12.09.2013 Views

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

Rechtsbescherming tegenover de overheid bij de Raad voor - Foyer

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

G. DEBERSAQUES en Fr. DE BOCK, <strong>Rechtsbescherming</strong> <strong>tegenover</strong> <strong>de</strong> <strong>overheid</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> Vreem<strong>de</strong>lingenbetwistingen<br />

afschrift ervan aan <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij - in volle rechtsmacht zal <strong>de</strong>ze dus <strong>de</strong><br />

Commissaris-generaal <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vluchtelingen en <strong>de</strong> staatlozen zijn. Laatstgenoem<strong>de</strong> heeft<br />

op zijn beurt acht dagen <strong>de</strong> tijd om het administratief dossier over te zen<strong>de</strong>n evenals een<br />

eventuele nota met opmerkingen. Deze termijn van acht dagen kan verlengd wor<strong>de</strong>n tot<br />

15 dagen wanneer <strong>de</strong> verzoeker in zijn verzoekschrift nieuwe gegevens aanbrengt 194 .<br />

Aangezien het tot <strong>de</strong> vrije appreciatiebevoegdheid van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> behoort om te oor<strong>de</strong>len<br />

of elementen uit het verzoekschrift als “nieuwe gegevens” kunnen aangemerkt wor<strong>de</strong>n of<br />

niet, zal uitein<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong>ze beoor<strong>de</strong>ling bepalen of een nota die met toepassing van <strong>de</strong>ze<br />

bepaling buiten <strong>de</strong> acht dagen maar binnen <strong>de</strong> vijftien dagen is ingediend, uit <strong>de</strong><br />

<strong>de</strong>batten wordt geweerd. De appreciatie ter zake door <strong>de</strong> Commissaris-generaal <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />

vluchtelingen en <strong>de</strong> staatlozen is te <strong>de</strong>zen slechts precair en <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>lijk.<br />

Wanneer <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij het administratief dossier niet binnen <strong>de</strong> vastgestel<strong>de</strong><br />

termijn neerlegt, dan wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> door <strong>de</strong> verzoeker vermel<strong>de</strong> feiten als bewezen geacht,<br />

tenzij ze kennelijk onjuist zijn of wor<strong>de</strong>n tegengesproken door <strong>de</strong> door verzoeken<strong>de</strong> partij<br />

zelf neergeleg<strong>de</strong> stukken. 195 Deze sanctie ten aanzien van <strong>de</strong> administratie die het<br />

bestre<strong>de</strong>n besluit heeft genomen, is overgenomen van artikel 21, <strong>de</strong>r<strong>de</strong> lid R.v.St.wet.<br />

196 Dezelf<strong>de</strong> sanctie geldt wanneer geen volledig administratief dossier werd<br />

neergelegd 197 , maar niet wanneer <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij het administratief dossier te laat<br />

heeft neergelegd : in dit geval is het vermoe<strong>de</strong>n weerlegbaar 198 .<br />

Een nota van <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij die laattijdig werd neergelegd op <strong>de</strong> griffie van <strong>de</strong><br />

<strong>Raad</strong> <strong>voor</strong> Vreem<strong>de</strong>lingenbetwistingen, wordt uit <strong>de</strong> <strong>de</strong>batten geweerd (Art. 39/59, §1,<br />

<strong>de</strong>r<strong>de</strong> lid Vr.W.). Dit opnieuw naar analogie met <strong>de</strong> gecoördineer<strong>de</strong> wetten op <strong>de</strong> <strong>Raad</strong><br />

van State. 199<br />

56. Na het indienen van <strong>de</strong> nota, is <strong>de</strong> zaak in staat. De kamer<strong>voor</strong>zitter of <strong>de</strong><br />

aangewezen rechter, bepaalt <strong>bij</strong> beschikking <strong>de</strong> dag en uur van <strong>de</strong> terechtzitting waarop<br />

het beroep zal wor<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld (art. 39/74 Vr.W.). Deze beschikking vermeldt <strong>de</strong><br />

verplichting <strong>voor</strong> <strong>de</strong> partijen om ter terechtzitting te verschijnen of zich te laten<br />

vertegenwoordigen 200 . Voorts kan in toepassing van artikel 39/62, eerste lid, Vr.W., <strong>de</strong><br />

