12.09.2013 Views

Pied a terre - Santiago

Pied a terre - Santiago

Pied a terre - Santiago

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BE'STUUR<br />

mw. K. van den Berg, voorzitter<br />

H. van Bemmel, bestuurs-secretaris<br />

mw. H. Pouderoyen, secretaris binnenland<br />

j. van der Meulen, secretaris internationaal<br />

J. Hoffman, penningmeester/ledenadministratie<br />

G. van Poppel, ledenservice<br />

mw. M. Blokland<br />

LEDENSERVICE (uitsluitend schriftelijk)<br />

Inliichtingen over het genootschap, aanmelden<br />

als lid, insturen compostela's.<br />

Gerard van Poppel<br />

Botterwerf 2<br />

2804 MK Gouda<br />

BESTUURS-SECRETARIAAT<br />

p/a Papelaan 67<br />

2252 EE Voorschoten<br />

(071)561 29 17<br />

SECRETARIAAT BINNENLAND<br />

p/ai Fazantenkamp 576<br />

3607 DG Maarssenbroek<br />

a (l0346)569 133<br />

SECRETARIAAT INTERNATIONAAL<br />

p/a Hagelweg 8<br />

5801 HC Venray<br />

a (l0478)584 145<br />

PENNINGMEESTER-ADRESWIJZIGINGEN<br />

p/a Margriet 39<br />

7772 NC Hardenberg<br />

a (í0523)267 325<br />

COLOFON<br />

dyacobsstaf 40<br />

jaargang 10 - december 1998<br />

verschijnt viermaal per jaar<br />

ISSN 0923-1 1458<br />

O Nederlands Genootschap van Sint Jacob<br />

Meningen en feiten, zoals die door auteurs<br />

worden weergegeven, vallen buiten<br />

verantwoordelijkheid van redactie en uitgever.<br />

KERN-REDACTIE<br />

Cees Hilberdink<br />

Mireille Madou<br />

REDACTIE-ADRES<br />

Peter Jas (eindredacteur)<br />

Astronautenweg 5<br />

1622 DA Hoorn<br />

= (0229)215 210<br />

DRUK & GRAFISCHE VERZORGING<br />

Koopmans' drukkerij, Hoorn<br />

Ruud Conens (logo)<br />

AANWIJZINGEN VOOR INSTUREN KOPIJ<br />

Bijdragen, voor de Jocobsstaf dienen bij<br />

voorkeur op diskette (IBM-format 3,5" of 5,25")<br />

in WP 5.1 voorzien van een uitdraai gezonden<br />

te worden naar het redactieadres.<br />

Gelieve op A4 formaat met één brede marge te<br />

werken. Indien illustraties worden aangeleverd<br />

deze voorzien van onderschriften en voorkeur-<br />

plaats in de marge aangeven met een met de<br />

foto corresponderend nummer.<br />

De redactie behoudt zich het recht voor<br />

bijdragen in te korten of te weigeren.


131 Jacobusboek<br />

Ted van Gaalen<br />

137 Uit de Spaanse keuken<br />

138 Linosnede 'bruggen'<br />

Ruud Harmsen<br />

140 Europa? Europa!<br />

Aris de Bakker<br />

141 Sintjacob in kleuren<br />

Mireille Madou<br />

153 Natuur onderweg<br />

Ida Blok<br />

156 Ontmoetingen op de camino<br />

Fred Majoor<br />

158 Maragateria<br />

Tjeerd Roosjen<br />

137 Genootschap van sint Jacob<br />

Afbeelding omslag:<br />

Het najaar is in Spanje net als bij ons het<br />

hoogseizoen voor paddestoelen.<br />

Inktzwammen staan hier en daar langs het<br />

pad. (foto Ida Blok)<br />

Pelgrim op de<br />

melkweg<br />

(Alain Ricoud)


DOMENICO LAFFI: Een reis naar het Westen<br />

van Bologna naar Compostela in de 17de eeuw<br />

In 1997 verscheen een reisbeschrijving van de 17de - eeuwse Italiaanse pelgrim<br />

Domenico Laffi. De uitgave is een becommentarieerde vertaling uit het Italiaans<br />

in het Engels doorJames Hall. Het boek is uitgegeven door de Primavera Pers in<br />

Leiden, met steun van de Xunta de Galicia.<br />

Domenico Laffi was tot priester gewijd, maar hij had meer smaak in reizen dan in<br />

parochiewerk. Driemaal ondernam hij de 1300 km lange tocht van Bologna naar<br />

<strong>Santiago</strong>. Ook maakte hij reizen naar andere bestemmingen in Spanje en naar<br />

het Heilige Land. Andere boeken van Laffi beschrijven zijn reizen naar Jeruzalem<br />

en naar Lissabon.<br />

In "Een reis naar het Westen" wordt een enkele reis beschreven naar Compostela,<br />

maar ervaringen van zijn drie reizen zijn er in gecombineerd. De eerste maal ver-<br />

scheen het 1673; de huidige uitgave is gebaseerd op een herziene versie uit<br />

1681. Het boek werd vier maal herdrukt in de halve eeuw na het eerste verschij-<br />

nen en daarna niet meer tot aan deze uitgave.<br />

Het boek verscheen oorspronkelijk in een periode van afnemende aandacht voor<br />

pelgrimage. In Noord-Europa kwam volgens Hall, in zijn inleiding, na de<br />

Reformatie pelgrimage praktisch niet meer voor. Andere factoren die pelgrimage<br />

tegenwerkten waren de Dertigjarige oorlog tussen Frankrijk en Spanje die duurde<br />

tot 1659 en de aanbevelingen van het Concilie van Trente halverwege de 16de<br />

eeuw, inhoudende dat verering van relieken in de eigen omgeving de voorkeur<br />

verdiende boven pelgrimages naar verre oorden. In Italië echter was de belang-<br />

stelling voor de traditionele bestemmingen nog levendig.<br />

Laffi's reisverslag vormt een rijke bron van kennis over de christelijke wereld van<br />

zijn tijd. Door historici wordt er dan ook dankbaar gebruikvan gemaakt, ondanks<br />

onnauwkeurigheden in datering en beschrijvingen. Maar ook de in pelgrimage<br />

geïnteresseerde leek vindt in Laffi een rijk geschakeerd verhaal, dat vele facetten<br />

van het pelgrimeren aanroert. Laffi beschrijft de architectonische kenmerken en<br />

bijzonderheden van gebouwen die hij onderweg tegenkomt, maar ook de ont-<br />

moeting en de omgang met ketters, andere pelgrims, plaatselijke gebruiken en<br />

bezienswaardigheden, sprinkhanenplagen en gevaren onderweg. Paspoort en


gezondheidscertificaat zijn de reispapieren; hij vertrekt samen met zijn reisge-<br />

noot, de schilder Domenico Codici uit Bologna. Uit de tijdstabel die Hall toevoegt<br />

als appendix blijkt dat zij uitstekende wandelaars moeten zijn geweest: dagaf-<br />

standen van rond de 40 kilometer zijn heel gewoon, en meermalen wordt 50<br />

kilometer en meer gehaald.<br />

Milaan, de eerste grote stad die hij aandoet wordt<br />

door hem bekeken alsof hij een hedendaagse<br />

Amerikaanse toerist was. Hij houdt van groot en grote<br />

getallen: hij komt superlatieven te kort om de kathe-<br />

draal van Milaan, die hij het achtste wereldwonder<br />

noemt, te beschrijven. De nog niet afgebouwde kathe-<br />

draal heeft vijf beuken en vijf ingangen. Er zijn 42 grote<br />

gebrandschilderde ramen, en enkele nog grotere in<br />

het koorgedeelte en de gevel, 72 koorstoelen ingelegd<br />

met notenhout, prachtige reliefs die heiligenlevens en<br />

verhalen uit het Oude en Nieuwe Testament uitbeel-<br />

den. Verder zijn er prachtige graftombes van aartsbis-<br />

schoppen en talloze relieken. De misattributen zijn van<br />

een bijzondere schoonheid. Ook andere gebouwen in<br />

Milaan zijn de moeite waard, zoals de bibliotheek, het<br />

kasteel van hertog Sforza en het rariteitenmuseum van<br />

Settala. Laffi verontschuldigt zich voor zijn bijzondere<br />

aandacht voor Milaan met als excuus dat hij er zoveel<br />

belangrijke relaties heeft. Toch vertelt hij lang niet<br />

alles: herhaaldelijk beëindigt Laffi zijn opsommingen<br />

van personen, gebouwen en zaken met de opmerking<br />

dat hij ze niet zal voortzetten omwille van de beknopt-<br />

heid. Er blijft genoeg te melden over. In Turijn, waar hij<br />

aanwezig is bij de jaarlijkse manifestatie rond de publieke vertoning van de lijk-<br />

wade, beschrijft hij hoe de plechtigheid wordt afgesloten met een eresaluut dat<br />

de aanwezigen in een ondoorzichtige kruitdamp hult. De herkenning van zaken<br />

die ons heden ten dage nog bekend zijn is een van de charmes van het lezen van<br />

Laffi. De vermelding van een nieuwe acht-hoekige kapel in aanbouw voor de lijk-<br />

wade maakt ons nieuwsgierig. Zou die kapel er nog staan? Laffi lezen is haast een<br />

uitnodiging de tocht na te reizen. De vertaler komt ons te hulp: notities in de<br />

marges maken onder meer melding van bijzonderheden van de genoemde plaat-<br />

sen, gebouwen en zaken en wat er tegenwoordig nog van te zien is.<br />

Laffi betoont zich voortdurend een man van de wereld: ook Turijn heeft onover-<br />

troffen pleinen, paleizen en openbare gebouwen, en hetzelfde geldt voor vele<br />

andere plaatsen die hij bezoekt. In Auch, zo lezen wij, bezoekt hij de prachtigste


kathedraal van heel Frankrijk. Geen getallen ditmaal, maar regelmatig meldt hij<br />

dat hij uit pure nieuwsgierigheid bijvoorbeeld van een enorm kanon in een garni-<br />

zoensplaats of van een brug de maat heeft genomen.<br />

Ondanks zijn toeristische inslag verwaarloost Laffi zijn geestelijke plichten niet.<br />

Hij leest regelmatig de mis. Met de aalmoezen die hij ermee verdient, kan hij -<br />

soms zelfs heel behoorlijk - in zijn onderhoud voorzien. Niet overal waar hij komt<br />

echter spreekt dat vanzelf. In Zuid-Frankrijk trekt hij door streken die grotendeels<br />

ketters zijn, wat voor hem gelijk staat met "niet katholiek". In Nimes staat hij er<br />

verbaasd over dat katholieken en ketters daar vreedzaam naast elkaar leven. In<br />

Montpellier worden hij en zijn reisgenoot door ketterse poortwachters uit de<br />

stad geweerd, maar via kennissen die zij's avonds opdoen in een herberg buiten<br />

de poorten worden zij de volgende dag door de stad rondgeleid.<br />

Laffi toont hier en op andere plaatsen een open oog en waardering voor cultuur-<br />

goederen die nog dateren uit de Romeinse tijd. Dit wekt de indruk dat wij te<br />

maken hebben met een moderne, universalistische geest. Des te meer verbaast<br />

ons de middeleeuwse lichtgelovigheid waarvan hij regelmatig blijk geeft. In de<br />

streek rond Avignon doet de mare de ronde dat "sede vacante", dat wil zeggen<br />

zolang de Heilige Stoel onbezet is, de olijfbomen daar weigeren vrucht te dragen.<br />

En inderdaad, Laffi ziet op zijn tocht slechts olijfbomen zonder blad, juist in de<br />

periode van "sede vacante" na de dood van Clemens IX. Helaas, schrijft hij, heeft<br />

hij het verhaal niet op waarheid kunnen controleren, want bij verkiezing van<br />

