Anton Tsjechov - Zeeland Nazomerfestival
Anton Tsjechov - Zeeland Nazomerfestival
Anton Tsjechov - Zeeland Nazomerfestival
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
S U B U R B I A .nl<br />
www. T H E A T E R G R O E P<br />
OOM<br />
<strong>Anton</strong><br />
<strong>Tsjechov</strong><br />
WANJA<br />
Regie<br />
Albert<br />
Lubbers
‘Je moet toch wel<br />
een hersenloze barbaar<br />
zijn, om al dat<br />
moois in je kachel te<br />
<strong>Anton</strong> <strong>Tsjechov</strong><br />
verbranden en iets<br />
te vernietigen, wat nooit meer<br />
terug zal komen. In plaats<br />
van zijn verstand en talent te<br />
gebruiken om iets te maken<br />
en te onderhouden, heeft de<br />
mens alleen maar vernietigd.<br />
Er zijn steeds minder bossen,<br />
de rivieren drogen op, het wild<br />
sterft uit. En iedere dag wordt<br />
de aarde armer en lelijker.’<br />
Uit: Oom Wanja<br />
OOM WANJA - <strong>Anton</strong> <strong>Tsjechov</strong><br />
Regie en vertaling Albert Lubbers<br />
Dramaturgie Alex Mallems<br />
Oom Wanja Wim Danckaert<br />
Astrow Mathias Sercu<br />
Sonja Jessica Zeylmaker<br />
Maria Els Ingeborg Smits<br />
Jelena Angelique de Bruijne<br />
Professor Serebrjakow Wim van der Grijn<br />
Telegin Willem Schouten<br />
Marina Ingeborg Uyt den Boogaard<br />
Knecht Guillaume Ramaekers<br />
Decor Marlies Schot<br />
Kostuums Dorien de Jonge<br />
Lichtontwerp Reinout Hofman<br />
Regie-assistentie en inleiding Guillaume Ramaekers<br />
Techniek Arne Haijtink (Evelements)<br />
Grafisch ontwerp Studio Ron van Roon<br />
Fotografie affiche Jaap Vrenegoor<br />
Scènefotografie Claudia Kamergorodski<br />
Russisch diner Marijn Klaver (Klaver Catering)<br />
Productieleiding Josta Visser<br />
Publiciteit Tim Beldman<br />
Assistentie publiciteit Iris Schiffers<br />
Zakelijke leiding Jort Vlam<br />
Artistieke leiding Albert Lubbers
U Negen BENT redenen<br />
MIJN om van <strong>Tsjechov</strong><br />
MOEDER te houden<br />
150 Jaar geleden werd de Russische<br />
verhalen- en toneelschrijver <strong>Tsjechov</strong> geboren.<br />
Tegenwoordig is hij nog steeds één van de<br />
modernste auteurs ter wereld.<br />
Door Elke Schmitter<br />
Vertaling Chiara Tissen
Bovenal: Iemand die vrouwen begrijpt. Van zijn moeder hield<br />
1 hij. Zijn vader, voor wie hij als kind doodsbang was, verachtte<br />
hij uiteindelijk. Maar omdat hij eigenlijk niet in staat was tot totale<br />
verachting, heeft hij zich ten slotte aan de mannelijke zwakheden<br />
gewijd. En wel met zoveel begrip, dat ook mannen van hem houden.<br />
Niet op de laatste plaats de grote ego’s die het theater bestieren,<br />
de regisseurs. Hij is een schrijver die iedereen begrijpt en die<br />
door iedereen begrepen wordt.<br />
2<br />
Zoveel gebeurt er niet in zijn stukken. Een heel klein beetje<br />
intrige, een sluipend faillissement, vergeefse liefde, af en toe<br />
een schot (achter de deur). Tussendoor: eten en drinken. Wodka<br />
en thee. Gepraat. De tijd tikt langzaam verder. Als een Masja, een<br />
Sonja of Jelena aan het raam staat en de tuin inkijkt, dan is het<br />
heel stil om haar heen wanneer ze zegt: ‘Het regent.’ Het regent,<br />
dat betekent zoveel als: Niet de tijd vergaat, in de provincie, maar<br />
het leven. Het betekent dat het verschrikkelijk is voor een vrouw om<br />
aan het raam te staan en naar het weer te kijken. Maar beter zo,<br />
met de rug naar de anderen toe, dan het gezelschap te moeten aanschouwen:<br />
de ouderwordende echtgenoot, de beschonken dokter,<br />
de verdrietige oom. Het regent: Daarbuiten gebeurt iets. Het regent:<br />
Je kan er niet uit. Het regent: Dat getik gaat op je zenuwen werken.<br />
Het regent: Vertroebeld uitzicht, geen uitzicht. Het regent: Dat kan je<br />
tenminste zeggen zonder tirades te hoeven houden of diepzinnigheid<br />
te veinzen. Het regent: Luistert er eigenlijk wel iemand naar me?<br />
Niet alleen regisseurs, ook toneelspelers houden van hem. Je kan<br />
zoveel doen met zijn zinnen. Vooral met die heel eenvoudige. Met zinnen<br />
die mensen zeggen wanneer ze niet meer weten hoe nu verder.<br />
Hij is een toneelspelers-auteur.<br />
3<br />
Hij kende ze goed, zijn mensen. Aanvankelijk omdat het van<br />
levensbelang was. Zijn vader was een strenggelovig despoot;<br />
het aan zien komen van diens driftbuien kon hem wellicht voor pijn<br />
behoeden. ‘Ik herinner me: mijn vader begon me op te voeden, of<br />
liever gezegd te slaan toen ik nog geen vijf jaar oud was. Hij kastijdde<br />
me met een roe, trok me aan m’n oren, sloeg me tegen mijn<br />
hoofd en iedere morgen als ik wakker werd, was het eerste wat ik<br />
dacht: word ik vandaag geslagen?’<br />
Angst leert je goed te kijken en te luisteren, te voorvoelen. Vijf<br />
broers en zussen, hij ertussen. In zo’n klein huis, dat je overal het<br />
kermen kan horen. Je merkt hoe verschillend mensen zijn. Je ziet<br />
wat hen irriteert, waar ze verlegen van worden of opgewonden, je<br />
leert om hun stemming te ruiken. Alleen laat zo’n kind zich later<br />
nauwelijks zonder verwondering aanraken.’ Ik ben als kind zo weinig<br />
geliefkoosd, dat ik, nu ik volwassen ben, vriendelijkheid als iets<br />
ongewoons, iets buitensporigs ervaar.’ Hij kende ze goed, zijn mensen.<br />
Zoals hij het leven kende. Hij is een realistisch auteur.