194 Voor <strong>de</strong> toelichting over het begrip ‘nieuwe gegevens’ zie randnummer 17.<br />

195 R.v.St.. Nr. 67.974, 4 september 1997 (“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij […, geen memorie<br />

van antwoord heeft ingediend, noch een administratief dossier heeft neergelegd; dat het niet naleven<br />

van <strong>de</strong> haar door artikel 6 van het procedurereglement opgeleg<strong>de</strong> verplichting tot gevolg heeft dat <strong>de</strong><br />

versie <strong>de</strong>r feiten van <strong>de</strong> verzoeken<strong>de</strong> partij gestoeld op <strong>de</strong> door haar neergeleg<strong>de</strong> stukken als juist moet<br />

wor<strong>de</strong>n beschouwd”; R.v.St.. Nr. 74.116, 4 juni 1998 (“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij geen<br />

memorie van antwoord heeft ingediend noch het administratief dossier heeft neergelegd; dat<br />

dienvolgens <strong>voor</strong> <strong>de</strong> uiteenzetting van <strong>de</strong> feiten <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van State zich dient te steunen op <strong>de</strong> door <strong>de</strong><br />

verzoeken<strong>de</strong> partij aangehaal<strong>de</strong> feiten <strong>voor</strong> zover <strong>de</strong>ze niet wor<strong>de</strong>n weersproken door <strong>de</strong> door haar<br />

neergeleg<strong>de</strong> stukken;”)<br />

196 Wetsontwerp tot hervorming van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van State en tot oprichting van een <strong>Raad</strong> <strong>voor</strong><br />

Vreem<strong>de</strong>lingenbetwistingen, Memorie van toelichting, Parl. St. Kamer 2005-2006, nr. 2479/001, 121<br />

197 S. DE TAEYE Procedures <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van State, Kluwer, Mechelen, 2003, randnr. 530; zie ook<br />

R.v.St.. Nr. 69925, 2 <strong>de</strong>cember 1997 (“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij zich niet verwaardigd<br />

heeft een volledig administratief dossier in te sturen, bevatten<strong>de</strong> met name <strong>de</strong> bestre<strong>de</strong>n<br />

beslissingen;[…]”).<br />

198 G. DEBERSAQUES, “Het versnellen van <strong>de</strong> annulatieprocedure <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van State”, T.B.P. 1997,<br />

((443) 450-451 en “Het versnellen van <strong>de</strong> annulatieprocedure <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Belgische <strong>Raad</strong> van State” in<br />

Snelheid en kwaliteit van rechtspraak in België en Ne<strong>de</strong>rland, Utrecht, Instituut <strong>voor</strong> Staats- en<br />

Bestuursrecht, 1998, (25) 49.<br />

199 Voorbeel<strong>de</strong>n terzake uit <strong>de</strong> rechtspraak van <strong>de</strong> <strong>Raad</strong> van State zijn : R.v.St.. nr. 83.754, 30<br />

november 1999 (“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij haar memorie van antwoord ruimschoots te<br />

laat heeft ingediend,[…] dat die memorie van antwoord niet verschijnt als een geldig ingediend<br />

processtuk; dat zij als zodanig uit <strong>de</strong> <strong>de</strong>batten geweerd wordt;”); R.v.St.. nr. 79.386, 22 maart 1999<br />

(“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> memorie van antwoord te laat werd ingediend; dat zij uit <strong>de</strong> <strong>de</strong>batten wordt<br />

geweerd;”); R.v.St.. nr. 72.289, 9 maart 1998 (“Overwegen<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> verweren<strong>de</strong> partij haar memorie<br />

van antwoord pas ná <strong>de</strong> toelichten<strong>de</strong> memorie en ná het eerste auditoraatsverslag heeft ingediend; dat<br />

dit stuk als processtuk niet ontvankelijk is;”); zie ook S. DE TAEYE, o.c., randnr. 536.<br />

200 Dit naar analogie met artikel 40 van het Koninklijk besluit van 9 juli 2000 hou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> <strong>bij</strong>zon<strong>de</strong>re<br />

procedureregeling inzake geschillen over beslissingen betreffen<strong>de</strong> <strong>de</strong> toegang tot het grondgebied, het<br />

38

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!