12.09.2013 Views

Brochure wonen en gezondheid (PDF) - Vlaams Agentschap Zorg ...

Brochure wonen en gezondheid (PDF) - Vlaams Agentschap Zorg ...

Brochure wonen en gezondheid (PDF) - Vlaams Agentschap Zorg ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

WONEN<br />

EN<br />

GEZONDHEID<br />

(4 de editie)<br />

Gerrit TILBORGHS<br />

Dirk WILDEMEERSCH<br />

Ko<strong>en</strong> DE SCHRIJVER


1. VOORWOORD<br />

Het vind<strong>en</strong> van beschutting is e<strong>en</strong> basisvereiste voor alle lev<strong>en</strong>, ook voor dat van de m<strong>en</strong>s.<br />

De woning is e<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>de factor voor <strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong> kwaliteit van het lev<strong>en</strong>. De fysieke<br />

omgeving in beslot<strong>en</strong> ruimt<strong>en</strong>, waarvan de chemische, fysische <strong>en</strong> biologische kwaliteit<br />

voor het lichamelijk <strong>en</strong> geestelijk functioner<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s van belang is wordt “binn<strong>en</strong>milieu”<br />

g<strong>en</strong>oemd (64). De hinder door tekortkoming<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu, de effect<strong>en</strong><br />

op de <strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong> de economische schade door verminderde arbeidsprestaties <strong>en</strong> ziekteverzuim<br />

zijn aanzi<strong>en</strong>lijk. De <strong>gezondheid</strong> van e<strong>en</strong> gebouw wordt vooral bepaald door het<br />

gedrag van de gebruikers. Verder zijn constructies <strong>en</strong> installaties niet altijd ev<strong>en</strong> makkelijk<br />

te gebruik<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> blijkt e<strong>en</strong> steeds groter deel van de bevolking allergisch te<br />

reager<strong>en</strong>. Vooral jonge kinder<strong>en</strong> zijn gevoelig voor allergische <strong>en</strong> chemische s<strong>en</strong>sibilisering<br />

van het immuunsysteem. Gebouw<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> ook steeds luchtdichter, er wordt steeds<br />

beter geïsoleerd <strong>en</strong> slechter gev<strong>en</strong>tileerd, waardoor de conc<strong>en</strong>tratie van de contaminant<strong>en</strong><br />

to<strong>en</strong>eemt. Dit alles in e<strong>en</strong> omgeving waar de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kwalitatief goed leefmilieu verwacht<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> van de overheid eis<strong>en</strong> dat er wordt ingegrep<strong>en</strong> voordat verontrust<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong><br />

aan de orde zijn.<br />

Het belang van e<strong>en</strong> goede kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu is in het jaar 2000 nogmaals<br />

bevestigd door de wereld<strong>gezondheid</strong>sorganisatie (WGO) “The control of indoor air quality<br />

is oft<strong>en</strong> inadequate, one reason being the poor articulation, appreciation and understanding<br />

of basic principles underlying policies and actions related to indoor air quality”<br />

(109). Dit resulteerde in neg<strong>en</strong> basisbeginsels voor het recht op e<strong>en</strong> gezond binn<strong>en</strong>milieu.<br />

(cf box 1)<br />

De <strong>Vlaams</strong>e overheid heeft zich in het kader van het milieu<strong>gezondheid</strong>sbeleid altijd tot<br />

doel gesteld de kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu te bevorder<strong>en</strong>. Tegelijk groeide het maatschappelijke<br />

bewustzijn dat omgevingsfactor<strong>en</strong> erg belangrijk zijn voor de <strong>gezondheid</strong><br />

van de m<strong>en</strong>s, niet alle<strong>en</strong> het leefmilieu of het arbeidsmilieu, maar ook het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

De <strong>Vlaams</strong>e Regering nam dan ook het initiatief om, in uitvoering van het prev<strong>en</strong>tie<br />

decreet, e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>milieubesluit uit te vaardig<strong>en</strong> (57, 59).<br />

Reeds in 1987 versche<strong>en</strong> bij Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> de brochure Won<strong>en</strong> <strong>en</strong> Gezondheid<br />

waarin e<strong>en</strong> gezond binn<strong>en</strong>milieu in woning<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal stond. In 2003 werd deze brochure<br />

geactualiseerd <strong>en</strong> aangepast aan de to<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>de norm<strong>en</strong>. De huidige, derde editie<br />

integreert de norm<strong>en</strong> uit het binn<strong>en</strong>milieubesluit.<br />

Bij Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> is k<strong>en</strong>nis verzameld op het gebied van de relatie “bouw<strong>en</strong>,<br />

<strong>won<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>”. Deze k<strong>en</strong>nis werd opgedaan in de loop der jar<strong>en</strong> door individuele<br />

<strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> van bewoners <strong>en</strong> uitgevoerde inspecties van binn<strong>en</strong>milieu <strong>en</strong> hygi<strong>en</strong>e.<br />

Deze onderzoek<strong>en</strong> betroff<strong>en</strong> zowel e<strong>en</strong>gezinswoning<strong>en</strong> <strong>en</strong> appartem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als schol<strong>en</strong>,<br />

crèches <strong>en</strong> dies meer.<br />

In deze brochure hebb<strong>en</strong> de auteurs getracht de diverse informatie die over dit onderwerp<br />

circuleert te verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong> te analyser<strong>en</strong>. Vermits het onderwerp erg moeilijk is af te<br />

lijn<strong>en</strong> impliceert dit dat sommige items vrij uitvoerig behandeld zijn terwijl andere dan<br />

weer meer oppervlakkig b<strong>en</strong>aderd zijn. Het is sowieso onmogelijk voor alle doelgroep<strong>en</strong><br />

op hun niveau e<strong>en</strong> tekst te ontwerp<strong>en</strong> die voldoet aan de basisverwachting<strong>en</strong> van de<br />

5


6<br />

vakexpert<strong>en</strong>. Verder zal m<strong>en</strong> op het terrein waar m<strong>en</strong> in gespecialiseerd is net de aanvull<strong>en</strong>de<br />

informatie niet vind<strong>en</strong>. In de mate van het mogelijke werd daar dan aan tegemoet<br />

gekom<strong>en</strong> door te werk<strong>en</strong> met aanvull<strong>en</strong>de literatuurverwijzing<strong>en</strong> <strong>en</strong> internetadress<strong>en</strong>. Op<br />

de eerste plaats werd e<strong>en</strong> selectie gemaakt op niveau van items die <strong>gezondheid</strong>s- of ziekteverwekk<strong>en</strong>de<br />

implicaties hebb<strong>en</strong>. Bij het opstell<strong>en</strong> van de brochure hebb<strong>en</strong> we rek<strong>en</strong>ing<br />

gehoud<strong>en</strong> met de behoeft<strong>en</strong> van <strong>gezondheid</strong>swerkers, huisarts<strong>en</strong> <strong>en</strong> verpleegkundig<strong>en</strong>.<br />

Verder hebb<strong>en</strong> we getracht dat de tekst leesbaar blijft voor e<strong>en</strong> doorsnee persoon die e<strong>en</strong><br />

auth<strong>en</strong>tieke interesse heeft voor deze materie.<br />

Beginsel<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan het recht op gezonde binn<strong>en</strong>lucht<br />

(WGO-Werkgroep - Bilthov<strong>en</strong> 2000)<br />

1. Kracht<strong>en</strong>s het beginsel van het recht op <strong>gezondheid</strong>, heeft iedere<strong>en</strong> het recht e<strong>en</strong> gezonde<br />

binn<strong>en</strong>lucht in te adem<strong>en</strong>.<br />

2. Kracht<strong>en</strong>s het beginsel van het zelfbeschikkingsrecht, heeft iedere<strong>en</strong> het recht op adequate<br />

informatie over pot<strong>en</strong>tieel gevaarlijke blootstelling<strong>en</strong>, <strong>en</strong> op effectieve middel<strong>en</strong> voor de beheersing<br />

van t<strong>en</strong> minste e<strong>en</strong> deel van zijn of haar blootstelling binn<strong>en</strong>shuis.<br />

3. Kracht<strong>en</strong>s het beginsel van het niet berokk<strong>en</strong><strong>en</strong> van schade, zal ge<strong>en</strong> stof word<strong>en</strong> vrijgegev<strong>en</strong><br />

in de binn<strong>en</strong>lucht aan e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie die e<strong>en</strong> verhoogd onnodig risico inhoudt voor de<br />

<strong>gezondheid</strong> van de blootgesteld<strong>en</strong>.<br />

4. Kracht<strong>en</strong>s het heilzaamheidsbeginsel, draagt ieder individu, groep <strong>en</strong> organisatie gerelateerd<br />

aan e<strong>en</strong> gebouw, zowel privaat als op<strong>en</strong>baar, de verantwoordelijkheid e<strong>en</strong> aanvaardbare luchtkwaliteit<br />

voor de gebruikers te bepleit<strong>en</strong> of te bewerkstellig<strong>en</strong>.<br />

5. Kracht<strong>en</strong>s het gelijke kans<strong>en</strong>beginsel, zal de socio-economische status van de gebruikers<br />

ge<strong>en</strong> invloed hebb<strong>en</strong> op de toegang tot gezonde binn<strong>en</strong>lucht, maar zal integ<strong>en</strong>deel rek<strong>en</strong>ing<br />

word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong> met de <strong>gezondheid</strong>sstatus van bepaalde groep<strong>en</strong> die aanleiding geeft tot speciale<br />

nod<strong>en</strong>.<br />

6. Kracht<strong>en</strong>s het aansprakelijkheidsbeginsel, moet iedere verantwoordelijke instantie duidelijke<br />

criteria hanter<strong>en</strong> bij inschatting <strong>en</strong> evaluatie van de binn<strong>en</strong>luchtkwaliteit <strong>en</strong> zijn invloed op de<br />

<strong>gezondheid</strong> van m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> omgeving.<br />

7. Kracht<strong>en</strong>s het voorzorgsbeginsel, wanneer er risico is op blootstelling aan gevaarlijke product<strong>en</strong>,<br />

zal de onzekerheid over de schadelijkheid niet word<strong>en</strong> gebruikt als red<strong>en</strong> voor het uitstell<strong>en</strong><br />

van kost<strong>en</strong>effectieve maatregel<strong>en</strong> om blootstelling te voorkom<strong>en</strong>.<br />

8. Kracht<strong>en</strong>s het beginsel “de vervuiler betaalt”, is de vervuiler aanspreekbaar voor iedere<br />

schade aan de <strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong>/of het welzijn als gevolg van blootstelling aan ongezonde binn<strong>en</strong>lucht.<br />

Bijkom<strong>en</strong>d is de vervuiler ook verantwoordelijk voor milder<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> <strong>en</strong> sanering.<br />

9. Kracht<strong>en</strong>s het duurzaamheidsbeginsel, kunn<strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>s- <strong>en</strong> milieuzorg niet van elkaar<br />

word<strong>en</strong> gescheid<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de beschikbaarheid van gezonde binn<strong>en</strong>lucht mag noch de globale of<br />

lokale ecologische integriteit in het gedrang br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, noch de recht<strong>en</strong> van volg<strong>en</strong>de g<strong>en</strong>eraties.<br />

Box 1 : WGO-beginsel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gezonde binn<strong>en</strong>lucht (109)


Bijdrage van de woonsituatie aan (on)<strong>gezondheid</strong> van de bevolking is moeilijk vast te<br />

stell<strong>en</strong>. Verantwoord wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoek uitvoer<strong>en</strong> in de dagelijkse praktijk<br />

van het <strong>won<strong>en</strong></strong> is lastig door de vele gerelateerde factor<strong>en</strong> die allemaal e<strong>en</strong> effect op de<br />

<strong>gezondheid</strong> kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Het is ook quasi onmogelijk alle factor<strong>en</strong> afzonderlijk te<br />

beoordel<strong>en</strong> omdat ze niet losgekoppeld kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De <strong>en</strong>e factor is niet apart te<br />

bestuder<strong>en</strong> van de andere. Blootstelling aan geluidshinder, luchtverontreiniging <strong>en</strong> onveilige<br />

omgeving kunn<strong>en</strong> immers tegelijkertijd optred<strong>en</strong>.<br />

Bij onderzoek van de woning wordt de actuele mate van blootstelling geëvalueerd <strong>en</strong> het<br />

actuele risico voor de <strong>gezondheid</strong> van de bewoners ingeschat. De aard <strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie<br />

van e<strong>en</strong> contaminant gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> indruk van de mate van verontreiniging <strong>en</strong>, sam<strong>en</strong> met<br />

de evaluatie van de blootstellingstijd, e<strong>en</strong> idee van de pot<strong>en</strong>tiële effect<strong>en</strong> ervan op de<br />

bewoners. E<strong>en</strong> beschrijving van de lokale verontreinigingssituatie geeft inzicht in de mate<br />

van <strong>en</strong> de mogelijkheid tot verspreiding binn<strong>en</strong> de woning <strong>en</strong> de mate van contact tuss<strong>en</strong><br />

contaminant <strong>en</strong> bewoner. Op basis van deze parameters kan de saneringsnoodzaak<br />

word<strong>en</strong> beoordeeld. E<strong>en</strong> beschrijving van het woninggebruik geeft bijkom<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> zicht<br />

op de saneringsurg<strong>en</strong>tie. Toetsingsniveau’s zijn de richtwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> advieswaard<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> of maximale advieswsaard<strong>en</strong>. De advieswaarde is de gemiddelde<br />

achtergrondwaarde, bij overschrijding moet<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong>. De interv<strong>en</strong>tiewaarde<br />

is het maximaal toelaatbaar risiconiveau, vanaf deze waarde bestaat er ernstig<br />

gevaar voor de <strong>gezondheid</strong> van de bewoner, bij overschrijding is dus sanering nodig<br />

(gr<strong>en</strong>swaarde).<br />

Streefwaarde<br />

Richtwaarde<br />

Gr<strong>en</strong>swaarde<br />

Verwaarloosbaar Pragmatisch<br />

Ge<strong>en</strong> risico of<br />

achtergrond-waarde<br />

milieuschade<br />

Maximaal<br />

toelaatbaar risico<br />

Ontoelaatbare<br />

risico’s<br />

Figuur 1 : Sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> risiconiveaus <strong>en</strong> milieukwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong> (99)<br />

7


8<br />

Conclusie<br />

Bij de studie van de <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong> van het binn<strong>en</strong>milieu kom<strong>en</strong> tal van aspect<strong>en</strong> aan<br />

bod die op korte of lange termijn e<strong>en</strong> invloed kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> op onze <strong>gezondheid</strong>. Niet alle<br />

items zijn ev<strong>en</strong> belangrijk. Sommige zijn erg zeldzaam of andere zijn erg aspecifiek. E<strong>en</strong><br />

afweging mak<strong>en</strong> naar frequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> relevantie is steeds ev<strong>en</strong> makkelijk. Toch is het duidelijk<br />

dat e<strong>en</strong> beperkt aantal risico’s nog steeds doorweg<strong>en</strong>. Voor de risico’s die met chemicaliën<br />

verbond<strong>en</strong> zijn, is de koolstofmonoxide problematiek die nog steeds verantwoordelijk is<br />

voor e<strong>en</strong> substantieel aantal overlijd<strong>en</strong>s. Mits het nem<strong>en</strong> van evid<strong>en</strong>te voorzorg<strong>en</strong> qua kwaliteit<br />

van verwarmingstoestell<strong>en</strong>, schoorst<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie kunn<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>s gespaard<br />

word<strong>en</strong>.<br />

Als voorbeeld van fysische problem<strong>en</strong> staan binn<strong>en</strong>klimaatproblem<strong>en</strong> nog steeds voorop.<br />

Alle mogelijk variant<strong>en</strong> van klimaatverstoring (temperatuur, vochtigheid, <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie) passer<strong>en</strong><br />

hierbij de revue. Ze gaan niet zo zeer gepaard met acute ernstige risico’s maar zijn e<strong>en</strong><br />

frequ<strong>en</strong>te bron van hinder <strong>en</strong> ong<strong>en</strong>oeg<strong>en</strong>. Onvoldo<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatie of overisolatie vorm<strong>en</strong> de<br />

belangrijkste oorzak<strong>en</strong> van deze problem<strong>en</strong>.<br />

Als biologische factor primeert de schimmelproblematiek. Die is rechtstreeks gelieerd met<br />

de vochtproblematiek. Op die manier word<strong>en</strong> allergische ziekt<strong>en</strong>, maar ook andere chronische<br />

ziekt<strong>en</strong> bevorderd. Ook hier is e<strong>en</strong> combinatie van over <strong>en</strong> onderisolatie verantwoordelijk.<br />

T<strong>en</strong> slotte vorm<strong>en</strong> woningongevall<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuinongevall<strong>en</strong> nog steeds e<strong>en</strong> groep van prima te<br />

vermijd<strong>en</strong> leed dat gepaard gaat met ernstige verwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> sterfte.<br />

Opmerkelijk is dat de tijd maar in e<strong>en</strong> beperkte mate e<strong>en</strong> invloed heeft gehad op de expressie<br />

van deze risico’s. Dat betek<strong>en</strong>t dus dat er in de prev<strong>en</strong>tie van woninggebond<strong>en</strong> problem<strong>en</strong><br />

nog heel wat groei zit <strong>en</strong> dat deze problematiek meer dan ooit de moeite loont om<br />

verder uitgediept <strong>en</strong> ontwikkeld te word<strong>en</strong>.


2. INLEIDING<br />

2.1. Introductie<br />

Wanneer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> prat<strong>en</strong> over ons “leefmilieu” bedoel<strong>en</strong> ze meestal de natuur. Boss<strong>en</strong>,<br />

polders, weid<strong>en</strong>, mer<strong>en</strong> <strong>en</strong> ocean<strong>en</strong>, maar ook de stad zijn daar dan onderdel<strong>en</strong> van. Het<br />

milieu houdt echter niet op aan de drempel van onze woning. Ook in huis is er sprake van<br />

e<strong>en</strong> “milieu”, het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

De gemiddelde Vlaming br<strong>en</strong>gt meer dan 90 proc<strong>en</strong>t van zijn tijd binn<strong>en</strong>shuis door. Zo<br />

ongeveer 17,6 uur per dag thuis (73%), plus nog e<strong>en</strong>s 4,4 uur per dag elders (18%), bijvoorbeeld<br />

op het werk, op school, in het ziek<strong>en</strong>huis. Spijtig g<strong>en</strong>oeg ligt de vervuilingsgraad<br />

op die plaats<strong>en</strong> meestal hoger dan buit<strong>en</strong>. De kwaliteit van ons binn<strong>en</strong>milieu is dan<br />

ook vaak belangrijker voor onze <strong>gezondheid</strong> dan die van het buit<strong>en</strong>milieu, vooral dan<br />

voor de zwakker<strong>en</strong> zoals jonge kinder<strong>en</strong>, ouder<strong>en</strong>, ziek<strong>en</strong> (immuundeficiënt<strong>en</strong>) <strong>en</strong> zwanger<strong>en</strong>,<br />

de zog<strong>en</strong>aamde YEPI’s of young, elderly, pregnant and immunodefici<strong>en</strong>t. Deze<br />

groep<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> gevoeliger <strong>en</strong> verblijv<strong>en</strong> meer dan gemiddeld binn<strong>en</strong>.<br />

De woning betek<strong>en</strong>t voor de m<strong>en</strong>s zowel zijn individuele vrijheid als zijn maatschappelijke<br />

betrokk<strong>en</strong>heid. Naargelang zijn lev<strong>en</strong>swijze zull<strong>en</strong> de eis<strong>en</strong> gesteld aan die woning<br />

anders word<strong>en</strong> ingevuld. M<strong>en</strong>swaardige woonomstandighed<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> noodzaak <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

universeel recht van iedere<strong>en</strong>. Zonder adequate huisvesting kan de m<strong>en</strong>s zich niet ev<strong>en</strong>wichtig<br />

<strong>en</strong> gezond ontwikkel<strong>en</strong>. Al is het duidelijk dat iedere<strong>en</strong> moet kunn<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong><br />

over e<strong>en</strong> huis van goede kwaliteit <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de grootte waarin hij zich thuis voelt, blijft<br />

toch de vraag wat dit precies inhoudt, wat moet word<strong>en</strong> aangepast <strong>en</strong> hoe.<br />

Gezonde woning<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> met andere woord<strong>en</strong> zowel word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> vanuit het perspectief<br />

van de individuele m<strong>en</strong>s als ruimer maatschappelijk. In deze laatste optiek zijn ze<br />

voor het beleid e<strong>en</strong> belangrijke factor die de <strong>gezondheid</strong> van grote del<strong>en</strong> van de bevolking<br />

beïnvloedt.<br />

Volks<strong>gezondheid</strong><br />

is wat wet<strong>en</strong>schappelijk mogelijk is toepass<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het beleid, met<br />

als doel de ongelijkheid aan <strong>gezondheid</strong> weg te werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zo goed<br />

mogelijke <strong>gezondheid</strong> te garander<strong>en</strong> aan zoveel mogelijk m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

Box 2 : WGO-definitie volks<strong>gezondheid</strong> (110)<br />

9


10<br />

Door alle inspanning<strong>en</strong> om <strong>en</strong>ergie te spar<strong>en</strong> is de v<strong>en</strong>tilatiegraad de laatste jar<strong>en</strong> <strong>en</strong>orm<br />

gezakt. Goed voor de <strong>en</strong>ergiebalans, alle<strong>en</strong> accumuleert de vervuiling binn<strong>en</strong>shuis.<br />

Ook al is het op zich onbelangrijk, de ziekte-effect<strong>en</strong> van binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>luchtverontreiniging<br />

zijn niet gelijk, dit door e<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>d aanbod aan contaminant<strong>en</strong>. Zo wordt de<br />

buit<strong>en</strong>lucht behoorlijk beïnvloed door het verkeer, de binn<strong>en</strong>lucht door het rok<strong>en</strong>.<br />

Het binn<strong>en</strong>milieu omvat niet alle<strong>en</strong> alle fysische, chemische <strong>en</strong> biologische aspect<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> gebouw, maar ook alle psychosociale aspect<strong>en</strong> die invloed hebb<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong><br />

<strong>en</strong> het welzijn van zijn gebruikers. Wij hebb<strong>en</strong> dan ook getracht alle facett<strong>en</strong> op dit brede<br />

veld in meer of mindere mate onder de aandacht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ook interacties in woonwijk<strong>en</strong>,<br />

tuss<strong>en</strong> bewoners van gebouw<strong>en</strong> in dezelfde buurt spel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>sbeïnvloed<strong>en</strong>de<br />

rol, doch word<strong>en</strong> hier grot<strong>en</strong>deels buit<strong>en</strong> beschouwing gelat<strong>en</strong>.<br />

De kwaliteit van de binn<strong>en</strong>lucht wordt vooral bepaald door chemische factor<strong>en</strong> zoals<br />

bouwmaterial<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong>stelling van de buit<strong>en</strong>lucht, invloed<strong>en</strong> van het m<strong>en</strong>selijk lichaam<br />

<strong>en</strong> m<strong>en</strong>selijke activiteit<strong>en</strong>, meubilair <strong>en</strong> gebruiksproduct<strong>en</strong>. Biologische factor<strong>en</strong>, beïnvloed<br />

door vocht of het slechte onderhoud van verwarmings-, v<strong>en</strong>tilatie- of luchtbehandelingsapparatuur,<br />

interferer<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s (zie tabel 2).<br />

Minimale woningvereist<strong>en</strong> :<br />

aangepaste<br />

- verwarming<br />

- verlichting<br />

- v<strong>en</strong>tilatie<br />

- sanitaire voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

- ruimt<strong>en</strong><br />

- gezinssam<strong>en</strong>stelling<br />

Box 3 : Voorwaard<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> goede woning<br />

Er zijn verschill<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong> om orde te schepp<strong>en</strong> in deze veelheid aan beïnvloed<strong>en</strong>de<br />

factor<strong>en</strong>. Wij hebb<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> indeling op basis van chemische, fysische,<br />

biologische <strong>en</strong> psycho-sociale aspect<strong>en</strong> van het binn<strong>en</strong>milieu met daarbinn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdere<br />

onderverdeling naar oorsprong van de contaminant.<br />

Contaminant<strong>en</strong> zijn zowel van chemische als van biologische oorsprong. Bij de chemische<br />

ag<strong>en</strong>tia vindt m<strong>en</strong> anorganische <strong>en</strong> organische verbinding<strong>en</strong>. Ag<strong>en</strong>tia die vooral in de<br />

buit<strong>en</strong>lucht voorkom<strong>en</strong> zijn zwaveloxid<strong>en</strong> (SO x ), ozon (O 3 ), lood (Pb), cadmium (Cd) <strong>en</strong><br />

poll<strong>en</strong>, vooral in de binn<strong>en</strong>lucht kom<strong>en</strong> radon (Rn), ammoniak (NH 3 ), arse<strong>en</strong> (As), kwik<br />

(Hg), asbest, formaldehyde, nicotine, acroleïne, allerg<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> infectieuze organism<strong>en</strong><br />

voor. In beide compartim<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn stikstofoxid<strong>en</strong> (NO x ), koolstofmonoxide (CO), vluch-


tige organische stoff<strong>en</strong> (VOS), polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong> (PAK), stof,<br />

vocht <strong>en</strong> schimmelspor<strong>en</strong> belangrijk.<br />

2.2. Factor<strong>en</strong> die de kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu beïn-<br />

vloed<strong>en</strong><br />

Bij de bespreking van de kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu moet m<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> aantal aspect<strong>en</strong> die invloed uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong>svoorwaard<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

gebouw, de belangrijkste zijn :<br />

2.2.1. Luchtkwaliteit<br />

De belangrijkste elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die de luchtkwaliteit in onze woning<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> zijn de emissies<br />

uit (bouw)material<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, verbrandingsproduct<strong>en</strong>, tabaksrook, voedselbereiding,<br />

bewoners, huisdier<strong>en</strong>, huisstofmijt<strong>en</strong>, schimmels <strong>en</strong>, last but not least, v<strong>en</strong>tilatie.<br />

De luchtkwaliteit is binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> woning meestal het elem<strong>en</strong>t dat de meeste aandacht<br />

behoeft. De <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> af van de bron.<br />

Onze leefruimte bevindt zich als geheel in het buit<strong>en</strong>milieu, waarvan de vervuiling<br />

schommelt in tijd <strong>en</strong> ruimte. Hierdoor is er steeds e<strong>en</strong> respons van de lucht in de woning<br />

op de verandering<strong>en</strong> van de luchtverontreiniging buit<strong>en</strong> (zwaveloxid<strong>en</strong>, ozon, lood, roet).<br />

Ook tal van m<strong>en</strong>selijke activiteit<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aanleiding tot e<strong>en</strong> niet te vermijd<strong>en</strong> vervuiling<br />

van de lucht. Voorbeeld<strong>en</strong> zijn verwarming, voedselbereiding, schoonmak<strong>en</strong>, rok<strong>en</strong>,<br />

onderhoud, tot zelfs gewoon rondlop<strong>en</strong>. Aanvull<strong>en</strong>de vervuiling kan geleverd word<strong>en</strong><br />

door bouwmaterial<strong>en</strong>, vooral in nieuwe of rec<strong>en</strong>t verbouwde woning<strong>en</strong>; door nieuwe<br />

meubilering of decoratie (behang, verf); via gasemissie of straling; of door huisdier<strong>en</strong>.<br />

Sommige van deze emissies zijn kankerverwekk<strong>en</strong>d, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> we maar aan radon of asbest.<br />

Eén van de sterkste binn<strong>en</strong>luchtvervuilers is rok<strong>en</strong>. Tabaksrook leidt tot irritatie van neus,<br />

keel <strong>en</strong> og<strong>en</strong> tot verhoogd voorkom<strong>en</strong> van kanker, ook bij passief rok<strong>en</strong>. Tev<strong>en</strong>s is er e<strong>en</strong><br />

zeer duidelijke beïnvloeding van de allergische symptomatologie.<br />

Verschill<strong>en</strong>de compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> of verander<strong>en</strong> door reacties met andere<br />

stoff<strong>en</strong>. Voorbeeld<strong>en</strong> hiervan zijn de afbraak van ozon; omzetting van zwaveldioxide tot<br />

sulfat<strong>en</strong> <strong>en</strong> zwavelzuuraërosol; opwaai<strong>en</strong> <strong>en</strong> afzetting op stofdeeltjes; adsorptie of absorptie<br />

van gass<strong>en</strong> <strong>en</strong> damp<strong>en</strong> in <strong>en</strong> op oppervlakk<strong>en</strong>.<br />

V<strong>en</strong>tilatie is het proces waarbij “frisse” lucht van buit<strong>en</strong> naar binn<strong>en</strong> wordt aangevoerd<br />

<strong>en</strong> “bedorv<strong>en</strong>” lucht van binn<strong>en</strong> naar buit<strong>en</strong> wordt afgevoerd. Omdat de conc<strong>en</strong>traties<br />

van verontreiniging<strong>en</strong> meestal in de binn<strong>en</strong>lucht hoger zijn dan in de buit<strong>en</strong>lucht heeft dit<br />

meestal e<strong>en</strong> saner<strong>en</strong>d effect. Vanuit <strong>gezondheid</strong>sstandpunt erg interessant omdat zo door<br />

v<strong>en</strong>tilatie kan word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> dat hinderlijke of schadelijke stoff<strong>en</strong> die in de woning<br />

word<strong>en</strong> gevormd zich in de binn<strong>en</strong>lucht ophop<strong>en</strong>. De isolatiemaatregel<strong>en</strong> omwille van<br />

<strong>en</strong>ergiebesparing hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk effect op de v<strong>en</strong>tilatiewaard<strong>en</strong>, zo is er meer v<strong>en</strong>tilatie<br />

bij mooi weer, <strong>en</strong> minder bij slecht weer. Het belang van e<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie is nog<br />

niet volledig doorgedrong<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> groot deel van de bevolking.<br />

11


12<br />

Meteorologische omstandighed<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong> met de doorlaatbaarheid van de material<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de v<strong>en</strong>tilatiemaatregel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> door opdrijving van de uitwisselingssnelheid e<strong>en</strong> secundair<br />

effect door de beïnvloeding van de relatie binn<strong>en</strong> versus buit<strong>en</strong>. De temperatuur beïnvloedt<br />

het doordring<strong>en</strong> <strong>en</strong> de oplosbaarheid van de vervuilingsdeeltjes. Bij gebruik van de<br />

verwarming ontstaat binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderdruk. Ook bij wind ontstaan drukverschill<strong>en</strong>, wat<br />

effect heeft op de luchtuitwisseling. Vocht, door factor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> of buit<strong>en</strong>, heeft e<strong>en</strong> effect<br />

op de relatieve doorlaatbaarheid <strong>en</strong> luchtuitwisseling (onder andere via het zwell<strong>en</strong> van<br />

ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> deur<strong>en</strong>).<br />

De doorlaatbaarheid van de material<strong>en</strong> beïnvloedt het binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>lucht <strong>en</strong><br />

het ontsnapp<strong>en</strong> van binn<strong>en</strong>lucht. Door <strong>en</strong>ergiebespar<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> wordt de doorlaatbaarheid<br />

tot e<strong>en</strong> minimum beperkt.<br />

2.2.2. Thermisch comfort<br />

Thermisch comfort draait rond de behaaglijkheid van de woning, te warm, te koud.<br />

Comfort is echter e<strong>en</strong> subjectief begrip dat behalve door het binn<strong>en</strong>klimaat (temperatuur,<br />

vocht, tocht, tot koude voet<strong>en</strong> toe) ook wordt bepaald door kleding, activiteit, leeftijd,<br />

constitutie <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>. Het thermisch comfort wordt bepaald door de som van lucht-<br />

<strong>en</strong> stralingstemperatuur, koudebronn<strong>en</strong>, luchtsnelheid, luchtvochtigheid, temperatuurverschill<strong>en</strong>,<br />

kleding <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>. Ook de constructie van het gebouw laat zijn invloed<br />

geld<strong>en</strong>. Veel glas geeft meer kans op oververhitting.<br />

2.2.3. Geluid<br />

Geluidshinder in woning<strong>en</strong> wordt vooral veroorzaakt door geluid afkomstig van buit<strong>en</strong>,<br />

uit aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de woning<strong>en</strong> of intern geluid door binn<strong>en</strong>huisinstallaties <strong>en</strong> het geluid<br />

geproduceerd door de bewoners <strong>en</strong> door medebewoners. Het geluid dat de bewoner zelf<br />

produceert stoort dan weer alle<strong>en</strong> de bur<strong>en</strong> <strong>en</strong> de medebewoners.<br />

2.2.4. Licht<br />

Daglicht is belangrijk voor de <strong>gezondheid</strong>. De biologische klok van de m<strong>en</strong>s die het<br />

slaap- <strong>en</strong> waakritme regelt, wordt geregeld via het melatonine, e<strong>en</strong> hormoon dat wordt<br />

aangemaakt onder invloed van licht. Goede belichting heeft ook e<strong>en</strong> belangrijke invloed<br />

op het algeme<strong>en</strong> welbevind<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s. (UV-licht staat in voor oxidatie van organische<br />

verbinding<strong>en</strong> zoals reductie van bacteriën.)<br />

Anderzijds kan ongew<strong>en</strong>st licht (lichtreclame, tuinbouw, sportstadions, …) dat `s nachts<br />

woonruimt<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>dringt stor<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong>.<br />

2.2.5. Privacy <strong>en</strong> veiligheid<br />

Privacy is e<strong>en</strong> basisbehoefte van de m<strong>en</strong>s. Naarmate m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dichter op mekaar lev<strong>en</strong><br />

toont zich dit duidelijker.


Het aantal <strong>en</strong> de afmeting van de beschikbare ruimtes heeft zijn invloed op het gevoel van<br />

privacy <strong>en</strong> veiligheid in e<strong>en</strong> gezonde omgeving.<br />

Onder het aspect veiligheid vall<strong>en</strong> ook elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zoals het aantal ongevall<strong>en</strong> thuis, de<br />

veiligheid van gas- <strong>en</strong> elektrische installaties, maar ook <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong><br />

met de drinkwaterinstallatie (lod<strong>en</strong> leiding<strong>en</strong>) <strong>en</strong> de kwaliteit van het geleverde<br />

water (chemisch, microbiologisch).<br />

2.2.6. Ligging <strong>en</strong> inrichting<br />

De ligging van het gebouw bepaalt mee de beleving <strong>en</strong> de waardering van het gebouw.<br />

Aspect<strong>en</strong> als kwaliteit van de buit<strong>en</strong>lucht, bodemkwaliteit, windhinder, bezonning, zicht<br />

op de omgeving <strong>en</strong> dergelijke oef<strong>en</strong><strong>en</strong> directe invloed uit op het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

De inrichting speelt niet alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol bij de ruimtelijke visuele beleving van de woning,<br />

maar ook bij items als stofophoping <strong>en</strong> ergonomie.<br />

- Opteer voor duurzame product<strong>en</strong>.<br />

- <strong>Zorg</strong> voor voldo<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatie.<br />

- <strong>Zorg</strong> voor voldo<strong>en</strong>de lichtinval.<br />

- Beperk het gebruik van houtbeschermers.<br />

- <strong>Zorg</strong> voor voldo<strong>en</strong>de afvoer van verbrandingsgass<strong>en</strong>.<br />

- Minimaliseer het gebruik van vluchtige oplosmiddel<strong>en</strong>.<br />

- Huisdier<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> maar slechts matig thuis in e<strong>en</strong> woning.<br />

- E<strong>en</strong> woning is ge<strong>en</strong> dier<strong>en</strong>hok.<br />

- E<strong>en</strong> woning is ge<strong>en</strong> serre.<br />

Box 4 : Raadgeving voor e<strong>en</strong> gezonde woning<br />

13


14<br />

2.3. Toezicht op de kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu<br />

Ieder m<strong>en</strong>s wil vrij kunn<strong>en</strong> besliss<strong>en</strong> of hij het gevaar opzoekt of niet, of hij er e<strong>en</strong> ongezonde<br />

lev<strong>en</strong>sstijl op nahoudt of net niet. Tegelijkertijd verwacht<strong>en</strong> de burgers van de<br />

overheid dat die zorgt voor e<strong>en</strong> veilige <strong>en</strong> gezonde omgeving. Alleszins is er meer <strong>en</strong><br />

meer vraag naar advisering van woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> waarvan<br />

wordt vermoed dat ze ongezond zijn.<br />

2.3.1. Prev<strong>en</strong>tiedecreet <strong>en</strong> binn<strong>en</strong>milieubesluit<br />

Bevordering <strong>en</strong> bescherming van de <strong>gezondheid</strong> was vroeger altijd direct op de m<strong>en</strong>s<br />

zelf gericht <strong>en</strong> speelde zich strikt af binn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van de <strong>gezondheid</strong>szorg. Buit<strong>en</strong><br />

de m<strong>en</strong>s zijn er echter tal van andere facett<strong>en</strong> uit onze omgeving met invloed op onze<br />

<strong>gezondheid</strong>. Daarom creëerde het <strong>Vlaams</strong> Parlem<strong>en</strong>t de mogelijkheid initiatiev<strong>en</strong> te<br />

nem<strong>en</strong> die buit<strong>en</strong> het domein van de <strong>gezondheid</strong>szorg vall<strong>en</strong>, maar die de <strong>gezondheid</strong> t<strong>en</strong><br />

goede kom<strong>en</strong> doordat ze zich richt<strong>en</strong> op <strong>gezondheid</strong>sbepal<strong>en</strong>de of -bedreig<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong>,<br />

bronn<strong>en</strong> van gevaar, die zich buit<strong>en</strong> de m<strong>en</strong>s bevind<strong>en</strong>. Het geeft de overheid ondermeer<br />

de mogelijkheid op te tred<strong>en</strong> bij <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> veroorzaakt door het verblijf in<br />

gebouw<strong>en</strong>. Ook kunn<strong>en</strong> voor milieuvervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> in de m<strong>en</strong>s word<strong>en</strong><br />

vastgelegd waarbov<strong>en</strong> e<strong>en</strong> maatschappelijk onaanvaardbaar <strong>gezondheid</strong>srisico bestaat <strong>en</strong><br />

ingrijp<strong>en</strong> noodzakelijk wordt.<br />

In uitvoering van dit prev<strong>en</strong>tiedecreet nam de <strong>Vlaams</strong>e regering dan ook e<strong>en</strong> initiatief<br />

rond huisvesting, het binn<strong>en</strong>milieubesluit. Waar onderzoekers zich tijd<strong>en</strong>s woninginspecties<br />

vroeger moest<strong>en</strong> richt<strong>en</strong> op visueel vaststelbare <strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>de, structurele gebrek<strong>en</strong>,<br />

wordt nu ook de mogelijkheid geschap<strong>en</strong> voor onderzoek rond (lucht)kwaliteit. Naast<br />

informatie <strong>en</strong> advies, op basis van bestaande kwaliteitsnorm<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de <strong>Vlaams</strong>e wooncode,<br />

word<strong>en</strong> richtwaard<strong>en</strong> geïntroduceerd voor <strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> in het<br />

binn<strong>en</strong>milieu. Desnoods kan zelfs politioneel word<strong>en</strong> opgetred<strong>en</strong> wanneer de <strong>gezondheid</strong><br />

van bewoner of gebruiker in onmiddellijk gevaar verkeert. Hiervoor zijn interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong><br />

vastgesteld, norm<strong>en</strong> voor maximum conc<strong>en</strong>traties van giftige, lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de<br />

stoff<strong>en</strong>. Ook publiek toegankelijke op<strong>en</strong>bare gebouw<strong>en</strong> zoals schol<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> onder dit<br />

besluit.<br />

Bedoeling van het binn<strong>en</strong>milieubesluit is de <strong>gezondheid</strong> te vrijwar<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de beslot<strong>en</strong><br />

ruimte die ons binn<strong>en</strong>milieu is, door aandacht te sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de kwaliteit van deze<br />

fysieke omgeving. De tuin of de buurt vall<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de doelstelling. De omgevingskwaliteit<br />

van zowel woning<strong>en</strong> als publiek toegankelijke op<strong>en</strong>bare plaats<strong>en</strong> zoals schol<strong>en</strong>, kinderdagverblijv<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> buurtc<strong>en</strong>tra kom<strong>en</strong> wel aan bod. De m<strong>en</strong>s br<strong>en</strong>gt behoorlijk wat tijd<br />

door op deze plaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> ongerustheid, klacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> over mogelijks <strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de<br />

situaties kom<strong>en</strong> regelmatig voor. Het binn<strong>en</strong>milieu van kantor<strong>en</strong>, werkplaats<strong>en</strong><br />

of fabriek<strong>en</strong> wordt afdo<strong>en</strong>de beschermd via de wetgeving op de arbeidsbescherming<br />

<strong>en</strong> zit dus niet vervat in dit besluit.<br />

Het vrijwar<strong>en</strong> van de <strong>gezondheid</strong> van ons binn<strong>en</strong>milieu is niet alle<strong>en</strong> de verantwoordelijkheid<br />

van de bewoner, de gebruiker of de eig<strong>en</strong>aar. Ook architect<strong>en</strong>, aannemers of onder-


houdstechnici drag<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke verantwoordelijkheid. Inspel<strong>en</strong>d op onvoorspelbare<br />

gevolg<strong>en</strong> die nieuwe material<strong>en</strong> <strong>en</strong> techniek<strong>en</strong> met zich mee kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, wordt het<br />

voorzorgsprincipe, beschrev<strong>en</strong> in het prev<strong>en</strong>tiedecreet, ook toegepast op de kwaliteit van<br />

het binn<strong>en</strong>milieu. Indi<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke onzekerheid bestaat over het risico van ernstig<br />

of onomkeerbaar letsel, moet<strong>en</strong> alternatiev<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt.<br />

E<strong>en</strong> belangrijk knelpunt bij de risico-analyse van binn<strong>en</strong>milieupollutie is het ontbrek<strong>en</strong><br />

van blootstellingsgegev<strong>en</strong>s binn<strong>en</strong>shuis. Zo ontbrek<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s over het voorkom<strong>en</strong> van<br />

elektromagnetische veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> vele chemische pollu<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Toch zijn voor die stoff<strong>en</strong> waarvan<br />

gegev<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d zijn <strong>en</strong> waarover wet<strong>en</strong>schappelijke cons<strong>en</strong>sus bestaat, richt- <strong>en</strong>/of<br />

interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bij het besluit hoort e<strong>en</strong> lijst met milieufactor<strong>en</strong> waarvoor<br />

in nationale <strong>en</strong> internationale studies frequ<strong>en</strong>t wordt gewaarschuwd. Zij word<strong>en</strong> ingedeeld<br />

in twee klass<strong>en</strong>. De waard<strong>en</strong> die algeme<strong>en</strong> maatschappelijk word<strong>en</strong> beschouwd als e<strong>en</strong><br />

aanvaardbaar risiconiveau voor de kwaliteit van het binn<strong>en</strong>milieu word<strong>en</strong> gecatalogeerd<br />

als richtwaard<strong>en</strong>. Wanneer om <strong>gezondheid</strong>skundige red<strong>en</strong><strong>en</strong> de aanwezige conc<strong>en</strong>tratie te<br />

hoog is <strong>en</strong>, in de literatuur, wordt gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> ontoelaatbaar risico, wordt ze gecatalogeerd<br />

als interv<strong>en</strong>tiewaarde. Aangezi<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke inzicht<strong>en</strong> in continue ontwikkeling<br />

zijn, is het nodig dat de lijst vlot kan word<strong>en</strong> aangepast aan nieuwe of geëvolueerde<br />

k<strong>en</strong>nis. Het binn<strong>en</strong>milieubesluit laat dan ook toe dat de minister bevoegd voor het <strong>gezondheid</strong>sbeleid,<br />

deze lijst kan vervolledig<strong>en</strong> of de aangegev<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>traties aanpass<strong>en</strong>.<br />

2.3.2. Wie onderzoekt?<br />

De onderzoek<strong>en</strong> van woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare gebouw<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd door de medisch<br />

milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s (Lokaal Gezondheidsoverleg). Zij zijn het aanspreekpunt<br />

<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> voor de registratie, opvang, behandeling, informatie, advies <strong>en</strong> opvolging van<br />

klacht<strong>en</strong>. Zij hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vangnetfunctie <strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> lage drempel voor vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> klacht<strong>en</strong><br />

van intermediair<strong>en</strong> zoals geme<strong>en</strong>telijke huisvestingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> of huisarts<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van<br />

de bevolking, rond woonhygiëne. Om te verhinder<strong>en</strong> dat deze di<strong>en</strong>st zou word<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong><br />

bij conflict<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> huurder <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar of bij toewijzing van sociale woning<strong>en</strong>, werd e<strong>en</strong><br />

drempel ingebouwd. Burgers zelf kunn<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> onrechtstreeks beroep do<strong>en</strong> op hun di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

via geme<strong>en</strong>tebestur<strong>en</strong>, geme<strong>en</strong>telijke huisvestingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, <strong>Vlaams</strong>e ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

uit de huisvestings- of milieuadministratie, <strong>en</strong> last but not least, door huisarts<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

<strong>gezondheid</strong>swerkers.<br />

Ook Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> van de administratie Gezondheidszorg, vindt in deze<br />

nieuwe regelgeving e<strong>en</strong> opdracht. Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> is historisch vertrouwd met de<br />

materie. Al lang immers wordt, voor de <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> met <strong>won<strong>en</strong></strong>, e<strong>en</strong><br />

beroep gedaan op deze di<strong>en</strong>st. De <strong>gezondheid</strong>sinspectie staat in voor meer gespecialiseerd<br />

onderzoek. Zo kunn<strong>en</strong> arts<strong>en</strong> rechtstreeks bij Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> terecht, omdat zij<br />

het best geplaatst zijn om e<strong>en</strong> inschatting te mak<strong>en</strong> van de relatie woning-<strong>gezondheid</strong>.<br />

Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> zal de gegev<strong>en</strong>s van de medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s<br />

sam<strong>en</strong> met de eig<strong>en</strong> data, ieder jaar publicer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> verslag dat e<strong>en</strong> overzicht geeft van de<br />

problematiek.<br />

15


16<br />

50<br />

45<br />

40<br />

35<br />

30<br />

25<br />

20<br />

15<br />

10<br />

5<br />

0<br />

2.3.3. Het onderzoek<br />

Het woningonderzoek heeft als bedoeling te tracht<strong>en</strong> om logische verklaring<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong><br />

voor de door de bewoners geuite klacht<strong>en</strong>, nadi<strong>en</strong> wordt overwog<strong>en</strong> of er mogelijk meting<strong>en</strong><br />

zull<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>. Allereerste bedoeling is klacht<strong>en</strong>oploss<strong>en</strong>d te werk<strong>en</strong>. Er wordt wel<br />

verondersteld dat voorafgaandelijk medisch onderzoek wijst in de richting van blootstelling<br />

in de woning <strong>en</strong> andere mogelijke invloed<strong>en</strong> heeft uitgeslot<strong>en</strong>.<br />

Het onderzoek, ook mogelijke technische analyses, zijn in principe gratis. Afhankelijk van<br />

de nod<strong>en</strong> <strong>en</strong> de budgettaire mogelijkhed<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, in afspraak met de bewoners, meting<strong>en</strong><br />

of laboratoriumkost<strong>en</strong> t<strong>en</strong> laste kom<strong>en</strong> van betrokk<strong>en</strong> derd<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> derd<strong>en</strong> het onderzoek<br />

vrag<strong>en</strong>, is wel de schriftelijke toestemming vereist van de bewoners.<br />

E<strong>en</strong> woning waar de interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> acuut gevaar voor de<br />

<strong>gezondheid</strong> van de bewoner <strong>en</strong> is dus onbewoonbaar. Aan de burgemeester zal in dat geval<br />

word<strong>en</strong> gevraagd deze woning onbewoonbaar te verklar<strong>en</strong>. Het betreft stoff<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> duidelijk<br />

<strong>en</strong> groot <strong>gezondheid</strong>sgevaar inhoud<strong>en</strong>. Overschrijding<strong>en</strong> van de interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong><br />

zijn meestal accid<strong>en</strong>teel. In Vlaander<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> vooral koolstofmonoxide <strong>en</strong> b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

probleem. Zo eist koolstofmonoxide jaarlijks nog e<strong>en</strong> twintigtal lev<strong>en</strong>s door e<strong>en</strong> slechte<br />

werking van verbrandingstoestell<strong>en</strong> of schoorst<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

37<br />

24<br />

24<br />

19 19 23 23<br />

18<br />

37<br />

18<br />

47<br />

47<br />

22 23<br />

10<br />

32<br />

40<br />

17<br />

Figuur 2: Overlijd<strong>en</strong>s door CO-intoxicatie (Vlaander<strong>en</strong>, 1990-2003)<br />

19<br />

12<br />

7<br />

11<br />

28<br />

17<br />

9<br />

23<br />

14<br />

4<br />

18<br />

14<br />

18<br />

10<br />

8<br />

13<br />

20 20 20<br />

14<br />

12<br />

7 6 8<br />

1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003<br />

man vrouw totaal


Indi<strong>en</strong> wordt vastgesteld dat gebruikers van publiek toegankelijke op<strong>en</strong>bare gebouw<strong>en</strong><br />

mogelijk e<strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>srisico lop<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rapport aanbeveling<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> om<br />

aan deze gevaarlijke toestand zo snel mogelijk e<strong>en</strong> einde te stell<strong>en</strong>. Mogelijk kan zelfs<br />

de opdracht word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gedeelte van het gebouw, tijdelijk, af te sluit<strong>en</strong> voor het<br />

publiek. Wanneer de volks<strong>gezondheid</strong> in gevaar wordt gebracht zal ook de burgemeester<br />

<strong>en</strong> de minister e<strong>en</strong> kopie krijg<strong>en</strong> van het rapport <strong>en</strong> van de opdracht. Zonodig is de<br />

bek<strong>en</strong>dmaking mogelijk van het rapport in de media.<br />

Dankzij het binn<strong>en</strong>milieubesluit is voorzi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> wettelijke <strong>en</strong> structurele aanpak van<br />

<strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de woonsituaties door vervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> milieu-inspectie aan<br />

huis behoort tot de mogelijkhed<strong>en</strong> bij <strong>gezondheid</strong>sproblem<strong>en</strong>. Via geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, huisvestingsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>,<br />

huisarts<strong>en</strong> of andere <strong>gezondheid</strong>swerkers, kan e<strong>en</strong> milieu-huisbezoek aangevraagd<br />

word<strong>en</strong>. Als bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> thuis e<strong>en</strong> vervuiling wordt vastgesteld die slecht is voor<br />

hun <strong>gezondheid</strong>, wordt werk gemaakt van mogelijke oplossing<strong>en</strong>.<br />

17


18<br />

3. CHEMISCHE ASPECTEN<br />

3.1. Inleiding<br />

Farmacolog<strong>en</strong> <strong>en</strong> toxicolog<strong>en</strong> bestuder<strong>en</strong> de invloed van vreemde stoff<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong>.<br />

Tal van studies werd<strong>en</strong> gewijd aan de gevolg<strong>en</strong> van medicatie op de m<strong>en</strong>s. Ook<br />

de effect<strong>en</strong> van giftige stoff<strong>en</strong> die gebruikt word<strong>en</strong> bij moord of zelfmoord of wel e<strong>en</strong>s<br />

accid<strong>en</strong>teel ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> uitgebreid bestudeerd. Telk<strong>en</strong>s gaat het hier om<br />

studies over de invloed van vrij hoge conc<strong>en</strong>traties die, meestal e<strong>en</strong>malig, ingeademd of<br />

ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Vele toxische stoff<strong>en</strong> die in het verloop van de tekst uitgebreid aan bod kom<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong><br />

bestudeerd in de bedrijfstoxicologie. Hier bestudeert m<strong>en</strong> de blootstelling aan minder<br />

hoge conc<strong>en</strong>traties gedur<strong>en</strong>de langere tijd. Bestudeerde stoff<strong>en</strong> zijn onder andere stikstofoxid<strong>en</strong><br />

(NO x ), zwaveldioxide (SO 2 ), koolstofmonoxide (CO) <strong>en</strong> ozon (O 3 ). Voor verschill<strong>en</strong>de<br />

stoff<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> dosis-effectcurve opgesteld (figuur 3). Bij het vermijd<strong>en</strong> van schadelijke<br />

gevolg<strong>en</strong> wil m<strong>en</strong> het laagste punt k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, het snijpunt met de abcis of de dosis<br />

waar onder ge<strong>en</strong> effect merkbaar is (lijn 2 in figuur 3). Beroepshalve word<strong>en</strong> arbeiders in<br />

principe maximum 8 uur per dag, 40 uur per week <strong>en</strong> 40 jaar per m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>lev<strong>en</strong> blootgesteld<br />

(assumptie bij berek<strong>en</strong>ing van de TLV (1)). Arbeiders vorm<strong>en</strong> in die mate e<strong>en</strong> geselecteerde<br />

groep dat zij als “gezond” kunn<strong>en</strong> beschouwd word<strong>en</strong>, het zog<strong>en</strong>aamde “healthy<br />

workers”-effect.<br />

effect<br />

minimale dosis<br />

1 - effectcurve zonder drempel<br />

Figuur 3 : Schematische weergave van e<strong>en</strong> dosis-effectcurve<br />

2 - effectcurve met drempel<br />

Als m<strong>en</strong> dan spreekt over de effect<strong>en</strong> van erg lage dosiss<strong>en</strong> die iedere<strong>en</strong> (ziek, gezond,<br />

jong, oud) quasi continu kan ontvang<strong>en</strong>, zitt<strong>en</strong> we op het terrein van de buit<strong>en</strong>luchtver-<br />

dosis


ontreiniging (macromilieu) of op het terrein van de woonomgeving (micromilieu). Over<br />

de effect<strong>en</strong> van deze dosiss<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong> zijn er nog onduidelijkhed<strong>en</strong>. Al te zeer<br />

werd<strong>en</strong> op grond van extrapolatiestudies aanvechtbare conclusies getrokk<strong>en</strong>. Waar vroeger<br />

al vlug werd gesteld dat er veeleer sprake was van hinder dan wel van schade ontstaat<br />

er nu stilaan e<strong>en</strong> bewustzijn dat de weerslag op de <strong>gezondheid</strong> meer wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

aandacht verdi<strong>en</strong>t.<br />

De macrosam<strong>en</strong>stelling van de lucht binn<strong>en</strong>- of buit<strong>en</strong>shuis is in ess<strong>en</strong>tie dezelfde wat<br />

de aanwezigheid betreft van zuurstof, stikstof, <strong>en</strong>z., doch kwantiteit<strong>en</strong> op microvlak <strong>en</strong><br />

contaminant<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis soms opvall<strong>en</strong>d tot deze van buit<strong>en</strong>. Door binn<strong>en</strong>huisactiviteit<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gebruikte material<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in de woning conc<strong>en</strong>traties optred<strong>en</strong> die<br />

normaal buit<strong>en</strong>shuis niet voorkom<strong>en</strong> (o.a. radon, formaldehyde, tabaksrook). De to<strong>en</strong>ame<br />

van isolatie heeft de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de lucht in <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> de woning nog verscherpt.<br />

Verschill<strong>en</strong>de norm<strong>en</strong> zijn ingevoerd voor de bescherming van de buit<strong>en</strong>lucht, de bescherming<br />

van de binn<strong>en</strong>lucht is echter nog e<strong>en</strong> braakligg<strong>en</strong>d terrein. Dit is onder meer te<br />

wijt<strong>en</strong> aan het feit dat veel vervuilingscompon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het gevolg zijn van e<strong>en</strong> bepaalde<br />

lev<strong>en</strong>sstijl <strong>en</strong> specifieke gewoont<strong>en</strong>, zoals onder meer kok<strong>en</strong> <strong>en</strong> rok<strong>en</strong>. Deze gewoont<strong>en</strong><br />

situer<strong>en</strong> zich binn<strong>en</strong> de persoonlijke vrijheid van ieder individu, dat zelf deels het risico<br />

bepaalt dat het wil lop<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede voorlichting over deze risico’s is dus e<strong>en</strong> must. Het<br />

moet zo word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> dat iedere<strong>en</strong> de boodschap begrijpt. Voorlichting veronderstelt<br />

e<strong>en</strong> goede research naar de verschill<strong>en</strong>de contaminant<strong>en</strong> met hun <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong>,<br />

bepaling van de emissies <strong>en</strong> risicoberek<strong>en</strong>ing bij blootstelling. Blootstelling kan hierdoor<br />

tot e<strong>en</strong> minimum herleid word<strong>en</strong>, doch hieruit moet<strong>en</strong> dan bepaalde voordel<strong>en</strong> voortvloei<strong>en</strong><br />

voor de verschill<strong>en</strong>de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> (ontwerpers, bouwers, handelaars, gebruikers).<br />

Kortom, het moet technologisch mogelijk <strong>en</strong> economisch haalbaar zijn.<br />

19


20<br />

3.2. Bouwmaterial<strong>en</strong><br />

3.2.1. Vluchtige organische stoff<strong>en</strong> (VOS)<br />

Constructiematerial<strong>en</strong>, maar ook het meubilair, producer<strong>en</strong> e<strong>en</strong> breed spectrum aan<br />

vluchtige organische stoff<strong>en</strong>. De hoogste emissierates word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oteerd in nieuwe <strong>en</strong> pas<br />

ger<strong>en</strong>oveerde woning<strong>en</strong>. Omwille van het brede scala - er zijn meer dan 800 organische<br />

verbinding<strong>en</strong> in woning<strong>en</strong> aangetoond (10) - verwijz<strong>en</strong> wij naar de gespecialiseerde literatuur<br />

voor verdere informatie. Belangrijk is de outgassing (µg/h of µg/m²/h) in combinatie<br />

met het v<strong>en</strong>tilatievoud of de conc<strong>en</strong>tratie in de binn<strong>en</strong>lucht (µg/m³).<br />

De meeste organische stoff<strong>en</strong> in verband met de constructie vall<strong>en</strong> onder de categorie van<br />

de oplosmiddel<strong>en</strong>, vluchtige vloeistoff<strong>en</strong>, gebruikt voor het oploss<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdunn<strong>en</strong> van<br />

verf, lak, lijm. De hoge vluchtigheid van oplosmiddel<strong>en</strong> is vanuit technisch oogpunt vaak<br />

nodig, doch stelt hygiënisch gezi<strong>en</strong> juist het grootste gevaar, omdat er dan hoge conc<strong>en</strong>traties<br />

in de inademingslucht ontstaan. Alle organische oplosmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> door hun<br />

vetoploss<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> e<strong>en</strong> specifieke voorkeur voor vethoud<strong>en</strong>de weefsels zoals huid-,<br />

borst- <strong>en</strong> z<strong>en</strong>uwweefsel. Op de huid ziet m<strong>en</strong> ofwel e<strong>en</strong> irritatief beeld, gek<strong>en</strong>merkt door<br />

roodheid, schilfering <strong>en</strong> jeuk (orthoërgische dermatitis) ofwel stelt m<strong>en</strong> dezelfde symptom<strong>en</strong><br />

vast, echter met e<strong>en</strong> meer uitgesprok<strong>en</strong> vochtvorming of oedeem (allergische dermatitis).<br />

E<strong>en</strong> allergische dermatitis ontstaat door e<strong>en</strong> specifieke s<strong>en</strong>sibilisatie, e<strong>en</strong> orthoërgische<br />

dermatitis via aspecifieke inwerking van prikkel<strong>en</strong>de product<strong>en</strong>.<br />

Materiaal<br />

Lijm<br />

Afdichtingskit<br />

Tapijt<br />

Spaanplaat<br />

Draperie<br />

Vloer- <strong>en</strong> muurbedekking<br />

Verf<br />

Lak<br />

Vinylbehang<br />

Contaminant<strong>en</strong><br />

alcohol<strong>en</strong>, amines, b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, decaan, dimethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

formaldehyde, limone<strong>en</strong>, octaan, tolue<strong>en</strong>, xyle<strong>en</strong><br />

alcohol<strong>en</strong>, alkan<strong>en</strong>, amines, b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, decaan, dimethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, methylethylketoon, xyl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

n-dodecaan, 2-ethylhexanol, formaldehyde, 4-methylethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

n-propylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, styre<strong>en</strong>, 1,2,3-trimethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, n-undecaan<br />

amines, 3-care<strong>en</strong>, ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, formaldehyde, n-hexaan, limone<strong>en</strong>,<br />

p<strong>en</strong>tanol, propanol, propanone, propylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, terpe<strong>en</strong><br />

tolue<strong>en</strong>, formaldehyde<br />

amines, alkan<strong>en</strong>, C3-b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, C4-b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, butanol, 2-butanol,<br />

diethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, ethylacetaat, formaldehyde, isopropylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

methylstyre<strong>en</strong>, xyle<strong>en</strong><br />

C4-b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, 2-ethoxyethanol, 2-ethoxyethylacetaat, isopropylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

limone<strong>en</strong>, propylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, tolue<strong>en</strong>, xyle<strong>en</strong><br />

amines, b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, decaan, formaldehyde, heptaan<br />

amines, decaan, formaldehyde, 1,2,3-trimethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, xyl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Tabel 1 : Sam<strong>en</strong>vatting emissies <strong>en</strong>kele constructiematerial<strong>en</strong> (88)


Op de slijmvliez<strong>en</strong> van og<strong>en</strong> <strong>en</strong> luchtweg<strong>en</strong> is er e<strong>en</strong> prikkel<strong>en</strong>de werking. In de mate dat<br />

de stof meer vetoplosbaar is, is de directe irritatie minder uitgesprok<strong>en</strong>. De invloed op het<br />

z<strong>en</strong>uwstelsel wordt bepaald door de conc<strong>en</strong>tratie op dat mom<strong>en</strong>t of kort tevor<strong>en</strong>. Meestal<br />

treedt bij zeer hoge conc<strong>en</strong>traties bewustzijnsdaling op voorafgegaan door misselijkheid,<br />

brak<strong>en</strong>, transpirer<strong>en</strong>, hartklopping<strong>en</strong>, hoofdpijn, duizeligheid, e.d. Na het contact verdwijn<strong>en</strong><br />

de verschijnsel<strong>en</strong> na <strong>en</strong>kele ur<strong>en</strong>. Strekt het contact zich uit over langere tijd, dan zijn<br />

de klacht<strong>en</strong> eerder snel optred<strong>en</strong>de moeheid, slapeloosheid, angstdrom<strong>en</strong> <strong>en</strong> pijn<strong>en</strong>. Deze<br />

symptom<strong>en</strong> zijn vergelijkbaar met e<strong>en</strong> alcoholintoxicatie of blootstelling aan e<strong>en</strong> narcoseinducer<strong>en</strong>d<br />

middel (anestheticum).<br />

De Nederlandse Gezondheidsraad adviseert in e<strong>en</strong> publicatie van het jaar 2000 in verblijfsruimt<strong>en</strong><br />

conc<strong>en</strong>traties totaal-VOS bov<strong>en</strong> 200 µg/m³ te vermijd<strong>en</strong> (32). Het binn<strong>en</strong>milieubesluit<br />

legt dit op als richtwaarde (59).<br />

3.2.1.1. Formaldehyde<br />

Formaldehyde is e<strong>en</strong> goed in water oplosbaar gas met e<strong>en</strong> typisch prikkel<strong>en</strong>de<br />

geur, dat vooral zijn toepassing vindt in verf <strong>en</strong> lijm<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ook<br />

in spouwmuurisolatie (ureumformaldehydehars<strong>en</strong>). Hieruit kan het<br />

later langzaam vrijkom<strong>en</strong>, wat leidt tot prikkeling van de slijmvliez<strong>en</strong><br />

van og<strong>en</strong> <strong>en</strong> luchtweg<strong>en</strong>, met tran<strong>en</strong>vloed <strong>en</strong> neusloop als gevolg; ook e<strong>en</strong> droge keel <strong>en</strong><br />

hoest. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> leidt dit van lichte tot matige conjunctivitis.<br />

De emissie is zeer variabel in functie van de gebruikte material<strong>en</strong> (inclusief deklaag), de<br />

omgevingstemperatuur, hun ouderdom, <strong>en</strong>z. E<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatiewaarde is dan ook onmogelijk<br />

te gev<strong>en</strong>. Eerder di<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> oplossing gezocht in stabielere chemische verbinding<strong>en</strong> of in<br />

het ondoordringbaar mak<strong>en</strong> van de oppervlakt<strong>en</strong>, of in het vermijd<strong>en</strong> van dergelijke product<strong>en</strong><br />

door ze te vervang<strong>en</strong> door onschadelijke stoff<strong>en</strong>.<br />

Het Technisch C<strong>en</strong>trum der Houtnijverheid stelt voor reeds geplaatste material<strong>en</strong> (spaanplat<strong>en</strong>)<br />

te schilder<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> afsluit<strong>en</strong>d verfsysteem op basis van alkydhars of v<strong>en</strong>yltolue<strong>en</strong>/acrylaatpolymer<strong>en</strong><br />

of ze te bedekk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> afsluit<strong>en</strong>de folie (bv. aluminium) (79).<br />

Vermoed wordt dat formaldehyde carcinoge<strong>en</strong> zou zijn, dierproev<strong>en</strong> bewijz<strong>en</strong> dat ondubbelzinnig<br />

doch epidemiologische studies bij de m<strong>en</strong>s gev<strong>en</strong> voorlopig ge<strong>en</strong> uitsluitsel.<br />

IARC(2004) classificeert formaldehyde groep 1 als carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

Ook al zijn de emissies van spaanplat<strong>en</strong> op dit og<strong>en</strong>blik minimaal, toch treft m<strong>en</strong> in de<br />

binn<strong>en</strong>huislucht nog dikwijls hogere waard<strong>en</strong> aan. Dit kan word<strong>en</strong> verklaard door de hoge<br />

turn-over van modern meubilair. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> zijn de formaldehyde-emissies van in de<br />

meubelindustrie gebruikte spaanplat<strong>en</strong> niet gereglem<strong>en</strong>teerd.<br />

Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde 10 µg/m³ <strong>en</strong> als interv<strong>en</strong>tiewaarde<br />

100 µg/m³ (59). Nederland hanteert voor de algem<strong>en</strong>e bevolking 120 µg/m³ (0,1<br />

ppm), gemiddeld over 30 minut<strong>en</strong>, in het binn<strong>en</strong>milieu gehanteerd als gr<strong>en</strong>swaarde (49).<br />

De WGO(2000) adviseert 100 µg/m³ (0,08 ppm), gemiddeld over 30 minut<strong>en</strong> (102). De<br />

MAC(1998) bedraagt 380 µg/m³ (0,3 ppm) voor e<strong>en</strong> blootstelling van maximaal 15 minut<strong>en</strong><br />

