13.09.2013 Views

VAN HER EN DER - The Mill Hill Missionaries

VAN HER EN DER - The Mill Hill Missionaries

VAN HER EN DER - The Mill Hill Missionaries

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De ogen van straatkinderen<br />

Het was heet, zelfs voor Khartoem.<br />

Mijn huis was een beetje smerig van de ‘haboeb’ ofwel<br />

zandstorm van de nacht tevoren.<br />

Ik wist dat het smerig was omdat ik overal in huis mijn<br />

voetsporen kon volgen. Daar moest wat aan gedaan worden.<br />

Ik begon met de vloer te vegen.<br />

Daarna verzamelde ik al de rommel in mijn kamer:<br />

een paar oude, versleten schoenen, kranten,<br />

een stel versleten overhemden, een kapotte wekker,<br />

drie of vier lege Pepsi flessen, en toog met dat alles<br />

naar onze plaatselijke afvalbak in de hoofdstraat.<br />

Een groepje straatkinderen die daar in de buurt liepen<br />

te lummelen zag me bezig bij de afvalbak.<br />

Toen ik wegreed, zag ik in de achteruitkijkspiegel<br />

dat ze al mijn rommel weer uit de bak trokken en meenamen.<br />

Voor mij is God ook zo. God heeft de ogen van straatkinderen.<br />

In de ogen van God en van straatkinderen bestaat er geen rommel.<br />

Peter Major mhm


4<br />

7<br />

9<br />

11<br />

RUBRIEK<strong>EN</strong><br />

Uit onze archieven .... 13<br />

Gebroken samenleving . 14<br />

Nieuws uit de Regio…16<br />

Van Her en Der .......... 20<br />

In Memoriam ………. 21<br />

Overleden vrienden . . 23<br />

Colofon ………. .......... 24<br />

ON<strong>DER</strong> ONS<br />

GEME<strong>EN</strong>SCHAPSBELEVING VERGELEK<strong>EN</strong><br />

Net voor de eeuwwisseling kwam Piet Verhagen terug<br />

naar Nederland vanuit Kenia en vond uiteindelijk zijn<br />

plek in het pastoraat in het Limburgse Sittard. In deze<br />

bijdrage vergelijkt hij zijn ervaringen in gemeenschapsopbouw<br />

daar en hier. “Er waren veel echt betrokken mensen<br />

(in Sittard), die open stonden voor HUN kerk, waar<br />

iedereen welkom was. Dit was voor mij al meteen een geweldig<br />

aanknopingspunt en het deed me denken aan mijn<br />

parochiewerk in Kenia”.<br />

GELOOFSVERDIEPING<br />

In dit nummer beginnen we een nieuwe vaste rubriek<br />

waarin we vertegenwoordigers van de nieuwe lichting<br />

<strong>Mill</strong>hillers uit Afrika en Azië aan het woord laten. <strong>Hill</strong>ary<br />

Awiti, afkomstig uit Kisumu, Kenia, bijt de spits af en vertelt<br />

in deze bijdrage van zijn eerste ervaringen met jeugdwerk<br />

in Sargodha, Pakistan.<br />

TRADITIE <strong>EN</strong> UITDAGING<strong>EN</strong> IN DE FILIPPIJN<strong>EN</strong><br />

Sinds een aantal jaren betrokken bij de opleiding tot missionaris<br />

van jonge Filippino’s in Iloilo kijkt Jacques Derksen<br />

hier terug op de <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> traditie in de Filippijnen.<br />

Vooruitkijkend naar de toekomst schrijft hij: “Het aantal<br />

Europese <strong>Mill</strong>hillers in de Filippijnen zal in de komende<br />

vijf jaar sterk teruglopen. De tijd dat onze Filippijnse <strong>Mill</strong>hillers<br />

hun eigen zaken moeten behartigen, komt snel nabij.<br />

Dat is een goede zaak. Ze mogen ons werk voortzetten,<br />

maar dan met hun eigen inzicht en eigen aanpak”.<br />

KOTIDO<br />

Jan Laarakker was als associate jarenlang actief betrokken<br />

bij het Pandipieri slum project in Kisumu en later bij<br />

Soedanese vluchtelingen in Masindi, Oeganda. Op geregelde<br />

tijden gaat hij terug om poolshoogte te nemen en de<br />

contacten te onderhouden. Bij zijn laatste bezoek nam hij<br />

ook een kijkje in Kotido, in Noordoostelijk Oeganda, waar<br />

een team van jonge Afrikaanse <strong>Mill</strong>hillers pioniert.<br />

3


4<br />

GEME<strong>EN</strong>SCHAPSBELEVING<br />

VERGELEK<strong>EN</strong>.<br />

In het kader van het thema ‘wederkerigheid’ is het deze keer Piet Verhagen,<br />

sinds een tiental jaren pastor in Sittard, die zijn Afrikaanse en Nederlandse<br />

ervaringen naast elkaar legt en verrassende overeenkomsten vaststelt.<br />

Precies op het einde van de vorige<br />

eeuw ben ik voorgoed teruggekomen<br />

in Nederland. En daar lag al meteen<br />

een baantje op mij te wachten, dat mij<br />

aangereikt werd door Frits Maas. Hij<br />

is hoofdaalmoezenier van Stella Maris<br />

Nederland. Hij was al een tijdje op<br />

zoek naar iemand voor de haven van<br />

Amsterdam en had mij benaderd. Ik<br />

dacht, dit is een mooie kans om een<br />

beetje mijn draai te vinden in de Nederlandse<br />

kerkprovincie. Behalve het<br />

feit dat ik het hele scheepvaart gebeuren<br />

op de kades van Amsterdam heel<br />

interessant vond, was het ook geweldig<br />

om met mensen uit alle hoeken<br />

van de wereld in contact te komen.<br />

Toch kwam ik al snel tot de conclusie<br />

dat dit werk voor mij niet van lange<br />

duur zou zijn. Ik kwam veel mensen<br />

tegen, maar die contacten waren van<br />

te korte duur en gaven geen echte<br />

voldoening. Ik verlangde terug naar<br />

het werk in een parochie. Met de hulp<br />

van vrienden, die al weer jaren in Nederland<br />

woonden, ben ik in Sittard beland,<br />

in een stadsparochie, die vanaf<br />

de beginjaren 1960 is opgebouwd. Wat<br />

liturgie betreft, beschikte de parochie<br />

over een van de mooiste gebouwen<br />

om Eucharistie te vieren, maar ook<br />

een parochie, die vanaf het begin een<br />

grote trekpleister was voor vele katholieken<br />

uit de omtrek, die zich hier<br />

thuis voelden en actief meedraaiden.<br />

Er waren veel activiteiten en nog meer<br />

echt betrokken mensen, die openstonden<br />

voor HUN kerk, waar iedereen<br />

welkom was. Dit was voor mij al meteen<br />

een geweldig aanknopingspunt en<br />

het deed me denken aan mijn parochiewerk<br />

in Kenia.<br />

Ook in de parochie in Kenia, waar ik<br />

11 jaar pastoor mocht zijn, stelden de<br />

parochianen het zeer op prijs, dat zij<br />

geacht werden zelf een actieve rol te<br />

spelen in al het reilen en zeilen van<br />

de parochie. Daar begon de grote ommekeer<br />

in 1977 met het opstarten van<br />

Christelijke Basis Gemeenschappen.<br />

Elke gemeenschap las meditatief samen<br />

een Bijbeltekst! De Bijbellezingen<br />

van het weekeinde werden als vertrekpunt<br />

genomen en men zat wekelijks<br />

bij elkaar om te luisteren naar elkaar<br />

wat die tekst op dat moment in het leven<br />

voor hen betekende. Daaruit ontsprongen<br />

allerlei activiteiten op diaconaal<br />

en pastoraal gebied.


