Helpende Zorg en Welzijn BBL - Kellebeek College

Opleidingswijzer
Unit Dienstverlening
Opleiding Helpende Zorg & Welzijn
Opleidingscluster Verzorging en Verpleging
Geldigheid en vaststelling
Deze Onderwijs- en examenregeling is geldig voor de volgende opleiding:
Crebocode Niveau Studieduur in SBU Studieduur in jaren Leerweg Variant
92640 2 1300 1 BBL vs
Adres uitvoeringlocatie(s) WSF 1
Kadeplein 2
Bijzonderheden 2
Cohort 2009 - 2010
Het is een experimentele opleiding. Dit betekent dat er wijzigingen of aanvullende
informatie kunnen worden aangebracht in deze opleidingswijzer. Studenten
worden hierover tijdig geïnformeerd.
1 aankruisen, indien studiefinanciering van toepassing is.
2 Hier kan worden opgenomen: deel/totale opleiding/overige bijzonderheden

Inhoudsopgave
Woord vooraf ..................................................................................................................................3
3. Leeswijzer ...................................................................................................................................4
4. Alvast wat over het beroep en mogelijke vervolgopleidingen...............................................5
4.1. Wat doet een Helpende Zorg en Welzijn? ........................................................................................ 5
4.2. Wat kun je na je opleiding doen?...................................................................................................... 8
5. Alles over de opleiding ..............................................................................................................9
5.1. Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding? ................................................................................ 9
5.2. Hoe ziet het programma op school eruit?....................................................................................... 10
5.3 Alvast wat over je stage/werk…...................................................................................................... 13
5.3.1. Plaats en organisatie van de BPV.................................................................................. 13
5.4. Hoe is je onderwijsprogramma opgebouwd?.................................................................................. 15
5.4.1. Invulling vrije ruimte........................................................................................................ 16
5.5. Onze afspraken: de onderwijsovereenkomst.................................................................................. 16
6. Alles over de begeleiding ........................................................................................................17
6.1. Studiebegeleiding bij het leren........................................................................................................ 17
6.2. Trajectbegeleiding bij het leren. ...................................................................................................... 19
6.3. Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering. ................................................................ 20
6.4. Wat als je verkeerd gekozen hebt?................................................................................................. 20
6.5. Klachten. ......................................................................................................................................... 20
6.6. Help! Ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd......................................................... 21
7. Alles over de beoordeling .......................................................................................................22
7.1. Beoordelen om te kijken waar je staat. ........................................................................................... 22
7.2. Beoordelen voor je diploma. ........................................................................................................... 22
7.2.1. Welke examens moet je doen om een diploma te halen? ............................................. 22
7.2.2. Hoe kom je in aanmerking voor een vrijstelling?............................................................ 25
7.2.3. Wanneer zijn de examens? ............................................................................................ 25
7.2.4. Hoe kun je herkansen?................................................................................................... 25
7.2.5. Hoe is de organisatie van de examens geregeld? ......................................................... 26
7.2.6. Hoe lang kan ik op school mijn examenwerk inzien?..................................................... 26
7.2.7. Waar kun je terecht als je het niet eens bent met de beoordeling? ............................... 27
7.2.8. De Inspectie....................................................................................................................28
Bijlage 1 Het centraal examenreglement van ROC West-Brabant ........................................................... 29
Bijlage 2 TOP en WSF overzicht............................................................................................................... 30
Bijlage 3 Het examenplan in een overzicht ............................................................................................... 32
Bijlage 4 Schema’s.................................................................................................................................... 35
Bijlage 5 Begrippenlijst .............................................................................................................................. 37
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
2

Welkom op het Kellebeek College!
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
Woord vooraf
Je hebt gekozen voor de opleiding Helpende Zorg en Welzijn.
Met deze opleidingswijzer wil het Kellebeek College je vooraf goed informeren over het
beroep en de opleiding die je gaat volgen
Het Kellebeek College vindt het heel belangrijk dat je als student op weg gaat naar wat je
echt wilt. Wij begeleiden je naar jouw individuele bestemming. Onze rode draad is niet voor
niets “Find your destination!”.
Jij staat centraal
Jij staat centraal bij het Kellebeek College. Ons onderwijs is gericht op wat jij wilt leren en op
welke manier je dit wilt doen. We houden rekening met individuele verschillen. Wij willen je zo
begeleiden, dat altijd duidelijk is hoe je ervoor staat en welke mogelijkheden je hebt.
Uitdaging
Verder vinden wij het belangrijk dat onze opleidingen aantrekkelijk, activerend en uitdagend
zijn. Zo dagen wij jou uit je talenten volledig te benutten.
Bij het Kellebeek College leer je zelfstandig te werken, samen te werken en zelf je
verantwoordelijkheid te nemen.
Veel praktijk, structuur en duidelijkheid
Tijdens je opleiding loop je vaak stage. Ook is er veel aandacht voor praktijk op school in
uitdagende leeropdrachten. Een goede balans en een goede afstemming tussen het leren op
school en in de praktijk is heel belangrijk. Dat helpt je jouw bestemming in de maatschappij te
vinden!
Het samenwerken en het leren in de groep krijgt bij ons ook veel aandacht. We bieden je
duidelijkheid en structuur: jij moet weten wanneer en hoe er gewerkt wordt op school.
Ieders mening telt
Op het Kellebeek College wordt er met studenten, leerbedrijven en andere betrokkenen
overlegd en samengewerkt. Ieders mening telt! Wij gaan op een respectvolle en
gelijkwaardige manier met elkaar om.
Kernwaarden
Kortom: Onderwijs bij het Kellebeek is doelgericht, praktijkgericht en bij ons telt iedere
persoon! Het Kellebeek College staat midden in de maatschappij en richt zich naar buiten.
Veel succes met het werken aan ‘jouw bestemming’ en vooral ook een heel fijne tijd bij
het Kellebeek College.
Fred Zacht
Algemeen directeur Kellebeek College
3

KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
3. Leeswijzer
De volledige manier
Wanneer je zo veel mogelijk wilt weten van je studie, dan lees je de hele opleidingswijzer en
kijk je de bijlagen door. Op de portal voor studenten staat nog veel meer informatie over het
Kellebeek College en je opleiding. (https://portal.rocwb.nl/default.aspx )
De snelle manier
Wil je in een korte tijd veel weten, dan kies je voor de snelle manier. Je krijgt dan antwoord op
de volgende vragen:
- Hoe ziet mijn opleiding eruit?
- Welke examens moet ik halen voor mijn diploma?
- Aan welke eisen moet ik dan voldoen?
4

4. Alvast wat over het beroep en mogelijke vervolgopleidingen
4.1. Wat doet een Helpende Zorg en Welzijn?
Jouw sector
Als helpende zorg en welzijn werk je in de verpleging en verzorging en/of in het sociaal
agogisch werk. In de opleiding kan je de nadruk meer leggen op de verzorgende onderdelen
of juist op de sociaalagogische gedeelten van de opleiding.
Je bent gediplomeerd om in alle onderstaande branches te werken:
- verpleeg- en verzorgingshuiszorg en thuiszorg
- maatschappelijke dienstverlening
- welzijnswerk
- kinderopvang
- jeugdzorg
- gehandicaptenzorg
- geestelijke gezondheidszorg
- basisonderwijs
Jouw baan
Je ondersteunt andere beroepskrachten bij de uitvoering van activiteiten en het bieden van
zorg. Je verleent zorg en ondersteuning aan cliënten/zorgvragers en begeleidt hen bij wonen
en welzijn. Met jouw algemene opleiding kun je in allerlei beroepspraktijken en
werkomgevingen aan de slag.
Je werkt voor allerlei typen cliënten/zorgvragers, bijvoorbeeld met een (chronische) ziekte,
psychiatrische problemen, verslaving of een handicap.
Je werkt voor cliënten/zorgvragers van verschillende leeftijden: ouderen, volwassenen,
kinderen en jeugdigen, kinderen en pasgeborenen.
Ook werk je vaak samen met de mantelzorgers of heb je te maken met wettelijke
vertegenwoordigers van de cliënt/zorgvrager. Dat kunnen de naasten van de
cliënt/zorgvrager zijn, maar ook de ouders en andere verzorgers.
Je ondersteunt of begeleidt de cliënt/zorgvrager thuis of in een andere woonomgeving, maar
je kunt ook bij/voor een groep cliënten/zorgvragers werken.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
5

Jouw werk
Je zorgt voor het welbevinden van de cliënt/zorgvrager, op het gebied van gezondheid,
wonen en welzijn.
Je stelt zelfstandig een werkplanning op van jouw werkzaamheden, op basis van een al
vastgesteld zorg-, leef-, begeleidings- of activiteitenplan.
Je biedt ondersteuning bij wonen en huishouden. Je ruimt op, maakt schoon en zorgt voor
een prettige leefomgeving. Je helpt de cliënt(en)/zorgvrager(s) bij dagelijkse bezigheden als
eten en drinken en verplaatsen. Tijdens die werkzaamheden houd je rekening met wat een
cliënt/zorgvrager of de groep cliënten/zorgvragers zelf willen en kunnen doen. Je werkt
vanuit de gedachte dat de cliënten/zorgvragers zelf de regie voeren over hun eigen leven.
Daarnaast help je mensen bij hun persoonlijke verzorging, zoals bij het wassen, aankleden
etc. Bij de ene cliënt/zorgvrager help je alleen daarbij en bij de andere cliënt/zorgvrager
neem je de werkzaamheden helemaal over.
Je biedt ook ondersteuning bij emotionele problemen. Dat gebeurt vaak tijdens je werk, maar
soms neem je daar even apart de tijd voor.
Je helpt collega’s bij het organiseren van activiteiten zoals spel/recreatie, educatie en werk.
Bij het uitvoeren van je werk, stem je af met collega’s en met de mantelzorger of met de
wettelijke vertegenwoordigers van de zorgvrager.
Je werkt zelfstandig, maar volgens vaste protocollen en in opdracht van een leidinggevende.
Je voert je werkzaamheden uit op afgesproken tijden.
In je werk heb je vaak te maken met andere hulpverleners, zoals verzorgenden en sociaalagogisch
werkers.
Je bent werknemer van een zorg- of welzijnsinstelling. Je werkt dus samen met collega’s,
volgens de visie en richtlijnen van de zorg- of welzijnsinstelling.
Naast het dagelijkse werk lever je een bijdrage aan de kwaliteitsverbetering van het beroep
helpende zorg en welzijn. Dat kun je doen door met collega’s en leidinggevende over je
werkzaamheden te praten en door deel te nemen aan deskundigheidsbevordering.
Jouw kwaliteiten
Je bent geïnteresseerd in mensen (van kinderen tot ouderen), met uiteenlopende sociale en
medische problemen en met uiteenlopende wensen en behoeften.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
6