(63). De ACGIH(2000) adviseert als STEL 380 µg/m³ (0,3 ppm) (1). IARC(2004)<br />

classificeert formaldehyde in groep 1 als carcinoge<strong>en</strong> voor de m<strong>en</strong>s.<br />

21


22<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Gebruik ge<strong>en</strong> spaanplaat bij e<strong>en</strong> radiator, als dakbeschot of op andere plaats<strong>en</strong> die<br />

warm kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

- <strong>Zorg</strong> dat je in e<strong>en</strong> kamer niet meer dan 3 m² spaanplaat hebt per 4 m³ binn<strong>en</strong>lucht.<br />

- V<strong>en</strong>tileer extra na het plaats<strong>en</strong> van nieuwe kast<strong>en</strong> <strong>en</strong> meubels.<br />

3.2.1.2. Andere organische bestanddel<strong>en</strong><br />

3.2.1.2.1. Alkan<strong>en</strong><br />

De alkan<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> door de algem<strong>en</strong>e formule C n H 2n+2 . In het dagelijkse<br />

lev<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> we deze verbinding<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> als butaangas op de camping (C 4 , butaan),<br />

b<strong>en</strong>zine (C 5 t/m C 10 ), kerosine (C 12 t/m C 18 ), <strong>en</strong> diesel (C 12 <strong>en</strong> hoger). Methaan (CH 4 ) is het<br />

hoofdbestanddeel van aardgas.<br />

3.2.1.2.1.1. Alifatische alkan<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> aantal alifatische alkan<strong>en</strong> wordt courant in de binn<strong>en</strong>lucht van woning<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong>.<br />

De giftigheid van alkan<strong>en</strong> in lage dosis in gasfase is zeer gering. Methaan tot butaan<br />

zijn bij conc<strong>en</strong>traties lager dan 12.000 mg/m³ vrijwel onschadelijk. Bij hogere conc<strong>en</strong>tra-<br />

ties hebb<strong>en</strong> ze reversibele effect<strong>en</strong> op het c<strong>en</strong>trale z<strong>en</strong>uwstelsel <strong>en</strong> irriter<strong>en</strong> de luchtweg<strong>en</strong>.<br />

In hoge conc<strong>en</strong>traties met lucht gem<strong>en</strong>gd hebb<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> narcotische werking.<br />

De gemiddelde conc<strong>en</strong>tratie ligt rond 10 µg/m³. Zij zijn meestal afkomstig van aardolie<br />

of petroleum. De reeds g<strong>en</strong>oemde aspecifieke effect<strong>en</strong> van de vluchtige verbinding<strong>en</strong> zijn<br />

sterker naarmate het aantal koolstofatom<strong>en</strong>, de graad van vertakk<strong>en</strong>de ket<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de mate<br />

van onverzadigde verbinding<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Hoe langer de ket<strong>en</strong>, hoe zwaarder, hoe minder<br />

vluchtig, hoe schadelijker voor de huid (dermatitis <strong>en</strong> olieacne).<br />

3.2.1.2.1.2. Cyclo-alkan<strong>en</strong><br />

De koolwaterstoff<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook cyclische verbinding<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>. Alle cyclo-alkan<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> narcotische werking. In conc<strong>en</strong>traties hoger dan 3500 mg/m³ kan duizeligheid,<br />

slaperigheid <strong>en</strong> coma optred<strong>en</strong>. Cyclo-alkan<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> na opname snel uit het


lichaam. Blootstelling van korte duur aan hoge conc<strong>en</strong>traties heeft meestal ge<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>de<br />

gevolg<strong>en</strong>.<br />

Cyclo-hexaan <strong>en</strong> methylcyclohexaan kom<strong>en</strong> geg<strong>en</strong>eraliseerd in de woning voor.<br />

3.2.1.2.2. Aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong><br />

3.2.1.2.2.1. B<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

De te verwacht<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>traties voor b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis ligg<strong>en</strong> rond 5- 50 µg/m³. De<br />

gemiddelde conc<strong>en</strong>traties ligg<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de woning hoger dan buit<strong>en</strong>. Het verschil wordt<br />

toegeschrev<strong>en</strong> aan factor<strong>en</strong> als tabaksrook (2 µg/m³ extra), garages in verbinding met de<br />

woning (2 µg/m³ extra), verv<strong>en</strong> <strong>en</strong> lijm<strong>en</strong>. Ongeveer de helft van het ingeademde b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

wordt door het lichaam opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> acute blootstelling aan e<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>conc<strong>en</strong>tratie hoger dan 4800 mg/m³ geeft ziektesymptom<strong>en</strong>.<br />

Opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> blijft lange tijd in het lichaam aanwezig. B<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

is als <strong>en</strong>ige in deze groep bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong>, IARC(1987) groep 1.<br />

Het kan leukemie veroorzak<strong>en</strong>, ook chromosoombeschadiging wordt<br />

beschrev<strong>en</strong>. Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde<br />

2 µg/m³ <strong>en</strong> als interv<strong>en</strong>tiewaarde 10 µg/m³ (59).<br />

3.2.1.2.2.2. Tolue<strong>en</strong><br />

De te verwacht<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>traties voor tolue<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis ligg<strong>en</strong> rond<br />

20- 200 µg/m³. Ze zijn vooral afkomstig van verf, lijm, drukinkt,<br />

parfum <strong>en</strong> tabaksrook. Ongeveer de helft van het ingeademde tolue<strong>en</strong><br />

wordt door het lichaam opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Tolue<strong>en</strong> geeft vooral afwijking<strong>en</strong> van het c<strong>en</strong>traal<br />

z<strong>en</strong>uwstelsel. In dierproev<strong>en</strong> werkt tolue<strong>en</strong> vooral mutage<strong>en</strong>. Ook blijft tolue<strong>en</strong> langere<br />

tijd in het lichaam <strong>en</strong> geeft dysfuncties van het c<strong>en</strong>traal z<strong>en</strong>uwstelsel.<br />

IARC(1989) klasseert tolue<strong>en</strong> in groep 3 als niet bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong><br />

voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>. Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde<br />

260 µg/m³ (59).<br />

3.2.1.2.2.3. Xyle<strong>en</strong><br />

Xyle<strong>en</strong> is hoofdzakelijk afkomstig van oplosmiddel<strong>en</strong> (verf, lijm,<br />

inkt, scho<strong>en</strong>smeer) <strong>en</strong> tabaksrook. Xyle<strong>en</strong> wordt vooral via de long<strong>en</strong><br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Ongeveer twee derde van de ingeademde hoeveelheid wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in<br />

het lichaam <strong>en</strong> in het vet opgeslag<strong>en</strong>. Bijna 95% wordt echter terug afgebrok<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwijderd.<br />

Net als de andere aromat<strong>en</strong> heeft xyle<strong>en</strong> vooral effect op het c<strong>en</strong>traal z<strong>en</strong>uwstelsel.<br />

IARC(1989) klasseert xyle<strong>en</strong> in groep 3 als<br />

niet bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

23


24<br />

3.2.1.2.2.4. Overige alkylb<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

De overige alkylb<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> werk<strong>en</strong> vooral irriter<strong>en</strong>d voor de slijmvliez<strong>en</strong> <strong>en</strong> remm<strong>en</strong>d op<br />

het c<strong>en</strong>traal z<strong>en</strong>uwstelsel. De voornaamste verteg<strong>en</strong>woordigers zijn trimethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, n-propylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, i-propylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, methylethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, isopropylmethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> n-butylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>. Deze zijn vooral te vind<strong>en</strong> in oplosmiddel<strong>en</strong> (verf, inkt), parfums<br />

<strong>en</strong> b<strong>en</strong>zine.<br />

3.2.1.2.3. Gechloreerde alifatische koolwaterstoff<strong>en</strong><br />

Gechloreerde alifatische koolwaterstoff<strong>en</strong> word<strong>en</strong> veelvuldig als vetoplosmiddel of als<br />

metaalreinigingsmiddel gebruikt. Voorbeeld<strong>en</strong> hiervan zijn methylchloride, trichloorethaan,<br />

tetrachloormethaan, trichloorethyle<strong>en</strong> <strong>en</strong> tetrachloorethyle<strong>en</strong> (per). “Per” wordt<br />

zeer frequ<strong>en</strong>t gebruikt bij de droogkuis van kleding. Naast hun aspecifieke effect<strong>en</strong> op de<br />

huid, slijmvliez<strong>en</strong> <strong>en</strong> z<strong>en</strong>uwstelsel zijn de verzadigde verbinding<strong>en</strong> ook berucht weg<strong>en</strong>s<br />

hun laattijdige effect<strong>en</strong> op lever <strong>en</strong> nier<strong>en</strong>. Dierproev<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> carcinog<strong>en</strong>e effect<strong>en</strong> aan:<br />

methylchloride <strong>en</strong> trichloorethaan (IARC(1987) groep 3 als niet bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong><br />

voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>), trichloorethyle<strong>en</strong> <strong>en</strong> tetrachloorethyle<strong>en</strong> (IARC(1995) groep 2A als waarschijnlijk<br />

carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>). In de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> wordt uit veiligheidsoverweging<strong>en</strong><br />

geadviseerd deze stoff<strong>en</strong> te beschouw<strong>en</strong> als humaan carcinoge<strong>en</strong> (98). Bij blootstelling<br />

lager dan de MAC-waarde wordt echter ge<strong>en</strong> verhoogd risico op kanker verwacht<br />

(76). Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit voor tetrachloorethyle<strong>en</strong> als richtwaarde<br />

100 µg/m³ <strong>en</strong> voor trichloorethyle<strong>en</strong> 20 µg/m³ (59).<br />

3.2.1.2.4. Gechloreerde b<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Gechloreerde b<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> word<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met andere stoff<strong>en</strong> veel toegepast in schoonmaakmiddel<strong>en</strong>,<br />

insecticid<strong>en</strong> <strong>en</strong> deodorantia. Ook gechloreerde b<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> werk<strong>en</strong> remm<strong>en</strong>d<br />

op het c<strong>en</strong>traal z<strong>en</strong>uwstelsel maar minder sterk dan de gechloreerde alifatische koolwaterstoff<strong>en</strong>.<br />

De effect<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> na het beëindig<strong>en</strong> van de blootstelling. Gechloreerde<br />

b<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn irriter<strong>en</strong>d voor de slijmvliez<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor de huid. Carcinog<strong>en</strong>iteit is tot nu<br />

onvoldo<strong>en</strong>de onderzocht (110). Ze zijn vooral afkomstig van oplosmiddel<strong>en</strong>, b<strong>en</strong>zine <strong>en</strong><br />

tabaksrook. Verteg<strong>en</strong>woordigers van deze groep zijn chloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, o-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>,<br />

p-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, trichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1,2-dichloorpropaan. IARC(1987) klasseert<br />

o-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1,2-dichloorpropaan in groep 3 als niet bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong> voor<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Gebruik zo mogelijk product<strong>en</strong> op waterbasis.<br />

- V<strong>en</strong>tileer of lucht extra wanneer veel oplosmiddel<strong>en</strong> vrijkom<strong>en</strong>. Dit kan soms dag<strong>en</strong><br />

dur<strong>en</strong>.<br />

- Gebruik ge<strong>en</strong> spuitbus: zeer kleine druppeltjes uit de spuitbus kom<strong>en</strong> in uw long<strong>en</strong>.<br />

- Probeer zoveel mogelijk b<strong>en</strong>zinedamp te vermijd<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het tank<strong>en</strong>.


3.2.2. Vezels<br />

3.2.2.1. Asbest<br />

Asbest is e<strong>en</strong> compon<strong>en</strong>t die erg in trek was bij het gebruik van bouwmaterial<strong>en</strong> omwille<br />

van zijn akoestische <strong>en</strong> thermische isolatiewaarde <strong>en</strong> zijn weerstand aan vuur <strong>en</strong> chemische<br />

ag<strong>en</strong>tia (zuurbest<strong>en</strong>digheid). In tal van constructies <strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> wordt nog altijd<br />

asbest aangetroff<strong>en</strong>. Dikwijls gaat het dan om spuitasbest, e<strong>en</strong> bros materiaal. Spuitasbest<br />

bestaat uit e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gsel van cem<strong>en</strong>t <strong>en</strong> asbestvezels. Het bevat 55 tot 85% asbest, voornamelijk<br />

crocidoliet of amosiet.<br />

Contact<strong>en</strong> met vrije asbestvezels kunn<strong>en</strong> na jar<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot longfibrose, longkanker,<br />

pleura- of peritoneumtumor<strong>en</strong> (mesotheliomata), gastro-intestinale tumor<strong>en</strong>, pleurale<br />

plaques <strong>en</strong> asbestwratt<strong>en</strong>. Eén <strong>en</strong> ander hangt sam<strong>en</strong> met de l<strong>en</strong>gte van de vezel <strong>en</strong> de diameter.<br />

Onderzoek wees uit dat e<strong>en</strong> groot deel van onze bevolking met asbest in aanraking<br />

komt (70). Doordat de werking zich pas na jar<strong>en</strong> blootstelling doorzet, zijn asbestvezels<br />

in ruimt<strong>en</strong> voor kinder<strong>en</strong> gevaarlijker dan in ruimt<strong>en</strong> voor ouder<strong>en</strong>. De mate waarin de<br />

vezels gebond<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> matrix bepal<strong>en</strong> de veiligheid van het product.<br />

Het gevaar van asbest is gedeeltelijk verbond<strong>en</strong> met de specifieke aard van de vezels.<br />

Zo onderscheidt m<strong>en</strong> crocidoliet of blauwe asbest ((NaFSiO 3 ) 2 .FeSiO 3 .H 2 O)(serp<strong>en</strong>tijngroep),<br />

chrysotiel of witte asbest (3MgO.SiO 2 .2H 2 O), amosiet of bruine asbest (Fe.<br />

MgSiO 3 )(anthofylliet, actinoliet <strong>en</strong> tremoliet (amfiboolgroep). De meest voorkom<strong>en</strong>de<br />

soort is het chrysotiel. Crocidoliet is het meest gevaarlijk, maar het gebruik ervan is al<br />

verbod<strong>en</strong> sinds 1978 (85).<br />

Sinds 1998 mag in ons land ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele asbestsoort meer word<strong>en</strong> gebruikt. Het gebruik<br />

van spuitasbest is al sinds 1980 verbod<strong>en</strong> (61).<br />

Asbestvezeltjes kunn<strong>en</strong> vrijkom<strong>en</strong> door verwerking van asbesthoud<strong>en</strong>de material<strong>en</strong><br />

(asbestcem<strong>en</strong>t). Eén van de belangrijkste bronn<strong>en</strong> van asbest in de woning is de “doe-hetzelf”-wereld.<br />

Zo word<strong>en</strong> in de vrije tijd zonder al te veel voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> asbesthoud<strong>en</strong>de<br />

onderdel<strong>en</strong> bewerkt <strong>en</strong> verwerkt. Met name de afbraak van, het bor<strong>en</strong> in <strong>en</strong> het<br />

zag<strong>en</strong> <strong>en</strong> schur<strong>en</strong> van deze onderdel<strong>en</strong> zijn gevaarlijke activiteit<strong>en</strong>.<br />

Vermits het gebruik van asbest pas sinds de jar<strong>en</strong> `50 e<strong>en</strong> grote vlucht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> heeft,<br />

<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met de lange lat<strong>en</strong>tietijd die nodig is vooraleer de bov<strong>en</strong>vermelde<br />

effect<strong>en</strong> zich voordo<strong>en</strong>, zull<strong>en</strong> de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> op dit vlak voor verdere verduidelijking<br />

zorg<strong>en</strong>.<br />

Vlaander<strong>en</strong> legt in het binn<strong>en</strong>milieubesluit 0,1 vezel/cm³ op als interv<strong>en</strong>tiewaarde (59).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Pas op bij het verwijder<strong>en</strong> van oudere vinylvloerbedekking, de onderlaag kan asbest<br />

bevatt<strong>en</strong>.<br />

- Niet zag<strong>en</strong>, bor<strong>en</strong> of schur<strong>en</strong> in asbesthoud<strong>en</strong>de material<strong>en</strong>.<br />

- Bij beschadiging van asbesthoud<strong>en</strong>d materiaal onmiddellijk de nodige maatregel<strong>en</strong><br />

nem<strong>en</strong> afhankelijk van de situatie (afdekk<strong>en</strong>, behandel<strong>en</strong>, verwijder<strong>en</strong>).<br />

25


26<br />

3.2.2.2. Synthetische vezels<br />

De m<strong>en</strong>s zelf produceerde ook minerale vezels (Man Made Mineral Fibers, MMMF).<br />

Deze vezels kunn<strong>en</strong> ingedeeld word<strong>en</strong> in keramische vezels, minerale wol (glaswol,<br />

rotswol, melkwol) <strong>en</strong> vezelachtige mineral<strong>en</strong> (calciumsilicaat-, sepioliet- <strong>en</strong> palygorskietvezels).<br />

Ook MMMF gev<strong>en</strong> pas problem<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> ze in de lucht terechtkom<strong>en</strong>. Vooral<br />

keramische vezels gev<strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> die erg op asbestblootstelling lijk<strong>en</strong> zoals<br />

pleurale plaques, longkanker, mesothelioom <strong>en</strong> longfibrose.<br />

Bij alle MMMF zijn e<strong>en</strong> voorbijgaande irritatie <strong>en</strong>/of ontsteking van huid, og<strong>en</strong> <strong>en</strong> luchtweg<strong>en</strong><br />

beschrev<strong>en</strong>. Bij gebruik moet<strong>en</strong> deze material<strong>en</strong> dan ook dusdanig word<strong>en</strong> ingepakt<br />

dat zij niet vrij kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> in de binn<strong>en</strong>lucht.<br />

Glaswol-, ste<strong>en</strong>wol- <strong>en</strong> slakk<strong>en</strong>wolvezels zijn door IARC(2001) ingedeeld in groep 3 als<br />

niet bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, keramische vezels in groep 2B als mogelijk carcinoge<strong>en</strong><br />

voor de m<strong>en</strong>s.<br />

Keramische vezels gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> kankerrisico van 1.10 -6 bij lev<strong>en</strong>slange blootstelling aan 1<br />

vezel per liter lucht (102). De ACGIH(2000) adviseert voor glas-, ste<strong>en</strong>wol- <strong>en</strong> slakk<strong>en</strong>wolvezels<br />

1 vezel/cm³, voor keramische vezels 0,2 vezels/cm³ (1).<br />

3.2.3. Andere anorganische elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

3.2.3.1. Lood<br />

Lood is sedert geruime tijd gek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> berucht voor zijn toxische eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Het is<br />

e<strong>en</strong> typisch voorbeeld van e<strong>en</strong> x<strong>en</strong>obiotische stof. Lood heeft voor zover bek<strong>en</strong>d ge<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kele fysiologische functie. Beroepsmatige blootstelling vindt m<strong>en</strong> onder meer in de<br />

non-ferrometallurgie.<br />

Figuur 4 : Loodopname bij kinder<strong>en</strong>


In e<strong>en</strong> stadsomgeving war<strong>en</strong> uitlaatgass<strong>en</strong> van auto’s e<strong>en</strong> belangrijke bron van lood dat<br />

in zijn organische verbinding<strong>en</strong> (tetramethyllood) fungeert als anti-klopmiddel. Door<br />

het aanmoedig<strong>en</strong> van het gebruik van loodvrije b<strong>en</strong>zine daalde de loodconc<strong>en</strong>tratie in de<br />

omgevingslucht aanzi<strong>en</strong>lijk.<br />

In veel vooroorlogse huiz<strong>en</strong> <strong>en</strong> in sommige huiz<strong>en</strong> uit de jar<strong>en</strong> vijftig zitt<strong>en</strong> nog waterleiding<strong>en</strong><br />

van lood. Lod<strong>en</strong> buiz<strong>en</strong> zijn dik <strong>en</strong> vaak wat gedeukt of kronkelig. Ze zijn herk<strong>en</strong>baar<br />

als m<strong>en</strong> er in krast. Zonder verf is hun kleur donkergrijs. Dit is vaak te zi<strong>en</strong> bij<br />

de watermeter of bij de aansluiting onder gootste<strong>en</strong> of wasbakk<strong>en</strong>. Ook sommige boilers<br />

<strong>en</strong> geisers bevatt<strong>en</strong> lod<strong>en</strong> leiding<strong>en</strong>. Loodhoud<strong>en</strong>d drinkwater, vooral via inwerking van<br />

zacht, agressief water op de lod<strong>en</strong> leiding<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als gleiswerk via inwerking van zure<br />

stoff<strong>en</strong> zoals azijn, tomat<strong>en</strong>- of vrucht<strong>en</strong>sap op de kleuring, zorg<strong>en</strong> beide voor e<strong>en</strong> extra<br />

belasting.<br />

In de woning vindt m<strong>en</strong> lood vooral terug in loodhoud<strong>en</strong>de verv<strong>en</strong>. Loodhoud<strong>en</strong>de<br />

verv<strong>en</strong>, bestemd voor mur<strong>en</strong> <strong>en</strong> hout<strong>en</strong> oppervlakk<strong>en</strong>, mog<strong>en</strong> wettelijk sedert 1925 niet<br />

meer gebruikt word<strong>en</strong>. Wanneer m<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing houdt met de nodige delay kan het begin<br />

van Wereldoorlog II als e<strong>en</strong> meer realistische gr<strong>en</strong>s beschouwd word<strong>en</strong>. Woning<strong>en</strong><br />

gebouwd vóór 1940 <strong>en</strong> waarvan de verf op mur<strong>en</strong> of ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> deur<strong>en</strong> slecht onderhoud<strong>en</strong><br />

is (afbladder<strong>en</strong>de verf), vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> reëel risico voor de <strong>gezondheid</strong> van jonge kinder<strong>en</strong>,<br />

vooral door knabbel<strong>en</strong> op loodhoud<strong>en</strong>de verfschilfers (“pica”) of door het innem<strong>en</strong> via<br />

de hand<strong>en</strong> van met lood aangerijkt stof. In e<strong>en</strong> aantal sted<strong>en</strong> zoals Antwerp<strong>en</strong> <strong>en</strong> Brussel<br />

werd<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> opsporingscampagne <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong> geled<strong>en</strong> nog 22 gevall<strong>en</strong> van loodintoxicatie<br />

via loodverf vastgesteld. Deze gevall<strong>en</strong> ded<strong>en</strong> zich vooral voor bij weinig gegoed<strong>en</strong>.<br />

De slechte staat van de huurwoning<strong>en</strong> werkte<br />

Figuur 5 : Vere<strong>en</strong>voudigde schematische weergave van het loodmetabolisme van e<strong>en</strong><br />

volwass<strong>en</strong> Europeaan<br />

27


28<br />

de risicosituatie in de hand. Het tijdelijk niet be<strong>won<strong>en</strong></strong> van deze woning<strong>en</strong> vormt, naast<br />

vervanging of sloop, de <strong>en</strong>ige keuzemogelijkheid vooraleer de woning definitief gedecontamineerd<br />

wordt. Decontaminatie kan op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>, bij voorkeur<br />

op e<strong>en</strong> niet stofferige wijze (chemisch decaper<strong>en</strong>). Nadi<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> loodvrije<br />

verf aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Vermeld<strong>en</strong> we t<strong>en</strong>slotte nog dat loodhoud<strong>en</strong>de verf nog steeds op de<br />

markt is, doch <strong>en</strong>kel bestemd voor metal<strong>en</strong> (zog<strong>en</strong>aamde roestvrije verf, loodm<strong>en</strong>ie).<br />

Volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> nem<strong>en</strong> anorganisch lood vooral op via de ademhalingsweg<strong>en</strong>. Afhankelijk<br />

van de diameter van de partikeltjes wordt lood neergezet in de alveol<strong>en</strong> <strong>en</strong> daar voor<br />

± 50 % geabsorbeerd. Via het maagdarmstelsel wordt bij volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> 10% van het lood<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, bij kinder<strong>en</strong> kan dit oplop<strong>en</strong> tot 40 a 50 %. Lood accumuleert zich vooral<br />

in het skelet. De halfwaardetijd bedraagt ti<strong>en</strong> jaar. De klacht<strong>en</strong> zijn erg wissel<strong>en</strong>d <strong>en</strong> atypisch:<br />

zwaktegevoel, vermagering, metaalsmaak in de mond, maagpijn, constipatie. Bij<br />

gevorderde intoxicatie ontstaan loodkoliek<strong>en</strong> (pijnlijke, hevige buikkramp<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> paar<br />

uur kunn<strong>en</strong> dur<strong>en</strong>) <strong>en</strong> perifere neuropathie met parese of paralyse van de actief gebruikte<br />

spier<strong>en</strong> (drophand of dropvoet). Lood kan volg<strong>en</strong>de orgaansystem<strong>en</strong> aantast<strong>en</strong> : bloedaanmaak,<br />

z<strong>en</strong>uwstelsel, maagdarmstelsel, nier<strong>en</strong>, vitamine D-metabolisme <strong>en</strong> voortplanting.<br />

Verhoogde loodwaard<strong>en</strong> bij jonge kinder<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot aantasting van de ontwikkeling<br />

van het z<strong>en</strong>uwstelsel wat meebr<strong>en</strong>gt dat zowel de emotionele als de intellectuele functies<br />

word<strong>en</strong> beschadigd. Dit k<strong>en</strong>merkt zich door conc<strong>en</strong>tratiestoorniss<strong>en</strong>, slechtere schoolprestaties,<br />

emotionele labiliteit <strong>en</strong> lagere scores op intellig<strong>en</strong>tietest<strong>en</strong>.<br />

De MAC(1998) voor anorganisch lood bedraagt 150 µg/m³ (63). De ACGIH(2000) adviseert<br />

als TLV 50 µg/m³ (1). De WGO(2000) adviseert als jaargemiddelde waarde<br />

0,5 µg/m³ (102). NAAQS adviseert voor woning<strong>en</strong> 1 ,5 µg/m³ per 3 maand (111).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Laat lod<strong>en</strong> leiding<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> zodra dit mogelijk is.<br />

- Laat ‘s morg<strong>en</strong>s het water e<strong>en</strong> tijdje doorlop<strong>en</strong>. Het toilet doorspoel<strong>en</strong> komt de doorspoeling<br />

t<strong>en</strong> goede.<br />

- Drink <strong>en</strong> kook ge<strong>en</strong> water dat langer dan uur in e<strong>en</strong> lod<strong>en</strong> leiding heeft gestaan.<br />

Gebruik het zeker niet voor flesvoeding van e<strong>en</strong> baby. Ververs dan eerst de inhoud<br />

van de leiding door het water 1 tot 2 minut<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> strom<strong>en</strong>. In de meeste huiz<strong>en</strong><br />

kost dit 10 tot 20 liter water per keer.<br />

- Gebruik nooit heet kraanwater om te drink<strong>en</strong>.<br />

- Jonge kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> afbladder<strong>en</strong>de verf gaan niet sam<strong>en</strong>. In principe zijn dergelijke<br />

woning<strong>en</strong> onbewoonbaar voor kinder<strong>en</strong>.<br />

Ofwel moet<strong>en</strong> de afbladder<strong>en</strong>de material<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong>, ofwel moet<strong>en</strong> de verflag<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> afgedekt of moet<strong>en</strong> de verfschilfers op adequate wijze word<strong>en</strong> verwijderd.<br />

- Afschur<strong>en</strong> van verf kan niet als jonge kinder<strong>en</strong> (


3.2.3.2. Kwik<br />

Het brek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ouderwetse koortsthermometer of sommige soort<strong>en</strong> thermostat<strong>en</strong> kan<br />

kwikzilver verspreid<strong>en</strong>, glimm<strong>en</strong>de grijze druppeltjes. Het is moeilijk dit kwik helemaal<br />

op te ruim<strong>en</strong>, vooral op e<strong>en</strong> vloerkleed of vaste vloerbedekking. Hierdoor kan je veel<br />

kwik binn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> via je huid <strong>en</strong> door het inadem<strong>en</strong> van kwikdamp.<br />

Kwik is het <strong>en</strong>ige metaal dat onder normale omstandighed<strong>en</strong> vloeibaar is. Gemorst kwik<br />

geeft zelfs bij kamertemperatuur e<strong>en</strong> hoge dampconc<strong>en</strong>tratie in de lucht. Metallisch kwik<br />

kan in de woning onder andere voorkom<strong>en</strong> in thermometers, barometers <strong>en</strong> TL-lamp<strong>en</strong>.<br />

Ook aardgas bevat metallisch kwik (± 6 µg Hg/m³). Anorganisch kwik kan in de woning<br />

voorkom<strong>en</strong> in sommige latexverv<strong>en</strong>.<br />

De mate van resorptie van kwikverbinding<strong>en</strong> is slecht bek<strong>en</strong>d, de belangrijkste ophoping<br />

gebeurt in de nier<strong>en</strong> ter hoogte van de tubuli.<br />

Kwikdamp<strong>en</strong> <strong>en</strong> organische kwikverbinding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aantasting van het c<strong>en</strong>trale z<strong>en</strong>uwstelsel<br />

veroorzak<strong>en</strong>. Zo kunn<strong>en</strong> naast persoonlijkheidsstoorniss<strong>en</strong> die gepaard gaan met<br />

slapeloosheid, geheug<strong>en</strong>verlies <strong>en</strong> depressieve stemming<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s neurologische verwikkeling<strong>en</strong><br />

op de voorgrond staan. Tremor<strong>en</strong> van vingers, oogled<strong>en</strong> <strong>en</strong> lipp<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

hierbij frequ<strong>en</strong>t beschrev<strong>en</strong>.<br />

De MAC(1998) voor metallisch kwik bedraagt 25 µg/m³ (63), deze waarde is ook de TLV<br />

van de ACGIH(2000) (1). De WGO(2000) adviseert als jaargemiddelde waarde 1 µg/m³<br />

(102). De GG&GD Amsterdam adviseert voor woning<strong>en</strong> maximaal 0,6 µg/m³ (76).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Gebruik ge<strong>en</strong> koortsthermometer met kwik. Lever hem in als chemisch afval voordat<br />

hij breekt.<br />

- Als er kwik is gemorst, gebruik dan ge<strong>en</strong> stofzuiger; dit procédé verspreidt het kwik<br />

immers juist in de lucht.<br />

- Gemorst kwik moet zo snel mogelijk word<strong>en</strong> opgeruimd. Op e<strong>en</strong> gladde vloer bijvoorbeeld<br />

via sam<strong>en</strong>veg<strong>en</strong> op papier (huishoudrol).<br />

- Oppervlakk<strong>en</strong> die niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> schoongemaakt word<strong>en</strong> zo mogelijk verwijderd.<br />

29


30<br />

3.3. Tabak<br />

Over rok<strong>en</strong> bestaat nog weinig discussie, het is schadelijk voor de <strong>gezondheid</strong>. Ook van<br />

passieve blootstelling aan tabaksrook is dit ondertuss<strong>en</strong> bewez<strong>en</strong>. Toch will<strong>en</strong> sommig<strong>en</strong><br />

blijv<strong>en</strong> g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong> van sigaret, sigaar of pijp.<br />

Tabaksrook is e<strong>en</strong> aërosol van minst<strong>en</strong>s 2500 verschill<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>, met als belangrijkste<br />

bestanddel<strong>en</strong>: koolstofmonoxide, b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, tolue<strong>en</strong>, formaldehyde, aromatische amines,<br />

PAKs, roetdeeltjes <strong>en</strong> fijn stof.<br />

Conc<strong>en</strong>tratie in de binn<strong>en</strong>lucht is afhankelijk van het volume van de kamer, de v<strong>en</strong>tilatiewaarde,<br />

het aantal rokers <strong>en</strong> de frequ<strong>en</strong>tie van het tabaksgebruik. De invloed van tabaksrook<br />

op de <strong>gezondheid</strong> is meer dan bek<strong>en</strong>d. De invloed strekt zich ook uit tot alle person<strong>en</strong><br />

aanwezig in dezelfde ruimte, niet-rokers inbegrep<strong>en</strong>.<br />

Vermeld<strong>en</strong> we als voornaamste gevolg<strong>en</strong>, zowel voor rokers als voor niet rokers die<br />

word<strong>en</strong> blootgesteld aan tabaksrook, de ontwikkeling van chronisch obstructief longlijd<strong>en</strong><br />

(COPD), hart- <strong>en</strong> vaatziekt<strong>en</strong>, kankers van lip, neus, long, blaas <strong>en</strong> maagdarmkanaal,<br />

sinusitis, conjunctivitis. In onze geïndustrialiseerde land<strong>en</strong> is tabaksrook, vooral door de<br />

hoge stofconc<strong>en</strong>traties, de voornaamste oorzaak binn<strong>en</strong>shuis van niet-carcinog<strong>en</strong>e effect<strong>en</strong><br />

op de luchtweg<strong>en</strong> zoals chronische bronchitis, emfyseem <strong>en</strong> astma (75). Verder is het<br />

de voornaamste oorzaak van longkanker.<br />

Het debiet frisse lucht dat gewoonlijk aangerad<strong>en</strong> wordt gaat van minimum 20 m³ per uur<br />

per persoon tot 40 m³ per uur per persoon. Op e<strong>en</strong> ruimte van 25 m³ per persoon <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

gemiddelde van één sigaret per uur, wil dit zegg<strong>en</strong> dat bij minimaal debiet het risico op<br />

neusirritatie blijft, <strong>en</strong> er zelfs bij maximum debiet van 40 m³ reukhinder blijft. In woning<strong>en</strong><br />

is het optimale debiet 50 m³ per sigaret, wat wil zegg<strong>en</strong>, 1,3 tot 2 luchtverversing<strong>en</strong><br />

per uur per sigaret.<br />

Test<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> uit dat minimum 8 luchtverversing<strong>en</strong> per uur nodig zijn om e<strong>en</strong> ruimte van<br />

50 m³ met e<strong>en</strong> rookfrequ<strong>en</strong>tie van 6 sigarett<strong>en</strong> per uur, binn<strong>en</strong> het toelaatbare te houd<strong>en</strong>,<br />

of 65 m³ frisse lucht per sigaret (49).<br />

Conclusie is dat de maximum aanvaardbare v<strong>en</strong>tilatie van 40 m³ per uur per persoon niet<br />

meer efficiënt werkt wanneer het tabaksgebruik meer bedraagt dan één sigaret per uur per<br />

persoon in ruimt<strong>en</strong> van 25 m³ per persoon (50).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Rook niet in huis, zeker niet in het bijzijn van kinder<strong>en</strong> of niet-rokers.<br />

- Wordt er in huis toch gerookt, v<strong>en</strong>tileer of lucht dan extra, of rook onder de dampkap.<br />

- Houd t<strong>en</strong>minste de slaapkamers rookvrij.


3.4. Verbrandingsproduct<strong>en</strong><br />

3.4.1. Algeme<strong>en</strong><br />

De meest gebruikte methode van verwarming bestaat uit de directe verbranding van fossiele<br />

brandstoff<strong>en</strong>, omdat deze nog altijd relatief goedkoper zijn dan elektriciteit. Voorbeeld<strong>en</strong><br />

van fossiele brandstoff<strong>en</strong> zijn stookolie, ste<strong>en</strong>kool <strong>en</strong> aardgas. Zij hebb<strong>en</strong> echter<br />

het nadeel zeer veel zuurstof te verbruik<strong>en</strong> bij verbranding <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal toxische<br />

product<strong>en</strong> vrij te gev<strong>en</strong> zoals koolstofoxid<strong>en</strong> (CO x ), stikstofoxid<strong>en</strong> (NO x ) <strong>en</strong> zwaveloxid<strong>en</strong><br />

(SO x ), maar ook polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong> (PAKs), aldehyd<strong>en</strong>,<br />

waaronder formaldehyde, <strong>en</strong> zure gass<strong>en</strong> zoals salpeterzuur (HNO 3 ) <strong>en</strong> salpeterigzuur<br />

(HONO). En niet te verget<strong>en</strong> roetdeeltjes. De conc<strong>en</strong>tratie van deze product<strong>en</strong> in de<br />

woning hangt sam<strong>en</strong> met de gebruikte brandstof, het trekvermog<strong>en</strong> van de schoorste<strong>en</strong>, de<br />

afstelling van de branders, het soort kachel, de luchttoevoer, de plaats in de woning <strong>en</strong> het<br />

onderhoud.<br />

Bijzondere problem<strong>en</strong> voor het milieu stell<strong>en</strong> de op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kol<strong>en</strong>- <strong>en</strong> houtkachels<br />

die, sinds de prijs van de olieproduct<strong>en</strong> is gesteg<strong>en</strong> terug <strong>en</strong>orm veel gebruikt word<strong>en</strong>.<br />

Bij op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> is de trek van de schoorste<strong>en</strong> moeilijk te regel<strong>en</strong> <strong>en</strong> krijgt m<strong>en</strong> makkelijk<br />

teg<strong>en</strong>trek, waardoor rook in de kamer terechtkomt. Bij kachels treedt er emissie op<br />

telk<strong>en</strong>s de kachel geop<strong>en</strong>d wordt voor het bijvull<strong>en</strong>. De conc<strong>en</strong>traties binn<strong>en</strong>shuis van<br />

koolstofmonoxide, organische elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zwaveldioxide <strong>en</strong> stofdeeltjes, ligg<strong>en</strong> in deze<br />

gevall<strong>en</strong> dan ook erg hoog.<br />

E<strong>en</strong> houtkachel verspreidt veel meer verontreiniging dan e<strong>en</strong> andere verwarming van e<strong>en</strong><br />

woning. In de nabije omgeving kan de rook zeer hinderlijk zijn. Problematisch zijn vooral<br />

e<strong>en</strong> lage schoorste<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> kachel met overcapaciteit, frequ<strong>en</strong>t gebruik <strong>en</strong> het stok<strong>en</strong> van<br />

ander materiaal dan zeer droog hout. Hoe zachter de wind des te minder de rook weggezog<strong>en</strong><br />

wordt <strong>en</strong> des te meer overlast er optreedt in de omgeving. De overlast bestaat<br />

uit stank, neerslag van roet <strong>en</strong> soms ook verspreiding van vonk<strong>en</strong>. In sommige gevall<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> bur<strong>en</strong> last van prikkeling van og<strong>en</strong>, neus <strong>en</strong> keel. Dit is e<strong>en</strong> voorbijgaande aantasting<br />

van de <strong>gezondheid</strong>. Daarnaast bestaat hinder doordat de bur<strong>en</strong> niet goed kunn<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong><br />

of de was niet buit<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> zonder last van stank <strong>en</strong> roet te krijg<strong>en</strong>. Rook<br />

is in theorie kankerverwekk<strong>en</strong>d, maar om e<strong>en</strong> werkelijk risico te vorm<strong>en</strong> moet de blootstelling<br />

int<strong>en</strong>sief zijn. Modelberek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> meting<strong>en</strong> wijz<strong>en</strong> er echter op dat houtstook<br />

meestal niet g<strong>en</strong>oeg giftige stoff<strong>en</strong> verspreidt om e<strong>en</strong> reëel risico te vorm<strong>en</strong> voor bur<strong>en</strong> of<br />

voorbijgangers.<br />

Voor de bewoners zelf van het huis met de houtkachel bestaan grotere risico’s. Vooral<br />

kinder<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> vaker verkoudheid, astma, bronchitis <strong>en</strong> longontsteking in huiz<strong>en</strong> waarin<br />

dagelijks hout wordt gestookt. Ook zijn binn<strong>en</strong>shuis tijd<strong>en</strong>s het stok<strong>en</strong> te hoge gehalt<strong>en</strong><br />

gemet<strong>en</strong> van stoff<strong>en</strong> zoals polycylische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong> (PAK), zelfs wanneer<br />

het binn<strong>en</strong> niet rokerig is. De hoeveelheid verontreiniging in de binn<strong>en</strong>lucht hangt af<br />

van het type houtkachel. E<strong>en</strong> helemaal geslot<strong>en</strong> model vervuilt minder dan e<strong>en</strong> model met<br />

op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>haard. Verder hangt de verontreiniging van het binn<strong>en</strong>milieu af van<br />

de trek in de schoorste<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dichtgezette uitlaatklep, e<strong>en</strong> verstopt schoorste<strong>en</strong>kanaal,<br />

e<strong>en</strong> lage uitmonding van de afvoerpijp <strong>en</strong> weinig wind kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot te weinig afvoer<br />

31


32<br />

Allesbranders <strong>en</strong> op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> zijn veelal ongeschikt als hoofdbron van verwarming.<br />

U kunt af <strong>en</strong> toe hout stok<strong>en</strong> zonder gevaar voor de <strong>gezondheid</strong>, als u verstandig<br />

stookt:<br />

- Kies e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> kachel met e<strong>en</strong> kleine capaciteit.<br />

- Controleer de trek in de schoorste<strong>en</strong>.<br />

- Laat elk jaar de schoorste<strong>en</strong> veg<strong>en</strong>.<br />

- Stook niet bij weinig wind.<br />

- Stook niet wanneer bewoners last hebb<strong>en</strong> van og<strong>en</strong>, neus, keel of long<strong>en</strong>.<br />

- Stook alle<strong>en</strong> hout dat 1 of 2 jaar gedroogd is.<br />

- Stook ge<strong>en</strong> geverfd, gelakt of gelijmd hout.<br />

- Verbrand ge<strong>en</strong> afval.<br />

- Gebruik hout dat t<strong>en</strong>minste vuistdik is.<br />

- Stapel de stukk<strong>en</strong> met g<strong>en</strong>oeg ruimte ertuss<strong>en</strong> in de kachel.<br />

- Op<strong>en</strong> de toevoer van lucht in de kachel <strong>en</strong> de uitlaatklep naar de schoorste<strong>en</strong>.<br />

- V<strong>en</strong>tileer de kamer waarin de kachel staat.<br />

- Mors ge<strong>en</strong> as in huis.<br />

van rook. Het smor<strong>en</strong> van de luchttoevoer naar de kachel, het stok<strong>en</strong> van nat hout of het te<br />

dicht teg<strong>en</strong> elkaar stapel<strong>en</strong> van het hout kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot vorming van te veel rook.<br />

Vanuit <strong>gezondheid</strong>soogpunt moet<strong>en</strong> verwarmingstoestell<strong>en</strong> steeds op e<strong>en</strong> schoorste<strong>en</strong><br />

aangeslot<strong>en</strong> zijn weg<strong>en</strong>s de giftige verbrandingsproduct<strong>en</strong> (ste<strong>en</strong>kool, stookolie, gas) of<br />

omdat ze onder druk staan (aardgas, propaan) zodat bij lekk<strong>en</strong> de gass<strong>en</strong> via de schoorste<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> ontsnapp<strong>en</strong>.<br />

Verwarmingstoestell<strong>en</strong> die werk<strong>en</strong> door verbranding <strong>en</strong> zonder schoorste<strong>en</strong>, meestal als<br />

bijkom<strong>en</strong>de verwarmingsbron gebruikt, gev<strong>en</strong> altijd grote hoeveelhed<strong>en</strong> CO 2 af, ook NO x ,<br />

<strong>en</strong> bij slechte werking ook CO. Dergelijke verwarming is af te rad<strong>en</strong>.<br />

Als de sterkte van de verwarming geschat wordt op gemiddeld 10 kW, is het volume lucht<br />

nodig voor de verbranding 10 tot 15 m³ per uur, afhankelijk van de gebruikte brandstof.<br />

Dit stemt overe<strong>en</strong> met 0,2 tot 0,4 luchtverversing<strong>en</strong> per uur, veel lager dus dan deze nodig<br />

voor de meeste andere doeleind<strong>en</strong>.<br />

Lat<strong>en</strong> we nu ev<strong>en</strong> stilstaan bij de verschill<strong>en</strong>de afzonderlijke gevar<strong>en</strong> van onze verwarming.<br />

3.4.2. Asfyxantia<br />

Asfyxantia zijn biologisch niet-actieve stoff<strong>en</strong> die de zuurstof uit onze inademingslucht<br />

verdring<strong>en</strong>. De zuurstofconc<strong>en</strong>tratie in de lucht mag niet zakk<strong>en</strong> onder de 18% (normaal<br />

is de zuurstofconc<strong>en</strong>tratie 21%). Dit betek<strong>en</strong>t dat deze stoff<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> in hogere conc<strong>en</strong>traties,<br />

bov<strong>en</strong> 10% volume in de inademingslucht, gevaarlijk zijn.<br />

De belangrijkste zuurstofverdringers zijn stikstof, methaan, propaan <strong>en</strong> butaan.


Wanneer de zuurstofconc<strong>en</strong>tratie zakt onder 8%, raakt m<strong>en</strong>, vrijwel zonder waarschuwingssymptom<strong>en</strong>,<br />

bewusteloos. Bij conc<strong>en</strong>traties rond 15% tred<strong>en</strong> hoofdpijn, duizeligheid,<br />

oorsuizing<strong>en</strong> <strong>en</strong> lichts<strong>en</strong>saties op.<br />

stikstof<br />

zuurstof<br />

argon<br />

koolstofdioxide<br />

neon<br />

helium<br />

methaan<br />

krypton<br />

distikstofoxide<br />

overige gass<strong>en</strong><br />

Tabel 2 : Normale sam<strong>en</strong>stelling van de lucht in de atmosfeer<br />

3.4.3. Koolstofdioxide (CO 2 )<br />

Koolstofdioxide is fysiologisch actief <strong>en</strong> interfereert met het ademhalingsc<strong>en</strong>trum. Het is<br />

in de lucht aanwezig a rato van 0,03% volume. Op zich wordt het niet direct als e<strong>en</strong> luchtverontreinig<strong>en</strong>de<br />

stof beschouwd. Bij conc<strong>en</strong>tratie tuss<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 3% wordt de ademhaling<br />

versneld <strong>en</strong> neemt de hartfrequ<strong>en</strong>tie toe; bov<strong>en</strong> de 4% wordt de ademhaling gestimuleerd;<br />

bov<strong>en</strong> 7% ontstaan hoofdpijn, duizeligheid <strong>en</strong> transpiratie; uiteindelijk, bov<strong>en</strong> 17%, treedt<br />

bewusteloosheid op.<br />

Al zijn verbrandingstoestell<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote bron, de belangrijkste CO 2 -bron is de uitademingslucht<br />

van de bewoners.<br />

Koolstofdioxide is e<strong>en</strong> goede indicator voor de v<strong>en</strong>tilatie. E<strong>en</strong> hoog gehalte koolstofdioxide<br />

in de woning duidt aan dat de v<strong>en</strong>tilatie tekort schiet. Er is immers e<strong>en</strong> duidelijke<br />

sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> het koolstofdioxidegehalte <strong>en</strong> de andere gemet<strong>en</strong> verontreiniging<strong>en</strong>.<br />

Het verlucht<strong>en</strong> van de woning verlaagt niet onmiddellijk het gehalte koolstofdioxide. In<br />

huiz<strong>en</strong> waar de bewoners vaak verlucht<strong>en</strong> is het koolstofdioxidegehalte dikwijls hoog.<br />

Dit komt omdat de bewoners verlucht<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> behoefte aan frisse lucht, niet door e<strong>en</strong><br />

behoefte aan gezonde lucht. Verlucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> zijn dus duidelijk niet gelijkwaardig.<br />

E<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie van 1800 mg/m³ (1000 ppm) geeft 20% ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> (muffe lucht). De<br />

conc<strong>en</strong>tratie in woning<strong>en</strong> stijgt zeld<strong>en</strong> uit bov<strong>en</strong> 5400 mg/m³ (3000 ppm). Als lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>d<br />

wordt het ti<strong>en</strong>voudige aanvaard. In de buit<strong>en</strong>lucht zijn de conc<strong>en</strong>traties CO 2<br />

ongeveer 630-720 mg/m³ (350-400 ppm).<br />

Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde 900 mg/m³ (59).<br />

N 2<br />

O 2<br />

Ar<br />

CO 2<br />

Ne<br />

He<br />

CH 4<br />

Kr<br />

N 2 0<br />

vol %<br />

78,1<br />

20,93<br />

0,93<br />

0,03<br />

0,002<br />

0,000 5<br />

0,000 1<br />

0,000 1<br />

0,000 05<br />

0,007<br />

33


34<br />

3.4.4. Koolstofmonoxide (CO)<br />

Koolstofmonoxide is het meest voorkom<strong>en</strong>de toxische gas. Het is reuk-, kleur- <strong>en</strong> smaakloos,<br />

wat maakt dat het niet wordt opgemerkt. Het komt vrij bij verschill<strong>en</strong>de chemische<br />

process<strong>en</strong>, doch vooral bij onvolledige verbranding van koolstof bevatt<strong>en</strong>de product<strong>en</strong><br />

(fossiele brandstof, zoals ste<strong>en</strong>kool, gas, hout, e.d.; sigarett<strong>en</strong>, <strong>en</strong>z.).<br />

In ons lichaam wordt koolstofmonoxide uitsluit<strong>en</strong>d opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> via de luchtweg<strong>en</strong>,<br />

waarna het zich vervolg<strong>en</strong>s in het bloed bindt met het hemoglobine, de normale drager<br />

van zuurstof. Deze verbinding is 200 maal sterker dan deze tuss<strong>en</strong> hemoglobine <strong>en</strong> zuurstof,<br />

waardoor zuurstof wordt verdrong<strong>en</strong>. Tezelfdertijd wordt de zuurstof die gebond<strong>en</strong> is<br />

aan hemoglobine moeilijker afgegev<strong>en</strong>.<br />

Inademing geeft cardiovasculaire implicaties. Koolstofmonoxide-intoxicaties kom<strong>en</strong> nog<br />

steeds erg frequ<strong>en</strong>t voor. Jaarlijks sterv<strong>en</strong> nog tal van person<strong>en</strong> aan de gevolg<strong>en</strong> van de<br />

vergiftiging. Koolstofmonoxide blijft nog steeds het sterkste gif dat in de woning kan<br />

voorkom<strong>en</strong>. Het hoev<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel niet steeds slecht trekk<strong>en</strong>de schoorst<strong>en</strong><strong>en</strong> te zijn die<br />

hiervoor als de verantwoordelijke kunn<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Ook slecht afgestelde<br />

geisers in onvoldo<strong>en</strong>de gev<strong>en</strong>tileerde badkamers kunn<strong>en</strong> de lucht verrijk<strong>en</strong> met CO. Bij<br />

kachels kan de oorzaak ligg<strong>en</strong> bij de onvoldo<strong>en</strong>de aanvoer van zuurstof, bij lekk<strong>en</strong> in de<br />

schoorste<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij niet gereinigde rookkanal<strong>en</strong>. Inversietoestand<strong>en</strong> zoals bij mist waarbij<br />

de temperatuursgradiënt van de luchtlag<strong>en</strong> omgedraaid is, bevorder<strong>en</strong> de ongevall<strong>en</strong>.<br />

COHb-gehalte in<br />

het bloed (%)<br />

< 3<br />

3 - 10<br />

10-20<br />

20-30<br />

30-40<br />

40-60<br />

60-80<br />

> 80<br />

symptom<strong>en</strong><br />

Tabel 3 : Overzicht van de effect<strong>en</strong> van CO (98)<br />

ge<strong>en</strong> symptom<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d<br />

lichte verschijnsel<strong>en</strong> als afwijking<strong>en</strong> in het ECG, afname van reactie-<br />

<strong>en</strong> onderscheidingsvermog<strong>en</strong><br />

in sterkere mate afwijking<strong>en</strong> in het ECG <strong>en</strong> afname van reactie- <strong>en</strong><br />

onderscheidingsvermog<strong>en</strong>, drukk<strong>en</strong>d gevoel op hoofd, kortademigheid<br />

bij zware inspanning<br />

kortademigheid bij matige inspanning, bonz<strong>en</strong>d gevoel in het hoofd,<br />

verminderd oordeelsvermog<strong>en</strong><br />

gezichtsstoorniss<strong>en</strong>, prikkelbaarheid, duizeligheid, misselijkheid,<br />

zwaktegevoel, hartklopping<strong>en</strong><br />

verwardheid, brak<strong>en</strong>, bewustzijnsverlies bij geringe inspanning<br />

coma, stuiptrekking<strong>en</strong>, wijde pupill<strong>en</strong><br />

snel dood


Figuur 6 : Bindingscurve O 2 <strong>en</strong> CO van het bloed<br />

(naar Sesam Atlas van de fysiologie p. 88 - 1981)<br />

35


36<br />

Bij het gebruik van geisers of gasfornuiz<strong>en</strong> in de badkamer of keuk<strong>en</strong> ligt de oorzaak van<br />

de productie van CO vaak in het feit dat het volume lucht i.c. zuurstof niet aangepast is<br />

aan de geproduceerde verbranding. Zo ontstaat er e<strong>en</strong> onvolledige verbranding, met het<br />

vrijkom<strong>en</strong> van CO als gevolg. Op dit og<strong>en</strong>blik word<strong>en</strong> geisers uitgerust met e<strong>en</strong> atmosferische<br />

beveiliging. Dergelijke beveiliging reageert op e<strong>en</strong> overmaat aan CO 2 in de lucht <strong>en</strong><br />

sluit de gastoevoer van de geiser af. E<strong>en</strong> tweede veiligheid is de aansluiting op e<strong>en</strong> afvoer<br />

naar buit<strong>en</strong>. Afvoerloze geisers zijn ontoelaatbaar.<br />

Naast onvoldo<strong>en</strong>de aanvoer van zuurstof zijn ook vervuiling van de branders <strong>en</strong> overbelasting<br />

van het toestel belangrijke oorzak<strong>en</strong> van CO-vorming. Het is dan ook erg belangrijk<br />

alle verbrandingstoestell<strong>en</strong> minimaal jaarlijks te lat<strong>en</strong> schoonmak<strong>en</strong> <strong>en</strong> correct te<br />

lat<strong>en</strong> afstell<strong>en</strong>.<br />

Ook de garage kan e<strong>en</strong> bron zijn van CO-intoxicatie. Dit gebeurt dan door draai<strong>en</strong>de<br />

motor<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> dringt CO makkelijk door mur<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte wijz<strong>en</strong> wij op het<br />

gevaar van CO-vergiftiging bij brand in de woning.<br />

De Nederlandse Gezondheidsraad (1975) adviseert 35 ppm (uurgemiddelde) <strong>en</strong> 9 ppm<br />

(achtuursgemiddelde) (29), de WGO (2000) 91 ppm (15 min), 55 ppm (30 min), 27 ppm<br />

(1 h) <strong>en</strong> 9 ppm (8 h) (102). Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde<br />

5,7 mg/m³ (daggemiddelde waarde) <strong>en</strong> als interv<strong>en</strong>tiewaarde 30 mg/m³ (uurgemiddeldewaarde)<br />

(59).<br />

Tabel 4 : Verband COHb-gehalte in het bloed <strong>en</strong> de CO-conc<strong>en</strong>tratie in de inademingslucht<br />

<strong>en</strong> de blootstellingsduur (98)


3.4.5. Zwaveldioxide (SO 2 )<br />

Zwaveldioxide is e<strong>en</strong> gas met e<strong>en</strong> karakteristieke, prikkel<strong>en</strong>de geur <strong>en</strong> is goed oplosbaar<br />

in water, waarmee het zwaveligzuur (H2SO3) vormt.<br />

Meestal wordt het gas teg<strong>en</strong>gehoud<strong>en</strong> door de vochtige bov<strong>en</strong>ste luchtweg<strong>en</strong>, doch geadsorbeerd<br />

op stofdeeltjes ev<strong>en</strong>tueel reeds omgezet tot zwavelzuur kan het dieper in de<br />

luchtweg<strong>en</strong> afgezet word<strong>en</strong>.<br />

Hoge conc<strong>en</strong>traties veroorzak<strong>en</strong> neusloop, hoest<strong>en</strong> <strong>en</strong> pijn in de og<strong>en</strong>. Jar<strong>en</strong>lange blootstelling<br />

aan conc<strong>en</strong>traties van ongeveer 1 ppm kan verminderde longfunctie, bronchitis <strong>en</strong><br />

emfyseem veroorzak<strong>en</strong>.<br />

De WGO(2000) adviseert als daggemiddelde 125 µg/m³ <strong>en</strong> als jaargemiddelde 50 µg/m³<br />

(102). De MAC-waarde (1998) bedraagt 5,3 mg/m³ (2 ppm) (63). Dit is ook de TLV van<br />

de ACGIH(2000) (1).<br />

3.4.6. Stikstofoxid<strong>en</strong> (NO x )<br />

Meestal kom<strong>en</strong> het stikstofmonoxide (NO) <strong>en</strong> het stikstofdioxide (NO2) beide voor. Bij<br />

het verbrand<strong>en</strong> van brandstof op hoge temperatuur word<strong>en</strong> de stikstof <strong>en</strong> de zuurstof uit<br />

de lucht gebond<strong>en</strong>.<br />

Door zijn geringe wateroplosbaarheid dringt stikstofdioxide diep in de luchtweg<strong>en</strong> door,<br />

waar het met water reageert <strong>en</strong> salpeterzuur (HNO3) vormt, wat sterk prikkel<strong>en</strong>d werkt <strong>en</strong><br />

ontsteking van de luchtweg<strong>en</strong> veroorzaakt.<br />

Patiënt<strong>en</strong> met luchtwegaando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> reager<strong>en</strong> reeds bij conc<strong>en</strong>traties van 2,8 mg/m³ (1,5<br />

ppm). Jar<strong>en</strong>lange blootstelling aan 3,8 mg/m³ (2 ppm) kan leid<strong>en</strong> tot hoest<strong>en</strong>, opgev<strong>en</strong><br />

van sputum, dyspnee <strong>en</strong> soms emfyseem.<br />

Bij acute blootstelling aan hoge conc<strong>en</strong>traties ontstaat er kans op longoedeem. Dit longoedeem<br />

verschijnt meestal na 12 tot 24 uur. Longoedeem houdt e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>de situatie<br />

in. Door zijn laattijdig voorkom<strong>en</strong> wordt het verband met stikstofoxid<strong>en</strong> herhaaldelijk<br />

misk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> wordt bijgevolg het risico onderschat.<br />

De geurdrempel voor NO2 ligt bij ongeveer 400 µg/m³ (0,2 ppm), het geeft e<strong>en</strong> bitterzoete<br />

geur.<br />

De WGO (2000) stelt voor NO 2 500 µg/m³ (10 min), 125 µg/m³ (dag), 50 µg/m³ (jaar)<br />

(102). De MAC-waarde (1998) bedraagt 5,7 mg/m³ (3 ppm) (63). Dit is ook de TLV van<br />

de ACGIH(2000) (1). Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde 135 µg/<br />

m³ (uurgemiddelde waarde) <strong>en</strong> als interv<strong>en</strong>tiewaarde 200 µg/m³ (uurgemiddelde waarde)<br />

(59).<br />

Bijlage 2.5.1 van Vlarem II geeft voor NO2 als richtwaarde voor het P98 135 µg/m³, <strong>en</strong><br />

voor het P50 50 µg/m³, als gr<strong>en</strong>swaarde voor het P98 200 µg/m³.<br />

3.4.7. Polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong><br />

Polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong> (PAKs) zijn e<strong>en</strong> groep organische stoff<strong>en</strong><br />

opgebouwd uit minimaal twee aromatische ring<strong>en</strong>. Iedere aromatische ring bestaat uit zes<br />

koolstofatom<strong>en</strong> (C). Er zijn <strong>en</strong>kele honderd<strong>en</strong> PAKs bek<strong>en</strong>d. Praktisch gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

37


38<br />

meestal slechts <strong>en</strong>kele stoff<strong>en</strong> uit deze reeks gescre<strong>en</strong>d in het milieu. Er bestaan hoog- <strong>en</strong><br />

laagmoleculaire verbinding<strong>en</strong>. De laagmoleculaire PAKs zijn over het algeme<strong>en</strong> vluchtig,<br />

goed oplosbaar in water <strong>en</strong> slecht oplosbaar in vet. De hoogmoleculaire PAKs zijn minder<br />

vluchtig, goed oplosbaar in vet <strong>en</strong> slecht oplosbaar in water. In de lucht zijn hogere PAKs<br />

meestal gebond<strong>en</strong> aan stofdeeltjes. De best gek<strong>en</strong>de PAK is b<strong>en</strong>zo(a)pyre<strong>en</strong> (BaP) hor<strong>en</strong>d<br />

bij de hoogmoleculaire groep. BaP is carcinoge<strong>en</strong>. Meestal wordt hij gebruikt als indicator<br />

voor risico-inschatting bij blootstelling aan PAKs.<br />

Figuur 7 : Enkele zeer kankerverwekk<strong>en</strong>de PAKs<br />

In de binn<strong>en</strong>lucht zijn houtkachels, op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> <strong>en</strong> rok<strong>en</strong> de grootste bron. Bij het stok<strong>en</strong><br />

van droog, onbewerkt hout kom<strong>en</strong> PAKs, stof <strong>en</strong> CO vrij, mogelijk ook b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>, tolue<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> aldehyd<strong>en</strong>. Het stok<strong>en</strong> van verontreinigd hout (nat, geverfd, geïmpregneerd) of plastic<br />

geeft extra vervuiling, zelfs dioxin<strong>en</strong>. Ook brad<strong>en</strong>, bakk<strong>en</strong> of barbecu<strong>en</strong> geeft BaP vrij,<br />

vooral bij aanbrand<strong>en</strong>.<br />

Sommige verbinding<strong>en</strong> die PAKs in het lichaam aangaan zijn erg reactief <strong>en</strong> op deze<br />

wijze vermoedelijk verantwoordelijk voor de carcinog<strong>en</strong>e werking. PAKs word<strong>en</strong> goed<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> via het maagdarmstelsel, hoogmoleculaire PAKs ook via de long<strong>en</strong>. Over de<br />

niet carcinog<strong>en</strong>e effect<strong>en</strong> van PAKs bestaat tot hiertoe weinig informatie. Het zou gaan


over groeiremming, leverschade <strong>en</strong> irritatie. Wat de carcinog<strong>en</strong>e werking betreft bestaat<br />

alle<strong>en</strong> voor BaP meer informatie, de individuele effect<strong>en</strong> van de andere PAKs zijn minder<br />

gek<strong>en</strong>d.<br />

Voor wat de binn<strong>en</strong>lucht betreft bestaan er ge<strong>en</strong> specifieke norm<strong>en</strong> voor PAKs.<br />

WGO(2000) schatte het risico op kanker voor PAKs <strong>en</strong> BaP, bij lev<strong>en</strong>slange blootstelling<br />

aan 1 µg/m³, op 8,7.10 -2 (102). IARC(1987) klasseerde PAKs <strong>en</strong> BaP in groep 2A als<br />

waarschijnlijk carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Gebruik ge<strong>en</strong> verbrandingstoestell<strong>en</strong> (geisers, kachels) zonder rechtstreekse afvoer<br />

van de verbrandingsgass<strong>en</strong> naar buit<strong>en</strong>.<br />

- Wanneer je toch afvoerloze toestell<strong>en</strong> gebruikt, steeds lucht<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s <strong>en</strong> na het<br />

gebruik, zeker als die lang brandt.<br />

- <strong>Zorg</strong> tijd<strong>en</strong>s <strong>en</strong> e<strong>en</strong> kwartier na het gebruik van gastoestell<strong>en</strong> voor extra v<strong>en</strong>tilatie.<br />

- Laat verwarmingsapparat<strong>en</strong> op gas <strong>en</strong> schoorst<strong>en</strong><strong>en</strong> jaarlijks controler<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

vakman.<br />

- Laat de vakman ook kom<strong>en</strong> als de vlam geel is.<br />

- Gebruik e<strong>en</strong> geiser met veiligheidsslot.<br />

- Hoofdpijn, misselijkheid <strong>en</strong> draaierigheid zijn alarmsignal<strong>en</strong>.<br />

- Voor verbranding in kachel <strong>en</strong> op<strong>en</strong>haard alle<strong>en</strong> droog <strong>en</strong> onbehandeld hout gebruik<strong>en</strong>.<br />

39


40<br />

3.5. Kok<strong>en</strong><br />

Bij het verhitt<strong>en</strong> van vett<strong>en</strong> tot hoge temperatur<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> organische stoff<strong>en</strong> vrij.<br />

Bij aan- of verbrand<strong>en</strong> (grill, barbecue) kom<strong>en</strong> polycyclische aromat<strong>en</strong>, heterocyclische<br />

amin<strong>en</strong> of pyrolyseproduct<strong>en</strong> van sommige aminozur<strong>en</strong> (tryptofaan, lysine, glutamine)<br />

vrij die mutage<strong>en</strong> <strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong> zijn.<br />

E<strong>en</strong> meer voor de hand ligg<strong>en</strong>de emissie is deze van stikstofoxid<strong>en</strong> <strong>en</strong> koolstofmonoxide<br />

bij het kok<strong>en</strong> op gas of kol<strong>en</strong>. Deze emissie is zeer goed gelokaliseerd in tijd <strong>en</strong> ruimte,<br />

<strong>en</strong> moet dus makkelijk te ondervang<strong>en</strong> zijn. De bestaande dampkapp<strong>en</strong> zijn echter weinig<br />

efficiënt <strong>en</strong> vang<strong>en</strong> de gass<strong>en</strong> weinig adequaat op doordat deze zich verm<strong>en</strong>g<strong>en</strong> met de<br />

lucht vooraleer ze afgezog<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hierdoor wordt, indi<strong>en</strong> de v<strong>en</strong>tilator op<br />

maximum capaciteit werkt, gemiddeld slechts de helft afgevoerd.<br />

Dampkapp<strong>en</strong> zonder rechtstreekse afvoer naar buit<strong>en</strong> zijn uitgerust met koolstoffilters.<br />

Wanneer deze niet tijdig word<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> gaan zij di<strong>en</strong>st do<strong>en</strong> als secundaire bron voor<br />

b<strong>en</strong>zo(a)pyr<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> nitrosamines.<br />

Tijd<strong>en</strong>s het kok<strong>en</strong> bedraagt de gemiddelde conc<strong>en</strong>tratie, na vijf minut<strong>en</strong> voor CO 20 mg/<br />

m 3 <strong>en</strong> voor NO x 1,8 mg/m 3 ; na twee uur kok<strong>en</strong> is het gemiddelde 13 mg/m 3 CO <strong>en</strong> 1 mg/<br />

m 3 NO x (111).<br />

Voor e<strong>en</strong> gemiddelde warmtebehoefte van 5 kW is het luchtdebiet, nodig voor de verbranding,<br />

slechts 5 m³ per uur. Wanneer m<strong>en</strong> echter de gemiddelde CO <strong>en</strong> NO x emissiewaard<strong>en</strong><br />

bekijkt is het debiet om tot e<strong>en</strong> maximum conc<strong>en</strong>tratie CO van 40 mg/m 3 (US-norm<br />

voor één uur) <strong>en</strong> NO x van 1,1 mg/m³ (alarmniveau voor één uur) te kom<strong>en</strong> respectievelijk<br />

88 m 3 <strong>en</strong> 375 m 3 per uur of 1,8 <strong>en</strong> 7,5 luchtverversing<strong>en</strong> per uur (50). E<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie<br />

voor de afvoer van NO 2 is slechts van relatief belang doordat NO 2 makkelijk reageert <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> halfwaardetijd van 0,5 tot 0,8 uur heeft in niet gev<strong>en</strong>tileerde lokal<strong>en</strong> (111).<br />

Nochtans bestaat er e<strong>en</strong> verband tuss<strong>en</strong> het kok<strong>en</strong> op gas, de N0 2 -conc<strong>en</strong>tratie <strong>en</strong> ziekt<strong>en</strong><br />

van de luchtweg<strong>en</strong> (52) (53).<br />

Andere sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong>de del<strong>en</strong> in de emissiegass<strong>en</strong> zijn stikstof (N 2 ), zuurstof (O 2 ), koolstofdioxide<br />

(CO 2 ), waterdamp <strong>en</strong> in mindere mate methaan (CH 4 ), ethe<strong>en</strong> (C 2 H 4 ) <strong>en</strong><br />

andere koolwaterstoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> aldehyd<strong>en</strong>, ook waterstoffluoride (HF), waterstofchloride<br />

(HCl) <strong>en</strong> waterstofbromide (HBr).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- <strong>Zorg</strong> tijd<strong>en</strong>s <strong>en</strong> e<strong>en</strong> kwartier na het kok<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> gastoestel voor extra v<strong>en</strong>tilatie, bij<br />

voorkeur via e<strong>en</strong> laaghang<strong>en</strong>de afzuigkap.<br />

- Laat gasapparat<strong>en</strong> jaarlijks controler<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> vakman.<br />

- Laat de vakman ook kom<strong>en</strong> als de vlam geel is.


