12.09.2013 Views

Verslag OB Tine Baelmans.pdf - LOKO

Verslag OB Tine Baelmans.pdf - LOKO

Verslag OB Tine Baelmans.pdf - LOKO

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>LOKO</strong><br />

OPEN BUREAU TINE BAELMANS<br />

22 APRIL 2013 – 20U – AULA MAX WEBER<br />

<strong>OB</strong> TINE BAELMANS<br />

<strong>Verslag</strong>: Anneke Salden<br />

1 Vraagstelling <strong>LOKO</strong><br />

Wat is uw persoonlijke ambitie om rector te worden?<br />

Om waar te maken wat de voorbij jaren maar partieel is gelukt: van de universiteit een<br />

krachtigere universiteit te maken door meer eenheid te brengen. Indien ik niet gekozen<br />

wordt om dat waar te maken, ga ik terug naar mijn onderwijs en onderzoek: dat zijn twee<br />

dingen die ik enorm graag doe.<br />

Waarin bent u verschillend van de andere kandidaten?<br />

Het verschil is dat ik altijd met beide voeten in de universiteit heb gestaan, op het vlak<br />

van onderwijs, onderzoek, en beleid; na twee jaar doceren was ik al programmadirecteur.<br />

Ik heb samen met mijn doctoraatsstudenten een heel netwerk uitgebouwd binnen het<br />

onderzoek. Ik ben ook anders als mens: mijn type leiderschap wordt misschien niet als<br />

leiderschap ervaren, maar is eerder een transformationeel leiderschap: mensen<br />

mobiliseren, een draagvlak creëren, beslist en daadkrachtig optreden. Ik wil ervoor waken<br />

dat de implementatie in de geest van wat we beslist hebben ook daadwerkelijk gebeurd.<br />

Een derde punt is mijn eerlijkheid, openheid en integriteit: ik wil consequent zijn, dingen<br />

doorvoeren in overleg met alle perspectieven. Ik hou van discussie, debat, en wil zo naar<br />

nieuwe inzichten gaan.<br />

Wat zijn volgens u de sterktes en de zwaktes van het vorige beleid? Wat zou u<br />

anders gedaan hebben?<br />

Sterke punten: de academische vrijheid is scherper gesteld. Dat staat voor het<br />

onafhankelijk kunnen werken van een universiteit, los van staat en Kerk. De essentie is<br />

het kunnen loskomen van het kortetermijndenken. Dat is slechts partieel waargemaakt.<br />

Het beleid is moeten meegaan in trends: de evolutie van de bamastructuur, die al 12 jaar<br />

aan de gang was, moest afgewerkt worden; er is de diplomaruimte, de integratie. Het<br />

was vier jaar hard werk, het was een hele opgave om er zonder kleerscheuren door te<br />

raken; dat vind ik echt een sterk punt. Zo ver staan we nu al.<br />

Zwakke punten: door een heel aantal trends (de integratie, de bamastructuur, het<br />

meegaan in het onderzoek - ook al is er getracht iets te doen tegen het puur<br />

kwantitatieve) is het niet gelukt om het geheel tot eenheid te brengen. Er was wel de<br />

aandacht en de wil, maar geen tijd. Als ploeg, in teamwerk, was het moeilijk hanteerbaar<br />

omdat mensen te veel op zichzelf hebben moeten werken; bij Onderwijs en<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 1


Studentenbeleid was er misschien wel een goede samenwerking. In globaliteit was dat er<br />

echter te weinig: daarom is er nu nood aan een focus op de maatschappij,<br />

multidisciplinariteit en interdisciplinariteit, dat te weinig aan bod is gekomen.<br />

In welke mate zal uw rectorschap een continuering of verandering zijn van uw<br />

vicerectorschap? Koppel er goede en slechte punten aan.<br />

Ziet u internationaal beleid centraal of decentraal?<br />

Duidelijk decentraal: de internationaliseringssterkte ligt in de disciplines. Het feit dat niet<br />

alle universiteiten comprehensive universities zijn betekent dat je decentraal moet<br />

werken.<br />

Welke concrete initiatieven wil u nemen om zowel de zwakkere als de sterkere<br />

studenten te ondersteunen en te motiveren op studievlak?<br />

Voor beide groepen: vernieuwingsprojecten binnen het onderwijs. Ik denk aan flexibiliteit<br />

in werkvormen: hoorcolleges op een gepaste manier als interactiemoment, met coaching;<br />

ook in grote groepen studenten toch aanzetten tot groepswerk, met een meer<br />

afwisselende houding. Nu is het te veel een series van lessen. Voor de zwakke studenten:<br />

betere begeleiding en een coachingstraject in het eerste jaar; ev via e-tools om bij te<br />

scholen. Voor sterke studenten: honourstrajecten over de universiteit heen. Een<br />

honourbachelor zie ik als iets waarin je je eigen discipline kunt ontplooien, in de diepte;<br />

met daarnaast 30 studiepunten van een honourtraject, dat zich over de disciplines<br />

uitstrekt, in de breedte, met thema’s zoals multiculturaliteit, ecologie, enzovoort.<br />

Welke initiatieven kan de universiteit nemen om minderheidsgroepen beter te<br />

bereiken en naar de universiteit te halen?<br />

We moeten blijven investeren in die minderheidsgroepen. Ik denk vooral aan allochtonen,<br />

want de groep studenten met een functiebeperking is nauwelijks nog een<br />

minderheidsgroep te noemen. Allochtone studenten zien we minder, daarom moeten we<br />

vooral naar die gemeenschap blijven gaan, met onze studenten, door rolmodellen te<br />

ontwikkelen. Ook moeten we een oriënteringstraject aanbieden. Het moet geen nefaste<br />

ervaring in het eerste jaar zijn, we moeten eventueel stappen nemen tijdens het laatste<br />

jaar secundair om die oriëntering te doen. Ik ook eventueel aan een overgangsjaar om<br />

beroeps-technisch secundair onderwijs de kans te geven om zich voor te bereiden op het<br />

academische. Is dat dan geen studieverlenging? Voor hen met andere vaardige uit hun<br />

technische opleiding is dat op papier misschien duidelijker dan een informele<br />

studieverlenging, of zelfs het niet bereiken van het diploma, wat we nu zien. Een jaar<br />

voorbereiding is een positieve ervaring, ten opzichte van een jaar verliezen.<br />

Hoe denkt u de verwachte toename aan studenten goed aan te pakken? Vooral<br />

dan met betrekking tot de huidige collegecultuur, en alternatieven daarvoor?<br />

