlaktebron ( waarbij in IFDM gekozen is voor een oppervlakte van 500 m op 500<br />
m ) is vooral verantwoordelijk voor deze hoge depositiewaarde op <strong>het</strong> terrein zelf.<br />
(opmerking: de resultaten dienen bij gebruik van <strong>het</strong> referentiemodel IFDM bij analyses<br />
van oppervlaktebronnen met enige voorzichtigheid geïnterpreteerd te worden). De<br />
omliggende woonkernen nemen zo geen grote deposities waar.