3.6. Garage<br />

Zoals bij kok<strong>en</strong> op gas, gaat het hier vooral om sporadische emissies (CO, koolwaterstoff<strong>en</strong>,<br />

aromatische solv<strong>en</strong>t<strong>en</strong>). Zo lever<strong>en</strong> garages die in verbinding staan met de woning<br />

2 µg/m³ extra b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> door de aanwezigheid van deze stof in de uitdamping van auto’s.<br />

Verspreiding in de woning kan teg<strong>en</strong>gegaan word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> sas te voorzi<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

garage <strong>en</strong> leefruimte.<br />

Algeme<strong>en</strong> raadt m<strong>en</strong> aan verschill<strong>en</strong>de vervuilers rond <strong>en</strong> in de garage te groeper<strong>en</strong> (c<strong>en</strong>trale<br />

verwarming, wasplaats <strong>en</strong> dergelijke). Deze ruimte moet dan voldo<strong>en</strong>de gev<strong>en</strong>tileerd<br />

word<strong>en</strong>.<br />

41


42<br />

3.7. Houtverduurzaming<br />

Hout dat gedur<strong>en</strong>de de gebruiksduur 20% of meer water bevat, moet word<strong>en</strong> beschermd<br />

teg<strong>en</strong> schimmels <strong>en</strong> insect<strong>en</strong>. Daarom wordt het prev<strong>en</strong>tief of curatief behandeld met chemische<br />

product<strong>en</strong> die dit euvel bestrijd<strong>en</strong>. Al deze middel<strong>en</strong> zijn in min of meerdere mate<br />

giftig voor de m<strong>en</strong>s. Toepassing<strong>en</strong> in de woning moet<strong>en</strong> steeds gebeur<strong>en</strong> door bestrijk<strong>en</strong><br />

met de borstel, alhoewel dit naar bescherming e<strong>en</strong> minder goede methode is gelet op<br />

de geringe indringing via deze methode. Aan het oppervlak van behandelde material<strong>en</strong><br />

bevindt zich gewoonlijk e<strong>en</strong> geringe hoeveelheid houtverduurzamingsmiddel. Het gevaar<br />

van contact met blote hand<strong>en</strong> is verwaarloosbaar klein. De hoeveelheid houtstof dat bij<br />

verwerking vrijkomt bevat dermate geringe hoeveelhed<strong>en</strong> houtverduurzamingsmiddel dat<br />

bij die activiteit ge<strong>en</strong> aanvull<strong>en</strong>de bescherming nodig is. Het grootste risico is de langdurige<br />

blootstelling aan e<strong>en</strong> relatief lage conc<strong>en</strong>tratie in de woonruimte die ontstaat door<br />

uitdamping.<br />

De houtverduurzamingsmiddel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ondergebracht in drie groep<strong>en</strong>, de teeroliedestillat<strong>en</strong>,<br />

de wateroplosbare middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de middel<strong>en</strong> in organische oplosmiddel<strong>en</strong>.<br />

Wateroplosbare middel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voornamelijk gebruikt als prev<strong>en</strong>tieve behandeling van<br />

het hout. Naarmate het te bescherm<strong>en</strong> hout meer bloot staat aan vocht <strong>en</strong> water is e<strong>en</strong> sterker<br />

fixer<strong>en</strong>de werkzame stof nodig.<br />

3.7.1. Teerolie<br />

Teerolie bevat honderd<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> waarvan e<strong>en</strong> aantal toxicologisch verdacht<br />

of zelfs carcinoge<strong>en</strong> zoals b<strong>en</strong>zo(a)pyre<strong>en</strong>, anthrace<strong>en</strong> <strong>en</strong> fluoranthe<strong>en</strong>.<br />

Meest gebruikte product<strong>en</strong> zijn creosootolie <strong>en</strong> carbolineum. Chemisch zijn beide product<strong>en</strong><br />

nauwelijks te onderscheid<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s hun int<strong>en</strong>se geur is gebruik binn<strong>en</strong>shuis<br />

af te rad<strong>en</strong>. Deze middel<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> in aanmerking voor gebruik buit<strong>en</strong>shuis.<br />

Creosoot is door IARC(1987) geklasseerd in groep 2A als waarschijnlijk carcinoge<strong>en</strong>.<br />

3.7.2. Houtverduurzamingsmiddel<strong>en</strong> in organische oplosmidde-<br />

l<strong>en</strong><br />

3.7.2.1. P<strong>en</strong>tachloorf<strong>en</strong>ol<br />

P<strong>en</strong>tachloorf<strong>en</strong>ol (PCP) werd in het verled<strong>en</strong> veel gebruikt in houtbeschermers <strong>en</strong> verv<strong>en</strong>.<br />

PCP dringt diep in de houtporiën door <strong>en</strong> komt dan langzaam terug vrij, tot zelfs jar<strong>en</strong> na<br />

de behandeling. Het gebruik van PCP-houd<strong>en</strong>de product<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis is ondertuss<strong>en</strong><br />

verbod<strong>en</strong>.<br />

Wanneer het toch wordt gebruikt zijn conc<strong>en</strong>traties in de lucht van ± 120 µg/m³ (11 ppb)<br />

zeer goed mogelijk, door hoge gebruiksconc<strong>en</strong>traties (10 g PCP/m²) <strong>en</strong>/of lage v<strong>en</strong>tilatieratio<br />

(8 a 12 per dag). De secundaire besmetting via voeding kan tot 5 µg PCP/kg, voedsel<br />

bedrag<strong>en</strong>. Als veilig wordt e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>luchtconc<strong>en</strong>tratie van 5 µg/m³ (0,45 ppb)aanvaard.<br />

E<strong>en</strong> normale v<strong>en</strong>tilatie houdt onvoldo<strong>en</strong>de waarborg<strong>en</strong> in voor bewoning van gebouw<strong>en</strong><br />

waar gewerkt werd met PCP-houd<strong>en</strong>de houtbescherming.


Afdekk<strong>en</strong> van de behandelde oppervlakk<strong>en</strong> met polyurethaanlak vermindert de PCPafscheiding<br />

met 95 %.<br />

De MAC(1998) bedraagt 500 µg/m³ (46 ppb) (63). Ook ACGIH(2000) adviseert 500 µg/<br />

m³ (46 ppb) (1). IARC(1991) klasseerde PCP in groep 2B als mogelijk carcinoge<strong>en</strong>.<br />

3.7.2.2. Azaconazole<br />

Azaconazole is e<strong>en</strong> weinig giftige verbinding die zowel in water als in e<strong>en</strong> organisch<br />

oplosmiddel kan word<strong>en</strong> toegepast. De stof heeft alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fungicide werking, goed<br />

teg<strong>en</strong> bruinrotschimmels (kelderzwam) <strong>en</strong> witrotschimmels (elf<strong>en</strong>bankje), <strong>en</strong> heeft ge<strong>en</strong><br />

invloed op insect<strong>en</strong>. Hout in rechtstreeks contact met grond <strong>en</strong> water reageert slecht op<br />

e<strong>en</strong> behandeling met azaconazole.<br />

3.7.2.3. Tributyltinoxide (TBTO)<br />

Tributyltinoxide is slechts matig giftig, maar erg irriter<strong>en</strong>d voor de slijmvliez<strong>en</strong> van neus<br />

<strong>en</strong> keel. Het mag alle<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>shuis word<strong>en</strong> gebruik. Deze stof is schadelijk voor insect<strong>en</strong>.<br />

3.7.2.4. Tributyltinfosfaat (TBTP)<br />

Tributyltinfosfaat is minder vluchtig dan het verwante TBTO <strong>en</strong> dus minder irriter<strong>en</strong>d<br />

waardoor de toepassing<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> woning iets ruimer zijn. Zo kan het hout van het dakbeschot<br />

word<strong>en</strong> behandeld met TBTP, verder gebruik echter alle<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>shuis.<br />

3.7.2.5. Naft<strong>en</strong>at<strong>en</strong><br />

Voor dakbeschot, balk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vloerbestanddel<strong>en</strong> van de begane grond kunn<strong>en</strong> koper- <strong>en</strong><br />

zinknaft<strong>en</strong>aat word<strong>en</strong> gebruikt. Dit zijn bijproduct<strong>en</strong> van de aardolie-industrie. De nodige<br />

conc<strong>en</strong>tratie ingebrachte stof ligt erg hoog (minimaal 30 tot 40 kg per m³ hout). Het product<br />

is dus louter onder druk in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, niet met e<strong>en</strong> borstel.<br />

3.7.2.6. Quats<br />

Quats of quaternaire ammoniumverbinding<strong>en</strong> zoals alkyldimethylb<strong>en</strong>zylammoniumchloride,<br />

dod<strong>en</strong> ook oppervlakteschimmels. Deze stof is weinig giftig <strong>en</strong> daardoor e<strong>en</strong> goed<br />

alternatief als houtverduurzamingsmiddel.<br />

3.7.3. Wateroplosbare houtverduurzamingsmiddel<strong>en</strong><br />

Hier hor<strong>en</strong> bijna alle in water oplosbare zout<strong>en</strong> thuis, alle<strong>en</strong> of in combinatie. Bedoeling<br />

is dat deze zout<strong>en</strong> doordring<strong>en</strong> in de poriën van het hout <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> gefixeerd<br />

aan de houtvezels. De dosis nodige actieve stof is hoger naarmate het hout int<strong>en</strong>siever in<br />

contact zal kom<strong>en</strong> met vocht of water. De meeste van deze middel<strong>en</strong> zijn erg giftig. Na<br />

43


44<br />

droging zijn de meeste zout<strong>en</strong> gefixeerd in het hout <strong>en</strong> bestaat er bijna ge<strong>en</strong> gevaar meer.<br />

De zout<strong>en</strong> verdamp<strong>en</strong> of log<strong>en</strong> nauwelijks uit.<br />

Voor gebruik in dompelbakk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ondertuss<strong>en</strong> ook andere stoff<strong>en</strong> zoals azaconazole<br />

<strong>en</strong> alkyldimethylb<strong>en</strong>zylammoniumchloride gebruikt. Deze stoff<strong>en</strong> zijn minder giftig <strong>en</strong><br />

minder milieubelast<strong>en</strong>d. Zij kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goed alternatief vorm<strong>en</strong> voor de andere verbinding<strong>en</strong>.<br />

- Sterk fixer<strong>en</strong>d : Cu/Cr/As (CCA), Cu/Cr, alkyldimethylb<strong>en</strong>zylammoniumchloride<br />

- Gedeeltelijk fixer<strong>en</strong>d : F/Cr/As, F/Cr/B, Cu/Cr/B, F/Cr, Cu/Cr/F, azaconazole, propiconazole<br />

- Niet fixer<strong>en</strong>d : op basis van boor (B) of fluor (F)


3.8. Bewoning<br />

3.8.1. Reukhinder<br />

Het waarnem<strong>en</strong> van geur is e<strong>en</strong> reactie van het m<strong>en</strong>selijke geurzintuig op vluchtige chemische<br />

verbinding<strong>en</strong>. Het reukzintuig reageert specifiek op e<strong>en</strong> chemische verbinding,<br />

variër<strong>en</strong>d van zeer gevoelig tot weinig gevoelig. M<strong>en</strong> spreekt dan over de “geurdrempel”<br />

van e<strong>en</strong> stof. Reukhinder is afhankelijk van verschill<strong>en</strong>de subjectieve factor<strong>en</strong> zoals persoonlijke<br />

gevoeligheid, het karakter van de geur, de conc<strong>en</strong>tratie van geurstoff<strong>en</strong>, de aanwezigheid<br />

van andere geur<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de adaptatie aan e<strong>en</strong> geur.<br />

Enkele belangrijke bronn<strong>en</strong> zijn :<br />

- afvoersysteem afvalwater <strong>en</strong> fecaliën;<br />

- vocht (schimmelvorming);<br />

- constructiematerial<strong>en</strong> die gasvormige product<strong>en</strong> vrijgev<strong>en</strong> (spaanplat<strong>en</strong>, verv<strong>en</strong>, e.d.);<br />

- tabaksrook;<br />

- m<strong>en</strong>selijke geurtjes (bio-efflu<strong>en</strong>t<strong>en</strong>);<br />

- huisdier<strong>en</strong>;<br />

- reukhinder door huisdier<strong>en</strong>;<br />

- keuk<strong>en</strong>geur<strong>en</strong>;<br />

- huishoudproduct<strong>en</strong> (schoonmaakproduct<strong>en</strong>, e.d.);<br />

- product<strong>en</strong> om geur<strong>en</strong> te verberg<strong>en</strong> (parfum, deodorant, e.d.).<br />

Geurgebond<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> in de woning zijn in de eerste plaats afhankelijk van de geurconc<strong>en</strong>tratie<br />

(geursterkte) <strong>en</strong> de ervar<strong>en</strong> geur (hedonistisch karakter). Blootstelling aan e<strong>en</strong><br />

geur kan soms tijdelijk lichamelijke reacties of <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> zoals minder<br />

diep ademhal<strong>en</strong>, hoofdpijn, misselijkheid, brak<strong>en</strong>, duizeligheid of b<strong>en</strong>auwdheid. Het<br />

meest voorkom<strong>en</strong>de effect is echter hinder.<br />

Sommige product<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> reukhinder maar veroorzak<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> toxische<br />

vervuiling van de binn<strong>en</strong>lucht. Verget<strong>en</strong> we echter ook niet dat tal van toxische stoff<strong>en</strong><br />

reukloos zijn, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> we maar aan koolstofmonoxide. De geurdrempel valt niet steeds<br />

sam<strong>en</strong> met de toxiciteitsdrempel. Vooraleer er sprake is van schade kan ammoniak gedetecteerd<br />

word<strong>en</strong> via de neus, omgekeerd doet fosge<strong>en</strong> bijvoorbeeld zijn effect voel<strong>en</strong><br />

lange tijd voor dat het waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wordt.<br />

E<strong>en</strong> toevoer van 30-40 m³ verse lucht per uur per persoon is alle<strong>en</strong> al noodzakelijk om de<br />

door het lichaam afgegev<strong>en</strong> afvalstoff<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de snel af te voer<strong>en</strong>. Bij lagere v<strong>en</strong>tilatiehoeveelhed<strong>en</strong><br />

wordt de geur in e<strong>en</strong> ruimte al snel als onaang<strong>en</strong>aam ervar<strong>en</strong>.<br />

In de woning moet<strong>en</strong> de voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> voor de afvoer van afvalwater <strong>en</strong> fecaliën luchtdicht<br />

zijn afgeslot<strong>en</strong>. Schimmelvorming moet word<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

lage vochtigheidsgraad in de woning te handhav<strong>en</strong>.<br />

45


46<br />

3.8.2. Zuurstofverbruik, afgifte koolstofdioxide<br />

Het m<strong>en</strong>selijk lichaam <strong>en</strong> elk ander lev<strong>en</strong>d organisme heeft invloed op O 2 - <strong>en</strong> CO 2 -conc<strong>en</strong>traties.<br />

Het zuurstofverbruik kan gecomp<strong>en</strong>seerd word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> luchtverversing van<br />

3 tot 6 m 3 per uur per persoon te voorzi<strong>en</strong>, afhankelijk van de aard van het gepresteerde<br />

werk, <strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> minimale O 2 -conc<strong>en</strong>tratie in de lucht van 19 %.<br />

Om het volume CO 2 op minder dan 0,15% te houd<strong>en</strong> is 20 tot 40 m 3 verse lucht per uur<br />

per persoon nodig (50).


4. FYSISCHE ASPECTEN<br />

4.1. Thermisch comfort<br />

4.1.1. Inleiding<br />

Al sinds m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>heug<strong>en</strong>is heeft de m<strong>en</strong>s naar bescherming teg<strong>en</strong> de natuurinvloed<strong>en</strong><br />

gezocht. Door zijn technisch kunn<strong>en</strong> is hij er in geslaagd e<strong>en</strong> “woonstede” te mak<strong>en</strong> met<br />

als voornaamste k<strong>en</strong>merk: binn<strong>en</strong> anders dan buit<strong>en</strong>, binn<strong>en</strong> comfortabeler dan buit<strong>en</strong>.<br />

Deze binn<strong>en</strong>wereld is e<strong>en</strong> voelbare omgeving, de m<strong>en</strong>s reageert erop <strong>en</strong> probeert zoveel<br />

mogelijk bij te stur<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> hij ongew<strong>en</strong>ste situaties registreert. Het is dan ook niet verwonderlijk<br />

dat vooral de fysische aspect<strong>en</strong> zoals warmte, geluid <strong>en</strong> licht, het eerst in de<br />

belangstelling kwam<strong>en</strong>.<br />

De laatste jar<strong>en</strong> staan vooral in het tek<strong>en</strong> van de <strong>en</strong>ergiebesparing, met als gevolg voor de<br />

woning: lagere woontemperatuur, niet meer verwarm<strong>en</strong> van bepaalde ruimt<strong>en</strong>, betere isolatie,<br />

betere luchtdichtheid van het gebouw, minder verlucht<strong>en</strong>.<br />

Onoordeelkundige toepassing van deze besparingsmaatregel<strong>en</strong> geeft echter aanleiding tot<br />

e<strong>en</strong> nog steeds stijg<strong>en</strong>d aantal probleemgevall<strong>en</strong>, waar het wooncomfort in gevaar komt<br />

door overmatige cond<strong>en</strong>satie <strong>en</strong> schimmelvorming.<br />

Warmtecomfort is de temperatuur waarin m<strong>en</strong> zich het behaaglijkst voelt <strong>en</strong> die ontstaat<br />

door e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wicht tuss<strong>en</strong> onze eig<strong>en</strong> warmteproductie, nodig om het lichaam op ongeveer<br />

37°C te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> de warmteuitwisseling met onze omgeving. Deze balans verschilt<br />

van persoon tot persoon. Iedere<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zelfde warmtecomfort gev<strong>en</strong> in dezelfde ruimte op<br />

hetzelfde tijdstip is dus onmogelijk. Wel streeft m<strong>en</strong> ernaar e<strong>en</strong> “optimaal” warmtecomfort<br />

te bekom<strong>en</strong>, met andere woord<strong>en</strong> het grootst mogelijk aantal person<strong>en</strong> tevred<strong>en</strong> stell<strong>en</strong>.<br />

Fanger (1970) stelde wiskundige formules sam<strong>en</strong> t<strong>en</strong>einde, rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met de<br />

verschill<strong>en</strong>de variabel<strong>en</strong>, tot e<strong>en</strong> zo laag mogelijk ( ± 5 %) aantal ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>.<br />

Deze warmteindex geeft dus de te verwacht<strong>en</strong> gemiddelde beoordeling van e<strong>en</strong> grote<br />

groep person<strong>en</strong> aan (PMV, Predicted Mean Vote) (25).<br />

De variabel<strong>en</strong> in dit geheel zijn :<br />

1. De luchttemperatuur, e<strong>en</strong> maat voor het warmtetransport in de lucht <strong>en</strong> de uitwisseling<br />

hiervan met de m<strong>en</strong>s (convectie).<br />

2. De gemiddelde stralingstemperatuur of de warmte-uitwisseling door straling van de<br />

m<strong>en</strong>s met zijn omgeving (radiatie).<br />

3. De gemiddelde luchtsnelheid geeft e<strong>en</strong> maat voor de gedwong<strong>en</strong> convectie van de<br />

m<strong>en</strong>s door de luchtstroming.<br />

47


48<br />

4. De relatieve vochtigheidsgraad van de lucht bepaalt mee de waterverdamping (transpiratie)<br />

van de m<strong>en</strong>s.<br />

5. De m<strong>en</strong>selijke activiteit berust op de omzetting van <strong>en</strong>ergie uit voedsel. Het mechanische<br />

r<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t is echter slechts maximaal 20%, de rest wordt omgezet in warmte.<br />

6. De kleding beïnvloedt door zijn isoler<strong>en</strong>de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> de warmteafgifte van de<br />

m<strong>en</strong>s.<br />

4.1.2. Luchtvochtigheid<br />

4.1.2.1. Hygrothermisch comfort<br />

De m<strong>en</strong>s produceert steeds e<strong>en</strong> hoeveelheid waterdamp via long<strong>en</strong> <strong>en</strong> huid. Deze waterdamp<br />

wordt afgegev<strong>en</strong> aan de omgevingslucht, wat per persoon <strong>en</strong> per dag 2 tot 5 liter<br />

waterdamp kan oplever<strong>en</strong>. Andere oorzak<strong>en</strong> van luchtvocht zijn onze huiselijke activiteit<strong>en</strong>,<br />

zoals kok<strong>en</strong> <strong>en</strong> wass<strong>en</strong>, reg<strong>en</strong>doorslag, grondvocht, bouwvocht, lekk<strong>en</strong>de leiding<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> dergelijke meer. Ongeveer 18% van ons woningbestand heeft te kamp<strong>en</strong> met vochtproblem<strong>en</strong>.<br />

Herk<strong>en</strong>bare verschijnsel<strong>en</strong> daarvan zijn cond<strong>en</strong>satie, vochtplekk<strong>en</strong>, schimmelvorming<br />

maar ook muffe lucht of ongedierte als pissebedd<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilvervisjes.<br />

Waar ligt nu de gr<strong>en</strong>s van wat, buit<strong>en</strong> alle comfort, voor de m<strong>en</strong>s nog leefbaar is, zonder<br />

nadelige effect<strong>en</strong> zoals uitdroging, hittekramp<strong>en</strong>, zonneslag, hypothermie <strong>en</strong> dergelijke.<br />

De temperatuursomstandighed<strong>en</strong> waarin overlev<strong>en</strong> mogelijk is voor de m<strong>en</strong>s zijn zeer<br />

extreem <strong>en</strong> vall<strong>en</strong> door de uitzonderlijke omstandighed<strong>en</strong> waarin zij voorkom<strong>en</strong> buit<strong>en</strong><br />

het kader van dit werk. Wel di<strong>en</strong>t aangestipt dat bij kinder<strong>en</strong> onder 7 jaar ev<strong>en</strong>als bij<br />

bejaard<strong>en</strong> de aanpassingsmogelijkhed<strong>en</strong> van het lichaam beduid<strong>en</strong>d lager ligg<strong>en</strong> dan bij<br />

volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>, zodat het voor eerstg<strong>en</strong>oemde groep<strong>en</strong> aan te rad<strong>en</strong> is de comforttemperatuur<br />

zoveel mogelijk aan te houd<strong>en</strong>. Meestal is deze temperatuur ongeveer 20° C.<br />

Buit<strong>en</strong>temperatuur Maximum RV bij kamertemperatuur van :<br />

°C 12 15 18 20 22<br />

-10 50 46 43 41 40<br />

-5 59 54 50 48 45<br />

0 69 64 59 58 53<br />

5 80 74 68 64 61<br />

10 93 87 80 75 71<br />

Tabel 5 : Relatie temperatuur - relatief vocht (RV) (65)


De maximale hoeveelheid waterdamp die in de lucht kan opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> word<strong>en</strong> is afhankelijk<br />

van de temperatuur, in die zin dat hoe hoger de temperatuur hoe meer water de lucht<br />

kan bevatt<strong>en</strong>.<br />

De absolute luchtvochtigheid is de hoeveelheid water die de lucht bevat (g/m 3 ).<br />

De relatieve vochtigheid is de verhouding tuss<strong>en</strong> de waterdamp in de lucht (absolute<br />

vochtigheid) <strong>en</strong> de verzadiging voor deze temperatuur (maximale vochtigheid) (%).<br />

Zo is de relatieve vochtigheid in de winter doorgaans hoger dan in de zomer, doch bevat<br />

de lucht ‘s zomers meer vocht in absolute term<strong>en</strong> dan ‘s winters. Daalt de temperatuur<br />

of stijgt de toegevoegde waterdamp, dan zal de lucht op e<strong>en</strong> bepaald og<strong>en</strong>blik verzadigd<br />

zijn (100 % relatief vocht of dauwpunt) <strong>en</strong> gaat het teveel aan vocht cond<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich<br />

afzett<strong>en</strong> op de omgeving, eerst op de koudste punt<strong>en</strong> (zog<strong>en</strong>aamde koudebrugg<strong>en</strong>, v<strong>en</strong>sterglas,<br />

<strong>en</strong>z.). Voor e<strong>en</strong> temperatuur van 18 tot 24° C moet de relatieve luchtvochtigheid<br />

30 tot 70% bedrag<strong>en</strong>. In feite hangt het vochtverlies van de m<strong>en</strong>s via de luchtweg<strong>en</strong> niet<br />

sam<strong>en</strong> met de relatieve vochtigheid, maar met het absolute vocht.<br />

Lage luchtvochtigheid geeft uitdroging van de slijmvliez<strong>en</strong> van de bov<strong>en</strong>ste luchtweg<strong>en</strong>,<br />

waardoor grotere kans op irritatie <strong>en</strong> vermindering van de filter<strong>en</strong>de functie, dal<strong>en</strong>de<br />

geurperceptie, meer statische elektriciteit, verhoging van het stofgehalte in de lucht (door<br />

kleinere deeltjes, dus lagere sedim<strong>en</strong>tatiesnelheid) <strong>en</strong> ook lagere microbiële conc<strong>en</strong>traties<br />

ontstaan.<br />

Hogere luchtvochtighed<strong>en</strong> verhog<strong>en</strong> in belangrijke mate de microb<strong>en</strong>verspreiding, de<br />

cond<strong>en</strong>satie op koude oppervlakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> verlag<strong>en</strong> het warmtecomfort. Stofdeeltjes absorber<strong>en</strong><br />

zich klassiek op vochtdeeltjes, hetzelfde geldt voor micro-organism<strong>en</strong>. De hogere<br />

relatieve vochtigheid <strong>en</strong> het overcrowdingeffect (sam<strong>en</strong> langere tijd binn<strong>en</strong> verblijv<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> kleine, weinig gev<strong>en</strong>tileerde ruimte) <strong>en</strong> de afwezigheid van zuiver<strong>en</strong>d UV-licht<br />

kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verklaring zijn voor de to<strong>en</strong>ame van respiratoire infecties tijd<strong>en</strong>s de wintermaand<strong>en</strong>.<br />

Bijzonder di<strong>en</strong>t gewez<strong>en</strong> op het mogelijk gevaar van het gebruik van luchtbevochtigers,<br />

waarvan beweerd wordt dat ze e<strong>en</strong> belangrijke bron zijn van microbiële vervuiling, waardoor<br />

regelmatig reinig<strong>en</strong> <strong>en</strong> desinfecter<strong>en</strong> van deze toestell<strong>en</strong> van groot belang zijn. De<br />

invloed op mogelijke infecties van de bov<strong>en</strong>ste luchtweg<strong>en</strong> wordt ev<strong>en</strong>wel betwijfeld<br />

(35).<br />

Vlaander<strong>en</strong> geeft in het binn<strong>en</strong>milieubesluit als richtwaarde voor de winter e<strong>en</strong> relatieve<br />

luchtvochtigheid tuss<strong>en</strong> 30% <strong>en</strong> 55%, in de zomer tuss<strong>en</strong> 30% <strong>en</strong> 80 %, bij e<strong>en</strong> temperatuur<br />

in de winter tuss<strong>en</strong> 20°C <strong>en</strong> 24°C <strong>en</strong> in de zomer tuss<strong>en</strong> 22°C <strong>en</strong> 26°C (59).<br />

4.1.2.2. Aantasting material<strong>en</strong><br />

Vocht richt <strong>en</strong>orm veel schade aan material<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis aan, zoals het loskom<strong>en</strong> van<br />

het behang, het afbrokkel<strong>en</strong> van de bepleistering, e<strong>en</strong> verhoogde vorstgevoeligheid, e<strong>en</strong><br />

verhoogde warmtegeleiding (<strong>en</strong> dus warmteverlies naar buit<strong>en</strong>) <strong>en</strong> vooral schimmelvorming.<br />

Deze omstandighed<strong>en</strong> creër<strong>en</strong> op zich reeds e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>klimaat dat het welzijn van<br />

de bewoners aantast. Schimmel tast de binn<strong>en</strong>afwerking aan, geeft onaang<strong>en</strong>ame geur<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> heeft nadelige gevolg<strong>en</strong> voor de <strong>gezondheid</strong>.<br />

49


50<br />

Buit<strong>en</strong>lucht is bijna altijd gecontamineerd met schimmelspor<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie van<br />

ongeveer 10 5 /m 3 , deze spor<strong>en</strong> zijn kleiner dan 10 µm. Gunstige voorwaard<strong>en</strong> voor hun<br />

ontwikkeling zijn: de aanwezigheid van zuurstof; e<strong>en</strong> temperatuur tuss<strong>en</strong> 15 <strong>en</strong> 20°C;<br />

organisch materiaal <strong>en</strong> vooral voldo<strong>en</strong>de vocht. De eerste drie voorwaard<strong>en</strong> zijn altijd<br />

vervuld in e<strong>en</strong> woning, zodat de aanwezigheid van vocht het doorslaggev<strong>en</strong>de argum<strong>en</strong>t<br />

zal zijn voor de ontwikkeling van schimmel.<br />

Hoek<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> v<strong>en</strong>stermur<strong>en</strong> <strong>en</strong> vloer, oppervlakk<strong>en</strong> achter kast<strong>en</strong> die teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>muur<br />

geplaatst zijn, thermische brugg<strong>en</strong> (koudebrugg<strong>en</strong>) <strong>en</strong> hygroscopische material<strong>en</strong><br />

(vooral bij e<strong>en</strong> relatieve vochtigheid groter dan 75 %), vorm<strong>en</strong> de plaats<strong>en</strong> met de hoogste<br />

kans op cond<strong>en</strong>satie <strong>en</strong> dus de hoogste kans op schimmelvorming.<br />

Onderzoek wees uit dat vooral e<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie bepal<strong>en</strong>d is voor de bestrijding van<br />

cond<strong>en</strong>satie, zeker wanneer lagere temperatur<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (84).<br />

4.1.2.3. Oorzak<strong>en</strong> van vocht in huis<br />

4.1.2.3.1. Bodemvocht<br />

De bodem heeft e<strong>en</strong> capillaire werking. Het water wordt door de droge grond omhoog<br />

getrokk<strong>en</strong>. Dus zelfs bij wissel<strong>en</strong>de grondwaterstand<strong>en</strong> is de kans op vochtproblem<strong>en</strong><br />

door grondwater reëel. Ook als in de kelder of kruipruimte ge<strong>en</strong> grondwater zichtbaar<br />

is, is het mogelijk dat door verdamping uit de bodem e<strong>en</strong> te hoge relatieve vochtigheid<br />

ontstaat. Dit geldt zeker wanneer er zich dan ook nog v<strong>en</strong>tilatieproblem<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong>. Als<br />

fundering<strong>en</strong> in direct contact staan met grondwater is het mogelijk dat deze het water<br />

omhoog zuig<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede fundering is echter voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> trasraam of van e<strong>en</strong> ingemetselde<br />

waterkering. Dit voorkomt dat het vocht bov<strong>en</strong> het kelderniveau gaat uitstijg<strong>en</strong>.<br />

Natte fundering betek<strong>en</strong>t echter wel vaak dat de keldermur<strong>en</strong> gaan doorslaan wanneer<br />

deze niet goed waterdicht zijn. Op zijn beurt kan e<strong>en</strong> natte kelder dan problem<strong>en</strong> gev<strong>en</strong><br />

in de andere ruimt<strong>en</strong> van het huis. Woning<strong>en</strong> zonder kelder of kruipruimte kunn<strong>en</strong> problem<strong>en</strong><br />

krijg<strong>en</strong> door optrekk<strong>en</strong>d vocht als er ge<strong>en</strong> waterdichte folie onder het beton is<br />

gelegd, als de betonvloer niet waterdicht is of als de vloer aan de onderkant niet is geïsoleerd.<br />

In dit laatste geval kunn<strong>en</strong> cond<strong>en</strong>sproblem<strong>en</strong> op de vloer word<strong>en</strong> veroorzaakt.<br />

Behalve grondwater kan ook hemelwater, zoals reg<strong>en</strong> <strong>en</strong> sneeuw, zorg<strong>en</strong> voor de aanvoer<br />

van vocht. Dit gebeurt voornamelijk wanneer het water ge<strong>en</strong> kans ziet tijdig in de grond<br />

te trekk<strong>en</strong>, bijvoorbeeld in period<strong>en</strong> met overvloedige neerslag.<br />

4.1.2.3.2. Lekkagevocht <strong>en</strong> reg<strong>en</strong>doorslag<br />

In oudere woning<strong>en</strong>, of bij gebruik van slechte bouwmaterial<strong>en</strong>, kan reg<strong>en</strong> doorslaan via<br />

de buit<strong>en</strong>mur<strong>en</strong>. Ook verkeerd gelegde verbinding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>spouwblad<br />

(spouwankers die naar binn<strong>en</strong> aflop<strong>en</strong>) gev<strong>en</strong> vochtdoorslag naar de binn<strong>en</strong>mur<strong>en</strong>.<br />

Dezelfde problem<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> we opduik<strong>en</strong> bij spouwvervuiling, door onder andere klodders<br />

cem<strong>en</strong>t, of door slecht aangebrachte isolatiematerial<strong>en</strong>. In ouder metsel- of voegwerk<br />

treedt dikwijls scheurvorming op. Wanneer dit niet tijdig wordt hersteld zal doorslaand<br />

vocht zijn kans krijg<strong>en</strong>, zeker aan de reg<strong>en</strong>kant. Ook verkeerd gelegde of kapotte pann<strong>en</strong>,<br />

verstopte of lekke dakgot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> platte dak<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> vochtoverlast, al is dit alle<strong>en</strong> te


merk<strong>en</strong> bij (langdurige) reg<strong>en</strong>val of bij stormachtig weer als het water onder de pann<strong>en</strong><br />

doorslaat. Door natuurlijke v<strong>en</strong>tilatie lost dit probleem zich vanzelf op, maar na iedere<br />

reg<strong>en</strong>bui zal het zich herhal<strong>en</strong>. Oudere bouwmaterial<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vocht uit de buit<strong>en</strong>lucht<br />

aantrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> vasthoud<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> spreekt dan van hygroscopisch vocht. Dit gebeurt wanneer<br />

de relatieve vochtigheid langdurig hoger is dan het gemiddelde. Binn<strong>en</strong>shuis kan dit<br />

dan in beperkte mate vochtproblem<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s drogere period<strong>en</strong> wordt dit vocht<br />

dan geleidelijk weer afgestaan.<br />

4.1.2.3.3. Bouwvocht<br />

Bij de bouw van de woning wordt veel vocht ingebracht. Niet alle<strong>en</strong> door de reg<strong>en</strong> die<br />

tijd<strong>en</strong>s de bouw vrij naar binn<strong>en</strong> stroomt, maar ook door het water in de metselspecie of<br />

in het beton. Natuurlijke droging i.c. verdamping, <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie do<strong>en</strong> dit vocht verdwijn<strong>en</strong>,<br />

al kan dit proces zich uitstrekk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> periode van ruim 18 maand.<br />

4.1.2.3.4. Woonvocht <strong>en</strong> oppervlaktecond<strong>en</strong>satie<br />

De m<strong>en</strong>s zelf produceert steeds e<strong>en</strong> hoeveelheid waterdamp door natuurlijke verdamping<br />

van onze huid. Ook als we niet voelbaar of zichtbaar transpirer<strong>en</strong> komt waterdamp vrij<br />

van onze huid. Bij e<strong>en</strong> persoon in rust is dit 40 tot 70 g/h, bij e<strong>en</strong> actief persoon zelfs<br />

100 tot 150 g/h. Onder normale omstandighed<strong>en</strong> is dat dus ongeveer 0,9 tot 1,6 liter per<br />

persoon per dag. Maar ook wanneer we adem<strong>en</strong> komt er via de long<strong>en</strong> waterdamp in de<br />

omgeving terecht. Dit br<strong>en</strong>gt het totaal per persoon <strong>en</strong> per dag op 2 tot 5 liter. Daarnaast<br />

komt er door huishoudelijke activiteit<strong>en</strong> ook veel damp vrij. Niet alle<strong>en</strong> uit de kookpott<strong>en</strong><br />

op het gasfornuis, ook de verbranding van het gas zelf geeft vocht vrij. Niet alle<strong>en</strong> bij<br />

het douch<strong>en</strong> of bad<strong>en</strong>, ook bij de verbranding van het gas of de stookolie om dit water te<br />

verwarm<strong>en</strong>. Ook kamerplant<strong>en</strong> of aquaria, het wass<strong>en</strong> van kleding of het afwass<strong>en</strong> van de<br />

vaat, br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> vocht in huis. Alles bij elkaar wordt er per dag gemiddeld ongeveer 15 liter<br />

waterdamp geproduceerd in de woning.<br />

Activiteit<br />

M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> lichte activiteit<br />

middelzware activiteit<br />

zwaar werk<br />

Keuk<strong>en</strong> kok<strong>en</strong><br />

daggemiddelde<br />

afwass<strong>en</strong><br />

Kamerplant<strong>en</strong>, per plant<br />

Aquarium<br />

Badkamer douche<br />

bad<br />

geiser<br />

Wass<strong>en</strong>, drog<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>, ongec<strong>en</strong>trifugeerd<br />

gec<strong>en</strong>trifugeerd<br />

Tabel 6 : Woonvocht in cijfers (40)(88)<br />

Vochtproductie (g/h)<br />

30 - 60<br />

120 - 200<br />

200 - 300<br />

600 - 1 500<br />

100<br />

500 - 1 000<br />

5 - 15<br />

4 - 15<br />

2 600<br />

700<br />

120<br />

100 - 500<br />

50 - 200<br />

51


52<br />

4.1.2.3.5. Vochtige kruipruimte<br />

Ook e<strong>en</strong> vochtige kruipruimte is vaak de oorzaak van vochtproblem<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong> vochtige<br />

kruipruimte mogelijk e<strong>en</strong> belangrijke bron van waterdamp is voor de bov<strong>en</strong>ligg<strong>en</strong>de<br />

woning. De toevoerweg van het vocht uit de kruipruimte naar de woonvertrekk<strong>en</strong> is de<br />

opstijg<strong>en</strong>de <strong>en</strong> waterdamp bevatt<strong>en</strong>de lucht uit de kruipruimte, door op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de<br />

vloer. Ook st<strong>en</strong><strong>en</strong> vloer<strong>en</strong> zijn niet dampdicht. De lucht in de woonkamers met e<strong>en</strong> betonn<strong>en</strong><br />

vloer tuss<strong>en</strong> kruip- <strong>en</strong> woonruimte is voor ongeveer 10% proc<strong>en</strong>t afkomstig uit de<br />

kruipruimte. Soms loopt dit perc<strong>en</strong>tage zelfs op tot 50%. Ook via de op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de<br />

vloer waarlangs de di<strong>en</strong>stleiding<strong>en</strong> van gas, water <strong>en</strong> elektriciteit vanuit de kruipruimte<br />

naar de woonruimt<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> ontsnapt damp. De mate waarmee dit gebeurt hangt onder<br />

meer af van luchtdrukverschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de kruipruimte <strong>en</strong> de woning, de temperatuur<br />

in de kruipruimte, de (water)dampdruk in de kruipruimte <strong>en</strong> de v<strong>en</strong>tilatie van de kruipruimte.<br />

De voornaamste oorzak<strong>en</strong> van water in de kruipruimt<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> hoge grondwaterstand,<br />

de capillaire werking van de bodem (vooral in zandbodems), doorslag van reg<strong>en</strong>water<br />

<strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> gebrok<strong>en</strong> riolering.<br />

4.1.2.4. Vocht <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong><br />

Het verband tuss<strong>en</strong> vochtigheid <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> is al lang bek<strong>en</strong>d. Reeds in het<br />

Oude Testam<strong>en</strong>t wordt beschrev<strong>en</strong> hoe m<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t te handel<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> er in de woning<br />

“melaatsheid” op mur<strong>en</strong> of houtwerk <strong>en</strong> kleding wordt aangetroff<strong>en</strong>. (Leviticus 13:47-59<br />

<strong>en</strong> 14:34-54). Teg<strong>en</strong> het einde van de neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw wordt het verband tuss<strong>en</strong> ziekte<br />

<strong>en</strong> vocht steeds duidelijker, wat zich in onze region<strong>en</strong> uiteindelijk vertaalt in e<strong>en</strong> reeks<br />

maatregel<strong>en</strong> van officiële zijde (bv. de oprichting in 1919 van e<strong>en</strong> Nationale Maatschappij<br />

voor goedkope woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> woonvertrekk<strong>en</strong>).<br />

Naast aantasting van het woong<strong>en</strong>ot <strong>en</strong> het wooncomfort kan e<strong>en</strong> vochtige woning dus<br />

ook de <strong>gezondheid</strong> nadelig beïnvloed<strong>en</strong>. In de loop der jar<strong>en</strong> is heel wat onderzoek verricht<br />

naar de relatie tuss<strong>en</strong> klacht<strong>en</strong> van allergische m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> vochtige woning<strong>en</strong>. Er<br />

blijkt e<strong>en</strong> relatie te bestaan tuss<strong>en</strong> het voorkom<strong>en</strong> van atopische astma <strong>en</strong> het <strong>won<strong>en</strong></strong> in<br />

oude woning<strong>en</strong> met vochtproblem<strong>en</strong>. Schimmels, huisstofmijt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zilvervisjes verspreid<strong>en</strong><br />

allerg<strong>en</strong><strong>en</strong>. De aanwezigheid van deze diertjes in de woning hangt sam<strong>en</strong> met<br />

de vochtigheid van de woning. Vooral m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met chronische luchtwegaando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vochtige woning aanmerkelijk meer luchtwegklacht<strong>en</strong>, zoals astma (94).<br />

Vooral de huisstofmijt is berucht. Ook word<strong>en</strong> in vochtige woning<strong>en</strong> meer respiratoire<br />

klacht<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> (95). Ook m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met reumatische aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> meer klacht<strong>en</strong><br />

te hebb<strong>en</strong> in vochtige woning<strong>en</strong>.<br />

4.1.3. Luchttemperatuur<br />

4.1.3.1. Comfort<br />

Eén van de hoofdbedoeling<strong>en</strong> van gebouw<strong>en</strong> is zijn gebruikers bescherm<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de<br />

omstandighed<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>, ook <strong>en</strong> vooral het weer. Binn<strong>en</strong> moet het dus altijd aang<strong>en</strong>aam


warm (of koel) zijn. M<strong>en</strong> praat over thermisch comfort wanneer de blootgestelde m<strong>en</strong>s<br />

ge<strong>en</strong> behoefte heeft aan e<strong>en</strong> hogere of lagere temperatuur. Thermisch comfort wordt<br />

daarom uitgedrukt in de mate waarin m<strong>en</strong> tevred<strong>en</strong> is met de temperatuur. Bed<strong>en</strong>k wel<br />

dat de (lucht)temperatuur op zich niet alle<strong>en</strong> bepaalt of de m<strong>en</strong>s het warm of koud heeft.<br />

In de tocht lijkt het bijvoorbeeld kouder zoals het gebruik van e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilator in de zomer<br />

bewijst of de sauna waar het ine<strong>en</strong>s veel warmer wordt wanneer e<strong>en</strong> schep water op de<br />

warme st<strong>en</strong><strong>en</strong> wordt gegooid. Het lijkt in deze gevall<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> maar warmer of kouder, de<br />

omgevingstemperatuur op zich verandert immers niet.<br />

Thermisch comfort binn<strong>en</strong> wordt dus bepaald door e<strong>en</strong> aantal parameters zoals de luchtvochtigheid,<br />

de vloertemperatuur, het verschil tuss<strong>en</strong> de temperatuur rond hoofd <strong>en</strong><br />

voet<strong>en</strong>, warmte- of koudestraling <strong>en</strong> tocht.<br />

Tabel 7 : PMV*-waard<strong>en</strong> (103) *Predicted mean vote (PMV)<br />

+3 heet<br />

+2 warm<br />

+1 <strong>en</strong>igszins warm<br />

0 neutraal<br />

-1 <strong>en</strong>igszins koel<br />

-2 koel<br />

-3 koud<br />

Op basis van groothed<strong>en</strong> zoals de warmteweerstand van de kleding, het activiteit<strong>en</strong>niveau<br />

van de gebruiker, de luchttemperatuur, de gemiddelde stralingstemperatuur, de relatieve<br />

luchtvochtigheid <strong>en</strong> de luchtsnelheid, kan word<strong>en</strong> voorspeld hoe het thermisch binn<strong>en</strong>klimaat<br />

door zijn gebruikers zal word<strong>en</strong> beoordeeld. Dit gebeurt door het perc<strong>en</strong>tage<br />

ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> te voorspell<strong>en</strong>. Hiervoor wordt de PMV (Predicted Mean Vote) berek<strong>en</strong>d.<br />

Deze waarde is gebaseerd op de warmtebalans van het m<strong>en</strong>selijk lichaam. Wanneer de<br />

inw<strong>en</strong>dige warmteproductie van het lichaam gelijk is aan het warmteverlies. De PMV<br />

wordt uitgedrukt in e<strong>en</strong> getal tuss<strong>en</strong> +3 <strong>en</strong> -3. E<strong>en</strong> PMV van 0 betek<strong>en</strong>t dat de gemiddelde<br />

gebruiker het meest tevred<strong>en</strong> is over het thermisch comfort in de omgeving. E<strong>en</strong> PMV<br />

van 0 is uiteraard in de praktijk bijna onhaalbaar. ISO 7730 (41) schrijft voor het aantal<br />

ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> te beperk<strong>en</strong> tot 10%, dit komt neer op e<strong>en</strong> PMV tuss<strong>en</strong> +0,5 <strong>en</strong> -0,5. E<strong>en</strong><br />

overschrijding van deze gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de 10% van de verblijfstijd wordt aanvaard.<br />

In relatie met de PMV staat de PPD (Predicted Perc<strong>en</strong>tage of Dissatisfied). De PPD geeft<br />

aan welk perc<strong>en</strong>tage van de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ruimte ontevred<strong>en</strong> is over het thermisch comfort.<br />

Dit geldt in beide richting<strong>en</strong>, te warm <strong>en</strong> te koud. Als optimum word<strong>en</strong> maximaal 5%<br />

53


54<br />

ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> vooropgesteld of e<strong>en</strong> PMV = 0. Bij e<strong>en</strong> PMV = +0,5 heeft 10% het te warm<br />

(PPD=10%), omgekeerd heeft bij e<strong>en</strong> PMV = -0,5 10% het te koud.<br />

Comfortklass<strong>en</strong><br />

hoog standaard minimum<br />

Algeme<strong>en</strong> comfort<br />

-PPD < 6% < 10% < 15%<br />

-PMV -0,2


Luchttemperatuur (°C) Luchtsnelheid in m/s bij activiteit<strong>en</strong>klasse<br />

I II III<br />

20 0,15 0,2 0,2<br />

22 0,15 0,2 0,2<br />

24 0,2 0,2 0,3<br />

26 0,3 0,3 0,4<br />

28 0,3 0,4 0,4<br />

Tabel 9 : Luchtsnelheid (richtwaard<strong>en</strong> uit DIN 1946)<br />

4.1.5. Kleding <strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong>niveau<br />

I: rust<strong>en</strong>d - II: lichte arbeid - III: zware arbeid<br />

Niet alle<strong>en</strong> klimaat maar ook kleding <strong>en</strong> arbeid hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote invloed op de gew<strong>en</strong>ste<br />

temperatuur. De isolatie van kleding wordt uitgedrukt in de e<strong>en</strong>heid clo, ruwweg is 1 clo<br />

anderhalve laag kleding, ondergoed telt dan als e<strong>en</strong> halve laag. Globaal gezi<strong>en</strong> bestaat er<br />

e<strong>en</strong> verband tuss<strong>en</strong> het aantal lag<strong>en</strong> <strong>en</strong> de temperatuur. Per laag zou de temperatuur 4 tot<br />

5°C moet<strong>en</strong> zakk<strong>en</strong>.<br />

Soort kleding clo<br />

Ge<strong>en</strong> 0<br />

Bikini 0,01<br />

Korte broek 0,1<br />

Trop<strong>en</strong>kleding (korte broek, hemd met korte mouw<strong>en</strong>, licht ondergoed) 0,3<br />

Lichte zomerkleding (lange dunne pantalon, hemd met korte mouw<strong>en</strong>) 0,5<br />

Licht kostuum <strong>en</strong> lichte werkkleding 0,8<br />

Zak<strong>en</strong>kostuum <strong>en</strong> werkkleding 1<br />

Zwaar kostuum (vest, lange onderbroek, hemd met lange mouw<strong>en</strong>) 1,2<br />

Winterwerkpak 1,5<br />

Dikke kleding 3 - 4<br />

Tabel 10 : Gemiddelde waard<strong>en</strong> kledingisolatie<br />

Ook tijd<strong>en</strong>s het uitvoer<strong>en</strong> van arbeid kan de temperatuur zakk<strong>en</strong>. Bij inspanning is er<br />

altijd sprake van hogere fysiologische belasting. In rust bedraagt de geproduceerde<br />

warmte of metabolisme ongeveer 120 W oplop<strong>en</strong>d tot bov<strong>en</strong> 1000 W bij piekarbeid.<br />

Gemiddeld g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wordt 400 W beschouwd als zware arbeid.<br />

55


56<br />

E<strong>en</strong> verandering van 2 °C in gew<strong>en</strong>ste temperatuur komt overe<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> halve kledinglaag<br />

of 40 W metabolisme. Uiteraard blijft er e<strong>en</strong> wereld van verschil tuss<strong>en</strong> wat<br />

het <strong>en</strong>e individu w<strong>en</strong>st <strong>en</strong> wat het andere. Deze verschill<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> veeleer tot stand door<br />

gew<strong>en</strong>ning <strong>en</strong> gewoonte dan door verschill<strong>en</strong> in fysiologisch functioner<strong>en</strong>.<br />

4.2. Luchtverversing<br />

4.2.1. V<strong>en</strong>tilatie<br />

Gedur<strong>en</strong>de de ademhaling wordt zuurstof verbruikt, terwijl koolstofdioxide <strong>en</strong> waterdamp<br />

word<strong>en</strong> afgegev<strong>en</strong>. Is er onvoldo<strong>en</strong>de zuurstoftoevoer dan wordt de lucht muf <strong>en</strong> de<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> duf. Om deze red<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> al is luchtverversing noodzakelijk, doch er zijn ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s<br />

andere red<strong>en</strong><strong>en</strong>: de afvoer van geproduceerde warmte, micro-organism<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere<br />

schadelijke product<strong>en</strong> <strong>en</strong> onaang<strong>en</strong>ame geurtjes. E<strong>en</strong> toevoer van 25m³ verse lucht per<br />

persoon per uur kan word<strong>en</strong> beschouwd als e<strong>en</strong> minimumbehoefte.<br />

Nu er teg<strong>en</strong>woordig <strong>en</strong>ergiezuiniger wordt gebouwd - luchtdichter - heeft e<strong>en</strong> goede<br />

v<strong>en</strong>tilatie nog aan belang gewonn<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> oude woning, met zijn kier<strong>en</strong> <strong>en</strong> ret<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong><br />

natuurlijke v<strong>en</strong>tilatie van ongeveer drie luchtverversing<strong>en</strong> per uur niet ongewoon. In e<strong>en</strong><br />

moderne woning kan dit technisch erg makkelijk word<strong>en</strong> herleid tot 0,2. Vraag is waar de<br />

minima ligg<strong>en</strong> die nog net e<strong>en</strong> gezonde bewoning toelat<strong>en</strong>.<br />

Er zijn vier typ<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie.<br />

Meest gebruikt is de natuurlijke v<strong>en</strong>tilatie, waarbij toevoer <strong>en</strong> afvoer plaatsvind<strong>en</strong> via<br />

op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de gevel, ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> deur<strong>en</strong>, maar ook gat<strong>en</strong> <strong>en</strong> splet<strong>en</strong>. De meeste gebouw<strong>en</strong>,<br />

zeker woning<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> op natuurlijke wijze gev<strong>en</strong>tileerd. Natuurlijke v<strong>en</strong>tilatie<br />

van gebouw<strong>en</strong> komt tot stand onder invloed van luchtdrukverschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong>omgeving <strong>en</strong> door v<strong>en</strong>tilatie-op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> lekk<strong>en</strong> in de wand<strong>en</strong> van het gebouw.<br />

Het v<strong>en</strong>tilatiedebiet stijgt naarmate het luchtdrukverschil to<strong>en</strong>eemt, het daalt bij hogere<br />

luchtdichtheid van het gebouw<strong>en</strong>omhulsel. Dit systeem is erg afhankelijk van het weer<br />

(wind, temperatuur).<br />

Verder is er de natuurlijke toevoer <strong>en</strong> mechanische afvoer. Aanvoer via natuurlijke<br />

op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de gevel, afvoer via e<strong>en</strong> kanal<strong>en</strong>systeem dat de lucht mechanisch afzuigt in<br />

keuk<strong>en</strong>, toilet <strong>en</strong> badkamer.<br />

Omgekeerd de mechanische toevoer, natuurlijke afvoer van lucht. E<strong>en</strong> mechanisch<br />

systeem blaast via e<strong>en</strong> kanal<strong>en</strong>systeem lucht in de woning. De afvoer vindt plaats op<br />

natuurlijke wijze via op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de gevel of via verticale afvoerkanal<strong>en</strong>.<br />

En als laatste de mechanische toevoer <strong>en</strong> afvoer. E<strong>en</strong> kanal<strong>en</strong>systeem voert lucht op e<strong>en</strong><br />

mechanische wijze toe naar alle kamers. De afvoer naar buit<strong>en</strong> gebeurt via e<strong>en</strong> parallel<br />

kanal<strong>en</strong>systeem. Voordeel van dit systeem is dat het binn<strong>en</strong>klimaat volledig kan word<strong>en</strong><br />

beheerst, nadeel is de vooral biologische kwetsbaarheid <strong>en</strong> de afhankelijkheid van e<strong>en</strong><br />

machine. Fal<strong>en</strong> van het systeem wordt niet altijd snel opgemerkt waardoor vervuiling zich


kan opstapel<strong>en</strong>. Vooral wanneer de afvoer van verbrandingsgass<strong>en</strong> faalt kan e<strong>en</strong> gevaarlijke<br />

situatie ontstaan.<br />

Vertrek<br />

woonkamer<br />

slaapkamer<br />

studeerkamer<br />

badkamer<br />

keuk<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong> keuk<strong>en</strong><br />

hall<br />

toilet<br />

berging<br />

garage<br />

kruipruimte<br />

Gew<strong>en</strong>ste<br />

temperatuur<br />

°C<br />

20<br />

12 - 18<br />

18 - 20<br />

22<br />

18<br />

18 - 20<br />

15<br />

12<br />

5<br />

5<br />

-<br />

Minimale v<strong>en</strong>tilatie<br />

m³/h<br />

75 - 150<br />

25<br />

25<br />

50<br />

75 - 100<br />

Tabel 11 : Gemiddelde temperatuur <strong>en</strong> minimum v<strong>en</strong>tilatie per vertrek<br />

Het is van belang zodanige eis<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> dat t<strong>en</strong> eerste, bij normale buit<strong>en</strong>- klimaatvoorwaard<strong>en</strong><br />

elke bewoner over voldo<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatiedebiet kan beschikk<strong>en</strong> zonder dat daarbij<br />

schade aan het gebouw ontstaat. Dit veronderstelt e<strong>en</strong> regelbare v<strong>en</strong>tilatie.<br />

T<strong>en</strong> tweede mag bij uitzonderlijke klimatologische omstandighed<strong>en</strong> het v<strong>en</strong>tilatiedebiet<br />

niet te sterk oplop<strong>en</strong> zodat de verwarmingskost<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> aanvaardbare gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>.<br />

Dit veronderstelt voldo<strong>en</strong>de luchtdichtheid van het gebouw. Door verbetering van de<br />

luchtdichtheid van kamers of gebouw<strong>en</strong> neemt het luchtinfiltratiedebiet af.<br />

De behoeft<strong>en</strong> van de m<strong>en</strong>s variër<strong>en</strong> sterk (aantal aanwezige person<strong>en</strong>, activiteit<strong>en</strong> e.d.),<br />

ook het buit<strong>en</strong>klimaat is erg variabel.<br />

Al deze punt<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> tot gevolg dat :<br />

- het luchtdebiet regelbaar moet zijn (afhankelijk van het buit<strong>en</strong>klimaat <strong>en</strong> de<br />

v<strong>en</strong>tilatiebehoeft<strong>en</strong>);<br />

- het luchtdebiet ge<strong>en</strong> aanleiding mag gev<strong>en</strong> tot tochthinder, waterinfiltratie,<br />

lawaaihinder <strong>en</strong> inbraak.<br />

De regelbare v<strong>en</strong>tilatiemogelijkhed<strong>en</strong> zijn meestal ram<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>.<br />

v<strong>en</strong>tilatieroosters <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatiekokers.<br />

Voor het v<strong>en</strong>tilatievoud, het aantal vervanging<strong>en</strong> van de binn<strong>en</strong>lucht in e<strong>en</strong> ruimte door<br />

buit<strong>en</strong>lucht, bestaan ge<strong>en</strong> norm<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede vuistregel is wel dat het v<strong>en</strong>tilatievoud<br />

minimaal 1 per uur moet zijn. Bij lagere frequ<strong>en</strong>tie ontstaan er absoluut klacht<strong>en</strong>.<br />

Het binn<strong>en</strong>milieubesluit legt e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatievoud op groter dan of gelijk aan 1 (59).<br />

150<br />

25<br />

+ eis andere ruimte<br />

ge<strong>en</strong> speciale eis<br />

Netto<br />

v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<br />

cm²<br />

210 - 420<br />

10 /m²<br />

vloeroppervlak<br />

> 70<br />

140<br />

210 - 280<br />

420<br />

70<br />

zie slaapkamer<br />

1/500 deel vloeroppervlak<br />

voldo<strong>en</strong>de gev<strong>en</strong>tileerd<br />

57


58<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

Temperatuur, vocht <strong>en</strong> luchtverversing zijn ge<strong>en</strong> afzonderlijke statische gegev<strong>en</strong>s, doch<br />

vorm<strong>en</strong> integ<strong>en</strong>deel e<strong>en</strong> erg dynamisch geheel in ons woongedrag. Daarom belicht<strong>en</strong><br />

wij speciaal de rol van de bewoners. Let wel zo’n 75% van de vochtproblem<strong>en</strong> zou zijn<br />

oorzaak vind<strong>en</strong> in of in de nabijheid van de kruipruimte. Onjuist v<strong>en</strong>tilatiegedrag zou<br />

slechts in 4% van de woning<strong>en</strong> met vochtproblem<strong>en</strong> de werkelijke oorzaak zijn (68).<br />

VOLDOENDE VENTILEREN<br />

In ruimt<strong>en</strong> waar altijd iemand aanwezig is of waar er constante vochtproductie is, di<strong>en</strong>t<br />

m<strong>en</strong> te zorg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> perman<strong>en</strong>te verluchting, bijvoorbeeld door het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

klepraampjes of v<strong>en</strong>tilatieroosters.<br />

E<strong>en</strong> perman<strong>en</strong>te extra verluchting wordt soms reeds automatisch verkreg<strong>en</strong> door het<br />

plaats<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kachel, door kier<strong>en</strong> <strong>en</strong> dergelijke. Voor vertrekk<strong>en</strong> waar niet altijd<br />

iemand aanwezig is, zoals slaapkamers, volstaat het gedur<strong>en</strong>de vrij korte periodes de<br />

kamer te lucht<strong>en</strong>. Het blijkt dat e<strong>en</strong> half uur lucht<strong>en</strong> door het wijd op<strong>en</strong><strong>en</strong> van de ram<strong>en</strong><br />

voldo<strong>en</strong>de is om e<strong>en</strong> kamer weer fris te krijg<strong>en</strong> (stootv<strong>en</strong>tilatie).<br />

Het is w<strong>en</strong>selijk de temperatuur in bewoonde kamers niet te lat<strong>en</strong> dal<strong>en</strong> onder 10°C,<br />

vooral bij vochtig <strong>en</strong> niet te koud weer. Wanneer m<strong>en</strong> bepaalde bewoonde kamers toch<br />

niet w<strong>en</strong>st te verwarm<strong>en</strong> (slaapkamers) moet voor behoorlijke v<strong>en</strong>tilatie in deze kamers<br />

word<strong>en</strong> gezorgd. Dit kan gecontroleerd word<strong>en</strong> door het met<strong>en</strong> van de relatieve vochtigheid.<br />

Immers hoe lager de temperatuur, hoe minder water de lucht kan bevatt<strong>en</strong>.<br />

BEPERKEN VAN DE DAMPVERSPREIDING IN DE WONING<br />

Door de aanwezigheid van damp die op welbepaalde plaats<strong>en</strong> ontstaat <strong>en</strong> die zich in<br />

het gebouw verspreidt <strong>en</strong> terechtkomt in onverwarmde ruimt<strong>en</strong>, is het duidelijk dat het<br />

relatieve vochtgehalte hier stijgt, met ev<strong>en</strong>tueel oppervlaktecond<strong>en</strong>satie als gevolg.<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> zijn het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van de badkamerdeur na het bad<strong>en</strong>, het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van de keuk<strong>en</strong>deur<br />

onmiddellijk na het kok<strong>en</strong>, het verlucht<strong>en</strong> van de slaapkamers door het op<strong>en</strong>lat<strong>en</strong><br />

van de deur<strong>en</strong>. Er di<strong>en</strong><strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> om het verspreid<strong>en</strong> van<br />

damp in de woning te belett<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van badkamerram<strong>en</strong> na<br />

het bad<strong>en</strong>, door het inschakel<strong>en</strong> van de dampkap in de keuk<strong>en</strong>, door linn<strong>en</strong>droogmachines<br />

aan te sluit<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> geschikt dampafvoerkanaal.<br />

Tabel 12 geeft e<strong>en</strong> summiere opsomming van e<strong>en</strong> reeks praktische tips in verband met<br />

de v<strong>en</strong>tilatie van de woning.


