11.09.2013 Views

zelfvertrouwen in de lespraktijk - Netty Gelijsteen

zelfvertrouwen in de lespraktijk - Netty Gelijsteen

zelfvertrouwen in de lespraktijk - Netty Gelijsteen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>zelfvertrouwen</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>lespraktijk</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g


<strong>Netty</strong> <strong>Gelijsteen</strong>, MASTERPR-090205 2009-2011<br />

Begeleid<strong>in</strong>g: André Koffeman/ Ineke Schavel<strong>in</strong>g NIME Professioneel Meesterschap<br />

Docent Mediacollege Amsterdam (Ma)<br />

Amsterdam, December2010<br />

2


Inhoud<br />

DANKWOORD 6<br />

1 INLEIDING 6<br />

2 ONDERZOEKSVRAGEN EN ONDERZOEKSOPZET 7<br />

2.1 geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksvraag 7<br />

2.2 doel van het on<strong>de</strong>rzoek 11<br />

2.3 doel <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rzoek 11<br />

2.4 Vraagstell<strong>in</strong>g 11<br />

2.5 Conceptueel mo<strong>de</strong>l 11<br />

2.6 Voorlopige <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ities kernbegrippen en <strong>de</strong> variabelen; <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent 12<br />

2.7 Zelfvertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 13<br />

2.8 Prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 13<br />

3 ANALYSE FASE 13<br />

3.1 Typer<strong>in</strong>g van het on<strong>de</strong>rzoek 13<br />

3.2 Mate van generaliseerbaarheid 13<br />

3.3 Stapsgewijze aanpak, <strong>de</strong> Inleid<strong>in</strong>g 14<br />

3.4 Inventarisatie bronnen 14<br />

3.5 Tijdsplann<strong>in</strong>g 15<br />

3.6 Implementatieplan: het vervolg 15<br />

3.7 Literatuur 15<br />

3.8 Presentatie on<strong>de</strong>rzoeksgegevens 17<br />

3.9 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> psychologische factoren 18<br />

3.10 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> pedagogische factoren 20<br />

3.11 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> didactische factoren 22<br />

3.12 Invloed van <strong>de</strong> docent vanuit <strong>de</strong> factoren <strong>in</strong> <strong>de</strong> leertheorieën 25<br />

3.13 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit psychologische factoren 26<br />

3.14 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> hersenen van een<br />

adolescent <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g 29<br />

3.15 Zelfvertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> verhoud<strong>in</strong>g tot <strong>in</strong> <strong>de</strong> menselijke behoeften 31<br />

3.16 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit <strong>de</strong> sociologische factoren 33<br />

3


3.17 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g tra<strong>in</strong>en 33<br />

3.18 Analyse van <strong>de</strong>ze resultaten 36<br />

3.19 Positieve gedachten en han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen meten 36<br />

3.20 Aangepast conceptueelmo<strong>de</strong>l 38<br />

3.21 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 39<br />

3.22 De nul- en e<strong>in</strong>dmet<strong>in</strong>g van het <strong>zelfvertrouwen</strong> 39<br />

3.23 De leerprestatie 39<br />

3.24 Conclusie van <strong>de</strong> analyse 40<br />

4 ONTWERPFASE 40<br />

4.1 Doel van het <strong>in</strong>terventieon<strong>de</strong>rzoek 41<br />

4.2 Vraagstell<strong>in</strong>g 41<br />

4.3 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g globale plan 41<br />

4.4 Wat niet gemeten wordt <strong>in</strong> mijn <strong>in</strong>terventie 42<br />

4.5 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g <strong>in</strong>terventie. 42<br />

4.6 Meet<strong>in</strong>strumenten 43<br />

4.7 Vormgev<strong>in</strong>g resultaten van <strong>de</strong> met<strong>in</strong>gen 44<br />

4.8 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>rzoeksopzet 45<br />

4.9 De stell<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> docent 45<br />

4.10 De stell<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen 46<br />

4.11 Vormgev<strong>in</strong>g score stell<strong>in</strong>gen 47<br />

4.12 Checklist van <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent 47<br />

4.13 Lesobservatie 49<br />

4.14 Plann<strong>in</strong>g en stapsgewijze aanpak 50<br />

5 REALISATIEFASE 50<br />

5.1 Eerste proef 50<br />

5.2 Twee<strong>de</strong> proef; <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie <strong>in</strong> het MBO2 team 55<br />

5.3 Nul en e<strong>in</strong>dmet<strong>in</strong>g <strong>zelfvertrouwen</strong> 58<br />

6 EVALUATIEFASE 60<br />

6.1 Conclusie <strong>in</strong>terventie 60<br />

6.2 E<strong>in</strong>dconclusie 62<br />

6.3 Aanbevel<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> implementatie 62<br />

4


7 IMPLEMENTATIEPLAN 63<br />

7.1 Wenselijk gedrag na implementatie 64<br />

7.2 Beschrijv<strong>in</strong>g & analyse organogram. 65<br />

7.3 Welke actoren zijn betrokken bij jouw <strong>in</strong>terventie 68<br />

7.4 Plaats van je <strong>in</strong>terventie <strong>in</strong> <strong>de</strong> organisatie. 69<br />

7.5 Tijdsplann<strong>in</strong>g implementatie 70<br />

8 BRONNEN 71<br />

9 SAMENVATTING 73<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen meten 75<br />

10 BIJLAGEN 76<br />

Bijlage 1 76<br />

Bijlage 2 77<br />

Bijlage3A 78<br />

Bijlage 3B 79<br />

Bijlage 3 C 80<br />

Bijlage 4 80<br />

Bijlage 5 81<br />

Bijlage 6 83<br />

Bijlage 7 86<br />

Bijlage 8 89<br />

Bijlage 9 90<br />

Bijlage 10 A t/m G 91<br />

5


Dankwoord<br />

Mijn oprechte dank gaat uit naar mijn bei<strong>de</strong> begelei<strong>de</strong>rs André Koffeman en Ineke<br />

Schavel<strong>in</strong>g die mij geholpen hebben om <strong>in</strong> het <strong>in</strong>gewikkel<strong>de</strong> proces van het<br />

beschrijven van mijn ambitieuze on<strong>de</strong>rzoek mijzelf en mijn eigenz<strong>in</strong>nigheid niet te<br />

verliezen. De aanmoedig<strong>in</strong>g van mijn gelief<strong>de</strong> zondagfamilie <strong>in</strong>clusief mijn partner<br />

en dochter heeft gezorgd dat het on<strong>de</strong>rzoek b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> tijd is afgerond. De<br />

taalon<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g van mijn schoonzus Maria Hendriks voor <strong>de</strong> leesbaarheid. Het<br />

afron<strong>de</strong>n van mijn studie dank ik aan <strong>de</strong> docenten die hebben meegewerkt aan het<br />

on<strong>de</strong>rzoek en <strong>de</strong> troost en hulp van mijn me<strong>de</strong> Masterstu<strong>de</strong>nten.<br />

1 Inleid<strong>in</strong>g<br />

6


De <strong>in</strong>vloed die elke docent heeft op leerl<strong>in</strong>gen is geweldig groot. De her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>g aan<br />

<strong>de</strong> favoriete docent van <strong>de</strong> basisschool en het voortgezet on<strong>de</strong>rwijs heeft menig<br />

volwassene. Dan weet je nog hoe het voel<strong>de</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas bij die docent en kijk je met<br />

enige trots terug op <strong>de</strong> prestaties tij<strong>de</strong>ns zijn lessen. Die her<strong>in</strong>ner<strong>in</strong>g als leerl<strong>in</strong>g<br />

<strong>de</strong>ed mij ooit besluiten om een goe<strong>de</strong> docent te wor<strong>de</strong>n. Na 20 jaar voor <strong>de</strong> klas<br />

g<strong>in</strong>g het goed met mijn leerl<strong>in</strong>gen. Alleen wist ik niet waarom. Leerl<strong>in</strong>gen zijn<br />

overgeleverd aan <strong>de</strong> docent die bepaald <strong>de</strong> leerprestatie <strong>in</strong> een cijfer. Dat maakt<br />

leerl<strong>in</strong>gen afhankelijk. Het maakt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g onzeker als hij een docent niet begrijpt,<br />

niet kan volgen en het gedag van <strong>de</strong> docent niet herkent. Dat dw<strong>in</strong>gt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

een onzekere positie. Lag mijn succes <strong>in</strong> het bevestigen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g? Onbewust<br />

bekwaam startte ik een zoektocht naar een meet<strong>in</strong>strument om <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong><br />

docent te kunnen vaststellen die hij heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Uit <strong>de</strong> literatuur heb ik <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> meet<strong>in</strong>strumenten. Onzekerheid<br />

is een issue van <strong>de</strong> jongvolwassenen en een belangrijke factor <strong>in</strong> <strong>de</strong> motivatie om<br />

leerstof niet op te nemen. De meet<strong>in</strong>strumenten zijn gericht op <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong><br />

docent en op <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les. Dat <strong>de</strong> wereld, <strong>de</strong> me<strong>de</strong>leerl<strong>in</strong>gen,<br />

vrien<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> thuissituatie ook een belangrijke rol <strong>in</strong> het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g speelt meet ik niet. De <strong>in</strong>strumenten zijn gemaakt <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent<br />

op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het leerproces vast te stellen.<br />

Het <strong>in</strong>strument mag niet wor<strong>de</strong>n beschouwd als uitputtend. Maar het verschaft <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

discussie en besprek<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> score <strong>in</strong>zicht hoe belangrijk <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong><br />

docent zijn voor het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Drie docenten hebben mij vertelt<br />

dat het on<strong>de</strong>rzoek hen meer vertouwen <strong>in</strong> zichzelf heeft gegeven.<br />

De on<strong>de</strong>rzoeksperio<strong>de</strong> was te kort om <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten zover te testen dat <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>strumenten zon<strong>de</strong>r mijn observatie <strong>in</strong>gezet kunnen wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>lespraktijk</strong>.<br />

2 On<strong>de</strong>rzoeksvragen en on<strong>de</strong>rzoeksopzet<br />

2.1 Geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksvraag<br />

Ik geef les aan het Media college Amsterdam (Ma). Deze school heeft een lange<br />

traditie <strong>in</strong> het oplei<strong>de</strong>n van ambachtslie<strong>de</strong>n. Vroeger waren dat <strong>de</strong> zetters,<br />

tegenwoordig zijn dat hoger opgelei<strong>de</strong> vormgevers. Op <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g waar ik werk<br />

wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen voor het MBO2 opgeleid. Deze leerl<strong>in</strong>gen hebben, volgens <strong>de</strong><br />

aan het beg<strong>in</strong> van het schooljaar door testbureau Gel<strong>de</strong>rgroep, vaak een hoger<br />

niveau dan het VMBO-basisberoepsdiploma aangeeft. Deze leerl<strong>in</strong>gen hebben zijn<br />

vaak belast met persoonlijke problemen die niet herkend zijn <strong>in</strong> hun<br />

on<strong>de</strong>rwijscarrière en daardoor presteren ze on<strong>de</strong>r hun niveau. Deze leerl<strong>in</strong>g heeft<br />

we<strong>in</strong>ig vertrouwen <strong>in</strong> zichzelf en <strong>in</strong> <strong>de</strong> school.<br />

S<strong>in</strong>ds 2005 heb ik een „schakelklas‟ als vijf<strong>de</strong> jaar van het VMBO opnieuw opgezet<br />

met als centrale aanpak het herstellen van het vertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong><br />

zichzelf en <strong>in</strong> school. Het heeft geleid tot extra begeleid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> verborgen<br />

zorgvraag van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en het vergroten van zijn culturele bagage door <strong>de</strong> <strong>in</strong>voer<br />

van het vak kunst. De uitval van <strong>de</strong> extra VMBOklas was, volgens <strong>de</strong><br />

uitstroomgegevens van het schooljaar 2003- 2004 zeventig procent en <strong>in</strong> het<br />

schooljaar 2004- 2005 gereduceerd tot tw<strong>in</strong>tig procent uitval. Om het succes van<br />

<strong>de</strong>ze schakelklas veilig te stellen en voor <strong>de</strong> bekostig<strong>in</strong>g, is <strong>de</strong> opzet van het<br />

schakeljaar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> naam aanloopklas on<strong>de</strong>rgebracht <strong>in</strong> het eerste jaar van het<br />

MBO2. Door het <strong>in</strong>voeren van meer<strong>de</strong>re klassen is het team groter gewor<strong>de</strong>n.<br />

7


Ik wil on<strong>de</strong>rzoeken welke <strong>in</strong>vloed <strong>de</strong> docenten van mijn af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g hebben die<br />

lesgeven aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> aanloopklassen op het vertrouwen van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> zichzelf en daardoor vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> school helpen opbouwen.<br />

Daarvoor wil ik on<strong>de</strong>rzoeken wat er over <strong>zelfvertrouwen</strong> is gepubliceerd en welke<br />

facetten <strong>de</strong> docent tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les <strong>in</strong>zet om het <strong>zelfvertrouwen</strong> van leerl<strong>in</strong>gen op te<br />

bouwen. Ik wil on<strong>de</strong>rzoeken of die facetten te vertalen zijn naar meetbare<br />

<strong>in</strong>dicatoren.<br />

2.1.1 Geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> school<br />

Het media college Amsterdam beg<strong>in</strong>t <strong>in</strong> 1913 als Amsterdamse Grafische School<br />

(AGS), een <strong>in</strong>itiatief van werkgeversorganisaties en vakbon<strong>de</strong>n met als doel het<br />

waarborgen van voldoen<strong>de</strong> gekwalificeerd personeel voor <strong>de</strong> grafische <strong>in</strong>dustrie. In<br />

1933 wordt het pand aan <strong>de</strong> D<strong>in</strong>telstraat <strong>in</strong> gebruik genomen. In <strong>de</strong> oorlogsjaren<br />

wor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> school verschillen<strong>de</strong> verzetsbla<strong>de</strong>n gedrukt. In 2006 gaat <strong>de</strong> school<br />

die <strong>in</strong>mid<strong>de</strong>ls Grafisch Lyceum Amsterdam (GLA) wordt genoemd, ver<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />

naam Mediacollege Amsterdam, afgekort als Ma: met <strong>de</strong> a van Amsterdam als<br />

on<strong>de</strong>rkast om <strong>de</strong> afkort<strong>in</strong>g als merknaam te kunnen vestigen en niet als afkort<strong>in</strong>g,<br />

omdat <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> naam het opleid<strong>in</strong>gsaanbod niet meer <strong>de</strong>kt. Dit keer een<br />

veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g die van b<strong>in</strong>nenuit komt. De snelle ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> branche lei<strong>de</strong>n<br />

ertoe dat Ma haar werkgebied bre<strong>de</strong>r <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ieert: het bestrijkt nu alle media en niet<br />

alleen <strong>de</strong> grafische media. Ma ziet s<strong>in</strong>ds die tijd ook een an<strong>de</strong>re rol voor zichzelf.<br />

De school is niet alleen opleid<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>stituut, zij biedt ook een platform dat <strong>de</strong><br />

aankomen<strong>de</strong> generatie en <strong>de</strong> branche met elkaar verb<strong>in</strong>dt: Je ontmoet elkaar bij<br />

het Ma.<br />

2.1.2 De af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g waar ik werk<br />

Bij <strong>de</strong> start van mijn on<strong>de</strong>rzoek ben ik werkzaam op <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g pr<strong>in</strong>tmedia en <strong>de</strong><br />

nieuwe opleid<strong>in</strong>g sign-maker van het Mediacollege Amsterdam. Bei<strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

zijn MBO2-3 opleid<strong>in</strong>gen, wat staat voor een Mid<strong>de</strong>lbaar Beroeps Opleid<strong>in</strong>g van<br />

twee of drie jaar. De leerl<strong>in</strong>g haalt met een MBO2 opleid<strong>in</strong>g <strong>de</strong> wettelijk vereiste<br />

startkwalificatie. In het eerste jaar van <strong>de</strong> MBO2 opleid<strong>in</strong>g krijgen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>de</strong><br />

kans om te bewijzen dat ze na dit jaar een opleid<strong>in</strong>g op een hoger niveau kunnen<br />

gaan volgen. Daarom noemen we <strong>de</strong> eerste klassen aanloopklassen. Per leerl<strong>in</strong>g<br />

wordt bekeken of zijn talent groot genoeg is om een MBO3 of zelfs MBO4 opleid<strong>in</strong>g<br />

te gaan volgen <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> grafische richt<strong>in</strong>gen; sign-maker; DTP-er; grafisch-<br />

en <strong>in</strong>teractiefvormgever. De haalbaarheid van een eventuele opwaar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g wordt<br />

aangetoond met het niveau van het werk van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en zijn werkhoud<strong>in</strong>g.<br />

8


Daarnaast moet het dui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n waarom <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g tot dan toe geen MBO3 of<br />

-4 heeft kunnen doen: het blootleggen van <strong>de</strong> verborgen zorgvraag.<br />

2.1.3 De toelat<strong>in</strong>gseisen van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Voordat een leerl<strong>in</strong>g wordt toegelaten stelt hij een portfolio samen voor <strong>de</strong> opleid<strong>in</strong>g<br />

van zijn keuze. Mocht <strong>de</strong> vooropleid<strong>in</strong>g, bijvoorbeeld VMBO basisberoeps,<br />

onvoldoen<strong>de</strong> zijn voor een MBO3-4 toelat<strong>in</strong>g, maar <strong>de</strong> talenten van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wel<br />

op het gewenst niveau, dan wordt <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>g aangenomen en geplaatst <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

aanloopklas.<br />

De toelat<strong>in</strong>gseisen voor alle opleid<strong>in</strong>gen staan op <strong>de</strong> website van het mediacollege<br />

Amsterdam.<br />

2.1.4 Leerl<strong>in</strong>g, leeftijd en achtergron<strong>de</strong>n<br />

De leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> aanloopklassen zijn tussen <strong>de</strong> zestien en <strong>de</strong> drieëntw<strong>in</strong>tig jaar.<br />

De grootste groep is zeventien of achttien jaar. De meeste leerl<strong>in</strong>gen hebben geen<br />

prettige schoolervar<strong>in</strong>gen en zijn gepest op een van zijn vorige scholen. Leerl<strong>in</strong>gen,<br />

<strong>in</strong> mijn mentorgroepen vaak meer dan <strong>de</strong> helft, zijn meestal gepest omdat ze zich<br />

an<strong>de</strong>rs gedroegen. Het afwijken<strong>de</strong> gedrag is veelal ontstaan door oorzaken buiten<br />

henzelf: een scheid<strong>in</strong>g met lichamelijk geweld tussen hun ou<strong>de</strong>rs of een scheid<strong>in</strong>g<br />

waarbij een van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs emotionele problemen opliep; een ou<strong>de</strong>r met een<br />

psychiatrische ziekte; druggebruik; alcoholverslav<strong>in</strong>g of ernstige handicap;<br />

overle<strong>de</strong>n broertje, zusje, va<strong>de</strong>r of moe<strong>de</strong>r; ernstige schul<strong>de</strong>n <strong>in</strong> het gez<strong>in</strong>;<br />

verwaarloz<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren; een van <strong>de</strong> broertjes of zusjes die een zware<br />

handicap heeft of gewelddadig is. Ook kan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g afwijkend gedrag vertonen<br />

dat nog niet <strong>in</strong> kaart is gebracht; ADHD en vooral ADD zijn vaak nog niet<br />

gediagnosticeerd.<br />

Leerl<strong>in</strong>gen die met een <strong>in</strong>dicatie b<strong>in</strong>nenkomen vormen een m<strong>in</strong><strong>de</strong>rheid. Vaak gaat<br />

het om leerl<strong>in</strong>gen die een zogenaamd rugzakje hebben en wor<strong>de</strong>n begeleid<br />

vanwege een aan autisme verwante of psychiatrische handicap.<br />

De meeste leerl<strong>in</strong>gen zijn onzeker over hun capaciteiten. Van tachtig procent van<br />

mijn leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> aanloopklas die ik begeleid kan ik omstandighe<strong>de</strong>n<br />

omschrijven die vallen <strong>in</strong> <strong>de</strong> categorie „overbelaste leerl<strong>in</strong>gen‟ zoals W<strong>in</strong>semius et al<br />

(2009) die beschrijven <strong>in</strong> hun publicatie voor <strong>de</strong> Wetenschappelijk Raad voor het<br />

Reger<strong>in</strong>gsbeleid „Vertrouwen <strong>in</strong> school‟. De <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itie van overbelaste leerl<strong>in</strong>gen is<br />

volgens W<strong>in</strong>semius: ”leerl<strong>in</strong>gen die gebukt gaan on<strong>de</strong>r een opeenstapel<strong>in</strong>g van<br />

problemen, uiteenlopend van beperkte vaardighe<strong>de</strong>n en gedragsproblemen tot<br />

gebroken gez<strong>in</strong>nen, chronische armoe<strong>de</strong>, schul<strong>de</strong>n, verslav<strong>in</strong>g, crim<strong>in</strong>aliteit <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

directe omgev<strong>in</strong>g, etc”. W<strong>in</strong>semius noemt het stapelproblemen die <strong>de</strong> overbelaste<br />

leerl<strong>in</strong>gen kenmerken. Drie leefwerel<strong>de</strong>n die beschreven wor<strong>de</strong>n als chaotische<br />

gez<strong>in</strong>nen, chaotische buurten en chaotisch scholen.<br />

2.1.5 Doelen en didactiek van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

In <strong>de</strong> omschreven doelen van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g staat niet beschreven dat het vertrouwen<br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> zichzelf en <strong>in</strong> <strong>de</strong> school hersteld moet wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze<br />

aanloopklas. Het on<strong>de</strong>rwijsdoel voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g Mediaproductie<br />

is volgens het teamplan van die af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g dat het on<strong>de</strong>rwijs een aantrekkelijke,<br />

veilige, uitdagen<strong>de</strong> en <strong>in</strong>spireren<strong>de</strong> leeromgev<strong>in</strong>g moet zijn. Voor <strong>de</strong> docenten is als<br />

doel beschreven <strong>in</strong> het teamplan: het creëren van zelfbewuste en competente<br />

me<strong>de</strong>werkers die wor<strong>de</strong>n gestimuleerd <strong>in</strong> teamverband verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te<br />

nemen voor het succes van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen/<strong>de</strong>elnemers, en het realiseren van <strong>de</strong><br />

teamambities. De competenties waaraan een toekomstig sign-maker moet voldoen,<br />

9


zijn beschreven <strong>in</strong> het kwalificatiedossier. Uitgangspunt voor <strong>de</strong> begeleid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen is <strong>de</strong> beroepshoud<strong>in</strong>g die <strong>in</strong> het kwalificatiedossier is opgenomen. Elk<br />

rapport bestaat uit <strong>de</strong> kwalificaties per vak en een door <strong>de</strong> docenten gezamenlijk<br />

<strong>in</strong>gevul<strong>de</strong> beroepshoud<strong>in</strong>g.<br />

De didactiek van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g is niet omschreven <strong>in</strong> het teamplan.<br />

De praktijkvakken gebruiken een gestuur<strong>de</strong> <strong>in</strong>structie; <strong>de</strong> opdrachten wor<strong>de</strong>n op<br />

papier aangeleverd. Alle han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zijn daar<strong>in</strong> stap voor stap beschreven. Na <strong>de</strong><br />

toelicht<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> <strong>de</strong>monstratie van <strong>de</strong> docent moeten <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen alle han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

zelfstandig uitvoeren. De docent is wel aanwezig <strong>in</strong> het lokaal en stimuleert <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g tot het zelfstandig oplossen van zijn vragen.<br />

2.1.6 Zorgstructuur af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

De drie aanloopklassen hebben een eigen mentor. Twee uur per week staat het<br />

mentoruur op het rooster. De mentoren begelei<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>de</strong>rtig leerl<strong>in</strong>gen bij het<br />

v<strong>in</strong><strong>de</strong>n van een balans tussen hun wensen voor een toekomstige opleid<strong>in</strong>g en hun<br />

leerprestaties. De basisvoorwaar<strong>de</strong>n voor een goe<strong>de</strong> leerprestatie wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong><br />

mentoren vastgesteld. Deze basisvoorwaar<strong>de</strong>n zijn: <strong>de</strong> lichamelijke behoeften;<br />

huisvest<strong>in</strong>g; veiligheid; emotionele behoeften. Er wordt <strong>in</strong> een <strong>in</strong>terview met <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen vastgelegd hoe <strong>de</strong> thuissituatie is en was, hoe zijn schoolcarrière<br />

verlopen is en waarom <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong> basisberoepsopleid<strong>in</strong>g volgt en of er nog<br />

behoefte is aan hulp voor zijn emotionele ontwikkel<strong>in</strong>g.<br />

De mentoren kunnen zorgleerl<strong>in</strong>gen aanmel<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> zorgcoörd<strong>in</strong>ator die een<br />

verwijz<strong>in</strong>g regelt naar <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gbegeleid<strong>in</strong>g . Deze coörd<strong>in</strong>ator zorgt ook voor het<br />

begelei<strong>de</strong>n van het aanvragen van een rugzakje .<br />

De <strong>de</strong>caan helpt leerl<strong>in</strong>gen die een an<strong>de</strong>re keuze willen maken dan <strong>de</strong> grafische<br />

sector.<br />

2.1.7 Leerl<strong>in</strong>gen testen<br />

De Gel<strong>de</strong>rGroep test <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> week van het schooljaar. De<br />

leerl<strong>in</strong>gen krijgen een capaciteitentest waar <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>in</strong> voorkomen:<br />

logisch re<strong>de</strong>neervermogen; verbale analogieën; figurenreeksen; getallenreeksen;<br />

taalvaardigheid; stijl; spell<strong>in</strong>g; woor<strong>de</strong>nschat; rekenvaardigheid; rekenvraagstukken;<br />

rekensommen; ruimtelijk <strong>in</strong>zicht; geknipte figuren; kubussen; snelheid en<br />

nauwkeurigheid. Uit <strong>de</strong> resultaten blijkt dat <strong>de</strong> meeste leerl<strong>in</strong>gen boven hun niveau<br />

van VMBO basis beroeps zitten.<br />

Voor mijn on<strong>de</strong>rzoek zijn <strong>de</strong> gegevens over het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> en <strong>de</strong><br />

spann<strong>in</strong>gsgevoeligheid, angst en bezorgdheid, en prestatieangst van belang. In<br />

haar begelei<strong>de</strong>nd schrijven bij <strong>de</strong> test geeft <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rGroep <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> toelicht<strong>in</strong>g<br />

op het sociaal vertrouwen en angst en bezorgdheid:<br />

leerl<strong>in</strong>gen met een hoge score hebben <strong>zelfvertrouwen</strong> <strong>in</strong> het contact met an<strong>de</strong>ren.<br />

Ze hebben we<strong>in</strong>ig last van verlegenheid of schaamte en voelen zich niet snel <strong>de</strong><br />

m<strong>in</strong><strong>de</strong>re. Door vervelen<strong>de</strong> opmerk<strong>in</strong>gen of acties van an<strong>de</strong>ren laten zij zich niet uit<br />

het veld slaan. Leerl<strong>in</strong>gen met een hoge score op angst en bezorgdheid zijn snel<br />

bang en maken zich zorgen om allerlei d<strong>in</strong>gen. Vaak zijn zij somber en neerslachtig<br />

en voelen zij zich onzeker en onveilig <strong>in</strong> uiteenlopen<strong>de</strong> situaties, me<strong>de</strong> omdat ze<br />

geen erg positief beeld hebben van zichzelf en hun mogelijkhe<strong>de</strong>n. Over<br />

prestatieangst: leerl<strong>in</strong>gen met een hoge score presteren vaak bene<strong>de</strong>n hun kunnen<br />

als gevolg van <strong>de</strong>ze prestatieangst. In beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gssituaties, zoals proefwerken en<br />

beurten voor <strong>de</strong> klas, zijn ze vaak zo nerveus en gespannen, dat ze <strong>in</strong> paniek raken<br />

en onnodige fouten maken of blokkeren.<br />

10


2.2 doel van het on<strong>de</strong>rzoek<br />

De positieve bijdragen die <strong>de</strong> docenten leveren bij het opbouwen van het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen wil ik aan <strong>de</strong> docenten teruggeven en bespreken.<br />

Door van elkaar te leren, kunnen <strong>de</strong> docenten meer <strong>in</strong>zicht verwerven <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n die ze hebben om het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g op te bouwen.<br />

Met als uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk doel dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g meer <strong>zelfvertrouwen</strong> krijgt en daardoor beter<br />

kan presteren.<br />

2.3 doel <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rzoek<br />

Ik wil aan <strong>de</strong> hand van een literatuurstudie <strong>in</strong>zicht krijgen <strong>in</strong> <strong>de</strong> positieve bijdragen<br />

van <strong>de</strong> docent die lei<strong>de</strong>n tot meer vertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> zichzelf.<br />

2.4 Vraagstell<strong>in</strong>g<br />

Welke <strong>in</strong>vloed heeft <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

omschreven vanuit <strong>de</strong> psychologie, pedagogiek, didactiek en <strong>de</strong> recente<br />

leertheorieën?<br />

Welke psychologische en sociologische <strong>in</strong>vloe<strong>de</strong>n zijn beschreven over het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g?<br />

Welke concrete docenthan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zijn te benoemen die het vertrouwen van<br />

leerl<strong>in</strong>gen positief beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />

2.5 Conceptueel mo<strong>de</strong>l<br />

Dit conceptueel mo<strong>de</strong>l visualiseert b<strong>in</strong>nen het grote ka<strong>de</strong>r mijn on<strong>de</strong>rzoek dat<br />

bestaat uit het eerste blokje met daar<strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> dimensies<br />

waaruit die <strong>in</strong>vloed bestaan. De eerste pijl geeft aan welke dimensies en welke<br />

concrete han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen dus welke acties <strong>in</strong>vloed hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. In het twee<strong>de</strong> blokje staat het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en <strong>de</strong><br />

psychologische en sociologische dimensies die van <strong>in</strong>vloed zijn op dat<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong>. De twee<strong>de</strong> pijl geeft aan welk effect het <strong>zelfvertrouwen</strong> heeft voor<br />

11


<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g; welke voorwaar<strong>de</strong>n verbeteren voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Het laatste blokje,<br />

buiten het ka<strong>de</strong>r, is voor <strong>de</strong> prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> van een<br />

schooljaar lang begeleid<strong>in</strong>g. Het vormt geen on<strong>de</strong>rwerp van dit on<strong>de</strong>rzoek, maar <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>vloed van het <strong>zelfvertrouwen</strong> op <strong>de</strong> leerprestaties moet blijken uit <strong>de</strong> bronnen van<br />

het eerste blok. Mijn on<strong>de</strong>rzoek richt zich op <strong>de</strong> eerste twee blokken en <strong>de</strong> twee<br />

pijlen.<br />

2.6 Voorlopige <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ities kernbegrippen en <strong>de</strong> variabelen; <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent<br />

Bij het on<strong>de</strong>rzoeken en beschrijven van <strong>de</strong> bovengenoem<strong>de</strong> kernbegrippen baseer<br />

ik me op <strong>de</strong> <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ities zoals gehanteerd <strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> bronnen. Per categorie<br />

beschrijf ik hoe die <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ities terug komen <strong>in</strong> mijn on<strong>de</strong>rzoeksverslag,<br />

2.6.1 Psychologisch <strong>in</strong>vloed<br />

Allereerst zijn er <strong>de</strong> psychologische dimensies die omschreven zijn en van <strong>in</strong>vloed<br />

zijn op het gedrag van <strong>de</strong> docent, die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

beïnvloe<strong>de</strong>n. Welke <strong>in</strong>vloed <strong>de</strong> docent heeft op het zelfbeeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wordt<br />

on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re beschreven door Tielemans (1999). Welke <strong>in</strong>vloed positieve<br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g heeft op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g hebben Good en Brondy (1973) samengevat <strong>in</strong> hun<br />

befaam<strong>de</strong> “pygmalion” effect. Inhoeverre het uiterlijk van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong> docent<br />

beïnvloedt en <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> voorgeschie<strong>de</strong>nis al dan niet gekoppeld aan<br />

uiterlijk, hebben Adams en Cohen (1974) on<strong>de</strong>rzocht.<br />

2.6.2 Pedagogische <strong>in</strong>vloed<br />

Welke opvoedkundige <strong>in</strong>vloed <strong>de</strong> docent heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g, wordt omschreven door Rogers (1973) als <strong>de</strong> basishoud<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent:<br />

echtheid, onvoorwaar<strong>de</strong>lijkheid en empathie. De opvoedkundige waar<strong>de</strong> van or<strong>de</strong><br />

en gezag<br />

zoals omschreven door Tausch en Tausch (1980) en <strong>de</strong> opvoedkundige waar<strong>de</strong><br />

van <strong>de</strong> verbale voor<strong>in</strong>genomenheid van <strong>de</strong> docent, omschreven door Morrisson en<br />

Mc Intyre (1975). Goedkeur<strong>in</strong>g en aanmoedig<strong>in</strong>g heeft direct <strong>in</strong>vloed op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> volgens Johannesson (1975)<br />

2.6.3 Didactische <strong>in</strong>vloed<br />

Hier wordt omschreven <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die leermid<strong>de</strong>len, metho<strong>de</strong>n en werkvormen<br />

hebben op <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent, die van <strong>in</strong>vloed zijn op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, volgens Tielemans (1999). Welke rol motivatie en<br />

feedback spelen bij <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die <strong>de</strong> docent heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g, volgens Mazano en Mie<strong>de</strong>ma (2005). Faalangst en feedback volgens<br />

Langendijk (2008)<br />

2.6.4 Invloed van leertheorieën<br />

Het benoemen van factoren uit recente leertheorieën die van <strong>in</strong>vloed zijn op <strong>de</strong><br />

docent en zijn <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. En het benoemen van<br />

rollen die <strong>de</strong> docent kan <strong>in</strong>nemen <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rwijs beschreven door Monique<br />

Volman (2006) en <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die dat heeft op het han<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> docent en zijn<br />

<strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

12


2.6.5 Acties docent: <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g<br />

De factoren en concrete han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen beschreven vanuit <strong>de</strong> literatuur genoemd <strong>in</strong><br />

paragraaf 1.5.1.1 t/m 1.5.1.4 wor<strong>de</strong>n hier samengevat als <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent<br />

die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

2.7 Zelfvertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

Het beschrijven van verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>f<strong>in</strong>ities van <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

2.7.1 Psychologische <strong>in</strong>vloed<br />

De beschrijv<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> psychologische behoeften van een mens en <strong>de</strong> plaatst die<br />

<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g heeft b<strong>in</strong>nen <strong>de</strong> behoeften. Het benoemen van <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van<br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zoals beschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> spiraal van<br />

Tielemans.<br />

De psychologische ontwikkel<strong>in</strong>g van een adolescent en <strong>de</strong> mogelijke <strong>in</strong>vloed<br />

daarvan op zijn <strong>zelfvertrouwen</strong> wor<strong>de</strong>n hier beschreven evenals <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> hersenen en welke <strong>in</strong>vloed dat heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

2.7.2 Sociologische <strong>in</strong>vloed<br />

Het beschrijven van <strong>de</strong> prestatiedruk gerelateerd aan <strong>de</strong> sociale afkomst van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g die <strong>in</strong>vloed heeft op zijn <strong>zelfvertrouwen</strong>. De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> groep op zijn<br />

zelfbeeld en <strong>zelfvertrouwen</strong> ten aanzien van het privé- en bestaansniveau. De<br />

<strong>in</strong>vloed van het <strong>de</strong>len van het privé-dome<strong>in</strong> en <strong>de</strong> kwetsbaarheid van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

daar<strong>in</strong>.<br />

2.7.3 Effect van het <strong>zelfvertrouwen</strong> op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

Het beschrijven van <strong>de</strong> reactie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g met meer <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

2.8 Prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

Het beschrijven van <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van het <strong>zelfvertrouwen</strong> op <strong>de</strong> prestatie van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. Het beschrijven van meet<strong>in</strong>strumenten om het <strong>zelfvertrouwen</strong> te meten.<br />

3 Analyse fase<br />

3.1 Typer<strong>in</strong>g van het on<strong>de</strong>rzoek<br />

Het on<strong>de</strong>rzoek bestaat uit een verkennen<strong>de</strong> literatuurstudie.<br />

3.2 Mate van generaliseerbaarheid<br />

Bij het beantwoor<strong>de</strong>n van mijn <strong>de</strong>elvragen heb ik <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen voor ogen van mijn<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g; <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen volgen het eerste jaar MBO2 van het Mediacollege <strong>in</strong><br />

Amsterdam. De leerl<strong>in</strong>g uit mijn on<strong>de</strong>rzoek is omschreven <strong>in</strong> paragraaf 1.4 van dit<br />

stuk. Het gaat om <strong>de</strong> overbelaste leerl<strong>in</strong>g die W<strong>in</strong>semius et al (2009) beschreef <strong>in</strong><br />

zijn notie “Vertrouwen <strong>in</strong> school”. W<strong>in</strong>semius schrijft over hun aantallen dat als men<br />

jongeren die <strong>in</strong> armoe<strong>de</strong>gebie<strong>de</strong>n wonen beschouwt als potentiële „overbelast‟,<br />

13


moet volgens OCW ongeveer driekwart van <strong>de</strong> schooluitvallers <strong>in</strong> <strong>de</strong> vier grote<br />

ste<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n aangemerkt als „overbelast‟.<br />

De positieve <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is niet<br />

alleen van belang voor <strong>de</strong> kwetsbare leerl<strong>in</strong>g. Bewustword<strong>in</strong>g van dit thema is<br />

relevant voor allen die <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rwijs werken.<br />

3.3 Stapsgewijze aanpak, <strong>de</strong> Inleid<strong>in</strong>g<br />

Bij <strong>de</strong> start van <strong>de</strong> opleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> februari 2009 sprak ik een adviseur op jeugdbeleid<br />

die me op het spoor zette van <strong>de</strong> stukken die W<strong>in</strong>semius et al schreef voor <strong>de</strong><br />

Wetenschappelijk Raad voor het Reger<strong>in</strong>gsbeleid: “Niemand houdt van hen” uit<br />

2008 en het <strong>in</strong> 2009 verschenen “Vertrouwen <strong>in</strong> school”. Hier<strong>in</strong> werd mijn doelgroep<br />

beschreven: <strong>de</strong> onzekere, overbelast leerl<strong>in</strong>g. Het werd <strong>de</strong> start van mijn on<strong>de</strong>rzoek<br />

naar <strong>zelfvertrouwen</strong> en <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent daarop.<br />

