13.09.2013 Views

Jaarverslag 2009 - Stichting Klachtenregeling Eerstelijnszorg

Jaarverslag 2009 - Stichting Klachtenregeling Eerstelijnszorg

Jaarverslag 2009 - Stichting Klachtenregeling Eerstelijnszorg

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2009</strong><br />

<strong>Stichting</strong> <strong>Klachtenregeling</strong> <strong>Eerstelijnszorg</strong><br />

Rotterdam en Zuid-Holland Zuid<br />

SKE Voorblad JV09.indd 1 04-05-2010 13:34:41


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

INHOUD<br />

Kerncijfers......................................................................................................................................... 3<br />

Profiel <strong>Stichting</strong>................................................................................................................................. 4<br />

Bericht voorzitter <strong>Stichting</strong>sbestuur .................................................................................................. 5<br />

Klachtenbehandeling ........................................................................................................................ 7<br />

Klachtenreglement en <strong>Klachtenregeling</strong>………………………………………………………………...7<br />

Klachtencommissie……………………………………………………………………………………....7<br />

Klachten ........................................................................................................................................... 9<br />

Aantal ......................................................................................................................................... 9<br />

Aard .......................................................................................................................................... 10<br />

Profiel aangeklaagde................................................................................................................ 11<br />

Profiel klager ............................................................................................................................ 11<br />

Aandachtspunten ........................................................................................................................... 12<br />

Bijlage 1 Uitspraken <strong>2009</strong> .............................................................................................................. 13<br />

Bijlage 2 Financieel jaarverslag <strong>2009</strong> ........................................................................................... 18<br />

Bijlage 3 Personalia ........................................................................................................................ 22<br />

2


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Kerncijfers<br />

Kerncijfers <strong>2009</strong><br />

Aantal zorgaanbieders 956<br />

Aantal ingediende klachten in <strong>2009</strong> 65<br />

Aantal behandelde klachten in <strong>2009</strong><br />

60<br />

(14 restklachten uit 2008 en 46 klachten uit <strong>2009</strong>)<br />

Uitspraak gegrond ( ged.) 7<br />

Uitspraak Ongegrond 7<br />

Bemiddeld 1<br />

In voortraject afgehandeld 40<br />

Commissie niet bevoegd/ klager niet ontvankelijk 5<br />

Secretariaat Klachtencommissie Rotterdam en Zuid-Holland Zuid<br />

Schorpioenstraat 278,<br />

3067 KW Rotterdam<br />

Tel : 010 – 209 59 34<br />

Fax : 010 – 220 14 56<br />

Web : www.klachteninfo-ske.nl<br />

Email : info@klachteninfo-ske.nl<br />

3


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Profiel <strong>Stichting</strong><br />

De <strong>Stichting</strong> <strong>Klachtenregeling</strong> <strong>Eerstelijnszorg</strong> Rotterdam en Zuid-Holland Zuid is gevestigd te<br />

Rotterdam aan de Schorpioenstraat 278.<br />

Het doel van de <strong>Stichting</strong> is het behandelen van klachten over het functioneren van de bij haar<br />

aangesloten huisartsen, huisartsenposten, gezondheidscentra en aan huisartsenzorg verwante<br />

instellingen alsmede het leveren van een bijdrage aan het bewaken en bevorderen van de<br />

kwaliteit van de huisartsenzorg.<br />

De <strong>Stichting</strong> verwezenlijkt haar doel door middel van een klachtencommissie die uit twee Kamers<br />

bestaat. Elke Kamer wordt voorgezeten door een -uit de rechterlijke macht afkomstige- voorzitter.<br />

Voorts hebben in elke Kamer 4 leden zitting, te weten 2 patiënten- en 2 huisartsenleden in<br />

wisselende samenstelling.<br />

Eerstelijns zorgaanbieders die binnen de doelgroep van de <strong>Stichting</strong> vallen en werkzaam zijn in de<br />

regio van de <strong>Stichting</strong> kunnen zich bij de collectieve klachtenregeling van de <strong>Stichting</strong> aansluiten.<br />

Daarmee voldoen deze zorgaanbieders aan hun wettelijke verplichting.(WKCZ,1995). Vermeld zij<br />

dat Huisartsen in opleiding (Haio’s) onder het lidmaatschap van hun huisartsenopleider vallen, dat<br />

waarnemers zich zelfstandig bij een klachtenregeling dienen aan te sluiten en dat Huisartsen in<br />

dienst van een huisarts (Hidha’s) aangesloten moeten zijn bij dezelfde klachtenregeling als hun<br />

werkgever/ huisartspraktijkhouder.<br />

Patiëntenlid<br />

Patiëntenlid<br />

Huisartsenlid<br />

Huisartsenlid<br />

Bestuur SKE<br />

Rotterdam & ZHZ<br />

Klachtencommissie<br />

Kamer 1 Kamer 2<br />

Voorzitter Kamer 1<br />

Voorzitter Kamer 2<br />

Patiëntenlid<br />

Patiëntenlid<br />

Huisartsenlid<br />

Huisartsenlid<br />

4


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Bericht voorzitter <strong>Stichting</strong>sbestuur<br />

Aangesloten zorgaanbieders<br />

In <strong>2009</strong> waren 956 zorgaanbieders aangesloten bij de <strong>Stichting</strong> <strong>Klachtenregeling</strong> <strong>Eerstelijnszorg</strong><br />

Rotterdam en Zuid-Holland Zuid, nader te noemen de <strong>Stichting</strong>.<br />

Deze zorgaanbieders zijn onder te verdelen in: huisartsen, gezondheidscentra 1 , huisartsen<br />

diensten structuren 2 en andere zorgaanbieders 3<br />

aangesloten zorgaanbieders 2006 2007 2008 <strong>2009</strong><br />

huisartsen 840 881 920 938<br />

gezondheidscentra 8 8 10 10<br />

HDS 7 7 7 7<br />

overig 1 1 1 1<br />

Totaal aantal zorgaanbieders 856 897 938 956<br />

Tabel 1: Kerncijfers<br />

Ook dit jaar is de <strong>Stichting</strong> herhaaldelijk benaderd door huisartsen die zich bij haar<br />

klachtenregeling wilden aansluiten terwijl zij niet in het gebied van de <strong>Stichting</strong> werkzaam waren.<br />

