Het leven zoals het is…Rechtspraktijk, van CVO naar KHLeuven

Het leven zoals het is…Rechtspraktijk, van
CVO naar KHLeuven
Klik hier voor meer informatie over Rechtspraktijk in het CVO Leuven-Landen
“Ze zien dat wij over een ruimere
juridische bagage beschikken dan
de doorsnee student en dat wordt
net gewaardeerd.”
Inge en Kurt, een gedreven team
Kurt en Inge zijn vorig jaar afgestudeerd aan het CVO Leuven-Landen,
opleiding Rechtspraktijk HBO/graduaat. Dit jaar studeren ze aan de
KHLeuven met het oog op het behalen van het diploma bachelor in
bedrijfsmanagement, afstudeerrichting rechtspraktijk.
We spreken met hen over hun ervaringen, ambities en dromen.
Het werd een openhartig gesprek met twee gedreven mensen.
Stel jullie eens voor?
KURT: Mijn naam is Kurt Stas, ik ben 25 jaar en ik werk sinds 2005 voor
Auvibel (een auteursrechtenmaatschappij, red.).
INGE: Ik heet Inge Mommaerts, ik ben 35 jaar en ik werk bij Avnet Europe
(een grootdistributeur in onder meer elektronica, red.).
Daar werk ik op de juridische dienst als “paralegal”.
Mijn man en ik hebben een kindje en we zouden graag nog een tweede
willen.
Waarom hebben jullie indertijd gekozen om de opleiding
Rechtspraktijk te volgen aan het CVO Leuven-Landen?
KURT: Ik vond dat de stap van het secundair onderwijs naar de universiteit te
groot was.
De opleiding Rechtspraktijk zou me een voldoende basis kunnen geven om
later alsnog de stap te wagen naar een bachelor.
INGE: Ik was op zoek naar een diploma dat verschillende deuren zou kunnen
openen en de opleiding Rechtspraktijk leek me die mogelijkheid te bieden.
Bovendien ben ik erg geboeid door juridische materies.
Toen ik naar de infoavond kwam, wist ik meteen dat ik voor deze juridische
opleiding wilde gaan.
Is de opleiding tegemoet gekomen aan jullie verwachtingen?

INGE:Voor mij werden de verwachtingen volledig ingelost.
In welke zin?
INGE: Omdat ik nu over een heel degelijke juridische basisvorming beschik.
Dat merk ik ook aan onze studie aan de KHLeuven: onze gedegen
vooropleiding biedt een goede uitgangspositie om de professionele bachelor
aan te kunnen.
Ook in mijn juridische arbeidsfunctie komt de juridische bagage goed van pas.
KURT: Hetgeen we in het volwassenenonderwijs hebben geleerd kunnen wij
ook meteen toepassen in de praktijk. Zo zijn we vlot inzetbaar op de
arbeidsmarkt.
De competenties - verworven via de opleiding Rechtspraktijk niveau
HBO/graduaat - sluiten dus dicht genoeg aan bij het werkveld?
KURT: Absoluut.
INGE: Wij doen beiden een verschillende job en zowel Kurt als ik kunnen de
verworven competenties als rechtspracticus goed gebruiken.
Momenteel volgen jullie dagonderwijs.
Hoe staan jullie werkgevers tegenover die keuze?
KURT: Overdag mag ik de lessen volgen maar ik moet wel gebruik maken
van mijn verlof.
Mijn werkgever verwacht wel dat het werk gedaan is.
INGE: Ik moet erover waken dat ik mijn werkuren haal: ik pendel tussen mijn
werk, de KHLeuven en mijn gezin. Het is momenteel druk op het werk en dus
moet ik ook voldoende uren werken.
Hoewel mijn werkgever gelukkig welwillend genoeg is, vergt het dagonderwijs
toch veel meer praktische organisatie.
Hoeveel uren per week zitten jullie gemiddeld in het dagonderwijs?
INGE: Mijn werkgever heeft mij toegestaan om acht uur per week te
spenderen aan het dagonderwijs.
KURT: Ik breng een twaalf à vijftien uur per week effectief door in het
dagonderwijs.
Die uren zijn gespreid over verschillende weekdagen.
Je kan kiezen welke lessen je gaat volgen...
INGE: (onderbreekt) In het dagonderwijs geven ze eerst mee welke vakken je
moet volgen.
KURT: En dan kan je beslissen of je die lessen ook effectief bijwoont.
Ik heb ervoor gekozen om ze bijna allemaal ook te gaan volgen.
Hoe is de band tussen jullie en de lectoren?
Uiteindelijk zijn zij gewoon om met een ander doelpubliek te werken.
KURT: Ze doen hun best om ons te helpen.