De gevon<strong>de</strong>n literatuur kan wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong>ge<strong>de</strong>eld <strong>in</strong> bronnen over:<br />

psychologie; <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> adolescent<br />

didactiek/ pedagogiek<br />

leertheorie<br />

sociologie<br />

het coachen van <strong>zelfvertrouwen</strong> van k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren<br />

3.4 Inventarisatie bronnen<br />

Ik wil kijken welke dimensies bepalend zijn voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g, en welke van die factoren <strong>in</strong>vloed hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. Aspecten van die <strong>in</strong>vloed zou<strong>de</strong>n kunnen zijn, zijn psychologische factoren,<br />

<strong>de</strong> gedachten en <strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën die <strong>de</strong> docent heeft over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De pedagogische,<br />

opvoedkundige aspecten, waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> overtuig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent wordt beschreven<br />

als opvoe<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De didactische <strong>in</strong>zet van <strong>de</strong> docent, zijn vakmatig<br />

han<strong>de</strong>len vertaald <strong>in</strong> leermid<strong>de</strong>len, metho<strong>de</strong>n en werkvormen. Het bevor<strong>de</strong>ren van<br />

motivatie en het geven van feedback. De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> recente leertheorieën op<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> wil ik ook bekijken.<br />

Daarnaast wil ik literatuuron<strong>de</strong>rzoek doe naar wat een leerl<strong>in</strong>g van 16 tot 24 jaar<br />

doormaakt en van welk belang zijn omgev<strong>in</strong>g is. Aspecten daarbij kan zijn <strong>de</strong><br />

psychologische ontwikkel<strong>in</strong>g die hij doormaakt als adolescent en <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

van zijn hersenen. An<strong>de</strong>re aspecten zijn <strong>de</strong> sociale context van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en <strong>de</strong><br />

plaats die <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong>neemt <strong>in</strong> het groep. De <strong>in</strong>vloed van al <strong>de</strong>ze aspecten op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wil ik bekijken.<br />

De literatuur die ik hiervoor selecteer, hebben of <strong>in</strong> hun titel of <strong>in</strong> hun beschrijv<strong>in</strong>g<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> van opgroeien<strong>de</strong> k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren en adolescenten genoemd. Voor <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> opvoe<strong>de</strong>r zoek ik naar titels en beschrijv<strong>in</strong>gen die het belang van <strong>de</strong><br />

opvoe<strong>de</strong>r voor het opgroeien<strong>de</strong> k<strong>in</strong>d aangeven en beschrijven waaruit die <strong>in</strong>vloed<br />

bestaat.<br />

14


3.5 Tijdsplann<strong>in</strong>g<br />

2009<br />

April het formuleren van mijn on<strong>de</strong>rzoeksvraag en concept<br />

Juni het zoeken en aanschaffen van <strong>de</strong> literatuur<br />

Juli- augustus, lezen en aanteken<strong>in</strong>gen maken van <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n literatuur<br />

September tot <strong>de</strong>cember het uitschrijven van gevon<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzoeksdata.<br />

2010<br />

Januari het on<strong>de</strong>rzoeksverslag analysefase klaar en een opzet maken voor <strong>de</strong><br />

Interventie en het controle on<strong>de</strong>rzoek. Af half februari<br />

Februari bespreken van <strong>in</strong>terventie met teamlei<strong>de</strong>r en mogelijk <strong>de</strong> proef observatie<br />

Maart t/m mei <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie; <strong>in</strong>formatie, observatie en evaluatie<br />

Juni data verzamelen<br />

Juli on<strong>de</strong>rzoeksverslag eerste versie bij aanvang schooljaar<br />

3.6 Implementatieplan: het vervolg<br />

Met <strong>de</strong> resultaten van het on<strong>de</strong>rzoek wil ik een bijdrage leveren aan het bevor<strong>de</strong>ren<br />

van het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, door een <strong>in</strong>strument te ontwerpen dat <strong>de</strong><br />

concrete han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent laat zien die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

versterken. De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n verwerkt <strong>in</strong> een checklist, die tij<strong>de</strong>ns een<br />

observatie van een les wordt gebruikt om te kunnen turven welke en hoeveel<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> docent uitvoert tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les. Naast <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen is <strong>de</strong> houd<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> docent en zijn handhaven van or<strong>de</strong> en gezag van belang voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed op<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Deze uitgangspunten wor<strong>de</strong>n verwerken tot een<br />

<strong>in</strong>strument om te kunnen meten hoe <strong>de</strong> docent <strong>de</strong>nkt over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

3.7 Literatuur<br />

An<strong>de</strong>rson, W. (1999). Zelfvertrouwen <strong>de</strong> cursus, Naar<strong>de</strong>n, Ne<strong>de</strong>rland: Element.<br />

Banens, J., Fleer, P., Veerman & Ges<strong>in</strong>eke (2007 a). Leefstijl 3: Sociaal-<br />

emotionele vaardighe<strong>de</strong>n, communicatievaardighe<strong>de</strong>n en<br />

burgerschapscompetenties voor <strong>de</strong> regionale on<strong>de</strong>rwijs centra, leefstijl voor het<br />

ROC - docentenhandleid<strong>in</strong>g (2 e druk). Den Haag, Ne<strong>de</strong>rland: Benelux<br />

Merkenbureau (2007 b). Leefstijl 3: Sociaal-emotionele vaardighe<strong>de</strong>n,<br />

communicatievaardighe<strong>de</strong>n en burgerschapscompetenties voor <strong>de</strong> regionale<br />

on<strong>de</strong>rwijs centra, (2 e druk), Den Haag, Ne<strong>de</strong>rland: Benelux Merkenbureau.<br />

Bisschop, M. (2004). Bouwen aan <strong>zelfvertrouwen</strong>: als tiener an<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>nken<br />

over jezelf (5 e druk), Tiel, Ne<strong>de</strong>rland: Lannoo.<br />

Boer , A. <strong>de</strong>, Teuen, J., & Mijnen, H., (2009).Trends <strong>in</strong> creatieve<br />

<strong>in</strong>dustrie: Nieuwe sterren schitteren. Verkregen op 20 september 2009 van<br />

http://www.goc.nl/W<strong>in</strong>naars-GrafimediaMasters.aspx .<br />

Boer, J.A. <strong>de</strong>n (2004). M<strong>in</strong>d, mean<strong>in</strong>g, and mental disor<strong>de</strong>r. The nature causal<br />

15


explanation <strong>in</strong> psychology and psychiatrie: Bolton en Hill, Tijdschrift voor Psychiatrie<br />

46 (12), 826-828.<br />

Boer, N. <strong>de</strong> (1999- 2002). Preventie van probleemgedrag bij jongeren:<br />

Impressie van <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke proef<strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van CtC. Verkregen op 19 januari 2010<br />

van http://www.ctc-holland.nl/eCache/DEF/44/976.html .<br />

Blokland, G., Albeda, M., Bor<strong>de</strong>wijk, Al. & Meer, M. van <strong>de</strong> (2006). Hulp bij<br />

opvoe<strong>de</strong>n: De <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> gemeentelijke functie pedagogische hulp. Verkregen<br />

op 19 januari 2010 van<br />

www.rivm.nl/jeugdgezondheid/.../hulp%20bij%20opvoe<strong>de</strong>n.pdf .<br />

Clark, S. (2001). Geef je k<strong>in</strong>d meer <strong>zelfvertrouwen</strong>: 150 praktische adviezen<br />

om een positief zelfbeeld mee te geven. Amsterdam: De Driehoek BV.<br />

Crone, E. (2008). Het puberen<strong>de</strong> bre<strong>in</strong>: Over <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

hersenen <strong>in</strong> <strong>de</strong> unieke perio<strong>de</strong> van <strong>de</strong> adolescentie. Amsterdam: Bert<br />

Bakker.<br />

Gordon, T.(1980). Luisteren naar k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren, Amsterdam/ Brussel: Elsevier.<br />

Ince, D. , Beumer, M., Jonkman, H. & Vergeer, M. (2007). Veelbelovend en<br />

effectief: overzicht van preventieprojecten en –programma’s <strong>in</strong> <strong>de</strong> dome<strong>in</strong>en Gez<strong>in</strong>,<br />

School, K<strong>in</strong><strong>de</strong>ren en jongeren, Wijk (4 e druk). Amsterdam: SWP.<br />

Langedijk, P. (2008). Faalangst: Naar meer <strong>zelfvertrouwen</strong> en assertiviteit (9 e<br />

druk). Deventer, Ne<strong>de</strong>rland: Ankh-Hermes.<br />

Liptak, J. (2008). Verbeter je 10 belangrijkste levensvaardighe<strong>de</strong>n, Utrecht,<br />

Ne<strong>de</strong>rland: Spectrum.<br />

Marzano, R., Mie<strong>de</strong>ma, W. (2008). Leren <strong>in</strong> vijf dimensies: Mo<strong>de</strong>rne<br />

didactiek voor het voortgezet on<strong>de</strong>rwijs (3 e druk). Assen, Ne<strong>de</strong>rland: Van<br />

Gorcum.<br />

Moens, J. (2008). De weg naar <strong>zelfvertrouwen</strong> en succes. Maassluis,<br />

Ne<strong>de</strong>rland: <strong>de</strong> Brouwerij.<br />

Mutsaers, K. (2008). Risicofactoren voor on<strong>de</strong>rwijsachterstan<strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlands<br />

jeugd Instituut. Verkregen op 19 januari 2010 van<br />

www.nji.nl/nji/.../Risicofactoren_On<strong>de</strong>rwijsachterstan<strong>de</strong>n.pdf .<br />

Remmerswaal, J. (2006). Handboek voor groepsdynamica; een <strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g op<br />

theorie en praktijk, (8 e druk). Soest, Ne<strong>de</strong>rland: Nelissen.<br />

Ruijter, J. <strong>de</strong>, Br<strong>in</strong>ckmann, E., Doelman, G., Kon<strong>in</strong>gs, J., Rijkers, T., Rooyendijk, L.<br />

et al (2008). De docent als coach: van voortgezet on<strong>de</strong>rwijs tot hoger<br />

beroepson<strong>de</strong>rwijs (5 e druk) Soest, Ne<strong>de</strong>rland: Nelissen.<br />

Schoenaker, T., Müller, E. Th., Platt, J. M, (2009). Succes op school:<br />

De kracht van bemoedig<strong>in</strong>g, thuis en <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Kampen, Ne<strong>de</strong>rland: Ten<br />

Have.<br />

16


Tielemans, J. (1999). Psychologie en Didaktiek <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rwijs:<br />

Psychodidactiek. (5 e druk). Apeldoorn, Ne<strong>de</strong>rland: Garant.<br />

Volman, M.L.L. (2006). Jongleren tussen traditie en toekomst: <strong>de</strong> rol van<br />

docenten <strong>in</strong> leergemeenschappen. Amsterdam: Vrije Universiteit<br />

Amsterdam.<br />

Vries, G.H. <strong>de</strong> (2008). Onzekere Veiligheid, verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n rond<br />

fysieke veiligheid. WRR –rapport nr 82. Verkregen 19 januari 2010 van<br />

http://www.wrr.nl/content.jsp?objectid=4461 .<br />

Werfhorst, H.G. en Mijs, J.J.B. van <strong>de</strong> (2007). On<strong>de</strong>rwijsdifferentiatie en<br />

ongelijkheid, Ne<strong>de</strong>rland <strong>in</strong> vergelijkend perspectief: Rapport <strong>in</strong> opdrachtvan het<br />

M<strong>in</strong>isterie van On<strong>de</strong>rwijs, Cultuur en Wetenschappen. Verkregen op 19 januari<br />

2010 van www.m<strong>in</strong>ocw.nl/.../ReviewTrack<strong>in</strong>g-en-ongelijkheid.pdf .<br />

Wit, J., Slot, W., Aken, M. van, (2007). Psychologie van <strong>de</strong> adolescentie:<br />

Basisboek. (23 e druk) Baarn, Ne<strong>de</strong>rland: HB uitgevers.<br />

W<strong>in</strong>semius, P., Berg, M.A. van <strong>de</strong>n, Jager-Vreuge<strong>de</strong>nhill, M,<br />

Reekum, R. Van & Tiemeijer, W.I. (2009). Vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> school, over <strong>de</strong> uitval<br />

van 'overbelaste' jongeren, Amsterdam: Amsterdam University Press.<br />

W<strong>in</strong>semius, P., Berg, M.A. van <strong>de</strong>n, Jager-Vreuge<strong>de</strong>nhill & van Reekum, M.<br />

(2008). Niemand houdt van ze.., Kohnstammlez<strong>in</strong>g 2008. Verkregen op 19 januari<br />

2010 van www.voortijdigschoolverlaten.nl/.../file/http___www.wrr.pdf .<br />

Woolfson, R. C. (2007). Leer je k<strong>in</strong>d <strong>zelfvertrouwen</strong>: tips en adviezen<br />

voor Ou<strong>de</strong>rs. Houten, Ne<strong>de</strong>rland: MOM.<br />

Ykema, F. ( 2007). Het rots en water programma: sociale competentie<br />

tra<strong>in</strong><strong>in</strong>g, veiligheid, Integriteit: Verbon<strong>de</strong>nheid, Zelf-beheers<strong>in</strong>g, Zelf-<br />

vertrouwen, Zelf-reflectie. Verkregen 20 juni 2009 van<br />

www.sportzeeland.nl/dynamisch/.../13_0_NL_fol<strong>de</strong>r_R_W.pdf .<br />

3.8 Presentatie on<strong>de</strong>rzoeksgegevens<br />

Het doel van mijn on<strong>de</strong>rzoek is <strong>de</strong> positieve bijdragen die <strong>de</strong> docenten leveren bij<br />

het opbouwen van het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen teruggeven aan en<br />

bespreken met <strong>de</strong> docenten. Door van elkaar te leren, kunnen <strong>de</strong> docenten meer<br />

<strong>in</strong>zicht verwerven <strong>in</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n die ze hebben om het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g op te bouwen.<br />

Het doel <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rzoek is <strong>in</strong>zicht krijgen <strong>in</strong> <strong>de</strong> positieve bijdragen van <strong>de</strong> docent<br />

die lei<strong>de</strong>n tot meer vertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> zichzelf.<br />

Wat is beschreven over <strong>de</strong> concrete docenthan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die het vertrouwen van<br />

leerl<strong>in</strong>gen positief beïnvloe<strong>de</strong>n? Welke <strong>in</strong>vloed heeft <strong>de</strong> docent op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

omschreven vanuit <strong>de</strong> psychologie, pedagogiek, didactiek en <strong>de</strong> recente<br />

leertheorieën? Welke psychologische en sociologische <strong>in</strong>vloe<strong>de</strong>n zijn beschreven<br />

over het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g?<br />

17


De resultaten van mijn verkennen<strong>de</strong> literatuuron<strong>de</strong>rzoek kunnen gelezen wor<strong>de</strong>n<br />

als mijn on<strong>de</strong>rzoeksverslag. Per <strong>de</strong>elgebied vat ik samen wat <strong>de</strong> literatuur daarover<br />

schrijft. De conclusie van <strong>de</strong> <strong>de</strong>elgebie<strong>de</strong>n: „<strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent‟ en „het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g‟ noem ik respectievelijk „<strong>de</strong> actie van <strong>de</strong> docent‟ en<br />

„het effect op‟. In <strong>de</strong> conclusies wor<strong>de</strong>n mijn keuzes en mijn eventuele men<strong>in</strong>g op<br />

<strong>de</strong> literatuur ook dui<strong>de</strong>lijk verwoord.<br />

De prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is geen <strong>de</strong>el van mijn on<strong>de</strong>rzoek, maar komt wel aan<br />

bod bij het meet<strong>in</strong>strument waarmee vast te stellen is of het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen die ik on<strong>de</strong>rzoek is vergroot en of <strong>de</strong> prestaties van <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>gen zijn<br />

verbeterd.<br />

3.9 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> psychologische factoren<br />

3.9.1 De spiraal van Tiellemans<br />

Het zelfbeeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g bestaat uit <strong>de</strong> didactische beg<strong>in</strong>situaties omschreven<br />

<strong>in</strong> hfd II door Jos Tielemans (1999)<br />

Reacties van<br />

an<strong>de</strong>ren<br />

1<br />

Het oorspronkelijke zelfbeeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wordt hiermee bevestigt en versterkt.<br />

Zon<strong>de</strong>r steun wordt dit niet doorbroken.<br />

1<br />

1<br />

1<br />

3<br />

3<br />

3<br />

3<br />

1<br />

Zelfbeeld<br />

2<br />

2<br />

2<br />

2<br />

2<br />

Gedrag<br />

3<br />

Het zelfbeeld wordt gevoed door <strong>de</strong> reactie van<br />

an<strong>de</strong>ren en uit zich <strong>in</strong> het gedrag van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

+<br />

Dat kan naar boven en naar bene<strong>de</strong>n gericht zijn<br />

zoals <strong>de</strong> spiraal toont.<br />

Het doorbreken van het (leer)gedrag van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> positieve verwacht<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong><br />

18


3.9.2 Pygmalioneffect<br />

De leraar heeft positieve verwacht<strong>in</strong>gen van een<br />

leerl<strong>in</strong>g<br />

De leraar gedraagt zich alsof <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beter is<br />

Zegt dat <strong>de</strong><br />

ll beter is<br />

Ll gelooft<br />

<strong>de</strong> leraar<br />

Moedigt <strong>de</strong><br />

ll aan<br />

Ll voelt zich<br />

aangemoedigd<br />

docent kan <strong>de</strong> neerwaartse spiraal ombuigen<br />

naar een opwaarts gedrag.<br />

On<strong>de</strong>rwijst<br />

<strong>de</strong> ll beter<br />

Ll leert<br />

beter<br />

+ + =<br />

Leerl<strong>in</strong>g past eigen verwacht<strong>in</strong>g aan<br />

Leerl<strong>in</strong>g verbetert<br />

Ll gelooft is<br />

aangemoedigd<br />

en leert<br />

Dit schema van Good en Bronphy (1973) zien we het Pygmalioneffect uitgelegd.<br />

Het is <strong>de</strong> voor<strong>in</strong>genomen men<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent die van <strong>in</strong>vloed is op het leren van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Als die men<strong>in</strong>g positief is en <strong>de</strong> docent kan hem geloofwaardig<br />

overbrengen, <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g voelt zich aangemoedigd en <strong>de</strong> docent on<strong>de</strong>rwijst alsof <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g beter is dan hij is, dan zal <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zijn eigen verwacht<strong>in</strong>gen aanpassen<br />

en zal <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zijn leerhoud<strong>in</strong>g verbeteren. Dit effect is succesvol aangetoond<br />

door Rosenthal & Jacobsen (1971) die <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> mate van<br />

<strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent ten opzichte van <strong>de</strong> uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijke leerprestaties van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g hebben on<strong>de</strong>rzocht.<br />

3.9.3 Verbaal geweld en voor<strong>in</strong>genomenheid.<br />

Voor het effect op <strong>de</strong> leerprestaties maakt het niet veel uit of <strong>de</strong> docent<br />

<strong>de</strong>mocratisch of autoritaire is, aldus An<strong>de</strong>rson (1959). Flexibel, <strong>de</strong>mocratisch en<br />

autoritair is het meest gewenst voor positieve leeraffectie volgens Morrison en Mc<br />

Intyre (1975)<br />

Uit het on<strong>de</strong>rzoek van Flan<strong>de</strong>rs (1970) blijkt dat docenten achtenzestig procent van<br />

<strong>de</strong> tijd aan het woord zijn en <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen tw<strong>in</strong>tig procent. De overgebleven twaalf<br />

procent van <strong>de</strong> tijd is er chaos of wanor<strong>de</strong> <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Uit on<strong>de</strong>rzoek van Tausch is<br />

bekend dat <strong>de</strong> hoeveelheid vragen van <strong>de</strong> docent ten opzichte van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

een verhoud<strong>in</strong>g van tweehon<strong>de</strong>rdzestig tegen een is.<br />

De docent is belangrijk en bepalend bij het zelfbeeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De leerl<strong>in</strong>g<br />

maakt <strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> leraar waar, wat die verwacht<strong>in</strong>gen ook zijn.<br />

Volgens Adams en Cohen (1974) wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> leraar heeft van<br />

een leerl<strong>in</strong>g beïnvloed door <strong>de</strong> uiterlijke kenmerken van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Leerl<strong>in</strong>gen met<br />

19


een aantrekkelijke gezicht geven <strong>de</strong> docent verwacht<strong>in</strong>gen dat die leerl<strong>in</strong>g betere<br />

prestaties zal leveren. Niet alleen het gezicht, ook houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, zijn<br />

kled<strong>in</strong>g en vooral <strong>de</strong> eer<strong>de</strong>re ervar<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> docent heeft met leerl<strong>in</strong>gen die er<br />

hetzelf<strong>de</strong> uitzien zijn van belang voor <strong>de</strong> verwacht<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> docent van die leerl<strong>in</strong>g<br />

heeft. Veel docenten hebben last van self-fulfill<strong>in</strong>g prophecy. Voor<strong>in</strong>genomen<br />

verwacht<strong>in</strong>gen van docenten, zowel positieve als negatieve zijn <strong>de</strong> belangrijkste<br />

factor bij <strong>de</strong> leerprestaties van leerl<strong>in</strong>gen. Als een docent veel van een leerl<strong>in</strong>g<br />

verwacht, zal hij zelfs <strong>in</strong> objectieve toetsen hoger score.<br />

De docent die positief voor<strong>in</strong>genomen zijn vertonen:<br />

Meer warmte, enthousiasme en moedigen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g meer aan.<br />

Observeren <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beter en hebben meer begrip voor zijn gedachtegang<br />

Beschouwen zijn fouten eer<strong>de</strong>r als corrigeerbaar.<br />

3.10 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> pedagogische factoren<br />

De pedagogische <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent voor <strong>de</strong> klas is on<strong>de</strong>r te ver<strong>de</strong>len <strong>in</strong>:<br />

O<strong>de</strong> en gezag: Tausch en Tausch (1980) en Morrisson en Mc Intyre (1975)<br />

Bewuste- en onbewuste motieven van <strong>de</strong> docent volgens Theo <strong>de</strong> Boer (2004)<br />

De basishoud<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent volgens Rogers (1973); echtheid,<br />

onvoorwaar<strong>de</strong>lijke aanvaard<strong>in</strong>g en empathie.<br />

Besliss<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas wor<strong>de</strong>n door verschillen<strong>de</strong> personen genomen. De docent<br />

bepaald wie welke besliss<strong>in</strong>gen mag nemen. Zijn houd<strong>in</strong>g bevestigt zijn<br />

lei<strong>de</strong>rschap. In dat lei<strong>de</strong>rschap zijn verschillen<strong>de</strong> stijlen te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n.<br />

Stijlen van lei<strong>de</strong>rschap:<br />

Autoritair tegenover <strong>de</strong>mocratisch;<br />

Teacher-centered tegenover pupil-centered Mc Keachie (1954) en Thelen<br />

(1960/19720) Withall (1949)<br />

Autoritair of- sociaal-ge<strong>in</strong>tegreerd Tausch & Tausch (1980) en An<strong>de</strong>rson (1959);<br />

Directief of- non-directief Rogers (1973)<br />

In <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> paragraven wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> leerstijlen bekeken ten aanzien<br />

van or<strong>de</strong> en gezag.<br />

3.10.1 Or<strong>de</strong> en gezag<br />

Leerprestaties en lei<strong>de</strong>rschap<br />

Voor feitenkennis is autoritair lei<strong>de</strong>rschap erg effectief volgens Tausch&Tausch<br />

(1980). Voor <strong>de</strong>ze leerprestaties maakt het niet veel uit of <strong>de</strong> docent zich<br />

<strong>de</strong>mocratisch of autoriteit opstelt. Een „laissez faire-houd<strong>in</strong>g‟ van <strong>de</strong> docent geeft <strong>de</strong><br />

slechtste resultaten bij opdoen van feitenkennis. Een Flexibele, <strong>de</strong>mocratische en<br />

tegelijkertijd autoritaire houd<strong>in</strong>g geeft <strong>de</strong> beste resultaten. Het geeft spreid<strong>in</strong>g van<br />

macht van docent en leerl<strong>in</strong>g waardoor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g uitgenodigd wordt<br />

verantwoord<strong>in</strong>g te nemen over het leerproces en <strong>de</strong> docent om <strong>de</strong> or<strong>de</strong> handhaaft.<br />

De docent bevestigt en respecteert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g waardoor er een emotionele<br />

aanvaard<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g ontstaat. Daardoor ontstaat een plezierig sociaalemotioneel<br />

leerklimaat met meer eigenwaar<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>dividuele leerl<strong>in</strong>g en<br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong> docent. Hierdoor is er een toename van het spontane- en<br />

creatieve <strong>de</strong>nken en een grote bereidheid zich <strong>in</strong> te zetten en tot samenwerk<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, aldus Morrison en Mc Intyre (1975)<br />

20


Docenten letten meer op negatief en afwijkend gedrag, aldus Tausch en Tausch<br />

(1980), zoals afkijken, voor je beurt praten en niet opletten, dan op positief gedrag.<br />

Het positieve gedrag wordt veel m<strong>in</strong><strong>de</strong>r vaak gezien of opgemerkt, laat staan<br />

beloont.<br />

3.10.2 Voorwaar<strong>de</strong>n om <strong>zelfvertrouwen</strong> over te brengen<br />

De fylosoof Theo <strong>de</strong> Boer (2004) publiceer<strong>de</strong> over <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> psychiater <strong>in</strong> het<br />

psychologisch on<strong>de</strong>rzoek. En <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> therapeut bij <strong>de</strong> therapie. Volgens De<br />

Boer moet er sprake zijn van een dialoog om een boodschap over te kunnen<br />

brengen. Daarbij moet ook <strong>de</strong> boodschapper zichzelf on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> loep nemen. De<br />

boodschapper moet voldoen aan voorwaar<strong>de</strong>n, basis pr<strong>in</strong>cipes; <strong>de</strong> postulaten van<br />

Theo <strong>de</strong> Boer. Als dat niet zo is komt <strong>de</strong> boodschap niet over. De echtheid en <strong>de</strong><br />

onvoorwaar<strong>de</strong>lijkheid die Rogers (1973) omschreef als gedragskenmerk van <strong>de</strong><br />

docent vallen hier on<strong>de</strong>r. De Boer noemt dat <strong>in</strong>tegriteit en authenticiteit. Het gezag<br />

als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> pedagogiek van <strong>de</strong> docent wordt bij <strong>de</strong> Boer ge<strong>de</strong>f<strong>in</strong>ieerd als<br />

rationaliteit, <strong>in</strong>tentionaliteit en uniciteit.<br />

De vijf postulaten van Theo <strong>de</strong> Boer zijn:<br />

Intentionaliteit = gerichtheid op je omgev<strong>in</strong>g: wat bedoel je<br />

Integriteit = <strong>de</strong> eigen bedoel<strong>in</strong>gen<br />

Rationaliteit = rekenschap<br />

Uniciteit = vanuit eigen i<strong>de</strong>e spreken (geen i<strong>de</strong>eën van buitenaf; bijbel etc)<br />

Authenticiteit = geheel aanwezig<br />

Postulaten zijn bewuste en onbewuste motieven; conclusies, gevolgtrekk<strong>in</strong>gen,<br />

keuzen, reacties op situaties, antwoor<strong>de</strong>n op uitdag<strong>in</strong>gen. Zelfs bij het kle<strong>in</strong>ste k<strong>in</strong>d,<br />

dat nog niet over <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n beschikt om zijn motieven te formuleren, zijn ze<br />

aanwezig. Het k<strong>in</strong>d dat angstig bij <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r wegkruipt als er een hond <strong>in</strong> <strong>de</strong> buurt<br />

is, toont daarmee dat een voorafgaan<strong>de</strong> ervar<strong>in</strong>g haar beïnvloedt en ze niet open <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> ontmoet<strong>in</strong>g is. Zo'n basiservar<strong>in</strong>g kan teweeggebracht zijn door het<br />

stimuleren<strong>de</strong>, verlammen<strong>de</strong>, schrikaanjagen<strong>de</strong>, maar <strong>in</strong> ie<strong>de</strong>r geval door <strong>de</strong><br />

suggestie die voort komt uit een gebeurtenis, een reeks van gebeurtenissen of een<br />

situatie. Het k<strong>in</strong>d generaliseert.<br />

3.10.3 Basishoud<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent volgens Rogers<br />

Als je <strong>de</strong> laatste tree of <strong>de</strong> top van <strong>de</strong> behoeftepirami<strong>de</strong> van Maslov (1974) (<strong>in</strong> het<br />

hoofdstuk over het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g behan<strong>de</strong>lt) zou vertalen naar<br />

persoonlijke kenmerken kom je tot een beeld dat Rogers (1973) schetst van een<br />

beeld van een i<strong>de</strong>aal mens. Deze i<strong>de</strong>ale mens is open; vrij van<br />

afweermechanismen, remm<strong>in</strong>gen en vooroor<strong>de</strong>len, leeft <strong>in</strong> het hier en het nu,<br />

vertrouwt <strong>de</strong> menselijke natuur, is objectief en heeft realiteitsz<strong>in</strong>, is <strong>in</strong> harmonie met<br />

an<strong>de</strong>ren en zichzelf, creatief en voortdurend <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Leren is volgens<br />

Rogers een aangelegenheid waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> docent betrokken zijn als<br />

totale personen. Leren is slechts mogelijk <strong>in</strong> een ontspannen en veilige omgev<strong>in</strong>g.<br />

Rogers komt tot drie kenmerken waar een docent aan moet voldoen om tot een<br />

optimale en veilige leersituatie te komen.<br />

3.10.4 Echtheid: zijn wie je bent.<br />

Een docent mag zich niet verschuilen achter <strong>de</strong> rol van leraar. Zijn <strong>de</strong>nken en doen,<br />

gevoelens en gedrag zijn <strong>in</strong> overeenstemm<strong>in</strong>g met zijn han<strong>de</strong>len. Han<strong>de</strong>len en<br />

21


<strong>de</strong>nken zijn congruent. Volgens Rogers staat <strong>de</strong> docent open voor zijn eigen<br />

gevoelens en kan hij daarover communiceren.<br />

Echtheid ontstaat doordat <strong>de</strong> docent zich overgeeft aan een situatie <strong>in</strong> plaats van<br />

zichzelf en <strong>de</strong> situatie tot het uiterste willen beheersen. De docent is ook eerlijk<br />

over <strong>de</strong> onmogelijkheid van een situatie en <strong>de</strong> eigen gevoelens daarbij. Hij geeft<br />

een oprechte waarnem<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> problemen, waardoor een situatie eerlijk<br />

beschreven kan wor<strong>de</strong>n. Congruent zijn van <strong>de</strong> docent bestaat volgens Rogers uit<br />

het eerlijk zijn van <strong>de</strong> docent over eigen emoties ook boosheid en kwaadheid. De<br />

leraar is zich bewust van eigen vooroor<strong>de</strong>len en negatieve verwacht<strong>in</strong>gen. Hij keurt<br />

gedrag af; niet <strong>de</strong> persoon. Hij geeft feedback gericht op het werk van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

De docent gebruikt als hij wat zegt <strong>de</strong> ik-boodschap wat volgens Gordon (1980) als<br />

volgt werkt. Je zegt: “ik v<strong>in</strong>d dat je onaardig bent”, <strong>in</strong> plaat van „jij bent onaardig” wat<br />

een jij-boodschap zou zijn.<br />

3.10.5 Onvoorwaar<strong>de</strong>lijke aanvaard<strong>in</strong>g.<br />

De docent aanvaardt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zon<strong>de</strong>r voorwaar<strong>de</strong>n te stellen en zon<strong>de</strong>r enige<br />

vorm van veroor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g. De docent ziet <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g als een onafhankelijk<br />

persoon, met an<strong>de</strong>re <strong>in</strong>teresses, gevoelens en waar<strong>de</strong>n dan hij zelf. Door <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g te accepteren en het an<strong>de</strong>rs zijn te benoemen als ware het „nieuwe‟<br />

waar<strong>de</strong>n, geeft <strong>de</strong> docent <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g optimale kansen op ontplooi<strong>in</strong>g. Hier wordt het<br />

tegenover gestel<strong>de</strong> bedoelt van voor<strong>in</strong>genomenheid; <strong>de</strong> self-fulfill<strong>in</strong>g prophecy.<br />

Gordon waarschuwt voor het doen alsof je <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g accepteert. Hiermee is <strong>de</strong><br />

kiem gelegd voor het samengaan van onvoorwaar<strong>de</strong>lijke aanvaard<strong>in</strong>g met echtheid<br />

en eerlijkheid. De leerl<strong>in</strong>g voelt het als een van <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n niet klopt en er<br />

sprake is van een „gemeng<strong>de</strong>‟ boodschap.<br />

3.10.6 Empathie; gevoelens proberen te begrijpen en begrip tonen.<br />

Zowel het zich <strong>in</strong>leven <strong>in</strong> <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> docent als <strong>de</strong> communicatie tussen <strong>de</strong><br />

docent en <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zijn twee begrippen die aan bod komen bij het begrip<br />

empathie. Immers met alleen empathie voelen en niet tonen geeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g geen<br />

begrip van <strong>de</strong> docent. Een mid<strong>de</strong>l tot empathie en goed communicatie is actief<br />

luisteren. Als hij actief luistert geeft <strong>de</strong> docent aan wat hij heeft begrepen en <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g krijgt <strong>de</strong> gelegenheid dit te beamen.<br />

3.11 De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent: <strong>de</strong> didactische factoren<br />

De activiteiten van <strong>de</strong> leerkracht zijn gericht op het tot stand komen van<br />

leerprocessen bij leerl<strong>in</strong>gen en het bereiken van <strong>de</strong> leerdoelstell<strong>in</strong>gen. De<br />

basispr<strong>in</strong>cipes aldus Degrave (1976) zijn weergegeven <strong>in</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong><br />

paragraven.<br />

3.11.1 Methodische-didaktische mid<strong>de</strong>len<br />

Leren: aanschouwelijk leren door <strong>de</strong> leerstof te verwerken <strong>in</strong> schema‟s om tot <strong>de</strong><br />

benodig<strong>de</strong> abstractie te komen. Dit leerpr<strong>in</strong>cipe wordt afgekort met ASA;<br />

Aanschouwen, Schematiseren en Abstraheren. In plaats van schema‟s kun je<br />

ook <strong>de</strong> stadia van het GAS pr<strong>in</strong>cipe volgen. Dat staat voor Globale of totale<br />

<strong>in</strong>druk, waarop <strong>de</strong> Analyse van <strong>de</strong> <strong>in</strong>druk volgt die weer gevolgd wordt door het<br />

Structurele stadium. Peer en Tielemans (1984)<br />

Activiteitspr<strong>in</strong>cipe, passend bij ontwikkel<strong>in</strong>gsfase van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g een<br />

leeropdracht maken die leerl<strong>in</strong>g actief maakt.<br />

Belangstell<strong>in</strong>gspr<strong>in</strong>cipe<br />

Individuele- en differentiatiepr<strong>in</strong>cipe<br />

22


Integratiepr<strong>in</strong>cipe<br />

Gelei<strong>de</strong>lijkheidpr<strong>in</strong>cipes<br />

3.11.2 Didactische werkvormen<br />

Gespreksvormen; leerkracht/ leerl<strong>in</strong>g centraal;<br />

klassengesprek, probleem gerichte discussie, <strong>de</strong>bat, on<strong>de</strong>rwijsleergesprek<br />

(socratisch gesprek); en het exposé.<br />

Vragen stellen; kennis en geheugenvragen en <strong>de</strong>nkvragen. Die weer<br />

on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld kunnen wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> vijf vraagsoorten: begripsvragen,<br />

toepass<strong>in</strong>gsvragen, analyseren<strong>de</strong> vragen, synthesevragen en evalueren<strong>de</strong> vragen.<br />

Techniek van het vragenstellen:<br />

dui<strong>de</strong>lijk voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

een vraag tegelijk<br />

geen suggestieve vragen<br />

vermijd ja/ nee vragen<br />

richt <strong>de</strong> vraag aan <strong>de</strong> hele klas<br />

waar<strong>de</strong>er en bevestig het antwoord<br />

differentieer en <strong>in</strong>dividualiseer; ie<strong>de</strong>reen aan bod en succes??<br />

maak een foutenanalyse bij een fout antwoord voor? <strong>de</strong> re<strong>de</strong>ner<strong>in</strong>g<br />

antwoord niet aanvullen als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g het zelf kan<br />

doorvragen en doorspelen van antwoor<strong>de</strong>n.<br />

vermijd pedagogische echo, dus niet herhalen van antwoord maar luisteren<br />

afwissel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> vragen<br />

Zelfwerkzaamheid; leerl<strong>in</strong>g centraal;<br />

didactische groepswerk: parallel of complementair gecomb<strong>in</strong>eerd groepswerk<br />

dramatische werkvormen: rollenspel en simulatiespel<br />

hoekenwerk of carousel- of circuit-mo<strong>de</strong>l<br />

contractwerk: pakket opdrachten die <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> een bepaal<strong>de</strong> tijd maakt<br />

geprogrammeer<strong>de</strong> <strong>in</strong>structie: opdracht <strong>in</strong> stappen; l<strong>in</strong>eair of vertakt<br />

zelfstudiepakket.<br />

me<strong>de</strong><strong>de</strong>len<strong>de</strong> aanbie<strong>de</strong>n<strong>de</strong> didactiek; docent centraal; doceren, verstrekken van<br />

<strong>in</strong>formatie, <strong>de</strong>monstreren, voorlezen en vertellen<br />

3.11.3 Media<br />

Internet, tv, dvd, overhead, beamer etc. Er zijn geen bronnen gevon<strong>de</strong>n die het<br />

verband uitwerken tussen het gebruik van media en <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

3.11.4 Motiverend gedrag van <strong>de</strong> docent<br />

De vijf dimensies van Mazano en Mie<strong>de</strong>ma (2008) zijn beschreven <strong>in</strong> het boek<br />

“leren <strong>in</strong> vijf dimensies” en daarbij van tal van voorbeel<strong>de</strong>n voorzien. In het eerste<br />

hoofdstuk wordt <strong>de</strong> eerste dimensie het motiverend gedrag van <strong>de</strong> docent uiteen<br />

gezet. De volgen<strong>de</strong> opsomm<strong>in</strong>g geeft hier een beeld van. De docent:<br />

maakt persoonlijk contact<br />

ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht over <strong>de</strong> groep<br />

betrekt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g bij het werk<br />

omarmt verschillen tussen leerl<strong>in</strong>gen<br />

reageert positief<br />

bevestigt een antwoord<br />

stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

zorgt voor on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge acceptatie<br />