Vaak bleek de reden het kostenaspect te zijn. Voor sommige klachtencommissies is de<br />

klachtenregeling namelijk gekoppeld aan het lidmaatschap van de Landelijke Huisartsen<br />

Vereniging, de Regionale Huisartsen Vereniging, de Kring of de Regionale Ondersteuning<br />

Structuur. Dit bleek tot zeer hoge contributiebedragen te leiden.<br />

Aangezien de <strong>Stichting</strong> geen winstoogmerk heeft en derhalve haar werkgebied en doelgroep niet<br />

wil uitbreiden, heeft ze het verzoek van deze huisartsen om zich aan te mogen sluiten afgewezen<br />

en hen doorverwezen naar de klachtenregeling van hun eigen werkgebied.<br />

Kernactiviteiten<br />

De kernactiviteit van de <strong>Stichting</strong> is het instellen van een klachtencommissie voor het behandelen<br />

van klachten tegen aangesloten zorgaanbieders alsook het leveren van een bijdrage aan het<br />

bewaken en bevorderen van de kwaliteit van de huisartsenzorg. (artikel 2 <strong>Klachtenregeling</strong><br />

eerstelijnszorg Rotterdam en Zuid-Holland Zuid). In verband hiermee heeft de <strong>Stichting</strong> in oktober<br />

<strong>2009</strong> aan de bij haar aangesloten zorgaanbieders, middels een informatieavond, een feed-back<br />

gegeven van door de klachtencommissie behandelde klachten. Door acteurs werd in een<br />

interactief spel de inhoud van een aantal dossiers ter lering aan de zorgaanbieders voorgelegd.<br />

Daarnaast brachten sprekers, werkzaam bij de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot<br />

bevordering van de Geneeskunst en de huisartsenopleiding Rotterdam, de zorgaanbieders op de<br />

hoogte van de voornemens van de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport 4 inzake de<br />

veranderingen in het klacht- en tuchtrecht en de Wet BIG. (zie voor de presentaties de website<br />

van de <strong>Stichting</strong>: www.klachteninfo-ske.nl). De avond werd door de GAIA (Gemeenschappelijke<br />

Accreditatie Internet Applicatie) geaccrediteerd met 2 punten en was zeer druk bezocht.<br />

1<br />

Nieuwe Westen,Zevenkamp,Ommoord,Randweg,Charley Toorop,Zorg op Zuid,<strong>Stichting</strong> Tarwezicht, Mathenesserlaan,<br />

Port Health Centre, Gezondheidscentrum Sanitas<br />

2<br />

Post Zuid, Post Ruwaard van Putten,Post Sophiahof ,Post IJselland, Post Drechtsteden, Post ’t Hellegat, Post Gorinchem<br />

3<br />

B.V. Forensische Artsen Rotterdam Rijnmond ( FARR)<br />

4<br />

minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport, dr. A. Klink, werd in februari 2010 demissionair doordat het<br />

Kabinet-Balkenende viel.<br />

5


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Omdat de <strong>Stichting</strong> deze kernactiviteit wil continueren zal zij in oktober 2010 wederom een<br />

informatieavond aanbieden aan de bij haar aangesloten zorgaanbieders.<br />

Wet Cliëntenrechten Zorg ( WCZ)<br />

De minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport 5 was voornemens om de Wet klachtrecht<br />

(2005) in te trekken en om deze in 2011 te vervangen door een nieuwe wet. Op grond van deze<br />

nieuwe wet zou iedere zorgaanbieder verplicht zijn om zich aan te sluiten bij een<br />

geschillencommissie die een bindend advies tot max. €25.000,00 zou kunnen uitbrengen. Tevens<br />

zou iedere zorgaanbieder dienen te beschikken over een klachtenbemiddelaar. Ten tijde van het<br />

schrijven van dit jaarverslag lag het ontwerp van de nieuwe wet bij de Raad van State voor advies.<br />

Daarna zou het ontwerp in definitieve versie naar de Tweede- en vervolgens na de Eerste Kamer<br />

gaan.<br />

Of de val van het kabinet in februari 2010 gevolgen heeft voor de totstandkoming van de wet is<br />

onbekend. Zodra er meer bekend is zal de <strong>Stichting</strong> haar leden hiervan in kennis stellen.<br />

Financiën<br />

Voor informatie over de financiële gegevens van <strong>2009</strong> wordt verwezen naar het in de bijlage<br />

gevoegde financieel jaarverslag van het <strong>Stichting</strong>sbestuur.<br />

Ook in 2010 is het contributiebedrag niet alleen bestemd voor de afhandeling van klachten door de<br />

klachtencommissie maar tevens voor het houden van een informatieavond . Evenals afgelopen<br />

jaar zal deze avond aangeboden worden aan de aangesloten leden. Teneinde de<br />

onafhankelijkheid van de <strong>Stichting</strong> volledig te waarborgen vindt de organisatie geheel zonder<br />

sponsorgelden plaats.<br />

De contributie in 2010 bedraagt €110,00 per jaar voor huisartsen; voor gezondheidscentra<br />

afhankelijk van het aantal disciplines dat binnen het centrum werkzaam is €324,00 resp. € 162,00;<br />

voor huisartsen dienstenstructuren €648,00 . Zorgaanbieders die zich tijdens het lopende jaar<br />

aansluiten betalen contributie vanaf het kwartaal dat zij zich aanmelden.<br />

De bedragen zijn -vergeleken bij de contributie van andere klachtenregelingen- vrij laag.<br />

Secretariaat<br />

Het secretariaat van de klachtencommissie en van het bestuur van de <strong>Stichting</strong> werd in <strong>2009</strong><br />

vervuld door mr H.L. Huij-Galestien en door mr J.Oversluizen (per 01-04-<strong>2009</strong>)<br />

Beide secretarissen zijn op parttime basis werkzaam. Het bureau is telefonisch te bereiken van<br />

maandag tot en met donderdag tussen 09.00 en 16.30 uur.<br />

Aantal klachten<br />

In <strong>2009</strong> werd duidelijk dat steeds meer patiënten de <strong>Stichting</strong> wisten te vinden. Doordat de<br />

secretarissen een luisterend oor boden en de nodige informatie verstrekten zijn niet alle<br />

telefonische meldingen een officiële klacht geworden.<br />

Het aantal klachten in <strong>2009</strong> was 65 in getal.(in 2008: 59; in 2007: 68; in 2006: 53).<br />

