TOENDRAGROEN GROENLAND - KNAW Onderwijsprijs
TOENDRAGROEN GROENLAND - KNAW Onderwijsprijs
TOENDRAGROEN GROENLAND - KNAW Onderwijsprijs
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>TOENDRAGROEN</strong><br />
<strong>GROENLAND</strong><br />
Een rooskleurige toekomst<br />
maar niet zonder slag of stoot<br />
Renno Hokwerda<br />
Profielwerkstuk voor Aardrijkskunde<br />
Willem Lodewijk Gymnasium 2010-2011
T o e n d r a g r o e n G r o e n l a n d<br />
E e n r o o s k l e u r i g e t o e k o m s t<br />
m a a r n i e t z o n d e r s l a g o f s t o o t<br />
RENNO HOKWERDA<br />
Profielwerkstuk voor aardrijkskunde<br />
Onder begeleiding van T. van der Schaaf<br />
Willem Lodewijk Gymnasium<br />
te Groningen<br />
2010-2011<br />
- 2 -
INHOUDSOPGAVE<br />
Inleiding<br />
Basiskaart van Groenland (1:10.500.000)<br />
Kaart van het Noordpoolgebied<br />
Geologische kaart van Groenland<br />
Hoofdstuk 1 Algemene geografie van Groenland<br />
Hoofdstuk 2 Complementariteit, push- en<br />
pullfactoren en winbaarheid<br />
Hoofdstuk 3 Fysische problemen<br />
Hoofdstuk 4 Infrastructurele problemen<br />
§4.1 Infrastructurele problemen I<br />
§4.2 Infrastructurele problemen II<br />
Hoofdstuk 5 Sociaal-economische problemen<br />
§5.1 Ontwikkelingen in het verleden<br />
§5.2 Hedendaagse problemen<br />
§5.3 Groenland en het buitenland<br />
§5.4 Problemen voor de exploitatie<br />
Hoofdstuk 6 Secundaire sector<br />
§6.1 REE’s en uranium<br />
§6.2 Alcoa en groene stroom<br />
§6.3 Groenlands goud<br />
§6.4 Black Angel Mine<br />
§6.5 Øl eller oil?<br />
§6.6 Het puurste flesje Groenland<br />
Hoofdstuk 7 Primaire sector<br />
Algehele Samenvatting<br />
Conclusie<br />
Toelichting werkwijze<br />
Nawoord<br />
Verklarende woordenlijst<br />
Bronvermelding<br />
Appendix I Themahoofdstuk Transport<br />
§5.1 Noordwestelijke Doorvaart<br />
§5.2 Weg Sisimiut-Kangerlussuaq<br />
Kaartmateriaal<br />
Appendix II Reisverslag Groenlandreis 2-25 juli 2010<br />
- 3 -<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
pagina<br />
4<br />
8<br />
9<br />
10<br />
11<br />
18<br />
19<br />
21<br />
21<br />
25<br />
28<br />
29<br />
31<br />
35<br />
38<br />
40<br />
41<br />
44<br />
47<br />
48<br />
49<br />
52<br />
54<br />
57<br />
58<br />
59<br />
60<br />
62<br />
64<br />
67<br />
67<br />
69<br />
71<br />
73
INLEIDING<br />
Busdienstregelingen<br />
Vanaf de basisschool al heb ik een passie voor aardrijkskunde en<br />
zoals dat met bijna ieder aardrijkskundig kind het geval is, begon<br />
dat met alle hoofdsteden, vlaggen en landen erin te stampen. Een<br />
bijkomstigheid bij mijn interesse is mijn busdienstregelingenverslaving:<br />
ik vind het prachtig om van verre landen de openbaarvervoerstructuren<br />
te onderzoeken. Zodra ik een e-mailadres bemachtigte<br />
van een busbedrijf of VVV, stuurde ik mijn standaardmailtje en<br />
wachtte ik tot de post kwam. Maar Europa begon bekend terrein te<br />
worden en dat was de reden waarom ik op een dag eens op de<br />
kaart keek: waar had ik nou nog geen enkele dienstregeling van?<br />
Toen viel mij een land op, een groot land. Een groot, wit eiland met<br />
enkel plaatsen aan de randen. ‘Groenland,’ stond erop.<br />
Vanaf dat moment was mijn interesse in het land geboren<br />
en telde de wereld één verloren ziel meer. Ik dwong mijn vader<br />
Nuup Bussii te bellen, of zij ook iets konden toesturen. De<br />
vriendelijke telefonist(e) zond met genoegen de dienstregeling op,<br />
inclusief een jubileumboekje en stadsplattegrond.<br />
Weken wachtte ik vol smart op de post en nee, dit schrijf ik<br />
niet om even een leuk verhaal te kunnen houden. Eindelijk<br />
arriveerde een kleine enveloppe met prachtige postzegels erop<br />
geplakt. De knulligheid van een busdienst in een ‘dorp’ van 14.000<br />
inwoners… Ik kon niet wachten. Maar toen ik de enveloppe<br />
zorgvuldig opengerukt had, zat er een prachtige stadsplattegrond in<br />
met op de voorkant een luchtopname van Nuuk. Toen was het doek<br />
gevallen. Ik moest dit dorp, nee, deze stad bezoeken. Ik moest deze<br />
rare combinatie van flats, fjorden, ijs en busdiensten bezoeken. Dat<br />
moest.<br />
Sinds die dag ben ik begonnen met sparen. Langzaam maar<br />
zeker had ik van de eerste €50 al €300 gemaakt. Na een jaar had ik<br />
€1200, na twee jaar €2400, en zo door totdat vlak voor de reis – na Figuur 1. Corpus delicti №1: de busdienst-<br />
vele duizenden kranten bezorgd, honderden vakken gevuld, zo’n regeling van Nuup Bussii die mij eind 2005<br />
toegestuurd werd. Bron: eigen werk.<br />
duizend kilo kastanjes uit tuin van de buren geraapt en vele<br />
middagen opgepast te hebben en tot slot een sponsoractie opgezet te hebben – de teller op €6200<br />
bleef steken en van de ene op de andere dag rap achteruit ging: het aanschaffen van de uitrusting en<br />
tickets was begonnen.<br />
De reis<br />
En zo landde 6 juli 2010, de dag na mijn achttiende verjaardag, mijn rode Dash 8 van Air Greenland<br />
op het vliegveld van Nuuk. Als sneeuw voor de zon loste de mistbank op en ik ving met mijn bagage<br />
op mijn rug en buik (± 30 kg) de eerste glimp op van Nuuk, terwijl ik langs de bushalte van Nuup<br />
Bussii naar mijn kampeerstekje struinde. Zonder kaart liep ik er blindelings heen: het was bekend<br />
terrein. Toen mijn tentje opgezet was en ik mijn muskietenhoofdnet omgedaan had, besefte ik dat ik<br />
thuis was – maar wel helemaal alleen.<br />
Nog steeds denk ik met heimwee terug aan Nuuk. Deze speelse, Arctische ‘metropool’ van<br />
inmiddels ca. 15.000 inwoners, daar ligt een stukje van mijn hart. Maar ook een teleurstellend gevoel<br />
heb ik erbij: dat ik alleen was, betekende dat ik met niemand anders dit gevoel kon delen. Ik ga zeker<br />
terug, maar dan niet alleen.<br />
- 4 -
Profielwerkstuk<br />
Gedurende die vele jaren van sparen heb ik me uitzonderlijk verdiept in het zo witte land Groenland.<br />
Ik verslond de Lonely Planet, las Een Afrikaan op Groenland en keek elke dag op de nieuwssite<br />
Sermitsiaq AG. Ik wist bijna alles van Groenland en kende het land al van haver tot gort voordat ik er<br />
geweest was. Het was daarom voor de hand liggend dat mijn profielwerkstuk te maken zou hebben<br />
met Groenland, en gezien mijn interesse in het vak aardrijkskunde was ook die keuze snel gemaakt.<br />
Maar de ervaring van Groenland, die het hele project completeerde, gaf de doorslag. Dit is een<br />
middel om de leek, de schoft die Groenland nog nooit bezocht heeft, te overtuigen van de<br />
dubbelheid van dit schone, bijzondere land. En daarvoor is dit pak papier van tig bladzijden nog niet<br />
genoeg. Om de lezer ook een idee te geven hoe Groenland is, voelt, oogt en hoe ik het ervoer, voeg<br />
ik ook mijn reisverslag van de Groenlandreis toe, als bijlage en voor de originaliteit.<br />
Hoofdvraag<br />
Nu heb ik mijn passie voor Groenland gecombineerd met een interessante ontwikkeling, die ik al van<br />
begin af aan volg d.m.v. genoemde bronnen. Groenland is een moeilijk land. Geen eigen staat, geen<br />
eigen economie, laat staan wegen. Een natie die wel degelijk bestaat, maar op papier een<br />
afdankertje van Denemarken is. Een land waar niets te beginnen valt, een land waar zonder de<br />
kolonisator geen redden aan zou zijn.<br />
Tenminste, dat was de opvatting vóór het afgelopen decennium. Vanaf de nieuwssite van de<br />
Groenlandse krant Sermitsiaq AG heb ik gezien dat bedrijven opeens richting Groenland trokken, er<br />
aardappelen van eigen bodem kwamen en dat Groenland meer onafhankelijkheid verwierf. Hoe het<br />
land van een zorgenkindje in een natie in opmars veranderde. Maar ik weet ook dat dit alles mooier<br />
klinkt dan het is. Waarom zouden deze ontwikkelingen plaatsvinden? Om mijn onderzoeksgebied<br />
ietwat in te perken, heb ik besloten me vooral te richten op de problemen erbij en specifieker: de<br />
problemen die bij de nieuwe ontwikkelingen vanuit economisch perspectief komen kijken. Waar<br />
ondervinden bedrijven hinder van (buiten ontwikkelingen binnen het bedrijf zelf)? Waar lopen de<br />
exploitanten van de nieuwe inkomstenbronnen tegenaan op Groenland?<br />
Dit resulteert in de hoofdvraag van mijn profielwerkstuk:<br />
WAT ZIJN DE RUIMTELIJKE PROBLEMEN DIE DE EXPLOITATIE VAN DE BODEMSCHATTEN VAN<br />
<strong>GROENLAND</strong> TEGENWERKEN?<br />
Deze hoofdvraag vergt enige uitleg. Wat houden ruimtelijke problemen in? Wat versta ik onder<br />
exploitatie? En wat versta ik onder bodemschatten?<br />
Ruimtelijke problemen zijn problemen die zich voordoen in een bepaald gebied in een<br />
bepaalde tijd. Dat gebied is Groenland, de tijdspanne is van enige jaren geleden tot de toekomst. Ik<br />
ga onder ‘ruimtelijk’ in op de problemen bij de bevolking, het land als gebied, de problemen die<br />
verschillende projecten ondervinden door Groenland enzovoorts. Door gebruik van de term<br />
ruimtelijk onthoud ik me van interne problemen van bedrijven, zoals crisis, herstructurering,<br />
investeringen etc. Onder problemen kan men tegenwerkingen, beperkingen, beletsel, barrières,<br />
moeilijkheden, hindernissen en andere problematische termen verstaan die betrekking hebben op<br />
Groenland zelf.<br />
Onder exploitatie versta ik het winst halen uit het land. Zoals Nuup Bussii een busdienst<br />
exploiteert, exploiteren bedrijven een mijn, maar waar Nuup Bussii winst haalt uit de portemonnee<br />
van reizigers, wordt er door bedrijven winst uit het land zelf gehaald.<br />
Tot slot de bodemschatten. Over het algemeen denkt men bij bodemschatten (of<br />
bodemrijkdommen) aan delfstoffen als kolen, diamant, olie of ijzererts. Dat zijn grondstoffen. Maar<br />
ook gewassen komen uit de grond. Om de deelvragen niet al te moeilijk te maken kies ik ervoor om<br />
ook landbouwproducten van Groenlandse bodem onder de noemer bodemschat te laten vallen.<br />
Misschien incorrect, maar wel verduidelijkend – en dat is wat telt. Bovendien laat ik een belangrijk<br />
- 5 -
arbeidsveld voor Groenland achterwege in dit werkstuk: het toerisme. Want hoewel cruiseschepen<br />
de weg naar Groenland al gevonden hebben, zie ik daarin weinig aansluiting met de andere<br />
onderwerpen – over bodemschatten.<br />
Tot slot nog dit: de hoofdvraag is een vraag die om een beschrijvend werkstuk vraagt. Maar<br />
mijns inziens doe ik er verstandig aan, de achtergrond (oorzaken e.d.) van de beschreven problemen<br />
ook te verklaren. Ten slotte ga ik soms ook in op de toekomst, daar de problemen vaak pas in de<br />
toekomst echt tegen kunnen gaan werken – of juist opgelost worden – dan wel door hun gevolgen<br />
voor nieuwe problemen kunnen gaan zorgen. Het is dus een beschrijvend, verklarend en<br />
voorspellend werkstuk, maar met de nadruk op beschrijvend.<br />
Opbouw en deelvragen<br />
Om de geformuleerde hoofdvraag te beantwoorden, dien ik die op te delen in een aantal deelvragen,<br />
die elk in een eigen hoofdstuk worden beantwoord.<br />
Allereerst moet de lezer weten wat Groenland eigenlijk is. Ik kan wel een groot verhaal<br />
ophangen, maar zonder beeld van het land zult u bij de vele problemen vast denken ‘huh, hoezo?’.<br />
Daarom vang ik aan met de deelvraag:<br />
1. •Wat is de algemene geografie van Groenland?<br />
Ik laat verduidelijkende afbeeldingen in deze paragraaf achterwege; de belangrijkste bijlage van dit<br />
werkstuk vormt immers al een inleiding op zich op Groenland, maar dan mét illustraties.<br />
In het werkstuk kom ik geregeld terug op de zogenaamde complementariteittheorie van E. Ullman.<br />
Aan de hand van barrières, zoals hij problemen noemt, kan men nagaan of iets economisch en<br />
technisch winbaar is. Push- en pullfactoren bewegen tot het besluit ergens heen te gaan of ergens in<br />
te investeren. Maar wat betekent dit abracadabra, oftewel:<br />
2. •Wat houden de complementariteittheorie, push- en pullfactoren en winbaarheid in?<br />
Met het antwoord daarop kan ik overgaan tot het eigenlijke werkstuk, waar het om draait: de<br />
problemen die (bijna) alle nieuwe projecten ondervinden. Deze deel ik op in fysische problemen,<br />
aangaande o.a. het landschap en infrastructuur, en sociaal-economische problemen. De fysische<br />
problemen deel ik weer op in twee hoofdstukken: één aangaande de fysische geografie, het ander<br />
het gevolg ervan: de infrastructuur. Beide hoofdstukken hebben hun eigen deelvraag :<br />
3. •Wat zijn de fysische problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
4. •Wat zijn de infrastructurele problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van<br />
Groenland?<br />
De sociaal-economische problemen zijn geworteld in diepe sociale problemen, die door de<br />
geschiedenis gevormd zijn. Om de sociaal-economische problemen uit te leggen, moet ik eerst de<br />
wortels ervan uitleggen voor een beter begrip van de lezer. Daarom belicht ik eerst de geschiedenis,<br />
dan de huidige sociale problemen, dan het probleem wat betreft de eigen economie, om te besluiten<br />
met de sociaal-economische problemen. In elke paragraaf wordt een eigen subdeelvraag gesteld en<br />
beantwoord, die samen met de andere subdeelvragen de deelvraag van het hoofdstuk vormen:<br />
5. •Wat zijn de sociaal-economische problemen van het huidige Groenland?<br />
Naast fysische en sociaal-economische problemen kent men nog vele andere problemen, zoals<br />
politieke en technische. Die zijn echter veel meer product- en locatiegebonden. Niet in geheel<br />
Groenland wordt aan schapenteelt gedaan, niet overal zit zink in de bodem en bovendien vindt<br />
- 6 -
oliewinning niet plaats op land, maar in zee. Het dunkt me daarom goed om voor de vele projecten<br />
rondom bodemschatwinning de problemen afzonderlijk te bespreken. Hierbij maak ik wel<br />
onderscheid tussen landbouw, die met de jacht en visserij onder de primaire sector valt, en<br />
delfstofwinning, welke onder de secundaire, industriële sector valt. De beide deelvragen luiden:<br />
6. •Wat zijn de problemen die de diverse industriële projecten op Groenland ondervinden?<br />
7. • Wat zijn de problemen waarmee de projecten in de primaire sector geconfronteerd<br />
worden?<br />
Aan het einde van het werkstuk bespreek ik in de bijlage Themahoofdstuk Transport enkele<br />
ontwikkelingen op het gebied van infrastructuur. Het hoofdstuk, ondergebracht als bijlage, hoort niet<br />
bij het werkstuk zelf, maar geeft slechts nadere informatie voor de geïnteresseerde. Om de positieve<br />
ontwikkelingen van bijvoorbeeld de Noordwestelijke Doorvaart beter te begrijpen verwijs ik in het<br />
werkstuk zelf wel naar de bijlage.<br />
- 7 -<br />
Figuur 2. Corpus delicti №2: de plattegrond van Nuuk die mij<br />
toegestuurd werd. Misschien was ik wel nooit naar Groenland<br />
gegaan zonder dit papiertje!<br />
Figuur 3. Mijn reisverslag dat achterin als appendix en verdere<br />
inleiding op het onderwerp opgenomen is.
- 8 -
- 9 -<br />
Figuur 4. Dit is een kaart van het Noordpoolgebied, ook wel Arctica of de Arctis. Het gebied beslaat het gehele gebied binnen<br />
de Noordpoolcirkel (66,3° N.B.) en omvat de landen Finland, Zweden, Noorwegen, IJsland, Groenland, Canada (o.a.<br />
Nunavut), Verenigde Staten (Alaska) en Rusland. Ook streken rondom buiten de breedtegraad kunnen tot de Arctis gerekend<br />
worden als men bijvoorbeeld naar het klimaat kijkt (de zgn. 10°C isoterm). Bron: ANWB Wereldatlas, met dank aan dhr. L.<br />
Gerritsen (ANWB).
