finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...
finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...
finalVersion - Erasmus University Thesis Repository - Erasmus ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
De geur van Jasmijn Cross-over effecten en politieke mobilisatie<br />
Mobilisatiepogingen<br />
Hoe succesvol een beweging ook is in het mobiliseren van consensus, als deze mensen niet succesvol<br />
bereikt worden en geen doel zijn van mobilisatiepogingen, dan zullen deze mensen ook niet overgaan<br />
tot participatie. Personen kunnen het doel worden van mobilisatiepogingen langs één of meer van de<br />
volgende routes: massamedia, direct mail, band met organisaties, en vriendschappelijke banden (Idem,<br />
p. 520).<br />
Motivatie om te participeren<br />
De bereidheid om te participeren in activiteiten van een sociale beweging is volgens Klandermans een<br />
functie van de waargenomen kosten en baten van participatie (Oberschall 1973, 1980; Klandermans<br />
1984; Muller and Opp 1986). Het onderscheid tussen collectieve en selectieve prikkels is daarbij<br />
fundamenteel. De mogelijkheid om door deelname een bijdrage te leveren aan het produceren van een<br />
belangrijk collectief goed, zoals gelijke rechten of het voorkomen van massaontslagen, is een<br />
collectieve prikkel om te participeren. Rationele individuen participeren echter niet in het produceren<br />
van een collectief goed als er geen selectieve (individuele) prikkels zijn die hen motiveren(Mitchell<br />
1979; Opp 1983; Klandermans 1984; McAdam 1986). Individuele doelen, die met de participatie<br />
kunnen worden behaald, leiden tot individuele motieven. Deze motieven kunnen worden verdeeld in<br />
twee categorieën: sociaal en niet-sociaal. Het sociale motief (social motive) heeft betrekking op de<br />
verwachte reacties van anderen zoals familie en vrienden op iemands deelname aan een sociale<br />
beweging. Het gaat hier om een selectieve (individuele) beloning voor deelname. Niet-sociale<br />
motieven hebben betrekking op aspecten als geld en tijd die een participant kwijt is om aan een sociale<br />
beweging deel te nemen.<br />
Om bepaalde collectieve doelen te bereiken is men afhankelijk van het gedrag van anderen. Hieruit<br />
kan worden opgemaakt dat het gedrag van anderen tussen het individuele gedrag en het bereiken van<br />
doelen ligt. Een individu bepaalt zelf of hij aan protesten mee doet. Het succes van protesten is dus<br />
afhankelijk van de actiebereidheid van andere mensen. Op het moment dat een individu moet beslissen<br />
om mee te doen is nog niet bekend wat de actiebereidheid van andere mensen is. Wat wel zeker is, is<br />
dat iedere individu een bepaalde verwachting heeft over het gedrag van anderen. Hoe gunstiger de<br />
verwachting van de actiebereidheid van andere individuen is, hoe groter de kans van slagen voor de<br />
sociale beweging (Klandermans, 1984:585). Verder hebben individuen twee andere soorten<br />
verwachtingen die een belangrijke rol spelen, namelijk: de verwachtingen over eigen bijdrage aan kans<br />
van slagen en verwachtingen over kans van slagen als veel mensen participeren (Klandermans,<br />
1984:585).<br />
Figuur 2.2. Motivatie om te participeren. Bron: “The social psychology of protest” (Klandermans, 1997)<br />
15