Een school waar je mag zijn! - Van Asch van Wijckschool
Een school waar je mag zijn! - Van Asch van Wijckschool
Een school waar je mag zijn! - Van Asch van Wijckschool
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
3. De bouw <strong>van</strong> de nieuwe <strong>school</strong><br />
In mei 1933 was, in het nieuwe kabinet <strong>van</strong> Colijn, de vrijzinnige H.P.<br />
Marchant als minister <strong>van</strong> Onderwijs aan het bewind gekomen. Hij<br />
stond bepaald niet bekend om <strong>zijn</strong> fijnzinnige gevoel als bestuurder,<br />
maar eerder als een tijger, die moeilijk te stuiten was als hij iets wilde<br />
bereiken. Zijn latere, nieuwe spellingswet heeft dan ook veel commotie<br />
veroorzaakt, toen hij haar plompverloren invoerde. Voor <strong>zijn</strong> strijd<br />
voor het vrouwenkiesrecht verdient hij echter veel lof.<br />
Er waren in die jaren veel klachten <strong>van</strong> de gemeentebesturen over de<br />
grote sommen geld, die aan het bouwen <strong>van</strong> scholen moesten worden<br />
besteed in deze <strong>mag</strong>ere jaren. Minister Marchant voert dan ook<br />
prompt de eis in, dat <strong>van</strong>af dan iedere nieuw te bouwen <strong>school</strong>,<br />
<strong>waar</strong><strong>van</strong> de aanbesteding nog niet had plaatsgevonden (onverschillig<br />
<strong>waar</strong>door die vertraging is veroorzaakt), opnieuw minstens 150<br />
ondertekende ouderverklaringen moet kunnen overleggen, alvorens<br />
de gemeente tot de bouw zou moeten overgaan. Voor veel nieuwe,<br />
kleine dorpsscholen, soms maar bemenst met één of twee leerkrachten,<br />
de doodsteek.<br />
De secretaris <strong>van</strong> de Schoolraad deelt op 8 augustus 1933 aan de heer<br />
Leutscher mee, in antwoord op diens verontruste schrijven hierover<br />
<strong>van</strong> 5 augustus, dat het eerdere raadsbesluit <strong>van</strong> de Gemeente<br />
Utrecht voor de bouw inderdaad is komen te vervallen in het kader<br />
<strong>van</strong> dit aangenomen ontwerp Marchant, ingevoerd per 4 augustus.<br />
En dat er een nieuwe aanvraag ingediend moet worden met 150<br />
handtekeningen. Alleen als dit echt onmogelijk is en de minister <strong>van</strong><br />
oordeel is, dat in dit geval sprake is <strong>van</strong> “gewichtige omstandigheden”<br />
en de Tweede Kamer dit ook beaamt, dan is er nog een kans.<br />
De gemeente Utrecht komt op 26 augustus met het te verwachten<br />
schrijven. Haar besluit tot het verlenen <strong>van</strong> medewerking tot het<br />
stichten <strong>van</strong> een <strong>school</strong>gebouw is vervallen. Wel erkent zij het raadsbesluit<br />
met de verplichting tot “het verleenen <strong>van</strong> medewerking<br />
door beschikbaarstelling in bruikleen <strong>van</strong> den 8 lokalen bevattende<br />
rechtervleugel <strong>van</strong> het gemeentelijke <strong>school</strong>gebouw aan de<br />
Timorkade”. Maar omdat men op 16 oktober dit gebouw al aan de<br />
jubileumboek<strong>je</strong> pagina 16<br />
Hervormde <strong>school</strong> had gegeven, na weigering <strong>van</strong> het<br />
Gereformeerde bestuur, is er nu geen gebouw meer beschikbaar en<br />
valt het <strong>school</strong>bestuur dus onder de groep, die een nieuwe aanvraag<br />
moet doen. Het bestuur is weer terug bij “af”.<br />
Het bestuur wendt zich tot de Haagse jurist <strong>van</strong> de Schoolraad met<br />
de nodige veront<strong>waar</strong>diging. Het is de gemeente haar schuld immers,<br />
dat de bouwgrond niet beschikbaar was en …… men heeft nog maar<br />
80 à 90 leerlingen, “doordat meerdere ouders hun kinderen niet zonden,<br />
omdat we geen eigen <strong>school</strong>gebouw ontvingen”.<br />
“We moeten mededelen, dat aan de in de nieuwe wet gestelde<br />
eischen onmogelijk kan worden voldaan, zoodat we dus zullen moeten<br />
pleiten op de gewichtige omstandigheden in het tweede lid <strong>van</strong><br />
artikel 3, <strong>waar</strong>bij we echter vreezen, nu het aantal <strong>van</strong> 100 leerlingen<br />
niet is bereikt, dat de minister deswege afwijzend zal beschikken.<br />
Acht U het mogelijk of wenschelijk dat we in afwachting op mogelijk<br />
gunstiger bepalingen trachten in onze tegenwoordige situatie te blijven?”<br />
Men vraagt zich zelfs af of men het bestaansrecht kwijt zal <strong>zijn</strong> na<br />
een afwijzing op de “gewichtige omstandigheden”.<br />
<strong>Een</strong> week later (13 september) krijgt het bestuur als antwoord, dat zij<br />
inderdaad <strong>van</strong> voren af aan moet beginnen en bij de gemeente<br />
Utrecht een nieuwe aanvraag voor medewerking moet doen. Maar<br />
ook dat zij volgens de nieuwe wet onder de oude gevallen valt en er<br />
slechts 100 handtekeningen <strong>zijn</strong> vereist. Daarbij tellen ook handtekeningen<br />
<strong>van</strong> ouders, die hun kind nu nog op een andere bijzondere<br />
<strong>school</strong> hebben zitten. Tevens krijgt het bestuur het advies om er een<br />
brief bij te doen met daarin de vermelding, dat:<br />
- ten eerste de <strong>school</strong> reeds bestaat, gesubsidieerd wordt en er<br />
<strong>school</strong>ruimte nodig is;<br />
- en ten tweede de aanbesteding ter uitvoering <strong>van</strong> het vroegere<br />
raadsbesluit buiten schuld <strong>van</strong> het <strong>school</strong>bestuur is vertraagd.<br />
Verder hoeft het ministerie geen goedkeuring te geven, dit geldt<br />
alleen voor openbare scholen. Wel moet de gemeente een nieuw<br />
besluit nemen en mocht die de bijzondere omstandigheden niet aanwezig<br />
achten, dan is er nog beroep mogelijk bij de provincie en als<br />
laatste bij de Kroon. De <strong>school</strong> blijft dus gewoon bestaan, zolang zij<br />
jubileumboek<strong>je</strong> pagina 17