1. Lucht kort maar krachtig. Dat kost minder <strong>en</strong>ergie dan e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatie door e<strong>en</strong> kleine op<strong>en</strong>ing of door<br />

kier<strong>en</strong>.<br />

2. V<strong>en</strong>tilatieroosters <strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatieklepp<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> meer lucht door naarmate het harder waait. Regel daar de op<strong>en</strong>ingsstand<br />

dus naar, maar vergeet dan niet, wanneer de wind afneemt, het rooster weer op<strong>en</strong> te zett<strong>en</strong>.<br />

3. Raamv<strong>en</strong>tilator<strong>en</strong> <strong>en</strong> afzuigkapp<strong>en</strong> zuig<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> ongew<strong>en</strong>ste geurtjes weg, maar ook warme lucht. Gebruik ze<br />

wel, maar zo kort mogelijk.<br />

4. Bestrijd verontreiniging<strong>en</strong> van de binn<strong>en</strong>lucht zo veel mogelijk bij de bron (bijvoorbeeld voorzie de geiser van e<strong>en</strong><br />

afvoer).<br />

5. Plaats e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilator bij voorkeur niet op e<strong>en</strong> gevel waar altijd de wind op staat.<br />

6. Schakel de v<strong>en</strong>tilator wel tijdig in, dus vóór de noodzaak tot v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> ontstaat.<br />

7. Kies e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilator niet te krap. Juist in de piekur<strong>en</strong> (bijvoorbeeld tijd<strong>en</strong>s het kok<strong>en</strong>) is voldo<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatie belangrijk.<br />

8. Schakel e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal afzuigsysteem niet uit. Het v<strong>en</strong>tilatiesysteem is gebaseerd op e<strong>en</strong> continue afzuiging.<br />

9. E<strong>en</strong> kookstand bij e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal afzuigsysteem is sterk aan te bevel<strong>en</strong>.<br />

10. Plaats e<strong>en</strong> afvoerrooster in de keuk<strong>en</strong> of het toilet bij voorkeur bov<strong>en</strong> in het vertrek aan de noord- of oostgevel. Bij<br />

e<strong>en</strong> rooster in de zuidwestgevel zal de wind vaak in het rooster blaz<strong>en</strong> <strong>en</strong> daardoor zull<strong>en</strong> de luchtjes zich juist door de<br />

woning verspreid<strong>en</strong>.<br />

11. <strong>Zorg</strong> naast e<strong>en</strong> beheerst afvoersysteem altijd voor voldo<strong>en</strong>de toevoer van verse lucht door e<strong>en</strong> raampje, luikje, v<strong>en</strong>tilatierooster<br />

of -schuif.<br />

12. Lucht de kamers, vooral als het e<strong>en</strong> beetje waait, maar 10 minut<strong>en</strong>. Dan is de meeste binn<strong>en</strong>lucht al vervang<strong>en</strong> door<br />

verse buit<strong>en</strong>lucht. Draai wel ruim van tevor<strong>en</strong> de radiatorkran<strong>en</strong> dicht of zet de thermostaat laag.<br />

13. Bij grondig lucht<strong>en</strong> van de slaapkamer is het op<strong>en</strong><strong>en</strong> van e<strong>en</strong> (groot) raam gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> half uur in het algeme<strong>en</strong><br />

wel voldo<strong>en</strong>de. Langer op<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> verhoogt niet de frisheid, maar wel het <strong>en</strong>ergieverbruik !<br />

14. Lucht na het douch<strong>en</strong> of bad<strong>en</strong> de badkamer 15 tot 30 minut<strong>en</strong> grondig. Dan zal de meeste waterdamp direct weer<br />

zijn afgevoerd. Zet ook dan de radiatorkraan ev<strong>en</strong> tevor<strong>en</strong> dicht.<br />

15. E<strong>en</strong> op<strong>en</strong> keuk<strong>en</strong> moet mechanisch word<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>tileerd.<br />

16. Zet in meergezinswoning<strong>en</strong> nooit naderhand e<strong>en</strong> al dan niet motorloze wasemkap of v<strong>en</strong>tilator op e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk<br />

v<strong>en</strong>tilatiekanaal binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> luchtcirculatiesysteem dat daarop niet ontworp<strong>en</strong> is.<br />

17. Zet de v<strong>en</strong>tilatie-op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de garage nooit dicht, dek ook de kier<strong>en</strong> onder de deur niet af.<br />

18. V<strong>en</strong>tileer bij koud weer nauwgezet in verband met e<strong>en</strong> juiste relatieve vochtigheid. Te weinig v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong><br />

overmaat aan vocht <strong>en</strong> schimmelvorming gev<strong>en</strong>. Te veel v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> maakt in de winter de lucht te droog.<br />

19. Zet bij het drog<strong>en</strong> van wasgoed of het afvoer<strong>en</strong> van geurstoff<strong>en</strong> - zo nodig langdurig -e<strong>en</strong> raampje op<strong>en</strong>.<br />

20. <strong>Zorg</strong> dat, in verband met de behaaglijkheid in e<strong>en</strong> vertrek, de relatieve vochtigheid t<strong>en</strong>minste tuss<strong>en</strong> de 35 <strong>en</strong> 75 %<br />

ligt.<br />

E<strong>en</strong> te lage relatieve vochtigheid kan word<strong>en</strong> verbeterd door e<strong>en</strong> luchtbevochtiger aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> in mindere mate<br />

door waterbakjes aan de radiator<strong>en</strong> te hang<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> te hoge relatieve vochtigheid kan word<strong>en</strong> verbeterd door kort maar krachtig te v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> of te lucht<strong>en</strong>.<br />

21. Opvoer<strong>en</strong> van de v<strong>en</strong>tilatiefrequ<strong>en</strong>tie om het bouwvocht versneld af te voer<strong>en</strong>, valt in de winter niet aan te bevel<strong>en</strong>.<br />

Dat verhoogt alle<strong>en</strong> het <strong>en</strong>ergieverbruik. Bij e<strong>en</strong> te hoge relatieve vochtigheid heeft, voor het omlaag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van deze<br />

laatste, regelmatig e<strong>en</strong> korte extra v<strong>en</strong>tilatie meer nut.<br />

22. Gasapparat<strong>en</strong> <strong>en</strong> op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> verbruik<strong>en</strong> de zuurstof uit de lucht. Ze hebb<strong>en</strong> dus, als ze in bedrijf zijn, voortdur<strong>en</strong>d<br />

frisse lucht nodig. De speciaal daarvoor aangebrachte v<strong>en</strong>tilatie-op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> gedicht.<br />

23. Geef of laat uw gastoestell<strong>en</strong> regelmatig e<strong>en</strong> onderhoudsbeurt gev<strong>en</strong>. Dit is van groot belang voor e<strong>en</strong> goede verbranding<br />

<strong>en</strong>, met name bij e<strong>en</strong> afvoerloze geiser, ook voor de <strong>gezondheid</strong> van de bewoners.<br />

24. Vraag aan de installateur of het gasbedrijf, waar de luchttoevoerop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> -<strong>en</strong> de grootte daarvan -voor gastoestell<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong>.<br />

25. Zo u de hele woning, onder andere met tochtstrips, kierdicht maakt, br<strong>en</strong>g dan zo nodig wel voldo<strong>en</strong>de regelbare<br />

v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> aan.<br />

26. V<strong>en</strong>tileer tijd<strong>en</strong>s de 6 tot 8 wek<strong>en</strong> dur<strong>en</strong>de drogingsperiode van ureumformaldehyde-schuim spouwisolatiemateriaal<br />

wat meer dan gewoonlijk bij mogelijke hinder van formaldehydedamp<strong>en</strong>.<br />

Bron: Bouwc<strong>en</strong>trum-Won<strong>en</strong> Informatie “V<strong>en</strong>tilatie van woning<strong>en</strong>”. Bouwc<strong>en</strong>trumgebouw, We<strong>en</strong>a 700, Rotterdam<br />

Tabel 12 : Praktische tips voor v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> <strong>en</strong> lucht<strong>en</strong>.<br />

59


60<br />

4.3. Verlichting<br />

Verlichting in de woning is erg belangrijk voor het gevoel van welbehag<strong>en</strong>, licht vormt <strong>en</strong><br />

kleurt immers de omgeving waarin wij lev<strong>en</strong>. Licht is onmisbaar voor de uitvoering van<br />

e<strong>en</strong> groot aantal activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> tak<strong>en</strong>. Bij 80 tot 90% van alle hand<strong>en</strong>arbeid heeft “zi<strong>en</strong>”<br />

e<strong>en</strong> min of meer belangrijke functie. Verget<strong>en</strong> we niet dat 40% van onze zintuiglijke<br />

informatie aangeleverd wordt via onze og<strong>en</strong>.<br />

Licht is dat deel van de elektromagnetische straling dat door het m<strong>en</strong>selijk oog kan<br />

word<strong>en</strong> waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Afhankelijk van de golfl<strong>en</strong>gte geeft licht e<strong>en</strong> bepaalde kleurindruk.<br />

Golfl<strong>en</strong>gte (nm) tuss<strong>en</strong> Kleurindruk<br />

Tabel 13 : Licht <strong>en</strong> kleur (23)<br />

380 - 420 violet<br />

420 - 495 blauw<br />

495 - 555 gro<strong>en</strong><br />

555 - 590 geel<br />

590 - 630 oranje<br />

630 - 780 rood<br />

Als het aangebod<strong>en</strong> licht verschill<strong>en</strong>de golfl<strong>en</strong>gt<strong>en</strong> bevat, wat meestal het geval is, zi<strong>en</strong><br />

we toch één, sam<strong>en</strong>gestelde kleur. E<strong>en</strong> voorbeeld is “wit” licht, zoals het zonlicht. Zonlicht<br />

is e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gsel van de hierbov<strong>en</strong> vermelde kleurindrukk<strong>en</strong>. De hieruit sam<strong>en</strong>gestelde<br />

kleur is wit. Twee bronn<strong>en</strong> die allebei wit licht uitstral<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> niet precies ev<strong>en</strong> wit<br />

te zijn. De <strong>en</strong>e lichtbron kan iets meer rood, de andere iets meer blauw uitstral<strong>en</strong>. In het<br />

eerste geval doet het licht “warmer” aan, in het laatste juist “kouder”. Dit is de kleurtemperatuur.<br />

Tabel 14 : Kleurtemperatuur (23)<br />

Lichtbron Kleurtemperatuur (K)<br />

gloeilamp 2.500 - 3.000<br />

TL-lamp 3.000 - 7.500<br />

zonlicht 5.000 - 25.000<br />

Naast kleur zijn nog <strong>en</strong>kele andere begripp<strong>en</strong> van belang om de kwaliteit van de verlichting<br />

van e<strong>en</strong> ruimte te kunn<strong>en</strong> beoordel<strong>en</strong>. De totale hoeveelheid licht die per seconde<br />

door e<strong>en</strong> lichtbron wordt afgegev<strong>en</strong> heet lichtstroom. E<strong>en</strong> maat voor deze lichtstroom is<br />

de lum<strong>en</strong> (lm). De lichtsterkte is de lichtstroom die per e<strong>en</strong>heid in e<strong>en</strong> bepaalde richting<br />

wordt gezond<strong>en</strong>. De e<strong>en</strong>heid van lichtsterkte is de candela (cd). De verlichtingssterkte is


de lichtstroom per oppervlakte-e<strong>en</strong>heid. Dit wordt uitgedrukt in lux. E<strong>en</strong> lux is e<strong>en</strong> lum<strong>en</strong><br />

per vierkante meter (lm/m²). Verder is nog de luminantie belangrijk. Dit is de lichtsterkte<br />

in e<strong>en</strong> bepaalde richting per e<strong>en</strong>heid van oppervlakte van de lichtbron <strong>en</strong> wordt dus uitgedrukt<br />

in candela per vierkante meter (cd/m²).<br />

Bron <strong>en</strong> plaats Verlichtingssterkte (lux)<br />

zomeravond bij volle maan <strong>en</strong> 0,25<br />

heldere hemel in het vrije veld<br />

tafel binn<strong>en</strong> met plaatselijke verlichting 50 - 500<br />

zomermiddag in het vrije veld bij bewolkte hemel 30.000<br />

zomermiddag in het vrije veld bij onbewolkte hemel 100.000<br />

Tabel 15 : Verlichtingssterkte (23)<br />

4.3.1. Daglicht<br />

Daglicht is ess<strong>en</strong>tieel voor de m<strong>en</strong>s. Niet alle<strong>en</strong> het biologisch ritme <strong>en</strong> de stofwisselingsprocess<strong>en</strong><br />

(vitamine D-metabolisme, bilirubineafbraak) word<strong>en</strong> er door beïnvloed maar<br />

ook ons geestelijk welbevind<strong>en</strong>. Het is voor het ev<strong>en</strong>wicht van ieder m<strong>en</strong>s belangrijk dat<br />

hij naar buit<strong>en</strong> kan kijk<strong>en</strong>, het seizo<strong>en</strong> kan herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, welk weer <strong>en</strong> welk uur van de dag.<br />

4.3.2. Kunstlicht<br />

Kwalitatieve eis<strong>en</strong> zijn :<br />

- niet verblind<strong>en</strong> <strong>en</strong> toch voldo<strong>en</strong>de helder. Zoveel mogelijk stral<strong>en</strong> in het zichtbare<br />

gedeelte van het spectrum want teveel infrarood geeft hinderlijke warmte <strong>en</strong> teveel ultraviolet<br />

is gevaarlijk voor de oogl<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de huid;<br />

- contrastrijk zijn <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de dieptezicht gev<strong>en</strong>, reliëf br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>;<br />

- kleur<strong>en</strong> respecter<strong>en</strong>;<br />

- niet flikker<strong>en</strong>, dit heeft e<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>de aanpassing van de pupil tot gevolg.<br />

Verschill<strong>en</strong>de onderzoek<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> 1000 tot 2000 lux als optimale verlichting voor doorsnee<br />

werkruimt<strong>en</strong>, in kantoorruimt<strong>en</strong> is dit 200 tot 800 lux. Minimale lichtsterkte voor<br />

woning<strong>en</strong> is 150 lux. (2) Oriëntatieverlichting met e<strong>en</strong> minimumniveau van 10 lux kan<br />

volstaan.<br />

De lichtkleur wordt uitgedrukt in Kelvin (K). E<strong>en</strong> lage kleurtemperatuur (2800K) wordt<br />

als warm ervar<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> hoge kleurtemperatuur (7000K) juist als koel.<br />

De meeste klacht<strong>en</strong> over verlichting word<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong> aan fluoresc<strong>en</strong>tielamp<strong>en</strong>. Er<br />

is ge<strong>en</strong> bewijs dat dit veroorzaakt zou word<strong>en</strong> door het lichtspectrum van deze lamp<strong>en</strong>,<br />

het zou eerder word<strong>en</strong> veroorzaakt door het flikker<strong>en</strong>. Fluoresc<strong>en</strong>tielamp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij<br />

wisselstroom regelmatig onderbrok<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> stroom van 50 Hz geeft 100 ontlading<strong>en</strong><br />

61


62<br />

per seconde. Voor onze og<strong>en</strong> ligt deze frequ<strong>en</strong>tie zo hoog dat het niet opgemerkt wordt.<br />

Indi<strong>en</strong> echter de frequ<strong>en</strong>tie zakt onder de 70 ontlading<strong>en</strong> per seconde stijgt het aantal<br />

klacht<strong>en</strong> over flikker<strong>en</strong> (<strong>en</strong> vermoeidheid) <strong>en</strong>orm. Vakkundige installatie <strong>en</strong> regelmatige<br />

vervanging van oude lamp<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hier e<strong>en</strong> oplossing br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (89).<br />

4.4. Geluid<br />

Niet zozeer de geluid<strong>en</strong> die wij zelf mak<strong>en</strong> dan wel de geluid<strong>en</strong> die doordring<strong>en</strong> van<br />

buit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> invloed op ons wooncomfort. Belangrijkste bronn<strong>en</strong> van binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong>d<br />

lawaai zijn activiteit<strong>en</strong> van bur<strong>en</strong> <strong>en</strong> het verkeer. Dit wordt ervar<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> inbreuk<br />

op onze privacy. Onze prestaties <strong>en</strong> onze <strong>gezondheid</strong> word<strong>en</strong> er door beïnvloed.<br />

De hinderlijkheid van e<strong>en</strong> bepaald geluid is echter niet alle<strong>en</strong> afhankelijk van zijn sterkte,<br />

doch ook van zijn aard <strong>en</strong> karakter. Ook de tijd waarbij m<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> geluid blootgesteld<br />

wordt is van belang.<br />

Gehoorschade is het gevolg van blootstelling aan overmatig lawaai. Zij is echter afhankelijk<br />

van verschill<strong>en</strong>de variabel<strong>en</strong> zoals het geluidsniveau, de frequ<strong>en</strong>tie, de duur van de<br />

blootstelling <strong>en</strong> de bezighed<strong>en</strong> op dat mom<strong>en</strong>t.<br />

Lawaai wordt algeme<strong>en</strong> niet gezi<strong>en</strong> als schadelijk voor het gehoor wanneer het onder de<br />

drempel van 85 dB(A) blijft in de spreekfrequ<strong>en</strong>ties (250 tot 4000 Hz). M<strong>en</strong> mag echter<br />

niet verget<strong>en</strong> dat bij hogere frequ<strong>en</strong>ties het risico op schade, ondanks e<strong>en</strong>zelfde geluidsint<strong>en</strong>siteit,<br />

veel hoger ligt. Gehoorschad<strong>en</strong>de geluidsniveaus treff<strong>en</strong> we vooral in de werksfeer<br />

aan <strong>en</strong>, in de vrije tijd, bij het beluister<strong>en</strong> van muziek, bijvoorbeeld met koptelefoon,<br />

walkman of in de discotheek.<br />

Figuur 8: Modelmatige relatie blootstelling aan lawaai <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong>


Bij de geluidsniveau’s die doorgaans in woonruimt<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> zijn, belangrijker dan<br />

het risico op gehoorschade, het emotionele <strong>en</strong> psychische effect van lawaai. Geluidshinder<br />

kan aanleiding gev<strong>en</strong> tot extra-auditieve effect<strong>en</strong> zoals conc<strong>en</strong>tratiestoorniss<strong>en</strong>,<br />

slaapstoorniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> bloeddrukstijging. Het geluidsniveau dat in e<strong>en</strong> ruimte mag heers<strong>en</strong> is<br />

afhankelijk van de activiteit<strong>en</strong> die er in die ruimte uitgeoef<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> (tabel 16).<br />

De geluidswering van gevels moet zodanig zijn dat de geluidsbelasting van buit<strong>en</strong>af<br />

maximum 35 dB(A) bedraagt.<br />

Positief bij de bestrijding van binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong>d geluid is het feit dat alle maatregel<strong>en</strong> die de<br />

geluidsgeleiding verminder<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s het warmteverlies beperk<strong>en</strong>.<br />

Interne geluid<strong>en</strong> in de woning di<strong>en</strong><strong>en</strong> aan de bron te word<strong>en</strong> bestred<strong>en</strong>.<br />

gebied<br />

1° landelijke gebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebied<strong>en</strong> voor verblijfsrecreatie<br />

2° industriegebied<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ingsgebied<strong>en</strong>,<br />

gebied<strong>en</strong> voor geme<strong>en</strong>schapsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare nutsvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ontginningsgebied<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de ontginning<br />

3° woongebied<strong>en</strong> <strong>en</strong> alle andere ge bied<strong>en</strong><br />

uitgezonderd deze sub 1° <strong>en</strong> sub 2°<br />

Tabel 16 : Geluidsnorm<strong>en</strong> Vlarem II, bijlage 2.2.2<br />

overdag<br />

30<br />

36<br />

33<br />

Richtwaard<strong>en</strong> in dB(A)<br />

binn<strong>en</strong>shuis<br />

avond<br />

25<br />

31<br />

28<br />

nacht<br />

25<br />

31<br />

28<br />

63


64<br />

4.5. Ioniser<strong>en</strong>de straling<br />

De aardkorst bevat tal van radioactieve elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waaronder uranium. Alle natuurlijke<br />

constructiematerial<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> dus radioactieve elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> geïncorporeerd in deze<br />

material<strong>en</strong>. De elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die zich in gasvormige toestand in de constructiematerial<strong>en</strong><br />

bevind<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> makkelijk de omgevingslucht besmett<strong>en</strong>. Deze radioactieve stoff<strong>en</strong><br />

gev<strong>en</strong> α-stral<strong>en</strong> af. Dit zijn ioniser<strong>en</strong>de stral<strong>en</strong> die gek<strong>en</strong>merkt word<strong>en</strong> door hun deeltjeskarakter<br />

(heliumkern<strong>en</strong> bestaande uit 2 proton<strong>en</strong> <strong>en</strong> 2 neutron<strong>en</strong>), dit in teg<strong>en</strong>stelling met<br />

bijvoorbeeld γ-stral<strong>en</strong> die van elektromagnetische aard zijn <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie drag<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> α-straler is radium 226 ( 226 Rd), zelf ontstaan uit het radioactief<br />

verval van uranium. Dit wordt op zijn beurt omgezet tot radon 222 ( 222 Rn), <strong>en</strong> zo verder<br />

tot polonium ( 218 Po <strong>en</strong> 214 Po).<br />

Zij hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> slecht p<strong>en</strong>etratievermog<strong>en</strong> doch e<strong>en</strong> groot ioniser<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong>.<br />

Bij inademing word<strong>en</strong> de meeste radioactieve deeltjes terug uitgeademd. Enkele deeltjes<br />

zett<strong>en</strong> zich echter vast op het longweefsel, waar zij hun α-straling afgev<strong>en</strong>. Blootstelling<br />

kan leid<strong>en</strong> tot longkanker (111). Verondersteld wordt dat in de meeste Europese land<strong>en</strong><br />

ongeveer 2 tot 8% van de longkankers kan word<strong>en</strong> verklaard door radon. Blootstelling<br />

aan 50 Bq/m³ geeft e<strong>en</strong> extra risico op longkanker van 5 tot 15% (103).<br />

Bouwmateriaal Radioactiviteit (Bq/kg)<br />

226 Rn 232 Th<br />

cem<strong>en</strong>t 47 (


E<strong>en</strong> veilige radonconc<strong>en</strong>tratie van ongeveer 74 Bq/m³ kan aangehoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door 0,02<br />

luchtverversing<strong>en</strong> per uur. Wanneer leiste<strong>en</strong> met aluinaarde werd gebruikt, zijn 0,6 luchtverversing<strong>en</strong><br />

per uur vereist (50).<br />

Raadgeving voor de bewoning :<br />

- Maak op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> rond leiding<strong>en</strong> in de vloer van de begane grond geheel dicht; doe dit<br />

ook met op<strong>en</strong>staande kier<strong>en</strong> <strong>en</strong> nad<strong>en</strong> in uw vloer.<br />

- <strong>Zorg</strong> voor e<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie van de kruipruimte <strong>en</strong> de woning.<br />

Figuur 9: Elektromagnetische straling<br />

4.6.Niet ioniser<strong>en</strong>de elektromagnetische straling<br />

Elektriciteit speelt in het lichaam e<strong>en</strong> belangrijke rol. Het is het middel om onze biologische<br />

process<strong>en</strong> te stimuler<strong>en</strong> <strong>en</strong> te ord<strong>en</strong><strong>en</strong>. Zwakke stroompjes stur<strong>en</strong> onze lichaamsfuncties.<br />

Dagelijks word<strong>en</strong> we echter ook blootgesteld aan verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> <strong>en</strong> dosiss<strong>en</strong><br />

externe elektromagnetische straling, variër<strong>en</strong>d van radiogolv<strong>en</strong> over röntg<strong>en</strong>straling tot<br />

zonlicht. Radiofrequ<strong>en</strong>te straling, waaronder de straling door de z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> van GSM’s<br />

<strong>en</strong> de extreem laagfrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische straling rond hoogspanningskabels, verschill<strong>en</strong><br />

van deze vorm<strong>en</strong> van straling door hun frequ<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>.<br />

65


66<br />

Radiofrequ<strong>en</strong>te straling heeft ge<strong>en</strong> radioactieve inwerking. Radiofrequ<strong>en</strong>te straling heeft<br />

namelijk e<strong>en</strong> veel lagere <strong>en</strong>ergie-inhoud dan de straling die röntg<strong>en</strong>toestell<strong>en</strong> of radioactieve<br />

stoff<strong>en</strong> uitz<strong>en</strong>d<strong>en</strong> (bov<strong>en</strong> de frequ<strong>en</strong>tie van UV-straling, dit is hoger dan 10 15 Hz) <strong>en</strong><br />

het <strong>en</strong>ergetisch vermog<strong>en</strong> is te klein voor het brek<strong>en</strong> van coval<strong>en</strong>te binding<strong>en</strong> <strong>en</strong> het ioniser<strong>en</strong><br />

van molecul<strong>en</strong>.<br />

Afhankelijk van de frequ<strong>en</strong>tie van de uitgezond<strong>en</strong> straling kunn<strong>en</strong> in het lichaam de volg<strong>en</strong>de<br />

effect<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>:<br />

- opwarming van weefsel (warmte-effect<strong>en</strong>);<br />

- het ontstaan van elektrische stroompjes;<br />

- ev<strong>en</strong>tuele andere indirecte effect<strong>en</strong>.<br />

4.6.1. Extreem laagfrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische straling (ELF)<br />

Straling met e<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>tie tuss<strong>en</strong> 0 <strong>en</strong> 300 Hz noem<strong>en</strong> we extreem laagfrequ<strong>en</strong>t (ELF).<br />

Straling bij dergelijke frequ<strong>en</strong>ties kan elektrische stroompjes in het lichaam veroorzak<strong>en</strong>.<br />

Elektrische stroompjes zijn in het lichaam ge<strong>en</strong> onnatuurlijk verschijnsel. Het lichaam<br />

wekt immers zelf elektriciteit op, onder andere om spier<strong>en</strong> <strong>en</strong> z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> te activer<strong>en</strong>. Het<br />

elektrisch net in onze woning werkt op e<strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>tie van 50 Hz met e<strong>en</strong> golfl<strong>en</strong>gte van<br />

ongeveer 6.000 km.<br />

In de woning word<strong>en</strong> we dus blootgesteld door het elektrisch leidingnet zelf <strong>en</strong> door het<br />

gebruik van elektrische toestell<strong>en</strong>. Sommige van deze toestell<strong>en</strong>, zoals scheerapparat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

haardrogers, gebruik<strong>en</strong> we zelfs in de onmiddellijke nabijheid van onze hers<strong>en</strong><strong>en</strong>. Factor<strong>en</strong><br />

van buit<strong>en</strong> zijn de nabijheid van hoogspanningslijn<strong>en</strong> (bov<strong>en</strong>gronds of ondergronds)<br />

<strong>en</strong> transformatorcabines. Elektrische leiding<strong>en</strong> g<strong>en</strong>er<strong>en</strong> e<strong>en</strong> elektrisch veld van ongeveer 5<br />

V/m <strong>en</strong> e<strong>en</strong> magnetisch veld van ongeveer 0,04 mT, beide op ongeveer 5 cm afstand.<br />

Apparaat<br />

beeldscherm<br />

boormachine<br />

broodrooster<br />

elektrisch dek<strong>en</strong><br />

elektrische ov<strong>en</strong><br />

koelkast<br />

koffiezet<br />

kookvuur<br />

microgolfov<strong>en</strong><br />

scheerapparaat<br />

stofzuiger<br />

televisie<br />

TL-bureaulamp<br />

TL-verlichting<br />

wasmachine<br />

Gebruiksafstand (cm)<br />

Magnetisch veld op<br />

gebruiksafstand (µT)<br />

tot 0,28<br />

2,2 - 3,5<br />

0,03 - 3,5<br />

0,5 - 2,5<br />

< 0,01 - 0,02<br />

< 0,01 - 0,03<br />

0,04 - 0,08<br />

0,05 - 0,45<br />

1,1 - 3<br />

15 - 1500<br />

0,07 - 1,2<br />

0,07 - 0,13<br />

0,55 - 2<br />

< 0,01 - 0,01<br />

0,01 - 0,1<br />

Tabel 18 : Schatting magnetisch veld in de buurt van huishoudapparat<strong>en</strong> (55)<br />

30<br />

30<br />

30<br />

10<br />

100<br />

100<br />

30<br />

50<br />

30<br />

< 3<br />

100<br />

100<br />

30<br />

200<br />

100


De belangrijkste bron is elektrische verwarming. Ook al om <strong>en</strong>ergiered<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> af te<br />

wijz<strong>en</strong> verwarmingswijze. Elektrische vloerverwarming induceert e<strong>en</strong> belangrijk magnetisch<br />

veld van ongeveer 2,6 mT op e<strong>en</strong> hoogte van 25 cm bov<strong>en</strong> de vloer. Ook elektrische<br />

convector<strong>en</strong> <strong>en</strong> radiator<strong>en</strong> g<strong>en</strong>er<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijk magnetisch veld. E<strong>en</strong> toestel van 2000<br />

W geeft op 50 cm afstand e<strong>en</strong> magnetisch veld van 0,15 mT.<br />

Uiteraard kunn<strong>en</strong> wij in deze tijd onmogelijk zonder elektrische stroom. Door <strong>en</strong>kele<br />

e<strong>en</strong>voudige maatregel<strong>en</strong> kan het sowieso al kleine veiligheidsrisico nog verder word<strong>en</strong><br />

beperkt. E<strong>en</strong> aarding met e<strong>en</strong> weerstand kleiner dan 7 Ω is in dit verband erg belangrijk.<br />

Iedere leiding moet geaard zijn.<br />

Acute effect<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong> word<strong>en</strong> veroorzaakt van zodra elektrische strom<strong>en</strong> in of<br />

over het lichaam gaan lop<strong>en</strong> als gevolg van blootstelling aan elektrische of magnetische<br />

veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> die gaan interferer<strong>en</strong> met de elektrische strom<strong>en</strong> van het eig<strong>en</strong> lichaam. De<br />

natuurlijke strom<strong>en</strong> in het m<strong>en</strong>selijk lichaam hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dichtheid van ongeveer 10 mA/<br />

m² bij ongeveer 5 mT.<br />

stroomdichtheid (mA/m²)<br />

1.000<br />

effect<br />

ge<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> aangetoond<br />

geringe fysiologische effect<strong>en</strong><br />

duidelijke fysiologische effect<strong>en</strong><br />

mogelijke <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong><br />

acuut gevaar voor de <strong>gezondheid</strong><br />

Tabel 19 : Acute effect<strong>en</strong> van elektrische strom<strong>en</strong> in het m<strong>en</strong>selijk lichaam (31)<br />

De veld<strong>en</strong> waaraan m<strong>en</strong> in de woning wordt blootgesteld zijn te klein om fysiologische<br />

effect<strong>en</strong> zoals hartritmestoorniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> hers<strong>en</strong>beschadiging te veroorzak<strong>en</strong>. Wel zou de<br />

werking van hoorapparat<strong>en</strong> of pacemakers kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gestoord. De moderne apparat<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gelukkig niet meer beïnvloed door ELF-straling.<br />

Ook aan hoogspanning word<strong>en</strong> soms allerlei <strong>gezondheid</strong>sproblem<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong>. Rond<br />

hoogspanningslijn<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> elektrisch <strong>en</strong> e<strong>en</strong> magnetisch veld aanwezig. De sterkte van<br />

het elektrisch veld hangt af van de spanning die op de lijn staat. De sterkte van het magnetische<br />

veld hangt af van de hoeveelheid stroom die door de lijn gaat. Om het risico te<br />

beoordel<strong>en</strong> is het nodig e<strong>en</strong> onderscheid te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> het elektrische veld <strong>en</strong> het magnetische<br />

veld.<br />

E<strong>en</strong> elektrische veld kan spanning<strong>en</strong> inducer<strong>en</strong> in geleid<strong>en</strong>de voorwerp<strong>en</strong> die niet geaard<br />

zijn. Als iemand deze voorwerp<strong>en</strong> aanraakt, voelt hij e<strong>en</strong> elektrische schok door de ontlading.<br />

Dit is in principe niet schadelijk voor de <strong>gezondheid</strong>, wel kunn<strong>en</strong> er t<strong>en</strong> gevolge van<br />

schrikreacties bruuske of ongecontroleerde beweging<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>. Er zijn onderzoekers die<br />

de mogelijkheid hebb<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd dat gelad<strong>en</strong> deeltjes afkomstig van hoogspanningslijn<strong>en</strong><br />

de afzetting van luchtverontreiniging in de long<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong>. Het gaat hier slechts om e<strong>en</strong><br />

veronderstelling die nog onderzocht moet word<strong>en</strong>.<br />

67


68<br />

Ook e<strong>en</strong> magnetisch veld kan spanning<strong>en</strong> inducer<strong>en</strong> in of nabij geleid<strong>en</strong>de voorwerp<strong>en</strong>.<br />

Over de veiligheid van het magnetisch veld bestaat minder zekerheid. Laboratoriumproev<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> goede aanwijzing<strong>en</strong> geleverd dat laagfrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische<br />

veld<strong>en</strong> in staat zijn kanker op te wekk<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>min blijkt uit onderzoek bij groep<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dat dergelijke veld<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> kanker veroorzak<strong>en</strong>. Er zijn echter wel<br />

<strong>en</strong>ige aanwijzing<strong>en</strong> dat langdurige blootstelling aan krachtige magnetische veld<strong>en</strong> van<br />

50 Hz sam<strong>en</strong>gaan met e<strong>en</strong> licht verhoogde kans op leukemie bij kinder<strong>en</strong>. Al met al is de<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke informatie tot nu toe niet sterk g<strong>en</strong>oeg om e<strong>en</strong> harde conclusie te rechtvaardig<strong>en</strong><br />

dat magnetische veld<strong>en</strong> e<strong>en</strong> relevant gevaar vorm<strong>en</strong> t<strong>en</strong>zij voor kinder<strong>en</strong>. Uit<br />

epidemiologisch onderzoek kan word<strong>en</strong> geconcludeerd onder 0,3 µT ge<strong>en</strong> extra risico op<br />

leukemie te verwacht<strong>en</strong> is (82)(87)(104). IARC(2001) klasseerde ELF als mogelijk carcinoge<strong>en</strong><br />

in 2B.<br />

type<br />

hoogspanningslijn<br />

380 kV<br />

220 kV<br />

150 kV<br />

110 kV<br />

onder de drad<strong>en</strong><br />

6,5 - 20<br />

10 - 17<br />

3 - 15<br />

3 - 12<br />

magnetisch veld (µT)<br />

Tabel 20 : Schatting magnetisch veld in de buurt van e<strong>en</strong> hoogspanningslijn (44)<br />

Als de kans op leukemie bij hoogspanningslijn<strong>en</strong> inderdaad verhoogd is, dan gaat het<br />

om e<strong>en</strong> beperkt aantal gevall<strong>en</strong> (30). Uit het onderzoek valt ook af te leid<strong>en</strong> hoe sterk<br />

e<strong>en</strong> magnetisch veld moet zijn voordat het misschi<strong>en</strong> tot <strong>gezondheid</strong>sschade leidt. Deze<br />

veldsterkte is zeker niet te verwacht<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> afstand van meer dan 150 meter tot e<strong>en</strong><br />

hoogspanningsleiding (gerek<strong>en</strong>d tot de lijn die het midd<strong>en</strong> van de mast<strong>en</strong> verbindt). Bij<br />

e<strong>en</strong> groot aantal hoogspanningslijn<strong>en</strong> is die afstand veel kleiner; bij sommige is alle<strong>en</strong> pal<br />

onder het laagste punt van de lijn<strong>en</strong> de veldsterkte hoger.<br />

Wat het verband betreft tuss<strong>en</strong> langdurige blootsteling aan ELF-veld<strong>en</strong> <strong>en</strong> wiegedood of<br />

andere ziekt<strong>en</strong>, zijn er tot nog toe onvoldo<strong>en</strong>de wet<strong>en</strong>schappelijke bewijz<strong>en</strong> of zelfs aanwijzing<strong>en</strong><br />

geleverd.<br />

De International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) publiceerde<br />

in 1998 als richtlijn voor blootstelling van de bevolking aan het elektrisch veld<br />

5 kV/m <strong>en</strong> aan het magnetische veld 100 µT. (39) Deze normering is, voor wat het elektrische<br />

veld betreft ook vertaald in de Belgische wetgeving (62). In het <strong>Vlaams</strong>e binn<strong>en</strong>milieubesluit<br />

zijn norm<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor het magnetische veld, de richtwaarde bedraagt<br />

2 µT, de interv<strong>en</strong>tiewaarde 10 µT (59) .<br />

30m<br />

3 - 10<br />

3 - 5<br />

0,6 - 4<br />

0,3 - 2<br />

50m<br />

2 - 6<br />

2 - 4<br />

0,4 - 3<br />

0,2 - 1<br />

100m<br />

0,5 - 1,5<br />

0,5 - 1<br />

0,2 - 1<br />

0,1 - 0,5


4.6.2. Radiofrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische straling (RF)<br />

Iedere<strong>en</strong> wordt op vrijwel elk mom<strong>en</strong>t van de dag blootgesteld aan radiofrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische<br />

straling, e<strong>en</strong> hoogfrequ<strong>en</strong>te straling met frequ<strong>en</strong>ties tuss<strong>en</strong> 3 kHz <strong>en</strong><br />

300 GHz <strong>en</strong> e<strong>en</strong> golfl<strong>en</strong>gte van 1 mm tot 100 km. Dit is niet alle<strong>en</strong> het geval in de nabijheid<br />

van e<strong>en</strong> z<strong>en</strong>dmast (GSM, radio, televisie), maar ook bij het gebruik van e<strong>en</strong> GSM,<br />

microgolfov<strong>en</strong> of beveiligingsapparatuur van woning<strong>en</strong> of winkels. In de meeste gevall<strong>en</strong><br />

heeft deze hoog frequ<strong>en</strong>te straling ge<strong>en</strong> negatieve effect<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong>.<br />

De hoog frequ<strong>en</strong>te straling, ook wel microgolv<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd, van z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> <strong>en</strong> GSM’s<br />

leidt bij normaal gebruik volg<strong>en</strong>s de huidige wet<strong>en</strong>schappelijke inzicht<strong>en</strong> niet tot verhoogde<br />

<strong>gezondheid</strong>srisico’s. Wat echter niet wil zegg<strong>en</strong> dat radiofrequ<strong>en</strong>te straling ge<strong>en</strong><br />

effect<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong> op de m<strong>en</strong>s. Maar niet ieder biologisch effect leidt noodzakelijker<br />

wijs tot ziekte.<br />

In het frequ<strong>en</strong>tiegebied tuss<strong>en</strong> 30 MHz <strong>en</strong> 1,8 GHz kan blootstelling leid<strong>en</strong> tot warmteopwekking.<br />

Dat gebeurt wanneer het lichaam <strong>en</strong>ergie opneemt. Dergelijke warmteto<strong>en</strong>ame<br />

is e<strong>en</strong> natuurlijk verschijnsel. Het komt bijvoorbeeld ook voor bij het sport<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

zonnebad<strong>en</strong>. Schadelijk zijn warmte-effect<strong>en</strong> pas als de temperatuur van het lichaamsweefsel<br />

hoger wordt dan 40° C. Het uitgezond<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong> van z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> <strong>en</strong> GSM’s is<br />

bij lange na niet krachtig g<strong>en</strong>oeg om dergelijke warmtestijging<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> ontstaan. E<strong>en</strong><br />

uitzondering betreft technici die in de onmiddellijke omgeving van dergelijke ant<strong>en</strong>nes<br />

werk<strong>en</strong>. Bij h<strong>en</strong> zijn wel reeds verhittingseffect<strong>en</strong> vastgesteld.<br />

Over de ev<strong>en</strong>tuele andere effect<strong>en</strong> van radiofrequ<strong>en</strong>te straling op de <strong>gezondheid</strong> is de<br />

wet<strong>en</strong>schappelijke wereld het nog niet e<strong>en</strong>s. Tot op hed<strong>en</strong> is uit onderzoek niet geblek<strong>en</strong><br />

dat er nadelige effect<strong>en</strong> op de <strong>gezondheid</strong> zijn. Toch raadt m<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met pacemakers<br />

aan voorzichtig te zijn. Dit geldt met name voor oudere types. M<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die deze types<br />

drag<strong>en</strong> wordt aangerad<strong>en</strong> om altijd e<strong>en</strong> afstand van t<strong>en</strong>minste 15cm te houd<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

pacemaker <strong>en</strong> GSM. In “stand-by” gev<strong>en</strong> GSM’s geregeld e<strong>en</strong> meldsignaal aan het netwerk,<br />

daarom is het wegberg<strong>en</strong> van GSM’s in de binn<strong>en</strong>zak van e<strong>en</strong> jasje voor pacemakerdragers<br />

af te rad<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> kwestie die vooral de laatste jar<strong>en</strong> de aandacht heeft getrokk<strong>en</strong> is de vraag of in de<br />

omgeving van z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> meer kanker zou kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> als gevolg van de straling.<br />

In <strong>en</strong>kele gevall<strong>en</strong> zijn er inderdaad nabij z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> meer gevall<strong>en</strong> van kanker<br />

aangetroff<strong>en</strong>, maar de resultat<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> elkaar teg<strong>en</strong>, zodat het goed mogelijk is dat er<br />

geheel andere oorzak<strong>en</strong> <strong>en</strong> rol hebb<strong>en</strong> gespeeld. Er zijn dus wel voorbeeld<strong>en</strong> waarbij is<br />

geconstateerd dat er meerdere m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met (sommige soort<strong>en</strong>) kanker bij z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong><br />

voorkom<strong>en</strong>, maar het is in ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel opzicht bewez<strong>en</strong> dat dat door die z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> zou<br />

kom<strong>en</strong>. Uit onderzoek<strong>en</strong> naar de relatie tuss<strong>en</strong> langdurige blootstelling <strong>en</strong> kanker is niet<br />

aannemelijk geword<strong>en</strong> dat radiofrequ<strong>en</strong>te straling het DNA beschadigt. Het is dan ook<br />

zeer onwaarschijnlijk dat kanker wordt veroorzaakt door de radiofrequ<strong>en</strong>te straling die<br />

door z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> <strong>en</strong> mobiele telefoons wordt uitgezond<strong>en</strong>.<br />

Er blijv<strong>en</strong> dus onzekerhed<strong>en</strong> over de invloed van radiofrequ<strong>en</strong>te straling - dit is niet alle<strong>en</strong><br />

straling van GSM’s <strong>en</strong> hun z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong>, maar ook van radio’s, televisies, e.d. - op de<br />

<strong>gezondheid</strong>. Om mogelijke schadelijke effect<strong>en</strong> toch zoveel mogelijk te voorkom<strong>en</strong> zijn<br />

er blootstellingslimiet<strong>en</strong> opgesteld. Bij de bepaling van die limiet<strong>en</strong> zijn ruime veiligheidsmarges<br />

in acht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

69


70<br />

Met de to<strong>en</strong>ame van het GSM-gebruik is ook het aantal z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Vaak<br />

wordt de vraag gesteld of het gevaarlijk is om onder zo’n z<strong>en</strong>dmast te <strong>won<strong>en</strong></strong>. In principe<br />

zijn hier ge<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong> mee verbond<strong>en</strong>. Z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> stral<strong>en</strong> steeds recht voor zich uit,<br />

onder e<strong>en</strong> hoek van 10 grad<strong>en</strong> naar b<strong>en</strong>ed<strong>en</strong> gericht. Bewoners naast of onder e<strong>en</strong> GSMant<strong>en</strong>ne<br />

bevind<strong>en</strong> zich steeds in het zog<strong>en</strong>aamde verre veld, waar het vermog<strong>en</strong> zeer snel<br />

afneemt. Aan de grond is er niets van de straling van de z<strong>en</strong>dinstallatie te merk<strong>en</strong>.<br />

Op 5 meter afstand voor e<strong>en</strong> GSM-ant<strong>en</strong>ne, midd<strong>en</strong> de maximale vermog<strong>en</strong>sdichtheid,<br />

blijft de waarde ervan nog steeds kleiner dan de vooropgestelde veiligheidsnorm.<br />

E<strong>en</strong> veilige afstand van z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> is 3m horizontaal <strong>en</strong> 0,5m verticaal in het vlak van de<br />

ant<strong>en</strong>ne (IRPA).<br />

Frequ<strong>en</strong>tie<br />

10 MHz tot 400 MHz<br />

400 MHz tot 2 GHz<br />

2 GHz tot 10 GHz<br />

S (W:m²)<br />

2<br />

f/200<br />

10<br />

E (V/m)<br />

1,37 √f<br />

61,4<br />

Tabel 21 : Blootstellingsnorm<strong>en</strong> radiofrequ<strong>en</strong>te straling<br />

S (W:m²)<br />

0,5<br />

f/800<br />

2,5<br />

E (V/m)<br />

13,7<br />

0,686 √f<br />

30,7<br />

f : frequ<strong>en</strong>tie in MHz<br />

In ons land werd<strong>en</strong> de blootstellingsnorm<strong>en</strong> voor radiofrequ<strong>en</strong>te straling wettelijk vastgelegd<br />

(26). Bov<strong>en</strong>staande tabel 21 geeft deze norm<strong>en</strong> weer in vergelijking met de advieswaard<strong>en</strong><br />

van het ICNIRP. Volg<strong>en</strong>s meting<strong>en</strong> uitgevoerd door het Belgisch Instituut voor<br />

Postdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> Telecommunicatie (BIPT), het officiële controleorganisme, wordt deze<br />

norm goed gerespecteerd <strong>en</strong> is de blootstellingsgraad overal lager dan 1% van het toegelat<strong>en</strong><br />

niveau.<br />

Algeme<strong>en</strong> wordt voor sam<strong>en</strong>gestelde veld<strong>en</strong> de norm bepaald volg<strong>en</strong>s volg<strong>en</strong>de formule :<br />

10 GHz<br />

∑ (——)² ≤ 1<br />

10 MHz<br />

E i<br />

E i ref<br />

ICNIRP<br />

Veiligheidsfactor 50 KB<br />

KB 10/08/2005<br />

Veiligheidsfactor 200<br />

In deze formule is E i de elektrische veldsterkte bij de frequ<strong>en</strong>tie i <strong>en</strong> E i ref het refer<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>iveau<br />

voor de elektrische veldsterkte zoals gegev<strong>en</strong> in bov<strong>en</strong>staande tabel.


4.7. Ionisatie<br />

E<strong>en</strong> ander fysisch aspect is de verhouding tuss<strong>en</strong> positieve <strong>en</strong> negatieve ion<strong>en</strong> in de lucht,<br />

normaal 1,5:1. Ion<strong>en</strong> zijn elektrisch gelad<strong>en</strong> deeltjes. De in de binn<strong>en</strong>lucht aanwezige<br />

gass<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geïoniseerd. Bij goede weersomstandighed<strong>en</strong> bevat e<strong>en</strong> cm³ lucht<br />

ongeveer 150-450 ion<strong>en</strong>. De verhouding hangt af van de aard <strong>en</strong> de conc<strong>en</strong>tratie aan zwev<strong>en</strong>d<br />

stof. Grote hoeveelhed<strong>en</strong> stof lat<strong>en</strong> de aanwezigheid van negatieve ion<strong>en</strong> teruglop<strong>en</strong>.<br />

Weinig wijst op <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> bij blootstelling aan lage conc<strong>en</strong>traties positieve <strong>en</strong><br />

negatieve ion<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> bewer<strong>en</strong> echter dat negatieve ion<strong>en</strong> de serotoninespiegels in<br />

het bloed verlag<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee het adr<strong>en</strong>alinegehalte. Het geeft al jar<strong>en</strong> “stof” tot discussie.<br />

Alleszins zijn de soms g<strong>en</strong>oemde <strong>gezondheid</strong>sbevorder<strong>en</strong>de effect<strong>en</strong>, waar sommig<strong>en</strong><br />

commercieel munt uit will<strong>en</strong> slaan, tot op hed<strong>en</strong> niet wet<strong>en</strong>schappelijk onderbouwd.<br />

Toch moet aandacht word<strong>en</strong> besteed aan het plaats<strong>en</strong> van “ionisers”. Deze apparat<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> verkocht weg<strong>en</strong>s (verme<strong>en</strong>de) gunstige effect<strong>en</strong> van negatieve ion<strong>en</strong> op de<br />

<strong>gezondheid</strong>. Zo’n apparaat wordt meestal uitgerust met filters. Wanneer de koolstoffilters<br />

niet tijdig word<strong>en</strong> vervang<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ze ook verontreinig<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> producer<strong>en</strong><br />

deze toestell<strong>en</strong> ozon (zie 4.8. Ozonisatie). Ook NO x , lawaai <strong>en</strong> licht- <strong>en</strong> elektrostatische<br />

verschijnsel<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> mogelijk zijeffect.<br />

71


72<br />

4.8. Ozonisatie<br />

Ozon is e<strong>en</strong> erg reactief gas, dit wil zegg<strong>en</strong> dat het zich onmiddellijk bindt met allerlei<br />

vervuil<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> in de lucht <strong>en</strong> zo onschuldige subverbinding<strong>en</strong> creëert. Zowel onprettige<br />

geurtjes als gevaarlijke verbinding<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> op deze manier verdwijn<strong>en</strong> uit het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

Probleem is echter dat erg hoge conc<strong>en</strong>traties ozon nodig zijn om dit proces<br />

succesvol te lat<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> word<strong>en</strong> weliswaar e<strong>en</strong> aantal schadelijke product<strong>en</strong><br />

verwijderd, e<strong>en</strong> aantal nieuwe word<strong>en</strong> geproduceerd zoals formaldehyde, waarvan<br />

de schadelijke effect<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oegzaam bek<strong>en</strong>d zijn. (8, 101)<br />

De gevoeligheid voor ozon varieert van persoon tot persoon. Alleszins correleert de ozonconc<strong>en</strong>tratie<br />

in de lucht met het voorkom<strong>en</strong> van luchtwegaando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zoals astma. Meer<br />

<strong>en</strong> meer stelt m<strong>en</strong> zich de vraag of er wel e<strong>en</strong> veilige minimale conc<strong>en</strong>tratie ozon in de<br />

lucht bestaat. De WHO beschouwt e<strong>en</strong> blootstelling aan 120 µg/m³ gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> periode<br />

van maximaal 8 uur per dag als veilig voor de volks<strong>gezondheid</strong> (102).<br />

Health Canada stelt dat er eig<strong>en</strong>lijk ge<strong>en</strong> echt veilige ozonconc<strong>en</strong>traties zijn <strong>en</strong> raadt het<br />

gebruik van ozong<strong>en</strong>erator<strong>en</strong> in woning<strong>en</strong> gewoon af (37). Test<strong>en</strong> uitgevoerd in Canada<br />

op e<strong>en</strong> aantal ozonisatietoestell<strong>en</strong> wez<strong>en</strong> uit dat het niveau van 100 µg/m³ herhaaldelijk<br />

voor langere tijd werd overschred<strong>en</strong>.<br />

Op stofdeeltjes heeft ozon ge<strong>en</strong> effect. Dit kan alle<strong>en</strong> in combinatie met e<strong>en</strong> ionisator (zie<br />

4.7. Ionisatie). Ook op bacteriën <strong>en</strong> schimmels heeft ozonisatie ge<strong>en</strong> effect. Om effect te<br />

hebb<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> de onzonconc<strong>en</strong>traties zodanig hoog zijn dat ze zeker toxisch zijn voor de<br />

bewoners.


5. BIOLOGISCHE ASPECTEN<br />

5.1. Inleiding<br />

Van het gamma contaminant<strong>en</strong> aanwezig in de binn<strong>en</strong>lucht van onze woning<strong>en</strong> zijn de<br />

micro-organism<strong>en</strong> de schadelijkste. De bron is e<strong>en</strong> persoon, dier, plant of object die of<br />

dat, in relatie tot onze woonomgeving, e<strong>en</strong> allergische reactie of e<strong>en</strong> infectieziekte veroorzaakt.<br />

De meeste klacht<strong>en</strong> door biologische ag<strong>en</strong>tia zijn allergisch van aard. De huisstofmijt is in<br />

onze contrei<strong>en</strong> de belangrijkste bron van allerg<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong>shuis, gevolgd door huisdier<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> schimmels. Ook allerlei insect<strong>en</strong> zijn echter e<strong>en</strong> bron voor allerg<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Wist je dat e<strong>en</strong> volle stofzuigerzak met e<strong>en</strong> halve kilogram stof<br />

uit e<strong>en</strong> gewone, nette woning gemiddeld e<strong>en</strong> volle eetlepel (ruim 3 gram)<br />

LEVEN bevat ?<br />

Dit lev<strong>en</strong> bestaat uit :<br />

500 insect<strong>en</strong><br />

66.000 mijt<strong>en</strong><br />

4.200.000 alg<strong>en</strong><br />

2.600.000.000 schimmele<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

365.000.000.000 bacteriën<br />

Box 5 : Lev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stofzuigerzak (86)<br />

Het verhoogde voorkom<strong>en</strong> van infectieziektegevall<strong>en</strong> vertoont e<strong>en</strong> grote sam<strong>en</strong>hang met<br />

overbevolking <strong>en</strong> inadequate v<strong>en</strong>tilatie. Vooral voor virul<strong>en</strong>te micro-organism<strong>en</strong>, zoals de<br />

tuberculosebacil, is het bek<strong>en</strong>d dat slechts beperkte aantall<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de zijn om bij e<strong>en</strong><br />

vatbaar persoon e<strong>en</strong> infectie te veroorzak<strong>en</strong> zo er voldo<strong>en</strong>de contact is in tijd <strong>en</strong> ruimte<br />

(45).<br />

De groei van micro-organism<strong>en</strong> wordt beïnvloed door de relatieve vochtigheid (RV). In<br />

de microbiologie wordt gewerkt met het begrip “wateractiviteit” (a W ) om de relatie vochtige<br />

omgeving <strong>en</strong> groei organisme te legg<strong>en</strong>. Voor de berek<strong>en</strong>ing van de wateractiviteit<br />

geldt de formule a W = RV / 100.<br />

73


74<br />

a W -gebied<br />

1,00 - 0,95<br />

0,95 - 0,91<br />

0,91 - 0,88<br />

0,88 - 0,80<br />

0,80 - 0,75<br />

0,75 - 0,65<br />

0,65 - 0,60<br />

< 0,60<br />

Tabel 22 : Wateractiviteit <strong>en</strong> groei micro-organism<strong>en</strong> (43)<br />

5.2. Huismijt<br />

groeiremming<br />

meeste gramnegatieve staafvormige bacteriën<br />

kokk<strong>en</strong><br />

gist<strong>en</strong><br />

schimmels<br />

halofiele bacteriën<br />

xerofiele bacteriën<br />

osmofiele bacteriën<br />

alle micro-organism<strong>en</strong><br />

De huisstofmijt<strong>en</strong> (Dermatophagoides pteronyssinus, D. farinae, D. microceras <strong>en</strong> Euroglyphus<br />

maynei) zijn zo niet de <strong>en</strong>ige, dan toch wel de belangrijkste verwekkers van<br />

allergische reacties veroorzaakt door dier<strong>en</strong> in onze woning. Deze microscopisch kleine<br />

organism<strong>en</strong> (grootte ± 0,3 mm) del<strong>en</strong> de woning <strong>en</strong> vooral het bed met de bewoners. Ze<br />

werd<strong>en</strong> pas in 1965 als bestanddeel van huisstof ontdekt. Zij voed<strong>en</strong> zich met huidschilfers<br />

<strong>en</strong> et<strong>en</strong>srest<strong>en</strong>, <strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> temperatuur van 15 tot 32° C (optimaal 25° C) in<br />

e<strong>en</strong> milieu met e<strong>en</strong> relatieve vochtigheid van 70 tot 85 % (optimaal 80 %). Dit betek<strong>en</strong>t<br />

dat de relatieve vochtigheid het bepal<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t bij het voorkom<strong>en</strong> van de stofmijt is.<br />

In woning<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>treert de huisstofmijt zich vooral in het bedd<strong>en</strong>goed met 2000 tot<br />

15000 individu<strong>en</strong> per gram stof. De vloer van de slaapkamer bevat 10 tot 100 maal<br />

minder diertjes, deze van de andere kamers nog e<strong>en</strong>s 10 tot 30 maal minder. Al komt<br />

dit achtpotig diertje het hele jaar voor, de invloed van temperatuur <strong>en</strong> relatieve vochtigheid<br />

verklar<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel de seizo<strong>en</strong>sgebond<strong>en</strong>heid met e<strong>en</strong> minimum aantal diertjes in de<br />

winter <strong>en</strong> e<strong>en</strong> maximum op het einde van de zomer <strong>en</strong> in de herfst (48).<br />

De hele mijt<strong>en</strong> of del<strong>en</strong> ervan zijn slechts verantwoordelijk voor 5% allerg<strong>en</strong><strong>en</strong>, hun uitwerpsel<strong>en</strong><br />

echter voor 95 %. Met twintig uitwerpseldeeltjes per dag per mijt bevat één<br />

gram huisstof ± 20 µg uitwerpsel<strong>en</strong>. Dit is meer dan voldo<strong>en</strong>de om e<strong>en</strong> allergie te inducer<strong>en</strong>.<br />

Bij huisstofallergie (allergische rhinitis <strong>en</strong> extrinsiek astma) dring<strong>en</strong> zich hygiënische<br />

maatregel<strong>en</strong> op, al is de huismijt uit e<strong>en</strong> normale woning niet geheel weg te bann<strong>en</strong> (12).<br />

De kritische factor bij uitstek in de bestrijding van huisstofmijt<strong>en</strong> is vocht. De relatieve<br />

vochtigheidsgraad in de woning <strong>en</strong> vooral in de slaapkamer moet dan ook voldo<strong>en</strong>de<br />

laag zijn. Verdere algem<strong>en</strong>e saner<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> zijn stofbestrijding door gebruik van<br />

aangepast meubilair <strong>en</strong> bedd<strong>en</strong>goed <strong>en</strong> door goed schoonmak<strong>en</strong>. Stofzuig<strong>en</strong> is slechts<br />

effectief wanneer wordt gebruik gemaakt van e<strong>en</strong> apparaat met HEPA- of ULPA-filter. Bij<br />

hoge conc<strong>en</strong>traties huisstofmijt<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> mijt<strong>en</strong>dod<strong>en</strong>d middel word<strong>en</strong> gebruikt.<br />

Het binn<strong>en</strong>milieubesluit geeft als richtwaarde voor huisstofmijt e<strong>en</strong> richtwaarde kleiner<br />

dan of gelijk aan 0,2 mg guanine/g stof (59).


5.3. Huisdier<strong>en</strong><br />

De band tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> dier is zo oud als de wereld zelf. Volg<strong>en</strong>s de bijbel schiep God<br />

de m<strong>en</strong>s zelfs één dag na de dier<strong>en</strong> t<strong>en</strong>einde over zijn creatie te heers<strong>en</strong> (G<strong>en</strong>. 1:20-31).<br />

Ondertuss<strong>en</strong> slijt<strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar miljo<strong>en</strong> hond<strong>en</strong>, katt<strong>en</strong>, cavia’s, vogels <strong>en</strong> andere kleine<br />

huisdier<strong>en</strong> hun dag<strong>en</strong> in onze woning<strong>en</strong> waar ze gezelschap voor e<strong>en</strong>zam<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

steun voor kinder<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> verdrietje. Vele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zich zelf hun lev<strong>en</strong> nauwelijks<br />

voorstell<strong>en</strong> zonder hun huisdier. Huisdier<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> inderdaad vaak e<strong>en</strong> gunstige<br />

invloed op het welzijn van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, kinder<strong>en</strong> zowel als ouder<strong>en</strong>.<br />

Huisdier<strong>en</strong> bevorder<strong>en</strong> relaxatie <strong>en</strong> werk<strong>en</strong> vaak angstverlag<strong>en</strong>d. Het hebb<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

hond – op voorwaarde dat de eig<strong>en</strong>aar e<strong>en</strong> sterke band met het dier ontwikkelt – zou ook<br />

e<strong>en</strong> gunstig effect hebb<strong>en</strong> op de bloeddruk in rust. Ook het basale hartritme zou lager zijn<br />

in vergelijking met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zonder dit huisdier. Deze invloed wordt toegeschrev<strong>en</strong> aan<br />

e<strong>en</strong> vorm van niet evaluer<strong>en</strong>de sociale ondersteuning die pathog<strong>en</strong>e respons<strong>en</strong> op stress<br />

kan buffer<strong>en</strong> (4). Verder zijn huisdier<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> soort “sociaal smeermiddel” die sociale<br />

interacties vergemakkelijk<strong>en</strong> omdat ze e<strong>en</strong> veilig gespreksonderwerp tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zijn.<br />

Toch houd<strong>en</strong> deze dier<strong>en</strong> op hun beurt ook soms e<strong>en</strong> risico in met name voor s<strong>en</strong>sibilisering<br />

<strong>en</strong> allergievorming, voor e<strong>en</strong> aantal infectieziekt<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor bet<strong>en</strong>.<br />

5.3.1. Allergische aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

De to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de incid<strong>en</strong>tie van astma <strong>en</strong> andere allergische aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (rhinitis) in onze<br />

maatschappij krijgt meer <strong>en</strong> meer aandacht. Het vraagstuk over de oorzak<strong>en</strong> voor het toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

voorkom<strong>en</strong> is nog niet volledig ontrafeld <strong>en</strong> er wordt daarbij in diverse richting<strong>en</strong><br />

gewez<strong>en</strong>.<br />

Toch staat de invloed van het binn<strong>en</strong>klimaat op het allergieprobleem als e<strong>en</strong> paal bov<strong>en</strong><br />

water. Vooral de rol van de reeds besprok<strong>en</strong> huisstofmijt is duidelijk – deze veroorzaakt<br />

de meeste s<strong>en</strong>sibilisaties – maar ook verschill<strong>en</strong>de huisdier<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aan de basis van e<strong>en</strong><br />

allergie ligg<strong>en</strong>.<br />

Overgevoeligheid voor dier<strong>en</strong>haar, vooral voor haar <strong>en</strong> huidschilfers van katt<strong>en</strong>, cavia’s<br />

<strong>en</strong> hond<strong>en</strong> (in dal<strong>en</strong>de frequ<strong>en</strong>tie) komt frequ<strong>en</strong>t voor. Daarnaast kunn<strong>en</strong> ook speeksel,<br />

urine (belangrijk bij de cavia) <strong>en</strong> serum drager zijn van allerg<strong>en</strong><strong>en</strong>. De gemiddelde tijd<br />

tuss<strong>en</strong> het begin van de blootstelling <strong>en</strong> het optred<strong>en</strong> van rhinitis of astma is voor cavia’s<br />

respectievelijk 7 <strong>en</strong> 14 maand<strong>en</strong>. Voor katt<strong>en</strong>, konijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> hamsters is dat 2 <strong>en</strong> 5 jaar.<br />

Voor hond<strong>en</strong> tek<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> tijdsverloop van 5 jaar op (42).<br />

Klacht<strong>en</strong> door blootstelling aan katt<strong>en</strong> zijn vaak jeuk, rhinitis, conjunctivitis <strong>en</strong> dyspnoe.<br />

E<strong>en</strong> allergie voor hond<strong>en</strong> komt minder voor dan die voor katt<strong>en</strong>.<br />

Bij het vaststell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> allergie bij e<strong>en</strong> bewoner, vaak e<strong>en</strong> kind, wordt veelal voorgesteld<br />

om het huisdier definitief te verwijder<strong>en</strong>. Lang nadat het dier uit de woning is verdw<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

is kan het allerge<strong>en</strong> nog word<strong>en</strong> aangetoond in de woning. Het effect van deze<br />

maatregel kan dan ook e<strong>en</strong> tijd op zich do<strong>en</strong> wacht<strong>en</strong>. Om dezelfde red<strong>en</strong> is het verwijder<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> huisdier gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> proefperiode van weinig nut in het verschaff<strong>en</strong> van<br />

75


76<br />

informatie. Hond<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong> zijn zo sterk aanwezig in onze maatschappij dat hun allerg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

zelfs aangetoond kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in woning<strong>en</strong> waar nooit dergelijk dier verblev<strong>en</strong><br />

heeft. Vooral insleep via kleding van de bewoners is hiervoor verantwoordelijk.<br />

Allergische reacties zijn ook mogelijk op parasiet<strong>en</strong> van huisdier<strong>en</strong> zoals de katt<strong>en</strong>mijt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> –vlooi<strong>en</strong>.<br />

5.3.2. Dier<strong>en</strong>bet<strong>en</strong><br />

De hond wordt wel e<strong>en</strong>s de beste vri<strong>en</strong>d van de m<strong>en</strong>s g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> veelal do<strong>en</strong> hond<strong>en</strong><br />

deze titel ook eer aan. Dat neemt echter niet weg dat jaarlijks verschill<strong>en</strong>de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> door<br />

hun hond gebet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Vaak zijn de opgelop<strong>en</strong> verwonding<strong>en</strong> niet lev<strong>en</strong>sbedreig<strong>en</strong>d,<br />

maar ernstige letsels kom<strong>en</strong> zeker voor <strong>en</strong> soms valt er zelfs e<strong>en</strong> dodelijk slachtoffer te<br />

betreur<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> Amerikaans onderzoek bleek 1% van alle doorverwijzing<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> spoed afdeling<br />

zijn oorsprong te vind<strong>en</strong> in dier<strong>en</strong>bet<strong>en</strong> (54). In 80-90% zijn hond<strong>en</strong> verantwoordelijk<br />

voor de gerapporteerde bet<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> Brits onderzoek werd de jaarincid<strong>en</strong>tie van hond<strong>en</strong>bet<strong>en</strong><br />

geschat op 4,2/1000 inwoners (6). Meestal is de eig<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> gezinslid, e<strong>en</strong> buur of<br />

e<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d het slachtoffer. In meer dan de helft van de gevall<strong>en</strong> gaat het om kinder<strong>en</strong> (24).<br />

Medische problem<strong>en</strong> zijn te wijt<strong>en</strong> aan het fysieke aspect van de bijtwond<strong>en</strong> zelf <strong>en</strong> aan<br />

ev<strong>en</strong>tuele wondinfecties. Deze laatste kunn<strong>en</strong> ook optred<strong>en</strong> bij, fysiek gezi<strong>en</strong>, relatief<br />

onbelangrijke letsels. Het infectiepot<strong>en</strong>tieel van bijtwond<strong>en</strong> verschilt. Zo raakt minder dan<br />

5% van de hond<strong>en</strong>bet<strong>en</strong> geïnfecteerd terwijl dat bij katt<strong>en</strong>bet<strong>en</strong> meer dan 50% bedraagt.<br />

Minst<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> deel van dit verhoogde risico wordt toegeschrev<strong>en</strong> aan het vaak puntvormige<br />

karakter van deze bet<strong>en</strong> wat e<strong>en</strong> goed wondtoilet bemoeilijkt (24). Bijtwond<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> dus steeds gezi<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als relatief gevaarlijk; e<strong>en</strong> grondig wondtoilet, check<strong>en</strong><br />

van de tetanusimmuunstatus <strong>en</strong> overweg<strong>en</strong> van antibioticumprofylaxe (amoxicilline – clavulaanzuur)<br />

zijn nodig (33).<br />

In het reeds eerder vermelde Brits onderzoek kwam naar voor dat zowat twee keer meer<br />

jong<strong>en</strong>s dan meisjes word<strong>en</strong> gebet<strong>en</strong>, met het hoogste aantal bijtincid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 5 <strong>en</strong> 19<br />

jaar. Jonge mannelijke hond<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> meer verantwoordelijk zijn voor bet<strong>en</strong> dan tev<strong>en</strong>.<br />

De meest aangestipte red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor bet<strong>en</strong> zijn zelfverdediging, onbedoeld tijd<strong>en</strong>s het<br />

spel<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij het verdedig<strong>en</strong> van eig<strong>en</strong>dom.<br />

Daarnaast zijn er natuurlijk ook bet<strong>en</strong> van andere huisdier<strong>en</strong> mogelijk zoals katt<strong>en</strong>. Ook<br />

reptiel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uiteraard bijt<strong>en</strong>, met de specifieke bijkom<strong>en</strong>de problematiek van vergiftiging<strong>en</strong><br />

waarop we hier niet verder ingaan<br />

De meeste bijtwond<strong>en</strong> zijn relatief onschuldig. De inschatting van het risico houdt verband<br />

met het type van de beet, de omvang <strong>en</strong> de anatomische lokalisatie ervan, ev<strong>en</strong>als<br />

met de oorsprong van de beet.<br />

Vooral afrukking<strong>en</strong>, wond<strong>en</strong> die diepgeleg<strong>en</strong> structur<strong>en</strong> als be<strong>en</strong>der<strong>en</strong>, z<strong>en</strong>uw<strong>en</strong> <strong>en</strong> bloedvat<strong>en</strong><br />

treff<strong>en</strong>, zijn gevaarlijk inzake complicaties, infecties <strong>en</strong> restverschijnsel<strong>en</strong>. Bij zuigeling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> kleine kinder<strong>en</strong> gaan bet<strong>en</strong> ter hoogte van het hoofd gepaard met e<strong>en</strong> hoger<br />

risico op perforatie van de schedel. Steekwond<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoog infectierisico. Bet<strong>en</strong>


van e<strong>en</strong> kat hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> twee tot vijfmaal zo groot infectierisico, zeker ter hoogte van de<br />

hand<strong>en</strong>, dan e<strong>en</strong> hond<strong>en</strong>beet. Bij katt<strong>en</strong>bet<strong>en</strong>, maar ook bij bet<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong><br />

profylactisch antibiotica te nem<strong>en</strong>.<br />

Bij de kiem<strong>en</strong> die het vaakst bij bijtwond<strong>en</strong> door hond<strong>en</strong> geïsoleerd word<strong>en</strong> zijn zowel<br />

obligaat aërobe als anaërobe kiem<strong>en</strong>: Pasteurella multocida (meest frequ<strong>en</strong>te pathoge<strong>en</strong><br />

bij geïnfecteerde katt<strong>en</strong>bet<strong>en</strong>), Pasteurella canis (meest frequ<strong>en</strong>te kiem bij geïnfecteerde<br />

hond<strong>en</strong>bet<strong>en</strong>), Staphylococcus aureus, S. epidermidis, Enterobacter cloacae, Capnocytophaga<br />

canimorsus, Streptococcus viridans, Bactertoïdes spp. <strong>en</strong> Fusobacterium spp.<br />

