11.09.2013 Views

Intentienota - Erfgoedcel Kempens Karakter

Intentienota - Erfgoedcel Kempens Karakter

Intentienota - Erfgoedcel Kempens Karakter

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Lille en Wechelderzande tot het Land van Turnhout in het markgraafschap Antwerpen (voor de<br />

geschiedenis van het Land van Turnhout: zie geschiedenis Lille). Op de grens met Vosselaar en Beerse<br />

bevond zich vroeger het Grotenhoutbos, één van de oudste loofhoutbossen van België. Het bos was één<br />

van de jachtwaranden van de hertogen van Brabant. Het leverde bovendien het hout voor de<br />

bouwnijverheid in het Land van Turnhout. De ontbossing werd in de twintigste eeuw verder gezet door de<br />

Société Généraux des Charbonnages du Borinage en de Maarschappij Bernheim. In 1929 kocht Victor<br />

Bracht het domein en begon met de aanplanting van 250.000 bomen. Momenteel resten nog ongeveer 270<br />

ha van het oorspronkelijke bos. In 1977 werden Lille, Gierle, Poederlee en Wechelderzande gefusioneerd<br />

tot één gemeente.<br />

Grobbendonk<br />

Enkele prehistorische vindplaatsen op het grondgebied van Grobbendonk, zoals een Bronstijdgrafveld<br />

(1000-700 V.C.), geven het dorp een zeer oude geschiedenis. In de tweede eeuw kwam er een Gallo-<br />

Romeinse nederzetting met tempels en publieke baden tot bloei. Na het verval van dit administratieve,<br />

economische en religieuze centrum in de derde eeuw werden de gronden waarschijnlijk ingepalmd door<br />

een kleine, Frankische landbouwgemeenschap. De aanwezigheid van twee Merovingische grafvelden en<br />

het driehoekige dorpsplein van Grobbendonk wijzen alleszins in die richting. In de middeleeuwen maakte de<br />

heerlijkheid Grobbendonk deel uit van de meierij Zandhoven in het markgraafschap Antwerpen. De<br />

heerlijkheid kende diverse eigenaars, zoals het geslacht van Grobbendonk, van Wilre en van Crayenhem,<br />

en de families Brant, van Jauche, van Mastaing en Schetz. In 1414 stichtte Arnold van Crayenhem de priorij<br />

van Onze-Lieve-Vrouw-Ten-Troon, die vanaf 1726 eigendom werd van de familie d’Ursel. Bij de fusie van<br />

1976 werd Bouwel opgenomen als een onderdeel van de gemeente Grobbendonk. De benaming<br />

Grobbendonk verwijst naar de plaats waar het oude kasteel van de heren van Grobbendonk zich bevond,<br />

met name nabij de samenvloeiing van de Kleine Nete en de Aa. ‘Grobbe’ betekent immers water of gracht,<br />

terwijl een ‘donk’ een zandige verhevenheid in een moeras of een landtong omgeven door water is.<br />

Herentals<br />

De eerste stichtingskern van de oorspronkelijke stad Herentals is ontstaan in de elfde en twaalfde eeuw<br />

rond de villa van de Reguliere Kanunnikessen van Bergen. Rond de halfhoge akkers ontstond een<br />

landbouwgemeenschap. Door de heropbloei van de handel in West-Europa ontstond er in de twaalfde eeuw<br />

geleidelijk ook een nederzetting van handelaars en kooplieden aan de Nete. De belangenconflicten tussen<br />

die twee gemeenschappen leidden tot conflicten. Hendrik I, hertog van Brabant, besloot daarom om op<br />

oktober 1209 de stad Herentals te stichten. Het initiatief van de hertog van Brabant gaf het opkomende<br />

stedelijke leven een nieuwe impuls. De oprichting van het Gasthuis (vóór 1253) en het oude Begijnhof (vóór<br />

1266) zijn hiervan de sprekende bewijzen. De stad kreeg bovendien de mogelijkheid om zich te<br />

beschermen met wallen en poorten.<br />

De bloei van de plaatselijke lakennijverheid bracht veel welvaart in de stad. Tijdens de periode van<br />

hoogconjunctuur in de tweede helft van de veertiende eeuw bestreken de Herentalse lakenhandelaars een<br />

afzetgebied dat zich uitstrekte over een groot deel van Europa. De politieke invloed en de culturele<br />

betekenis van Herentals hingen nauw samen met de economische machtspositie van de stad. In 1356 werd<br />

Herentals zelfs tijdelijk gepromoveerd tot hoofdplaats van het markgraafschap, omdat Antwerpen voor vijftig<br />

jaar naar het graafschap Vlaanderen werd overgeheveld. De Bovenpoort, de Zandpoort, de Sint-<br />

Waldetrudiskerk en de Lakenhal zijn de vijftiende-eeuwse merktekens van deze glorierijke dagen.<br />

In de zestiende eeuw kwam er vanwege de toegenomen internationale concurrentie een einde aan de<br />

economische bloeiperiode. Het bevolkingscijfer daalde en er volgde een periode van oorlogen, ziekten,<br />

branden en overstromingen. Toch bleef Herentals een administratief, juridisch, kerkelijk en cultureel<br />

centrum voor een respectabel aantal <strong>Kempens</strong>e dorpen. Na het economische herstel in de negentiende<br />

eeuw en de uitbouw van Herentals als verkeersknooppunt werd die regionale centrumfunctie nog versterkt.<br />

Herentals is ondertussen bijvoorbeeld uitgegroeid tot een stad met meer dan 7000 scholieren. Bij de fusie<br />

van 1976 werden Morkhoven en Noorderwijk een onderdeel van de gemeente Herentals.<br />

<strong>Intentienota</strong> erfgoedconvenant “<strong>Kempens</strong> <strong>Karakter</strong>” p. 16

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!