Figuur 5. Deze kaart toont de verschillende grondstoffen die in heden of verleden gewonnen zijn uit afgravingen of<br />
mijnen. De precieze geologie van onder het Inlandijs is onbekend en wordt niet weergegeven. Verklaring der afkortingen:<br />
Ag zilver, Au goud, Be beryllium, Cr chroom, Cu koper, Fe ijzer, Mo molybdeen, Nb niobium, Ni nikkel, P fosfor, Pb lood, Pd<br />
palladium, Pt platina, REE rare earth elements (zie hoofdstuk 6), Sb antimoon, Ta tantalium, Ti titanium, U uranium, V<br />
vanadium, W wolfraam, Zn zink, Zr zirkonium. Bron: GEUS.<br />
- 10 -
HF 1 • ALGEMENE GEOGRAFIE VAN <strong>GROENLAND</strong><br />
Mijn reisverslag levert een algemene inleiding op Groenland, over hoe het land is en voelt en hoe ik<br />
het land ervaren heb. De bijlage is van belang omdat er veelzijdig fotomateriaal in staat, dat het<br />
voorstellingsvermogen bij wat in dit hoofdstuk verteld wordt moet vergroten. Het verslag geeft<br />
echter nauwelijks ‘wetenschappelijk’ verantwoorde tekst, dus daarom volgt de inleidende tekst op<br />
dit werkstuk in dit hoofdstuk en aan de hand van de deelvraag:<br />
• Wat is de algemene geografie van Groenland?<br />
Termen met een speciale invulling in dit werkstuk en andere bijzondere termen:<br />
Binnenland De meestal ijsvrije strook land tussen het Inlandijs en open zee.<br />
Inlandijs Ter onderscheiding van de Groenlands en andere ijskappen op aarde gebruik ik voor<br />
de Groenlandse ijskap de naam Inlandijs. Dit woord is de letterlijke vertaling van het<br />
Deense inlandsis.<br />
Gletsjer Hoewel het Inlandijs zelf ook een massieve gletsjer is, wordt met deze term een<br />
ijstong bedoeld die ‘gevoed’ wordt door het Inlandijs en in een fjord uitmondt.<br />
Ma Eenheid voor de leeftijd voor gesteente, Mega-annum (aantal miljoenen jaren).<br />
Groenlander Sterk verwesterde Inuït (foutief: eskimo’s), een volk dat duizenden jaren het<br />
Noordpoolgebied bewoonde. Vanaf omstreeks 1960 worden de Groenlandse Inuït<br />
Groenlanders genoemd, na ingrijpende moderniseringen door de Denen. De<br />
eigenbenaming voor het volk is Kalaallisut: ‘mensen’.<br />
Bodemschatten Onder deze noemer vallen zowel gewonnen delfstoffen als gerooide oogst.<br />
Kaarten<br />
Een kaart van Groenland bevindt zich op pagina 8. Het is een ‘blanco’ kaart waarop alle gegevens die<br />
van belang zijn zelf zijn aangebracht. Niet alle gegevens zijn precies weergegeven; het gaat om een<br />
globaal idee waarbij duidelijkheid boven accuratesse gaat. De schaal is daarom ook bij benadering<br />
(circa 1:10.500.000).<br />
Ander kaartmateriaal staat verspreid over het werkstuk. Een kaart van het Noordpoolgebied<br />
staat op pagina 9, een geologische kaart op pagina 10, een kaart van Groenland in de wereld op<br />
pagina 67 en een gedetailleerde kaart van de Noordwestelijke Doorvaart op pagina 72. Op de<br />
bladzijde ervoor staat een mooi kaartje om een idee te geven van het reliëf in het binnenland. In mijn<br />
reisverslag staat bovendien een plattegrond van Nuuk op pagina 11.<br />
Cijfertjes en feiten<br />
Benaming Grønland/Kalaallit Nunaat (Deens/Kalaallisut)<br />
Talen Kalaallisut (Groenlands), Deens<br />
Hoofdstad Nuuk (Godthåb)<br />
Oppervlakte 2.166.086 km² (ca. 52× Nederland), waarvan 83% ijs<br />
Populatie 56.542 (1-1-2010)¹, 56.194 (2009), 56.462 (2008)²<br />
Etnische groepen Groenlanders, Denen<br />
Religie ca. 98% protestants (luthers)<br />
Nationale feestdag 21 juni, langste dag van het jaar<br />
Status Autonoom gebiedsdeel van het Koninkrijk Denemarken<br />
Staatshoofd Koningin Margaretha II<br />
Land<br />
Groenland is ’s werelds grootste eiland en heeft een oppervlakte van 2.166.086 vierkante kilometer,<br />
waarvan ongeveer 17% ijsvrij is. De ijsvrije strook land tussen dat Inlandijs en zee, het binnenland,<br />
ligt zowel aan de oost- als aan de westkant van Groenland op een noord-zuidbasis. Het Inlandijs is de<br />
- 11 -<br />
Figuur 6. De Groenlandse<br />
tweekleur.
op één na grootste ijskap ter wereld en is tot 3100 meter dik. Het Inlandijs mondt uit in zee via<br />
honderden gletsjers die duizenden fjorden hebben gevormd.<br />
Het land tussen de fjorden varieert van hoge bergen tot schrale toendravlaktes. Soms<br />
ontbreekt het binnenland en grenst het Inlandijs rechtstreeks aan open zee. Sommige fjorden<br />
hebben ook delen van Groenland van het eiland afgescheiden. Zo is het eiland Groenland iets kleiner<br />
dan de staat Groenland, die naast het eiland Groenland uit honderden satellieteilanden bestaat,<br />
zoals Disko-eiland.<br />
Het landschap bestaat uit vele fjorden, meren, gletsjers, bergen, ijs, toendravlaktes en<br />
eilanden. Het reliëf verschilt sterk per regio en zo kent Groenland hoog-, middel- en laaggebergten.<br />
De hoogste punten van Groenland zijn Gunnbjørn Fjeld (3694 meter) en Mount Forel (3360 meter).<br />
Beide liggen in Oost-Groenland, dat te boek staat als veel ruiger dan de westkust. Het gebied is zo<br />
ruig omdat het een jong gebergte is, terwijl de westkust uit oeroud gebergte bestaat dat in de loop<br />
der miljarden jaren weggeërodeerd is tot lokaal heuvelachtig terrein. De bekendste top in West-<br />
Groenland is de Sermitsiaq (1210 meter) nabij ’s wereld oudst gedateerde gesteente.<br />
Ligging in de wereld<br />
Groenland behoort tot het werelddeel Noord-Amerika en het land strekt zich uit tussen 59,7° N.B.<br />
(t.h.v. Oslo) en 83,6° N.B., en heeft daarmee ’s werelds noordelijkste stuk land. De afstand tussen de<br />
noord- en zuidpunt bedraagt 2670 kilometer. ‘Buurlanden’ van Groenland zijn:<br />
- Canada. In het noorden ligt Groenland zo’n 39 kilometer van Ellesmere-eiland vandaan en<br />
beide landen delen een landgrens op het minuscule eilandje Hans Ø. De afstand tussen Zuid-<br />
Groenland en Canada (Labrador) bedraagt minimaal 870 kilometer.<br />
- Noorwegen. In het verre noordoosten ligt Groenland op 460 kilometer van Spitsbergen.<br />
- IJsland. De kortste afstand tussen Groenland en IJsland bedraagt amper 285 kilometer.<br />
- Rusland. Over de Noordpool ligt Siberië zo’n 1900 kilometer verderop; de geografische<br />
Noordpool zelf lig 720 kilometer van Kaap Morris Jesup vandaan.<br />
Geen buurland maar wel zeer belangrijk voor Groenland is Denemarken. De afstand hemelsbreed<br />
tussen Nuuk en Kopenhagen is ongeveer 3700 kilometer, van Nuuk naar New York ongeveer 3020.<br />
Over zee bedragen beide afstanden 3900 kilometer.<br />
Geologie<br />
Een grote variëteit aan gesteenten is te vinden onder Groenland, maar met allemaal één ding<br />
gemeen: ze zijn oeroud. Caledonische belten en zelfs een oud Archeïsch schild met een leeftijd<br />
geschat op 3.800 Ma (de aarde wordt geschat op 4.500 Ma!). Ook sporen van vulkanisme bestaan:<br />
oeroude intrusies die in de loop der duizenden millennia gekristalliseerd zijn en dus mineraalrijk.<br />
Gedurende het Tertiair begon de Midatlantische-Rug de Noord-Amerikaanse (waarop<br />
Groenland ligt) en Euraziatische platen uit elkaar te drijven, waarbij Groenland steeds noordelijker<br />
kwam te liggen. Ooit werd Groenland zelf deels gevormd door de Rug, waardoor de aanwezigheid<br />
van vroegere vulkanische activiteit te verklaren is. Op den duur is de zee tussen Groenland en<br />
Noorwegen een deel van de Atlantische Oceaan geworden en deze verbreedt zich nog elk jaar met<br />
ca. 15 centimeter. 2<br />
Door de grote geologische ouderdom van Groenland hebben wind, water en ijs miljarden<br />
jaren lang vrij spel gehad op het gesteente. Het land erodeerde weg, waardoor veel mineralen die<br />
doorgaans diep onder de aardkorst gevormd zijn relatief dicht aan het aardoppervlak zijn komen te<br />
liggen. Sedimentgesteenten aan uiteinden van gletsjers en smeltwaterrivieren zijn dan ook zeer<br />
mineraalrijk.<br />
Bodemschatten<br />
Blijkens de kaart op pagina 10 kent Groenland een grote variëteit aan bodemschatten. De delfstoffen<br />
waar momenteel interesse in is zijn o.a. goud, diamant, lood, zink, platina, robijn, wolfraam, olivijn en<br />
REE’s (zie hoofdstuk 6). In het verleden hebben ook kolen en kryoliet een rol gespeeld. Men ziet<br />
kansen voor olie- en gaswinning langs West-Groenland (zo’n 100 kilometer uit de kust waar de<br />
- 12 -
continentale kortst overgaat in de oceanische). Belangrijke mijnbouwgebieden staan op de basiskaart<br />
aangegeven.<br />
Ook gewassen vallen onder de bodemschatten en voor het gemak de gehele agrarische<br />
sector, dus ook de veehouderij en bosbouw. Vooralsnog wordt alleen in het uiterste zuiden van<br />
Groenland landbouw (met name schapen en aardappelen) bedreven.<br />
Figuur 7. Temperatuurgrafieken van Groenland (Kap Tobin ligt bij Ittoqqortoormiit). Bron: Kalaallit Nunaat Atlas Greenland.<br />
Klimaat<br />
Groenland kent, volgens de klimaatindeling van Köppen, vrijwel overal een polair E-klimaat. In het<br />
binnenland, tussen het Inlandijs en de zee, heerst het ET-klimaat (toendraklimaat): gedurende de<br />
koudste maand is de gemiddelde temperatuur beneden -3°C, gedurende de warmste maand<br />
schommelt de gemiddelde temperatuur tussen de 0°C en 10°C. Boven het Inlandijs heerst het<br />
ijsklimaat (EF-klimaat), daar komt de gemiddelde temperatuur nooit boven de 0°C.<br />
Klimaatindelingen zijn niet zeer gedetailleerd en zoals overal worden kleine microklimaten<br />
weggelaten. Zo kunnen dieper in de fjorden ook warmere klimaten zijn, zoals het zeeklimaat (Cklimaat).<br />
De omvang van de klimaatgebiedjes is echter vaak zeer klein, maar voor akkerbouw wel van<br />
belang. Ook is de hoeveelheid neerslag in sommige gebieden minder dan 250 milliliter per jaar,<br />
hetgeen op een B-klimaat of woestijnklimaat duidt – kortom: een poolwoestijn.<br />
Volgens de klimaatindeling van C. Troll en K.H. Paffen bestaat Groenland uit vier<br />
klimaatzones: de subpolair-oceanische, subpolair-toendraïsche, polaire en ijskapzone. Deze indeling<br />
houdt ook rekening met het mildere Zuid-Groenlandse klimaat, dat op grond van de fundamenten<br />
van deze klimaatindeling, de begroeiing. 3<br />
Figuur 9. Een typische weerkaart van Groenland met een<br />
hogedrukgebied op de ijskap en een lagedrukgebied bij IJsland,<br />
dat fijn richting Nederland trekt. Bron: DMI.<br />
- 13 -<br />
Figuur 8. De temperatuurgrafiek van de gemiddelde<br />
maandtemperatuur van Zuid-Groenland. De temperatuur van<br />
de laatste jaren is tot 2°C warmer dan in de periode 1961-<br />
1990. Bron: Nunalerineq
Uit de klimaatgrafieken op de vorige pagina blijkt dat hoe noordelijker men komt, des te kouder het<br />
wordt. Ook neemt de hoeveelheid neerslag met elke breedtegraad af en zijn de temperatuurverschillen<br />
tussen zomer en winter groter. De oorzaak ervan is de zonnestand: door het<br />
verschuiven van de stand van de zon op het aardoppervlak tussen de Steenbok- en Kreeftkeerkringen<br />
heeft men in de Groenlandse zomer veel zon, met boven de poolcirkel een periode lang geen<br />
zonsondergang, terwijl de ’s winters de zon juist een periode lang niet opkomt en het dus dagenlang<br />
nacht is. Kortom: de poolnacht en middernachtzon.<br />
Klimaatverandering<br />
Het land heeft veel te maken met klimaatverandering. Sermitsiaq AG bericht om de zoveel tijd dat<br />
het Inlandijs weer sneller is gaan smelten ten gevolge van de stijgende temperatuur. Het smeltende<br />
ijs en de stijgende temperatuur zijn echter veel problematischer voor bijvoorbeeld Nederland, dat<br />
last krijgt van zeespiegelstijgingen en watertekorten, dan voor Groenland. Steden liggen altijd wel<br />
enkele meters boven zeeniveau. Meer neerslag, kortere winters en warmere zomers maken dat Zuid-<br />
Groenland beplantbaar wordt voor boeren.<br />
Voor mensen die nog op de traditionele manier de kost winnen, zorgt klimaatverandering<br />
wel voor problemen. Het zeeijs smelt eerder, waardoor ze minder lang met hun slede eroverheen<br />
kunnen rijden en het ijs is ook minder sterk, waardoor het het levensgevaarlijk maakt. Minder zeeijs<br />
betekent ook minder ijsberen, zeehonden en andere lekkernijen.<br />
Een versterking op het broeikaseffect is dat, als het ijs weg is, het albedo-effect niet meer<br />
optreedt: licht wordt niet meer weerkaatst door het witte ijs. Met als gevolg: nog hogere<br />
temperaturen. Die temperaturen worden nóg weer hoger door het vrijkomen van schadelijke gassen<br />
(zoals methaan) uit de toendrabodem, die als broeikasgassen werken.<br />
Vooralsnog is de gemiddelde temperatuurstijging op Groenland ongeveer 2°C (ten opzichte<br />
van de periode 1961-1990). 4 Verder zorgt de klimaatverandering voor minder voorspelbaar weer. De<br />
neerslagvariabiliteit neemt toe, met soms lange droogtes, en de temperatuur kan ’s winters ruim<br />
boven het vriespunt blijven – of juist -35°C.<br />
Begroeiing en bodemgesteldheid<br />
Het Arctische klimaat beperkt de begroeiing tot typische toendrabegroeiing: (korst)mossen met hier<br />
en daar wat laag struikgewas en bloemetjes met kleine blaadjes. De omstandigheden in Zuid-<br />
Groenland zijn voor bosbouw geschikt, maar door de isolatie van de rest van de wereld alsmede<br />
diverse koudere perioden in de geschiedenis (de glacialen en rond 1500 de Kleine IJstijd) heeft er<br />
nooit geboomte kunnen groeien. Kortom: de toendra van Groenland is uiterst kaal en ook de<br />
overgangszones naar wat de taiga zou zijn, zijn kaal op grassen, mossen en lage struiken na.<br />
De bodem waaruit Groenland bestaat is dus een toendrabodem. Een belangrijk kenmerk van<br />
de toendrabodem is de permafrost: de bodem blijft het gehele jaar al dan niet gedeeltelijk bevroren.<br />
Met het ‘al dan niet gedeeltelijk’ wordt bedoeld dat horizonten (bodemlagen) direct onder het<br />
aardoppervlak wel ontdooien, maar dat het aardoppervlak zelf bevroren blijft, of andersom. Dit<br />
levert in de herfst en lente veel moerasachtige modderpoelen op. In West- en Zuid-Groenland is geen<br />
permafrost, maar zogenaamde interfrost: de bodem ontdooit wel helemaal, maar voor een zeer<br />
korte periode in het jaar.<br />
Topografie en aantal inwoners<br />
Groenland is het dunstbevolkte land ter wereld met 56.194 inwoners (1-1-2009). 5 Met een dergelijke<br />
oppervlakte resulteert dat in een inwonerdichtheid van 0,026 inwoners/km². Als we uitgaan van het<br />
bewoonbare land, dus met aftrek van de oppervlakte van het Inlandijs, is die 0,153 inwoners/km². De<br />
meeste mensen wonen in zogenaamde steden, plaatsen van circa 500 tot 5000 inwoners met de<br />
uitschieter Nuuk als hoofdstad. De status ‘stad’ werd gegeven aan elke gemeentehoofdplaats. Verder<br />
zijn er nog een honderdtal dorpen met inwoneraantallen variërend van 5 tot 450 inwoners.<br />
De dichtstbevolkte gebieden zijn de Diskobaai en Zuid-Groenland, terwijl de<br />
bevolkingsdichtheid van Oost-Groenland nog veel minder is dan 0,026/km². Dorpen en steden liggen<br />
- 14 -
voornamelijk dicht aan open zee, meestal achter een klein bergje als beschutting. Aan de gehele<br />
westkust liggen steden en dorpen, aan de oostkust zijn slechts twee populatiecentra: Tasiilaq en<br />
Ittoqqortoormiit. Het Inlandijs en geheel Noordoost-Groenland zijn onbewoond (op enkele<br />
wetenschappelijke en militaire stations na).<br />
Infrastructuur<br />
De huidige infrastructuur bestaat uit louter vliegvelden en havens, wegen<br />
stranden meestal buiten de nederzettingen in het niets. Air Greenland en<br />
Royal Arctic Line (RAL, zie foto omslag) zijn de belangrijkste vervoerbedrijven.<br />
Meer over deze en andere vormen van infrastructuur in hoofdstuk 4.<br />
Bevolking<br />
De bevolking bestaat uit twee groepen: Groenlanders, afstammelingen van<br />
de Inuït, en Denen. De verhouding Groenlander-Deen is ongeveer 88-12%,<br />
maar er zijn ook veel ‘bastaards’. Over het algemeen bekleden de Denen de<br />
hogere ambten, maar sinds enkele jaren is er een stijgende trend in het<br />
