Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief
Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief
Concept rapport Veiligheid – februari 2011 A Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport A Voedsel en Waren Autoriteit, Productveiligheid in Europa. Gids voor corrigerende actie inclusief terughalen van producten (2004) A Consument en veiligheid, Langer leven: een kwestie van gezond gedrag (Amsterdam 2000) A Veiligheid in de privésfeer, Tweede Kamer de Staten Generaal, vergaderjaar 1983 – 1984, 18453, ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (‘sA Gravenhage 1984) A CEArichtlijnen: http://www.euronorm.net/content/template.php?itemID=216 (geraadpleegd 01 september 2010) A Wiersma, Tjeerd, ‘Pas op consument, onze producten deugen niet’, De Pers, 31 augustus 2010 A Interview Doede Bakker, Vereniging FMEACWM, 20 oktober 2010 A www.stuntkids.nl (geraadpleegd 21 oktober 2010) 76
Concept rapport Veiligheid – februari 2011 ! 6 . 9 A Technologisering A Mondialisering A Europeanisering A Medialisering A Domein: Veiligheid A Trend: Opkomst denken in veiligheidsregio’ s A Trend: Toename van het belang van veiligheid / Afname van de risicotolerantie A Trend: Invoering integraal veiligheidsbeleid A Hotspot: Cafébrand Volendam A Hotspot: Vuurwerkramp Enschede 1975 – na 2005 ! Externe veiligheid heeft betrekking op ‘het beheersen van de risico’s die ontstaan voor de omgeving bij het gebruik, de opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk, lpg en munitie over weg, water, spoor en door buisleidingen. Ook de risico’s die zijn verbonden aan het gebruik van luchthavens vallen onder externe veiligheid’. [Website VROM] De basis voor wetgeving op dit gebied werd in Nederland tussen 1975 en 1985 gelegd. Dit was relatief vroeg en een gevolg van het feit dat Nederland een klein en dichtbevolkt land was met een relatief grote (chemische) industrie. (Interview Ben Ale.) Het externe veiligheidsbeleid werd daarnaast door de jaren heen voor een groot deel bepaald door nationale en internationale incidenten en rampen. [Van Duin 2009, 50] Een snelle opeenvolging van grote, industriële ongevallen, zoals Flixborough (1974), Seveso (1976), Los Alfalques (1978), Mexico City (1984), Bhopal (1984) en Tsjernobyl (1986) maakten overheidsbeleid op het gebied van externe veiligheid noodzakelijk. De dioxineA ramp bij het Italiaanse Seveso was in 1982 aanleiding voor de Europese gemeenschap om een bindende richtlijn op te stellen, de postASeveso richtlijn (82/501/EEG). Deze was bedoeld om zware ongelukken met chemische stoffen te voorkomen. In 1996 werd de richtlijn aangescherpt: de SevesoAII richtlijn (96/82/EG). Deze richtlijnen werden de basis voor het Nederlandse beleid en wetgeving. Hierbij was het uitgangspunt dat iedere Nederlander evenveel recht heeft op bescherming. Het normeren van de veiligheidsrisico’s was daarbij van belang. In de nota ‘Omgaan met risico’s’, een bijlage bij het eerste Nationale Milieu Beleidsplan uit 1989, werd bij het bepalen van de risico’s een onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico. Het plaatsgebonden risico biedt ‘burgers in hun woonomgeving een minimum beschermingsniveau tegen gevaarlijke stoffen’. [Website, VROM]. Het risico op ongelukken met een gevaarlijke stof mag voor de omwonende niet hoger zijn dan 1 op een miljoen. Bij het groepsrisico werd een inschatting gemaakt van de verwachte omvang van een ramp op een bepaalde risicolocatie. In de jaren negentig was de overheid relatief terughoudend op het gebied van beleidsontwikkeling rond het externe veiligheidsbeleid. Het Rijk verschoof taken met betrekking tot de externe veiligheid naar de provincies en gemeenten. Daarnaast werden de burger en bedrijfsleven aangesproken op hun verantwoordelijkheid. [Ale, 2003: 43] De vuurwerkramp in Enschede op 13 mei 2000 bracht hierin verandering. Het externe veiligheidsbeleid werd door de overheid tot ‘topprioriteit’ gemaakt. Aan het vierde 77
- Page 25 and 26: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 27 and 28: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 29 and 30: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 31 and 32: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 33 and 34: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 35 and 36: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 37 and 38: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 39 and 40: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 41 and 42: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 43 and 44: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 45 and 46: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 47 and 48: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 49 and 50: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 51 and 52: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 53 and 54: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 55 and 56: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 57 and 58: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 59 and 60: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 61 and 62: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 63 and 64: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 65 and 