5.3.3. Infectieziekt<strong>en</strong><br />

Bij onze huisdier<strong>en</strong> zijn ongeveer 400 infectieziekt<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d waarvan er e<strong>en</strong> 150-tal<br />

overdraagbaar zijn op de m<strong>en</strong>s. Door schoonlikk<strong>en</strong>, onder andere van de anus, verspreidt<br />

de hond tal van parasiet<strong>en</strong> <strong>en</strong> micro-organism<strong>en</strong> via de tong over de har<strong>en</strong>. Via likk<strong>en</strong><br />

door of aai<strong>en</strong> van de hond <strong>en</strong> door rechtstreeks contact met uitwerpsel<strong>en</strong> kan de m<strong>en</strong>s<br />

besmet word<strong>en</strong>.<br />

Allerlei ongedierte gebruikt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> onze gezelschapsdier<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> paard van Troje<br />

om onze woning<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> te dring<strong>en</strong>. Best bek<strong>en</strong>d zijn wel de hond<strong>en</strong>- <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>vlooi<strong>en</strong>.<br />

Hond<strong>en</strong>vlooi<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> als tuss<strong>en</strong>gastheer voor de hond<strong>en</strong>lintworm die, in zeldzame<br />

gevall<strong>en</strong>, ook de m<strong>en</strong>s kan besmett<strong>en</strong>.<br />

De meeste zoönos<strong>en</strong>, dier<strong>en</strong>ziekt<strong>en</strong> die ook de m<strong>en</strong>s ziek kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, kom<strong>en</strong> niet zo<br />

vaak voor als gevolg van de omgang met huisdier<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> van deze ziekt<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>wel ernstig zijn, zeker wanneer ze voorkom<strong>en</strong> bij person<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> gedaalde weerstand<br />

(HIV, orgaantransplantatie, immuunsuppressieve medicatie, …) <strong>en</strong> bij zwanger<strong>en</strong>.<br />

De eerste groep uiteraard omwille van hun bijzondere gevoeligheid <strong>en</strong> zwanger<strong>en</strong> voor de<br />

mogelijkheid voor transmissie van de infectie op de foetus.<br />

Onderstaande tabel geeft de infectieziekt<strong>en</strong> weer die overgedrag<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door<br />

huisdier<strong>en</strong>. Hieronder gaan we verder in op de voor onze regio belangrijkste aando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

77


78<br />

Ziekte Kiem Vogels Katt<strong>en</strong> Hond<strong>en</strong> Reptiel<strong>en</strong><br />

Anthrax Bacillus anthracis X X<br />

Borreliose Borrelia burgdorferi X<br />

Brucellose Brucella canis X<br />

Campylobacteriose Campylobacter jejuni (C. coli) X X X<br />

Cryptosporidiosis 1 Cryptosporidum parvum vnl duiv<strong>en</strong> X X<br />

Giardiase Giardia lamblia X X<br />

Hondelintworm Dipylidium caninum X X<br />

Kattekrabziekte 1,2 Bartonella h<strong>en</strong>selae X<br />

Tabel 23 : Infectieziekt<strong>en</strong> overgedrag<strong>en</strong> van huisdier<strong>en</strong> op de m<strong>en</strong>s (13)(15)<br />

5.3.3.1. Ringworminfecties<br />

(via vlooi<strong>en</strong>) (via vlooi<strong>en</strong>)<br />

Leptospirose Leptospira spp. X 4<br />

Listeriose Listeria monocytog<strong>en</strong>es X<br />

Pasteurellose Pasteurella spp X X X<br />

Psittacosis Chlamydia psittaci vnl<br />

papegaai<strong>en</strong>,<br />

parkiet<strong>en</strong><br />

Rabies Rabies virus X X<br />

Rat bite fever Streptobacillus moniliformis X X<br />

Spirillum minus<br />

Ringworminfectie (Tinea) Microsporum spp, Trichophyton spp X2 X<br />

Salmonellose Salmonella spp X X X X1,2 Spoelworminfectie<br />

(Ascariasis)<br />

Ascaris lumbricoides X X<br />

Toxoplasmose Toxoplasma gondii X1,3 Toxocariasis Toxocara canis (T. cati) (X) X<br />

Yersiniose Yersinia <strong>en</strong>terocolitica X X<br />

1. vooral probleem voor person<strong>en</strong> met verlaagde weerstand<br />

2. kinder<strong>en</strong><br />

3. kinder<strong>en</strong> van vrouw<strong>en</strong> die tijd<strong>en</strong>s de zwangerschap besmet raakt<strong>en</strong><br />

4. zeldzaam, vooral bij person<strong>en</strong> van wie de hond contact heeft met ratt<strong>en</strong> of met door de bacterie gecontamineerde gracht<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> rivier<strong>en</strong><br />

Ringworminfecties zijn schimmelinfecties van de huid <strong>en</strong> de behaarde hoofdhuid. De<br />

aando<strong>en</strong>ing k<strong>en</strong>merkt zich door e<strong>en</strong> schilfer<strong>en</strong>de rash die meestal jeukt. Ter hoogte van<br />

de scalp kan de aando<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> ronde kale plek achterlat<strong>en</strong>. Op andere plaats<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> we


meestal e<strong>en</strong> ringvormige jeuk<strong>en</strong>de roodheid. Dezelfde schimmel die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> infecteert,<br />

besmet ook katt<strong>en</strong> <strong>en</strong> hond<strong>en</strong> die de infectie door kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan kinder<strong>en</strong>.<br />

Huisdier<strong>en</strong> met rash zoud<strong>en</strong> dan ook best geëvalueerd word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> dier<strong>en</strong>arts. Wanneer<br />

deze rash veroorzaakt wordt door e<strong>en</strong> schimmel is contact met kinder<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> aangewez<strong>en</strong><br />

tot het dier behandeld <strong>en</strong> hel<strong>en</strong>d is. De diagnose wordt gesteld op basis van microscopisch<br />

onderzoek <strong>en</strong> cultuur.<br />

5.3.3.2. Spoelworminfectie (toxocariasis)<br />

Toxocariasis is e<strong>en</strong> meestal chronisch <strong>en</strong> veelal mild verlop<strong>en</strong>de infectie, gewoonlijk bij<br />

kinder<strong>en</strong>, veroorzaakt door de migratie van de larvale stadia van Toxocara spp. in organ<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> weefsels. K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d is e<strong>en</strong> opgemerkte eosinofilie, hepatomegalie, hyperglobulinemie,<br />

respiratoire symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> koorts.<br />

Toxocara is e<strong>en</strong> veelvoorkom<strong>en</strong>de intestinale parasiet bij hond<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>. De infectie<br />

van hond<strong>en</strong> of katt<strong>en</strong> kan op iedere leeftijd gebeur<strong>en</strong> maar veelal pups word<strong>en</strong> dikwijls<br />

besmet uit e<strong>en</strong> geïnfecteerde moeder gebor<strong>en</strong> of lop<strong>en</strong> de infectie kort na de geboorte op.<br />

Toxocara canis kan de plac<strong>en</strong>tabarrière overwinn<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook via de moedermelk is overdracht<br />

mogelijk. Jonge katjes word<strong>en</strong> dan weer vaak geïnfecteerd via het zog<strong>en</strong> bij de<br />

moeder, dit met Toxocara cati. Infectieuze eitjes kom<strong>en</strong> dan via de stoelgang in het milieu<br />

terecht vanaf de leeftijd van drie wek<strong>en</strong>.<br />

De eitjes blijv<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de maand<strong>en</strong> infectieus in de bodem. Ze zijn bijzonder weerstandig<br />

teg<strong>en</strong> weersinvloed<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook teg<strong>en</strong> desinfectantia. Na e<strong>en</strong> minimale rijpingsperiode<br />

van <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> zijn de eitjes infectieus. Nederlands onderzoek toonde aan dat<br />

het besmettingsperc<strong>en</strong>tage (eier<strong>en</strong> positieve feces) van volwass<strong>en</strong> Nederlandse katt<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hond<strong>en</strong> niet meer dan 5% bedroeg. Bij zwerfkatt<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> preval<strong>en</strong>tie van 21% gedetecteerd.<br />

In Utrecht bleek in 1991 echter wel ongeveer 50% van de (op<strong>en</strong>bare) zandbakk<strong>en</strong><br />

besmet met Toxocara-eier<strong>en</strong> die nag<strong>en</strong>oeg allemaal geëmbryoneerd blek<strong>en</strong> (69)(92).<br />

Kinder<strong>en</strong> rak<strong>en</strong> geïnfecteerd via rechtstreeks of onrechtstreeks contact met uitwerpsel<strong>en</strong>;<br />

direct door het et<strong>en</strong> van aarde of indirect via consumptie van bevuilde rauwe gro<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Besmetting zou veel minder plaatsvind<strong>en</strong> door rechtstreeks contact met hond<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>.<br />

De eitjes ontkiem<strong>en</strong> met de vrijstelling van larv<strong>en</strong> die overal in het lichaam kunn<strong>en</strong><br />

migrer<strong>en</strong>, wat bek<strong>en</strong>d staat onder de naam viscerale larva migrans. Bij de m<strong>en</strong>s groei<strong>en</strong> de<br />

larv<strong>en</strong> niet uit tot volwass<strong>en</strong> worm<strong>en</strong> maar ze gaan in de weefsels over in e<strong>en</strong> ruststadium.<br />

De tek<strong>en</strong>s <strong>en</strong> symptom<strong>en</strong> van de ziekte zijn afhankelijk van de beschadigde weefsels<br />

tijd<strong>en</strong>s deze larvale migratie. De meest getroff<strong>en</strong> organ<strong>en</strong> zijn het oog, de hers<strong>en</strong><strong>en</strong>, de<br />

lever <strong>en</strong> de long. Toch verlop<strong>en</strong> de meeste infecties bij de m<strong>en</strong>s onopgemerkt <strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

ze gekarakteriseerd door e<strong>en</strong> langdurige eosinofilie met voorbijgaande griepachtige verschijnsel<strong>en</strong>.<br />

Soms tred<strong>en</strong> echter klinische verschijnsel<strong>en</strong> op, vooral bij grootschalige<br />

besmetting<strong>en</strong> of wanneer de larve in het oog aangetroff<strong>en</strong> wordt (ongeveer één diagnose<br />

per jaar in Nederland). In Nederland had in 1995 10% van de kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> 30% van de<br />

volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> antistoff<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Toxocara.<br />

79


80<br />

Epidemiologisch onderzoek toonde aan dat aanwezigheid van hond<strong>en</strong> in huis, voornamelijk<br />

pups, <strong>en</strong> picagedrag (het in de mond stopp<strong>en</strong> van ding<strong>en</strong> die in principe oneetbaar<br />

zijn) de belangrijkste factor<strong>en</strong> zijn in het voorkom<strong>en</strong> van de ziekte bij de m<strong>en</strong>s. Het speel-<br />

<strong>en</strong> ontdekgedrag van kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun aantrekkingskracht tot huisdier<strong>en</strong> geeft h<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

groter risico dan volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> (17). De meeste viscerale larva migrans word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong><br />

bij kinder<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 7 jaar.<br />

Behandeling met antihelmintica is meestal niet nodig. Bij e<strong>en</strong> dergelijke actie bestaat<br />

trouw<strong>en</strong>s ook het risico van overgevoeligheidsreacties door afsterv<strong>en</strong>de larv<strong>en</strong>. Bij de<br />

volks<strong>gezondheid</strong>skundige aanpak moet de nadruk op prev<strong>en</strong>tie ligg<strong>en</strong>.<br />

Vele m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met huisdier<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> niet dat hun dier drager kan zijn van worm<strong>en</strong> die<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kan besmett<strong>en</strong>. Informatie is dus belangrijk. Katt<strong>en</strong> <strong>en</strong> hond<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> regelmatig<br />

(2 maal per jaar) ontwormd word<strong>en</strong>; uitwerpsel<strong>en</strong> verwijder<strong>en</strong> is belangrijk ev<strong>en</strong>als<br />

het overdekk<strong>en</strong> van zandbakk<strong>en</strong>. Aan kinder<strong>en</strong> wordt geleerd ge<strong>en</strong> ding<strong>en</strong> in de mond te<br />

stek<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>als handhygiëne na spel<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>shuis, vooral in de zandbak <strong>en</strong> ook bij contact<br />

met hond of kat.<br />

5.3.3.3. Salmonellose <strong>en</strong> andere gastro-<strong>en</strong>teritid<strong>en</strong><br />

Salmonellose is e<strong>en</strong> infectie met e<strong>en</strong> Salmonella-bacterie. De meeste geïnfecteerd<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> flinke diarree, buikkramp<strong>en</strong> <strong>en</strong> koorts ongeveer 12 tot 72 ur<strong>en</strong> na de besmetting.<br />

Meestal is er ge<strong>en</strong> behandeling nodig <strong>en</strong> zi<strong>en</strong> we volledig herstel na e<strong>en</strong> vijftal ziektedag<strong>en</strong>.<br />

Bij sommig<strong>en</strong> kan de diarree echter dermate zijn dat opname in e<strong>en</strong> ziek<strong>en</strong>huis,<br />

vooral omwille van uitdrogingsverschijnsel<strong>en</strong>, nodig is.<br />

In zeldzame gevall<strong>en</strong> kan septicaemie of bloedvergiftiging ontstaan. Salmonellam<strong>en</strong>ingitid<strong>en</strong><br />

zijn, zij het als zeldzaam verschijnsel, beschrev<strong>en</strong> in relatie tot huisdier<strong>en</strong> <strong>en</strong> dan<br />

vooral reptiel<strong>en</strong> (S. poona; S. rubislaw) (71)(72). Vooral zeer jonge kinder<strong>en</strong>, ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

person<strong>en</strong> met immunodeficiëntie lop<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groter risico.<br />

De oorzaak van e<strong>en</strong> salmonellose moet meestal gezocht word<strong>en</strong> in de consumptie van met<br />

stoelgang bevuilde et<strong>en</strong>swar<strong>en</strong>. Salmonellae word<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wel ook veelvuldig gevond<strong>en</strong> in<br />

de stoelgang van huisdier<strong>en</strong>. Besmetting kan dus optred<strong>en</strong> bij onzorgvuldige handhygiëne<br />

na contact met feces. Gezi<strong>en</strong> de to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de populariteit van exotische huisdier<strong>en</strong> is het<br />

belangrijk te wet<strong>en</strong> dat vooral reptiel<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d staan om hun veelvuldig dragerschap van<br />

Salmonellae <strong>en</strong> het wass<strong>en</strong> van de hand<strong>en</strong> na ieder contact met e<strong>en</strong> reptiel, ook wanneer<br />

dat gezond is, is dus aan te rad<strong>en</strong>. Om deze red<strong>en</strong> zijn reptiel<strong>en</strong>, schildpadd<strong>en</strong> incluis,<br />

ge<strong>en</strong> geschikte huisdier<strong>en</strong> voor (gezinn<strong>en</strong> met) kleine kinder<strong>en</strong>.<br />

Ook andere kiem<strong>en</strong> (Campylobacter jejuni; C. coli) die aangetroff<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de darm<br />

van huisdier<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de oorzaak vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gastro-<strong>en</strong>teritis. E<strong>en</strong> Campylobacter<strong>en</strong>teritis<br />

is gek<strong>en</strong>merkt door diarree, abdominale kramp<strong>en</strong>, malaise, koorts, misselijkheid<br />

<strong>en</strong> brak<strong>en</strong> die zich 2 - 5 tot maximaal 10 dag<strong>en</strong> na infectie manifester<strong>en</strong>. De ziekte, die<br />

gewoonlijk voorkomt bij kinder<strong>en</strong> <strong>en</strong> jonge volwass<strong>en</strong><strong>en</strong>, is gewoonlijk zelflimiter<strong>en</strong>d <strong>en</strong><br />

meestal is er herstel na 5 tot 10 dag<strong>en</strong>. Vrij vaak is er wel wat bloed in de stoelgang aanwezig.<br />

De besmettingsroute loopt hoofdzakelijk via voeding dat gecontamineerd is met<br />

stoelgang. Vooral rauwe melk <strong>en</strong> te weinig verhit (of via kruiscontaminatie besmet) kipp<strong>en</strong>vlees<br />

<strong>en</strong> vark<strong>en</strong>svlees zijn veelvuldig voorkom<strong>en</strong>de oorzak<strong>en</strong> van ziekte. Ook direct


contact met hond<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>, meestal dan met zeer jonge dier<strong>en</strong> met diarree, kan echter<br />

oorzaak zijn van e<strong>en</strong> infectie.<br />

E<strong>en</strong> typisch verhaal van e<strong>en</strong> huisdier geassocieerde campylobacteriose is het optred<strong>en</strong> van<br />

diarree bij e<strong>en</strong> net gekochte pup of katje, gevolgd door diarree bij één of meer huisg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong>.<br />

Campylobacterinfecties kom<strong>en</strong> nog al wat ker<strong>en</strong> voor na e<strong>en</strong> barbecue waarbij het<br />

geconsumeerde vlees onvoldo<strong>en</strong>de doorbakk<strong>en</strong> is.<br />

5.3.3.4. Toxoplasmose<br />

Toxoplasmose is e<strong>en</strong> systemische infectie met e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>cellige parasiet van de kat, Toxoplasma<br />

gondii. Veelal verloopt de infectie zonder symptom<strong>en</strong>, of gelijkt ze op infectieuze<br />

mononucleosis met koorts, lymfeklierzwelling <strong>en</strong> lymfocytose in de hals <strong>en</strong> de nekstreek<br />

die <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> tot wek<strong>en</strong> aanhoudt.<br />

Bij de ontwikkeling van de infectie komt e<strong>en</strong> afweerreactie op gang met verdwijn<strong>en</strong> van<br />

parasiet<strong>en</strong> in het bloed <strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> van symptom<strong>en</strong>. Cyst<strong>en</strong> van Toxoplasma blijv<strong>en</strong><br />

echter met leefbare organism<strong>en</strong> achter in de weefsels. Deze cyst<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> reactiver<strong>en</strong><br />

wanneer het immuunsysteem van e<strong>en</strong> persoon onderdrukt wordt zoals bij AIDS-patiënt<strong>en</strong>.<br />

Belangrijk is dat e<strong>en</strong> infectie die tijd<strong>en</strong>s de vroege zwangerschap optreedt kan leid<strong>en</strong> tot<br />

foetale infectie met zware gevolg<strong>en</strong> voor het ongebor<strong>en</strong> kind: oogaantasting (chorioretinitis),<br />

hers<strong>en</strong>schade, hydrocefalie, microcefalie, koorts, hepatospl<strong>en</strong>omegalie. Wanneer de<br />

infectie later in de zwangerschap optreedt zal de infectie van de foetus milder verlop<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

minder zware gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

De echte gastheer van de parasiet zijn de kat <strong>en</strong> andere katachtig<strong>en</strong>. Zij word<strong>en</strong> besmet<br />

via het et<strong>en</strong> van geïnfecteerde zoogdier<strong>en</strong> of vogels. Meestal mak<strong>en</strong> zij, net als de m<strong>en</strong>s,<br />

de ziekte door zonder symptom<strong>en</strong>. Enkel e<strong>en</strong> kat kan drager van de parasiet zijn in de<br />

darm. Eitjes word<strong>en</strong> via de uitwerpsel<strong>en</strong> in de omgeving verspreid. Dit gebeurt slechts<br />

tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> periode van <strong>en</strong>kele wek<strong>en</strong> na de infectie. Tuss<strong>en</strong>gasther<strong>en</strong> die bij consumptie<br />

voor het doorgev<strong>en</strong> van de infectie naar de m<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> zijn vark<strong>en</strong>s, runder<strong>en</strong>,<br />

kipp<strong>en</strong>, schap<strong>en</strong>, geit<strong>en</strong>, vogels.<br />

De m<strong>en</strong>s wordt besmet via het et<strong>en</strong> van rauw of te weinig verhit besmet vlees of in zeldzame<br />

gevall<strong>en</strong> door het drink<strong>en</strong> van rauwe besmette melk. Kinder<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> besmet<br />

word<strong>en</strong> via het innem<strong>en</strong> van besmette eitjes (oöcyst<strong>en</strong>) vanuit met katt<strong>en</strong>feces besmette<br />

zandbakk<strong>en</strong>. Bij volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> kan zich iets gelijkaardigs voordo<strong>en</strong> bij het schoonmak<strong>en</strong><br />

van de katt<strong>en</strong>bak<br />

81


82<br />

Enkele tips om de relatie met je huisdier gezond te houd<strong>en</strong> (16)(66).:<br />

Persoonlijke hygiëne :<br />

- Was grondig je hand<strong>en</strong> met water <strong>en</strong> zeep voor het et<strong>en</strong> <strong>en</strong> na<br />

het werk<strong>en</strong> in de tuin, na het spel<strong>en</strong> met huisdier<strong>en</strong> <strong>en</strong> na het proper mak<strong>en</strong> van hun<br />

leefruimte <strong>en</strong> poepbak, zeker die van reptiel<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>. Leer je kinder<strong>en</strong> hetzelfde te<br />

do<strong>en</strong>;<br />

- hou de katt<strong>en</strong>bak uit de keuk<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit plaats<strong>en</strong> waar je eet;<br />

- laat je gezicht niet door je huisdier likk<strong>en</strong>, je weet absoluut niet waar die tong nog<br />

geweest is;<br />

- leer kleine kinder<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> grond te et<strong>en</strong>;<br />

- doe handscho<strong>en</strong><strong>en</strong> aan wanneer je in de tuin werkt.<br />

Wanneer je zwanger b<strong>en</strong>t of e<strong>en</strong> ernstig verminderde weerstand hebt:<br />

- Vermijd om katt<strong>en</strong>bakk<strong>en</strong> schoon te mak<strong>en</strong>;<br />

- vermijd contact met katt<strong>en</strong> waarvan de voeding je onbek<strong>en</strong>d is;<br />

- hou je kat binn<strong>en</strong> <strong>en</strong> geef ze droog voer of blikvoer;<br />

- schaf je ge<strong>en</strong> nieuwe kat aan die mogelijk rauw vlees geget<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong>;<br />

- ga niet om met zwerfkatt<strong>en</strong>.<br />

Aandacht voor je huisdier <strong>en</strong> zijn <strong>gezondheid</strong>:<br />

- Koop je huisdier bij e<strong>en</strong> betrouwbare verkoper;<br />

- laat uw nieuw huisdier check<strong>en</strong> door de dier<strong>en</strong>arts <strong>en</strong> hou het onder<br />

regelmatig (minst<strong>en</strong>s jaarlijks) toezicht van de dier<strong>en</strong>arts;<br />

- hond<strong>en</strong> <strong>en</strong> katt<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> deskundig gevaccineerd <strong>en</strong> ingeschakeld word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> vlo-,<br />

teek- <strong>en</strong> wormcontroleschema (ontworming);<br />

- hou de nagels van je dier kort; je dier<strong>en</strong>arts kan je ton<strong>en</strong> hoe je dat doet;<br />

- geef je dier ge<strong>en</strong> rauw et<strong>en</strong> <strong>en</strong> verbied het te drink<strong>en</strong> uit de toilett<strong>en</strong>;<br />

- kuis de leefruimte van je dier e<strong>en</strong>maal per week <strong>en</strong> verwijder grondig de uitwerpsel<strong>en</strong> op<br />

e<strong>en</strong> manier die ge<strong>en</strong> stof maakt;<br />

- ontsmet e<strong>en</strong>maal per maand de katt<strong>en</strong>bak met kok<strong>en</strong>d water dat je er e<strong>en</strong> vijftal minut<strong>en</strong><br />

in laat staan.


Veiligheid:<br />

- Laat kinder<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> met huisdier<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeker niet bij e<strong>en</strong> grote hond;<br />

- als je e<strong>en</strong> insecticide gebruikt - vlooi<strong>en</strong>poeder bijvoorbeeld – volg dan nauwgezet de<br />

instructies;<br />

- schildpadd<strong>en</strong>, iguanas, giftige <strong>en</strong>/of agressieve slang<strong>en</strong> <strong>en</strong> spinn<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> geschikte<br />

huisdier<strong>en</strong> voor kinder<strong>en</strong>.<br />

De omgeving:<br />

- Overdek zandbakk<strong>en</strong> wanneer ze niet gebruikt word<strong>en</strong> zodat ze niet verander<strong>en</strong> in katt<strong>en</strong>bakk<strong>en</strong>;<br />

- laat je kinder<strong>en</strong> niet spel<strong>en</strong> op plaats<strong>en</strong> die bezoedeld kunn<strong>en</strong> zijn met uitwerpsel<strong>en</strong> van<br />

katt<strong>en</strong> of hond<strong>en</strong> zoals sommige park<strong>en</strong> of speelplein<strong>en</strong>.<br />

83


84<br />

5.4. Ongedierte<br />

Ongedierte in de woning is vaak e<strong>en</strong> bron van ergernis. Toch is ongedierte niet steeds<br />

schadelijk of echt gevaarlijk voor de bewoners. Sommige soort<strong>en</strong> zijn zelfs erg nuttig in<br />

de vrije natuur, d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> we maar aan bij<strong>en</strong> <strong>en</strong> spinn<strong>en</strong>. Insect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> allerlei microorganism<strong>en</strong><br />

overbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Ratt<strong>en</strong> <strong>en</strong> muiz<strong>en</strong> funger<strong>en</strong> als mechanische <strong>en</strong> biologische<br />

vector<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong>gastheer voor verschill<strong>en</strong>de <strong>en</strong>do- <strong>en</strong> ectoparasiet<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> beestje hier <strong>en</strong> daar betek<strong>en</strong>t nog ge<strong>en</strong> plaag. Aanwezigheid van ongedierte binn<strong>en</strong><br />

bepaalde gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> wordt beschouwd als zijnde normaal. Indi<strong>en</strong> m<strong>en</strong> hinder ondervindt<br />

van ongedierte moet m<strong>en</strong> altijd eerst nagaan om welk beestje het precies gaat. Alle<strong>en</strong> dan<br />

kunn<strong>en</strong> zinvolle maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Kan je bij de bestrijding pesticid<strong>en</strong> niet<br />

vermijd<strong>en</strong>, dan geldt ook daar e<strong>en</strong> voorzichtig <strong>en</strong> oordeelkundig gebruik. Volg altijd de<br />

gebruiksinstructies. Overdoser<strong>en</strong> is totaal uit d<strong>en</strong> boze. E<strong>en</strong> grotere dosis dan aangegev<strong>en</strong><br />

levert ge<strong>en</strong> beter resultaat op, integ<strong>en</strong>deel!<br />

De richtwaarde voor kakkerlakk<strong>en</strong>, ratt<strong>en</strong> <strong>en</strong> muiz<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieubesluit is kleiner<br />

dan 1, wat praktisch wil zegg<strong>en</strong> dat er in e<strong>en</strong> woning ge<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> aanwezig zijn (59).<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Tracht te vermijd<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> plaag zich te sterk ontwikkelt of dat de ongew<strong>en</strong>ste diertjes<br />

binn<strong>en</strong> in huis kom<strong>en</strong>.<br />

- Verjaag de ongew<strong>en</strong>ste gast<strong>en</strong>.<br />

- Slechts als verjag<strong>en</strong> niet mogelijk is, ze dod<strong>en</strong>.


Probleem<br />

bromvlieg<strong>en</strong><br />

fruitvlieg<strong>en</strong><br />

kamervlieg<strong>en</strong><br />

steekmugg<strong>en</strong><br />

hond<strong>en</strong>- <strong>en</strong> katt<strong>en</strong>vlooi<strong>en</strong><br />

mier<strong>en</strong><br />

pissebedd<strong>en</strong>, zilvervisjes,<br />

oorworm<strong>en</strong>,<br />

duiz<strong>en</strong>dpot<strong>en</strong><br />

spinn<strong>en</strong><br />

kevers in<br />

lev<strong>en</strong>smiddelvoorrad<strong>en</strong><br />

mott<strong>en</strong><br />

houtworm<br />

wesp<strong>en</strong><br />

kakkerlakk<strong>en</strong>, faraomier<strong>en</strong><br />

muiz<strong>en</strong><br />

ratt<strong>en</strong><br />

bladluiz<strong>en</strong><br />

meelmijt<strong>en</strong><br />

wandluiz<strong>en</strong><br />

Hoe je het kan<br />

voorkom<strong>en</strong><br />

vleesafval op tijd verwijder<strong>en</strong>,<br />

kadavers opruim<strong>en</strong> (bv dode muis)<br />

afval (vooral fruitafval) op tijd<br />

verwijder<strong>en</strong>, in geslot<strong>en</strong> emmer<br />

horr<strong>en</strong> voor ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> deur<strong>en</strong>,<br />

kierafdichting, vlieg<strong>en</strong>gaas voor<br />

v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

horr<strong>en</strong> voor ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> deur<strong>en</strong>,<br />

kierafdichting, vlieg<strong>en</strong>gaas voor<br />

v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

regelmatig stofzuig<strong>en</strong>, ook in<br />

nad<strong>en</strong> <strong>en</strong> kier<strong>en</strong> <strong>en</strong> hond<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

katt<strong>en</strong>mand, dier<strong>en</strong> regelmatig<br />

buit<strong>en</strong>shuis kamm<strong>en</strong> met fijne kam<br />

huis kiervrij, ge<strong>en</strong> op<strong>en</strong> (zoete)<br />

lev<strong>en</strong>smiddel<strong>en</strong><br />

huis droog <strong>en</strong> schoon houd<strong>en</strong>,<br />

kier<strong>en</strong> dicht<strong>en</strong>, vlieg<strong>en</strong>gaas voor<br />

v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> mak<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong><br />

organisch afval (composthop<strong>en</strong>)<br />

vlakbij huis maar alle<strong>en</strong> achter in<br />

de tuin<br />

kier<strong>en</strong> in huis dicht<strong>en</strong>, v<strong>en</strong>tilatieop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

afdekk<strong>en</strong> met vlieg<strong>en</strong>gaas<br />

houdbare lev<strong>en</strong>smiddel<strong>en</strong> koel<br />

<strong>en</strong> in geslot<strong>en</strong> buss<strong>en</strong> of pott<strong>en</strong><br />

bewar<strong>en</strong><br />

kler<strong>en</strong> lucht<strong>en</strong> <strong>en</strong> reinig<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

wegberg<strong>en</strong> in plasticzak, goed<br />

sluit<strong>en</strong>de kast<strong>en</strong><br />

hout<strong>en</strong> meubel<strong>en</strong> regelmatig in de<br />

bo<strong>en</strong>was zett<strong>en</strong>, huis droog houd<strong>en</strong><br />

zoete eetwar<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> afdekk<strong>en</strong>,<br />

horr<strong>en</strong> plaats<strong>en</strong><br />

niet te voorkom<strong>en</strong><br />

eetwar<strong>en</strong> opberg<strong>en</strong> in afgesplitste<br />

kast<strong>en</strong> of buss<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> hout stapel<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> huis, houtstapel op<br />

“pot<strong>en</strong>”, op<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van v<strong>en</strong>tilatieroosters<br />

ea tochtgat<strong>en</strong> niet groter<br />

dan 0,5 cm<br />

buit<strong>en</strong>shuis ge<strong>en</strong> voedselrest<strong>en</strong><br />

lat<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong>, voor het voer<strong>en</strong> van<br />

vogels vogelhuisjes gebruik<strong>en</strong>,<br />

algehele hygiëne belangrijk<br />

niet te voorkom<strong>en</strong><br />

niet te voorkom<strong>en</strong><br />

regelmatig poets<strong>en</strong> van de woning<br />

Bestrijding zonder<br />

bestrijdingsmiddel<br />

bron zoek<strong>en</strong>, bv afvalbak leg<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

schoonmak<strong>en</strong>, kadavers opzoek<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> verwijder<strong>en</strong><br />

afval verwijder<strong>en</strong><br />

mugg<strong>en</strong>klapper, kleefstrok<strong>en</strong><br />

klamboe, zorg<strong>en</strong> voor tocht (bv<br />

v<strong>en</strong>tilator)<br />

regelmatig kamm<strong>en</strong>, stofzuig<strong>en</strong>;<br />

inhoud met papier<strong>en</strong> stofzak na het<br />

zuig<strong>en</strong> onmiddellijk wegzett<strong>en</strong> in<br />

afgeslot<strong>en</strong> plastic vuilniszak<br />

nest opzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdelg<strong>en</strong> met<br />

kok<strong>en</strong>d water<br />

vang<strong>en</strong> in omgekeerde bloempot<br />

of natte dweil<br />

vang<strong>en</strong> <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

aangetaste lev<strong>en</strong>smiddel<strong>en</strong> verwijder<strong>en</strong><br />

of bevriez<strong>en</strong> (bv één week<br />

bij -15°C)<br />

aangetaste material<strong>en</strong> ongeveer 2<br />

wek<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong> bij -15°C<br />

kleine aangetaste voorwerp<strong>en</strong><br />

ongeveer 2 wek<strong>en</strong> bewar<strong>en</strong> bij<br />

-15°C<br />

e<strong>en</strong> glas water <strong>en</strong> suiker (zoete<br />

vloeistof) neerzett<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> vaste<br />

plaats waar ze ge<strong>en</strong> overlast bezorg<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> middel<br />

muiz<strong>en</strong>val<br />

ge<strong>en</strong> middel<br />

bespuit<strong>en</strong> met m<strong>en</strong>gsel van gro<strong>en</strong>e<br />

zeep, spiritus <strong>en</strong> water<br />

besmette voorraad verbrand<strong>en</strong>,<br />

recipiënt<strong>en</strong> schoonmak<strong>en</strong> met<br />

kok<strong>en</strong>dheet water<br />

ge<strong>en</strong> middel<br />

Bestrijding met<br />

bestrijdingsmiddel,<br />

werkzame stof<br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

Tabel 24 : Veel voorkom<strong>en</strong>de plaagdierproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat je eraan kan do<strong>en</strong><br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

pyrethrin<strong>en</strong>, deltamethrin; ge<strong>en</strong><br />

vlieg<strong>en</strong>strips of mugg<strong>en</strong>strips in<br />

slaapkamer gebruik<strong>en</strong><br />

pyrethrin<strong>en</strong>, mugg<strong>en</strong>afweermiddel,<br />

ge<strong>en</strong> mugg<strong>en</strong>strips in slaapkamer<br />

gebruik<strong>en</strong><br />

voor hond propoxur, pyrethrin<strong>en</strong>,<br />

trichloorfon; voor de kat liefst<br />

ge<strong>en</strong> bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong>,<br />

anders propoxur, trichloorfon<br />

mier<strong>en</strong>lokdoosjes, nest verdelg<strong>en</strong><br />

met propoxur, foxim, permethrin<strong>en</strong><br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

permethrin; bij grote aantasting<br />

hulp bestrijdingsfirma inroep<strong>en</strong><br />

bij grote overlast hulp bestrijdingsfirma<br />

inroep<strong>en</strong><br />

altijd hulp bestrijdingsfirma inroep<strong>en</strong><br />

kant <strong>en</strong> klare lokaz<strong>en</strong> op basis<br />

van bromadiol<strong>en</strong> of dif<strong>en</strong>acoum;<br />

toepass<strong>en</strong> van voerdoosjes is verplicht<br />

altijd hulp bestrijdingsfirma inroep<strong>en</strong><br />

raadpleeg tuinc<strong>en</strong>trum<br />

bestrijdingsmiddel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

zin<br />

altijd hulp bestrijdingsfirma inroep<strong>en</strong><br />

Bron: “Bestrijdingsmiddel<strong>en</strong>”, serie “Kijk op veilig”, nr AK29, Stichting Consum<strong>en</strong>t <strong>en</strong> Veiligheid, Amsterdam<br />

85


86<br />

5.5. Schimmels<br />

Schimmels zijn plant<strong>en</strong> zonder bladgro<strong>en</strong>. Zij hebb<strong>en</strong> voor hun overleving dus ge<strong>en</strong><br />

zonlicht nodig. Lev<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zij van alle ander organisch materiaal, zowel plantaardig als<br />

dierlijk. Voor de voortplanting mak<strong>en</strong> schimmels gebruik van spor<strong>en</strong>. Het overlev<strong>en</strong> van<br />

schimmels wordt bepaald door temperatuur, luchtvochtigheid <strong>en</strong> voedingsbodem. Meest<br />

beperk<strong>en</strong>d in deze reeks is het vocht, al zijn er ook schimmels die groei<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> droge<br />

omgeving. In woning<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>de schimmels zijn vooral P<strong>en</strong>icillium, Aspergillus,<br />

Alternaria, Cladosporium, Eurotium <strong>en</strong> Wallemia, all<strong>en</strong> soort<strong>en</strong> die ook in de buit<strong>en</strong>lucht<br />

voorkom<strong>en</strong>.<br />

Sommige material<strong>en</strong> zijn gevoeliger voor schimmelvorming dan andere. Dit hangt <strong>en</strong>erzijds<br />

af van het hydrofoob karakter van het materiaal, anderzijds van het feit of het materiaal<br />

zelf als voedingsbodem kan funger<strong>en</strong>. Naast bouwmaterial<strong>en</strong> zijn ook huisstof <strong>en</strong><br />

gro<strong>en</strong>te- <strong>en</strong> fruitafval e<strong>en</strong> belangrijke bron van schimmels binn<strong>en</strong>shuis.<br />

Tot op dit og<strong>en</strong>blik is het nog moeilijk het voorkom<strong>en</strong> van schimmels in de lucht op<br />

e<strong>en</strong> betrouwbare manier te met<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de meetresultat<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong><br />

gebruikt voor het nagaan van de relatie tuss<strong>en</strong> de blootstelling aan schimmels <strong>en</strong> de<br />

<strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong>. Meestal zijn meting<strong>en</strong> echter niet nodig. Wanneer in de woning<br />

vochtverschijnsel<strong>en</strong> zoals schimmelplekk<strong>en</strong>, vochtplekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> lekk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangetroff<strong>en</strong><br />

is de kans groot dat de bewoners word<strong>en</strong> blootgesteld aan grotere hoeveelhed<strong>en</strong> schimmelspor<strong>en</strong>.<br />

Schimmelbelasting<br />

zeer laag<br />

laag<br />

gemiddeld<br />

hoog<br />

zeer hoog<br />

Tabel 25 : Interpretatie voorkom<strong>en</strong> van schimmel in woning<strong>en</strong><br />

KVE/m³<br />

< 50<br />

< 200<br />

< 1.000<br />

< 10.000<br />

> 10.000<br />

Schimmels gev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> woning niet alle<strong>en</strong> esthetische problem<strong>en</strong> zoals vieze plekk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

stank. Ook structurele aantasting van material<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus mogelijke ondermijning van de<br />

stabiliteit kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gevolg zijn. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d voorbeeld is Serpula lacrimans, huiszwam,<br />

e<strong>en</strong> schimmel die houtrot veroorzaakt.<br />

Vanuit <strong>gezondheid</strong>sstandpunt is vooral het allerg<strong>en</strong>e vermog<strong>en</strong> van schimmelspor<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

-deeltjes belangrijk. Gelukkig komt e<strong>en</strong> schimmelallergie minder frequ<strong>en</strong>t voor dan allergie<br />

voor huisstofmijt, poll<strong>en</strong> of huisdier<strong>en</strong>. Sommige schimmelspor<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> echter ook<br />

<strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> zonder s<strong>en</strong>sibilisatie. Zo kan Aspergillus fumigatus luchtweginfecties<br />

veroorzak<strong>en</strong>. Ook kunn<strong>en</strong> schimmels mycotoxin<strong>en</strong> producer<strong>en</strong>, toxisch voor de m<strong>en</strong>s.<br />

E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d voorbeeld hiervan is het carcinog<strong>en</strong>e aflatoxine. Rec<strong>en</strong>te studies hebb<strong>en</strong> aangetoond<br />

dat id<strong>en</strong>tieke doses van deze mycotoxines giftiger kunn<strong>en</strong> zijn bij inhalatie dan<br />

via de mond. Deze mycotoxines, zoals de trichothec<strong>en</strong><strong>en</strong> geproduceerd door Stachybotrys


chartarum (S. atra) of Fusarium spp. Patuline <strong>en</strong> p<strong>en</strong>icillinezur<strong>en</strong> geproduceerd door<br />

sommige P<strong>en</strong>icillium-soort<strong>en</strong>, zijn acuut toxisch geblek<strong>en</strong> voor macrofag<strong>en</strong> in de longblaasjes.<br />

Het lijkt dus mogelijk dat inhalatie van grote hoeveelhed<strong>en</strong> toxinebevatt<strong>en</strong>de<br />

spor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> invloed kan hebb<strong>en</strong> op het ademhalingsstelsel.<br />

Glycan<strong>en</strong> zijn compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het celmembraan. Deze verbinding<strong>en</strong> zijn polysaccharid<strong>en</strong><br />

van glucosemonomer<strong>en</strong>. Ze zoud<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn bij het ontstaan van de<br />

symptom<strong>en</strong> van “Sick Building Syndrome”. Vorsers hebb<strong>en</strong> aangetoond dat 1-3-b-glycan<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> ontsteking van de slijmvliez<strong>en</strong> kan veroorzak<strong>en</strong>, wat dan weer de oorzaak kan<br />

zijn van chronische ademhalingsproblem<strong>en</strong> of vermoeidheid.<br />

Rec<strong>en</strong>t onderzoek wijst uit dat schimmels ook uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de vluchtige organische stoff<strong>en</strong><br />

producer<strong>en</strong>. De schimmelgeur in sommige sterk getroff<strong>en</strong> gebouw<strong>en</strong> getuigt hiervan. Talrijke<br />

organische stoff<strong>en</strong>, waaronder ethylhexanol, waarvan de irriter<strong>en</strong>de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />

welbek<strong>en</strong>d zijn, werd<strong>en</strong> gedetecteerd in zuivere cultur<strong>en</strong> met Aspergillus versicolor. De<br />

productie van deze microbiële vluchtige organische stoff<strong>en</strong> kan irritatie van de og<strong>en</strong>, de<br />

huid, <strong>en</strong> de bov<strong>en</strong>ste ademhalingsweg<strong>en</strong> veroorzak<strong>en</strong>.<br />

Bij het bestrijd<strong>en</strong> van schimmel is vochtbestrijding ess<strong>en</strong>tieel. Vocht speelt e<strong>en</strong> belangrijke<br />

rol in de ontwikkeling van schimmels <strong>en</strong> de productie van mycotoxines. In 1998<br />

werd er aangetoond dat de productie van VOS door schimmels afhangt van de relatieve<br />

luchtvochtigheid. De grondlucht die vaak gemeld wordt is te wijt<strong>en</strong> aan deze stoff<strong>en</strong><br />

(2-oct<strong>en</strong>-1-ol of geosmine). Over het algeme<strong>en</strong> is de conc<strong>en</strong>tratie van deze bestanddel<strong>en</strong><br />

in de lucht laag, maar langdurige blootstelling zou de <strong>gezondheid</strong> schade kunn<strong>en</strong> toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

De richtwaarde voor de aanwezigheid van schimmel is volg<strong>en</strong>s het binn<strong>en</strong>milieubesluit<br />

lager of gelijk aan 200 KVE/m³ (59).<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Schimmelvlekk<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwijderd van oppervlakk<strong>en</strong> door afwass<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

chlooroplossing (javel in water).<br />

- Wanneer de schimmel is doorgedrong<strong>en</strong> in material<strong>en</strong> zoals hout, gips of kitt<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

de aangetaste material<strong>en</strong> soms best gewoon word<strong>en</strong> verwijderd.<br />

87


88<br />

5.6. Microbiële verontreiniging<br />

5.6.1. Algeme<strong>en</strong><br />

De structurele aspect<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> woning zijn maar in geringe mate geassocieerd met<br />

<strong>gezondheid</strong>simplicaties op het microbiële vlak. Onder “structureel” verstaan we dan op de<br />

eerste plaats constructiematerial<strong>en</strong> <strong>en</strong> de afwerkingsproduct<strong>en</strong>. Anderzijds is e<strong>en</strong> woning<br />

e<strong>en</strong> <strong>en</strong>ge ruimte waar er zich e<strong>en</strong> zeer int<strong>en</strong>se uitwisseling voordoet van stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> product<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> al wat er zich in bevindt <strong>en</strong> zijn bewoners. Vermits niet alle<strong>en</strong> de constructiematerial<strong>en</strong><br />

maar ook de bewoners, huisdier<strong>en</strong>, voedingsmiddel<strong>en</strong>, afval, water, lucht,<br />

kamerplant<strong>en</strong>, huisstof <strong>en</strong> stof van buit<strong>en</strong>af deel uit mak<strong>en</strong> van het ecosysteem “woning”<br />

is e<strong>en</strong> woning e<strong>en</strong> prima ontmoetingsplaats voor microbiële uitwisseling. De bron bij uitstek<br />

situeert zich bij zijn bewoners, m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> dier.<br />

Microbiële organism<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aanleiding gev<strong>en</strong> tot verschill<strong>en</strong>de ziektebeeld<strong>en</strong> waaronder<br />

infectieziekt<strong>en</strong>, allergieën, ontstekingsreacties, toxische reacties, kankers <strong>en</strong> cong<strong>en</strong>itale<br />

afwijking<strong>en</strong>.<br />

Binn<strong>en</strong> de infectieziekt<strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> we besmettelijke ziekt<strong>en</strong> (overdracht van persoon op<br />

persoon) <strong>en</strong> niet besmettelijke ziekt<strong>en</strong> waarbij de bron zich buit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> individu bevindt.<br />

Dit geldt bijvoorbeeld voor e<strong>en</strong> legionellainfectie. Infectieziekt<strong>en</strong> zijn het resultaat van de<br />

interactie van pathog<strong>en</strong>e organism<strong>en</strong>, hun omgeving (vochtigheid, temperatuur, …) <strong>en</strong> de<br />

vatbaarheid (weerstand) van e<strong>en</strong> individu.<br />

Hoe nauwer het contact hoe groter de kans op overdracht. Op die manier word<strong>en</strong> nogal<br />

wat respiratoire ziekt<strong>en</strong> opgelop<strong>en</strong> in woningverband. Voorbeeld<strong>en</strong> zijn luchtweginfecties<br />

maar ook griep, kinkhoest, mazel<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuberculose.<br />

E<strong>en</strong> gebrekkige keuk<strong>en</strong>hygiëne kan leid<strong>en</strong> tot maagdarminfecties. Drinkwater kan besmet<br />

zijn <strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot geelzucht of andere infecties.<br />

Huisdier<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de bron zijn van tal van ziektebeeld<strong>en</strong> die uitgebreid word<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong><br />

in het hoofdstukje “huisdier<strong>en</strong>”.<br />

Via contaminatie van de airconditioning kunn<strong>en</strong> in water lev<strong>en</strong>de kiem<strong>en</strong> zoals Legionella<br />

pneumophila in de omgevingslucht terechtkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> bewoners besmett<strong>en</strong>.<br />

Sanitaire voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zoals toilet <strong>en</strong> wastafel kunn<strong>en</strong> dan weer e<strong>en</strong> bron zijn van maagdarminfecties.


Bacteriebelasting<br />

zeer laag<br />

laag<br />

gemiddeld<br />

hoog<br />

zeer hoog<br />

Tabel 26 : Interpretatie voorkom<strong>en</strong> van bacteriën in woning<strong>en</strong><br />

KVE/m³<br />

< 100<br />

< 500<br />

< 2.500<br />

< 10.000<br />

> 10.000<br />

89


90<br />

5.6.2. Legionella<br />

Legionella pneumophila is e<strong>en</strong> bacterie die van nature in water voorkomt. Er zijn verschill<strong>en</strong>de<br />

serogroep<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>. Vooral het species L. pneumophila serogroep 1 is<br />

pathoge<strong>en</strong>. In opgewarmd water kunn<strong>en</strong> zij explosief groei<strong>en</strong>. Via verneveling kunn<strong>en</strong><br />

zij ingeademd word<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanleiding gev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> longontsteking (veteran<strong>en</strong>ziekte) of<br />

e<strong>en</strong> grieperige ziekte (Pontiac fever). De longontsteking is gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> ernstige<br />

ontsteking van de lagere luchtweg<strong>en</strong> waarbij na e<strong>en</strong> periode van 7 tot 14 dag<strong>en</strong> koorts,<br />

spierpijn, moeheid, hoest<strong>en</strong>, kortademigheid, borstkaspijn, matige slijmvorming <strong>en</strong> diarree<br />

kunn<strong>en</strong> verschijn<strong>en</strong>. Het grieperig beeld verschijnt reeds na e<strong>en</strong> 3-tal dag<strong>en</strong> <strong>en</strong> gaat<br />

gepaard met matige koorts, hoofdpijn <strong>en</strong> moeheid. Het g<strong>en</strong>eest zonder verwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

zonder behandeling. Legionellainfecties do<strong>en</strong> zich vooral voor bij ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong> person<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> weerstandsprobleem.<br />

Het water in de leiding<strong>en</strong> is niet altijd legionellavrij. De groei van of de besmetting met<br />

Legionella pneumophila kan ev<strong>en</strong>wel voorkom<strong>en</strong> word<strong>en</strong> via <strong>en</strong>kele simpele maatregel<strong>en</strong>.<br />

De groeibevorder<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> in het leidingsysteem in e<strong>en</strong> woning zijn e<strong>en</strong> watertemperatuur<br />

tuss<strong>en</strong> de 25–50°C, stilstaand water <strong>en</strong> e<strong>en</strong> biofilm op de binn<strong>en</strong>wand<strong>en</strong> van de leiding<strong>en</strong>.<br />

De pot<strong>en</strong>tieel risicovolle locaties zijn airconditioningsystem<strong>en</strong>, douches, boilers,<br />

wateronthardingssystem<strong>en</strong>, tuinslang<strong>en</strong>, sproeiers <strong>en</strong> hogedrukreinigers.<br />

Factor<strong>en</strong> die het risico verhog<strong>en</strong> zijn :<br />

• e<strong>en</strong> afkoeling van de warmwaterleiding onder de 50°C;<br />

• opwarming van de koudwaterleiding bov<strong>en</strong> 25°C;<br />

• doodlop<strong>en</strong>de stukk<strong>en</strong> of weinig gebruikte del<strong>en</strong> in het leidingnet;<br />

• de vorming van waternevel of aërosol <strong>en</strong> de inademing van die nevel (hoe langer<br />

de verblijfstijd hoe groter het risico).<br />

De risicovolle locatie bij uitstek is in e<strong>en</strong> woning de douche. Vooral dan het eerste gebruik<br />

na langdurige stilstand van het water in de leiding<strong>en</strong> zoals na e<strong>en</strong> vakantie.<br />

E<strong>en</strong> besmet leidingnet kan thermisch word<strong>en</strong> gedesinfecteerd. Alle tappunt<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan<br />

gedur<strong>en</strong>de minimaal 3 minut<strong>en</strong> gespuid met water van t<strong>en</strong>minste 70°C. (Uitlooptemperatuur<br />

controler<strong>en</strong> aan iedere kraan!)


Goede voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> zijn:<br />

- Spoel douches wekelijks minimaal 10 minut<strong>en</strong> door met warm water (> 65°C);<br />

- ontkalk <strong>en</strong> ontsmet douchekopp<strong>en</strong> minimaal maandelijks;<br />

- houd het water koel (< 25°C) of br<strong>en</strong>g het minimaal op 50°C; stel de temperatuur van<br />

warmwaterapparat<strong>en</strong> (boilers e.d.) in op e<strong>en</strong> temperatuur van minimaal 60°C. Thermostaatkran<strong>en</strong><br />

aan het einde van tapleiding<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> ervoor dat het risico op verbranding<strong>en</strong><br />

gereduceerd wordt;<br />

- isoleer de leiding<strong>en</strong>;<br />

- de afstand tuss<strong>en</strong> koud- <strong>en</strong> warmwaterleiding<strong>en</strong> bedraagt t<strong>en</strong>minste 15cm;<br />

- gebruik schoon koud leidingwater voor reinigingswerkzaamhed<strong>en</strong>;<br />

- wanneer e<strong>en</strong> slang wordt gebruikt bij bijvoorbeeld bij reinigingswerkzaamhed<strong>en</strong> (d<strong>en</strong>k<br />

aan e<strong>en</strong> tuinslang, brandslang) eerst zoveel mogelijk doorspoel<strong>en</strong> zonder nevel;<br />

- laat bij de douches het heet <strong>en</strong> het koud water vlak bij het tappunt sam<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

bescherm de gebruiker door de installatie van thermostatische kran<strong>en</strong>.<br />

91


92<br />

5.7. Biocid<strong>en</strong><br />

De m<strong>en</strong>s leeft liefst sam<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> omgeving zonder ongew<strong>en</strong>ste organism<strong>en</strong>. Het doel is<br />

niet alle<strong>en</strong> de aanwezigheid van ongew<strong>en</strong>ste organism<strong>en</strong> op zich te bestrijd<strong>en</strong>, maar ook<br />

mogelijke materiaalschade die ze veroorzak<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>. Om dit doel te bereik<strong>en</strong><br />

wordt beroep gedaan op biocid<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> verzamelnaam van allerlei product<strong>en</strong> zoals insecticid<strong>en</strong><br />

(bestrijdt insect<strong>en</strong>), herbicid<strong>en</strong> (plant<strong>en</strong>, onkruid<strong>en</strong>), fungicid<strong>en</strong> (schimmels), algicid<strong>en</strong><br />

(alg<strong>en</strong>), bactericid<strong>en</strong> (bacteriën), acaricid<strong>en</strong> (mijt<strong>en</strong>), nematicid<strong>en</strong> (aaltjes) <strong>en</strong> rod<strong>en</strong>ticid<strong>en</strong><br />

(knaagdier<strong>en</strong>). Ook product<strong>en</strong> om bepaalde dier<strong>en</strong> af te wer<strong>en</strong> (repell<strong>en</strong>ts) kunn<strong>en</strong><br />

hier word<strong>en</strong> vermeld.<br />

Gelet op de verschill<strong>en</strong>de werkingsmechanism<strong>en</strong> zijn erg veel product<strong>en</strong> te beschrijv<strong>en</strong>.<br />

Ze word<strong>en</strong> in diverse vorm<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> meestal in e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stelling van oplosmiddel<br />

<strong>en</strong> actieve stof. Ev<strong>en</strong>tuele risico’s voor de m<strong>en</strong>s hang<strong>en</strong> af van de gebruikswijze <strong>en</strong> de<br />

blootstelling, van de conc<strong>en</strong>tratie <strong>en</strong> de giftigheid van de verschill<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>. De mate<br />

van giftigheid varieert sterk tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>. De blootstelling hangt onder<br />

andere af van de afbreekbaarheid <strong>en</strong> de vluchtigheid van de stoff<strong>en</strong>.<br />

Ook houtverduurzamingsmiddel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ondergebracht in deze categorie. Uiteindelijk<br />

zijn dat immers schimmel- <strong>en</strong> insect<strong>en</strong>bestrijdingsmiddel<strong>en</strong>. Particulier<strong>en</strong> mog<strong>en</strong><br />

alle<strong>en</strong> carbolineum <strong>en</strong> azaconazole gebruik<strong>en</strong>.


5.8. Plant<strong>en</strong><br />

De m<strong>en</strong>s omringt zich graag met e<strong>en</strong> stukje natuur. Hoe meer st<strong>en</strong><strong>en</strong> in zijn omgeving,<br />

hoe meer de m<strong>en</strong>s plant <strong>en</strong> dier waardeert. Bloem<strong>en</strong> <strong>en</strong> plant<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> ons het lev<strong>en</strong><br />

geurig <strong>en</strong> fleurig, maar kunn<strong>en</strong> ook negatieve <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Allergische<br />

reacties van de luchtweg<strong>en</strong> word<strong>en</strong> veroorzaakt door inhalatie van stuifmeelkorrels,<br />

poll<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd, <strong>en</strong> van op plant<strong>en</strong> parasiter<strong>en</strong>de schimmels. De meeste allergieën<br />

word<strong>en</strong> veroorzaakt door die poll<strong>en</strong> die door de wind ver van hun oorspronkelijke plant<br />

word<strong>en</strong> vervoerd (anemofiele poll<strong>en</strong>).<br />

In de periode van eind januari tot eind mei zijn 96% van de poll<strong>en</strong> afkomstig van bom<strong>en</strong>.<br />

De belangrijkste soort<strong>en</strong> zijn die van de berk, de hazelaar <strong>en</strong> de els. Het ontwijk<strong>en</strong> van<br />

deze poll<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> vrijwel onmogelijke opdracht. Indi<strong>en</strong> er in de woonomgeving teveel<br />

van deze allerge<strong>en</strong>bronn<strong>en</strong> aanwezig zijn kan alle<strong>en</strong> het sluit<strong>en</strong> van ram<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel<br />

verhuiz<strong>en</strong> e<strong>en</strong> oplossing bied<strong>en</strong>. Het resultaat van deze maatregel is echter alles behalve<br />

zeker.<br />

Van half mei tot half juli zijn het vooral graspoll<strong>en</strong>, afkomstig van wegberm<strong>en</strong> <strong>en</strong> nietgemaaide<br />

weid<strong>en</strong>.<br />

De periode van juni tot de herfst is de bloeitijd van de kruid<strong>en</strong> (weegbree, bijvoet, …).<br />

Zoals voor boompoll<strong>en</strong> is het ook hier moeilijk deze poll<strong>en</strong> te vermijd<strong>en</strong>. Het is niettemin<br />

raadzaam tijd<strong>en</strong>s wandeling<strong>en</strong> de zones met deze gewass<strong>en</strong> te mijd<strong>en</strong>.<br />

Ook sommige kamerplant<strong>en</strong> verspreid<strong>en</strong> poll<strong>en</strong>.<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Person<strong>en</strong> allergisch aan poll<strong>en</strong> slap<strong>en</strong> best met geslot<strong>en</strong> v<strong>en</strong>ster <strong>en</strong> verlucht<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> bij<br />

reg<strong>en</strong>weer.<br />

93


94<br />

6. SANITAIRE VOORZIENINGEN<br />

6.1. Drinkwater<br />

Drinkwater is het belangrijkste voedingsproduct voor de m<strong>en</strong>s die niet alle<strong>en</strong> als drank<br />

water inneemt, doch ook als hulpmiddel bij het bereid<strong>en</strong> van voedsel <strong>en</strong> als reinigingsmiddel<br />

voor recipiënt<strong>en</strong> in contact met voedsel.<br />

6.1.1. Leidingwater<br />

Gezi<strong>en</strong> de belangrijke hygiënische betek<strong>en</strong>is van de drinkwaterkwaliteit voor de volks<strong>gezondheid</strong><br />

wordt er naar gestreefd iedere<strong>en</strong> de beschikking te gev<strong>en</strong> over voldo<strong>en</strong>de <strong>en</strong><br />

zuiver <strong>en</strong> betrouwbaar drinkwater onder grondige <strong>en</strong> wijdverspreide controle.<br />

Dit doel wordt best bereikt door het beschikbaar stell<strong>en</strong> van leidingwater dat wordt verondersteld<br />

aan bepaalde kwalitatieve norm<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>. Deze norm<strong>en</strong>, zowel chemisch als<br />

microbieel, zijn wettelijk vastgelegd (58).<br />

Het leidingwater wordt regelmatig door verschill<strong>en</strong>de instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> gecontroleerd.<br />

Ons leidingwater wordt soms wel gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> onaang<strong>en</strong>ame chloorgeur, wat<br />

echter in zo’n lage dosis wordt toegevoegd (10 tot 20 µg/l) dat het niet toxisch is. Het<br />

di<strong>en</strong>t om het water tijd<strong>en</strong>s het transport in de leiding<strong>en</strong> bacteriologisch zuiver te houd<strong>en</strong>.<br />

Omdat chloor vrij snel verdwijnt zal de chloorgeur <strong>en</strong> smaak trouw<strong>en</strong>s snel verdw<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

zijn wanneer m<strong>en</strong> het water, in e<strong>en</strong> kan, ev<strong>en</strong> laat staan. Chloor toevoeg<strong>en</strong> aan drinkwater<br />

blijft e<strong>en</strong> aandachtspunt. IARC(1991) klasseerde gechloord drinkwater in groep 3 als niet<br />

bewez<strong>en</strong> carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>.<br />

Indi<strong>en</strong> m<strong>en</strong> het water te kalkrijk vindt smak<strong>en</strong> is dit te corriger<strong>en</strong> door toevoeging van<br />

<strong>en</strong>kele druppeltjes citro<strong>en</strong>.<br />

6.1.2. Putwater<br />

De gewone waterput is e<strong>en</strong> in de grond gegrav<strong>en</strong> cilindervormige put, waaruit water<br />

opwelt. De put moet gevoed word<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> diepe waterlaag die uit goed gefilterd water<br />

bestaat.<br />

De bodem werkt immers als e<strong>en</strong> mechanische <strong>en</strong> adsorptiefilter waarvan de werking<br />

afhankelijk is van de grootte van de poriën. Hoe kleiner de poriën zijn hoe beter. Zo werkt<br />

zand als filter beter dan kiezel. Dit is goed te merk<strong>en</strong> aan het kiemgetal van het grondwater<br />

op verschill<strong>en</strong>de diept<strong>en</strong>.


Diepte grondwater<br />

aan de oppervlakte<br />

0,1 -0,2m<br />

1m<br />

4m<br />

6m<br />

Tabel 27 : Kiemgetal grondwater (11)<br />

Kiemgetal / cm³<br />

10 6<br />

10 5<br />

10 3<br />

<strong>en</strong>kele<br />

ge<strong>en</strong><br />

Regelmatige controle is echter noodzakelijk, vooral omwille van de gevar<strong>en</strong> van besmetting<br />

door oppervlaktewater <strong>en</strong> andere besmettingsbronn<strong>en</strong> zoals mesthop<strong>en</strong>, aalputt<strong>en</strong>,<br />

zinkputt<strong>en</strong>, riolering<strong>en</strong>, e.d. E<strong>en</strong> artesische put is e<strong>en</strong> geboorde put, die het water oppompt<br />

uit e<strong>en</strong> ruimte tuss<strong>en</strong> twee ondoordringbare bodemlag<strong>en</strong>. Dit water voldoet meestal aan<br />

de vereiste hoedanighed<strong>en</strong>, al is regelmatige controle door e<strong>en</strong> bevoegd laboratorium ook<br />

hier aan te bevel<strong>en</strong>. Controle op de kwaliteit van het putwater wordt gratis verricht door<br />

Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> (beoordeling) in sam<strong>en</strong>werking met de <strong>Vlaams</strong>e Milieumaatschappij<br />

(VMM) (staalname) indi<strong>en</strong> de woning niet op het op<strong>en</strong>bare waterleidingsnet is of<br />

kan word<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong>.<br />

Het is vanuit overweging<strong>en</strong> inzake de nood aan e<strong>en</strong> continue kwaliteitsgarantie inderdaad<br />

de bedoeling van de overheid dat iedere<strong>en</strong> leidingwater gebruikt. Alle<strong>en</strong> daar waar dit niet<br />

kan gebeur<strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> onderzoek van de putwaterkwaliteit als e<strong>en</strong> service aan de bevolking<br />

geleverd. Dit onderzoek kan via het geme<strong>en</strong>tebestuur word<strong>en</strong> aangevraagd.<br />

De overige putwaters kunn<strong>en</strong> in privé-laboratoria word<strong>en</strong> onderzocht.<br />

De meest voorkom<strong>en</strong>de putwaterverontreiniging<strong>en</strong> ontstaan door contaminatie van de<br />

diepere waterlag<strong>en</strong> met vervuild reg<strong>en</strong>water, infiltrer<strong>en</strong>d rivierwater dat door lozing<strong>en</strong><br />

van industrieën <strong>en</strong> bio-industrieën verontreinigd is, percolatiewater van mestvaalt<strong>en</strong> of<br />

van stortplaats<strong>en</strong>. Andere voorbeeld<strong>en</strong> zijn contaminatie door de leiding<strong>en</strong> (lood) of door<br />

oude septische putt<strong>en</strong> die al te dicht teg<strong>en</strong> of in de buurt van de waterput ligg<strong>en</strong>. T<strong>en</strong>slotte<br />

kunn<strong>en</strong> ook mineral<strong>en</strong> die natuurlijk in sommige bodemlag<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> verantwoordelijk<br />

zijn voor de contaminatie van putwater. E<strong>en</strong> voorbeeld daarvan is het arse<strong>en</strong> uit glauconietlag<strong>en</strong>.<br />

Bacteriologische verontreiniging kan opgevang<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door het kok<strong>en</strong> of chlorer<strong>en</strong><br />

van het water. Vervuiling door nitriet<strong>en</strong>, nitrat<strong>en</strong> <strong>en</strong> zware metal<strong>en</strong> zoals lood <strong>en</strong> cadmium,<br />

kan op deze manier echter niet ondervang<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Deze chemische verontreiniging<br />

kan alle<strong>en</strong> verholp<strong>en</strong> word<strong>en</strong> door het grav<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> nieuwe put of door de<br />

bestaande put dieper te lat<strong>en</strong> bor<strong>en</strong>.<br />

Theoretisch kunn<strong>en</strong> filtersystem<strong>en</strong> zoals omgekeerde osmose e<strong>en</strong> oplossing bied<strong>en</strong>. Voor<br />

persoonlijk gebruik zijn deze filtersystem<strong>en</strong> echter niet aan te rad<strong>en</strong>.<br />

95


96<br />

6.1.3. Reg<strong>en</strong>water<br />

Het gebruik van reg<strong>en</strong>water als drinkwater alsook water uit mer<strong>en</strong>, rivier<strong>en</strong> <strong>en</strong> dergelijke<br />

is af te rad<strong>en</strong> omwille van de verontreiniging van dit water door ons milieu. Reg<strong>en</strong> neemt<br />

immers uit de lucht wateroplosbare gass<strong>en</strong> zoals zuurstof, stikstof <strong>en</strong> koolzuur, zur<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

andere substanties zoals ammoniak op. Het wordt verder gecontamineerd door stof, ziektekiem<strong>en</strong>,<br />

riol<strong>en</strong>, e.d.<br />

Water uit e<strong>en</strong> reg<strong>en</strong>waterput is het allerminst gedistilleerd of kiemvrij. Zelfs het gebruik<br />

van reg<strong>en</strong>water voor het besproei<strong>en</strong> van de moestuin roept vrag<strong>en</strong> op vermits reg<strong>en</strong>water<br />

inderdaad erg zuur is <strong>en</strong> nog zuurder wordt (1932-1950 pH ± 7, 1972 pH ± 5, nu evoluer<strong>en</strong>d<br />

naar pH ± 4), t<strong>en</strong> gevolge van de zwavel- <strong>en</strong> stikstofemissie.<br />

6.1.4. Waterverzachters<br />

Water bevat min of meer belangrijke conc<strong>en</strong>traties calcium (Ca ++ ) <strong>en</strong> magnesium (Mg ++ )ion<strong>en</strong>.<br />

Dergelijk water wordt bij hoge conc<strong>en</strong>traties “hard” g<strong>en</strong>oemd. Bij verwarming,<br />

bov<strong>en</strong> 60-70°C, slaan deze neer onder de vorm van onoplosbare zout<strong>en</strong> (CaCO 3 <strong>en</strong><br />

MgCO 3 ) <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aanleiding tot ketelste<strong>en</strong>.<br />

Hard water schaadt de <strong>gezondheid</strong> niet. Nierst<strong>en</strong><strong>en</strong> of arteriosclerose zijn niet gelieerd<br />

met de hardheid van water. Het verkalkt wel de sanitaire leiding<strong>en</strong> bij opwarming.<br />

Verzacht<strong>en</strong> gebeurt met polyfosfat<strong>en</strong> die de calciumzout<strong>en</strong> verhinder<strong>en</strong> neer te slaan wanneer<br />

het water wordt verwarmd.<br />

Onthard<strong>en</strong> gebeurt door permutietfilters waarmee Ca++-ion<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Na+- ion<strong>en</strong> gewisseld<br />

word<strong>en</strong>. De reg<strong>en</strong>eratie van de filters gebeurt met zout. Hard water kan gemakkelijk<br />

300 mg calciumzout<strong>en</strong> per liter bevatt<strong>en</strong>. Deze zout<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, na ontharding, in 100 mg<br />

natrium per liter omgezet. Mom<strong>en</strong>teel bedraagt de maximum toegelat<strong>en</strong> natriumconc<strong>en</strong>tratie<br />

in het drinkwater is 200 mg/1. De streefwaarde voor de waterleverancier aan de<br />

gr<strong>en</strong>s waterdistributi<strong>en</strong>etwerk <strong>en</strong> huishoudelijk leidingnet blijft echter 150 mg/l (58).<br />

6.1.5. Zonne-<strong>en</strong>ergie<br />

Meer <strong>en</strong> meer wordt zonne-<strong>en</strong>ergie als hulpbron voor de verwarming van de woning<br />

<strong>en</strong> het water gebruikt. Als antivriesmiddel wordt in het leidingnet van de zonnepanel<strong>en</strong><br />

ethyle<strong>en</strong>glycol of methanol gebruikt. Dit zijn toxische middel<strong>en</strong> die niet rechtstreeks in<br />

contact met het drinkwater mog<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Str<strong>en</strong>ge veiligheidsmaatregel<strong>en</strong> zijn hier dus<br />

gebod<strong>en</strong>.