aantal Groenlanders dat ook hogere functies uitoefent. Andere etniciteiten<br />
komen nauwelijks voor; de Afrikaan op Groenland, Tété-Michel Kpomassie<br />
uit het boek Een Afrikaan op Groenland, is een van de weinige niet-blanke<br />
personen geweest die ooit voet aan wal gezet heeft op Groenland.<br />
De Denen en Groenlanders leven grotendeels naast elkaar. In de<br />
dorpen zijn de enige Denen vaak de lokale dominee en zijn vrouw. Het<br />
lutheranisme is nog steeds belangrijk. In vrijwel elk dorp staat een kerk en ’s<br />
zondags zitten die, als er niet toevallig walvissen gesignaleerd zijn, goed vol.<br />
Ongeveer 98% van de mensen zegt te geloven in God. Slechts twee procent gelooft niet, of in andere<br />
religies als natuurgodsdiensten.<br />
De demografie van Groenland is die van een westers land: weinig geboorten, weinig<br />
kindersterfte en een sterfteoverschot: de bevolking vergrijst in rap tempo (zie pagina 33).<br />
Economie<br />
De import-exportbalans van Groenland is fors uit evenwicht. Alles moet geïmporteerd<br />
worden en het land heeft nagenoeg geen eigen productie-middelen.<br />
Het enige exportproduct op grote schaal is heden ten dage vis (kabeljauw en<br />
heilbot) en garnalen; 6.500 mensen op Groenland werken in de visserij. Voor<br />
eigen gebruik en de lokale markt (Brædtet) wordt ook nog gejaagd op muskusossen,<br />
ijsberen, zeehonden en walvissen. Ook worden sinds kort aardappelen<br />
verbouwd.<br />
De sectorenverdeling is nogal apart. In de primaire (agrarische) sector werken steeds minder<br />
mensen (visserij gaat met grote fabrieksschepen), hoewel sommige dorpen nog van de jacht leven.<br />
De secundaire (industriële) sector bestond tot voor kort alleen uit de visverwerking en bood<br />
eveneens weinig banen. De tertiaire sector (de commerciële dienstensector oftewel de handel) is<br />
eveneens nogal klein voor een westers land. Daarentegen is de quartaire sector, de niet-commerciële<br />
dienstensector (gemeentelijke diensten, ziekenhuizen, scholen etc.), oververtegenwoordigd.<br />
Door deze oververtegenwoordiging van de quartaire sector en de verstoorde importexportbalans<br />
is er nauwelijks welvaart en heeft Groenland nauwelijks een eigen, zelfvoorzienende<br />
economie. Om toch het welzijn op het niveau van een westers land te houden draagt Denemarken<br />
jaarlijks grote bedragen af aan Groenland.<br />
Politiek<br />
De politieke structuur van Groenland is vergelijkbaar met die<br />
van Nederland. Net zoals het Koninkrijk der Nederlanden vier<br />
autonome gebiedsdelen kent (sinds 10-10-2010 Aruba,<br />
- 15 -<br />
Enkele arbeidssectoren<br />
met aantal werknemers 6<br />
Visserij<br />
Overheden<br />
Tertiaire Sector<br />
K O N I N K R I J K D E N E M A R K E N<br />
Denemarken<br />
Aantal inwoners (1-1-2009) 5<br />
van enkele steden/dorpen<br />
Nuuk 15.105<br />
Sisimiut 5.458<br />
Ilulissat 4.528<br />
Qaqortoq 3.302<br />
Maniitsoq 2.741<br />
Tasiilaq 1.893<br />
Upernavik 1.157<br />
Qaanaaq 645<br />
Kangerlussuaq 558<br />
Kullorsuaq 446<br />
Pituffik 166<br />
Igaliku 29<br />
Totaal aantal inwoners in<br />
dorpen: 8505.<br />
6.500<br />
10.900<br />
3.500<br />
Groenland Færøer
Curaçao, Nederland en Sint-Maarten) bestaat het Koninkrijk Denemarken uit drie autonome<br />
gebiedsdelen (Denemarken, de Færøer en Groenland). Het verschil is dat het Koninkrijk der<br />
Nederlanden – op papier – geen superieur gebiedsdeel kent, terwijl Denemarken over beide andere<br />
gebiedsdelen in staat is macht uit te oefenen. Overigens heeft Groenland deze autonome status<br />
sinds 21-05-2009. Ondanks de autonomie wensen sommige Groenlanders pure soevereiniteit, maar<br />
gezien het gebrek aan eigen inkomstenbronnen is dat vooralsnog niet realiseerbaar.<br />
Alledrie de gebiedsdelen kennen een eigen kamer en regering. Waar Denemarken tot de<br />
Europese Unie behoort, vallen zowel de Færøer als Groenland buiten de EU.<br />
Regio’s<br />
Op basis van alle voorgaande kopjes als topografie, landschap en bevolking valt Groenland in een<br />
aantal regio’s in te delen. Het moge duidelijk zijn dat Groenland geen homogeen verdeeld land is.<br />
REGIO LANDSCHAP TOPOGRAFIE ECONOMIE ZEE** / BODEM<br />
Noord-Groenland Laaggebergte, deels Kleine steden, veel Overwegend Bevroren;<br />
scherenkust.*<br />
dorpen<br />
traditioneel (jacht) diepe permafrost<br />
Diskobaai Disko-eiland, grote baai, Grote steden, weinig Visserij, toerisme Steeds minder ijs;<br />
heuvelachtige toendra dorpen<br />
permafrost<br />
West-Groenland Middelgebergte, Grootste steden, weinig Visserij en kleine Open;<br />
fjorden,<br />
dorpen<br />
dienstensector interfrost<br />
Zuid-Groenland Laag- en middel- Veel steden en veel kleine Visserij, landbouw Open; geen permagebergte,<br />
fjorden dorpen en boerderijen<br />
of interfrost<br />
Oost-Groenland Hooggebergte, weinig Twee populatiecentra Overwegend Bevroren langs kust;<br />
fjorden, veel gletsjers<br />
traditioneel (jacht) permafrost<br />
Nationaal Park<br />
Noordoost-GL<br />
Redelijk vlak, fjorden,<br />
middelgebergte<br />
Slechts<br />
onderzoeksstations<br />
- 16 -<br />
n.v.t. Bevroren;<br />
diepe permafrost<br />
Gebiedsindeling<br />
Groenland is opgedeeld in vier gemeenten: Qaasuitsup (Noord-Groenland en de Diskobaai), Qeqqata<br />
(Midwest-Groenland), Sermersooq (Zuidwest- en Oost-Groenland) en Kujalleq (Zuid-Groenland).<br />
Twee gebieden vallen buiten deze indeling: het Nationaal Park Noordoost-Groenland en de<br />
Amerikaanse luchtmachtbasis Pituffik (Thule Air Base).<br />
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG:<br />
Wat is de algemene geografie van Groenland?<br />
Groenland is een land…<br />
- …dat bestaat uit één groot eiland met diverse satellieteilanden, fjorden, meren en het Inlandijs;<br />
- …dat gesitueerd is ten oosten van het Noord-Amerikaanse vasteland, dichtbij Canada, IJsland<br />
en de Noordpool;<br />
- …dat verschillende polaire klimaten kent en toendrabodems met perma- of interfrost;<br />
- …dat geen eigen economie heeft;<br />
- …dat een autonoom gebiedsdeel binnen het Koninkrijk Denemarken is, zonder soevereiniteit;<br />
- …waarvan de inwoners uit Denen en Groenlanders bestaan;<br />
- …dat regionaal grote verschillen kent.<br />
Annotaties<br />
Voor dit hoofdstuk is gebruik gemaakt van (tenzij expliciet weergegeven met een noot):<br />
- Noordhoff Atlasproducties (2010). De Grote Bosatlas. Groningen: Noordhoff Uitgevers. (p192E, 193A, 196, 217A-C)<br />
- o’Carroll, E., Elliott, M. (2005). Greenland & the Arctic. Victoria (Australië): Lonely Planet Publications Pty Ltd.<br />
- Veerman, D. (2008). Tegenpolen. Zutphen: Walburgpers.
¹ Flugten fra Grønland er mindsket. Sermitsiaq AG (02-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article133261.ece, 03-11-2010.<br />
2 Schultz-lorentzen, C. (2009). Dinosaurs Ruled in Greenland. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090801_Suluk_2009_No_4.pdf, 31-11-2010. (p19)<br />
3 Noordhoff Atlasproducties (2005). De Wereld Bosatlas. Groningen: Wolters-Noordhoff Atlasproducties. (p241)<br />
4 The Climate of South Greenland (z.d.). Geraadpleegd op http://www.nunalerineq.gl/english/landbrug/klima/indexklima.htm,<br />
07-12-2010. Ook de Grote Bosatlas maakt er melding van.<br />
5 Grønlandsk Statistik (2009). Grønlandsk befolkning pr. 1. januar 2009. Afkomstig van<br />
http://www.stat.gl/Statistik/Befolkning/tabid/86/language/en-US/Default.aspx, geraadpleegd 28-10-2010.<br />
6 Resources and industry (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://uk.nanoq.gl/emner/about/resources_and_industry.aspx?abonnerpaa={0ee3ab4e-4952-43bd-93cc-5c0033542d59},<br />
08-12-2010.<br />
*=een scherenkust is een landschapsvorm aan de kust die bestaat uit ontelbare, veelal schrale en piepkleine eilanden en<br />
schiereilanden die redelijk vlak zijn. Andere voorbeelden: de Zweedse kustlijn nabij Gotenburg en de Finse Ålands.<br />
**=onder midwinterse omstandigheden.<br />
- 17 -
HF 2 • Complementariteit, push- en pullfactoren en winbaarheid<br />
In dit werkstuk kom ik geregeld terug op een bepaalde theorie, of op bepaalde termen die (in)direct<br />
naar deze theorie refereren. Als een rode draad komt het bij de meeste hoofdstukken kort naar<br />
voren. Het betreft de zogenaamde Complementariteittheorie (bedacht door de aardrijkskundige E. L.<br />
Ullman, Verenigde Staten, 1912-1976). Andere economische termen die veelvuldig gebruikt worden<br />
zijn push- en pullfactoren en technische en economische winbaarheid. Maar wat betekenen ze;<br />
• Wat houden de complementariteittheorie, push- en pullfactoren en winbaarheid in?<br />
Complementariteittheorie<br />
De complementariteittheorie houdt kortweg in dat men een vrager en een aanbieder heeft. De<br />
aanbieder biedt diensten of goederen aan, zoals aardolie of diamanten, en de vrager (afnemer) ‘ruilt’<br />
die goederen tegen een geldbedrag, de transactie. Zo vinden er wederzijdse stromen plaats: kapitaal<br />
naar de aanbieder en de goederen of diensten naar de vrager of afnemer.<br />
Om die wederzijdse goederenstromen plaats te laten vinden, moet de overbrugde weg vrij<br />
zijn van barrières. Barrières kunnen fysische obstakels zijn, zoals gebergten, fjorden en ijs, maar ook<br />
economische (in crisistijd zal men niet snel een nieuwe mijn aanleggen) en politieke (zoals corrupte<br />
regimes, maar ook gewoon tegenwerkende wetgeving). Gebrek aan kennis vormt ook een<br />
belangrijke. Barrières zijn ‘obstakels’ die de transporteerbaarheid van de diensten of goederen<br />
beïnvloeden.<br />
Zo zal op Groenland veel moeite gedaan moeten worden om de gewonnen delfstoffen<br />
eenvoudig te vervoeren. Als dit echter zo duur is dat men liever naar gebieden gaat waar het minder<br />
bar is, is de transporteerbaarheid te klein. In dat geval gaat men op zoek naar alternatieven. Die<br />
zogeheten tussenliggende mogelijkheden zijn alternatieven voor het niet-transporteerbaar geachte<br />
product. Als de winning en het vervoer van de Groenlandse delfstoffen te moeilijk blijkt, zal men naar<br />
andere geschikte geologische zones zoeken. In dit geval andere mijnen die gezien de fysische<br />
omstandigheden wel exploitabel zijn. Bij aardolie bijvoorbeeld pompt men liever de Golf van Mexico<br />
leeg dan de Labradorzee. Afstanden vormen ook vandaag de dag, ondanks de globalisering, nog<br />
steeds een grote barrière.<br />
Push- en pullfactoren<br />
Geregeld kies ik er ook voor push- en pullfactoren bij het verhaal te betrekken. Pushfactoren zijn<br />
redenen en oorzaken om weg te gaan, die duwen je ergens vandaan; pullfactoren trekken je juist<br />
ergens naartoe. Beide factoren kunnen barrières wegnemen: als een bedrijf juist de uitdaging van<br />
een moeilijke omgeving als Groenland aan wíl gaan, maakt het niet uit of er geen wegen zijn.<br />
Winbaarheid<br />
Ten slotte belicht ik regelmatig de twee winbaarheden van grondstoffen: de technische winbaarheid<br />
(waarbij het erom draait óf iets te winnen valt) en de economische winbaarheid. Technisch is alles<br />
bijna mogelijk: als je wilt, kun je zo olie gaan boren in je eigen tuin. Maar wegen de winsten uit de<br />
olie wel tegen de kosten van de jaknikkers op? Dan ben je bezig met de economische winbaarheid.<br />
Zo moet er vraag naar iets zijn, wil je de gemaakte kosten kunnen dekken. Winbaarheid noemt men<br />
ook wel haalbaarheid als het niet met het winnen van delfstoffen te maken heeft.<br />
Annotaties<br />
Alle informatie in dit hoofdstuk aangaande complementariteit en push- en pullfactoren is ontleend aan het lesboek<br />
buiteNLand: Boer, M. de, et al. (2008). buiteNLand AK 5 vwo. Houten: EPN.<br />
- 18 -
HF 3 • FYSISCHE PROBLEMEN<br />
Fjord, berg, fjord, berg, ijs, fjord, berg, fjord. Zo kun je de vlucht van Narsarsuaq naar Nuuk het best<br />
samenvatten. Groenland is voor Groenlanders en glaciologen een hemel, maar voor alle anderen een<br />
ijskoude hel. Eindeloze toendra onderbroken door menig berg, fjord of rivier. En dan ook nog een<br />
immense ijsvlakte te midden van deze ellende. In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de fysische<br />
aspecten van de problematiek rond Groenland.<br />
• Wat zijn de fysische problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
Allereerst: wat betekent het begrip fysisch? Fysisch voegt de nuance van niet-menselijke activiteit<br />
toe, aards, van binnenuit of buitenaf. Fysisch-geografisch heeft dus te maken voor Groenland met<br />
geografie van buitenaf en binnenuit. Kortom: onder invloed van endogene en exogene processen.<br />
Groenland is een fjordenland pur sang. Glaciale verwering heeft miljoenen jaren lang materiaal<br />
verpulverd en dat puin werd door glaciale erosie richting zee verplaatst, tot aan de monding van de<br />
fjord, die daardoor werd uitgesleten. Ondanks de minuscule groei van enkele centimeters per jaar<br />
zijn sommige fjorden reeds langer dan honderd kilometer. Door schommelingen in het klimaat<br />
gedurende het Kwartair (vanaf ca. 2,6 Ma tot het heden) heeft de ijskap zich herhaaldelijk uitgebreid<br />
en teruggetrokken. Na het laatste terugtrekken, gedurende het huidige interglaciaal, bleven vaak<br />
losse morenes achter, puinwallen, terwijl de gletsjers verderop nieuwe morenes scheppen, waardoor<br />
een morenelandschap ontstaat.<br />
Ook in andere interglacialen is<br />
dit gebeurd, waardoor fjorden<br />
soms in verschillende ‘etappes’<br />
lopen: een reeks meren die via<br />
woeste smeltwaterrivieren met<br />
elkaar en de fjord verbonden<br />
zijn. De ligging is onhandig: veel<br />
fjorden en meren liggen op een<br />
oostwestbasis, terwijl de nederzettingen<br />
juist op een noordzuidbasis<br />
liggen.<br />
Deze fjorden en meren<br />
vormen dus een grote barrière<br />
Figuur 10. Het Inlandijs vanaf een oude morene gezien. Achter de<br />
voor reizen in het binnenland,<br />
deze horizontale uitschuring.<br />
morene, links, ligt het gebied lager: daar schoof de gletsjer voorheen. Maar een reis vergt naast veel<br />
Enkele kilometers daarachter ligt een volgende morene, terwijl vlak omrijden of wateren<br />
voor de voet van de gletsjer een nieuwe morene in aanbouw is. Bron:<br />
eigen werk.<br />
oversteken (hoe?) ook veel<br />
hoogteverschil overbruggen:<br />
Glaciale erosie vormt grote hoogteverschillen, veel reliëf. Gletsjers kerven lange, nauwe en<br />
diepe fjorden uit met zeer steile wanden, de zogenaamde verticale uitschuring. Wanden die zo steil<br />
zijn dat echt klimwerk vereist is om te ze trotseren. Tussen de fjorden en meren is het land relatief<br />
vlak: voordat Groenland in het Kwartair met ijs bedekt raakte, was het een enigszins vlak gebied met<br />
hier en daar een bergketen en wat vulkanisme. Sommige gebieden maakten deel uit van een vlakte,<br />
de hoogvlakte waar later fjorden in uitgekerfd zijn. Maar naast fjorden zijn er andere reliëfvormen:<br />
bij het terugtrekken van gletsjers bleven vaak eindmorenes achter, die opmerkelijke hobbels in het<br />
landschap vormen, soms als afdammingen van smeltwaterrivieren waardoor zogezegd meren<br />
ontstonden.<br />
- 19 -
Maar waarom was die vlakte een probleem? Vlakke grond heeft in Arctische zones de<br />
eigenschap dat veengronden ontstaan. Hierbij doet de klimatologie zijn intrede: op Groenland heerst<br />
een polair klimaat, een ET-klimaat, met de belangrijke eigenschap dat zomers intens zijn maar kort.<br />
In juli kan het 25°C worden (gemiddeld onder de 10°C) maar in september al -10°C. De winters zijn<br />
extreem koud en lang. Als ’s zomers de keiharde bodem ontdooit, kunnen planten groeien. Dood<br />
organisch materiaal kan in korte tijd echter niet goed rotten en hoopt op. Als het ’s winters vastvriest<br />
aan de permafrost en de volgende zomer ontdooit, wordt er nieuw materiaal opgehoopt. Mettertijd<br />
ontstaat er een veenlaag, die ’s winters vastvriest, maar in de zomer een drassige, onbegaanbare<br />