INGE: Wij zijn ons wel tijdens het eerste lesmoment aan elke lector gaan
voorstellen.
Zij waren echter ook al ‘gebrieft’ door Mijnheer Hubin (departementshoofd
Economische afdeling van de KHLeuven, red.).
Ze moesten in de klas dus maar de oudsten eruit halen om een gezicht op
ons te kunnen plakken.
Ik ben aangenaam verrast door hun open houding.
Ze zien wel dat wij over een ruimere juridische bagage beschikken dan de
doorsnee student en dat wordt net gewaardeerd.
Is het dagonderwijs niet te schools opgevat voor mensen die per slot
van rekening al wat levenservaring hebben opgedaan?
KURT: Soms wel, ja.
INGE: Ja, eigenlijk wel.
Maar dat werkt niet demotiverend?
KURT: Neen. De lectoren staan open voor onze juridische voorkennis.
De “Integratieopdracht V” bijvoorbeeld ging over de “Handelsagentuur”.
Ik had die opdracht al meteen veel te doorgedreven opgevat omdat ik de link
kon leggen met het arbeidsrecht dat wij al hadden bestudeerd in onze
vooropleiding.
De lectoren evalueren die juridische background als een surplus.
INGE: Een lector zei ons eens dat wij de opdrachten soms te academisch
aanpakten.
De lector in kwestie wist ons echter ook te vertellen dat zij die mentaliteit er bij
ons niet meer ging uitkrijgen. (lacht)
Wij gaan altijd verder in het uitspitten van de opdrachten dan eigenlijk
noodzakelijk is.
De lectoren verwachten niet dat de lat zo hoog moet worden gelegd.
KURT: Zeker weten! Wij gaan soms veel te diep in op bepaalde onderwerpen
en dat hoeft niet: we zijn ons daar niet altijd van bewust dat wij zo werken.
We willen altijd zo volledig mogelijk zijn.
INGE: Ik denk ook dat wij dankzij het graduaat Rechtspraktijk die
ingesteldheid een beetje hebben meegekregen.
KURT: (knikt nadrukkelijk instemmend)
Jullie kunnen het lesniveau in het dagonderwijs dus goed volgen.
Maar hoe zit het met jullie integratie in de groep?
KURT: Onze medestudenten maken er geen enkel probleem van dat wij als
werkstudenten mee in de opleiding zitten.
INGE: Ja, maar wij hebben ook een open mentaliteit.
Als je daar met een attitude zit van “met een achttienjarige heb ik niet veel op”
dan is er geen constructieve wisselwerking mogelijk, natuurlijk.
KURT: (enthousiast) We zijn wel blij dat we met twee het dagonderwijs
volgen. Inge en ik zijn op elkaar ingespeeld en wij kennen mekaars niveau
ook.
INGE: Ja, dat is toch een voordeel.

Bovendien hebben jullie ook al professionele ervaring?
INGE: Naast de verschillende vooropleiding is dat nog een ander
verschilpunt, ja.
Ik merk dat wij daardoor dikwijls kunnen antwoorden op vragen die voor
anderen misschien minder evident zijn.
KURT: Dat is zeker zo.
Welk advies zouden jullie willen geven aan de cursisten Rechtspraktijk uit het
CVO, die de professionele bachelor aan de KHLeuven willen gaan volgen?
INGE: Als je niet gemotiveerd bent, hoef je er echt niet aan te beginnen.
KURT: Absoluut. Dan ga je het niet halen.
Waarom zeggen jullie dat zo nadrukkelijk?
INGE: De lectoren verwachten wel veel.
Zo staan sommige papers op de helft of één derde van de punten.
Ik moet aan het dagonderwijs echt veel tijd opofferen.
Dat heeft een grote impact op het professionele en familiale leven.
Ook mijn bredere sociale activiteiten staan momenteel op een laag pitje.
Wat is het voordeel om na het diploma Rechtspraktijk HBO/graduaat, alsnog
een professionele bachelor te behalen?
KURT: In de eerste plaats kan je op die manier vlotter doorstromen naar het
universitair onderwijs (via een schakelprogramma, red.).
Het graduaat Rechtspraktijk is een diploma van het hoger onderwijstype.
Maar het is niet gelijkgeschakeld met een professionele bachelor.
Bovendien kunnen de werkgevers het wel appreciëren dat je voortdurend
wenst bij te scholen.
Wat vonden jullie plezierig aan de CVO-opleiding?
INGE: (pretoogjes) De sfeer was minder schools en de lesgevers staan
dichter bij de cursisten.
Ook de klassfeer was zeer goed.
KURT: De lectoren aan de KHLeuven houden bewust meer afstand en dat
heb je niet op het CVO.
Welk advies zouden jullie nog aan het CVO willen geven?
KURT: Misschien zouden we voor bepaalde vakken meer oefeningen moeten
krijgen. In andere vakken komt dat dan weer voldoende aan bod.
INGE: Ik zou vooral zeggen: behoud het enthousiasme bij de docenten van
het CVO. (lacht)
Ik ben gelukkig dat ik via het volwassenenonderwijs een graduaat heb kunnen
behalen en dus ook gemakkelijker een bachelor zal kunnen behalen. Dat
geeft een enorme voldoening.

Mensen die een hobbelig studieparcours hebben doorlopen, kunnen zich via
het CVO toch nog herpakken.
Het blijft echter hard werken hoor.
Was de driejarige opleiding Rechtspraktijk HBO/graduaat niet te zwaar?
KURT: Het was niet altijd gemakkelijk maar het was alleszins gemakkelijker
combineerbaar met het werk dan het dagonderwijs.
INGE: Het voordeel van het CVO is dat je privé-leven, het werk én de
opleiding duidelijker van elkaar zijn af te bakenen.
Bij het dagonderwijs loopt dat alles door elkaar en dat heeft een grote impact
op je dagdagelijks leven.
KURT: Een voordeel van het CVO is ook dat je educatief verlof kreeg.
INGE: Mij is door de werkgever momenteel één week onbetaald verlof
toegestaan in het dagonderwijs. (haalt opgelucht adem)
Bedankt voor dit gesprek en nog veel geluk met jullie toekomstplannen.