Er is goed nieuws: we zijn gedaald in studentenaantallen, want de demografie gaat erop<br />

achteruit. We moeten niet blijven inzetten op meer en meer studenten, maar de<br />

oriëntering moet trachten mensen op hun juiste plaats te krijgen. We kunnen nog iets<br />

meer democratiseren, maar ook iets meer negatieve ervaringen vermijden door een<br />

betere oriëntering; dat is dus een even-operatie. Bij de internationale studenten zou ik<br />

pleiten voor niet méér studenten, maar sterker geselecteerd. We moeten blijven<br />

investeren in auditoria, maar ook in leeromgevingen die complementair gebruikt kunnen<br />

worden. In plaats van 13 lessen aan een stuk ben ik ervan overtuigd dat een systeem met<br />

meer afwisseling werkt, door 4 lessen te geven, en tussenin te werken in kleinere<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 2


groepen, samen met de assistenten. We hebben vooral nood aan meer leerruimten en<br />

samenwerkingsruimten.<br />

Hoe gaat u om met de toenemende druk op de sociale voorzieningen? Waar<br />

zitten eventueel uw prioriteiten?<br />

Belangrijk is het feit dat we nieuwe financiële middelen hebben gekregen. We zitten in<br />

een groeipad: We hebben tot 100 000 euro per jaar recurrent bijgekregen, oftewel een<br />

stijging van 10% van overheidswege terwijl de regering aan het besparen is. Waar<br />

moeten we dat aan besteden? Vooral aan het welzijn van de studenten. Er is de uitbouw<br />

van goed sociaal zorgnet: hen kunnen mobiliseren; meer zorgend en coachend met hen<br />

omgaan, zodat stress opgevangen kan worden. Wat de Alma betreft moeten we<br />

prijsstijgingen vermijden door kostenbesparend te werken. We zijn daar op de goede weg:<br />

de acties die we ondernemen lijken eindelijk een kentering te brengen. Huisvesting zit op<br />

het goede spoor: de prijs naar beneden laten blijft de hoofdboodschap. Over het<br />

cursusmateriaal: daar zou ik ooit graag eens een echte oplossing voor vinden, en die<br />

moeten we zoeken in een overleg tussen de kringen en Acco.<br />

Vindt u het feit dat er elk jaar meer studenten zijn een positieve evolutie,<br />

binnen de stad Leuven? Hoe moeten we die stijging aanpakken binnen de<br />

stadsring en daarbuiten?<br />

Net zoals de rectorsverkiezingen hebben we ook de burgemeestersverkiezingen niet in de<br />

hand. Hou ouder de verkozen persoon, hoe groter de afstand tot de studentenpopulatie.<br />

Dat zie je ook in de stad. De oplossing daarvoor is: heel duidelijke taal spreken. Personeel<br />

en studenten hebben alles samen een groot aandeel in de economie. We moeten<br />

proberen om samen met de stad te bepleiten iets te doen aan de relatieve bijkomende<br />

last. Je hebt infrastructuur nodig als er studenten bijkomen. De kuststeden hebben een<br />

toeristentoeslag, in dat opzicht is eventueel ook een studententoeslag bepleitbaar. Het<br />

voorstel voor stemrecht voor studenten was uiteindelijk ook een goede piste, maar<br />

politiek gezien is dat geen haalbare kaart. De inspraak in het stadsgebeuren moet op een<br />

sterkere manier gebeuren dan nu met wat overlegjes hier en daar.<br />

Wat denkt u dat de invloed van de verhoogde studentenaantallen zal zijn op de<br />

slaagpercentages en de kwaliteit van de opleidingen?<br />

Geen, volgens mij. Ik heb mijn eigen cijfers in het oog gehouden er is geen enkele stijging<br />

noch daling van de slaagcijfers. Wat mij betreft blijven we gaan voor kwaliteit; daarom is<br />

oriëntering ook zo belangrijk.<br />

Zijn verhoogde inschrijvingsgelden voor u een optie? Wat zijn de voorwaarden?<br />

Ik vond het dermate een evidentie dat de vraag niet over Vlaamse studenten kon gaan:<br />

dat zit niet in ons socialezekerheidssysteem. Vorming is essentieel in onze staat. Wat met<br />

de omringende landen: daar is het inschrijvingsgeld wel verhoogd? Wat mij betreft heeft<br />

men binnen Europa half werk gedaan. Er mag geen onderscheid gemaakt worden tussen<br />

burgers, maar toch is het systeem in elk land anders. Voor de niet-EU-landen - niet de<br />

studenten vanuit de ontwikkelingslanden, dat is een andere maatschappelijke categorie -<br />

maar bijvoorbeeld Amerikaanse studenten: ik zie niet in waarom hun inschrijving vanuit<br />

het Vlaamse belastingsgeld moet komen. Daar kunnen we wel kijken naar de kostprijs;<br />

dat is zeker de discussie waard.<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 3


Hoe maak je studenten betrokken leden van de academische gemeenschap?<br />

(toegepast op integrerende studenten, en op de betrokkenheid bij de algemene<br />

gemeenschap)<br />

Alle studenten? Ik denk dat dat kan door meer te werken aan een systeem waarin een<br />

docent al zijn studenten en medewerkers - assistenten, postdoc’s, doctoraatsstudenten,<br />

bachelorstudenten - tracht te betrekken bij het leren in de universiteit en bij het<br />

onderzoek. Ook moeten we streven naar een betrokkenheid in opstaan en je mening<br />

durven zeggen. We moeten studenten zelf onderzoek laten uitvoeren. Als zo veel mensen<br />

bijvoorbeeld een app proberen te ontwikkelen, waarom doen wij dat dan niet<br />

projectmatig? Zo kunnen we studenten zich laten ontplooien in een professionele<br />

omgeving. Binnen de universiteit zijn er zo een heel aantal mogelijkheden vindbaar. Er is<br />

bijvoorbeeld PAL, waarbij we als universiteit veel dichter betrokken kunnen zijn; nu is het<br />

een initiatief van de studenten. Ook het aspect van de repetitoren moet als een good<br />

practice worden: hoe mensen met elkaar omgaan en hoe de discussie daarbij gevoed kan<br />

worden. Daar is wel een mind shift voor nodig. Wat het feestvieren betreft is er voldoende<br />

ontmoetingsruimte nodig, en het is nodig om meer gebouwen open te stellen, ook ’s<br />

avonds buiten de kantooruren. De integrerende studenten moet je in de eerste plaats nog<br />

mee mobiliseren, maar de visie geldt voor alle studenten onverkort.<br />

Hoe denkt u onderwijsinnovatie te realiseren zolang de perceptie leeft dat de<br />

onderwijsopdracht een last is, of zolang excellent onderwijs niet gewaardeerd<br />

wordt?<br />

Door dat mee op de kaart te zetten, wat betekent: mensen meer waarderen. In het<br />

verleden waren er al pogingen daartoe. Het gaat niet om het resultaat, niet om de<br />

docentenevaluatie want dat is maar een klein stukje; het gaat eerder om de inzet. Ik vind<br />

het belangrijk dat ze in een collegiale setting worden opgenomen, waar er ook reviews<br />

zijn: groepjes van docenten die elkaar evalueren. Eventueel kan dat ook samen met<br />

externe mensen van andere faculteiten. Een andere manier om onderwijs en onderzoek<br />

evenwaardig te maken, is door verantwoordelijkheid te leggen bij de<br />

onderzoekseenheden die een eigen discipline hebben. Ze hebben hun onderzoek, ze<br />

hebben de taak om het onderwijs te verzorgen vanuit hun expertise, en ze staan in voor<br />

de dienstverlening. Meestal heb je een hele equipe binnen een discipline; die moet je dan<br />