4<br />
Elke vorm van ellende was hem vertrouwd. ‘Wat adellijke<br />
schrijvers van nature meekrijgen, daarvoor betalen mensen<br />
zonder rang of titel met de prijs van hun jeugd. Schrijft u daar toch<br />
eens een verhaal over’, raadde een collega hem aan (en bedoelde<br />
zichzelf), ‘ hoe een jonge man, zoon van een lijfeigene die zelf een<br />
of andere klungelige winkelbediende was, koorknaap, Gymnasiast<br />
en student, opgevoed tot eerbied voor belangrijke mensen, tot het<br />
kussen van papenhanden, tot een buiging voor andersdenkenden, tot<br />
dankbaarheid voor elk stukje brood, die vaak in elkaar geslagen is,<br />
die zonder overschoenen naar school ging, die gevochten heeft, dieren<br />
mishandeld, die graag bij rijke familieleden ging eten, die zonder<br />
noodzaak huichelde tegenover God en de mensen, alleen maar vanuit<br />
het bewustzijn van zijn minderwaardigheid – schrijft u, hoe deze<br />
man druppelsgewijs het slaafse uit zichzelf perst en hoe hij op een<br />
mooie ochtend wakker wordt en merkt dat er door zijn aderen geen<br />
slavenbloed meer, maar echt, menselijk bloed vloeit.’ Lang duurde<br />
het niet. Als medicijnenstudent schreef hij al voor literaire tijdschriften,<br />
vooral korte verhalen en humoresken, wel zo’n honderd per jaar.<br />
Zijn humor werd subtieler met de tijd, maar galgenhumor werd het<br />
nooit, noch werd hij door wrok geleid. Zijn talent werd erkend; op<br />
zijn 28ste ontving hij de Pushkinprijs. Hij genoot van het succes voor<br />
zover dat ging. (niet zo heel ver.) Hij was een bescheiden auteur.<br />
5<br />
Hij ging niet alleen met collega-schrijvers om. Als arts<br />
bestreed hij met succes een cholera-epidemie, tegen hongersnood<br />
organiseerde hij hulpacties. Als bekroond schrijver reisde hij<br />
in z’n eentje naar Siberië. Maandenlang trok hij door sneeuwstormen<br />
en moerassen om het gevangeneneiland Sachalin te bezoeken,<br />
de bewoners te behandelen en om te documenteren hoe de<br />
mensen er afgeranseld werden en hoe ze in hun ketenen crepeerden.<br />
Van het schandaal maakte hij ‘een Schandaal’. Dat was zijn<br />
antwoord op de beroemde Russische vraag: ‘wat kunnen we eraan<br />
doen?’ (‘Tschto djelat?’). Hij is een nauwkeurig auteur.
6<br />
Nooit schreef hij propaganda, ook niet voor het leven zelf. Wie<br />
hem verweet dat het in zijn literatuur aan deugd, mooie zonsondergangen<br />
en aan parels ontbrak, antwoordde hij: ‘Mee eens,<br />
parels zijn prachtig maar een schrijver is toch geen banketbakker<br />
of kapper, of cabaretier.’<br />
Bij sommige van zijn komedies zit je te huilen in de zaal. Daartegenover<br />
staat weer dat je om andere gebeurtenissen, die in wezen<br />
diep tragisch zijn, vaak moet glimlachen en soms zelfs schateren.<br />
Hij is een merkwaardig auteur.<br />
7<br />
Zijn ironie werkt nog steeds. Hoewel zijn personages mijlenver<br />
van ons verwijderd lijken: De vermoeide Russische adel,<br />
de versmaadde meisjes, corrupte ambtenaren, de salonfilosofen en<br />
officieren, de voedsters en lakeien, de arme boeren en ongelukkige<br />
echtgenotes - , zijn het zielsverwanten. Verveling en rusteloosheid,<br />
gedweep met de natuur, een vaag maar indringend verlangen naar<br />
‘verwerkelijking’. Met een champagneglas in de hand, afkeer hebben<br />
voor alles wat modern is, dat alles kennen wij net zo goed als<br />
de verwondering over hoe goed we het eigenlijk hebben terwijl de<br />
wereld om ons heen uiteenvalt.<br />
Hij is een modern auteur.<br />
8<br />
Hij schrijft uitsluitend mooie zinnen, laconiek, stil, niet<br />
protserig. In de Humoresken voor de krant leerde hij de kunst<br />
van het weglaten; dat heeft hij volgehouden. In zijn stukken speelt<br />
het meeste zich tussen de zinnen af. Ook in ‘Oom Wanja’.<br />
Jelena: wat een heerlijk weer vandaag… niet te heet…’<br />
(pauze)<br />
Wanja: mooi weer om je op te hangen.<br />
(Telegin stemt zijn gitaar. Marina loopt om het huis en lokt de kippen.)<br />
Marina: kiep, kiep, kiep.<br />
Hij is een onverbiddelijk auteur.<br />
9<br />
Hij was dol op zijn personages, ook al laat hij ze drinken en<br />
zwetsen of spartelen in hun eigen halfslachtigheid. Zijn theatermensen<br />
ontwikkelen zich niet. Ze zijn met zichzelf bezig, ruziën<br />
hier en daar, verbazen zich, praten een beetje en keren zich weer<br />
in zichzelf. Hij is hun dokter. Hij kan ze niet genezen, maar beschrijft<br />
hun ziekten en hun onvolmaakte troost.<br />
Ook deze dialoog staat in ‘Oom Wanja’:<br />
Sonja: Ik ben lelijk.<br />
Jelena: Je hebt heel mooi haar.<br />
Sonja: Nee! Als een vrouw lelijk is, dan zeggen ze tegen haar: ‘je<br />
hebt hele mooie ogen, je hebt heel mooi haar’…Ik hou al zes jaar<br />
van hem…<br />
Hij begrijpt vrouwen.
In Melichowo, April 1897<br />
<strong>Anton</strong> <strong>Tsjechov</strong> is de dichter van de ontgoocheling en de onttovering,<br />
van het twijfelen en het talmen. Een levensschets van deze grote<br />
Russische schrijver, bij zijn 150ste geboortedag.<br />
Voor altijd, wellicht<br />
Door Mathias Greffrath • Vertaling Chiara Tissen<br />
Het pure Azië! Zo’n Azië, dat ik mijn ogen niet geloof.<br />
60.000 inwoners houden zich bezig met eten, drinken<br />
en paren. Andere interesses – geen… Ze zijn allemaal<br />
muzikaal, hebben fantasie, esprit, zijn nerveus, gevoelig, maar<br />
dat gaat allemaal zinloos verloren… Tien jaar nadat hij Taganrog in<br />
het voorjaar van 1877 met zijn diploma op zak verlaten had, keerde<br />
Doctor in de Medicijnen <strong>Anton</strong> <strong>Tsjechov</strong> nog één keer terug naar de<br />
stad waar hij op 17 januari 1860 geboren was. Het was geen sentimental<br />
journey maar een reis ondernomen uit vermoeidheid, uit de<br />
melancholie van het succes, gedreven door de angst verslonden te<br />
worden.<br />
De verhalen, die hem zo geliefd maakten bij de lezers van de Petersburger<br />
Nieuwe Tijden sprankelden niet meer zo als in de voorgaande<br />
jaren. Zijn zogenaamde ‘ontwikkelde’ vriendinnen verweten<br />
hem deze half dubbelzinnige vertellingen en misdaadverhalen. Een<br />
bekend romancier, die hij als arts behandelde, waste hem de oren:<br />
Hij mocht zijn talent niet vergooien. Ik was als door de bliksem<br />
getroffen. En zoals altijd knaagde de familie aan hem: de eeuwige<br />
huwelijksperikelen en de drankzucht van zijn broer Alexander en de<br />
verslaving van zijn Broer Nikolaj, die in de ondergrondse leefde. Allemaal<br />
hadden ze geld nodig. Geld, geld en nog eens geld.