66: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 67 and 68: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 69 and 70: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 71 and 72: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 73 and 74: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 75: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 79 and 80: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 81 and 82: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 83 and 84: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 85 and 86: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 87 and 88: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 89 and 90: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 91 and 92: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 93 and 94: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 95 and 96: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 97 and 98: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 99 and 100: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 101 and 102: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 103 and 104: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 105 and 106: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 107 and 108: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 109 and 110: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 111 and 112: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 113 and 114: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 115 and 116: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 117 and 118: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 119 and 120: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 121 and 122: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 123 and 124: Concept rapport Veiligheid - februa
- Page 125 and 126: Concept rapport Veiligheid - februa
Concept rapport <strong>Veiligheid</strong> – februari 2011<br />
<br />
! 6 . 9<br />
A Technologisering<br />
A Mondialisering<br />
A Europeanisering<br />
A Medialisering<br />
A Domein: <strong>Veiligheid</strong><br />
A Trend: Opkomst denken in veiligheidsregio’ s<br />
A Trend: Toename van het belang van veiligheid / Afname van de risicotolerantie<br />
A Trend: Invoering integraal veiligheidsbeleid<br />
A Hotspot: Cafébrand Volendam<br />
A Hotspot: Vuurwerkramp Enschede<br />
1975 – na 2005<br />
!<br />
Externe veiligheid heeft betrekking op ‘het beheersen van de risico’s die ontstaan voor de<br />
omgeving bij het gebruik, de opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk,<br />
lpg en munitie over weg, water, spoor en door buisleidingen. Ook de risico’s die zijn<br />
verbonden aan het gebruik van luchthavens vallen onder externe veiligheid’. [Website<br />
VROM] De basis voor wetgeving op dit gebied werd in Nederland tussen 1975 en 1985<br />
gelegd. Dit was relatief vroeg en een gevolg van het feit dat Nederland een klein en<br />
dichtbevolkt land was met een relatief grote (chemische) industrie. (Interview Ben Ale.)<br />
Het externe veiligheidsbeleid werd daarnaast door de jaren heen voor een groot deel<br />
bepaald door nationale en internationale incidenten en rampen. [Van Duin 2009, 50] Een<br />
snelle opeenvolging van grote, industriële ongevallen, zoals Flixborough (1974), Seveso<br />
(1976), Los Alfalques (1978), Mexico City (1984), Bhopal (1984) en Tsjernobyl (1986)<br />
maakten overheidsbeleid op het gebied van externe veiligheid noodzakelijk. De dioxineA<br />
ramp bij het Italiaanse Seveso was in 1982 aanleiding voor de Europese gemeenschap<br />
om een bindende richtlijn op te stellen, de postASeveso richtlijn (82/501/EEG). Deze was<br />
bedoeld om zware ongelukken met chemische stoffen te voorkomen. In 1996 werd de<br />
richtlijn aangescherpt: de SevesoAII richtlijn (96/82/EG).<br />
Deze richtlijnen werden de basis voor het Nederlandse beleid en wetgeving. Hierbij was<br />
het uitgangspunt dat iedere Nederlander evenveel recht heeft op bescherming. Het<br />
normeren van de veiligheidsrisico’s was daarbij van belang. In de nota ‘Omgaan met<br />
risico’s’, een bijlage bij het eerste Nationale Milieu Beleidsplan uit 1989, werd bij het<br />
bepalen van de risico’s een onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR)<br />
en het groepsrisico. Het plaatsgebonden risico biedt ‘burgers in hun woonomgeving een<br />
minimum beschermingsniveau tegen gevaarlijke stoffen’. [Website, VROM]. Het risico op<br />
ongelukken met een gevaarlijke stof mag voor de omwonende niet hoger zijn dan 1 op<br />
een miljoen. Bij het groepsrisico werd een inschatting gemaakt van de verwachte<br />
omvang van een ramp op een bepaalde risicolocatie.<br />
In de jaren negentig was de overheid relatief terughoudend op het gebied van<br />
beleidsontwikkeling rond het externe veiligheidsbeleid. Het Rijk verschoof taken met<br />
betrekking tot de externe veiligheid naar de provincies en gemeenten. Daarnaast werden<br />
de burger en bedrijfsleven aangesproken op hun verantwoordelijkheid. [Ale, 2003: 43]<br />
De vuurwerkramp in Enschede op 13 mei 2000 bracht hierin verandering. Het externe<br />
veiligheidsbeleid werd door de overheid tot ‘topprioriteit’ gemaakt. Aan het vierde<br />
77