Je handelt klantgericht, je kunt je inleven in cliënten/zorgvragers, hebt respect voor hen en
kunt goed met ze communiceren. Je houdt rekening met de eigen mogelijkheden
(zelfredzaamheid) van de cliënt/zorgvrager en stimuleert deze.
Afhankelijk van zijn mogelijkheden neem je geheel of gedeeltelijk diens werkzaamheden
over.
Je werkt systematisch, oplettend, nauwkeurig en resultaatgericht. Je bent stressbestendig en
in staat om je eigen grenzen en die van anderen te bewaken. Je werkt zelfstandig, maar kunt
ook goed samenwerken met de mantelzorgers/wettelijke vertegenwoordigers en je collega’s.
Je houdt je aan de beroepscode en de visie en richtlijnen van de instelling waar je werkt.
Je hebt een verantwoordelijke baan en werkt soms onder tijdsdruk. Voor je werk krijg je veel
terug: cliënten/zorgvragers die blij zijn met jouw hulp en met de prettige leefomstandigheden
die jij mee helpt creëren in hun thuissituatie of in de zorg- of welzijnsinstelling.
Jouw toekomst
Je kunt je verder ontwikkelen door aanvullende cursussen of opleidingen te doen. Zo kun je
bijvoorbeeld opleidingen volgen op niveau 3 in de richting verpleging en verzorging of
sociaalagogisch werk.
Ook kun je later doorstromen naar niveau 4 en 5 (hbo-niveau).
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
7

4.2. Wat kun je na je opleiding doen?
Na afronding van de opleiding helpende zorg en welzijn is er de mogelijkheid door te
stromen naar een opleiding op niveau 3 (bijvoorbeeld verzorgende of medewerker
maatschappelijke zorg). De helpende zorg en welzijn kan ook doorstromen naar andere
richtingen op hetzelfde niveau, bijvoorbeeld richting Sport en beweging of Horeca .
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
8

KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
5. Alles over de opleiding
5.1. Wat zijn de hoofdonderdelen van je opleiding?
In het kwalificatiedossier wordt de inhoud van de opleiding beschreven. Je kunt dus in het
kwalificatiedossier lezen wat je allemaal moet weten en kunnen.
Elk beroep heeft een aantal kerntaken, dit zijn kenmerkende werkzaamheden van de
beroepsbeoefenaar. Daaruit kan worden afgeleid welke eisen het beroep stelt. Bij elke
kerntaak worden werkprocessen beschreven die iemand als startende beroepsbeoefenaar in
de beroepspraktijk moet kunnen uitvoeren.
Een kwalificatiedossier kan één of meerdere uitstromen bevatten. Met behulp het schema op
de volgende bladzijde wordt, door aan te geven welke kerntaken en werkprocessen in de
verschillende uitstromen hetzelfde zijn, duidelijk gemaakt waar de verschillende uitstromen
hetzelfde zijn en waar uitstromen van elkaar verschillen.
Een werkproces is een bundeling van beroepshandelingen; een werkproces heeft een begin
en een eind en leidt tot een resultaat
Voor het goed uitvoeren van de werkprocessen heb je bepaalde competenties nodig, die in de
dossiers meetbaar worden gemaakt in termen van zichtbaar gedrag. Dit zijn de prestatieindicatoren.
Een uitgebreide beschrijving van de kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren is te
vinden in het kwalificatiedossier.
9

KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
Uitstroom
Kerntaak Werkproces U1
Kerntaak 1:
Bieden van zorg en
ondersteuning op basis van
een werkplanning
Kerntaak 2:
Ondersteunen bij het
zelfstandig functioneren
Kerntaak 3:
Uitvoeren van organisatie-en
professiegebonden taken
1.1
1.2
Maakt een werkplanning op basis van
het zorg-, leef-, begeleidingsof
activiteitenplan
Ondersteunt bij huishouden en de woonof
verblijfsomgeving of opvangsituatie
1.3 Ondersteunt bij persoonlijke zorg/ ADL x
1.4 Handelt in onvoorziene situaties x
1.5
2.1
2.2
5.2. Hoe ziet het programma op school eruit?
Ondersteunt bij (sociale) activiteiten en
recreëren
Ondersteunt een cliënt/zorgvrager op
emotioneel gebied
Ondersteunt een cliënt/zorgvrager bij de
zelfredzaamheid
3.1 Evalueert de werkzaamheden x
3.2 Stemt de werkzaamheden af x
3.3
Werkt aan deskundigheidsbevordering
en professionalisering van het beroep
x
Je kunt in het onderwijsmodel dat jou wordt voorgeschoteld een drietal leerlijnen
onderscheiden.
1. Integrale leerlijn – Beroepsrelevante / integrale opdrachten
2. Ondersteunende leerlijn – Kennis, houding en vaardigheden
3. Reflectie leerlijn – Studieloopbaanbegeleiding
1. Integrale leerlijn – Beroepsrelevante opdrachten en BPV ( Beroepspraktijkvorming)
Dit zijn beroepsprestaties en proeve.
In de integrale leerlijn vindt de integratie theorie en beroepspraktijk plaats. Competentieleren
vereist een voortdurende integratie van binnen- en buitenschools leren. Het leren wordt het
meest gestimuleerd in de beroepspraktijk, het onderwijs is daarom zodanig ingericht dat het
x
x
x
x
x
10

uitenschools leren maximaal wordt benut. De beroepspraktijk als ‘contextrijke leeromgeving’
vormt het uitgangspunt en vertrekpunt voor het leren. De meerwaarde voor de beroepspraktijk
is dat school en praktijk complementair worden en elkaar versterken. De praktijkinstellingen
krijgen beter voorbereide studenten, de school krijgt studenten die meer gemotiveerd zijn
omdat het onderwijs een directe relatie heeft met de praktijk. De student krijgt opdrachten die
gebaseerd zijn op beroepssituaties. De student maakt zich de beroepsvaardigheden,
houdingsaspecten en kennis eigen die nodig zijn om te kunnen handelen in de
beroepssituatie.
2. Ondersteunende leerlijn – Kennis, houding en vaardigheden
In de ondersteunende leerlijn worden kennis, houding en vaardigheden ontwikkeld die ten
dienste staan van de beroepsrelevante opdrachten en de BPV. In de ondersteunende leerlijn
worden opdrachten en/of taken gegeven of worden vaardigheden getraind, bepaalde kennis
geconstrueerd, enz. Er is altijd een duidelijke relatie met de integrale leerlijn.
Een variëteit aan onderwijsvormen
Binnen de ondersteunende leerlijn is een grote variëteit aan onderwijsvormen. Hieronder de
meest voorkomende;
Workshops
Cursussen
Training / Skills lab / Praktijkinstructie
Hoorcolleges
Werkcolleges
Intervisie
3. Reflectie leerlijn – Studieloopbaanbegeleiding
Je wordt bij aanvang van de opleiding gekoppeld aan een studieloopbaanbegeleider (SLB-er).
De SLB-er neemt een centrale rol in binnen het competentiegericht leren.
Binnen de reflectie leerlijn worden onderwijsactiviteiten aangeboden die ervoor zorgen dat de
student:
- Een bewuste studie- en beroepskeuze kan maken op basis van bewust geformuleerde
motivaties en ambities;
- Competenties ontwikkelt en versterkt, die zowel voor zijn of haar studieloopbaan als de
latere beroepsloopbaan noodzakelijk zijn:
- Zijn eigen ontwikkeling benoemt en middelen en wegen gebruikt om daarbij passende
leerdoelen te bereiken
- Een professionele studie- en beroepshouding ontwikkelt;
- Kan reflecteren op zijn of haar ontwikkeling van leer-, beroeps- en
burgerschapscompetenties;
- Op basis van deze reflectie zijn/haar eigen leerproces kan plannen en sturen, zowel tijdens
de opleiding als in de latere loopbaan;
De relatie tussen de verschillende leerlijnen
De ondersteunende leerlijn en de reflectie leerlijn ondersteunen de integrale leerlijn. Met
andere woorden: de integrale leerlijn staat centraal in het onderwijsconcept en de andere
leerlijnen worden zo veel mogelijk op maat gemaakt voor de student. Zoals eerder gesteld
bestaat de integrale leerlijn uit beroepsrelevante opdrachten, die b.v. in projectvorm kunnen
worden aangeboden.
Naast de kerntaken van de gekozen opleiding zijn er nog andere kerntaken die je moet
beheersen, namelijk die van “Leren, Loopbaan en Burgerschap” (LLB brondocument 2007).
Deze kerntaken zijn voor elke student verplicht. Het gaat over het kunnen sturen van je
eigen leerproces. Leren is namelijk onmisbaar voor je eigen ontwikkeling en ontplooiing.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
11

Verder moet je in staat zijn om zelf sturing te geven aan je verdere loopbaan. Je moet je
eigen lot in handen kunnen nemen. En het gaat tenslotte over goed burgerschap. Daarmee
wordt bijvoorbeeld bedoeld dat je je mening vormt over politieke onderwerpen, je kunt
functioneren op je werk, je kritisch kunt opstellen als consument van allerlei producten en
diensten, dat je sociaal vaardig wordt en dat je kunt zorgen voor je eigen gezondheid.
Overzicht van de kerntaken van het document Leren, Loopbaan en Burgerschap
Naast de kerntaken uit het kwalificatiedossier en de kerntaken uit het Brondocument LLB
worden er ook meer en meer eisen gesteld aan het (vreemde)taal en rekenonderwijs. De
daarbij geformuleerde eisen worden gekoppeld aan Europese niveaus en deels gerelateerd
aan de beroepspraktijk ( startende beroepsbeoefenaar) van de toekomstig assistent en/of de
aansluiting met de vervolgstudie richting het HBO.
Ook deze eisen zijn vertaald in het kwalificatiedossier 2008.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
12