ook allemaal gezamenlijk voor die opdracht stellen. Proffen staan dan afwisselend in voor<br />

een vak, in rotatie van onderwijs. Het gaat erom hoe excellent je bent in al die domeinen<br />

wanneer je geëvalueerd wordt. Nu is dat nog veel meer geïndividualiseerd. We werken<br />

volgens een outputgedreven mechanisme, wat echt niet beter is voor de kwaliteit van het<br />

onderzoek.<br />

Het ruimteallocatiemodel, is dat een goede zaak voor de kringen of niet? En<br />

hoe evolueert de uitvoering van de nota?<br />

De nota is een goede zaak. Het is een document dat je moet gebruiken als kring omdat<br />

het je recht van spreken geeft. Bij een investering moet er gekeken worden naar<br />

bijkomende ruimte. We staan nu nog niet ver genoeg: het is slechts een eerste<br />

verkenning. Studenten moeten ergens kunnen zitten, eten, discussiëren… in een<br />

ontmoetingsruimte. Jullie moeten die nota goed achter de hand houden; speel die uit,<br />

gebruik die dingen. Het zijn de handvatten die ik de studenten heb willen aanreiken, maar<br />

blijf niet zitten wachten. Probeer zelf mee het beleid te maken.<br />

Bent u tevreden over het communicatiebeleid van de KU Leuven naar<br />

instromende studenten toe?<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 4


Op dit ogenblik is er een goed communicatie omwille van de integratie. Het is<br />

voornamelijk een mix tussen proberen om de studenten een boodschap mee te geven,<br />

hen te oriënteren; en hen aan te aanspreken. Qua rekrutering denk ik dat het heel goed<br />

is, maar misschien is het goed om daar ook de input van de jeugd (eerste- en<br />

tweedejaars) bij te betrekken, om te weten: wat spreekt jongeren aan?<br />

De beleidsberichten interesseren menig student geen bal. Hoe kunnen we dan<br />

wel het beleid naar de studenten brengen?<br />

Door selectief te zijn, enerzijds, en dingen naar voren te brengen die de studenten<br />

aanbelangen; en anderzijds door andere media te gebruiken. Oproepen tot participatie<br />

kunnen bijvoorbeeld verspreid worden via docenten in de les. De contacten tussen docent<br />

en studenten kunnen veel meer informatieve, betrokken waarde hebben, dan nu via mail.<br />

Wat is het ideale aantal vicerectoren/GeBuleden?<br />

Als we niet te centraliserend denken: het huidige aantal; maar dan zeker niet met<br />

dezelfde invulling. Het gerucht werd opgevangen om Onderwijs en Studentenbeleid te<br />

herleiden tot één vicerector: die tweedeling zou ik zeker bewaren. Je kunt je eventueel<br />

welde vraag stellen of het nodig is om internationalisering als een afzonderlijke<br />

vicerector moeten houden. We kunnen beter inzetten op andere aspecten, zoals het<br />

realiseren van cultuuromslag; internationalisering kan daar dan als tweede portefeuille<br />

bij. Dat moet hoe dan ook heel doordacht gekozen worden.<br />

Bent u voorstander van een brede bachelor, en hoe moet dat curriculum er dan<br />

uit zien?<br />

Ja, maar. Ik wil geen algemene brede bachelor, eerder een aantal disciplines<br />

samenbrengen en studenten de kans geven om daarna door te groeien. Eén<br />

universiteitsbrede bachelor geeft te weinig verdieping. Zelfs een tweejarige master is<br />

veel te kort om die verdieping dan nog te realiseren. De kwaliteit van onze afstuderenden<br />

wordt momenteel enorm gewaardeerd in het buitenland. De diepte naast de breedte<br />

moet echt wel gerealiseerd blijven.<br />

Hoe zouden de fakbars zich moeten organiseren?<br />

Via de kringen. Het zijn ontmoetingsruimten die inherent samengaan met de kringen.<br />

Aparte vzw’s kunnen, maar de link met de kringen moet er zijn. Het sociale aspect is<br />

enorm belangrijk; er is te weinig ruimte voor de vele studenten, en we moeten daarvoor<br />

blijven pleiten.<br />

Welke rol moet de KU Leuven daarin spelen?<br />

In overleg: het kan niet de bedoeling zijn dat we daar dingen gaan opleggen. De rol die<br />

we kunnen spelen is die van facilitator, proberen om bij stad achter dat fakbarstatuut te<br />

staan, in het fakbarcharter, zodanig dat er andere wetmatigheden gelden dan voor de<br />

horeca.<br />

Meer studenten een buitenlandse ervaring laten opdoen: wat vindt u, en hoe<br />

kunnen we dat bereiken?<br />

De internationaliseringsvoorstellen van het internationaal beleid zijn de moeite waard om<br />

mee te nemen, zijnde gestructureerde uitwisselingen; niet universiteitsbreed, maar per<br />

discipline kan dat goed uitgewerkt worden. Het gaat om gerichte uitwisselingen met<br />

klasseüniversiteiten, met een exchange in twee richtingen, op basis van een wederzijdse<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 5


interesse in uitwissselingen. Het financiële aspect hoeft niet altijd een drempel te zijn. We<br />

moeten een sociaal beleid voeren: we moeten de internationale en de Vlaamse studenten<br />

samenbrengen in het onderwijs. Dat kan alleen maar als de selectie beter wordt. We<br />

moeten systematiseren; mensen die naar hier komen moeten weten in wat voor systeem<br />

ze stappen.<br />

Wat vindt u van de verhouding onderwijs en onderzoek in de allocatie van<br />

middelen, en de allocatie fundamenteel versus gericht onderzoek?<br />

De basisallocatie gaat volgens de 55-45%-regel. Op zich is dat niet zo verkeerd in<br />

proporties, ware het niet dat de tweede, derde en vierde geldstroom, die op<br />

projectmatige basis worden bekomen, meespelen in het verhaal en we het hele pakket<br />

moeten bekijken. Hoe kunnen we stimuleren dat projecten binnengehaald worden? Met<br />

concurrentie wordt geen slag binnengehaald. We moeten vooral kijken naar hoe je in het<br />

totale pakket aan geldstromen verschuivingen teweeg kan brengen, zodanig dat het<br />

onderwijs in bepaalde disciplines ook voldoende aan bod komt. Ten tweede is er ook, met<br />

een oproep naar de studenten, het feit om te kijken naar een goed doordacht<br />

opleidingsaanbod. De rationalisering van het opleidingsaanbod is echt nodig. Volgens de<br />

globale statistieken hebben we opleidingen voor gemiddeld vijf studenten. Er zijn dus<br />

heel veel OPO’s naargelang het aantal studenten. We moeten goede keuzes maken in de<br />

keuzepakketten, in de manier waarop we opleidingen structureren; dat moet geen ad hoc<br />

cherry picking zijn. Dan wordt immers de hele organisatie bemoeilijkt. Hoe mooier en<br />

properder de vormgeving, hoe meer aandacht voor de dingen die je doet. Ook daar is het<br />