Oost-Afrika: een kleine gemeenschap bidt samen en leest de Bijbel.<br />

• Diaconaal: zwangerschap- en babyverzorging,<br />

hygiëne in en rondom<br />

het huis, ouderen- en ziekenverzorging,<br />

landbouw en veeteelt, geldinzameling….<br />

• Pastoraal: samen eens in de week<br />

meditatief bijbellezen, doopsel, eerste<br />

heilige Communie, vormsel, en<br />

voorbereiding op het huwelijk, begrafenis.<br />

Alle actieve leden waren volwaardig<br />

lid, als ze regelmatig deelnamen aan<br />

de bijbel“sharing” en de activiteiten<br />

van de basisgemeenschap en de liturgie.<br />

Gedurende de week nodigde een bepaalde<br />

gemeenschap mij uit, om in<br />

hun midden voor te gaan in de Eucharistie.<br />

Voor de viering begon, werden<br />

eerst alle pastorale en diaconale zaken<br />

van de gemeenschap besproken<br />

om daarna gezamenlijk in gebed om<br />

nieuwe kracht te bidden om verder te<br />

kunnen gaan.<br />

Hier in Sittard in de parochie van de<br />

wijk “Vrangendael” vond ik een gemeenschap,<br />

waarvan de mensen van<br />

mening waren dat dit HUN parochie<br />

was.<br />

Dit zijn mensen van heinde en verre,<br />

die zich op allerlei gebied wilden voorbereiden<br />

voor de door henzelf gekozen<br />

taken. Zoals:<br />

• lid zijn van het kerkbestuur of de<br />

pastoraat groep.<br />

• begeleider zijn van de doopgroep of<br />

de voorbereidingsgroep van de eerste<br />

communie en het vormsel.<br />

• meehelpen bij het wekelijks versieren<br />

van het altaar en eventueel de<br />

kerk.<br />

• zorg en aandacht besteden aan de<br />

zieken.<br />

• voorgaan in de avondwake, collecteren<br />

tijdens de vieringen, koorlid<br />

of organist zijn of cantor, die de<br />

zang leidt gedurende een viering.<br />

• fungeren als gastvrouw of gastheer<br />

van het parochiehuis waar mensen<br />

5


voor de gezelligheid bij elkaar komen.<br />

• verzorgen van onderhoud van de<br />

gebouwen, de tuin en het schoonmaken<br />

van de kerk.<br />

• misschien wel het voornaamste:<br />

meewerken in de groep die samen<br />

met de predikant van het weekeinde<br />

de liturgie voorbereidt.<br />

De weekendliturgie wordt gezien en<br />

ervaren als de bron van kracht voor<br />

het werk dat iedere dag op allerlei manieren<br />

gedaan moet worden.<br />

Gebed: dit is het bindmiddel, de cement,<br />

die de groep bij elkaar houdt<br />

en verdraagzaam maakt voor elkaar,<br />

zodat ieder die erbij wil horen er zich<br />

bij thuis voelt.<br />

Een doopselviering in Sittard.<br />

6<br />

Ik vind het geweldig dat mijn ervaring<br />

van Kenia mij geholpen heeft hier ook<br />

op zoek te gaan naar een kerk van en<br />

voor de mensen! Eén ding heb ik duidelijk<br />

geleerd: de opbouw van Jezus’<br />

Koninkrijk te midden van ons, ligt<br />

NIET in het volgen van regeltjes en<br />

voorschriftjes, die van hogerhand in<br />

de loop der eeuwen zijn neergelegd,<br />

maar is in ons midden. De basis van<br />

ons samenzijn ligt in het GEBED, waar<br />

Jezus in ons en van ons gebruik maakt,<br />

GEBED, dat door de mensen, die daarvoor<br />

bij elkaar zijn, zelf wordt gebeden/gezongen<br />

waarbij een ieder zich<br />

thuis voelt en zich mag uitdrukken op<br />

de manier die haar of hem bevalt. Dan<br />

wordt dit koninkrijk iets levendigs, dat<br />

gevierd en beleefd wordt door iedereen<br />

in een liturgie die aanspreekt.<br />

Piet Verhagen mhm


WERK<strong>EN</strong> AAN GELOOFSVERDIEPING<br />

MET JONGER<strong>EN</strong> IN PAKISTAN.<br />

<strong>Hill</strong>ary Awiti, geboortig uit Kisumu, Kenia, behoort tot de nieuwe lichting van<br />

jonge <strong>Mill</strong>hillers uit Afrika en Azië. Na zijn wijding vorig jaar werd hij uitgezonden<br />