Taganrog is een prachtige stad. Als ik zo’n getalenteerd Architect<br />
was als u, zou ik haar afbreken. De door Russen, Grieken en Armeniërs,<br />
door handelaren, matrozen en boeren bevolkte havenstad aan<br />
de Zee van Asow was in verval. Twee decennia lang had <strong>Tsjechov</strong>s<br />
vader, de zoon van een vrijgekochte lijfeigene, er een kruidenierswinkel<br />
gedreven. Pawel <strong>Tsjechov</strong>, een magere kletsmajoor, had weinig<br />
zakelijk talent. Tegenover zijn klanten hield hij moraliserende praatjes,<br />
zijn vrouw noemde hem ‘Hoogheid’. Zijn leerknechten, die vijf<br />
jaar lang zonder loon, in stofjassen zonder zakken voor hem werkten,<br />
mishandelde hij zo erg, dat de bedienden ingrepen – bij zijn zonen<br />
had hij de vrije hand.<br />
‘Tirannie en leugens hebben onze kindertijd misvormd’<br />
Na schooltijd stonden de kinderen achter de toonbank om haring<br />
en muizenvallen te verkopen. Of de specialiteit van het huis, het<br />
medicament ‘vogelnest’; een mengsel van minerale olie, strychnine<br />
en een of andere bijtende oplossing, dat als vruchtafdrijvend middel<br />
verkocht werd. Toen Pawel <strong>Tsjechov</strong> een keer een rat in de olijfolie<br />
vond, was hij te gierig om de olie weg te gooien en te lui om het op<br />
te warmen en te zeven. Maar hij was ook weer te vroom om niets te<br />
doen, dus liet hij een priester komen, die toen maar alles zegende.<br />
Tirannie en leugens hebben onze kindertijd zo misvormd, dat ik<br />
misselijk word, als ik eraan terugdenk. Eén passie had deze kleinzerige<br />
tiran evenwel toch: kerkmuziek. Toen er geen vrouwenstemmen<br />
te vinden waren voor het koor van de Hoefsmid, waarvan hij dirigent<br />
was, rekruteerde hij zijn zonen, die vanaf toen op zondagmorgen<br />
met hun blote knieën op de koude plavuizen moesten zingen; ze<br />
zongen zo mooi, dat men de ouders <strong>Tsjechov</strong> benijdde. En het resultaat?<br />
Ik ben niet gelovig.<br />
De school werd voor <strong>Tsjechov</strong> en zijn broers hun toevluchtsoord.<br />
Daar werd niet geslagen, daar leerden ze andere kinderen met een<br />
ander soort ouders kennen. De priester, die godsdienstonderwijs gaf<br />
– de kunst om levendige taal<br />
in een elegante vorm te gieten,<br />
heb ik van hem, was een kindervriend,<br />
die de catechismus<br />
links liet liggen en over Goethe,<br />
Shakespeare en Pushkin vertelde<br />
en die een abonnement had op<br />
satirische tijdschriften uit Sint<br />
Petersburg, de enige drukwerken<br />
in het hele tsaristische rijk<br />
waarin vrij geschreven mocht<br />
worden. <strong>Tsjechov</strong> hield tot aan<br />
zijn dood contact met hem.<br />
Een oom nam de jonge scholier Jalta, 1894<br />
mee naar het theater. <strong>Anton</strong><br />
schreef kluchten voor amateurs, was geliefd bij zijn welgestelde vrouwelijke<br />
medeleerlingen. Zijn eerste overleverde tekst schreef hij op een<br />
tuinhek. Een kritisch bericht in krijt aan het buurkind: Veeg de melk<br />
toch van je mond,/ kortgerokte, onbekende dichteres!/ Ga met je<br />
poppen spelen, / je verzen zijn niet ritmisch en niet rond.<br />
In april 1876 vluchtte vader <strong>Tsjechov</strong> in het holst van de nacht de<br />
stad uit, om aan schuldeisers en schande te ontsnappen. Hij dook<br />
in Moskou onder bij zijn oudste zonen en haalde later zijn vrouw en<br />
de jongste kinderen op. <strong>Anton</strong>, net 16, handelde de zaken met de<br />
schuldeisers af, gaf bijles, deed de winkel van de hand en stuurde<br />
geld naar Moskou. Toen hij zelf eenmaal in Moskou aan zijn medicijnenstudie<br />
begon, werd hij kostwinner voor het hele gezin. Bovendien<br />
werd hij het opperhoofd: de grote broers, getalenteerd, maar onevenwichtig,<br />
waren niet opgewassen tegen de verhuizing naar de metropool.<br />
Alexander probeerde schrijver te worden, werd douanebeambte<br />
en verviel tot drankzucht; Nikolaj, de schilder en tekenaar, raakte
<strong>Tsjechov</strong> in zijn werkkamer, Jalta 1900<br />
verloren tussen de Bohémiens. Beiden waren ze, evenals de rest van<br />
de familie, gedurende hun hele leven van <strong>Anton</strong> afhankelijk.<br />
Hij schreef, alleen voor het geld. Eerst satirische en sentimentele<br />
artikelen: over de Mimmi’s en de Fannie’s in de achterkamertjes van<br />
het variété, over burgermansbruiloften in de provincie en over het<br />
dubieuze amusement van de Moskouse middenklasse. Hij schreef<br />
snel en licht, aan de keukentafel, ’s nachts, na de colleges en de<br />
lijkschouwingen in de armenafdelingen van de ziekenhuizen. Door<br />
de journalistiek ontwikkelde hij gevoel voor dialoog: voor die tussen<br />
boeren, handelaren, professoren en adellijken. En hij kreeg oog voor<br />
bijzonderheden. Bij hem, zo zal later in de Meeuw, de romantische<br />
Kostja over de geroutineerde Trigorin zeggen, heb je niet het schitterende<br />
licht van de sterren…, bij hem flikkert de scherpe rand van<br />
een kapotgeslagen fles – en klaar is de nacht vol maneschijn. Zijn<br />
toekomst zag hij nog altijd als arts; de literatuur was zijn minnares,<br />
de geneeskunde zijn echtgenote.<br />
Zijn toon veranderde. In drie verhalen uit deze jaren zijn al de contouren<br />
van het <strong>Tsjechov</strong>-universum te ontwaren: De Steppe, de<br />
Aanval en Een Saaie Geschiedenis. De eerste novelle verhaalt over<br />
een lange reis door het oneindige Russische landschap, waarbij<br />
een jongen met een kinderlijke, alles in zich opnemende blik in de<br />
opwindende, onbegrijpelijke wereld van de volwassenen verkeert.<br />
De tweede gaat over het zedelijk instorten van een student, die na<br />
een zorgeloze toer langs de bordelen van Moskou in een psychose<br />