Nederlands en
(moderne)
vreemde talen,
rekenen en
wiskunde.
Standaard is in onderstaande matrix uitgewerkt wat voor de startend
beroepsbeoefenaar de eisen zijn voor de beheersing van het Nederlands.
De (moderne) vreemde taal of talen zijn voor zover relevant voor de
beroepsuitoefening uitgewerkt .
De eisen voor rekenen en wiskunde zijn, voor zover relevant voor de
beroepsuitoefening, uitgewerkt.
Nederlands
Luisteren Lezen Gesprekken
voeren
C1
B2
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
Spreken Schrijven
B1 x x x x x
A2 x x x x x
A1 x x x x x
Rekenen en wiskunde
Getallen/ Ruimte en Gegevensverwerking, Verbanden,
hoeveelheden, vorm
maten
onzekerheid veranderingen
Z2
Z1
Y2
Y1
X2 X
X1 X X X --
5.3 Alvast wat over je stage/werk….
5.3.1. Plaats en organisatie van de BPV
De BPV, beroepspraktijkvorming begint na een voorbereidende periode op school.
Zie schema bij 5.4
Beroepspraktijk krijg je gedurende de hele opleiding vanaf lesperiode 2. Je gaat op je
stageadres/ werkplek werken aan je beroepsprestaties/proeve.
In de BPV ga je oefenen en laten zien dat je je kennis, vaardigheden, houding en inzicht
in de praktijk kunt toepassen.
13

Je BPV-plaats is een plaats in een van de werkvelden die al eerder zijn genoemd ( zie
4.1.)
In je BPV word je begeleid door je werkbegeleider/praktijkopleider.
Dit gebeurt volgens de afspraken die gemaakt zijn/ worden met de betreffende BPVplaats.
Om je vorderingen te bespreken vindt er regelmatig een gesprek plaats tussen jou en je
werkbegeleider/praktijkopleider.
Ook vult de werkbegeleider/praktijkopleider de beoordelingslijsten van
de beroepsprestatie in.
Twee beoordelaars vullen de beoordelingslijst van de Proeve in.
De projectdocent op school begeleidt je op school bij het werken aan je
beroepsprestaties en Proeve.
De SLB-er, studieloopbaanbegeleider, begeleidt je bij de invulling van je leerproces .
Tijdens je BPV houd je een aanwezigheidslijst bij waarop vermeld staat welke dagen en
hoelang je stage hebt gelopen. Deze wordt afgetekend door je
werkbegeleider/praktijkopleider.
Op de website van het Kellebeek College is de praktijkovereenkom ( POK) te vinden
waar de rechten en plichten van de student en school staat beschreven.
Voor de praktijkovereenkomst: zie
http://www.kellebeek.nl/MBO/Pages/Belangrijkedocumenten.aspx
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
14

5.4. Hoe is je onderwijsprogramma opgebouwd?
NIVEAU 2 BBL:
Voorbeeld weekrooster periode 2:
1+2
3+4
6+7
8+9
Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag vrijdag
BPV BPV BPV Cursus/
training
SLB
BPV BPV BPV Cursus/
training
POP/ZWAP
BPV BPV BPV Ned Cursus/
training
BPV BPV BPV WABO POP/ZWAP
BPV = beroepspraktijkvorming
WABO = werken aan beroepsrelevante opdrachten ( = beroepsprestaties en proeve)
SLB = studieloopbaanbegeleiding
POP = persoonlijk ontwikkelingsplan.
CUR/TR.= Cursus/training. bv Omgangskunde, huishoudkunde
Ned = Nederlands
ZWAP = Zelfstandig werken aan prestaties.
onderwijs: *
BPV: *
40 weken 40 weken
KA I +KA U/ Z/A KA I +KA Z /A
40 weken 40 weken
BPV
1 lesdag per week vanaf week 1
• Zie lesblokkenschema
KA = Kernactiviteit Niveau 2:
-KA I = Van Intro naar professie
- KA U = Uitvoeren van huishoudelijke taken
- KA Z = Zorgen voor de ander
- KA A = Assisteren bij activiteiten
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
BPV
1 lesdag per week vanaf week 1
*van Intro naar professie loopt door tot het einde van de opleiding
* maximaal 2 kernactiviteiten tegelijkertijd ( Intro telt telt hierbij niet mee)
15

In je opleiding werk je aan kernactiviteiten en beroepsprestaties.
Een kernactiviteit is een verzameling van werkzaamheden ( werkprocessen) met de
daarbij behorende competenties. Een kernactiviteit is een afgerond geheel van je
opleiding.
Iedere kernactiviteit is opgedeeld in een aantal beroepsprestaties. Een beroepsprestatie
is een opdracht waaraan je zowel op school als in de beroepspraktijk werkt.
Door bezig te zijn met deze kernactiviteiten en beroepsprestaties werk je aan je eigen
competenties.
Leer, loopbaan en burgerschap wordt begeleid in SLB en cursus ( bv Nederlands)
5.4.1. Invulling vrije ruimte
Deze ruimte wordt gebruikt voor het onderwijsaanbod voor Nederlands, Engels en
burgerschap.
Tevens kan er een gastles of een themadag gepland worden rondom een actueel
onderwerp t.a.v. het beroep.
Er bestaat de mogelijkheid om op school het EHBO diploma te behalen en ieder jaar
opnieuw te bevestigen.
5.5. Onze afspraken: de onderwijsovereenkomst
Een onderwijsovereenkomst (OOK) is een contract. Dit contract is alleen geldig tussen jou en
de school.
In dit contract staan de rechten en plichten van jou èn van de school. Als je je handtekening
hebt gezet, dan ben je verplicht om je aan de afspraken te houden. De school moet zich
natuurlijk ook aan de afspraken houden.
Lees het contract daarom goed door, vraag eventueel om uitleg voordat je hem ondertekent
èn bewaar hem goed, want je weet maar nooit…
Bij de OOK van het ROC West-Brabant is een uitleg voor studenten.
Deze uitleg is geschreven om de onderwijsovereenkomst makkelijker te kunnen lezen en
begrijpen, want in het contract wordt soms moeilijke taal gebruikt.
Je vindt de OOK op de website van ons college:
http://www.kellebeek.nl/MBO/Pages/Belangrijkedocumenten.aspx
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
16

6.1. Studiebegeleiding bij het leren.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
6. Alles over de begeleiding
De studieloopbaanbegeleider begeleidt jouw individuele leerproces en studieloopbaan.
Dit gebeurt op 2 verschillende manieren:
- POP gesprekken.
- groepsbijeenkomsten
Hierbij wordt gewerkt met een portfolio .
Een portfolio bestaat uit een map, waarin je allerlei informatie verzamelt.
Jouw portfolio heeft 3 functies:
1. het helpt je te leren en reflecteren
2. het helpt je erachter te komen wat je kunt en geleerd hebt.
3. documenten verzamelen
Dit portfolio bestaat uit
- het ontwikkelingsportfolio
- het beoordelingsportfolio
In het ontwikkelingsportfolio verzamel je alle documenten die met je leerproces te maken
hebben.
In je beoordelingsportfolio verzamel je alle documenten waarop je beoordeeld wordt.
Zie hfdst 7.
Je bent zelf verantwoordelijk voor je portfolio.
Ontwikkelingsportfolio:
Het doel van het ontwikkelingsportfolio is het volgen en bevorderen van het leerproces van de
deelnemer.
Het ontwikkelingsportfolio heeft een centrale plaats in het leerproces.
Het is in de eerste plaats bedoeld voor jou en je begeleidende docenten.
In het ontwikkelingsportfolio worden verplicht opgenomen:
a. Curriculum Vitae
b. Diagnostische beoordelingslijst van de beroepsprestaties
c. Diagnostische beoordeling van de producten van de kerntaken van LLB
d. Het reflectieverslag van iedere beroepsprestatie volgens STARRT methode
e. Het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) waarin leerdoelen
f. Persoonlijk actieplan (PAP)
g. De voortgangsrapportages van verplichte popgesprekken met de SLB-er
h. De voortgangsrapportages van verplichte gesprekken in de BPV
i. Taalportfolio (Nederlands en Engels)
j. Bewijzen van gevolgde cursussen en trainingen. Bv. aftekenboekje VT
(vaardigheidstraining)
k. Presentielijsten BPV ( BOL) en school. ( BOL + BBL )
Werken aan kernactiviteiten en beroepsprestaties
Iedere KA kernactiviteit bestaat uit meerdere BP’s beroepsprestaties.
17