23


Uit het zelf<strong>de</strong> boek „<strong>de</strong> vijf dimensies‟ een aanvull<strong>in</strong>g van motiveren<strong>de</strong> acties met <strong>de</strong><br />

strategieën voor het bevor<strong>de</strong>ren van acceptatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De docent zorgt<br />

voor:<br />

een band met <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

ie<strong>de</strong>reen, vergeet niemand<br />

<strong>de</strong> gelijkwaardige ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van activiteiten<br />

groepswerk<br />

on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge acceptatie<br />

Hij reageert positief op:<br />

verschillen tussen leerl<strong>in</strong>gen<br />

alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

verschillen<strong>de</strong> antwoor<strong>de</strong>n<br />

3.11.5 Feedback<br />

Als <strong>de</strong> docent feedback geeft bevor<strong>de</strong>rt hij daarmee <strong>de</strong> prestatie of persoonlijke<br />

motivatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Als <strong>de</strong> kwetsbare leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> <strong>in</strong>tensive feedback op<br />

<strong>de</strong> gewenste leerprestatie komt kan <strong>de</strong> docent <strong>de</strong> feedback langzaam afbouwen.<br />

Het opzoeken van <strong>de</strong> grens van <strong>de</strong> naaste ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g volgens<br />

Vygotsky. Hij maakt daarvoor gebruik van het gelei<strong>de</strong>lijk <strong>in</strong>troduceren van:<br />

Taakzelfstandigheid:<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen kiezen zelf hun manier van werken, omdat <strong>in</strong>dividueel werk meer<br />

kans biedt tot zelfstandigheid dan doceren<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g kiest zelf welke hulp hij krijgt van <strong>de</strong> docent omdat dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong><br />

kans geeft om zelf tot een oploss<strong>in</strong>g te komen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g kiest zelf <strong>de</strong> manier van vragen. Open vragen bie<strong>de</strong>n <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong><br />

kans tot een grotere <strong>in</strong>breng, betrokkenheid en verantwoor<strong>de</strong>lijkheid<br />

Tijdsperspectief:<br />

Dat leert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g perspectief te brengen <strong>in</strong> zijn toekomst , zowel <strong>de</strong> zeer<br />

nabije als <strong>de</strong> verre toekomst<br />

Standaar<strong>de</strong>valuatie:<br />

<strong>de</strong> docent <strong>in</strong>troduceert absolute en relatieve standaar<strong>de</strong>n. Absoluut wil zeggen<br />

dat hij op basis van omschreven elementen tot een beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g, een cijfer komt.<br />

Relatief wil zeggen dat het werk wordt vergeleken met dat van an<strong>de</strong>re leerl<strong>in</strong>gen<br />

<strong>de</strong> docent komt met extreme en <strong>in</strong>terne normen. Dat wil zeggen dat hij (externe)<br />

of <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g (<strong>in</strong>tern) <strong>de</strong> norm stelt. Dat laatste is vooral van belang om te<br />

komen tot een persoonlijk verantwoor<strong>de</strong>lijkheidsgevoel<br />

Verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren van externe negatieve bekrachtig<strong>in</strong>g:<br />

Positief taakgericht is bijvoorbeeld: „dat werk ziet er goed uit‟ Bergen en Eijssen<br />

(1973) tegenover negatief taakgericht: „dat antwoord lijkt nergens op.‟ Bei<strong>de</strong><br />

taakgericht alleen <strong>de</strong> een positief en <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r negatief. Positief persoongericht<br />

„je bent erg knap hoor‟ tegenover het vernietigen<strong>de</strong> commentaar het negatief<br />

persoonsgerichte: „ je kan er niets van‟<br />

3.11.5.1 Feedback en het verlagen van faalangst<br />

De volgen<strong>de</strong> maatregelen zijn faalangst verlagend:<br />

Veel structuur bie<strong>de</strong>n die gelei<strong>de</strong>lijk wordt afgebouwd, stap voor stap het<br />

leerproces <strong>in</strong>richten, <strong>in</strong>dividuele steun bie<strong>de</strong>n en leerstof zo concreet mogelijk<br />

maken. De lessen moeten plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n <strong>in</strong> een positief en affectief klimaat; een<br />

veilig gestructureer<strong>de</strong> omgev<strong>in</strong>g en een vrien<strong>de</strong>lijke, ontspannen sfeer.<br />

De leraar moet veel feedback geven tij<strong>de</strong>ns een taak en die feedback <strong>in</strong> <strong>de</strong> loop<br />

van <strong>de</strong> tijd langzaam verm<strong>in</strong><strong>de</strong>ren, om <strong>de</strong> twijfel van <strong>de</strong> faalangstige leerl<strong>in</strong>g te<br />

24


veran<strong>de</strong>ren. De feedback moet snel, specifiek, dui<strong>de</strong>lijk en objectief zijn en <strong>de</strong><br />

leerkracht moet open vragen stellen. Het affectieve klimaat <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas moet<br />

voldoen aan hoge eisen. Met het affectieve klimaat wordt bedoelt <strong>de</strong> oprechtheid<br />

van <strong>de</strong> leerkracht, <strong>de</strong> echtheid, onvoorwaar<strong>de</strong>lijke en emfatische houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

docent.<br />

3.12 Invloed van <strong>de</strong> docent vanuit <strong>de</strong> factoren <strong>in</strong> <strong>de</strong> leertheorieën<br />

3.12.1 Voorwaar<strong>de</strong> voor goed on<strong>de</strong>rwijs volgens Volman<br />

Volgens Monique Volman (2006) <strong>in</strong> haar oratie “Jongleren tussen traditie en<br />

toekomst; <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> docent <strong>in</strong> leergemeenschappen” is <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong> voor<br />

on<strong>de</strong>rwijs een emotioneel stabiele leerl<strong>in</strong>g. Om te kunnen leren moet je volgens<br />

haar <strong>zelfvertrouwen</strong> hebben, nieuwsgierigheid zijn en geen emotionele problemen<br />

hebben. Sociale vaardighe<strong>de</strong>n verwoordt <strong>in</strong> <strong>de</strong> competenties van een vakopleid<strong>in</strong>g<br />

kunnen houvast geven voor een leerl<strong>in</strong>g die sociaal m<strong>in</strong><strong>de</strong>r handig is, <strong>de</strong>rgelijke<br />

vaardighe<strong>de</strong>n kunnen dienen als een redd<strong>in</strong>gsvest, aldus Volman.<br />

Leeropdrachten moeten volgens Volman voldoen aan:<br />

1. Ge<strong>de</strong>eld leren bestaat uit on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len van het werken <strong>in</strong> groepjes dat moet<br />

lei<strong>de</strong>n tot een geheel.<br />

2. Betekenisvol leren is een l<strong>in</strong>k leggen met het toekomstig werk of het nut voor<br />

samenlev<strong>in</strong>g of an<strong>de</strong>ren.<br />

3. Reflectief leren:<br />

eigen reflectie op functioneren en ontwikkel<strong>in</strong>g. De vraag stellen: welke<br />

competentie wil je leren of kun je hier leren?<br />

reflectie op het belang maatschappelijk of an<strong>de</strong>rs<br />

reflectie op eigen relatie tot beroep<br />

4. toepasbare leeruitkomst:<br />

het geleer<strong>de</strong> is ook bruikbaar <strong>in</strong> an<strong>de</strong>re situaties<br />

<strong>de</strong> eigen veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen door nieuwe kennis, competenties en positie<br />

(ontwikkelen van professionaliteit)<br />

zelf thema‟s en on<strong>de</strong>rwerpen laten aandragen en manieren voor verwerken<br />

verantwoord<strong>in</strong>g voor rol <strong>in</strong> <strong>de</strong> groep ten aanzien van regels en gedrag<br />

gelijkwaardigheid tussen docenten en leerl<strong>in</strong>g<br />

participatie op school, creëren van een sterke band<br />

3.12.2 Sociaal constructivisme en het gedrag van <strong>de</strong> docent<br />

De auteurs Bolton en Hill (1996/ 2004) maken geen on<strong>de</strong>rscheid <strong>in</strong> biologische en<br />

mentale <strong>de</strong>nkprocessen en sluiten zich daarmee aan bij het werk van Piaget (1970)<br />

en Vygotsky (1961-1991) die bei<strong>de</strong>n stellen dat cognitie gegrondvest wordt <strong>in</strong><br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen. Uitsluitend door een daadwerkelijk motorische <strong>in</strong>teractie aan te gaan<br />

met <strong>de</strong> omgev<strong>in</strong>g, kunnen mentale processen ontstaan. Het leren toepassen van<br />

kennis <strong>in</strong> een maatschappelijke omgev<strong>in</strong>g of een omgev<strong>in</strong>g die daar op lijkt.<br />

In <strong>de</strong> sociaal culturele constructivistische theorie van Rogoff (1998), Lave en<br />

Wenger (1991) en Wenger (2000) wordt gesteld dat leren participeren is <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

activiteiten van <strong>de</strong> gemeenschap. Het doceren van <strong>de</strong> leertaak is omschreven door<br />

Vygotsky die het <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> naaste zone noemt. De kennis die net<br />

buiten het bereik van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g ligt. De docent moet zorgen voor een leeropdracht<br />

die net iets boven het kunnen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g lijkt te liggen, zo ontstaat een<br />

25


uitdagen<strong>de</strong> leertaak voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Monique Volman omschrijft <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong><br />

docent <strong>in</strong> het volwaardig leerproces <strong>in</strong> zijn gedrag, <strong>de</strong> begelei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> rol en <strong>de</strong><br />

verschillen<strong>de</strong> rollen die <strong>de</strong> docent kan vervullen.<br />

De verschillen<strong>de</strong> docentenrollen b<strong>in</strong>nen het sociaal constructivisme<br />

De docent kan verschillen<strong>de</strong> rollen vervullen <strong>in</strong> een sociaal constructivistische<br />

leeromgev<strong>in</strong>g namelijk als:<br />

regie en ontwerper van <strong>de</strong> leeromgev<strong>in</strong>g<br />

stagemanager, <strong>in</strong>richten van leeromgev<strong>in</strong>g met spullen<br />

me<strong>de</strong>speler, mo<strong>de</strong>l, voorbeeldgedrag en meer weten<strong>de</strong> partner. Doel: het<br />

verrijken van <strong>de</strong> activiteiten<br />

directeur, <strong>in</strong>structeur. Door observaties leerdoelen <strong>in</strong> <strong>de</strong> gaten hou<strong>de</strong>n,<br />

aanvullen en bewaken van leerklimaat; veilig voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g om te vragen en<br />

uit te proberen<br />

mo<strong>de</strong>rator: reflectie op het spel<br />

<strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent b<strong>in</strong>nen het sociaal constructivisme<br />

De docent geeft structuur aan het sociaal constructivisme door <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> taken<br />

te tra<strong>in</strong>en:<br />

regelmatig groepstaken geven<br />

samenwerk<strong>in</strong>g waar<strong>de</strong>ren en stimuleren<br />

leerl<strong>in</strong>g respecteren <strong>in</strong> hun eigenheid<br />

bereid zijn te luisteren<br />

<strong>de</strong> klas als geheel waar<strong>de</strong>ren<br />

kansen scheppen voor me<strong>de</strong>zeggenschap<br />

klassikale ontspann<strong>in</strong>g aanmoedigen<br />

3.12.3 De docent als begelei<strong>de</strong>r.<br />

De rol van <strong>de</strong> docent als begelei<strong>de</strong>r, bij werkplaats- en leergemeenschappen ook<br />

wel tutor genoemd, is:<br />

leerl<strong>in</strong>gen aanmoedigen<br />

gelegenheid geven tot discussie<br />

gesprekken aangaan om ontwikkel<strong>in</strong>g van begrip te bevor<strong>de</strong>ren<br />

<strong>in</strong>breng van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g veiligstellen<br />

samenhangend ka<strong>de</strong>r aangeven waar<strong>in</strong> kennis een plaats <strong>in</strong> krijgt<br />

3.13 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit psychologische<br />

factoren<br />

Zelfvertrouwen is het vertrouwen dat je <strong>in</strong> jezelf hebt. Het is het vertrouwen dat je<br />

op eigen kracht taken en mogelijke h<strong>in</strong><strong>de</strong>rpalen aankan (Van Dale, 2003)<br />

Goethe zegt hierover: “Het is een grote fout om jezelf meer te verbeel<strong>de</strong>n dan je<br />

bent en jezelf lager <strong>in</strong> te schatten dan wat je waard bent.“ (Goethe, 1821)<br />

Zelfvertrouwen gaat om het waar<strong>de</strong>ren en kennen van je vaardighe<strong>de</strong>n, het<br />

respecteren van jezelf en an<strong>de</strong>ren, en om <strong>de</strong> verantwoord<strong>in</strong>g nemen voor je eigen<br />

geluk en ongeluk, zoals dat omschreven is <strong>in</strong> <strong>de</strong> sociale vaardigheidstra<strong>in</strong><strong>in</strong>gen<br />

“Leefstijl” voor het VMBO.<br />

26


De overbelaste leerl<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> aanloopklas maakt naast alle problematiek <strong>de</strong><br />

ontwikkel<strong>in</strong>g van een adolescentie mee. Omdat niet ie<strong>de</strong>reen <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

heeft, benoem ik hier <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> fases uit <strong>de</strong> bronnen. Veel adolescenten zijn<br />

op zoek naar hun men<strong>in</strong>g en i<strong>de</strong>ntiteit en komen vaak <strong>in</strong> conflict met hun omgev<strong>in</strong>g.<br />

An<strong>de</strong>ren zijn al zelfbewuster en leren langzaam <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid te nemen<br />

voor hun eigen leven en hun schol<strong>in</strong>g. De docent moet bewust zijn van <strong>de</strong><br />

ongemakken die bij <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> adolescent hoort en<br />

vooral uit elkaar hou<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> stapel<strong>in</strong>g van problemen.<br />

Verschillen<strong>de</strong> psychologen hebben <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gen van jongeren on<strong>de</strong>rwoor<strong>de</strong>n<br />

gebracht. Hieron<strong>de</strong>r een <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g waarbij <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> fases zoveel mogelijk zijn<br />

terug gebracht. Het schema er on<strong>de</strong>r geeft een overzicht van <strong>de</strong> ontwikkelfases met<br />

hun psychologen.<br />

3.13.1 Puber, <strong>de</strong> eerste ontwikkel<strong>in</strong>gsfase van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

De lichamelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van k<strong>in</strong>d naar adolescent wordt <strong>de</strong> puberteit<br />

genoemd, zoals <strong>de</strong> Engelsen dat met het begrip puberty bedoelen. Deze<br />

lichamelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g e<strong>in</strong>digt volgens <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gspsycholoog Erikson<br />

(1968) met <strong>de</strong> volgroei<strong>in</strong>g en het geslachtsrijp wor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> puber met het hard<br />

wor<strong>de</strong>n van het schaamhaar. Westenberg (2004) gebruikt <strong>de</strong>ze <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

puberteit ook. Het schei<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> puberteit als <strong>de</strong> lichamelijke ontwikkel<strong>in</strong>g en <strong>de</strong><br />

adolescentie als het rijpen van <strong>de</strong> geest doet meer recht aan <strong>de</strong> ervar<strong>in</strong>gen bij <strong>de</strong><br />

ontwikkel<strong>in</strong>gen van het k<strong>in</strong>d <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze levensfase. Vooral <strong>de</strong> lichamelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g<br />

staan centraal <strong>in</strong> het begrip puberteit. Het plotsel<strong>in</strong>g een nieuw lichaam ervaren<br />

geeft nieuwe emoties, maar brengt vooral een gevoel van onzekerheid met zich<br />

mee. In Ne<strong>de</strong>rland moeten leerl<strong>in</strong>gen ook nog van hun vertrouw<strong>de</strong> basisschool naar<br />

een grote school met veel leerl<strong>in</strong>gen, een grotere leeromgev<strong>in</strong>g die anoniemer is en<br />

geheel an<strong>de</strong>rs georganiseerd is dan <strong>de</strong> basisschool. Het vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> school en<br />

<strong>de</strong> veiligheid van <strong>de</strong> dagelijkse schoolgang gaan verloren. De Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

brugpieper maakt een onzekere perio<strong>de</strong> door met zijn lichamelijke veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen<br />

en <strong>de</strong> nieuwe leeromgev<strong>in</strong>g. Twee grote ontwikkel<strong>in</strong>gen vormen wel <strong>de</strong> limit voor <strong>de</strong><br />

jongeren, aldus Westenberg.<br />

3.13.2 Op zoek naar i<strong>de</strong>ntiteit door conformisme, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsfase<br />

Deze ontwikkel<strong>in</strong>gsfase wordt door Erikson (1968), Westenberg, Loev<strong>in</strong>ger(1976),<br />

Blos (1967) en Piaget (1959- 1970) omschreven als <strong>de</strong> eerste fase van <strong>de</strong><br />

adolescentie. De adolescentie is <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> van ontwikkel<strong>in</strong>g naar het volwassen<br />

wor<strong>de</strong>n. De adolescent komt <strong>in</strong> conflict met zijn omgev<strong>in</strong>g opzoek naar zijn<br />

i<strong>de</strong>ntiteit. De i<strong>de</strong>ntiteit is volgens Erikson het losmaken van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs en het<br />

experimenteren met diverse keuzes.<br />

Deze perio<strong>de</strong> wordt door <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologen Westenberg en Loev<strong>in</strong>ger<br />

als conformistisch beschreven. Conformisme wordt hier bedoeld als <strong>de</strong> men<strong>in</strong>g van<br />

een an<strong>de</strong>r gelijk is aan <strong>de</strong> men<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> adolescent; als een me<strong>de</strong>leerl<strong>in</strong>g een<br />

men<strong>in</strong>g heeft over een on<strong>de</strong>rwerp wordt dat <strong>de</strong> men<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> adolescent. Door<br />

Westenberg wordt dit conformisme ook genoemd als <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van<br />

aanpass<strong>in</strong>g en gelijkheid. Met die van an<strong>de</strong>re geleen<strong>de</strong> men<strong>in</strong>g gaan<br />

experimenteren en op die manier nieuwe <strong>in</strong>formatie opdoen geeft vaak conflicten<br />

met autoriteiten. Zo wordt beschreven door <strong>de</strong> psychologen Blos en Piaget.<br />

27


3.13.3 Zelfbewust door empathie en begrip, <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsfase<br />

De ontwikkel<strong>in</strong>gspsychologen Cauffman en Ste<strong>in</strong>berg (2000) omschrijven <strong>de</strong>ze fase<br />

als het begrijpen van het afwijken<strong>de</strong> standpunt; het vermogen van <strong>de</strong> adolescent tot<br />

empathie en begrip voor een afwijken<strong>de</strong> men<strong>in</strong>g van een an<strong>de</strong>r. Blos voegt bij <strong>de</strong>ze<br />

ontwikkel<strong>in</strong>gsfase <strong>de</strong> seksuele en emotionele relaties toe. Jane Loev<strong>in</strong>ger omschrijft<br />

dat <strong>de</strong> adolescent <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze fase een betere leeshoud<strong>in</strong>g heeft. De bereidheid om<br />

meer te lezen, meer te willen weten van an<strong>de</strong>ren en emotionele relaties aan te<br />

gaan, maakt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g rijp voor nieuwe <strong>in</strong>zichten en i<strong>de</strong>eën.<br />

3.13.4 Verantwoor<strong>de</strong>lijk voor an<strong>de</strong>ren en zichzelf, <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsfase<br />

De verantwoor<strong>de</strong>lijke fase geeft <strong>de</strong> stap naar volwassenheid aan. De<br />

maatschappelijk positie wordt gecomb<strong>in</strong>eerd met persoonlijke gevoelens en<br />

belangen. De <strong>in</strong>tegratie aldus Blos van <strong>de</strong> persoonlijkheid. Volgens Westenberg<br />

wordt <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze ontwikkel<strong>in</strong>gsfase het nemen van verantwoor<strong>de</strong>lijkheid voor an<strong>de</strong>ren<br />

en zichzelf ontwikkelt. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> leeftijd van <strong>de</strong> volgroei<strong>de</strong> adolescent is<br />

volgens Westenberg 25 jaar. Waarbij hij opmerkt dat sommigen nooit of heel laat <strong>in</strong><br />

hun ontwikkel<strong>in</strong>g <strong>de</strong>ze verantwoord<strong>in</strong>g voor an<strong>de</strong>ren nemen.<br />

28


Baby‟s z<strong>in</strong>tuiglijke<br />

ervar<strong>in</strong>gen; motorisch<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, kleuters vanuit<br />

eigenstandpunt, egocentrisme,<br />

lagere school concrete<br />

<strong>de</strong>nkoperaties; k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren zien<br />

van oorzakelijke samenhang en kan<br />

conclusies formuleren en jongeren.<br />

De adolescent als formele <strong>de</strong>nker. Het vermogen<br />

van het abstracte <strong>de</strong>nken, hypothetisch- <strong>de</strong>ductief<br />

<strong>de</strong>nkproces (vooron<strong>de</strong>rstell<strong>in</strong>gen en<br />

gevolgtrekk<strong>in</strong>gen) Jongeren <strong>de</strong>nken graag na<br />

over mogelijkhe<strong>de</strong>n, comb<strong>in</strong>atorisch <strong>de</strong>nken.<br />

Experimenterend <strong>de</strong>nken. Denken is m<strong>in</strong><strong>de</strong>r<br />

afhankelijk van gebeurtenissen en<br />

concrete zaken<br />

Piaget (1959- 1970) Blos (1967) Erikson (1968) Jane<br />

Loev<strong>in</strong>ger<br />

(1976)<br />

Latentiefase<br />

Ego controle over i<strong>de</strong>ntiteit en<br />

superego 9 – 13<br />

preadolescentie toename<br />

agressie en seksuele driften<br />

uitbalans<br />

Eigenlijke<br />

adolescentie diepe<br />

en heftige seksuele<br />

lief<strong>de</strong>s, focus op<br />

leeftijdsgenoten<br />

Late adolescentie<br />

B<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g op beroepsmatig en<br />

i<strong>de</strong>ologisch gebied<br />

Postadolescentie<br />

Integratie van persoonlijkheid<br />

Vroege adolescentie,<br />

loslaten k<strong>in</strong>di<strong>de</strong>ntiteit.<br />

Vrien<strong>de</strong>n en bevlieg<strong>in</strong>gen,<br />

chaos en conflict<br />

Vroege adolescent; Lichamelijke<br />

rijp<strong>in</strong>g<br />

Psychootseksuele<br />

ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

Losmaken van ou<strong>de</strong>rs<br />

10- 13<br />

Late adolescent;<br />

aan verplicht<strong>in</strong>gen aan,<br />

maatschappelijke positie en<br />

persoonlijke relaties<br />

19 – 22 jaar<br />

Mid<strong>de</strong>n adolescentie;<br />

experimenten met diverse keuzes<br />

14 – 18 jr<br />

Cauffman en<br />

Ste<strong>in</strong>berg<br />

(2000)<br />

Michiel<br />

Westenberg<br />

(2004)<br />

3.14 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> hersenen van een adolescent <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

Welke hersengebied of stofje doet wat, welke <strong>in</strong>vloed heeft dat op het gedrag van<br />

<strong>de</strong> adolescent en wanneer is <strong>de</strong> functie volgroeid? Hieron<strong>de</strong>r twee overzichten van<br />

Zelfbescherm<strong>in</strong>g (onaantastbaar)<br />

cognitieve<br />

ontwikkel<strong>in</strong>g waarmee sociale<br />

veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g weggere<strong>de</strong>neerd<br />

wor<strong>de</strong>n (tot start puberteit)<br />

Zelfbewust. Oog<br />

voor gevoelens,<br />

zelfobservatie,<br />

leeshoud<strong>in</strong>g<br />

verbeterd<br />

Conformistisch. Men<strong>in</strong>g<br />

van an<strong>de</strong>ren is gelijk aan<br />

eigen men<strong>in</strong>g, angst voor<br />

spreekbeurten neemt toe<br />

Capaciteit tot<br />

empathie, begrip<br />

voor afwijkend<br />

standpunt<br />

Controle over eigen impulsen en<br />

emoties<br />

Ontwikkelen van<br />

autonomie<br />

Verantwoor<strong>de</strong>lijk voor zichzelf<br />

en an<strong>de</strong>ren<br />

Impulsieve stadium (impulsief,<br />

afhankelijk, volgzaam) 6-9 jr<br />

Zelfbeschermen<strong>de</strong> stadium<br />

(zelfredzaamheid,<br />

opportunisme) 10- 13 jaar<br />

Conformistische stadium<br />

(aanpass<strong>in</strong>g, gelijkheid,<br />

we<strong>de</strong>rkerigheid, sociaal<br />

wezenlijk) 13- 17 jr<br />

Z elfbewuste stadium (eigenheid, tolerantie) 16-<br />

21jr (75%)<br />

Overgang k<strong>in</strong>d adolescentie:<br />

puberteit<br />

Eerste fase van <strong>de</strong><br />

adolescentie: op zoek<br />

Verantwoor<strong>de</strong>lijke fase<br />

29<br />

Zelfbewuste fase


<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> hersenen en <strong>de</strong> stofjes die <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gen beïnvloe<strong>de</strong>n<br />

volgens Evel<strong>in</strong>e Crone (2008). Haar on<strong>de</strong>rzoeken zijn gebaseerd op <strong>de</strong> resultaten<br />

die ze verkreeg met behulp van <strong>de</strong> MRI.<br />

De aanmaak van dopam<strong>in</strong>e maken <strong>de</strong> adolescent extra gevoelig voor belon<strong>in</strong>g,<br />

aandacht en lief<strong>de</strong>. Door het ontwikkelen van het hersengebied dat <strong>de</strong> basale<br />

ganglia heet, is <strong>de</strong> adolescent ook gevoeliger voor belon<strong>in</strong>g. Ver<strong>de</strong>r zijn <strong>de</strong><br />

hersenen van <strong>de</strong> adolescent volop <strong>in</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g. Doordat <strong>de</strong> frontale kwab nog<br />

niet is uitgerijpt kent <strong>de</strong> adolescent on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>ren m<strong>in</strong><strong>de</strong>r angsten en kan hij meer<br />

en nieuwe han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen leren <strong>in</strong> een kortere tijd. Onzekere leerl<strong>in</strong>gen zijn door hun<br />

hersenontwikkel<strong>in</strong>g twee keer zo gevoelig voor belon<strong>in</strong>g en aandacht, ook voor<br />

negatieve belon<strong>in</strong>g en aandacht.<br />

Het beïnvloe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eigen gedachten is een belangrijk factor bij het opbouwen<br />

van een zelfbeeld. Als een leerl<strong>in</strong>g een negatief beeld van zichzelf heeft zal hij of zij<br />

dat beeld voe<strong>de</strong>n met negatieven gedachten. De mens heeft 40.000 gedachten per<br />

dag. Een goudmijntje aan stimulans als die gedachten opbouwend zijn. Psychoneuro-immunologie<br />

is <strong>de</strong> wetenschap die on<strong>de</strong>rzoekt wat je gedachten werkelijk<br />

doen en hoe belemmeren<strong>de</strong> overtuig<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n opgeruimd. Blije gedachten<br />

verhogen je weerstand, door aanmaak van <strong>in</strong>terferon, <strong>in</strong>terleuk<strong>in</strong>e en endorf<strong>in</strong>e.<br />

Informatie uit het puberen<strong>de</strong> bre<strong>in</strong> van Evel<strong>in</strong>e Crone (2008)<br />

Hersengebie<strong>de</strong>n Wat doet dit gebied Gedrag adolescent volgroeid<br />

Frontale cortex Intelligentie en doelgericht gedrag Geen rationele afweg<strong>in</strong>g kunnen langzaam<br />

algemeen Remm<strong>in</strong>gen op emoties. Plann<strong>in</strong>g, maken. De rem is er nog niet.<br />

controle en stur<strong>in</strong>g voor doelgericht Geeft ado <strong>de</strong> kans om creatiever<br />

gedrag<br />

en v<strong>in</strong>d<strong>in</strong>grijker te zijn. Meer<br />

i<strong>de</strong>eën en meer exploreren<br />

Laterale frontale Re<strong>de</strong>neren. Alternatieve afwegen en Ongepaste opmerk<strong>in</strong>gen,<br />

cortex<br />

lange termijn focus/ doelen. Plannen, grappen niet begrijpen.<br />

(buitenkant) toepassen van regels en <strong>in</strong>structies,<br />

nieuwe kennis opnemen.<br />

Dorso laterale<br />

frontale cortex<br />

Re<strong>de</strong>natie gerelateerd Accepteren van een aanbod<br />

Mediale frontale Plann<strong>in</strong>g en doelgericht han<strong>de</strong>len bij Zien van vrien<strong>de</strong>n en gelief<strong>de</strong> langzaam<br />

cortex<br />

emotie volle en sociale besliss<strong>in</strong>gen zorgt voor extra activiteit <strong>in</strong> dit<br />

Zorgt voor empathie, perspectief<br />

nemen, je kunnen verplaatsen <strong>in</strong><br />

an<strong>de</strong>ren<br />

gebied<br />

Motorische Coörd<strong>in</strong>atie van beweg<strong>in</strong>g,<br />

Nieuwe beweg<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n via<br />

frontale cortex spiegelneuronen actief bij leren door snelle spiegelneuronen sneller<br />

kijken naar een beweg<strong>in</strong>g<br />

opgepikt. Oefenen vanaf jonge<br />

leeftijd van bv v<strong>in</strong>gers geeft<br />

grotere prestatie mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

30


Hersengebie<strong>de</strong>n<br />

Wat doet dit gebied Gedrag adolescent volgroeid<br />

Basale Gevoelig voor belon<strong>in</strong>g<br />

Extra actief bij eerlijk spel, w<strong>in</strong>st en<br />

ganglia<br />

lief<strong>de</strong><br />

Amygdala Categoriseren, verwerken van Heftig reactie op negatieve<br />

Mei<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r<br />

complexe en negatieve emoties. gelaatsuitdrukk<strong>in</strong>g, achterdocht bij klaar, jongens<br />

Het lezen en begrijpen van neutrale gezichten Gevoelig voor hele<br />

gezichten<br />

vrouwelijk hormoon<br />

adolescentieper<br />

io<strong>de</strong> nodig<br />

Nucleus<br />

accumbeus<br />

Somatische<br />

stempels<br />

Orbitofrontale<br />

cortex<br />

Aanmaak dopam<strong>in</strong>e, plezier<br />

centrum hersenen, risico‟s<br />

<strong>in</strong>schatten<br />

Op gevoel snelle keuzes kunnen<br />

maken met korte en lange termijn<br />

overweg<strong>in</strong>gen.<br />

Emotionele verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g. Lijn<br />

tussen emoties, lichaamssensatie<br />

en plann<strong>in</strong>gsvermogen. Keuzes<br />

op korte termijn<br />

Insula Lichamelijke reactie op nare en<br />

oneerlijke gebeurtenissen of<br />

voorstellen<br />

Extra gevoelig voor belon<strong>in</strong>g, w<strong>in</strong>st,<br />

lief<strong>de</strong>, stoer gevon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, kicks.<br />

Bij m<strong>in</strong><strong>de</strong>re werk<strong>in</strong>g gevoelig voor<br />

verslav<strong>in</strong>g<br />

Meestal laat<br />

Keuze alleen op emotionele gron<strong>de</strong>n Langzame<br />

ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

Geeft nog geen lichamelijke<br />

waarschuw<strong>in</strong>g bij risico‟s. Bij matig<br />

functioneren agressief, impulsief,<br />

geïrriteerd en onbetrouwbaar. Keuzes<br />

maken die veel opleveren op korte<br />

termijn.<br />

Nog geen afweer op nare<br />

gebeurtenis, geen lichamelijke signaal<br />

bij nare of risicovolle overweg<strong>in</strong>gen.<br />

Overweg<strong>in</strong>g gaat <strong>de</strong> lange weg via <strong>de</strong><br />

frontale cortex. Alleen dui<strong>de</strong>lijke<br />

eenvoudig omschreven risico‟s kan<br />

adolescent dui<strong>de</strong>n.<br />

langzaam<br />

3.15 Zelfvertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> verhoud<strong>in</strong>g tot <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

menselijke behoeften<br />

3.15.1 De behoeften van <strong>de</strong> mens volgens Maslov<br />

Jos Tielemans (1999) heeft een boek geschreven dat psychologie en didactiek<br />

comb<strong>in</strong>eert. Hij noemt die comb<strong>in</strong>atie psychodidactiek. In het boek beschrijft hij <strong>de</strong><br />

humane psychologie als uitgangspunt voor <strong>de</strong> didactiek van lessen.<br />

Allereerst komen <strong>in</strong> <strong>de</strong> psychologie <strong>de</strong> behoeften van <strong>de</strong> mens aanbod.<br />

Omschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> hiërarchie van Maslov (1974) wordt dat beschreven als een trap<br />

van 5 tre<strong>de</strong>n: behoefte aan zelfontwikkel<strong>in</strong>g;<br />

1- lichamelijke behoefte; eten; dr<strong>in</strong>ken; slaap<br />

2- veiligheid; zekerheid; voorspelbaarheid; bescherm<strong>in</strong>g; stabiliteit; structuur<br />

3- sociaalcontact; vriendschap; lief<strong>de</strong>; saamhorigheid<br />

4- waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g; iets waard zijn <strong>in</strong> <strong>de</strong> ogen van an<strong>de</strong>ren; zelfrespect<br />

5- <strong>de</strong> wens om <strong>de</strong> eigen mogelijkhe<strong>de</strong>n zover en zo goed mogelijk te ontplooien<br />

31


John Moens (2008) ver<strong>de</strong>elt <strong>de</strong> vijf<strong>de</strong> tree van Maslov <strong>in</strong> drieën en noemt tree vijf<br />

<strong>de</strong> esthetische behoeften. Zo ontstaan tree zes en zeven.<br />

5- esthetische behoeften; schoonheid; symmetrie en or<strong>de</strong><br />

6- behoefte aan ontploo<strong>in</strong>g en zelfontwikkel<strong>in</strong>g<br />

7- flow- en piekervar<strong>in</strong>gen<br />

3.15.2 Behoeften van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> relatie tot motivatie<br />

John Moens (2008) on<strong>de</strong>rscheid bij het zen<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> ontvangen van een<br />

motiveren<strong>de</strong> boodschap drie verschillen<strong>de</strong> typen ontvangers.<br />

Type 1: Prestatie en eerzucht: <strong>de</strong>ze ontvangen<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen presteren het beste bij<br />

een slag<strong>in</strong>gskans van vijftig procent. Zij hebben behoefte aan feedback en willen<br />

hun vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen zien. Ze werken graag alleen of met gelijkgestem<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

Type 2: Teamgericht: <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>gen hebben behoefte aan bevestig<strong>in</strong>g en<br />

acceptatie van hun me<strong>de</strong>leerl<strong>in</strong>gen.<br />

Type 3: Krachtig: <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>g werkt voor zichzelf of voor het team waar hij<br />

toebehoort. Hij is dom<strong>in</strong>ant en is te structureren en te stimuleren door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

waar hij mee samenwerkt.<br />

3.15.3 Faalangst en <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

Langendijk (2008) heeft een boekje geschreven over faalangst. Hij noemt <strong>de</strong> mens<br />

een door an<strong>de</strong>re mensen geprogrammeer<strong>de</strong> computer; een product van e<strong>in</strong><strong>de</strong>loze<br />

propaganda en <strong>in</strong>doctr<strong>in</strong>atie. Een van <strong>de</strong> daarbij optre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> problemen is volgens<br />

Lagendijk faalangst.<br />

Faalangst is angst op kritiek en niet weten hoe daarmee om te gaan. Langendijk<br />

maakt <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g:<br />

Hoog gemotiveer<strong>de</strong> en we<strong>in</strong>ig faalangstige leerl<strong>in</strong>gen hebben een hoge <strong>in</strong>zet en<br />

een groot <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

Hoog gemotiveer<strong>de</strong> en erg faalangstige leerl<strong>in</strong>gen zijn faalangstig en erg actief.<br />

Zij hebben een grote <strong>in</strong>zet en we<strong>in</strong>ig <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

32


We<strong>in</strong>ig gemotiveer<strong>de</strong> en we<strong>in</strong>ig faalangstige leerl<strong>in</strong>gen hebben een ger<strong>in</strong>ge<br />

<strong>in</strong>zet en veel <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

We<strong>in</strong>ig gemotiveer<strong>de</strong> en erg faalangstige leerl<strong>in</strong>gen zijn faalangstig en passief.<br />

Zij hebben een ger<strong>in</strong>ge <strong>in</strong>zet en we<strong>in</strong>ig <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

Dus zowel bij hoog als we<strong>in</strong>ig gemotiveer<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen komt faalangst voor en heeft<br />

faalangst <strong>in</strong>vloed op hun <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

3.16 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g vanuit <strong>de</strong> sociologische<br />

factoren<br />

De sociale afkomst kan een verschil maken voor wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wil leren <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas.<br />

De kwetsbaarheid van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, het schei<strong>de</strong>n van privé en bestaansniveau<br />

beïnvloed het groepsgedrag.<br />

3.16.1 Sociale afkomst<br />

Skowronek (1974) heeft <strong>de</strong> sociale afkomst van leerl<strong>in</strong>gen vergeleken met hun<br />

prestatie. Ou<strong>de</strong>rs uit een lagere klassen zijn vooral bezig zich aan te passen aan<br />

regels en voorschriften. Deze ou<strong>de</strong>rs oefenen een hoge mate van controle uit op<br />

hun k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren. Ze willen liever dat hun k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren volgzaam zijn dan <strong>in</strong>itiatief tonen.<br />

Ou<strong>de</strong>rs uit <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>n- en hogere <strong>in</strong>komensklassen hechten meer waar<strong>de</strong> aan<br />

zelfstandigheid en onafhankelijkheid.<br />

3.16.2 Groepsgedrag<br />

Over <strong>de</strong> kwetsbaarheid en vriendschap schreven Culbert (1964) en Sidney Foulard<br />

(1964). Daarbij is <strong>de</strong> mate van zelfonthull<strong>in</strong>g belangrijk. Wat <strong>de</strong>elt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g met<br />

zijn omgev<strong>in</strong>g en hoe reageert <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r daarop? Door Goffman (1959) benoemt<br />

als het schei<strong>de</strong>n van het privé-dome<strong>in</strong> en bestaansniveau, dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g ont<strong>de</strong>kt<br />

en uitprobeert.<br />

3.17 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g tra<strong>in</strong>en<br />