Clemens X was hij niet langer in dat gebied.<br />

Zo vertelt hij ook dat hij met eigen ogen gezien heeft dat de hoorn waarop<br />

Roland blies om de Franken te waarschuwen gespleten was; dit bewijst dat het<br />

verhaal dat hij zo hard blies dat de hoorn ervan barstte waar moet zijn.<br />

Hij blijkt overigens zeer onder de indruk van de legendarische held Roland. Hij<br />

bezoekt de rots die door Roland werd gespleten met zijn zwaard Durendal, en<br />

vertrekt niet uit Roncesvalles zonder nog een laatste bezoek te brengen aan de<br />

graftombe van Roland, "want alleen God weet of men daartoe nog eens in de<br />

gelegenheid zal zijn."<br />

Bij het onvermijdelijke verhaal over de onterecht gehangene in Santo Domingo<br />

de la Calzada weet hij een aantal bijzonderheden te melden over de haan en de<br />

kip die daar in een speciale kooi gehouden worden ter nagedachtenis aan het<br />

wonder van de opwekking. De dieren maken van blijdschap een enorm kabaal bij<br />

elke pelgrim die er langs komt, men kan van hen veren plukken zoveel men wil<br />

zonder dat zij kaalgeplukt worden, zij leven slechts op pelgrimsbrood, en zij<br />

stammen in rechte lijn af van de kip en de haan die door1acobus tot leven<br />

gewekt werden: na zeven jaar, voor zij beide sterven, legt de kip twee eieren<br />

waaruit de volgende haan en hen voortkomen.<br />

Zijn geestelijke verwantschap met zijn tijdgenoten blijkt ook uit de belangstelling<br />

die hij in Avignon toont voor het macabere. Hij roemt het meesterlijke en enige


schilderij van koning Rene van Provence, dat een in staat van ontbinding verkerend<br />

lijk afbeeldt, ziet op graftombes knappe reliefs van ontbindende lichamen<br />

omgeven door de spinnen, schorpioenen en slangen die zich tegoed hebben<br />

gedaan aan de stoffelijke resten. Smeuïg vertelt hij het verhaal na over het openen<br />

van het graf van Laura, Petrarca's geliefde, dat zich hier zou bevinden.<br />

De reis is niet zonder gevaren: bij het naderen van de Frans-Spaanse grens vernemen<br />

zij kort na elkaar enkele verhalen van pelgrims<br />

die een eind verderop overvallen zijn en beroofd.<br />

Een solitaire pelgrim heeft het er ternauwernood<br />

levend afgebracht; Laffi en zijn metgezel troosten<br />

hem en geven hem aalmoezen. Meer kunnen zij niet<br />

doen. De overvallers echter van twee monniken uit<br />

Napels zijn door dezen aangeklaagd en zij ontgingen<br />

hun straf niet: zij werden opgepakt en gevierendeeld.<br />

Bij een brug over rivier de Arga worden zij zelf<br />

geconfronteerd met roofridders die daar de doorgang<br />

bewaken. Hoewel de brug de "Brug van het<br />

Paradijs" genoemd wordt, schijnt hij Laffi eerder een<br />

"Brug van de Hel" toe, zo schrijft hij. De bewakers<br />

van de brug zijn manschappen van de roofridder<br />

Don Caime die in ongenade is geraakt na een<br />

geschiedenis van bloedwraak, naar aanleiding van<br />

het doodschieten van een hond van de broer van de<br />

ridder, die jaagde op het <strong>terre</strong>in van de edelman<br />

Mendoza. Don Caime moordde het hele huis<br />

Mendoza uit. Laffi en zijn metgezel naderen voorzichtig<br />

de brug, betalen de gevraagde tol, bevestigen<br />

desgevraagd dat zij langs dezelfde weg terug<br />

zullen komen, maar zodra zij buiten het zicht van de onderling overleggende<br />

brugwachters zijn, zetten zij het op een hollen. Zij stoppen niet tot zij in de eerstvolgende<br />

plaats aangekomen zijn.<br />

De menselijke eigenschappen edelmoedigheid en hebzucht blijken in de 17de<br />

eeuw al even ongelijkverdeeld als ze dat heden ten dage zijn. Een behoeftige<br />

weduwnaar die elf jonge kinderen te onderhouden heeft weigert elke betaling<br />

voor enkele ponden kersen die hij voor Laffi en zijn reisgenoot uit zijn bomen<br />

plukt; een veerman die aanbiedt hen voor niets over te zetten nodigt hen aan de<br />

overkant uit op een karige maaltijd van niets anders dan salade waarvoor hij stevig<br />

betaald wenst te worden.<br />

Laffi wordt betaald voor het lezen van de mis en soms voor het bidden voor het<br />

zieleheil van overledenen; wij lezen dat zijn vriend de schilder goed wordt<br />

e


eloond voor het tekenen van het portret van een pastoor die hen onderdak ver-<br />

schaft. Duitse pelgrims die zij onderweg tegenkomen en met wie zij enige tijd<br />

optrekken voorzien in hun onderhoud door het verkopen van heiligenprentjes op<br />

perkament. Eenmaal in Spanje is het eenvoudiger om aan de kost te komen van-<br />

wege de heersende gewoonte om pelgrims een "passada" te geven, meestal in de<br />

vorm van brood en wijn.<br />

Opmerkelijk is beschrijving door Laffi van een weg-<br />

wijzer: kennelijk is deze manier van de weg wijzen<br />

uniek en nieuw! Werd tot dan toe bij splitsingen de<br />

aan te houden richting aangegeven door hopen ste-<br />

nen die door pelgrims waren gelegd bij de juiste<br />

weg, voorbij Burgos treft men bij wegsplitsingen een<br />

"houten of stenen kruis" aan op de armen waarvan<br />

men de namen van steden vermeldt waarheen zij<br />

wijzen. Laffi beschrijft onder meer de bekende realis-<br />

tische Christusfiguur in de kathedraal van Burgos.<br />

De tocht door de meseta krijgt een bijzonder karak-<br />

ter door de sprinkhanenplaag die er heerst en die<br />

grote hongersnood veroorzaakt. Vanwege de uitge-<br />

hongerde wolven is het niet veilig om 's nachts te<br />

reizen: dat kan alleen overdag, als de schaapherders<br />

met hun enorme honden in het veld zijn. Dan treffen<br />

zij langs de weg een stervende Franse pelgrim aan.<br />

De sprinkhanen vreten zelfs aan zijn lichaam. De pel-<br />

grim sterft, en zij bedekken zijn gezicht en handen<br />

met zand voor ze verder gaan en in het eerstvolgen-<br />

de dorp een priester waarschuwen.<br />

In Sahagún en omgeving wordt met man en macht<br />

de sprinkhanenplaag bestreden door de beesten bij<br />

voorkeur's nachts, als zij door de kou bevangen bewegingloos op de stadsmuren<br />

zitten, dood te slaan.<br />

Voorbij Sahagún treffen zij opnieuw een dode pelgrim aan, wiens lichaam door<br />

enkele wolven wordt aangevreten. De wolven worden verjaagd en in de volgende<br />

plaats wordt de priester gewaarschuwd.<br />

Eindelijk op de Monte del Gozo aangekomen, worden de emoties de mannen te<br />

machtig. Het duurt enige tijd voordat zij in staat zijn om onder het zingen van<br />

het "Te Deum" Compostela binnen te wandelen.<br />

In Compostela beschrijft Laffi uitgebreid de kathedraal, de gewoonten rond de<br />

plechtigheden en de bouwwerkzaamheden die er aan de gang zijn.<br />

De ontmoeting met de Italiaanse edelman en geleerde Signore Ercole Zani met<br />

wie een aantal aangename avonden worden doorgebracht lijkt een volmaakte


afsluiting van de reis. Laffi meent echter, overeenkomstig het oude gezegde, dat<br />

zijn reis niet af is als hij niet ook naar Finis<strong>terre</strong> en Padrón is geweest, en reist<br />

daarheen af. Hij beschrijft onder meer het wonder van de aankomst van het<br />

lichaam van Sintlacob op de plaats die ooit Iria Flavia heette. Terug in<br />

Compostela worden nog enkele aangename uren doorgebracht in het gezel-<br />

schap van Signore Zani voordat <strong>Santiago</strong> verlaten wordt "in de naam van God en<br />

Sintlacob" en de terugreis naar Italië aanvaard.<br />

Het verslag van Laffi, bedoeld als ooggetuigenverslag voor tijdgenoten, verschaft<br />

de latere lezers een dubbele blik op delacobuspelgrimage. We herkennen de<br />

route die gevolgd wordt, de plaatsen en bijzonderheden; tegelijkertijd maken we<br />

kennis met een wereld die de onze niet meer is: er heersen andere gebruiken;<br />

wat belangrijk is voor Laffi, is dat voor ons niet of nauwelijks meer; we missen<br />

zaken die er in de tijd van Laffi nog niet zijn of moeten vaststellen dat wat Laffi<br />

vermeldt inmiddels verdwenen is. Dit dubbele karakter is een van de aantrekke-<br />

lijkste kanten van dit boek. Dit gegeven, maar ook de toeristische inslag van<br />

Laffi, zijn nieuwsgierigheid en zijn open oog ook voor zaken die niet meteen in<br />

verband worden gebracht met de verplichte vroomheid van de pelgrim maken<br />

het verslag ook nu nog zeer leesbaar.<br />

DOMENICO LAFFI, Ajourney to the West, The Diary of a Seventeenth-Century<br />

Pilgrim from Bologna to <strong>Santiago</strong> de Compostela, Translated, with a Commentary<br />

by IAMES HALL, Primavera Pers, Leiden 1997. ISBN 90-7431 0-28-1.<br />

NLG 49.50.


UIT DE SPAANSE KEUKEN<br />

GEITENKAAS MET PISTACHESAUS<br />

Voor vier personen: 4 geitenkaasjes (of plakjes), 250 gr champignons, 1 citroen,<br />

2 of 3 vleestomaten, 1 kleine ui. Voor de saus (dressing): 100 gr pistachenoten, 6<br />

eetlepels olijfolie, 2 eetlepels wijnazijn, 2 uitjes, peterselie, zout en peper.<br />

Champignons schoonmaken en in schijfjes snijden, wat zout opstrooien en<br />

besprenkelen met citroensap. Het uitje pellen en fijn hakken. De tomaten in<br />

schijfjes snijden. Dit alles schikken op een bord.<br />

Voor de saus: de pistaches pellen en verbrijzelen. Mengen met de fijngehakte ui,<br />

de fijngesneden peterselie, de olijfolie en de azijn. Peper en zout naar smaak toe-<br />

voegen en goed door elkaar roeren. De saus op de voorbereide schotel brengen.<br />

De geitenkaasjes (eventueel in plakjes spek gewikkeld) onder of op de hete grill<br />

aan beide zijden kort roosteren. Op het bord met de koude groeten leggen.<br />

Eventueel garneren met een toefje gekrulde sla.<br />

Franse variant.<br />

Voor ieder een bord voorbereiden met fijn geplukte sla en een weinig tuinkers.<br />

Een vinaigrette maken met olijfolie, wijnazijn, een fijngesneden uitje en peterse-<br />

lie, zout en peper.<br />

Het geitenkaasje in de oven laten warm worden. Intussen voor elk een sneetje<br />

brood roosteren. Het geroosterde brood op de sla leggen en het warme kaasje er<br />

bovenop.


