Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief
Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief
Deelrapport trendanalyse domein Veiligheid - Nationaal Archief
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Concept rapport <strong>Veiligheid</strong> – februari 2011<br />
<br />
A Individualisering<br />
A Verzakelijking<br />
A Multiculturalisering<br />
A Internationalisering<br />
A Europeanisering<br />
A Trend: Veranderend karakter van criminaliteit<br />
A Trend: Verharding van de maatschappij t.a.v. criminaliteit<br />
A Hotspot: De IRTAaffaire<br />
Vanaf de jaren 80<br />
!<br />
Vanaf het begin van de jaren tachtig was de georganiseerde criminaliteit in Nederland in<br />
opkomst. Dit was geen typisch Nederlands verschijnsel: door de opkomst van drugs in de<br />
jaren zeventig en tachtig ontstond een transnationale drugshandel die werd gerund door<br />
internationaal opererende criminele organisaties. (Interview Kleemans)<br />
De eerste jaren was er nauwelijks sprake van publieke en de politieke onrust rond het<br />
fenomeen. De georganiseerde misdaad was niet zichtbaar in het straatbeeld en werd<br />
bovendien nog nauwelijks serieus in kaart gebracht. Aan het eind van de jaren tachtig<br />
kwam hierin verandering toen de eerste empirische analyses m.b.t. het onderwerp<br />
verschenen. Daaruit bleek het probleem van de georganiseerde misdaad groter te zijn<br />
dan tot die tijd was aangenomen, een gegeven dat door de media werd opgepikt. De<br />
moord in 1991 op drugsbaron Klaas Bruinsma bij het Hilton Hotel in Amsterdam maakte<br />
de problematiek nog zichtbaarder. De eerdere laconieke houding ten opzichte van de<br />
georganiseerde misdaad maakte plaats voor een gevoel van maatschappelijke en<br />
politieke urgentie.<br />
Het ministerie van Justitie liet in 1992 een nota verschijnen onder de naam<br />
Georganiseerde misdaad in Nederland, waarin benadrukt werd dat de georganiseerde<br />
misdaad, mede gezien de morele en economische gevolgen, een groot gevaar vormde<br />
voor de Nederlandse samenleving . Dit vroeg niet alleen om hardere repressieve<br />
maatregelen, maar ook om een preventieve aanpak waaraan de samenleving een<br />
bijdrage te leveren had. Dit was een breuk met het beleid dat zijn oorsprong vond in de<br />
nota Samenleving en criminaliteit uit 1985 waarin alleen politie en justitie<br />
verantwoordelijkheid droegen voor de preventie van georganiseerde misdaad.<br />
Dankzij de IRTAaffaire en de Parlementaire Enquêtecommissie Opsporingsmethoden (de<br />
commissieAVan Traa) die daarvan het gevolg was, werd onder leiding van professor<br />
Fijnaut voor het eerst een grootschalig onderzoek gestart naar de aard, ernst en omvang<br />
van georganiseerde misdaad in Nederland. Volgens diens definitie is er sprake van<br />
georganiseerde criminaliteit ‘indien groepen die primair gericht zijn op illegaal gewin<br />
systematisch misdrijven plegen met ernstige gevolgen voor de samenleving, en in staat<br />
zijn deze misdaden op betrekkelijk effectieve wijze af te schermen.' [Geciteerd in WODC<br />
Monitor 1998: 2] Voorbeelden van zware, georganiseerde criminaliteit zijn de handel in<br />
traditionele en synthetische drugs, mensensmokkel, vrouwenhandel, wapenhandel,<br />
fraude en witwassen.<br />
De ontwikkelingen in de georganiseerde misdaad werden sindsdien nauwlettend in kaart<br />
gebracht. Uit onderzoek bleek dat de georganiseerde criminaliteit in Nederland een sterk<br />
transitkarakter heeft. Dat wil zeggen dat veel grensoverschrijdend handelsverkeer<br />
plaatsvindt van zowel mensen (vrouwen en vluchtelingen) en verboden goederen als<br />
drugs, wapens en gestolen auto's. Het grote belang van mobiliteit, transport en logistiek<br />
13