grondlaag vormt, een moeras. Die veenachtige bodem, die naar gelang het seizoen ofwel uit drassig<br />
moeras ofwel keihard bevroren ijs bestaat, heet een toendrabodem en vormt een grote barrière<br />
voor het binnenland, daar zo’n bodem alleen in bevroren toestand, ’s winters dus, hard genoeg is om<br />
begaanbaar te zijn.<br />
Maar een groot gedeelte van het jaar, juist ’s winters, ligt overal een dik pak sneeuw, waaien<br />
er in het binnenland sterke sneeuwjachten en föhnwinden als piteraqs, die i.p.v. verwarmde juist<br />
sterk afgekoelde lucht aanvoeren waardoor de temperaturen tot ver beneden het vriespunt dalen en<br />
de gevoelstemperatuur naar een nog veel lager pitje zakt. Dat de Inuït vroeger hun nederzettingen<br />
aan de kust opzetten, waar een milder klimaat heerst met minder extreme winters, was een logische<br />
keuze.<br />
Alle bovenstaande fysische factoren zijn nooit overal allemaal aanwezig. De fjorden liggen vooral aan<br />
de westkust, terwijl in het noorden en oosten het binnenland niet eens bestaat: het Inlandijs mondt<br />
er rechtstreeks uit in zee. Qua reliëf is de westkust veel lager dan de oostkust (middel- en<br />
hooggebergte, resp.). In het uiterste noordoosten van Groenland komen juist enkele kleine vlaktes<br />
voor, bij Upernavik is geen sprake van fjorden, maar van een scherenkust*. In Zuid-Groenland is er<br />
weinig permafrost en is de toendrabodem minder problematisch. Kortom: elke regio heeft zo haar<br />
eigen fysisch-geografische problemen met eigen geofactoren klimaat, bodem en reliëf.<br />
Het moge duidelijk zijn dat er vele fysisch geografische factoren zijn die problemen veroorzaken bij<br />
de exploitatie van bodemschatten van Groenland, maar ook bij onderling contact tussen<br />
nederzettingen op zich. Veel reliëf, drassige toendrabrodems, wateren en ijskappen maken het<br />
land onbegaanbaar en onbereikbaar. Qua weer is het binnenland ook niet aantrekkelijk.<br />
Nederzettingen bevinden zich niet zonder reden in de directe omgeving van open zee. Groenland is<br />
een groot land en daarom kan het landschap per regio sterk verschillen.<br />
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG:<br />
Wat zijn de fysische problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
De fysische problemen die bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland komen<br />
kijken, zijn de geofactoren klimaat, bodemgesteldheid (toendra), ligging van Groenland in de<br />
wereld, grootte van het land en reliëf.<br />
*= een scherenkust is een landschapsvorm aan de kust die bestaat uit ontelbare, veelal schrale en piepkleine<br />
eilanden en schiereilanden die relatief vlak zijn. Enkele voorbeelden: de Zweedse kustlijn nabij Gotenburg en<br />
de Finse Ålands.<br />
- 20 -
HF 4 • INFRASTRUCTURELE PROBLEMEN<br />
Een gevolg van de geografische problemen van Groenland is het gebrek aan infrastructuur. Maar in<br />
hoeverre is dat een probleem; wat is er wel en niet en wat is er wel of niet mogelijk? In één zin:<br />
• Wat zijn de infrastructurele problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
Allereerst: wat is infrastructuur? Infrastructuur is alles wat nodig is om verkeer plaats te laten<br />
vinden. Dat kan wegverkeer zijn, maar ook bijvoorbeeld communicatieverkeer of energietransport.<br />
Denk dus aan wegen, havens, elektriciteitsleidingen, telegraafdraden, spoorseinen, satellieten en<br />
riolering. In deze paragraaf onderscheid ik twee vormen van infrastructuur: infrastructuur om<br />
vervoer plaats te laten vinden en infrastructuur om de winning zelf mogelijk te maken.<br />
Speciale invulling van de betekenis van bepaalde termen:<br />
Stad naar Groenlandse begrippen; inwoneraantallen lopen tussen de 500 en<br />
5.500, met als uitschieter Nuuk, met ca. 15.000 inwoners.<br />
Zeehaven de havens langs de Groenlandse kust die ook internationaal georiënteerd zijn<br />
(Qaqortoq, Nuuk, Sisimiut, Ilulissat). Vanuit het buitenland doen schepen<br />
eerst deze havens aan en varen eventueel door naar kleinere havens.<br />
Figuur 11, 12, 13: Een vuurtoren, brandweerkazerne en vliegveld: allemaal<br />
infrastructuur. Bronnen: eigen werk.<br />
§4.1 • Infrastructurele problemen I: infrastructuur t.b.v. transport<br />
Infrastructuur ten behoeve van transport kan men in drie categorieën<br />
opdelen: te land, ter zee en in de lucht. Daar de Groenlandse westkust<br />
verreweg de belangrijkste regio is en de oostkust zeer onherbergzaam,<br />
gaat het onderstaande verhaal voor Oost-Groenland ook op door ‘het te<br />
vermenigvuldigen met een factor 3’.<br />
Over land<br />
Infrastructuur verbetert over het algemeen naar mate gebieden dichter<br />
bevolkt zijn. Vergelijk bijvoorbeeld de Randstad, waar infrastructureel<br />
eigenlijk alles is, en Schotland, waar alleen het nodige aan wegen is en een<br />
enkele spoorweg. Groenland is met zijn ca. 57.000 inwoners in een gebied<br />
- 21 -<br />
Een kaart met alle infrastructuur<br />
van Groenland is zou natuurlijk<br />
niet mogen ontbreken,<br />
ware het niet dat de infrastructuur<br />
díe er is met gemak<br />
op de basiskaart weergegeven<br />
kan worden. In het reisverslag<br />
staat wel een kaartje met alle<br />
vliegroutes naar Groenland<br />
anno 2010 (p 36).
van ongeveer 52 maal Nederland het dunstbevolkte land ter wereld. Dat betekent dat<br />
nederzettingen klein zijn en onderlinge afstanden groot. Een weg aanleggen zou vanwege de grote<br />
afstanden en de geringe behoefte eraan – weinig mensen betekent weinig verkeer – nooit uitkunnen.<br />
Als men de geografie daarbij in ogenschouw neemt, wordt het helemaal duidelijk: meren om te<br />
omzeilen, fjorden om per brug over te steken (hetgeen vanwege ijsgang zeer robuuste constructies<br />
vereist), steile klimmen die vele haarspeldbochten of omwegen vergen en een ondergrond waarin<br />
het wegdek bij het ontdooien van de toendrabodem wegzakt. Redenen te over waarom er slechts<br />
enkele korte, onverharde wegen buiten de bebouwde kom zijn op Groenland.<br />
’s Winters is het Groenlandse binnenland echter wel redelijk goed begaanbaar. De meren en<br />
fjorden vriezen dicht en de drassige toendrabodem is stijf bevroren. Sneeuwscooters zijn dan in hun<br />
element. Het voordeel van de voertuigen is dat je geen wegen hoeft aan te leggen; het nadeel is dat<br />
je elk jaar opnieuw de routes moet prepareren (instampen tot harde sneeuw). Voor zware ladingen is<br />
een sneeuwlandschap sowieso onaantrekkelijk: fjorden zijn weliswaar begaanbaar, maar het land<br />
eromheen niet. De zwaar beladen vrachtwagens zelf kunnen bij sneeuw en ijs de steile routes niet<br />
aan en kunnen bovendien door het ijs zakken.<br />
Nu rest alleen de vraag ‘kun je niet over de ijskap rijden’ nog. En ja, dat is theoretisch<br />
mogelijk, ware het niet dat tal van factoren dat praktisch ondoenbaar maken: extreme koude, zachte<br />
sneeuw, grote afstanden tussen het ijs en de plaatsen, ijsrivieren, gletsjerscheuren, reliëf langs de<br />
randen, sneeuwjachten, ijspoeltjes en nogmaals extreme koude (als de motor afslaat, gaat die van je<br />
lang zal je leven niet meer aan).<br />
Waterwegen<br />
Daar Groenland zoals duidelijk is niet over een wegennet beschikt, is al het vervoer op de lucht- en<br />
waterwegen aangewezen. Allereerst het vaarverkeer.<br />
Het binnenlandse zeevaartverkeer kent ook weer enkele natuurlijke factoren die het vervoer<br />
op, van en naar Groenland drastisch bemoeilijken. Zo zijn alle havens boven Sisimiut aan de westkust<br />
en de gehele oostkust ’s winters bevroren en daardoor onbereikbaar (zie figuur 16), behalve voor<br />
nucleaire ijsbrekers. Ook ten zuiden van de ijsgrens is het ’s winters gevaarlijk vaarwater. IJsbergen<br />
drijven af tot op volle zee (lees: tot<br />
aan de route van de Titanic) en<br />
zeestromingen maken dat Kaap<br />
Vaarwel, de zuidpunt van Groenland,<br />
niet voor niets zo heet. Zowel<br />
zeeijs als ijsschotsen vormen dus<br />
een barrière voor het scheepvaartverkeer.<br />
Dit alles maakt<br />
manoeuvreren langs Groenland<br />
een risicovolle zaak. Op het gebied<br />
van de infrastructuur is het gelukkig<br />
beter gesteld. De havens van<br />
Qaqortoq, Nuuk, Sisimiut en Ilulissat<br />
zijn volwaardige zeehavens die<br />
over alle benodigde faciliteiten beschikken<br />
(zoals kranen, platformen,<br />
Figuur 14. De Nalunaq-goudmijn in Zuid-Groenland bewijst dat de<br />
bestaande infrastructuur voor de scheepvaart eigenlijk onnodig is: het is<br />
gemakkelijker het gouderts rechtstreeks naar het buitenland te varen<br />
en een eigen haven aan te leggen dan dat via bijvoorbeeld Qaqortoq te<br />
doen. In Oost-Groenland is maar één zeehaven (hoewel Reykjavík<br />
dichtbij ligt) en is slechts rechtstreeks varen mogelijk. Bron: Nulanaq.<br />
- 22 -<br />
tankinstallaties), zij het veel op<br />
miniatuurschaal. De havens van<br />
Sisimiut en Nuuk ‘barsten’ inmiddels<br />
al uit hun voegen en smachten<br />
naar uitbreiding.
Ten slotte is de geografische ligging niet optimaal om als zeehaven te gebruiken. Alleen als de<br />
Noordwestelijke Doorvaart (zie appendix I: Themahoofdstuk Transport) op den duur goed<br />
bevaarbaar wordt, kan de haven echt floreren, maar als het bij het laden en lossen van mineralen<br />
blijft, is de kans op een grote,<br />
belangrijke zeehaven gering: zowel<br />
Nuuk als Sisimiut liggen ver van de<br />
gebruikelijke vaarroutes. Te water<br />
bedragen de afstanden Nuuk-<br />
Rotterdam en Nuuk-New York<br />
beide ongeveer 4150 kilometer.<br />
Maniitsoq, Sisimiut en Ilulissat liggen<br />
respectievelijk ca. 180, 365 en<br />
680 kilometer ten noorden van<br />
Nuuk, terwijl Qaqortoq ongeveer<br />
590 kilometer varen ten zuiden van<br />
Nuuk ligt. Wederom zijn afstanden<br />
immens.<br />
Nu wordt er immer ge-<br />
sproken over de havens van Nuuk,<br />
Sisimiut en soms Ilulissat, Maniitsoq<br />
en Qaqortoq. Het is echter<br />
maar de vraag of die wel werkelijk<br />
nodig zullen zijn, daar de meeste<br />
huidige mijnen een eigen steiger of<br />
kade aanleggen, diep in de fjorden.<br />
En waarom ook niet? Als alle grote<br />
schepen in Nuuk bijvoorbeeld hun<br />
ladingen zouden komen ophalen,<br />
dan moet de vracht wel eerst naar<br />
Nuuk worden gebracht. Alleen per<br />
boot is dat rendabel – maar dan<br />
kan dat ene zeeschip in Nuuk toch<br />
ook prima naar de mijn zelf varen?<br />
Voor- en natransport zijn eigenlijk<br />
niet eens nodig. Aan de oostkust<br />
liggen geen geschikte havens en<br />
kan voor- en natransport überhaupt<br />
niet plaatsvinden. Mogelijk<br />
zijn de vier hubs*, vier centrale<br />
havens, vanwaar de overslag van<br />
voor- en natransport op de<br />
zeeschepen plaatsvindt, niet eens<br />
nodig.<br />
*Hubs zijn centrale plaatsen waarvandaan<br />
vervoer plaatsvindt naar<br />
andere hubs. De goederen om te<br />
vervoeren komen uit omliggende<br />
plaatsen. Zo vindt er geen direct<br />
verkeer van vrager en aanbieder<br />
plaats, maar wel veel efficiënter<br />
verkeer: vanuit Aalborg vaart één<br />
Figuur 15. Voor de afgelegen gebieden in Noordoost-Groenland, een<br />
volkomen onbewoond gebied (op enkele onderzoekers en militairen na),<br />
kan men wegens ijsgang de potentiële mijnen slechts een zeer korte<br />
periode per schip aandoen en is de luchtvaart essentieel voor<br />
communicatie met de buitenwereld. Bron: Ironbark.<br />
Figuur 16. Een tabel met de bevaarbaarheid van de steden. Binnen in de<br />
fjorden ligt er langer zeeijs. Hoe noordelijker, des te meer ijs en des te<br />
minder lang de zee er bevaarbaar is. In het uiterste noordoosten is het<br />
zelfs ’s zomers moeilijk navigeren, hoewel elk jaar meer cruiseschepen de<br />
noordoostkust bereiken. De tabel is ietwat verouderd. Bron: Kalaallit<br />
Nunaat Atlas Greenland.<br />
- 23 -
groot schip naar Nuuk, en kleinere vrachtschepen verdelen de goederen over de spokes, de spaken,<br />
als Maniitsoq en Ilulissat. Dit systeem, waarbij alle vervoer vanuit kleinere plaatsen via één centrale<br />
plaats gebundeld naar een andere centrale plaats plaatsvindt, wordt ook wel het hub-and-spoke<br />
principe genoemd.<br />
Luchtvaart<br />
De afgelopen zeventig jaar is er op het gebied van luchtverkeer veel verbeterd op Groenland.<br />
Gedurende de oorlog hebben de V.S. vliegvelden gebouwd op Groenland, waarvan vier nog in<br />
gebruik als civiele luchthaven en één als militaire basis. Dorpen en steden hadden elk een eigen ramp<br />
waarop watervliegtuigen (zoals de nostalgische Catalina) het land konden oprijden. Daar de fjorden<br />
bij ijsgang niet als landingsbaan inzetbaar waren, was het een zeer onbetrouwbaar vervoersmiddel.<br />
Gedurende de jaren zestig werden in alle plaatsen van betekenis heliports gebouwd, zodat<br />
men een enigszins efficiënt transportsysteem had voor binnenlands vliegverkeer, hetgeen de<br />
mobiliteit enorm beïnvloedde. Toen de luchthavens van Nuuk en Ilulissat in 1975 respectievelijk<br />
1983 in gebruik genomen werden, groeide de wens naar een werkelijk efficiënt luchtverkeersnet.<br />
Vanaf de jaren ’90 tot 2007 werden nog eens zeven vliegvelden gerealiseerd. STOL-vliegtuigen (short<br />
take-off and landing-vliegtuigen) bedienen alle luchthavens nu meerdere malen per week tot<br />
vijfmaal daags. Internationale vluchten uit Kopenhagen landen nog steeds op de vroegere<br />
Amerikaanse bases Kangerlussuaq en Narsarsuaq, die nu als hub dienen, omdat hun landingsbanen<br />
lang genoeg zijn voor Boeings en Airbussen. Daarvandaan verdelen STOL-vliegtuigen en helikopters<br />
de vracht en passagiers naar de steden, vanwaar helikopters de dorpjes in transport voorzien. Ook<br />
zijn de luchthavens en vliegvelden goed uitgerust: brandweer, verkeerstorens die de gehele regio<br />
controleren en ervaring met vrachtvervoer – de versafdeling van dorpssupermarkten wordt soms per<br />
helikopter bevoorraad!<br />
Een hele waslijst aan kwaliteiten van luchtvervoer op zich en specifiek op Groenland kan<br />
daaraan nog toegevoegd worden. Maar de belangrijkste laat zich gemakkelijk raden: geen barrières!<br />
Je reist rechtstreeks en hemelsbreed, snel en comfortabel.<br />
Aan die hubs Kangerlussuaq en<br />
Narsarsuaq komt één staartje.<br />
Beide nederzettingen zijn geen<br />
plaats op zichzelf: een soort grenspost<br />
waar alleen mensen wonen<br />
die er werken. Douaniers, marechaussiers,<br />
politiehonden, grenspostkantinekoks:<br />
de plaats moet<br />
wel onderhouden worden en<br />
vergt veel personeel dat daar terplekke<br />
van onderdak moet worden<br />
voorzien. Kangerlussuaq en<br />
Narsarsuaq zijn een soort grensposten<br />
in het niets in de vorm van<br />
Figuur 17. Het bestaansrecht van het plaatsje Kangerlussuaq is de<br />
Airbus die Groenland dagelijks met Kopenhagen verbindt. Bron:<br />
eigen werk.<br />
- 24 -<br />
een vliegveld. Al dat extra personeel<br />
en hun onderkomen kosten<br />
een hoop geld voor Air Greenland,<br />
die de kosten verrekent in<br />
de vliegtickets. Kortom: de hubs<br />
zijn duur.<br />
Maar er is meer prijzig aan Groenland. Niet alleen moeten twee complete nederzettingen betaald<br />
worden met één vliegticket, ook is vliegen in Arctica sowieso een kostbaar goed. Het weer verandert<br />
van minuut tot minuut, soms ligt het vliegverkeer dagen plat (bijvoorbeeld na de aswolk van de<br />
Eyjafjallajökull in april 2010!). Mistbanken, sneeuwbuien of gewoon een stevig windje werken het
vliegverkeer tegen, hetgeen vele extra kosten oplevert. Verder is er heden ten dage weinig animo:<br />
Groenland is te dun- en laagbevolkt en daarom is er maar één luchtvaartmaatschappij die<br />
ongestoord, d.w.z. zonder concurrentie, hoge ticketprijzen kan heffen. Vliegen is duur en op<br />
Groenland al helemaal.<br />
Wegen op Groenland zijn er niet door diverse natuurlijke factoren (ijs, wateren, reliëf, klimaat).<br />