6.2. Huishoudelijk afval<br />

6.2.1. M<strong>en</strong>selijk afval<br />

M<strong>en</strong>selijke afvalstoff<strong>en</strong> (feces) kunn<strong>en</strong> massaal (pathog<strong>en</strong>e) micro-organism<strong>en</strong> verspreid<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> uitzondering op deze regel is urine dat in principe steriel is.<br />

In principe bestaan er twee typ<strong>en</strong> toilett<strong>en</strong>, het <strong>en</strong>e type heeft e<strong>en</strong> rechtstreekse verbinding<br />

met de verzamelput (dit type wordt zeldzaam), het andere heeft e<strong>en</strong> waterafsluiting <strong>en</strong><br />

waterspoeling. Bij het eerste type kan makkelijk hinder t<strong>en</strong> gevolge van stank <strong>en</strong> onzindelijkheid<br />

optred<strong>en</strong>. Bij het tweede type kan de hinder veroorzaakt word<strong>en</strong> door defect<strong>en</strong><br />

aan het spoelsysteem of door e<strong>en</strong> al te krachtige spoeling waardoor waterdruppels <strong>en</strong>/of<br />

aërosol uit het toilet vlieg<strong>en</strong>.<br />

Ook de verzamelput k<strong>en</strong>t twee typ<strong>en</strong>: de aalput <strong>en</strong> de septische put. De aalput heeft<br />

slechts één compartim<strong>en</strong>t waar tijdelijk alle afval wordt verzameld. Er treedt gedeeltelijke<br />

rotting op <strong>en</strong> de pathog<strong>en</strong>e kiem<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vrij snel afsterv<strong>en</strong> door anaërobiose <strong>en</strong> ongeschikte<br />

fysische omstandighed<strong>en</strong> (temperatuur). De septische put heeft twee compartim<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> anaërobe <strong>en</strong> e<strong>en</strong> aërobe kamer. In de eerste kamer gebeurt de anaërobe<br />

afbraak die het vast materiaal tot vloeibaar materiaal omzet waarbij alle aërobe kiem<strong>en</strong><br />

afsterv<strong>en</strong>. In de tweede kamer wordt zuurstof aangevoerd <strong>en</strong> oxider<strong>en</strong> de vloeibare afval<br />

<strong>en</strong> de opgeloste gass<strong>en</strong>. De anaërobe micro-organism<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in contact met zuurstof<br />

gebracht <strong>en</strong> sterv<strong>en</strong> af. Dit systeem werkt dus door de micro-organism<strong>en</strong> waardoor het<br />

gebruik van antiseptica bij het onderhoud van het toilet hier beperkt moet blijv<strong>en</strong>.<br />

Wanneer het rioleringsnet op e<strong>en</strong> waterzuiveringsstation aangeslot<strong>en</strong> is, wordt soms e<strong>en</strong><br />

rechtstreekse aansluiting van de toilett<strong>en</strong>overloop op het rioleringsnet toegelat<strong>en</strong>. Dit<br />

weg<strong>en</strong>s de toevoer van grote hoeveelhed<strong>en</strong> micro-organism<strong>en</strong> die in het zuiveringsstation<br />

het zuiveringsproces positief beïnvloed<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> dit niet het geval is, mag alle<strong>en</strong> de overloop<br />

van de septische put of bezinkput op de riolering aangeslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

6.2.2. Afvalwater<br />

Huishoudelijk afvalwater is in ess<strong>en</strong>tie niet besmet met pathog<strong>en</strong>e kiem<strong>en</strong>. Het voert<br />

echter wel micro-organism<strong>en</strong> mee die lev<strong>en</strong> van de organische stoff<strong>en</strong> die opgelost of in<br />

susp<strong>en</strong>sie zijn in dit afvalwater (zeep, deterg<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, voedselrest<strong>en</strong>).<br />

Wanneer de woning geleg<strong>en</strong> is in e<strong>en</strong> gebied waar riolering is voorzi<strong>en</strong> moet verplicht<br />

word<strong>en</strong> aangeslot<strong>en</strong>. In gebied<strong>en</strong> zonder riolering moet de eig<strong>en</strong>aar zelf instaan voor de<br />

zuivering van het afvalwater. Voor bestaande lozing<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> goed werk<strong>en</strong>de septische put<br />

voldo<strong>en</strong>de. Nieuwe lozing<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> grondige biologische zuivering.<br />

Problem<strong>en</strong> die zich kunn<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong> zijn ondermeer het dichtslibb<strong>en</strong> van de afvoerbuiz<strong>en</strong><br />

door bezinkbaar materiaal. <strong>Zorg</strong> er daarom voor dat de afvoerleiding<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

helling hebb<strong>en</strong> (minimaal 1,5%). De diameter van de afvalwaterleiding moet voldo<strong>en</strong>de<br />

groot zijn (minimale diameter 10cm) maar ook niet te groot om de afvoer niet te vertrag<strong>en</strong>.<br />

97


98<br />

6.2.3. Vast huisvuil<br />

Dit afval bevat veel organisch materiaal zodat rotting <strong>en</strong> hinderlijke stank kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>.<br />

Ook insect<strong>en</strong> <strong>en</strong> knaagdier<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangetrokk<strong>en</strong>. Bewaring in afgeslot<strong>en</strong> zakk<strong>en</strong><br />

of containers is aan te rad<strong>en</strong>.<br />

Omwille van de stank, het brandgevaar, de insect<strong>en</strong> <strong>en</strong> de micro-organism<strong>en</strong> moet speciale<br />

aandacht aan vuilstortkokers in flatgebouw<strong>en</strong> word<strong>en</strong> besteed. Ook mogelijke lawaaihinder<br />

di<strong>en</strong>t in acht te word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Het afvalprobleem is rec<strong>en</strong>t gereglem<strong>en</strong>teerd. Voor Vlaander<strong>en</strong> gebeurde dit door het<br />

afvaldecreet op dit mom<strong>en</strong>t reeds aangevuld door <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> uitvoeringsbesluit<strong>en</strong><br />

(56). De Op<strong>en</strong>bare <strong>Vlaams</strong>e Afvalstoff<strong>en</strong> Maatschappij (OVAM) coördineert de afvalproblematiek.<br />

Afval verbrand<strong>en</strong> in de tuin of in de allesbrander is verbod<strong>en</strong>. Alle<strong>en</strong> plantaardig<br />

materiaal uit de tuin mag nog word<strong>en</strong> verbrand indi<strong>en</strong> dit op minimaal 100m van bos of<br />

woning gebeurt.<br />

6.2.4. Biobak<br />

In het afval van gro<strong>en</strong>te, fruit <strong>en</strong> tuin (GFT) groei<strong>en</strong> onder andere schimmels. De schimmels<br />

verspreid<strong>en</strong> spor<strong>en</strong> <strong>en</strong> stoff<strong>en</strong> die slecht zijn voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met astma of bronchitis.<br />

Deze spor<strong>en</strong> <strong>en</strong> stoff<strong>en</strong> hop<strong>en</strong> zich op in vloerkled<strong>en</strong> <strong>en</strong> vaste vloerbedekking <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

van daaruit weer in de lucht kom<strong>en</strong>. GFT kan ook e<strong>en</strong> bron zijn van vliegjes of mad<strong>en</strong>.<br />

Die zijn hinderlijk maar niet gevaarlijk.<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Zet de biobak bij voorkeur buit<strong>en</strong>.<br />

- Als de biobak binn<strong>en</strong> moet staan, kies dan e<strong>en</strong> koele plek.<br />

- De biobak gaat minder stink<strong>en</strong> als er lucht in kan kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> als het vocht onderin erg<strong>en</strong>s<br />

in kan trekk<strong>en</strong>.<br />

- Leeg <strong>en</strong> spoel de biobak t<strong>en</strong>minste e<strong>en</strong>maal per week.<br />

- Composter<strong>en</strong> in de tuin is e<strong>en</strong> goede oplossing.


7. PSYCHO-SOCIALE ASPECTEN<br />

7.1. Bewoningsdichtheid<br />

In de huidige cultuur van angst <strong>en</strong> onveiligheid is onze woning e<strong>en</strong> veilige hav<strong>en</strong> die ons<br />

afsluit van de wereld buit<strong>en</strong>. Wij voel<strong>en</strong> ons welkom, omgev<strong>en</strong> door de ding<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

die ons dierbaar zijn. Psychosociale factor<strong>en</strong> als veiligheidsgevoel, geme<strong>en</strong>schapsgevoel<br />

<strong>en</strong> bewoningsdichtheid (crowding) kunn<strong>en</strong> stress inducer<strong>en</strong>, iets wat op zijn beurt onmisk<strong>en</strong>baar<br />

e<strong>en</strong> invloed heeft op de fysische <strong>gezondheid</strong>. (93)<br />

Iedere beschikbare ruimte in de woning moet veilig <strong>en</strong> toegankelijk zijn <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

thermisch comfort bied<strong>en</strong>. Te veel person<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> te kleine oppervlakte kan aanleiding<br />

gev<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> serie ernstige ziekt<strong>en</strong> waaronder vooral tuberculose, m<strong>en</strong>ingitis <strong>en</strong> luchtwegaando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

(38)(46)<br />

Ook e<strong>en</strong> directe relatie met geestelijke <strong>gezondheid</strong>, ontwikkelingsachterstand, hartziekt<strong>en</strong><br />

tot zelfs kleine gestalte word<strong>en</strong> gesuggereerd. (5)<br />

Uiteraard heeft ieder individu de behoefte aan e<strong>en</strong> bepaalde afstand tuss<strong>en</strong> zichzelf <strong>en</strong><br />

de ander<strong>en</strong>. Deze afstand varieert naargelang cultuur of relationele band. Tevred<strong>en</strong>heid<br />

met de woning hangt duidelijk sam<strong>en</strong> met de afmeting<strong>en</strong> van de woning <strong>en</strong> de beschikbare<br />

ruimte. Bewoningsdichtheid <strong>en</strong> gebrek aan privacy vorm<strong>en</strong> belangrijke bronn<strong>en</strong> van<br />

ontevred<strong>en</strong>heid. Belangrijk is wel, te wet<strong>en</strong> wat we precies verstaan onder bewoningsdichtheid<br />

of (over)bevolking. Het lijkt ons duidelijk dat de noodzakelijke voorwaarde de<br />

voor bewoning beschikbare ruimte in verhouding tot het aantal aanwezige person<strong>en</strong> is.<br />

De afmeting<strong>en</strong> <strong>en</strong> het comfort van die ruimte zijn op zichzelf van minder belang. Andere<br />

ongemakk<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> doorslaggev<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De fysische toestand (person<strong>en</strong>/m²)<br />

heeft op zich ge<strong>en</strong> inher<strong>en</strong>te waarde, noch negatief, noch positief. De gewaarwording van<br />

overbevolking daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> is per definitie haast altijd negatief gelad<strong>en</strong>, <strong>en</strong> wordt zeer<br />

subjectief geïnterpreteerd.<br />

99


100<br />

7.2. Praktische b<strong>en</strong>adering<br />

Bij de berek<strong>en</strong>ing wordt uitgegaan van het aantal woonlokal<strong>en</strong> (leefruimte(n) <strong>en</strong><br />

slaapkamer(s)) <strong>en</strong> de totale netto vloeroppervlakte ervan.<br />

De netto vloeroppervlakte wordt gemet<strong>en</strong> in de zone met e<strong>en</strong> plafondhoogte van minst<strong>en</strong>s<br />

220 cm. Bijkom<strong>en</strong>d wordt bij hell<strong>en</strong>de plafonds de netto vloeroppervlakte meegerek<strong>en</strong>d<br />

met e<strong>en</strong> vrije hoogte groter dan 180 cm.<br />

Met de volg<strong>en</strong>de lokal<strong>en</strong> wordt ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong>:<br />

- lokal<strong>en</strong> waarvan de in aanmerking te nem<strong>en</strong> netto oppervlakte kleiner is dan 4m²;<br />

- lokal<strong>en</strong> die nerg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> plafondhoogte van minst<strong>en</strong>s 220cm hebb<strong>en</strong>.<br />

Voor e<strong>en</strong> gedetailleerde uitleg over de manier waarop de netto vloeroppervlakte wordt<br />

bepaald verwijz<strong>en</strong> wij naar NBN B 06-002, hoofdstuk 3.6.<br />

Berek<strong>en</strong>ing :<br />

totale netto vloeroppervlakte van 0 12 18 35 45 50 60 65 75 80 90<br />

(in m²) tot 12 18 35 45 50 60 65 75 80 90 95<br />

mogelijk aantal person<strong>en</strong> 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10<br />

vanaf 95m² netto vloeroppervlakte geldt elke bijkom<strong>en</strong>de 10m² voor één bijkom<strong>en</strong>de persoon.<br />

aantal woonlokal<strong>en</strong> 1 2 3 4 5 6<br />

mogelijk aantal person<strong>en</strong> 2 2 3 5 8 10<br />

vanaf 6 woonlokal<strong>en</strong> geldt elk bijkom<strong>en</strong>d lokaal voor één bijkom<strong>en</strong>de persoon.<br />

Tabel 28: Bezettingsnorm voor zelfstandige woning<strong>en</strong> (60)<br />

Berek<strong>en</strong>ing :<br />

totale netto vloeroppervlakte van 0 12* 18 35 45 50 60 65 75 80 90<br />

(in m²) tot 12* 18 35 45 50 60 65 75 80 90 95<br />

mogelijk aantal person<strong>en</strong> 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10<br />

vanaf 95m² netto vloeroppervlakte geldt elke bijkom<strong>en</strong>de 10m² voor één bijkom<strong>en</strong>de persoon.<br />

* ingeval stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamers: voor de stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamers opgericht voor 01/09/1998 geldt e<strong>en</strong> minimumop<br />

pervlakte van 8m²<br />

* ingeval kamers (andere dan voor stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>): wanneer de kamer uitgerust is met zowel kookruimte als bad<br />

of douche is de minimumoppervlakte 15m²<br />

aantal woonlokal<strong>en</strong> 1 2 3 4 5 6<br />

mogelijk aantal person<strong>en</strong> 2 2 3 5 8 10<br />

vanaf 6 woonlokal<strong>en</strong> geldt elk bijkom<strong>en</strong>d lokaal voor één bijkom<strong>en</strong>de persoon.<br />

Tabel 29: Bezettingsnorm voor niet-zelfstandige woning (kamer) (60)


8. GEBOUW GERELATEERDE KLACHTEN<br />

Met name in gebouw<strong>en</strong> met mechanische v<strong>en</strong>tilatie of air-conditioning word<strong>en</strong> regelmatig<br />

klacht<strong>en</strong> over <strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong> klimaat gerapporteerd door bewoners of gebruikers.<br />

De <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> zijn gewoonlijk aspecifiek: zij omvatt<strong>en</strong> ondermeer symptom<strong>en</strong><br />

als slijmvliesirritatie, oogirritatie, hoofdpijn, huidirritatie <strong>en</strong> -uitslag, sinusitis, hoest<strong>en</strong>,<br />

keelpijn, kortademigheid, vieze smaak in de mond, duizeligheid, lethargie, vermoeidheid,<br />

lusteloosheid, misselijkheid, niez<strong>en</strong> <strong>en</strong> allergische reacties. De symptom<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong><br />

snel vanaf het og<strong>en</strong>blik dat m<strong>en</strong> het gebouw verlat<strong>en</strong> heeft. Vroeger werd dit verschijnsel<br />

in de literatuur veelal “Sick Building Syndrome” (SBS) g<strong>en</strong>oemd, gelet op de to<strong>en</strong>malige<br />

onduidelijkheid over de oorzak<strong>en</strong> die aan het probleem t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong>. Op dit<br />

og<strong>en</strong>blik zijn de aanwezige klacht<strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> wel degelijk te onderbouw<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

is er wel degelijk e<strong>en</strong> directe oorzaak aan te wijz<strong>en</strong>, daarom prat<strong>en</strong> wij nu bij voorkeur<br />

over “Gebouw Gerelateerde Klacht<strong>en</strong>” (GGK). E<strong>en</strong> gebouw kan verschill<strong>en</strong>de specifieke<br />

problem<strong>en</strong> herberg<strong>en</strong>, iedere klacht met zijn eig<strong>en</strong> oorsprong. Door gericht onderzoek zijn<br />

alle bronn<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn concrete adviez<strong>en</strong> <strong>en</strong> oplossing<strong>en</strong> mogelijk (7)(43).<br />

E<strong>en</strong> ziekmak<strong>en</strong>d gebouw<br />

houdt ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing met de m<strong>en</strong>selijke behoeft<strong>en</strong> aan:<br />

- afwezigheid ziekmak<strong>en</strong>de organism<strong>en</strong>;<br />

- afwezigheid biotische, chemische of fysische contaminant<strong>en</strong>;<br />

- thermisch comfort;<br />

- lichtcomfort;<br />

- geluidscomfort;<br />

- voldo<strong>en</strong>de ruimte, privacy, rust <strong>en</strong> vrede;<br />

- contact met de buit<strong>en</strong>wereld<br />

(visueel, geluid, geur, luchtkwaliteit).<br />

Box 6 : Voorwaard<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gezonde woning (100)<br />

Situaties waar specifieke symptom<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong> van pathologieën die word<strong>en</strong><br />

veroorzaakt door bijvoorbeeld microbiële verontreiniging, onjuiste klimaatbeheersing<br />

of onvoldo<strong>en</strong>de v<strong>en</strong>tilatie, word<strong>en</strong> ook wel gecatalogeerd als “Building Related Illness”<br />

(BRI). De <strong>gezondheid</strong> op korte termijn komt hier in het gedrang.<br />

E<strong>en</strong> mogelijke verklaring zou zijn dat de blootstelling aan chemische stoff<strong>en</strong> leidt tot diffuse<br />

<strong>en</strong> aspecifieke psychologische prikkeling<strong>en</strong>. Deze prikkeling<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong><br />

herleid tot e<strong>en</strong> directe oorzaak, waardoor verwarring ontstaat. Aspecifieke klacht<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> hiervan het resultaat kunn<strong>en</strong> zijn. Veelal zijn de klacht<strong>en</strong> niet systematisch onder-<br />

101


102<br />

zocht, waardoor e<strong>en</strong> goed inzicht in de omvang van de problematiek <strong>en</strong> de mogelijke oorzak<strong>en</strong><br />

ontbreekt.<br />

In de arbeidssituatie word<strong>en</strong> ook regelmatig klacht<strong>en</strong> gerapporteerd over geluid, verlichting,<br />

privacy-aspect<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kwaliteit van het werk. De arbeidssatisfactie, of het ontbrek<strong>en</strong><br />

ervan kan leid<strong>en</strong> tot stress. Stress kan zich onder meer uit<strong>en</strong> in de vorm van de rapportage<br />

van aspecifieke <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong>, waarvan e<strong>en</strong> groot aantal gelijk kunn<strong>en</strong> zijn<br />

aan de klacht<strong>en</strong> die typer<strong>en</strong>d voor de “Gebouw Gerelateerde Klacht<strong>en</strong>” zijn. Dit aspect<br />

onderschrijft nog e<strong>en</strong>s de complexiteit van de problematiek <strong>en</strong> het belang om niet alle<strong>en</strong><br />

bij binn<strong>en</strong>luchtkwaliteit stil te staan.<br />

De problematiek beperkt zich niet alle<strong>en</strong> tot kantor<strong>en</strong>, ook op schol<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dezelfde<br />

aspecifieke <strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> geuit.<br />

Door sommige auteurs wordt de microbiële verontreiniging mee in beschouwing g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

M<strong>en</strong> spreekt dan soms ook wel e<strong>en</strong>s van “Tight Building Syndrome”. De ziektekiem<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> via v<strong>en</strong>tilatiekanal<strong>en</strong>, airconditioningssystem<strong>en</strong> of waterdruppels die bij het<br />

douch<strong>en</strong> opspatt<strong>en</strong> in de lucht gebracht.<br />

E<strong>en</strong> extrinsieke allergische alveolitis kan optred<strong>en</strong> na blootstelling aan thermofiele Actinomycet<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>/of bacteriën waarmee luchtbevochtigers of airconditioningsystem<strong>en</strong> besmet<br />

kunn<strong>en</strong> zijn. De symptom<strong>en</strong> zijn onder meer piep<strong>en</strong> van de borst, hoofdpijn <strong>en</strong> koorts. De<br />

symptom<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> vrij snel wanneer de explosie ophoudt.<br />

Expositie aan <strong>en</strong>dotoxines afkomstig van gramnegatieve bacteriën kan leid<strong>en</strong> tot humidifier-koorts,<br />

griepachtige symptom<strong>en</strong>, hoest <strong>en</strong> koorts die vaak optred<strong>en</strong> nadat m<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

dag<strong>en</strong> niet gewerkt heeft. De symptom<strong>en</strong> verdwijn<strong>en</strong> na verloop van tijd ongeacht of de<br />

blootstelling al dan niet aanhoudt.<br />

E<strong>en</strong> regelmatige controle <strong>en</strong> ontsmetting van v<strong>en</strong>tilatiekanal<strong>en</strong>, airconditioningsystem<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> luchtbevochtigers lijkt dan ook de aangewez<strong>en</strong> weg om overdracht van pathog<strong>en</strong>e<br />

micro-organism<strong>en</strong> via de lucht teg<strong>en</strong> te gaan.<br />

Epidemiologisch onderzoek levert e<strong>en</strong> verband op tuss<strong>en</strong> GGK-symptom<strong>en</strong> <strong>en</strong> parameters<br />

zoals beroepsstress <strong>en</strong> tevred<strong>en</strong>heid binn<strong>en</strong> de werkomgeving. GGK zijn dus gerelateerd<br />

aan sociale <strong>en</strong> organisatorische factor<strong>en</strong>. Werkgevers prat<strong>en</strong> dan ook graag over collectieve<br />

hysterie als zou het gaan over e<strong>en</strong> irrationele <strong>en</strong> overdrev<strong>en</strong> reactie van het personeel<br />

(51).


9. VEILIG THUIS<br />

9.1. Veilig huis<br />

Thuis gebeur<strong>en</strong> jaarlijks heel wat ongevall<strong>en</strong>. Dikwijls hadd<strong>en</strong> ze op e<strong>en</strong>voudige wijze<br />

voorkom<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Je eig<strong>en</strong> gedrag is bepal<strong>en</strong>d voor de dagelijkse risico’s: wij<br />

signaler<strong>en</strong> de topics, zelf bepaal je welk risico je bewust kan afwijz<strong>en</strong>. Onwet<strong>en</strong>dheid,<br />

onoplett<strong>en</strong>dheid, onverschilligheid of technische gebrek<strong>en</strong> zijn oorzak<strong>en</strong> van ongevall<strong>en</strong>.<br />

Wij wandel<strong>en</strong> door de verschill<strong>en</strong>de vertrekk<strong>en</strong> van onze woning <strong>en</strong> duid<strong>en</strong> telk<strong>en</strong>s de<br />

voornaamste veiligheidsaspect<strong>en</strong> aan.<br />

9.1.1. Garage<br />

In de garage zijn de voornaamste gevar<strong>en</strong> de kanteldeur<strong>en</strong>, de uitlaatgass<strong>en</strong> <strong>en</strong> de b<strong>en</strong>zinedamp<strong>en</strong>.<br />

Tweemaal per jaar word<strong>en</strong> alle beweg<strong>en</strong>de del<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> kanteldeur best<br />

geolied. In alle trekver<strong>en</strong> zit e<strong>en</strong> kabeltje (beveiliging bij het spring<strong>en</strong> van de veer). E<strong>en</strong><br />

handbedi<strong>en</strong>de deur moet in elke stand blijv<strong>en</strong> hang<strong>en</strong>, of vanzelf langzaam op<strong>en</strong><strong>en</strong>, nooit<br />

sluit<strong>en</strong>. De contragewicht<strong>en</strong> zijn afgeschermd van spel<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong>.<br />

De garage geeft ge<strong>en</strong> rechtstreekse toegang tot woonruimt<strong>en</strong>. In de garagepoort zitt<strong>en</strong><br />

v<strong>en</strong>tilatieroosters nabij de vloer. De auto staat in de garage op zulke wijze dat de uitlaat<br />

teg<strong>en</strong> de poort aan zit.<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Laat de auto nooit (warm)draai<strong>en</strong> in de garage.<br />

- Laat de contactsleutel niet op de auto zitt<strong>en</strong>.<br />

- Let bij het buit<strong>en</strong> rijd<strong>en</strong> zeker op voor spel<strong>en</strong>de kinder<strong>en</strong> !<br />

9.1.2. Stookplaats <strong>en</strong> kachels<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- We moet<strong>en</strong> steeds zorg<strong>en</strong> voor voldo<strong>en</strong>de toevoer van frisse lucht.<br />

- E<strong>en</strong>maal per jaar wordt de schoorste<strong>en</strong> gekuist door e<strong>en</strong> vakman, deze kan tev<strong>en</strong>s de<br />

toestell<strong>en</strong> (branders, kachels) nazi<strong>en</strong> <strong>en</strong> afstell<strong>en</strong>.<br />

- Zet ge<strong>en</strong> rekjes met wasgoed vóór de verwarmingstoestell<strong>en</strong>.<br />

- Vooral voorzichtig zijn met losse petroleumkachels: indi<strong>en</strong> er werkelijk ge<strong>en</strong> andere<br />

oplossing is, moet<strong>en</strong> ze opgesteld word<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> vaste plaats, waar ge<strong>en</strong> gordijn<strong>en</strong> of<br />

andere brandbare stoff<strong>en</strong> de kachel kunn<strong>en</strong> rak<strong>en</strong>, of kinder<strong>en</strong> de kachel kunn<strong>en</strong> omstot<strong>en</strong>.<br />

Zeker zorg<strong>en</strong> voor voldo<strong>en</strong>de toevoer <strong>en</strong> afvoer van lucht {raam minst<strong>en</strong>s vijf c<strong>en</strong>timeter<br />

op<strong>en</strong> zett<strong>en</strong>).<br />

- Op<strong>en</strong>haard<strong>en</strong> zijn ge<strong>en</strong> allesvreters, zij spuw<strong>en</strong> soms uit wat h<strong>en</strong> niet zint !<br />

103


104<br />

9.1.3. Bergruimt<strong>en</strong>, tuinhuisje, zolder<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Laat deze plaats<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> rommelhop<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. .<br />

- Gebruik steeds elektrische verlichting, ge<strong>en</strong> lucifers of kaars<strong>en</strong>. Liefst niet rok<strong>en</strong> op deze<br />

plaats<strong>en</strong>.<br />

- Laat hier ge<strong>en</strong> kleine kinder<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>.<br />

- Huishoud- <strong>en</strong> onderhoudsproduct<strong>en</strong>, insecticid<strong>en</strong>, meststoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> onkruidverdelgers in<br />

hun oorspronkelijke verpakking lat<strong>en</strong> <strong>en</strong> achter slot bewar<strong>en</strong>, uit het bereik van kinder<strong>en</strong>.<br />

NOOIT in fless<strong>en</strong> waar normaal drank<strong>en</strong> in zitt<strong>en</strong>.<br />

- Wanneer in deze ruimt<strong>en</strong> geknutseld wordt moet er, omwille van de giftigheid van sommige<br />

stoff<strong>en</strong>, voornamelijk organische oplossing<strong>en</strong>, voldo<strong>en</strong>de verluchting voorzi<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>.<br />

9.1.4. Woonruimt<strong>en</strong>, huiskamer, slaapkamer<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Plaats voor de op<strong>en</strong>haard steeds e<strong>en</strong> vuurscherm. Doof de op<strong>en</strong>haard indi<strong>en</strong> je de<br />

kamer verlaat.<br />

- Alle stopcontact<strong>en</strong> zijn kindveilig. Alle<strong>en</strong> goedgekeurde verdeelstekkers of -doz<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong><br />

dominostekkers. Overlaad de stopcontact<strong>en</strong> niet.<br />

- Oppass<strong>en</strong> met giftige kamerplant<strong>en</strong> (kerstster, clivia, diff<strong>en</strong>bachia, ...)<br />

- Ge<strong>en</strong> gladde vloer<strong>en</strong>.<br />

- Veilige plaats gev<strong>en</strong> aan verwarmingstoestell<strong>en</strong>, dwz voldo<strong>en</strong>de ver van gordijn<strong>en</strong>, bed,<br />

e.d..<br />

- In bed wordt NIET gerookt.<br />

- De deur van de slaapkamer niet op slot do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> sleutel lat<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> op de deur<strong>en</strong><br />

van kinderkamers.<br />

- Gebruik e<strong>en</strong> elektrisch dek<strong>en</strong>tje slechts indi<strong>en</strong> het niet anders kan <strong>en</strong> kijk dan de bedrading<br />

regelmatig na. Wantrouw ieder ander verwarmingstoestel op de slaapkamer.<br />

- In de kinderkamers de op<strong>en</strong> ram<strong>en</strong> veilig afscherm<strong>en</strong>.


9.1.5. Keuk<strong>en</strong><br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Huishoud- <strong>en</strong> onderhoudsproduct<strong>en</strong>, insecticid<strong>en</strong> <strong>en</strong> wasmiddel<strong>en</strong> in hun eig<strong>en</strong> verpakking<br />

lat<strong>en</strong> <strong>en</strong> achter slot bewar<strong>en</strong>, de sleutel buit<strong>en</strong> bereik van de kinder<strong>en</strong>.<br />

- Alle stopcontact<strong>en</strong> zijn kindveilig.<br />

- Mess<strong>en</strong>, lucifers <strong>en</strong> plastic zakk<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> voor kinder<strong>en</strong> onbereikbare plaats.<br />

- Kinder<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> niet rond het fornuis.<br />

- E<strong>en</strong> blusapparaat of e<strong>en</strong> branddek<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> overbodige luxe.<br />

- Het kooktoestel staat niet in de tocht of te dicht bij e<strong>en</strong> raam of deur.<br />

- Bov<strong>en</strong> het kookvuur is e<strong>en</strong> dampkap voorzi<strong>en</strong>. Deze moet regelmatig gereinigd word<strong>en</strong>.<br />

- E<strong>en</strong> gasgeiser wordt voldo<strong>en</strong>de hoog opgehang<strong>en</strong>. De temperatuur van het water is<br />

maximaal 60° C (bescherm<strong>en</strong> leiding<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> aankalk<strong>en</strong>, voorkom<strong>en</strong> brandwond<strong>en</strong>).<br />

Elders in de keuk<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de luchtaanvoer. Zonder aanvoer van frisse lucht hebb<strong>en</strong> we<br />

immers ge<strong>en</strong> v<strong>en</strong>tilatie, alle<strong>en</strong> onderdruk, zodat de af te voer<strong>en</strong> gass<strong>en</strong> dikwijls uit het<br />

afvoerkanaal word<strong>en</strong> teruggezog<strong>en</strong>.<br />

- E<strong>en</strong> degelijke verlichting is onontbeerlijk.<br />

- Heel wat brandwond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> veroorzaakt door stel<strong>en</strong> van pann<strong>en</strong> die over de rand<br />

van tafel of fornuis stek<strong>en</strong>, losligg<strong>en</strong>de tafelkled<strong>en</strong> die door kinder<strong>en</strong> van tafel word<strong>en</strong><br />

getrokk<strong>en</strong>, of weinig stabiele thermoss<strong>en</strong> die omvall<strong>en</strong> door stot<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de tafel.<br />

9.1.6. Badkamer, toilet<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Alle stopcontact<strong>en</strong> zijn geaard <strong>en</strong> kindveilig.<br />

- Aarding<strong>en</strong> zijn in orde, ook het bad is geaard. Op de stroombaan staat e<strong>en</strong> verliesstroomschakelaar<br />

met hoge gevoeligheid (30 mΩ).<br />

- De stopcontact<strong>en</strong> <strong>en</strong> schakelaars staan buit<strong>en</strong> de veiligheidszone rond bad <strong>en</strong> lavabo<br />

(60 cm). - Met natte hand<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> we niet aan schakelaars of elektrische toestell<strong>en</strong>.<br />

- Gebruik ge<strong>en</strong> elektrische straalkacheltjes.<br />

- Er is e<strong>en</strong> degelijke verluchting voorzi<strong>en</strong> met ook luchtaanvoer (verluchtingsroosters<br />

onder in de deur).<br />

- De deur<strong>en</strong> zijn nooit op slot <strong>en</strong> er zit ge<strong>en</strong> sleutel op de deur. Indi<strong>en</strong> er toch e<strong>en</strong> bezetsluiting<br />

is kan deze ook langs buit<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> (bevrijd<strong>en</strong> kind of zieke).<br />

- De gasgeiser wordt e<strong>en</strong>maal per jaar nagekek<strong>en</strong> door de vakman. Hij heeft alleszins e<strong>en</strong><br />

afvoer naar buit<strong>en</strong>, zo hoog mogelijk in de kamer.<br />

- De verluchtingsop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> word<strong>en</strong> zelfs tijd<strong>en</strong>s de str<strong>en</strong>gste winters NIET toegestopt.<br />

- De vloer mag niet glad zijn, zelfs niet wanneer hij nat is.<br />

105


106<br />

9.1.7. Kelder<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- De kelder <strong>en</strong> vooral de toegang zijn behoorlijk verlicht.<br />

- Achter de deur is eerst e<strong>en</strong> platform dan pas de trap.<br />

- De deur draait op<strong>en</strong> naar buit<strong>en</strong> <strong>en</strong> is steeds geslot<strong>en</strong>.<br />

- In de kelder staan nooit licht ontvlambare vloeistoff<strong>en</strong> of gass<strong>en</strong>.<br />

- De gasmeter hoort goed bereikbaar te zijn.<br />

9.1.8. Trapp<strong>en</strong><br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- De trapzal<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de verlicht zijn.<br />

- Laat ge<strong>en</strong> rommel ligg<strong>en</strong> op de trapp<strong>en</strong>.<br />

- E<strong>en</strong> goede trap is minimaal 80 cm breed, <strong>en</strong> heeft tred<strong>en</strong> van 25 cm diep <strong>en</strong> maximaal<br />

18 cm hoog. Op<strong>en</strong> tred<strong>en</strong>, spiltrapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> draaitrapp<strong>en</strong> zijn gevaarlijker dan andere.<br />

- De leuning is doorlop<strong>en</strong>d <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de lang. Trapspijl<strong>en</strong> staan maximum 10 cm uit<br />

elkaar.<br />

- De vloerbekleding mag nooit los ligg<strong>en</strong> of glad zijn.<br />

- E<strong>en</strong> trap geeft bij voorkeur niet uit op e<strong>en</strong> glaz<strong>en</strong> deur.<br />

9.2. Doe-het-zelf<br />

Zelfs professionele bouwvakkers zijn dikwijls onvoldo<strong>en</strong>de op de hoogte van de gevar<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> risico’s verbond<strong>en</strong> aan hun werk. Gebrek aan k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong>/of ervaring is in zeer veel<br />

gevall<strong>en</strong> dan ook de oorzaak van diverse ongevall<strong>en</strong>. Dit geldt ook voor de doe-het-zelver.<br />

Wie bezint voor hij begint wint het halve werk.<br />

De belangrijkste persoonlijke bescherming bestaat uit e<strong>en</strong> aangepaste kledij, stevige<br />

scho<strong>en</strong><strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> sierad<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> loshang<strong>en</strong>de kledingstukk<strong>en</strong>, <strong>en</strong>, zo nodig, vult e<strong>en</strong> stofmasker<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> veiligheidsbril het eerste elem<strong>en</strong>t aan. Werk<strong>en</strong> met veilig <strong>en</strong> juist gereedschap<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> regelmatig aangevuld eerste hulpkoffertje op e<strong>en</strong> goed bereikbare plaats zijn<br />

dan de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die de algem<strong>en</strong>e persoonlijke voorzorgsmaatregel<strong>en</strong> vervolledig<strong>en</strong>.<br />

De meeste bouw- <strong>en</strong> bekledingsmaterial<strong>en</strong> waarmee bouwers werk<strong>en</strong> zijn ongevaarlijk bij<br />

juist gebruik. Daarnaast zijn er echter material<strong>en</strong> die wél gevaarlijk zijn.


Raadgeving voor de bewoning:<br />

Asbest <strong>en</strong> asbestcem<strong>en</strong>t (eterniet): Het inadem<strong>en</strong> van fijne deeltjes is blijv<strong>en</strong>d schadelijk<br />

voor de <strong>gezondheid</strong>. Het plaats<strong>en</strong> van dit materiaal is ge<strong>en</strong> werk voor de amateur <strong>en</strong> di<strong>en</strong>t<br />

dus best vermed<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>.<br />

Isolatiemateriaal: Bij verwerking van glaswol di<strong>en</strong>t masker <strong>en</strong> veiligheidsbril te word<strong>en</strong><br />

gedrag<strong>en</strong>. Isolatieschuim kan irriter<strong>en</strong>de gass<strong>en</strong> vrijgev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> aangepaste v<strong>en</strong>tilatie is<br />

dus aangewez<strong>en</strong>.<br />

Kalk: Kalk heeft e<strong>en</strong> bijt<strong>en</strong>de werking op og<strong>en</strong>, neus <strong>en</strong> huid. draag daarom steeds<br />

masker, bril <strong>en</strong> handscho<strong>en</strong><strong>en</strong>. Let op, het zit soms verstopt, bijvoorbeeld in cem<strong>en</strong>t.<br />

Metaal: Giftige damp<strong>en</strong> ontstaan bij het lass<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie is dus noodzakelijk.<br />

Spaanplaat: Geeft formaldehyde vrij, e<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie is dus ook hier aangewez<strong>en</strong>.<br />

Ste<strong>en</strong>: Bij het kapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> verzag<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> op te pass<strong>en</strong> voor stof <strong>en</strong> splinters.<br />

Hout: Oplett<strong>en</strong> voor achtergeblev<strong>en</strong> spijkers <strong>en</strong> splinters.<br />

Glas: Het drag<strong>en</strong> van leder<strong>en</strong> handscho<strong>en</strong><strong>en</strong> beschermt de hand<strong>en</strong>. Maak er e<strong>en</strong> goede<br />

gewoonte van scherv<strong>en</strong> <strong>en</strong> splinters onmiddellijk op te ruim<strong>en</strong>, best in e<strong>en</strong> glasbak.<br />

Gevaarlijke stoff<strong>en</strong>: Zonder het te beseff<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> wij veel gevaarlijke stoff<strong>en</strong>: verf,<br />

lijm, afbijtmiddel<strong>en</strong>, soldeer, terp<strong>en</strong>tijn, <strong>en</strong>z. Dergelijke stoff<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> gevaarlijk zijn<br />

voor de <strong>gezondheid</strong>, brandgevaarlijk <strong>en</strong> soms zelfs explosief. Neem dus steeds aangepaste<br />

voorzorgsmaatregel<strong>en</strong>, specifiek voor elk product. Algeme<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> we stell<strong>en</strong>: zorg<br />

voor e<strong>en</strong> goede v<strong>en</strong>tilatie, gebruik persoonlijke beschermingsmiddel<strong>en</strong>, houd deze stoff<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong> bereik van kinder<strong>en</strong>, verzorg zelfs het minste wondje, laat alles in zijn oorspronkelijke<br />

verpakking, lees steeds nauwlett<strong>en</strong>d de gebruiksaanwijzing, m<strong>en</strong>g verschill<strong>en</strong>de<br />

product<strong>en</strong> nooit ondoordacht !<br />

107


108<br />

10. OUDERDOM EN HANDICAP<br />

In onze maatschappij, met haar hoogstaand medisch kunn<strong>en</strong> <strong>en</strong> haar stijg<strong>en</strong>de lev<strong>en</strong>sverwachting.<br />

zal het probleem van de huisvesting van ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong> gehandicapt<strong>en</strong> steeds<br />

to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>. Het is echter e<strong>en</strong> misvatting dat op grond van leeftijd of handicap alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

andere woonw<strong>en</strong>s bij de m<strong>en</strong>s zou opkom<strong>en</strong>. Won<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> sociaal gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> iedere<strong>en</strong><br />

blijft liever in zijn vertrouwde omgeving.<br />

Er is e<strong>en</strong> duidelijke sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> leeftijd <strong>en</strong> gemiddelde woonduur in dezelfde<br />

woning. Het gevolg hiervan is dat ouder<strong>en</strong> meer kans hebb<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> qua uitrusting verouderd<br />

huis.<br />

Wij zull<strong>en</strong> tracht<strong>en</strong> de materiële aspect<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele handicap of to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />

leeftijd te belicht<strong>en</strong>, ons beperk<strong>en</strong>d tot de huisvesting voor zelfstandig <strong>won<strong>en</strong></strong>de ouder<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gehandicapt<strong>en</strong>. Ons belangrijkste uitgangspunt hierbij is dat het gevoel van veiligheid<br />

<strong>en</strong> bescherming e<strong>en</strong> fundam<strong>en</strong>tele betek<strong>en</strong>is heeft bij het handhav<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> grotere zelfstandigheid.<br />

10.1. Ruwbouw<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- De woning di<strong>en</strong>t zo weinig mogelijk niveauverschill<strong>en</strong> (drempels, trapp<strong>en</strong>) te hebb<strong>en</strong>.<br />

- De afmeting<strong>en</strong> van de deurop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrije doorgang<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> voor rolstoelgebruikers<br />

word<strong>en</strong> aangepast. De standaardmat<strong>en</strong> hiervoor zijn respectievelijk<br />

0,90 m <strong>en</strong> 1,50 m.<br />

- Trapleuning<strong>en</strong> staan langs beide zijd<strong>en</strong> van de trap.<br />

- V<strong>en</strong>sters <strong>en</strong> traphall<strong>en</strong> zijn goed afgeschermd om door- of afvall<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong>.<br />

- Gladde vloer<strong>en</strong> zijn uit d<strong>en</strong> boze.<br />

10.2. Verwarming<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Weg<strong>en</strong>s het gevaar voor verbranding, koolstofmonoxidevergiftiging, e<strong>en</strong> stabiele temperatuur<br />

binn<strong>en</strong>shuis <strong>en</strong> om red<strong>en</strong><strong>en</strong> van comfort, zijn op<strong>en</strong> vur<strong>en</strong> <strong>en</strong> kachels beter te vervang<strong>en</strong><br />

door c<strong>en</strong>trale verwarming.<br />

- E<strong>en</strong> comforttemperatuur van 22 tot 25°C moet mogelijk zijn, sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> relatieve<br />

vochtigheidsgraad van 50 tot 55 %.


10.3. Verlichting<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- De v<strong>en</strong>sters moet<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de bezonning toelat<strong>en</strong> (voldo<strong>en</strong>de hoog zijn), naast zoveel<br />

mogelijk sociaal contact met de buit<strong>en</strong>wereld (voldo<strong>en</strong>de laag zijn).<br />

10.4. Verluchting<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- E<strong>en</strong> tochtvrije v<strong>en</strong>tilatie moet voorzi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, op e<strong>en</strong> manier dat ze niet volledig kan<br />

afgeslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, maar wel regelbaar blijft.<br />

10.5. Sanitair<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Alleszins e<strong>en</strong> douche, indi<strong>en</strong> mogelijk tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> lig- of zitbad. WC <strong>en</strong> bad moet<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong><br />

zijn van makkelijke <strong>en</strong> stevige handgrep<strong>en</strong>.<br />

- De temperatuur van het warme water di<strong>en</strong>t begr<strong>en</strong>sd te zijn tot maximaal 55°C.<br />

10.6. Keuk<strong>en</strong><br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- De legruimte heeft e<strong>en</strong> maximum hoogte van 1,60 m; de werkvlakk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de kast<strong>en</strong> zijn<br />

niet dieper dan 60 cm.<br />

109


110<br />

10.7. Communicatie<br />

Raadgeving voor de bewoning:<br />

- Aansluiting op alle bestaande communicatiemiddel<strong>en</strong> moet mogelijk zijn (telefoon,<br />

alarmsystem<strong>en</strong>, radio, televisie, ...).


11. TOETSINGSWAARDEN EN NORMEN<br />

De <strong>gezondheid</strong>skundige toetsingswaarde is het maximaal toelaatbare risico door blootstelling<br />

via bewoning. Deze waarde wordt bepaald:<br />

• voor stoff<strong>en</strong> met drempelwaard<strong>en</strong> bij lev<strong>en</strong>lange blootstelling (70 jaar, 365 dag<strong>en</strong> per<br />

jaar, 24 uur per dag);<br />

o e<strong>en</strong> niveau dat e<strong>en</strong> optimale <strong>gezondheid</strong>sbescherming biedt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> nadelige<br />

<strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> heeft;<br />

o e<strong>en</strong> niveau waar de mogelijke <strong>gezondheid</strong>sbelasting zo is dat e<strong>en</strong> onmiddellijk prev<strong>en</strong>tief<br />

ingrijp<strong>en</strong> zich opdringt;<br />

• voor stoff<strong>en</strong> zonder drempelwaard<strong>en</strong>;<br />

o e<strong>en</strong> niveau dat e<strong>en</strong> verwaarloosbare <strong>gezondheid</strong>sbelat<strong>en</strong>de invloed heeft ( 1 geval<br />

van kanker per miljo<strong>en</strong> blootgesteld<strong>en</strong> of 1.10 -6 lev<strong>en</strong>slang);<br />

o e<strong>en</strong> niveau waar de mogelijke <strong>gezondheid</strong>simpact zo is dat e<strong>en</strong> onmiddellijk ingrijp<strong>en</strong><br />

w<strong>en</strong>selijk is ( per jaar <strong>en</strong> 1 geval van kanker per ti<strong>en</strong>duiz<strong>en</strong>d lev<strong>en</strong>slang blootgesteld<strong>en</strong><br />

of 1.10 -4 lev<strong>en</strong>slang);<br />

• mogelijk aangevuld met uitgemiddelde waard<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> in “goede” woning<strong>en</strong> (bv<br />

P 20 of P 40 ).<br />

Zolang zij niet zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in wettelijke regels zijn het gewoon aanbeveling<strong>en</strong> of<br />

advieswaard<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de <strong>gezondheid</strong> van bewoners <strong>en</strong>/of gebruikers. Advieswaard<strong>en</strong><br />

garander<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> betere kwaliteit van woning of gebouw. Wanneer ze zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in<br />

wettelijke regels zoals het binn<strong>en</strong>milieubesluit, sprek<strong>en</strong> we over norm<strong>en</strong>.<br />

111


112<br />

11.1. Chemische factor<strong>en</strong><br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Advieswaarde Maximum Uitmiddelingstijd<br />

acetaldehyde ≤ 4 600 µg/m³<br />

acroleïne 23 µg/m³<br />

aldehyd<strong>en</strong> c1/C1 + c2/C2 + c3/C3 ≤ 1<br />

C1 (formaldehyde) – 120 µg/<br />

m³<br />

C2 (acroleine) – 50 µg/m³<br />

C3 (acetaldehyde) – 9000 µg/<br />

m³<br />

andere aldehyd<strong>en</strong> (totaal) ≤ 20 µg/m³<br />

aldrin 25 µg/m³<br />

alkylb<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> (Σ isopropyl-,<br />

870 µg/m³<br />

trimethyl-, methylethyl-,<br />

n-propyl-, n-butylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong>)<br />

alkyldimethylb<strong>en</strong>zyl-ammoni--umchloride<br />

antimoonoxide 50 µg/m³<br />

aromatische KWS 50 µg/m³<br />

ars<strong>en</strong>icum 10 µg/m³<br />

asbest 0,1 vezel/cm³<br />

atrazine 500 µg/m³<br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> ≤ 2 µg/m³ 10 µg/m³<br />

b<strong>en</strong>zo(a)pyre<strong>en</strong><br />

(zie PAK)<br />

butylacetaat 72,3 mg/m³<br />

jaar<br />

jaar<br />

cadmium 10-20 ng/m³<br />

5 ng/m³<br />

chloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 500 µg/m³<br />

chloordaan (trans, cis) 50 µg/m³<br />

chloorpyrifos 3 µg/m³<br />

chloroform 100 µg/m³<br />

chloromethaan


chroom VI 2 ng/m³ jaar<br />

creosoot<br />

cyclohexaan 3000 µg/m³<br />

dichloorbif<strong>en</strong>yltrichloorethaan<br />

100 µg/m³<br />

(DDT)<br />

o-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 15,2 mg/m³<br />

p-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 240 µg/m³ (0,04 ppm)<br />

1,4-dichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 670 µg/m³<br />

3,3-dichloorb<strong>en</strong>zidine<br />

1,2-dichloorethaan 48 µg/m³<br />

24h<br />

700 µg/m³<br />

dichloormethaan 450 µg/m³<br />

week<br />

3000 µg/m³<br />

24h<br />

24h<br />

200 µg/m³ 2000 µg/m³<br />

1,2-dichloorpropaan 12 µg/m³<br />

dichloorvos 90 µg/m³<br />

didecyldimethyl-ammonium--chloridedieldrin<br />

25 µg/m³<br />

epichloorhydrine 770 µg/m³<br />

ethylb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 770 µ/m³<br />

ETS (<strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>tal tabacco<br />

smoke)<br />

(zie tabaksrook <strong>en</strong> nicotine)<br />

formaldehyde ≤ 10 µg/m³ 100 µg/m³ 30 min<br />

foxim --gehalog<strong>en</strong>eerde<br />

KWS 30 µg/m³<br />

geur aanvaardbaar voor >80%<br />

gebruikers<br />

HABS (high boiling aromatic<br />

800 µg/m³<br />

solv<strong>en</strong>ts)<br />

α -HCH<br />

heptachloor 5 µg/m³<br />

113


114<br />

n-hexaan 17,9 mg/m³<br />

hexaan (andere) 200 µg/m³<br />

koolstofmonoxide ≤ 5,7 mg/m³<br />

30 mg/m³<br />

24 h<br />

1 h<br />

10 mg/m³<br />

40 mg/m³<br />

15 min<br />

30 min<br />

1 h<br />

8 h<br />

8h<br />

30 min<br />

8h<br />

1h<br />

1,5 mg/m³<br />

6 mg/m³<br />

5,7 mg/m³<br />

240 µg/m³ (ASHRAE<br />

62-1989)<br />

100 mg/m³<br />

60 mg/m³<br />

30 mg/m³<br />

10 mg/m³<br />

15 mg/m³<br />

60 mg/m³<br />

10 µg/m³<br />

25 µg/m³<br />

koolstofdioxide ≤ 900 mg/m³ 12 g/m³<br />

1800 mg/m³ max<br />

koolstofdisulfide 100 µg/m³<br />

24 h<br />

20 µg/m³ (geur)<br />

30 min<br />

jaar<br />

koper (stof <strong>en</strong> nevel)) 100 µg/m³<br />

kwik 50 ng/m³<br />

0,6 µg/m³<br />

jaar<br />

1 µg/m³<br />

limone<strong>en</strong> 560 mg/m³<br />

lindaan<br />

50 µg/m³<br />

(γ-HCH)<br />

1,5 µg/m³<br />

0,5 µg/m³<br />

0,5 µg/m³<br />

lood in lucht<br />

50 µg/l<br />

in drinkwater<br />

malathion 1 mg/m³<br />

mangaan 20 µg/m³<br />

0,15 µg/m³ jaar<br />

methyle<strong>en</strong>chloride 17,7 mg/m³<br />

4-methylp<strong>en</strong>tanon


MMMF 1 vezel/cm³<br />

0,1 vezel/cm³<br />

jaar<br />

max<br />

0,01 vezel/cm³<br />

naftale<strong>en</strong> 5,3 mg/m³<br />

nicotine 10 µg/m³<br />

(rookvrij) 1 µg/m³<br />

nikkel 0,2 µg/m³ jaar<br />

2-nitropropaan 3,7 mg/m³<br />

ozon ≤ 110 µg/m³ 8 h<br />

PAK 1,2 ng B(a)P/m³<br />

p<strong>en</strong>tachloorf<strong>en</strong>ol<br />

5 µg/m³<br />

(PCP)<br />

PM2,5 ≤ 15 µg/m³ jaar<br />

PM10 ≤ 40 µg/m³ 24 h<br />

ALTER<br />

1 h<br />

1 h<br />

jaar<br />

1 h<br />

propoxur 22 µg/m³<br />

stikstofdioxide ≤ 135 µg/m³ 200 µg/m³<br />

100 µg/m³<br />

480 µg/m³<br />

200 µg/m³<br />

40 µg/m³<br />

100 µg/m³<br />

week<br />

30 min<br />

week<br />

styre<strong>en</strong> 260 µg/m³<br />

70 µg/m³ (geur)<br />

900 µg/m³<br />

30 µg/m³ 300 µg/m³<br />

tabaksrook (ETS,<br />

ge<strong>en</strong><br />

(zie ook nicotine)<br />

week<br />

week<br />

terp<strong>en</strong><strong>en</strong> 30 µg/m³<br />

tetrachloorethyle<strong>en</strong> ≤ 100 µg/m³<br />

tetramethrin --tolue<strong>en</strong><br />

≤ 260 µg/m³<br />

400 µg/m³<br />

300 µg/m³ 3000 µg/m³<br />

2,4-tolue<strong>en</strong>diisocyanaat (TDI) 3,7 µg/m³<br />

115


116<br />

tributyltinoxide<br />

(TBTO)<br />

trichloorb<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> 50 µg/m³<br />

1,1,1-trichloorethaan 380 µg/m³ 1 h<br />

trichloorethyle<strong>en</strong> ≤ 200 µg/m³<br />

trichloorfon ---<br />

trichloormethaan<br />

(zie: “chloroform”)<br />

vanadium 1 µg/m³ 24 h<br />

vinylchloride 10 µg/m³ (risico 1:10-5)<br />

26 µg/m³ 24 h<br />

VOS (andere) 50 µg/m³<br />

VOS (totaal) ≤ 200 µg/m³<br />

1 – 3 mg/m³<br />

20 – 30 µg/m³ (LT)<br />

waterstofsulfide 150 µg/m³ 24 h<br />

xyle<strong>en</strong> (o,m,p) 870 µ/m³ (0,2 ppm)<br />

zuurstof ≥ 18 vol% (pO2 135 mmHg)<br />

ALTER<br />

5 min<br />

10 min<br />

24 h<br />

jaar<br />

zwaveldioxide 50 µg/m³<br />

1 mg/m³<br />

500 µg/m³<br />

125 µg/m³<br />

50 µg/m³


11.2. Fysische factor<strong>en</strong><br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Advieswaarde Maximum Uitmiddelingstijd<br />

5 kV/m<br />

80 A/m<br />

100 µT<br />

ELF 50 Hz<br />

- elektrisch veld (E)<br />

- magnetisch veld (H)<br />

- magnetische flux (B) 0,2 µT 10 µT 0,2 µT<br />

41 V/m<br />

0,11 A/m<br />

0,14 µT<br />

RF 900 MHz<br />

- elektrisch veld (E)<br />

- magnetisch veld (H)<br />

- magnetische flux (B)<br />

58 V/m<br />

0,16 A/m<br />

0,20 µT<br />

RF 1800 MHz<br />

- elektrisch veld (E)<br />

- magnetisch veld (H)<br />

- magnetische flux (B)<br />

61 V/m<br />

0,16 A/m<br />

0,20 µT<br />

RF 2100 MHz<br />

- elektrisch veld (E)<br />

- magnetisch veld (H)<br />

- magnetische flux (B)<br />

geluid - buit<strong>en</strong>bron<br />

Letm ≤ 35 dB(A)<br />

- buurwoning<br />

+ 5 dB(A)<br />

ioniser<strong>en</strong>de straling 2,4 mSv/jaar<br />

kleding winter 0,9 clo<br />

zomer 0,6 clo<br />

400 Bq/m³ (bestaand gebouw)<br />

200 Bq/m³ (nieuwbouw<br />

4 Ci/l lucht<br />

140 Bq/m³<br />

200 Bq/m³<br />

400 Bq/m³<br />

radon<br />

50 Bq/m³<br />

20°C ≤ T < 24°C<br />

22°C ≤ T < 26°C<br />

temperatuur (T)<br />

- winter<br />

- zomer<br />

< 0.10 m/s<br />

< 0,25 m/s<br />

tocht winter<br />

zomer<br />

117


118<br />

7,5 l/s/persoon<br />

v<strong>en</strong>tilatie 10 l/s/persoon<br />

850 ppm CO2<br />

25 m_/persoon<br />

v<strong>en</strong>tilatievoud ≥ 1/h<br />

verlichting<br />

relatieve vochtigheid (RV) winter 30 % ≤ RV < 55 %<br />

zomer 30 ≤ RV < 80 %


11.3. Biotische factor<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu<br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Advieswaarde Maximum Uitmiddelingstijd<br />

Allerg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

hond 10 µg/g stof Can f I 1 mg/g stof Can f I<br />

kat 1 µg/g stof Fel d I 100 µg/ g stof Fel d I<br />

mijt<strong>en</strong> 5 µg/g stof Der p I<br />

5 µg/g stof Der f I<br />

20 µg/g stof Der p I<br />

20 µg/g stof Der f I<br />

1 µg/g stof Der f I<br />

bacteriën 500 KVE/m³<br />

10000 KVE/m³<br />

meerderheid Gram+<br />

Gram -<br />

- Pseudomonas aeroginosa<br />

- thermofiele Actinomycetes<br />

bacteriële compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

bacterietoxin<strong>en</strong> < 100 ng/m³<br />

- <strong>en</strong>dotoxin<strong>en</strong><br />

- peptidoglycan<strong>en</strong><br />

Histoplasma capsulatum<br />

huisstofmijt 0,2 mg guanine/g stof 0,6 mg guanine/g stof<br />

kakkerlak < 1 per gebouw<br />

Legionella pneumophila<br />

- lucht ge<strong>en</strong><br />

micro-organism<strong>en</strong> < 500 KVE/m³<br />

mijt<strong>en</strong><br />

- in vloerbedekking<br />

< 10 /g stof<br />

< 100 /g stof<br />

- in bed/meubilair<br />

10000 KVE/m³<br />

rat / muis < 1 per gebouw<br />

schimmels ≤ 200 KVE/m³ (totaal)<br />

50 KVE/m³ (individueel,<br />

uitz. Cladosporium)<br />

- Alternaria sp 500 KVE/m³<br />

- Cladosporium sp 500 KVE/m³<br />

schimmelcompon<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

119


120<br />

- β(1 3)-glucan<strong>en</strong><br />

- allerg<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

- mycotoxin<strong>en</strong><br />

- microbiële VOC’s<br />

toxische schimmels<br />

- Aspergillus sp ge<strong>en</strong><br />

- Fusarium sp ge<strong>en</strong><br />

- P<strong>en</strong>icillium sp ge<strong>en</strong><br />

- Stachybotrys atra ge<strong>en</strong>


Richtwaarde : meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> kwaliteitsniveau van het binn<strong>en</strong>milieu<br />

dat zoveel mogelijk moet word<strong>en</strong> bereikt of gehandhaafd.<br />

Interv<strong>en</strong>tiewaarde : meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> maximaal toelaatbaar risiconiveau,<br />

dat behoud<strong>en</strong>s in geval van overmacht, niet mag word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij overschrijding<br />

aanleiding geeft tot prev<strong>en</strong>tieve actie.<br />

Advieswaarde : meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> kwaliteitsniveau van het binn<strong>en</strong>milieu<br />

dat zoveel mogelijk moet word<strong>en</strong> bereikt of gehandhaafd. Het is e<strong>en</strong> ankerpunt bij het beoordel<strong>en</strong><br />

van situaties, noodzakelijk onderdeel om ev<strong>en</strong>tueel meting<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> interpreter<strong>en</strong>.<br />

Maximum : meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> maximaal toelaatbaar risiconiveau, dat<br />

behoud<strong>en</strong>s in geval van overmacht, niet mag word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij overschrijding aanleiding<br />

geeft tot prev<strong>en</strong>tieve actie. Het is e<strong>en</strong> ankerpunt bij het beoordel<strong>en</strong> van situaties, noodzakelijk<br />

onderdeel om ev<strong>en</strong>tueel meting<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> interpreter<strong>en</strong>.<br />

Omzettingsformules voor gass<strong>en</strong><br />

mg/m³ = (ppm) X (moleculair gewicht)<br />

24,45<br />

ppm = (mg/m³) X (24,45)<br />

moleculair gewicht<br />

121


122<br />

12. SAMENVATTENDE MATRIX<br />

Gezondheidseffect<br />

Symptoomcomplex<br />

ademhalingsklacht<strong>en</strong><br />

(luchtwegklacht<strong>en</strong>,<br />

longfunctieachteruitgang, kortademigheid,<br />

b<strong>en</strong>auwdheid)<br />

allergie type I<br />

allergie type III<br />

(allergische alveolitis)<br />

allergie : contactallergie<br />

(dermatitis, eczeem, zwelling<strong>en</strong>)<br />

astma<br />

bewusteloosheid<br />

bilirubine-gehalte in bloed<br />

chronisch bronchitis<br />

(emfyseem)<br />

conjunctivitis<br />

droge keel, droge huid<br />

duizeligheid<br />

emfyseem<br />

geluidsperceptie<br />

(geluidshinder, lawaai)<br />

geurperceptie<br />

(geurhinder, stank)<br />

gezichtsstoorniss<strong>en</strong><br />

hoest<strong>en</strong><br />

hoofdpijn<br />

infecties<br />

irritatie (van slijmvliez<strong>en</strong>, og<strong>en</strong>, keel, huid)<br />

kanker (diverse soort<strong>en</strong>)<br />

koliek<strong>en</strong><br />

koude (gevoel van)<br />

koude lucht (klacht<strong>en</strong> over)<br />

Mogelijke contaminant<strong>en</strong> / bronn<strong>en</strong><br />

bewoning<br />

schimmels<br />

tabak<br />

zwaveldioxide<br />

huismijt<br />

ongedierte<br />

plant<strong>en</strong><br />

schimmels<br />

tabak<br />

huisdier<strong>en</strong><br />

schimmels<br />

biocid<strong>en</strong><br />

huisdier<strong>en</strong><br />

VOS<br />

tabak<br />

asfyxantia<br />

koolstofdioxide<br />

koolstofmonoxide<br />

daglicht<br />

stikstofoxid<strong>en</strong><br />

tabak<br />

zwaveldioxide<br />

formaldehyde<br />

formaldehyde<br />

asfyxantia<br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

koolstofdioxide<br />

koolstofmonoxide<br />

stikstofoxid<strong>en</strong><br />

geluid<br />

afvoersystem<strong>en</strong><br />

ongedierte<br />

luchtvochtigheid<br />

schimmels<br />

tabak<br />

koolstofmonoxide<br />

stikstofoxid<strong>en</strong><br />

zwaveldioxide<br />

asfyxantia<br />

koolstofdioxide<br />

kunstlicht<br />

microbiële verontreiniging<br />

schimmels<br />

VOS<br />

formaldehyde<br />

asbest<br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

formaldehyde<br />

ioniser<strong>en</strong>de straling<br />

PAK<br />

PCP<br />

radon<br />

synthetische vezels<br />

tabak<br />

teerolie<br />

lood<br />

thermisch comfort<br />

tochthinder<br />

luchtsnelheid<br />

Alinea<br />

7.1<br />

5.5<br />

3.3<br />

3.4.5<br />

5.2<br />

5.4<br />

5.8<br />

5.5<br />

3.3<br />

5.3<br />

5.5<br />

5.7<br />

5.3<br />

3.2.1<br />

3.3<br />

3.4.2<br />

3.4.3<br />

3.4.4<br />

4.3.1<br />

3.4.6<br />

3.3<br />

3.4.5<br />

3.2.1.1<br />

3.2.1.1<br />

3.4.2<br />

3.2.1.2.2.1<br />

3.4.3<br />

3.4.4<br />

3.4.6<br />

4.4<br />

6.2<br />

5.4<br />

4.1.2.1<br />

5.5<br />

3.3<br />

3.4.4<br />

3.4.6<br />

3.4.5<br />

3.4.2<br />

3.4.3<br />

4.3.2<br />

5.6<br />

5.5<br />

3.2.1<br />

3.2.1.1<br />

3.2.2.1<br />

3.2.1.2.2.1<br />

3.2.1.1<br />

4.5<br />

3.4.7<br />

3.7.1<br />

4.5<br />

3.2.2.2<br />

3.3<br />

3.7.2<br />

3.2.3.1<br />

4.1.3.1<br />

4.1.3.2<br />

4.1.4


lawaai<br />

leukemie<br />

lichtperceptie<br />

(verblinding)<br />

lichts<strong>en</strong>saties<br />

longfibrose<br />

longoedeem<br />

longontsteking<br />

mesothelioom<br />

neuropathie (perifeer)<br />

neusloop<br />

niez<strong>en</strong><br />

oogirritatie<br />

ooginfectie, oogbeschadiging<br />

(conjunctivitis, cataract)<br />

oorsuizing<strong>en</strong><br />

prestatieverlies<br />

rhinitis<br />

slijm (opgev<strong>en</strong> van)<br />

stank<br />

stofperceptie<br />

stress<br />

transpiratie<br />

tremor<strong>en</strong><br />

vermoeidheid (sufheid, conc<strong>en</strong>tratiestoorniss<strong>en</strong>, vergeetachtigheid,<br />

prestatieverlies)<br />

vitamine (gebrek)<br />

warmteperceptie<br />

z<strong>en</strong>uwstelsel (aantasting ontwikkeling)<br />

geluid<br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong><br />

ELF<br />

daglicht<br />

kunstlicht<br />

asfyxantia<br />

asbest<br />

synthetische vezels<br />

stikstofoxid<strong>en</strong><br />

legionella<br />

tabak<br />

asbest<br />

synthetische vezels<br />

lood<br />

zwaveldioxide<br />

diverse<br />

zwaveldioxide<br />

formaldehyde<br />

asfyxantia<br />

diverse bronn<strong>en</strong><br />

diverse bronn<strong>en</strong><br />

stikstofoxid<strong>en</strong><br />

diverse bronn<strong>en</strong><br />

tabak<br />

geluid<br />

koolstofdioxide<br />

kwik<br />

daglicht<br />

kunstlicht<br />

daglicht<br />

thermisch comfort<br />

lood<br />

Tabel 30 : Gezondheidseffect<strong>en</strong> gerelateerd aan het binn<strong>en</strong>milieu<br />