principe: geen kwantiteit, maar kwaliteit.<br />

Over de allocaties wat betreft fundamenteel versus gericht onderzoek: daar gaat het om<br />

de incenties vanuit het IWT. Dat zijn politieke beslissingen. We moeten ernaar blijven<br />

streven om dat fundamenteel onderzoek via de FWO-kanalen een plaats te geven. Dat<br />

moet ook weerspiegelen wat wij willen realiseren. Niet alle onderzoek is onmiddellijk<br />

valoriseerbaar, en mag niet gestimuleerd worden vanuit dat valorisatiedenken. Politiek<br />

valt er dus nog heel wat te bewijzen. Eerst moeten we aantonen dat niet de<br />

kortetermijnperspectieven zich weerspiegelen in financiering, ten voordele van de<br />

langetermijnperspectieven.<br />

Noem een zaak die u absoluut wil verwezenlijken als rector. Met andere<br />

woorden, wat is uw absolute topprioriteit?<br />

Dat in elke vergadering aan deze universiteit een goede mix van mensen aanwezig is, en<br />

dat minstens de helft van de tijd gespendeerd wordt aan inhoudelijke kwesties.<br />

Hoe staat u tegenover genderquota?<br />

Ik ben tegen opgelegde quota. Uit de literatuur weten we dat maximum 2/3 van één<br />

geslacht verbetering kan brengen, dus daar ben ik wel voor als streefcijfer; maar we<br />

moeten dat zelf kunnen realiseren, zonder quota op te leggen. Hoe kunnen we dan<br />

concreet vrouwen betrekken? Net zoals ik mannen wil betrekken: in het algemeen zullen<br />

er meer gegadigden zijn om te participeren in vergaderingen, wanneer er inspraak en<br />

inhoudelijkheid is. Hoe kun je mannen, respectievelijk vrouwen stimuleren indien hun<br />

aandeel schaars is? Je moet kijken naar de pool waaruit je moet rekruteren: stel dat je<br />

10% gewoon hoogleraren hebt om in een beoordelingscommissie te zitten. Je kunt dan de<br />

diversiteit in de andere richting gebruiken, door toe te laten dat docenten of hoogleraren<br />

mee in die beoordelingscommissies komen. Dan heb je een grotere rekruteringspool. Je<br />

kunt ook zeggen: die rekruteringspool is niet zo dat we aan een representativiteit van 2/3<br />

komen, we gaan over tot externe rekrutering. Wanneer minder mensen aanwezig zijn in<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 6


een kleinere pool vind ik dat een erg goede reden om te zeggen: met de huidige<br />

reglementen kunnen we het streefcijfer niet halen, dus we moeten iets doen aan die<br />

huidige reglementen. Het is het lot van de minderheid om als rolmodel te functioneren,<br />

ten koste van de eigen ambitie die je hebt, om meer tijd te spenderen aan onderzoek. Als<br />

vrouw spring je meer in het oog om bepaalde functies op te nemen, en dan moet je dat<br />

ook doen om een rolmodel te geven. Rolmodellen schijnen te helpen, dat is ook bewezen<br />

in de literatuur.<br />

Welke plaats zal religie innemen binnen uw rectorschap?<br />

Religie is eenduidig verbonden met identiteit. Levensbeschouwing is iets dat elke student<br />

moet ontplooien, of het nu katholiek is, met christelijke waarden, of atheïstisch. Ze<br />

moeten vooral niet een geen-houding hebben, geen waardekaart ontwikkelen, geen<br />

mening erover hebben; dat vind ik veel erger. Wat mezelf betreft: ik draag die christelijke<br />

waarden zeer hoog in het vaandel, en andere waarden zoals eerlijkheid en<br />

medemenselijkheid heb ik ook getaxeerd. Verder ben ik zeer tolerant naar anderen.<br />

Hoe kan multidisciplinariteit echt tot uiting komen, en welke rol kunnen<br />

grensdisciplines daarin spelen?<br />

Enerzijds moet je vanuit het eindthema terugkijken naar de eenheden, en anderzijds<br />

moet je vanuit de eenheden stimulans bieden om die multidisciplinariteit vorm te geven.<br />

Je geeft bijvoorbeeld incentives voor de onderzoekstoekenningen: waar je nu als<br />

onderzoeker slechts in één bepaald type van onderzoek kan stappen, beperkt dat wat je<br />

zou kunnen doen in het interdisciplinaire We moeten alle belemmeringen trachten uit het<br />

systeem te halen. Dat moet niet enkel papier zo zijn, maar er moeten effectief resultaten<br />

voor komen. Er is de tweeledigheid: je moet het niet alleen top-down stimuleren; dan ben<br />

je verkeerd bezig. Concrete dingen die ik voor ogen heb: je kunt een aantal platformen<br />

creëren, bijeenkomsten; maar ook een goede databank waarop je kan met welke thema’s<br />

anderen bezig zijn. Op dit moment op de website van de KU Leuven is dat een probleem,<br />

want je vindt je partners niet. We hebben goede zoekmachines nodig, maar we moeten<br />

mensen ook regelmatig samenbrengen, zorgen voor interacties.<br />

Aan onze universiteit is LRD een geoliede machine die de valorisatie van ons<br />

onderzoek coördineert. Hoe kunnen spin-offs bijdragen tot goed onderwijs en<br />

welke opportuniteiten bieden zij daar?<br />

In het algemeen zou ik de rol van de industrie willen inzetten voor stages en<br />

onderzoeksmogelijkheden. Zeker bij spin-offs is de combinatie van entrepreneurships en<br />

onderzoek heel uitdagend. We moeten het niet laten meegelden in de vormgeving van<br />

het onderwijs an sich; dat zijn twee aparte zaken; maar als ontplooiingsplaats gelden ze<br />

zeer zeker.<br />

Welke maatschappelijke rol vervult de KU Leuven onvoldoende en hoe te<br />

verbeteren?<br />

Multidisciplinariteit, werken op grote thema’s: dat gebeurt te weinig. Het echte<br />

onderzoek, over de disciplines heen, met een langetermijnvisie ontbreekt. Het<br />

klimaatneutraal programma bijvoorbeeld, dat opgesteld is tegen 2030: we hebben daar<br />

geen stappenplan voor, om daar onderzoeksmatig in te stappen. Sommige groepen staat<br />

interdisciplinair wel goed; maar het globale beeld kan sterker.<br />

Hoe ziet u de verhouding met andere universiteiten in Vlaanderen? Waar is er<br />

ruimte voor samenwerking, waar kunnen we beter concurreren?<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 7


Voor de meeste dingen kunnen we best wel samenwerken, om van elkaar te leren. Een<br />

concurrentiemodel is niet op z’n plaats: we zijn te klein binnen Vlaanderen om alles in<br />

concurrentie te doen. Samenwerken is de beste manier om het kortetermijndenken te<br />

doorbreken. Dat staat hoger op de agenda dan het verdelen van de taart: alle<br />

universiteiten doen hun best, krijgen een bepaalde reputatie en een studentenpubliek. De<br />

verschuivingen zijn daar lang niet zo groot; ik denk dat we daar geen risico lopen wat<br />

betreft concurrentie.<br />

Als studenten hebben we medebestuur. Waar is dat een meerwaarde en waar<br />

niet?<br />

Vanuit een principe dat je één universitaire gemeenschap bent, is dat overal een<br />

meerwaarde; tenzij je dat ziet als een macht, dat is natuurlijk niet goed. Ik vind dat<br />

studenten overal bij betrokken moeten zijn, omdat het perspectief van de student<br />

verrijkend is.<br />

In welke mate wil u zelf het beheersmatige aspect van de universiteit in<br />

handen nemen?<br />

Ik wil vooral discussiëren over de structuur, en hoe je die structuur inhoud geeft.<br />