Rendabel is de aanleg van wegen door het geringe aantal inwoners sowieso ook niet. De wateren<br />
om Groenland zijn gedeeltelijk goed bevaarbaar, maar geteisterd door ijs. Boven de poolcirkel en<br />
in fjorden vriest elk oppervlaktewater dicht en is het gebied over water onbereikbaar, maar juist<br />
wel voor sneeuwvoertuigen en sledes. Om goederen van mijnen naar havens te vervoeren zijn<br />
sowieso al havens nodig, dus wellicht zullen de havens van o.a. Nuuk (hubs) niet nodig zijn en vaart<br />
men liever rechtstreeks naar het buitenland. De infrastructuur voor door de lucht is prima met<br />
voldoende vliegvelden, helikopters en voorzieningen. Wel is vliegen extra duur door<br />
onvoorspelbaar weer.<br />
§4.2 • Infrastructurele problemen II: het uitvoeren van exploitatie<br />
Een vriend heeft net je gloednieuwe IKEA-stellagekast voor je meegesleept en rijdt net weg. Daar sta<br />
je dan op de stoep, in de vrieskou, als blijkt dat dat onding veel te zwaar is voor de je armlastige rug.<br />
En als je dan eenmaal boven bent en merkt dat deurpost veel te klein is…<br />
De Theorie van Ullman leert ons één belangrijk ding dat hier van toepassing is: er mogen geen grote<br />
barrières zijn die de transporteerbaarheid beïnvloeden. Met de nodige moeite kunnen die barrières<br />
voor het vervoer van de gewonnen goederen geminimaliseerd worden, zoals in de vorige<br />
deelparagraaf beschreven. Zodoende is dat vervoer mogelijk. Alleen rest de vraag: zijn de middelen<br />
ter exploitatie überhaupt wel transporteerbaar? Heeft Groenland zelf ook iets?<br />
Hierover kunnen we kort zijn: Groenland beschikt over vrijwel niets. Geen mijnboren, geen tractoren,<br />
geen asfaltfabrieken; slechts bouwkranen zijn er in overvloed – maar allemaal in Nuuk. Alles moet<br />
eigenlijk ingevoerd worden. Dat is echter niet het grootste probleem, één vrachtschip kan tientallen<br />
akkers van landbouwmachines voorzien en mijnboren leveren. Er is meer.<br />
Allereerst ga ik in op de mijnbouw. Hoe komt die boor op zijn plek? In §4.1 ging ik in op het<br />
vervoer van de gewonnen goederen, maar daarvoor dient de mijnboor wel eerst op de plaats van<br />
bestemming te komen. Het grootste gedeelte kan dikwijls over zee, maar vaak liggen mijnen<br />
heuvelop en moeten speciale constructies worden bedacht en opgebouwd – die op hun beurt weer<br />
naar de mijn vervoerd moeten worden – eer men de boor op de juiste plek heeft. Er zit veel werk in<br />
het opbouwen en het kost een lieve duit. Zo moest voor de Black Angel Mine bij Uummannaq eerst<br />
een complete skiliftinstallatie worden gebouwd!<br />
Ook is Groenland een keihard land. De gesteenten waaruit Groenland bestaat, is van diverse<br />
geologische perioden, maar hebben één ding gemeen: de hardheid is zeer groot. Een mijnboor is dus<br />
een kostbaar goed en als er defecten zijn, komen we bij het volgende probleem: afstanden zijn<br />
wederom groot en het is duur om reserveonderdelen naar de mijn te vliegen (varen duurt te lang).<br />
Ten slotte is de energievoorziening van de dorpen en steden uiterst beperkt. Kleine<br />
kolencentrales die kolen of diesel omzetten in elektriciteit leveren maar beperkt elektriciteit,<br />
waarvan het merendeel door de plaatselijke visafslag verbruikt wordt. Een aantal steden heeft sinds<br />
enige jaren een waterkrachtcentrale diep in het binnenland die de steden van stroom voorziet. Dit<br />
neemt de beperking van elektriciteit weg, maar de aanleg vergt wel een eenmalige forse investering.<br />
Landbouw zit eigenlijk in hetzelfde schuitje, alleen met een andere lading. Allereerst bestaat<br />
landbouw uit twee takken: veeteelt en akkerbouw.<br />
- 25 -
Akkerbouw kent qua infrastructuur één groot probleem: landbouwmachines kunnen wel in<br />
één keer gebracht worden, maar veel landbouwmachines die eens per jaar nodig zijn (zoals dorsers<br />
en rooimachines) zijn ook in het rijke Nederland vaak in handen van samenwerkingsverbanden van<br />
boeren. Zo hoeven boeren niet al hun zuur verdiende geld te besteden aan een dure machine, die<br />
meestal maar een week per jaar nodig is. Op Groenland gaat dat echter niet. Boerderijen blijven<br />
klein, te wijten aan het vele reliëf. Zonder wegen is het moeilijk om de collectieve landbouwmachines<br />
tussen samenwerkende boeren te verplaatsen en wederom kost het de boeren veel. Zowel het<br />
bewerken van de akkers tot beplantbare grond als het coöperatief bezitten van landbouwmachines is<br />
duur en dit maakt dat boerderijen niet alleen klein, maar ook kleinschalig (zullen) zijn.<br />
Veeteelt gaat echter gemakkelijker en kent weinig barrières. Vee begraast ’s zomers de<br />
eindeloze toendra, ook op hellingen, ’s winters staan ze op stal. Zo doet men het al jaren in Zuid-<br />
Groenland. Kuddes zijn kleinschalig, daar de toendra gemakkelijk overbegraasd wordt, en het vervoer<br />
van melk, vlees en wol is geen grote kostenpot. Wat infrastructuur betreft, behoeft het bedrijven van<br />
veeteelt nauwelijks speciale voorzieningen. Alleen het vervoer van de boerderijen naar de slachterij<br />
en later naar de markt vergt speciale voorzieningen als boten en steigers en is dus… duur.<br />
Nu ben ik nog niet ingegaan op de gas- of aardoliewinning. Gelukkig zitten in die hoek niet heel veel<br />
problemen. Groenland beschikt over geen enkel booreiland, maar dat deert niet. Booreilanden<br />
worden vanuit de booreilandfabriek naar de plaats van bestemming gevaren waarna zij geheel<br />
zelfvoorzienend zijn. Voor het vervoer van de aardolie of gas zijn grote vrachtschepen in de nietwesterse<br />
wereld de norm, olieraffinaderijen bevinden zich dikwijls duizenden kilometers van het<br />
booreiland (denk aan Rotterdam). Misschien onaantrekkelijk, maar niet ongebruikelijk.<br />
Het vervoer van het personeel van de Groenlandse booreilanden is ook geen probleem. De<br />
luchthavens op Groenland zijn zoals gezegd goed en helikopters staan overal gestationeerd. Zo<br />
passeert hier ook het laatste infrastructurele probleem de revue: in geval van een ongeval op volle<br />
zee beschikt Groenland over vele helikopters (met zeer ervaren piloten) die als reddingshelikopter<br />
ingezet kunnen worden.<br />
Het enige probleem is eigenlijk de ijsgang. ’s Winters is olieboren te riskant vanwege zeeijs, ’s<br />
zomers vormen drijvende ijsbergen een gevaar. Met behulp van sleepboten kunnen die geruimd<br />
worden, zoals Cairn Energy Ltd momenteel doet, maar er is veel kritiek op. Voor nadere informatie<br />
over Cairn Energy, zie hoofdstuk 6.<br />
Op het gebied van infrastructuur die de winning zelf mogelijk moet maken, dient men naar elke<br />
nieuwe mogelijkheid op zich te kijken. Voor de winning van de delfstoffen zelf zijn de grootse<br />
problemen: harde bodem, reliëf, grote afstanden en nauwelijks materieel. Ook de beperkte<br />
energieopwekking werkt uitbreidingen van bedrijven tegen. Voor de akkerbouw, die veel<br />
kleinschaliger zal blijven, geldt ook dat afstanden en terrein barrières vormen. Collectieve<br />
landbouwmachines kunnen moeilijk uit. Ook de veeteelt kan slechts klein blijven vanwege de<br />
kwetsbare bodem. Voor aardoliewinning zijn echter vrijwel geen barrières.<br />
De transporteerbaarheid van vaste delfstoffen is dus gering en kan slechts met veel moeite<br />
groot genoeg blijven om geen barrière te vormen. De transporteerbaarheid van oogsten en<br />
dierlijke producten is goed dankzij de kleinschaligheid, terwijl het vervoer van vloeibare delfstoffen<br />
ook grootschalig prima te doen is. Alleen de grote afstanden en het ijs kunnen tegenwerken.<br />
- 26 -
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG:<br />
Wat zijn de infrastructurele problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
Infrastructurele problemen zijn het gebrek aan wegen en deels onbevaarbare wateren, grote<br />
afstanden op en naar Groenland, het gebrek aan goede energievoorziening, ijs en de hoge<br />
kosten voor zowel transport van goederen als van materieel en personeel.<br />
Figuur 18. In 2005 is rond Uummannaq een bijzonder, innovatief idee uitgetest: een hovercraft<br />
moest concurrentie bieden aan de veel duurdere district helicopter, die de regio wekelijks bestrijkt<br />
en Uummannaq met zijn vliegveld verbindt(!). Behalve de lagere prijzen was het andere grote<br />
voordeel dat de hovercraft zowel over ijs als over water kon zweven, in tegenstelling tot het<br />
andere goedkope alternatief voor de helikopter: de boot. Helaas is gebleken dat er weinig animo<br />
was voor dit onderhoudstechnisch dure hoogstandje (de Griffon 2000TD). Inmiddels is men met<br />
een futuristisch, zeppelinachtig luchtvaartuig in de weer…<br />
•Tekstbron: Simonsen, M. (06-02-2005). Company may sue British hovercraft producer. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article3260.ece?service=print&lang=EN, 08-12-2010.<br />
•Beeldbron: russbagley99, Flickr.<br />
- 27 -
HF4 • SOCIAAL-ECONOMISCHE PROBLEMEN<br />
Door het grote aantal kajaks, gespierde honden en sleden, die groter zijn dan die in Sisimiut,<br />
is Jakobshavn [nu Ilulissat, red.] van alle plaatsen die ik tot nu toe in Groenland bezocht heb,<br />
de meest karakteristieke. Men ziet er een indrukwekkende hoeveelheid droogrekken, waar<br />
vissen, zeehondevet en vossehuiden aan hangen. Jakobshavn bezit met zijn 1750 inwoners<br />
een twintigtal bootjes voor de garnalenvangst en een eenvoudige fabriek waar de garnalen<br />
worden verwerkt en ingeblikt, maar deze conservenfabriek heeft maar een beperkt aantal<br />
mensen in dienst. Het merendeel van de bewoners leeft van de jacht, want de wateren van de<br />
ijsfjord zijn zeer wildrijk. Er wordt op zeehonden gejaagd, maar ook op walvissen die zich daar<br />
af en toe laten zien, vooral de witte walvis. Afgezien van een groot aantal mensen dat in de<br />
buurt van de haven woont (het gedeelte van de stad waar de meeste Denen wonen), wonen<br />
er ook mensen bij de fjord en die zijn allemaal zeehondenjagers. Hun huizen, die van dat van<br />
Ib [personage] zijn gescheiden door een rotsachtig terrein, zijn opgebouwd uit oude planken<br />
en staan op een ondergrond van turf. Het zijn de armste huizen en het zijn er een stuk of<br />
vijftien. Naar: Kpomassie, T.-M. (1988). Een Afrikaan op Groenland. Utrecht/Antwerpen:<br />
Uitgeverij L. J. Veen. (p183-184)<br />
Sinds Kpomassie Ilulissat verliet is er veel veranderd. Zo’n 4500 mensen bevolken het levendige<br />
toeristenplaatsje, waar toeristen per vliegtuig arriveren. Nog maar een enkeling gaat op<br />
zeehondenjacht en ik heb zelf geen enkel droogrek waargenomen. Het kleine dorpje vol turfhutten<br />
van weleer is verlaten en geruimd. Toch was met de aanzet voor al deze veranderingen ook in de tijd<br />
van Kpomassies verblijf al begonnen en dat deed Groenland niet op eigen kracht...<br />
Binnen korte tijd is Ilulissat veranderd van Inuïtgemeenschap in Groenlands stadje. Maar<br />
waardoor heeft die verandering plaatsgevonden en welke problemen leveren die veranderingen zoal<br />
op?<br />
• Wat zijn de sociaal-economische problemen van het huidige Groenland?<br />
Allereerst: wat houdt sociaal-economisch in? De website www.europrogs.be heeft een<br />
verduidelijkende omschrijving: ‘’Sociaal-economisch’ is een vlag die vele ladingen dekt:<br />
maatschappelijke trends, groei, werkgelegenheid, duurzame ontwikkeling, welvaart,<br />
concurrentievermogen.’ ¹ Kortom: een combinatie van alles wat zowel de bevolking als de economie<br />
aangaat. Vaak is het één het gevolg van het andere. Zo zal een onvakkundige bevolking voor een<br />
slechtere economie zorgen.<br />
Echter, ik verruim de betekenis van de term sociaal-economisch in dit hoofdstuk. Om bij de<br />
sociaal-economische problemen te komen, worden eerst de ontwikkelingen besproken die ze<br />
veroorzaakt hebben. Verder komen er ook veel sociale problemen bij kijken. Pas aan het einde zullen<br />
de sociaal-economische problemen in de pure zin van het woord belicht worden.<br />
Speciale invulling van de betekenis van bepaalde termen:<br />
Groenlander Sterk verwesterde Inuït (foutief: eskimo’s), een volk dat duizenden jaren het<br />
Noordpoolgebied bewoonde. Vanaf omstreeks 1960 worden de Groenlandse Inuït<br />
Groenlanders genoemd, na ingrijpende moderniseringen door de Denen. De<br />
eigenbenaming voor het volk is Kalaallisut: ‘mensen’.<br />
Annotaties<br />
¹ Wat mag u verwachten onder sociaal-economisch? (z.d.). Geraadpleegd http://www.europrogs.be/sociaaleconomisch/wat-mag-u-verwachten-onder-sociaal-economisch,<br />
23-09-2010.<br />
- 28 -
§5.1 • Ontwikkelingen in het verleden<br />
••• Welke ontwikkelingen heeft Groenland in het<br />
verleden doorgemaakt?<br />
De geschiedenis van Groenland vangt aan met de prehistorie.<br />
Primitieve jagers- en verzamelaars-gemeenschappen<br />
(de Dorset- en Saqqaq-Inuïtculturen) bevolkten<br />
de kuststreken van Groenland tussen ongeveer<br />
2300-200 v.Chr, waarna ze verdwenen en een nieuwe<br />
Inuïtcultuur rond 700 n.Chr. weer voet aan wal zette.¹<br />
Vanaf ongeveer 900 n.Chr. arriveerden de Vikingen als<br />
eerste Europeanen in Zuid-Groenland, vanaf ca. 1200<br />
de Noormannen geheten. Hoewel zij wel wat handel<br />
dreven met de Inuït en hen trachtten te bekeren tot de<br />
rooms-katholieke kerk, leefden ze verder gescheiden.<br />
De Inuït leefden van de jacht, terwijl de Vikingen van<br />
de landbouw leefden. Waarschijnlijk zijn ze daarom<br />
rond 1400 vertrokken, toen de Kleine Ijstijd de ’s zomers<br />
te koud maakte voor het verbouwen van<br />
gewassen.<br />
Vanaf ongeveer 1550 begonnen de Europeanen<br />
de Noordpool te (her)exploreren, zo ook Groenland.<br />
Namen als Hudson, Baffin en Davis, naar wie<br />
allen grote zeeën vernoemd zijn, genieten algemene<br />
naamsbekendheid. Maar ook minder bekende Nederlanders<br />
en Fransen hebben getracht de zeeroutes Om<br />
de Noord te ontdekken. Om naar Zuidoost-Azië te varen<br />
moest men destijds om Kaap Hoorn. Het zou echter<br />
sneller zijn om rondom Noord-Amerika heen te varen.<br />
Helaas bleek de route te zwaar: de houten schepen<br />
indertijd konden de zware ijsgang niet aan.<br />
Ook Denemarken deed mee aan de race, maar<br />
het zag in dat een kolonie aan de toegangsroute zelf<br />
wellicht handiger was. Het claimde het land dat ooit<br />
door de Vikingen als een groen land werd omschreven<br />
maar meestal wit is en stichtte er factorijen<br />
(handelsposten), hoewel het eerder doorvoerhavens<br />
waren: de Denen vermeden de ‘onbeschaafde<br />
Eskimo’s (rauwe vleeseters)’. Behalve op het gebied<br />
van zending: als zo veel kolonisatoren trachtte het,<br />
niet tevergeefs, de inheemsen te bekeren, ditmaal tot<br />
het protestantisme. Behalve op het gebied van geloof<br />
liet Denemarken de Inuït met rust en ging zijn eigen<br />
gang, terwijl o.a. de Basken en Nederlanders (de<br />
zogeheten Groenlandvaarders) uitgebreid handel<br />
dreven met de Inuït. Ondanks de claim van de Denen<br />
bleven de landen walvis vangen voor de kust van<br />
Groenland.<br />
- 29 -<br />
Figuur 19. De verschillende Inuïtculturen door de eeuwen<br />
heen. De Nordbo zijn de Vikingen en Noormannen, de<br />
grafiek links is het klimaat (F.kr en E.kr. is v.Chr.<br />
respectievelijk n.Chr.). Bron: eigen foto van een<br />
infographic in het Knud Rasmussen Hus te Ilulissat.<br />
Figuur 20. Overzichtskaart van de Noord-Atlantische<br />
vleugel van de vroegere Deense koloniën, bestaande uit<br />
Groenland, IJsland en de Færøer. Tot 1814 behoorde ook<br />
Noorwegen tot Denemarken. Overigens heeft Denemarken<br />
ook koloniën in India, het Caribisch gebied en Estland<br />
gehad. Tegenwoordig behoren alleen Denemarken, de<br />
Færøer en Groenland tot het Koninkrijk Denemarken.<br />
Bron: wikicommons/wikipedia, eigen bewerking.