naar Pakistan.<br />

Woensdag 2 maart 2011 was een zwarte<br />

dag voor de toch al zwaar onderdrukte<br />

Christenen van Pakistan.<br />

Het was de dag van de moord op de<br />

minister van religieuze minderheden,<br />

Shahbaz Bhatti. De minister was onderweg<br />

naar zijn kantoor in de hoofdstad<br />

Islamabad toen de moordenaars<br />

hem uit zijn auto sleurden en dood<br />

schoten. Hij was een overtuigd katholiek<br />

en kwam moedig op voor de rechten<br />

van de christelijke minderheden.<br />

Zijn poging om de wetsvoorschriften<br />

aangaande heiligschennis gewijzigd<br />

te krijgen werd hem niet in dank afgenomen<br />

door de extremisten. Eerder<br />

in het jaar was al de gouverneur van<br />

de Punjab, Salman Taseer, een moslim,<br />

doodgeschoten om dezelfde reden.<br />

Deze wetten worden vaak gebruikt om<br />

christelijke buren een hak te zetten.<br />

Door iemand te beschuldigen van het<br />

beledigen van de naam van Mohammed<br />

of het onteren van de Koran, kan<br />

een moslim een christen de gevangenis<br />

in werken of zelfs ter dood veroordeeld<br />

krijgen.<br />

Tijdens de Eucharistieviering ter nagedachtenis<br />

van minister Bhatti op 4<br />

maart verklaarde aartsbisschop Anthony<br />

Rufin: “Hij was een diepgelovig<br />

mens die zijn leven heeft gegeven voor<br />

zijn geloof. Ik weet zeker dat de Kerk<br />

hem te zijner tijd zal uitroepen tot<br />

martelaar”.<br />

Een andere bisschop voegde daaraan<br />

toe: “Minister Bhatti was iemand<br />

die de evangelische waarden gestalte<br />

gaf in zijn leven, waarden zoals mededogen,<br />

eenheid, en zorg voor de gemarginaliseerden…<br />

Ook wij worden<br />

opgeroepen tot mededogen voor alle<br />

mensen, zonder onderscheid van geloof,<br />

ras of cultuur, tot het geven van<br />

een teken van broederschap”.<br />

Hieronder geeft <strong>Hill</strong>ary Awiti mhm,<br />

een Keniaanse <strong>Mill</strong>hiller, een indruk<br />

van zijn betrokkenheid met jongeren<br />

in een grote parochie in de Punjab.<br />

Er is een mooi Afrikaans spreekwoord<br />

dat luidt: ‘Laat aan een kind zien hoe<br />

het moet groeien, maar zorg dat je<br />

zelf meegroeit’. Dit gezegde heeft mij<br />

Shabaz Bhatti<br />

7


sterk gemotiveerd in mijn werk met<br />

jongeren hier in Pakistan. Sinds mijn<br />

komst hier vorig jaar in de parochie<br />

van Sargodha, in het bisdom Rawalpindi-Islamabad,<br />

ben ik me speciaal<br />

gaan toeleggen op de begeleiding van<br />

jongeren op weg naar volwassenheid<br />

in het geloof. Het trainen van jonge<br />

vrijwilligers, jongens en meisjes die<br />

zelf weer groepen van leeftijdgenoten<br />

begeleiden, speelt daarbij een belangrijke<br />

rol. Maandelijks komen we bij<br />

elkaar hier in de parochiezaal om het<br />

nodige lesmateriaal en allerlei hulpmiddelen<br />

met elkaar door te nemen.<br />

Aan belangstelling en enthousiasme<br />

geen gebrek! Op het ogenblik zijn er<br />

zo’n 38 jongeren groepen met elk zo’n<br />

25 deelnemers in deze uitgestrekte<br />

parochie, die meer dan 4000 gezinnen<br />

telt.<br />

Op de groepsbijeenkomsten geven<br />

we de gebruikelijke catechese en<br />

vertonen we thema films die zeer in<br />

de smaak vallen. En de jongeren zelf<br />

laten zich ook niet onbetuigd als het<br />

erop aan komt een show te verzorgen<br />

of een toneelstukje op de planken te<br />

zetten. Tegelijk bouwen ze zo ook hun<br />

zelfvertrouwen op. Met Kerstmis en<br />

Pasen is er elk jaar een grote samenkomst<br />

hier in het centrum van de parochie.<br />

Dit jaar was het met Pasen een<br />

8<br />

waar feest van kleur en muziek. In een<br />

lange, veelkleurige processie met vlaggen<br />

en vaandels, met iedereen op z’n<br />

paasbest, trok de stoet de kerk binnen<br />

om de Verrezen Heer te vieren. In de<br />

grote zaal van het Sargodha Institute<br />

of Technology, opgezet door Broeder<br />

Hans Vester mhm, volgde het middagprogramma<br />

van zang, dans en toneel,<br />

met een gemeenschappelijk feestmaal<br />

als afsluiting.<br />

Ja, dit zijn kostbare gebeurtenissen<br />

van feestvreugde voor de christengemeenschap<br />

hier. Christenen in Pakistan<br />

vormen een heel kleine en bedreigde<br />

minderheid in een islamitisch<br />

land. Voor de meeste mensen hier in<br />

de parochie is het elke dag hard knokken<br />

om te kunnen overleven. En daar<br />

komt dan nog bij de voortdurende<br />

onveiligheid, de bedreigingen, het gevaar<br />

van zelfmoord aanslagen, om nog<br />

maar niet te spreken van de discriminerende<br />

wetgeving.<br />

Hoe dan ook, ik voel me hier op mijn<br />

plek, als Keniaan onder Pakistani’s,<br />

dankbaar een steentje te kunnen bijdragen<br />

aan de opbouw van deze gemeenschap.<br />

<strong>Hill</strong>ary Awiti mhm


TRADITIE <strong>EN</strong> NIEUWE UITDAGING<strong>EN</strong><br />

IN DE FILIPPIJN<strong>EN</strong>.<br />

Jacques Derksen is actief in de opleiding<br />

van jonge Filippino’s tot missionaris.<br />

In deze bijdrage kijkt hij terug<br />

op een stuk <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> traditie en ziet de<br />

toekomst hoopvol tegemoet.<br />

De Filippijnen: in de 60er jaren was dit<br />

land de economische tijger in Zuid-<br />

Oost Azië. Helaas is dat nu anders.<br />

Hoewel het land democratisch is, spelen<br />

enkele voorname familiegeslachten<br />

een overheersende rol in het economische,<br />

sociale en politieke leven<br />

van de Filippijnen. De Lopez familie is<br />

de eigenaar van een elektriciteitsmaatschappij<br />

die de miljoenenstad Manila<br />

van stroom moet voorzien. De Tan familie<br />

beheerst de tabaksindustrie en<br />

de nationale luchtvaartmaatschappij<br />

Philippine Air Lines (PAL). De Aroyo’s<br />

zijn groot grondbezitters, de Aquino’s<br />

zijn eigenaars van suikerrietplantages<br />

enz. Een van de dingen die de ontwikkeling<br />

van het land tegenhoudt is de<br />

corruptie, die wijdverspreid is. Een gevolg<br />

is dat de rijken rijker en de armen<br />

armer worden.<br />

Onze congregatie is in 1906 door Rome<br />

gevraagd om missionarissen te sturen<br />

om de invloed van de Amerikanen, die<br />

het protestantisme invoerden, wat<br />

tegen te gaan. Ook werd <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> geconfronteerd<br />

met de z.g. Patriotische<br />

Katholieke Kerk, die na het verdwijnen<br />

van de Spaanse clerus ontstond<br />

als vrucht van de onafhankelijkheid.<br />

Deze werd opgericht door Pater Aglipay.<br />

Toen de Spaanse clerus het veld<br />

geruimd had, namen de volgelingen<br />

van Aglipay vele parochies over door<br />

de katholieke kerken en parochies te<br />

bezetten.<br />

We kunnen de aarzeling begrijpen van<br />

onze Generaal Overste indertijd, die<br />

veel liever naar gebieden wilde gaan<br />

waar de Blijde Boodschap nog niet<br />

verkondigd was. Bisschop Rooker,<br />

een priester uit New York/USA, die<br />

nog maar pas tot bisschop van Jaro<br />

was gewijd, schreef deze brief naar<br />

de Generaal Overste in Londen: “Ik<br />

heb een enorm bisdom met meer dan<br />

anderhalf miljoen zielen, verspreid<br />

over 200 parochies op verschillende<br />

eilanden. Ik heb maar 54 priesters tot<br />

mijn beschikking en de meeste parochies<br />

zijn al 8 jaar verwaarloosd. Als<br />

het mogelijk is, stuur me enkele jonge,<br />

energieke priesters met een apostolische<br />

toewijding.” Zo kwamen de <strong>Mill</strong><br />

<strong>Hill</strong> Missionarissen terecht in een deel<br />

van het eiland Panay, gelegen in het<br />

midden van de Filippijnen.<br />

De eerste groep bestond uit 8 man.<br />

Hun eerste taak was te proberen de<br />

vele parochies terug te krijgen van de<br />

Aglipianen. Dat ging beslist niet van<br />

een leien dakje. Ze ondervonden veel<br />

tegenstand. Maar door hun doorzettingsvermogen<br />

slaagden zij erin het<br />

vertrouwen van de lokale geloofsgemeenschap<br />

terug te krijgen.<br />

9


Afrikaanse, Fillipijnse en Indiase studenten en een docent.<br />

Onze <strong>Mill</strong>hillers waren en zijn actief<br />

op velerlei vlak in het pastoraat: catechese,<br />

onderwijs, seminarie opleiding,<br />

micro credieten, gezinsapostolaat, leprakamp,<br />

squatter parochie in Iloilo.<br />

Fr. Cornelio de Wit werd in 1962 benoemd<br />

tot eerste bisschop van Antique.<br />

Op enkelen na, werden toen alle<br />

<strong>Mill</strong>hillers samengetrokken in de provincie<br />

Antique.<br />

In 1988 werden Fr. Wim van der Salm<br />

en ik benoemd voor de Filippijnen<br />

om de rekrutering op poten te zetten.<br />

Een prachtig opleidingshuis werd gebouwd<br />

en Filippijnse jongeren meldden<br />

zich aan om zich bij <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> aan te<br />

sluiten. Ze krijgen een basisopleiding<br />

van één jaar. Daarna volgen ze aan de<br />

plaatselijke universiteit van de paters<br />

Augustijnen de filosofie. Die cursus<br />

kan variëren van 2 jaar tot 4 jaar, naar<br />

gelang hun vooropleiding. Ze sluiten<br />

hun 1 e cyclus af met het afleggen van<br />

een tijdelijke missionaire eed. Daarna<br />

vervolgen ze hun studies in Nairobi,<br />

Kenia: <strong>The</strong>ologie (2 e cyclus).<br />

Onder de Filippijnse <strong>Mill</strong>hillers die tot<br />

nu toe gewijd zijn en werken in verschillende<br />

missies in de wereld, be-<br />

10<br />

staat een groot verlangen om Azië te<br />

evangeliseren. Op dit moment vinden<br />

we “pinoy” (in de Filippijnen geboren)<br />

<strong>Mill</strong>hillers o.a. werkzaam in Pakistan,<br />

Kenia en Oeganda. Ook zijn ze werkzaam<br />

in hun eigen land, in het roepingenpastoraat<br />

en als pastor in onze<br />

nieuwe missie Turda op het eiland Busuanga/Palawan.<br />

Het aantal Europese <strong>Mill</strong>hillers in de<br />

Filippijnen zal in de komende vijf jaar<br />

sterk teruglopen. Parochies zullen<br />

overhandigd gaan worden aan de lokale<br />

diocesane priesters. En de tijd dat<br />

onze Filippijnse <strong>Mill</strong>hillers hun eigen<br />

zaken moeten behartigen, komt snel<br />

nabij. Dat is een goede zaak. Ze mogen<br />

ons werk voortzetten, maar dan met<br />

hun eigen inzicht en eigen aanpak.<br />

Hopelijk zullen ze de moed hebben om<br />

de evangelisatie (of de her-evangelisatie)<br />

in hun buurlanden met hernieuwde<br />

toewijding en begeestering ter<br />

hand te nemen zodat de boodschap<br />

van Jezus Christus ook in het overige,<br />

heel grote deel van Azië zal en mag<br />

blijven klinken.<br />

Jacques Derksen mhm


JONGE AFRIKAANSE MILLHILLERS AAN<br />

DE SLAG IN KOTIDO, OEGANDA.<br />

Associate Jan Laarakker bracht onlangs een bezoek aan Oeganda en Kenia waar<br />

hij verschillende langlopende projecten bezocht en ook een kijkje nam bij het <strong>Mill</strong><br />