terechtkomt. Ten slotte Een Saaie Geschiedenis. De levensschets<br />
van een beroemd arts, voor wie alles verbrokkelt, omdat aan alle<br />
gedachten en gevoelens en denkbeelden, die ik over alles gevormd<br />
heb iets gemeenschappelijks ontbreekt, wat dit allemaal tot een<br />
geheel zou kunnen maken. Elk gevoel en elke gedachte bestaat<br />
afzonderlijk in mij,… niets van wat men een algemeen ideaal of de<br />
God van de levende mensen noemt. En als dat niet voorhanden is,<br />
dan is er helemaal niets voorhanden. Ook tegenover de enige die<br />
hem dierbaar is, zijn pupil, uit hij zich niet. En, wat nog erger is, hij<br />
kan ook de jonge vrouw geen raad geven die hem in de grootste vertwijfeling<br />
vraagt: wat moet ik doen? ‘Op mijn woord van eer, Katja,<br />
ik weet het niet…’ Ik kijk haar aan en schaam me dat ik gelukkiger<br />
ben dan zij. … het ontbreken van datgene wat de collegae filosofen<br />
de Idee noemen, heb ik pas kort voor de dood gemerkt…, maar de<br />
ziel van dit arme mensenkind heeft nooit enig toevluchtsoord gekend<br />
en zal die haar leven lang ook niet kennen. ‘Hoeveel van uw<br />
mentale inrichting is nog onbeschadigd’ vraagt Virginia Woolf zich af<br />
in een Essay, ‘nadat u Een Saaie Geschiedenis gelezen heeft?’<br />
De onttovering van het beschermende vaderland; de ziel die in verwarring<br />
gebracht kan worden door een overvloed aan gevoeligheid;<br />
de vervreemding van naasten, van zichzelf; de verbrokkeling van<br />
kennis en van gevoelens – dat zijn de <strong>Tsjechov</strong>iaanse motieven die<br />
de 20 ste eeuw aankondigen. Hij toont ze koel; hij kent geen excuus<br />
voor het ongeluk, geen ‘kwade genius’, geen ‘structurele macht’. Er
zijn (in ieder geval niet in de verhalen) geen dramatische sensaties.<br />
Hij ontkent een grote Catharsis zoals het Laatste Oordeel, maar zaait<br />
daarentegen onzekerheid. Laat ons ontredderd achter.<br />
De mensen gaan niet naar de Noordpool. Ze gaan naar kantoor,<br />
maken ruzie met hun vrouw en eten soep. <strong>Tsjechov</strong>s mensen zijn<br />
eenzaam, maar geen zelfmoordenaars; wanhopig, maar ook weer<br />
makkelijk af te leiden van hun ellende; verhard, maar nooit versteend.<br />
Ze weten hoe het zit, maar ze doen niets. Ze vertrekken…<br />
maar nooit helemaal.<br />
Van Ivanov, de held uit zijn eerste toneelwerk, die verward tegen<br />
het verwijt dat hij harteloos zou zijn, inbrengt: kan best, kan best.<br />
U als buitenstaander ziet dat waarschijnlijk duidelijker…, tot aan<br />
de Bruid in <strong>Tsjechov</strong>s gelijknamige laatste vertelling, die haar koffer<br />
pakt om te vertrekken, voor altijd…nam ze aan. In deze dramaturgie<br />
van besluiteloosheid, van twijfel, van dralen, van hang naar bevrijding<br />
en van zelfoverschatting is <strong>Tsjechov</strong> onze tijdgenoot.<br />
Hij vereert Tostoj, waardeert Gorki, maar hij gelooft niet in de<br />
Russische Intelligentsia.<br />
<strong>Tsjechov</strong>, als arts, wist sinds zijn 24 ste levensjaar, dat tuberculose<br />
- toen nog een ongeneeslijke ziekte - zijn lichaam aanvrat. Ook zijn<br />
broer Nikolaj leed aan tuberculose en stierf in 1889. De geliefde oudere<br />
broer, die veel van de verhalen van zijn jongere broer geïllustreerd<br />
had. <strong>Tsjechov</strong>, toen 30 jaar oud, forceerde een breuk. Tegen de raad<br />
van zijn artsen, het protest van zijn uitgever en tot verdriet van enige<br />
liefhebbende en geliefde jonge dames, ging hij op reis naar het eiland<br />
Sachalin. Naar deze Goelag in het uiterste oosten van het Russische<br />
rijk werden criminelen, onaangepasten en oppositievoerders verbannen.<br />
Sachalin is de plek van het meest onverdraaglijke lijden waartoe<br />
een vrij of onvrij mens in staat is.<br />
Een half jaar was hij onderweg, <strong>Tsjechov</strong>. Drie jaar lang verwerkte hij<br />
de 10.000 systeemkaarten waarop hij de levens van de gevangenen<br />
<strong>Tsjechov</strong> met L.S. Misinowa,<br />
Melichowo, Mei 1897<br />
daar had gedocumenteerd. De<br />
gegevens over hun voeding en<br />
hun ziekten had hij bijgehouden,<br />
maar ook informatie over details<br />
van executies en over de incompetentie<br />
en de indolentie van de<br />
Gouverneurs. Uiteindelijk schreef<br />
hij een sociaalwetenschappelijke<br />
reportage in kil helder proza. Het<br />
boek had zijn werking. De regering stuurde een onderzoekscommissie,<br />
<strong>Tsjechov</strong> zamelde geld in, en zorgde voor boeken in de bibliotheek en<br />
op de scholen van Sachalin.<br />
Vanaf die tijd tonen de foto’s een in zichzelf gekeerde, iele <strong>Tsjechov</strong>.<br />
En het <strong>Tsjechov</strong>-lachje verschijnt waarover Samuel Beckett zou zeggen:<br />
there never was a smile like his. Hij heeft nog 14 jaar te leven.<br />
Ten zuiden van Moskou kocht hij voor zichzelf en zijn familie het<br />
kleine landgoed Melichowo. Hij plantte bomen en struiken, werkte<br />
onbezoldigd in het ziekenhuis, vocht tegen cholera en hongersnood.<br />
Hij zette zich in voor zijn jonge collegae, leende geld en financierde<br />
ook een bibliotheek voor Taganrog. Hij vluchtte weg van het klimaat<br />
en van zijn familie, naar de zwarte zee, naar Nice, naar Biarritz.<br />
Help! Veel te veel Russen hier. Ook Poliakov (de spoorwegmiljonair)<br />
en zijn familie. Zowel de oude als de jonge Russische mannen hebben<br />
gezichten als van fretten, de vrouwen gaan nog wel. De hoeren<br />
hier zijn afstotelijk, gierig en schaamteloos – en voor de respectabele<br />
familievaders, die hier heen gekomen zijn om van hun werk<br />
uit te rusten is het moeilijk om zich in te houden en niet onhebbelijk<br />
te worden. Poliakow ziet erg bleek.