Waar Groenland eerst een aardig zakcentje opleverde voor de Denen, zagen de Denen vanaf<br />
ca. 1800 in dat het samen met de Færøer en destijds ook IJsland een<br />
machtig rijk leek. Langzamerhand veranderde het<br />
handelskolonialisme in modern imperialisme. Het zou echter tot na<br />
de Tweede Wereldoorlog duren, voordat de Denen een belangrijk<br />
kenmerk van het imperialisme gingen doorvoeren: the white man’s<br />
burden, ofwel het beschavingsoffensief (het bijbrengen van<br />
beschaving aan de inheemsen). De wereld dekoloniseerde maar<br />
Denemarken moest zien te zorgen dat het Groenland behield. De<br />
interesse in de walvisvaart stond op een lager pitje, terwijl men<br />
overal mijnen stichtte om steenkool te winnen.<br />
Die nieuwe beschaving, de modernisering van Groenland, rustte op<br />
vier pijlers. Allereerst vormde Denemarken vanaf de jaren ’60 de<br />
economie van het land om. Dorpen werden verdeeld in jagersdorpen<br />
en vissersdorpen. Deze laatste stuitten op vele problemen.<br />
Groenland is nooit een echt vissersland geweest en het jagen zat de<br />
Inuït in het bloed. Nu moesten ze opeens in hun kotter garnalen of<br />
zeevis gaan vissen. Op zeehonden jagen moesten ze in hun vrije tijd<br />
maar doen, terwijl ze voor een hongerloontje moesten werken en dus geen tijd hadden. Tété-Michel<br />
Kpomassie schrijft dan ook dat de vissers geregeld zeehonden neerschoten, alleen niet vanuit een<br />
kajak maar vanaf een grote ijzeren boot.<br />
Met hun loon kregen de Inuït voor het eerst ‘groot geld’ in bezit, waarmee de geldeconomie<br />
definitief was ingevoerd. Waar het vroeger om minimale bedragen ging, per verkochte zeehond<br />
verkregen of zelfs d.m.v. ruilhandel, kreeg men nu maandelijks één grote portie geld. Daar men daar<br />
nooit mee had leren omgaan, belandde een groot gedeelte ervan in de zakken van de barman.<br />
De tweede pijler is de centralisatiepolitiek, het G60-beleid. In deze geldeconomie was het<br />
volgens de Denen (geef ze eens ongelijk) onrendabel om de vele kleine dorpjes draaiende te houden.<br />
Daarom besloten ze tientallen dorpen te sluiten. De inwoners werden gedwongen naar de steden te<br />
verhuizen, toen nog betekenisloze dorpjes die centraal lagen ten opzichte van de andere dorpjes.<br />
Omdat die plaatsjes ook maar kleine dorpen waren, besloot Denemarken voor ‘degelijke’<br />
huisvesting te zorgen, pijler № drie. Grote, grijze, donkere, vieze, slecht geïsoleerde en bovenal<br />
goedkope flats rezen overal op in Groenland. In Nuuk staat zelfs een flat die niet minder dan 1% van<br />
de gehele bevolking huisvest! Ook bouwden de Denen een vijftal voorgefabriceerde ‘standaardhuis’ontwerpen<br />
overal op Groenland. De uit hout opgetrokken huizen, een bouwmateriaal dat niet van<br />
nature voor handen was en is op Groenland, waren slecht geïsoleerd, klein en onderhoudseisend. De<br />
plaggenhut en iglo waren immers achterhaald. De vroegere Inuït wist echter simpelweg niet beter;<br />
zowel de flats als de houten huizen verloederden dus, mede doordat de dorpelingen niet konden<br />
wennen aan het stadse leven waar alles een prijs heeft.<br />
Ten slotte de vierde pijler. Op het gebied van sociaal welzijn heeft Denemarken naast de<br />
slechte huisvesting veel goeds gedaan of getracht te doen. De verzorgingsstaat, die het welzijn<br />
omhoog moest pompen, werd ingevoerd. Pensioenen en uitkeringen voor werklozen werden<br />
uitgekeerd, en werklozen waren er veel. De dorpelingen in de steden waren laaggeschoold en de<br />
werkgelegenheid was nihil. Alleen handwerk was aan de voormalige Inuït, vanaf nu Groenlanders<br />
genoemd, besteed. De Denen bekleedden de hogere ambten. Om de werkloosheid terug te dringen<br />
voer Denemarken ook de leerplicht in rond 1960. De werkgelegenheid bleef echter klein: in een land<br />
als Groenland is praktisch niets. De scholing had echter grote gevolgen voor Denemarken.<br />
Op school werd namelijk in het Deens onderwezen, terwijl Groenlands, de taal van het dagelijks<br />
leven, onderdrukt werd. Men werd weliswaar onderwezen in de Deense geschiedenis, maar ook de<br />
eigen, Groenlandse geschiedenis kwam aan bod. Het nationaal bewustzijn werd hun daardoor<br />
aangeleerd.<br />
- 30 -<br />
De Eerste en Tweede Wereldoorlog<br />
verliepen gladjes voor Groenland. In<br />
de Eerste was Denemarken neutraal<br />
en bestond het besef onder Inuït van<br />
oorlog in Europa nog nauwelijks.<br />
Veel nederzettingen leefden nog<br />
zoals ze eeuwen hadden geleefd en<br />
waren slechts bezig met het<br />
dagelijks leven: voor eten en<br />
onderdak zorgen. De WOII verliep al<br />
even gladjes. De Amerikanen<br />
bouwden enkele vliegbases als schild<br />
tegen de Sovjet-Unie, maar die zijn<br />
nooit voor oorlogsdoeleinden<br />
gebruikt; slechts als tankstop voor<br />
materieel op weg naar Europa.
De superioriteit van de Denen en de minachting voor de Groenlanders heeft tot een kloof<br />
van grote ongelijkheid geleid. Een kloof die alle Groenlanders verenigde.<br />
De combinatie van de onderdrukking van de Groenlanders (zowel op bijvoorbeeld de<br />
banenmarkt als in de taal), het onderwijs over Groenland zelf en de in hoofdstuk 4.1 genoemde<br />
verbetering van de infrastructuur (bouw van heliports en vliegvelden), die het land voor het eerst<br />
verenigde, leidde tot een catastrofale ontwikkeling voor de Denen: het nationalisme ontstond en de<br />
emancipatie van de Kalaallisut en hét Kalaallisut (het Groenlands) kwam op gang. Zo begon men in<br />
de jaren tachtig de steden bij de Groenlandse benaming te noemen en raakten de Deense in onbruik:<br />
Godthåb werd Nuuk, Holsteinsborg Sisimiut en Jakobshavn Ilulissat. Ook werden steeds meer Denen<br />
van hoge functies verstoten door Groenlanders.<br />
En als zoveel nationalistische bewegingen wilden ook de Groenlanders een eigen staat. Men<br />
zag echter wel in dat die vooralsnog onhaalbaar was en pleitte aanvankelijk voor een eigen<br />
bestuursorgaan, later voor de status aparte en nu pas voor de echte onafhankelijkheid. Of die<br />
verkregen wordt of niet, feit is dat de dekolonisatie in gang is gezet.<br />
Als handelskolonialist heeft Denemarken Groenland lange tijd met rust gelaten. Als modern<br />
imperialist heeft het vanaf 1960-1970 diverse moderniseringen doorgevoerd in het kader van het<br />
beschavingsoffensief: de verzorgingsstaat, de economische hervormingen van jacht naar visserij,<br />
de geldeconomie en het centralisatiebeleid. Door de scholing, verbeterde infrastructuur en de<br />
Deense superioriteit ontstond het Groenlandse nationalisme en sommigen streven tot op de dag<br />
van vandaag naar de afronding van de dekolonisatie: onafhankelijkheid.<br />
Annotaties<br />
Voor deze paragraaf is veelvuldig gebruik gemaakt van de Lonely Planet:<br />
o’Carroll, E., Elliott, M. (2005). Greenland & the Arctic. Victoria (Australië): Lonely Planet Publications Pty Ltd.<br />
¹ Zelf genomen foto van een infographic in het Knud Rasmussenmuseum te Ilulissat.<br />
§5.2 • Hedendaagse problemen<br />
••• Wat zijn de hedendaagse sociale problemen van Groenland?<br />
Groenland is mede door haar geschiedenis maar deels gemoderniseerd. Sommigen houden vast aan<br />
de oude cultuur, maar de vaart der volkeren maant hen dat ze niet achter kunnen blijven, tegen wil<br />
en dank. Groenland staat als het ware met het ene been in het heden en met het andere in het<br />
verleden. De moeizame overgang is kenmerkend voor de huidige wereldindeling, de veelal westerse<br />
Eerste Wereld, en de Derde Wereld. De subdeelvraag beantwoord ik daarom aan de hand van de<br />
vraag: in hoeverre is Groenland een eerstewereldland?<br />
Definities en begrippen<br />
Eerste Wereld landen met een democratisch en stabiel bestuur waarin mensenrechten zo<br />
min mogelijk geschonden worden. De leefomstandigheden zijn goed, al zijn<br />
er grote verschillen. De meeste mensen leven boven de armoedegrens.<br />
Belangrijke kenmerken zijn: laag geboortecijfer, laag sterftecijfer, klein of<br />
geen geboorteoverschot, weinig bevolkingsgroei, hoge levensverwachting,<br />
lage urbanisatie, weinig mensen werkzaam in de primaire en secundaire,<br />
maar veel in de tertiaire en quairtaire sector, grote inflatie, weinig<br />
analfabetisme en goede gezondheidszorg.¹<br />
Derde Wereld landen met een vaak slecht, corrupt bestuur waarin mensenrechten stelselmatig<br />
geschonden worden. De leefomstandigheden zijn meestal bar slecht en<br />
- 31 -
armoede is de norm onder het grootste gedeelte van de bevolking.<br />
Belangrijke kenmerken: tegenovergestelde van die van de Eerste Wereld.<br />
Door de Eerste en Derde Wereld te meten aan de hand van bovenstaande zaken, refereert men<br />
indirect naar het welzijn van de bevolking.<br />
Generatieproblemen<br />
Voor de dekolonisatie kan men als aanvang 1979 kiezen, toen Groenland op 1 mei meer eigen<br />
zelfbestuur (een regering) verwierf van Denemarken. Aanvankelijk was men blij, maar de wens tot<br />
echte onafhankelijk bleef doorgroeien. In 2009 op de nationale feestdag van Groenland (21 juni)<br />
verkreeg Groenland de status aparte van Denemarken naar aanleiding van een eerder referendum.<br />
De hedendaagse politiek is verdeeld: sommigen zien in dat echte onafhankelijkheid voor Groenland<br />
onrealiseerbaar is, terwijl anderen met de vooruitzichten op een toekomst als olieboer dat niet<br />
(willen) geloven. Conservatieven menen dat Groenland überhaupt niet aan nog meer veranderingen<br />
blootgesteld moet worden.<br />
Het is dus maar de vraag of Groenland zichzelf kan redden. Is het land niet in gigantische<br />
sociale problemen verzeild? Ja. Het is momenteel belabberd gesteld met bijna alles wat sociaal<br />
inhoudt. Te beginnen bij generatieproblemen. Na vijftig jaren Deense bemoeienis is bijna het gehele<br />
land omgepoold.<br />
De ouderen, zeg 60+’ers, hebben de in de vorige paragraaf beschreven moderniseringen aan den lijve<br />
ondervonden. Vroeger voeren de mannen nog dagelijks in hun wankele kajakje de ijskoude zee op<br />
om hun eigen eten te vangen. Omwille van Denemarken moest hij zijn beroep en leefwijze opgeven<br />
en visser worden in de ‘grote stad’. De vrouwen moesten in plaats van bont naaien of vlees snijden<br />
nu garnalen pellen. Vele nu gepensioneerden zijn van mening dat door Deens toedoen zij niet alleen<br />
hun beroep en leefwijze achter moesten laten, maar ook dat de gehele Inuïtcultuur zal uitsterven.<br />
Niet onbegrijpelijk, omdat voor vele Inuït dingen als de sneeuwscooter of televisie natuurlijk erg<br />
aanlokkelijk klinken. Helemaal raar was dat ze hun walvisspek in de supermarkt konden kopen, direct<br />
naast de spaghetti, wijn en bonbons. Voor scholing waren ze destijds te oud, nog steeds zijn velen<br />
ongeletterd en Engels wordt slecht verstaan. Ze kunnen maar moeilijk afstand doen van hun oude<br />
gewoonten en gebruiken en in feite is er een nationaal trauma onder hen.<br />
De leeftijdscategorie 40-60 jaar heeft het al iets beter. Zij zijn opgegroeid met de<br />
veranderingen en op het moment dat ze moesten gaan werken was de leerplicht al ingevoerd. Zij<br />
weten nog goed hoe het leven voor de bemoeiingen van de Denen was, maar zij realiseerden zich<br />
ook dat die tijd voorbij was. Hoewel geschoold hebben velen geen beroepsopleiding genoten en zij<br />
zijn vaak werkloos. Alle niet-handwerkarbeidsplaatsen werden door de Denen bezet en de<br />
ongelijkheid tussen hen en de Groenlanders was groot. Overigens heeft een grote categorie de<br />
Inuïtcultuur tot veel later voort kunnen zetten, daar Denemarken met haar hervormingen begon in<br />
het zuiden.<br />
De leeftijdscategorie 30-40 jaar heeft het al veel beter. In hun jeugd besteedde Denemarken<br />
steeds meer aandacht aan vervolgopleidingen, opdat men voor een studie of opleiding gewoon op<br />
Groenland kon blijven. Al veel meer mensen zijn goed opgeleid en men begon steeds vaker Denen te<br />
vervangen in hogere functies. Zij emancipeerden zich en vormden de huidige staat Groenland meer<br />
en meer. Helaas blijkt dat ook mét opleiding de banenkansen op Groenland gering zijn: er is<br />
simpelweg weinig werk.<br />
Tot slot de leeftijdscategorie 15-30 jaar, de jongvolwassenen. Zij zijn kritischer. Ze realiseren<br />
zich dat Groenland wellicht een drempel bereikt, waarop het Denemarken van zich afschudt en zich<br />
kan richten op de nieuwe mogelijkheden als oliewinning en mijnbouw. Voordat die echter<br />
winstgevend kan zijn zullen er zeeën van tijd verstrijken en ook met de genoten opleiding zijn<br />
banenkansen klein. Vele jonge Groenlanders hebben geen toekomstvisie. Men weet niet wat er zal<br />
gebeuren. Ze leven in een staat die vijftig jaar geleden nog geheel van de jacht leefde, terwijl men nu<br />
hopeloos tracht een baan te vinden. Hun grootouders vertellen nog over hoe zij ooit joegen: een land<br />
waarvan oude culturele normen en waarden de grond in gestampt zijn. Het zelfmoordpercentage<br />
- 32 -
onder tieners behoort tot de hoogste ter wereld. Ongeveer eenmaal per week maakt er iemand een<br />
einde aan en vooral jongeren behoren tot die groep. Halverwege 2010 hebben al 42 Groenlanders<br />
eigenhandig de eeuwige jachtvelden opgezocht. 2<br />
Je kunt uit al het voorafgaande opmaken dat Groenland veranderd is in een<br />
eerstewereldland. Echter, vele vooral ouderen staan nog met één been in de Derde Wereld. Zij<br />
kunnen en willen geen afstand doen van hun oude cultuur, maar de huidige tijden dwingen hen er<br />
wel toe. En hoewel Groenland theoretisch een eerstewereldland is, blijkt het ook andere kenmerken<br />
te hebben van de Derde Wereld…<br />
Het uitsterven nabij<br />
Het dorp Ganzedijk in Groningen, wat heeft dat<br />
met Groenland te maken? Vrij weinig, behalve<br />
dat er zich één demografische ontwikkeling<br />
afspeelt die zich ook op Groenland voltrekt, de<br />
vergrijzing. Op 1 januari 2010 had Groenland<br />
56.452 inwoners, 3 van wie 3681 65+’ers. In 2030<br />
zal dat aantal met 205% toegenomen zijn,<br />
terwijl het aantal personen in de leeftijdscategoriën<br />
0-5, 6-17, 18-24 en 25-64 met<br />
respectievelijk 1%, 12%, 11% en 3% afgenomen<br />
zal zijn. 4<br />
De werkgelegenheid is het laagst in de<br />
dorpen. De visserij is grootschaliger geworden<br />
en opereert het liefst vanuit de steden, vanuit<br />
één centraal punt, met grote, efficiënte schepen.<br />
Als deze stimulerende activiteiten, namelijk<br />
werk, uit een plaats verdwijnen, dan verdwijnen<br />
de verzorgende activiteiten vaak ook. Dat<br />
zijn faciliteiten die het werk en leven mogelijk<br />
maken. Denk daarbij aan winkels, ziekenhuizen,<br />
kerken, scholen, tankstations, vliegvelden etc.<br />
Als in een klein Groenlands dorpje alle werkenden<br />
met hun gezin naar de stad verhuizen, mee<br />
met hun werk, dan blijven werklozen achter.<br />
Weinig kapitaalkrachtige mensen zonder voldoende<br />
geld om de dorpssupermarkt draaiende<br />
te houden, zelfs niet met de enorme subsidies<br />
die de overheid verleent. Veel kinderen ver-<br />
huizen mee, zodat de school te weinig leerlingen heeft om open te blijven en moet sluiten. De<br />
leefbaarheid van de dorpen neemt daarmee dermate af, dat ook vele werklozen de dorpen verlaten,<br />
de stuurse 65+’ers in alle eenzaamheid achterlatend. Daarbij komt dat door alle moderniseringen<br />
nog maar weinig tieners ‘achterhaalde’ beroepen als visser kiezen. Denk je maar eens in hoeveel<br />
mensen in Nederland nog visser willen worden!<br />
De ontvolking van het platteland betekent grote urbanisatie, de trek naar de steden. Volgens<br />
Sermitsiaq AG is sinds 1990 het aantal inwoners van de dorpen met ongeveer 25% gedaald. 5 Deze<br />
ontvolking als gevolg van de trek naar de steden kent drie oorzaken:<br />
- Mensen verhuizen met hun werk mee naar de stad;<br />
- Mensen hebben geen werk en hopen in de stad wel aan werk te komen;<br />
- Het verzorgingsniveau ligt veel hoger in steden. In de steden zijn scholen, ziekenhuizen,<br />
filmhuizen, sportclubs en sportzalen, een vliegveld of heliport en vooral: veel andere<br />
mensen. Maar ook sportclubs floreren (Nuuk kent zelfs een abseil- en parapentevereniging<br />
en van de 57.000 Groenlanders spelen 5.000 bij een voetbalclub 6 !).<br />
- 33 -<br />
Figuur 21. Tabel met de bevolkingssamenstelling in 2009 (in<br />
donkerblauw) en de voorspelling voor in 2040 (lichtblauw). Links de<br />
mannen, rechts vrouwen. Daar het aantal kinderen gelijk blijft en<br />
werkenden iets afneemt en het aantal ouderen juist fors toeneemt,<br />
kan met spreken van een vergrijzende bevolking. Sermitsiaq AG<br />
berichtte 26 oktober 2010 dat het aantal inwoners van de dorpen in<br />
de periode 1990-2009 zelfs met 25% gekelderd is. 3 Vooral de zeer<br />
kleine kernen hebben het zwaar te voorduren: de totale bevolking<br />
van de kleinste dorpen is in totaal van 936 naar 346 inwoners gezakt,<br />
met in de periode 2005-2009 alleen al een daling van 13%. Als het zo<br />
door gaat, zal binnen 10-20 jaar geen enkel klein dorp nog op de kaart<br />
als bewoonde plaats worden aangegeven. Beeldbron: Grønlandsk<br />
Statistik.