<strong>Hill</strong> team in Kotido, Noord-Oeganda.<br />

Het kerkje van Panyangara loopt uit.<br />

In het begin van dit jaar ben ik ongeveer<br />

drie en een halve maand in Oeganda<br />

en Kenia geweest. Fijn om weer<br />

eens oude bekenden te zien. Mijn<br />

dochter Hettie kwam me opzoeken in<br />

Masindi. Omdat ze twee weken later<br />

kwam dan afgesproken was, had ik de<br />

gelegenheid om naar Kotido (N.O. Oeganda)<br />

te gaan. Dat stond al langer op<br />

mijn verlanglijstje. Met een vliegtuigje<br />

van de MAF ben ik er naar toe gevlogen.<br />

De airstrip kende ik niet meer terug.<br />

Er was een check-in balie en een<br />

wachtlokaal met gemakkelijke stoelen.<br />

Je kon er zelfs gratis koffie en thee<br />

krijgen. Omdat ik de enige passagier<br />

was, hoefde ik niet lang te wachten en<br />

konden we een kwartiertje eerder vertrekken.<br />

Voordat we vertrokken, bad<br />

de piloot een gebedje voor een veilige<br />

vlucht. Vanuit de lucht kon je pas goed<br />

zien hoe groot Lake Kyoga is. Anderhalf<br />

uur duurde de vlucht.<br />

Sylvester Odhiambo mhm kwam me<br />

ophalen bij de landingsbaan van Kotido.<br />

Het was alsof ik op de maan geland<br />

was. Zo ver als ik kon zien, was alles<br />

een droge vlakte, met hier en daar een<br />

armzalige woestijnstruik. De wegen<br />

hadden dezelfde roestige kleur als het<br />

land rondom. Overal naast de wegen<br />

zag je diepe geulen waar het water<br />

kennelijk met grote kracht doorheen<br />

gestroomd was na een stortbui. Maar<br />

de regen had het al maanden lang af<br />

laten weten. Alles was kurkdroog, echt<br />

een halve woestijn.<br />

Een kwartiertje duurde de rit naar de<br />

missie in Panyangara. Het dorpje is<br />

niet meer dan een lange weg met de<br />

huizen er tegen aan geplakt. Maar het<br />

kerkje ligt iets terug. Daar achter kom<br />

je in een kleine oase van Neem bomen<br />

met daartussen een tiental “banda’s”,<br />

Afrikaanse hutten met een strodak.<br />

11


Die zijn gebouwd door de eerste groep<br />

<strong>Mill</strong>hillers en van binnen keurig afgewerkt<br />

en beschermd tegen ongedierte<br />

en zandstormen.<br />

De ontvangst was allerhartelijkst.<br />

Daarna ben ik wat op verkenning rond<br />

gegaan.<br />

In de grootste hut was het zitje. De<br />

tijdschriften, zoals <strong>The</strong> Tablet, waren<br />

meestal van oudere datum. Het<br />

actuele nieuws hing aan de muur op<br />

e-mailtjes. Er stond een kast voor het<br />

bestek en borden, een fles met eigen-<br />

gemaakte citroenlimonade, jam, pindakaas,<br />

thee enz. Kortom alle spullen<br />

die men nodig heeft om te overleven.<br />

Ook stond er een koelkast, maar zonder<br />

bier! Door de “achterdeur” kwam<br />

je bij het keukentje. De Afrikaanse kok<br />

bakte daar heerlijke broodjes. Naast<br />

de keuken was een klein vertrek, dat<br />

het “power-station” werd genoemd .<br />

Batterijen en omvormers zorgden dag<br />

en nacht voor stroom. Voor het aggregaat<br />

werd op dat moment een nieuw<br />

gebouwtje gebouwd. Het oude was<br />

bouwvallig en zat vol scheuren .<br />

Father Len Wiedemayr vertelde me<br />

dat het daar moeilijk bouwen was vanwege<br />

de soms metersdikke laag ‘cotton<br />

soil’. Ook bij de bouw van het convent<br />

voor de <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> zusters, die daar<br />

binnenkort komen, had men hetzelfde<br />

probleem.<br />

Onze jonge missionarissen daar zijn<br />

allen uit Afrika (Kenia, Kameroen en<br />

Oeganda) afkomstig. Ze werken daar<br />

onder de Karimojong, een sterk traditiegebonden<br />

herdersvolk. ’s Ochtends<br />

om zeven uur is de H. Mis. Op<br />

een doordeweekse dag zijn er niet<br />

veel mensen in de kerk. En bijna alleen<br />

kinderen en vrouwen. Zo er al belangstelling<br />

van jongelui en mannen is,<br />

dan is het alleen van op een afstand.<br />

Je vraagt je af of dat niet frustrerend<br />

12<br />

is voor de jonge priesters. Nee, hoor!<br />

Afrikanen hebben geduld. In een van<br />

de buitenstaties, in Napumpum, was<br />

het toch anders. Sylvester had goed<br />

contact met de mensen daar, vooral<br />

met de leraren en leerlingen van de<br />

plaatselijke school. Ik bezocht ook<br />

met hem Watakau, naar men zegt het<br />

grootste dorp van Oost-Oeganda. Het<br />

was net een doolhof.<br />

Verder naar het noorden in Loyoro,<br />

een oude missiestatie van de Comboni<br />

missionarissen, bereidden Philip Adede<br />

mhm (Kenia) en Len Wiedemayr<br />

mhm (Tirool) zich voor op nieuw missionair<br />

werk onder de Teuso bevolkingsgroep.<br />

Cyprian Taah mhm (Kameroen)<br />

was druk bezig met de opleiding<br />

van catechisten. Hij was soms al vroeg<br />

op weg en kwam vaak laat terug. Men<br />

kan zeggen dat deze jonge Afrikaanse<br />

<strong>Mill</strong>hillers en stage studenten daar in<br />

het noorden een modelmissie vormen<br />

met een uitstekende teamgeest, onder<br />

leiding van Sylvester Odhiambo mhm,<br />

een geboren teamleider. Dank je wel,<br />

Len, Sylvester, Cyprian, Philip en Richard.<br />

Ik bewonder jullie missiewerk.<br />

Jan Laarakker mhm associate


IETS OVER D<strong>EN</strong> INLANDSCH<strong>EN</strong><br />

PRIESTERUIT DE MISSIE ANNAL<strong>EN</strong> <strong>VAN</strong> 1891<br />

Slavernijmonument.<br />

Enkele tientallen jaren na de afschaffing<br />

van de slavernij in Amerika ( 1814)<br />

werd de jonge Congregatie van <strong>Mill</strong><br />

<strong>Hill</strong> gevraagd om in Amerika haar eerste<br />

missie of werkterrein te beginnen,<br />

met als taak de vrijgekomen slaven in<br />

de streek rond Baltimore bij te staan<br />

een menswaardig bestaan op te bouwen.<br />

In 1871 vertrokken de eerste vier<br />

<strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Missionarissen per boot naar<br />

Amerika. Tijdens de afscheidsceremonie<br />

sprak Aartsbisschop Manning als<br />

volgt: “Ik vertrouw er op dat u niet alleen<br />

zult werken onder de zwarten in<br />

het Zuiden, maar dat u een Missionair<br />

College zult stichten, waarin de Afrikaan<br />

getraind kan worden om het geloof<br />

naar zijn eigen land te brengen.”<br />

Father Thomas Jackson (+ 1916) schreef<br />

in de Annalen van october 1891 een artikel<br />

tegen elke vorm van discriminatie<br />

m.b.t. de kleurlingen en waarin hij het<br />

opnam voor de gelijkwaardigheid van<br />

de zwarten in Amerika.<br />

“Een der meest opvallende teekenen<br />

van den Goddelijken oorsprong der<br />

katholieke Kerk is hare wonderbare<br />

geschiktheid voor elk volk en ras. Alle<br />

menschen, van welken volksstam, welk<br />

ras of kleur ook, zijn haar even dierbaar<br />

en gevoelen zich te huis in haren<br />

schaapstal. Nergens treedt zulks meer<br />

in het licht, dan in hare pogingen, om<br />

eene inlandsche en plaatselijke geestelijkheid<br />

te vormen en te onderhouden.<br />

Als men, gelijk de schrijver, de<br />

gelegenheid heeft gehad, om in vele<br />

landen het onberekenbaar nut te zien,<br />

dat eene behoorlijk opgeleide inlandsche<br />

geestelijkheid kan stichten, dan<br />

verheugt men zich bij het vernemen<br />

dat de missionarissen der Congregatie<br />

van den H. Joseph te Baltimore in<br />

Amerika, onder leiding van Kardinaal<br />

Gibbons, pogingen aanwenden, om<br />

kleurlingen op te leiden voor het Priesterschap,<br />

met het doel ze tot apostels<br />

te vormen van hun eigen volk en ras<br />

(in Afrika). Indien er eene geestelijkheid<br />

uit kleurlingen gevormd kan<br />

worden, dan kan men redelijkerwijze<br />

veronderstellen, dat zij over grootere<br />

invloed op haar eigen volk zal beschikken,<br />

dan wel de blanken. Zij zullen<br />

voorzeker beter op de hoogte zijn met<br />

hunne wijze van denken, hunne eigenaardige<br />

begrippen en met de bijzondere<br />

verleidingen, waaraan de kleurlingen<br />

in Amerika bloot staan. Wat<br />

gedaan is en nu gedaan wordt, is zeker<br />

niet onmogelijk in het vrije Amerika”.<br />

Onze <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Missionarissen hebben<br />