Er is veel gepubliceerd over <strong>zelfvertrouwen</strong>, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re over allerlei maatregelen<br />

en oefen<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> onzekere lezer kan treffen en doen. Er staan ook veel vragen<br />

<strong>in</strong> die <strong>de</strong> lezer kan beantwoor<strong>de</strong>n. Hieron<strong>de</strong>r allereerst een samenvatt<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

opmerk<strong>in</strong>gen, maatregelen en vragen uit zo‟n boekje geschreven door John Moens<br />

(2008) „<strong>de</strong> weg naar <strong>zelfvertrouwen</strong> en succes.‟ Volgens Moens staan<br />

Zelfvertrouwen, ZELF-beeld, ZELF-kennis, ZELF-waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g en Zelfdiscipl<strong>in</strong>e met<br />

elkaar <strong>in</strong> verb<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g. Vragen die je jezelf kunt stellen en die bevor<strong>de</strong>rend zijn voor je<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> zijn:<br />

Welke vaardighe<strong>de</strong>n bezit ik?<br />

Richt ik me op leuke d<strong>in</strong>gen?<br />

Doe ik voldoen<strong>de</strong> succeservar<strong>in</strong>gen op?<br />

Neem ik <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkheid?<br />

Ken ik mijn eigen doelen?<br />

Blijf ik realistisch en zorg ik voor haalbare doelen?<br />

33


Is mijn han<strong>de</strong>len doelmatig; is mijn wens gelijk aan <strong>de</strong> uitvoer<strong>in</strong>g?<br />

Pep ik mezelf op en koester ik <strong>de</strong> gedachten aan een goed resultaat?<br />

Door <strong>de</strong>ze vragen te stellen komt <strong>de</strong> lezer er achter dat hij misschien zijn doelen te<br />

hoog stelt of zijn vaardighe<strong>de</strong>n niet kent. Moens opdracht is vooral: DOEN-DOEN-<br />

DOEN<br />

Zorg voor structuur, voor doelijstjes, zorg dat je je spullen bij elkaar hebt, or<strong>de</strong>lijk en<br />

efficiënt, ruim regelmatig op. Volgens Moens is <strong>de</strong> humane psychologie een<br />

strom<strong>in</strong>g met <strong>de</strong> nadruk op het rationele en bewuste aspect van het menselijk<br />

gedrag. De mens is <strong>in</strong> staat keuzes te maken en die keuzes bepalen onze<br />

levenservar<strong>in</strong>g. De humanistische psychologen zijn: Abram Maslow, Carl Rogers en<br />

Fritz Perls. Zij streven naar een onafhankelijke, persoonlijke groei waarbij het<br />

<strong>in</strong>dividu zelf bepaalt hoe hij leeft.<br />

3.17.1 Kracht van <strong>de</strong> eigen gedachten<br />

Moens behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> mentale <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g door sporters te citeren: Inge <strong>de</strong> Bru<strong>in</strong>: „Ik<br />

had die 50 meter <strong>in</strong> mijn verbeeld<strong>in</strong>g al helemaal gezwommen” De kracht van <strong>de</strong><br />

visualisatie en <strong>de</strong> positieve gedachten formuleert hij <strong>in</strong> <strong>de</strong> START metho<strong>de</strong>.<br />

S = stop negatieve gedachten<br />

T = tegengedachte produceren<br />

A = activeer <strong>de</strong> tegengedachte<br />

R = resonatie, zeg het hardop, spreek je gedachte UIT<br />

T = toets of je je beter voelt<br />

Moens stelt voor dat je jezelf positief programmeert door positieve z<strong>in</strong>nen eerst te<br />

herhalen en zo uit je hoofd te kennen. Daarmee kun je negatieve gedachten<br />

pareren. Oefen door hardop bevestigen<strong>de</strong> z<strong>in</strong>nen te zeggen als Ik bezit veel<br />

energie, ik ben vol <strong>zelfvertrouwen</strong>, ik maak een juiste keuze, ik ben fit, ik heb plezier<br />

<strong>in</strong> mijn leven, ik ben ontspannen, rustig, goed, sterk, succesvol, IK BEN prima!<br />

Het omzetten van <strong>de</strong> eigen negatieve gedachten naar positieve gedachten is niet<br />

eenvoudig. Allereerst moet je bekijken hoe je een negatieve gedachten vormt. Dat<br />

gebeurt door onophou<strong>de</strong>lijk te twijfelen aan je eigen vermogens, door te<br />

praten <strong>in</strong> overtreffen<strong>de</strong> trap, door te generaliseren, door te vergelijken , door<br />

verwarren<strong>de</strong> gedachten, door mystieke onwerkelijke gedachten, door obsessieve<br />

gedachten als het is een ramp, een drama, het ergste wat er kan gebeuren, door te<br />

<strong>de</strong>nken ik kan dit nooit, door te <strong>de</strong>nken <strong>in</strong> stereotypen.<br />

Je pakt negatieve gedachten aan door je vragen op te schrijven en positieve<br />

stimuleren<strong>de</strong> oploss<strong>in</strong>gen te be<strong>de</strong>nken. Je pakt ze ook aan door kordaat te spreken<br />

en te han<strong>de</strong>len, door niet overal op <strong>in</strong> te gaan, door productief te werken en te<br />

plannen, door te leren ontspannen, door „ik moet‟ te veran<strong>de</strong>ren <strong>in</strong> „ik wil‟, door<br />

jezelf te durven zijn. Het lijkt allemaal heel moeilijk, maar probeer het eens. Doe<br />

gewoon je uiterste best. Probeer het en wil dat het lukt.<br />

3.17.2 A<strong>de</strong>mhalen<br />

Angst zorgt voor productie van adrenal<strong>in</strong>e dat je voelt als hartklopp<strong>in</strong>gen en<br />

spierspann<strong>in</strong>g. Het <strong>de</strong>nken stopt. De huidweerstand is lager bij veel angst en stress.<br />

Zuurstof breekt adrenal<strong>in</strong>e af, dus wie veel last heeft van adrenal<strong>in</strong>e moet veel en<br />

diep a<strong>de</strong>mhalen<br />

Als leerl<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> opdrachten van <strong>de</strong> leraar opblazen en zichzelf zo kle<strong>in</strong>er maken,<br />

als ze altijd <strong>de</strong> beste willen zijn en niet hoopvol zijn over <strong>de</strong> nabije toekomst, contact<br />

met an<strong>de</strong>ren uit <strong>de</strong> weg gaan, laat ze dan diep <strong>in</strong> en uita<strong>de</strong>men. Diepe- of<br />

34


uika<strong>de</strong>mhal<strong>in</strong>g zorgt naast ontspann<strong>in</strong>g ook voor het verdrijven van <strong>de</strong> adrenal<strong>in</strong>e.<br />

Het hart gaat rustiger kloppen en <strong>de</strong> hersenen wor<strong>de</strong>n rustiger.<br />

3.17.3 Oefen<strong>in</strong>g kritiek geven<br />

Moens e<strong>in</strong>digt <strong>in</strong> zijn boekje <strong>de</strong> weg naar <strong>zelfvertrouwen</strong> met een oefen<strong>in</strong>g kritiek<br />

geven en krijgen. De opdracht kritiek geven gaat als volgt:<br />

Ga tegenover elkaar staan<br />

Kijk wat je ziet en benoem dat; knip met je v<strong>in</strong>gers als je iets meldt; bijvoorbeeld<br />

je lacht, je houdt je a<strong>de</strong>m; je zucht<br />

Nu ga je voorzichtig kritiek geven over het uiterlijk, bijvoorbeeld op <strong>de</strong> kled<strong>in</strong>g.<br />

Als <strong>de</strong> persoon reageert, knip je met je v<strong>in</strong>gers en zeg je wat je ziet. Deze<br />

oefen<strong>in</strong>g kan ook gedaan wor<strong>de</strong>n met alleen het uiten van positieve kritiek<br />

Geef kritiek op <strong>de</strong> persoon die tegenover je staat en zodra hij reageert, knip je<br />

weer met je v<strong>in</strong>gers <strong>de</strong>snoods mid<strong>de</strong>n <strong>in</strong> je z<strong>in</strong> stop je met je kritiek en meld je<br />

wat je ziet<br />

3.17.4 Oefen<strong>in</strong>g complimenten krijgen.<br />

Ie<strong>de</strong>reen heeft aandacht en complimenten nodig. Maar niet ie<strong>de</strong>reen kan<br />

complimenten ontvangen. Met <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> oefen<strong>in</strong>g kun je dat oefenen.<br />

Maak groepjes van vier leerl<strong>in</strong>gen en zet een van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n.<br />

Schrijf allemaal een complimenten op voor <strong>de</strong>ze persoon <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n.<br />

Spreek <strong>de</strong> complimenten uit.<br />

Hoeveel complimenten <strong>de</strong>nkt <strong>de</strong> ontvanger dat er uitgesproken zijn? Laat <strong>de</strong><br />

ontvanger alle complimenten op schrijven en zo zien hoeveel het er werkelijk<br />

zijn.<br />

Herhaal dit proces voor elke leerl<strong>in</strong>g.<br />

Bespreek aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> welke complimenten er onthou<strong>de</strong>n zijn en laat <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> complimenten overschrijven die ze vergeten zijn.<br />

Deze oefen<strong>in</strong>g kun je ook met <strong>de</strong> hele klas voor een leerl<strong>in</strong>g doen, dan ontstaat er<br />

een klassen-complimenten-douche. Maak met <strong>de</strong> klas een afspraak wanneer een<br />

persoon een klassen-complimenten-douche krijgt. Of hoe een leerl<strong>in</strong>g die kan<br />

aanvragen.<br />

3.17.5 Ontwikkelen van een<br />

leergemeenschap<br />

Als je elkaar wil helpen dan moet je<br />

vertrouwen en competenties<br />

ontwikkelen. Door met <strong>de</strong> klas <strong>de</strong><br />

ontwikkel<strong>in</strong>gen te benoemen, <strong>in</strong> het<br />

schema donkerblauw, kun je wat er<br />

moet gebeuren<strong>de</strong> aangeven, hier <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

lichtblauwe cirkel.<br />

De eerste stap is met elkaar afspreken<br />

of <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen elkaar willen helpen.<br />

competentie<br />

s<br />

vormgeven<br />

<strong>in</strong>dividu<br />

rechtvaardighei<br />

d willen<br />

elkaar<br />

helpen<br />

herstelle<br />

n<br />

Problemen<br />

oplossen<br />

gemeenschap<br />

vertouw<br />

en<br />

35


3.18 Analyse van <strong>de</strong>ze resultaten<br />

3.19 Positieve gedachten en han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen meten<br />

Vanuit <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> bronnen blijkt dat een docent op meer<strong>de</strong>re niveaus een<br />

leerl<strong>in</strong>g positief moet stimuleren om te zorgen dat die zijn leerprestatie gaat<br />

verbeteren. Die positieve stimuli bestaan niet alleen uit <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong><br />

docent <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas doet. Van veel grotere <strong>in</strong>vloed is <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent.<br />

Zowel <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g als <strong>de</strong> docent nemen subjectief waar. De leerl<strong>in</strong>g bouwt daarmee<br />

zijn zelfbeeld op en <strong>de</strong> docent zijn, al dan niet positieve, beeld over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De<br />

<strong>in</strong>vloed van bei<strong>de</strong> subjectieve beel<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> leerprestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is groot<br />

volgens <strong>de</strong> geraadpleeg<strong>de</strong> bronnen. Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is geholpen<br />

bij <strong>de</strong> positieve gedachten van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en zijn leerprestaties. Dan<br />

pas wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> acties, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent, door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g gewaar<strong>de</strong>erd<br />

en dragen die acties bij aan zijn <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

Het is daarom onvoldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g te on<strong>de</strong>rzoeken door het observeren en turven van han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen gericht<br />

op het bevor<strong>de</strong>ren van <strong>zelfvertrouwen</strong>. Ik wil daarom allereerst <strong>de</strong> positieve<br />

gedachten van <strong>de</strong> docent meten die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g, op zijn prestatie en op een ontspannen sfeer, een veilig klimaat, <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas.<br />

3.19.1 De gedachten meten<br />

In hoofdstuk 12 heb ik een samenvatt<strong>in</strong>g gemaakt van een aantal relevante<br />

bronnen en dat heeft een aantal gegevens opgeleverd over <strong>de</strong> positieve <strong>in</strong>vloed die<br />

<strong>de</strong> docent heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Als ik terug kijk op <strong>de</strong><br />

aspecten uit <strong>de</strong> literatuur is het meest opvallen<strong>de</strong> aspect het zgn pygmalioneffect<br />

voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Een docent moet overtuigd zijn van <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> toekomstige<br />

prestaties van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, van zijn potentie, en hem ook laten blijken vertrouwen <strong>in</strong><br />

zijn kunnen te hebben. De docent moet <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aanmoedigen en beter on<strong>de</strong>rwijs<br />

aan hem geven, zoals meer variatie <strong>in</strong> aanbod. En dan is er nog geen sprake van<br />

een leerverbeter<strong>in</strong>g. De leerl<strong>in</strong>g moet eerst geloven wat <strong>de</strong> docent zegt over hem,<br />

<strong>de</strong> aanmoedig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent op zichzelf betrekken en het aanbod <strong>in</strong> <strong>de</strong> les<br />

accepteren en gebruiken om beter te leren. Als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g dat allemaal accepteert<br />

en doet, dan pas past hij zijn eigen verwacht<strong>in</strong>gen aan en verbetert <strong>de</strong> leerprestatie<br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De voor<strong>in</strong>genomenheid van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> self-fulfill<strong>in</strong>g prophecy<br />

blijken uit on<strong>de</strong>rzoek een significante <strong>in</strong>vloed te hebben op <strong>de</strong> prestaties van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. De overtuig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent dat een leerl<strong>in</strong>g beter kan presteren is<br />

rechtevenredig aan een betere prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Meer dan welke acties van<br />

een docent dan ook is <strong>de</strong> overtuig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent bepalend voor het succes van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Als <strong>de</strong> docent niet eerst <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> zijn eigen overtuig<strong>in</strong>g, zijn houd<strong>in</strong>g<br />

heeft, en <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die dat heeft op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g dan zal <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g niet snel<br />

verbeteren.<br />

Voor mijn <strong>in</strong>terventie betekent het dat ik <strong>de</strong> met<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent<br />

mee moet nemen. Ik wil weten hoe <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> docent <strong>de</strong>nkt over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en<br />

zijn leerprestaties op het moment van lesgeven, zodat ik vast kan stellen hoeveel<br />

<strong>in</strong>vloed <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent heeft op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Daarom wil ik <strong>in</strong>strumenten ontwerpen om <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent <strong>in</strong> kaart te<br />

brengen die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Die aspecten van <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, v<strong>in</strong>d ik terug bij <strong>de</strong> basiswaar<strong>de</strong>n van Rogers (1973)<br />

en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen (1974) en van Morisson en Mc Intyre<br />

(1975).<br />

36


Als <strong>de</strong> basisvoorwaar<strong>de</strong>n van Rogers: echt, onvoorwaar<strong>de</strong>lijke aanvaard<strong>in</strong>g en<br />

empathie van <strong>de</strong> docent positief overkomen op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zal er een ontspannen<br />

sfeer, een veilig klimaat ontstaan <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Voor <strong>de</strong> echtheid van <strong>de</strong> docent wil ik<br />

kunnen meten of <strong>de</strong> gevoelens van <strong>de</strong> docent kloppen bij zijn gedrag of er een<br />

overeenstemm<strong>in</strong>g is tussen <strong>de</strong> gevoelens en het gedrag van <strong>de</strong> docent. De leerl<strong>in</strong>g<br />

heeft recht op <strong>de</strong> waarheid van emoties van <strong>de</strong> docent. Als <strong>de</strong> docent al boos is<br />

voor hij <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas kwam en daarna toch een vrien<strong>de</strong>lijke opmerk<strong>in</strong>g maakt, zal <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g dat weten te waar<strong>de</strong>ren als extra positief als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g weet van <strong>de</strong> docent<br />

dat hij eigenlijk boos was. Het gebruiken van <strong>de</strong> ik-boodschap draagt ook bij aan <strong>de</strong><br />

overeenstemm<strong>in</strong>g van gevoelens en gedrag. De docent geeft, bij het gebruik van <strong>de</strong><br />

ik-boodschap, zijn eigen men<strong>in</strong>g. De echtheid van <strong>de</strong> docent, aldus Rogers, is ook<br />

te v<strong>in</strong><strong>de</strong>n <strong>in</strong> het docentengedrag of <strong>de</strong> docent zich verschuilt achter zijn<br />

docentenrol. Als <strong>de</strong> docent zich verschuilt achter die rol vertrouwt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g hem<br />

niet. Ook dan heeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g geen zicht op <strong>de</strong> toedracht van <strong>de</strong> reactie van <strong>de</strong><br />

docent. De docent verbergt zijn wensen, gevoelens en emoties achter <strong>de</strong> rol die hij<br />

speelt. Dan blijft <strong>de</strong> docent voor een groot <strong>de</strong>el een onbeken<strong>de</strong>, wat niet bijdraagt<br />

aan het vertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> docent. Voor <strong>de</strong> onvoorwaar<strong>de</strong>lijke<br />

aanvaard<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent wil ik meten of <strong>de</strong> docent zich bewust is van zijn eigen<br />

vooroor<strong>de</strong>len over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Om <strong>de</strong> empathie van <strong>de</strong> docent voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en<br />

zijn lesomgev<strong>in</strong>g te kunnen waar<strong>de</strong>ren wil ik <strong>de</strong> persoonlijke kenmerken van <strong>de</strong><br />

docent volgens Rogers gebruiken. Rogers geeft „vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid‟ aan<br />

als een persoonlijke kenmerk van <strong>de</strong> docent. Mijn gedachte is dat als een docent<br />

geen vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid heeft, hij dan m<strong>in</strong><strong>de</strong>r empathie kan opbrengen<br />

voor een <strong>in</strong>dividu, een leerl<strong>in</strong>g, of <strong>de</strong> groep waar <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> functioneert.<br />

Een docent die onvoorwaar<strong>de</strong>lijk en zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len is, beschikt, volgens mij,<br />

over voldoen<strong>de</strong> me<strong>de</strong>dogen. Hoe onaangepast het gedrag van een leerl<strong>in</strong>g ook kan<br />

lijken, een docent zal altijd beseffen dat er onvermogen achter dat gedrag van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g steekt. Aangeven dat een uitspraak negatief overkomt bij an<strong>de</strong>ren en<br />

waarom dat is, geeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g een mogelijkheid om <strong>in</strong>zicht te krijgen <strong>in</strong> zijn<br />

han<strong>de</strong>len. Daardoor staat, naar mijn men<strong>in</strong>g, het vermogen tot empathie van een<br />

docent recht tegenover een docent die vooroor<strong>de</strong>len heeft over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Een veilige, ontspannen sfeer <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas met m<strong>in</strong><strong>de</strong>r conflicten staat, volgens<br />

Morrison en McIntyre voor spreid<strong>in</strong>g van macht tussen docent en leerl<strong>in</strong>g en<br />

emotionele aanvaard<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> docent. Of zoals Roger meent dat<br />

<strong>de</strong> docent met het aanvaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eigen emoties zijn onafhankelijkheid bewijst.<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen gericht op <strong>de</strong> spreid<strong>in</strong>g van macht wil ik verwerken <strong>in</strong> <strong>de</strong> observatie<br />

van een les, <strong>de</strong> emotionele aanvaard<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie voor <strong>de</strong> start van <strong>de</strong> les,<br />

waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent wor<strong>de</strong>n gemeten.<br />

In <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen v<strong>in</strong>d ik <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len<br />

van <strong>de</strong> docent. In die on<strong>de</strong>rzoeken gaat het over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die het uiterlijk van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g heeft op het vooroor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> docent. V<strong>in</strong>dt <strong>de</strong> docent dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g er<br />

vrien<strong>de</strong>lijk uitziet dan <strong>de</strong>nkt <strong>de</strong> docent dat die leerl<strong>in</strong>g ook vrien<strong>de</strong>lijk is. Als <strong>de</strong><br />

docent <strong>de</strong>nkt dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g er slim uitziet dan kan een leerl<strong>in</strong>g beter presteren,<br />

volgens het voor<strong>in</strong>genomen standpunt van <strong>de</strong> docent.<br />

In <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Tausch en Tausch v<strong>in</strong>d ik <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van het maken van<br />

positieve verschillen tussen leerl<strong>in</strong>g. Volgens <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>rzoeken oor<strong>de</strong>elt <strong>de</strong> docent<br />

vooral negatief over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De docent geeft een negatief beeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

aan zijn groepsgenoten. Als <strong>de</strong> docent over elke leerl<strong>in</strong>g positief is, bevor<strong>de</strong>rt dat<br />

37


een positief klimaat <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas en kan het voor een positieve on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge band tussen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen zorgen.<br />

De an<strong>de</strong>re persoonlijke kenmerken van een docent volgens Rogers, namelijk „<strong>in</strong><br />

harmonie met an<strong>de</strong>ren en zichzelf zijn‟, wil ik gebruiken om <strong>de</strong> ontspannen sfeer <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> klas te kunnen meten <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie.<br />

Voor het meten van <strong>de</strong>ze houd<strong>in</strong>g, <strong>de</strong>ze gedachten van <strong>de</strong> docent, wil ik proberen<br />

een <strong>in</strong>strument te ontwikkelen gebaseerd op stell<strong>in</strong>gen. De docenten en <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen waar<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen, zodat naast een waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> gedachten<br />

van <strong>de</strong> docent ook wordt gemeten of die gedachten overkomen. Dat laatste door<br />

het bevragen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

3.19.2 De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen meten<br />

De stimuleren<strong>de</strong> actie, han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n zijn beschreven <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken, bijvoorbeeld <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken die hierboven zijn genoemd en literatuur over het bevor<strong>de</strong>ren van<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong>. Bijzon<strong>de</strong>r is dat alle stimuleren<strong>de</strong> maatregelen uit die literatuur zijn<br />

samengevat <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste dimensie van Mazano (2008). In <strong>de</strong> eerste dimensie wordt<br />

het klassenklimaat, <strong>de</strong> motivatie en acceptatie en <strong>de</strong> feedback beschreven. De<br />

hoeveelheid acties en het doel dat zij dienen, die Mazano beschrijft <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste<br />

dimensie zijn:<br />

acht acties die bijdragen aan het veilige klassenklimaat<br />

acht acties die bijdragen aan <strong>de</strong> motivatie en acceptatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

negen acties uit <strong>de</strong> strategieën die <strong>de</strong> docent gebruikt om <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g te<br />

motiveren en te accepteren<br />

Uit <strong>de</strong> techniek van het vragen stellen beschreven door Jos Tielemans (1999) haal<br />

ik<br />

twaalf acties die bijdrage aan het bevestigen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> docent en het<br />

geven van feedback van <strong>de</strong> docent aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door het stellen van vragen. Hier<br />

voeg ik nog een actie aan toe: het waar<strong>de</strong> vrij stellen van <strong>de</strong> vragen, volgens<br />

Gordon (1980)<br />

Alle acties van Marzano zijn beschreven <strong>in</strong> paragraaf 12.3.4, <strong>de</strong> techniek van het<br />

vragen stellen <strong>in</strong> paragraaf 12.3.2<br />

Voor mijn <strong>in</strong>terventie wil ik <strong>de</strong>ze acties van <strong>de</strong> docent die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, or<strong>de</strong>nen tot een checklist waarmee ik, tij<strong>de</strong>ns een<br />

observatie van een les, kan turven hoeveel acties en hoe vaak die acties<br />

voorkomen van <strong>de</strong> docent.<br />

3.19.3 Wat niet gemeten wordt <strong>in</strong> mijn <strong>in</strong>terventie<br />

De feedback die bestaat uit <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van het werk wil ik niet verwerken <strong>in</strong><br />

mijn observatie. Hoewel <strong>de</strong> feedback na een toets of opdracht van groot belang is<br />

voor <strong>de</strong> leerprestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, is <strong>de</strong>ze niet direct als han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g te zien <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

klas. Daarom krijgt <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g of <strong>de</strong> schriftelijke feedback geen plaats <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

checklist. Nogmaals: die beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zijn wel van belang voor het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Het zijn echter han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die na <strong>de</strong> les plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n en niet direct<br />

te l<strong>in</strong>ken zijn aan het gebeuren <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Ze vallen buiten <strong>de</strong> scope van dit<br />

on<strong>de</strong>rzoek.<br />

3.20 Aangepast conceptueelmo<strong>de</strong>l<br />

38


Door <strong>de</strong> constater<strong>in</strong>g dat vooral <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent, naast zijn<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, belangrijk zijn voor mijn <strong>in</strong>terventie moet ik mijn conceptueelmo<strong>de</strong>l<br />

bijstellen. Boven <strong>de</strong> pijl van <strong>de</strong> acties, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, van <strong>de</strong> docent komt eerst<br />

een pijl met <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent. Vanuit <strong>de</strong> literatuur blijkt zowel <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed<br />

van <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent als zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. De kleuren, bij <strong>de</strong> dimensies <strong>in</strong> het blokje „<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g‟,<br />

zijn weggelaten omdat het om menselijke dimensies gaat die niet an<strong>de</strong>rs zijn dan<br />

<strong>de</strong> menselijke dimensies genoemd bij <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent.<br />

3.21 Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

De verschillen<strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>gsfases en <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> hersenen van een<br />

adolescent wor<strong>de</strong>n omschreven <strong>in</strong> paragraaf 12.5, 12.6 en 12.7. Mijn analyse van<br />

<strong>de</strong>ze gegevens is dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze levensfases extra gevoelig is voor belon<strong>in</strong>g<br />

en aandacht. Hiermee is <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g mogelijk extra groot.<br />

3.22 De nul- en e<strong>in</strong>dmet<strong>in</strong>g van het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g van het MBO2 is bij <strong>de</strong> start van het schooljaar<br />

getest door <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rgroep beschreven <strong>in</strong> paragraf 1.1.7 Voor mijn on<strong>de</strong>rzoek zijn<br />

<strong>de</strong> gegevens over het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> en <strong>de</strong> spann<strong>in</strong>gsgevoeligheid, angst<br />

en bezorgdheid, en prestatieangst van belang. Door <strong>de</strong> test aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> van het<br />

schooljaar te herhalen kunnen we <strong>de</strong> eventuele toename van het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g waarnemen.<br />

3.23 De leerprestatie<br />

De score van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen op <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len van het <strong>zelfvertrouwen</strong> zoals <strong>de</strong><br />

Gel<strong>de</strong>rgroep dat bij <strong>de</strong> start en aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> van het schooljaar zal kunnen testen,<br />

kunnen vergeleken wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> prestaties van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Hebben <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

van <strong>de</strong> aanloopklas een niveau verbeter<strong>in</strong>g en is hun <strong>zelfvertrouwen</strong> volgens <strong>de</strong> test<br />

verbeterd dan kan er een verband gelegd wor<strong>de</strong>n. De prestaties van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

staat buiten mijn on<strong>de</strong>rzoek. Als dit verband tussen leerprestatie <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze klas en het<br />

vergroten van het <strong>zelfvertrouwen</strong> niet wordt aangetoond is het geen maatstaf voor<br />

mijn on<strong>de</strong>rzoek.<br />

39


3.24 Conclusie van <strong>de</strong> analyse<br />

In hoofdstuk 13 heb ik een analyse gemaakt van <strong>de</strong> voor mij belangrijkste aspecten<br />

uit hoofdstuk 12. Zo bleek dat <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent bepalend zijn voor <strong>de</strong><br />

prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> positieve opvatt<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g en zon<strong>de</strong>r dat die opvatt<strong>in</strong>gen positief overkomen bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is er geen<br />

sprake van een verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Daarom heb ik mijn<br />

conceptueel mo<strong>de</strong>l aangepast en naast <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent, <strong>de</strong> gedachten van<br />

<strong>de</strong> docent opgenomen.<br />

Voor mijn <strong>in</strong>terventie betekent dat, dat ik een <strong>in</strong>strument wil ontwikkelen om, naast<br />

<strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent, <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent te meten die het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

4 Ontwerpfase<br />

40


4.1 Doel van het <strong>in</strong>terventieon<strong>de</strong>rzoek<br />

In het analyseon<strong>de</strong>rzoek, wat vooraf is gegaan aan <strong>de</strong>ze <strong>in</strong>terventierapportage, zijn,<br />

op basis van een verkennen<strong>de</strong> literatuurstudie, twee grote noemers geselecteerd<br />

die <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g samenvatten: <strong>de</strong><br />

gedachten van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> actie, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, van <strong>de</strong> docent die van<br />

<strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Het doel van mijn <strong>in</strong>terventie is om <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent en zijn<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, die <strong>in</strong>vloed hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, te vertalen<br />

<strong>in</strong> meetbare <strong>in</strong>dicatoren.<br />

4.2 Vraagstell<strong>in</strong>g<br />

De vraagstell<strong>in</strong>g van mijn analyseon<strong>de</strong>rzoek was:<br />

Welke psychologische en sociologische <strong>in</strong>vloe<strong>de</strong>n zijn beschreven over het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g? Welke <strong>in</strong>vloed heeft <strong>de</strong> docent op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zoals dat is omschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> psychologie,<br />

pedagogiek, didactiek en <strong>de</strong> recente leertheorieën?<br />

De twee vragen die ik me stel na mijn analyseon<strong>de</strong>rzoek, wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> twee<br />

vragenstell<strong>in</strong>gen voor mijn ontwerpon<strong>de</strong>rzoek, namelijk:<br />

1. Zijn <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die van <strong>in</strong>vloed zijn op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, vast te leggen met een meet<strong>in</strong>strument?<br />

2. Zijn <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die een positieve <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen te turven met een observatiemo<strong>de</strong>l?<br />

Uit het ontwerpen en testen van het meet<strong>in</strong>strument ontstaan twee subvragen:<br />

Zijn <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten objectief genoeg om tot een vergelijk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong><br />

uitslagen te komen?<br />

Helpen <strong>de</strong> uitslagen om <strong>de</strong> docent meer <strong>in</strong>zicht te geven <strong>in</strong> zijn dimensies van<br />

zijn <strong>de</strong>nken en <strong>in</strong> zijn han<strong>de</strong>len die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g.<br />

4.3 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g globale plan<br />

Uitgangspunt van mijn <strong>in</strong>terventie is <strong>de</strong> analyse beschreven <strong>in</strong> paragraaf 3.19 van<br />

mijn analyseon<strong>de</strong>rzoek. Daar<strong>in</strong> zijn veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van mijn conceptueel mo<strong>de</strong>l<br />

beschreven. Mijn conceptueel mo<strong>de</strong>l ziet er als volgt uit:<br />

41


Mijn <strong>in</strong>terventie zal bestaan uit het ontwerpen en testen van <strong>de</strong> meet<strong>in</strong>strumenten<br />

die <strong>de</strong> gedachten en <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent, die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, meten. In het conceptueel mo<strong>de</strong>l zijn <strong>de</strong> gedachten<br />

van <strong>de</strong> docent benoemd <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> dimensies, waarop <strong>de</strong> meet<strong>in</strong>strumenten<br />

zijn gebaseerd en die wor<strong>de</strong>n verantwoord <strong>in</strong> paragraaf 3.19 van mijn<br />

analyseon<strong>de</strong>rzoek.<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf van mijn analyseon<strong>de</strong>rzoek heb ik een analyse gemaakt van <strong>de</strong><br />

voor mij belangrijkste aspecten beschreven <strong>in</strong> paragraaf 3.8 tot en met 3.17. Daaruit<br />

bleek dat <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent bepalend zijn voor <strong>de</strong> prestatie van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. Zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> positieve opvatt<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en zon<strong>de</strong>r<br />

dat die opvatt<strong>in</strong>gen positief overkomen bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is er geen sprake van een<br />

verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> prestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

4.4 Wat niet gemeten wordt <strong>in</strong> mijn <strong>in</strong>terventie<br />

De feedback van <strong>de</strong> docent die bestaat uit <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van (huis)werk van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g wil ik niet verwerken <strong>in</strong> mijn observatie. Hoewel <strong>de</strong> feedback na een toets of<br />

opdracht van groot belang is voor <strong>de</strong> leerprestatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is <strong>de</strong>ze niet direct<br />

als han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas te zien. Daarom krijgt <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g of <strong>de</strong> schriftelijke<br />

feedback geen plaats <strong>in</strong> <strong>de</strong> checklist. Waar <strong>de</strong> feedback wordt besproken <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas<br />

en als han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g zichtbaar is, valt <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die wor<strong>de</strong>n<br />

geregistreerd. De schriftelijke beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zijn wel van belang voor het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Het zijn echter han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die na <strong>de</strong> les<br />

plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n en niet direct te relateren zijn aan het gebeuren <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Het<br />

beoor<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> feedback en het oor<strong>de</strong>len over <strong>de</strong> lesmetho<strong>de</strong>s is mogelijk ook<br />

van <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Mogelijk is het noodzakelijk om<br />

elke geobserveer<strong>de</strong> les, lesmetho<strong>de</strong> en lestheorie apart te omschrijven. Dan is het<br />

van belang aan te geven hoe en of er beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen gegeven wor<strong>de</strong>n, wanneer dat<br />

plaatsv<strong>in</strong>dt en of leerl<strong>in</strong>gen negatieve beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen nog kunnen verbeteren. Als<br />

feedback van <strong>de</strong> docent op het werk van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g achterwege blijft of voor <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g onzichtbaar is, zal dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g onzeker maken. Het zal een schaduw<br />

werpen op <strong>de</strong> positieve <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent.<br />

4.5 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g <strong>in</strong>terventie.<br />

De <strong>in</strong>terventie zal bestaan uit het testen en <strong>in</strong>zetten van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten die ik heb<br />

ontworpen om <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g te<br />

kwantificeren.<br />

42


4.6 Meet<strong>in</strong>strumenten<br />

De twee groepen meet<strong>in</strong>strumenten bestaan uit <strong>in</strong>strumenten om <strong>de</strong> gedachten en<br />

<strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n, te<br />

meten. Voor <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent wil ik stell<strong>in</strong>gen ontwerpen die <strong>de</strong> docent<br />

en <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen vooraf gaan<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> les waar<strong>de</strong>ren. Voor <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent<br />

die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n, wil ik een turflijst ontwerpen<br />

waarop <strong>de</strong> actie en <strong>de</strong> frequentie van <strong>de</strong> actie <strong>in</strong> observatie te turven zijn.<br />

4.6.1 Het <strong>in</strong>strument om <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent te waar<strong>de</strong>ren.<br />

Welke <strong>in</strong>vloed <strong>de</strong> <strong>de</strong>nkbeel<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

hebben volgens Adams en Cohen (1974), Rogers (1973), Morisson en Mc Intyre<br />

(1975) en Tausch &Tausch (1980) is te lezen <strong>in</strong> hoofdstuk 4. Deze beschrijv<strong>in</strong>gen<br />

vormen <strong>de</strong> basis voor <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent wordt<br />

gewaar<strong>de</strong>erd voor <strong>de</strong> aanvang van <strong>de</strong> les. Hieron<strong>de</strong>r geef ik aan welke<br />

achterliggen<strong>de</strong> theorie is verwerkt <strong>in</strong> <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g. Tussen haakjes staan<br />

<strong>de</strong> theorieverwijz<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> auteur genoemd.<br />

In <strong>de</strong> eerste drie stell<strong>in</strong>gen is samengevat wat Rogers met echt bedoelt. Mijn lessen<br />

wor<strong>de</strong>n niet beïnvloed door mijn emoties. Die spelen geen rol. (gedrag klopt bij<br />

emotie, Rogers)<br />

1. Als docent heb ik altijd gelijk.<br />

(verschuilen achter <strong>de</strong> docentenrol, Rogers)<br />

2. Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

(bewust van eigen vooroor<strong>de</strong>len, Rogers)<br />

Onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len wordt <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g:<br />

3. Zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g mij even lief.<br />

(altijd een positief beeld van leerl<strong>in</strong>gen, Morrison en Mc Intyre, Tausch & Tausch)<br />

4. Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

(onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len, Adams en Cohen)<br />

De volgen<strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen gaan over het positief bena<strong>de</strong>ren van alle leerl<strong>in</strong>gen door<br />

positieve verschillen te maken:<br />

5. Ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs. (Tausch en Tausch)<br />

6. Ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

(Adams en Cohen)<br />

7. De laatste twee stell<strong>in</strong>gen gaan over <strong>de</strong> persoonlijke kenmerken van <strong>de</strong> docent<br />

als i<strong>de</strong>aal mens zoals Rogers dat verwoordt:<br />

8. Ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid. (persoonlijke kenmerken, Rogers)<br />

9. Ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school. (<strong>in</strong> harmonie met an<strong>de</strong>ren<br />

en zichzelf, Rogers)<br />

4.6.2 Meet<strong>in</strong>strument voor <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die ik ga observeren zijn verkregen uit <strong>de</strong> zesentw<strong>in</strong>tig han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

van <strong>de</strong> eerste dimensie van Marzano. Hier volgen ze nog eens op rij <strong>in</strong> <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong><br />

waar<strong>in</strong> ik ze gevon<strong>de</strong>n heb:<br />

Regels toepassen op zichzelf<br />

De regels handhaven voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht<br />

Betrekt leerl<strong>in</strong>gen<br />

Reageert positief<br />

Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

Let op pesten<br />

Ontspannen sfeer<br />

43


Persoonlijk contact<br />

Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

Concentratie (bijzaken parkeren)<br />

Staat beweg<strong>in</strong>g toe<br />

Een band<br />

Niemand wordt vergeten<br />

Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Voor verschillen tussen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

Vraagt open en waar<strong>de</strong>vast<br />

Luistert actief (<strong>in</strong>gaan op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt)<br />

Geeft aandacht gevraagd en<br />

ongevraagd<br />

Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan<br />

Geeft een positieve reactie op alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen<br />

Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n<br />

4.7 Vormgev<strong>in</strong>g resultaten van <strong>de</strong> met<strong>in</strong>gen<br />

Een bijkomen<strong>de</strong> factor van het <strong>in</strong>strument kan zijn dat <strong>de</strong> resultaten verkregen met<br />

<strong>de</strong> meet<strong>in</strong>strumenten eenvoudig vergelijkbaar zijn voor <strong>de</strong> docenten. Een<br />

aantrekkelijke vormgev<strong>in</strong>g kan daarbij een hulpmid<strong>de</strong>l zijn. Het concept van <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wordt weergegeven <strong>in</strong><br />

een vorm die daarbij past; een zonvorm. De kleur van <strong>de</strong> zon, die je kunt zien als <strong>de</strong><br />

warmte van <strong>de</strong> zon, staat voor <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent die van <strong>in</strong>vloed is op<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De stralen van <strong>de</strong> zon zijn <strong>de</strong> acties. De docent<br />

als <strong>de</strong> warmtebron <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas.<br />

