12.09.2013 Views

Bijlage 4 - Waardebepaling bloot eigendom

Bijlage 4 - Waardebepaling bloot eigendom

Bijlage 4 - Waardebepaling bloot eigendom

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

alleen het erfpachtsrecht kopen, maar moet dan wel de jaarlijkse — eventueel in<br />

verband met splitsing te verhogen — canon rekening houden.<br />

80. Ingevolge het arrest van de Hoge Raad inzake Schiltkamp/Hoogezand-Sappemeer (HR<br />

20 december 1995, NJ 1996, 351) geldt dat bij functiewijziging van de grond de<br />

meerwaarde bovenop de agrarische waarde in beginsel kan worden verdeeld over de<br />

erfpachter en de <strong>bloot</strong> eigenaar in de verhouding 2:1, maar dat bijzondere<br />

omstandigheden de werkelijke waarde kunnen beïnvloeden – zoals in dit geval: de<br />

mogelijkheid om, de onteigening weggedacht – de volle <strong>eigendom</strong> te verwerven door<br />

afkoop van het erfpachtrecht tegen betaling van 50 maal de jaarlijkse canon.<br />

81. In de jurisprudentie is een aantal keer ingegaan op de vraag hoe de meerwaarde, die is<br />

ontstaan vanwege een niet-agrarische bestemming, tussen de <strong>bloot</strong> eigenaar en<br />

erfpachter moet worden verdeeld.<br />

82. Bij het opstellen van de lijst geldelijke regelingen van een ruilverkaveling overweegt de<br />

Hoge Raad:<br />

“Weliswaar gaan veranderingen van andere dan de agrarische waarde in<br />

beginsel alleen de <strong>bloot</strong>-eigenaar aan, maar het kan voorkomen dat de<br />

erfpachter in redelijkheid mocht verwachten dat — de ruilverkaveling<br />

weggedacht — hij ter zake van de niet-agrarische meerwaarde in de toekomst<br />

enig bedrag zou ontvangen.”<br />

Zie HR 9 december 1998, NJ 2000, 479.<br />

VIII. In welke gevallen wordt de schadeloosstelling verdeeld tussen de onteigende en de<br />

onteigenaar?<br />

83. Soms is een perceel bijzonder geschikt ten opzichte van andere minder geschikte<br />

gronden. Zo kan de aantrekkelijkheid van het perceel zijn gelegen in de fysieke<br />

verschijning van het te onteigenen object of kan een gunstige bodemgesteldheid het<br />

onteigende een bijzondere geschiktheid verlenen in die zin dat het dientengevolge<br />

mogelijk is het werk waarvoor onteigend wordt goedkoper te realiseren. Voorts kunnen<br />

er in de bodem winbare bodembestanddelen zoals zand of grind worden aangetroffen<br />

waardoor het onteigende een bijzondere waarde heeft. Tot slot kan ook de bijzondere<br />

ligging van de te onteigenen grond ten opzichte van andere gronden bijzondere<br />

geschiktheid van het perceel opleveren.<br />

84. In alle gevallen wordt het te onteigenen perceel vergeleken met gronden in de<br />

omgeving. De reden voor een herwaardering is gelegen in het feit dat de onteigenaar,<br />

als redelijk handelende koper, voor de betreffende grond wat meer over zal hebben,<br />

omdat hij zijn doel – aanleg en uitvoering van het werk waarvoor hij onteigent – kan<br />

Pagina 22 van 23

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!