LINOSNEDE - BRUGGEN<br />

[-.l<br />

Over de rivieren op de pelgrimsweg werden al spoedig bruggen gebouwd.<br />

Sommige bouwheren werden om die reden heilig verklaard, zoals<br />

Santo-Domingo-van-de-weg en Sanluan de Ortega.<br />

De overgang van deze middeleeuwse karakteristieke bruggen is voor veel heden-<br />

daagse pelgrims nog steeds een bijzondere ervaring. Vooral de brug van Puente<br />

la Reina, waarna er symbolisch nog maar één weg naar Compostela is, geeft het<br />

gevoel dat er geen terug meer is.<br />

De brug is een passage waarmee de twee werelden die de rivier scheidt verbon-<br />

den worden.<br />

[.-l<br />

Het symbool van de brug op de pelgrimsreis verbindt ons verleden met onze<br />

toekomst. Wat men loslaat, waar men afscheid van neemt is niet wég. Maar we<br />

nemen het op een andere wijze met ons mee.<br />

jan de Jong h, Zomerstilte, liturgie maken tussen Pinksteren en herfst, pag. 78


EUROPA? EUROPA!<br />

EEN MODERNE PELGRIMAGE VAN DEN HAAG NAAR SANTIAGO<br />

Het beeldend kunstproject 'Europa? Europa!' is een moderne pelgrimage die via<br />

de snelwegen van Den Haag naar <strong>Santiago</strong> de Compostela gaat. Het project<br />

bestaat uit een tiental beelden/installaties in van oudsher belangrijke pelgrims-<br />

haltes: Tournai (Belgie), Parijs, Tours, Saintes, Belin Beliet (Frankrijk), Pamplona,<br />

Burgos, Leon, <strong>Santiago</strong> de Compostela en eventueel voor de terugweg Oviedo en<br />

Bilbao (Spanje).<br />

De beelden en installaties worden geplaatst aan de buitenkant van de bovenge-<br />

noemde steden; daar waar de snelweg bij de stad aankomt. Hier zijn ook de<br />

grote winkelcentra, de anonieme hotels, de fast-food restaurants en de enorme<br />

parkeerplaatsen te vinden. Deze locaties zijn ideaal voor de moderne pelgrim, die<br />

zijn weg door het hedendaagse Europa baant.<br />

Deze beelden en installaties worden geflankeerd door kios-<br />

ken, waar men, naast toegangskaartjes, artikelen kan kopen,<br />

die betrekking hebben op het project. Het belangrijkste arti-<br />

kel en tevens het symbool van 'Europa? Europa!' is de ver-<br />

bronsde jacobsschelp met de uitgezaagde hand. De hand in<br />

de schelp verwijst naar de zuil in de kathedraal in <strong>Santiago</strong>,<br />

waar elke pelgrim bij aankomst zijn hand op legt. De bronzen<br />

schelp is via de stichting Akunzo voor 99 gulden te bestellen.<br />

De schelp staat ook op andere artikelen afgebeeld, zoals T-<br />

shirts, caps en stickers. Verder zullen er boekjes en ansicht-<br />

kaarten over het project te koop zijn. Met de verkoop van<br />

deze artikelen en de toegangskaartjes moet het project wor-<br />

den bekostigd.<br />

Van 5 tot 29 december 1998 is op de tentoonstelling Kunst en Religie in De<br />

Vishal en de Grote Kerk in Haarlem, de Rozetmachine te zien. De Rozetmachine is<br />

een persoonlijke meditatiemachine, waar de moderne pelgrim tot rust kan<br />

komen door de meditatieve werking van de draaiende rozet. Deze machine<br />

wordt samen met een kiosk geplaatst voor De Vishal op de Grote Markt.<br />

Informatie over 'Europa? Europa!' of bestellingen bij:<br />

Stichting Akunzo, a (070)345.40.64/384.04.52.


SINT ]ACOB IN KL EUREN<br />

MIREILLE MADOU<br />

De stad Doornik (Tournai) was in de Middeleeuwen een belangrijke halteplaats<br />

op de weg naar <strong>Santiago</strong> de Compostela. De oude bisschopsstad aan de Schelde<br />

beschikte over een Sint-Jacobsgasthuis en een daaraan verbonden broederschap.<br />

In de stedelijke bibliotheek bewaart men een lijvig, 15de-eeuws handschrift, een<br />

cartularium, dat alle gegevens over het gasthuis bevat. De eerste bladzijde van<br />

dit boek is versierd met twaalf miniaturen. Ze tonen voorstellingen uit het leven,<br />

de legenden, de mirakelen en de verering van de heilige apostel Jacobus.<br />

HET SINT-JACOBSCASTHUIS EN DE BROEDERSCHA P<br />

Een burger van de stad Doornik,]ean Wettin, nam het initiatief tot het oprichten<br />

van een gasthuis of hospitaal toegewijd aan sint Jacob. De stichtingsakte ver-<br />

meldt de aanvang van de bouwwerken in 131 9. In 1330 diende jean Wettin bij<br />

het stadsbestuur een aanvraag in tot voortzetting van de werken.<br />

Koning Philips VI van Frankrijk (1 328-1 350) bevestigde in 1333 de nieuwe stich-<br />

ting die vanaf deze tijd talrijke schenkingen in ontvangst mocht nemen.<br />

Het Sint-Jacobsgasthuis was opgericht met een dubbele doelstelling: onderdak<br />

bieden aan arme passanten die erom vroegen en herbergen van pelgrims. Het<br />

hospitaal werd bestuurd door twaalf 'meesters' die elk jaar opnieuw gekozen<br />

werden. Een van die twaalf was de hoofdverantwoordelijke. Om deel uit te<br />

maken van het bestuur moest men zelf de pelgrimstocht naar <strong>Santiago</strong> onderno-<br />

men hebben. In het laatste kwart van de 15de eeuw milderde men deze verplich-<br />

ting. Het kon ook volstaan een plaatsvervangend pelgrim te betalen.<br />

Evenals de andere leden van deJacobusbroederschap moesten de twaalf<br />

bestuurders hun jaarlijkse contributie betalen. Alle leden moesten aanwezig zijn<br />

op de viering van het apostelfeest op 25 juli. Op die dag was er steeds een plech-<br />

tige mis en een processie waarbij iedereen een brandende kaars moest meedra-<br />

gen. Na afloop van de kerkelijke plechtigheid hield men een feestmaal, door elk<br />

van de leden afzonderlijk te betalen.<br />

De dagelijkse bezigheden in het hospitaal waren in handen van een bestuurslid,<br />

diens vrouw en een knecht.<br />

Het Sint-Jacobsgasthuis heeft bestaan tot in 1668. Toen werd het afgebroken in<br />

het kader van de vernieuwing van een hele stadswijk.<br />

HET CARTULARIUM<br />

Het cartularium van het Sint-Jacobsgasthuis<br />

te Doornik is een verzamelboek<br />

waarin alle documenten die betrekking hebben op het hospitaal zijn opgeno-<br />

men. Het cartularium werd bijgehouden tot in 151 2.


Naast onder meer de lijsten van de inkomsten en bezittingen van het hospitaal,<br />

de overlijdensberichten van de leden van de broederschap, bevat het cartularium<br />

ook reglementen. Een eerste reeks voorschriften is bedoeld voor het bestuur. De<br />

langste en meest interessante reeks heeft betrekking op de gasten.<br />

De statuten vermelden uitdrukkelijk dat in het gasthuis enkel mannen worden<br />

opgenomen en geen vrouwen evenmin als kinderen beneden de twaalf jaar. De<br />

passanten die de gastvrijheid vroegen moesten gezond zijn. Ze moesten met<br />

twee in een bed slapen, des avonds op tijd binnen zijn en ze moesten ook het<br />

Onze Vader kunnen zeggen. Dronken mannen, dieven of veroordeelden kregen<br />

er geen plaats. Op straf van uitsluiting voor kortere of langere tijd mocht men<br />

niet dobbelen, kaart spelen, vloeken of handel drijven. Strafbaar waren ook dege-<br />

nen die hun voeten niet goed gewassen hadden, die de meester, zijn vrouw of de<br />

knecht beledigden, die over de vrouwen kwaad spraken en die het brood weiger-<br />

den dat ze bij de soep aangeboden kregen. De strengste straffen waren voor<br />

degenen die in hun bed urineerden of op andere plaatsen in het hospitaal hun<br />

behoefte gingen doen: ze werden naakt in een cel gezet met al hun vuilnis en<br />

werden gedurende een jaar uit het hospitaal gebannen.<br />

Het dagrantsoen waarop de pelgrims en passanten recht hadden was een grof<br />

brood van veertien ons, een pint bier, een schotel bonensoep, een plak varkens-<br />

vlees of een haring, naargelang de beschikbare voorraad. Het eten mochten ze<br />

niet meenemen naar de slaapzaal.<br />

Deze en nog meer reglementen werden door de twaalf meesters opgesteld op<br />

1 mei 1351. Ze werden ongewijzigd overgenomen in het 15de-eeuwse cartularium.<br />

MATERIELE GEGEVENS VAN HET HANDSCHRIFT<br />

Het handschrift is gemaakt van perkament en telt 297 folio's. Elk blad meet<br />

298x1 72 mm. De oorspronkelijke stukken werden omstreeks 1489 gekopieerd<br />

door de scriptor Gossel Maret en ingebonden in lederen band door de boekbin-<br />

der lavier. Hun namen zijn te lezen in de codex die omstreeks 1489-1490 te date-<br />

ren is. De verluchter of miniaturist is anoniem gebleven. Op basis van stijlvergelij-<br />

kingen heeft men verschillende werken rond deze kunstenaar kunnen groeperen<br />

en hij kreeg de noodnaam 'Meester van het Gebedenboek van Dresden', zijn<br />

voornaamste werk. Hij moet een reizend kunstenaar geweest zijn die vermoede-<br />

lijk in Utrecht is gevormd en rond 1470 in Brugge werkzaam was.<br />

Na ongeveer twintig jaar trok hij naar Doornik en later naar Amiens. De meester<br />

schildert figuren met zeer expressieve gezichten en gebaren en gebruikt felle<br />

kleuren. Af en toe ziet men ook lichte gouden arceringen op de gewaden van<br />

voorname personages.<br />

De eerste bladzijde van het manuscript is vooral onderaan rechts zeer bescha-<br />

digd. Door het veelvuldig omslaan van het blad en door de vochtigheid van de


vingers is een groot deel van de miniaturen weggeveegd en dus onherstelbaar<br />

verloren.<br />

Bewaarplaats: Doornik, Bibliotheque de la Ville, Cod. 4 A (conservé n" 27).<br />

DE MINIATUREN<br />

De eerste bladzijde van het cartularium is haast uitbundig versierd. Elf rechthoe-<br />

kige tafereeltjes zijn geschilderd op de zijkanten en onderaan het blad. Ze zijn in<br />

U-vorm rondom de pagina gerangschikt. Iedere voorstelling speelt zich af in een<br />

eigen compartiment dat gevormd wordt door boomtakken, met eenvoudig<br />

gevlochten tenen aan elkaar vastgemaakt. Binnen deze U-vorm is nog een grote<br />

miniatuur geschilderd bij het tekstgedeelte van de bladspiegel. Nu zullen eerst<br />

de kleine taferelen in de volgorde van boven naar onder, van links naar rechts en<br />

van onder naar boven beschreven worden:<br />

- In de linkerbovenhoekziet men sintjacob, zittend op een steen die op het water<br />

drijft. Christus staat op de oever en biedt hem een twijgje aan met aan de top<br />

een schelpje.]acobus echter slaapt en heeft een pelgrimsstaf in de arm geklemd.<br />

Op de achtergrond varen schepen en achter de bergen ligt de open zee. *)<br />

- Het tafereel eronder toont Jacobus, als pelgrim gekleed, staande voor een stenen<br />

gotisch wegkruis. Hij is omringd door zeven toehoorders terwijl hij aan het pre-<br />

ken is. Zijn handgebaar is de middeleeuwse manier om het argumenteren uit te<br />

beelden.<br />

- De hieropvolgende miniatuur laat zien hoe sint Jacob vastgenomen wordt en<br />

naar de gevangenis geleid. Op de voorgrond zwaait de beul met het zwaard om<br />

de geblinddoekte apostel te onthoofden. Zijn staf, hoed en mantel liggen op de<br />

grond. Zijn pelgrimstas heeft hij niet afgelegd. Een drietal personen staat bij de<br />

terechtstelling toe te kijken.<br />

Volgt dan het inschepen naar en de aankomst in Galicië van het bootje met het<br />

onthoofde lichaam van Jacobus. Telkens wordt de apostel door twee mannen<br />

gedragen. Op de voorgrond ziet men hoe het ontzielde lichaam wordt neerge-<br />

legd op een grote plaat witte marmer. Volgens de legende smolt de marmer als<br />

was en nam de vorm aan van een sarkofaag die het lichaam van de dode<br />

omsloot. Het is zeer opvallend dat het hoofd van Jacobus op geen enkel van de<br />

drie verschillende tafereeltjes te bespeuren valt.<br />

Onderaan de bladzijde is de zoektocht naar een geschikte begraafplaats voor de<br />

heilige uitgebeeld. De leerlingen begeven zich naar het kasteel van Lupuria of<br />

Luvia. Deze valse vrouw deelde hen mee dat ze mochten beschikken over haar<br />

ossen die in de bergen graasden. In werkelijkheid ging het om wilde stieren. Deze<br />

werden echter zo mak als lammeren nadat de leerlingen een kruis over hen had-<br />

den geslagen. Ze lieten zich voor de kar spannen en brachten het onthoofde<br />

lichaam van Jacobus terug naar het kasteel van Lupuria. Zij erkende het wonder<br />

dat met haar wilde dieren was geschied, ze bekeerde zich en liet van haar kasteel


een kerk maken. Sint Jacob werd er op waardige wijze begraven. Toen de discipe-<br />

len op hun beurt stierven heeft men ze bijgezet naast het graf van hun meester.<br />