44


4.8 Beschrijv<strong>in</strong>g en verantwoord<strong>in</strong>g on<strong>de</strong>rzoeksopzet<br />

Ik ga voor mijn on<strong>de</strong>rzoek drie met<strong>in</strong>gen verrichten:<br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen door <strong>de</strong> docent<br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen observeren: of en hoe vaak ze voorkomen<br />

Met <strong>de</strong> met<strong>in</strong>gen een en twee wil ik <strong>de</strong> houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent waar<strong>de</strong>ren, hoe <strong>de</strong><br />

docent <strong>de</strong>nkt over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, hoe positief zijn houd<strong>in</strong>g tegenover <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is. De<br />

men<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent over hoe hij <strong>de</strong>nkt over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g van<br />

belang. De leerl<strong>in</strong>gen moeten zich veilig voelen en gezien wor<strong>de</strong>n. Daarom moet<br />

niet alleen <strong>de</strong> docent naar zijn <strong>de</strong>nkbeel<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gevraagd, maar moet vooral<br />

gemeten wor<strong>de</strong>n wat daarvan over komt op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Er wor<strong>de</strong>n drie leerl<strong>in</strong>gen<br />

aselect gekozen om <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g <strong>in</strong> te vullen. Drie aselect gekozen leerl<strong>in</strong>gen is een<br />

goe<strong>de</strong> vertegenwoordig<strong>in</strong>g van een klas die uit niet meer dan <strong>de</strong>rtig leerl<strong>in</strong>gen<br />

bestaan.<br />

De waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n<br />

opgeteld. Als <strong>de</strong> <strong>in</strong>tenties van <strong>de</strong> docent niet overkomen bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, dan<br />

kunnen ze als niet positief wor<strong>de</strong>n beschouwd. De perceptie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

weegt dus het zwaarst, omdat <strong>de</strong> scores van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> meerheid zijn. De<br />

scores geven samen <strong>de</strong> e<strong>in</strong>dstand van <strong>de</strong> houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent weer. Die uitslag<br />

wordt weergegeven als <strong>de</strong> <strong>in</strong>tentie van <strong>de</strong> zon: <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>ncirkel van het <strong>in</strong>strument.<br />

De warmte van <strong>de</strong> aanwezigheid van <strong>de</strong> docent wordt hiermee gesymboliseerd.<br />

Met<strong>in</strong>g drie wordt verkregen door observatie door mij tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les aan <strong>de</strong> hand<br />

van zesentw<strong>in</strong>tig han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen. Gemeten wordt of die han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n en<br />

hoe vaak. Dit wordt gevisualiseerd <strong>in</strong> <strong>de</strong> hoeveelheid stralen (of <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

voorkomt) en <strong>de</strong> lengte van die stralen (hoe vaak).<br />

4.9 De stell<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> docent<br />

De stell<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n, voordat <strong>de</strong> les start, beantwoord door <strong>de</strong> docent en door drie<br />

leerl<strong>in</strong>gen, met <strong>de</strong> random gekozen nummers 7, 14 en 21 van <strong>de</strong> klassenlijst die <strong>de</strong><br />

docent gebruikt voor <strong>de</strong> presentie. Als een van <strong>de</strong> drie leerl<strong>in</strong>gen niet aanwezig is<br />

dan door <strong>de</strong> eerste leerl<strong>in</strong>g daarboven, en als die ook afwezig is, is <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beoog<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Hieron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g met <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> antwoor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> het rood.<br />

Mijn lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door mijn emoties. Die spelen een rol tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les.<br />

waar Niet waar<br />

Als docent heb ik altijd gelijk.<br />

waar Niet waar<br />

Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

waar Niet waar<br />

45


Zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g mij even lief.<br />

waar Niet waar<br />

Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

waar Niet waar<br />

Ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs.<br />

waar Niet waar<br />

Ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

waar Niet waar<br />

Ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid<br />

waar Niet waar<br />

Ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school.<br />

waar Niet waar<br />

4.10 De stell<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

De lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door <strong>de</strong> emoties van <strong>de</strong> docent. Die emoties spelen<br />

een rol tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les.<br />

waar Niet waar<br />

De docent krijgt van mij gelijk omdat hij/zij <strong>de</strong> docent is.<br />

waar Niet waar<br />

De docent houdt reken<strong>in</strong>g met zijn of haar vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

waar Niet waar<br />

De docent heeft geen reserve voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, elke leerl<strong>in</strong>g is hem of haar even lief.<br />

waar Niet waar<br />

De docent weet bij b<strong>in</strong>nenkomst al hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

waar Niet waar<br />

De docent weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs<br />

waar Niet waar<br />

46


De docent houdt het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct<br />

gedragen<br />

waar Niet waar<br />

De docent heeft vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid<br />

waar Niet waar<br />

De docent gedraagt zich als een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school.<br />

waar Niet waar<br />

4.11 Vormgev<strong>in</strong>g score stell<strong>in</strong>gen<br />

Hoe dichterbij <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>, hoe ro<strong>de</strong>r <strong>de</strong> uitslag wordt. De kleur wordt bepaald<br />

door <strong>de</strong> hoeveelheid positieve beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen.<br />

Het goe<strong>de</strong> antwoord dat scoort tussen het mid<strong>de</strong>n en „waar‟, <strong>de</strong> hokjes acht t/m vijf,<br />

krijgt één punt. De score van <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> scores van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n bij<br />

elkaar opgeteld. Als <strong>de</strong> positieve <strong>in</strong>tenties van <strong>de</strong> docent niet overkomen bij <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen dan kunnen ze als niet positief wor<strong>de</strong>n beschouwd. Daarom zijn <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen bij <strong>de</strong> met<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> meer<strong>de</strong>rheid. De scores geven samen <strong>de</strong> e<strong>in</strong>dstand<br />

en <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong> kleuren: bij zesen<strong>de</strong>rtig punten (negen stell<strong>in</strong>gen maal vier<br />

personen) hebben alle leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> docent alles van juiste waar<strong>de</strong>n op <strong>de</strong><br />

stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong>gevuld.<br />

36 28 22 20<br />

Bij tw<strong>in</strong>tig punten zijn gemid<strong>de</strong>ld vijf stell<strong>in</strong>gen juist gewaar<strong>de</strong>erd. M<strong>in</strong><strong>de</strong>r dan vijf<br />

stell<strong>in</strong>gen gemid<strong>de</strong>ld geeft geel.<br />

De kleur van <strong>de</strong> score, na het waar<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen door <strong>de</strong> docent en door<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, wor<strong>de</strong>n weergegeven als <strong>de</strong> kleur van <strong>de</strong> zon. De zon schijnt als het<br />

ware met <strong>de</strong> kleur<strong>in</strong>tentie van <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g.<br />

on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> 19 punten: 20 punten: 22 tot 28 punten:<br />

4.12 Checklist van <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die ik ga observeren zijn verkregen uit <strong>de</strong> zesentw<strong>in</strong>tig han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

van <strong>de</strong> eerste dimensie van Marzano, beschreven <strong>in</strong> hoofdstuk 5.<br />

Om het observeren mogelijk te maken, wil ik <strong>de</strong> observatielijst van zesentw<strong>in</strong>tig<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>len <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>ere groepen. De eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g, <strong>de</strong><br />

docent doet, zorgt en bevestigt, is niet gericht op observatie. Wat een docent zorgt<br />

is <strong>in</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g niet erg verschillend met wat een docent doet of bevestigt. Ik<br />

probeer <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen te groeperen naar han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die verschillen van elkaar<br />

en kom tot <strong>de</strong> <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen: gericht op het <strong>in</strong>dividu, op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g en groepsgericht.<br />

47


Met <strong>de</strong>ze <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g is het mogelijk makkelijker observeren.<br />

De <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g wordt dus<br />

Individueel gericht:<br />

Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht<br />

Betrekt leerl<strong>in</strong>gen<br />

Reageert positief<br />

Maakt contact persoonlijk<br />

Heeft een band<br />

Luistert actief (<strong>in</strong>gaan op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt)<br />

Geeft aandacht gevraagd en<br />

ongevraagd<br />

Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan<br />

Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n<br />

Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht:<br />

Let op pesten<br />

Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

Voor verschillen tussen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Op alle leerl<strong>in</strong>gen gericht:<br />

Groepsgericht:<br />

Regels toepassen op zichzelf<br />

De regels handhaven voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

Ontspannen sfeer<br />

Concentratie/focus (bijzaken parkeren)<br />

Beweg<strong>in</strong>g<br />

Niemand wordt vergeten<br />

Vraagt waar<strong>de</strong>vast<br />

Geeft een positieve reactie op alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen<br />

48


Hierboven/naast staat het mo<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> zon met als stralen <strong>de</strong> 26 acties van <strong>de</strong><br />

docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

4.12.1 De vormgev<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> acties van <strong>de</strong> docent<br />

Om <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> docent overzichtelijk op <strong>de</strong> stralen aan te geven zijn <strong>de</strong> stralen<br />

genummerd en voorzien van drie verschillen<strong>de</strong> kleuren. In het mo<strong>de</strong>l op <strong>de</strong><br />

volgen<strong>de</strong> pag<strong>in</strong>a is <strong>de</strong> <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g te zien van alle han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen met <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong><br />

nummer<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> kleuren: roze voor alle <strong>in</strong>dividueel gerichte<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen (1 t/m 11), paars voor <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

zijn gericht (12 t/m 17) en blauw voor <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen gericht op <strong>de</strong> groep (18 t/m<br />

26).<br />

4.13 Lesobservatie<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> observatie wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zesentw<strong>in</strong>tig acties van <strong>de</strong> docent geturfd op<br />

lijsten, zie bijlage 1 t/m 3. Bij <strong>de</strong> test zal blijken of er elke 10 m<strong>in</strong>uten een <strong>de</strong>el van<br />

<strong>de</strong> acties geturfd moet wor<strong>de</strong>n of dat er elk moment op alle acties gelet kan wor<strong>de</strong>n.<br />

Ook zal moeten blijken of <strong>de</strong> punten op <strong>de</strong> observatielijst voor <strong>de</strong> praktijklessen en<br />

<strong>de</strong> theorielessen even bruikbaar zijn. Een an<strong>de</strong>r aandachtspunt bij <strong>de</strong> observatie zal<br />

zijn of <strong>de</strong> hele les geobserveerd moet wor<strong>de</strong>n en dan een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score per uur<br />

wordt gemaakt of dat <strong>de</strong> observatie overal een uur duurt.<br />

De <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> observator moet ook beschreven wor<strong>de</strong>n. Er wordt een<br />

plattegrond gemaakt waar <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, <strong>de</strong> docent en <strong>de</strong> observator op staan<br />

aangegeven.<br />

Een voorbeeld van een uitslag<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n geturfd. Zoals het mo<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> zon hieron<strong>de</strong>r laat zien,<br />

zijn <strong>de</strong> hoeveelheid en lengte van <strong>de</strong> stralen afhankelijk van <strong>de</strong> scores. Als het<br />

<strong>in</strong>strument als mid<strong>de</strong>l wordt <strong>in</strong>gezet kunnen <strong>de</strong> uitkomsten op teamniveau met<br />

elkaar vergeleken wor<strong>de</strong>n als alle stralen <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> positie hebben. Dan wordt het<br />

49


mogelijk <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen te stellen: „Heeft elke docent als uitkomst hetzelf<strong>de</strong><br />

beeld, wat is an<strong>de</strong>rs en wat kun je van elkaar leren?‟<br />

4.14 Plann<strong>in</strong>g en stapsgewijze aanpak<br />

Half februari 2010 gesprek met teamlei<strong>de</strong>r, bespreken van on<strong>de</strong>rzoeksopzet en<br />

observatieaanpak. Plannen wanneer ik wat mag doen.<br />

De locatiemanager wordt op <strong>de</strong> hoogte gebracht van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksresultaten.<br />

Maart toelicht<strong>in</strong>g met PowerPo<strong>in</strong>t van het on<strong>de</strong>rzoek <strong>in</strong> een teamverga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g,<br />

verzoek aan het team voor me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g.<br />

Maart- april observaties hou<strong>de</strong>n.<br />

Mei terugkoppel<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> gegevens naar teamlei<strong>de</strong>r. Met hem bespreken of en<br />

hoe we <strong>de</strong> resultaten aan het team teruggeven.<br />

E<strong>in</strong>d mei <strong>de</strong> test van <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rGroep opnieuw afnemen en <strong>de</strong> resultaten van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen op het gebied van <strong>zelfvertrouwen</strong> vergelijken met <strong>de</strong> nulmet<strong>in</strong>g.<br />

Juni resultaten bespreken met team, vragen aan <strong>in</strong>dividuele docenten formuleren<br />

over hun beste resultaten. Gezamenlijk bespreken of <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen meer<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> hebben aan het e<strong>in</strong>d van hun aanloopklas en of <strong>de</strong> docenten van het<br />

MBOteam tij<strong>de</strong>ns hun lessen aan <strong>de</strong> eerste klassen van <strong>de</strong> aanloopklassen <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen meer <strong>zelfvertrouwen</strong> weten te geven.<br />

Mocht het geven van <strong>zelfvertrouwen</strong> zichtbaar wor<strong>de</strong>n met dit <strong>in</strong>strument dan zou<br />

het ook getest kunnen wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> VMBO-af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van het Mediacollege<br />

Amsterdam, die op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> locatie is gevestigd als mijn eigen af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g.<br />

5 Realisatiefase<br />

Uitvoer<strong>in</strong>g en opbrengst van <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie<br />

In dit hoofdstuk zijn twee proeven opgenomen. De eerste proef is het testen van<br />

mijn meet<strong>in</strong>strumenten <strong>in</strong> het VMBO-team. De twee<strong>de</strong> proef bestaat uit het testen<br />

van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten <strong>in</strong> mijn eigen MBO2-team. Na <strong>de</strong> eerste proef kan ik eventuele<br />

aanpass<strong>in</strong>gen doorvoeren <strong>in</strong> <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> proef.<br />

5.1 Eerste proef<br />

De proefobservatie is uitgevoerd op 8 april 2010 <strong>in</strong> het VMBO op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> locatie<br />

als af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO2 waar ik aan verbon<strong>de</strong>n ben. Elke observatie is <strong>in</strong> één klokuur<br />

afgenomen <strong>de</strong> duur van één lesuur bij het VMBO. Vier docenten hebben<br />

50


meegewerkt; één docent is nog leraar <strong>in</strong> opleid<strong>in</strong>g (LIO); één docent heeft vorig jaar<br />

zijn opleid<strong>in</strong>g afgerond; één docent staat al <strong>de</strong>rtig jaar voor <strong>de</strong> klas; en één docent<br />

staat tien jaar voor <strong>de</strong> klas. Het zijn allen mannen. De leeftijd van <strong>de</strong> docenten<br />

varieert: er is een tw<strong>in</strong>tiger, een <strong>de</strong>rtiger, een veertiger en een vijftiger. De vakken<br />

die ze geven zijn Natuurkun<strong>de</strong>, Ne<strong>de</strong>rlands, Mens en Maatschappij en Grafimedia,<br />

wat een praktijkvak is. De lokalen zijn gelegen op het zui<strong>de</strong>n en op het noor<strong>de</strong>n, op<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> verdiep<strong>in</strong>g. Eén lokaal is gemid<strong>de</strong>ld van grootte; één lokaal<br />

is ruim; en één lokaal is een afgesloten ruimte b<strong>in</strong>nen een groter lokaal dat als <strong>de</strong><br />

docent staat, zicht geeft op een an<strong>de</strong>r lokaal; en één lokaal is een „leerple<strong>in</strong>‟.<br />

Gemid<strong>de</strong>ld waren er <strong>in</strong> <strong>de</strong> lessen vijfentw<strong>in</strong>tig leerl<strong>in</strong>gen, behalve bij het „leerple<strong>in</strong>‟,<br />

daar waren vijftig leerl<strong>in</strong>gen aanwezig, ver<strong>de</strong>eld <strong>in</strong> drie groepen met <strong>in</strong> totaal vier<br />

begelei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> docenten.<br />

De observatie-<strong>in</strong>strumenten, stell<strong>in</strong>gen gewaar<strong>de</strong>erd door <strong>de</strong> docent, stell<strong>in</strong>gen<br />

gewaar<strong>de</strong>erd door leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> observatiescores van alle han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong><br />

docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g bevor<strong>de</strong>ren, zijn getest op praktische<br />

problemen en doelmatigheid.<br />

5.1.1 Score eerste proef<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zijn van zesentw<strong>in</strong>tig teruggebracht naar vijfentw<strong>in</strong>tig han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen.<br />

Een han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g, namelijk nummer 17, staat er dubbel <strong>in</strong>. Daarover later. De scores<br />

zijn weergegeven <strong>in</strong> een „zon‟ met vijfentw<strong>in</strong>tig stralen en met een on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

van concentrische cirkels om <strong>de</strong> frequentie van <strong>de</strong> acties per twee <strong>in</strong> een vakje,<br />

weer te kunnen geven. Zie bijlage 4.<br />

5.1.2 Praktische problemen bij het <strong>in</strong>vullen van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen<br />

De stell<strong>in</strong>gen moesten voor <strong>de</strong> les wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong>gevuld. Dat lukt niet. Allereerst heeft <strong>de</strong><br />

docent zijn aandacht nodig voor <strong>de</strong> aanstormen<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. En als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

nog niet voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur staan, gebruikt <strong>de</strong> docent zijn tijd om zich voor te berei<strong>de</strong>n op<br />

<strong>de</strong> les.<br />

In drie van <strong>de</strong> vier gevallen heeft <strong>de</strong> docent zijn stell<strong>in</strong>gen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les<br />

gewaar<strong>de</strong>erd. Eén docent heeft <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g later op <strong>de</strong> dag <strong>in</strong>gevuld.<br />

De at random vastgestel<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen: nummer zeven, veertien en eenentw<strong>in</strong>tig<br />

waren moeilijk door mij te v<strong>in</strong><strong>de</strong>n. Ik ken <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen niet en <strong>de</strong> docenten<br />

gebruikten geen absentielijst. Met <strong>de</strong> lijst die ik voor me had, kon ik <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g die ik<br />

nodig had niet v<strong>in</strong><strong>de</strong>n. Ik moest tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les vragen wie welk nummer was. Alle<br />

leerl<strong>in</strong>gen hebben <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les gewaar<strong>de</strong>erd. In elke klas overlegt<br />

een van <strong>de</strong> drie leerl<strong>in</strong>gen met zijn buur. De leerl<strong>in</strong>gen vroegen zich af welke docent<br />

bedoeld wordt <strong>in</strong> <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen.<br />

5.1.2.1 Score stell<strong>in</strong>gen herwaar<strong>de</strong>ren<br />

De score op <strong>de</strong> beoog<strong>de</strong> manier beschreven <strong>in</strong> hoofdstuk 6.3 doet geen recht aan<br />

<strong>de</strong> nauwkeurigheid die mogelijk is bij het <strong>in</strong>vullen van <strong>de</strong> score. De beoog<strong>de</strong> score<br />

houdt <strong>in</strong> dat elke stell<strong>in</strong>g die „waar‟ gewaar<strong>de</strong>erd wordt meetelt voor één punt als<br />

het hokje een tot drie hokjes vanaf <strong>de</strong> juiste waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g wordt aangekruist. Als een<br />

stell<strong>in</strong>g is gewaar<strong>de</strong>erd met een hokje dichtbij of naast het mid<strong>de</strong>n, zou dat<br />

gewaar<strong>de</strong>erd moeten wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g. Ook een nauwkeurig<br />

51


aangekruist negatief antwoord moet wor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd. Immers tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> proef<br />

hebben zowel <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen als <strong>de</strong> docent heel precies een hokje aangekruist. Als<br />

<strong>de</strong> hokjes <strong>in</strong>gevuld bij „waar‟ vijf punten en bij „niet waar‟ nul krijgen, bij een positief<br />

te beoor<strong>de</strong>len stell<strong>in</strong>g, dan ziet <strong>de</strong> nieuwe waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g voor alle vragen behalve<br />

vraag 2, 5 en 7 er als volgt uit:<br />

waar 5 4 3 2 1 0 Niet waar<br />

Voor vraag 2, 5 en 7 geldt:<br />

waar 0 1 2 3 4 5 Niet waar<br />

De score op <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen wordt bijgesteld, <strong>de</strong> tell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> score gaat <strong>in</strong> een<br />

schaal van 5 t/m 0. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score is het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van elke leerl<strong>in</strong>g<br />

samen met het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van docent. De positieve uitstral<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent wordt<br />

<strong>in</strong> kleuren omgezet <strong>in</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> kleurbalk met score.<br />

tot 5 tot 4 tot 3 tot 2 tot 1<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBOdocent 1<br />

6<br />

leerl<strong>in</strong>gen 7<br />

4<br />

docent 7<br />

totaal 24<br />

Gemid<strong>de</strong>ld per<br />

9 stell<strong>in</strong>gen 6<br />

V1 ll1 ll2 ll3<br />

4 1 2 0<br />

4 2 5 0<br />

4 4 4 5<br />

3 4 0 0<br />

1 3 3 2<br />

4 5 5 2<br />

2 2 1 0<br />

5 4 5 5<br />

5 5 3 5<br />

3,2 3,4 3,9 2,8 3,3<br />

3,4 3,9 2,8 3,4<br />

Als ik bovenstaan<strong>de</strong> score herwaar<strong>de</strong>er met <strong>de</strong> nieuwe tell<strong>in</strong>g komt het er als volgt<br />

uit te zien, l<strong>in</strong>ks staat <strong>de</strong> tabel met <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tell<strong>in</strong>g en rechts <strong>de</strong> nieuwe tell<strong>in</strong>g. In <strong>de</strong><br />

nieuwe tabel is <strong>de</strong> VMBO docent „V1‟ genoemd.<br />

De omzett<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> tell<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re VMBO docenten zijn opgenomen <strong>in</strong><br />

bijlage 5.<br />

De nieuwe tell<strong>in</strong>g is nauwkeuriger. Het doet recht aan het formulier dat kan wor<strong>de</strong>n<br />

<strong>in</strong>gevuld. De verschillen tussen <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en <strong>de</strong> nieuwe tell<strong>in</strong>g wordt dui<strong>de</strong>lijk <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

vergelijk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> l<strong>in</strong>ker tabel, <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> tell<strong>in</strong>g van een punt per stell<strong>in</strong>g, en <strong>de</strong><br />

52


nieuwe tell<strong>in</strong>g van nul tot vijf punten. Bijkomend voor<strong>de</strong>el is dat <strong>in</strong> <strong>de</strong> nieuwe tell<strong>in</strong>g<br />

<strong>de</strong> maximale score vijf punten is. Dat geeft door te verdubbelen een waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van<br />

nul tot en met tien, een waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g die elke docent kent. 5,8 kl<strong>in</strong>kt wellicht m<strong>in</strong><strong>de</strong>r<br />

dramatisch dan 2,9.<br />

5.1.3 Observatie van <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent<br />

5.1.3.1 Lay-out<br />

De score lijsten “<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g” heb ik getest. Om het observeren makkelijk te<br />

maken, heb ik van <strong>de</strong> drie verschillen<strong>de</strong> categorieën drie aparte scorelijsten<br />

gemaakt: <strong>in</strong>dividueel; on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g; en groepsgewijze aandacht. Spreekt <strong>de</strong> docent een<br />

leerl<strong>in</strong>g aan dan is dat <strong>de</strong> <strong>in</strong>dividuele lijst, spreekt <strong>de</strong> docent <strong>de</strong> hele groep aan dan<br />

is <strong>de</strong> groepslijst van toepass<strong>in</strong>g, en bij het aanspreken van leerl<strong>in</strong>gen die iets met<br />

elkaar aan het doen zijn of als <strong>de</strong> docent twéé leerl<strong>in</strong>gen aanspreekt, kan <strong>de</strong> lijst<br />

„on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge <strong>in</strong>teractie‟ van toepass<strong>in</strong>g zijn. Om <strong>de</strong> lijsten nog makkelijker <strong>in</strong> te<br />

kunnen vullen moet <strong>de</strong> bladspiegel, <strong>de</strong> lay-out, van <strong>de</strong> lijsten exact hetzelf<strong>de</strong> zijn.<br />

Hierdoor komen <strong>de</strong> <strong>in</strong> te vullen blokken op gelijke hoogte.<br />

5.1.3.2 In een half uur<br />

Alle han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die gescoord wer<strong>de</strong>n, waren bijna allemaal <strong>in</strong> het eerste half uur te<br />

zien. Voor <strong>de</strong> proef heb ik het twee<strong>de</strong> half uur met een ro<strong>de</strong> pen <strong>de</strong> score geturfd<br />

om te zien of het veel uitmaakt. In het twee<strong>de</strong> half uur wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen uit<br />

het eerste halfuur nooit meer dan verdubbeld <strong>in</strong> hoeveelheid. Alleen bij docent twee<br />

die het eerste half uur <strong>de</strong> k<strong>in</strong><strong>de</strong>ren na een korte <strong>in</strong>structie liet lezen, was meer<br />

<strong>in</strong>teractie te zien <strong>in</strong> het twee half uur.<br />

5.1.3.3 Zicht op <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

In alle theorielessen was <strong>de</strong> lijst re<strong>de</strong>lijk goed te hanteren. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les <strong>in</strong> het<br />

leerple<strong>in</strong> kon ik <strong>de</strong> docent niet volgen vanaf één plaats. Ik ben niet achter hem<br />

aangelopen omdat dit <strong>de</strong> observatie niet vergelijkbaar maakt met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

observaties.<br />

5.1.3.4 Overbodige han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

Overbodig lijkt score nummer zeventien “op alle leerl<strong>in</strong>gen gericht” omdat score<br />

nummer één aangeeft “ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht”. Nummer zeventien wordt uit <strong>de</strong><br />

checklist gehaald.<br />

5.1.3.5 Tijd en feedback<br />

Ik heb zon<strong>de</strong>r pauze drie observatie gedaan. Dat is lastig. De tijd die het kost om<br />

me te verplaatsen gaat af van <strong>de</strong> vorige of van <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> les. Docenten hebben<br />

behoefte aan feedback. Ik heb me altijd bewon<strong>de</strong>rend kunnen uitlaten over hun<br />

lessen.<br />

5.1.3.6 Doelmatigheid observatie<br />

De observatie van <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent is alleen mogelijk als er zicht is op<br />

<strong>de</strong> docent vanuit <strong>de</strong> observatiepositie. Bij <strong>de</strong> observatie <strong>in</strong> het leerple<strong>in</strong> bleek <strong>de</strong><br />

docent ook te werken <strong>in</strong> het aangrenzen<strong>de</strong> lokaal. De afstan<strong>de</strong>n tussen mij en <strong>de</strong><br />

53


docent waren zo groot dat ik <strong>de</strong> strekk<strong>in</strong>g van zijn aanwijz<strong>in</strong>gen of vragen niet kon<br />

beoor<strong>de</strong>len. In <strong>de</strong> kle<strong>in</strong>ere lokalen kon ik <strong>de</strong> <strong>in</strong>houd van <strong>de</strong> vragen niet altijd volgen<br />

door on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g overleg van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. De visuele <strong>in</strong>terpretatie van het gedrag<br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g na het bezoek van <strong>de</strong> docent blijft dan <strong>de</strong> enige mogelijkheid. Een<br />

voorbeeld van mijn <strong>in</strong>terpretatie: twee leerl<strong>in</strong>gen slaan elkaar met leermid<strong>de</strong>len om<br />

<strong>de</strong> oren, <strong>de</strong> docent zegt iets tegen een van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> docent opent het<br />

boek dat dicht voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g ligt en wijst iets aan maar reageert niet als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

alsnog een klap krijgt. Het slaan wordt opgegeven omdat <strong>de</strong> ene leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

niet makkelijk meer kan slaan zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> docent te raken. Zodra <strong>de</strong> docent weg is,<br />

gaan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen weer door met slaan. Mijn conclusie is dat <strong>de</strong> docent scoort op<br />

nummer zeven “geeft aandacht gevraagd en ongevraagd” en niet op nummer 21<br />

“concentratie/focus” en niet op <strong>de</strong> lijst “on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gerichte” han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen nummers 11<br />

t/m 16.<br />

Door het <strong>in</strong>terpreteren van <strong>de</strong> lijst kunnen onregelmatighe<strong>de</strong>n ontstaan. Daarom is<br />

het verstandig om alle observaties door een en <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> persoon te laten uitvoeren.<br />

Mogelijk kan ik dat nog testen. In <strong>de</strong> test kon<strong>de</strong>n niet veel han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n<br />

geturfd.<br />

Om <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen om te zetten <strong>in</strong> <strong>de</strong> zon zijn per cirkel steeds twee han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

<strong>in</strong>getekend.<br />

5.1.4 Scoren en scoreverslagen voor <strong>de</strong> VMBO docenten<br />

De tellijst van <strong>de</strong> observaties is opgenomen als bijlage 6.<br />

De scoreverslagen van <strong>de</strong> observaties voor elke VMBO docent afzon<strong>de</strong>rlijk zijn<br />

opgenomen als bijlage 7 met <strong>de</strong> tabellen en grafische verwerk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen.<br />

5.1.5 Conclusie eerste test<br />

Er is een aantal veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen dat na <strong>de</strong>ze test wordt doorgevoerd .<br />

1. Bij elke <strong>in</strong> te vullen set stell<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen aangepast op “hij” of “zij”<br />

als <strong>de</strong> docent een vrouw of man is om verwarr<strong>in</strong>g te vermij<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen die <strong>de</strong> lijsten <strong>in</strong>vult.<br />

2. De score op <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen wordt bijgesteld, <strong>de</strong> tell<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> score gaat <strong>in</strong> een<br />

schaal van 0 t/m 5. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score is het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van elke leerl<strong>in</strong>g<br />

samen met het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van docent. De positieve uitstral<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent<br />

wordt <strong>in</strong> kleuren omgezet <strong>in</strong> on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> kleurbalk met score<br />

tot 5 tot 4 tot 3 tot 2 tot 1<br />

3. De layout van <strong>de</strong> observatielijst krijgen steeds <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> bladspiegel<br />

4. Elke observatie gaat <strong>in</strong> eerste <strong>in</strong>stantie een half uur duren<br />

5. Ik ga van zesentw<strong>in</strong>tig naar vijfentw<strong>in</strong>tig stell<strong>in</strong>gen omdat nummer zeventien<br />

opgeheven wordt<br />

6. De observatielijst van <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen scoor<strong>de</strong> bij <strong>de</strong> test laag.<br />

De houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g getest <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen lijkt <strong>de</strong> belangrijkste score <strong>in</strong> het on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Misschien moeten <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> observatie losgekoppeld wor<strong>de</strong>n. Pas als<br />

<strong>de</strong> houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent positief is voor het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g dan<br />

voorstellen om een observatie te doen van zijn les en <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen<br />

vastleggen die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen be<strong>in</strong>vloed.<br />

5.1.5.1 Belangrijkste conclusie<br />

In <strong>de</strong> <strong>de</strong>f<strong>in</strong>itieve test wil ik eerst <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen laten <strong>in</strong>vullen door <strong>de</strong> docenten en<br />

door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. Wel per les. Als <strong>de</strong> lessen aan <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> klas gegeven wor<strong>de</strong>n,<br />

54


wor<strong>de</strong>n eerst <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen nummer 7-14 en 21 gebruikt en daarna <strong>de</strong> nummers 6-<br />

12-18 en daarna 5-15-20 en 8-16-24 gebruikt.<br />

5.1.5.2 Feedback van <strong>de</strong> VMBO docenten<br />

De docenten v<strong>in</strong><strong>de</strong>n <strong>de</strong> kleuraanduid<strong>in</strong>g als score-uitslag van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen niet<br />

dui<strong>de</strong>lijk. De score wordt <strong>in</strong> het vervolg door <strong>de</strong> grootte van <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>ncirkel en door<br />

kleur bepaald.<br />

Voor <strong>de</strong> docenten een, twee en vier wordt <strong>de</strong> weergave dan als volgt:<br />

Eén docent heeft om een mon<strong>de</strong>l<strong>in</strong>ge toelicht<strong>in</strong>g gevraagd. De an<strong>de</strong>re docenten<br />

herkenen zich <strong>in</strong> <strong>de</strong> observatie, <strong>de</strong> voorstellen en <strong>de</strong> score <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

geschrevenverslagen. Ik heb geen zicht op het effect van <strong>de</strong> test op het <strong>lespraktijk</strong><br />

van <strong>de</strong> proefdocenten. Eén docent heeft aangegven dat dit on<strong>de</strong>rwerp zijn aandacht<br />

al had en dat hij zich extra gesterkt voelt door <strong>de</strong> feedback.<br />

5.2 Twee<strong>de</strong> proef; <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie <strong>in</strong> het MBO2 team<br />

De twee<strong>de</strong> proef bestaat uit een <strong>in</strong>terventie <strong>in</strong> het MBO2 team waar ik zelf <strong>de</strong>el van<br />

uitmaak.<br />

5.2.1 <strong>in</strong>troductie van het ontwerpon<strong>de</strong>rzoek bij mijn team<br />

De <strong>in</strong>troductie van mijn on<strong>de</strong>rzoek aan het team docenten dat les geeft aan <strong>de</strong><br />

aanloopklassen MBO2 van het Ma, heeft <strong>in</strong> een pauze plaatsgevon<strong>de</strong>n. Ik heb vijf<br />

m<strong>in</strong>uten <strong>de</strong> tijd gekregen om <strong>de</strong> pirami<strong>de</strong> van Maslov te tonen. Daarna heb ik<br />

55


gevraagd of mijn collega‟s willen meewerken aan een test. Dat wil<strong>de</strong>n ze niet. Ze<br />

von<strong>de</strong>n het te bedreigend als ik <strong>in</strong> hun klas zou komen observeren. Daarop heb ik<br />

besloten eerst een proefobservatie <strong>in</strong> het VMBO te doen. De proef is hierboven <strong>in</strong><br />

paragraaf 8.1 beschreven. Proef één is niet <strong>in</strong>geleid door mij. De docenten zijn<br />

aangezocht door <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur die vijf docenten heeft gevraagd hun<br />

me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g te verlenen aan mijn on<strong>de</strong>rzoek. Geen enkele docent uit het VMBO<br />

heeft geweigerd. De proef is goed verlopen.<br />

5.2.2 De <strong>in</strong>terventie van het ontwerpon<strong>de</strong>rzoek<br />

De <strong>in</strong>terventie v<strong>in</strong>dt plaats op d<strong>in</strong>sdag 25 en woensdag 26 mei 2010. Het is <strong>de</strong><br />

laatste mogelijkheid. De klassen A1A en A1B gaan op stage vanaf 31 mei. Vóór die<br />

tijd wil ik <strong>de</strong> testen van <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rgroep afnemen. Na <strong>de</strong> proef <strong>in</strong> het VMBO en <strong>de</strong><br />

eerste besprek<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het team van <strong>de</strong> aanloopklas is <strong>de</strong> aanvraag voor <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>terventie blijven liggen bij <strong>de</strong> teamleid<strong>in</strong>g. De teamlei<strong>de</strong>r wil <strong>de</strong> collega‟s<br />

persoonlijk om me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g vragen. Dat is hem niet gelukt. Er is een mailtje<br />

rondgestuurd aan <strong>de</strong> collega‟s waar<strong>in</strong> met klem wordt gevraagd mee te werken aan<br />

het on<strong>de</strong>rzoek dat voor mij en voor <strong>de</strong> school van belang is.<br />

Het <strong>in</strong>terventierooster is opgenomen als bijlage 8<br />

5.2.3 Vragen en problemen bij <strong>de</strong> uitvoer<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie<br />

Er zijn negen docenten die lesgeven aan <strong>de</strong> aanloopklas. Eén docent weigert <strong>de</strong><br />

stell<strong>in</strong>gen te waar<strong>de</strong>ren. De klas waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen alsof ze les hebben van<br />

<strong>de</strong>ze docent nummer één. Dat wordt ook gedaan voor docenten zeven en acht die<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie geen les meer geven aan <strong>de</strong> aanloopklassen omdat ze<br />

examens moeten afnemen. Docent negen geeft gym en kan ik alleen bereiken via<br />

<strong>de</strong> mail. De negen docenten geven les aan drie klassen die bij <strong>de</strong> praktijklessen<br />

gesplitst zijn <strong>in</strong> een a- en een b-groep. Alle groepen zijn aan <strong>de</strong> beurt gekomen<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie.<br />

Docent twee vraagt hoe hij <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g moet waar<strong>de</strong>ren. Eigenlijk wil hij graag horen<br />

hoe hij zo hoog mogelijk kan scoren. Bij docent drie is er een leerl<strong>in</strong>g die stell<strong>in</strong>g<br />

drie ondui<strong>de</strong>lijk v<strong>in</strong>dt. De stell<strong>in</strong>g luidt: “<strong>de</strong> docent houdt reken<strong>in</strong>g met zijn<br />

vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen”. De leerl<strong>in</strong>g v<strong>in</strong>dt dat hij niet kan <strong>in</strong>schatten<br />

of <strong>de</strong> docent vooroor<strong>de</strong>len heeft over leerl<strong>in</strong>gen. Houdt <strong>de</strong> docent dan reken<strong>in</strong>g met<br />

zijn vooroor<strong>de</strong>len of heeft <strong>de</strong> docent geen vooroor<strong>de</strong>len? Ze besluit <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g niet<br />

te waar<strong>de</strong>ren. Ik reken <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g voor 0 punten mee. Bij docent vier waar<strong>de</strong>ert één<br />

leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen voor alle docenten (gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van twee punten) en<br />

met een an<strong>de</strong>re pen waar<strong>de</strong>ert hij docent vier (gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van drie punten).<br />

Leerl<strong>in</strong>gen willen docent vijf een goe<strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g geven, blijkt uit hun<br />

samenspraak. De score van docent vijf laat dat niet zien; het is <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen niet<br />

lukt om <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen voorspelbaar positief te waar<strong>de</strong>ren.<br />

