Deel II - Wiskunde
Deel II - Wiskunde
Deel II - Wiskunde
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Opgave: Bereken de laatste vier cijfers van 3 (20033 ) − 2 (2002 2 ) .<br />
Commando’s: mod modp mods &^<br />
12.2 Reële en complexe getallen<br />
Reële getallen kun je invoeren door decimalen 0-9 en een decimale . te gebruiken; je krijgt ze<br />
natuurlijk ook als resultaat van bepaalde uitdrukkingen. Maple evalueert het resultaat van<br />
een ‘uitdrukking’ niet altijd (dat wil zeggen, hij voert de berekening niet zomaar helemaal<br />
uit) om zo ver als mogelijk symbolisch te rekenen; kijk eens naar sqrt(2). Met evalf kun je<br />
forceren dat de evaluatie wel gebeurt. Je kunt daarmee dus ook een rationaal getal omzetten<br />
in een reëel getal.<br />
Er zijn veel reële functies ingebouwd, zoals abs voor absolute waarde, de goniometrische<br />
functies sin, cos, tan, en hun inversen zoals arcsin. Verder sqrt voor de wortel, de exponentiële<br />
functie exp (voor e x ) en ln, log10, log[b] voor natuurlijke, basis-10 en basis-b<br />
logaritmen.<br />
Natuurlijk wordt er maar met eindig veel decimalen achter de komma gerekend. Dit aantal<br />
is aan het begin meestal 10 en kan globaal voor alle verdere berekeningen worden gewijzigd<br />
met bijvoorbeeld Digits := 30. Je kunt ook voor een enkel resultaat de nauwkeurigheid<br />
veranderen met evalf(sqrt(2), 30).<br />
Maple is ook heel redelijk in staat limieten van functies in punten te bepalen, met limit.<br />
Daarbij kan probleemloos van oneindig gebruik gemaakt worden met infinity, en je kunt<br />
ook aangeven van welke kant je wilt benaderen.<br />
> limit( 1/x^3, x=infinity );<br />
> limit( 1/x^3, x=0 );<br />
> limit( 1/x^3, x=0, left );<br />
0<br />
undefined<br />
-infinity<br />
Voor complexe getallen geldt in principe hetzelfde als voor de reële getallen, ze zijn typisch van<br />
de vorm a + I * b, waarbij a en b reële getallen zijn en I gereserveerd is voor het imaginair<br />
getal i met i 2 = −1. In plaats van evalf gebruik je hier evalc om een uitdrukking numeriek<br />
te evalueren. Het reële en het imaginaire deel van een complex getal z vind je met Re(z) en<br />
Im(z), de complex geconjugeerde met conjugate(z).<br />
Maple kent een aantal reële en complexe constanten, zoals I als basis voor de complexe<br />
getallen, en Pi voor π. Je kunt zelf ervoor zorgen dat Maple namen herkent (en gebruikt)<br />
met behulp van alias.<br />
Het is belangrijk het verschil in te zien tussen 2.0 (reëel getal) en 2 (geheel getal). Een<br />
functie als evalf kan rationale getallen in reële getallen converteren; een soort van omkering<br />
bereik je met convert(evalf(sqrt(2)), fraction), waarbij de eindige decimale<br />
ontwikkeling in een breuk omgezet wordt. Met whattype kan je zien wat het type van een<br />
object is. Deze levert voor 2+3 en voor 6/3 de type integer, voor 2/3 de type fraction en<br />
voor 2.0 en evalf(2/3) de type float. Voor sqrt(2) krijg je nog een andere (rare) type<br />
maar in ieder geval niet float. Er is ook een functie type(x, t) die een Boolese waarde<br />
geeft, namelijk of x van type t is.<br />
49