Open het profiel als pdf - Museum Volkenkunde
Open het profiel als pdf - Museum Volkenkunde
Open het profiel als pdf - Museum Volkenkunde
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
83<br />
VERZAMELDE COLLECTIEPROFIELEN<br />
MUSEUM VOLKENKUNDE<br />
Rex en Co/ Japan, collectie Hotz/ Iran) en van missie-instellingen (collectie Trappisten Mission<br />
Mariannhill, Zuid-Afrika).<br />
Belangrijke institutionele schenkingen of overdrachten zijn afkomstig van <strong>het</strong> Ministerie van Koloniën<br />
(collectie Feilberg), <strong>het</strong> Koninklijk Kabinet van Zeldzaamheden (de eerste foto's van Papoea's,<br />
circa1870), <strong>het</strong> <strong>Museum</strong> voor Oudheden (collectie Schaefer, daguerreotypieën van de Borobudur,<br />
1845), <strong>het</strong> Koninklijk Huisarchief en van collega-instellingen (collectie Tibet/Keizerlijk Russisch<br />
Aardrijkskundig Genootschap, 1901).<br />
Deze foto's, gemaakt en verzameld vóór 1910, zijn individueel genummerd en in veel gevallen<br />
gedocumenteerd. Ze zijn in meerdere opzichten van belang. Ten eerste omdat ze tot de oudste en<br />
bewaard gebleven opnamen behoren van de betreffende culturen, ten tweede vanwege hun cruciale<br />
rol in de beeldvorming van niet-westerse volken in Europa en ten derde vanwege hun belangrijke<br />
plaats in de geschiedenis van de fotografie.<br />
Latere aanwinsten<br />
Met de veranderende rol en status van fotografie binnen <strong>het</strong> antropologisch onderzoek vanaf <strong>het</strong><br />
begin van de twintigste eeuw - van onderzoeksbron naar onderzoeksdocumentatie – veranderden<br />
zowel de aard van de fotografie <strong>als</strong> <strong>het</strong> verzamelbeleid. De vroege studioportretten, antropometrische<br />
portretten, ensceneringen en landschappen, gemaakt door professionele fotografen en amateurs,<br />
maken in toenemende mate plaats voor documentaire onderzoeksfotografie gemaakt door<br />
wetenschappers en conservatoren die direct of indirect aan <strong>het</strong> museum verbonden zijn.<br />
Na 1918 staakt <strong>het</strong> museum de registratie per foto. Gerichte aankopen komen na 1920 vrijwel niet<br />
meer voor. De collectie groeit toch aanzienlijk door schenkingen en legaten van particuliere<br />
verzamelaars en amateurfotografen. Door <strong>het</strong> op de markt komen van handzame camera's en <strong>het</strong><br />
gebruik van film in plaats van glasplaten kunnen is de techniek toegankelijk geworden voor iedereen.<br />
Onder de verwervingen van na 1920 bevinden zich ook foto’s gemaakt vóór 1920. Deze fotografie is<br />
vaak in de vorm van albums en series aan <strong>het</strong> museum aangeboden.<br />
Belangrijke aanwinsten uit de jaren 1920-1940 zijn de collectie glasplaten en afdrukken van Van<br />
Citters (496) en de collectie Duyvendak (359), beide gemaakt in China. De Tillema collectie neemt<br />
door zijn aard en omvang een bijzondere plaats in . De collectie bevat circa 10.000 foto's gemaakt in<br />
Nederlandsch-Indië tussen circa 1880 en 1940 en geeft een relatief onafhankelijk beeld van<br />
gebeurtenissen en omstandigheden in de Indische archipel en Nieuw-Guinea.<br />
In de periode 1920-1960 lijdt de collectie aan gebrek aan zorgvuldig beheer en een exponentiële<br />
groei. Het museum maakt vooral na 1940 vele foto's van objecten en museumactiviteiten, even<strong>als</strong><br />
reproducties van originelen ten behoeve van publicaties en tentoonstellingen. Ook dit materiaal<br />
bevindt zich in <strong>het</strong> beeldarchief. Daarnaast koopt <strong>het</strong> museum vele foto’s voor gebruik in<br />
tentoonstellingen of ten behoeve van educatieve doeleinden. In de jaren zestig krijgt de fotocollectie<br />
een tijdelijke, nieuwe impuls. De beeldvormende en de historisch-documenterende kwaliteit van <strong>het</strong><br />
materiaal wordt ontdekt, even<strong>als</strong> de educatieve waarde.<br />
Onderzoekers en museumconservatoren schenken hun foto-archieven met tienduizenden opnamen<br />
(o.a. de collecties Kooijman, Gerbrands, Nooter, Leyenaar). De betekenis van deze<br />
onderzoeksfotografie is vooral gelegen in de nauwe relatie met de voorwerpencollectie van <strong>het</strong><br />
museum. In tegenstelling tot de oudere antropologische fotografie speelt ze minder een rol van<br />
betekenis in de algemene beeldvorming van niet-westerse culturen. Die rol is inmiddels grotendeels<br />
overgenomen door de geïllustreerde en commerciële pers, de reclame- en toeristenindustrie, televisie<br />
en film.<br />
In 1959 wordt gestart met een grootscheepse ordening van de verzameling met <strong>het</strong> oog op een<br />
toekomstige fototheek die een belangrijke rol moet gaan spelen in de presentaties en educatieve<br />
activiteiten van <strong>het</strong> museum. De foto's worden geregistreerd volgens <strong>het</strong> systeem dat de<br />
museumbibliotheek sinds 1957 hanteert: ingedeeld op cultuurgebied en daarbinnen op specifieke, op<br />
de volkenkunde gebaseerde onderwerpen. Foto's worden in dit systeem gezien <strong>als</strong> afzonderlijke<br />
informatiedragers. Ze worden individueel op registratiekaarten geplakt en voorzien van<br />
beschrijvingen. Deze methode schept een nieuwe orde in de inmiddels onhanteerbaar geworden<br />
verzameling, met <strong>als</strong> gevolg dat de oorspronkelijke context en hun serieel verband verloren gaat.<br />
Door de grote aanwas van de collectie slaagt <strong>het</strong> museum er niet in om alle foto’s in dit nieuwe<br />
systeem onder te brengen. In 1970 zijn er ongeveer 20.000 afzonderlijke foto's op registratiekaarten<br />
geplakt, waaronder een aanzienlijk deel van de foto’s van voor 1920 die nu deel uitmaken van de<br />
historische, museale fotocollectie.