Gemiddeld betekent dit voor <strong>2009</strong>: 1 klacht per 15 aangesloten zorgaanbieders.<br />

5 Zie noot 4<br />

Rotterdam, mei 2010<br />

R.D.W. Duiverman, huisarts<br />

Voorzitter <strong>Stichting</strong> <strong>Klachtenregeling</strong> <strong>Eerstelijnszorg</strong><br />

Rotterdam en Zuid-Holland Zuid<br />

6


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Klachtenbehandeling<br />

Klachtenreglement en <strong>Klachtenregeling</strong><br />

De klachtencommissie werkt volgens een Reglement Klachtenbehandeling waarin de taken en<br />

werkwijze van de klachtencommissie beschreven staat alsook de te volgen procedure van<br />

klachtenbehandeling. De klachtencommissie doet uitspraken over het al of niet gegrond zijn van<br />

een klacht. Eventueel kan de commissie daarbij aangeven welke maatregelen de zorgaanbieder<br />

dient te nemen om herhaling van dezelfde klacht te voorkomen. De uitspraken van de<br />

klachtencommissie zijn juridisch niet afdwingbaar. Wel heeft de klachtencommissie sinds 2005<br />

een meldingsplicht naar de Inspectie voor de Gezondheidszorg als er onverantwoorde zorg is<br />

verleend.<br />

In de <strong>Klachtenregeling</strong> staan de randvoorwaarden vermeld waaraan de behandeling van klachten<br />

moet voldoen.<br />

Klachtencommissie<br />

samenstelling<br />

De klachtencommissie dient volgens de wet uit minimaal drie leden te bestaan inclusief een<br />

geheel onafhankelijk voorzitter.<br />

De <strong>Stichting</strong> heeft twee Kamers, elk bestaande uit vijf leden die geheel onafhankelijk zijn, te weten:<br />

twee patiëntenleden, twee huisartsenleden en een voorzitter. De huisartsenleden zijn praktiserend<br />

en de patiëntenleden hebben blijk gegeven van maatschappelijke betrokkenheid. De voorzitters<br />

zijn afkomstig uit de rechterlijke macht. De Kamers worden bijgestaan door twee secretarissen die<br />

beiden jurist zijn.<br />

werkwijze<br />

De klachtencommissie behandelt de klachten niet alleen schriftelijk maar geeft partijen ook de<br />

mogelijkheid om tijdens hoorzittingen een mondelinge toelichting te geven op hun standpunt.<br />

Door de combinatie van de schriftelijke en mondelinge behandeling krijgen partijen niet alleen<br />

ruimschoots de gelegenheid om hun standpunten naar voren te brengen maar ook om tussentijds,<br />

eventueel tijdens een hoorzitting, tot een mogelijke oplossing van de klacht te komen. In dit<br />

verband wordt opgemerkt dat de klachtencommissie een van de weinige commissies is die een<br />

combinatie van schriftelijke en mondelinge klachtenbehandeling hanteert.<br />

ontvangst klacht<br />

Na ontvangst van een klacht wordt aan de klager een ontvangstbevestiging gestuurd alsmede een<br />

machtiging met het verzoek deze binnen een week ondertekend te retourneren. Door<br />

ondertekening van de machtiging verleent klager de commissie toestemming om de klacht aan de<br />

aangeklaagde zorgaanbieder voor te leggen en om alle benodigde informatie inzake de klacht op<br />

te vragen. Na ontvangst van de ondertekende machtiging wordt de klachtbrief aan de betreffende<br />

zorgaanbieder gestuurd met het verzoek om binnen drie weken een verweerschrift in te dienen. In<br />

de begeleidende brief wordt vaak het advies gegeven om contact op te nemen met klager en op<br />

eigen initiatief een gesprek aan te gaan. Gebleken is dat dit positief werkt en dat hierdoor ook<br />

geregeld een verdere procedure wordt voorkomen.<br />

Beide partijen ontvangen bij aanvang van de procedure tevens een folder waarin wordt uitgelegd<br />

hoe de klachtencommissie werkt en hoe de klachtenbehandeling plaatsvindt. Tevens staan er in<br />

de folder telefoonnummers vermeld van instanties die bijstand kunnen verlenen zoals het telefoonnummer<br />

van Zorgbelang Zuid-Holland voor patiënten en van de Vereniging van Artsen<br />

Automobilisten voor artsen.<br />

7


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

bijstand<br />

Partijen hebben tijdens de klachtenbehandeling de gelegenheid om zich in de procedure te laten<br />

bijstaan. Dit gebeurt van de kant van klagers veelal door familieleden of vrienden maar ook<br />

Zorgbelang Zuid-Holland staat regelmatig de klager bij. Zorgbelang Zuid-Holland is een<br />

organisatie die de belangen behartigt van patiënten en hen ondersteunt. De huisartsen laten zich<br />

geregeld bijstaan door een collega of een rechtsadviseur van de Vereniging van Artsen<br />

Automobilisten of een andere rechtsbijstandverzekeraar.<br />

verweer<br />

Indien een gesprek tussen partijen niet gewenst is of niet tot een oplossing van de klacht leidt,<br />

wordt de procedure voortgezet en krijgt de zorgaanbieder de gelegenheid om een verweerschrift<br />

in te dienen. Nadat het verweerschrift is ontvangen wordt een kopie daarvan doorgestuurd aan de<br />

klager en neemt, afhankelijk van de inhoud van het verweerschrift, de secretaris van de commissie<br />

vervolgens telefonisch contact met klager op. Nagegaan wordt of klager de procedure wenst voort<br />

te zetten of dat hij de inhoud van het verweerschrift afdoende acht om de procedure stop te zetten.<br />