Daarnaast zou ik het graag hebben over inhoudelijk aspecten: naar alle vergaderingen<br />

toe vragen stellen en richtlijnen geven om die cultuuromslag te maken. Dat wil ik samen<br />

met mijn ploeg doen, als primus inter pares, waarbij alle perspectieven aan bod kunnen<br />

komen, dus ook die van de studenten.<br />

Wat zijn de sterktes van uw tegenkandidaten? Welk punt wilt u overnemen?<br />

Bart De Moor is een aangename man die een politiek netwerk heeft en op die manier veel<br />

mensen kan aanspreken. Karen Maex is een zeer gedreven iemand, die haar dossiers<br />

goed behartigt en daar enorm mee vooruit wil gaan; zij heeft de ambitie om de dingen<br />

goed te doen. Rik Torfs heeft de gave van het spreken op zijn manier; zelfs iets<br />

provocerend, maar dat is misschien ook ergens een voordeel.<br />

Ik zou hun verfrissende ideeën overnemen. Rik Torfs heeft bijvoorbeeld zijn visie op<br />

externe leden in de beoordelingscommissies: waarom niet? Voor de rest behandelen we<br />

grotendeels dezelfde pijnpunten in onze programma’s, dus dan hou ik het liever bij mijn<br />

eigen stijl.<br />

Hoe ziet u de verhouding tussen de verschillende groepen evolueren, ook op<br />

vlak van de studenten?<br />

De groepen hebben elk hun organisatiestructuur die dient om het geheel beheersbaar te<br />

maken, maar die wat mij betreft ook heel licht moet zijn. We moeten geen muren<br />

bouwen; bij de groepen moeten de juiste beslissingsbevoegdheden gelegd worden. Bij<br />

bepaalde discussies, over wie er nu precies een bepaald profiel mag uitschrijven, zouden<br />

die structuren ervoor zorgen dat de discussie niet gevoerd hoeft te worden, maar dat dat<br />

een gezamenlijke beslissing is. Bij de situatie van de studenten: het tegenhouden van een<br />

aantal opleidingen in het grensgebied wordt nu door het allocatiemodel en de structuren<br />

tegengewerkt. Er zijn opleidingen waar keuzepakketten niet worden gerealiseerd, omdat<br />

de allocatie daarop inspeelt. Zulke dingen moeten gedetecteerd en onderuitgehaald<br />

worden. Studenten kunnen gerust uit verschillende disciplines samenkomen. Uiteindelijk<br />

begint multidisciplinariteit in de studententijd.<br />

Hoe wil u flexibilisering aanpakken, en wat zijn de implicaties voor de<br />

studenten?<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 8


Flexibilisering is sowieso proces dat opgestart is; vier jaar geleden werd de diplomaruimte<br />

ingevoerd. Dat was nog maar een eerste stap. Wat ons nu te doen staat, is het normale<br />

kwaliteitszorggebeuren. Het systeem heeft een tijdje gelopen: we moeten kijken wat er<br />

aan de hand is, evaluerend; van daaruit moeten we overgaan tot acties, dingen<br />

aanpassen; checken, en opnieuw tot aanpassingen komen. Mijn suggesties in dat verband<br />

zijn bijvoorbeeld dat we de onzekerheid bij studenten in het eerste jaar moeten proberen<br />

te reduceren; we moeten bediscussiëren of studenten die twee toleranties kunnen<br />

inzetten, en verder geen onvoldoendes hebben, in de septemberzittijd kunnen zeggen om<br />

hen gewoon door te laten zonder die vakken mee te moeten nemen. Het zou voor de<br />

studenten heel wat comfortabeler zijn om de beslissing zo vroeg niet te nemen. Er zijn<br />

hoe dan ook nog struikelvakken, zoals statistiek; indien dat een probleem, moeten de<br />

andere terug hernomen kunnen worden; maar op dit moment is dat nog heel erg moeilijk,<br />

het is veel handmatig werk. Dat moet dan normale werkwijze zijn.<br />

Waar staat de KU Leuven volgens u als ze zich moet meten binnen Europa/de<br />

wereld, en waar staat ze op vlak van haar onderwijs?<br />

Als je dat wilt meten heb je heel wat verschillende rankings. In de globale beeld zit het<br />

onderwijs mee erin, en daar staan we vrij goed, net onder de Angelsaksische universiteit.<br />

Op een wereldschaal zitten we tussen de 50 en 100, en dat is vooral gemeten op<br />

onderzoek.<br />

Welke ruimte ziet u nog voor het dossier van de tweejarige master, en hoe wilt<br />

u dat aanpakken?<br />

We moeten vooral kijken naar de inkanteling van de lerarenopleiding. Daar zijn heel wat<br />

bondgenoten te vinden in de universiteiten. Het is een typisch agendapunt: we moeten<br />

tussen de universiteiten proberen om een goede oplossing uit te dokteren. Het<br />

wegwerken van de verdeeldheid leidt tot goede oplossing. Die inkanteling<br />

lerarenopleiding is niet eens zo’n probleem voor de regering, want de slo’s worden nu ook<br />

al apart betaald.<br />

Wat vindt u van het huidige semestersysteem en de examenvorm die daar mee<br />

gepaard gaat?<br />

Ik denk dat we dat echt in vraag moeten stellen. Het semestersysteem op zich is oké,<br />

maar examens op het einde kun je in vraag stellen. Indien je dat vervangt door blokken<br />

van telkens vier weken met een examen op het einde, vind ik dat ook geen beter<br />

systeem; dat is alleen maar slechter. Als het betekent dat we het semester in zijn geheel<br />

gebruiken, en de blokken en examens te laten vervagen, ben ik er wel voor; om dan te<br />

werken een systeem van inzet, met permanente evaluatie, een continue belasting en<br />

leerproces.<br />

Moeten we vasthouden aan de inhoud van het vak RZL, of de boel omgooien?<br />

Wat mij betreft graag een keuze, een verbreding, zodanig dat je verschillende dingen<br />

kunnen kiezen, zodat je meer feedback krijgt van wat de student nodig heeft om zijn<br />

eigen identiteit, beschouwing te ontwikkelen.<br />

Stad en universiteit: welke banden hebben ze, wat moeten ze samen doen, wat<br />

wil u veranderen aan de positie van de KUL binnen Leuven, en welke rol speelt<br />

de student hier in?<br />

Beide hebben hun rol te spelen; bij de universiteit en het stadsbestuur gaat het vooral<br />

over ruimtelijke ontwikkelingsplannen; dan moet er toch meer overleg kunnen zijn rond<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 9


studenten, samen met hen, over hun bevolking, stad en universiteit, en hoe die drie<br />

samen kunnen gaan. Over de ontwikkeling van Leuven in zijn spin-offgebieden, al haar<br />

campussen: ik denk dat dat vrij goed verloopt; maar het leven van student en burger is<br />

veel moeilijker: het zou goed zijn als daar meer gewicht in de schaal van de stad kwam.<br />