Figuur 22. Het dorpje Iliminaq op een excursie (22-07-2010). De circa zestig inwoners zijn nergens te bekennen en<br />
er is veel leegstand. Dankzij de ligging nabij het toeristenplaatsje Ilulissat bij de ijsfjord vangt het wekelijks wat<br />
toeristen, die in een plaatselijk restaurantje Groenlandse lekkernijen voorgeschoteld krijgen. Bron: eigen werk.<br />
Het blijkt echter dat ook in de steden de werkloosheid hoog ligt. Dit is een direct gevolg van de lage<br />
werkgelegenheid: ook met een goede opleiding blijkt dat de banenmarkt zeer klein is. Er is gewoon<br />
weinig werk. Werk in de primaire sector bestaat uit de visserij, jacht en veeteelt. Veel werk in die<br />
sector is er niet; grote fabrieksschepen werken bijna volautomatisch. De secundaire sector ontbreekt<br />
ook bijna helemaal: slechts visverwerking en enkele oude ambachten vormen een relevante tak.<br />
Ten slotte zijn alle hervormingen van Denemarken niet overal gelijktijdig ingevoerd. Over het<br />
algemeen begonnen de Denen vanuit hun vroegere handelsposten in het zuiden en trokken langs de<br />
kust omhoog. Zo leven er in het hoge noorden, ultimo thule, en rond Tasiilaq nog steeds mensen in<br />
traditionele Inuïtgemeenschappen. Vanuit hun houten huis trekken ze dagelijks per slede het ijs op<br />
om zeehonden af te schieten. Tegenwoordig probeert men de laatste Inuït zo lang mogelijk naar hun<br />
eigen levenswijze te laten leven, maar door o.a. klimaatverandering en de houding van veel<br />
jongeren, die een leven als jager niet zien zitten, staan de cultuur en tradities op uitsterven.<br />
In hoeverre is Groenland een eerstewereldland? In ieder geval niet als men kijkt naar de lage<br />
opleidingsgraad onder ouderen, de urbanisatie, en leegloop van het platteland, grote werkloosheid<br />
en nauwelijks werkgelegenheid en tot slot grote verschillen tussen de huidige cultuur en die van<br />
vijftig jaar geleden, en de generatieproblemen die daarbij horen. Daarentegen wel als men kijkt<br />
naar de uitgebreide verzorgingsstaat in combinatie met betrouwbaar bestuur, de grote quartaire<br />
sector, de goede mogelijkheden tot het volgen van een opleiding en vergrijzing; dat zijn juist weer<br />
kenmerken van een eerstewereldland.<br />
Annotaties<br />
¹ Geïnspireerd op: Noordhoff Atlasproducties (2010). De Grote Bosatlas. Groningen: Noordhoff Uitgevers. (p235-237)<br />
2<br />
Moshiri, N. (23-09-2010). Rising suicide rate baffles Greenland. Geraadpleegd op<br />
http://blogs.aljazeera.net/europe/2010/09/23/rising-suicide-rate-baffles-greenland,<br />
12-10-2010.<br />
3<br />
Flugten fra Grønland mindsket. Sermitsiaq AG (02-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article133261.ece, 03-11-2010.<br />
4<br />
Grønlandsk Statistik (2009). Befolkningsfremskrivning 2009-2040. Geraadpleegd op<br />
http://www.stat.gl/LinkClick.aspx?link=BefolkStat%2fBefolkning%2fBefolkningsfremskrivning+2009-2040+-<br />
+dk.pdf&tabid=86&mid=457&language=en-US, 28-10-2010.<br />
5<br />
Kristensen, K. (26-10-2010). De små bygder bliver endnu mindre. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article132749.ece, 27-10-2010.<br />
6<br />
Koolhaas, M. (nr.32, najaar 2010). Geen zelfstandig voetballand. Arctica. Den Haag: Arctic Peoples Alert.<br />
- 34 -
§5.3 • Groenland en het buitenland<br />
Als je een Groenlander vraagt waar die, buiten Groenland, zoal geweest is, dan antwoorden ze<br />
‘nergens’ of ‘Denemarken’. Denemarken is Groenlands enige buitenland. Het is een populaire<br />
(strand)vakantiebestemming, vertelde iemand me eens. Hoewel veel jongeren een maand of wat<br />
door Europa trekken, blijft het na die tijd meestal alleen bij het ‘moederland’. Tot enige jaren<br />
geleden was de enige mogelijkheid om Groenland zonder eigen vervoer te verlaten of te bereiken<br />
het vliegtuig uit Kopenhagen!<br />
••• Wat is de relatie tussen Groenland en het buitenland?<br />
Kolonist en kolonisator<br />
Dat Groenland politiek gezien bij Denemarken hoort, is lang niet de enige reden dat Groenlanders zo<br />
‘close’ zijn met het land. Denemarken houdt namelijk de gehele Groenlandse economie op de been.<br />
In 2007 investeerde Denemarken 475 miljoen euro van de Deense belastingbetaler in Groenland, en<br />
wat ze ervan terugzagen, is nihil. Samen met andere landen en enkele EU-instituties heeft Denemarken<br />
in 2007 1,03 miljard euro in Groenland geïnvesteerd, terwijl de uitgaven dat jaar 1,02 miljard<br />
euro waren.² En dat voor een land met 56.542 inwoners (als Nederland per 57.000 mensen één<br />
miljard jaarlijks kwijt is, dan zou de staatsbegroting ongeveer 290 miljard per jaar zijn en dat zonder<br />
verdere inkomsten. Realiseer je hierbij dat het aantal inwoners van Denemarken maar een derde is<br />
van dat van Nederland)! Groenland is een economisch zwart gat. Zoals gezegd heeft het een<br />
peperdure verzorgingsstaat, maar wat het land uit de primaire, secundaire en tertiaire sector<br />
verdient, valt in het niet bij de kosten van een dergelijke staatsinvulling. Degene die voor die kosten<br />
moet opdraaien is dus Denemarken. De Denen houden het welzijn kunstmatig, eigenhandig hoog,<br />
maar zonder toedoen van de Deense belastinggelden zou het welzijn instorten tot op het niveau van<br />
de welvaart:<br />
Want de welvaart op Groenland is met het blote oog niet zichtbaar. Er is geen geld want er is<br />
geen werk. Er is geen werk omdat er geen export is. En er is geen export omdat er niets te<br />
exporteren is. Slechts een boomloos land vol toendra en oeroud gesteente. Weinig Groenlanders<br />
hebben het breed.<br />
Men kan zich nu afvragen waarom Denemarken Groenland niet gewoon afstaat. Maar dat wil<br />
Denemarken niet alleen, ze kúnnen het ook niet. Er zouden geen uitkeringen, pensioenen en banen<br />
bij de overheid meer zijn voor Groenlanders en dus vele ontslagen, maar ook stopzetting van vele<br />
onrendabele diensten als lijnvluchten en dorpssupermarkten, indien Denemarken de financiële<br />
support stopzet. Het land zou praktisch ontsporen.<br />
Denemarken kan de kolonie dus niet loslaten omdat het, als zoveel kolonisatoren, zichzelf<br />
verplicht het land te helpen. Het moederland hoort de koloniën te steunen, die opvatting. Dit komt<br />
dus eigenlijk neer op de voogdijgedachte. Denemarken ziet daarentegen ook in dat Groenland in de<br />
toekomst misschien geen zwart gat meer zal zijn. Met de hernieuwde interesse in bodemschatten als<br />
uranium, goud, diamant en het zwarte goud hoopt het dat Groenland zich langzamerhand zal<br />
terugbetalen.<br />
Dat is precies waarin de Groenlandse interpretatie verschilt van de Deense. Waar<br />
Denemarken meent dat het decennia lang verliezen heeft geleden op Groenland en het nu het recht<br />
heeft op terugbetaling, meent Groenland dat Denemarken al eeuwen daarvoor winsten uit het land<br />
geput heeft en dat het nu moet inzien dat de Denen de plicht hebben te vertrekken. De uitkomst van<br />
dit morele en ethische dilemma zal de toekomst moeten leren.<br />
Bevolkingstrek<br />
Vele economische vluchtelingen vertrekken jaarlijks naar Denemarken. De trek naar Denemarken is<br />
een algemeen bekend proces ten gevolge van alle problemen en er bevinden zich grote Groenlandse<br />
minderheden in Deense steden. Wel is er een dalende trend in het aantal Groenlanders dat jaarlijks<br />
- 35 -
naar Denemarken verhuist en sinds 2005 groeit de bevolking op Groenland voor het eerst weer, zij<br />
het zeer langzaam: het artikel Flugten fra Grønland mindsket bericht dat er tussen 1-1-2009 en 1-1-<br />
2010 268 zielen meer zijn komen wonen, grotendeels te danken aan het feit dat minder mensen naar<br />
Denemarken trokken.¹<br />
Een grote groep Kalaallisut in Denemarken zijn laagopgeleide, werkloze Groenlanders uit de<br />
steden (mensen uit de dorpen zoeken eerder heil in Nuuk e.d.), verhuist in de (valse) hoop op werk<br />
naar Kopenhagen of elders. Maar laag- of niet opgeleid, zonder geld en soms ook zonder behoorlijke<br />
beheersing van het Deens raken zij zowel letterlijk als figuurlijk verder van huis. Daarnaast kunnen<br />
velen niet omgaan met het drukke, stadse leven waarin de natuur zich tot kleine parken beperkt. De<br />
beeldvorming van Denemarken onder Groenlanders is niet alleen negatief (de overheerser die z’n<br />
land niet los wil laten), maar ook ‘vals positief’: in Denemarken zou alles wat op Groenland niet<br />
mogelijk is wel kunnen.<br />
Net als zoveel kolonisatoren maakt Denemarken zich echter ook schuldig aan braindrain (het<br />
aantrekken van goed geschoolde mensen). Hoger opgeleide Groenlanders die thuis niet aan hun<br />
trekken kunnen komen, hebben juist wel arbeidskansen in Denemarken en verhuizen. Vaak kunnen<br />
zij daar daadwerkelijk aan de slag, maar ook zij hebben te kampen met ontwenningsverschijnselen.<br />
Zo’n drukke, volgebouwde stad als Kopenhagen is heel wat anders dan het rustieke Sisimiut!<br />
Ten slotte volgen veel Groenlanders in Denemarken een opleiding. Daar is een veel ruimere<br />
keuze uit studierichtingen, maar na het voltooien van de studie zijn sommigen zodanig gewend<br />
geraakt aan de echte wereld dat zij in Denemarken blijven.<br />
Import<br />
De relatie Groenland-Denemarken wordt nog eens versterkt door het gevolg van de ‘verstoorde’<br />
handelsbalans. Daar op Groenland nooit iets verbouwd kon worden, geen industrie was en geen<br />
grondstoffen waren voor bijvoorbeeld huizenbouw, moest letterlijk alles (behalve vis en vlees)<br />
geïmporteerd worden. Groenland was lange tijd een monopolie van Denemarken en deze import<br />
ging geheel via Denemarken. Ook vandaag de dag nog, nu de toekomst van Groenland iets<br />
rooskleuriger lijkt, is de Groenlandhaven in Aalborg hét vertrekpunt voor bijna alle goederen. Voor<br />
bedrijven komen er op elk geïmporteerd product naar Groenland nog dure transportkosten bij.<br />
Als een land gezond wil blijven, moet de export gelijk of meer zijn dan de import, zodat de<br />
handelsbalans in evenwicht is. Export kan, net als de import, van alles zijn. Niet alleen concrete<br />
producten, maar ook diensten, geld (aandelen) of kennis. De Groenlandse staat zou zonder<br />
Denemarken geen evenwichtige handelsbalans kunnen hebben: de export is t.o.v. de import<br />
nagenoeg nul en het gebrek aan export wordt door de Deense belastingbetaler aangevuld.<br />
Vooralsnog keren de grote RAL-schepen halfleeg terug naar Aalborg.<br />
De EU en Amerika<br />
Tot slot de relatie van Groenland buiten Denemarken om, want die is enigszins apart. Groenlands<br />
enige exportproducten zijn jarenlang vis en garnalen geweest. Toen Denemarken zich in 1973 bij de<br />
Europese Unie voegde, begonnen de problemen. De EU, toen nog de Europese Economische<br />
Gemeenschap (EEG), gaf lidstaten het recht in elkaars territoriale wateren visvangst te bedrijven.<br />
Daar Groenland tot het Deense territorium behoorde, waren de lidstaten gemachtigd in de visrijke<br />
visgronden rondom Groenland te vissen. Dat raakte Groenland in het hart. Als andere landen de vis<br />
weg kaapten, was Groenlands enige grote arbeidsveld ten dode opgeschreven. Hele steden leefden<br />
van niets anders dan garnalen- en visvangst (en –verwerking)!<br />
Toen Groenland 1 mei 1979 in staat gesteld werd een eigen bestuur te creëren, was<br />
programmapunt één de EU. Naar aanleiding van een referendum in 1982 heeft het land in 1985 iets<br />
gedaan dat tot nog toe geen enkel ander land gedurfd heeft: het verliet de EU. Sindsdien hebben<br />
alleen Groenland, de Færøer en Denemarken het recht in de territoriale wateren van Groenland te<br />
vissen.<br />
De internationale verhoudingen werden er niet beter op. Groenland wilde steeds meer<br />
vrijheid, in de zin van verlossing van buitenlandse invloeden. In de Tweede Wereldoorlog lieten de<br />
- 36 -
Amerikanen enkele militaire bases achter, zoals Kangerlussuaq, Narsarsuaq en Pituffik. De eerste<br />
twee zijn na de val van de Sovjet-Unie verlaten, Pituffik is nog steeds tot ongenoegen van velen een<br />
belangrijke Amerikaanse basis – over de Noordpool ligt Moermansk een angstwekkende 3000<br />
kilometer ver… De aanwezigheid van de Verenigde Staten in het hoge noorden, in ultimo thule, is<br />
niet vanzelfsprekend. Velen vinden dat de antikolonialist die de V.S. menen te zijn zich moet<br />
terugtrekken uit het gebied. En de reden die voorstanders voor vertrek voeren, is niet de minste.<br />
Zoals altijd houdt het leger van V.S. het liefst veel geheim, zoals dat met de Vietnamoorlog<br />
ook bleek. Nu, in de winter van 1968 is er boven het zeeijs niet ver van Qaanaaq een bommenwerper<br />
neergestort met een grote lading explosieven aanboord, het Thule-accident. Geen van de vier<br />
waterstofbommen zou ontploft zijn en ze zouden alle vier geruimd zijn, maar de afgelopen jaren<br />
hebben onderzoekers plutonium ontdekt in de wateren rond Pituffik, hetgeen erop wijst dat niet alle<br />
bommen geruimd zouden zijn. 3 Na nader onderzoek is er echter geen bom aangetroffen. 4<br />
In Qaanaaq zit men al langer te wachten op het vertrek van de Amerikanen. Toen Thule Air<br />
Base gesticht werd, moesten de inwoners van Qaanaaq verplicht naar de huidige locatie verhuizen –<br />
en dan hebben die Amerikanen ook nog radioactieve rotzooi laten vrijkomen, die hun vis aantast!<br />
Volgens een uitgelekt rapport gedurende de WikiLeaksaffaire is het imago dat Groenland<br />
draagt, aldus de V.S., dat van een ontwikkelingsland (Derde of Tweede Wereld). 5 Dergelijke<br />
uitspraken van een machtig land als de Verenigde Staten kunnen het wereldwijde imago van<br />
Groenland schaden, hetgeen het een onaantrekkelijk land maakt voor bedrijven.<br />
