12.09.2013 Views

Een administratieve kostenschatting van de Belgische en de ...

Een administratieve kostenschatting van de Belgische en de ...

Een administratieve kostenschatting van de Belgische en de ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>administratieve</strong> sancties vertoont e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk on<strong>de</strong>rscheid met het bevel tot<br />

betaling 91 . Artikel 119bis <strong>van</strong> <strong>de</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> wet vermeldt dat <strong>de</strong> procureur <strong>de</strong>s<br />

Konings ook hier over e<strong>en</strong> termijn <strong>van</strong> 1 maand beschikt om e<strong>en</strong><br />

opsporingson<strong>de</strong>rzoek of e<strong>en</strong> gerechtelijk on<strong>de</strong>rzoek op te start<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> gerechtelijke<br />

vervolging in te stell<strong>en</strong>. Na het verstrijk<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze termijn kunn<strong>en</strong> <strong>de</strong> feit<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel<br />

nog administratiefrechtelijk wor<strong>de</strong>n gesanctioneerd. Zodra het strafrecht in e<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze wett<strong>en</strong> zijn intre<strong>de</strong> doet wordt onmisk<strong>en</strong>baar <strong>de</strong> vervolgingsbevoegdheid (art.<br />

151 G.W.) <strong>van</strong> <strong>de</strong> procureur <strong>de</strong>s Konings aanvaard. Bij het bevel tot betaling echter<br />

wordt ondanks <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> strafrechtelijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het Op<strong>en</strong>baar<br />

Ministerie <strong>de</strong> bevoegdheid tot vervolging ontnom<strong>en</strong>. Door <strong>de</strong> verm<strong>en</strong>ging <strong>van</strong> zowel<br />

strafrechtelijke als bestuurlijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> probeert <strong>de</strong> regering <strong>de</strong> toepasselijkheid<br />

<strong>van</strong> artikel 151 GW die het op<strong>en</strong>baar ministerie e<strong>en</strong> vervolgingsbevoegdheid <strong>van</strong><br />

strafbare feit<strong>en</strong> geeft te ontwijk<strong>en</strong>.<br />

De door regering zelf aangehaal<strong>de</strong> wetgeving on<strong>de</strong>rmijnt in feite haar argum<strong>en</strong>t dat<br />

<strong>de</strong> bestuurlijke hoedanigheid <strong>van</strong> het op<strong>en</strong>baar ministerie bij het bevel tot betaling is<br />

toegelat<strong>en</strong>. Gegev<strong>en</strong> <strong>de</strong> strafrechtelijke elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zou <strong>de</strong> vervolgingsbevoegdheid<br />

<strong>van</strong> het Op<strong>en</strong>baar Ministerie onverkort aanwezig zou moet<strong>en</strong> zijn. Er zijn nog an<strong>de</strong>re<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die het vermoe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtststatelijke sch<strong>en</strong>ding bevestig<strong>en</strong>. T<strong>en</strong><br />

eerste behoort het bevel tot betaling volg<strong>en</strong>s <strong>de</strong> regering nog steeds tot het<br />

strafrecht (zie supra) waardoor art 151 GW onverkort <strong>van</strong> toepassing is. T<strong>en</strong> twee<strong>de</strong><br />

moet <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> procureur <strong>de</strong> recht<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> verdachte garan<strong>de</strong>r<strong>en</strong><br />

hetge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zelfstandige beslissingsbevoegdheid conform artikel 151 G.W.<br />

veron<strong>de</strong>rstelt.<br />

Hoewel het bevel tot betaling het Op<strong>en</strong>baar Ministerie haar beslissingsbevoegdheid<br />

ontneemt, blijkt uit <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nering <strong>van</strong> <strong>de</strong> regering ge<strong>en</strong> rechtvaardiging voor <strong>de</strong>ze<br />

positie. Terecht stelt <strong>de</strong> Raad Van State zich <strong>de</strong> nodige vrag<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong><br />

grondwettelijkheid <strong>van</strong> het buit<strong>en</strong>spel zett<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> vervolgingsbevoegdheid <strong>van</strong> het<br />

Op<strong>en</strong>baar Ministerie.<br />

Welvaartsverbetering door het bevel tot betaling<br />

De tekortkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong> strafrechtelijke handhaving is het hoofdmotief voor <strong>de</strong><br />

invoering <strong>van</strong> het bevel tot betaling. Met dit motief in gedacht<strong>en</strong> heeft het bevel tot<br />

betaling e<strong>en</strong> bestaansre<strong>de</strong>n wanneer het e<strong>en</strong> hoger opvolgingsperc<strong>en</strong>tage dan <strong>de</strong><br />

vere<strong>en</strong>voudig<strong>de</strong> strafrechtelijke procedure heeft of wanneer hetzelf<strong>de</strong><br />

opvolgingsperc<strong>en</strong>tage aan lagere kost<strong>en</strong> wordt bereikt. Met dit opvolgingsperc<strong>en</strong>tage<br />

91 Wet <strong>van</strong> 13 mei 1999 tot invoering <strong>van</strong> geme<strong>en</strong>telijke <strong>administratieve</strong> sancties, B.S. 10 juni 1999.<br />

Steunpunt Verkeersveiligheid 28 RA-2006-102

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!