Verschillende schepenen kunnen dan rond de tafel zitten met studenten en het<br />

universiteitsbestuur; dus niet enkel een vicerector Studentenbeleid.<br />

Hoe wilt u ook in het onderwijs het maatschappelijk belang meer meegeven?<br />

POC’s moeten kijken hoe docenten in de leerlijnen bepaalde aspecten mee oppakken. Ik<br />

denk aan de wetenschap integriteit, sociale evoluties in de wereld multiculturaliteit… In<br />

hoeverre geven we daar, op welke manier, vorm aan in het curriculum? Daar wordt op dit<br />

ogenblik nooit over gepraat. Het moet geen vak op zich worden, maar in een aantal<br />

lessen kan daar echt wel aandacht aan besteed worden. Je hebt bijvoorbeeld het besef<br />

hoe wetenschap in de maatschappij misbruikt kan worden, het besef dat de dingen die<br />

we creëren aanleiding kunnen geven tot oorlogsdoeleinden: dat is belangrijk om mee te<br />

geven. Ook kunnen we studies meegeven over de ICT-ontwikkeling en de<br />

maatschappelijke impact daarvan, in eerder technologische richtingen. Het gaat vooral<br />

over het grotere maatschappelijke resultaat van de deeldiscipline waar je deel van<br />

uitmaakt.<br />

Er zijn heel wat beslissingen die nu nog genomen moeten worden, in het<br />

laatste jaar voor de integratie. Wat moet er volgens u volgend jaar nog beslist<br />

worden aangaande de integratie?<br />

Financieel zijn we nog heel erg onduidelijk. Daar moeten we dringend werk van maken:<br />

de personeelsverdelingen zijn er wel, maar nog niet in detail. Wat betreft de studenten,<br />

de studentenadministratie, onderwijs…: die lopen door zoals altijd. Wel moeten we<br />

serieus kijken naar het kwaliteitszorgsysteem.<br />

Is het de moeite waard om bepaalde opleidingen die weinig studenten<br />

aantrekken naar één bepaalde universiteit in Vlaanderen te verhuizen?<br />

Ja en neen. De KU Leuven moet een multidisciplinaire universiteit blijven want dat is de<br />

sterkte van het geheel; de taart verdelen zou ik betreuren. De kracht van de brede<br />

universiteit mogen we niet verloren laten gaan. We kunnen wel rationaliseren binnen<br />

Vlaanderen, maar dan niet binnen Leuven. Wat wel kan, is onze specialisaties binnen de<br />

disciplines beter afspreken.<br />

Getrapt of algemeen stemrecht bij de rectorsverkiezingen?<br />

Algemeen, op één voorwaarde: dat je de studenten betrokken krijgt, en dat is nu niet het<br />

geval.<br />

De integrerende opleidingen lijken met een imagoprobleem te kampen. Er<br />

wordt bijvoorbeeld gezegd dat ze niet kwaliteitsvol genoeg zouden zijn.<br />

Onderschrijft u die mening, en indien ja, hoe zou u dat imagoprobleem dan<br />

aanpakken?<br />

De kwaliteit van de opleidingen moet niet in vraag worden gesteld; wat wel zeker zo is, is<br />

dat de academische connotatie van onderzoek daar veel minder ontwikkeld is. Vandaar<br />

het academiseringsproces om de kwaliteit hoog te houden: het is heel belangrijk dat<br />

docenten zich gaan academiseren in de discipline zelf. Ze moeten geen<br />

tweederangsafkooksel worden van de Leuvense onderzoekseenheden. Op dit ogenblik<br />

enten mensen zich heel erg op de bestaande departementen. Men verwacht nu een<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 10


doctoraat voor al die disciplines; om én die profilering én die kwaliteit gezamenlijk vorm<br />

te geven staan de jonge mensen daar voor een ongelooflijke opdracht. De contacten met<br />

docenten uit het verleden en de contacten met industriële partners zijn heel belangrijk. Ik<br />

vind het kort door de bocht om te denken dat de combinatie van theorie en prakrijk<br />

minder kwaliteitsvol zou zijn. Ik ben er heel erg voor om die eigenheid te bewaren.<br />

Bent u voorstander van het behoud van de eigenheid van alle integrerende<br />

opleidingen, of bent u eerder voor een uniforme opleiding op de campussen?<br />

De finaliteit van de opleidingen moet gegarandeerd blijven, en het academisch onderzoek<br />

moet erop geënt worden.<br />

Er wordt soms beweerd dat u een status-quo bent: mensen zien u als een<br />

verderzetting van het huidige beleid. Ziet u dat als een troef, of niet?<br />

Ik zie dat niet als een troef, maar ook niet als een nadeel; na vier jaar staan we heir weer<br />

op een scharnierpunt. In de toekomst zul je dingen toch wel anders aanpakken, omdat je<br />

met een nieuwe fase begint. Je hebt iets afgewerkt, en nu gaan we naar een volgend<br />

systeem. Ik zie dat niet als een status quo, maar als een evolutie in een visie die de<br />

afgelopen vier jaar misschien minder aanwezig was. Nu kies je toch in een bepaalde<br />

richting; die keuze is toch wel heel erg verschillend afhankelijk van wie je kiest als rector.<br />

De analyse is misschien wel dezelfde, maar de synthese en de weg naar de toekomst is<br />

toch wel heel erg verschillend.<br />

2 Vragen uit het publiek<br />

Hoe denkt u over Toledo?<br />

Zelf heb ik alleen maar de ervaring als docent; als jullie hebben daar een probleem<br />

hebben, is dat belangrijk om er iets aan te doen. Ik vind het veel te makkelijk om er iets<br />

op te posten; ik heb een hekel aan al het studiemateriaal dat er misschien nodeloos wordt<br />

opgezet op het laatste moment. Elke docent gebruikt Toledo op een andere manier, en als<br />

student is het niet eenvoudig om je weg daarin te vinden. Indien je het hebt over het hele<br />

ICT-ondersteuningssysteem, kom ik terug bij mijn voorstel om ons op twee niveaus te<br />

laten werken. Enerzijds moeten we proberen de noden te detecteren, als die naar boven<br />

komen; voor zover ik weet zit er momenteel nergens enige student in de beslissingsketen<br />

van ICT. Anderzijds wil ik een projectmatige aanpak lanceren en alle technologische<br />

ontwikkelaars mee laten werken in die evolutie.<br />

Wat vindt u van weblectures?<br />

Het opnemen van lessen vind ik prima, zolang de docent daarvan op de hoogte is, en<br />

indien de opname voor eigen gebruik is bedoeld, en niet om via Youtube te verspreiden.<br />