steeds met groot succes gewerkt aan<br />

de opbouw van een lokale geestelijkheid<br />

in hun missiegebieden. In al onze<br />

traditionele missies zijn thans onafhankelijke<br />

lokale bisdommen opgericht.<br />

In 1988 besloot de Congregatie<br />

een nieuwe weg in te slaan en begon<br />

men met de rekrutering van <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong><br />

kandidaten in Afrika en Azië. Thans<br />

zijn er al zo’n vijftig <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Missionarissen<br />

afkomstig uit Afrika en Azië! En<br />

dit is het late antwoord op het advies<br />

van Aartsbisschop Manning in zijn afscheidsrede<br />

van 1871….<br />

Joost Beemster mhm, archivaris<br />

13


Naast zijn betrokkenheid bij de opleiding<br />

van jonge Afrikaanse missionarissen<br />

in Jinja zet Louis Kessels zich<br />

ook in voor verbetering van de levensomstandigheden<br />

van de gewone mens.<br />

Dat gaat niet altijd van een leien dakje,<br />

zoals hij hier vertelt.<br />

Een zuster van de Congregatie van de<br />

Evangelizing Sisters of Mary trok mijn<br />

aandacht naar een groep vrouwen, die<br />

aan de rand van de samenleving woonden<br />

en voor wie niemand veel belangstelling<br />

toonde. Uiteindelijk bleek het<br />

een groep te zijn van tussen de 90 en<br />

100 vrouwen, van wie de meesten al op<br />

leeftijd waren en die allemaal ziek waren.<br />

Ze hadden hiv, maar kregen medicatie<br />

van een zorggroep voor aidspatienten.<br />

Ze kwamen uit alle districten<br />

van Oeganda, maar wel vooral uit het<br />

Noorden, lang geteisterd door de terroristische<br />

groep van het Leger van de<br />

Heer! Hun mannen hadden hen in de<br />

steek gelaten. Die zullen hun ook wel<br />

de ziekte gegeven hebben. Zij dienden<br />

als soldaten in het regeringsleger en<br />

als ze overgeplaatst werden, dan vergaten<br />

ze gemakshalve hun vrouw en<br />

kinderen om op de nieuwe standplaats<br />

weer een nieuw gezin te beginnen. De<br />

soldaten waren natuurlijk niet voor de<br />

wet getrouwd maar woonden samen.<br />

Hun echtgenotes hadden dus geen enkel<br />

recht op ondersteuning van hun<br />

‘mannen’ en het leger.<br />

We hebben lang nagedacht over wat<br />

14<br />

GEBROK<strong>EN</strong> SAM<strong>EN</strong>LEVING.<br />

we toch wel zouden kunnen organiseren<br />

voor deze alleenstaande vrouwen<br />

die vaak ook zorg droegen voor kinderen,<br />

kleinkinderen of andere aanhang.<br />

Ze wonen in erbarmelijke hutten en leven<br />

van dag tot dag. De A.R.V. medicijnen<br />

die hiv moeten verhinderen zich<br />

tot aids te ontwikkelen, worden zonder<br />

verdere onkosten verstrekt door<br />

klinieken van TASO, maar voor de rest<br />

moeten ze zelf rond zien te komen.<br />

In de loop van de jaren hebben we iets<br />

op touw gezet : twee kippenprojecten<br />

van slachtkippen en legkippen, een<br />

varkensproject, een kralenproject en<br />

een pindamolen. Onze prioriteit was<br />

niet deze vrouwen een inkomen te verschaffen,<br />

maar eerder een bezigheid,<br />

die helend zou werken voor hun eigen<br />

gezondheid en voor de gemeenschap<br />

waarin zij woonden. We dachten dat<br />

de vrouwen elkaar zouden ondersteunen<br />

en helpen door tezamen aan een<br />

aantal projecten te werken, maar helaas<br />

is het zo niet verlopen. Geen enkel<br />

project is een succes geworden.<br />

In al deze projecten kreeg ieder van<br />

een bepaalde groep een taak toegewezen:<br />

voor het kippenproject zorgt er<br />

één voor water, een ander zorgt voor<br />

voer. Een gezamenlijk gedragen verantwoordelijkheid<br />

voor de opbouw<br />

van een samenleving, waar ze elkaar<br />

opbeuren en aanmoedigen en in solidariteit<br />

met elkaar groeien. Maar dat<br />

is theorie, zo werkt de praktijk niet:<br />

gedeelde verantwoordelijkheid wordt<br />

zo gemakkelijk van jezelf afgeschoven.<br />

De kippen krijgen geen water op tijd;<br />

een ander koopt voer van minderwaardige<br />

kwaliteit, weer een ander neemt<br />

een paar kuikens mee naar huis, want<br />

op 150 kuikens mis je er drie of vier<br />

niet zo vlug. De buurt ziet dat het project<br />

redelijk goed draait en helpt zich<br />

als het regent en donker is aan een<br />

aantal kippen. De onkosten komen er


nooit uit en er wordt verlies geleden.<br />

Zo kunnen we toch niet doorgaan.<br />

Een man, wiens vrouw ook bij de beweging<br />

hoort, bood land aan voor het<br />

varkensproject. Hij deed heel royaal<br />

en varkensstallen werden gebouwd<br />

op zijn perceel. Toen de varkens opgroeiden<br />

en biggen wierpen, eiste hij<br />

zijn aandeel op, maar de vrouwen weigerden:<br />

dat was nooit zo de bedoeling<br />

geweest. Hij nam wraak: hij stal een<br />

aantal biggetjes en hakte hun poten af.<br />

Ja, toen moesten ze wel weg. Onderlinge<br />

verdeeldheid en jaloersheid van<br />

buren maken het erg moeilijk. De leidster<br />

van het kralenproject steekt inkomen<br />

in eigen zak. De vrouw van het<br />

pindaproject maalt de pinda’s voor<br />

haar buurt gratis. En zo kunnen we<br />

wel doorgaan.<br />

Hoe kunnen we dit verklaren? Oorspronkelijk<br />

was ik erg idealistisch en<br />

dacht ik dat deze projecten een positieve<br />

impuls zouden geven aan de<br />

onderlinge samenwerking en saamhorigheid<br />

en dus een helend effect zouden<br />

hebben op deze vaak gebroken<br />

samenleving. Maar deze mensen zijn<br />

zo vaak bedrogen, dat ze nauwelijks<br />

nog geloven in de goede wil van anderen.<br />

‘Ieder voor zich’ lijkt het devies.<br />

Eerlijkheidshalve moet ik daar wel<br />

aan toevoegen dat van mijn kant het<br />

toezicht en de begeleiding ook niet optimaal<br />

zijn geweest. Ik blijf leren. We<br />

kunnen deze vrouwen niet in de steek<br />

laten, dat is duidelijk. Daarom gaan we<br />

door. Mentaliteitsverandering is een<br />

onderneming van lange adem. Zal het<br />

uiteindelijk lukken?<br />

Louis Kessels mhm<br />

15


Piet Korse introduceert Prof. Yvon Bongoy.<br />

16<br />

NIEUWS UIT DE REGIO<br />

CONGO-DAG<br />

Op 27 augustus kwamen we met een<br />

honderd mensen in Oosterbeek bijeen<br />

om de publicatie te vieren van een<br />

nieuw boek genaamd ‘Basankusu Testimonies’,<br />

een boek geschreven door<br />