Dit zijn opdrachten die je voorbereiden op je proeve.
Tijdens het werken aan beroepsprestaties verzamel je bewijsstukkenvoor je
ontwikkelingsportfolio.
De studieloopbaanbegeleider bekijkt de bewijsstukken en geeft je feedback.
Bewijsstukken zijn bv: een beoordeelde projectopdracht, aftekenlijst vaardigheden, bewijs van
deelname aan een excursie , hoorcollege of workshops, een beoordeelde cursusopdracht.
Je werkt gedurende de hele opleiding aan de kernactiviteit: “Van Intro tot professie”.
Daarnaast mag je maximaal aan 2 kernactiviteiten tegelijkertijd werken..
BP’s kunnen op verschillende manieren worden doorlopen. Per BP wordt aangegeven welke
bewijzen schriftelijk, mondeling of in de praktijk kunnen worden getoond.
De POP gesprekken
Per schooljaar vinden er 3 verplichte portfoliogesprek met je studieloopbaanbegeleider plaats.
Het is de bedoeling dat je inzicht krijgt in je eigen leerproces en bespreekt aan welke
leerdoelen je gaat werken en hoe.
In deze gesprekken wordt jouw ontwikkelingsportfolio besproken en beoordeeld.
Deze beoordeling is diagnostisch.
Tijdens deze gesprekken praten we over:
a. Hoe jij je hebt ontwikkeld in de afgelopen leerperiode (beroepsprestaties en training.)
b. Hoe jij verslag uitgebracht hebt over de uitgevoerde acties en de competenties
waaraan je gewerkt hebt. ( evaluaties van beroepsprestaties))
c. Wat zijn hierbij jouw sterke en zwakke kanten geweest. ( bijv. reflectieverslagen)
d. De inhoud van de verslagen van je gesprekken in de BPV
e. Welke leerdoelen kun je naar aanleiding hiervan formuleren (POP)
f. Hoe kun je aan deze leerdoelen werken in de komende periode (PAP)
Voor ieder gesprek lever je minimaal 1 week van de voren bij je SLB-er in:
het POP + PAP-formulier
Ter voorbereiding op het gesprek gebruik je de punten a t/m f die hierboven staan.
Je maakt een voortgangsrapportage van het popgesprek, waarin je de belangrijkste zaken
beschrijft die in het gesprek naar voren zijn gekomen.
Je laat dit voor akkoord ondertekenen door de studieloopbaanbegeleider.
Je laat dit voor gezien ondertekenen door je werkbelegeider/praktijkopleider.
De voortgangsrapportage komt in het ontwikkelingsportfolio.
In de BPV vinden er zeer regelmatig gesprekken plaats waarin ook over de voortgang van je
studie wordt gesproken. Deze gesprekken voer je met je werkbegeleider/ praktijkopleider.
Iedere lesperiode maak je verplicht minimaal 1 voortgangsrapportage van een gesprek met je
werkbegeleider/ praktijkopleider, waarin je voortgang besproken is.
Hier beschrijf je de belangrijkste zaken die in het gesprek naar voren zijn gekomen.
Deze voortgangsrapportage laat je voor akkoord ondertekenen door de werkbegeleider/
praktijkopleider.
Daarna laat je het voor gezien ondertekenen door je studieloopbaanbegeleider.
De voortgangsrapportage komt in het ontwikkelingsportfolio.
De beroepsprestaties worden diagnostisch beoordeeld. De werkbegeleider/praktijkopleider
vult de beoordelingslijst van de beroepsprestatie in. De resultaten worden besproken en
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
18

verwerkt in je POP en PAP.
Aan het eind van elke lesperiode moeten een aantal afspraken zijn nagekomen.
Het gaat daarbij om het volgende:
1. Het inleveren van alle documenten van het ontwikkelingsportfolio tot op dat moment. Ieder
document moet voldoen aan de daaraan gestelde eisen .
2.Het voldoende aanwezig zijn op de BPV ( zie bijlage )
3. Het voldoende aanwezig zijn op school ( zie bijlage )
4. Het aanwezig zijn op het POP gesprek
Indien je één afspraak niet nakomt, ontvang je een schriftelijke waarschuwing van je
studieloopbaanbegeleider. De tweede schriftelijke waarschuwing is een negatief studieadvies.
Op een negatief studieadvies volgt een gesprek met jou, je studieloopbaanbegeleider en je
WABOdocent.
In dit gesprek worden de consequenties voor de voortgang van je studie besproken. Dit wordt
vastgelegd in een contract.
Dit bindend contract wordt opgenomen in je beoordelingsportfolio en ondertekend door de
WABO en SLB docent en sterrolhouder examinering.
Het beoordelen van het ontwikkelingsportfolio vindt plaats bij ieder popgesprek.
6.2. Trajectbegeleiding bij het leren.
Als je een opleiding bij het Kellebeek College volgt, dan kies je een opleiding die bij je past en
waarbij naast kennis, ook je persoonlijke ontwikkeling belangrijk is om het diploma te halen.
Een goede begeleiding is dan erg belangrijk. In eerste instantie krijg je die begeleiding van
een studieloopbaanbegeleider.
Voor specifieke begeleiding op het gebied van faalangst, leerstoornissen, persoonlijke
problemen, rouwverwerking, depressiviteit, studievaardigheden of het maken van een
beroepskeuze kun je terecht bij het Bureau voor Leerlingenzorg.
Ook geven we op school SOVA (sociale vaardigheids) trainingen in kleine groepjes.
Dit is bedoeld voor de student, die verlegen is, of niet goed voor zichzelf durft op te komen.
De verwijzingen naar het Bureau voor Leerlingbegeleiding lopen via de
studieloopbaanbegeleiders. Aan elke opleiding is een medewerker van het Bureau voor
Leerlingenzorg verbonden.
Bij psychische problemen kun je via het Bureau voor Leerlingenzorg ook worden
doorverwezen naar het Steunpunt GGZ op school.
Algemene Coördinatie (Zorgcoördinator)
Mevr. Jeanny Sillekens
Hoogstraat 126
4702 ZW Roosendaal
T 0165-554990
E. j.sillekens@rocwb.nl
Medewerkers Bureau voor Leerlingenzorg:
Mevr. J. de Lint, mevr. N. Sluijs en mevr. P.Jille
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
19

6.3. Begeleiding bij een handicap, stoornis of belemmering.
Heb je een lichamelijke, zintuiglijke of psychische beperking, dan doen wij ons uiterste best
om ons beroepsonderwijs ook voor jou mogelijk te maken. In sommige gevallen wordt dat
door de overheid ondersteund in de vorm van ‘rugzak in MBO ‘. Heb je dus door je beperking
problemen om je studie met succes te volgen, dan kun je contact opnemen met het Bureau
voor Leerlingenzorg of rechtreeks met de contactpersoon LGF (LeerlingGebonden
Financiering).
De medewerkers van het Bureau Leerlingenzorg of de contactpersoon kunnen individueel
noodzakelijke voorzieningen en/of begeleiding proberen te regelen. Ook kunnen zij
ondersteunen bij het zoeken naar een passende stage of werkplek.
Is er sprake van een ‘rugzak’ beschikking of wil je (op grond van een beperking) een
beschikking voor ‘rugzak’ aanvragen, neem dan contact op met onze contactpersoon LGF:
Mevr. Lenie van Boxsel
Coordinator LGF
Zoomvliet- en Kellebeek College
Hoogstraat 126
4702 ZW Roosendaal
T. 0165 581260 / 554990
E. l.vanboxsel@rocwb.nl
6.4. Wat als je verkeerd gekozen hebt?
Het is misschien een beetje raar om bij de start van een opleiding te praten over het
verlaten van de opleiding, maar je moet op jonge leeftijd kiezen voor een vervolgopleiding
en soms blijkt die keuze niet de juiste te zijn.
Mocht deze opleiding niet goed bij je passen dan kan het Bureau Leerlingenzorg je
eventueel doorverwijzen naar onze bestemmingscoördinator of naar het Servicecentrum
voor Studie & Beroep. Dit centrum kan je helpen bij het vinden van een andere opleiding die
beter bij je past.
Aanvullende informatie is verkrijgbaar bij je studieloopbaanbegeleider en op de portal.
6.5. Klachten.
ROC West-Brabant heeft een klachtenregeling opgesteld. Deze regeling geldt voor alle
(ouders van) studenten van de colleges, die onder het ROC West-Brabant vallen. Klachten
kunnen gaan over bijvoorbeeld de begeleiding van studenten, toepassing van
strafmaatregelen, beoordeling van studenten, de inrichting van de schoolorganisatie of
ongewenste omgangsvormen, zoals seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld of
pesten.
De klachtenregeling is alléén van toepassing wanneer men met zijn klacht niet ergens
anders terecht kan. De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de instelling
zul je natuurlijk in eerst instantie in goed overleg met de betrokkenen kunnen oplossen.
Voor meer informatie over de klachtenregeling verwijzen we maar het deelnemersstatuut op
de website van ons college:
(http://www.kellebeek.nl/MBO/Pages/Belangrijkedocumenten.aspx ).
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
20

6.6. Help! Ik voel me bedreigd, geïntimideerd of gediscrimineerd.
Het kan voorkomen dat je als student op school of tijdens de stage (BPV) te maken krijgt met
ongewenste intimiteiten en/of seksueel geweld. Vaak weet je dan niet wat je moet doen en
met wie je hierover in vertrouwen kan praten. Voor deze situaties kun je terecht bij de
vertrouwenspersoon.
Onder ongewenste intimiteiten verstaan wij o.a. het maken van misplaatste, vernederende
grappen, schunnige opmerkingen over uiterlijk of gedrag, of ongewenst lichamelijk contact.
Bij seksueel geweld moet gedacht worden aan aanranding en verkrachting. Ook wanneer
een student die er zelf niet mee te maken heeft, maar in zijn/haar omgeving ziet dat er
sprake is van seksuele intimidatie agressie, geweld, pesten, discriminatie of racisme kan
advies vragen aan de vertrouwenspersoon.
De vertrouwenspersoon is er voor studenten van het Kellebeek College. Deze luistert, neemt
de klacht serieus, adviseert, begeleidt en verwijst eventueel door naar deskundige hulp. De
vertrouwenspersoon heeft een zwijgplicht. Dit houdt in dat alles vertrouwelijk wordt
behandeld en dat niets ondernomen wordt, zonder de uitdrukkelijke toestemming van
degene die met de klacht komt. De vertrouwenspersonen zijn:
Mevr. Tineke Hoogstraaten Mevr. Maria van Huizen
Kadeplein 2 Beemd 10
4703 GB Roosendaal 4816 HB Breda
0165-590800 076-5877050
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
21

7.1. Beoordelen om te kijken waar je staat.
Ontwikkelingsportfolio:
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
7. Alles over de beoordeling
Het doel van het ontwikkelingsportfolio is het volgen en bevorderen van het leerproces van
de deelnemer.
Het ontwikkelingsportfolio heeft een centrale plaats in het leerproces.
Het is in de eerste plaats bedoeld voor jou en je begeleidende docenten.
Zie verder hoofdstuk 6.1
7.2. Beoordelen voor je diploma.
7.2.1. Welke examens moet je doen om een diploma te halen?
Onze examens heten proeve, reflectieverslag van de kernactiviteit en assessmentgesprek.
Deze worden afgenomen aan het einde van iedere kernactiviteit en verzameld in je
beoordelingsportfolio.
Om je diploma te halen moet je alle kernactiviteiten hebben behaald.
Ieder assessmentgesprek moet je met voldoende afsluiten.
Je kunt een assessmentgesprek hebben als je beoordelingsportfolio met voldoende is
beoordeeld.
De beoordeling is altijd individueel. De school is eindverantwoordelijk voor de beoordeling.
Zie ook bijlage 7. Schematisch overzicht per opleiding en per kernactiviteit
Beoordelingsportfolio
Het doel van het beoordelingsportfolio is het verzamelen van bewijsmateriaal waarin
duidelijk wordt dat je de werkprocessen en competenties beheerst.
De inhoud van het beoordelingsportfolio is bepalend voor je studievoortgang .
In het beoordelingsportfolio worden verplicht opgenomen:
A) De beoordelingslijst van de proeve per kernactiviteit
B) De samenvatting van het evaluatiegesprek van de proeve.
C) Het reflectieverslag betreffende elke kernactiviteit volgens de STARRT methode
D) Bewijsstukken van de Proeve.
E) De presentielijsten BPV ( BOL ) + school ( BOL + BBL )
F) De bewijzen van de LLB kerntaken
G) De bewijzen van het taalportfolio ( Nederlands en Engels)
H) De contracten examenbureau ( indien van toepassing)
I) Bewijsstuk assessmentgesprek .
Onderdeel A t/m H van het beoordelingsportfolio moet in orde zijn voordat het
assessmentgesprek plaatsvindt.
Het bewijsstuk assessmentgesprek ( I ) wordt later toegevoegd aan het
beoordelingsportfolio.
22

