12.09.2013 Views

Gerrit Kleis: Boudewijn Büch, een herinnering - De Boekenwereld

Gerrit Kleis: Boudewijn Büch, een herinnering - De Boekenwereld

Gerrit Kleis: Boudewijn Büch, een herinnering - De Boekenwereld

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

innenwerk 19.4 15-05-2003 12:40 Pagina 224<br />

de boekenwereld 19 [2002 - 2003]<br />

224<br />

op zaterdagmiddag 23 november 2002 stierf boudewijn maria ignatius<br />

<strong>Büch</strong>. Op 14 december van dat jaar zou hij 54 jaar zijn geworden. Een geboortedag die hij<br />

tot zijn onuitsprekelijk genoegen deelde met Gerard Reve. <strong>De</strong> rouwadvertenties in NRC<br />

Handelsblad en de Volkskrant van de dinsdag volgend op zijn overlijden, vermeldden bijna<br />

uitsluitend de namen van (be)treurende werkgevers. Er was er niet één afkomstig uit de<br />

vroeger volkrijke vriendenkring die de schelmse, beweeglijke en hartelijke <strong>Boudewijn</strong><br />

<strong>Büch</strong> had gekend. Naarmate er meer kostbare curiosa en wonderlijke boeken zijn Koning<br />

van Zweeden binnen werden gedragen of door de posterijen uit alle windstreken besteld,<br />

verdwenen de persoonlijke vrienden van vroeger uit het zicht. <strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> had zich<br />

teruggetrokken op zijn eigen eiland, had zijn eigen kaart ingetekend en <strong>een</strong> eigen wereld<br />

geschapen. Dat laatste, heerlijk onderkomen, zijn derde adres aan de Keizersgracht in<br />

Amsterdam met die statelijke bibliotheek en <strong>een</strong> rijk voorzien museum, bleek ten leste <strong>een</strong><br />

mausoleum te zijn. <strong>De</strong> persoonlijke relaties waren definitief verbroken. Zijn contacten verliepen<br />

voortaan via de media.<br />

Al vroeg had hij iets met die media: met studentenkranten, dagbladen, uit<strong>een</strong>lopende<br />

tijdschriften als Oor en Nieuwe Revu, en na 1984 vooral met radio en in het bijzonder met<br />

televisie. En zij hadden iets met hem, want <strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> was <strong>een</strong> harde werker en leverde<br />

zijn columns en artikelen op tijd in. Vanavond besteld, morgen geleverd. Hij kwam zijn<br />

afspraken nauwgezet na en bovendien kon je met hem van tijd tot tijd tot de balken springen.<br />

Dat die pret en dat onvermoeibare gezwoeg <strong>een</strong> keerzijde hadden, werd niet door ieder<br />

waargenomen. ‘<strong>De</strong> typemachine als stervensbaar’, zoals hij <strong>een</strong>s schreef. Hij sprak er weinig<br />

over. Die andere kant van <strong>Büch</strong> merkte je eerst in zijn gedichten, meer dan in zijn<br />

proza. Zijn poëzie stond hemzelf het meest nabij. Het is dan ook meer dan <strong>een</strong> teleurstelling<br />

voor de dichter geweest, dat juist zijn gedichten door collega-schrijvers en critici min<br />

of meer werden afgewezen. Dat er ook waren die met zijn poëzie <strong>een</strong> sterke band kregen,<br />

heeft hem aanvankelijk gestimuleerd. Maar juist onder hen waren er ook, m<strong>een</strong>de hij, die<br />

zijn bundeltjes misschien voornamelijk kochten om de vormgeving, de gesoigneerde uitvoering.<br />

In 1983 bekritiseerde hij de vercommercialisering van zogeheten ‘bijzondere<br />

uitgaven’, de vaak met weinig kunde en kennis geproduceerde drukwerkjes of zelfs stencils<br />

die als exclusieve juwelen gepresenteerd <strong>een</strong> navenante prijs moesten opbrengen. Hij raakte<br />

daar terecht cynisch over.<br />

Uit de achter<strong>een</strong>volgende colofons van de bundels die ik in nauwe samenwerking met de<br />

dichter mocht drukken, laat zich dat proces reconstrueren. In het colofon van zijn bundel<br />

