i o - w e t e n s c h a p p e n e n m a a t s c h a p p i j 4 1 | 2008 Leven met onzekerheid
i o - w e t e n s c h a p p e n e n m a a t s c h a p p i j Onzekere risico’s De ontdekking van rekenen met kansen Marjolein van Asselt en Livia Smits Waar de ene generatie nog probleemloos groot wordt op runderlapjes die uren hebben gesudderd op een asbestplaatje, komen er twintig jaar later mannen in witte pakken en afzetlinten aan te pas zodra er ergens maar een beetje asbest ontdekt wordt. Wat als een risico wordt gezien, hoe groot risico’s worden ingeschat en hoe erop wordt gereageerd, kan enorm uiteenlopen. Dat is niet alleen afhankelijk van de op een bepaald moment op een bepaalde plaats aanwezige kennis over schadelijke effecten, maar ook ‘risicoperceptie’ speelt een rol: hoe gevaarlijk dénken mensen dat iets is, hoe ‘voelt het aan’. ‘Wij leven in een risicomaatschappij’ is tegenwoordig een veelgehoorde vaststelling (of verzuchting), die in menige discussie in de politiek, op opiniepagina’s en aan stamtafels opduikt. De term komt van de Duitse socioloog Ulrich Beck, die in 1986 een boek met de titel Risikogesellschaft publiceerde. Op het eerste gezicht lijkt het misschien een leeg begrip. Wie leeft, staat immers per definitie bloot aan risico en gevaar en ontkomt niet aan de kwellingen van onzekerheid en twijfel. Dat is van alle tijden, maar volgens Beck wonen we in een samenleving waarin er steeds meer zichtbare en onzichtbare risico’s zijn. Niet alleen hebben we te maken met gevaarlijke natuurverschijnselen zoals orkanen, aardbevingen en tsunami’s, maar ook met risico’s die de mens zelf geschapen heeft. Beck beweert zelfs dat de verworvenheden van het moderne leven, zoals technologie en industrie, de belangrijkste bronnen van hedendaagse risico’s zijn. Inmiddels klassieke en extreme voorbeelden zijn de giframp in het Indiase Bhopal in 1984, waar veertig ton van een zeer giftige stof vrijkwam uit een bestrijdingsmiddelenfabriek, en de ramp met de kernreactor in Tsjernobyl twee jaar later. In Bhopal kwamen direct duizenden mensen om, maar op de langere termijn was de schade nog veel groter. De schattingen van het aantal personen met gezondheidsproblemen lopen op tot 600.000. Dat is inclusief de kinderen die in de jaren na het ongeluk met afwijkingen ter wereld kwamen. Ook het aantal slachtoffers van het nucleaire ongeluk in de Sovjet Unie (nu Oekraïne) is onderwerp van stevige discussie. Bijvoorbeeld de vraag hoeveel extra gevallen van leukemie de vrijgekomen straling heeft veroorzaakt, is lastig met zekerheid te beantwoorden. Effecten zijn vaak langdurig, maar tegelijk deels ongrijpbaar. Een voorbeeld uit eigen land is DES, Diëthylstilbestrol, een kunstmatig vrouwelijk hormoon dat tussen 1947 en 1975, toen het verboden werd, op grote schaal aan zwangere vrouwen werd voorgeschreven. Het zou miskramen voorkomen, maar bleek schadelijke gevolgen voor zowel de moeder als het ongeboren kind te hebben. Moeders hielden aan het slikken Leven met onzekerheid 1 | 2008 Prof. dr. ir. M.B.A. van Asselt (1969) die Informatica en Wijsbegeerte van Wetenschap, Technologie en Samenleving studeerde, is hoogleraar Risk Governance aan de faculteit Cultuur- en Maatschappijwetenschappen van de Universiteit van Maastricht. Ze is daarnaast lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regerings- beleid (WRR) en van De Jonge Akademie. Drs. L.A. Smits (1981) studeerde Cultuur- en Wetenschapstudies aan de Faculteit der Cultuur- en Maatschappijwetenschappen van de Universiteit van Maastricht, en beëindigt daar nu de tweejarige Onderzoeksmaster Cultures of Arts, Science and Technology (CAST). Daarnaast is ze werk- zaam als student-assistent van Marjolein van Asselt. 5