A. Het beoordelen met proeve
Beoordeling vindt plaats op de werkplek, in de beroepspraktijk.
Kenmerken van competentiegericht leren is dat leren plaatsvindt in de echte praktijk. Dit
geldt ook voor het beoordelen van werkprocessen en competenties. De beoordeling van een
kernactiviteit vindt plaats met behulp van een proeve (met uitzondering van KA van intro tot
professie).
Een proeve is een beoordelingsvorm waarbij je in een afgebakende periode in de BPV de
afgesproken werkprocessen en competenties moet voorbereiden, uitvoeren en evalueren.
Je wordt daarop beoordeeld.
De proeve is gebaseerd op jouw eindgedrag van de betreffende kernactiviteit. Dit eindgedrag
wordt stapsgewijs voorbereid in de bijbehorende beroepsprestaties.
De beoordelaars in de BPV scoren de werkprocessen met competenties en stellen vast of je
het vereiste zichtbaar gedrag , de prestaties, hebt laten zien.
De beoordeling vindt plaats aan de hand van de beoordelingslijst Proeve.
Een normscore wil zeggen dat je bij de beoordeling aan de vereiste normen moet voldoen.
Een ontwikkelscore wil zeggen dat je bij de beoordeling laat zien dat je in ontwikkeling bent.
Je hoeft nog niet aan de vereiste norm te voldoen.
B. Na de Proeve heb je een evaluatiegesprek met de beoordelaar(s). Van dit gesprek maak
je een samenvatting .
C. Het beoordelen van het reflectieverslag
Bij iedere proeve van een KA hoort een reflectieverslag volgens de STARRT-methode
De SLB docent beoordeelt dit.
D. Bewijsstukken van de proeve.
Bij de proeve horen bewijsstukken.
Een bewijs kan op meerdere manieren worden geleverd: schriftelijk, mondeling, of in de
praktijk.
Per proeve wordt er aangegeven welke van de bewijsstukken schriftelijk moeten worden
aangeleverd voor het assessmentgesprek.
Bij aanvang van de KA ontvang je een overzicht welk bewijs, waar en op welke manier moet
worden aangetoond.
E. De presentielijsten BPV en school.
Voor alle onderwijsprogramma’s geldt een aanwezigheidsplicht van 80 % van je
onderwijsaanbod. Je hebt de plicht van het onderwijsaanbod gebruik te maken om aan de
proeve te mogen beginnen.
De school registreert je absentie. Je SLBer bespreekt in geval van ( te grote) afwezigheid de
consequenties voor je studievoortgang. Als je het minimaal aantal presentie-uren niet haalt,
kun je de proeve niet uitvoeren en zal op een later tijdstip moeten plaatsvinden.
Voor de BPV is een minimaal aantal uren verplicht (80% van het aantal uren wat met jou is
afgesproken bij aanvang van de betreffende BPV. Dit is schriftelijk vastgelegd.)
Je houdt zelf een aanwezigheidslijst bij die door de werkbegeleider/praktijkopleider
ondertekend moet worden. Als je het minimaal aantal BPV-uren niet haalt, kun je de proeve
niet uitvoeren en zal op een later tijdstip moeten plaatsvinden.
Bij de BBL –leerlingen wordt dit door de BPV bewaakt.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
23

Je voldoende aanwezigheid/presentie wordt afgetekend in de aftekenlijst
ontwikkelingsportfolio.
F LLB kerntaken LLB = leren, loopbaan en burgerschap.
In iedere MBO- opleiding dien je te voldoen aan de 7 LLB- kerntaken. Zie hoofdstuk 5.
Gedurende je hele opleiding werk je aan deze kerntaken. Bij deze kerntaken word je door je
SLB-er begeleid. De resultaten dienen aan de gestelde eisen te voldoen. Van de
kernactiviteit Van Intro naar Professie vindt het assessmentgesprek tegelijkertijd plaats met
het laatste assessmentgesprek van je opleiding.
De beoordeling van de resultaten van je LLB-taken wordt vastgelegd op een checklist LLB.
Deze checklist wordt afgetekend in de aftekenlijst ontwikkelingsportfolio.
G. Taalportfolio.
Gedurende je hele opleiding werk je aan je taalportfolio voor Nederlands. De resultaten
dienen aan de gestelde eisen te voldoen. Je taalportfolio bevat verplichte taaltaken.
De beoordeling van de resultaten van je taaltaken wordt vastgelegd op een checklist
taalportfolio Nederlands. Deze checklist wordt afgetekend op de aftekenlijst
ontwikkelingsportfolio.
H. Contracten examenbureau, indien van toepassing.
Als er tijdens je opleiding een contract wordt opgesteld, ondertekend door de WABO-en SLB
docent en sterrolhouder examinering, dan wordt dit opgenomen in je beoordelingsportfolio.
De inhoud van het contract is bindend.
I. Het beoordelen van het assessmentgesprek.
Na het uitvoeren van de Proeve en het reflectieverslag wordt je beoordelingsportfolio
gecontroleerd op volledigheid, en of het aan de eisen voldoet. Dit wordt vastgelegd op het
beoordelingsformulier beoordelingsportfolio.
Daarna vindt er een assessmentgesprek plaats. Het is mogelijk dat er in één
assessmentgesprek meerdere kernactiviteiten worden besproken.Eén assessmentgesprek
per schooljaar.
Dit gesprek vindt plaats volgens de stappen van de STARRT-methode.
Twee beoordelaars van school voeren op basis van de ingeleverde bewijsstukken een
assessmentgesprek.
Op basis van deze bewijsstukken wordt er bij aanvang van het assessmentgesprek één of
meer competenties/werkprocessen vastgesteld die uitgangspunt zijn voor het gesprek.
Aan de hand van vragen verantwoord jij je handelen in de beroepspraktijk.
Je vertelt hoe je kennis, vaardigheden, houding in de beroepspraktijk hebt toegepast, dus
competent bent.
De beoordelaars beoordelen het assessmentgesprek aan de hand van het
beoordelingsformulier assessmentgesprek.
Bij het laatste assessmentgesprek van je opleiding kan ook een vertegenwoordiger van de
BPV uitgenodigd worden.
In het 1 e jaar van je opleiding moet je minimaal 1 kernactiviteit hebben behaald.
In overleg met de WABO-en SLB docent en sterrolhouder examinering en de goedkeuring
van de subexamencommissie kan hiervan worden afgeweken. Dit wordt vastgelegd in een
contract en toegevoegd aan het beoordelingsportfolio. De inhoud van het contract is
bindend.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
24

7.2.2. Hoe kom je in aanmerking voor een vrijstelling?
Als je denkt dat je al veel weet en kunt doordat je al veel werkervaring hebt opgedaan of een
gelijksoortige opleiding hebt gevolgd kun je een aanvraag doen voor een EVC-procedure.
(Erkennen verworven competentie)
Zo’n aanvraag dient in alle gevallen schriftelijk te worden gedaan bij de EVC-coördinator van
het college. Voor meer informatie hierover kun je navraag doen bij de medewerker die de
intake verzorgt.
In het Handboek EVC van het ROC West-Brabant is de EVC-procedure uitgebreid
beschreven. Eventuele vrijstellingen worden verleend door de voorzitter van de
subexamencommissie.
7.2.3. Wanneer zijn de examens?
Onze examens heten proeve, reflectieverslag van de kernactiviteit en assessmentgesprek.
Deze worden afgenomen aan het einde van iedere kernactiviteit en verzameld in je
beoordelingsportfolio.
In het 1 e jaar moet je minimaal 1 kernactiviteit hebben behaald.
In overleg met het examenbureau en de goedkeuring van het examenbureau kan hiervan
worden afgeweken. Dit wordt vastgelegd in een contract en toegevoegd aan het
beoordelingsportfolio. De inhoud van het contract is bindend.
7.2.4. Hoe kun je herkansen?
Per KA kan de proeve 1x herkanst worden:
Indien je proeve met "deels aangetoond" of “niet aangetoond” is beoordeeld voor de
werkprocessen/ competenties op normscore , dan moeten ze worden besproken in het
evaluatiegesprek en vastgelegd in de samenvatting van dit gesprek. Je hebt recht op 1x
herkansing van de hele proeve (stap 1 t/m 4 wegwijzermethode).
In overleg met de sterrolhouder examinering kan de inhoud van deze herkansing worden
aangepast . Dit wordt vastgelegd in een contract en wordt toegevoegd aan het
beoordelingsportfolio. Dit contract is dan bindend.
Per KA kan het reflectieverslag 1x herkanst worden:
Als de proeve is behaald en de samenvatting van het evaluatiegesprek ondertekend is door
de BPV, leerling en school, wordt het reflectieverslag van de betreffende KA beoordeeld.
Als je reflectieverslag met “deels aangetoond”of “niet aangetoond’ wordt beoordeeld, heb je
recht op 1x herkansing van het reflectieverslag.
Per KA kan het assessmentgesprek 1x herkanst worden:
Als het reflectieverslag met “aangetoond” is beoordeeld en je beoordelingsportfolio met
voldoende is beoordeeld, kan het assessmentgesprek plaatsvinden. Eén per schooljaar.
Indien je assessmentgesprek met "deels aangetoond" of “niet aangetoond” is beoordeeld heb
je recht op 1x herkansing van het assessmentgesprek.
De totale opleidingsduur kan met maximaal 1 jaar worden verlengd.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
25