Ik hoop dat een docent studenten kan stimuleren om naar interactiemomenten te komen,<br />

zodanig dat een hoorcollege toch nog steeds een meerwaarde heeft op puur een<br />

weblecture. De vormgeving van de lesinteractie is primair. Als weblectures<br />

ondersteunend kunnen zijn, is dat prima.<br />

Over oriënteringsproeven en ijkingstoetsen: is het een goed plan om<br />

studiepunten toe te kennen bij het slagen voor een ijkingstoets?<br />

Als dat de enige denkbare incentive is om het verplicht te maken, is dat misschien een<br />

mogelijke tussenstap, maar uiteindelijk ben ik daar minder van overtuigd. Een ijkingstoets<br />

heeft een ander doel dan een examen. In het onderwerp zijn daar een aantal dingen door<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 11


elkaar gegooid. Een onderwerp is altijd gericht op het bereiken van een bepaald doel.<br />

Credits toekennen heeft te maken met een verworven vaardigheid, een leerinhoud; een<br />

ijkingstoets dient om studenten te oriënteren, te positioneren en hen eventueel<br />

bijkomende tools aan te reiken om precies die vaardigheid te ontwikkelen. Nu is het<br />

toekennen van credits een soort van nepmethode om ervoor te zorgen dat studenten ook<br />

geëngageerd meedoen.<br />

De buspas staat op de helling. Wat denkt u daarover, en welke rol moeten de<br />

studenten in die discussie spelen?<br />

Studenten hebben in het verleden zeker een rol daarin gespeeld. We zijn gedwongen door<br />

de budgetproblemen van de stad; dat is wel in meerdere steden zo. Dat was de<br />

aanleiding, en de oorzaak om te gaan naar een voorstel van een beperkte bijdrage. Als<br />

vicerector heb ik ervoor gepleit dat de KU Leuven dezelfde investering terug moet doen<br />

voor de mobiliteit van de studenten. Inspraak van de studenten komt ook daarbij. Het<br />

GeBu en <strong>LOKO</strong> kunnen daar ook zeker hun inbreng hebben als dat niet werkbaar is; maar<br />

op dit moment moet er zeker iets gebeuren, omdat we maar met de helft van het budget<br />

zitten.<br />

Zijn de stad en de KU Leuven niet bang dat de Lijn die diensten niet meer zal<br />

willen aanbieden?<br />

Het zou goed zijn om een aantal mobiliteitsopties uit te proberen binnen de stad. Met een<br />

mobiliteitsenquête kan er eventueel gekeken worden in welke richting we verder kunnen<br />

gaan.<br />

Is een optie met een beperkt aantal ritten overwogen? Waarom is een optie<br />

met een kost van 20 euro beter?<br />

Ik denk niet dat alle alternatieven zo breed zijn overwogen. We willen mensen laten<br />

nadenken over welke routine ze zullen aannemen in het gebruiken van fiets of bus. De<br />

keuze is er dan voor niet te veel administratie: in het begin van het jaar neem je een<br />

keuze. Met jullie inbreng kunnen we dat altijd nog herbekijken. Het is een moeilijk dossier<br />

omdat je aan tafel moet zitten met de hogescholen, de universiteit, de lijn en de stad.<br />

We weten nog niet waar het vrijgekomen geld naartoe gaat; bovendien weten<br />

we volgende week veel meer, uit de resultaten van een onderzoek dat al lange<br />

tijd loopt. Waarom valt de beslissing dan morgen?<br />

We hebben wel participatie nodig; ik denk dat het legitiem is om een week uitstel te<br />

vragen en de consequenties daarvan te bekijken. Het is zo dat we tegen volgend<br />

academiejaar een oplossing nodig hebben; het vergt dus wel enige spoed. De vraag is<br />

welke alternatieven er op korte termijn nog vindbaar zijn.<br />

U stelt dat interdisciplinariteit goed is, maar dat we aan de andere kant ook<br />

moeten rationaliseren. In de realiteit zie je dat er bij sommige opleidingen toch<br />

gepusht wordt om niet te breed uit te gaan in de keuzemogelijkheden, zeker in<br />

opleidingen met weinig studenten.<br />

Dat is een terecht spanningsveld dat we moeten onderkennen. Die breedte moet heel<br />

goed bekeken worden: wetenschappen heeft nood aan die bepaalde verbreding,<br />

musicologie heeft daarentegen nood aan een andere verbreding. Dan moet je toch kijken<br />

of er geen gemeenschappelijke noemer is. Je moet niet proberen om die verbreding te<br />

enten op de disciplinegerichtheid zelf.<br />

Vindt u het een goed plan om OPO’s die aan andere faculteiten bestaan, op te<br />

nemen?<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 12


Als het een verbredend OPO is ergens anders, als de voorkennis dezelfde is, dan vind ik<br />

dat oké; indien de voorkennis te veel verschilt is, dan is dat problematisch. Ikzelf geef op<br />

die manier les aan de bio-ingenieurs: het verschil in voorkennis, oriëntering en leeftijd is<br />

er. Het is misschien niet de perfect match, maar mensen leren zo mee denken, terug<br />

verbreden, terug komen tot de basis. Dat type van verbreding kan dus volgens mij, maar<br />

het mag geen cherry picking worden.<br />

Vindt u de inbedding van de SLO in de tweejarige master een goede manier om<br />

meer studenten in die lerarenopleiding aan trekken?<br />

Naast het inbedden heb je ook altijd de disciplinaire research; die twee opties moet je<br />

naast elkaar laten bestaan, zodat de student een heel bewuste keuze kan maken. Bij de<br />

lerarenopleiding is er dan een verbredend pakket naar het pedagogische toe, en<br />

anderzijds is er verdieping mogelijk wat de research betreft.<br />

Momenteel bestaat er een spanningsveld tussen het secundair onderwijs en<br />

hoger onderwijs over wie er waarvoor verantwoordelijk is als het op oriëntering<br />

aankomt. Denkt u dat de universiteit en zelfs het hele<br />

hogeronderwijslandschap proactiever naar het secundair onderwijs toe moeten<br />

optreden? Moeten ze intensiever samenwerken?<br />

Voor de oriëntering is het belangrijk om mee richting geven in het secundair onderwijs. Er<br />

is een verkruimeldheid tussen de verschillende scholen, en ze presteren ook verschillend.<br />