Zo wil het de legende.<br />

- De middelste miniatuur onder aan de bladzijde stelt de legendarische slag bij<br />

Clavijo voor. Sintlacob, met de pelgrimshoed op het hoofd, zwaait het zwaard en<br />

gezeten op zijn wit paard voert hij de christene legers aan. De Moren slaan op de<br />

vlucht en enkelen van hen liggen dood ter aarde. De rode sjabrak van het paard is<br />

op twee plaatsen versierd met het wapen van de Orde van <strong>Santiago</strong>.<br />

- Naast de slag bij Clavijo is een mirakel van lacobus voorgesteld. Het is dat van<br />

de dode pelgrim die, met een reisgenoot, door de heilige apostel te paard naar<br />

Galicië werd gebracht. Deze wonderbare gebeurtenis wordt verteld in de 12de-<br />

eeuwse Codex Calixtinus en werd ook opgenomen in de 13de-eeuwse Legenda<br />

aurea. Het verhaal luidt als volgt: In het jaar 1080 besloten een dertigtal mannen<br />

uit Lotharingen op pelgrimstocht naar <strong>Santiago</strong> te gaan. Ze beloofden op hun<br />

erewoord elkaar steeds te zullen helpen en elkaar in alle omstandigheden trouw<br />

te blijven. Een van hen echter weigerde zich door een erewoord te binden. De<br />

reis verliep voorspoedig tot aan de Pyreneeën. Daar werd een van hen ziek en<br />

met veel moeite geraakt hij nog in het gebergte. Overmand door vermoeidheid<br />

en verzwakt door de lastige tocht in de bergen vergaten de mannen hun belofte<br />

en lieten de zieke achter. De ene man die zijn erewoord had geweigerd bleef bij<br />

de zieke gezel die kort daarop stierf. In het holst van de nacht zat de vriend nu<br />

alleen met de dode. Hij was zelf halfdood van schrik in dit eenzame gebied en<br />

begon tot sint Jacob te bidden. Onmiddellijk verscheen deze hem in de gedaante<br />

van een ruiter te paard. Hij nam de dode op, legde hem voor zich op het paard en<br />

vroeg de metgezel achter hem op het rijdier plaats te nemen. Nog voor de dage-<br />

raad bereikten zij de Monte del Gozo. De ruiter gaf de pelgrim opdracht naar de<br />

kerk van <strong>Santiago</strong> te gaan en de geestelijken te vragen de dode vriend te begra-<br />

ven. Hij zegde ook dat de pelgrimstocht van de andere gezellen, door het breken<br />

van hun belofte, waardeloos geworden was, tenzij zij alsnog een penitentie zou-<br />

den volbrengen. Nu begreep de pelgrim dat de ruiter niemand minder was dan<br />

<strong>Santiago</strong>. Nog voor hij een dankwoord kon uitspreken was deze verdwenen.<br />

Op zijn terugtocht ontmoette de pelgrim zijn gezellen en bracht hen de bood-<br />

schap van de apostel over. De bisschop van León legde de Lotharingers een peni-<br />

tentie op en daarna zetten ze hun pelgrimage verder.<br />

Links op de achtergrond van de miniatuur is een groepje pelgrims in het land-<br />

schap te zien. De dode die op het paard ligt kan men, niettegenstaande de<br />

beschadiging van het perkament, toch nog onderscheiden.<br />

Aan de rechterkant van de bladzijde, te beginnen onderaan, is een ander mirakel<br />

van sint Jacob voorgesteld. De heilige verschijnt links boven aan de hemel en redt<br />

de opvarenden van een verongelukt schip.


Een man is te water geraakt en twee andere proberen in een reddingssloep te<br />

komen. Drie pelgrims knielen op de oever en bidden tot de heilige. Op de achter-<br />

grond is een grote stad zichtbaar.<br />

Het is niet uitgemaakt welk mirakel hier concreet wordt bedoeld. Sintlacob is<br />

meerdere keren tussengekomen om schipbreukelingen te redden.<br />

- De twee volgende miniaturen illustreren het meest bekende en meest populai-<br />

re ]acobusmirakel, dat van de gehangene en van de haan en de hen. Beide behoe-<br />

ven geen nadere toelichting.<br />

- De laatste voorstelling verhaalt de ietwat bizarre geschiedenis van een pelgrim<br />

die ter ere van <strong>Santiago</strong> zelfmoord pleegde. Volgens de filosoof Hugo van Saint-<br />

Victor (1 096-1 141) verscheen de duivel in de gedaante van sint Jacob aan een<br />

pelgrim en wees hem op alle ellende van dit leven op aarde. Hij voegde erbij dat<br />

hij heel gelukkig zou zijn indien de pelgrim zichzelf zou doden als een eerbetoon<br />

aan hem. De man nam een zwaard, doorstak zichzelf en bleef dood neerliggen.<br />

De waard van de herberg, die aan de pelgrim gastvrijheid had verleend, werd ver-<br />

dacht van moord en vreesde voor zijn eigen leven. De dode richtte zich onver-<br />

wachts weer op en zei dat het de duivel was die hem tot zijn misdaad had overge-<br />

haald. Toen de boze geest zijn ziel meenam kwam sintlacob om de duivel tegen<br />

te houden en de ziel van de pelgrim aan diens klauwen te ontrukken. De apostel<br />

bracht de pelgrim en de duivel voor de troon van de opperste rechter en deze<br />

besliste dat de pelgrim opnieuw tot het leven mocht terugkeren. Uiteraard werd<br />

de duivel gestraft.<br />

Op de miniatuur ziet men rechts de duivel met een rode muts waaruit twee<br />

hoorntjes steken. Hij praat in op een pelgrim die zich een mes in de borst steekt.<br />

Op de voorgrond ligt hij dood neer, het mes nog in de hand. Boven de wolken<br />

ziet men Christus omringd door hemelse figuren waaronder ook <strong>Santiago</strong> te her-<br />

kennen is.<br />

Naast deze elf kleine taferelen bevat de eerste bladzijde van het cartularium nog<br />

een grote miniatuur met een tafereel dat zich afspeelt in het koor van een kerk.<br />

Op de voorgrond geeft een smeedijzeren hek toegang tot de gewijde ruimte<br />

waarin een altaar staat.<br />

Op het altaar bevindt zich een laag retabel en daarachter twee koperen kande-<br />

laars. In het midden, op een troon, ziet men het beeld van de zittendelacobus. e<br />

Een muurtje, voorzien van twee doorgangen, verdeelt de koorruimte in twee.<br />

Achter dit muurtje bemerkt men het bovenste stuk van een ladder waarop een<br />

pelgrim klimt. Een tweede pelgrim omhelst het apostelbeeld en een derde is<br />

bezig terug af te dalen.<br />

Boven het altaar en het beeld hangt een zwaar baldakijn met gouden beeldjes<br />

versierd en voorzien van de letters ihs watjezus betekent. Onder het baldakijn is<br />

nog een gouden kruis zichtbaar dat dieper in het koor staat. De ronding van het


koor is versierd met blinde arcaden in de vorm van spitsbogen. Links boven is een<br />

venster zichtbaar en het koor is met gotische gewelven gesloten. De architectu-<br />

rale elementen komen waarschijnlijk overeen met die van de kapel van het voor-<br />

malige Sint-Jacobsgasthuis<br />

te Doornik.<br />

Het kerkmeubilair, de personages en de handelingen die zij verrichten zijn meer<br />

dan waarschijnlijk geïnspireerd op datgene wat in de kathedraal van <strong>Santiago</strong> de<br />

Compostela te zien was.<br />

Allereerst valt het grote aantal pelgrims op. Enkelen zitten geknield op de vloer<br />

bij de ingang van het koor. In de beide toegangen tot de achterliggende koor-<br />

ruimte ziet men links de pelgrims naar binnen gaan om de apostel te omhelzen.<br />

Rechts komen ze, na het volbrengen van het ritueel, terug naar buiten. Onder de<br />

pelgrims bevinden zich drie vrouwen. Een van hen heeft twee kinderen bij zich<br />

en bedelt om aalmoezen bij de andere aanwezigen. Links naast het altaar staat<br />

een man, wellicht een geestelijke. Het lijkt alsof hij de wacht houdt bij twee sik-<br />

kels die op het altaarkleed liggen. In enkele 15de-eeuwse pelgrimsverhalen leest<br />

men dat de sikkel het passie-instrument was waarmee het hoofd van sint Jacob<br />

werd afgehouwen en derhalve voorwerp van verering was. Waarom hier twee<br />

sikkels liggen is nooit verklaard en evenmin is de sikkel een attribuut van<br />

<strong>Santiago</strong> geworden. Het werktuig heeft wel een rol gespeeld in het leven van<br />

Santo Domingo de la Calzada, echter niet als marteltuig. De heilige gebruikte<br />

een sikkel om op wonderbaarlijke wijze eikenbomen te vellen die hij nodig had<br />

voor de bouw van zijn pelgrimshospitaal.<br />

Het Jacobusbeeld achter het retabel op het altaar is geschilderd naar het voor-<br />

beeld van de zittendelacobus achter het hoogaltaar in de kathedraal van<br />

<strong>Santiago</strong>. De miniaturist heeft de heilige, net als in Compostela, een beschreven<br />

banderol in de hand gegeven. In het Galicische heiligdom draagt de apostel ech-<br />

ter geen hoed.<br />

Tenslotte is nog enige uitleg verschuldigd over de aanwezigheid van de talrijke<br />

heraldische motieven. Het meest frappant zijn de Franse lelies. Ze komen voor op<br />

een gekroond schild, door twee engelen gehouden, in de bovenste rand van de<br />

bladzijde, waar twee andere engelen op een bazuin blazen. Men ziet een klein<br />

gekroond wapenschild links op het zware baldakijn en de ronde<br />

boog die de miniatuur omlijst bevat op regelmatige afstanden een Franse lelie<br />

afgewisseld met een schelp en een kruis. Zeer opvallend aanwezig zijn de Franse<br />

lelies op een groot wandtapijt dat links in het koor is opgehangen. Daar zijn de<br />

lelies telkens omringd door een gotische letter k (?). Van 840 tot 11 88 behoorde<br />

Doornik tot het graafschap Vlaanderen. Daarna werd Doornik een vrije Franse<br />

stad tot ze in 1521 door Karel V opnieuw met de Nederlanden werd verenigd.<br />

Heeft de miniaturist, al dan niet in opdracht, het Franse karakter van de stad wil-<br />

len beklemtonen? Of is hier een verwijzing te zien naar de kapel van de koningen<br />

van Frankrijk die nog steeds bestaat in de kathedraal van <strong>Santiago</strong>? Dit probleem


is thans nog onderwerp van een gespecialiseerde studie.<br />

Behalve het wapen van Frankrijk is ook nog het gekroonde schild van Castilië-<br />

León zichtbaar op de linkerzwik van de boog achter het grote baldakijn. De rech-<br />

terzwik draagt een schild met een klimmende leeuw. Helemaal links bovenaan is<br />

het schild van de Orde van <strong>Santiago</strong>. Het is met een leren riem opgehangen aan<br />

de tak van de omlijsting. Naast het schild staat de pelgrimsstaf en twee schelpen<br />

vullen de ruimte rechts en onder het schild. De hiervoor genoemde kruisen en<br />

schelpen in de holle lijst tussen de lelies rond de miniatuur geplaatst verwijzen<br />

eveneens naar de Orde van <strong>Santiago</strong>. Ook de problemen rond deze heraldische<br />

motieven worden nog nader onderzocht.<br />

Het cartularium van het Sint-Jacobsgasthuis te Doornik is een van de belangrijkste<br />

Jacobusdocumenten uit de laatmiddeleeuwse Nederlanden. De miniaturen<br />

op de eerste bladzijde van de codex geven een selectie van voorstellingen uit het<br />

leven, de legenden en de mirakelen van de heilige apostel. Uitermate interessant<br />

is echter de grote miniatuur. Ze biedt een zeldzaam voorbeeld van de verering<br />

van <strong>Santiago</strong> in de 15de eeuw. De toen gebruikelijke rituelen zijn in wezen tot op<br />

onze dagen dezelfde gebleven. De anonieme kunstenaar heeft zeker en vast pelgrims<br />

in het Doornikse hospitaal geobserveerd. Vermoedelijk heeft hij dit kleine<br />

meesterwerk geschapen op basis van zeer gedetailleerde verhalen die hem door<br />

een van de leden van de Jacobusbroederschap zijn verteld. Het realiteitsgehalte<br />

van de miniatuur is zeer groot en betrouwbaar. De schriftelijke getuigenisen van<br />

15de-eeuwse pelgrims zijn volledig in overeenstemming met wat hier, op meesterlijke<br />

wijze, in kleuren wordt getoond.<br />

*)Voor het twijgje alsJacobusattribuut, zie: delacobsstaf 1996, p.148-157.<br />

Schriftelijke getuigenissen van middeleeuwse pelgrims kan men o.m. lezen in: Klaus HER-<br />

BERS en R. PLOTZ, Nach <strong>Santiago</strong> zogen sie. Berichte von Pilgerfahrten urn "Ende der Welt,<br />

München, Deutscher Taschenbuch Verlag, 1996.<br />

Met dank aan Dr. Dominique Vanwijnsberghe (Brussel) die zijn studie over het cartularium<br />

van Doornik vriendelijk ter beschikking stelde,<br />

Alle foto's van de miniaturen zijn afkomstig van het Studiecentrum Vlaamse Miniaturisten, t<br />

Katholieke Universiteit, Leuven.