<strong>Tsjechov</strong> met met zijn Frau Olga<br />
L. Knipper, Jalta 1902<br />
Zijn plezier aan satire, aan<br />
stekeligheden, aan plagen aan<br />
onzin, die hem sinds zijn graffiti<br />
op het tuinhek zo inspireerde,<br />
verliet hem niet. En ook niet<br />
zijn hang naar gezelligheid,<br />
naar goed eten en het werken<br />
in de tuin. ‘Hij was vriendelijk,<br />
maar gereserveerd’ schrijft Iwan<br />
Bunin, zijn dierbaarste gesprekspartner van de laatste jaren. ‘Niet<br />
alleen in de omgang met mij, maar vooral ook met de mensen die<br />
hem zeer nabij waren, [en dat] betekende, zoals later bleek, geen<br />
onverstoorbaarheid, maar iets veel en veel groters.<br />
Hij vereerde Tolstoj, maar hij was geen Tosltojaan. Hij waardeerde<br />
Gorki, maar hij sloot zich niet bij een politieke beweging aan. Ik<br />
geloof niet in onze ‘intelligentsia’ die huichelachtig, onoprecht<br />
en lui zijn. Ik geloof er niet in wanneer zij zich beklagen, want<br />
hun onderdrukkers komen uit dezelfde gelederen… Zolang ze nog<br />
studeren zijn ze eerlijk en goed, maar ze zouden niet volwassen<br />
moeten worden. Onze hoop op de toekomst van Rusland gaat op in<br />
rook….Zomerhuisbezitters… Zonen van dit tijdperk.<br />
Zijn teksten van de laatste jaren zijn van een ondragelijke lichtheid;<br />
De toestanden in Rusland, waar het verstand slechts in het gekkenhuis<br />
overleven kan, vertaald naar het verhaal Ziekenzaal Nr. 6. De<br />
jonge advocaat Wladimir Iljitsch Uljanov (later bekend als Lenin) werd<br />
helemaal naar bij het lezen van dit verhaal. ’Ik had het gevoel dat ik<br />
zelf in deze ziekenzaal was opgesloten.’ Het zijn treurige romances en<br />
absurde histories, zoals die over grafkistenmaker Jakov, die iedere dag<br />
dat hij niet werkt nauwkeurig als ‘verlies’ te boek stelt. Die opgelucht<br />
sterft omdat hij dood meer rendabel is, dan levend.<br />
En natuurlijk zijn grote toneelwerken: Oom Wanja, de Meeuw, Drie<br />
zusters, de Kersentuin – stukken over de teloorgang van de oude en de<br />
hoop op een nieuwe tijd en over de rare spartelingen van mensen die<br />
voor die langverwachte nieuwe tijd eigenlijk veel te moe zijn. <strong>Tsjechov</strong>s<br />
blik is mild maar messcherp. Hij laat het over aan het publiek, aan de<br />
regisseur en de acteurs: of het eeuwige ‘geeft niet’ van oom Wanja, de<br />
113 keer ‘maakt niet uit’ in de Drie Zusters, het gejeremieer over voorbije<br />
levens of omgehakte Kersenbomen droevig of, melancholisch is ,<br />
of verachtelijk. Of dat het nou eenmaal de uitdrukking van de eeuwige<br />
condition humaine is. Is dit het eind van een tijdperk, of het begin?<br />
Voor het verscheiden drinkt hij nog een laatste glas champagne<br />
Hij hield van het theater, ook en misschien vooral vanwege de actrices.<br />
De schrijver <strong>Tsjechov</strong> heeft zichzelf opgesplitst tussen de genres:<br />
de verhalende vorm is de wettelijk echtgenote, de dramatische<br />
een luide, brutale en vermoeiende geliefde. Eén verhaal illustreert<br />
wat het schrijven nou eigenlijk voorstelt. Het is het verhaal over een<br />
student, die twee arme boerinnen op goede vrijdag het verhaal vertelt<br />
van Petrus verraad en van zijn verdriet daarover in de tuin van<br />
Gethsemane. De student wordt vervuld van een geluksgevoel als hij<br />
de ontsteltenis van de twee vrouwen bemerkt; De tranen van Petrus<br />
en die van de boerinnen laten zien: dat het verleden door een keten<br />
van gebeurtenissen met het heden verbonden is, waar weer zoveel<br />
dingen uit voortkomen. En hij dacht eraan, dat de waarheid en de<br />
schoonheid, die samen het menselijk leven in de tuin en bij de<br />
hogepriesters bepaald hadden, zich ononderbroken tot vandaag de<br />
dag aan toe voortzetten en blijkbaar het belangrijkste zijn in het<br />
leven van mensen op deze aarde.<br />
De waarheid en de schoonheid van het menselijk leven – zetelen die<br />
in verraad en de tranen daarover? Sean O’Casey, de Ierse vrijheidsstrij-
der, socialist en toneelschrijver, heeft <strong>Tsjechov</strong> een ‘Bisschop zonder<br />
mijter’ genoemd. Dat lijkt te duiden op een soort aardse metafysica,<br />
die zich verre houdt van hel en verdoemenis, maar die eenvoudigweg<br />
weet dat verraad tot het menselijk leven behoort. Alleen maar omdat<br />
we aardig gevonden willen worden. Door de wereld, door onze naasten<br />
en door onszelf. Omdat we nou eenmaal moeten gehoorzamen<br />
aan onze gevoelens en ons verstand. En niet te vergeten aan onze<br />
wensen en overtuigingen. Daaruit komt toch nooit een consequent<br />
leven te voorschijn? Een leven zonder tegenstrijdigheden?<br />
Het beroep van de schrijver is het om daarover te vertellen. Over<br />
verraad en de tranen over het verraad, opdat we aandachtig blijven.<br />
Want, zo zegt een van zijn helden: Het leven herhaalt zich niet, je<br />
moet er voorzichtig mee omgaan.<br />
<strong>Tsjechov</strong> was een goed mens. Zo wordt het de kinderen verteld, die<br />
het museum in Melichowo bezoeken. Het zou goed zijn, noteerde hij<br />
in zijn opschrijfboekje, als ieder van ons een school of een waterput<br />
of zoiets zou achterlaten, opdat zijn leven niet onopgemerkt voorbij<br />
gaat en in de eeuwigheid oplost. Het zou goed zijn – <strong>Tsjechov</strong> was<br />
een beleefd mens.<br />
Op 2 juli 1904, om twee uur ’s nachts, bestelt de Kuurarts van Badenweiler<br />
champagne voor de kamer van Dr. <strong>Anton</strong> <strong>Tsjechov</strong>. Onder<br />
collegae weet men wat dat betekent. <strong>Tsjechov</strong> ‘ging rechtop zitten en<br />
zei ‘ik sterf’, daarop nam hij het glas, draaide zijn hoofd naar me<br />
toe, lachte zijn wonderlijke lachje en zei ‘ik heb zo lang geen champagne<br />
gedronken’. Hij dronk het glas rustig leeg, ging stil op zijn<br />
linkerzij liggen en was al snel voor altijd verstomd’. Zo beschrijft de<br />
actrice Olga Knipper, met wie hij in zijn laatste levensjaren een temperamentvol<br />
huwelijk op afstand leidde, zijn sterven. Zijn doodskist<br />
werd in een koelwagon voor oesters naar Moskou vervoerd.<br />
De schrijver is publicist en woont in Berlijn.<br />
Stadsboerderij<br />
Theatergroep Suburbia maakt jaarlijks een toneelvoorstelling op<br />
Stadslandgoed de Kemphaan. Dit jaar wordt <strong>Tsjechov</strong>’s meesterwerk<br />
Oom Wanja gespeeld. Suburbia gebruikt de nieuwe boerenschuur<br />
van de Stadsboerderij op het stadslandgoed als decor voor deze<br />
voorstelling. Een locatie waar het verhaal van Oom Wanja, dat zich<br />
op het platteland afspeelt, volledig tot zijn recht komt. Vanaf het<br />
eerste gesprek met stadsboeren Tineke van den Berg en Tom Saat<br />
hebben zij enthousiast meegeholpen om Oom Wanja in hun nieuwe<br />
schuur te kunnen spelen en het decor mogelijk te maken.<br />
De stadsboerderij is een biologisch bedrijf met koeien, akkerbouw<br />
en groenteteelt. De weiden en de akkers zijn te vinden in en rondom<br />
Almere. De boer beheert op milieuvriendelijke wijze de groene ruimte<br />
van Almere, en Almere levert zo akkergronden aan de Stadsboerderij.<br />
Maar de Stadsboerderij is meer dan een landbouwbedrijf. Door<br />
activiteiten op het gebied van educatie, zorg en onderzoek wil de<br />
Stadsboerderij bewoners betrekken bij het boerenwerk, hen bewust<br />
maken van de waarde van de aarde en zinvol werk bieden.<br />
Meer informatie: www.stadsboerderijalmere.nl<br />
Bezoekers zijn<br />
welkom om een<br />
kijkje te nemen in<br />
de stal of het vlees<br />
van de eigen koeien<br />
te kopen. Elke<br />
laatste zondag van<br />
de maand houden<br />
(hulp)boeren vanaf<br />
14.00 uur koeien-<br />
praatjes in de stal.