Dit is een vaste werkmethode geworden in <strong>2009</strong> en gebleken is dat hierdoor veel klachten alsnog<br />

worden ingetrokken. Naar het zich laat aanzien komt dit omdat klager zich gehoord voelt en<br />

betrokkenheid bij zijn klacht ervaart. De commissie zal ook in 2010 deze laagdrempeligheid na<br />

blijven streven.Ter adstructie wordt opgemerkt dat van de 60 behandelde zaken in <strong>2009</strong> slechts 14<br />

voor een mondelinge behandeling naar een hoorzitting zijn verwezen.<br />

hoorzitting en uitspraak<br />

Indien klager besluit om de procedure voort te zetten worden partijen uitgenodigd voor een<br />

hoorzitting. Partijen krijgen dan de gelegenheid hun standpunten mondeling naar voren te brengen<br />

en te antwoorden op vragen van de commissie. Nadat de commissie zich voldoende geïnformeerd<br />

acht, doet zij een gemotiveerde uitspraak over de (on)gegrondheid van de klacht. Indien een<br />

klacht gegrond wordt bevonden, is de zorgaanbieder wettelijk verplicht om binnen vier weken na<br />

ontvangst van de uitspraak te melden of hij naar aanleiding van de uitspraak maatregelen zal<br />

treffen en zo ja welke. De klachten worden over het algemeen afgehandeld binnen een termijn van<br />

vijf maanden, welke termijn voortvloeit uit het klachtenreglement van de klachtencommissie.<br />

uitspraken/ aanbevelingen/ maatregelen.<br />

In <strong>2009</strong> heeft de klachtencommissie 14 uitspraken gedaan.<br />

7 klachten werden (gedeeltelijk) gegrond en 7 klachten werden ongegrond bevonden. Conform<br />

het gestelde in de wet werd aan de zorgaanbieders gevraagd of zij naar aanleiding van de<br />

gegrondheidverklaring van de klacht maatregelen zouden nemen en zo ja, welke. Alle betrokken<br />

zorgaanbieders meldden dat ze de overwegingen van de commissie ter harte namen en gepaste<br />

maatregelen zouden nemen. De maatregelen betroffen o.a. :<br />

- het verbeteren van een goede en duidelijke communicatie met de patiënt;<br />

- zorgen voor een goede overdracht naar de HAP in verband met de continuïteit van zorg van<br />

chronische (terminale) patiënten (voor eigen patiënten zeker de eerste uren bereikbaar zijn na<br />

het starten van intensieve palliatieve zorg, in geval van overdracht niet alleen een medisch<br />

dossier sturen naar de HAP doch ook 1 arts persoonlijk op de hoogte brengen van de situatie<br />

rond de chronische patiënt);<br />

- nog kritischer zijn in anamnese en onderzoek;<br />

- duidelijk aangeven binnen welke termijn verbetering van de gezondheidssituatie moet<br />

optreden;<br />

- geen mobiele nummers aan patiënten geven teneinde te persoonlijke contacten te vermijden;<br />

- inwendig onderzoek bij psychisch kwetsbare vrouwen in aanwezigheid laten geschieden van<br />

een assistente;<br />

- gesprekstechnieken aan assistentes geven;<br />

- herinvoeren van een kennismakingsgesprek bij nieuwe patiënten teneinde een goede<br />

communicatie te bevorderen.<br />

8


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Klachten<br />

Aantal<br />

In <strong>2009</strong> zijn er bij de klachtencommissie 65 klachten ingediend.<br />

Dit betekent een kleine toename van de klachten ( 2006: 53, 2007:68,2008:59 ).<br />

80<br />

70<br />

60<br />

50<br />

40<br />

30<br />

20<br />

10<br />

0<br />

aantal ingediende klachten<br />

2006 2007 2008 <strong>2009</strong><br />

ingediende klachten 53 68 59 65<br />

Figuur 1: aantal ingediende klachten<br />

Aantal Klachten per Kring<br />

In <strong>2009</strong> waren van de 65 ingediende klachten er 42 gericht tegen zorgaanbieders in Rotterdam e.o<br />

en 16 klachten tegen zorgaanbieders in Zuid-Holland Zuid. Bij 1 klacht is onbekend gebleven<br />

tegen welke zorgaanbieder de klacht was gericht. Er zijn 4 klachten van buiten de regio<br />

overgenomen en 2 klachten zijn doorgezonden naar andere regio’s.<br />

50<br />

45<br />

40<br />

35<br />

30<br />

25<br />

20<br />

15<br />

10<br />

5<br />

0<br />

30<br />

23<br />

47<br />

20<br />

42 42<br />

17 16<br />

0 1 0<br />

2006 2007 2008 <strong>2009</strong><br />

Figuur 2 : aantal klachten per Kring<br />

7<br />

Rotterdam<br />

ZHZ<br />

anders<br />

9


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Aard<br />

Een aantal van de 65 ingediende klachten in <strong>2009</strong> was meervoudig van aard.<br />

Binnen de ingediende klachten kunnen 72 klachtonderdelen worden onderscheiden.<br />

Ter wille van de systematiek zijn de klachten onderverdeeld in 3 rubrieken, conform de checklist<br />

uitgegeven door de SOKG:<br />

35 klachtonderdelen waren vaktechnisch van aard, 23 onderdelen waren van relationele aard;<br />

14 onderdelen betroffen de organisatie.<br />

organisatie: 14<br />

relationeel: 23<br />

Figuur 3 : aard ingediende klachten<br />

aard klachtonderdelen <strong>2009</strong><br />

aantal onderdelen: 72<br />

;<br />

vaktechnisch: 35<br />

De vaktechnische klachtonderdelen betroffen de behandeling, de diagnose, informatie betreffende<br />

het onderzoek, de medicijnen, weigering huisbezoek en de verwijzing. De relationele onderdelen<br />

betroffen vooral de communicatie. Organisatorische klachtonderdelen betroffen de bereikbaarheid,<br />

beschikbaarheid, dossier/inzagerecht., vrije artsenkeuze en de rekening.<br />

Evenals in de jaren 2006, 2007 en 2008 was het grootste deel van de klachtonderdelen van<br />

vaktechnische aard.<br />

10


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Profiel aangeklaagde<br />

Van de 65 ingediende klachten in <strong>2009</strong> waren er 44 gericht tegen de eigen (ex) huisarts<br />