NATUUR ONDERWEG<br />

IDA BLOK<br />

Wat zou de pelgrimsweg zijn zonder de<br />

Wilde peen vorm t<br />

een fijn kantwerk<br />

omlijsting van de natuur? Zonder de kleurige Ianqs de weq<br />

bloemen die stralend, uitdagend of ingetogen<br />

(fotolda lok)<br />

je pad opvrolijken? Zonder het gekwetter van<br />

de vogels die elkaar toeroepen dat er weer<br />

zo'n mal wezen op twee benen voorbijkomt?<br />

Zonder de elegante sprongen van een ree, dat<br />

door het korenveld heen dekking zoekt in de<br />

bosrand? Zonder dat alles is voor mij een pel-<br />

grimsreis ondenkbaar.]e kunt een willekeuri-<br />

ge dag prikken in mijn dagboek, en je zult er<br />

iets over de natuur opgetekend vinden.<br />

Het zijn soms schijnbaar onbeduidende din-<br />

gen die, zelfs als het moeilijk gaat, je hele dag<br />

in één keer goed kunnen maken: de zon die op<br />

een grauwe dag door de wolken breekt, een<br />

berm vol stralend geel jacobskruiskruid, het<br />

vrolijke getierelier van leeuweriken die de<br />

hemel bestormen, één vuurrode klaproos in<br />

een dor landschap, de geurige lavendelstrui-<br />

ken op de Colina de Mostelares, een weitje<br />

met reuzenchampions bij de Alto do Poio,<br />

dauwdruppeltjes die in de morgenzon fonke-<br />

len aan de uitgebloeide bloemschermen van<br />

venkel.


HERINNERINGEN IN WOORD EN BEELD<br />

De vroege morgenzon heeft de papaver zachtjes aangeraakt, zodat de knop kon<br />

openbarsten. De felrode bloemblaadjes zijn nog gekreukeld van het lange opge-<br />

vouwen zitten. Zweefvliegen komen om te snoepen van de verse nectar.<br />

De morgen is een nieuw begin. In de nacht is de natuur opgefrist, bloemen en<br />

insecten beginnen een nieuw leven. Zelf kun je er ook weer tegen. Dikwijls heb ik<br />

het gevoel dat de bloemen me aanmoedigen zodat ik met vreugde voort kan<br />

gaan.<br />

Het verrukkelijke van lopen is dat je zo makkelijk even stil blijft staan. Wat zie ik<br />

daar voor kleurigs tussen het dorre gras? Beweegt daar iets? Waar zou die stink-<br />

zwam staan die ik zo duidelijk ruik? Hé, wat heeft die distel een leuke structuur:<br />

de bijna kogelronde, wollige knoppen zijn bezet met donkerpaarse stekeltjes in<br />

een perfect spiraalsgewijs verlopend patroon. Een kunstwerkje om met verwon-<br />

dering naar te kijken.<br />

Op mooie zomerdagen zijn er dikwijls veel fladderaars. Ze hoppen van bloem<br />

naar bloem of fladderen rusteloos door de lucht. Een landkaartje doet zich<br />

tegoed aan de nectar van wilde marjolein. Heel elegant zijn de blauwtjes, die<br />

heus niet allemaal blauw zijn; er zijn veel verschillende soorten, die je aan hun<br />

kleuren aan de boven- en onderkant en vooral aan de vlekken op hun vleugels<br />

moet proberen te herkennen.<br />

Als ik Spanje binnenwandel is het al eind september. Het najaar is in Spanje net<br />

als bij ons het hoogseizoen voor paddestoelen. Op een stuk met gruis verhard<br />

pad liggen allemaal steenrode stukjes. Het lijken wel roosjes, met gulle hand<br />

gestrooid. Het zijn oranje-rode bekerzwammetjes. Zeker over 20 meter is het<br />

pad er werkelijk mee bezaaid, daarna zie ik ze zo nu en dan nog.<br />

(foto's /do Blok)


ONTMOETINGEN OP DE CAMINO<br />

Fred Majoor fietste samen met zijn zoon Reinoud vanaf Laren (N.H.)<br />

Vertrek op 27 juni 1997 naar <strong>Santiago</strong> waar ze op 77juli hun<br />

Compostela in ontvangst namen. Driehonderd km. voor <strong>Santiago</strong><br />

hadden zij een byzondere ontmoeting<br />

HET BED<br />

Voor ons uit duwde een vrouw een kar tegen de heuvel<br />

op. De kar werd getrokken door een man. Beiden<br />

waren ongeveer 50 jaar. Het ging moeizaam. We<br />

stapten af en vroegen of we konden helpen.<br />

We dachten dat ze een paar kilometer verderop<br />

moesten zijn, het volgende dorp.<br />

Het waren echter geen Spanjaarden maar Duitsers. Ze<br />

waren op weg naar <strong>Santiago</strong> met een stapelbed op<br />

wielen. Het was helemaal overdekt met een blauw<br />

zeil. Drie maanden geleden waren ze uit Keulen vertrokken.<br />

Ze konden niet op gewone fietsen rijden, want de<br />

grote wielen pasten niet onder het bed. Daarom<br />

reden ze op een soort vouwfietsen en volgden zoveel<br />

mogelijk rivierdalen. Wat een tocht met zo'n gevaarte<br />

tussen je in.<br />

Ze waren over de Pyreneeën getrokken, over Cruz de<br />

Ferro en de Cebreiro. Maar iedere hellinq - moesten ze<br />

lopend, duwend en trekkend omhoog.<br />

We probeerden om te helpen, maar het ging echt<br />

niet met onze grote fietsen. We namen afscheid en<br />

kregen een folder met een plaatje van het bed en de<br />

doelstelling van deze bijzondere tocht.<br />

Ik heb nog vaak aan deze mensen gedacht. Wat een<br />

moed!<br />

Ze reden vaak over grote wegen, met het bed over de<br />

pechstrook, terwijl de vrachtwagens langs je zoeven.<br />

Zouden ze onderweg ook in het bed slapen?<br />

Ze zullen <strong>Santiago</strong> wel gehaald hebben. Als je meer<br />

dan 2000 km. op zo'n manier hebt afgelegd, moeten<br />

die laatste 300 km. ook tot een goed einde gebracht<br />

kunnen worden.<br />

i


DE WEG<br />

HET BED<br />

DE VRAAG<br />

is een pelgrimsweg die loopt door vele landen<br />

en streken van Europa,<br />

hij wordt sinds 1000 jaar gevolgd door mensen<br />

uit deze landen en streken,<br />

hij is ook een weg door de ontwikkelingsge-<br />

schiedenis en de cultuur van Europa,<br />

deze geschiedenis is een gebeuren dat nog niet<br />

is voltooid. Wij gaan deze weg als deelgenoten<br />

van dit gebeuren.<br />

het werd in 1944 gemaakt,<br />

het is een stapelbed uit een vluchtelingen-<br />

kamp,<br />

het betekent meer dan een slaapplaats voor<br />

ouders en kinderen,<br />

... toevluchtsoord in tijden waarin de dagen als<br />

schrikkelijke dromen zijn,<br />

de 2Oste eeuw is een dergelijke tijd,<br />

dit bed is een symbool voor de 2Oste eeuw,<br />

wij begeleiden het bed op zijn weg, te begin-<br />

nen in het heden doorheen de verhalen van het<br />

verleden,<br />

tegenover de symbolen van vroegere werelder-<br />

varing en eigen ondervinding komt steeds<br />

opnieuw de vraag ...<br />

zijn het de toevalligheden van tijd en plaats die<br />

beslissen over slachtoffer en dader?<br />

Waarom is de huidige tijd zoals hij is?<br />

Dringt het tot het bewustzijn door wat er<br />

gebeurt?<br />

Wat betekent het tijdgenoot te zijn, vandaag,<br />

hier in Europa?<br />

Is deze huidige tijd de geschiedenis die alle verhalen<br />

in zich sluit?


VAN DE VOORZITTER<br />

DE ZOEICNDE PELGRIM<br />

Historisch bekend is de uitspraak: Quo vadis? Waar ga je naar toe? Maar minstens<br />

zo interessant is: Wat zoek je? Veel lopende pelgrims weten waar ze naar toe<br />

lopen en in onze gelederen is dat vaak <strong>Santiago</strong> de Compostela. Maar waarom,<br />

wat zoek je tijdens het lopen, is een veel moeilijker vraag en voor iedereen sterk<br />

verschillend.<br />

Vaak zijn de ervaringen onderweg en de herinneringen die je naar huis mee terug<br />

neemt, anders dan je van tevoren gedacht had. Het zijn wel de onderwerpen<br />

waar nog lang over nagepraat wordt en je misschien wel de rest van je leven bij-<br />

blijven. Het lijken zonder uitzondering hoogst persoonlijke ervaringen. Mij ver-<br />

baast altijd de hoeveelheid tijd die er in regiovergaderingen besteed wordt aan<br />

de uitwisseling van ervaringen en de expliciete vreugde bij de herkenning van<br />

andermans belevenissen op de Camino. Blijkbaar is ook dat hoogst individuele<br />

bespreekbaar in een groep. Ook in de werkgroep Spiritualiteit worden gevoelens<br />

over het pelgrimeren uitgewisseld. Het is fijn dat mensen zichzelf daarin kunnen<br />

herkennen.<br />

Ik denk dat dat een sterke kant van het Genootschap is; leden met meer ervaring<br />

met de pelgrimstochten naar Compostela die bereid zijn dat te delen met begin-<br />

nende pelgrims. Ik heb dan ook het vertrouwen erin dat het boekje Praktisch<br />

Pelgrimeren dat wij ter gelegenheid van het heilig jaar willen uitgeven voor de<br />

leden door de leden geschreven gaat worden. Ik heb bij leden van het<br />

Genootschap zelden het idee dat ze niet weten waar het over gaat bij pelgrime-<br />

ren hoewel de persoonlijke belevenis heel verschillend kan zijn.<br />

Kerstmis zal voor mij er weer één zijn in het teken van lange afstands wandelen.<br />