In elk programmaboekje vragen wij onze acteurs die dingen die je een<br />
acteur niet hoort te vragen, maar waar iedereen nieuwsgierig naar is.<br />
DE VERBODEN<br />
doe<br />
VRAAG:Wat<br />
je het laatste<br />
halfuur, voordat de<br />
voorstelling begint?<br />
Wim Danckaert<br />
Hoe frisser<br />
de kop, hoe<br />
fijner de<br />
voorstelling.<br />
Een kleine tien jaar geleden speelde ik mee in het stuk Zomergasten<br />
van Maxim Gorki bij het Belgische toneelgezelschap De Tijd. Onderweg<br />
naar de Haarlemse Toneelschuur stonden we zo verschrikkelijk<br />
lang in de file dat de voorstelling eigenlijk al begonnen had moeten<br />
zijn toen we in Haarlem arriveerden. Elke acteur stapte in zijn of<br />
haar kostuum, en ging onmiddellijk het podium op. Het was waarschijnlijk<br />
één van de beste en meest frisse voorstellingen die ik ooit<br />
heb gespeeld.<br />
Alles wat je moet weten voor het spelen van een goede voorstelling<br />
neem je mee uit de repetities. Daarop moet je vertrouwen. En elke<br />
avond opnieuw moet HET gebeuren. Hoe frisser de kop, hoe fijner<br />
de voorstelling. Heilige rituelen een half uur voor aanvang zijn aan<br />
mij niet besteed...
Niets, stil zijn<br />
of ijsberen in ‘t<br />
donker achter<br />
het toneel.<br />
Wim van der Grijn<br />
Niets, stil zijn of ijsberen in ‘t donker achter het toneel.<br />
Best gezellig<br />
eigenlijk zo<br />
een half<br />
uurtje voor de<br />
voorstelling.<br />
Mathias Sercu<br />
Eens kijken. Ik heb mijn kostuum al aan, mijn rekwisieten heb ik gecheckt<br />
en nu hang ik gewoon een beetje rond. Beetje keuvelen met<br />
collega’s (met diegenen die aanspreekbaar zijn tenminste), koffietje,<br />
een eventuele krant, smsje naar die of die hoe je het beste hiernaartoe<br />
rijdt en waar je je auto beter niet kan parkeren, nog een koffietje,<br />
mobieltje uit, mobieltje weer aan - want toch nog even kijken hoe<br />
laat het is - en of niemand mij gebeld heeft, nog een koffietje, naar<br />
de wc lopen, want ja, na drie koffietjes… nog wat keuvelen, beetje<br />
kletsen…<br />
Best gezellig eigenlijk zo een half uurtje voor de voorstelling.<br />
Behalve bij premières..<br />
Bij premières is dat anders.<br />
Een half uur voor een première stel ik mij meestal maar één vraag.<br />
En die vraag spookt door mijn hoofd tòt ik op moet: waarom heb ik<br />
in godsnaam geen écht vak geleerd???????
Een kwartier<br />
voor aanvang<br />
zit ik op een<br />
stoel achter<br />
het toneel.<br />
Angelique de Bruijne<br />
Een half uur voor aanvang van de voorstelling leg ik nog even de<br />
finishing touch aan mijn make-up, doe ik nog snel even m’n eerste<br />
regels tekst en inspecteer ik de zaal. En de sfeer die er in de lucht<br />
hangt. Een kwartier voor aanvang zit ik op een stoel achter het toneel<br />
en luister ik naar het publiek dat binnenkomt.<br />
En dan<br />
Bam!!<br />
We gaan<br />
beginnen!<br />
Jessica Zeylmaker<br />
Een uur voor de voorstelling begint mijn ritueel; kostuum aan,<br />
haar en make-up doen, rekwisieten klaarleggen, twintig minuten<br />
stem opwarmen. Meestal heb ik nog een kwartier over, voordat de<br />
voorstelling begint. Het verschilt per groep of je samen nog een<br />
concentratie-oefening doet. Ik vind dit altijd fijn, omdat je samen de<br />
voorstelling speelt. Dan heb ik nog tien minuten over en doe ik het<br />
liefst helemaal niets; liggen, rusten, mijn hoofd leegmaken, zoveel<br />
mogelijk energie sparen voor de voorstelling. En dan Bam!! We gaan<br />
beginnen!
Els Ingeborg Smits<br />
Ik moet een<br />
andere afleiding<br />
vinden<br />
om mijn<br />
demonen in<br />
bedwang te<br />
houden.<br />
Een half uur voor aanvang op de voorstelling....<br />
Kan ik mijn gemoedstoestand wel beschrijven? Die beweegt en<br />
schommelt en knaagt.<br />
Het is een toestand van alertheid en verdoving die getemd moet<br />
worden.<br />
Vroeger was ik druk in de weer met loze handelingen, de laatste<br />
jaren zit ik het liefst in een stille kleedkamer en repeteer tot de laatste<br />
minuut mijn tekst.<br />
Op zoek naar rust en controle, dat bevalt me. Als moeder van Wanja<br />
heb ik bijna geen tekst.<br />
Ik moet een andere afleiding vinden om mijn demonen in bedwang<br />
te houden.<br />
Misschien lees ik wel één van <strong>Tsjechov</strong>s verhalen. De beste genezing<br />
voor de rusteloze ziel.<br />
Als het publiek<br />
binnenkomt wil<br />
ik ze zien, liefst<br />
allemaal.<br />
Willem Schouten<br />
Een paar spullen leg ik altijd bewust heel gestructureerd neer; portemonnee,<br />
telefoon, agenda en soms een zakje Fisherman’s Friends. Na<br />
het eten ga ik wat rondlopen over het podium. Ook achter de coulissen.<br />
Ik ga nooit op de tribune zitten. Ik loop de hele voorstelling in<br />
mijn hoofd een keer door. Doe wat stemoefeningen. Als ik mijn kostuum<br />
aan heb, ga ik nog een keer het podium op. Beetje rondlopen,<br />
beetje kletsen met medespelers, niet veel, ik ben geen kletskous.<br />
Vlak voor de zaal open gaat, loop ik meestal nog een keer de kleedkamer<br />
in. Zonder reden.<br />
Als het publiek binnenkomt wil ik ze zien, liefst allemaal. Als ze van<br />
twee kanten binnenkomen, vind ik het niet fijn dat ik maar één zijde<br />
kan zien.<br />
Ik luister heel bewust naar het geluid dat het publiek maakt.<br />
Vlak voor het zaallicht uitgaat focus ik me alleen op het eerste wat<br />
ik moet doen, meestal van punt A naar punt B lopen. En ik vertrek.