Er is een verschil in slaagkansen afhankelijk van welke school je komt. De differentiatie<br />

ligt niet zozeer in de leerinhouden en eindtermen, maar eerder op de verschillende<br />

aanpakken in verschillende scholen. Wat de oriëntering zelf betreft moeten we met de<br />

secundaire scholen rond de tafel zitten. Het hoger onderwijs is enorm veranderd:<br />

sommige scholen zijn mee, andere zijn dat helemaal niet, bijvoorbeeld wat de<br />

bamastructuur betreft. Het discours rond de oriëntering inbedden in het secundair<br />

onderwijs is essentieel, om de link te kunnen maken naar het hoger onderwijs. Het is niet<br />

goed dat het oriënteringsbeleid blijft staan op het scharnier, aan het einde van het<br />

secundair onderwijs, op de overgang naar het hoger onderwijs - denk aan een<br />

toelatingsproef, een niet-bindende oriënteringspoef - dat is niet voldoende. In die zomer<br />

komt niet ineens de heilige geest binnenvallen. De voorbereiding op je studiekeuze begint<br />

al veel eerder, en dat is iets dat vanuit het secundair onderwijs begeleid moet worden. Ik<br />

denk dat wij daarbij ook richtinggevend kunnen, bijvoorbeeld in de ontwikkeling van<br />

positietesten. Neem nu de toelatingsproef voor ingenieurs, zoals ze vroeger was: de<br />

secundaire scholen gingen zich daar expliciet op richten. Als je niet slaagt in het eerste<br />

jaar, heb je te veel gefeest; maar als je in die eerste zomer niet slaagt voor een<br />

toelatingsproef, is het de schuld van je school. In dat opzicht heb je een mogelijkheid om<br />

met dergelijke positioneringstools feedback te geven aan secundaire scholen en op die<br />

manier in interactie te gaan.<br />

Momenteel wordt de maatschappelijke rol van de universiteit vervuld door<br />

individuele professoren die zich mengen in het maatschappelijk debat. Moet<br />

het mogelijk zijn dat de universiteit als geheel maatschappelijke standpunten<br />

inneemt wat betreft mensenrechtenkwesties of internationale problemen?<br />

Dat is voor mij precies de inzet van het maatschappelijk debat. Dat individuele<br />

professoren in debat gaan en maatschappelijke standpunten innemen is prima, maar<br />

vanuit één discipline is je maatschappelijk standpunt per definitie nooit zo sterk als iets<br />

wat bediscussieerd is door experten vanuit verschillende perspectieven. We hebben heel<br />

wat sterke disciplines binnen de universiteit: als je die zou kunnen samenbrengen in een<br />

maatschappelijk debat zou dat een veel krachtiger signaal geven. Zowel de maatschappij<br />

als de docent, als de student in het discours wordt er rijker van. Het zal ook onze houding<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 13


veranderen tegenover het opleiden van internationale studenten.<br />

Internationaliseringsbeleid betekent dat je ook een standpunt inneemt tegenover al die<br />

verschillende landen. Hoe gaan wij om met het individu? Hoe brengen wij daar ons<br />

westers cultureel waardekader mee te geven, zonder het op te dringen? Wat is onze rol in<br />

het opleiden van die mensen?<br />

In 2008 besliste de overheid tot een paar initiatieven wat betreft diversiteit. Nu<br />

plant de overheid een nieuw democratiseringsinitiatief, opnieuw met een<br />

competitief element, en met gekleurde middelen. Indien u rector wordt, hoe zal<br />

u daarop reageren?<br />

Ik denk dat we daar op de ingeslagen weg verder zullen gaan, in die zin dat we ons zullen<br />

blijven verzetten naar resultaatsverbintenissen toe. De universiteit is niet<br />

verantwoordelijk te stellen voor iets wat de maatschappij in haar geheel doet. Er zijn een<br />

aantal minderheidsgroepen die het moeilijk hebben hun weg te vinden doorheen het<br />

onderwijs, door een aantal factoren. Die jongeren worden in het lager en het middelbaar<br />

onderwijs al door een ander traject geleid door een al dan niet-bewuste bias in<br />

studiekeuze. Het kan niet dat je dan de universiteit afrekent op de resultaten van het hele<br />

globale traject. Wel kan je eisen dat men kwaliteitsvol omgaat met de initiatieven die<br />

men neemt, en zich daarvoor kan verantwoorden. We moeten de middelen kwaliteitsvol<br />

besteden. De inmenging van de overheid, met alle goede bedoelingen, moet echt elke<br />

keer opnieuw weer ingeperkt worden. Ik zal me niet verzetten tegen het feit dat het<br />

gekleurde middelen zijn: laat de ministers maar scoren, zij zitten nu eenmaal in een<br />

kortetermijndenkkader.<br />

Zoals u weet zijn er heel wat problemen in het ziekenhuis. Als student merken<br />

we daar niet veel van, tenzij misschien proffen die hun onderwijsopdracht een<br />

beetje verwaarlozen, en minder aanwezig zijn in de faculteitsraad. Hoe wilt u<br />

dat oplossen?<br />

De aanwezigheid in de faculteitsraad heeft te maken met structuren. Als een<br />

faculteitsraad te weinig professoren bevat betekent dat dat die te weinig inhoudelijk is,<br />

en dat die gereduceerd is tot een informatieoverdracht. Een eerste punt is dat we aan de<br />

kaak moeten stellen waar welke bevoegdheden liggen. Persoonlijk ben ik ervoor om de<br />

faculteit terug meer heft in eigen handen te geven en dingen effectief te laten beslissen.<br />

Het was lange tijd immers een sterk forum om proffen in debat te laten gaan. Vanuit een<br />

historisch standpunt bijna ben ik gehecht aan faculteitsraden, aan die manier van<br />

besluitvorming en debat voeren. Wat de malaise daar betreft: ten eerste is er de<br />

openheid. Er is een gebrek aan transparantie in de stroom van financiële middelen naar<br />

de diensten. Diensthoofden denken dat ze buiten spel gezet worden, of dat hun diensten<br />

benadeeld worden; dat type van vicieuze cirkels moeten we doorbreken. Daarnaast<br />

moeten we vooral een openheid stimuleren, zodat in een veilige sfeer het echte debat<br />

gevoerd kan worden. Wat betreft de lesopdrachten, en dat geldt wat mij betreft ook<br />

algemeen: we moeten veel meer naar de onderzoekseenheden te gaan, om in een<br />

collegiale setting het takenpakket te bepalen. Als je onderwijs opneemt in dat<br />

takenpakket neemt dat evenzeer zijn plaats in, dat is gelijkwaardig aan het onderzoek. Je<br />

gaat niet de individuele docent afrekenen op zijn keuze tussen onderwijs onderzoek of<br />

dienstverlening – dat gebeurt nu wel te vaak. Het is geen of-ofverhaal, het is als entiteit,<br />

als discipline dat je het geheel moet volbrengen. Je moet het dus niet te veel op<br />

individuele promoties leggen, op wat die docent realiseert; maar ook naar het geheel<br />

kijken. In hoeverre was iemand een loyaal lid, in hoeverre heeft het diensthoofd alles<br />

kunnen leiden, enzovoort.<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 14


Wat denkt u dat student-ondernemerschap ons kan bieden? Wat is uw mening<br />

over het beleid in België en aan de KU Leuven? Wat zijn uw concrete<br />

rectorsplannen daarrond?<br />

Ik denk dat we aan de KU Leuven daar nog relatief weinig mee doen. Groep T is daar een<br />

goed model in. Ik denk dat we de ondernemerszin kunnen gebruiken om een heel stuk<br />

creativiteit mee te laten ontwikkelen. Mijn rectorsplannen zijn daarrond dat de<br />

samenwerkingsmodellen effectief tot stand komen, zodat je een deel studenten kunt<br />

inschakelen in die ontwikkelingsprojecten.<br />

VERSLAG OPEN BUREAU 15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!