Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg
Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg
Lespakket 'Ik ben er voor mijn buurt' voor de derde graad - Ziekenzorg
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Een kanarie in <strong>mijn</strong> hoofd - Ed Franck<br />
Mohikaan, Mozes of Mopp<strong>er</strong>kont<br />
‘De kabout<strong>er</strong>s vallen aan! Help!’ riep een schrille stem.<br />
Met een ruk trok Wout zijn hoofd t<strong>er</strong>ug, <strong>de</strong> <strong>de</strong>urknop nog<br />
in zijn hand.<br />
Hi<strong>er</strong> stond hij dan.<br />
‘V<strong>er</strong>spreid jullie ov<strong>er</strong> het bejaar<strong>de</strong>ntehuis en kies zelf maar<br />
een kam<strong>er</strong> uit’, had <strong>de</strong> juf gezegd. ‘E<strong>er</strong>st aankloppen natuurlijk,<br />
ook als <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur openstaat. Hou maar een gezellig babbeltje.’<br />
‘Ov<strong>er</strong> wát?’ had Evelien gevraagd.<br />
‘Nou ja, eh… Bij<strong>voor</strong>beeld… Het is misschien iemand die<br />
vroeg<strong>er</strong> duiven heeft gehad. Dan praat je dus ov<strong>er</strong> duiven.’<br />
Duiven? Wat wist hij in hemelsnaam ov<strong>er</strong> duiven? Dat ze<br />
vleugels had<strong>de</strong>n. Dat ze standbeel<strong>de</strong>n ond<strong>er</strong>scheten. Dat was<br />
het zo ongeve<strong>er</strong>. Leuk gesprek.<br />
‘En wat als ze ons niet binnenlaten?’ had Johan gevraagd.<br />
‘Ze weten dat <strong>er</strong> vandaag een klas op bezoek komt, dus jullie<br />
zijn welkom’, had <strong>de</strong> juf geantwoord.<br />
Welkom?<br />
‘Waar blijf je, miez<strong>er</strong>ig k<strong>er</strong>eltje?’ riep <strong>de</strong> stem.<br />
Voorzichtig stak Wout zijn hoofd we<strong>er</strong> door <strong>de</strong> <strong>de</strong>uropening.<br />
In een armstoel bij het raam zat een stokou<strong>de</strong> man, met een oud<strong>er</strong>wets<br />
wit renn<strong>er</strong>spetje op zijn hoofd. Hij zat daar klein, krom<br />
en knoestig, als een on<strong>de</strong>ugen<strong>de</strong> kobold uit een prentenboek.<br />
Hij leek te klein <strong>voor</strong> zijn huid, die zich in talloze rimpeltjes<br />
plooi<strong>de</strong>. Een beetje alsof iemand hem had laten leeglopen en<br />
v<strong>er</strong>geten was hem we<strong>er</strong> op te pompen.<br />
‘Wat sta je daar zo te staren? Ik weet dat ik geen plaatje <strong>ben</strong>.<br />
Kom binnen en doe <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur acht<strong>er</strong> je dicht.’<br />
De man wees naar een stoel. ‘Ga zitten. Moet ik nu welkom<br />
zeggen?’<br />
Wout staar<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n die uit <strong>de</strong> trui leken te kruipen.<br />
De huid was geel en droog en g<strong>er</strong>impeld, met ad<strong>er</strong>en die tussen<br />
<strong>de</strong> knokkels door naar <strong>de</strong> kromme ving<strong>er</strong>s liepen.<br />
Net boomschors, met al die vlekken, dacht Wout.<br />
‘Doofstom geboren?’ kraakte <strong>de</strong> stem.<br />
Wout schrok op. ‘Ik <strong>ben</strong> een le<strong>er</strong>ling van <strong>de</strong> school De Kriebel,<br />
Mohikaan, Mozes of Mopp<strong>er</strong>kont 1