Kerstmis is dan ook een tijd van voorbereiding en dan niet van lekker eten of<br />

familiebezoek maar van routes uitzoeken en onderdak regelen. De onthechting<br />

van het dagelijks werk, die je dan ervaart, geeft midden in de winter toch wel een<br />

speciaal gevoel.<br />

Maar wat ik zoek? Ik weet het niet, maar het heeft wel iets te maken met het los-<br />

laten van de gewone dagelijkse dingen en de lichamelijke inspanning van het<br />

lopen op een koude winterdag. En het heeft iets heel bijzonders om op<br />

Oudejaarsdag in je eigen warme huis terug te keren.<br />

Het bestuur zit duidelijk in een tijd van verandering. De najaarsvergadering was<br />

de eerste keer voor zover ik weet dat Mireille Madou er niet bij was. Nico Zijp zou<br />

eerst ook komen om afscheid te nemen maar is toch niet lichamelijk in staat om<br />

van de partij te zijn.<br />

De Redactie van delacobsstaf heeft te kennen gegeven er na de voorjaars-<br />

vergadering mee op te houden. Zij hebben een groot aantal jaren gezorgd voor<br />

een zeer verzorgd blad en beschikten inmiddels over een grote ervaring in het


edigeren van het blad. In de voorjaarsvergadering zullen we hier nader op<br />

ingaan.<br />

Ik wens u allen namens het Bestuur een hele goede Kerst en een voorspoedig<br />

1999.<br />

Katrina van den Berg<br />

Voorzitter Nederlands Genootschap van Sint jacob<br />

Tel. 033-4650623<br />

VERSLAG NAJAARSVERGADERING TE AMSTERDAM<br />

Geroezemoes, handen schudden, lachende gezichten, bewegingen van opstaan<br />

en weer gaan zitten; iedereen maakte kennis met haar of zijn buurman of buur-<br />

vrouw na een aansporing daartoe van de voorzitter, I


In de toekomst zullen alleen leden en introduce's worden toegelaten die zich<br />

vooraf hebben aangemeld.<br />

Er was ruimschoots gelegenheid voor alle leden om informatie te geven, vragen<br />

te stellen en suggesties te doen. Ik heb de volgende selectie gemaakt:<br />

- Het bestuur wacht met belangstelling een initiatief van de Duitse zusterorgani-<br />

satie af voor een gezamenlijke bijeenkomst. Incidenteel hebben bestuursleden<br />

contact met deze organisatie en met het Vlaams Genootschap.<br />

- De regio-contacpersoon voor de regio Rotterdam, Hans Timmermans, onder-<br />

steunt het idee voor een andere formule voor de nieuwe redactie van de<br />

jacobsstaf.<br />

- Tijdens de voorjaarsvergadering zal een verdubbelling van sessies van works-<br />

hops plaats vinden, zodat de leden meerdere workshops op één dag kunnen<br />

bezoeken. Leden die een muziekinstrument bespelen worden gevraagd zich te<br />

melden bij Herman Stokmans; overwogen wordt een werkgroep muziek op te<br />

richten.<br />

-Jannie Vermeulen zou graag een echtpaar uit Alphen a/d Rijn willen bedanken<br />

voor hun liefdevolle hulp aan haar man tijdens zijn voettocht naar <strong>Santiago</strong>.<br />

Zijn zij aanwezig?<br />

- Er wordt nog gewerkt aan een (goede) vertaling van de Compostela in het<br />

Nederlands. Die zal in dejacobsstaf worden opgenomen.<br />

- El Orfeonjacobeo, de naam van het pelgrimskoor, betekent: de zanggroep van<br />

lacobus, dus a capella.<br />

- Er zijn uiteenlopende ervaringen van leden: de een stoort zich aan 'lopers' van<br />

wie de bagage per 'bus' wordt vervoerd waardoor slaapplaatsen al heel vroeg<br />

worden bezet. De ander propageert om niet op anderen te letten en voor zichzelf<br />

te lopen of te fietsen. De voorzitter stelde vast dat het Genootschap blijk kan<br />

geven van haar verontrusting over het oprukken van de commercie en het onei-<br />

genlijk gebruik van refugio's, maar het effect daarvan zal niet groot zijn.<br />

- Gerard van Poppel, bestuurslid 'ledenservice', verzoekt leden die een pelgrims-<br />

pas aanvragen de datum van vertrek te melden. Dit om een te hoge piekbelasing<br />

te voorkomen.<br />

Vele pelgrims hadden zich voor de pelgrimsparade aangemeld. Wat zij allemaal<br />

te vertellen hadden is eigenlijk een apart verslag waard. Ik moet mij beperken tot<br />

enkele karakteristieke verhalen:<br />

-wat tegenviel: de terugkeer na de tocht in het werkproces. Voor een ander was<br />

dat de terugkeer met de (pendel)bus.<br />

-Wat meeviel: de bewegwijzering, familiegeveoel in de refugio's, de vriendelijk-<br />

heid van de Spanjaarden, de goede fuentes, geen kwade honden. Goede tip: leer<br />

een paar woorden Spaans!<br />

- De GSM-telefoon meenemen is alleen aan te raden als deze op vaste tijden aan-<br />

staat. Bellen met telefoonkaarten kan ook!


- pelgrim wordt spontaan uitgenodigd door een passerende automobilist voor<br />

een bijeenkomst van één van onze Franse-zustergenootschappen. Hij besluit niet<br />

mee te rijden maar te voet door te lopen naar de plaats van samenkomst. Daar<br />

aangekomen wordt er gesproken over de slechte opvang van passerende pel-<br />

grims. Iedereen vindt dat het beter moet. Na de nodige wijn (cru St. Jacques?)<br />

verlaat men het pand. De pelgrim blijft achter met de burgemeester die de zaal<br />

moet afsluiten. Het kost de nodige moeite om de burgemeester te overtuigen<br />

dat een pelgrim genoegen neemt met de kale vloer van de Salle de fetes om te<br />

overnachten.<br />

- speelse gedachten tijdens de eindeloze tocht door de Meseta: de aarde wordt<br />

een groot rond ding onder mijn voeten. Met m'n stok geef ik bij iedere vierde<br />

stap de aarde een klein duwtje, zodat de aarde onder mij voortrolt terwijl ik loop<br />

maar op dezelfde plaats blijf. Niet ik, maar de aarde onder mij verplaatst zich.<br />

- een man uit Alphen a/d Rijn vertelt over een ontmoeting met een Nederlandse<br />

mede-pelgrim in El Burgo Ranero. De man was helemaal 'stuk'. Goed gesprek,<br />

opbeurende woorden en tot slot als aandenken: ... een lepeltje met een schelp.<br />

Na de workshops (voor het eerst ook een workshop '<strong>Santiago</strong> niet bereikt' werd<br />

de vergadering besloten met een boeiend verhaal met dia's van de<br />

Amsterdamse-stadsarcheoloog, de heer ].M. Baart. Uiteraard over de voormalige<br />

]acobskapel, maar ook over andere archeologische vondsten die - hoe dan ook -<br />

een relatie hebben met Amsterdam. De stad van en voor pelgrims.<br />

Herman van Bemmel<br />

REGIO'S<br />

REGIO AMSTERDAM<br />

(postcode: 1000 t/m 1 1 19 + 1 160 t/rn 1 199 + 1300 t/m 1399 + 1420 t/m 1439)<br />

Contactpersonen:]anna Matthijsen, Geerdinkhof 35, 1 1 O3 PP Amsterdam,<br />

(020)699 61 73 I<br />

Paul Roosendaal, Borgerstraat 58,1053 PV Amsterdam, a (020)683 48 56<br />

REGIO NOORD-HOLLAND BOVEN HET IJ<br />

(postcode: 1 120 t/m 1 159 + 1440 t/rn 1999)<br />

Contactpersoon:]an Louter, Dorpsstraat 65,1689 ER Zwaag,<br />

(0229)236 51 2<br />

WIJK AAN ZEE - ZATERDAG 77 OKTOBER 7998<br />

Met 60 leden en introducés kwamen we bijeen in "De Moriaan" in Wijk aan Zee.<br />

's Morgens doen 8 van hen verslag van hun belevenissen op weg naar <strong>Santiago</strong>.


Fred Barella uit Uitgeest heeft ervaren dat het pelgrimspad niet alleen bedekt is<br />

met voetstappen; eenmaal eraan begonnen wordt je voor je leven pelgrim. Een<br />

tandarts in Moissac behandelde hem gratis omdat hij op weg was naar Saint<br />

Jacques. Hij heeft goede herinneringen aan de mooie stille gites in Frankrijk en<br />

de abdij van Conques. Later heeft hij daar als enige Hollander en protestant drie<br />

weken als vrijwilliger gewerkt. Ook dat was een bijzondere ervaring.<br />

Theo Dijkstra uit Bergen heeft in 1996, 1997 en 1998 de westelijk route gelopen.<br />

Hij heeft mensen uit allerlei landen ontmoet. Velen van hen ergerden zich aan de<br />

"asfalt-pelgrims", die al liftende de weg naar <strong>Santiago</strong> aflegden, de "mountainbi-<br />

kers", die het voetpad onveilig maakten, de "misbruikers" (veelal jonge<br />

Spanjaarden) die rookten, dronken, veel lawaai maakten en de refugio's zien als<br />

een goedkoop vakantieverblijf, de "auto-peregrino's die de laatste paar honderd<br />

meters voor de refugio de rugzak op doen, naar de refugio lopen en de plaatsen<br />

van de lopers en fietsers al vroeg in de middag bezetten. Pax Christi Spanje pro-<br />

beert de oude camino in ere te herstellen door een aantal refugio's te sluiten en<br />

de afstand tussen de refugio's te vergroten tot 30 a 40 km. Hij informeert ons<br />

ook over een twee dagen durende opleiding tot refugio-beheerder in het kloos-<br />

ter van de Benedictinessen in Leon.<br />

Ans Maas uit Wervershoof heeft dit jaar de laatste etappe van haar pelgrimstocht<br />

(van Saint-Jean-<strong>Pied</strong>-de-Port<br />

tot <strong>Santiago</strong>) afgelegd, samen met haar wandel-<br />

maatlopie Ruiter. Op een nuchtere, ontwapenende manier vertelt zij hoe je<br />

steeds bezig bent met overleven: lopen, eten, drinken en slapen. Ze heeft geno-<br />

ten van de vele ontmoetingen en het onderweg zijn.<br />

Ed Nozeman uit Castricum heeft dit jaar de 2de etappe van zijn tocht (Saintes -<br />

Logroño) gefietst. Het duinlandschap van Les Landes met kerkjes uit de 12de<br />

eeuw en keltische kruisen op de kerkhoven heeft hem bijzonder geboeid. Hij<br />

heeft mensen uit de hele wereld ontmoet en trof een belgische politieman met<br />

wie hij samen is opgefietst.<br />

Kees Selie uit Castricum had een zware rugzak en kreeg pijn in zijn schouders. Hij<br />

heeft zich afgevraagd: "waarom doe ik dit allemaal ?"Toch was het-onderweg-<br />

zijn een mooie ervaring.<br />

Door "het loslaten" werd het ook lichter op zijn schouders. Hij raakte ontroerd<br />

door de liefde die hij van de mensen ondervond. Ook werd hij getroffen door de<br />

kleinschaligheid van het boerenbedrijf, waardoor de mensen ontspannen en zon-<br />

der stress leefden, terwijl ze alles hadden wat ze nodig hadden.<br />

Ben Postumus uit Volendam, vertelde ons een wonderlijke anekdote over een<br />

fiets van een medepelgrim die uiteindelijk in een café door hem verkocht werd.<br />

Dat leverde precies het geld op waarmee zijn medepelgrim de reis naar huis kon<br />

betalen.<br />

Al deze verhalen werden afgewisseld door de beeldende gedichten die Elly van<br />

Kalken uit Zwaag op haar tocht van Saint-Jean-<strong>Pied</strong>-de-Port naar <strong>Santiago</strong> had


gemaakt. Je zag, je voelde en je rook de camino.<br />

's Middags maakten Jacques Buissink, Aat Paauw. beiden uit Heemskerk, en Piet<br />

Louter uit Schoorl ons deelgenoot van hun ervaringen op hun tocht van Zamora<br />

via Ourense naar <strong>Santiago</strong>. Zij illustreerden hun verhaal over de camino de<br />