Certificeerbare eenheden: dit zijn vooraf vastgestelde eenheden van de opleiding die in een
apart certificaat kunnen worden uitgegeven. Het examenbureau en sterrolhouder
examinering kan je hierover nader informeren.
7.2.5. Hoe is de organisatie van de examens geregeld?
Als je een KA wilt gaan afsluiten , moet je aan de volgende zaken voldoen:
1. Positief advies van je studieloopbaanbegeleider voor het starten met de voorbereiding van
je Proeve . Dit gebeurt op basis van
a. de inhoud van je ontwikkelingsportfolio :
- de inhoud van de voortgangsrapportages van je gesprekken op de BPV
- de inhoud van de verslagen van je portfoliogesprekken op school
- als je aan je aanwezigheidsplicht hebt voldaan, zowel op school als in de BPV.
Dit positief advies wordt vastgelegd in een voortgangsrapportage.
2. een GO van zowel de praktijkopleider/werkbegeleider als de school voor het starten met de
uitvoering van je proeve. Dit wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier van de proeve.
Een GO wordt gegeven als je voldaan hebt aan de eisendie gesteld worden aan het
oriënteren en plannen van de proeve.
De beoordeling van je proeve wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier van de proeve.
Daarna maak je een samenvatting van het evaluatiegesprek van de proeve.
Na het behalen van je Proeve, ga je verder met je reflectieverslag en daarna met het
assessmentgesprek. Zie 7.2.1. Deze volgorde ligt vast.
De behaalde proeve, samenvatting en reflectieverslag worden vastgelegd op het
“beoordelingsformulier beoordelingsportfolio”.
Na het assessmentgesprek wordt het beoordelingsformulier van je beoordelingsportfolio
compleet gemaakt met het aftekenen van je behaalde assessmentgesprek. Dit wordt
geregistreerd bij het examenbureau.
7.2.6. Hoe lang kan ik op school mijn examenwerk inzien?
Alle examenbewijzen worden, voor zover mogelijk, tot zes maanden na de einduitslag van
het examen bewaard bij het Examenbureau. Resultaten worden digitaal vastgelegd in het
deelnemervolgsysteem.
De leerling is zelf verantwoordelijk voor het bewaren van alle producten die in het
beoordelingsportfolio zijn genoemd.
Hiervoor teken je de “Verklaring bewaring examenstukken”.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
26

7.2.7. Waar kun je terecht als je het niet eens bent met de beoordeling?
Het examenreglement is een verzameling regels, die gaat over je rechten en plichten als je
aan examens deelneemt. Dit reglement is geldig voor alle studenten in opleidingen van ROC
West-Brabant. Het reglement kun je vinden in bijlage 1.
De examencommissie is eindverantwoordelijke voor het goede verloop van het
examenproces. Deze commissie maakt onderdeel uit van het Platform Examinering, die
bestaat uit:
Voorzitter (Unitdirecteur) Dhr. P.J.M. Lauwen
Secretaris Mw. A. Santiago
Lid Dhr. R. Broos Afdelingsmanager WZ (interim);
Dhr. H. Franken Afdelingsmanager V&V
Mw. K. van Nieuwenhuijzen Afdelingsmanager AG
Dhr. K. Luysterburg Afdelingsmanager NOVA - AKA
Dhr. W. Buitendijk Stafmedewerker O & I
Binnen de afdeling is er een subexamencommissie. De subexamencommissie valt
onder de eindverantwoordelijkheid van de examencommissie van de Unit.
De subexamencommissie is verantwoordelijk voor een goed verloop van de examens.
Samenstelling van de subexamencommissie van verpleging en verzorging
Voorzitter (afdelingsmanager) Dhr. H. Franken
Secretaris ?
Plaatsvervangend voorzitter/-secretaris Mw. L. Dekkers
Mw. L. Ruhl
Mw. M. Grommen
Adres secretaris subexamencommissie
Postadres: Kadeplein 2, 4703 GB Roosendaal
Bezoekadres: Kadeplein 2, 4703 GB Roosendaal
Telefoon. 0165- 590800
E-mail h.franken@rocwb.nl
De Commissie van Beroep
Allereerst kun je met klachten over (beoordelingen van) examens terecht bij de
subexamencommissie van de afdeling. Ben je het niet eens met de beslissing van de
subexamencommissie dan kun je beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep. Dit is een
onafhankelijke commissie, die een beslissing zal nemen over het door jou aangetekende
beroep.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
27

Samenstelling van de Commissie van Beroep Examens
Voorzitter commissie van beroep De heer P. van Hooff
Plv. voorzitter commissie van beroep Mevrouw A.M. van Doorn
Lid commissie van beroep De heer P. Philipse
Lid commissie van beroep De heer J.A. Saenen: lid
Plv. lid commissie van beroep De heer P.H.M. Hector
Plv. lid commissie van beroep De heer A.J.M. van Eil
Adres commissie van beroep inzake examens:
Postadres:
ROC West Brabant, Commissie van Beroep
Postbus 699
4870 AR Etten-Leur
Bezoekadres: Trivium 76 Etten-Leur
Het kwaliteitshandboek competentiegericht beoordelen
De examens vinden plaats volgens de procedures en protocollen die in het, door de directie
vastgestelde, Kwaliteitshandboek Competentiegericht beoordelen worden beschreven. Dit
handboek is in te zien op aanvraag bij de voorzitter van de subexamencommissie van de
afdeling.
7.2.8. De Inspectie.
Met ingang van november 2007 bewaakt de Inspectie van het Onderwijs de kwaliteit van de
examinering binnen het MBO. Elk jaar neemt de Inspectie een steekproef uit het totale
opleidingsaanbod van het ROC.
De Inspectie onderzoekt:
a. hoe de school de examens heeft georganiseerd;
b. de kwaliteit van de examens, die worden afgenomen
De standaarden waaraan het proces en de producten moeten voldoen, kunnen je vinden op
de site van de Inspectie:
http://www.onderwijsinspectie.nl/nl/home/naslag/sectoren/beroepsonderwijs-envolwasseneneducatie
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
28

Bijlage 1 Het centraal examenreglement van ROC West-Brabant
Het centraal examenreglement ROC West-Brabant is te vinden op onderstaande link:
http://www.kellebeek.nl/MBO/Pages/Belangrijkedocumenten.aspx
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
29

Bijlage 2 TOP en WSF overzicht
De school is verplicht om uit te leggen hoeveel uren er aan jou onderwijs worden gegeven. Dit
is te zien in het onderstaande overzicht. Zie 5.1.1.
NAAM INSTELLING : ROC West-Brabant, Kellebeek College
BRIN NUMMER : 25 LX
STARTJAAR COHORT : 2009
WSF-modelformulier (van toepassing bij BOL VT)
Naar het oordeel van het bevoegd gezag omvat elk studiejaar van bovengenoemde opleiding
tenminste 850 klokuren, of naar evenredigheid met een kortere opleidingsduur, een lager
aantal uren, zoals neergelegd in artikel 9, lid 1a van de Wet op de Studiefinanciering en de
nadere invullingen die daaraan zijn gegeven.
Toepassing Transparante Onderwijs Programmering (van toepassing op alle opleidingen en leerjaren)
Naar het oordeel van het bevoegd gezag voldoet de programmering aan het Convenant
inzake onderwijsprogrammering in het middelbaar beroepsonderwijs, d.d. 4/9 juli 2001, brief
Ministerie OC&W BVE/B/2002/731

NAAM OPLEIDING COHORT NIVEAU LEERWEG VARIANT CREBONUMMER
HELPENDE ZORG & WELZIJN 2009 2 BBL VERSNELD 92640
1
2
3
4
5
A
B
C
LEERJAAR 1 LEERJAAR 2 LEERJAAR 3 LEERJAAR 4
Periode
Begeleide uren per
1 2 3 4 totaal 1 2 3 4 totaal 1 2 3 4 totaal 1 2 3 4 totaal
week
(à 50 min)
8 8 8 8
Lesweken per
periode
Begeleide uren per
9 10 9 9 37 0 0 0
periode (1x2) per
leerjaar
Uren bij 3,
72 80 72 72 296 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
omgerekend in
klokuren.
Overige klokuren
247 0 0 0
begeleid onderwijs
(werkweken,
examens, etc).
Totaal onderwijstijd
8 8 8 8 32 0 0 0
in school in
klokuren (4+5)
279 0 0 0
Klokuren BPV (in
bedrijf)
Totaal klokuren
160 160 160 160 640 0 0 0
begeleide
onderwijstijd (A+B)
919 0 0 0
D Zelfstudie-uren 81 100 100 100 381 0 0 0
E
TOTAAL SBU per
leerjaar
F TOTALE OPLEIDINGSDUUR 1300 SBU
G
% BPV OVER DE TOTALE
OPLEIDINGSDUUR
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL
1300 0 0 0
49%
VOOR BOL(dt) GELDT EEN MIN VAN 20% EN EEN MAX VAN 60% BPV
VOOR BBL GELDT EEN MIN VAN 60% BPV
ad C: MINIMUM AANTAL BEGELEIDE ONDERWIJSTIJD PER LEERJAAR VOOR BOL: 850 UUR
MINIMUM AANTAL BEGELEIDE ONDERWIJSTIJD PER LEERJAAR VOOR BOL-deeltijd en BBL: 300 UUR
NB
In de groene cellen staan rekenformules; hier geen getallen
invoeren a.u.b.!
31