zo’n 35 mensen over hun leven en werken<br />

in het bisdom Basankusu.<br />

Het leven zoals elk van ons het beschrijft<br />

speelt zich af in de Evenaarsprovincie<br />

van Congo, in een land van<br />

oerwouden en moerassen, waar men<br />

leeft van cassaveknollen, van gerookte<br />

apen en de alom geprezen rode palmnoten,<br />

in een land van hiv en aids,<br />

van malaria, tbc, slaapziekte, buik- en<br />

huidwormen en rivierblindheid, in<br />

een land waar de mens strijdt om het<br />

bestaan te midden van soldaten die<br />

zeer bewust zijn van het recht van de<br />

sterkste. Het boek is een mozaïek geworden<br />

van sympathie met de mens in<br />

vreugde en verdriet, een mozaïek van<br />

verhalen over de veerkracht van een<br />

Afrikaans volk hopend op een menswaardiger<br />

bestaan.<br />

Congo is eigenlijk geen land maar een<br />

continent. Basankusu, één van de<br />

ruim vijftig bisdommen, strekt zich<br />

uit over een streek met een doorsnee<br />

van 800 km, waar in de jaren 70 en 80<br />

honderden en misschien wel duizenden<br />

olifanten ongestraft neergeknald<br />

werden door Mobutu’s soldaten. In<br />

ons bisdom was ook een strafkamp<br />

ingericht voor kleine en grote criminelen,<br />

voor politieke gevangen en voor<br />

vele onschuldigen die opgepakt werden<br />

in de hoofdstad Kinshasa en zomaar<br />

afgevoerd werden naar het kamp<br />

Ekafera. Talloze gevangenen zijn daar<br />

van de honger en vanwege gebrek aan<br />

medische zorg omgekomen. Over dat<br />

kamp had nog bijna niemand geschreven.<br />

Father Joop Deen was de enige<br />

die zich hun lot aantrok, met eigen gevaar<br />

voor verbanning en uitwijzing. In<br />

deze publicatie ‘Basankusu Testimonies’<br />

verhaalt Joop daarover.<br />

Het boek is een groot verhaal geworden<br />

van vele uitdagingen en weinig


triomfen, van grote inzet om toch bepaalde<br />

doelstellingen te halen. Met<br />

grote moed gingen sommigen van ons<br />

door tien, twintig, dertig of veertig<br />

jaar lang. Er is veel gebeurd en afgezien<br />

tijdens de overgang naar onafhankelijkheid<br />

in 1960 en de talloze<br />

opstanden die daarop volgden. Ook<br />

wijzelf ondervonden de gevolgen van<br />

een leven in een streek vol moerassen<br />

en ondergingen talloze malaria koortsaanvallen<br />

of hadden last van andere<br />

tropische ziekten.<br />

Maar ons tijdperk is afgelopen; wij<br />

Joop Deen krijgt het boek ‘Basankusu Testimonies’ gepresenteerd.<br />

hebben de strijd gestreden en hebben<br />

het overleefd. We kunnen het navertellen.<br />

Anderen hebben er hun leven<br />

bij ingeschoten. Ook dat moet verteld<br />

en gehoord worden. Father Bart Santbergen<br />

uit Fijnaard werd in Yamboyo<br />

doodgeschoten, nog maar 46 jaar oud.<br />

Ook Broeder Piet Vos uit Laren werd<br />

in 1964 vermoord op 31 jarige leeftijd,<br />

net zoals Father Jan Groenewegen van<br />

Naaldwijk, die nog maar 30 jaar oud<br />

was! In diezelfde tijd verdronk Broeder<br />

Hugo Brits uit Arnhem samen met<br />

drie Belgische Zusters in de Lulonga<br />

Rivier terwijl zij op weg waren naar<br />

een vliegveldje . Hij was 55 jaar oud.<br />

Father Thijs Paulisse stierf in 1959, 34<br />

jaar oud. Ook moeten we denken aan<br />

Frans Helmes die in 1988 aan filaria<br />

stierf en pas 49 jaar oud was.<br />

Onze vrienden en onze families hebben<br />

ons al die jaren gesteund. Wat wij<br />

daar uitvoerden, hoe we daar leefden<br />

was voor hen vaak een raadsel. Van<br />

vreemden kregen ze te horen dat we er<br />

slechts er op uit waren om zieltjes te<br />

winnen. Maar samen met de Congole-<br />

zen hebben we gezocht naar de waarden<br />

die het evangelie ook aan Afrika<br />

wil en kan brengen, wat de hoogste<br />

noden waren en welke prioriteiten de<br />

Congolees stelt voor een menswaardiger<br />

bestaan in een land zo hopeloos<br />

afgesneden van de rest van de wereld.<br />

Talrijke <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Broeders bouwden<br />

scholen, dispensaria en kerken en<br />

onderhielden de technische dienst.<br />

Fathers Frans Kwik en Pierre Spanjers<br />

hebben weken- en maandenlang<br />

vormingssessies in de dorpen belegd<br />

17


Samen met de nabestaanden gedenken we de vermoorde medebroeders.<br />

om er samen met de mensen achter te<br />

komen wat het evangelie voor kracht<br />

kan zijn in het tot stand brengen van<br />

mooie gezinnen en een gezonde maatschappij.<br />

Frans heeft een paar mooie<br />

boekjes met anekdotes geschreven<br />

over zijn pastoraat in verschillende<br />

parochies. Ik wijdde me na een periode<br />

pastoraat en werken met microkredieten<br />

aan cultureel onderzoek<br />

onder het Mongo-volk. Ik werd vooral<br />

geboeid door de mondelinge overlevering<br />

met zijn talrijke verhalen, spreekwoorden,<br />

rituelen en symbolen. Ik heb<br />

daar ook uitvoerig over geschreven.<br />

Andere missiewerkers zoals Ben Jorna<br />

en Fons Eppink zaten in het middelbaar<br />

onderwijs. Heel veel lekenhelpers<br />

hebben in de loop der jaren in het<br />

bisdom Basankusu hun beste krachten<br />

gegeven in de ziekenzorg.<br />

Samen met onze families en vrienden<br />

hebben we op deze Congo-dag geluisterd,<br />

getreurd, maar ook vreugdevol<br />

18<br />

gezongen en gedanst. Het was een<br />

prachtig samenzijn. Onze gastspreker<br />

was professor Yvon Bongoy, leraar aan<br />

de universiteit van Kinshasa. Hij sprak<br />

met veel waardering over de missie<br />

opvoeding die hij in Basankusu en later<br />

op het seminarie genoten heeft. Na<br />

zijn seminarietijd is hij in de Verenigde<br />

Staten van Amerika economie gaan<br />

studeren. Maar niettegenstaande zijn<br />

druk bestaan zet hij zich nog steeds<br />

vol vuur in voor het gezinsapostolaat<br />

in een van de vele dichtbevolkte wijken<br />

van Kinshasa. ‘Basankusu Testimonies’<br />

getuigt van talloze missiewerkers<br />

die de slagzin van de stichter van<br />

<strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong>, Kardinaal Vaughan, volgden:<br />

amare et servire d.w.z. beminnen en<br />

dienen. Piet Korse mhm<br />

P.S. Het boek kan, zolang de voorraad<br />

strekt, bij Piet Korse in Oosterbeek besteld<br />

worden voor €25.