<strong>Santiago</strong>, Via da Plata met mooie dia's over het landschap, de mensen en de cul-<br />

tuur.<br />

De volgende bijeenkomst zal plaats vinden op zaterdag 13 februari 1999, weer<br />

op een andere plaats in Noord-Holland. We zwaaien in ieder geval weer een aan-<br />

tal pelgrims uit die in het voorjaar de tocht hopen te ondernemen.<br />

REGIO BOLLENSTREEK - RIJNLAND<br />

(postcode: 2000 t/rn 1299 + 2300 t/rn 2499)<br />

Contactpersoon: C.G. van Tongeren, Rijnsburgerweg 4/F4,2215 RA Voorhout,<br />

n (0252)231 147<br />

Regio-bijeenkomsten worden gehouden op de tweede zaterdag van de maanden<br />

maart en oktober. Plaats van samenkomst het klooster van de Broeders van<br />

Schoonoord te Voorhout.<br />

VERSLAG REGIO-Bl/EENKOMST 77 OKTOBER 7998<br />

Een goed bezochte bijeenkomst. Enkele nieuwe leden stellen zich voor.<br />

Motieven: gewoon alleen belangstelling voor Sint Jacob en de route, maar ook<br />

voor VUT-wil tot wandelen.<br />

Daarna worden de ervaringen van dit jaar verteld: genieten van vrijheid en de<br />

natuur, vijf dagen wind in de rug; een ontmoeting met een tegenligger in de<br />

Pyreneeën: "Hoe weet u, dat ik Nederlander ben?", een ontmoeting met iemand,<br />

die je kent van de vierdaagse; regen: een Spaanse vrachtwagenchauffeur stopt,<br />

laadt fietsen en fietsers in tot de regen voorbij is: "op de Monte del Gonzo kreeg<br />

ik kippevel.", wandelaars, die vroeger opstaan dan fietsers, <strong>Santiago</strong> binnenko- ><br />

men in de stromende regen en "hoe zwaar was de steen, die we van huis meena-<br />

men?".<br />

Een tiental leden heeft een begin gemaakt met de Amsterdam-Den Bosch wan-<br />

delroute; deze maal tot Aalsmeer. Voor het vervolg is voldoende belangstelling.<br />

De komende wandeling zal op 12 februari a.s. plaatsvinden.<br />

Na de lunch is er een discussie over de vraag, of er in de toekomst toch weer uit-<br />

nodigingen met programma-overzicht moeten worden verzonden. Daarom<br />

vanaf deze plaats aan de regio-leden: Wie stelt er prijs op een convocatie voor de<br />

bijeenkomsten enlof wandelingen?<br />

Dan vertelt Peter Bolle zijn verhaal over zijn tocht met zijn hond; vlot en beeldend


vertellend laat hij voortreffelijke dia's zien, de voorbereidingen komen aan bod -<br />

prima voor onze nieuwelingen - zoals loopoefeningen, voetverzorging, eetge-<br />

woontes onderweg. Daarbij komen dan zijn verhalen over lieve ontmoetingen,<br />

gastvrijheid: kamperen bij iemand in de tuin, lof der refugio's en de beheerders,<br />

die aan de toehoorders kreten van herkenning ontlokken, kathedralen, kloosters,<br />

de natuur met oude bomen, holle wegen, vergezichten.<br />

Bedankt, Peter en ]os en Cor van Tongeren voor het café Saintlacques.<br />

Jacques van Beek.<br />

REGIO DEN HAAG<br />

(postcode: 2200 t/rn 2299 + 2500 t/m 2799)<br />

Contactpersoon: Cees Rooijackers, Wagenstraat 85 H, 251 2 AS Den Haag,<br />

(070)360 24 42<br />

REGIO ROTTERDAM<br />

(postcode: 2800 t/rn 3399)<br />

Contactpersoon: Hans Timmermans, Sauerdal42,2904 DE Capelle a/d Ijssel,<br />

(01 O)45O.l8.51<br />

Na een aantal jaren zonder contactpersoon heeft Hans Timmermans zich bereid<br />

verklaard contactpersoon te zijn voor de regio. Donderdagavond 5 november<br />

was de eerste bijeenkomst. Er waren ongeveer vijftig personen aanwezig. Om<br />

het ijs te breken hield dr.]. van Herwaarden een korte lezing over]acobus in de<br />

Nederlanden. Daarna kwam de vraag aan de orde wat de leden van de bijeen-<br />

komsten verwachten. Zoals voorzien lag het accent bij uitwisseling en informa-<br />

tie. Tijdens de volgende bijeenkomst zullen hoogstwaarschijnlijk de voorberei-<br />

dingen van het pelgrimeren aan de orde komen.<br />

REGIO MIDDEN NEDERLAND<br />

(postcode: 1200 t/rn 1299 + 1400 t/rn 141 9 + 3600 t/m 3899)<br />

Contactpersoon: Hanny Pouderoyen, Fazantenkamp 576,3607 DG<br />

Maarssenbroek, a (0346)569 133<br />

Ongeveer twintig pelgrims hebben op 12 september de verhalen gehoord over<br />

afzien op de Ruta de la plata, moeten opgeven in Frankrijk en hilarische gebeur-<br />

tenissen op de camino Frances. Dit alles deze keer begeleid door echte Spaanse<br />

tapas. Een aantal pelgrims uit de regio waren nog onderweg. Hun verhalen zullen<br />

we ongetwijfeld op de volgende bijeenkomst op 16 januari 1999 te horen krijgen.


REGIO UTRECHT-ZUIDIRIVIERENGEBIED<br />

(postcode: 3400 t/rn 3599 + 3900 t/rn 4299)<br />

Contactpersonen: janneke Mulder en Stephan Meulebrouck,<br />

E. Zoudenbalchstraat 33,3552 Al< Utrecht, a (030)244.55.07<br />

REGIO ZUID-WEST NEDERLAND<br />

(postcode: 4300 t/rn 4799)<br />

Contactpersoon: vacature<br />

REGIO BREDA<br />

(postcode: 4800 t/rn 4999)<br />

Contactpersoon: vacature<br />

REGIO HART VAN BRABANT<br />

(postcode: 5000 t/rn 51 99)<br />

Contactpersoon: vacature<br />

REGIO 'S-HERTOGENBOSCH<br />

(postcode: 5200 t/m 5499)<br />

Contactpersonen: Pieter en Anne Bult, Sluiskeshoeven 67,5244 CR Rosmalen,<br />

a (073)521 92 26<br />

VERSLAG REGIO BIJEENKOMST 18 OKTOBER 1998<br />

Een groot aantal pelgrims woonde de feestelijke mis bij in de Sint-jacobskerk ter<br />

gelegenheid van het eerste 'restauratielustrum'. De viering stond tevens in het<br />

teken van onze patroon Sint-jacob wiens feestdag vanwege de vakantieperiode<br />

verschoven werd naar deze zondag. Na afloop bood de parochie achterin de kerk<br />

een kopje koffie aan en hadden de belangstellenden de gelegenheid de door<br />

Anneke Bettonvil ingerichte vitrines met allerlei 'jacobalia' te bezichtigen.<br />

In ons vaste home, de zijzaal van de kerk, was de ruimte daarna bijna te klein om<br />

de ruim 65 leden te ontvangen. Een speciaal woordje van dank was er voor de<br />

pastor en de heer Franslansen voor het gebruik van de zaal. Dat de Sint-<br />

jacobskerk weer een belangrijk punt van vertrek en een halte op de tocht is<br />

geworden, getuigen de ruim 50 pelgrims in het logboek van de kerk.<br />

Anneke Bettonvil werd met een attentie nog eens extra bedankt voor de inzet die<br />

zij en haar overleden man Wim gedurende vier jaar aan de regio hebben gege-<br />

ven.<br />

Vier pelgrims vertelden vanuit verschillende 'diciplines' hun interessante ervarin-<br />

gen. Zo hoorden we verhalen over het runnen van een refugio in Ponferrada, over<br />

de metamorfose van loper naar fietser en over het op pad gaan 'alleen met jezelf'.<br />

In de pauze werd de tafel met glaasjes wijn, tapas of anderszins alle eer aange-


daan. De bijzonder gezellige bijeenkomst werd besloten met een boeiende diale-<br />

zing door de contactpersonen van het traject over de GR-65, van Le Puy-en-Velay<br />

naar Cahors, waarvan iedereen volop genoten heeft.<br />

REGIO EINDHOVEN - HELMOND<br />

(postcode: 5500 t/m 5799)<br />

Contactpersonen: Jac. A. van Hooren, Dardanuspad 17,5631 KE Eindhoven,<br />

(040)243 07 76<br />

Bart Leemrijse, Pasteurlaan 57,5644JB Eindhoven, w (040)211 94 12<br />

VERSLAG ZOMERBIJEENKOMST<br />

De weersverwachting voor die vijfde september is schrikbarend slecht. Maar zie:<br />

zon! wat wind! ruim twintig graden! Ideaal wandelweer. Met z'n twintigen lopen<br />

we vijf en twintig kilometer door het mooie, vaak wat weemoedige, landschap<br />

van de Kempen. Het wordt een tocht met allerlei sprongen in de tijd. Altijd als<br />

rode draad de gedeelde fascinatie voor tien eeuwen camino, geografisch, histo-<br />

risch eigentijds. Maar ook even stilstaan, ergens in Knegsel, bij de laatste schep-<br />

ping van Rietveld uit de jaren '60 van onze eeuw. Of, aan de rand van het dorp,<br />

bij een op een heel fraaie plek gelegen monumentje ter herinnering aan het jaar<br />

1688, waarin de Fransen het oude dorp, met het aan de Maastrichtse bisschop-<br />

pen Monulphus en Gondulphus toegewijde kerkje, gedeeltelijk platbrandden.<br />

Een sprong naar de veertiende eeuw op de oude brink van Zandoerle, eeuwen<br />

lang een 'vrijheid'; het achttiende eeuwse 'rechtbankje' getuigt er nog van. Een<br />

devoot kapelletje op de plaats waar in 1672 een schuilkerkje stond en het in de<br />

omstreken bekende 'kanon' uit wereldoorlog II complementeren het geheel.<br />

Nu duiken we veel dieper de tijd in: de mysterieuze zandrug tussen Toterfout en<br />

Halve Mijl. Alleen de namen al! Van 'Toterfout'vind ik zes verschillende duidin-<br />

gen, dus is het nog een raadsel. En was 'Halve Mijl' een rustpunt op een Romeinse<br />

heirbaan of de plek waar in de Middeleeuwen de lijders aan melaatsheid moesten<br />

wonen, 'n halve mijl buiten het dorp? Vijftig prehistorische graven zijn hier<br />

gevonden, waarvan meer dan dertig afgegraven en vijftien voor ons gerestau-<br />

reerd. Bronstijd, 1500 voor Christus.<br />

Tijdens de late lunch aan de oever van het Grootmeer volgt nog de naar achteren<br />

geschoven 'voorstelronde', voor mij altijd een hoogtepunt. Motiveringen van het<br />

op weg gaan, herinneringen, verwachtingen, persoonlijke uitingen, vriendschap.<br />

Dat een en ander vergezeld is gegaan van veel Campo Viejo uit Logroño zal nie-<br />

mand verbazen die het spreekwoord kent: 'El vin0 es el carburante del peregrino'.<br />

Jac.