Vertrouw<br />
erop dat u<br />
een goede<br />
keuze hebt<br />
gemaakt<br />
Ingeborg Uyt den Boogaard<br />
Laat me in een gelijkenis spreken om uw vraag te beantwoorden:<br />
Als u met een aperitief in een goed restaurant op uw bestelling zit te<br />
wachten, probeer dan niet te gissen naar de bezigheden van de kok<br />
op dat moment.<br />
Vertrouw erop dat u een goede keuze hebt gemaakt, dat de kok er<br />
een eer in stelt de reputatie van zijn restaurant opnieuw waar te<br />
maken. Vertrouw erop dat hij u zo dadelijk heerlijkheden zal voorschotelen<br />
waar hij zijn ziel en zaligheid in heeft gelegd en… laat u<br />
verrassen!<br />
Ik loop wat op<br />
en neer. Rook<br />
nog een sigaretje.<br />
Guillaume Ramaekers<br />
Ik kijk of de rekwisieten die ik nodig heb op zijn plek liggen. Ga even<br />
naar de wc. Bedenk of ik niks ben vergeten. Pak mijn mobiele telefoon<br />
nog eens erbij, nog een smsje misschien?<br />
Ik loop wat op en neer. Rook nog een sigaretje. En ga toch nog even<br />
snel naar het toilet.<br />
Neem nog een slok water.<br />
Dan ga ik rustig ergens zitten, soms nog een praatje met een van de<br />
anderen.
3 x Leven Yasmina Reza<br />
In het seizoen 2008-2009<br />
speelde Theatergroep Suburbia<br />
met veel succes De god van de<br />
slachting van Yasmina Reza. In<br />
het voorjaar van 2012 brengt<br />
Suburbia opnieuw een toneelstuk<br />
van de Franse schrijfster.<br />
Tekst: Yasmina Reza, Regie:<br />
Albert Lubbers, Spel: Dic van<br />
Duin, Carola Arons, Lieke-Rosa<br />
Altink, Marijn Klaver<br />
Twee echtparen, 3 scènes<br />
en een koekje...<br />
In 3 x Leven vertelt Yasmina<br />
Reza het verhaal van het echtpaar<br />
Sonja en Henri, Sonja een<br />
succesvolle zakenvrouw en Henri<br />
een minder succesvolle sterrenkundige.<br />
Ze staan aan het begin<br />
van wat een gewone avond lijkt<br />
te worden. Totaal onverwacht<br />
staat er belangrijk bezoek voor<br />
de deur. De ijskast is leeg en<br />
zoonlief jengelt om een koekje.<br />
Wat volgt is een hilarische<br />
avond over het menselijk tekort.<br />
Conflicten, onthullingen en<br />
pogingen tot toenadering wisselen<br />
elkaar af. De gesprekken<br />
gaan over het leven zoals het is<br />
en zoals het zou kunnen zijn. 3<br />
x Leven is turbulent, virtuoos,<br />
geestig en altijd weer verrassend.<br />
Want humor is misschien<br />
wel de beste manier om iets<br />
ernstigs te vertellen.<br />
In wisselende coalities – mannen<br />
tegen vrouwen, paar tegen<br />
paar en ieder voor zich – manoeuvreert<br />
Reza haar acteurs<br />
vakkundig de afgrond in. In 3 x<br />
Leven is niets wat het lijkt.<br />
Yasmina Reza is de ster van<br />
het Europese theater. De Franse<br />
schrijfster verrast het publiek met<br />
haar wrange tragikomedies over<br />
de middenklasse. Over mannen<br />
en vrouwen die in materieel<br />
opzicht niets te klagen hebben,<br />
maar er toch niet in slagen een<br />
gelukkig bestaan op te bouwen.<br />
U bent mijn moeder<br />
De reisvoorstelling voor het<br />
komend najaar is U bent mijn<br />
moeder. Onder regie van Albert<br />
Lubbers speelt Marie-Christine<br />
de Both deze legendarische tekst<br />
uit 1981 van Joop Admiraal. U<br />
bent mijn moeder is een hoogtepunt<br />
uit de geschiedenis van het<br />
Nederlandse theater.<br />
In het stuk U bent mijn moeder<br />
geeft Joop Admiraal een<br />
persoonlijk en eerlijk beeld van<br />
het leven van zijn 80 jarige, demente<br />
moeder die hij iedere zondag<br />
in een tehuis bezoekt. In een<br />
eenvoudige taal en vol humor<br />
wordt verteld hoe het verleden<br />
het heden inhaalt. Albert Lubbers<br />
bewerkte en regisseerde de<br />
tekst tot een moeder - dochter<br />
verhaal. Marie-Christine de Both<br />
speelt de moeder en de dochter.<br />
Marie-Christine de Both: “Het<br />
feit dat ik allebei de rollen speel,<br />
maakt U bent mijn moeder<br />
spannend en uniek. Ik ken geen<br />
stuk waarin één acteur twee<br />
rollen tegelijkertijd speelt. Ik vind<br />
dit stuk de ultieme uitdaging<br />
voor een acteur. Ik ben aan het<br />
jongleren met twee mensen.”<br />
Voor de speellijst kijk op<br />
www.theatergroepsuburbia.nl<br />
‘Theatergroep Suburbia heeft “U<br />
bent mijn moeder” weer opgepakt.<br />
Gelukkig maar.’ – Trouw<br />
‘De ontroering is groot en even<br />
intens als de versie van Joop<br />
Admiraal dertig jaar geleden.’<br />
– NRC<br />
‘Dynamische en prachtige voorstelling’<br />
– Gooi en Eemlander<br />
‘Ik heb gehuild en gelachen’<br />
‘Indrukwekkend en heel<br />
herkenbaar’<br />
‘Moeder en dochter treffend<br />
neergezet’<br />
‘Heftig, mooi en geweldig<br />
gespeeld’
Driestuiversopera<br />
Na de succesvolle productie Lotzooi! en Een Faust van afgelopen seizoen<br />
brengt Theatergroep subSuburbia, hèt jongerengezelschap van<br />
Theatergroep Suburbia, dit seizoen Driestuiversopera. Een energieke<br />
muziektheatervoorstelling naar het beroemde stuk van Bertolt Brecht<br />
voor en door jongeren. De regie is in handen van Esther Bolte.<br />
In 1928 schreef Brecht zijn beroemde Dreigroschernoper waar<br />
Kurt Weil de muziek voor schreef. Het werd een hit en sindsdien is<br />
het in vele landen en versies gespeeld.<br />
Een stuk vol intriges, list, bedrog en manipulatie. Maar vooral een<br />
stuk dat aanzet tot denken, discussie en stelling nemen. Bertolt<br />
Brecht wilde geen lui publiek, maar zijn publiek laten meedenken en<br />