(37 tegen de eigen huisarts en 7 tegen de ex-huisarts). Hieronder vallen ook de klachten waarin een<br />

verwijt wordt gemaakt tegen de assistente van de arts. In vergelijking met het jaar 2008 is dit een lichte<br />

stijging. Het aantal klachten tegen HDS 'en en tegen dienstdoende huisartsen op de HDS 'en is iets<br />

teruggelopen.Opgemerkt zij dat de klachtenfunctionarissen van de Posten veel klachten opvangen en<br />

tot tevredenheid van patiënten weten op te lossen.<br />

Profiel klager<br />

dienstdoend<br />

huisarts HDS<br />

9<br />

HDS<br />

4<br />

waarnemer<br />

4<br />

Figuur 4 : profiel aangeklaagde<br />

profiel aangeklaagde <strong>2009</strong><br />

aantal: 65<br />

G.C<br />

.4<br />

eigen(ex)<br />

huisarts; 44<br />

In <strong>2009</strong> waren er evenveel klagers van het mannelijk- als van het vrouwelijk geslacht.<br />

De meeste klachten werden ingediend door de patiënten zelf<br />

gemachtigde<br />

man: 4<br />

gemachtigde<br />

vrouw<br />

9<br />

Figuur 5 : profiel klager<br />

profiel klager <strong>2009</strong><br />

nabestaande aantal:65<br />

vrouw; 2<br />

nabestaande<br />

man: 4<br />

patient man:<br />

23<br />

patient vrouw:<br />

23<br />

11


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Aandachtspunten<br />

Naar aanleiding van de in <strong>2009</strong> opgedane kennis brengt de klachtencommissie de volgende punten onder de<br />

aandacht van de zorgaanbieders. Ze hoopt hiermee bij te dragen aan mogelijke kwaliteitsverbetering van de<br />

huisartsenzorg.<br />

Een arts dient te allen tijde een professionele distantie in acht te nemen ten aanzien van zijn patiënten.<br />

Hij mag niet verder doordringen tot de privé sfeer van de patiënt dan in het kader van de hulpverlening<br />

noodzakelijk is. Verbale of lijfelijke intimiteiten zijn niet toegestaan.( zie ook Modelregeling arts-patiënt<br />

art. 17 KNMG).<br />

Er mag niet volstaan worden met het voorschrijven van pijnstillers indien in een telefonisch gestelde<br />

diagnose een hersenmetastase als differentiaal diagnose wordt overwogen. Er dienen duidelijke<br />

instructies te worden gegeven door bijvoorbeeld een termijn te stellen waarbinnen verbetering moet<br />

optreden of door aan te geven wanneer in ieder geval teruggebeld moet worden.<br />

Het zou wenselijk zijn indien er bij de receptie niet kan worden meegekeken in de computer en indien<br />

in de behandelkamer het computerscherm zo wordt neergezet dat de patiënt alleen op eigen verzoek<br />

kan meekijken.<br />

Het regelen van een nieuwe huisarts behoort niet tot de bevoegdheid van de klachtencommissie; bij<br />

klachten over vrije huisartsenkeuze worden patiënten doorverwezen naar de zorgverzekeraars.<br />

Indien de diagnose herpes genitalis gesteld wordt aan de hand van lichamelijk onderzoek dienen<br />

antivirale middelen te worden voorgeschreven. Er dient hiervoor niet gewacht te worden op de uitslag<br />

van een kweek, aangezien deze de diagnose slechts ondersteunt.<br />

Het missen van een diagnose behoeft op zich niet klachtwaardig te zijn, met name niet als er sprake is<br />

van een complex ziektebeeld. Wel is er sprake van klachtwaardig handelen indien aan die verkeerde<br />

diagnose onvoldoende onderzoek is voorafgegaan.<br />

Consulten dienen te allen tijde duidelijk en zorgvuldig gedocumenteerd te worden niet alleen opdat de<br />

behandelend arts of andere betrokken hulpverleners daarop terug kunnen vallen maar ook opdat op<br />

het verslag een beroep kan worden gedaan bij mogelijke procedures.<br />

Ook indien een arts niet expliciet gevraagd wordt om een visite af te leggen kan de verkregen<br />

informatie of de ongerustheid van de patiënt voor de arts een reden zijn om langs te gaan.<br />

Tijdens afwezigheid / vakanties dient zorg te worden gedragen voor telefonische bereikbaarheid van<br />

de praktijk en voor adequate waarneming; het is niet wenselijk indien patiënten een waarnemer slechts<br />

in zeer urgente gevallen mogen consulteren.<br />

Het is wenselijk om te informeren naar de reden van uitschrijving indien een patiënt die jarenlang<br />

ingeschreven is geweest, zich plotseling laat uitschrijven.<br />

12


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Bijlage 1 Uitspraken <strong>2009</strong><br />

Een belangrijke doelstelling van de <strong>Stichting</strong> is het leveren van een bijdrage aan het bewaken en bevorderen<br />

van de kwaliteit van de huisartsenzorg. Mede in verband hiermee zijn een aantal (gedeelten van) uitspraken,<br />

die de klachtencommissie in <strong>2009</strong> gedaan heeft, hieronder weergegeven.<br />

Behandeling / Bejegening<br />

Klacht<br />

Stellen van een verkeerde diagnose<br />

Niet duidelijk communiceren over de klachten van patiënt<br />

De feiten<br />

Patiënt heeft sinds enkele jaren ernstige lichamelijke klachten. Hij takelt volledig af en is doodmoe.<br />

Zijn gewicht neemt af, hij heeft pijn aan zijn heup en aan zijn benen en hij krijgt uitslag in de vorm<br />

van vreemde bulten. De huisarts neemt kennis van de klachten van patiënt, onderzoekt patiënt,<br />

laat bij patiënt een aanvullend bloedonderzoek verrichten en verwijst patiënt door naar de internist,<br />

daar hij differentiaal diagnostisch aan een maligniteit denkt . De huisarts neemt daarna meerdere<br />

malen contact op met de internist en uit zijn zorgen over het bijzondere verloop van de ziekte bij<br />

patiënt.<br />

De internist heeft gericht gezocht naar een kwaadaardige aandoening als oorzaak van de klachten<br />

van patiënt. Dit onderzoek leverde echter geen bijzonderheden op. In verband hiermee heeft de<br />

huisarts, na overleg met de internist, een beleid ingezet dat bestond uit pijnbestrijding en<br />

reactivatie.<br />

Patiënt is inmiddels aan kanker overleden. Klager en patiënt voelden zich volledig in de steek<br />

gelaten door de huisarts. Ondanks het feit dat duidelijk aan de huisarts was gemeld dat patiënt<br />

ernstige lichamelijke klachten had en dat hij volledig aftakelde en doodmoe was, hield de huisarts<br />

vol dat patiënt gereactiveerd moest worden. Klager vindt het moeilijk te accepteren dat patiënt zo’n<br />

lange periode door niemand begrepen is en langdurig pijn heeft geleden zonder dat de oorzaak<br />

bekend was. .<br />

Oordeel commissie<br />

De commissie stelt vast dat de huisarts na een uitgebreide anamnese en een grondig onderzoek<br />

bij patiënt geen duidelijke oorzaak voor de lichamelijke achteruitgang heeft kunnen vinden.<br />