Op 26 mei wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> meeste stell<strong>in</strong>gen gewaar<strong>de</strong>erd „alsof‟ <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen les<br />

hebben van <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> docent. Dit komt omdat <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> docenten<br />

examens afnemen. De docenten vullen hun stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> „alsof‟ ze lesgeven aan <strong>de</strong><br />

betreffen<strong>de</strong> groep. Uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijke hebben twee docenten <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen niet<br />

gewaar<strong>de</strong>erd. Aangezien ikzelf ook een van <strong>de</strong> docenten uit het on<strong>de</strong>rzoek ben en<br />

mijn score niet wil meetellen, heb ik besloten <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score te nemen van <strong>de</strong><br />

score van <strong>de</strong> drie leerl<strong>in</strong>gen. Daarmee zijn <strong>de</strong> gegevens vergelijkbaar gewor<strong>de</strong>n.<br />

5.2.4 Score <strong>in</strong>terventie op <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen<br />

De tabellen waar <strong>de</strong> scores <strong>in</strong> verwerkt zijn, zijn opgenomen als bijlage 9<br />

56


docent<br />

5.2.5 Verslag aan <strong>de</strong> docenten<br />

Alle docenten zal ik beschrijven <strong>in</strong> <strong>de</strong> mannelijke <strong>de</strong>r<strong>de</strong> persoon enkelvoud. Dit om<br />

anonimiteit van <strong>de</strong> <strong>de</strong>elnemer te garan<strong>de</strong>ren. Als <strong>de</strong> docent zijn score wil <strong>de</strong>len met<br />

an<strong>de</strong>ren is hij vrij om dit zelf te doen.<br />

Docent vijf is erg nieuwsgierig naar zijn score en ik besluit om allereerst <strong>de</strong>ze<br />

docent feedback te geven. De algemene feedback die ik hem als verslag toezend,<br />

met <strong>de</strong> zon en <strong>de</strong> scoretabel, blijkt niet voldoen<strong>de</strong>. De docent wil graag naast <strong>de</strong><br />

feedback op <strong>de</strong> score van een stell<strong>in</strong>g, <strong>de</strong> achterliggen<strong>de</strong> theorie ontvangen. Zo<br />

staat het nu beschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> bijlage 10A t/m G. Hij vond <strong>de</strong> formuler<strong>in</strong>g van het<br />

verslag wel direct en niet te scherp omdat hij zich <strong>in</strong> <strong>de</strong> feedback herkent. De<br />

docent suggereert een scheid<strong>in</strong>g te maken tussen <strong>de</strong> algemene <strong>in</strong>formatie over <strong>de</strong><br />

stell<strong>in</strong>g, <strong>de</strong> theorie achter die stell<strong>in</strong>g, en <strong>de</strong> betekenis van <strong>de</strong> score voor <strong>de</strong> docent.<br />

Bij <strong>de</strong> verslagen heb ik daarna <strong>de</strong> docenten <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen zon<strong>de</strong>r score apart van<br />

het verslag toegezon<strong>de</strong>n.<br />

Voor <strong>de</strong> e<strong>in</strong>dscore van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen is alleen <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

geteld. Dat geeft een zuiver beeld of <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent overkomen.<br />

Omdat <strong>de</strong> score alleen over <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen gaat is er geen resultaat <strong>in</strong> <strong>de</strong> vorm van<br />

een zon. Alleen <strong>de</strong> grootte en <strong>de</strong> kleur van <strong>de</strong> cirkel <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> zon wordt<br />

gegeven.<br />

5.2.6 Score van <strong>de</strong> negen docenten<br />

stell<strong>in</strong>g<br />

score<br />

hoog<br />

stell<strong>in</strong>g stell<strong>in</strong>g<br />

1 2,6 3 8-9<br />

2 3,4 2-6-8 1<br />

3 2,2 1-2 3-7<br />

4 3,0 3-4-6 2-7<br />

5 3,4 4-6 1-5<br />

6 3,1 3-9 1<br />

7 2,8 3-6 5-7<br />

8 3,0 6-7 1-5<br />

9 2,7 3-9 1-4-7<br />

laag<br />

De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van <strong>de</strong> docenten liggen vlak bij<br />

elkaar. Geen enkele docent heeft een hoog<br />

gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>. Op een schaal van 1 tot 5 heeft dit<br />

docententeam van een 2,2 tot een 3,4 gescoord.<br />

De docenten verschillen on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g op <strong>de</strong> diverse<br />

stell<strong>in</strong>gen zoals <strong>de</strong> tabel hiernaast laat zien. Docent<br />

drie heeft het laagste gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>. Op stell<strong>in</strong>g zeven<br />

scoort docent vier nul punten. De hoge scores zijn<br />

tussen <strong>de</strong> 10 en <strong>de</strong> 14 punten. De laagste score<br />

tussen <strong>de</strong> 0 en 8 punten. Ver<strong>de</strong>r is er <strong>in</strong> dit team voor<br />

elke stell<strong>in</strong>g wel een docent te v<strong>in</strong><strong>de</strong>n die, op basis<br />

van <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, sterke punten heeft en<br />

dat zou kunnen <strong>in</strong>zetten voor elkaar. Een gesprek<br />

hierover gebruik makend van <strong>de</strong>ze persoonlijke kennis<br />

zal mogelijk van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die les hebben van <strong>de</strong>ze docenten.<br />

Belangrijk voor dit team is het bespreken van stell<strong>in</strong>g<br />

vijf: „Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren‟. Geen van <strong>de</strong> docent<br />

scoort hierop hoog.<br />

57


stell<strong>in</strong>g<br />

5.2.6.1 Gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score per stell<strong>in</strong>g<br />

1 2,2<br />

2 2,9<br />

3 3,6<br />

4 2,5<br />

5 2,1<br />

6 3,8<br />

7 1,8<br />

8 3,5<br />

9 3,9<br />

gem 2,9<br />

score<br />

Hiernaast staat <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van <strong>de</strong> docenten per stell<strong>in</strong>g. Zes<br />

van <strong>de</strong> negen docenten scoren laag, of <strong>in</strong> vergelijk met hun an<strong>de</strong>re<br />

scores relatief laag, op stell<strong>in</strong>g vijf: „ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren‟. Eén docent scoort gemid<strong>de</strong>ld lager dan <strong>de</strong><br />

gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren docenten die <strong>de</strong><br />

stell<strong>in</strong>gen hebben gewaar<strong>de</strong>erd, scoren allemaal hoger dan het<br />

gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. Het team scoort gemid<strong>de</strong>ld ruim<br />

voldoen<strong>de</strong> op stell<strong>in</strong>g drie: „ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over<br />

bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen‟, stell<strong>in</strong>g zes: „ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets<br />

positiefs‟ en stell<strong>in</strong>g acht: „ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid‟ en<br />

hoogste gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score is op stell<strong>in</strong>g negen: „ik voel me een<br />

on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school‟. Stell<strong>in</strong>g zeven: „ik hou het meest<br />

van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen‟ is<br />

voorgedragen voor verbeter<strong>in</strong>g. De wens dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zich correct<br />

gedraagt zegt niets over een vooroor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> docent. Misschien is<br />

<strong>de</strong> score daarom laag op <strong>de</strong>ze stell<strong>in</strong>g.<br />

Gemid<strong>de</strong>ld scoort het team 2,9 van <strong>de</strong> 5 punten. Dat is op een schaal van 10 een<br />

5,8.<br />

5.3 Nul en e<strong>in</strong>dmet<strong>in</strong>g <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

Het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is door het on<strong>de</strong>rzoeksbureau Gel<strong>de</strong>rgroep<br />

Amsterdam vastgesteld met <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rgroep Schoolbelev<strong>in</strong>gs Vragenlijst (GSV) die<br />

als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van meer<strong>de</strong>re testen is afgenomen <strong>in</strong> september 2009. Alleen <strong>de</strong><br />

GSV-test is herhaald aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> van het schooljaar. Ik vergelijk <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die<br />

<strong>de</strong> test <strong>in</strong> juni 2010 hebben gemaakt met <strong>de</strong> uitslagen die ze <strong>in</strong> september 2009<br />

hebben behaald. Een overzicht van <strong>de</strong> resultaten van 2009 en van 2010 zijn als<br />

bijlage 6A en 6B toegevoegd. De splits<strong>in</strong>g <strong>in</strong> groep A en B is gemaakt om te kijken<br />

of leerl<strong>in</strong>gen die uitstromen voor een MBO 3-4, <strong>de</strong> A-groep, an<strong>de</strong>rs scoren dan <strong>de</strong><br />

groep die uitstroomt voor een MBO 2-3 opleid<strong>in</strong>g, <strong>de</strong> B-groep. In <strong>de</strong>ze bijlage<br />

wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gemeten waar<strong>de</strong>n toegelicht.<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf behan<strong>de</strong>l ik achtereenvolgend <strong>de</strong> meest <strong>in</strong> het oog spr<strong>in</strong>gen<strong>de</strong><br />

resultaten van <strong>de</strong> Gel<strong>de</strong>rgroeptest, <strong>de</strong> met<strong>in</strong>g van het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> en <strong>de</strong><br />

significantie van <strong>de</strong> met<strong>in</strong>g van het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

5.3.1 De resultaten<br />

Veel leerl<strong>in</strong>gen zijn vooruitgegaan <strong>in</strong> hun sociale vaardighe<strong>de</strong>n. Dat geldt niet voor<br />

vier leerl<strong>in</strong>gen, <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>gen hebben geen vooruitgang geboekt <strong>in</strong> hun sociale<br />

vaardighe<strong>de</strong>n dit schooljaar, volgens <strong>de</strong> test. Hun score is slechter gewor<strong>de</strong>n dan<br />

bij <strong>de</strong> start van het schooljaar. Het gaat hier om leerl<strong>in</strong>g nummer een, vier, <strong>de</strong>rtien<br />

en veertien van groep B <strong>in</strong> bijlage 6A. Daarvan heeft alleen leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong>rtien een<br />

hoge sociale wenselijkheid en is <strong>de</strong> sociale wenselijkheid bij leerl<strong>in</strong>g veertien veel<br />

beter gewor<strong>de</strong>n. Blijkbaar heeft, wat <strong>de</strong> sociale vaardighe<strong>de</strong>n betreft, ons on<strong>de</strong>rwijs<br />

niets positiefs voor <strong>de</strong>ze leerl<strong>in</strong>gen gebracht.<br />

Alle an<strong>de</strong>re leerl<strong>in</strong>gen hebben vor<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen gemaakt. Zoals leerl<strong>in</strong>g elf uit <strong>de</strong> Bgroep.<br />

Deze leerl<strong>in</strong>g is over <strong>de</strong> hele l<strong>in</strong>ie verbeterd met twaalf punten meer op <strong>de</strong><br />

acht scoremogelijkhe<strong>de</strong>n. Leerl<strong>in</strong>g zes van groep B heeft een score van <strong>de</strong>rtien uit<br />

<strong>de</strong> acht scorecategorieën. Groep A heeft m<strong>in</strong><strong>de</strong>r extreme en m<strong>in</strong><strong>de</strong>r negatieve<br />

scoren. Op het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> zijn <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> A-groep gelijk<br />

58


gebleven of vooruit gegaan. De score van het sociale <strong>zelfvertrouwen</strong> wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r<br />

<strong>in</strong> paragraaf 8.3.1.2 behan<strong>de</strong>ld.<br />

5.3.1.1 Sociaal wenselijke score.<br />

Veertien van <strong>de</strong> vijfen<strong>de</strong>rtig leerl<strong>in</strong>gen hebben <strong>in</strong> 2010 een meer sociaal wenselijk<br />

antwoord gegeven dan bij <strong>de</strong> start van het schooljaar. Voor tien leerl<strong>in</strong>gen is <strong>de</strong><br />

sociale wenselijkheid verbeterd met een punt. Twee leerl<strong>in</strong>gen met twee punten en<br />

drie met drie punten of meer. Zes leerl<strong>in</strong>gen zijn gelijk gebleven met hun score.<br />

Door <strong>de</strong>ze scoren op sociaal wenselijke antwoor<strong>de</strong>n, zijn <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> scores<br />

nauwelijks beïnvloed. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van <strong>de</strong> score op het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> is<br />

daarmee re<strong>de</strong>lijk betrouwbaar.<br />

5.3.1.2 Sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> score<br />

Het sociale <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> vijfen<strong>de</strong>rtig leerl<strong>in</strong>gen van het Ma was <strong>in</strong> 2009<br />

gemid<strong>de</strong>ld 5,2 en <strong>in</strong> 2010 6,0 De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van <strong>de</strong>ze Gel<strong>de</strong>rgroeptest is 5<br />

punten. Het verschil van <strong>de</strong>ze score bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die doorstromen naar een<br />

MBO3- 4 opleid<strong>in</strong>g, <strong>de</strong> A-groep, is groter namelijk 4,9 <strong>in</strong> 2009 en 6,1 <strong>in</strong> 2010. De Bgroep<br />

vervolgt <strong>de</strong> opleid<strong>in</strong>g op MBO2 nivo met <strong>de</strong> mogelijkheid na om later MBO3<br />

te doen.<br />

Hieron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> tabel van <strong>de</strong> scores van groep A en B, voor 2009 en 2010.<br />

N3-4<br />

Groep A<br />

N2-3<br />

Groep<br />

2009 2010 2009 2010<br />

2 3 8 8<br />

5 8 7 8<br />

7 8 3 1<br />

7 7 4 3<br />

4 5 7 7<br />

6 8 6 7<br />

7 7 3 5<br />

7 8 5 6<br />

3 5 6 8<br />

6 7 5 6<br />

3 4 7 8<br />

4 4 7 8<br />

3 5 3 5<br />

3 4 3 1<br />

3 6 7 6<br />

5 5 6 8<br />

7 7 7 7<br />

7 8 Gem. Gem.<br />

Gem. Gem. 5,5 6,0<br />

4,9 6,1<br />

B<br />

5.3.2 Significantie van <strong>de</strong> test resultaten <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

59


Paired Samples Test<br />

t df Sig. (2-tailed)<br />

szv2009 - szv2010 -3,737 35 ,001<br />

Ik heb <strong>de</strong> data geanalyseerd <strong>in</strong> SPSS 17, met een two-tailed, paired-samples Ttest.<br />

De uitkomst is significant: <strong>de</strong> kans dat het verschil <strong>in</strong> <strong>de</strong> met<strong>in</strong>g van het sociaal<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> bij toeval wordt gevon<strong>de</strong>n is kle<strong>in</strong>er dan 0.001. Hierdoor kan ik<br />

zeggen dat er een verschil is tussen <strong>de</strong> score op het sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> september 2009 5,2 en <strong>in</strong> juni 2010 6,0, een verschil van 0,8<br />

6 Evaluatiefase<br />

6.1 Conclusie <strong>in</strong>terventie<br />

Het doel van mijn <strong>in</strong>terventie was om <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent en zijn<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, die <strong>in</strong>vloed hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, te vertalen<br />

<strong>in</strong> meetbare <strong>in</strong>dicatoren.<br />

Daarbij stel<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />

1. Zijn <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die van <strong>in</strong>vloed zijn op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, vast te leggen met een meet<strong>in</strong>strument?<br />

2. Zijn <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die een positieve <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen te turven met een observatiemo<strong>de</strong>l?<br />

Bei<strong>de</strong> vragen kan ik met <strong>de</strong> resultaten positief beantwoor<strong>de</strong>n.<br />

6.1.1 W<strong>in</strong>st<br />

De subvragen die ik stel<strong>de</strong> zijn uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> grootste w<strong>in</strong>st van dit on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Deze vragen waren:<br />

A. Zijn <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten objectief genoeg om tot een vergelijk<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong> uitslagen te komen?<br />

B. Helpen <strong>de</strong> uitslagen om <strong>de</strong> docent meer <strong>in</strong>zicht te geven <strong>in</strong> zijn dimensies van<br />

zijn <strong>de</strong>nken en <strong>in</strong> zijn han<strong>de</strong>len die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g?<br />

Het gesprek dat op gang kwam bij het bespreken van <strong>de</strong> resultaten heeft veel<br />

opgeleverd. De docenten die vragen had<strong>de</strong>n en die het opprijs stel<strong>de</strong>n om nog<br />

uitleg te krijgen bij het verslag zei<strong>de</strong>n dat ze meer <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> hun beroepshoud<strong>in</strong>g als<br />

docent had<strong>de</strong>n gekregen en begrepen beter hoe groot hun <strong>in</strong>vloed op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen is.<br />

6.1.2 De meet<strong>in</strong>strumenten<br />

Twee van <strong>de</strong> vier vragen voor mijn ontwerpon<strong>de</strong>rzoek waren:<br />

1. Zijn <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen die van <strong>in</strong>vloed zijn op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, vast te leggen met een meet<strong>in</strong>strument?<br />

2. Zijn <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die een positieve <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen te turven met een observatiemo<strong>de</strong>l?<br />

Vraag 1 en 2 zijn positief te beantwoor<strong>de</strong>n. Het is me gelukt om meet<strong>in</strong>strumenten<br />

te maken en te testen. De <strong>in</strong>strumenten zijn bruikbaar gebleken. De stell<strong>in</strong>gen zijn<br />

mogelijk niet uitputtend, maar geven voldoen<strong>de</strong> <strong>in</strong>zicht om docenten te laten <strong>in</strong>zien<br />

60


hoeveel <strong>in</strong>vloed zij hebben op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en dat die <strong>in</strong>vloed positief moet zijn om <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g een leerresultaat te laten bereiken.<br />

het testen van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten <strong>in</strong> gelukt. Dankzij <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur, die actief<br />

een vijftal VMBO-docenten heeft gezocht die op korte termijn wil<strong>de</strong> meewerken<br />

aan mijn on<strong>de</strong>rzoek. De stell<strong>in</strong>gen heb ik bijgesteld na <strong>de</strong> proef en gebruikt voor<br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie.<br />

het waar<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen is, door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen, als z<strong>in</strong>vol ervaren. Ze<br />

waren enthousiast en wil<strong>de</strong>n eigenlijk allemaal wel <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen waar<strong>de</strong>ren<br />

<strong>de</strong> score op <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen zijn makkelijk te verkrijgen en <strong>in</strong> te vullen<br />

<strong>de</strong> score zijn overzichtelijk weergegeven en kunnen <strong>in</strong> één opslag vergeleken<br />

wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> gekleur<strong>de</strong> cirkel<br />

<strong>de</strong> acties, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent zijn weergegeven <strong>in</strong> <strong>de</strong> stralen van <strong>de</strong><br />

zon. Dat werd niet meteen begrepen.<br />

6.1.3 Wat beter kan<br />

Het is me niet gelukt <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

te bespreken <strong>in</strong> het docententeam van mijn af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g. Niet voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie en niet<br />

achteraf. Dit heeft een aantal oorzaken.<br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie heeft te laat <strong>in</strong> het schooljaar plaatsgevon<strong>de</strong>n<br />

<strong>de</strong> teamlei<strong>de</strong>r heeft het on<strong>de</strong>rzoek wel met woor<strong>de</strong>n gesteund naar mij toe maar<br />

zijn enthousiasme voor het on<strong>de</strong>rwerp niet vertaald en geen verga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g<br />

gepland waar<strong>in</strong> ik mijn on<strong>de</strong>rzoek kon toelichten. De teamlei<strong>de</strong>r heeft uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk<br />

met klem gevraagd om <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docenten aan het on<strong>de</strong>rzoek<br />

naar <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent door mid<strong>de</strong>l van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen<br />

mijn positie <strong>in</strong> het team is niet onbetwist; ik heb s<strong>in</strong>ds maart 2010 een verbod<br />

om te spreken met een directe collega. Door <strong>de</strong>ze slechte positie lijkt mijn<br />

aanwezigheid <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas voor een observatie te bedreigend voor <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

collega‟s. Een collega heeft zijn me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g wel toegezegd.<br />

ik ben niet <strong>in</strong> staat geweest alle collega‟s te spreken <strong>in</strong> kle<strong>in</strong>e gesprekjes, met<br />

een of twee collega‟s, om mijn on<strong>de</strong>rzoek toe te lichten en daarmee ruimte te<br />

creëren voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie. Bij twee collega‟s is dat wel het geval geweest; zij<br />

hebben enthousiast meegewerkt<br />

onze school staat on<strong>de</strong>r druk. Ik ben <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n mei en juni betrokken<br />

geweest <strong>in</strong> een klankbordgroep om een situatieschets te formuleren van <strong>de</strong><br />

organisatiefouten en mee te <strong>de</strong>nken over een boekje over spelregels en<br />

speelruimten. In <strong>de</strong> situatieschets komen <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> problemen naar voren: te<br />

we<strong>in</strong>ig stur<strong>in</strong>g van docenten aan stu<strong>de</strong>nten en van het management aan<br />

docenten; door alle geled<strong>in</strong>gen heen niet <strong>in</strong> staat zijn van elkaar te leren; zelf <strong>de</strong><br />

regels willen bepalen. Deze problemen lijken <strong>de</strong> belangrijkste oorzaken van <strong>de</strong><br />

slechte staat waar<strong>in</strong> onze school, het Ma, op dit moment, juli 2010 verkeert. Het<br />

vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> leid<strong>in</strong>g en <strong>in</strong> elkaar moet spoedig hersteld wor<strong>de</strong>n. Dat geldt<br />

ook voor mijn af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g.<br />

6.1.4 Wat wel is gelukt <strong>in</strong> <strong>de</strong> communicatie over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent<br />

twee van <strong>de</strong> docenten <strong>in</strong> mijn team die <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen hebben gewaar<strong>de</strong>erd,<br />

waren enthousiast en willen meer van het on<strong>de</strong>rwerp weten. Deze docenten<br />

hebben om toelicht<strong>in</strong>gen gevraagd en ik heb met hen <strong>de</strong> uitslagen besproken<br />

één docent van buiten <strong>de</strong> aanloopklas heeft gevraagd of ik haar lessen wil<br />

observeren en haar wil on<strong>de</strong>rvragen over het on<strong>de</strong>rwerp<br />

het on<strong>de</strong>rwerp „van elkaar leren‟ is opgenomen <strong>in</strong> het teamplan van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g,<br />

dit biedt wellicht kansen voor mijn on<strong>de</strong>rzoek<br />

61


6.2 E<strong>in</strong>dconclusie<br />

Het <strong>in</strong>strument mag niet wor<strong>de</strong>n beschouwd als uitputtend. Maar het verschaft <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

discussie en besprek<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> score <strong>in</strong>zicht hoe belangrijk <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong><br />

docent zijn voor het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Drie docenten hebben mij vertelt<br />

dat het on<strong>de</strong>rzoek hen meer vertouwen <strong>in</strong> zichzelf heeft gegeven.<br />

Rechtvaardig<strong>in</strong>g van dit on<strong>de</strong>rzoek kan gevon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> <strong>de</strong> uitslagen van <strong>de</strong><br />

Gel<strong>de</strong>rtest. De leerl<strong>in</strong>gen scoren op hun sociale <strong>zelfvertrouwen</strong> bij <strong>de</strong> start van het<br />

jaar laag en kunnen wel een steuntje van <strong>de</strong> docenten gebruiken.<br />

Op eeen schaal van 1 tot 10 hebben <strong>de</strong> docenten een re<strong>de</strong>lijke positieve bijdrage<br />

geleverd aan het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 5,8 en <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen zijn vooruit<br />

gegaan wat betreft hun sociaal <strong>zelfvertrouwen</strong>, van 5,2 naar 6,0. Uit <strong>de</strong> literatuur is<br />

bekend dat <strong>de</strong> docent op verschillen<strong>de</strong> vlakken positief moet reageren en<br />

overtuigend moet zijn om <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g te laten verbeteren. Het zou goed zijn voor <strong>de</strong><br />

toekomstige leerl<strong>in</strong>gen van onze af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g als <strong>de</strong> uitslagen van dit on<strong>de</strong>rzoek met het<br />

team wer<strong>de</strong>n besproken en we van elkaar zou<strong>de</strong>n leren hoe we onszelf kunnen<br />

verbeteren. Met observatie <strong>in</strong> <strong>de</strong> lessen om vast te leggen wat er gebeurt, kunnen<br />

we <strong>de</strong> belangstell<strong>in</strong>g voor het on<strong>de</strong>rwerp warm hou<strong>de</strong>n. Als aan het e<strong>in</strong><strong>de</strong> van het<br />

komen<strong>de</strong> schooljaar dan weer een GSV-test wordt gedaan is <strong>de</strong> positieve bijdrage<br />

van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wellicht hoger.<br />

Elkaar vertrouwen en met elkaar <strong>de</strong> verantwoord<strong>in</strong>g nemen voor het on<strong>de</strong>rwijs<br />

wordt het nieuwe motto van het Ma. Daar sluit mijn on<strong>de</strong>rwerp goed bij aan.<br />

6.3 Aanbevel<strong>in</strong>gen voor <strong>de</strong> implementatie<br />

Stell<strong>in</strong>g zeven voor <strong>de</strong> docent aanpassen die stell<strong>in</strong>g is nu „Ik hou het meest van<br />

leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen‟ hij wordt „Ik hou het<br />

meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien‟.<br />

Stell<strong>in</strong>g drie voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen is „De docent houdt reken<strong>in</strong>g met zijn of haar<br />

vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen‟ en wordt „De docent houdt reken<strong>in</strong>g met<br />

zijn of haar vooroor<strong>de</strong>len over leerl<strong>in</strong>gen‟.<br />

De uitleg aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen moet bestaan uit het uitdrukkelijk vermel<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen niet tot een beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent leidt maar<br />

dat het waar<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen <strong>de</strong> docent <strong>in</strong>zicht moet geven over zijn<br />

<strong>de</strong>nkbeel<strong>de</strong>n en of zijn <strong>de</strong>nkbeel<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

overkomen.<br />

De uitleg aan <strong>de</strong> docenten <strong>in</strong> een teamverga<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g voorafgaand aan het<br />

on<strong>de</strong>rzoek moet bestaan uit een uiteenzett<strong>in</strong>g over van het Pygmalion effect; het<br />

laten zien van <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen, <strong>de</strong> checklisten met uitleg over hoe daarmee om te<br />

gaan en het toelichten van vorm van <strong>de</strong> e<strong>in</strong>dscore per docent, <strong>de</strong> zon.<br />

Er moet bereidheid zijn <strong>in</strong> het team om van elkaar te leren.<br />

De stell<strong>in</strong>gen kunnen als doe-het-zelf pakket uitgereikt wor<strong>de</strong>n. De docent zou<br />

zelf <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen kunnen laten waar<strong>de</strong>ren door zijn leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> uitslag zelf<br />

kunnen <strong>in</strong>terpreteren en daarna bespreken <strong>in</strong> zijn team. Een tussenstap kan zijn<br />

<strong>de</strong> uitslagen afgeven aan een centrale figuur die ze uitwerkt tot een overzicht.<br />

62


7 Implementatieplan<br />

63


7.1 Wenselijk gedrag na implementatie<br />

7.1.1 Leerl<strong>in</strong>gen<br />

Leerl<strong>in</strong>gen van Ruimtelijk Vormgeven (RV) Mediacollege Amsterdam (MA) zijn zich<br />

bewust van <strong>de</strong> <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> docent doet om hun <strong>zelfvertrouwen</strong> te vergroten of<br />

te steunen. Ze zijn zich bewust van het belang van hun <strong>zelfvertrouwen</strong> en <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>vloed daarvan op hun werk. Ze reageren op gebrek aan steun voor hun<br />

7.1.2 Docenten en team<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> door gerichte vragen aan <strong>de</strong> docent te stellen.<br />

Het bewustword<strong>in</strong>gsproces van <strong>de</strong> spilpositie die <strong>de</strong> docent <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas heeft, is<br />

gestart met het on<strong>de</strong>rzoek over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Na <strong>de</strong> test en observatie weet <strong>de</strong> docent waarop hij het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g positief beïnvloedt. Hij herkent op on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>de</strong> positieve <strong>in</strong>vloed<br />

die zijn collega‟s hebben op dat <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en leert daarvan zijn<br />

zwakke plekken te sterken<br />

Het Ma- team RV heeft een nieuw bewustword<strong>in</strong>gsproces doorgemaakt. De<br />

verantwoord<strong>in</strong>g voor het on<strong>de</strong>rwijs berust bij het docententeam dat het on<strong>de</strong>rwijs<br />

verzorgt. Van een top-down organisatie is een bottom up situatie aan het ontstaan.<br />

Boonstra (2001) noemt dat een twee<strong>de</strong> or<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g. Daarbij gaat het niet<br />

meer om veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> organisatie maar om een vernieuwen<strong>de</strong> organisatie.<br />

In <strong>de</strong> or<strong>de</strong> drie zijn <strong>de</strong> problemen slecht te <strong>de</strong>f<strong>in</strong>iëren en bestaan uit vraagstukken<br />

die meer<strong>de</strong>re betekenissen hebben. Er zijn onvoorspelbare <strong>in</strong>teractiepatronen en er<br />

wor<strong>de</strong>n strategisch communicatieve oploss<strong>in</strong>gen gezocht.<br />

De nieuwe cultuurveran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van het Ma lijkt het meest op <strong>de</strong>ze or<strong>de</strong> drie van<br />

Boonstra<br />

Als <strong>de</strong> cultuurveran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g is geslaagd dan zijn er communicatieve oploss<strong>in</strong>gen<br />

gevon<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> problemen en ambigue vraagstukken en is het gelukt om een<br />

positief leerklimaat tussen docenten on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g te scheppen. Daarbij is het<br />

uitgangspunt <strong>de</strong> persoonlijke ervar<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> docenten. Docenten<br />

hebben een sterke opvatt<strong>in</strong>gen over aanpak en metho<strong>de</strong>s van lesgeven. Als <strong>de</strong>ze<br />

docentenopvatt<strong>in</strong>gen veran<strong>de</strong>ren veran<strong>de</strong>rt het on<strong>de</strong>rwijs volgens Bailley (1992),<br />

Golombek(1998) en Hampton (1994). Reflectie is <strong>de</strong> motor van <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g.<br />

Innovatie ontstaat volgens Fullan (2001) door:<br />

1. het <strong>in</strong>troduceren van nieuwe materialen (curricula, leerlijnen en<br />

handleid<strong>in</strong>gen)<br />

2. nieuwe bena<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen; didactiek; theorie over leerprocessen<br />

3. nieuwe opvatt<strong>in</strong>gen; i<strong>de</strong>eën, theorieën en overtuig<strong>in</strong>gen<br />

Eerste punt. Het team ruimtelijk vormgeven is kle<strong>in</strong>. Docenten zijn voordurend<br />

bezig oploss<strong>in</strong>gen te be<strong>de</strong>nken voor het programma-aanbod, beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen en<br />

leerlijnen. Het omzetten van competenties naar beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>geisen en rapportages is<br />

<strong>de</strong> eerste stap die dit team zet. De discussie over leerlijnen wordt gevoerd.<br />

Hierdoor is dit team bij punt 1 van <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen die Fullan beschrijft.<br />

Twee<strong>de</strong> punt. De nieuwe bena<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van didactiek en theorie over leerprocessen<br />

is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stap die het team maakt. Deze stap wordt begeleid door het<br />

On<strong>de</strong>rwijs Servicebureau en <strong>de</strong> zorgbegeleid<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. Door <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen en hun onzekerheid te bespreken komt <strong>de</strong> discussie over <strong>de</strong> didactiek en<br />

<strong>de</strong> overtuig<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent naar voren.<br />

64


Der<strong>de</strong> punt. Het on<strong>de</strong>rwerp van het <strong>zelfvertrouwen</strong> komt bij punt drie van Fullan<br />

aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong>. De discussie over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent wordt gevoed met mijn<br />

on<strong>de</strong>rzoek <strong>in</strong> een studiemiddag. Hieruit ontstaat <strong>de</strong> behoefte het on<strong>de</strong>rzoek uit te<br />

voeren <strong>in</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g RV. De resultaten van het on<strong>de</strong>rzoek wor<strong>de</strong>n besproken met<br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong>dividuele docenten en lei<strong>de</strong>n tot een studiedag waar elke docent zijn positieve<br />

<strong>in</strong>vloed uitlegt aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re docenten. Het team besluit <strong>de</strong> testen twee keer per<br />

jaar te herhalen vanuit <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen observaties. Daar doen we het immers voor.<br />

De uitslagen zijn <strong>in</strong>zichtelijk voor het hele team. Trots zijn we op <strong>de</strong> uitslagen die<br />

steeds beter wor<strong>de</strong>n.<br />

Ons team is trots dat <strong>de</strong> test na een jaar ook <strong>in</strong>gevoerd is ter on<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g van<br />

an<strong>de</strong>re teams voor <strong>de</strong> bewustword<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docenten op hun <strong>in</strong>vloed op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het Mediacollege Amsterdam.<br />

7.1.3 Managementteam<br />

Bij or<strong>de</strong> twee veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>gen van Boonstra gaat het over een probleem dat niet<br />

rout<strong>in</strong>ematig is, waarvan <strong>de</strong> oploss<strong>in</strong>g gezocht word <strong>in</strong> <strong>de</strong> structuur en <strong>de</strong> cultuur.<br />

De aanpak is een methodische veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g. De regels <strong>in</strong> het boekje Spelregels<br />

voldoen hieraan. Het betekent voor <strong>de</strong> Ma-docent een methodische veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g.<br />

De komst van het on<strong>de</strong>rwijsservicebureau (OSB) heeft een cruciale rol gespeeld <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g. Het nieuwe lid CvB heeft het on<strong>de</strong>rzoek gebruikt om <strong>de</strong> pedagogische<br />

waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> MBO-docent te on<strong>de</strong>rsteunen. Hij heeft opdracht gegeven aan het<br />

OSB om <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie ver<strong>de</strong>r te testen en bruikbaar te maken voor alle af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen,<br />

waarmee <strong>de</strong> pedagogisch basis besproken kon wor<strong>de</strong>n <strong>in</strong> alle af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen. Het<br />

on<strong>de</strong>rzoek was daarvoor <strong>in</strong> samen werk<strong>in</strong>g met het OSB eerst herhaald en ver<strong>de</strong>r<br />

ontwikkeld <strong>in</strong> het team Ruimtelijk Vormgev<strong>in</strong>g waar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekster <strong>de</strong>el van<br />

uitmaakt. Na 2 maan<strong>de</strong>n is het on<strong>de</strong>rzoek uitgebreid naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re team waar <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoekster een kle<strong>in</strong> <strong>de</strong>el van uitmaakt: filmacteurs (Fa) en podium techniek<br />

(PT). Na evaluatie <strong>in</strong> het OSB en op voorspraak van het lid CvB zijn per af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

bijeenkomsten georganiseerd over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De bijeenkomsten zijn vooraf gegaan door on<strong>de</strong>rzoek; <strong>de</strong> testen en<br />

observatie uitgevoerd door <strong>de</strong> studiebegelei<strong>de</strong>rs on<strong>de</strong>rsteund door het OSB.<br />

7.2 Beschrijv<strong>in</strong>g & analyse organogram.<br />

7.2.1 Welke verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n en bevoegdhe<strong>de</strong>n hebben <strong>de</strong> actoren.<br />

7.2.2 Het management<br />

De organisatie op het Ma heeft op moment van schrijven een veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g<br />

on<strong>de</strong>rgaan. De organisatiestructuur is veran<strong>de</strong>rd juni 2010. De teamlei<strong>de</strong>rs zijn<br />

weggevallen, <strong>de</strong> opleid<strong>in</strong>gen vertikaal georganiseerd en meer<strong>de</strong>re teams vallen<br />

on<strong>de</strong>r één af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur. Naast een voorzitter is een lid CvB aangesteld. Het<br />

on<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> organogram is gepubliceerd <strong>in</strong> het boekje spelregels en nog niet<br />

officieel vastgesteld door MR en College van Bestuur.<br />

65


GMI<br />

Me<strong>de</strong>zeggenschapsraad /<br />

OR<br />

Centrale stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen:<br />

ICT<br />

F<strong>in</strong>anciële Zaken<br />

Communicatie en PR<br />

Facilitaire Zaken<br />

P&O<br />

Bestuurson<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g VMBO<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Allround DTP-er<br />

Press/pr<strong>in</strong>t/f<strong>in</strong>ish<strong>in</strong>g<br />

Allround signmaker<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Game Artist<br />

Gameprogrammer<br />

Web<strong>de</strong>veloper<br />

Interactief Vormgever<br />

Raad van Toezicht<br />

College van<br />

Bestuur<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Filmacteur<br />

Podium-, Muziek- en<br />

Evenementen-techniek<br />

AV-vormgever<br />

Mediamanager<br />

Docententeams Docententeams Docententeams<br />

Op te richten Ou<strong>de</strong>rraad<br />

Op te richten Deelnemersraad<br />

On<strong>de</strong>rwijsservicebureau:<br />

Exam<strong>in</strong>er<strong>in</strong>g en kwaliteitszorg<br />

On<strong>de</strong>rwijs en <strong>in</strong>novatie<br />

Stagebureau<br />

Decanaat en zorg<br />

Voorlicht<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>take<br />

Plann<strong>in</strong>g &<br />

Stu<strong>de</strong>ntenservicebureau<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Interior & Exhibition<br />

<strong>de</strong>signer<br />

Grafisch Vormgever<br />

Docententeams<br />

In het nieuwe organogram is <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> hiërarchische opbouw herkenbaar. In het<br />

boekje spelregels zijn <strong>de</strong> taken van het CvB uitgesplitst. Opvallend is dat het lid<br />

CvB verantwoor<strong>de</strong>lijk is voor het on<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> voorzitter voor het beleid. In het<br />

zelf<strong>de</strong> boekje spelregels wordt <strong>in</strong> <strong>de</strong> visie op on<strong>de</strong>rwijs gesteld dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

centraal staat voor <strong>de</strong> docententeams en dat <strong>de</strong> leid<strong>in</strong>ggeven<strong>de</strong> en staf <strong>de</strong><br />

docententeams centraal zetten <strong>in</strong> hun werkwijze. Dit voornemen heeft <strong>in</strong> het<br />

organogram nog geen plaats gekregen.<br />

66


Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

ICT<br />

Rob van<br />

Velzen,<br />

Hoofd<br />

Informatiser<strong>in</strong>g<br />

en<br />

Automatiser<strong>in</strong>g<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g VMBO<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Allround DTP-er<br />

Press/pr<strong>in</strong>t/f<strong>in</strong>ish<strong>in</strong>g<br />

Allround signmaker<br />

Piet Pranger,<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur<br />

teamlei<strong>de</strong>r<br />

vmbo<br />

GMI<br />

Geralt Wolterbeek,<br />

Unitdirecteur<br />

Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

F<strong>in</strong>anciële<br />

Zaken<br />

René<br />

Slijkoord,<br />

Hoofd<br />

F<strong>in</strong>anciën/<br />

Controller<br />

On<strong>de</strong>rwijsservicebureau<br />

team-<br />

lei<strong>de</strong>r<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

mbo<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Game Artist<br />

Gameprogrammeur<br />

Web<strong>de</strong>veloper<br />

Interactief Vormgever<br />

Kar<strong>in</strong> van Gastel,<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur<br />