TWEE MILLHILLERS ON<strong>DER</strong>SCHEID<strong>EN</strong><br />

Fr. Frans Mol Fr. René Graat<br />

Bij gelegenheid van hun jubilea eerder<br />

dit jaar hebben Frans Mol (50 jaar<br />

priester) en René Graat (40 jaar priester)<br />

een koninklijke onderscheiding<br />

ontvangen, een benoeming respectievelijk<br />

tot ridder in de Orde van Oranje<br />

Nassau (Frans) en tot lid in dezelfde<br />

Orde (René). Op de dag zelf van hun<br />

jubileum zijn beide jubilarissen flink in<br />

het zonnetje gezet, op een manier die<br />

wel uniek is voor Zuid-Limburg, met<br />

kleurrijke optochten en fanfares, en,<br />

in het geval van René, een knots van<br />

een feesttent. Proficiat allebei !!!<br />

65ste AIRBORNE WANDELTOCHT Oosterbeek,<br />

3 september 2011. Ongewone<br />

aanblik van Jozefhuis en Missiehuis<br />

‘Vrijland’!<br />

19


Op 9 juli 2011 heeft Zuid-Sudan zich afgescheiden<br />

van het Noorden. Ben Stopel<br />

in Malakal, Zuid-Sudan, beschrijft<br />

hoe de geboorte van dit nieuwe land<br />

in Afrika daar ter plaatse werd beleefd.<br />

Een persoonlijke impressie, heet van de<br />

naald. Zal Zuid-Sudan ook nog door de<br />

gebruikelijke ‘kinderziektes’ geteisterd<br />

gaan worden?<br />

De feestelijkheden begonnen hier al<br />

een week of twee voor de officiële<br />

datum van de afscheiding van Zuid-<br />

Soedan met het spelen van het nieuwe<br />

volkslied op straat via luidsprekers en<br />

op de scholen zodat iedereen het kon<br />

leren; ook was er grote schoonmaak<br />

in de stad en vlaggetjes werden opgehangen<br />

terwijl het stadion een grote<br />

renovatie onderging. Vrijdagavond<br />

hadden we hier een mis uit dankbaarheid;<br />

toen de mensen naar huis gingen<br />

onder luid geschreeuw en het zingen<br />

van het nieuwe volkslied was dat de<br />

aanleiding voor grote groepen kinderen<br />

en jeugd om in actie te komen en<br />

zoveel mogelijk lawaai te maken door<br />

op alles te slaan wat lekker veel geluid<br />

gaf. Ik zat aan het oude jaar te denken<br />

dat in Nederland uitgezwaaid wordt<br />

met knallende rotjes e.d.<br />

Om 12 uur ‘s nachts luidde men hier<br />

bij de kerk de klok; het Zuiden was<br />

toen onafhankelijk en dat werd vervol-<br />

20<br />

<strong>VAN</strong> <strong>HER</strong> <strong>EN</strong> <strong>DER</strong><br />

gens overdag officieel bevestigd met<br />

het hijsen van de nieuwe vlag en het<br />

zingen van het volkslied in vele steden<br />

in het Zuiden, met Juba als hoofdstad<br />

voorop. Er waren 30 staatshoofden<br />

afgekomen op de plechtigheden daar<br />

en ook President Omar el Bashir was<br />

aanwezig en gaf een toespraak. Salva<br />

Kiir werd opnieuw ingezworen en deze<br />

keer als de nieuwe president van de<br />

Republiek van Zuid-Soedan. Wat erg<br />

aangrijpend was in zijn toespraak was<br />

toen hij zei: “We hebben wel vergeven<br />

maar vergeten doen we nooit,” doelend<br />

op het grote leed dat het Zuiden<br />

werd aangedaan gedurende al die jaren<br />

van oorlog. Het was groot feest en<br />

het zag letterlijk zwart van de mensen,<br />

die dansten en zongen.<br />

Iets dat niet voor mogelijk werd gehouden<br />

gebeurde nu echt: de Zuiderlingen<br />

waren geen slaven meer<br />

of tweederangs burgers maar vrije<br />

burgers in een eigen land. Het is niet<br />

zo dat we met niets beginnen; een interim<br />

regering was er al sinds 2005,<br />

maar nu gaat die verder als onafhankelijke<br />

regering. Er zijn veel obstakels<br />

die nog overwonnen moeten worden<br />

en die om een oplossing schreeuwen,<br />

anders gaat het hier de verkeerde kant<br />

op. Daarom: blijf voor ons bidden. Dat<br />

doen we hier ook. We hebben goede<br />

hoop en houden de moed er in.


IN MEMORIAM<br />

E<strong>EN</strong> GEME<strong>EN</strong>SCHAPSM<strong>EN</strong>S<br />

Lieuwe v.d. Meij<br />

Geboren op 26 mei 1922 in Dokkum.<br />

Tot priester gewijd op 6 juli 1947 in <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong>.<br />

Dertig jaar missionaris in Congo.<br />

Tien jaar pastor te Groningen.<br />

Negen jaar rustend in Vrijland.<br />

Aldaar overleden op 28 mei 2011.<br />

Toen Lieuwe hier, negen jaar geleden,<br />

in Vrijland introk, was hij nog redelijk<br />

gezond. De jaren daarna zijn we getuigen<br />

geweest van zijn geleidelijke<br />

achteruitgang. Steeds meer moest hij<br />

inleveren: zijn lopen, zijn zicht, zijn<br />

gehoor, zelfs zijn spraak. Steeds moeilijker<br />

werd de communicatie met hem,<br />

die zo goed kon communiceren. Op het<br />

laatst kon hij alleen nog maar roepen,<br />

hard roepen. En wie zal weten wat er<br />

in hem omging, hoeveel eenzaamheid<br />

er was in deze gemeenschapsmens.<br />

Maar hij klampte zich vast aan het<br />

leven. Samen met Jan Hendriks, zijn<br />

grote vriend, is hij in 1951 zijn missionaire<br />

taak begonnen in het bisdom<br />

Basankusu, in Congo. Lieuwe kreeg de<br />

kans om eerst de lokale taal te leren,<br />

met de cultuur en de mensen kennis<br />

te maken en zich in te werken in het<br />

pastoraat. Hij voelde zich bij de mensen<br />

in de dorpen thuis. Hij hield van<br />

de mensen en de mensen hielden van<br />

hem. Nog tientallen jaren later vroegen<br />

de mensen: Hoe gaat het met Père<br />

Léon? Ze konden Père Léon niet vergeten.<br />

Na een paar jaar moest Lieuwe dan<br />

toch het onderwijs in. Hij werd eerst<br />

directeur van een nog nieuwe 2-jarige<br />

kweekschool, en in 1956 werd hij benoemd<br />

tot leraar aan de veel oudere<br />

4-jarige kweekschool in Bokakata.<br />

Bokakata is de eerste en oudste missiestatie<br />

in ’t bisdom, ouder dan de<br />

hoofdstatie Basankusu, waar de bis-<br />

schop verblijft. Daar in Bokakata zou<br />

Lieuwe bijna al zijn verdere jaren in<br />

Congo doorbrengen. Toen onze 4-jarige<br />

cursus eenmaal uitgegroeid was<br />

tot een 6-jarige kweekschool werd Lieuwe<br />

directeur. Hij was een prettige<br />

directeur, kalm en ontspannen. Maar<br />

zijn directeurschap zou niet lang duren.<br />

In 1975 werden alle scholen genationaliseerd.<br />

Met die nationalisatie<br />

mochten alleen nog maar Congolezen<br />

directeur zijn. Een van onze vroegere<br />

leerlingen en op dat moment medeleraar<br />

hebben we toen als onze nieuwe<br />

directeur voorgedragen. En Lieuwe<br />

bleef aan de school, als gewoon leraar<br />

onder zijn vroegere leerling. Dat ging<br />

heel goed. Dat toonde duidelijk Lieuwe’s<br />

eenvoud en soepelheid. Ik vond<br />

dat bewonderenswaardig. Als gevolg<br />

van problemen met zijn ogen heeft hij<br />

er uiteindelijk voor gekozen om naar<br />

Nederland terug te keren en hier te<br />

werken. En zo is hij hier nog twintig<br />

jaar lang actief geweest. Zijn hoofdwerk<br />

was Maartenshof in Groningen-<br />

Zuid. Ook daar heeft hij zich geliefd<br />

gemaakt: de mensen droegen hem op<br />

handen. Daar heeft hij veel mensen op<br />

de dood voorbereid, en zoveel familieleden<br />

opgevangen, getroost en gesterkt,<br />

en dat alles uit zijn diep geloof<br />

in de Verrezen Heer.<br />

Mogen wij hem nu in datzelfde geloof<br />

aan God toevertrouwen in het stellige<br />

en diepe vertrouwen dat Hij Lieuwe al<br />

laat delen in zijn eigen eeuwig goddelijke<br />

leven. Ben Jorna mhm<br />

21


E<strong>EN</strong> STERKE<br />

PERSOONLIJKHEID<br />

Anton Jansen<br />

Geboren te ’s Gravenhage op 1 december 1921.<br />

Tot priester gewijd op 11 juli 1948 in <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong>.<br />