Bijlage 3 Het examenplan in een overzicht
EXAMENPLAN
NAAM OPLEIDING COHORT NIVEAU LEERWEG VARIANT CREBO
HELPENDE ZORG EN WELZIJN 2009-2011 2 BBL REG 92640
Examencode Titel examen Soort examen Beoordeelde Beoordeeld Hulp Duur Moment Locatie Weging
kerntaken (nrs) e
midde
uitvoering
werkproces
sen
(nrs)
len
Kwalificatie- Van intro naar Portfolio
LLB 1 t/m 7
n.v.t. variabel Einde School 100 %
dossier 2008 professie
Assessmentgesprek
opleiding School 100 %
Uitvoeren van
huishoudelijke taken
Zorgen voor de ander*
Assisteren bij
activiteiten*
Proeve reflectieverslag
Portfolio
Assessmentgesprek
Proeve reflectieverslag
Portfolio
Assessmentgesprek
Proeve reflectieverslag
Portfolio
Assessmentgesprek
Kerntaken
1 en 3
LLB 4
Kerntaken
1t/m3
LLB 4
Kerntaken
1 t/m 3
LLB 4
1.1 ; 1.2 ;
3.1 ;
3.2
4.3
1.1 ; 1.3 ;
1.4 ; 2.1 ;
2.2 ; 3.1
;3.2
4.1; 4.3
1.1; 1.2 ;
1.3 ; 1.4;1.5
;2.1; 2.2;
3.1 ; 3.2 ;
3.3
4.1 ; 4.2 ;
4.3
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 32
n.v.t. variabel Eind Kernactiviteit
n.v.t. variabel Eind Kernactiviteit
n.v.t. variabel Eind Kernactiviteit
BPV
School
School
School
BPV
School
School
School
BPV
School
School
School
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %
100 %

Examencode Titel examen Soort examen Beoordeelde
vaardigheden
LLB
brondocument
2007
Burgerschap Portfolio LLB
B,5,6,7
Nederlands Portfolio Luisteren
Lezen
Gesprekken voeren
Spreken
Schrijven
Rekenen Portfolio • Getallen/hoeveel
heden,maten
• Ruimte en vorm
• Gegevensverwerking,
onzekerheid
• Verbranden,
veranderingen
Op welk
niveau?
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 33
B1
B1
B1
Hulp
midde
len
Duur Moment Locatie
uitvoering
n.v.t Variabel Einde
opleiding
n.v.t Variabel Einde
opleiding
B1
B1
X2 n.v.t Variabel Einde
opleiding
BPV en
school
BPV en
school
BPV en
school
Weging
100%
100%
100%

Aanvullende informatie
Keuze van examenmoment
(bijv. in overleg met de praktijkopleider)
Aantal examenmomenten
(1-ste, 2-de, … , mogelijkheid tot herkansen)
Berekening van eindbeoordeling
Voorwaardelijkheid van een examen voor het
afleggen van een ander examen (code van
betreffend examen invullen)
Overige regelingen
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 34
Moment van kernactiviteit afsluiten(proeve) vindt plaats in overleg met de praktijk opleider en
projectdocent.
Iedere assessment onderdeel kan 1 maal herkanst worden.
- Een proeve is aangetoond als alle werkprocessen/ competenties op normscore zijn beoordeeld
met “aangetoond”.
- De werkprocessen/competenties op ontwikkelingsscore zijn van belang voor het
ontwikkelingsportfolio
- Een werkproces/competentie is aangetoond wanneer de bijbehorende prestatie-indicatoren in
zichtbaar gedrag is getoond.
- Het reflectieverslag dient met " aangetoond" te zijn beoordeeld.
- Het beoordelingsportfolio A t/m I dient voor het gesprek bij ieder assessment compleet te zijn
en te voldoen aan de gestelde eisen.
- Voorwaarde voor start met de voorbereiding van de proeve is een positief advies van je
studieloopbaanbegeleider. Dit wordt vastgelegd in een voortgangsrapportage.
- voorwaarde voor de uitvoering van de proeve is de GO zowel de BPV als de school. Deze
wordt vastgelegd op het beoordelingsformulier van de proeve
- Na 1 leerjaar dient minimaal 1KA te zijn behaald.
- Afwijkende afspraken rondom het beoordelingsportfolio worden vastgelegd door het
Examenbureau en sterrolhouder examinering.
- Afwijkende afspraken worden schriftelijk gecommuniceerd met alle betrokken partijen.
- Individuele afspraken rondom het beoordelingsportfolio worden vastgelegd in een contract. Dit
contract wordt opgenomen in het beoordelingsportfolio. Het contract is bindend.
Het contract wordt ondertekend door de student, de WABO-docent, de SLB-docent en de
sterrolhouder examinering.
* 1 assessmentgesprek per schooljaar
NB
In het examenplan worden niet de specifieke competenties vermeld; deze zijn terug te vinden in de verantwoording in de
competentiegerichte examens zelf.
In het examenplan worden ook de specifieke examens met betrekking tot Nederlands, Leren, Loopbaan en Burgerschap, Moderne
vreemde talen en rekenen vermeld.

Bijlage 4 Schema’s
BP
Beroepsprestatie
BP
Beroepsprestatie
BP
Beroepsprestatie
BP
Beroepsprestatie
BP
Beroepsprestatie
ONTWIKKELINGSPORTFOLIO
Per BP:
- beoordelingslijst BP
- reflectieverslag BP
Algemeen:
- CV
- Voortgangsrapportages
school
- Voortgangsrapportages BPV
- Presentielijst school ( bol/bbl)
- Presentielijst BPV (bol)
- Checklisten ondersteunende
leerlijn
- Checklist Nederlands
- Checklist Engels ( indien vn
toepassing)
- Checklist rekenen ( indien
van toepassing)
- Checklist burgerschap
Alles wordt geregistreerd op de
Aftekenlijst ontwikkelingsportfolio
Contracten ( indien van toepassing)
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 35
BEOORDELINGSPORTFOLIO
- beoordelingslijst proeve
- samenvatting
evaluatiegesprek proeve
- reflectieverslag
kernactiviteit
- bewijsstukken proeve
Aftekenlijst ontwikkelingsportfolio
Contracten ( indien van
toepassing)
ASSESS
MENT-
GESPREK,
(1 per
schooljaar)

SCHEMATISCH OVERZICHT PER KERNACTIVITEIT
KA
Kern-
Activiteit…
KA
Kern-
Activiteit
…
KA
Kern-
Activiteit
…
KA
Kern-
Activiteit
INTRO
ONTWIKKELINGS
PORTFOLIO
- checklist Nederlands
- checklist Engels
- checklist rekenen
- checklist burgerschap
- Aftekenlijst LLB
document
Aftekenlijst ontwikkelings-
portfolio
BEOORDELINGSPORTFOLIO
Per KA, kernactiviteit:
- Bewijs beoordelingsformulier
beoordelingsportfolio
Aftekenlijst ontwikkelingsportfolio
Bewijs beoordelingsformulier
beoordelingsportfolio INTRO
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 36
DIPLOMA

Bijlage 5 Begrippenlijst
Begrip Definitie
Begeleiding Begeleiding is de professionele ondersteuning van de student, gericht op competentieontwikkeling, eigen
verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de student.
Beroepspraktijkvorming
Mate van begeleiding
Geleid
In een geleide beroepssituatie krijgt de student opdrachten en instructie van de begeleider. De student volgt bij
het uitvoeren van werkzaamheden de aangereikte richtlijnen, procedures en protocollen.
Begeleid
In een begeleide beroepssituatie is er overleg met de begeleider over de aanpak van de uitvoering. De student
doet zelf onderzoek en komt met voorstellen voor de uit te voeren werkzaamheden, daarbij gebruikmakend van
bestaande richtlijnen, procedures en protocollen. Hij krijgt ondersteuning op afstand van de begeleider als dat
nodig is. De student rapporteert bevindingen aan de begeleider of verantwoordelijke functionaris.
Zelfstandig
Bij het zelfstandig functioneren in een beroepssituatie handelt de student naar eigen inzicht, rekening
houdende met de geldende richtlijnen, procedures en protocollen.
De student kan zelfstandig functioneren in wisselende situaties en in nieuwe situaties en rapporteert
bevindingen aan de begeleider of verantwoordelijke functionaris.
Het ontwikkelen van competenties in de praktijkinstellingen of het leerbedrijf.
Beroepsprestatie Een afgeronde eenheid van beroepshandelingen gericht op een specifiek doel binnen de beroepscontext. Een
beroepsprestatie is onderdeel van een kernactiviteit. De student werkt binnen de context onder begeleiding,
zelfstandig of in samenwerking met andere studenten aan een beroepsprestatie.
Tijdens het werken aan een beroepsprestatie ontwikkelt de student zijn competenties en verzamelt hiervoor
bewijzen.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 37

Bewijsstukken Informatie of resultaten verkregen in de beroepspraktijk na het uitvoeren van beroepsprestaties of een Proeve.
Op grond van bewijsstukken kan de beoordelaar of de studieloopbaanbegeleider competentieontwikkeling
vaststellen. Hierbij is informatie noodzakelijk over de complexiteit van de beroepssituatie, de mate van
zelfstandigheid van de student en de rol of verantwoordelijkheid tijdens het uitvoeren van de
beroepsprestatie/proeve.
Bronmaterialen Het geheel aan informatiebronnen met beroepsrelevante theorie, kennis, informatie.
Competentie Een competentie is een specifiek ontwikkelbaar vermogen van een individu bestaande uit kennis, inzicht,
houding en vaardigheden.
Competentiescoretabel
Een instrument waarin competentieontwikkeling van een student geregistreerd staat, uitgedrukt in
ontwikkelscore r-p-t of normscore R-P-T op het niveau van een kernactiviteit of opleidingsniveau.
Competentiewijzer Een naslagwerk van competenties. Hierin staat de competentie beschreven in relatie tot de werkprocessen
waarin deze competentie wordt aangetoond. Per competentie is uitgewerkt de benodigde kennis, houding en
vaardigheden.
Complexiteit van de
beroepscontext
Enkelvoudige context
De complexiteit van de beroepssituatie is een enkelvoudige, redelijk voorspelbare context. Dat betekent dat de
student zijn feitenkennis kan toepassen in een concrete situatie en onder begeleiding. De student kan
terugvallen op regels, procedures en protocollen.
Open context
Een open context kan van diverse aard zijn. De beroepscontext is minder voorspelbaar. Er kan sprake zijn van
meervoudige problematiek en diensverlening. Dat betekent dat de student kennis verwerft en procedures eigen
maakt en deze flexibel kan inzetten en afstemmen. Deels kan de student terugvallen op een coachende
begeleider. Deels op regels, procedures en protocollen. Niet routinematige werkzaamheden kunnen deel uit
maken van het werk.
Complexe context
In een complexe context is er sprake van onvoorspelbare en meervoudige problematiek. De student kan totale
kennis- en handelingsrepertoire inzetten. Beheerst de situatie zelfstandig en reguleert en werkt
oplossingsgericht. Is in staat tot een helikopterview. In deze situatie is de student in staat anderen aan te
sturen.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 38