Voorzitter College van Bestuur<br />

Jan <strong>de</strong> Haas<br />

Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Communicati<br />

e<br />

en PR<br />

Simon van<br />

Rees,<br />

Communicati<br />

e Manager<br />

Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Facilitaire<br />

Zaken<br />

Jan van<br />

Leeuwen,<br />

Hoofd<br />

Facilitaire<br />

Zaken<br />

Lid College van Bestuur<br />

Han Smits<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Filmacteur<br />

Podium-, Muziek- en<br />

Evenementen-techniek<br />

AV-vormgever<br />

Mediamanager<br />

Han Ellenbroek,<br />

ad-<strong>in</strong>terim<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur<br />

Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Personeel &<br />

Organisatie<br />

Arlene<br />

Verleg,<br />

Hoofd P&O<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g MBO<br />

Centrale<br />

stafaf<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Bestuurs-<br />

on<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong><br />

g<br />

Ed<br />

Walraven,<br />

Hoofd<br />

Bestuurson<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong><br />

g<br />

Interieur en Expositie<br />

Vormgever<br />

Grafisch Vormgever<br />

Babette van Ommen,<br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur<br />

De opdracht aan het OSB uit het boekje Spelregels is het on<strong>de</strong>rsteunen van <strong>de</strong><br />

opleid<strong>in</strong>gsteams, af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen en leid<strong>in</strong>ggeven<strong>de</strong>n. De aanstur<strong>in</strong>g en communicatie<br />

Af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong>ze MBO centraal georganiseer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijson<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g vanuit <strong>de</strong> vraag van <strong>de</strong><br />

Allround organisatie DTP-er is nog ondui<strong>de</strong>lijk.<br />

Press/pr<strong>in</strong>t/f<strong>in</strong>is<br />

h<strong>in</strong>g De opdracht aan <strong>de</strong> programmalei<strong>de</strong>rs is niet op papier gesteld nog door <strong>de</strong><br />

Allround af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirectie, nog door <strong>de</strong> teams. In het boekje spelregels wordt genoemd als<br />

signmaker opdracht voor <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsteams: “<strong>de</strong> <strong>in</strong>spectietoets over kwalitatief goed on<strong>de</strong>rwijs<br />

met glans kunnen doorstaan”.<br />

VMBO<br />

7.2.3 De docenten<br />

De docenten moeten het schooljaar 2010-2011 voldoen aan <strong>de</strong> eisen van <strong>de</strong><br />

<strong>in</strong>spectie. In <strong>de</strong> spelregels wordt genoemd dat docenten allereerst garant moeten<br />

67


staan voor <strong>de</strong> 850 lesuren. Daarvoor moeten <strong>de</strong> teams 930 uur on<strong>de</strong>rwijs plannen.<br />

Bij <strong>de</strong> start van het schooljaar is er veel onzekerheid over <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong><br />

programmalei<strong>de</strong>r en wat en hoe hij zijn team moet aansturen voor <strong>de</strong> verbeter<strong>in</strong>gen.<br />

Er wordt <strong>in</strong>stituutbreed leerl<strong>in</strong>gbegeleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong>gevoerd op het rooster, on<strong>de</strong>rsteund<br />

met het boekje „Greep krijgen op je studieloopbaan‟. Alle teams wor<strong>de</strong>n bij het start<br />

van het schooljaar bezocht en verantwoor<strong>de</strong>lijk gesteld voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>hou<strong>de</strong>lijke<br />

plann<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> studiebegeleid<strong>in</strong>g. In dit schooljaar wor<strong>de</strong>n voor alle af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

docenten Ne<strong>de</strong>rlands, Engels, Burgerschap en Rekenen aangesteld om te kunnen<br />

voldoen aan <strong>de</strong> uitstroom eisen van het MBO. De beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> rapporten<br />

moeten volgens het competentieprofiel van <strong>de</strong> opleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong>zichtelijk wor<strong>de</strong>n.<br />

7.2.4 De leerl<strong>in</strong>gen<br />

Leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g RV, samen met velen an<strong>de</strong>re af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, krijgen voor<br />

het eerst meer zaakvakken zoals Ne<strong>de</strong>rlands. In ons team RV wordt een nieuwe<br />

leerl<strong>in</strong>gbegelei<strong>de</strong>r aangesteld per half oktober en voor januari docenten rekenen en<br />

Engels voor twee uur per week. Voor het vier<strong>de</strong> jaar ook een docent Duits.<br />

De leerl<strong>in</strong>genraad heeft nog geen vorm gekregen. De leerl<strong>in</strong>gen zijn blij met het<br />

centraal gelever<strong>de</strong> rooster dat ze elke dag op Ma-net kunnen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n. Leerl<strong>in</strong>gen<br />

hebben nog me<strong>de</strong>zeggenschapsorgaan.<br />

7.3 Welke actoren zijn betrokken bij jouw <strong>in</strong>terventie<br />

Tot nu toe hebben <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gdirecteur van het VMBO-MBO-team en <strong>de</strong> teamlei<strong>de</strong>r<br />

van <strong>de</strong> aanloopklas MBO-d<strong>in</strong>telstraat mijn on<strong>de</strong>rzoek begeleid. De teamlei<strong>de</strong>r van<br />

dit MBO, die <strong>in</strong> het organogram als een wit blokje on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g hangt, heeft<br />

mijn analyse met mij besproken. De <strong>in</strong>terventie is <strong>de</strong>els door <strong>de</strong>ze teamlei<strong>de</strong>r<br />

on<strong>de</strong>rsteund. De verslaggev<strong>in</strong>g en implementatie is niet ver<strong>de</strong>r besproken <strong>in</strong> dit<br />

team.<br />

Mijn on<strong>de</strong>rzoek is door <strong>de</strong> nieuwe teamstructuur niet meer afhankelijk van<br />

weggevallen teamlei<strong>de</strong>r. De grootste actoren zijn het docententeam met <strong>de</strong><br />

programmalei<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur en door het OSB gedragen wor<strong>de</strong>n.<br />

7.3.1 De docenten, het team.<br />

De docenten van het RV-team zijn gewend om nauw met elkaar samen te werken.<br />

Ze formuleren en voeren gezamenlijk <strong>de</strong> opdrachten aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen uit. Inbreng<br />

van nieuwe docenten wordt omarmd, uitgetest en uitgeprobeerd. Het team is open,<br />

zoekend en er wordt door ie<strong>de</strong>reen hard gewerkt van acht tot vijf. Het team heeft<br />

eens per week een overleg op <strong>de</strong> d<strong>in</strong>sdagmiddag.<br />

7.3.2 De af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gdirecteur.<br />

Door een veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van werkterre<strong>in</strong> ben ik per 18 oktober 2010 gestart <strong>in</strong> het<br />

team van ruimtelijk vormgeven. De af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur waaron<strong>de</strong>r het team RV valt,<br />

is op <strong>de</strong> hoogte van mijn studie en on<strong>de</strong>rzoek. Zij neemt <strong>de</strong> verantwoord<strong>in</strong>g en<br />

begeleid<strong>in</strong>g van mijn on<strong>de</strong>rzoek over van <strong>de</strong> vorige af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gdirecteur.<br />

7.3.3 Het On<strong>de</strong>rwijs Service Bureau<br />

Het OSB on<strong>de</strong>rsteunt met beleid en visie <strong>de</strong> pedagogische en didactische<br />

on<strong>de</strong>rwijsstructuur <strong>in</strong> <strong>de</strong> persoon van Peter van <strong>de</strong>r Blom. De <strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g en<br />

besprek<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gbegeleid<strong>in</strong>g bij <strong>de</strong> start van het schooljaar 2010-2011 is<br />

68


van zijn hand, evenals <strong>de</strong> directe on<strong>de</strong>rsteun<strong>in</strong>g van teams met<br />

on<strong>de</strong>rwijsprogramma, leerlijnen, competentie rapporten en didactische vragen. De<br />

zorgstructuur wordt door Cees Heemskerk opgezet en vanuit het OSB on<strong>de</strong>rsteund<br />

met beleid en visie. Peter van <strong>de</strong>r Blom is als me<strong>de</strong>werker van het OSB<br />

geïnformeerd over mijn on<strong>de</strong>rzoek.<br />

7.4 Plaats van je <strong>in</strong>terventie <strong>in</strong> <strong>de</strong> organisatie.<br />

7.4.1 De leerl<strong>in</strong>gen<br />

Voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen is het van belang dat ze betrokken raken bij hun opleid<strong>in</strong>g.<br />

Daardoor zullen ze <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent op hun <strong>zelfvertrouwen</strong> gaan<br />

waar<strong>de</strong>ren. Het is van belang dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen m<strong>in</strong>imaal twee maal per jaar<br />

geënquêteerd wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> eigen af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g over hun on<strong>de</strong>rwijs, <strong>de</strong> organisatie en<br />

<strong>de</strong> professionaliteit van <strong>de</strong> docenten. Daarnaast wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen betrokken<br />

door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gbegelei<strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les, door ze tips en tops te vragen ten aanzien<br />

van het on<strong>de</strong>rwijs van dat moment. De leerl<strong>in</strong>gen kunnen gestimuleerd wor<strong>de</strong>n om<br />

actief met hun opleid<strong>in</strong>g bezig te zijn door verantwoord<strong>in</strong>g voor het groepsgebeuren<br />

te krijgen en dit te bespreken tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gbegeleid<strong>in</strong>glessen. De leerl<strong>in</strong>gen<br />

een kle<strong>in</strong> budget voor verbeter<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> kant<strong>in</strong>e geven en ze verantwoor<strong>de</strong>lijk<br />

maken voor <strong>de</strong> <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g van hun lokaal zal <strong>de</strong> saamhorigheid en het zelfbewust<br />

zijn van <strong>de</strong> groep verhogen.<br />

7.4.2 De docenten, het team<br />

Doordat het team RV niet gewend is om <strong>in</strong>dividueel maar om projecton<strong>de</strong>rwijs te<br />

geven, is <strong>de</strong> saamhorigheid en ge<strong>de</strong>el<strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijk voor het on<strong>de</strong>rwijs groot.<br />

Het team is zich bewust van <strong>de</strong> vakkennis van alle docenten en van het gebrek aan<br />

pedagogische en didactisch vaardighe<strong>de</strong>n van enkele van <strong>de</strong> docenten. Het<br />

toevoegen van meer pedagogische bewustzijn door het on<strong>de</strong>rzoek zal het team<br />

ver<strong>de</strong>r helpen zich te professionaliseren. Het plannen van het on<strong>de</strong>rzoek zal <strong>in</strong><br />

overleg met het OSB en <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur moeten plaatsv<strong>in</strong><strong>de</strong>n. Alleen dan zal<br />

er voldoen<strong>de</strong> ruimte zijn om studiedagen te plannen die voldoen<strong>de</strong> tijd voor het<br />

on<strong>de</strong>rwerp mogelijk maken. Als er voldoen<strong>de</strong> tijd is, lijken <strong>de</strong> docenten te willen<br />

leren.<br />

7.4.3 De af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gdirecteur en het management<br />

De nieuwe af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur heeft <strong>in</strong>vloed op <strong>de</strong> plann<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> organisatie van <strong>de</strong><br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g. Het belang van teamteach<strong>in</strong>g en professionaliseren door reflectie en<br />

elkaar steunen en helpen op <strong>de</strong> werkvloer is wat ze uitdraagt. Dit on<strong>de</strong>rzoek kan<br />

helpen bij het stimuleren van docenten tot reflectie op hun pedagogische <strong>in</strong>zichten.<br />

De af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gdirecteur kan een studiemiddag plannen of voorstellen en het on<strong>de</strong>rzoek<br />

<strong>in</strong>plannen. Ze zou het on<strong>de</strong>rzoek kunnen bespreken en ver<strong>de</strong>r kunnen dragen <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

organisatie, als het tot meer pedagogisch <strong>in</strong>zicht leidt <strong>in</strong> het team RV.<br />

Het lid CvB zou via <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur geïnteresseerd kunnen wor<strong>de</strong>n voor<br />

<strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g op an<strong>de</strong>re af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen met steun van het OSB. De waar<strong>de</strong> van het<br />

on<strong>de</strong>rzoek zit <strong>in</strong> het bottom up en wat Jaap Boonstra (2010) noemt het organiseren<br />

69


van het verlangen, het verlangen om een betere docent te wor<strong>de</strong>n door bewust te<br />

wor<strong>de</strong>n van zijn <strong>in</strong>vloed.<br />

7.4.4 Het On<strong>de</strong>rwijs Service Bureau<br />

Implementatie voor het <strong>in</strong>stituut is alleen vanuit het On<strong>de</strong>rwijs Service Bureau<br />

(OSB) mogelijk. Daarvoor heb ik zowel <strong>de</strong> <strong>in</strong>zichten van <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur en <strong>de</strong><br />

pedagogisch me<strong>de</strong>werker van het OSB nodig als <strong>de</strong> steun van het lid CvB via <strong>de</strong><br />

af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur en het OSB. Voor het structureel on<strong>de</strong>rzoeken en bespreken van<br />

<strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die <strong>de</strong> docent op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g heeft, is ook <strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>werk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> studiebegelei<strong>de</strong>rs nodig. Zowel <strong>de</strong> pedagogische en<br />

didactische structuur vanuit het OSB, als <strong>de</strong> zorgstructuur door <strong>de</strong> zorgcoörd<strong>in</strong>ator<br />

wor<strong>de</strong>n vanuit het OSB on<strong>de</strong>rsteund met beleid en visie.<br />

Het betrekken bij het on<strong>de</strong>rzoek van <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> actoren is belangrijk voor <strong>de</strong><br />

positie van het on<strong>de</strong>rzoek b<strong>in</strong>nen het on<strong>de</strong>rwijs service bureau en <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re<br />

implementatie <strong>in</strong> het <strong>in</strong>stituut. Deze actoren zijn: <strong>de</strong> af<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gsdirecteur van<br />

Ruimtelijk Vormgeven, het lid CvB die het on<strong>de</strong>rwijs <strong>in</strong> zijn portefeuille heeft en <strong>de</strong><br />

voorzitter van het CvB die verantwoor<strong>de</strong>lijk is voor het algemeen beleid. Naast <strong>de</strong><br />

beleidbepalen<strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong>ze personen is het <strong>in</strong>formeren en consulteren van<br />

<strong>de</strong> pedagogisch me<strong>de</strong>werker van het OSB en <strong>de</strong> zorgcoörd<strong>in</strong>ator van belang voor<br />

dit on<strong>de</strong>rzoek.<br />

7.5 Tijdsplann<strong>in</strong>g implementatie<br />

Het ontwikkelen van een database waarbij alle gegevens eenvoudig tot een visueel<br />

score komen wordt vanaf februari ontwikkeld. De tijdsplann<strong>in</strong>g voor het lopen<strong>de</strong><br />

schooljaar 2010-2011 ziet er als volgt uit:<br />

70


8 Bronnen<br />

Beijaard, D., Brekelmans, M., & Korthagen, F. (2004). Informele leeractiviteiten van<br />

docenten <strong>in</strong> <strong>de</strong> beroepspraktijk. Verkregen 15 juli 2010 van:<br />

http://edu.fss.uu.nl/ord/fullpapers/Vermunt%20symp%20bijdrage%203.doc<br />

Boonstra, J. (2010). Ssst. Noem het geen cultuurveran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g. M&L: Het platform voor<br />

managers en professionals jaargang 16, <strong>de</strong>cember 2010, pag 6-9.<br />

Boonstra, J. (2000). Lopen over water, Over dynamiek van organiseren, vernieuwen en<br />

leren. Amsterdam: Vossiuspers AUP.<br />

Bouwhuis, L. (2008). Verklaren <strong>in</strong>novatief gedrag van docenten: een on<strong>de</strong>rzoek naar<br />

<strong>in</strong>dividuele variabelen, self-efficacy en leerdoeloriëntatie, en <strong>de</strong> <strong>in</strong>zet van HRM<strong>in</strong>strumenten.<br />

Ensche<strong>de</strong>: Universiteit van Twente. Verkregen op 15 juli 2010 van:<br />

http://essay.utwente.nl/58871/1/scriptie_L_Bouwhuis.pdf<br />

Coen<strong>de</strong>rs, F., Terlouw, C., & Dijkstra, S., (2006). ORD2006 thema: Community of leaners:<br />

Symposium: Community of Learners voor het leren van (aankomen<strong>de</strong>) bètadocenten.<br />

Ensche<strong>de</strong>: Universiteit Twente. Verkregen juli 2010 van:<br />

http://www.utwente.nl/elan/on<strong>de</strong>rzoek/publicaties/elandoc/2006/2006-04.pdf<br />

Korthagen, F., (2007). The gap between research and practice revisited. Educational<br />

Research and Evaluation, 13(3), 303-310.<br />

Kru<strong>in</strong><strong>in</strong>gen, J. van (2010). On<strong>de</strong>rwijsontwerp als conversatie: probleemoploss<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />

<strong>in</strong>terprofessioneel overleg. Verkregen op 15 juli 2010 van:<br />

http://dissertations.ub.rug.nl/FILES/faculties/arts/2010/j.f.vankru<strong>in</strong><strong>in</strong>gen/18complete.pdf<br />

Leeman, Y. & War<strong>de</strong>kker, W. (2010). Verbetert on<strong>de</strong>rzoek het on<strong>de</strong>rwijs?, Tijdschrift voor<br />

lerarenoplei<strong>de</strong>rs (VELON/VELOV) 31(1), 19-22.<br />

Leeman, Y. & War<strong>de</strong>kker, W., (2010). Leraren leren met behulp van on<strong>de</strong>rzoek over<br />

pedagogische kwaliteit?, Tijdschrift voor lerarenoplei<strong>de</strong>rs (VELON/VELOV) 31(2), 4-10.<br />

Meir<strong>in</strong>k, J. (2007). Individual teacher learn<strong>in</strong>g <strong>in</strong> a context of collaboration <strong>in</strong> teams. Lei<strong>de</strong>n:<br />

Mostert & Van On<strong>de</strong>ren!<br />

VanGel<strong>de</strong>r, T.J. (2001) Critical Th<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g: Some Lessons Learned. Adult Learn<strong>in</strong>g<br />

Australia Adult Learn<strong>in</strong>g Commentary, Number 12.<br />

Richards, J., et all. (2001). Explor<strong>in</strong>g Teachers’ beliefs and the Processes of Change.<br />

S<strong>in</strong>gapore: SEAMEO Regional Language Centre. Verkregen augustus 2010 van:<br />

http://www.professorjackrichards.com/pdfs/explor<strong>in</strong>g-teacher-change.pdf<br />

Sante, E., (2008). Een kwalitatief on<strong>de</strong>rzoek naar een mogelijke<br />

spann<strong>in</strong>g tussen beroepsprofielen en lerarenopvatt<strong>in</strong>gen. Gent: Universiteit van Gent.<br />

Verkregen op juni 2010: Eva_Sante.pdf<br />

http://archive.ugent.be/<strong>in</strong>put/download?func=downloadFile&fileOId=493747&recordOId=46<br />

7893<br />

Shark, M. (2006). teacher storytell<strong>in</strong>g; A means for creat<strong>in</strong>g and learn<strong>in</strong>g with<strong>in</strong> a<br />

collaborative space. Teach<strong>in</strong>g and Teacher Education, 22, 711-721.<br />

71


Zee, S. van <strong>de</strong>r (2009). De kloof tussen wetenschap en praktijk <strong>in</strong> 10 m<strong>in</strong>uten. Deventer:<br />

Saxion Hogescholen. Verkregen op15 juli 2010 van:<br />

http://www.dalton<strong>de</strong>venter.nl/literatuur/VO/VOscholen/nunspeet09/nun09<strong>de</strong>kloof<strong>in</strong>tienm<strong>in</strong>utenconcept1.pdf<br />

72


9 Samenvatt<strong>in</strong>g<br />

Vanuit <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> bronnen blijkt dat <strong>de</strong> positieve gedachten van <strong>de</strong> docent<br />

meer nog dan zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen, zorgt dat een leerl<strong>in</strong>g tot een leerprestatie komt.<br />

Met stell<strong>in</strong>gen die leerl<strong>in</strong>gen <strong>in</strong>vullen, wordt gemeten of <strong>de</strong> positieve gedachten van<br />

<strong>de</strong> docent overkomt bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Die aspecten van <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent<br />

die <strong>in</strong>vloed hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, zijn gebaseerd op <strong>de</strong><br />

basiswaar<strong>de</strong>n van Rogers (1973) en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen (1974)<br />

en van Morisson en Mc Intyre (1975). De vijfentw<strong>in</strong>tig han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen die gemeten<br />

wor<strong>de</strong>n zijn te herlei<strong>de</strong>n naar <strong>de</strong> eerste dimensie van Mazzano (2008) , het<br />

vragenstellen beschreven door Tielemans (1999) en Gordon (1980).<br />

De meet<strong>in</strong>strumenten geven een uitslag die weergegeven wordt <strong>in</strong> een illustratie<br />

van een zon, waarbij <strong>de</strong> lengte van <strong>de</strong> stralen en <strong>de</strong> kleur afhankelijk is van die<br />

uitslag. Door <strong>de</strong> zon zijn <strong>de</strong> uitslagen makkelijk te vergelijken.<br />

Dit on<strong>de</strong>rzoek veran<strong>de</strong>rt het <strong>in</strong>zicht van <strong>de</strong> docent op zijn <strong>in</strong>vloed op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De kans om docenten van elkaar te laten leren door<br />

<strong>de</strong> meest positieve scoren als kennis overdracht te nemen is <strong>de</strong> grootste w<strong>in</strong>st van<br />

het on<strong>de</strong>rzoek. Het on<strong>de</strong>rzoek geeft <strong>de</strong> mogelijkheid tot herijk<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> meestal<br />

vast overtuig<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docenten.<br />

De gedachten van <strong>de</strong> docent<br />

Als <strong>de</strong> basisvoorwaar<strong>de</strong>n van Rogers: echt, onvoorwaar<strong>de</strong>lijke aanvaard<strong>in</strong>g en<br />

empathie van <strong>de</strong> docent positief overkomen op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zal er een ontspannen<br />

sfeer, een veilig klimaat ontstaan <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. Voor <strong>de</strong> echtheid van <strong>de</strong> docent wil ik<br />

kunnen meten of <strong>de</strong> gevoelens van <strong>de</strong> docent kloppen bij zijn gedrag of er een<br />

overeenstemm<strong>in</strong>g is tussen <strong>de</strong> gevoelens en het gedrag van <strong>de</strong> docent. De leerl<strong>in</strong>g<br />

heeft recht op <strong>de</strong> waarheid van emoties van <strong>de</strong> docent. Als <strong>de</strong> docent al boos is<br />

voor hij <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas kwam en daarna toch een vrien<strong>de</strong>lijke opmerk<strong>in</strong>g maakt, zal <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g dat weten te waar<strong>de</strong>ren als extra positief als <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g weet van <strong>de</strong> docent<br />

dat hij eigenlijk boos was. Het gebruiken van <strong>de</strong> ik-boodschap draagt ook bij aan <strong>de</strong><br />

overeenstemm<strong>in</strong>g van gevoelens en gedrag. De docent geeft, bij het gebruik van <strong>de</strong><br />

ik-boodschap, zijn eigen men<strong>in</strong>g. De echtheid van <strong>de</strong> docent, aldus Rogers, is ook<br />

te v<strong>in</strong><strong>de</strong>n <strong>in</strong> het docentengedrag of <strong>de</strong> docent zich verschuilt achter zijn<br />

docentenrol. Als <strong>de</strong> docent zich verschuilt achter die rol vertrouwt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g hem<br />

niet. Ook dan heeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g geen zicht op <strong>de</strong> toedracht van <strong>de</strong> reactie van <strong>de</strong><br />

docent. De docent verbergt zijn wensen, gevoelens en emoties achter <strong>de</strong> rol die hij<br />

speelt. Dan blijft <strong>de</strong> docent voor een groot <strong>de</strong>el een onbeken<strong>de</strong>, wat niet bijdraagt<br />

aan het vertrouwen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> docent. Voor <strong>de</strong> onvoorwaar<strong>de</strong>lijke<br />

aanvaard<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent wil ik meten of <strong>de</strong> docent zich bewust is van zijn eigen<br />

vooroor<strong>de</strong>len over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Om <strong>de</strong> empathie van <strong>de</strong> docent voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en<br />

zijn lesomgev<strong>in</strong>g te kunnen waar<strong>de</strong>ren wil ik <strong>de</strong> persoonlijke kenmerken van <strong>de</strong><br />

docent volgens Rogers gebruiken. Rogers geeft „vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid‟ aan<br />

als een persoonlijke kenmerk van <strong>de</strong> docent. Mijn gedachte is dat als een docent<br />

geen vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid heeft, hij dan m<strong>in</strong><strong>de</strong>r empathie kan opbrengen<br />

voor een <strong>in</strong>dividu, een leerl<strong>in</strong>g, of <strong>de</strong> groep waar <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> functioneert. Een<br />

docent die onvoorwaar<strong>de</strong>lijk en zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len is, beschikt, volgens mij, over<br />

voldoen<strong>de</strong> me<strong>de</strong>dogen. Hoe onaangepast het gedrag van een leerl<strong>in</strong>g ook kan<br />

lijken, een docent zal altijd beseffen dat er onvermogen achter dat gedrag van <strong>de</strong><br />

73


leerl<strong>in</strong>g steekt. Aangeven dat een uitspraak negatief overkomt bij an<strong>de</strong>ren en<br />

waarom dat is, geeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g een mogelijkheid om <strong>in</strong>zicht te krijgen <strong>in</strong> zijn<br />

han<strong>de</strong>len. Daardoor staat, naar mijn men<strong>in</strong>g, het vermogen tot empathie van een<br />

docent recht tegenover een docent die vooroor<strong>de</strong>len heeft over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Een veilige, ontspannen sfeer <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas met m<strong>in</strong><strong>de</strong>r conflicten staat, volgens<br />

Morrison en McIntyre voor spreid<strong>in</strong>g van macht tussen docent en leerl<strong>in</strong>g en<br />

emotionele aanvaard<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> docent. Of zoals Roger meent dat<br />

<strong>de</strong> docent met het aanvaar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eigen emoties zijn onafhankelijkheid bewijst.<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen gericht op <strong>de</strong> spreid<strong>in</strong>g van macht wil ik verwerken <strong>in</strong> <strong>de</strong> observatie<br />

van een les, <strong>de</strong> emotionele aanvaard<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie voor <strong>de</strong> start van <strong>de</strong> les,<br />

waar<strong>in</strong> <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent wor<strong>de</strong>n gemeten.<br />

In <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen v<strong>in</strong>d ik <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len<br />

van <strong>de</strong> docent. In die on<strong>de</strong>rzoeken gaat het over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die het uiterlijk van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g heeft op het vooroor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> docent. V<strong>in</strong>dt <strong>de</strong> docent dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g er<br />

vrien<strong>de</strong>lijk uitziet dan <strong>de</strong>nkt <strong>de</strong> docent dat die leerl<strong>in</strong>g ook vrien<strong>de</strong>lijk is. Als <strong>de</strong><br />

docent <strong>de</strong>nkt dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g er slim uitziet dan kan een leerl<strong>in</strong>g beter presteren,<br />

volgens het voor<strong>in</strong>genomen standpunt van <strong>de</strong> docent.<br />

In <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Tausch en Tausch v<strong>in</strong>d ik <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van het maken van<br />

positieve verschillen tussen leerl<strong>in</strong>g. Volgens <strong>de</strong>ze on<strong>de</strong>rzoeken oor<strong>de</strong>elt <strong>de</strong> docent<br />

vooral negatief over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De docent geeft een negatief beeld van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

aan zijn groepsgenoten. Als <strong>de</strong> docent over elke leerl<strong>in</strong>g positief is, bevor<strong>de</strong>rt dat<br />

een positief klimaat <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas en kan het voor een positieve on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>ge band tussen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen zorgen.<br />

De an<strong>de</strong>re persoonlijke kenmerken van een docent volgens Rogers, namelijk „<strong>in</strong><br />

harmonie met an<strong>de</strong>ren en zichzelf zijn‟, wil ik gebruiken om <strong>de</strong> ontspannen sfeer <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> klas te kunnen meten <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>in</strong>terventie.<br />

Voor het meten van <strong>de</strong>ze houd<strong>in</strong>g, <strong>de</strong>ze gedachten van <strong>de</strong> docent, wil ik proberen<br />

een <strong>in</strong>strument te ontwikkelen gebaseerd op stell<strong>in</strong>gen. De docenten en <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen waar<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen, zodat naast een waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> gedachten<br />

van <strong>de</strong> docent ook wordt gemeten of die gedachten overkomen. Dat laatste door<br />

het bevragen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

De stell<strong>in</strong>gen<br />

1. Mijn lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door mijn emoties. Die emoties spelen een rol<br />

tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les. (gedrag klopt bij emotie, Rogers)<br />

2. Als docent heb ik altijd gelijk.<br />

(verschuilen achter <strong>de</strong> docentenrol, Rogers)<br />

3. Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

(bewust van eigen vooroor<strong>de</strong>len, Rogers)<br />

Onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len wordt <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g:<br />

4. Zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g mij even lief.<br />

(altijd een positief beeld van leerl<strong>in</strong>gen, Morrison en Mc Intyre, Tausch)<br />

5. Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

(onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len, Adams en Cohen)<br />

De volgen<strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen zijn geïnspireerd door <strong>de</strong> personen die tussen haakjes<br />

genoemd wor<strong>de</strong>n. De stell<strong>in</strong>gen gaan over het positief bena<strong>de</strong>ren van alle<br />

leerl<strong>in</strong>gen door verschillen te maken:<br />

6. ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs. (Tausch en Tausch)<br />

74


7. ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

(Adams en Cohen)<br />

De laatste twee stell<strong>in</strong>gen gaan over <strong>de</strong> persoonlijke kenmerken van <strong>de</strong> docent als<br />

i<strong>de</strong>aal mens zoals Rogers dat verwoordt:<br />

8. ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid. (persoonlijke kenmerken, Rogers)<br />

9. ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school. (<strong>in</strong> harmonie met an<strong>de</strong>ren<br />

en zichzelf, Rogers)<br />

De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen meten<br />

De stimuleren<strong>de</strong> actie, han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n zijn beschreven <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken, bijvoorbeeld <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken die hierboven zijn genoemd en literatuur over het bevor<strong>de</strong>ren van<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong>. Bijzon<strong>de</strong>r is dat alle stimuleren<strong>de</strong> maatregelen uit die literatuur zijn<br />

samengevat <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste dimensie van Mazano (2008). In <strong>de</strong> eerste dimensie wordt<br />

het klassenklimaat, <strong>de</strong> motivatie en acceptatie en <strong>de</strong> feedback beschreven. De<br />

hoeveelheid acties en het doel dat zij dienen, die Mazano beschrijft <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste<br />

dimensie zijn:<br />

acht acties die bijdragen aan het veilige klassenklimaat<br />

acht acties die bijdragen aan <strong>de</strong> motivatie en acceptatie van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

negen acties uit <strong>de</strong> strategieën die <strong>de</strong> docent gebruikt om <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g te<br />

motiveren en te accepteren<br />

Uit <strong>de</strong> techniek van het vragen stellen beschreven door Jos Tielemans (1999) haal<br />

ik<br />

twaalf acties die bijdrage aan het bevestigen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door <strong>de</strong> docent en het<br />

geven van feedback van <strong>de</strong> docent aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door het stellen van vragen. Hier<br />

voeg ik nog een actie aan toe: het waar<strong>de</strong> vrij stellen van <strong>de</strong> vragen, volgens<br />

Gordon (1980)<br />

Alle acties van Marzano beschreven <strong>in</strong> <strong>de</strong> eerste dimensie en <strong>de</strong> techniek van het<br />

vragen stellen.<br />

Voor mijn <strong>in</strong>terventie heb ik <strong>de</strong>ze acties van <strong>de</strong> docent die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, or<strong>de</strong>nen tot een checklist waarmee ik, tij<strong>de</strong>ns een<br />

observatie van een les, turf hoeveel acties en hoe vaak die acties voorkomen van<br />

<strong>de</strong> docent.<br />

De uitslag<br />

De uitkomsten moeten makkelijk te vergelijken zijn. Daarom heb ik <strong>de</strong> uitslagen<br />

vertaald <strong>in</strong> een mo<strong>de</strong>l van een zon. De docent straalt als een zon het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> uit over <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. Daar<strong>in</strong> kan <strong>de</strong> docent we<strong>in</strong>ig warmte afgeven,<br />

dan is zijn score geel en heel veel dan is <strong>de</strong> zon diep rood.<br />

Zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen wor<strong>de</strong>n getruft en bepalen <strong>de</strong> hoeveelheid en <strong>de</strong> lengte van <strong>de</strong><br />

stralen.<br />

75


Conclusie<br />

De subvragen die ik stel<strong>de</strong> zijn uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> grootste w<strong>in</strong>st van dit on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Deze vragen waren:<br />

A. Zijn <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> <strong>in</strong>strumenten objectief genoeg om tot een vergelijk<strong>in</strong>g van<br />

<strong>de</strong> uitslagen te komen?<br />

B. Helpen <strong>de</strong> uitslagen om <strong>de</strong> docent meer <strong>in</strong>zicht te geven <strong>in</strong> zijn dimensies van<br />

zijn <strong>de</strong>nken en <strong>in</strong> zijn han<strong>de</strong>len die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g?<br />

Het gesprek dat op gang kwam bij het bespreken van <strong>de</strong> resultaten heeft veel<br />

opgeleverd. De docenten die vragen had<strong>de</strong>n en die het opprijs stel<strong>de</strong>n om nog<br />

uitleg te krijgen bij het verslag zei<strong>de</strong>n dat ze meer <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> hun beroepshoud<strong>in</strong>g als<br />

docent had<strong>de</strong>n gekregen en begrepen beter hoe groot hun <strong>in</strong>vloed op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen is.<br />

10 Bijlagen<br />

Bijlage 1 formulier stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> te vullen door <strong>de</strong> docent<br />

76


kruis het vakje aan van je voorkeur<br />

In te vullen door <strong>de</strong> docent.<br />

Datum en tijd van <strong>de</strong> observatie is …………………………………………………<br />

1. Mijn lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door mijn emoties. Die spelen een rol tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

les.<br />

waar Niet waar<br />

2. Als docent heb ik altijd gelijk.<br />

waar Niet waar<br />

3. Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

waar Niet waar<br />

4. Zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g mij even lief.<br />

waar Niet waar<br />

5. Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

waar Niet waar<br />

6. Ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs.<br />

waar Niet waar<br />

7. Ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

waar Niet waar<br />

8. Ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid<br />

waar Niet waar<br />

9. Ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school.<br />

waar Niet waar<br />

Bijlage 2<br />

formulier stell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> te vullen door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

kruis het vakje aan van je voorkeur<br />

Ingevuld door leerl<strong>in</strong>g 7- 14- 21 of nummer<br />

Datum en tijd van observatie:………………………………………………………….<br />

1 De lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door <strong>de</strong> emoties van <strong>de</strong> docent. Die emoties spelen<br />

een rol tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les.<br />

waar Niet waar<br />

77


2. De docent krijgt van mij gelijk omdat hij/zij <strong>de</strong> docent is.<br />

waar Niet waar<br />

3. De docent houdt reken<strong>in</strong>g met zijn of haar vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

waar Niet waar<br />

4. De docent v<strong>in</strong>dt elke leerl<strong>in</strong>g even lief.<br />

waar Niet waar<br />

5. De docent weet bij b<strong>in</strong>nenkomst al hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren.<br />

waar Niet waar<br />

6. De docent weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs<br />

waar Niet waar<br />

7. De docent houdt het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct<br />

gedragen<br />

waar Niet waar<br />

8. De docent heeft vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid<br />

waar Niet waar<br />

9. De docent gedraagt zich als een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school.<br />

Waar is rood<br />

waar Niet waar<br />

Bijlage3A<br />

Scorelijst observatie: datum………….tijd……………..<br />

Observant:………………………….<br />

De docent laat <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zien:<br />

Individueel gericht<br />

1. Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht<br />

2. Betrekt leerl<strong>in</strong>gen<br />

3. Reageert positief<br />

78


4. Maakt contact persoonlijk<br />

5. Heeft een band<br />

6. Luistert actief (<strong>in</strong>gaan op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt)<br />

7. Geeft aandacht gevraagd en ongevraagd<br />

8. Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan<br />

9. Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n<br />

10. Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

Bijlage 3B<br />

Scorelijst observatie: datum………….tijd……………..<br />

Observant:………………………….<br />

De docent laat <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zien:<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht<br />

11. Let op pesten<br />

12. Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

13. Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

14. Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

15. Voor verschillen tussen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

16. Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

79


Bijlage 3 C<br />

Scorelijst observatie: datum………….tijd……………..<br />

Observant:………………………….<br />

De docent laat <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen zien:<br />

Groepsgericht<br />

17. Regels toepassen op zichzelf<br />

18. De regels handhaven voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

19. Ontspannen sfeer<br />

20. Concentratie/focus (bijzaken parkeren)<br />

21. Beweg<strong>in</strong>g toestaan<br />

22. Niemand wordt vergeten<br />

23. Vraagt waar<strong>de</strong>vast<br />

24. Geeft een positieve reactie op alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

25. Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen<br />

Bijlage 4<br />

Score eerste proef <strong>in</strong>strumenten VMBO docenten 1 t/m 4<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBO docent 1<br />

leerl<strong>in</strong>gen 6<br />

7<br />

4<br />

docent 7<br />

totaal 24<br />

36 28 22 20<br />

80


Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBO docent<br />

leerl<strong>in</strong>gen 3<br />

5<br />

7<br />

docent 7<br />

totaal 22<br />

36 28 22 20<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

proef 3<br />

leerl<strong>in</strong>gen 7<br />

6<br />

4<br />

docent 6<br />

totaal 23<br />

36 28 22 20<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

proef 4<br />

leerl<strong>in</strong>gen 4<br />

4<br />

9<br />

docent 7<br />

totaal 24<br />

36 28 22 20<br />

Bijlage 5<br />

Score an<strong>de</strong>rs gewaar<strong>de</strong>erd. L<strong>in</strong>ks op <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en rechts<br />

<strong>de</strong> nieuwe tabellen<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBOdocent1<br />

