13.09.2013 Views

Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg

Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg

Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Een kanarie in <strong>mijn</strong> hoofd - Ed Franck<br />

bewegen. Hij dacht t<strong>er</strong>ug aan <strong>de</strong> turnlessen en sportdagen op<br />

school. Altijd als laatste aan <strong>de</strong> aankomst als <strong>er</strong> g<strong>er</strong>end moest<br />

wor<strong>de</strong>n. Altijd als laatste ov<strong>er</strong>blijvend als <strong>er</strong> twee ploegen<br />

w<strong>er</strong><strong>de</strong>n gevormd. ‘En Wout dan maar’, zei dan <strong>de</strong> ploegleid<strong>er</strong><br />

die pech had, met een moe<strong>de</strong>loze zucht.<br />

Wout liet zijn ogen ronddwalen. Twee schak<strong>er</strong>s, vi<strong>er</strong> kaart<strong>er</strong>s,<br />

twee damm<strong>er</strong>s, twee bij een of and<strong>er</strong> bordspel met pionnen<br />

en drie mannen bij een sjoelbak. Maar geen Mo. Natuurlijk<br />

geen Mo.<br />

Hij trok <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur dicht en liep we<strong>er</strong> naar <strong>de</strong> hal, waar <strong>de</strong> lift<br />

was. Hij moest uitwijken <strong>voor</strong> een karretje met grote aluminium<br />

potten <strong>er</strong>op.<br />

Bij <strong>de</strong> lift duw<strong>de</strong> een bejaar<strong>de</strong>nhelpst<strong>er</strong> net een oudje in een<br />

rolstoel naar binnen en Wout wipte mee. De helpst<strong>er</strong> drukte<br />

op knop drie, hij hoef<strong>de</strong> zijn hand niet me<strong>er</strong> uit te steken. Hij<br />

luist<strong>er</strong><strong>de</strong> naar het gezoem van <strong>de</strong> lift en keek naar <strong>de</strong> vrouw<br />

in <strong>de</strong> rolstoel. Haar hoofd lag schuin en ze staar<strong>de</strong> naar niets.<br />

Ond<strong>er</strong> haar dunne, spi<strong>er</strong>witte haar schem<strong>er</strong><strong>de</strong> haar sche<strong>de</strong>l met<br />

<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> roze kleur als haar pantoffels. Met haar han<strong>de</strong>n vol<br />

schilf<strong>er</strong>ige oud<strong>er</strong>domsvlekken wriemel<strong>de</strong> ze aan het <strong>de</strong>kentje<br />

ov<strong>er</strong> haar knieën.<br />

Plotseling keek ze Wout aan. ‘V<strong>er</strong>geet je niet te control<strong>er</strong>en<br />

of <strong>de</strong> kachel wel uit is, zoon?’ zei ze met een nauwelijks hoorbare<br />

stem.<br />

V<strong>er</strong>ward keek Wout naar <strong>de</strong> bejaar<strong>de</strong>nhelpst<strong>er</strong>. Ze glimlachte<br />

naar hem en wreef even ov<strong>er</strong> <strong>de</strong> schoud<strong>er</strong> van <strong>de</strong> vrouw.<br />

‘Komt in or<strong>de</strong>, Mia, jij hebt een prima zoon’, riep ze dicht bij<br />

haar oor. Ze glimlachte nog eens naar Wout.<br />

Boven v<strong>er</strong>dween ze met <strong>de</strong> rolstoel in <strong>de</strong> link<strong>er</strong>gang.<br />

Vijf<strong>de</strong> <strong>de</strong>ur links, dacht Wout, t<strong>er</strong>wijl hij <strong>de</strong> recht<strong>er</strong>gang insloeg.<br />

Dezelf<strong>de</strong> lichtgrijze muren en ro<strong>de</strong> <strong>de</strong>uren. Het zoveelste<br />

brandblusapparaat. En <strong>de</strong>ze ke<strong>er</strong> schild<strong>er</strong>ijen met begrijpelijke<br />

dingen zoals bloemtuilen of een k<strong>er</strong>kpleintje.<br />

Toen hij <strong>de</strong> d<strong>er</strong><strong>de</strong> open <strong>de</strong>ur aan zijn link<strong>er</strong>kant <strong>voor</strong>bijliep,<br />

hoor<strong>de</strong> hij opeens: ‘Pst! Pst! Help je even?’<br />

Hij zag een vrouw <strong>voor</strong>ov<strong>er</strong>gebogen op een stoel zitten. Ze<br />

tuur<strong>de</strong> kippig ov<strong>er</strong> <strong>de</strong> rand van haar bril in zijn richting. ‘Ik kan<br />

<strong>mijn</strong> knotje breiwol niet me<strong>er</strong> vin<strong>de</strong>n. Help je even zoeken?<br />

Mijn ogen willen niet me<strong>er</strong> mee.’<br />

praten en zwijgen 3

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!