Daarom heeft hij patiënt doorverwezen naar de internist. Toen deze ook niets kon vinden heeft de<br />

huisarts getracht, na overleg met de internist, om patiënt zo goed mogelijk te begeleiden bij de<br />

pijnbestrijding en reactivatie. De commissie is van oordeel dat de huisarts medisch technisch<br />

gezien adequaat gehandeld heeft. Het moge zo zijn dat achteraf gebleken is dat patiënt aan<br />

kanker leed. Dit doet niets af aan het feit dat de huisarts aan zijn zorgplicht voldaan heeft.<br />

De commissie is voorts van oordeel dat de huisarts er niet in geslaagd is bij klaagster en patiënt,<br />

die zienderogen achteruitging, zijn eigen zorgen betreffende de lichamelijke toestand van patiënt<br />

over te brengen. Het enkele feit dat klager en patiënt zich in de steek gelaten voelden door de<br />

huisarts maakt de commissie duidelijk dat de huisarts er niet in geslaagd is om aan te geven dat hij<br />

zelf ook moeite had met de discrepantie tussen hetgeen de patiënt aangaf en de specialist<br />

constateerde. Gelet op de omstandigheden waarin patiënt en klager zich bevonden had de<br />

commissie het wenselijk gevonden dat de huisarts met klager en patiënt een goede en duidelijke<br />

communicatie had opgebouwd. De commissie is van oordeel dat de huisarts hierin tekort<br />

geschoten is. Dit klachtonderdeel wordt gegrond bevonden<br />

13


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Behandeling<br />

Klacht<br />

De weigering om een viste af te leggen bij een doodzieke patiënte. Patiënte wordt afgescheept<br />

met een paar pillen.<br />

De feiten<br />

Klager heeft de huisartsenpost gebeld met het dringend verzoek om een arts een visite af te laten<br />

leggen bij zijn doodzieke echtgenote, de patiënte. Klager is zeer ongerust en geeft aan dat<br />

patiënte kort ervoor geopereerd is aan de metastase van een melanoom. De huisarts neemt<br />

telefonisch de anamnese af bij klaagster en legt geen visite af omdat hij aan goedaardige<br />

hoofdpijn klachten denkt. Allereerst wil hij met pijnstillers de pijn onderdrukken alvorens verdere<br />

stappen te ondernemen. Differentiaal diagnostisch heeft hij wel aan een metastase gedacht. Dit<br />

heeft hij niet aan klager en patiënte gemeld om hen niet ongerust te maken. Hij geeft hen het<br />

advies om terug te bellen indien de situatie niet verbetert. Hij stelt hierbij geen termijn.<br />

Oordeel commissie<br />

De commissie stelt vast dat de huisarts op grond van de telefonisch afgenomen anamnese als<br />

diagnose “migraine” heeft gesteld. Hoewel de commissie van oordeel is dat de anamnese<br />

zorgvuldig is afgenomen, acht ze de hieruit door de huisarts vastgestelde waarschijnlijkheidsdiagnose<br />

niet voor de hand liggend. Immers er was geen sprake van kloppende hoofdpijn, er was<br />

geen overgevoeligheid voor licht noch voor geluid en patiënte was 60 jaar oud. De commissie is<br />

van oordeel dat de huisarts bij het bepalen van zijn diagnose rekening had dienen te houden met<br />

het feit dat patiënte kort ervoor een lymfeklier operatie had ondergaan in verband met een<br />

metastase van een melanoom. Nu de huisarts in zijn differentiaal diagnose een hersenmetastase<br />

heeft overwogen, had hij niet mogen volstaan met het voorschrijven van pijnstillers maar patiënte<br />

dienen te bezoeken zeker nu de familie zo ongerust was. In ieder geval had de huisarts duidelijke<br />

instructies moeten achterlaten door bijvoorbeeld een termijn aan te geven waarbinnen verbetering<br />

moest optreden of door aan te geven wanneer in ieder geval teruggebeld moest worden. Nu de<br />

huisarts dit heeft nagelaten en op geen enkele manier rekening heeft gehouden met de<br />

ongerustheid van klager en patiënte oordeelt de commissie dat de huisarts geen adequate<br />

medische zorg heeft verleend. De klacht wordt gegrond bevonden.<br />

Relatie<br />

Klacht<br />

Sexueel grensoverschrijdend gedrag<br />

De feiten<br />

Klaagster, 23 jaar oud, heeft vanwege privé problemen en de daaruit voortvloeiende somatische<br />

klachten de huisarts geconsulteerd . Ze heeft inmiddels een zelfmoord poging gedaan. Klaagster<br />

bezoekt de huisarts meerdere malen. Deze ziet dat het steeds slechter met klaagster gaat en geeft<br />

haar zijn mobiel nummer zodat ze altijd kan bellen als er iets is. Klaagster voelt zich volledig<br />

begrepen door de huisarts en bouwt een vertrouwensrelatie met hem op. Ze geeft aan interesse te<br />

hebben in yoga, reiki en andere complementaire benaderingen.<br />

De huisarts geeft geen reiki behandelingen maar doet onderzoek bij klaagster naar blokkades en<br />

knooppunten teneinde een geruststellend en inzichtgevend effect te verkrijgen. Een onderzoek<br />

duurt ca. 15 minuten. Bij de behandelingen acht de huisarts een BH niet gewenst daar een BH<br />

bandje niet prettig is als je bezig bent.<br />

14


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

De sms’jes die de huisarts aan klaagster zond, zijn door klaagster uitgetypt. De huisarts herkent<br />

de sms’jes doch stelt dat de context ontbreekt. Hij stelt dat hij zich tegenover klaagster<br />