Assessmentgesprek Een toetsvorm waarin beoordelaars of assessoren een gesprek voeren met de student over zijn
competentieontwikkeling aan de hand van de STARRT-methode. Bewijsstukken van beroepsprestaties/ proeve
en reflectieverslag zijn input voor dit gesprek.
De beoordeling vindt plaats op grond van geldende prestatie-indicatoren uit het kwalificatiedossier.
ELO
Elektronische leeromgeving, een digitale leefomgeving waarbinnen student en begeleiders gegevens kunnen
opvragen, bewerken, toevoegen en registreren. Onder andere toepasbaar binnen het portfolio.
Formatieve toetsing Beoordelen om te leren of ontwikkelingsgericht beoordelen.
Kernactiviteit Een kernactiviteit is een leer- en exameneenheid, ook wel een sturingsmiddel genoemd. Deze is gericht op een
afgeronde eenheid werkzaamheden binnen het beroep en is veelal kerntaakoverstijgend.
Een kernactiviteit is opgebouwd uit meerdere beroepsprestaties en een proeve. De student werkt onder
begeleiding, zelfstandig of in samenwerking met andere studenten aan een kernactiviteit. Tijdens het werken
ontwikkelt de student zijn competenties en verzamelt hiervoor bewijsstukken.
Kwalificatiedossier De beschrijving van de startpositie van de beginnende beroepsbeoefenaar op de arbeidsmarkt en in de
maatschappij. Het kwalificatiedossier beschrijft de kerntaken van de beroepsopleiding. Iedere kerntaak is
opgebouwd uit werkprocessen. Aan de werkprocessen zijn generieke competenties verbonden. In welke mate
de competenties beheerst zullen worden staat beschreven in de prestatie-indicator.
Leeractiviteiten Onderwijsactiviteiten die de student in staat stelen om beroepsrelevante kennis, vaardigheden en houding te
verwerven om te komen tot competentieontwikkeling. Dit kan binnen verschillende didactische werkvormen, in
de beroepspraktijk of door zelfstudie.
Voorbeelden van onderwijsactiviteiten zijn: hoorcollege, workshops, trainingen, probleemtaken, skillslab.
Methodemix De combinatie van verschillende vormen van assessment (of vormen van examinering) binnen de summatieve
beoordeling van competenties.
Monitor Een instrument waarin alle informatie uit de kernactiviteiten per opleiding is verzameld. De student of de
begeleider registreert hierin de voortgang van het leerproces.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 39

Normscore R-P-T Normscore, ook wel kwalificerende score genoemd, wil zeggen dat de student bij de beoordeling aan de
vereiste beoordelingscriteria moet voldoen. Deze zijn afgeleid van de prestatie-indicatoren uit het
kwalificatiedossier. Bij een normscore voldoet de student aan de criteria die verwijzen naar de competenties
van een beginnende beroepsbeoefenaar.
De normscore staat in de beoordelingslijst met een grote vetgedrukte hoofdletter R, P of T.
Onderwijsmagazijn Het geheel van leeractiviteiten waarmee een student in staat is beroepsrelevante kennis, vaardigheden en
houding te verwerven om te komen tot competentieontwikkeling.
Een overzicht van hoorcolleges, workshops, trainingen en overige activiteiten waar studenten uit kunnen
kiezen of die in de opleiding gepland zijn om hun leerproces vorm en inhoud te geven.
Onderwijsactiviteiten Leeractiviteiten die de student in staat stellen om beroepsrelevante kennis, vaardigheden en houding te
verwerven om te komen tot competentieontwikkeling. Dit kan binnen verschillende didactische werkvormen, in
de beroepspraktijk of door zelfstudie.
Voorbeelden van onderwijsactiviteiten zijn: hoorcollege, workshops, trainingen, probleemtaken, skillslab.
Ontwikkelscore r-p-t De ontwikkelscore geeft aan dat de student zich ontwikkelt en nog niet hoeft te voldoen aan de kwalificerende
norm voor competentiebeheersing. De student heeft nog begeleiding nodig. Hij kan zich nog ontwikkelen in de
gewenste richting, hij heeft nog even de tijd.
De ontwikkelscore geeft echter wel inzicht in de mate van ontwikkeling richting de normscore. Is er
vooruitgang aanwezig, staat de student even ‘stil’ in zijn groei, met welke competenties heeft hij meer/
minder moeite?
De ontwikkelscore staat vermeld met een kleine letter en cursiefgedrukte r, p of t.
POP – PAP Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) en een Persoonlijk Activiteitenplan (PAP).
In het POP beschrijft de student zijn competentieontwikkeling, leerstijl, leerdoelen op korte- en lange
termijn. In het PAP beschrijft de student op welke wijze, waar, wanneer hij zijn competentieontwikkeling,
leerdoelen en dergelijke verwezenlijkt.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 40

Portfolio Een portfolio biedt een overzicht van de individuele leer- en werkervaringen, onderbouwd met bewijsstukken
en gerelateerd aan de eisen uit het beroepenveld en de opleiding.
Een portfolio bevat normaal gesproken: persoonlijke gegevens, een overzicht van relevante ervaringen, een
overzicht van verworven competenties met bewijzen en conclusies. Veelal wordt onderscheid gemaakt tussen
het ontwikkelingsdeel en het kwalificerende deel van het portfolio.
Een portfolio is te beschouwen als een registratiesysteem waarin verschillende vormen van beoordeling
opgenomen kunnen worden, zoals observatielijsten, fotomateriaal, beoordelingslijsten, reflectieverslagen en
resultaten van beroepsprestaties en proeven van bekwaamheid.
Competentie-
beheersingsniveaus
Op Reproductief niveau voert de student een taak uit onder begeleiding.
Die taak wordt uitgevoerd volgens standaardprocedures en voorschriften. De student heeft vaak een instructie
of rolmodel nodig.
De student verwerft kennis en vaardigheden én hij ontwikkelt een passende beroepshouding.
Op Productief niveau voert de student de taak deels op eigen initiatief uit. Hij lost problemen op en bedenkt
oplossingen voor nieuwe problemen. Hij vraagt advies ten aanzien van de oplossingen. Hij heeft minder
structuur nodig om zelfstandige activiteiten te ondernemen.
Bij Transfer gedrag voert de student binnen zeer uiteenlopende beroepssituaties taken zelfstandig uit. Hij past
kennis, houding en vaardigheden toe. Hij ziet verbanden en kan die uitleggen. De student is proactief en zijn
oplossingen zijn origineel en deskundig binnen de grenzen van het beroep.
Proeve De proeve is een toetsvorm die de student de gelegenheid biedt om te demonstreren dat hij over de benodigde
competenties beschikt. Het gaat hier om een grote integrale opdracht waarin de student voor uitdagingen,
dilemma’s, onverwachte situaties, keuzes wordt gesteld die een beroep doen op de inzet van verschillende
competenties. Deze worden integraal getoetst en meestal beoordeeld in de beroepspraktijk.
Prestatie-indicator De prestatie-indicator geeft de mate van competentiebeheersing aan binnen een werkproces. Met de prestatieindicator
van de competentie meet de beoordelaar of het resultaat en het daaraan voorafgaande proces is
aangetoond.
Een prestatie-indicator is op gebouwd uit beheersingscriteria met daaruit voortvloeiend het uiteindelijke
resultaat.
Studieloopbaanbegeleider
(SLB’er)
Een SLB’er is de afkorting van studieloopbaanbegeleider. Dit is een begeleider die de student begeleidt tijdens
het opleidingstraject.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 41

Studieloopbaanbegeleiding
(SLB)
Begeleiding geven aan groepen studenten en/of individuele student met als doel het leerproces van de
student(en) te begeleiden afgestemd op de specifieke behoeften en vragen van de student, zodat de student in
staat is zelfstandig te functioneren en zodanig gekwalificeerd is met een certificaat of diploma dat hij/zij reële
kansen heeft op de arbeidsmarkt.
Uitgangspunt hierbij is dat de student de verantwoordelijkheid draagt van zijn/haar leerproces.
Summatieve toetsing Beoordelen om te kwalificeren. De summatieve toetsing dient beschreven te zijn in het Onderwijs Examen
Reglement (OER). De summatieve toetsing voldoet aan de hiervoor geldende wettelijke regels.
Verantwoordelijkheid De rol of verantwoordelijkheid die een student draagt tijdens de uitvoering van een werkproces varieert
van:
De mate van verantwoordelijkheid
Uitvoering eigen takenpakket
De beroepsbeoefenaar is vakman/vakvrouw en vervult uitvoerende en ondersteunende taken. Binnen Zorg en
Welzijn is iedere beroepsbeoefenaar verantwoordelijk voor zijn/haar eigen werk. Beroepshandelingen worden
met zorg en toewijding uitgevoerd.
Samenwerking met collega’s
Afhankelijk van het opleidingsniveau draagt de beroepsbeoefenaar verantwoordelijkheid voor de sfeer en de
wijze waarop collega’s met elkaar samenwerken.
Aansturing op lager niveau
De verantwoordelijkheid van de beroepsbeoefenaar kan zich beperken tot het eigen functioneren binnen het
eigen takenpakket, maar kan zich ook uitstrekken tot het werk van anderen doe op een lager niveau werken.
Dit hangt samen met het niveau van de opleiding.
De hele zorg- en begeleidingscyclus
Naarmate het niveau hoger is, zijn de werkzaamheden divers van aard. De beroepsbeoefenaar heeft inzicht in
meerdere werkprocessen. Stemt diensten op elkaar af en coördineert werkzaamheden. De beroepsbeoefenaar
beschikt over een helikopterview.
Wegwijzer Begeleidingsinstrument (kompas) aan de hand waarvan de student planmatig leert en werkt volgens de fases
Oriënteren, Plannen, Uitvoeren, Controleren en Reflecteren.
Werkproces
Een geheel aan beroepshandelingen gericht op een specifiek doel binnen de beroepspraktijk, vastgelegd in het
kwalificatiedossier.
KV080992640BB_vs Helpende Zorg en Welzijn BBL 42