REGIO LIMBURG<br />

(postcode: 5800 t/m 6499)<br />

Contactpersoon: Herman Hecker, Hertenerweg 18,6049 AA Herten,<br />

=(0475)334 965<br />

JACOBUSWANDELING<br />

Voor zaterdag, 19 september had de Regio Limburg een voettocht uitgezet voor<br />

leden van het genootschap. Deze voettocht was georganiseerd door medelid<br />

Mart Huls, een expert in het uitzetten van wandelingen. Deze wandeling bracht<br />

ons in België, het Land van Herve, ten zuiden van de Voerstreek.<br />

Met zestien personen kwamen we bij elkaar in de Waalse plaats Aubel, waar we<br />

om 10.30 uur vertrokken voor een wandeling van veertien kilometer. Ons doel<br />

was Clermont sur Berwinne, een Middeleeuwse etappeplaats op de pelgrimsrou-<br />

te naar <strong>Santiago</strong> vanuit Duitsland: Keulen-Aken-Luik. Onze route ging onder<br />

andere via een hoog gelegen voormalig spoortraject door een streek van kapel-<br />

len en wegkruisen. Vervolgens wandelden we door weilanden die we via kantel-<br />

en draaihekjes doorstaken. Het pad dat we door deze weilanden volgden liep<br />

regelrecht in de richting van de Jacobuskerk in Clermont, liggend op een heuvel<br />

en al van verre zichtbaar. Vanuit de verte kon men boven op een van de torens<br />

een pelgrim waarnemen als windvaan.<br />

In de kerk staat links van het altaar een heel mooie kopie van een beeld van St.<br />

Jacobus. Het orgrigineel uit omstreeks de 15de eeuw is jammer genoeg vorig<br />

jaar gestolen. De ramen boven het altaar zijn gebrandschilderd met afbeeldingen<br />

van de s<strong>terre</strong>n uit de Melkweg.<br />

In de oude herberg Le Renouveau was het daarna goed toeven en deden we weer<br />

nieuwe energie op voor de rest van de wandeling. We bekeken daarna het voor-<br />

malige gemeentehuis van Clermont, een poortgebouw, waar op de rand van een<br />

torentje een bedevaartganger staat afgebeeld. Er zijn huizen in Maaslandse<br />

Renaissance te zien en een oude keienbestrating. De tocht ging verder door wei-<br />

landen. Dit is ook het land van de riviertjes, de stroompjes Berwinne en Beve, die<br />

hier ontspringen en die we verschillende malen overstaken. Terug in de buurt van<br />

Aubel bezochten we een stroopmakerij. Het was jammer dat de hemel de hele<br />

dag bewolkt bleef, maar het was uitstekend wandelweer. De paden waren goed<br />

begaanbaar, zelfs door de weilanden, ondanks de plensbuien en overstromingen<br />

van de afgelopen dagen. Op de achterblijvers werd gelet en af en toe lastte men<br />

een pauze in. Het was een gezellige groep.<br />

Er zijn al plannen gemaakt voor een volgende wandeling, van Vise naar Luik. Het<br />

is een prachtige route. Wie loopt er mee?<br />

Lilian en Peter Couwenberg


VERSLAG CONTACTDAG OP ZATERDAG 3 OKTOBER TE ROERMOND<br />

Er waren 54 deelnemers op deze contactdag. Er was een uitgebreide literatuurta-<br />

fel voor de aanwezigen, hier werd ijverig gelezen en genoteerd.<br />

Aan het begin van onze bijeenkomst werd onze medepelgrim Ed Dohmen uit<br />

Wanssum herdacht, die afgelopen juli na een slopende ziekte is overleden. Zijn<br />

dagboek: Gaandeweg wordt men pelgrim met gedachtenisprentje had een ere-<br />

plaats op onze literatuurtafel.<br />

Daarna was het woord aan de 'thuiskomers'. Leo Baeten uit Sittard vertelde over<br />

zijn, volgens hem mislukte, fietspelgrimage naar <strong>Santiago</strong>. Twee jaar geleden<br />

maakte hij de tocht te voet, dit jaar kwam de grote teleurstelling. Volgens zijn<br />

persoonlijke mening blijft de fietstocht ver achter bij de voettocht door gemis<br />

van persoonlijke contacten, door de vluchtige indrukken en door de onveiligheid<br />

van de te berijden wegen. De echte camino wordt gevormd door voetpaden.<br />

Ceciel Spinnewijn uit Wanssum las een dagboekfragment in briefvorm voor,<br />

waarin zij haar belevenissen vanaf Oléron-Sainte-Marie naar de Somportpas<br />

beschreef.<br />

Herman Hecker toonde een kort diaverslag van kloosters en kruisgangen langs<br />

delacobsweg van Le Puy naar <strong>Santiago</strong>. Hierna maakten we een korte excursie<br />

naar het 'Witte Kerkje' in de Voorstad Sintlacob met de armreliek van de H.<br />

Jacobus. Het was tevens een afscheid, want dit intieme kerkje is per l oktober j.1.<br />

aan de eredienst onttrokken.<br />

Na de geanimeerde lunch was het tijd voor de afdelingen fietsers en lopers. Deze<br />

samenkomsten blijken toch altijd zeer nuttig voor aspirant-pelgrims.<br />

Vervolgens toonde Mart Huls ons een lang dia-klankbeeld van zijn in 1989 onder-<br />

nomen voettocht naar <strong>Santiago</strong>. Mooie beelden met oog voor kleine dingen,<br />

passende muziek en sober gesproken woord. Wij werden tijdens deze presenta-<br />

tie weer pelgrim naar <strong>Santiago</strong>.<br />

Tijdens de rondvraag kwam wederom het verzoek tot bundeling van verhalen,<br />

dagboekfragmenten, gedichten, tekeningen en foto's. Besloten werd zo'n bundel<br />

samen te stellen. Dus graag uw verslag naar: Herman Hecker.<br />

Ook gegevens over de wijze van terugreizen vanaf <strong>Santiago</strong> zijn zeer welkom.<br />

De1acobuswandelingen onder leiding van Mart Huls zullen een vast bestanddeel<br />

van ons programma gaan vormen. Nadere mededelingen volgen bij de uitnodi-<br />

ging voor de voorjaarscontacdag op 6 maart 1999.<br />

Rond vier uur namen we voldaan afscheid van elkaar. We konden terugzien op<br />

een geslaagde contactdag.<br />

REGIO NIJMEGEN -ARNHEM<br />

(postcode: 6500 t/m 7099)<br />

Contactpersoon: Ted van Gaalen, Krekelstraat 19, 6533 RB Nijmegen,<br />

(024)356 50 43


REGIO OOST NEDERLAND<br />

(postcode: 71 00 t/m 7799 + 8000 t/m 8299)<br />

Contactpersoon: G. Westgeest, Ganzenmarkt 22,7631 EN Ootmarsum,<br />

a (0541)293 351<br />

REGIO GRONINGEN - DRENTE<br />

(postcode: 7800 t/m 7999 + 9300 t/m 9999)<br />

Contactpersoon: Thom Oosterhof, Mozartstraat 31,9722 EB Groningen,<br />

(050)525 51 44<br />

GRONINGSE KLEI-CAMINO, 26 SEPTEMBER 1998<br />

I


Als tastbaar aandenken zal een beeldje geplaatst worden bij de St. Jacobuskerk.<br />

Dus tot volgend jaar.<br />

Fred Bader<br />

Regio-activiteiten:<br />

15 januari huiskamerbijeenkomst<br />

29 mei zand-camino naar St.Jacobuskerk te Roderwolde<br />

REGIO FRIESLAND<br />

(postcode: 8300 t/m 9299)<br />

Contactpersoon: Siep Zeinstra, Mr. P.]. Troelstraweg 42, 891 7 CN Leeuwarden,<br />

(058)212 91 98<br />

REGIO-BIJEENKOMST:<br />

Alle leden van de regio Friesland, waaronder ook de Noordoostpolder en een deel<br />

van de kop van Overijssel vallen, zijn welkom op de bijeenkomst op zondag 14<br />

februari 1999 om 20 uur in het Abe Lenstrastadion Restaurant, Huismanstraat 5 te<br />

Heerenveen.<br />

Een avond voor het maken of onderhouden van St.Jacobscontacten.<br />

Onderwerpen: kennismaking met eventuele nieuwe leden; het uitwisselen van<br />

ervaringen; en fiets- en wandelroute's vanaf St.]acobiparochie zuidwaarts tot<br />

Wanneperveen.<br />

AGENDA<br />

9-1 0 januari en<br />

6-7 februari<br />

15 januari<br />

16 januari<br />

13 februari<br />

14 februari<br />

6 maart<br />

6 maart<br />

Pelgrimsweekeinde, in Huize: Kafernaum te Vessem.<br />

Inlichtingen: Broeder Fons van der Laan, a (0497)591.207<br />

Huiskamerbijeenkomst regio GroningenlDrente<br />

Regio-bijeenkomst regio Midden Nederland<br />

Regio-bijeenkomst regio Noord-Holland boven Het IJ<br />

Regio-bijeenkomst regio Friesland te Heerenveen<br />

Voorjaarsbijeenkomst regio Limburg<br />

Voorjaarsvergadering Nederlands Genootschap van Sint Jacob<br />

te Putten<br />

Kopij voor de Jacobsstaf 1999-41 insturen voor 15 februari 1999<br />

naar het redactieadres - zie colofon


naar SANTIAGO<br />

IN HET HEILIG JAAR 1999<br />

DEZE KUNSTHISTORISCHE REIS<br />

IS EENMALIG EN UNIEK<br />

Route: via Vézelay, Conques, Moissac, via<br />

de pas van Somport naar Jaca, San Juan de<br />

la Peña. Verder langs de Camino de<br />

<strong>Santiago</strong>. Ook bezoek aan de Santo<br />

Domingo de Silos.<br />

Er worden kleine stukjes gelopen.<br />

Terugweg: Spaanse noordkust, Oviedo,<br />

Convadonga en San Sebastian. Extra bezoek<br />

aan het Guggenheim museum, Bilbao. Door<br />

Frankrijk via Poitiers, Tours en Chartres.<br />

Practische gegevens: Tijd 10 t/m 24 april<br />

per luxe OAD-bus Royal Class.<br />

Overnachtingen in uitstekende hotels, een<br />

keer in luxe parador van Leon.<br />

Inclusief: diners, bijna alle lunches, entree-<br />

en gidskosten. Reissom f 2995,-<br />

1 Informatie: Ria Janson, -E 035 538 67 13 /<br />

<strong>Pied</strong><br />

a<br />

<strong>terre</strong><br />

kaarten en eidsen voor actieve vakanties /<br />

Sznge1393<br />

I021 WN Amstei dam<br />

tel (020) 627 44 55<br />

fax (020) 620 89 96<br />

E-mal1 pzedater@xs4all n1<br />

Gelegen zn het centrum, achter het Spul<br />

Tramiljnen 1,2,5 of 11<br />

Postorderservice<br />

Nederlandstalige gids voor lopers van de Grande Randonné 65:<br />

Le Puy - Roncevaux<br />

Door Topo-actief vertaalservice is de tekst van de Franstalige uitgave: Sentier de<br />

Saint Jaques de Compostelle vertaald in het Nederlands. Eveneens in drie deeltjes:<br />

Topo-actief wandelgids 1: Le Puy - Conques<br />

Topo-actief wandelgids 2: Conques - Cahors<br />

Topo-actief wandelgids 3: Cahors - Roncevaux<br />

Eenvoudige uitvoering (fotokopie) en zonder kaartmateriaal, hiervoor dienen de<br />

Franstalige gidsjes te worden aangeschaft.<br />

Verkrijgbaar in enkele gespecialiseerde boekhandels of door overschrijving van<br />

f 10,- per deeltje + f 2,50 (bij drie deeltjes f 5,-) portokosten op<br />

girorekening: 169.78.29 t.n.v. H. van Gaal te Nijmegen.<br />

Informatie: 024 322 80 65


NEDERLANDS GENOOTSCHAP VAN SINT


O Gevraagd: 2de hands zeer lichtgewicht één-persoons tent.<br />

Reacties; Ans Spanjer, Castorweg 727, 7557 KH Hengelo, a (074)242.76.75<br />

O Logeeradres voor mijn katten gezocht. Ik loop van 7 februari tot ongeveer<br />

7 juli naar <strong>Santiago</strong>. Het zijn twee makkelijke/aanhankelijke buiten-katten.<br />

Reacties: Yvonne Hontelé, Willemskade 35,3 7 74 CN Schiedam,<br />

a (070)426.27.16<br />

O jan Kooij, man 57 jaar, wil eind maart 7999 naar <strong>Santiago</strong> lopen. Mogelijk is er<br />

een geschikt maatje om dit samen te doen. Startplaats: Utrecht.<br />

Reacties: Groen van Prinstererstraat 24,3557 XG Utrecht, a (030)244.52.93<br />

O Ter overname gevraagd: dejacobsstaf nrs. 7 t/m 6. Reacties: Frank Sieraal,<br />

Bevrijdngsweg 25,38 15 XKAmersfoort, a (033)472.94.38<br />

O Vrouw, 39 jaar, zoekt maatje(s) om de camino mee te lopen. Ik wil vanaf<br />

augustus 1999 beginnen, vanuit Amsterdam, Nederlands-Belgische grens of<br />

Parijs. Dit kan allemaal in overleg. Reacties: Riet Engelen, Willemsparkweg 14,<br />

7077 HE Amsterdam, (020)676.25.65<br />

O Ik wil vroeg in voorjaar 7999 naar <strong>Santiago</strong> lopen. Graag als pelgrim (mediteren).<br />

Ik ben 65 jaar en heb alle tijd. Reacties; Theo van Hal,<br />

Orchideeënstraat 37,524 7 AG Rosmalen, a (073)522.35.55

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!