6<br />

leerl<strong>in</strong>gen 7<br />

4<br />

docent 7<br />

totaal 24<br />

Gemid<strong>de</strong>ld per<br />

9 stell<strong>in</strong>gen 6<br />

V1 ll1 ll2 ll3<br />

4 1 2 0<br />

4 2 5 0<br />

4 4 4 5<br />

3 4 0 0<br />

1 3 3 2<br />

4 5 5 2<br />

2 2 1 0<br />

5 4 5 5<br />

5 5 3 5<br />

3,2 3,4 3,9 2,8 3,3<br />

3,4 3,9 2,8 3,4<br />

81


Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBOdocent 2<br />

3<br />

leerl<strong>in</strong>gen 5<br />

7<br />

docent 7<br />

totaal 22<br />

Gemid<strong>de</strong>ld per<br />

9 stell<strong>in</strong>gen 5,5<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

VMBOdocent 3<br />

leerl<strong>in</strong>gen 7<br />

6<br />

4<br />

docent 6<br />

totaal 23<br />

Gemid<strong>de</strong>ld per<br />

9 stell<strong>in</strong>gen 5,6<br />

Score stell<strong>in</strong>gen<br />

proef 4<br />

leerl<strong>in</strong>gen 4<br />

4<br />

9<br />

docent 7<br />

totaal 24<br />

Gemid<strong>de</strong>ld per<br />

9 stell<strong>in</strong>gen 5,8<br />

V2 ll1 ll2 ll3<br />

3 5 2 1<br />

4 1 3 5<br />

3 4 2 5<br />

4 3 1 2<br />

2 1 2 3<br />

4 4 2 5<br />

1 0 2 5<br />

4 2 4 5<br />

4 5 4 5<br />

3,2 2,8 2,4 4,0 3,1<br />

2,8 2,4 4,0 3,1<br />

V3 ll1 ll2 ll3<br />

2 5 0 5<br />

4 2 5 5<br />

1 3 5 2<br />

5 4 5 0<br />

1 0 5 5<br />

4 4 5 4<br />

2 4 0 0<br />

5 4 5 2<br />

5 5 5 2<br />

3,2 3,4 3,9 2,8 3,3<br />

3,4 3,9 2,8 3,4<br />

pr4 ll1 ll2 ll3<br />

3 5 4 4<br />

1 5 5 5<br />

3 0 4 3<br />

4 0 3 3<br />

1 0 2 3<br />

3 2 2 4<br />

3 0 1 4<br />

4 3 2 4<br />

4 3 2 4<br />

2,9 2,0 2,8 3,8 2,9<br />

2,0 2,8 3,8 2,9<br />

82


Bijlage 6<br />

Tellijsten<br />

83


VMBO docent één<br />

Individueel gericht<br />

1. Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht 6<br />

2. Betrekt leerl<strong>in</strong>gen 4<br />

3. Reageert positief 9<br />

4. Maakt contact<br />

persoonlijk 2<br />

5. Heeft een band 1<br />

6. Luistert actief (<strong>in</strong>gaan<br />

op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt) 8<br />

7. Geeft aandacht gevraagd<br />

en ongevraagd<br />

13<br />

8. Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan 6<br />

9. Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf<br />

oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n<br />

10. Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 5<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht<br />

11. Let op pesten<br />

12. Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g 1<br />

13. Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g 3<br />

VMBO docent twee<br />

Individueel gericht<br />

1. Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht 5<br />

2. Betrekt leerl<strong>in</strong>gen 2<br />

3. Reageert positief 9<br />

4. Maakt contact persoonlijk<br />

5. Heeft een band<br />

6. Luistert actief (<strong>in</strong>gaan<br />

op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt) 10<br />

7. Geeft aandacht gevraagd<br />

en ongevraagd 12<br />

8. Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan 5<br />

9. Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n<br />

10. Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht<br />

11. Let op pesten<br />

12. Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g 2<br />

13. Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g 2<br />

VMBO docent drie<br />

Individueel gericht<br />

1. Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht<br />

2. Betrekt leerl<strong>in</strong>gen 1<br />

3. Reageert positief 4<br />

4. Maakt contact 2<br />

persoonlijk 2<br />

5. Heeft een band<br />

6. Luistert actief (<strong>in</strong>gaan 9<br />

op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt) 12<br />

7. Geeft aandacht gevraagd<br />

en ongevraagd 6<br />

14. Ruimte voor <strong>in</strong>dividu 2<br />

15. Voor verschillen tussen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen 2<br />

16. Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Groepsgericht<br />

17. Regels toepassen op zichzelf 1<br />

18. De regels handhaven voor<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen 5<br />

19. Ontspannen sfeer 4<br />

20. Concentratie/focus (bijzaken<br />

parkeren)<br />

5<br />

21. Beweg<strong>in</strong>g toestaan 3<br />

22. Niemand wordt vergeten 1<br />

23. Vraagt waar<strong>de</strong>vast<br />

24. Geeft een positieve reactie<br />

op alle antwoor<strong>de</strong>n 1<br />

25. Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen 1<br />

14. Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

15. Voor verschillen tussen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen 1<br />

16. Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Groepsgericht<br />

17. Regels toepassen op zichzelf<br />

18. De regels handhaven voor<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen 8<br />

19. Ontspannen sfeer<br />

20. Concentratie/focus (bijzaken parkeren)<br />

9<br />

21. Beweg<strong>in</strong>g toestaan<br />

22. Niemand wordt vergeten 6<br />

23. Vraagt waar<strong>de</strong>vast 3<br />

24. Geeft een positieve reactie<br />

op alle antwoor<strong>de</strong>n 1<br />

25. Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen 3<br />

8. Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan 1<br />

9. Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf 1<br />

oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n 3<br />

10. Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 5<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht<br />

11. Let op pesten<br />

12. Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

13. Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

14. Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

15. Voor verschillen tussen<br />

84


<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

16. Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Groepsgericht<br />

17. Regels toepassen op zichzelf<br />

18. De regels handhaven voor<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

19. Ontspannen sfeer<br />

VMBO docent vier<br />

Individueel gericht<br />

1. Ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht<br />

2. Betrekt leerl<strong>in</strong>gen<br />

3. Reageert positief 4<br />

4. Maakt contact<br />

persoonlijk<br />

5. Heeft een band<br />

6. Luistert actief (<strong>in</strong>gaan<br />

op wat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g zegt) 15<br />

7. Geeft aandacht gevraagd<br />

en ongevraagd 33<br />

8. Moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan 17<br />

9. Laat leerl<strong>in</strong>gen zelf<br />

oploss<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n 4<br />

10. Waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g 1<br />

On<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g gericht<br />

11. Let op pesten<br />

12. Acceptatie on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g<br />

13. Stimuleert samenwerk<strong>in</strong>g<br />

14. Ruimte voor <strong>in</strong>dividu<br />

15. Voor verschillen tussen<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

16. Een eerlijke ver<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g<br />

Groepsgericht<br />

17. Regels toepassen op<br />

zichzelf<br />

18. De regels handhaven voor<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

19. Ontspannen sfeer<br />

20. Concentratie/focus<br />

(bijzaken parkeren) 7<br />

21. Beweg<strong>in</strong>g toestaan<br />

22. Niemand wordt vergeten<br />

23. Vraagt waar<strong>de</strong>vast<br />

24. Geeft een positieve reactie<br />

op alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

25. Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen<br />

20. Concentratie/focus (bijzaken parkeren)<br />

21. Beweg<strong>in</strong>g toestaan<br />

22. Niemand wordt vergeten<br />

23. Vraagt waar<strong>de</strong>vast<br />

24. Geeft een positieve reactie<br />

op alle antwoor<strong>de</strong>n<br />

Aandacht aan ie<strong>de</strong>reen<br />

85


Bijlage 7<br />

Verslag obeservatie en score uitleg voor VMBOdocent één tot en met vier.<br />

V1 ll1 ll2 ll3<br />

4 1 2 0<br />

4 2 5 0<br />

4 4 4 5<br />

3 4 0 0<br />

1 3 3 2<br />

4 5 5 2<br />

2 2 1 0<br />

5 4 5 5<br />

5 5 3 5<br />

3,2 3,4 3,9 2,8 3,3<br />

3,4 3,9 2,8 3,4<br />

De gedachten die van <strong>in</strong>vloed zijn op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

De positieve gedachten van <strong>de</strong> docent komen niet helemaal over bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. De<br />

eerste drie stell<strong>in</strong>gen heeft <strong>de</strong> docent hoog gewaar<strong>de</strong>erd en dat is slechts door één<br />

leerl<strong>in</strong>g ook ervaren waar het <strong>de</strong> twee eerste stell<strong>in</strong>gen aangaat. De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g „<strong>de</strong><br />

docent houdt reken<strong>in</strong>g met zijn vooroor<strong>de</strong>len‟ wordt ook door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen erkend. De<br />

docent kan het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen positief beïnvloe<strong>de</strong>n door oprecht te<br />

zijn over zijn emoties door die te tonen aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen (stell<strong>in</strong>g 1) en oprecht te zijn<br />

door zijn eigen men<strong>in</strong>g te geven en zich hierbij niet te verschuilen achter zijn rol als<br />

docent. De docent kan meer zijn overtuig<strong>in</strong>g laten merken aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen dat ie<strong>de</strong>re<br />

leerl<strong>in</strong>g hem even lief is (stell<strong>in</strong>g 4) Die overtuig<strong>in</strong>g komt tot twee keer toe helemaal niet<br />

over bij <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De leerl<strong>in</strong>gen geloven dat <strong>de</strong> docent bij b<strong>in</strong>nenkomst al weet hoe <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren. De docent is zich bewust van <strong>de</strong> negatieve <strong>in</strong>vloed die dat<br />

heeft. Hij zal het dui<strong>de</strong>lijk kunnen maken aan <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g door te laten zien dat hij keer<br />

op keer nieuwe verwacht<strong>in</strong>gen van hen heeft. De docent kan zich bewust wor<strong>de</strong>n van<br />

het feit dat leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien een streepje voorhebben op <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />

leerl<strong>in</strong>gen (stell<strong>in</strong>g 7). Die gedachten van <strong>de</strong> docent ervaren <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

Acties van <strong>de</strong> docent die het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

Tussenhaakjes staan <strong>de</strong> nummers van <strong>de</strong> acties, <strong>de</strong> stralen genoteerd. De docent is<br />

gericht op <strong>de</strong> <strong>in</strong>dividuele leerl<strong>in</strong>gen (stralen 1 t/m 10) Hij geeft veel gevraagd en<br />

ongevraagd aandacht (7), luistert actief (8) en reageert positief (3), hij ver<strong>de</strong>elt zijn<br />

aandacht (1), moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan (8) en waar<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g (10). Hij maakt twee<br />

maal persoonlijk contact (2) en laat eenmaal zijn band zien met <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g (5). De<br />

aandacht voor <strong>de</strong> groep is m<strong>in</strong><strong>de</strong>r dui<strong>de</strong>lijk. De docent houdt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan <strong>de</strong> regels<br />

(18) en zorgt voor concentratie en focus (20) van <strong>de</strong> groep. De docent werkt aan een<br />

ontspannen sfeer(19). De han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent die gericht zijn op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

on<strong>de</strong>rl<strong>in</strong>g zijn het m<strong>in</strong>st vaak geturfd. Drie keer is het stimuleren van samenwerk<strong>in</strong>g<br />

zichtbaar geweest (13)<br />

86


Verslag VMBO docent twee<br />

V2 ll1 ll2 ll3<br />

3 5 2 1<br />

4 1 3 5<br />

3 4 2 5<br />

4 3 1 2<br />

2 1 2 3<br />

4 4 2 5<br />

1 0 2 5<br />

4 2 4 5<br />

4 5 4 5<br />

3,2 2,8 2,4 4,0 3,1<br />

2,8 2,4 4,0 3,1<br />

Stell<strong>in</strong>gen<br />

Deze docent heeft bijna drie van <strong>de</strong> vijf punten gescoord op zijn positieve houd<strong>in</strong>g ten<br />

aanzien van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. De stell<strong>in</strong>gen die voortkomen uit <strong>de</strong> theorieën en<br />

on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen, <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen vijf en zeven, zijn m<strong>in</strong><strong>de</strong>r goed<br />

gescoord door <strong>de</strong> docent en door <strong>de</strong> meeste leerl<strong>in</strong>gen. Het gaat <strong>in</strong> <strong>de</strong>ze stell<strong>in</strong>gen over<br />

<strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën die <strong>de</strong> docent heeft zon<strong>de</strong>r contact te hebben met <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen; „Ik weet bij<br />

b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren‟ en „ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er<br />

netjes uitzien en zich correct gedragen‟. Wat ver<strong>de</strong>r opvalt is dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen heel<br />

verschillend <strong>de</strong>nken over <strong>de</strong> docent en zijn positieve houd<strong>in</strong>g ten aanzien van hen.<br />

Mogelijk hebben sommigen al een positief beeld waar an<strong>de</strong>ren die ervar<strong>in</strong>g nog niet<br />

hebben.<br />

Acties<br />

In zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen is <strong>de</strong> docent gericht op <strong>de</strong> <strong>in</strong>dividuele leerl<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> groep. Hij geeft<br />

veel gevraagd en ongevraagd aandacht (7) en luistert actief naar <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g (6), hij<br />

reageert positief (3) en moedigt <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g aan (8) en ver<strong>de</strong>elt zijn aandacht (1). De<br />

docent zorgt dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>in</strong> <strong>de</strong> groep zich concentreert; focust (20) en dat <strong>de</strong> regels<br />

wor<strong>de</strong>n gehandhaafd (18). De docent probeert niemand te vergeten (22). De docent zou<br />

vooral kunnen <strong>in</strong>zetten op <strong>de</strong> <strong>in</strong>teractie tussen <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen ver<strong>de</strong>r<br />

uitbrei<strong>de</strong>n om zijn positieve houd<strong>in</strong>g ver<strong>de</strong>r om te zetten <strong>in</strong> han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. De<br />

leerl<strong>in</strong>gen zijn niet eenduidig over <strong>de</strong> houd<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent en wor<strong>de</strong>n niet optimaal<br />

positief bena<strong>de</strong>rd door <strong>de</strong> docent waar het om hun <strong>zelfvertrouwen</strong> gaat. De docent kan<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g stimuleren door zich bewuster te zijn van <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len van zijn houd<strong>in</strong>g die <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen beïnvloe<strong>de</strong>n op hun <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

87


Verslag VMBO docent drie<br />

De observatie van docent drie is <strong>in</strong>correct doordat er onvoldoen<strong>de</strong> zicht op <strong>de</strong> docent en<br />

zijn han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen was tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> observatie. De leerl<strong>in</strong>gen hebben <strong>de</strong> docent wel<br />

gewaar<strong>de</strong>erd <strong>in</strong> <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen.<br />

V3 ll1 ll2 ll3<br />

2 5 0 5<br />

4 2 5 5<br />

1 3 5 2<br />

5 4 5 0<br />

1 0 5 5<br />

4 4 5 4<br />

2 4 0 0<br />

5 4 5 2<br />

5 5 5 2<br />

3,2 3,4 3,9 2,8 3,3<br />

3,4 3,9 2,8 3,4<br />

De docent is m<strong>in</strong><strong>de</strong>r bewust van zijn emoties en <strong>de</strong> rol die ze spelen <strong>in</strong> <strong>de</strong> klas. (stell<strong>in</strong>g<br />

1). Bij twee van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen komt dat juist heel goed over en bij een helemaal niet. De<br />

docent mag zich bewust wor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len die <strong>de</strong> docent<br />

heeft (stell<strong>in</strong>g 3).De <strong>in</strong>vloed van stell<strong>in</strong>g vijf en zeven: „Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe<br />

leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren‟ en „ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en<br />

zich correct gedragen‟ is bij <strong>de</strong> docent en bij een van <strong>de</strong> drie leerl<strong>in</strong>gen niet bekend.<br />

Verslag VMBO docent vier<br />

V4 ll1 ll2 ll3<br />

3 5 4 4<br />

1 5 5 5<br />

3 0 4 3<br />

4 0 3 3<br />

1 0 2 3<br />

3 2 2 4<br />

3 0 1 4<br />

4 3 2 4<br />

4 3 2 4<br />

2,9 2,0 2,8 3,8 2,9<br />

2,0 2,8 3,8 2,9<br />

De docent maakt met zijn houd<strong>in</strong>g een we<strong>in</strong>ig positieve <strong>in</strong>druk op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en geeft<br />

ze we<strong>in</strong>ig <strong>zelfvertrouwen</strong> volgens <strong>de</strong> score van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen op <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen. Het beeld<br />

dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong> docent hebben, is erg wisselend. Bewustword<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent<br />

over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van zijn houd<strong>in</strong>g op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen zal een positieve <strong>in</strong>vloed op het<br />

88


<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g hebben. De gevolgen van stell<strong>in</strong>g twee; het verschuilen<br />

van <strong>de</strong> docent achter zijn docentenrol (als docent heb ik gelijk omdat ik docent ben) is<br />

door <strong>de</strong> docent gewaar<strong>de</strong>erd alsof dat positief is. Gelukkig komt het niet zo over, <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong><strong>de</strong>n van niet. Stell<strong>in</strong>g drie gaat over het reken<strong>in</strong>g hou<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> docent<br />

met zijn vooroor<strong>de</strong>len: „Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen‟<br />

daar<strong>in</strong> kan <strong>de</strong> docent zich verbeteren als hij positiever <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g wil hebben. Het uiterlijk van leerl<strong>in</strong>gen, gewaar<strong>de</strong>erd <strong>in</strong> stell<strong>in</strong>g zeven, wordt<br />

niet door alle leerl<strong>in</strong>gen als positief ervaren. De docent heeft een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score die<br />

hetzelf<strong>de</strong> is als <strong>de</strong> e<strong>in</strong>d beoor<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g met en zon<strong>de</strong>r het meetellen van <strong>de</strong> docent.<br />

De docent is erg actief met ongevraagd en gevraagd aandacht geven (7), <strong>de</strong> score valt<br />

zelfs buiten <strong>de</strong> cirkel. Dat geldt ook voor het aanmoedigen van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g (8). Het<br />

focussen (20) van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen is een han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g die <strong>de</strong>ze docent ook vaak doet.<br />

Bijlage 8<br />

Het <strong>in</strong>terventierooster<br />

Nummers<br />

van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen:<br />

Di 25 mei 8:30- 12:15 A1C docent 1 7-14-21<br />

12:45- 16:30 A1Aa docent 2 1-3-6<br />

13:45- 13:45 A1C docent 3 6-12-18<br />

13:15- 16:30 A1Ab docent 4 1-7-10<br />

13:15- 16:30 A1Bb docent 5 1-7-12<br />

Wo 26 mei 10:00- 12:15 A1B docent 6 6-12-18<br />

A1B docent 7 8-16-24<br />

A1B docent 8 5-10-15<br />

A1C docent 9 8-16-24<br />

Do 27 mei test<br />

A1C Test Gel<strong>de</strong>rgroep (ver) Via <strong>de</strong> mail<br />

Vrij 28 mei A1A Test Gel<strong>de</strong>rgroep (ver)<br />

A1B Test Gel<strong>de</strong>rgroep (ver)<br />

89


Bijlage 9<br />

score MBO2 docenten<br />

do1 ll1 ll2 ll3 do2 ll1 ll2 ll3 do3 ll1 ll2 ll3<br />

5 0 0 3 1 1 1 3 2 4 4<br />

4 5 0 4 5 4 5 5 4 2 4<br />

5 4 5 1 5 5 0 4 0 1 0<br />

1 1 5 5 2 0 5 4 5 0 0<br />

3 3 0 5 4 5 0 2 1 5 3<br />

2 2 5 5 5 4 5 4 5 0 0<br />

3 1 5 2 5 1 2 5 3 1 0<br />

0 0 4 5 1 5 5 5 5 4 0<br />

1 0 5 5 5 5 5 5 5 2 0<br />

0 2,7 1,8 3,2 1,9 3,9 3,7 3,3 3,1 3,5 4,1 3,3 2,1 1,2 2,7<br />

0 2,7 1,8 3,2 2,6 3,7 3,3 3,1 3,4 3,3 2,1 1,2 2,2<br />

do4 ll1 ll2 ll3 do5 ll1 ll2 ll3 do6 ll1 ll2 ll3<br />

1 0 5 4 1 2 0 3 5 4 0 4<br />

0 0 0 3 5 1 5 4 5 5 0 4<br />

5 5 5 3 4 5 5 4 4 4 5 1<br />

5 5 5 3 4 5 5 5 4 2 3 1<br />

1 0 5 1 1 0 2 0 5 2 3 3<br />

4 5 5 3 5 5 3 5 4 4 4 3<br />

3 0 0 0 4 2 4 0 5 4 4 1<br />

5 5 5 2 5 5 5 4 4 3 4 4<br />

5 5 5 3 5 5 4 4 4 4 4 4<br />

3,2 2,8 3,9 2,4 3,1 3,8 3 3,7 3,2 3,5 4,4 3,6 3 2,8 3,4<br />

2,8 3,9 2,4 3,0 3 3,7 3,2 3,4 3,6 3 2,8 3,1<br />

do7 ll1 ll2 ll3 do8 ll1 ll2 ll3 do9 ll1 ll2 ll3<br />

1 3 5 4 1 1 2 2 0 0 2<br />

4 0 5 2 4 4 5 3 0 1 4<br />

5 5 1 4 2 3 3 3 5 5 4<br />

1 4 1 2 4 1 2 3 0 1 0<br />

1 1 0 1 2 1 1 1 3 5 3<br />

1 5 5 3 5 4 5 4 5 3 4<br />

1 0 0 0 5 3 4 3 1 0 2<br />

0 4 5 3 5 3 4 3 5 3 4<br />

4 3 5 4 4 4 5 4 0 5 4 4<br />

2 2,8 3 2,6 2,6 3,6 3 3,4 2,9 3,1 0 2,7 2,4 3 2,0<br />

2,8 3 2,6 2,8 3 3,4 2,9 3,0 2,7 2,4 3 2,7<br />

90


Bijlage 10 A t/m G<br />

Docent twee:<br />

do<br />

st 2 ll1 ll2 ll3<br />

1 3 1 1 1<br />

2 4 5 4 5<br />

3 1 5 5 0<br />

4 5 2 0 5<br />

5 5 4 5 0<br />

6 5 5 4 5<br />

7 2 5 1 2<br />

8 5 1 5 5<br />

9 5 5 5 5<br />

3,9 3,7 3,3 3,1 3,5<br />

3,7 3,3 3,1 3,4<br />

1. Mijn lessen wor<strong>de</strong>n beïnvloed door mijn emoties. Die emoties spelen een rol<br />

tij<strong>de</strong>ns mijn lessen. (gedrag klopt bij emotie, Rogers). Goe<strong>de</strong> antwoord is „waar‟.<br />

Drie leerl<strong>in</strong>gen merken dat niet. De docent <strong>de</strong>nkt dat hij zijn emoties wel toont.<br />

Dui<strong>de</strong>lijker maken aan <strong>de</strong> klas hoe hij zich voelt, maakt het voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

dui<strong>de</strong>lijker.<br />

2. Als docent heb ik altijd gelijk. (verschuilen achter <strong>de</strong> docentenrol, Rogers).<br />

Goe<strong>de</strong> antwoord is „niet waar‟. Hier zijn <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en <strong>de</strong> docent het overeens.<br />

3. Ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len over bepaal<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen.<br />

(bewust van eigen vooroor<strong>de</strong>len, Rogers). Goe<strong>de</strong> antwoord is „waar‟. Volgens <strong>de</strong> docent<br />

en een leerl<strong>in</strong>g is dat niet zo. De stell<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g is erg cryptisch, dus mogelijk<br />

hebbe ze het niet goed begrepen. Omdat <strong>de</strong> docent zelf laag scoort kan hij door <strong>de</strong>ze<br />

feedback wel bewuster omgaan met zijn vooroor<strong>de</strong>len.<br />

Onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len wordt <strong>de</strong> stell<strong>in</strong>g:<br />

4. Zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g mij even lief.<br />

(altijd een positief beeld van leerl<strong>in</strong>gen, Morrison en Mc Intyre, Tausch). Goe<strong>de</strong><br />

antwoord is „waar‟. De docent en een van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen v<strong>in</strong>dt dat <strong>de</strong> docent ie<strong>de</strong>reen lief<br />

heeft. Maar omdat twee leerl<strong>in</strong>gen dat helemaal niet v<strong>in</strong><strong>de</strong>n is het goed als <strong>de</strong> docent<br />

twijfelt en zich <strong>de</strong> vraag stelt: laat hij alle leerl<strong>in</strong>gen merken dat ze hem even lief zijn?<br />

5. Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren. Goe<strong>de</strong> antwoord is<br />

„niet waar‟. (onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len, Adams en Cohen). Goe<strong>de</strong> antwoord<br />

is „waar‟. Dat v<strong>in</strong>dt <strong>de</strong> docent en twee van <strong>de</strong> drie leerl<strong>in</strong>gen. Nog niet ie<strong>de</strong>reen van <strong>de</strong><br />

klas is hiervan overtuigt.<br />

De volgen<strong>de</strong> stell<strong>in</strong>gen zijn geïnspireerd door <strong>de</strong> personen die tussen haakjes genoemd<br />

wor<strong>de</strong>n. De stell<strong>in</strong>gen gaan over het positief bena<strong>de</strong>ren van alle leerl<strong>in</strong>gen door<br />

verschillen te maken <strong>in</strong> positieve z<strong>in</strong>:<br />

6. Ik weet van elke leerl<strong>in</strong>g iets positiefs. (Tausch en Tausch). Goe<strong>de</strong> antwoord<br />

is „waar‟. Prima score. Dat doet <strong>de</strong>ze docent geweldig.<br />

In negatieve z<strong>in</strong> heeft dat een negatief effect:<br />

7. Ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

(Adams en Cohen). Goe<strong>de</strong> antwoord is „niet waar‟. Hier is het dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> docent<br />

zijn voorkeur laat tellen. Uiterlijk mag geen rol spelen bij het beoor<strong>de</strong>len van leerl<strong>in</strong>gen.<br />

91


Bij leren doen <strong>de</strong> kleren er niet toe. Het zien resultaten uit on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en<br />

Cohen, of het observeren van zichzelf,<br />

Stell<strong>in</strong>g zes en zeven zal <strong>de</strong> docent <strong>in</strong>zicht geven <strong>in</strong> <strong>de</strong> rol die uiterlijk speelt <strong>in</strong> zijn<br />

oor<strong>de</strong>el.<br />

De laatste twee stell<strong>in</strong>gen gaan over <strong>de</strong> persoonlijke kenmerken van <strong>de</strong> docent als<br />

i<strong>de</strong>aal mens zoals Rogers dat verwoordt:<br />

8. Ik heb vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> mensheid. (persoonlijke kenmerken, Rogers). Goe<strong>de</strong><br />

antwoord is „waar‟. Daar twijfelt een leerl<strong>in</strong>g aan. Hoe komt dat?<br />

9. Ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het team en <strong>de</strong> school. (<strong>in</strong> harmonie met<br />

an<strong>de</strong>ren en zichzelf, Rogers). Goe<strong>de</strong> antwoord is „waar‟. Dat straalt <strong>de</strong> docent<br />

overtuigend uit. Heel goed.<br />

Bijlage 10B<br />

Docent drie<br />

do3 ll1 ll2 ll3<br />

1 3 2 4 4<br />

2 5 4 2 4<br />

3 4 3 1 0<br />

4 4 5 0 0<br />

5 2 1 5 3<br />

6 4 5 0 0<br />

7 5 3 1 0<br />

8 5 5 4 0<br />

9 5 5 2 0<br />

4,1 3,7 2,1 1,2 2,8<br />

3,7 2,1 1,2 2,3<br />

De 2,3 score op een schaal van vijf punten is niet hoog. De scorelijst maakt dui<strong>de</strong>lijk dat<br />

<strong>de</strong> docent wel weet waar het om gaat, welke houd<strong>in</strong>g hij moet uitdragen als het gaat om<br />

het <strong>zelfvertrouwen</strong> van leerl<strong>in</strong>gen te versterken. Het komt echter niet zo krachtig over bij<br />

<strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen als <strong>de</strong> docent voor heeft. Leerl<strong>in</strong>g drie is uitgesproken negatief over <strong>de</strong>ze<br />

docent. De leerl<strong>in</strong>g gelooft zelfs niet dat <strong>de</strong> docent vertrouwen <strong>in</strong> <strong>de</strong> wereld heeft en <strong>de</strong>el<br />

uitmaakt van het schoolteam.<br />

Bij stell<strong>in</strong>g vijf: „Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren‟, zijn docent en<br />

leerl<strong>in</strong>gen het eens. De docent reageert alsof hij van te voren weet hoe <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

reageren. Het goe<strong>de</strong> antwoord op <strong>de</strong>ze stell<strong>in</strong>g is „niet waar‟. Het gaat hier om<br />

onvoorwaar<strong>de</strong>lijk zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len volgens <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken van Adams en Cohen.<br />

Het over<strong>de</strong>nken hoe <strong>de</strong> docent zijn positieve houd<strong>in</strong>g kan uitdragen, is een mogelijkheid<br />

voor <strong>de</strong>ze docent om meer <strong>in</strong>vloed te hebben op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van leerl<strong>in</strong>gen.<br />

92


Bijlage 10C<br />

Docent vier<br />

do4 ll1 ll2 ll3<br />

1 1 0 5 4<br />

2 0 0 0 3<br />

3 5 5 5 3<br />

4 5 5 5 3<br />

5 1 0 5 1<br />

6 4 5 5 3<br />

7 3 0 0 0<br />

8 5 5 5 2<br />

9 5 5 5 3<br />

3,2 2,8 3,9 2,4 3,1<br />

2,8 3,9 2,4 3,0<br />

Positief is dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen merken dat <strong>de</strong> docent reken<strong>in</strong>g houdt met zijn vooroor<strong>de</strong>len,<br />

alle leerl<strong>in</strong>gen even lief v<strong>in</strong>dt en dat <strong>de</strong> docent van alle leerl<strong>in</strong>gen iets positiefs weet<br />

(stell<strong>in</strong>g 3, 4 en 6) De leerl<strong>in</strong>gen merken ook dat <strong>de</strong> docent vertrouwen heeft <strong>in</strong> <strong>de</strong><br />

mensheid en dat <strong>de</strong> docent zich een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el voelt van het team.<br />

Opvallend is ver<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> score van <strong>de</strong>ze docent laag is op stell<strong>in</strong>g twee en stell<strong>in</strong>g vijf<br />

Stell<strong>in</strong>g 2: Als docent heb ik altijd gelijk.(verschuilen achter <strong>de</strong> docentenrol, Rogers)<br />

Stell<strong>in</strong>g 5: Ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren. (onvoorwaar<strong>de</strong>lijk<br />

zon<strong>de</strong>r vooroor<strong>de</strong>len, Adams en Cohen)<br />

Stell<strong>in</strong>g 7: Ik hou het meest van leerl<strong>in</strong>gen die er netjes uitzien en zich correct gedragen.<br />

(Adams en Cohen) wordt laag gewaar<strong>de</strong>erd door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. De docent <strong>de</strong>nkt dat hij<br />

geen reken<strong>in</strong>g houdt met het uiterlijk van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g en <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen <strong>de</strong>nken dat hij dat<br />

juist wel doet. Ze zijn daar<strong>in</strong> unaniem.<br />

Bewustword<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die <strong>de</strong> gedachten van <strong>de</strong> docent heeft op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen<br />

zal zijn <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g mogelijk vergroten.<br />

Bijlage 10D<br />

Docent vijf<br />

do5 ll1 ll2 ll3<br />

1 1 2 0 3<br />

2 5 1 5 4<br />

3 4 5 5 4<br />

4 4 5 5 5<br />

5 1 0 2 0<br />

6 5 5 3 5<br />

7 4 2 4 0<br />

8 5 5 5 4<br />

9 5 5 4 4<br />

3,8 3 3,7 3,2 3,5<br />

3 3,7 3,2 3,4<br />

93


Docent vijf heeft, volgens <strong>de</strong>ze score, veel <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Stell<strong>in</strong>g een en vijf wer<strong>de</strong>n m<strong>in</strong><strong>de</strong>r gewaar<strong>de</strong>erd. Het gaat bij stell<strong>in</strong>g een om het<br />

omgaan met emoties voor <strong>de</strong> klas. De emoties tonen die <strong>de</strong> docent op dat moment<br />

heeft, geeft <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g <strong>de</strong> mogelijkheid <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> docent <strong>in</strong> het juiste<br />

perspectief te zien. Als <strong>de</strong> docent goed gehumeurd is en dat heeft laten zien, zal <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>g begrijpen dat als <strong>de</strong> docent <strong>in</strong> dat geval boos wordt op hem hij het helemaal aan<br />

zichzelf heeft te danken. Het niet tonen van <strong>de</strong> emoties zorgt dat <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g eigenlijk<br />

niet weet waar hij aan toe is. Twijfel geeft geen <strong>zelfvertrouwen</strong>.<br />

Onvoorwaar<strong>de</strong>lijk en zon<strong>de</strong>rvooroor<strong>de</strong>len, daar gaat stell<strong>in</strong>g vijf over. De docent kan niet<br />

weten hoe leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren bij b<strong>in</strong>nenkomst, dan staat <strong>de</strong> docent niet meer<br />

open voor <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g van dat moment.<br />

Bij stell<strong>in</strong>g zeven <strong>de</strong>nken twee leerl<strong>in</strong>gen dat het uiterlijk ertoe doet voor <strong>de</strong> docent.<br />

Meer uitdragen dat dat niet zo is voor <strong>de</strong> docent zal beter zijn voor dat <strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen dat het nog niet weet van <strong>de</strong> docent.<br />

Deze docent zal door bewustword<strong>in</strong>g van het effect van zijn gedachten of houd<strong>in</strong>g <strong>de</strong><br />

leerl<strong>in</strong>gen nog meer <strong>zelfvertrouwen</strong> geven. Ik ben uiterst nieuwsgierig welke<br />

han<strong>de</strong>l<strong>in</strong>gen ik zou kunnen vastleggen <strong>in</strong> <strong>de</strong> les die <strong>de</strong>ze docent geeft.<br />

Bijlage 10E<br />

Docent zeven<br />

do7 ll1 ll2 ll3<br />

1 1 3 5 4<br />

2 4 0 5 2<br />

3 5 5 1 4<br />

4 1 4 1 2<br />

5 1 1 0 1<br />

6 1 5 5 3<br />

7 1 0 0 0<br />

8 0 4 5 3<br />

9 4 3 5 4<br />

2 2,8 3 2,6 2,6<br />

2,8 3 2,6 2,8<br />

Docent zeven heeft alleen bij <strong>de</strong> aspecten <strong>in</strong> stell<strong>in</strong>g twee: als docent heb ik altijd gelijk,<br />

drie: ik hou reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len en negen: ik voel me een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het<br />

team, een positieve <strong>in</strong>vloed op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g. De stell<strong>in</strong>g acht heeft <strong>de</strong> docent niet <strong>in</strong>gevuld.<br />

De leerl<strong>in</strong>gen zijn gemid<strong>de</strong>ld positiever over <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> docent, dan <strong>de</strong> docent.<br />

Bewustword<strong>in</strong>g op <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed die <strong>de</strong> docent heeft op <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en waaruit die <strong>in</strong>vloed<br />

bestaat geeft mogelijk nieuwe <strong>in</strong>zichten en meer positieve <strong>in</strong>vloed op het <strong>zelfvertrouwen</strong><br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g.<br />

Bijlage 10F<br />

Docent acht<br />

94


do8 ll1 ll2 ll3<br />

1 1 1 2 2<br />

2 4 4 5 3<br />

3 2 3 3 3<br />

4 4 1 2 3<br />

5 2 1 1 1<br />

6 5 4 5 4<br />

7 5 3 4 3<br />

8 5 3 4 3<br />

9 4 4 5 4<br />

3,6 3 3,4 2,9 3,1<br />

3 3,4 2,9 3,0<br />

De hoge scores van <strong>de</strong> docent op stell<strong>in</strong>gen twee, zes, zeven en acht komen dichtbij <strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g voor <strong>de</strong>ze items van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. Stell<strong>in</strong>g een: <strong>de</strong> les wordt beïnvloed door<br />

mijn emoties en vijf: ik weet bij b<strong>in</strong>nenkomst hoe <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen gaan reageren zijn door<br />

<strong>de</strong> docent en door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen en door <strong>de</strong> docent laag gescoord. Stell<strong>in</strong>g drie: ik houdt<br />

reken<strong>in</strong>g met mijn vooroor<strong>de</strong>len, is door <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen iets beter gewaar<strong>de</strong>erd dan <strong>de</strong><br />

door <strong>de</strong> docent. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score van <strong>de</strong> docent ligt hoger dan <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> score<br />

van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen. beter communiceren over <strong>de</strong> items die <strong>in</strong>vloed hebben op het<br />

<strong>zelfvertrouwen</strong> van <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>gen zal die <strong>in</strong>vloed verbeteren.<br />

Nog voor <strong>de</strong> feedback is terug gegeven, laat <strong>de</strong> docent weten dat hij niet geloofd <strong>in</strong><br />

enquêtes en lijstjes. “ik scoor meestal heel an<strong>de</strong>rs op lijstjes en vragen dan het werkelijk<br />

is”.<br />

Bijlage 10G<br />

Docent negen<br />

do9 ll1 ll2 ll3<br />

1 0 0 2<br />

2 0 1 4<br />

3 5 5 4<br />

4 0 1 0<br />

5 3 5 3<br />

6 5 3 4<br />

7 1 0 2<br />

8 5 3 4<br />

9 0 5 4 4<br />

0 2,7 2,4 3 2,0<br />

2,7 2,4 3 2,7<br />

Verslag:De via <strong>de</strong> mail verzon<strong>de</strong>n stell<strong>in</strong>gen zijn niet gewaar<strong>de</strong>erd door <strong>de</strong> docent. De<br />

leerl<strong>in</strong>gen zijn positief over het reken<strong>in</strong>g hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> vooroor<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> docent<br />

(stell<strong>in</strong>g drie), het open staan voor <strong>de</strong> leerl<strong>in</strong>g, het onvoorwaar<strong>de</strong>lijke <strong>in</strong> stell<strong>in</strong>g vijf en<br />

het maken van een positief verschil tussen leerl<strong>in</strong>gen, zoals <strong>in</strong> stell<strong>in</strong>g zes.<br />

Aandachtspunten zijn stell<strong>in</strong>g één: <strong>de</strong> <strong>in</strong>vloed van <strong>de</strong> eigen emoties tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> les, vier:<br />

95


zon<strong>de</strong>r enige reserve is elke leerl<strong>in</strong>g me even lief en zeven: het voortrekken van<br />

leerl<strong>in</strong>gen op uiterlijk.<br />

96

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!