bemoedigend en liefdevol wilde opstellen, omdat hij voelde dat ze dat nodig had. Hij wilde een<br />

klankbord zijn voor haar.<br />

Oordeel commissie<br />

De commissie stelt vast dat de huisarts bij klaagster onderzoeken naar blokkades en knooppunten<br />

heeft uitgevoerd en dat deze onderzoeken volgens de huisarts altijd topless dienden te<br />

geschieden. Uit het dossier en/of ter zitting is niet gebleken op basis van welke medische<br />

argumenten de huisarts tot zijn onderzoeken is gekomen. Ook is niet gebleken of hij andere<br />

behandelingen heeft overwogen. De commissie stelt verder vast dat in de sms’jes die de huisarts<br />

aan klaagster zond woorden stonden als “liefs”, “x”, “lieve … Het geheel overwegend is de<br />

commissie van oordeel dat de huisarts in de arts-patiëntrelatie waarin vertrouwen en<br />

afhankelijkheid van de patiënt centraal staan de gedragsregels voor artsen overschreden heeft.<br />

Nu de huisarts niet de professionele distantie in acht heeft genomen die van een goed<br />

hulpverlener verwacht mag worden, acht de commissie de klacht gegrond.<br />

Bejegening/vertrouwensrelatie<br />

Klacht<br />

Niet discreet omgaan met persoonlijke gegevens uit het dossier van patiënt.<br />

De feiten<br />

Patiënt heeft een afspraak bij een gezondheidscentrum gemaakt om zijn bloeddruk te laten<br />

controleren. Bij het controleren van de bloeddruk door een assistente is hem gebleken dat op het<br />

computerscherm direct zijn hele medische dossier zichtbaar is. Patiënt vindt het vervelend dat een<br />

assistente deze vertrouwelijke informatie eveneens kan lezen, met name omdat er veel<br />

wisselingen plaats vinden bij de assistentes. Het gaat patiënt niet zo zeer om zijn<br />

persoonsgegevens maar om de verslaglegging van meer vertrouwelijke gesprekken die hij met<br />

zijn huisarts heeft gevoerd.<br />

Het gezondheidscentrum geeft aan dat de assistentes steeds meer als “verlengde arm”fungeren<br />

van de huisarts. Daarom is het van belang dat zij ook de persoonlijke gegevens van patiënten<br />

kunnen inzien. Dit is overigens niet anders in vergelijking met vroeger toen er nog geen computers<br />

waren en de assistentes eveneens de (papieren) status van patiënten konden inzien. De wijze van<br />

registratie van persoonlijke gegevens van patiënten is gebruikelijk in een gezondheidscentrum<br />

waar meerdere hulpverleners werken. Alle hulpverleners zijn bovendien aan een<br />

geheimhoudingsplicht gebonden.<br />

Oordeel commissie<br />

Hoewel de commissie erkent dat het niet prettig voor een patiënt kan zijn als direct alle<br />

persoonlijke gegevens zichtbaar zijn voor een assistente, stelt zij vast dat dit inherent is aan het<br />

systeem waarbij met assistentes wordt gewerkt. De assistentes worden in toenemende mate<br />

betrokken bij de behandeling en bij de organisatie van een gezondheidscentrum. Assistentes zijn<br />

volgens de KNMG richtlijnen hulpverlener in het kader van de behandelingsovereenkomst. Zij<br />

hebben dan ook een geheimhoudingsplicht waar zij zich aan moeten houden. De klacht wordt<br />

ongegrond geacht. Wel doet de commissie de suggestie om er rekening mee te houden dat er bij<br />

de receptie niet kan worden meegekeken in de computer en dat het computerscherm in de<br />

behandelkamer zo wordt gezet dat de patiënt alleen op eigen verzoek kan mee kijken.<br />

15


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Diagnose<br />

Klacht<br />

Stellen van een verkeerde diagnose. (Er was geen sprake van een slijmbeursontsteking maar van<br />

een schouderluxatie )<br />

Niet laten terugkomen voor een vervolgconsult.<br />

De feiten<br />

Patiënt meldt dat hij op een zaterdagavond met zijn fiets over de kop is geslagen en op het<br />

wegdek terecht is gekomen. Hij heeft de volgende ochtend -op zondag- nog wel gewerkt. Hij had<br />

echter wel veel pijn. Op maandagochtend is hij vervolgens naar een waarnemer van zijn huisarts<br />

gegaan. Na twee weken is hij op eigen initiatief naar de fysiotherapeut gegaan. De fysiotherapeut<br />

heeft hem na twee keer terug verwezen naar zijn eigen huisarts die constateerde dat de arm uit de<br />

kom was. Vijf weken na het ongeval is hij vervolgens geopereerd. Hij heeft van de artsen in het<br />

ziekenhuis vernomen dat er een verkeerde diagnose is gesteld.<br />

De huisarts geeft aan dat een schouderluxatie niet bij hem is opgekomen omdat patiënt eerst een<br />

dag heeft rond kunnen lopen met de klachten. Vanwege de pijn die een schouderluxatie met zich<br />

meebrengt heeft de huisarts niet aan deze mogelijkheid gedacht. In zijn belevingswereld schakelt<br />

iemand sneller medische hulp in als sprake is van een schouderluxatie. Voorts geeft de huisarts<br />

aan dat hij normaal gesproken een patiënt na twee weken laat terugkomen. Omdat hij waarnam is<br />

het hier niet van gekomen.<br />

Oordeel commissie<br />

De commissie stelt vast dat de huisarts kennis heeft genomen van de pijnklachten van patiënt en<br />

de schouder van patiënt heeft onderzocht. Op grond van zijn bevindingen heeft de huisarts de<br />

waarschijnlijkheidsdiagnose slijmbeursontsteking gesteld. De huisarts heeft niet aan de<br />

schouderluxatie gedacht omdat de patiënt hem pas ruim 24 uur na het ongeval consulteerde. De<br />

huisarts heeft patiënt geadviseerd om de schouder enige tijd te ontzien. De ontsteking zou dan<br />

vanzelf genezen. Er werd geen advies gegeven om terug te komen indien de situatie niet zou<br />

verbeteren.<br />

De commissie concludeert dat de huisarts op een dwaalspoor werd gebracht omdat hij pas 24 uur<br />