stelling nemen over zijn positie in de maatschappij. Het publiek wordt<br />
af en toe uit de verbeelde situatie gehaald en direct aangesproken. Zo,<br />
dacht Brecht, ontstaat er meer betrokkenheid bij de situatie.<br />
Gezocht:<br />
jonge toneelspelers<br />
Voor deze productie zoeken we<br />
gemotiveerde en getalenteerde<br />
jongeren tussen de 15 en 25 jaar.<br />
De audities vinden op donderdag<br />
22 september plaats. Vanaf<br />
begin oktober repeteer je elke<br />
week één avond en tot de kerstvakantie<br />
krijg je één avond per<br />
week les. In de voorjaarsvakantie<br />
repeteer je de hele week. In<br />
april zijn de voorstellingen.<br />
Heb je zin om serieus met theater<br />
bezig te zijn, te spelen en<br />
te leren bij een professionele<br />
theatergroep. En wil je een jaar<br />
om nooit te vergeten? Meld je<br />
dan aan via info@theatergroepsuburbia.nl<br />
<strong>Zeeland</strong> <strong>Nazomerfestival</strong><br />
Theatergroep Suburbia speelt<br />
deze nazomer Oom Wanja ook<br />
op het <strong>Zeeland</strong> <strong>Nazomerfestival</strong>.<br />
Dit festival brengt theater en<br />
dans op verrassende locaties in<br />
de openlucht en in bijzondere<br />
gebouwen verspreid over <strong>Zeeland</strong>.<br />
<strong>Zeeland</strong> <strong>Nazomerfestival</strong><br />
wordt gehouden van 23 augustus<br />
tot en met 3 september.<br />
Het festivalhart in de Abdij van<br />
Middelburg toont een keuze uit<br />
bestaand aanbod van podiumkunsten<br />
en veel muziek. Het is<br />
een plek waar mensen samenkomen<br />
om te picknicken of te<br />
zingen. Waar wordt gelachen,<br />
gedanst en ontmoetingen ontstaan.<br />
Ten minste drie locatievoorstellingen<br />
worden speciaal<br />
voor het festival gemaakt en zijn<br />
alleen in <strong>Zeeland</strong> te zien.<br />
De elfde editie van het <strong>Nazomerfestival</strong><br />
opent op 23 augustus<br />
2011 met de grootschalige<br />
buitenproductie Trojaanse Vrouwen<br />
van Euripides, een Griekse<br />
tragedie over de relativiteit van<br />
winst en verlies tegenover de<br />
gruwel van oorlog. In Am Ziel van<br />
Thomas Bernhard (première 24<br />
augustus) bereiden moeder en<br />
dochter zich voor op het vertrek<br />
naar hun zomerhuis aan de Nederlandse<br />
kust. Deze jaarlijks terugkerende<br />
reis wordt gekenmerkt<br />
door rituelen. Op 25 augustus gaat<br />
Toreadors van Jean-Marie Piemme<br />
in première. Een hedendaagse<br />
komedie over de strijd om te overleven<br />
in economisch zware tijden.<br />
Er zijn niet alleen theatervoorstellingen<br />
geprogrammeerd, de<br />
bezoeker wordt ook getrakteerd<br />
op optredens van vele artiesten<br />
als Waylon, Krystl en singersongwriter<br />
Laura Jansen.<br />
Theaterproductiehuis <strong>Zeeland</strong>ia<br />
is organisator van het <strong>Zeeland</strong><br />
<strong>Nazomerfestival</strong>.<br />
www.theaterzeelandia.nl
VRIENDEN<br />
Geniet u ook zo van onze voorstellingen<br />
en draagt u Theatergroep<br />
Suburbia een warm hart<br />
toe? Word dan Vriend van<br />
Suburbia.<br />
Waarom?<br />
Theatergroep Suburbia wil graag<br />
in de toekomst mooie theatervoorstellingen<br />
voor u blijven maken.<br />
Hierbij kunnen wij uw steun<br />
goed gebruiken.<br />
Wat houdt het vriendenlidmaatschap<br />
in?<br />
Als vriend wordt u als eerste<br />
op de hoogte gehouden van alle<br />
ontwikkelingen bij Suburbia en<br />
onze nieuwe voorstellingen door<br />
middel van onze vriendennieuwsbrief.<br />
Daarnaast wordt u uitgenodigd<br />
voor de vriendenavonden.<br />
Met het organiseren van deze<br />
avonden proberen we u elke keer<br />
op een andere manier iets extra’s<br />
te bieden bij de voorstelling door<br />
bijvoorbeeld een speciale inleiding<br />
voor u te organiseren of u de<br />
mogelijkheid te bieden een keer<br />
bij een repetitie te komen kijken.<br />
Welke kosten zijn hieraan<br />
verbonden?<br />
U steunt ons met slechts 15<br />
euro per jaar.<br />
Wat krijgt u hiervoor terug?<br />
Naast de informatie en de speciale<br />
vriendenavonden krijgt u<br />
korting op uw kaartje voor de<br />
zomerproductie op de Kemphaan<br />
en ontvangt u de speciale<br />
Suburbia-fleecedeken.<br />
Hoe wordt u vriend?<br />
U kunt zich opgeven voor het<br />
vriendenlidmaatschap door een<br />
emailtje te sturen naar<br />
info@theatergroepsuburbia.nl<br />
met daarin uw naam, e-mailadres<br />
en adresgegevens. Wij<br />
nemen dan snel contact met<br />
u op.<br />
Met dank aan: Schouwburg Almere, Victor Sprenkels, Rob Caubo, Ronald Spanier, Ischa<br />
Arnoldus, Willeke van Wees, De Filmboulevard, Boudewijn Vlam, Willem Westhoff, Jeroen<br />
Smith, Tineke van den Berg, Tom Saat, Bart Visser, Hans Warrink, Caroline Oort, Staatsbos-<br />
beheer, Tanja de Wit, Hans Snel, Nik Smit, Niels van der Schaaff, Brigit Huijbens, Rob<br />
Verduijn, Henk Knoop, Restaurant Flantuas (Lelystad), Henk Schoute, Pieter Ventevogel,<br />
Karen Kroese, Dusty Slomp-Rijkse, medewerkers en vrijwilligers van de Stadsboerderij,<br />
Theatergroep Suburbia en <strong>Zeeland</strong> <strong>Nazomerfestival</strong>.<br />
Theatergroep Suburbia wordt structureel<br />
ondersteund door Provincie Flevoland,<br />
Gemeente Almere en Fonds Podiumkunsten.<br />
Deze voorstelling is mede mogelijk<br />
gemaakt door:
Theatergroep Suburbia<br />
Stadshuisplein 2<br />
1315 HT Almere<br />
info@theatergroepsuburbia.nl<br />
www.theatergroepsuburbia.nl<br />
T 036 844 81 48