Godlinzense Gedichten [1986] merkt hij ten slotte op: ‘Bespreking of aankondiging […] in<br />

openbare persorganen […] wordt door mij niet op prijs gesteld.’ Na de verschijning van zijn<br />

tweede roman formeerde zich <strong>een</strong> fanclub, die enorme bedragen voor zijn bijzondere<br />

publicaties neertelde. Hij griezelde van deze ontwikkeling. Toch creëerde hij ook zelf <strong>een</strong><br />

verzamelbegeerte, niet all<strong>een</strong> door gebruik te maken van talrijke uitgeversmystificaties –<br />

zoals Eickenbosch pers, The <strong>De</strong>pro Press en The Blue Panic Press die gevestigd zouden zijn<br />

in exotische plaatsen als Ciboure, Helsinki en Malta – maar vooral door na circa 1986 zelf<br />

<strong>een</strong> scala van privé-uitgeverijen commercieel te voorzien van teksten. Hij toonde zich daarin<br />

enigszins dubbelhartig.<br />

Ik leerde <strong>Büch</strong> kennen door <strong>een</strong> introductie van onze wederzijdse vriend Ernst Braches in<br />

het vroege voorjaar van 1979. Wij lunchten toen gedrieën en tijdens die eerste ontmoeting<br />

werd duidelijk dat wij veel voor elkaar zouden kunnen betekenen. Een dichter die wonderlijke<br />

gedichten schreef, die mij bijzonder aanspraken, <strong>een</strong> gedreven man met <strong>een</strong> vurige<br />

drang tot publicatie. Aan de andere zijde <strong>een</strong> drukker die pas korte tijd ervoor zijn eerste<br />

geslaagde bundel van <strong>een</strong> belangrijk dichter had mogen uitgeven en zeer verlangend was<br />

gerrit kleis


innenwerk 19.4 15-05-2003 12:40 Pagina 225<br />

naar nieuwe perspectieven. Verbonden door <strong>een</strong> stimulerende vriend naar beide domeinen...<br />

In het vervolg van deze eerste bij<strong>een</strong>komst stelden wij schertsuitgeverscontracten op<br />

in aanwezigheid van niet-bestaande of afwezige getuigen en hadden plezier voor tien. <strong>Büch</strong><br />

toonde toen, als één van de weinige auteurs, <strong>een</strong> oprechte belangstelling voor de typografische<br />

vormgeving van zijn werk. Vormgeving als uitdrukking en mogelijke versterking van<br />

de dichterlijke boodschap. Kortom, <strong>een</strong> spannende verhouding. Een Akkord.<br />

<strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> signeert Nohant, zijn eerste bundel die bij Sub Signo Libelli versch<strong>een</strong><br />

(Foto: archief <strong>Gerrit</strong> <strong>Kleis</strong>)<br />

Vanaf die eerste ontmoeting ontstond <strong>een</strong> vooral voor mijzelf inspirerend verbond. Het<br />

begon met de uitgave van de poëziebundel Nohant in het najaar van 1979, op verzoek van<br />

de auteur verlucht met <strong>een</strong> speciaal daarvoor gemaakt frontispice, <strong>een</strong> kleurenlitho van de<br />

Tsjechische graficus Vladimír Suchánek. Verscheidene bundels poëzie en plaquettes zagen<br />

in de loop van de volgende jaren het licht. Alle uitvoeringen gegrondvest op <strong>een</strong> vaak intens<br />

overleg tussen auteur en drukker. Experimenten met letter, papiersoort, formaat en kleur.<br />

Vaak werd gekozen voor <strong>een</strong> door mij als <strong>Boudewijn</strong>-blauw bestempelde turquoiseachtige<br />

kleur. <strong>De</strong> betekenis werd mij emotioneel onthuld: blaue Blume… being blue en andere verwijzingen<br />

naar Novalis, Mick Jagger, Buddy Holly, Rimbaud en meer uitbundig zingende<br />

sterren aan zijn persoonlijk uitspansel. Een blauw, ‘specimen van <strong>een</strong> defect’, waarin alles<br />

in de dood was opgelost en waaruit het leven weer zichtbaar gemaakt moest worden. Een<br />

uitdagend blauw dat gaandeweg tegelijkertijd bleu bleek te zijn, verlegen, verhullend en<br />

soms zelfs panisch van toon. ‘Angst, dat is <strong>een</strong> blauw gedicht.’<br />

Het scheppend vertrouwen was groot: de dichter zat aan de keukentafel te schrijven en<br />

de tekst, vers van het zwillik, werd vijf meter verder gezet en gedrukt op <strong>een</strong> keur aan<br />

papiersoorten of beproefd op boombast. Schaterlachend voerden wij experimenten uit met<br />

vreemdsoortige materialen om de nijvere beschrijvers van het Letterkundig Museum iets<br />

spannends te doen te geven. Het waren dagen van de zwerftochten langs dodenakkers in de<br />