Vijfendertig jaar missionaris in Kameroen.<br />

Zevenentwintig jaar werkzaam op Saba N.A.<br />

Aldaar overleden op 12 juli 2011.<br />

Meer dan dertig jaar heeft Anton Jansen<br />

gewerkt in een grote verscheidenheid<br />

van plaatsen wijdverspreid over<br />

Engelssprekend Kameroen. Hij begon<br />

als assistent in Buea, maar vond zijn<br />

draai het best in Nkambe en later Wum,<br />

waar hij het langst verbleef. Met hart<br />

en ziel gaf hij zich aan het basispastoraat<br />

met heel eigen stijl. Hij was veel<br />

onderweg op lange trektochten door<br />

de binnenlanden om afgelegen dorpen<br />

te bezoeken. Om hem te onderscheiden<br />

van nog drie andere naamgenoten<br />

kreeg hij al gauw de bijnaam ‘long<br />

neck’ Jansen.<br />

Zijn eerste kennismaking met de Nederlandse<br />

Antillen dateert al van 1966<br />

toen hij als toerist een bezoek bracht<br />

aan een priester uit de familie die daar<br />

werkzaam was. Het zou nog een kleine<br />

twintig jaar duren voor hij er zou<br />

terugkeren en zelf een pastorale taak<br />

op zich zou nemen op het eiland Saba.<br />

Daar was een moeilijk afscheid van<br />

Kameroen aan voorafgegaan, gevolgd<br />

door een persoonlijke vernieuwingscursus<br />

in Nemi. In een lange persoonlijke<br />

brief spreekt Aartsbisschop Paul<br />

Verdzekov van Bamenda, Kameroen,<br />

zijn spijt uit “dat ik de visie en het inzicht<br />

miste om je die voorstellen te<br />

doen die het gemakkelijker voor je<br />

zouden hebben gemaakt je missionaire<br />

taak in dit land voort te zetten”.<br />

Zo begon ‘oom Ton’, zoals zijn familie<br />

hem kent, de twee helft van zijn missionaire<br />

carrière in 1984 op Saba, een<br />

22<br />

klein, vulkanisch eilandje in de Nederlandse<br />

Antillen, met een bevolking van<br />

rond de 2000 inwoners verspreid over<br />

een aaneenschakeling van vier dorpjes.<br />

Zoals in Kameroen gaf hij zich met<br />

hart en ziel aan de plaatselijke gemeenschap.<br />

Al gauw werd het hem duidelijk<br />

dat hij als pastor alleen handen tekort<br />

kwam. Op vakantie in Trinidad maakte<br />

hij kennis met de charismatische lekengemeenschap<br />

‘<strong>The</strong> Living Water<br />

Community’. Zijn dringende oproep<br />

tot hulp vond gehoor en in 1988 kwam<br />

een kleine afvaardiging zich vestigen<br />

in <strong>The</strong> Bottom. Van catechese binnen<br />

en buiten de scholen, ouderen-<br />

en jeugdzorg, groeide hun apostolaat<br />

uit tot het verzorgen van retraites en<br />

bezinning en zelfs een dagelijks radioprogramma.<br />

Anton was een sterke persoonlijkheid<br />

en stond bekend onder de Sabaërs als<br />

iemand die geen blad voor zijn mond<br />

nam. Je wist wat je aan hem had, een<br />

missionaris ‘oude stijl’, zoals iemand<br />

daar het uitdrukte. Hij bleef aktief,<br />

ook na zijn emeritaat in 1997. En zo<br />

is hij gestorven ‘met de hand aan de<br />

ploeg’, bijna 90 jaar oud, en enkele<br />

dagen na de 63ste verjaardag van zijn<br />

priesterwijding.<br />

Fons Eppink mhm


ONZE OVERLED<strong>EN</strong> VRI<strong>EN</strong>D<strong>EN</strong><br />

Enschede Mw. Annie Schildkamp-Roetenberg, zus van Fr. Willem<br />

Roetenberg<br />

Amsterdam Mw. Martha Margaretha Faas, moeder van Meli<br />

Maapi,medewerker Vrijland<br />

ONZE OVERLED<strong>EN</strong> VRI<strong>EN</strong>D<strong>EN</strong><br />

Volendam Mw. Riek Poelen-Konings, schoonzus van Fr. Nico<br />

Heerhugowaard<br />

Wognum<br />

Bussum<br />

Workum<br />

Alkmaar<br />

Hilversum<br />

Renkum<br />

Australië<br />

Mierlo<br />

De Bilt<br />

Amsterdam<br />

Leeuwarden<br />

Bolsward<br />

Singen (Dld)<br />

Konings<br />

Mv. Corry Beemster-Admiraal, schoonzus van Fr. Ben Beemster<br />

Dhr. Piet Spruit, zwager van Fr. Jan Appelman<br />

Dhr. Ten van Hugte<br />

Mw. Ijpke Boekema, schoonzus van Fr. Jozef Boekema<br />

Dhr. Siem van Veen<br />

Dhr. Jan van Blokland, ex-<strong>Mill</strong>-<strong>Hill</strong>er<br />

Dhr. J. Berendsen, zwager van Br. Ben Snelder<br />

Dhr. Do Zonneveld, broer van Fr. Jaap Zonneveld<br />

Dhr. Antoon De Rooij, broer van Fr. Giel de Rooij<br />

Dhr. Gerard van der Horst, broer van Fr. Karel van der<br />

Mw. Agatha Schrever-Hogenes, zus van Fr. G. Hogenes<br />

Horst, oom van Mw. T. Beentjes<br />

Mw. Ada Kwik, zus van Fr. F. Kwik<br />

Dhr. Jouke Melchers, broer van Br. Leo Melchers<br />

Pfarrer Cosmas Dietrich (weldoener van MH in Oostenrijk)<br />

Volendam Mw. Grietje Plat, schoonzus van Fr. Jaap Mühren<br />

Denekamp FOTOGRAFIE Dhr. Henk Kremer, zwager van Fr. Fons Eppink<br />

Oosterkamp Fr. Willem Erinkveld mhm (in Memoriam volgt)<br />

De foto’s zijn geleverd door het Archief en door missionarissen en vrienden van <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong><br />

FOTO’S<br />

Elma van den Nouland: coverfoto; Archieven <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong>: p. 3, 8, 9, 15, 17; Fons Eppink: pp. 4-7;<br />

Jacinta van Luijk: pp. 8-12; Hennie Wehkamp: p. 13, 14; <strong>The</strong>o Raaijmakers: p. 16;<br />

Kerry Grant: p. 16; Martin Brink: p. 18; Missio Wereldwijd: p. 23.<br />

Lees Missio Wereldwijd<br />

Tijdschrift Lees Missio over Wereldwijd religie en samenleving<br />

in de derde wereld<br />

6 Nummers voor € 10,www.missio.nl<br />

of telefoon (070) 304 74 44<br />

Tijdschrift over religie en samenleving<br />

in de derde wereld.<br />

6 Nummers voor € 10,www.missio.nl<br />

of telefoon (070) 304 74 44<br />

WAARHE<strong>EN</strong> MET UW BIJDRAG<strong>EN</strong>?<br />

Persoonlijke giften voor missionarissen<br />

Giro: 1066957 t.n.v. Missieprocuur van <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Oosterbeek.<br />

Bank: ABN/AMRO Rek. 40.02.36.311 t.n.v. Nederlandse Regio van <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong>, Oosterbeek<br />

Giften voor opleiding van Missionarissen in Afrika en Azië<br />

Giro: 939153 t.n.v. <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> Oosterbeek<br />

Bij voorbaat onze hartelijke dank<br />

UW TESTAM<strong>EN</strong>T IS NOG BETER<br />

WANNEER DE MISSIE DAARIN BEDACHT IS<br />

Maak uw legaat voor <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> aldus:<br />

De Nederlandse Regio Regio van van <strong>Mill</strong> <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong> <strong>Hill</strong> is een is een ANBI ANBI instelling onder vallend de RKKerk. onder Uw de RK giften Kerkprovincie zijn dus fiscaal in Ne-<br />

aftrekbaar derland. Door en de over belastingdienst uw bijdragen is op hoeft 30 november geen schenkings- 2007 een of groepsbeschikking successierecht betaald afgegeven te ten worden. name<br />

van de Bisschoppenconferentie van de Rooms Katholieke Kerkprovincie te Utrecht. Uw giften zijn dus<br />

fiscaal aftrekbaar en over uw bedragen hoeft geen schenkings- of successierecht betaald te worden.<br />

23<br />

23


Retouradres:<br />

Johannahoeve 4<br />

6861 WJ Oosterbeek<br />

Contactblad van <strong>Mill</strong> <strong>Hill</strong><br />

Administratie & redactie<br />

Johannahoeve 4<br />

6861 WJ Oosterbeek<br />

Telefoon : (026) 339 80 82<br />

E-mail : procuur@mhmobk.nl<br />

Internet : www.mhmobk.nl<br />

September 2011<br />

Jaargang 45 - nummer 3<br />

Verschijnt 4 keer per jaar<br />

Drukkerij Voor de Poort - Oosterbeek

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!