4.4<br />

3.2.1.2.2.1<br />

4.6.1<br />

4.3.1<br />

4.3.2<br />

3.4.2<br />

3.2.2.1<br />

3.2.2.2<br />

3.4.6<br />

5.6.2<br />

3.3<br />

3.2.2.1<br />

3.2.2.2<br />

3.2.3.1<br />

3.4.5<br />

zie : neusklacht<strong>en</strong><br />

3.4.5<br />

3.2.1.1<br />

3.4.2<br />

zie : vermoeidheid<br />

zie : neusloop<br />

3.4.6<br />

zie : geurperceptie<br />

3.3<br />

4.4<br />

3.4.3<br />

3.2.3.2<br />

4.3.1<br />

4.3.2<br />

4.3.1<br />

4.1<br />

3.2.3.1<br />

123


124<br />

13. NUTTIGE ADRESSEN<br />

http://www.gezondmilieu.be<br />

Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong>, Team Milieu<strong>gezondheid</strong>szorg<br />

Coördinatie<br />

Koning Albert II-laan 35 bus 33, 1030 Brussel<br />

tel. 02-553 35 75 - fax 02-553 36 16<br />

e-mail milieu<strong>gezondheid</strong>szorg@vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Perifere Equipe Antwerp<strong>en</strong><br />

Anna Bijnsgebouw, Lange Kievitstraat 111-113 bus 31, 2018 Antwerp<strong>en</strong><br />

tel 03-224 62 04 – fax 03-224 62 01<br />

e-mail toezichtvolks<strong>gezondheid</strong>.antwerp<strong>en</strong>@vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Perifere Equipe Limburg<br />

<strong>Vlaams</strong> Administratief C<strong>en</strong>trum, Koningin Astridlaan 50 bus 7, 3500 Hasselt<br />

tel 011-74 22 40 – fax 011-74 22 59<br />

e-mail toezichtvolks<strong>gezondheid</strong>.limburg@vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Perifere Equipe Oost-Vlaander<strong>en</strong><br />

Elf Julistraat 45, 9000 G<strong>en</strong>t<br />

tel 09-244 83 60 – fax 09-244 83 70<br />

e-mail toezichtvolks<strong>gezondheid</strong>.oostvlaander<strong>en</strong>@vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Perifere Equipe <strong>Vlaams</strong>-Brabant<br />

Brouwerstraat 1 bus 4, 3000 Leuv<strong>en</strong><br />

tel 016-29 38 58 – 016-29 37 69<br />

e-mail toezichtvolks<strong>gezondheid</strong>.vlaamsbrabant@vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Perifere Equipe West-Vlaander<strong>en</strong><br />

Spanjaardstraat 15, 8000 Brugge<br />

tel 050-44 50 70 – 050-34 28 69<br />

e-mail toezichtvolks<strong>gezondheid</strong>.westvlaander<strong>en</strong>@vlaander<strong>en</strong>.be


http://www.mmk.be<br />

Medisch Milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s<br />

In heel Vlaander<strong>en</strong> zijn er derti<strong>en</strong> Medisch Milieukundig<strong>en</strong> actief, elk in hun eig<strong>en</strong> regio.<br />

Voor vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> klacht<strong>en</strong> kan je best contact opnem<strong>en</strong> met de Medisch Milieukundige uit<br />

je eig<strong>en</strong> regio. Via je postcode of de naam van je geme<strong>en</strong>te kan je snel de juiste MMK<br />

vind<strong>en</strong> verantwoordelijk voor jou regio. ( zie http://www.mmk.be/regio.cfm )<br />

Telefoon: 0494 52 30 56<br />

Email: webmaster@mmk.be<br />

125


126<br />

http://vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Ag<strong>en</strong>tschap Won<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong><br />

Graaf de Ferrarisgebouw, Koning Albert II-laan 20 bus 7, 1000 Brussel<br />

tel. 02-553 82 98 - fax 02-553 82 55<br />

e-mail woonbeleid@lin.vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Won<strong>en</strong> Antwerp<strong>en</strong><br />

Anna Bijnsgebouw, Lange Kievitstraat 111-113 bus 53, 2018 Antwerp<strong>en</strong><br />

tel 03-224 61 16 – fax 03-224 61 12<br />

e-mail Won<strong>en</strong>vlaander<strong>en</strong>@rwo.vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Won<strong>en</strong> Limburg<br />

H<strong>en</strong>drik van Veldekegebouw, Koningin Astridlaan 50 bus 1, 3500 Hasselt<br />

tel. 011-74 22 00 - fax 011 74 22 19<br />

e-mail <strong>won<strong>en</strong></strong>vlaander<strong>en</strong>@rwo.vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Won<strong>en</strong> Oost-Vlaander<strong>en</strong><br />

Gebr. Van Eycklaan 4-6, 9000 G<strong>en</strong>t<br />

tel 09-265 45 11 – fax 09-265 46 51<br />

e-mail <strong>won<strong>en</strong></strong>vlaander<strong>en</strong>@rwo.vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Won<strong>en</strong> <strong>Vlaams</strong>-Brabant<br />

Blijde Inkomst<strong>en</strong>straat 103-105, 3000 Leuv<strong>en</strong><br />

tel 016-24 97 77 – fax 016-22 60 74<br />

e-mail <strong>won<strong>en</strong></strong>vlaander<strong>en</strong>@rwo.vlaander<strong>en</strong>.be<br />

Won<strong>en</strong> West-Vlaander<strong>en</strong><br />

Werkhuisstraat 9, 8000 Brugge<br />

tel 050-44 29 02 – fax 050-44 28 13<br />

e-mail <strong>won<strong>en</strong></strong>vlaander<strong>en</strong>@rwo.vlaander<strong>en</strong>.be


http://www.ovam.be<br />

Stationstraat 110, 2800 Mechel<strong>en</strong><br />

tel. 015-28 42 84 - fax 015-20 32 75<br />

e-mail info@ovam.be<br />

http://www.vmm.be<br />

Op<strong>en</strong>bare <strong>Vlaams</strong>e Afvalstoff<strong>en</strong>maatschappij<br />

Van De Maelestraat 96, 9320 Erembodegem<br />

tel. 053-72 62 11 - fax 053-77 71 68<br />

e-mail info@vmm.be<br />

http://www.bipt.be<br />

<strong>Vlaams</strong>e Milieumaatschappij<br />

Belgisch Instituut voor Postdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> Telecommunicatie<br />

Ellipse gebouw, Koning Albert II-laan 35, 1030 Brussel<br />

Sterrekundelaan 14 bus 21, 1210 Brussel<br />

tel. 02-226 88 88 - fax 02-226 88 77<br />

e-mail info@bipt.be<br />

http://www.bin.be<br />

Brabançonnelaan 29, 1000 Brussel<br />

tel. 02-738 01 11 - fax 02-738 42 62<br />

e-mail info@bin.be<br />

Belgisch Instituut voor Normalisatie<br />

127


128<br />

14. GEBRUIKTE EENHEDEN<br />

A ampère, e<strong>en</strong>heid van elektrische stroomsterkte<br />

Bq becquerel, één desintegratie per seconde<br />

°C grad<strong>en</strong> celsius, e<strong>en</strong>heid van temperatuur<br />

cd candela, e<strong>en</strong>heid van lichtsterkte<br />

clo clo, e<strong>en</strong>heid van kledingisolatie (0,155 °C.m²/W)<br />

dB deci-Bel, e<strong>en</strong>heid van geluidssterkte<br />

dB(A) meting met e<strong>en</strong> A-filter (comp<strong>en</strong>satie van de lagere gevoeligheid voor lage<br />

frequ<strong>en</strong>ties van het m<strong>en</strong>selijk gehoor)<br />

g gram, e<strong>en</strong>heid van gewicht<br />

kg kilogram, 10³g<br />

Hz hertz, e<strong>en</strong>heid van frequ<strong>en</strong>tie (s-1 )<br />

kHz kilohertz, 103 Hz<br />

MHz megahertz, 106 Hz<br />

GHz gigahertz, 109 Hz<br />

J joule, e<strong>en</strong>heid van elektrische <strong>en</strong>ergie (VAs of W/s)<br />

K kelvin, e<strong>en</strong>heid van temperatuur<br />

kg kilogram, e<strong>en</strong>heid van massa<br />

g gram, 10-3kg mg milligram, 10-6kg µg microgram 10-9kg KVE kolonievorm<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

l liter, e<strong>en</strong>heid van inhoud (dm³)<br />

L geluidsdruk<br />

Letm gemiddelde geluidsdruk over één dag<br />

lm lum<strong>en</strong>, e<strong>en</strong>heid van lichtstroom<br />

lux verlichtingssterkte (lm/m²)<br />

m meter, e<strong>en</strong>heid van l<strong>en</strong>gte<br />

mm millimeter, 10-3m µm micrometer 10-6m Ω ohm, e<strong>en</strong>heid van weerstand (V/A)<br />

ppm parts pro million (106 ), bij gass<strong>en</strong> cm³/m³, bij vaste stoff<strong>en</strong> mg/kg, bij vloeistoff<strong>en</strong><br />

mg/1<br />

s seconde, e<strong>en</strong>heid van tijd<br />

h uur, 3600s<br />

min minuut, 60s<br />

V volt, e<strong>en</strong>heid van spanning (W/A)<br />

W watt, e<strong>en</strong>heid van vermog<strong>en</strong> (J/s)<br />

mW milliwatt, 10-3W


15. COURANTE AFKORTINGEN<br />

ACGIH American Confer<strong>en</strong>ce of Governm<strong>en</strong>tal Industrial Hygi<strong>en</strong>ists<br />

ALTER Acceptable Long Term Exposure Range, aanvaardbare<br />

conc<strong>en</strong>tratie(range) voor lev<strong>en</strong>slange blootstelling<br />

ASHRAE American Society of Heating, Refrigerating and Air Conditioning<br />

Eng<strong>en</strong>eers<br />

ASTER Acceptable Short Term Exposure Range, aanvaardbare<br />

conc<strong>en</strong>tratie(range) voor blootstelling gedur<strong>en</strong>de bepaalde<br />

(kortere) tijd<br />

COPD chronic obstructive pulmonary disease, chronisch obstructief<br />

longlijd<strong>en</strong><br />

GSM Global System for Mobile Communication, standaard voor<br />

mobiele telecommunicatie, ook gebruikt als algem<strong>en</strong>e term voor<br />

mobiele telefonie<br />

IARC International Ag<strong>en</strong>cy for the Research on Cancer<br />

Groep 1 : bewez<strong>en</strong> carcinog<strong>en</strong>iteit voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

Groep 2A : waarschijnlijk carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

Groep 2B : mogelijk carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

Groep 3 : niet classificeerbaar als carcinoge<strong>en</strong> is voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

Groep 4 : waarschijnlijk niet carcinoge<strong>en</strong> voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

ICNIRP International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection<br />

IRPA International Radiation Protection Association<br />

LOGO Lokaal Gezondheidsoverleg<br />

MAC maximale aanvaarde (arbeids) conc<strong>en</strong>tratie<br />

MWC maximale woonmilieu conc<strong>en</strong>tratie<br />

NAAQS National Ambi<strong>en</strong>t Air Quality Standard<br />

NIOSH National Institute for Occupational Safety and Health<br />

PAKs polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong><br />

PD tocht<br />

Perc<strong>en</strong>tage of Dissatisfied, perc<strong>en</strong>tage ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> bij tocht<br />

PMV Predicted Mean Vote, te verwacht<strong>en</strong> perc<strong>en</strong>tage van de<br />

ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> over tocht<br />

129


130<br />

PPD Predicted Perc<strong>en</strong>tage of Dissatisfied, te verwacht<strong>en</strong> perc<strong>en</strong>tage<br />

van de ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> over warmte<br />

SAR Specific Absorption Rate, hoeveelheid <strong>en</strong>ergie dat het lichaam uit<br />

e<strong>en</strong> stra lingsveld opneemt per seconde per kilogram<br />

lichaamsgewicht<br />

STEL Short-Term Exposure Limit, e<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> voor blootstelling die<br />

maximaal viermaal per dag mag word<strong>en</strong> bereikt gedur<strong>en</strong>de<br />

15 minut<strong>en</strong>, met minst<strong>en</strong>s één uur tuss<strong>en</strong> de overschrijding<strong>en</strong>,<br />

geadviseerd door ACGIH<br />

TLV Threshold Limit Values, richtwaard<strong>en</strong> geadviseerd door ACGIH<br />

VOS vluchtige organische stoff<strong>en</strong><br />

WGO Wereld<strong>gezondheid</strong>sorganisatie<br />

YEPI young, elderly, pregnant, immunodefici<strong>en</strong>t (jonger<strong>en</strong>, ouder<strong>en</strong>,<br />

zwanger<strong>en</strong>, immuundeficiënt<strong>en</strong>)


16. VERKLARENDE WOORDENLIJST<br />

A<br />

absorptie opslorping, inzuiging van vloeistof, gas, stral<strong>en</strong>, e.d.<br />

ACGIH American Confer<strong>en</strong>ce of Governm<strong>en</strong>tal Industrial Hygi<strong>en</strong>ists<br />

adsorptie klev<strong>en</strong> aan de oppervlakte van stofdeeltjes zonder opslorping<br />

aëroob slechts kunn<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> met zuurstof<br />

aërosol zeer fijn verstov<strong>en</strong> vloeistof, nevel<br />

allerge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> stof die bij gevoelige person<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ongew<strong>en</strong>ste allergische<br />

reactie oproept<br />

ALTER Acceptable Long Term Exposure Range, aanvaardbare<br />

conc<strong>en</strong>tratie(range) voor lev<strong>en</strong>slange blootstelling<br />

alveolitis ontsteking van de longblaasjes van de long<strong>en</strong><br />

anaëroob slechts kunn<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> milieu zonder zuurstof<br />

ASHRAE American Society of Heating, Refrigerating and Air Conditioning<br />

Eng<strong>en</strong>eers<br />

ASTER Acceptable Short Term Exposure Range, aanvaardbare<br />

conc<strong>en</strong>tratie(range) voor blootstelling gedur<strong>en</strong>de bepaalde (kortere)<br />

tijd<br />

astma e<strong>en</strong> aando<strong>en</strong>ing waarbij door vernauwing van de luchtweg<strong>en</strong> pro-<br />

blem<strong>en</strong> met de ademhaling ontstaan.<br />

B<br />

bacterie e<strong>en</strong>cellig organisme zonder celkern, meestal tuss<strong>en</strong> 0,1 <strong>en</strong> 1 µm<br />

groot<br />

biofilm e<strong>en</strong> laag van micro-organism<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> dragermateriaal<br />

C<br />

carcinoge<strong>en</strong> kan kwaadaardig(e) gezwel(l<strong>en</strong>) verwekk<strong>en</strong><br />

cardiovasculair behor<strong>en</strong>d tot hart <strong>en</strong> bloedvat<strong>en</strong><br />

conditioner<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> bepaalde toestand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

conjunctivitis ontsteking van het bindvlies van het oog<br />

contaminer<strong>en</strong> verontreinig<strong>en</strong>, besmett<strong>en</strong><br />

constipatie verstopping<br />

COPD chronic obstructive pulmonary disease of chronisch obstructief<br />

longlijd<strong>en</strong><br />

coronair behor<strong>en</strong>d tot de kransslagaders van het hart<br />

correlatie onderling verband<br />

131


132<br />

D<br />

dermatitis huidontsteking<br />

dosis-respons to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d effect bij to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de blootstelling aan e<strong>en</strong> bepaalde<br />

factor<br />

E<br />

emissie uitstoot<br />

emfyseem overmatige rekking van de longblaasjes van de long<strong>en</strong><br />

extrinsiek uitw<strong>en</strong>dig, van buit<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>d<br />

F<br />

feces stoelgang<br />

frequ<strong>en</strong>tie aantal trilling<strong>en</strong> per seconde, de e<strong>en</strong>heid is hertz<br />

G<br />

gist e<strong>en</strong>cellig organisme uit de familie van de schimmels<br />

GSM Global System for Mobile Communication, standaard voor mobiele<br />

telecommunicatie, ook gebruikt als algem<strong>en</strong>e term voor mobiele<br />

telefonie<br />

H<br />

halfwaardetijd tijd waarin de opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> hoeveelheid met de helft vermindert<br />

hemoglobine kleurstof van de rode bloedcell<strong>en</strong><br />

HEPA-filter High Effici<strong>en</strong>cy Particulate Arrestance-filter, e<strong>en</strong> filter die 99,97%<br />

van de stofdeeltjes groter dan 3 µm opvangt<br />

hygroscopisch stoff<strong>en</strong> die waterdamp uit de lucht opnem<strong>en</strong><br />

I<br />

IARC International Ag<strong>en</strong>cy for the Research on Cancer<br />

ICNIRP International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection<br />

immuundeficiëntie onvoldo<strong>en</strong>de tot ge<strong>en</strong> immuniteit door slecht werk<strong>en</strong>d<br />

immuunsysteem<br />

immuunsysteem afweersysteem van e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>d organisme<br />

IRPA International Radiation Protection Association<br />

K<br />

klamboe muskiet<strong>en</strong>net, gaas


L<br />

leptospirose ziekte gek<strong>en</strong>merkt door koorts, lever-, nier- <strong>en</strong> hers<strong>en</strong>vliesontsteking,<br />

meestal na contact met urine van besmette dier<strong>en</strong>,<br />

vooral ratt<strong>en</strong>, veroorzaakt door spirochet<strong>en</strong><br />

lethargie slaapzucht<br />

leukemie bloedcelkanker, ongecontroleerde groei van witte bloedcell<strong>en</strong><br />

lokaal loco-regionaal <strong>gezondheid</strong>soverleg, door de <strong>Vlaams</strong>e overheid<br />

<strong>gezondheid</strong>soverleg gesubsidieerde vzw’s die tot doel hebb<strong>en</strong> de <strong>Vlaams</strong>e <strong>gezondheid</strong>s<br />

(LOGO) doelstelling<strong>en</strong> mee te help<strong>en</strong> realiser<strong>en</strong>.<br />

longfibrose woekering van het bindweefsel van de long<strong>en</strong><br />

M<br />

MAC maximale aanvaarde (arbeids) conc<strong>en</strong>tratie<br />

micro-organisme zeer kleine organism<strong>en</strong> die slechts zichtbaar zijn met behulp van<br />

e<strong>en</strong> microscoop<br />

MWC maximale woonmilieu conc<strong>en</strong>tratie<br />

mutage<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong> om g<strong>en</strong>etisch materiaal te wijzig<strong>en</strong><br />

mutatie perman<strong>en</strong>te verandering van het erfelijk materiaal<br />

N<br />

neurologie leer van het z<strong>en</strong>uwstelsel<br />

neuropathie ziekte van het z<strong>en</strong>uwstelsel<br />

NAAQS National Ambi<strong>en</strong>t Air Quality Standard<br />

NIOSH National Institute for Occupational Safety and Health<br />

O<br />

oedeem ophoping van weefselvocht<br />

ornithose longziekte overgedrag<strong>en</strong> door vogels, besmettelijk voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

(zoönose)<br />

orthoërgische huidontsteking door irritantia<br />

dermatitis<br />

P<br />

pacemaker elektronisch apparaat dat de hartslag kan regel<strong>en</strong><br />

PAKs polycyclische aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong><br />

paralyse verlamming<br />

parasiet plant of dier dat zich voedt <strong>en</strong> leeft op (“<strong>en</strong>do-”) of in (“ecto-”) het<br />

lichaam van e<strong>en</strong> organisme<br />

133


134<br />

parese onvolledige verlamming, bewegingszwakte<br />

pathoge<strong>en</strong> ziekteverwekk<strong>en</strong>d<br />

PD tocht Perc<strong>en</strong>tage of Dissatisfied, perc<strong>en</strong>tage ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> bij tocht<br />

PMV Predicted Mean Vote, te verwacht<strong>en</strong> perc<strong>en</strong>tage van de ontevrede<br />

n<strong>en</strong> overtocht<br />

PPD Predicted Perc<strong>en</strong>tage of Dissatisfied, te verwacht<strong>en</strong> perc<strong>en</strong>tage van<br />

de ontevred<strong>en</strong><strong>en</strong> over warmte<br />

peritoneum buikvlies<br />

permutiet natrium-aluminiumsilicat<strong>en</strong><br />

pica neiging tot et<strong>en</strong> van allerlei oneetbare stoff<strong>en</strong> zoals loodhoud<strong>en</strong>de<br />

verfschilfers, g<strong>en</strong>oemd naar de latijnse naam voor ekster<br />

plaques plat<strong>en</strong><br />

pleura longvliez<strong>en</strong><br />

protozoa ééncellige diertjes<br />

psittacose longontsteking, besmettelijk voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, cf ornithose<br />

R<br />

rabies hondsdolheid<br />

respiratoir behor<strong>en</strong>d tot het ademhalingsstelsel<br />

rhinitis ontsteking van het neusslijmvlies<br />

rook e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gsel van vaste <strong>en</strong> vloeibare bestanddel<strong>en</strong> <strong>en</strong> metaalverbin<br />

ding<strong>en</strong> ontstaan door verbranding<br />

S<br />

salmonella bacteriëngeslacht, verwekker van maag-darmziekt<strong>en</strong> <strong>en</strong> tyfus<br />

SAR Specific Absorption Rate, hoeveelheid <strong>en</strong>ergie dat het lichaam uit<br />

e<strong>en</strong> stralingsveld opneemt per seconde per kilogram lichaamsgewicht<br />

schimmel plantaardig organisme zonder bladgro<strong>en</strong> dat leeft van organisch<br />

materiaal<br />

solv<strong>en</strong>t oplosmiddel<br />

sputum slijm uit de ademhalingsweg<strong>en</strong><br />

STEL Short-Term Exposure Limit, e<strong>en</strong> waard<strong>en</strong> voor blootstelling die<br />

maximaal viermaal per dag mag word<strong>en</strong> bereikt gedur<strong>en</strong>de 15<br />

minut<strong>en</strong>, met minst<strong>en</strong>s één uur tuss<strong>en</strong> de overschrijding<strong>en</strong>,<br />

geadviseerd door ACGIH<br />

stof vaste deeltjes kleiner dan 1000 µm, deeltjes < 0,1 µm vall<strong>en</strong> niet<br />

meer maar vorm<strong>en</strong> aërosol<br />

T<br />

teratoge<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong> om bij <strong>en</strong>bryo’s blijv<strong>en</strong>de afwijking<strong>en</strong> of de dood te<br />

veroorzak<strong>en</strong><br />

TLV Threshold Limit Values, richtwaard<strong>en</strong> geadviseerd door ACGIH


toxine gif<br />

toxoplasmose ziekte verwekt door toxoplasma, e<strong>en</strong> soort uit het protozoa<br />

(geslacht)<br />

trasraam waterdicht metselwerk in mur<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> opstijg<strong>en</strong>d grondvocht<br />

tremor beving, het bev<strong>en</strong><br />

tubulus deel van de nier waar het gefilterd bloed, de primaire urine, wordt<br />

afgevoerd <strong>en</strong> waar de terugresorptie van waardevolle stoff<strong>en</strong> naar<br />

het bloed plaats vindt<br />

U<br />

ULPA Ultra Low P<strong>en</strong>etrating Air-filter, e<strong>en</strong> filter die 99,99% van de stof<br />

deeltjes groter dan 1 µm opvangt<br />

V<br />

vector overbr<strong>en</strong>ger van parasiet<strong>en</strong> of ziektekiem<strong>en</strong><br />

v<strong>en</strong>tilatievoud het aantal vervanging<strong>en</strong> van de binn<strong>en</strong>lucht in e<strong>en</strong> ruimte door<br />

buit<strong>en</strong>lucht<br />

virul<strong>en</strong>t ziekteverwekk<strong>en</strong>d<br />

virus zeer kleine infectieuze deeltjes die zich slechts kunn<strong>en</strong> verm<strong>en</strong>ig<br />

vuldig<strong>en</strong> met behulp van de cell<strong>en</strong> die ze binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong><br />

VOS vluchtige organische stoff<strong>en</strong><br />

X<br />

x<strong>en</strong>obiotisch lichaamsvreemd<br />

W<br />

WGO Wereld<strong>gezondheid</strong>sorganisatie<br />

Y<br />

YEPI young, elderly, pregnant, immunodefici<strong>en</strong>t (jonger<strong>en</strong>, ouder<strong>en</strong>,<br />

zwanger<strong>en</strong>, immuundeficiënt<strong>en</strong>)<br />

Z<br />

zoönose ziekte die kan overgaan van e<strong>en</strong> gewerveld dier op de m<strong>en</strong>s<br />

135


136<br />

17. BIBLIOGRAFIE<br />

1. AMERICAN CONFERENCE OF GOVERNMENTAL INDUSTRIAL HYGIE-<br />

NISTS “2000 TLVs ® and BEIs ® ”. ACGIH, Cincinnati, 2000<br />

2. ADEMA E.H. “Energie <strong>en</strong> CARA, luchtkwaliteit <strong>en</strong> longaando<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>”. Ned. Astmafonds,<br />

Leusd<strong>en</strong>, 1983<br />

3. ADVIES HOGE RAAD “W<strong>en</strong>k<strong>en</strong> voor natuurlijke <strong>en</strong> kunstverlichting der woning<strong>en</strong>”.<br />

NIH, 1963<br />

4. ALLEN K. “Adoption of pet dogs and control of borderline hypert<strong>en</strong>sion: a controlled,<br />

randomized study”. Pres<strong>en</strong>ted at the 22th Annual Sci<strong>en</strong>tific Sessions of the Society of<br />

behavioural Medecine, March 24, 2001, Seattle, Washington<br />

5. BASHIR S.A. “Home Is Where the Harm Is: Inadequate Housing as a Public Health<br />

Crisis” Am J Public Health 92:733-8<br />

6. BEWLEY B.R. “Medical hazards from dogs”. BMJ, 1985; 291: 760-1<br />

7. BLUYSSEN P.M., COX C.W.J. “Klacht<strong>en</strong> over het binn<strong>en</strong>milieu” TvvL Magazine,<br />

vol 24, afl 4, 1995, 22-7<br />

8. BOENIGER M.F. “Use of ozone g<strong>en</strong>erating devices to improve indoor air quality”<br />

Am.Ind.Hyg.Assoc.J. 1995, 56, 590-8<br />

9. BOERSTRA A.C. et al. “Binn<strong>en</strong>milieu” Arbothemacahier 8, Sdu, D<strong>en</strong> Haag, 2001<br />

10. BOLEY J et al. “Luchtverontreiniging in woning<strong>en</strong>”. Publicatiereeks lucht, nr 45,<br />

Ministerie van VROM, Leid<strong>en</strong>sch<strong>en</strong>dam, 1985<br />

11. BORNEFF J “Hygi<strong>en</strong>e” Georg Thieme Verlag, Stuttgart, 1977<br />

12. BRIGHT M. “Over allergie”. Westland, Schot<strong>en</strong>, 1982<br />

13. BRUYNSEELS P. “Zoönos<strong>en</strong> van A tot Z”. Proceedings 9de Symposium Infectieziekt<strong>en</strong>groep<br />

Antwerp<strong>en</strong>, Universitaire Instelling Antwerp<strong>en</strong>, 2001, 7<br />

14. BRUNO R.C. “Sources of indoor radon in Houses: a review”. Journ. Air Poll. Contr.<br />

Ass., 1983,33,2, 105-109<br />

15. CDC “Infectious disease information: diseases related to pets” http://www.cdc.gov/<br />

ncidod/diseases/pets/ (laatst geconsulteerd op 29/10/2002)<br />

16. CDC “Keep pets healthy”. C<strong>en</strong>ters for Disease Control 2000, http://www.cdc.gov/<br />

ncidod/op/pets.htm (laatst geconsulteerd op 29/10/2002)


17. CDC “Prev<strong>en</strong>tion of Zoonotic Transmission, of ascarids and Hookworms of Dogs<br />

and Cats: Guidelines for Veterinarians”. http://www.cdc.gov/ncidod/diseases/roundwrm/<br />

roundwrm.htm (laatst geconsulteerd op 29/10/2002)<br />

18. COLLINS K.J. “Indoor <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t and health of the elderly”. W.H.O., 1982<br />

19. COPIUS PEEREBOOM JW (red.) “Basisboek milieu <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>”. Boom,<br />

Amsterdam, 1994<br />

20. COPIUS PEEREBOOM JW, REIJNDERS L “Hoe gevaarlijk zijn milieugevaarlijke<br />

stoff<strong>en</strong>?”. Boom, Amsterdam, 1986<br />

21. CHRISTIE A.B. “The spread and controle of airborn infections” in Hobson W.<br />

“The theory and practice of public health”. London-Oxford University Press, 1985,199-<br />

213<br />

22. DEJONCKHEERE W., STEURBAUT W. “Pesticid<strong>en</strong>: gebruik <strong>en</strong> milieurisico’s”<br />

nr. 34 in de reeks Monografieën Stichting Leefmilieu, Antwerp<strong>en</strong>; Uitgeverij Pelckmans,<br />

Kappel<strong>en</strong>, 1996<br />

23. DOUWES D. “Won<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gezond binn<strong>en</strong>milieu”. Ministerie van Volkshuisvesting,<br />

Ruimtelijke Ord<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> Milieubeheer, D<strong>en</strong> haag, 1988<br />

24. ELLIOT D.L., TOLLE S.W.,et al. “Pet-Associated Illness”. The New England Journal<br />

of Medecine 1985; 313: 985-95<br />

25. FANGER P.O. “Assessm<strong>en</strong>t of man’s thermal comfort in practice”. Brit. Journ. of<br />

Industr. Med., 1973,30,313-324<br />

26. FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID<br />

VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU “Koninklijk Besluit van 10 augustus<br />

2005 houd<strong>en</strong>de de normering van z<strong>en</strong>dmast<strong>en</strong> voor elektromagnetische golv<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> 10<br />

MHz <strong>en</strong> 10 GHz” Belgisch Staatsblad 22/09/2005<br />

27. FERGUSON R.T. “Noise in relation to health” in Hobson W. “The theory and practice<br />

of public health”. London-Oxford University Press, 1975, 107-113<br />

28. FISHMAN D.S. et al. “Survey of objective respons to the thermal comfort <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t<br />

in offices” in Fanger P.O. et al. “Indoor Climate”. Proceedings of the First International<br />

Indoor Climate Symposium, Cop<strong>en</strong>hag<strong>en</strong>, 1978,677-698<br />

29. GEZONDHEIDSRAAD “Advies inzake koolmonoxide”. Gezondheidsraad, D<strong>en</strong><br />

Haag, 1975<br />

30. GEZONDHEIDSRAAD “Blootstelling aan elektromagnetische veld<strong>en</strong>”. Gezondheidsraad<br />

publicatie nr 2000/06, D<strong>en</strong> Haag, 2000<br />

31. GEZONDHEIDSRAAD “Extreem laagfrequ<strong>en</strong>te elektromagnetische veld<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

<strong>gezondheid</strong>”. Gezondheidsraad publicatie nr 92/07, D<strong>en</strong> Haag, 1992<br />

137


138<br />

32. GEZONDHEIDSRAAD “Vluchtige organische stoff<strong>en</strong> uit bouwmaterial<strong>en</strong> in verblijfsruimt<strong>en</strong>”.<br />

Gezondheidsraad, D<strong>en</strong> Haag, 2000, publicatie nr 2000/10<br />

33. GILBERT D.N., MOELLERING R. C., et al. (red.). “The Sanford Guide to Antimicrobial<br />

Therapy”. 15th Edition of the Belgian/Luxembourg Version 2001-2002<br />

34. GOELEN E. “Indoor pollution”, VITO-rapport 2001/MIM/R/113, Mol, 2001<br />

35. GUBERDAN E. et al. “L’humidification de l’air des locaux prévi<strong>en</strong>t-elle les maladies<br />

respiratoires p<strong>en</strong>dant l’hiver ?” Schweiz. Med. Wschr., 1978, 108,22, 827-831<br />

36. HEALTH CANADA “Exposure Guidelines for Resid<strong>en</strong>tial Indoor Air Quality”.<br />

Health Canada, Ottawa, 1995<br />

37. HEALTH CANADA “ http://www.tpsgc.gc.ca/bi<strong>en</strong>simmobiliers/text/<br />

pubs_iaq/ozone-f.html “ <strong>en</strong> “ http://www.hc-sc.gc.ca/ahc-asc/media/advisoriesavis/1999/1999_62_e.html<br />

“ (laatst geconsulteerd op 16/08/2005)<br />

38. HOWDEN-CHAPMAN P “Housing and inequalities in health” J Epidemiol Community<br />

Health 2002,56:645-6<br />

39. ICNIRP “Guidelines for limiting exposure to time-varying electric, magnetic, and<br />

electromagnetic fields (up to 300 GHz)”. Health Physics, 1998, 74:494-522, http://www.<br />

icnirp.de/docum<strong>en</strong>ts/emfgdl.pdf (laatst geconsulteerd op 29/10/2002)<br />

40. IEA “Cond<strong>en</strong>sation and Energy: Sourcebook” Energy Conservation in Buildings &<br />

Community Systems Programme Annex 14, KU Leuv<strong>en</strong>, 1991<br />

41. ISO 773 “Gematigde thermische binn<strong>en</strong>condities - Bepaling van de PMV- <strong>en</strong> de PPDwaarde<br />

<strong>en</strong> specificatie van de voorwaard<strong>en</strong> voor thermische behaaglijkheid” 3de druk,<br />

1996<br />

42. KAMPERMAN J.M., VAN WAGENINGEN N. “Mijt<strong>en</strong> mijd<strong>en</strong>”. Nederlands Astmafonds,<br />

Leusd<strong>en</strong>, 1989<br />

43. KEMPEN A. “Binn<strong>en</strong>milieu feitelijk bekek<strong>en</strong>” Koude & Klimaat, 4, 1998, 21-3.<br />

44. KOOPS FBJ “Blootstelling van de algem<strong>en</strong>e bevolking aan elektrische <strong>en</strong> magnetische<br />

veld<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van hoogspanningslijn<strong>en</strong>”. KEMA, Arnhem, 1999<br />

45. KREISS K. et al. “Building-associated epidemics”. W.H.O., 1982<br />

46. KRIEGER J, HIGGINS DL “Housing and Health: Time Again for Public Health<br />

Action” Am J Public Health 2002,92:758-68<br />

47. LEBEAU B. et al. “La pollution dans la maison”. Ed. Masson, Paris, 1977


48. LERCLERCQ.FOUCART J. et al. “Contróle de l’acari<strong>en</strong> des poussières par utilisation<br />

d’un fongicide”. Revue Medicale de Liege, 1985, vol. XL, 3, 91-99<br />

49. LUNDQVISTG.R. “The effect of smoking on v<strong>en</strong>tilation-requirem<strong>en</strong>ts” in Fanger<br />

P.O. et al. “Indoor Climate”. Proceedings of the First International Indoor Climate Symposium,<br />

Cop<strong>en</strong>hag<strong>en</strong>, 1978, 275-290<br />

50. MALCHAIRE J. “Critères optimaux de v<strong>en</strong>tilation, d’eclairage et de conditions thermiques<br />

de l’habitat dans le contexte des économies d’énergie”. W.H.O., 1982<br />

51. MALCHAIRE J. “Sick-Buildingsyndroom - Analyse <strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tie”. Nationaal<br />

Onderzoeksinstituut voor Arbeidsomstandighed<strong>en</strong>, Brussel, 1999.<br />

52. MELIA R.J.W. et al. “Association betwe<strong>en</strong> gas cooking and respiratory disease in<br />

childr<strong>en</strong>”. Brit. Med. Journ” 1977, 2, 149.152<br />

53. MELIA R.J.W. et al. “Differ<strong>en</strong>ces in NO2 levels in kitch<strong>en</strong>s with gas or electric cookers”.<br />

Atmos. Environ., 1978, 12, 1379-1381<br />

54. MELLOR D.J., BHANDARI S., et al. “Man’s best fri<strong>en</strong>d: life threat<strong>en</strong>ing sepsis<br />

after minor dog bite”. British Medical Journal, 1997; 314: 129-30<br />

55. MilieuC<strong>en</strong>traal “Elektrische <strong>en</strong> magnetische veld<strong>en</strong> van het elektriciteitsnet”.<br />

http://www.milieuc<strong>en</strong>traal.nl/download/ELF_EM_Veld<strong>en</strong>.pdf (laatst geconsulteerd op<br />

29/10/2002)<br />

56. MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP “Decreet 2 juli 1981<br />

betreff<strong>en</strong>de de voorkoming <strong>en</strong> het beheer van afvalstoff<strong>en</strong>”, zoals later gewijzigd. Belgisch<br />

Staatsblad<br />

57. MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP “Decreet 21 november<br />

2003 betreff<strong>en</strong>de het prev<strong>en</strong>tieve <strong>gezondheid</strong>sbeleid” Belgisch Staatsblad 03/02/2004<br />

58. MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP “Besluit van de <strong>Vlaams</strong>e<br />

regering van 13 december 2002 houd<strong>en</strong>de reglem<strong>en</strong>tering inzake de kwaliteit <strong>en</strong> levering<br />

van water, bestemed voor m<strong>en</strong>selijke consumptie” Belgisch Staatsblad 28/01/2003<br />

59. MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP “Besluit van de <strong>Vlaams</strong>e<br />

Regering van 11 juni 2004 houd<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> tot bestrijding van de <strong>gezondheid</strong>srisico’s<br />

door verontreiniging van het binn<strong>en</strong>milieu” Belgisch Staatsblad 19/10/2004<br />

60. MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP “Kwaliteitsnorm<strong>en</strong> voor<br />

woning<strong>en</strong>. Het conformiteitsattest. Technische richtlijn<strong>en</strong>” Ministerie van de <strong>Vlaams</strong>e<br />

Geme<strong>en</strong>schap, Afdeling Woonbeleid, Brussel, 1999<br />

61. MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN “Koninklijk Besluit van 3 februari<br />

1998 tot beperking van het op de markt br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, de vervaardiging <strong>en</strong> het gebruik van<br />

bepaalde gevaarlijke stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> preparat<strong>en</strong> (asbest).” Belgisch Staatsblad 21/02/1998<br />

139


140<br />

62. MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN “Ministerieel Besluit van 7 mei<br />

1987 tot bepaling van de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> van het elektrische veld voortgebracht door de<br />

elektrische installaties voor transport <strong>en</strong> verdeling van elektrische <strong>en</strong>ergie… .” Belgisch<br />

Staatsblad 14/05/1987, gewijzigd bij MB van 20 april 1988 (BS 06/05/1988)<br />

63. MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID “Koninklijk Besluit van<br />

10 augustus 1998 tot wijziging van bijlage II van titel II, hoofdstuk IIbis van het Algeme<strong>en</strong><br />

Reglem<strong>en</strong>t voor<br />

de Arbeidsbescherming wat de vaststelling van de gr<strong>en</strong>swaard<strong>en</strong> voor blootstelling aan<br />

chemische ag<strong>en</strong>tia betreft”. Belgisch Staatsblad 12/09/1998<br />

64. MINISTERIE VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN<br />

MILIEUBEHEER “Notitie Binn<strong>en</strong>milieu” Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke<br />

Ord<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> Milieubeheer, 1988<br />

65. MINISTERIE VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN<br />

MILIEUBEHEER “Vocht in huis, doe er wat aan”. Ministerie van Volkshuisvesting,<br />

Ruimtelijke Ord<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> Milieubeheer, 1989<br />

66. MINISTRY OF HEALTH “The Role of Pets and Human Disease. Health files 1997<br />

- 61” Ministry of Health, Ministry Responsible for S<strong>en</strong>iors British Columbia, september<br />

1997<br />

67. MOSE J.R. “Housing conditions of elderly persons : a g<strong>en</strong>eral investigation”.<br />

W.H.O” 1982<br />

68. OMZENDBRIEF N.M.H. “Vochtproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> schimmelvorming in sociale<br />

woning<strong>en</strong>” 1984<br />

69. OVERGAAUW P.A.M. “Toxocara-infecties: over hond<strong>en</strong>, katt<strong>en</strong>, zandbakk<strong>en</strong>,<br />

park<strong>en</strong> <strong>en</strong> tuin<strong>en</strong>”. Infectieziekt<strong>en</strong>bulletin, 1995, 6:102-5<br />

70. PlETTE M. “Asbestpollutie”. Belg. Arch. Soc. G<strong>en</strong>” 1979, 37, 626-633<br />

71. PUBLIC HEALTH LABORATORY SERVICE “Fatal neonatal salmonella m<strong>en</strong>ingitis<br />

linked to pet reptile”. Communicable Disease Report CDR Weekly 2000; 10: 49-52<br />

72. PUBLIC HEALTH LABORATORY SERVICE “Baby dies of Salmonella poona<br />

infection linked to pet reptile”. CDR weekly, Communicable Disease Report CDR<br />

Weekly 2000; 10: 161<br />

73. REPORT ON A WHO.WORKING GROUP “Health aspects related to indoor air<br />

quality”. Euro Reports and Studies, 1979, 21<br />

74. SEBBEN J. et al. “Cigarette smoke in <strong>en</strong>closed public facilities”. Arch. Environ.<br />

Health, 1977, 32/2, 53-58<br />

75. SEIFERT B. et al. “Environm<strong>en</strong>tal carcinog<strong>en</strong>s methods of analysis and exposure<br />

measurem<strong>en</strong>t: Volume 12 - Indoor Air”. IARC, Lyon, 1993


76. SLOB R. et al. “Handboek Binn<strong>en</strong>milieu” GG <strong>en</strong> GD Amsterdam, 1996<br />

77. STAIB F. “Mykos<strong>en</strong> durch Pilzspor<strong>en</strong> in der Raumluft”. Zbl. Bakt. Hyg., 1982, 176,<br />

142-154<br />

78. STORR A. “Human aggression”. All<strong>en</strong> Lane The P<strong>en</strong>guin Press, London, 1968 49.<br />

79. TECHNISCH CENTRUM DER HOUTNIJVERHEID “Aanbeveling<strong>en</strong> voor het<br />

neutraliser<strong>en</strong> van gebeurlijke formolhinder uit spaanplat<strong>en</strong> in de omgevingslucht in woon-<br />

<strong>en</strong> leefruimt<strong>en</strong>”. <strong>Brochure</strong> 1/3/1983<br />

80. TESTAANKOOP “Microgolfov<strong>en</strong>s” 1983, 242, 17-19<br />

81. ‘T HOOFT E.N. “Prestatie-eis<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>milieu” TVVL Magazine, 2001, 9, 26-32<br />

82. UK Childhood Cancer Study Investigators “Exposure to power-frequ<strong>en</strong>cy magnetic<br />

fields and the risk of childhood cancer”. The Lancet, 1999, 354:1925-31<br />

83. UYTTENBROECK J. et al. “Vochtproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> schimmelontwikkeling in gebouw<strong>en</strong>”.<br />

N.M.H.-informatieblad, 1984, 62, 4-15<br />

84. UYTTENBROECK J. et al. “Vochthuishouding in gebouw<strong>en</strong>”. Technische voorlichting,<br />

153, W.T.C.B., 1984<br />

85. VAN BRAECKEL D. (red.) “Asbest: veelzijdig maar lev<strong>en</strong>sgevaarlijk” vzw Arbeid<br />

& Milieu, Berchem, 1999<br />

86. VAN BRONSWIJK J “Towards hygi<strong>en</strong>ic standards for allerg<strong>en</strong>icity of the indoor<br />

<strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t”. In Seifert B, Esdorn H, et al, eds. Indoor Air ‘87. Proceedings of the 4th<br />

international confer<strong>en</strong>ce on indoor air quality and climate; 1987 August 17-21; Berlin.<br />

Vol. 2 Berlin, Institute for Water, Soil and Air Hygi<strong>en</strong>e, 1987:747-52<br />

87. VAN DER PLAS M, HOUTHUIJS DJM, DUSSELDORP A, et al. “Magnetische<br />

veld<strong>en</strong> van hoogspanningslijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> leukemie bij kinder<strong>en</strong>”. RIVM Rapport 610050007,<br />

RIVM, Bilthov<strong>en</strong>, 2001<br />

88. VAN DONGEN J, STEENBEKKERS A “Gezondheidsproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> het binn<strong>en</strong>milieu<br />

in woning<strong>en</strong>”. Nederlands Instituut voor Praev<strong>en</strong>tieve Gezondheidszorg, TNO,<br />

Leid<strong>en</strong>, 1993<br />

89. VAN IERLAND J. et al. “Lighting and public health” in Hobson W. “The theory and<br />

practice of public health”. London-Oxford University Press, 1975, 86-106<br />

90. VAN LONDEN J. “Het woonmilieu als bron van psychische traumata” in Westhoff<br />

V. et al. “Het milieu van onze sam<strong>en</strong>leving”. Uitg. Paul Brand, Bussum, 1970<br />

91. VANMARCKE H, “Radon in Belgische woning<strong>en</strong>”, in: SUSANNE C, HENS L, et al<br />

(red), “Kwaliteit van de binn<strong>en</strong>huislucht <strong>en</strong> haar invloed op de m<strong>en</strong>s”, V.U.B., 1988<br />

141


142<br />

92. VAN PELT W, VALKENBURGH A.M. (edit.) “Zoonoses and zoonotic ag<strong>en</strong>ts in<br />

humans, food, animals and feed in the Netherlands 2001”. Keuringsdi<strong>en</strong>st van War<strong>en</strong>,<br />

D<strong>en</strong> Haag<br />

93. VAN POLL R “The Percieved Quality of Urban Resid<strong>en</strong>tial Environm<strong>en</strong>t” Westrom<br />

Drukkerij, Roermond, 1997<br />

90. VAN STRIEN R.T. et al. “Vochtverschijnsel<strong>en</strong> in woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> CARA bij kinder<strong>en</strong>”.<br />

Tijdschr Soc Gezondheidsz, 1994, 72: 186-93<br />

95. VAN WAGENINGN N, WAEGEMAKERS M, et al, “Health complaints and indoor<br />

moulds in relation to moist problems in homes” in: SEIFERT B, ESDORN H, et al (red),<br />

“Indoor Air Volume 1” Berlin, 1987.<br />

96. VAREKAMP H, VOORHORST R, “De invloed van klimaat <strong>en</strong> behuizing op patiënt<strong>en</strong><br />

met asthma bronchiale <strong>en</strong> rhinitis vasomotorica”, Ned Tijdschr G<strong>en</strong>eesk 1961; 105:<br />

2022-8.<br />

97. VAREKAMP H, LEUPEN MJ, “Onderzoeking<strong>en</strong> over het verband tuss<strong>en</strong> vochtigheid<br />

van woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> chronische klacht<strong>en</strong> van de luchtweg<strong>en</strong> bij minderjarig<strong>en</strong>”, Ned<br />

Tijdschr G<strong>en</strong>eesk 1970; 114: 352-6.<br />

98. VERBERK M.M. et al. “Giftige stoff<strong>en</strong> uit het beroep”. Stafleu, Alph<strong>en</strong> a/d Rijn,<br />

1980<br />

99. VERBRUGGEN A. (red.) “ Milieu- <strong>en</strong> natuurrapport Vlaander<strong>en</strong> - Ler<strong>en</strong> om te<br />

ker<strong>en</strong> / MIRA2”, VMM/Garant Leuv<strong>en</strong>-Apeldoorn, 1996<br />

100. VROON P.A. “Ziekmak<strong>en</strong>de gebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> de evolutie van de m<strong>en</strong>s”. Bouwfysica,<br />

1991, 2(2):18-25<br />

101. WESCHLER C.J., HODGSON A.T., WOOLEY J.D. “Indoor Chemistry: Ozone,<br />

Volatile organic compounds and carpets”, Environm<strong>en</strong>tal Sci<strong>en</strong>ce Technology 1992;<br />

26:2371-2377<br />

102. WGO “Air Quality Guidelines for Europe, second edition”, WHO Regional Publications,<br />

European Series N° 91, 2000<br />

103. WGO “Assessm<strong>en</strong>t of Exposure to Indoor Air Pollutants”. , WHO Regional Publications,<br />

European Series N° 78, 1997<br />

104. WGO “Electromagnetic Fields and Public Health”. Fact Sheet N° 263, 2001<br />

105. WGO “Extremely low frequ<strong>en</strong>cy (ELF) fields”, WHO, Environm<strong>en</strong>tal Health Criteria<br />

35, G<strong>en</strong>eva, 1984.<br />

106. WGO “Guidelines for drinking water quality - volume 1: Recomm<strong>en</strong>dations - 2nd<br />

ed”, WHO, G<strong>en</strong>eva, 1993


107. WGO “Guidelines for drinking water quality - volume 2: Health criteria and other<br />

supporting information” WHO, G<strong>en</strong>eva, 1996<br />

+ WGO “Add<strong>en</strong>dum to Volume 2” WHO, G<strong>en</strong>eva, 1998<br />

108. WGO “Magnetic fields”, WHO, Environm<strong>en</strong>tal Health Criteria 69, G<strong>en</strong>eva, 1987.<br />

109. WGO “The Right to Healthy Indoor Air”. Report on a WHO meeting, WHO, Bilthov<strong>en</strong>,<br />

2000<br />

110. WGO “The World Health Report 1998. Life in the 21st c<strong>en</strong>tury. Avision for all”.<br />

WHO, G<strong>en</strong>eva, 1998<br />

111. YOCOM J.E. “Indoor-outdoor air quality relationships”. Journ. Air Poll. Contr.<br />

Ass., 1982, 32, 5, 500-20<br />

143


144<br />

18. BIJLAGEN<br />

18.1. Binn<strong>en</strong>milieubesluit<br />

Besluit van de <strong>Vlaams</strong>e regering van 11 juni 2004 houd<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> tot bestrijding<br />

van de <strong>gezondheid</strong>srisico’s door verontreiniging van het binn<strong>en</strong>milieu (BS 19/10/2004)<br />

Gelet op het decreet van 21 november 2003 betreff<strong>en</strong>de het prev<strong>en</strong>tieve <strong>gezondheid</strong>sbeleid,<br />

inzonderheid op artikel 30, §2, artikel 39, artikel 51, artikel 53 <strong>en</strong> artikel 55;<br />

Gelet op het akkoord van de <strong>Vlaams</strong>e minister, bevoegd voor de begroting, gegev<strong>en</strong> op<br />

22 mei 2004;<br />

Gelet op het advies van de Raad van State, gegev<strong>en</strong> op 11 mei 2004, met toepassing van<br />

artikel 84, §1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wett<strong>en</strong> op de Raad van State;<br />

Op voorstel van de <strong>Vlaams</strong>e minister van Welzijn, Gezondheid <strong>en</strong> Gelijke Kans<strong>en</strong>, van de<br />

<strong>Vlaams</strong>e minister van Won<strong>en</strong>, Media <strong>en</strong> Sport <strong>en</strong> van de <strong>Vlaams</strong>e minister van Leefmilieu,<br />

Landbouw <strong>en</strong> Ontwikkelingssam<strong>en</strong>werking;<br />

Na beraadslaging,<br />

Besluit:<br />

Hoofdstuk I. Definities<br />

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:<br />

1° administratie: de administratie van de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van de <strong>Vlaams</strong>e regering, bevoegd<br />

voor de <strong>gezondheid</strong>szorg;<br />

2° binn<strong>en</strong>milieu: de fysische of chemische factor<strong>en</strong>, of biotische factor<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu,<br />

van de omgeving binn<strong>en</strong>in woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong>;<br />

3° biotische factor<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu:<br />

a) micro-organism<strong>en</strong>, zijnde al dan niet cellulaire microbiologische <strong>en</strong>titeit<strong>en</strong>, met het<br />

vermog<strong>en</strong> tot replicatie of overdracht van g<strong>en</strong>etisch materiaal;<br />

b) allerg<strong>en</strong><strong>en</strong> van biologische oorsprong;<br />

c) andere biologische organism<strong>en</strong> die pot<strong>en</strong>tieel schade kunn<strong>en</strong> toebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aan de<br />

m<strong>en</strong>selijke <strong>gezondheid</strong>;<br />

4° chemische factor<strong>en</strong>: scheikundige stoff<strong>en</strong> die pot<strong>en</strong>tieel schadelijk zijn voor de<br />

<strong>gezondheid</strong> van de m<strong>en</strong>s door hun toxische, mutag<strong>en</strong>e, carcinog<strong>en</strong>e, traumatog<strong>en</strong>e,<br />

teratog<strong>en</strong>e, caustische, allerg<strong>en</strong>e eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, <strong>en</strong>/of door e<strong>en</strong> combinatie van deze<br />

eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>;<br />

5° decreet: het decreet van 21 november 2003 betreff<strong>en</strong>de het prev<strong>en</strong>tieve <strong>gezondheid</strong>sbeleid;<br />

6° fysische factor<strong>en</strong>: natuurkundige verschijnsel<strong>en</strong> die pot<strong>en</strong>tieel schadelijk zijn voor de<br />

<strong>gezondheid</strong> van de m<strong>en</strong>s door hun akoestische, mechanische, thermische of elektromagnetische<br />

eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>, met uitzondering van ioniser<strong>en</strong>de straling;<br />

7° geme<strong>en</strong>telijke huisvestingsambt<strong>en</strong>aar: de door de burgemeester aangestelde technische<br />

ambt<strong>en</strong>aar, belast met aspect<strong>en</strong> van het <strong>won<strong>en</strong></strong>;


8° gewestelijke ambt<strong>en</strong>aar: de ambt<strong>en</strong>aar die door de <strong>Vlaams</strong>e regering wordt aangewez<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong> zijn ambtsgebied belast is met opdracht<strong>en</strong> inzake kwaliteitsbewaking,<br />

zoals bedoeld in titel III van de <strong>Vlaams</strong>e Wooncode;<br />

9° <strong>gezondheid</strong>: toestand van lichamelijk, geestelijk <strong>en</strong> sociaal welbevind<strong>en</strong> bij de m<strong>en</strong>s;<br />

10° interv<strong>en</strong>tiewaarde: meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> maximaal toelaatbaar<br />

risiconiveau, dat behoud<strong>en</strong>s in geval van overmacht, niet mag word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bij overschrijding aanleiding geeft tot prev<strong>en</strong>tieve actie;<br />

11° Logo: e<strong>en</strong> door de <strong>Vlaams</strong>e regering erk<strong>en</strong>d sam<strong>en</strong>werkingsverband voor loco-regionaal<br />

<strong>gezondheid</strong>soverleg <strong>en</strong> –organisatie binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>geslot<strong>en</strong> gebied;<br />

12° medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s: de medewerkers bij de Logo’s belast met tak<strong>en</strong><br />

inzake milieu<strong>gezondheid</strong>;<br />

13° minister: de <strong>Vlaams</strong>e minister, bevoegd voor het <strong>gezondheid</strong>sbeleid;<br />

14° onbewoonbare woning: e<strong>en</strong> woning die op grond van veiligheids- <strong>en</strong>/of <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong><br />

niet meer mag word<strong>en</strong> bewoond;<br />

15° ongeschikt gebouw voor verder publiek gebruik: publiek toegankelijk gebouw dat<br />

gelet de bescherming van de volks<strong>gezondheid</strong> niet mag op<strong>en</strong>staan publiek;<br />

16° publiek toegankelijk gebouw: gebouw of deel van e<strong>en</strong> gebouw dat kracht<strong>en</strong>s zijn<br />

bestemming of vast gebruik functioneel op<strong>en</strong>staat voor het publiek zoals, <strong>en</strong> in eerste<br />

instantie, schol<strong>en</strong>, kinderdagverblijv<strong>en</strong>, buurtc<strong>en</strong>tra;<br />

17° richtwaarde: meetbare grootheid die overe<strong>en</strong>komt met e<strong>en</strong> kwaliteitsniveau van het<br />

binn<strong>en</strong>milieu dat zoveel mogelijk moet word<strong>en</strong> bereikt of gehandhaafd;<br />

18° saneringsmaatregel<strong>en</strong>: interv<strong>en</strong>ties met als doel de <strong>gezondheid</strong>srisico’s door het binn<strong>en</strong>milieu<br />

van woning<strong>en</strong> of van publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong>, weg te nem<strong>en</strong>;<br />

19° de Gezondheidsinpectie: de ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van de administratie onder meer belast met<br />

tak<strong>en</strong> inzake milieu<strong>gezondheid</strong>;<br />

20° woning: elk onroer<strong>en</strong>d goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de<br />

huisvesting van e<strong>en</strong> gezin of alle<strong>en</strong>staande.<br />

Hoofdstuk II. Opdracht <strong>en</strong> doel<br />

Art. 2. Al wie verantwoordelijk is voor de bouw, het onderhoud of de uitrusting van<br />

woning<strong>en</strong> of publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong>, stelt alles in het werk om de <strong>gezondheid</strong>srisico’s<br />

van het binn<strong>en</strong>milieu voor de bewoners of gebruikers maximaal te beperk<strong>en</strong>.<br />

In geval van onzekerheid over het risico van negatieve <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong>, wordt het<br />

voorzorgsprincipe toegepast waarbij er maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> om de kwaliteit van<br />

het binn<strong>en</strong>milieu zo optimaal mogelijk te houd<strong>en</strong>. De maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgewog<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> de waarschijnlijkheid van optred<strong>en</strong> van de vermoede effect<strong>en</strong>, de ernst van de verwachte<br />

effect<strong>en</strong>, de grootte van de blootgestelde populatie <strong>en</strong> de verwachte maatschappelijke<br />

impact van de effect<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of maatregel<strong>en</strong>.<br />

Art. 3. Onverminderd de bepaling<strong>en</strong> van de <strong>Vlaams</strong>e Wooncode, mag het binn<strong>en</strong>milieu<br />

ge<strong>en</strong> duidelijk aanwijsbare <strong>gezondheid</strong>srisico’s inhoud<strong>en</strong>.<br />

Bij de beoordeling van die vereiste wordt onder meer rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de richtwaard<strong>en</strong>,<br />

de interv<strong>en</strong>tiewaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere bepaling<strong>en</strong>, in de bijlage bij dit besluit.<br />

De minister kan, op basis van wet<strong>en</strong>schappelijke gegev<strong>en</strong>s, die bijlage vervolledig<strong>en</strong> of<br />

aanpass<strong>en</strong>.<br />

145


146<br />

Hoofdstuk III. Bevoegdhed<strong>en</strong><br />

Art. 4. Ter uitvoering van artikel 30, §2, van het decreet, word<strong>en</strong> de Logo’s belast met<br />

informer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> voorlicht<strong>en</strong>de tak<strong>en</strong> aangaande het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

Art. 5. §1. De medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s ev<strong>en</strong>als de Gezondheidsinpectie,<br />

zijn bevoegd om e<strong>en</strong> onderzoek in te stell<strong>en</strong> naar pot<strong>en</strong>tiële <strong>gezondheid</strong>srisico’s in <strong>en</strong><br />

<strong>gezondheid</strong>sklacht<strong>en</strong> door het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

Daartoe organiser<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing die het mogelijk maakt om in woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> in<br />

publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onderzoek in te stell<strong>en</strong>.<br />

§2. De medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s <strong>en</strong> de Gezondheidsinpectie informer<strong>en</strong>,<br />

op specifiek verzoek of op eig<strong>en</strong> initiatief, de <strong>gezondheid</strong>swerkers <strong>en</strong> de burgers over de<br />

<strong>gezondheid</strong>srisico’s die verbond<strong>en</strong> zijn aan vorm<strong>en</strong> van vervuiling die aanwezig zijn in<br />

woning<strong>en</strong> of in publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong>.<br />

Zij verstrekk<strong>en</strong> gerichte adviez<strong>en</strong> over het <strong>gezondheid</strong>srisico van e<strong>en</strong> onderzochte woning<br />

of van e<strong>en</strong> publiek toegankelijk gebouw of van onderdel<strong>en</strong> ervan.<br />

§3. de Gezondheidsinpectie kan analyses van relevante stoff<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu uitvoer<strong>en</strong>.<br />

§4. De medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s <strong>en</strong> de Gezondheidsinpectie kunn<strong>en</strong> saneringsmaatregel<strong>en</strong><br />

voorstell<strong>en</strong>.<br />

§5. de Gezondheidsinpectie kan, op basis van de analyse, bedoeld in §3, of op basis van<br />

geobjectiveerde ernstige bedreiging<strong>en</strong> van het binn<strong>en</strong>milieu, e<strong>en</strong> publiek toegankelijk<br />

gebouw kwalificer<strong>en</strong> als ongeschikt voor verder publiek gebruik.<br />

Hoofdstuk IV. Aanvrag<strong>en</strong> voor onderzoek<br />

Art. 6. §1. Geme<strong>en</strong>tebestur<strong>en</strong>, OCMW’s, geme<strong>en</strong>telijke huisvestingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, gewestelijke<br />

ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, <strong>Vlaams</strong>e ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die bevoegd zijn voor het milieu, arts<strong>en</strong>, verpleegkundig<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> maatschappelijk werkers, kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> gemotiveerde aanvraag voor<br />

onderzoek indi<strong>en</strong><strong>en</strong> als bedoeld in artikel 5, §1, aangaande e<strong>en</strong> woning bij het Logo van<br />

het gebied waar de woning zich bevindt.<br />

§2. Arts<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, na voorlegging van e<strong>en</strong> gemotiveerd medisch verslag, ook rechtstreeks<br />

e<strong>en</strong> beroep do<strong>en</strong> op de Gezondheidsinpectie voor e<strong>en</strong> onderzoek van het binn<strong>en</strong>milieu in<br />

de woning van hun patiënt.<br />

§3. Bij de gemotiveerde aanvraag, bedoeld in §1 <strong>en</strong> §2, moet e<strong>en</strong> schriftelijke toestemming<br />

van de bewoner gevoegd word<strong>en</strong>.<br />

§4. E<strong>en</strong> beheerder of gebruiker van publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> kan, in geval van<br />

vermoede <strong>gezondheid</strong>srisico’s die verbond<strong>en</strong> zijn met vorm<strong>en</strong> van vervuiling van het binn<strong>en</strong>milieu<br />

van deze gebouw<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> gemotiveerde aanvraag indi<strong>en</strong><strong>en</strong> bij het Logo van het


gebied waar het publiek toegankelijk gebouw zich bevindt of rechtstreeks bij de Gezondheidsinpectie.<br />

§5. De minister bepaalt nadere regels voor de vorm <strong>en</strong> de inhoud van de aanvraag,<br />

bedoeld in §1, §2 <strong>en</strong> §4, <strong>en</strong> voor de procedure.<br />

Hoofdstuk V. Onderzoek<br />

Art. 7. §1. De medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s zijn verantwoordelijk voor het eerstelijnsonderzoek<br />

van de aanvraag, bedoeld in artikel 6, §1 <strong>en</strong> §4.<br />

Als meer deskundigheid nodig is, kunn<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> beroep do<strong>en</strong> op de Gezondheidsinpectie.<br />

Dat zal steeds gebeur<strong>en</strong> als ook meting<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of laboratoriumtest<strong>en</strong> noodzakelijk zijn.<br />

§2. De medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s <strong>en</strong> de Gezondheidsinpectie bepal<strong>en</strong> op<br />

basis van de aanvraag, bedoeld in artikel 6, §1, §2 of §4, ieder wat hem of haar betreft,<br />

de inhoud van het onderzoek <strong>en</strong> de wijze waarop dat verloopt. Zo nodig gebeurt er e<strong>en</strong><br />

onderzoek ter plaatse.<br />

§3. De onderzoek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> systeem van prioriteitsbepaling,<br />

waarbij voorrang wordt gegev<strong>en</strong> aan de aanvraag betreff<strong>en</strong>de de woning die, of het<br />

gebouw dat, het hoogste <strong>gezondheid</strong>srisico inhoudt.<br />

Art. 8. §1. Onderzoeks- <strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tiekost<strong>en</strong> van de Gezondheidsinpectie <strong>en</strong> van de<br />

medisch milieukundig<strong>en</strong> bij de Logo’s zijn, volg<strong>en</strong>s de beschikbare middel<strong>en</strong> ingeschrev<strong>en</strong><br />

in de begroting, t<strong>en</strong> laste van de <strong>Vlaams</strong>e Geme<strong>en</strong>schap.<br />

De meting<strong>en</strong> <strong>en</strong> de laboratoriumkost<strong>en</strong> zijn, volg<strong>en</strong>s de beschikbare middel<strong>en</strong> ingeschrev<strong>en</strong><br />

in de begroting, t<strong>en</strong> laste van de <strong>Vlaams</strong>e Geme<strong>en</strong>schap, t<strong>en</strong>zij dat anders is overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong><br />

met de aanvrager of met derd<strong>en</strong>.<br />

§2. Als nalatigheid van de bewoner of de eig<strong>en</strong>aar aan de basis ligt van het <strong>gezondheid</strong>srisico<br />

of als de aanvrager van het onderzoek misbruik maakt van de onderzoeksmogelijkhed<strong>en</strong><br />

die dit besluit biedt, word<strong>en</strong> deze kost<strong>en</strong> op de verantwoordelijke persoon verhaald.<br />

Art. 9. De aanvrager ontvangt e<strong>en</strong> rapport met de resultat<strong>en</strong> van het onderzoek.<br />

De bewoner ontvangt e<strong>en</strong> rapport met de resultat<strong>en</strong> van het onderzoek <strong>en</strong> met gemotiveerde<br />

voorstell<strong>en</strong> van saneringsmaatregel<strong>en</strong> om de <strong>gezondheid</strong>srisico’s te beperk<strong>en</strong> of uit<br />

te sluit<strong>en</strong>.<br />

Art. 10. Als blijkt dat de <strong>gezondheid</strong>srisico’s in het binn<strong>en</strong>milieu hun oorsprong vind<strong>en</strong> in<br />

het buit<strong>en</strong>milieu, informeert de Gezondheidsinpectie de <strong>Vlaams</strong>e ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die bevoegd<br />

zijn voor het milieu.<br />

Art. 11. E<strong>en</strong> woning waarin de interv<strong>en</strong>tiewaarde, bedoeld in de bijlage, is overschred<strong>en</strong><br />

of waarin op e<strong>en</strong> andere wijze ernstige <strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de binn<strong>en</strong>milieus word<strong>en</strong><br />

geobjectiveerd, wordt geacht e<strong>en</strong> onbewoonbare woning te zijn.<br />

147


148<br />

Bij de vaststelling van e<strong>en</strong> toestand als bedoeld in het eerste lid, di<strong>en</strong>t de Gezondheidsinpectie<br />

e<strong>en</strong> verzoek tot onbewoonbaarverklaring in bij de burgemeester van de plaats waar<br />

de woning is geleg<strong>en</strong>.<br />

Art. 12. §1. Als in e<strong>en</strong> publiek toegankelijk gebouw e<strong>en</strong> richtwaarde, bedoeld in bijlage<br />

wordt overschred<strong>en</strong>, bezorgt de medisch milieukundige bij de Logo’s of de Gezondheidsinpectie<br />

aan de beheerder e<strong>en</strong> rapport met gemotiveerde aanbeveling<strong>en</strong> om de <strong>gezondheid</strong>srisico’s<br />

te beperk<strong>en</strong> of uit te sluit<strong>en</strong>.<br />

§2. Als in publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> e<strong>en</strong> interv<strong>en</strong>tiewaarde als bedoeld in de bijlage,<br />

wordt overschred<strong>en</strong>, of indi<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> andere wijze ernstige <strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de<br />

binn<strong>en</strong>milieus word<strong>en</strong> geobjectiveerd, bezorgt de Gezondheidsinpectie aan de beheerder<br />

e<strong>en</strong> rapport met de expliciete opdracht om de objectief vastgestelde <strong>gezondheid</strong>srisico’s te<br />

beperk<strong>en</strong> of uit te sluit<strong>en</strong>.<br />

Die opdracht kwalificeert publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> als ongeschikt gebouw voor<br />

verder publiek gebruik of legt op saneringsmaatregel<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> in de<br />

opdracht bepaalde termijn.<br />

§3. E<strong>en</strong> rapport of opdracht betreff<strong>en</strong>de publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> wordt aangetek<strong>en</strong>d<br />

verstuurd naar de beheerder van het gebouw. E<strong>en</strong> afschrift van de opdracht wordt<br />

verstuurd naar de burgemeester van de geme<strong>en</strong>te waar de publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong><br />

zich bevind<strong>en</strong>.<br />

Na ontvangst van het rapport of de opdracht neemt de beheerder e<strong>en</strong> beslissing binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

termijn die in overe<strong>en</strong>stemming is met het vastgestelde risico zoals gemotiveerd in het<br />

rapport.<br />

§4. De beheerder van e<strong>en</strong> publiek toegankelijk gebouw deelt zijn beslissing, g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> op<br />

basis van e<strong>en</strong> rapport of opdracht, mee aan de Gezondheidsinpectie binn<strong>en</strong> vijf werkdag<strong>en</strong><br />

nadat ze is g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

§5. Als de beslissing van de beheerder van e<strong>en</strong> publiek toegankelijk gebouw, volg<strong>en</strong>d op<br />

e<strong>en</strong> opdracht van de Gezondheidsinpectie, niet in overe<strong>en</strong>stemming met deze opdracht is<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, of wanneer binn<strong>en</strong> de in deze opdracht bepaalde termijn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> beslissing is<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, meldt de Gezondheidsinpectie dat aan de burgemeester <strong>en</strong> de minister, <strong>en</strong> maakt<br />

ze dit publiekelijk bek<strong>en</strong>d.<br />

Die melding gebeurt binn<strong>en</strong> dertig dag<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>d op de betek<strong>en</strong>ing van de beslissing,<br />

respectievelijk het verstrijk<strong>en</strong> van de opgelegde termijn.<br />

Hoofdstuk VI. Rapportage<br />

Art. 13. §1. De medisch milieukundige bij de Logo’s bezorgt jaarlijks e<strong>en</strong> rapport over de<br />

aanvrag<strong>en</strong> tot onderzoek <strong>en</strong> over de uitgevoerde onderzoek<strong>en</strong> aan de Gezondheidsinpectie.<br />

§2. de Gezondheidsinpectie publiceert jaarlijks e<strong>en</strong> geanonimiseerd overzichtsverslag<br />

over de aanvrag<strong>en</strong> tot onderzoek <strong>en</strong> over de verrichte onderzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyses aangaande<br />

woning<strong>en</strong> <strong>en</strong> publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong>.<br />

De id<strong>en</strong>titeit van publiek toegankelijke gebouw<strong>en</strong> met <strong>gezondheid</strong>sbedreig<strong>en</strong>de binn<strong>en</strong>milieus<br />

kan op<strong>en</strong>baar word<strong>en</strong> gemaakt.


