12.09.2013 Views

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

G. DEBERSAQUES en Fr. DE BOCK, <strong>Rechtsbescherming</strong> <strong>tegenover</strong> <strong>de</strong> <strong>overheid</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> Vreem<strong>de</strong>lingenbetwistingen<br />

zijn om het beroep te verwerpen (<strong>de</strong>pistage) en dat nadien aan <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij<br />

wordt gevraagd te repliceren en het dossier over te leggen aan <strong>de</strong> <strong>Raad</strong>.<br />

Er zijn echter evenwel drie belangrijke verschillen die tot gevolg hebben dat <strong>de</strong> procedure<br />

in annulatie in werkelijkheid complexer is dan die in volle rechtsmacht :<br />

1° Een eerste verschil betreft <strong>de</strong> termijn waarbinnen het beroep moet ingediend wor<strong>de</strong>n.<br />

Daar waar in volle rechtsmacht <strong>de</strong> asielzoeker zijn beroep moet indienen binnen <strong>de</strong> 15<br />

dagen na <strong>de</strong> kennisgeving van <strong>de</strong> bestre<strong>de</strong>n beslissing, bedraagt in het<br />

annulatiecontentieux <strong>de</strong> beroepstermijn 30 dagen 206 , eveneens te rekenen vanaf <strong>de</strong><br />

kennisgeving van <strong>de</strong> bestre<strong>de</strong>n beslissing. Deze beroepstermijn is langer dan in volle<br />

rechtsmacht doch <strong>de</strong>ze termijn is – met uitzon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> in artikel 39/79 Vr.W.<br />

bedoel<strong>de</strong> maatregelen 207 - niet schorsend. Dit schorsend effect is er wel wat <strong>de</strong><br />

beroepstermijn in volle rechtsmacht betreft (art. 39/70 Vr.W.);<br />

2° behalve wanneer het een beroep betreft gericht tegen één van <strong>de</strong> in artikel 39/79<br />

Vr.W. bepaal<strong>de</strong> maatregelen betreft, is het aanhangig zijn van een beroep tot<br />

nietigverklaring evenmin uit zijn aard schorsend, terwijl een beroep ingediend in volle<br />

rechtsmacht wel dit rechtsgevolg heeft (art. 39/70 Vr.W.). Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong><br />

bestre<strong>de</strong>n maatregel kàn tij<strong>de</strong>ns het verloop van <strong>de</strong> procedure ten uitvoer gebracht<br />

wor<strong>de</strong>n. Indien <strong>de</strong> verzoeker meent door <strong>de</strong> tenuitvoerlegging van <strong>de</strong>ze beslissing een<br />

moeilijk te herstellen ernstig na<strong>de</strong>el te on<strong>de</strong>rgaan, dan zal hij er zorg moeten <strong>voor</strong><br />

dragen om een vor<strong>de</strong>ring tot schorsing (al dan niet <strong>bij</strong> uiterst dringen<strong>de</strong><br />

noodzakelijkheid) in te lei<strong>de</strong>n ter afwending van dit na<strong>de</strong>el;<br />

3° Bij wet van 4 mei 2007 tot wijziging van <strong>de</strong> artikelen 39/20, 39/79 en 39/81 van <strong>de</strong><br />

wet van 15 <strong>de</strong>cember 1980 betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> toegang tot het grondgebied, het verblijf, <strong>de</strong><br />

vestiging en <strong>de</strong> verwij<strong>de</strong>ring van vreem<strong>de</strong>lingen 208 werd een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> verschilpunt tussen<br />

<strong>de</strong> annulatieprocedure en <strong>de</strong> procedure in volle rechtsmacht ingevoerd. Bij <strong>de</strong><br />

annulatieprocedure dient <strong>de</strong> verzoeken<strong>de</strong> partij een repliekmemorie in te dienen als<br />

antwoord op <strong>de</strong> nota van <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij. Ten dien ein<strong>de</strong> zendt <strong>de</strong> griffie een<br />

afschrift van <strong>de</strong> nota met opmerkingen aan <strong>de</strong> verzoeken<strong>de</strong> partij. Deze laatste beschikt<br />

dan over een termijn van 15 dagen om aan <strong>de</strong> griffie een repliekmemorie hierop te laten<br />

gewor<strong>de</strong>n. Indien <strong>de</strong> verzoeken<strong>de</strong> partij binnen <strong>de</strong>ze termijn aan <strong>de</strong>ze mogelijkheid<br />

verzaakt, dan doet <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> onverwijld uitspraak, waar<strong>bij</strong> het ontbreken van het vereiste<br />

belang zal wor<strong>de</strong>n vastgesteld. Eenzelf<strong>de</strong> sanctie geldt eveneens <strong>bij</strong> het laattijdig<br />

indienen van <strong>de</strong> repliekmemorie (art. 39/81, twee<strong>de</strong> lid, Vr.W.). 209 Artikel 39/81, Vr.W.,<br />

zoals ingevoegd <strong>bij</strong> artikel 4 van <strong>de</strong> wet van 4 mei 2007, voegt dus een nieuwe ‘hak<strong>bij</strong>l’<br />

in <strong>voor</strong> <strong>de</strong> annulatieprocedure <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> 210 .<br />

4. De vor<strong>de</strong>ring tot schorsing van <strong>de</strong> tenuitvoerlegging<br />

a. De grond<strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> schorsing<br />

206<br />

Te <strong>de</strong>zen merkt het Verslag aan <strong>de</strong> Koning uitdrukkelijk op dat <strong>de</strong> termijnrverlenging ten aanzien van<br />

een verzoeker die in het buitenland verblijft en die is <strong>voor</strong>zien in <strong>de</strong> artikelen 89-91 A.P.R. te <strong>de</strong>zen geen<br />

toepassing vindt daar <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>lingenwet in een dui<strong>de</strong>lijke beroepstermijn heeft <strong>voor</strong>zien (Verslag aan<br />

<strong>de</strong> Koning, B.S. 28 <strong>de</strong>cember 2006, Ed. 4, 75.384).<br />

207<br />

Het betreft <strong>de</strong> beslissingen waartegen vóór <strong>de</strong> wijziging van 15 september 2006 een van rechtswege<br />

schorsend, beroep tot herziening <strong>bij</strong> <strong>de</strong> Minister openstond .<br />

208<br />

B.S. 10 mei 2005, in werkinggetre<strong>de</strong>n op 1 juni 2007.<br />

209<br />

Parl. St. Kamer 2006-2007, nr. 2845/005, 4.<br />

210<br />

Bij het afsluiten van <strong>de</strong>ze <strong>bij</strong>drage was het PR RvV nog niet aangepast aan <strong>de</strong>ze nieuwe bepaling. In<br />

ie<strong>de</strong>r geval heeft <strong>de</strong> wet uiteraard <strong>voor</strong>rang op <strong>de</strong> uitdrukkelijke er mee strijdig zijn<strong>de</strong> procedurebepaling<br />

uit het PR RvV.<br />

41

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!