Drentse omgeving, op zoek naar de gestorven Prins, wiens bestemming werd gevonden,<br />

gehakt in st<strong>een</strong>: ‘Zalig is der kinderen lot, jong gestorven vroeg bij God.’<br />

boudewijn büch<br />

de de boekenwereld boekenwereld 19 19 [2002 [2002 -- 2003] 2003]<br />

225


innenwerk 19.4 15-05-2003 12:40 Pagina 226<br />

de boekenwereld 19 [2002 [2002 -- 2003] 2003]<br />

226<br />

G<strong>een</strong> sombere expedities, nee, we hebben wat afgelachen. Als ik de definitieve versies van<br />

zijn gedichten onder ogen kreeg, constateerde ik hoeveel werkelijkheid in zijn gedichten<br />

bestond. Wantrouwig gemaakt door zijn critici trok ik zijn waarheden in twijfel. Poëtische<br />

waarheden, daar mocht ik niet aan twijfelen. Hij schreef als opdracht <strong>een</strong>s ‘voor (...) die van<br />

nu af weet dat al mijn gedichten écht gebeuren’. En al zouden zijn waarheden niet over<strong>een</strong>komen<br />

met de werkelijkheden, wie verplicht de dichter, de kunstenaar tot iets anders<br />

dan getrouw te zijn aan zichzelf? Hij beschikte over <strong>een</strong> fenomenaal geheugen, maar ieder<br />

mag <strong>een</strong>zelfde waarheid op <strong>een</strong> eigen wijze ervaren. Met welgemutst vriendschappelijk<br />

vertoon werden zijn eigen bundels en die van andere auteurs in Sub Signo Libelli-verbond,<br />

veelal even<strong>een</strong>s aanwezig in het gezelschap, onthuld op presentatieavonden, waarvan <strong>Büch</strong><br />

enige malen op humoristische toon verslag heeft gedaan.<br />

In 1981 debuteerde <strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> met de roman <strong>De</strong> Blauwe Salon. Een bestseller werd<br />

zijn tweede roman <strong>De</strong> kleine blonde dood, verschenen in 1985. <strong>De</strong>ze werd zelfs verfilmd. Mijn<br />

voorkeur blijft uitgaan naar <strong>De</strong> Blauwe Salon, ook al werd die door critici ‘doorgeconstrueerd’<br />

genoemd. Zijn hang naar publiceren was van jongs af aan groot. Al vroeg vulde hij<br />

kolommen in diverse media: Leidsch Dagblad en Mare, het universiteitsblad van Leiden,<br />

Folia Civitatis, <strong>een</strong> zelfde wekelijks orgaan in Amsterdam, en spoedig ook dagbladen als Het<br />

Parool. Dan kwamen de tijdschriften, tot de populairste toe.<br />

Die publicatiedwang werd door zijn collega-auteurs niet altijd begrepen. Voor <strong>Büch</strong> is<br />

het <strong>een</strong> wijze van overleven geweest. Hij putte zich uit in activiteit om zijn bestaan te<br />

beheersen. Hij schreef bij voorkeur in nachtelijke uren; sliep in de ochtend en ging vanaf<br />

het middaguur weer rusteloos op pad. Wanneer wij elkaar troffen in zijn schitterende<br />

Bibliotheca Gronlandea, zoals hij zijn collectie noemde, naar het gerestaureerde pakhuis<br />

Groenland waar hij woonde, was hij één en al beweeglijkheid. Hij stommelde rusteloos<br />

rond en vond g<strong>een</strong> moment om te zitten. Maar in die ongedurigheid ontstonden de ideeën,<br />

de plannen voor teksten, de uitgaven. Zijn onrust maskeerde ook zijn twijfel, zijn ongenoegen<br />

en zijn pijn om <strong>een</strong> niet te herstellen verleden, wat daarvan dan ook werkelijkheid<br />

is geweest.<br />

gerrit kleis<br />

<strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> (l.) en <strong>Gerrit</strong> <strong>Kleis</strong><br />

(Foto: archief <strong>Gerrit</strong> <strong>Kleis</strong>)


innenwerk 19.4 15-05-2003 12:40 Pagina 227<br />

Vervolgens kwam het non-fictionele proza. Daarin werd hij door <strong>een</strong> groot publiek<br />

gewaardeerd, daar lachte het succes hem toe. Hij raakte tot mijn teleurgestelde verwondering<br />

commerciëler ingesteld. Op die wijze bood hij zichzelf de mogelijkheid om zijn verzamelwoede<br />

te bekostigen. Maar daarmee vervreemdde hij zich van zijn vriendschappen.<br />

Zijn bibliotheek bleef hij toegewijd. Hij documenteerde zich diepgaand, beschikte over de<br />

kennis om heel gericht zijn liefdesobjecten, de verzamelingen, nu onder de nieuwe naam<br />