Hoofdstuk VII. Slotbepaling<strong>en</strong><br />

Art. 14. Dit besluit wordt aangehaald als: het Binn<strong>en</strong>milieubesluit.<br />

Art. 15. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2004.<br />

Art. 16. De <strong>Vlaams</strong>e minister, bevoegd voor het <strong>gezondheid</strong>sbeleid, de <strong>Vlaams</strong>e minister,<br />

bevoegd voor de huisvesting, <strong>en</strong> de <strong>Vlaams</strong>e minister, bevoegd voor het leefmilieu, zijn,<br />

ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.<br />

BIJLAGE<br />

Kwaliteitsnorm<strong>en</strong> voor het binn<strong>en</strong>milieu.<br />

I. Chemische factor<strong>en</strong><br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Uitmiddelingstijd<br />

acetaldehyde ≤ 4600 µg/m³<br />

andere aldehyd<strong>en</strong> (totaal) ≤ 20 µg/m³<br />

asbest 0,1 vezel/cm³<br />

b<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> ≤ 2 µg/m³ 10 µg/m³<br />

formaldehyde ≤ 10 µg/m³ 100 µg/m³ 30 min<br />

koolstofmonoxide ≤ 5,7 mg/m³<br />

24 h<br />

30 mg/m³<br />

1 h<br />

koolstofdioxide ≤ 900 mg/m³<br />

ozon ≤ 110 µg/m³ 8 h<br />

stikstofdioxide ≤ 135 µg/m³ 200 µg/m³ 1 h<br />

tetrachloorethyle<strong>en</strong> ≤ 100 µg/m³<br />

tolue<strong>en</strong> ≤ 260 µg/m³<br />

trichloorethyle<strong>en</strong> ≤ 200 µg/m³<br />

VOS (totaal) ≤ 200 µg/m³<br />

PM2,5 ≤ 15 µg/m³ jaar<br />

PM10 ≤ 40 µg/m³ 24 h<br />

149


150<br />

II Fysische factor<strong>en</strong><br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Uitmiddelingstijd<br />

ELF<br />

- magnetisch veld<br />

temperatuur (T)<br />

– winter<br />

– zomer<br />

tocht – winter<br />

- zomer<br />

≤ 0,2 µT 10 µT<br />

20°C ≤ T < 24°C<br />

22°C ≤ T < 26°C<br />

< 0.10 m/s<br />

< 0,25 m/s<br />

v<strong>en</strong>tilatievoud ≥ 1/h<br />

relatieve vochtigheid (RV) winter 30% ≤ RV < 55%<br />

zomer 30% ≤ RV < 80 %<br />

III Biotische factor<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu<br />

Stof/factor Richtwaarde Interv<strong>en</strong>tiewaarde Uitmiddelingstijd<br />

huisstofmijt ≤ 0,2 mg guanine/g stof<br />

kakkerlak < 1 per gebouw<br />

micro-organism<strong>en</strong> ≤ 500 KVE/m³<br />

mijt<strong>en</strong><br />

- in vloerbedekking<br />

- in bed/meubilair<br />

≤ 10 /g stof<br />

≤ 100 /g stof<br />

rat / muis < 1 per gebouw<br />

schimmels ≤ 200 KVE/m³


18.2. Elem<strong>en</strong>taire norm<strong>en</strong> voor huurwoning<strong>en</strong><br />

Koninklijk Besluit van 8 juli 1997 tot vaststelling van de voorwaard<strong>en</strong> waaraan t<strong>en</strong> minste<br />

voldaan moet zijn wil e<strong>en</strong> onroer<strong>en</strong>d goed dat wordt verhuurd als hoofdverblijfplaats<br />

in overe<strong>en</strong>stemming zijn met de elem<strong>en</strong>taire vereist<strong>en</strong> inzake veiligheid, <strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong><br />

bewoonbaarheid (BS 21/08/1997)<br />

1. DEFINITIES<br />

1.1. woning : e<strong>en</strong> verhuurd gebouwd onroer<strong>en</strong>d goed of gedeelte ervan bestemd als hoofdverblijfplaats<br />

van de huurder.<br />

1.2. woonvertrek : e<strong>en</strong> gedeelte van e<strong>en</strong> woning bestemd om te word<strong>en</strong> gebruikt als keuk<strong>en</strong>,<br />

woon- of slaapkamer.<br />

2. NORMEN<br />

2.1. Vochtigheid<br />

De woning moet vrij zijn van vochtinfiltratie door het dak, de dakgot<strong>en</strong>, de mur<strong>en</strong> of het<br />

buit<strong>en</strong>schrijnwerk alsook van opstijg<strong>en</strong>d vocht via mur<strong>en</strong> of vloer<strong>en</strong> die de <strong>gezondheid</strong> in<br />

het gedrang kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

2.2. Verluchting<br />

De woonvertrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de sanitaire vertrekk<strong>en</strong> zoals de badkamer, de douche <strong>en</strong> het toilet<br />

die niet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verlucht via e<strong>en</strong> raam dat kan word<strong>en</strong> geop<strong>en</strong>d, moet<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste<br />

beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>ing, e<strong>en</strong> verluchtingsrooster of -koker. De vrije oppervlakte van<br />

die op<strong>en</strong>ing, dat rooster of die koker in geop<strong>en</strong>de toestand moet t<strong>en</strong>minste 0,1 % van de<br />

vloeroppervlakte bedrag<strong>en</strong>.<br />

2.3. Verlichting<br />

2.3.1. T<strong>en</strong> minste de helft van de woonvertrekk<strong>en</strong> bestemd om te word<strong>en</strong> gebruikt als<br />

woon- of slaapkamer moet<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> natuurlijke lichtbron. Deze natuurlijke<br />

lichtbron moet t<strong>en</strong> minste 1/12 bedrag<strong>en</strong> van de vloeroppervlakte van dit vertrek. Voor de<br />

kelderwoonvertrekk<strong>en</strong> wordt hiertoe ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met de helft van de v<strong>en</strong>steroppervlakte<br />

onder het grondniveau.<br />

2.3.2. Elk woonvertrek moet elektrisch kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verlicht of t<strong>en</strong> minste voorzi<strong>en</strong> zijn<br />

van e<strong>en</strong> contactpunt voor stroomafname.<br />

2.4. Thermisch comfort<br />

Voldo<strong>en</strong>de verwarmingsmiddel<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> risico inhoud<strong>en</strong> bij normaal gebruik of t<strong>en</strong>minste<br />

de mogelijkheid om één of meer verwarmingstoestell<strong>en</strong> te plaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan te sluit<strong>en</strong>.<br />

151


152<br />

2.5. Verbrandingstoestell<strong>en</strong><br />

Elke warmwaterinstallatie of elk ander verwarmingssysteem dat verbrande gass<strong>en</strong> produceert,<br />

moet voorzi<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> goed functioner<strong>en</strong>d afvoersysteem dat uitgeeft op de<br />

op<strong>en</strong> lucht.<br />

2.6. Sanitair<br />

E<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> toilet in of aansluit<strong>en</strong>d bij het gebouw <strong>en</strong> bruikbaar gedur<strong>en</strong>de het gehele jaar.<br />

Verscheid<strong>en</strong>e woning<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> in hetzelfde gebouw mog<strong>en</strong> het toilet ev<strong>en</strong>wel geme<strong>en</strong>schappelijk<br />

hebb<strong>en</strong> voor zover voldaan is aan de volg<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong>:<br />

- die woning<strong>en</strong> zijn geleg<strong>en</strong> op één of twee aane<strong>en</strong>sluit<strong>en</strong>de woonverdieping<strong>en</strong>;<br />

- hun aantal bedraagt niet meer dan vijf;<br />

- het toilet is toegankelijk via de geme<strong>en</strong>schappelijke del<strong>en</strong>.<br />

2.7. Algem<strong>en</strong>e voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

2.7.1. E<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>, perman<strong>en</strong>t toegankelijk tappunt voor drinkbaar water. Indi<strong>en</strong> het gebouw<br />

verscheid<strong>en</strong>e woning<strong>en</strong> bevat waarvan één of meer geme<strong>en</strong>schappelijke gedeelt<strong>en</strong><br />

gebruikt word<strong>en</strong> voor andere activiteit<strong>en</strong> dan <strong>won<strong>en</strong></strong> <strong>en</strong> slap<strong>en</strong>, dan volstaat de aanwezigheid<br />

van e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk tappunt voor drinkbaar water in de geme<strong>en</strong>schappelijke<br />

del<strong>en</strong>.<br />

2 7.2. E<strong>en</strong> gootste<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> reukafsnijder, aangeslot<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> afvoersysteem dat functioneert.<br />

2.7.3. E<strong>en</strong> perman<strong>en</strong>te toegankelijkheid tot de smeltveilighed<strong>en</strong> van de elektrische installatie<br />

van de woning.<br />

2.7.4. Indi<strong>en</strong> de woning is uitgerust met e<strong>en</strong> gasinstallatie, moet deze goedgekeurd zijn<br />

door e<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>de keuringsinstelling, wanneer e<strong>en</strong> zodanige goedkeuring vereist is kracht<strong>en</strong>s<br />

de geld<strong>en</strong>de regeling, of mag zij bij normaal gebruik ge<strong>en</strong> gevaar oplever<strong>en</strong>.<br />

2.7.5. E<strong>en</strong> elektrische installatie goedgekeurd door e<strong>en</strong> erk<strong>en</strong>de keuringsinstelling, wanneer<br />

e<strong>en</strong> zodanige goedkeuring vereist is kracht<strong>en</strong>s de geld<strong>en</strong>de regeling, of die ge<strong>en</strong><br />

risico inhoudt bij normaal gebruik.<br />

2.8. Veiligheid<br />

2.8.1. Het onroer<strong>en</strong>d goed <strong>en</strong> inzonderheid de fundering, de vloer<strong>en</strong> <strong>en</strong> het timmerwerk<br />

mog<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> uitw<strong>en</strong>dige of inw<strong>en</strong>dige structurele of stabiliteitsgebrek<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> of<br />

andere gebrek<strong>en</strong> zoals scheur<strong>en</strong>, breuk<strong>en</strong>, uitgesprok<strong>en</strong> slijtageverschijnsel<strong>en</strong> of de aanwezigheid<br />

van zwamm<strong>en</strong> of parasiet<strong>en</strong> die de veiligheid of <strong>gezondheid</strong> in het gedrang<br />

kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

2.8.2. De eig<strong>en</strong> woonvertrekk<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> steeds vrij toegankelijk zijn, rechtstreeks via<br />

de op<strong>en</strong>bare weg of onrechtstreeks via e<strong>en</strong> toegang die verscheid<strong>en</strong>e woning<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk<br />

hebb<strong>en</strong> of via e<strong>en</strong> vertrek dat door de bewoners wordt gebruikt voor beroepsdoeleind<strong>en</strong>.<br />

Zij moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong> zodat <strong>en</strong>kel de bewoners toegang<br />

hebb<strong>en</strong>.<br />

2.8.3. De trapp<strong>en</strong> naar de woonvertrekk<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> vast zijn <strong>en</strong> gemakkelijk toegankelijk.<br />

Zij mog<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> risico inhoud<strong>en</strong> bij normaal gebruik.


2.8.4. De woonvertrekk<strong>en</strong>, de trapp<strong>en</strong> naar de woonvertrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uitgang<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />

zodanig geconstrueerd zijn dat zij e<strong>en</strong> snelle <strong>en</strong> gemakkelijke ontruiming van person<strong>en</strong><br />

mogelijk mak<strong>en</strong>.<br />

2.8.5. De op e<strong>en</strong> verdieping geleg<strong>en</strong> v<strong>en</strong>sters <strong>en</strong> deur<strong>en</strong> die uitgev<strong>en</strong> op de buit<strong>en</strong>zijde<br />

van de woning tot op e<strong>en</strong> hoogte van minder dan 50cm van de vloer, moet<strong>en</strong> beveiligd<br />

zijn door e<strong>en</strong> vaststaande leuning.<br />

153


154<br />

18.3 Elem<strong>en</strong>taire norm<strong>en</strong> voor huurkamers<br />

Decreet van 4 februari 1997 houd<strong>en</strong>de de kwaliteits- <strong>en</strong> veiligheidsnorm<strong>en</strong> voor kamers<br />

<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamers (BS 07/03/1997)<br />

1. DEFINITIES<br />

1.1. stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer : elke individuele kamer in e<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis.<br />

1.2.kamer : elk vertrek in e<strong>en</strong> kamerwoning bestemd voor de huisvesting van één of<br />

meerde huurders <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer is.<br />

1.3. kamerwoning : elk gebouw dat bestaat uit één of meer te huur gestelde of verhuurde<br />

kamers.<br />

1.4. stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>huis : elk gebouw of deel van e<strong>en</strong> gebouw waarin één of meer kamers<br />

word<strong>en</strong> te huur gesteld of verhuurd aan één of meer stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

1.5. stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis : elk gebouw of deel van e<strong>en</strong> gebouw dat door één of<br />

meer person<strong>en</strong> integraal wordt gehuurd <strong>en</strong> (onder)verhuurd aan één of meer stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

2. GEMEENSCHAPPELIJKE NORMEN<br />

2.1. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer heeft e<strong>en</strong> minimale hoogte tuss<strong>en</strong> vloer <strong>en</strong> plafond van<br />

twee meter twintig c<strong>en</strong>timeter. Het plafond mag zich in ge<strong>en</strong> geval bevind<strong>en</strong> op minder<br />

dan één meter bov<strong>en</strong> het maaiveld.<br />

2.2. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer beschikt over voldo<strong>en</strong>de verlichtings- <strong>en</strong> verluchtingsmogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer moet rechtstreeks licht <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lucht ontvang<strong>en</strong><br />

door t<strong>en</strong> minste één te op<strong>en</strong><strong>en</strong> verticaal v<strong>en</strong>ster of t<strong>en</strong> minste één te op<strong>en</strong><strong>en</strong> dakv<strong>en</strong>ster.<br />

De onderkant van het raam mag zich op t<strong>en</strong> hoogste één meter twintig bov<strong>en</strong> de<br />

vloer bevind<strong>en</strong>. De oppervlakte van alle v<strong>en</strong>sters mag niet minder bedrag<strong>en</strong> dan 1m². De<br />

breedte <strong>en</strong> de hoogte van elk afzonderlijk v<strong>en</strong>ster of dakv<strong>en</strong>ster mag niet minder bedrag<strong>en</strong><br />

dan 0,5 meter.<br />

2.3. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer beschikt over e<strong>en</strong> wastafel met strom<strong>en</strong>d water, afvoerinrichting<br />

<strong>en</strong> reukafsnijder <strong>en</strong> beschikt over e<strong>en</strong> aansluiting op het elektriciteitsnet.<br />

2.4. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer beschikt over voldo<strong>en</strong>de <strong>en</strong> veilige verwarming of de<br />

nodige toe- <strong>en</strong> afvoerkanal<strong>en</strong>. Als verwarmingsbronn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel in aanmerking: c<strong>en</strong>trale<br />

verwarming, elektrische toestell<strong>en</strong> <strong>en</strong> luchtdichte gastoestell<strong>en</strong> met schoorste<strong>en</strong>- of<br />

gevelafvoer.<br />

2.5. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer is zodanig geleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ingericht dat het respect voor de<br />

individuele lev<strong>en</strong>ssfeer wordt gewaarborgd. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer moet rechtstreeks<br />

toegankelijk zijn <strong>en</strong> niet via e<strong>en</strong> andere kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer.


2.6. E<strong>en</strong> kamerwoning, stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis beschikt per groep of deel van<br />

e<strong>en</strong> groep van zes bewoners of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> wc met waterspoeling <strong>en</strong> reukafsnijder.<br />

2.7. Iedere kamerwoning, ieder stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis moet beschikk<strong>en</strong> over<br />

e<strong>en</strong> ruimte voor het onderhoudsmateriaal.<br />

2.8. De kamer of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer moet voldo<strong>en</strong> aan alle vereist<strong>en</strong> inzake brandveiligheid.<br />

2.9. Iedere kamerwoning, ieder stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis beschikt over e<strong>en</strong> conformiteitsattest.<br />

Dit attest bepaalt het maximaal aantal bewoners per gebouw <strong>en</strong> per kamer, het vermeldt<br />

tev<strong>en</strong>s de richthuurprijs. E<strong>en</strong> afschrift is aangebracht op e<strong>en</strong> zichtbare plaats.<br />

3. SPECIFIEKE NORMEN KAMERS<br />

E<strong>en</strong> kamer waarin ge<strong>en</strong> kookmogelijkhed<strong>en</strong>, noch e<strong>en</strong> bad of stortbad aanwezig zijn, heeft e<strong>en</strong><br />

oppervlakte van t<strong>en</strong> minste 12m² wanneer ze wordt bewoond door één persoon. Deze oppervlakte<br />

wordt verhoogd met 6m² per bijkom<strong>en</strong>de bewoner. De huurders beschikk<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>schappelijke<br />

ruimtes over kookmogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bad of e<strong>en</strong> stortbad. Bij gebrek hieraan di<strong>en</strong><strong>en</strong> deze<br />

voorzi<strong>en</strong> te zijn in de kamer, de minimale oppervlakte wordt in dit geval verhoogd met telk<strong>en</strong>s 3m².<br />

4. SPECIFIEKE NORMEN STUDENTENKAMERS<br />

4.1. Ieder stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis moet beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijke<br />

ruimte. Wanneer deze geme<strong>en</strong>schappelijke ruimte wordt aangew<strong>en</strong>d als keuk<strong>en</strong>, moet de oppervlakte<br />

ervan minst<strong>en</strong>s anderhalve vierkante meter per stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamer bedrag<strong>en</strong>, zonder minder te<br />

mog<strong>en</strong> bedrag<strong>en</strong> dan 6m². De vrije hoogte tuss<strong>en</strong> plafond <strong>en</strong> vloer moet minst<strong>en</strong>s twee meter twintig<br />

c<strong>en</strong>timeter bedrag<strong>en</strong>.<br />

4.2. Ieder stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis moet beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> ruimte voor de berging<br />

van ev<strong>en</strong>veel fiets<strong>en</strong> als er stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>kamers zijn.<br />

4.3. Ieder stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>- of stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong>geme<strong>en</strong>schapshuis moet per groep of deel van e<strong>en</strong> groep van zes<br />

stud<strong>en</strong>t<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> bad of stortbad.<br />

155


156<br />

18.4. Extract uit de <strong>Vlaams</strong>e Wooncode<br />

Decreet van 15 juli 1997 houd<strong>en</strong>de de <strong>Vlaams</strong>e Wooncode (BS 19/08/1997)<br />

1. DEFINITIES<br />

1.1. onaangepaste woning: e<strong>en</strong> woning die niet aangepast is aan de woningbezetting of aan de<br />

fysieke mogelijkhed<strong>en</strong> van bejaard<strong>en</strong> of person<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> handicap.<br />

1.2. onbewoonbare woning: e<strong>en</strong> woning die op grond van veiligheids- <strong>en</strong>/of <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong><br />

niet meer mag word<strong>en</strong> bewoond.<br />

1.3. ongeschikte woning: e<strong>en</strong> woning die niet beantwoordt aan de veiligheids-, <strong>gezondheid</strong>s- of<br />

kwaliteitsnorm<strong>en</strong> van de <strong>Vlaams</strong>e Wooncode of het decreet op de leegstand.<br />

1.4. overbewoonde woning: e<strong>en</strong> woning die onaangepast is op grond van de woningbezetting of<br />

gezinssam<strong>en</strong>stelling <strong>en</strong> waarbij het grote aantal bewoners e<strong>en</strong> veiligheids- <strong>en</strong>/of <strong>gezondheid</strong>srisico<br />

vormt.<br />

1.5. woning: elk onroer<strong>en</strong>d goed of het deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting<br />

van e<strong>en</strong> gezin of alle<strong>en</strong>staande.<br />

2. KWALITEITSBEWAKING<br />

Elke woning moet voldo<strong>en</strong> aan de elem<strong>en</strong>taire veiligheids-, <strong>gezondheid</strong>s- <strong>en</strong> woonkwaliteitsvereist<strong>en</strong><br />

op het vlak van:<br />

- de oppervlakte van de woongedeelt<strong>en</strong>;<br />

- de sanitaire voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (toilet <strong>en</strong> wasgeleg<strong>en</strong>heid);<br />

- de verwarmingsmogelijkhed<strong>en</strong>;<br />

- de verlichting- <strong>en</strong> verluchtingsmogelijkhed<strong>en</strong>;<br />

- de elektrische installatie;<br />

- de gasinstallatie;<br />

- de stabiliteit;<br />

- de toegankelijkheid.<br />

3. CONFORMITEITSATTEST<br />

3.1. Wanneer e<strong>en</strong> huurwoning voldoet aan de elem<strong>en</strong>taire veiligheids-, <strong>gezondheid</strong>s- <strong>en</strong> woonkwaliteitsvereist<strong>en</strong><br />

wordt e<strong>en</strong> attest afgeleverd aan de verhuurder door het college van burgemeester <strong>en</strong><br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong>. Huurder of kandidaat huurder kunn<strong>en</strong> de voorlegging van dit attest eis<strong>en</strong>.<br />

3.2. De burgemeester kan, op advies van de gewestelijk huisvestingsambt<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> woning ongeschikt<br />

of onbewoonbaar verklar<strong>en</strong> op verzoek van iedere<strong>en</strong> die blijk geeft van belang.<br />

3.3. De burgemeester kan, op advies van de gewestelijk huisvestingsambt<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> woning overbewoond<br />

verklar<strong>en</strong> op eig<strong>en</strong> initiatief of op verzoek van de voorzitter van het OCMW.<br />

4. TOEZICHT<br />

Controle op de naleving van deze nieuwe regels gebeurt door de gewestelijke ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>.


18.5. Gezondheidskundige toetsst<strong>en</strong><strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> kwaliteitsvolle<br />

woning<br />

1. DEFINITIES<br />

1.1. woning: elk onroer<strong>en</strong>d goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van<br />

e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong>staande of e<strong>en</strong> gezin.<br />

1.2. gezin: meerdere person<strong>en</strong> die op duurzame wijze in dezelfde woning sam<strong>en</strong><strong>won<strong>en</strong></strong>.<br />

1.3. woonvertrek: e<strong>en</strong> ruimte in de woning, al dan niet geme<strong>en</strong>schappelijk, bestemd om te word<strong>en</strong><br />

gebruikt als woon- of slaapkamer, met uitsluiting van keuk<strong>en</strong>, badkamer,<br />

toilet, wasruimte, bergplaats<strong>en</strong>, garage, kelders, hall<strong>en</strong>, gang<strong>en</strong>, de niet voor bewoning ingerichte<br />

zolders, de onbewoonbare bijgebouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> de lokal<strong>en</strong> voor beroepsbezighed<strong>en</strong>.<br />

1.4. woonkamer: ruimte speciaal ingericht als eet- <strong>en</strong>/of zitkamer.<br />

1.5. slaapkamer: ruimte speciaal ingericht om er te slap<strong>en</strong>.<br />

1.6. keuk<strong>en</strong>: ruimte speciaal ingericht om voedsel te bereid<strong>en</strong>.<br />

1.7. badkamer: ruimte speciaal ingericht voor de verzorging van de lichaamshygiëne.<br />

1.8. onbewoonbare woning: e<strong>en</strong> woning die op grond van <strong>gezondheid</strong>saspect<strong>en</strong> niet meer mag<br />

word<strong>en</strong> bewoond.<br />

1.9. overbewoonde woning: de woning die niet aangepast is aan de woningbezetting <strong>en</strong> waarbii het<br />

grote aantal bewoners e<strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>srisico vormt.<br />

1.10. onaangepaste woning: de woning die niet is aangepast aan de gezinssam<strong>en</strong>stelling.<br />

2. ONBEWOONBARE WONING<br />

2. 1. Vochtigheid<br />

De woning moet vrij zijn van vochtinfiltratie langs dak, dakgot<strong>en</strong>, mur<strong>en</strong> of buit<strong>en</strong>schrijnwerk<br />

ev<strong>en</strong>als van opstijg<strong>en</strong>d vocht via mur<strong>en</strong> of vloer<strong>en</strong> die de <strong>gezondheid</strong> in het gedrang kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

2.2. Verluchting<br />

Ieder woonvertrek, keuk<strong>en</strong>, badkamer <strong>en</strong> toilet heeft e<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>ing voor luchtverversing met<br />

minimaal e<strong>en</strong> compon<strong>en</strong>t voor toevoer van verse lucht <strong>en</strong> e<strong>en</strong> compon<strong>en</strong>t voor afvoer van binn<strong>en</strong>lucht.<br />

De vrije oppervlakte van deze op<strong>en</strong>ing, rooster of koker in geop<strong>en</strong>de toestand moet t<strong>en</strong>minste<br />

0,1% van de vloeroppervlakte bedrag<strong>en</strong>.<br />

2.3. Verlichting<br />

157


158<br />

2.3.1. leder woonvertrek moet voorzi<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> natuurlijke verlichtingsbron. Deze<br />

natuurlijke verlichtingsbron moet t<strong>en</strong>minste 1/12 bedrag<strong>en</strong> van de vloeroppervlakte van dit<br />

vertrek. De v<strong>en</strong>steroppervlakte van de kelderwoonvertrekk<strong>en</strong> wordt slechts in aanmerking<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> vanaf het niveau van het maaiveld.<br />

2.3.2. Alle woonvertrekk<strong>en</strong>, keuk<strong>en</strong>, badkamer, toilet, gang<strong>en</strong> <strong>en</strong> traphal moet<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong><br />

zijn van e<strong>en</strong> elektrisch lichtpunt.<br />

2.4. Thermisch comfort<br />

2.4.1. De woonkamer moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> veilig verwarmingssysteem.<br />

2.4.2. De badkamer moet verwarmd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

2.5. Verbrandingstoestell<strong>en</strong><br />

Verbrandingsgass<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgevoerd via e<strong>en</strong> afzonderlijke schoorste<strong>en</strong>pijp naar de buit<strong>en</strong>lucht,<br />

gaskooktoestell<strong>en</strong> <strong>en</strong> -ov<strong>en</strong>s uitgezonderd. De schacht<strong>en</strong> van deze schoorste<strong>en</strong>pijp<br />

zijn niet gescheurd of verstopt <strong>en</strong> verton<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> splet<strong>en</strong> of barst<strong>en</strong>.<br />

2.6. Algem<strong>en</strong>e voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

2.6.1. Binn<strong>en</strong> de woning is er minst<strong>en</strong>s één perman<strong>en</strong>t toegankelijk aftappunt aanwezig met<br />

water van drinkwaterkwaliteit.<br />

2.6.2. E<strong>en</strong> lucht- <strong>en</strong> waterdicht afvoernet voor afvalwater voorzi<strong>en</strong> van voldo<strong>en</strong>de reukafsluiters<br />

is aanwezig <strong>en</strong> is aangeslot<strong>en</strong> op de op<strong>en</strong>bare riolering of e<strong>en</strong> ander gepast systeem<br />

waarvan de goede werking is verzekerd.<br />

2.6.3. De zekering<strong>en</strong> van de elektrische installatie moet<strong>en</strong> door de bewoners perman<strong>en</strong>t<br />

bereikbaar zijn.<br />

2.6.4. Indi<strong>en</strong> gasinstallaties aanwezig zijn moet<strong>en</strong> deze absoluut veilig zijn.<br />

2.6.5. Binn<strong>en</strong> de woning is er in de keuk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opstelplaats voorzi<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> kooktoestel.<br />

2.6.6. Het binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong> van ratt<strong>en</strong> <strong>en</strong> muiz<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gegaan.<br />

2.7. Sanitair<br />

2.7.1. De woning beschikt over minimaal één afsluitbaar toilet voorbehoud<strong>en</strong> voor de bewoners<br />

in of aansluit<strong>en</strong>d bij het woongebouw <strong>en</strong> bruikbaar gedur<strong>en</strong>de het gehele jaar. Toilett<strong>en</strong><br />

geleg<strong>en</strong> in de woning hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> luchtdichte <strong>en</strong> waterdichte voorzi<strong>en</strong>ing voor de afvoer van<br />

fecaliën <strong>en</strong> zijn voorzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> reukafsnijder <strong>en</strong> waterspoeling.<br />

2.7.2. Iedere woning is uitgerust met e<strong>en</strong> badkamer t<strong>en</strong>minste uitgerust met e<strong>en</strong> wastafel<br />

voorzi<strong>en</strong> van strom<strong>en</strong>d water.<br />

2.8. Minimale oppervlakte woonvertrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> keuk<strong>en</strong><br />

2.8.1. De oppervlakte wordt gemet<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de binn<strong>en</strong>wand<strong>en</strong> op de vloer van de ruimt<strong>en</strong> of<br />

gedeelt<strong>en</strong> van ruimt<strong>en</strong>.<br />

2.8.2. Kom<strong>en</strong> niet in aanmerking voor de berek<strong>en</strong>ing van de oppervlakte de ruimt<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

oppervlakte van minder dan 4m² <strong>en</strong>/of met e<strong>en</strong> niveau dat 1500mm lager is dan het niveau


van de aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de terrein<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of met absoluut ge<strong>en</strong> natuurlijke verlichting <strong>en</strong>/of waarvan<br />

de vrije hoogte kleiner is dan 2200mm.<br />

2.8.3. De som van de oppervlakte van woonkamers, slaapkamers <strong>en</strong> keuk<strong>en</strong>s bedraagt<br />

minimaal 16m² per woning.<br />

3. OVERBEWOONDE WONING<br />

3.1. Berek<strong>en</strong>ing oppervlakte:<br />

De oppervlakte wordt gemet<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de binn<strong>en</strong>wand<strong>en</strong> op de vloer van de ruimt<strong>en</strong> of<br />

gedeelt<strong>en</strong> van ruimt<strong>en</strong>.<br />

Kom<strong>en</strong> niet in aanmerking voor de berek<strong>en</strong>ing van de oppervlakte de ruimt<strong>en</strong> met één<br />

van de volg<strong>en</strong>de k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>:<br />

-e<strong>en</strong> oppervlakte van minder dan 4m²;<br />

-e<strong>en</strong> niveau dat 1500mm lager is dan het niveau van de aangr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>de terrein<strong>en</strong>;<br />

-absoluut ge<strong>en</strong> natuurlijke verlichting;<br />

-e<strong>en</strong> vrije hoogte kleiner dan 2200mm.<br />

3.2. Minimaal bewoonbare oppervlakte:<br />

3.2.1. Wanneer woonkamer, slaapkamer <strong>en</strong> keuk<strong>en</strong> in dezelfde ruimte ver<strong>en</strong>igd zijn,<br />

bedraagt de totale minimale oppervlakte 16m² voor e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong><strong>won<strong>en</strong></strong>de, verhoogd met<br />

6m² voor e<strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>d bewoner.<br />

3.2.2. Wanneer woonkamer <strong>en</strong> keuk<strong>en</strong> in dezelfde ruimte zijn ver<strong>en</strong>igd bedraagt de minimale<br />

oppervlakte van deze ruimte 12m² voor e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong><strong>won<strong>en</strong></strong>de, verhoogd met 2m² per<br />

bijkom<strong>en</strong>d bewoner.<br />

De minimale oppervlakte van de slaapkamer bedraagt 6m² voor één persoon, 8m² voor<br />

twee person<strong>en</strong> <strong>en</strong> 11m² voor drie person<strong>en</strong>. Vanaf de vierde persoon moet e<strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>de<br />

slaapkamer word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>.<br />

3.2.3. Wanneer woonkamer, keuk<strong>en</strong> <strong>en</strong> slaapkamer in aparte ruimt<strong>en</strong> ondergebracht zijn,<br />

bedraagt de minimale oppervlakte van de woonkamer 10m² voor e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong><strong>won<strong>en</strong></strong>de, verhoogd<br />

met 2m² per bijkom<strong>en</strong>d bewoner <strong>en</strong> de minimale oppervlakte van de keuk<strong>en</strong> 4m²<br />

voor e<strong>en</strong> alle<strong>en</strong><strong>won<strong>en</strong></strong>de verhoogd met 1m² per bijkom<strong>en</strong>d bewoner.<br />

De minimale oppervlakte van de slaapkamer bedraagt 6m² voor één persoon, 8m² voor<br />

twee person<strong>en</strong> <strong>en</strong> 11m² voor drie person<strong>en</strong>. Vanaf de vierde persoon moet e<strong>en</strong> afzonderlijke<br />

slaapkamer word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>.<br />

159


160<br />

type<br />

I<br />

II<br />

III<br />

ruimt<strong>en</strong><br />

W/K/S<br />

W/K<br />

S<br />

W<br />

K<br />

S<br />

Tabel 31 : Schema minimale bewoonbare oppervlakte<br />

3.3. Aantal ruimt<strong>en</strong><br />

Vanaf de derde bewoner ouder dan drie jaar moet er e<strong>en</strong> bijkom<strong>en</strong>d woonvertrek<br />

word<strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong>.<br />

4. ONAANGEPASTE WONING<br />

1<br />

16m²<br />

12m²<br />

6m²<br />

10m²<br />

4m²<br />

6m²<br />

W-woonkamer, K-keuk<strong>en</strong>, S-slaapkamer<br />

De slaapkamer is alle<strong>en</strong> toegankelijk via e<strong>en</strong> daghal of via de woonkamer.<br />

2<br />

22m²<br />

14m²<br />

8m²<br />

12m²<br />

5m²<br />

8m²<br />

aantal bewoners<br />

3<br />

16m²<br />

11m²<br />

14m²<br />

6m²<br />

11m²<br />

voor ieder bijkom<strong>en</strong>d<br />

persoon<br />

+ 2m²<br />

+ 2m²<br />

+ 1m²


18.6. Modelvoorschrift stortkoker<br />

Artikel 1. - Verloop, doorsnede <strong>en</strong> ligging van de stortkoker<br />

§1. De stortkoker wordt bij voorkeur aan de buit<strong>en</strong>kant van het gebouw aangebracht.<br />

§2. De as van de stortkoker moet verticaal zijn.<br />

§3. De stortkoker moet e<strong>en</strong> doormeter van minimum 35 cm hebb<strong>en</strong>.<br />

§4. De wand<strong>en</strong> zijn van niet-brandbare material<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> glad binn<strong>en</strong>vlak.<br />

§5. De verluchtingsbuis van de stortkoker moet t<strong>en</strong> minste 1 m bov<strong>en</strong> het dakniveau uitstek<strong>en</strong>.<br />

De hygiëne in het gebouw mag door het afval niet word<strong>en</strong> gestoord.<br />

§6. De stortvaldeurtjes zijn zelfsluit<strong>en</strong>d.<br />

§7. De geluidsverzwakkingsindex van de stortkokerwand<strong>en</strong> behoort tot dezelfde minimumcategorie<br />

als deze van de liftkokerwand<strong>en</strong>, zoals bepaald in de norm NBN S01<br />

400.<br />

Artikel 2. - Stortop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, opvang- <strong>en</strong> bergruimte<br />

§1. De doorsnede van de stortop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> mag niet groter zijn dan 3/4 van die van de<br />

stortkoker <strong>en</strong> de helling van het verbindingsstuk naar de stortkoker moet t<strong>en</strong> minste 45<br />

grad<strong>en</strong> zijn.<br />

§2. Iedere stortkoker moet onderaan uitmond<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d voor het opvang<strong>en</strong><br />

van afval ingerichte ruimte, voldo<strong>en</strong>de om daarin de door de plaatselijke verord<strong>en</strong>ing op<br />

het ophal<strong>en</strong> van het huisvuil voorgeschrev<strong>en</strong> afvalrecipiënt<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> onderbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

§3. De op<strong>en</strong>ing onderaan de stortkoker moet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong>.<br />

§4. De opvangruimte moet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij voorkeur op het gelijkvloers<br />

aangelegd, zodanig dat het verplaats<strong>en</strong> <strong>en</strong> weghal<strong>en</strong> van de afvalrecipiënt<strong>en</strong> op<br />

e<strong>en</strong> hygiënische <strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige manier kunn<strong>en</strong> gebeur<strong>en</strong>. De toegangsweg<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />

afmeting<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> die overe<strong>en</strong>stemm<strong>en</strong> met die van de containers. De helling ervan<br />

moet gering zijn. De bouwplans moet<strong>en</strong> de karakteristiek<strong>en</strong> van de te volg<strong>en</strong> weg naar<br />

de opvangruimte aangev<strong>en</strong>.<br />

Artikel 3. - Verluchting <strong>en</strong> bijzondere voorschrift<strong>en</strong><br />

§1. De afvalstortkokers moet<strong>en</strong> doeltreff<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>tileerd.<br />

§2. In de opvangruimte moet e<strong>en</strong> op de riolering aangeslot<strong>en</strong> <strong>en</strong> van e<strong>en</strong> reukafsluiter<br />

voorzi<strong>en</strong>e lozing aangebracht word<strong>en</strong>, waarlangs bij het reinig<strong>en</strong> het afvalwater kan<br />

word<strong>en</strong> verwijderd.<br />

§3. Het binn<strong>en</strong>oppervlak van de stortkokers moet eff<strong>en</strong> wand<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> bestand zijn<br />

teg<strong>en</strong> normale huishoudelijke afvalstoff<strong>en</strong>.<br />

161


162<br />

§4. De stortkokers <strong>en</strong> hun aanhorighed<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel voor de afvoer van afval word<strong>en</strong> gebruikt. In<br />

ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele omstandigheid mog<strong>en</strong> ze di<strong>en</strong><strong>en</strong> voor het verwijder<strong>en</strong> van rook of voor <strong>en</strong>ig ander doel.<br />

Artikel 4. - Weerstand teg<strong>en</strong> brand<br />

§1. Is de koker binn<strong>en</strong> het gebouw opgesteld, dan hebb<strong>en</strong> de wand<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Rf 1h <strong>en</strong> zelfsluit<strong>en</strong>de<br />

deurtjes Rf 1/2h.<br />

§2. Is de koker buit<strong>en</strong> het gebouw opgesteld met de deurtjes aan de binn<strong>en</strong>zijde, dan hebb<strong>en</strong> zij Rf<br />

1/2 h.<br />

§3. Elk verbindingsstuk tuss<strong>en</strong> deurtje <strong>en</strong> koker heeft Rf 1 h.


19. INHOUDSOPGAVE<br />

1. VOORWOORD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5<br />

2. INLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9<br />

2.1. In t r o d u c t Ie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9<br />

2.2. Fa c t o r e n d Ie d e k w a l I t e I t v a n h e t b In n e n m Il Ie u b e ï n v l o e d e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11<br />

2.2.1. lu c h t k w a l It e It ..................................................................11<br />

2.2.2. th e r m Is c h c o m F o r t . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />

2.2.3. Ge l u Id ........................................................................12<br />

2.2.4. lIc h t . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />

2.2.5. Pr Iv a c y e n v e I l I G h e I d . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12<br />

2.2.6. lI G G In G e n In r Ic h t In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13<br />

2.3. to e z Ic h t o P d e k w a l I t e I t v a n h e t b In n e n m Il Ie u . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14<br />

2.3.1. Pr e v e n t I e d e c r e e t e n b I n n e n m I l I e u b e s l u I t . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14<br />

2.3.2. wIe o n d e r z o e k t? ................................................................15<br />

2.3.3. he t o n d e r z o e k ..................................................................16<br />

3. CHEMISCHE ASPECTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18<br />

3.1. In l e Id In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18<br />

3.2. bo u w m a t e r I a l e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20<br />

3.2.1. vl u c h t I Ge o r G a n Is c h e s t o FF e n (vos) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20<br />

3.2.1.1. Formaldehyde .............................................................21<br />

3.2.1.2. Andere organische bestanddel<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22<br />

3.2.1.2.1. Alkan<strong>en</strong> ..............................................................22<br />

3.2.1.2.1.1. Alifatische alkan<strong>en</strong> ..................................................22<br />

3.2.1.2.1.2. Cyclo-alkan<strong>en</strong> .....................................................23<br />

3.2.1.2.2. Aromatische koolwaterstoff<strong>en</strong> .............................................23<br />

3.2.1.2.2.1. B<strong>en</strong>ze<strong>en</strong> ..........................................................23<br />

3.2.1.2.2.2. Tolue<strong>en</strong> ...........................................................23<br />

3.2.1.2.2.3. Xyle<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23<br />

3.2.1.2.2.4. Overige alkylb<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong>. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24<br />

3.2.1.2.3. Gechloreerde alifatische koolwaterstoff<strong>en</strong> ....................................24<br />

3.2.1.2.4. Gechloreerde b<strong>en</strong>z<strong>en</strong><strong>en</strong> ..................................................24<br />

3.2.2. ve z e l s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25<br />

3.2.2.1. Asbest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .25<br />

3.2.2.2. Synthetische vezels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26<br />

3.2.3. an d e r e a n o r G a n Is c h e e l e m e n t e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26<br />

3.2.3.1. Lood ....................................................................26<br />

3.2.3.2. Kwik .....................................................................29<br />

3.3. ta b a k . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30<br />

3.4. ve r b r a n d In G s P r o d u c t e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31<br />

3.4.1. al G e m e e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31<br />

3.4.2. as F y x a n t I a . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32<br />

3.4.3. ko o l s t o F d Io x Id e (co 2 ) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33<br />

3.4.4. ko o l s t o F m o n o x Id e (co) ..........................................................34<br />

3.4.5. zw a v e l d I o x I d e (so 2 ) .............................................................37<br />

163


164<br />

3.4.6. st I k s t o F o x I d e n (no x ) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37<br />

3.4.7. Po l y c y c l Is c h e a r o m a t Is c h e k o o l w a t e r s t o FF e n ..........................................37<br />

3.5. ko k e n ....................................................................40<br />

3.6. Ga r a G e ...................................................................41<br />

3.7. ho u t v e r d u u r z a m In G ..........................................................42<br />

3.7.1. te e r o l I e .......................................................................42<br />

3.7.2. ho u t v e r d u u r z a m In G s m Id d e l e n In o r G a n Is c h e o P l o s m I d d e l e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42<br />

3.7.2.1. P<strong>en</strong>tachloorf<strong>en</strong>ol ...........................................................42<br />

3.7.2.2. Azaconazole ...............................................................43<br />

3.7.2.3. Tributyltinoxide (TBTO) ......................................................43<br />

3.7.2.4. Tributyltinfosfaat (TBTP). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .43<br />

3.7.2.5. Naft<strong>en</strong>at<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .43<br />

3.7.2.6. Quats . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .43<br />

3.7.3. wa t e r o P l o s b a r e h o u t v e r d u u r z a m In G s m Id d e l e n ..........................................43<br />

3.8. be w o n In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45<br />

3.8.1. re u k h In d e r ....................................................................45<br />

3.8.2. zu u r s t o F v e r b r u Ik, a F G I F t e k o o l s t o F d Io x Id e ............................................46<br />

4. FYSISCHE ASPECTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47<br />

4.1. th e r m Is c h c o m F o r t . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47<br />

4.1.1. In l e Id In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47<br />

4.1.2. lu c h t v o c h t I Gh e Id ................................................................48<br />

4.1.2.1. Hygrothermisch comfort . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .48<br />

4.1.2.2. Aantasting material<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49<br />

4.1.2.3. Oorzak<strong>en</strong> van vocht in huis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .50<br />

4.1.2.3.1. Bodemvocht ...........................................................50<br />

4.1.2.3.2. Lekkagevocht <strong>en</strong> reg<strong>en</strong>doorslag ...........................................50<br />

4.1.2.3.3. Bouwvocht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .51<br />

4.1.2.3.4. Woonvocht <strong>en</strong> oppervlaktecond<strong>en</strong>satie ......................................51<br />

4.1.2.3.5. Vochtige kruipruimte .....................................................52<br />

4.1.2.4. Vocht <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong> ........................................................52<br />

4.1.3. lu c h t t e m P e r a t u u r ...............................................................52<br />

4.1.3.1. Comfort. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52<br />

4.1.3.2. Tochthinder ................................................................54<br />

4.1.4. lu c h t s n e l h e Id ..................................................................54<br />

4.1.5. kl e d In G e n a c t I v I t e I t e n n I v e a u . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .55<br />

4.2. lu c h t v e r v e r s In G ............................................................56<br />

4.2.1. ve n t I l a t I e .....................................................................56<br />

4.3. ve r l Ic h t In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60<br />

4.3.1. da G l Ic h t . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61<br />

4.3.2. ku n s t l Ic h t .....................................................................61<br />

4.4. Ge l u Id ....................................................................62<br />

4.5. Io n Is e r e n d e s t r a l In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64<br />

4.6.nI e t Io n Is e r e n d e e l e k t r o m a G n e t I s c h e s t r a l In G .......................................65<br />

4.6.1. ex t r e e m l a a G F r e q u e n t e e l e k t r o m a G n e t I s c h e s t r a l In G (elF) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .66<br />

4.6.2. ra d Io F r e q u e n t e e l e k t r o m a G n e t I s c h e s t r a l In G (rF) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .69<br />

4.7. Io n I s a t I e ...................................................................71<br />

4.8. oz o n I s a t I e .................................................................72


5. BIOLOGISCHE ASPECTEN ............................................. 73<br />

5.1. In l e Id In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73<br />

ta b e l 22 : wa t e r a c t I v I t e I t e n G r o e I m Ic r o-o r G a n I s m e n (43) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74<br />

5.2. huIsmIjt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74<br />

5.3. hu Is d Ie r e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75<br />

5.3.1. al l e r G Is c h e a a n d o e n In G e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .75<br />

5.3.2. dI e r e n b e t e n ....................................................................76<br />

5.3.3. In F e c t I e z I e k t e n ..................................................................77<br />

5.3.3.1. Ringworminfecties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .78<br />

5.3.3.2. Spoelworminfectie (toxocariasis) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .79<br />

5.3.3.3. Salmonellose <strong>en</strong> andere gastro-<strong>en</strong>teritid<strong>en</strong> .......................................80<br />

5.3.3.4. Toxoplasmose .............................................................81<br />

5.4. on G e d Ie r t e . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84<br />

5.5. sc h Im m e l s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 86<br />

5.6. mIc r o b Ië l e v e r o n t r e In I G In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88<br />

5.6.1. al G e m e e n ......................................................................88<br />

5.6.2. le G Io n e l l a .....................................................................90<br />

5.7. bIo c Id e n ...................................................................92<br />

5.8. Pl a n t e n ...................................................................93<br />

6. SANITAIRE VOORZIENINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94<br />

6.1. dr I n k w a t e r ................................................................94<br />

6.1.1. le I d I n G w a t e r ...................................................................94<br />

6.1.2. Pu t w a t e r . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .94<br />

6.1.3. re G e n w a t e r . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .96<br />

6.1.4. wa t e r v e r z a c h t e r s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .96<br />

6.1.5. zo n n e-e n e r G Ie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .96<br />

6.2. hu Is h o u d e l Ij k a F v a l ..........................................................97<br />

6.2.1. me n s e l I j k a F v a l .................................................................97<br />

6.2.2. aF v a l w a t e r ....................................................................97<br />

6.2.3. va s t h u Is v u Il . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .98<br />

6.2.4. bI o b a k ........................................................................98<br />

7. PSYCHO-SOCIALE ASPECTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99<br />

7.1. be w o n In G s d Ic h t h e Id ..........................................................99<br />

7.2. Pr a k t Is c h e b e n a d e r In G .......................................................100<br />

8. GEBOUW GERELATEERDE KLACHTEN ................................. 101<br />

9. VEILIG THUIS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103<br />

9.1. veIlIG h u Is ................................................................103<br />

9.1.1. Ga r a G e ......................................................................103<br />

9.1.3. be r G r u Im t e n, t u In h u Is j e, z o l d e r . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104<br />

9.1.4. wo o n r u Im t e n, h u I s k a m e r, s l a a P k a m e r . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104<br />

9.1.5. ke u k e n ......................................................................105<br />

9.1.6. ba d k a m e r, t o Il e t ...............................................................105<br />

165


166<br />

9.1.7. ke l d e r . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106<br />

9.1.8. tr a P P e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106<br />

9.2. do e-h e t-z e l F ..............................................................106<br />

10.1. ru w b o u w ................................................................108<br />

10.2. ve r w a r m In G ..............................................................108<br />

10. OUDERDOM EN HANDICAP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108<br />

10.3. ve r l Ic h t In G . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109<br />

10.4. ve r l u c h t In G ..............................................................109<br />

10.5. sa n I t a I r .................................................................109<br />

10.6. ke u k e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109<br />

10.7. co m m u n Ic a t Ie .............................................................110<br />

11. TOETSINGSWAARDEN EN NORMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111<br />

11.1. ch e m Is c h e F a c t o r e n ........................................................112<br />

11.2. Fy s I s c h e F a c t o r e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117<br />

11.3. bIo t Is c h e F a c t o r e n In h e t b In n e n m Il Ie u . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119<br />

12. SAMENVATTENDE MATRIX . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122<br />

13. NUTTIGE ADRESSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124<br />

14. GEBRUIKTE EENHEDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128<br />

15. COURANTE AFKORTINGEN .......................................... 129<br />

16. VERKLARENDE WOORDENLIJST ..................................... 131<br />

17. BIBLIOGRAFIE ..................................................... 136<br />

18. BIJLAGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 144<br />

18.1. bIn n e n m Il Ie u b e s l u It . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 144<br />

Hoofdstuk I. Definities ..........................................................144<br />

Hoofdstuk II. Opdracht <strong>en</strong> doel ...................................................145<br />

Hoofdstuk III. Bevoegdhed<strong>en</strong> .....................................................146<br />

Hoofdstuk IV. Aanvrag<strong>en</strong> voor onderzoek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .146<br />

Hoofdstuk V. Onderzoek ........................................................147<br />

Hoofdstuk VI. Rapportage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .149<br />

Hoofdstuk VII. Slotbepaling<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .149<br />

BIJLAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .149<br />

I. Chemische factor<strong>en</strong> ..........................................................149<br />

II Fysische factor<strong>en</strong> ............................................................150<br />

III Biotische factor<strong>en</strong> in het binn<strong>en</strong>milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .150<br />

18.2. el e m e n t a I r e n o r m e n v o o r h u u r w o n In G e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 151<br />

1. DEFINITIES ................................................................151<br />

2. NORMEN ..................................................................151<br />

2.1. Vochtigheid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .151<br />

2.2. Verluchting .............................................................151


2.3. Verlichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .151<br />

2.4. Thermisch comfort .......................................................151<br />

2.5. Verbrandingstoestell<strong>en</strong>. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .152<br />

2.6. Sanitair ................................................................152<br />

2.7. Algem<strong>en</strong>e voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .152<br />

2.8. Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .152<br />

18.3 el e m e n t a I r e n o r m e n v o o r h u u r k a m e r s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 154<br />

1. DEFINITIES ................................................................154<br />

2. GEMEENSCHAPPELIJKE NORMEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .154<br />

3. SPECIFIEKE NORMEN KAMERS ...............................................155<br />

4. SPECIFIEKE NORMEN STUDENTENKAMERS ....................................155<br />

18.4. ex t r a c t u It d e vl a a m s e wo o n c o d e. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 156<br />

1. DEFINITIES ................................................................156<br />

2. KWALITEITSBEWAKING ......................................................156<br />

3. CONFORMITEITSATTEST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .156<br />

4. TOEZICHT .................................................................156<br />

18.5. Ge z o n d h e Id s k u n d I Ge t o e t s s t e n e n v o o r e e n k w a l I t e I t s v o l l e w o n In G .....................157<br />

1. DEFINITIES ...............................................................157<br />

2. ONBEWOONBARE WONING .................................................157<br />

2. 1. Vochtigheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .157<br />

2.2. Verluchting ............................................................157<br />

2.3. Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .157<br />

2.4. Thermisch comfort ......................................................158<br />

2.5. Verbrandingstoestell<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .158<br />

2.6. Algem<strong>en</strong>e voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> ..................................................158<br />

2.7. Sanitair . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .158<br />

2.8. Minimale oppervlakte woonvertrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> keuk<strong>en</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .158<br />

3. OVERBEWOONDE WONING .................................................159<br />

3.1. Berek<strong>en</strong>ing oppervlakte: ..................................................159<br />

3.2. Minimaal bewoonbare oppervlakte: .........................................159<br />

3.3. Aantal ruimt<strong>en</strong> ..........................................................160<br />

4. ONAANGEPASTE WONING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .160<br />

18.6. mo d e l v o o r s c h r I Ft s t o r t k o k e r ................................................161<br />

Artikel 1. - Verloop, doorsnede <strong>en</strong> ligging van de stortkoker ...........................161<br />

Artikel 2. - Stortop<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, opvang- <strong>en</strong> bergruimte .................................161<br />

Artikel 3. - Verluchting <strong>en</strong> bijzondere voorschrift<strong>en</strong> ..................................161<br />

Artikel 4. - Weerstand teg<strong>en</strong> brand ..............................................162<br />

19. INHOUDSOPGAVE .................................................. 163<br />

lI j s t b o x e n . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 166<br />

lI j s t F I Gu r e n ..................................................................167<br />

lI j s t t a b e l l e n .................................................................167<br />

ov e r d e a u t e u r s ...............................................................170<br />

167


168<br />

Lijst box<strong>en</strong><br />

Box 1 : WGO beginsel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gezonde binn<strong>en</strong>lucht (104) ...................................................... 6<br />

Box 2 : WGO-definitie volks<strong>gezondheid</strong> (105) ................................................................................ 9<br />

Box 3 : Voorwaard<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> goede woning .............................................................................. 10<br />

Box 4 : Raadgeving voor e<strong>en</strong> gezonde woning ............................................................................. 13<br />

Box 5 : Lev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> stofzuigerzak (82) ........................................................................................ 73<br />

Box 6 : Voorwaard<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> gezonde woning (96) ................................................................. 101<br />

Lijst figur<strong>en</strong><br />

Figuur 1 : Sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> risiconiveaus <strong>en</strong> milieukwaliteitsdoelstelling<strong>en</strong> (95) ...................... 7<br />

Figuur 2: Overlijd<strong>en</strong>s door CO-intoxicatie (Vlaander<strong>en</strong>, 1990-2003)..........................................16<br />

Figuur 3 : Schematische weergave van e<strong>en</strong> dosis-effectcurve ...................................................... 18<br />

Figuur 4 : Loodopname bij kinder<strong>en</strong> ............................................................................................ 26<br />

Figuur 5 : Vere<strong>en</strong>voudigde schematische weergave van het loodmetabolisme van e<strong>en</strong><br />

volwass<strong>en</strong> Europeaan ................................................................................................. 27<br />

Figuur 6 : Bindingscurve O 2 <strong>en</strong> CO van het bloed. ..................................................................... 35<br />

Figuur 7 : Enkele zeer kankerverwekk<strong>en</strong>de PAKs ........................................................................ 38<br />

Figuur 8: Modelmatige relatie blootstelling aan lawaai <strong>en</strong> <strong>gezondheid</strong>seffect<strong>en</strong> ........................62<br />

Figuur 9: Elektromagnetische straling ......................................................................................... 65<br />

Lijst tabell<strong>en</strong><br />

Tabel 1 : Sam<strong>en</strong>vatting emissies <strong>en</strong>kele constructiematerial<strong>en</strong> (84) ............................................ 20<br />

Tabel 2 : Normale sam<strong>en</strong>stelling van de lucht in de atmosfeer .................................................... 33<br />

Tabel 3 : Overzicht van de effect<strong>en</strong> van CO (94) .......................................................................... 34<br />

Tabel 4 : Verband COHb-gehalte in het bloed <strong>en</strong> de CO-conc<strong>en</strong>tratie in de<br />

inademingslucht <strong>en</strong> de blootstellingsduur (94) .............................................................. 36<br />

Tabel 5 : Relatie temperatuur - relatief vocht (RV) (61) ............................................................... 48<br />

Tabel 6 : Woonvocht in cijfers (37)(84) ........................................................................................ 51<br />

Tabel 7 : PMV*-waard<strong>en</strong> (98) ...................................................................................................... 53<br />

Tabel 8 : Prestatie-eis<strong>en</strong> voor het thermisch binn<strong>en</strong>klimaat (77) ................................................. 54<br />

Tabel 9 : Luchtsnelheid (richtwaard<strong>en</strong> uit DIN 1946) .................................................................. 55<br />

Tabel 10 : Gemiddelde waard<strong>en</strong> kledingisolatie ........................................................................... 55<br />

Tabel 11 : Gemiddelde temperatuur <strong>en</strong> minimum v<strong>en</strong>tilatie per vertrek ....................................... 57<br />

Tabel 12 : Praktische tips voor v<strong>en</strong>tiler<strong>en</strong> <strong>en</strong> lucht<strong>en</strong>. .................................................................. 59<br />

Tabel 13 : Licht <strong>en</strong> kleur (22) ........................................................................................................ 60<br />

Tabel 14 : Kleurtemperatuur (22) ................................................................................................. 60<br />

Tabel 15 : Verlichtingssterkte (22) ................................................................................................ 61<br />

Tabel 16 : Geluidsnorm<strong>en</strong> Varem II, bijlage 2.2.2 ........................................................................ 63<br />

Tabel 17 : De gemiddelde 226 Rn <strong>en</strong> 232 Th-activiteit van bouwmaterial<strong>en</strong> in België (87) ............... 64


Tabel 18 : Schatting magnetisch veld in de buurt van huishoudapparat<strong>en</strong> (52) .......................... 66<br />

Tabel 19 : Acute effect<strong>en</strong> van elektrische strom<strong>en</strong> in het m<strong>en</strong>selijk lichaam (29) ........................ 67<br />

Tabel 20 : Schatting magnetisch veld in de buurt van e<strong>en</strong> hoogspanningslijn (41) ..................... 68<br />

Tabel 21 : Blootstellingsnorm<strong>en</strong> radiofrequ<strong>en</strong>te straling ............................................................. 70<br />

Tabel 22 : Wateractiviteit <strong>en</strong> groei micro-organism<strong>en</strong> (40) .......................................................... 74<br />

Tabel 23 : Infectieziekt<strong>en</strong> overgedrag<strong>en</strong> van huisdier<strong>en</strong> op de m<strong>en</strong>s (12)(14) ............................. 78<br />

Tabel 24 : Veel voorkom<strong>en</strong>de plaagdierproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat je eraan kan do<strong>en</strong> ............................. 85<br />

Tabel 25 : Interpretatie voorkom<strong>en</strong> van schimmel in woning<strong>en</strong> ................................................... 86<br />

Tabel 26 : Interpretatie voorkom<strong>en</strong> van bacteriën in woning<strong>en</strong> ................................................... 89<br />

Tabel 27 : Kiemgetal grondwater (10) .......................................................................................... 95<br />

Tabel 28: Bezettingsnorm voor zelfstandige woning<strong>en</strong> (55) ....................................................... 100<br />

Tabel 29: Bezettingsnorm voor niet-zelfstandige woning (kamer) (55) ...................................... 100<br />

Tabel 30 : Gezondheidseffect<strong>en</strong> gerelateerd aan het binn<strong>en</strong>milieu ............................................ 123<br />

Tabel 31 : Schema minimale bewoonbare oppervlakte ............................................................... 160<br />

169


170<br />

Over de auteurs<br />

Gerrit Tilborghs is milieu<strong>gezondheid</strong>skundige bij Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong> - Team Milieu<strong>gezondheid</strong>szorg.<br />

Dirk Wildemeersch is milieu-arts <strong>en</strong> afdelingshoofd van de afdeling Toezicht Volks<strong>gezondheid</strong>.<br />

Ko<strong>en</strong> De Schrijver is van opleiding sociaal g<strong>en</strong>eeskundige <strong>en</strong> als doc<strong>en</strong>t verbond<strong>en</strong> aan de opleiding<br />

milieukunde van de UA. Hij is <strong>gezondheid</strong>sinspecteur <strong>en</strong> di<strong>en</strong>sthoofd van de Afdeling Toezicht<br />

Volks<strong>gezondheid</strong> Antwerp<strong>en</strong> waarbij de diverse aspect<strong>en</strong> van de volks<strong>gezondheid</strong> aan bod kom<strong>en</strong>,<br />

zowel infectieuze als toxicologische.


Sam<strong>en</strong>stelling<br />

<strong>Vlaams</strong>e overheid<br />

Ministerie van Welzijn, Volks<strong>gezondheid</strong> <strong>en</strong> Gezin<br />

Ag<strong>en</strong>tschap <strong>Zorg</strong> <strong>en</strong> Gezondheid<br />

Verantwoordelijk uitgever<br />

Chris Vander Auwera<br />

Koning Albert II-laan 35 bus 33<br />

1030 Brussel<br />

Grafische vormgeving<br />

Departem<strong>en</strong>t Di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> voor het Algeme<strong>en</strong> Regeringsbeleid<br />

Afdeling Communicatie<br />

Suzie Favere<br />

Druk Drukkerij Michiels, Booischot<br />

Depotnummer D/2009/3241/042<br />

Uitgave 2009<br />

175

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!