na het ongeval door patiënt werd geconsulteerd. De commissie concludeert voorts dat achteraf<br />

onomstotelijk vast is komen te staan dat de patiënt een schouderluxatie heeft opgelopen door de<br />

val. Bij het lichamelijk onderzoek moet derhalve sprake zijn geweest van een zeer ernstige<br />

functiebeperking van de schouder. Op grond hiervan had de huisarts een vervolgbeleid dienen in<br />

te stellen, bijvoorbeeld door een röntgenfoto te laten maken of door de patiënt te melden dat bij<br />

blijvende klachten de eigen huisarts geraadpleegd diende te worden. Nu de huisarts dit heeft<br />

nagelaten oordeelt de commissie de handelwijze van de huisarts klachtwaardig. De klacht wordt<br />

gegrond geoordeeld.<br />

16


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Diagnose<br />

Klacht<br />

De ernst van de medische situatie verkeerd inschatten; CVA niet onderkennen waardoor<br />

doorverwijzing naar de specialist alsook de behandeling te laat is ingezet.<br />

De feiten<br />

Begin november 2008 is patiënt thuis onwel geworden. Hij ligt uren op de bank en moet vaak<br />

overgeven. Omdat de klachten aanhouden is patiënt een week later, op 6 november 2008, naar<br />

de huisarts gegaan. Een haio stelde als diagnose de ziekte van Ménière en heeft overleg<br />

gepleegd met de huisarts. Op 10 november 2008 is patiënt bij de huisarts langs geweest met<br />

klachten over prikkelingen in de vierde en vijfde vinger. Volgens de huisarts passen deze<br />

verschijnselen bij ulnaris prikkeling.<br />

Op 14 november 2008 is de huisarts met de haio bij patiënt thuis geweest. Patiënt kreeg bij dit<br />

huisbezoek weer een aanval waarbij hij een raar gevoel kreeg in zijn hoofd. De huisarts heeft toen<br />

een cardio-vasculaire check gedaan. Uiteindelijk werd er geen verandering in de situatie<br />

geconstateerd. Volgens de huisarts was er sprake van een stoornis in het evenwichtsorgaan<br />

waarvan duizeligheid het gevolg is .<br />

Op 26 november <strong>2009</strong> is patiënt bij de huisarts langs geweest met klachten over de prikkelingen in<br />

zijn vierde en vijfde vinger. De huisarts heeft toen wederom neurologische tests gedaan maar hier<br />

kwam een normale uitslag uit. De huisarts heeft geconstateerd dat er sprake was van een ulnaris<br />

prikkeling en kon niet veel meer doen dan patiënt, gelet op het aanhouden van de klachten,<br />

verwijzen naar een neuroloog. Uit een CT- en MRI-scan is vervolgens gebleken dat patiënt in<br />

november 2008 een CVA heeft gehad.<br />

Volgens de huisarts is er tussen 1 en 9 december 2008 een verandering opgetreden in de<br />

medische situatie en was er vervolgens sprake van een vasculair probleem. De huisarts verwijst<br />

hierbij naar de brief van de neuroloog en de consultgegevens. De huisarts stelt dat hij niet eerder<br />

aanknopingspunten had voor een CVA: het onderzoek naar de prikkelingen in de vingers stond<br />

voorop. Het onderzoek hiernaar verliep perfect.<br />

Oordeel commissie<br />

De huisarts heeft gedetailleerd aangegeven wat het uitgevoerde beleid is geweest. Hij heeft<br />

patiënt diverse keren gesproken in verband met zijn klachten en heeft de klachten serieus<br />

behandeld. Het is volgens de commissie onvoldoende aannemelijk dat een verkeerde diagnose is<br />

gesteld waarbij wordt opgemerkt dat, gelet op de verschijnselen die zijn geconstateerd bij patiënt,<br />

er niet direct aan een TIA of een CVA gedacht hoefde te worden. De huisarts heeft volgens de<br />

commissie voldoende gecommuniceerd met de patiënt en voldoende medische aandacht aan zijn<br />

klachten besteed. De klacht is ongegrond.<br />

17


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Bijlage 2 Financieel jaarverslag <strong>2009</strong><br />

De <strong>Stichting</strong> heeft, evenals in voorgaande jaren, aan het administratiekantoor Ad Fundum de opdracht<br />

gegeven om de boekhouding te controleren. Hieruit en aan de hand van overige verstrekte gegevens werd<br />

door voornoemd administratiekantoor het rapport over het boekjaar <strong>2009</strong> opgesteld.<br />

18


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

19


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

20


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

21


SKE JAARVERSLAG <strong>2009</strong><br />

Bijlage 3 Personalia<br />

Bestuur <strong>Stichting</strong> <strong>Klachtenregeling</strong> <strong>Eerstelijnszorg</strong> Rotterdam en Zuid-Holland Zuid<br />

voorzitter drs. R. D.W. Duiverman,<br />

huisarts namens Kring Rotterdam e.o.<br />

penningmeester drs. J.L. van der Ven,<br />

huisarts namens Kring Zuid-Holland Zuid<br />

lid mr. P. Kamsteeg,<br />

namens de Gezondheidscentra in de regio Rijnmond<br />

lid mw. mr. H. M. van Pelt- Schroots,<br />

namens HDS' en Zuid-Holland Zuid<br />

lid drs. I.H.P.Oudeman,<br />

huisarts namens Centrale HAP'en Rotterdam<br />

De Klachtencommissie<br />

voorzitter mw. mr. A.G. Scheele- Mülder<br />

vicevoorzitter mr. R. Veenendaal<br />

huisartsenleden drs. F. Broere<br />

drs. R. Hoegen, plaatsvervanger.<br />

drs. D. C. Strop<br />

drs. B.J.C.J. Terstegge<br />

drs. A.A.A. Verheij<br />

patiëntenleden mw. G.F. Brantsma<br />

mw. mr. A.M. Bonga-Verwaaijen,<br />

mw. A.Sjouken<br />

mw. mr. G. Hupperetz-van Greuningen, plaatsvervanger<br />

ambtelijk secretaris mw. mr. H.L. Huij- Galestien<br />

ambtelijk secretaris mw. mr. J. Oversluizen<br />

administratief medewerker R. Willem<br />

22

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!