Bibliotheca Didina Et Pinguina met uiterste zorg bij elkaar te brengen. Die voorliefde voor<br />

het bijzondere, het werkelijk zeldzame, kostte veel geld, om niet te zeggen schatten.<br />

Zijn reiswoede begon bij het nareizen van schrijvers en ontdekkingsreizigers. Zijn tochten<br />

bleken <strong>een</strong> omzetting, <strong>een</strong> variant op zijn poëzie. Hij had toen al <strong>een</strong> speciale kast laten<br />

vervaardigen met <strong>een</strong> timpaan van <strong>een</strong> Griekse tempel om zijn collectie atlassen te bergen.<br />

Zijn documentatie vond hij internationaal, in befaamde en ook in volslagen obscure bibliotheken.<br />

Hij vertrok naar Cyprus om het graf van Rupert Brooke, <strong>een</strong> van bekendere<br />

Engelse war poets, te zoeken, bereisde in het begin van de jaren tachtig Australië, Nieuw-<br />

Zeeland en de Fiji-eilanden in het spoor van zijn cultuurhistorische helden, op zoek naar<br />

bibliotheken en uiteindelijk zichzelf. <strong>De</strong> hele wereld werd zijn bestemming. Hij beschreef<br />

enthousiast, als hij ze tenminste aantrof, bijzondere boekencollecties zoals die van de<br />

Library of Congress in Washington. Wij kunnen deze boekenreizen meemaken en met hem<br />

de eilanden bezoeken; hij schreef erover met hetzelfde kinderlijke enthousiasme als waarmee<br />

hij erover vertelde. Tot enige weken voor zijn dood getuigde <strong>Boudewijn</strong> <strong>Büch</strong> in publicaties<br />

van deze passie. Reizen en boeken waren zijn paspoort naar <strong>een</strong> innerlijke wereld.<br />

Bekender voor het grote publiek waren zijn ontdekkingsreizen die op de televisie werden<br />

uitgezonden. Pelgrimages die hij vanaf 1986 voor de vara presenteerde met zichzelf in <strong>een</strong><br />

Arlecchino-achtige hoofdrol. Aan die reizen is pas kort voor zijn dood <strong>een</strong> eind gekomen.<br />

Men herinnert zich tevens zijn boekenprogramma voor dezelfde omroep, waarin hij met<br />

<strong>een</strong> vaak aanstekelijke geestdrift de boeken aanprees die hem hadden getroffen.<br />

In 1995 versch<strong>een</strong> <strong>een</strong> uitgave van zijn verzamelde gedichten, bezorgd door Ernst<br />

Braches. Een gedocumenteerde uitgave met opgave van varianten en bronnen. Hoe <strong>Boudewijn</strong><br />

erover oordeelde weet ik niet. <strong>De</strong> contacten waren spaarzaam geworden. Het schijnt<br />

dat hij gedurende de laatste jaren allengs somberder werd. Na 1995 leek hij zich uitsluitend<br />

te hebben toegelegd op non-fictie. Toch was <strong>Büch</strong> ook daarin <strong>een</strong> verteller. Na zijn dood<br />

werd bekend dat hij toch weer <strong>een</strong> nieuwe roman bij zijn uitgever had ingeleverd, het<br />

inmiddels gepubliceerde Het geheim van Eberwein.<br />

<strong>De</strong> laatste tijd trad hij op in het televisieprogramma Barend & Van Dorp. Gehandschoend<br />

exposeerde hij de kostbare, maar vooral boeiende schatten uit zijn verzamelingen. Met het<br />

melancholieke, ook kinderlijke enthousiasme dat hem altijd kenmerkte, raasde hij voort.<br />

Ik heb de uitzendingen niet gezien. Wel keek ik zo nu en dan met weemoed naar zijn clowneske<br />

rijstreisspots. Financieel leek er g<strong>een</strong> noodzaak toe, of juist wel? Manisch verder verzamelen<br />

tot de dood is bereikt? Ik las dat hij vermoeid raakte.<br />

Toen stierf hij geheel onverwacht op <strong>een</strong> zaterdagmiddag in de late herfst, zich al weer<br />

voorbereidend op <strong>een</strong> optreden in Amsterdam. Ik mis hem.<br />

‘…maar taal geeft je het gemak<br />

van alsmaar terugkeer<br />

op de dood.’<br />

boudewijn büch<br />

de de boekenwereld boekenwereld 19 19 [2002 [2002 -- 2003] 2003]<br />

227

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!