Denemarken is de ‘voogd’ van Groenland, enerzijds ongewenst door de Denen met het oog op de<br />
enorme kosten, anderszijds gewenst met het oog op de toekomst. Ook voelt het zich als voormalig<br />
kolonisator verplicht Groenland te helpen. Denemarken houdt het welzijn kunstmatig hoog, maar<br />
welvaart is er nauwelijks. Daarom trekken veel Groenlanders naar Denemarken, zowel<br />
laagopgeleiden als hoogopgeleiden die geen werk kunnen vinden (braindrain). Een eigen, zelfvoorzienende<br />
economie heeft Groenland ook niet eens en alles wordt vooral via Denemarken<br />
geïmporteerd, export is er nauwelijks. Internationale betrekkingen heeft het land nauwelijks, noch<br />
een positief imago; voor de V.S. is het het (ontwikkelings)land waar Thule Air Base ligt, voor<br />
Europa het land dat uit de EU stapte.<br />
Annotaties<br />
¹ Flugten fra Grønland mindsket. Sermitsiaq AG (02-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article133261.ece, 03-11-2010.<br />
²<br />
Naar de zoekmachine van Grønlandsk Statistik. Het gekozen jaartal is 2007.<br />
3<br />
More news about the missing bomb. Sikunews (13-11-2008). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/More-news-about-the-missing-bomb-5596, 12-11-2010.<br />
4<br />
No lost bomb. Sikunews (09-08-2009). Geraadpleegd op http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/No-lostbomb-6614,<br />
29-10-2010.<br />
5<br />
Thorsen, R (11-12-2010). Wikileaks nævner Grønland. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article135883.ece, 11-12-2010.<br />
- 37 -
§5.4 • Problemen voor de exploitatie<br />
Een land met een inwonerdichtheid van nul, maar met de probleemgraad van oneindig. Zo zou je<br />
Groenland ruwweg kunnen typeren. Maar bemoeilijken de sociale problemen waarmee het<br />
spreekwoordelijke vat gevuld is ook daadwerkelijk de exploitatie van de bodemschatten Groenland?<br />
••• Welke sociaal-economische problemen werken de exploitatie van de bodemschatten tegen?<br />
Werkkrachten<br />
Dat is een vraag met in eerste instantie een positief antwoord: weinig. Ten minste geen grote<br />
problemen. Want op elk sociaal-economisch punt komt altijd een probleem om de hoek kijken; voor<br />
niets gaat de zon op.<br />
Allereerst het personeel voor de exploitatie van de bodemschatten van Groenland. Mijnen en<br />
booreilanden hebben ingenieurs en andere hoogopgeleide mensen nodig, die er op Groenland<br />
nauwelijks zijn. Het is echter eerder regel dan uitzondering dat voor de hogere functies mensen uit<br />
het buitenland worden ingevlogen; geen problemen vooralsnog.<br />
Voor de middelbelangrijke functies schieten de Groenlanders niet te kort. Zoals gezegd zijn<br />
steeds meer mensen goed opgeleid en in staat een bedrijf of afdeling te runnen. Uit een gesprek met<br />
een Groenlandse badmeester kon ik opmaken dat veel Groenlanders een toekomst als oliesjeik wel<br />
zien zitten.<br />
Voor de laagste functies, zoals mijnwerkers en fabrieksarbeiders, is het in eerste instantie<br />
niet moeilijk personeel te vinden. Het werk is eenvoudig en kan snel worden geleerd. Sommige<br />
bedrijven, zoals Alcoa, hebben als speerpunt de opleiding van Groenlanders om zo een welvarende<br />
toekomst tegemoet te kunnen zien. Als op den duur de industrie zich overal gevestigd heeft en alom<br />
vertegenwoordigd is, krijgt men met een ander probleem te maken, dat West-Europa tegenwoordig<br />
veel problemen oplevert: gastarbeiders, want er zijn überhaupt te weinig inwoners om de gehele<br />
industriële sector te kunnen bezetten: het lage inwoneraantal.<br />
Met slechts 56.452 inwoners heeft Groenland veel te weinig mensen om alle mijnen met<br />
louter Groenlanders te bezetten. De werkloosheid ligt hoog, maar dat is maar een relatief begrip: het<br />
aantal werklozen t.o.v. het aantal werkenden is groter dan bijvoorbeeld in Nederland. Het aantal<br />
absolute werklozen is maar een klein groepje mensen, slechts enkele duizenden, en is nooit genoeg<br />
om alle functies door Groenlanders te laten bezetten. De goudmijn Nanulaq denkt dat 65% van hun<br />
personeel uit het buitenland moet komen (zie hoofdstuk 5).<br />
Figuur 23 ‘Toen… en nu…’ luidt het bijschrift. Bron: Sermitsiaq AG<br />
Drank<br />
Als gevolg van alle problemen zoeken vele Groenlanders een uitweg in drank. Vanaf dat de winkels<br />
hun deuren openen wordt er alcohol gekocht en gedronken en ze drinken door zolang de dag duurt.<br />
Net als alle andere volkeren die nooit om hebben leren gaan met alcohol, zoals indianen en<br />
Japanners, raken Groenlanders snel onder invloed van drank. Het lichaam is niet aangepast geraakt<br />
aan alcohol door de eeuwen heen. Men drinkt zowel om problemen als werk, relaties e.d. te<br />
vergeten, als omdat er geen enkel ander vermaak is (als je geen boot hebt…).<br />
- 38 -
Jong en oud rookt en drinkt en verslaving is een van de grootste sociale problemen van<br />
Groenland. Mensen die eenmaal verslaafd zijn, vinden moeilijk werk en met hen gaat het vaak<br />
bergafwaarts. Een tiental mensen vindt jaarlijks de dood in overmatig drankmisbruik. Door de hoge<br />
accijnzen die Denemarken op genotsmiddelen heft en alle transport zijn de genotsmiddelen duur en<br />
sommige Groenlanders steken zich diep in de schulden.<br />
Verder heeft de drank ook nog andere gevolgen op de samenleving. Dronken, depressieve<br />
mensen raken gemakkelijk met elkaar op de vuist. Er zijn relatief veel incidenten als ruzies, moord,<br />
verkrachting, doodslag, zelfmoord, relatieproblemen etc. Niet dat de gehele bevolking eraan mee<br />
doet, maar de meeste Groenlanders kennen wel iemand die in zulke problemen verzeild geraakt is.<br />
Als men eenmaal drinkt is men tot veel meer in staat.<br />
De Denen hebben op Groenland supermarkten gesticht. Door die supermarkten kwamen<br />
buitenlandse luxeartiekelen voor het eerst binnen handbereik. Verse groenten en fruit, ja zelfs<br />
ananassen heb ik gezien, en chocolade had men nooit eerder gehad en velen kregen de smaak te<br />
pakken. Veel calorierijk voedsel zonder nog veel lichamelijke arbeid te verrichten, in combinatie met<br />
bier en sigaretten, leiden ertoe dat steeds meer mensen aan obesitas en diabetes lijden. Het<br />
gezondsheidsprobleem is groot, hetgeen voor werkgevers onbetrouwbare werkkrachten levert.<br />
Sikunews berichtte onlangs dat het goed mis is met de Groenlandse gezondheid: één op de tien<br />
Groenlanders lijdt aan diabetes II! 1<br />
Welke problemen levert dit gezondheidsprobleem met de alcohol op? Weinig fitte<br />
werkkrachten, soms dronken lui en dus onbetrouwbaar personeel.<br />
Sociaal-economische problemen voor de exploitatie van de bodemschatten zijn gering. Wat<br />
bedrijven af kan schrikken, is het lage bevolkingsaantal en wellicht hun opleidingsniveau, maar<br />
even gemakkelijk kunnen bedrijven gastarbeiders het werk laten doen. Alleen alcohol vormt<br />
mogelijk een probleem op de werkvloer en de gezondheid van veel Groenlanders is<br />
ondergemiddeld.<br />
Annotaties<br />
1 Greenland’s level of diabetes on the rise. Sikunews (01-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/Greenland%27s-level-of-diabetes-on-the-rise-8176, 02-11-2010.<br />
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG<br />
Wat zijn de sociaal-economische problemen van het huidige Groenland?<br />
De sociaal-economische problemen waarmee Groenland nu kampt, zijn grote sociale<br />
problemen (generatieproblemen, vergrijzing, trek naar de steden, werkloosheid, ongeschooldheid),<br />
economische problemen (veel import, lage welvaart maar hoog welzijn, geen eigen<br />
economie) die leiden tot de sociaal-economische problemen: gebrek aan werkkrachten,<br />
onbetrouwbaar personeel door o.a. gezondheidsproblemen in combinatie met het lage<br />
inwoneraantal.<br />
- 39 -
HF6 • SECUNDAIRE SECTOR<br />
De fysische, infrastructurele, sociale en sociaal-economische problemen van Groenland zijn<br />
behandeld in de vorige hoofdstukken. Er zijn echter meer problemen, soms overkoepeld door deze<br />
noemers, soms volledig op zichzelf staand. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de problemen die bij<br />
mijnbouw en olie- en gaswinning komen kijken onder de deelvraag:<br />
• Wat zijn de problemen die de diverse industriële projecten op Groenland ondervinden?<br />
Dit kunnen algemeen bekende problemen als het gebrek aan infrastructuur zijn, maar ook politieke<br />
problemen of actualiteiten. Het blijkt dat de secundaire sector zich niet alleen tot de mijnbouw<br />
beperkt!<br />
In de paragrafen wordt telkens kort iets over het bedrijf, de locatie en andere dingen gezegd,<br />
waarna de verschillende problemen (lees: barrières) die de projecten ondervinden beschreven<br />
worden. Daarbij komen de complementariteittheorie, push- en pullfactoren en de winbaarheden<br />
telkens om de hoek kijken. Elke paragraaf eindigt met een samenvatting, die de stof voor de<br />
conclusie op bovenstaande deelvraag beantwoort.<br />
Tot slot wordt ook beschreven in hoeverre de bevolking zelf betrokken is bij de projecten. Dit<br />
omdat het goed aansluit met hoofdstuk 5.<br />
Figuur 24. Het exploreren van een potentieel mijnbouwgebied wordt gedaan middels een aantal<br />
proefboringen. Smalle boren boren diepe gaten in het onderliggende gesteente, waarna men het<br />
losgekomen gruis op mineralen onderzoekt. Om de boorinstallaties en onderzoekers op de gewenste plaats<br />
te krijgen is dikwijls de helikopter de enige optie. Een beeld vanaf het Kvanefjeld. Bron: Greenland Minerals<br />
and Energy Ltd.<br />
- 40 -
§6.1 • REE’s en uranium<br />
In de zuidpunt van Groenland ligt een bijzonder geologisch gebied. Oeroud gesteente tot 2500 Ma<br />
oud vol intrusieven waarin een grote verscheidenheid aan uiteenlopende mineralen te vinden is.<br />
Gedurende 2.500.000.000 jaar hebben temperatuur, zon, wind, water en ijs vrij spel gehad.<br />
Miljarden kuub grond is verweerd en weggeërodeerd, waardoor oude, mineraalrijke gesteenten vrij<br />
ondiep onder het aardoppervlak zijn komen te liggen – op winbare diepten.<br />
Sinds 2007 is het Australische bedrijf Greenland Minerals and Energy Limited¹ bezig met het<br />
opzetten van mijnbouw in zo’n intrusief, het Ililaussaq-intrusiecomplex. Maar wat ziet het bedrijf in<br />
mijnbouw op Groenland en wat zijn de barrières?<br />
Belangrijke termen<br />
Intrusief een intrusie is een uitloper van een onderaardse magmahaard die gestold is, voordat<br />
het de aardkorst doordrongen heeft. Een intrusief is een geologisch gebied vol<br />
intrusies.<br />
Economische barrières<br />
De mijn van Greenland Minerals and Energy Limited vestigt de aandacht op diverse mineralen en<br />
metalen, waaronder zink, natriumfluoride, kalium, uranium en REE’s. En die laatste twee maken<br />
Groenland vooral interessant.<br />
REE’s (rare earth elements) zijn zeer zeldzame aardmetalen. Zeventien verschillende,<br />
waarvan vijftien tot de lanthaniden behoren (de bovenste helft van de lange lijst elementen<br />
onderaan het Periodiek Systeem der Elementen). De stoffen dragen tot de verbeelding sprekende<br />
namen (lanthanium, cerium, praseodymium, neodymium, promethium, samarium, europium,<br />
gadolinium, terbium, dysprosium, holmium, erbium, thulium, ytterrbium en lutetium, alsmede<br />
scandium en yttrium) die even zeldzaam klinken als ze zijn. Ze komen overal voor, maar bijna nergens<br />
in dusdanige concentraties dat men ze kan delven.<br />
Maar waarom zijn REE’s zo interessant? Ze zijn ontzettend zeldzaam en dus schaars, maar de<br />
toepassingsmogelijkheden zijn ongekend. Voor vrijwel alle groene energievormen zijn de stoffen<br />
nodig: turbines, zonnecellen, accu’s, elektrische en hybride auto’s, terwijl technologische<br />
hoogstandjes evenmin zonder kunnen: alle mobiele telefoons, lcd-schermen, batterijen, laptops,<br />
elektrische auto’s, radars, satellieten etc. Zonder neodymium, europium, lathanium en dysprosium<br />
geen windmolens, tv-schermen, hybride auto’s of supermagneten. Onze gehele toekomst heeft haar<br />
fundamenten in de REE’s.<br />
Het NOS-journaal van acht uur ’s avonds, 23-10-2010. 2 China draait de exportkraan dicht. 97% van de<br />
wereldproductie van REE’s komt uit China’s achterland. De gehele wereld moet het doen met de<br />
monopoliepositie van China, inclusief de V.S. en hun gehele leger. Nu China de kraan dichtdraait,<br />
stijgen de prijzen, al naar gelang het aardmetaal met zo’n 300-720%, met enorme schaarste tot<br />
gevolg. Dat komt het land alleen maar ten goede: in plaats van de zeldzame aardmetalen te leveren<br />
aan concurrerende bedrijven in Japan of Europa, levert het nu aan eigen bedrijven om zo een<br />
versterkte positie op de wereldmarkt te krijgen.<br />
Lastig voor het buitenland, maar dé kans voor Groenland. Hoewel 85-90% van alle REE’s in<br />
China ligt, ligt het grootste gedeelte van de resterende 10-15% onder Groenland. Door de schaarste<br />
zal men naar nieuwe mijnen op zoek gaan en is men bereid in mijnbouw te investeren van een land<br />
waar dat bijna onrendabel geacht wordt. China helpt Groenland ermee voor het eerst mee te tellen<br />
op de wereldmarkt. De economische winbaarheid van REE’s onder Groenland is er zonder twijfel.<br />
Het bedrijf schrijft op zijn website dat het hand in hand met de lokale gemeenschap wil gaan<br />
opereren. Het wil graag Groenlanders in dienst nemen. Het bedrijf sponsort festiviteiten, schenkt de<br />
- 41 -
scholen computers en organiseert geregeld informatie- en inspraakavonden. Zo hoopt het dat de<br />
Groenlanders ook daadwerkelijk van de nieuwe toekomst kunnen profiteren.<br />
Politieke barrières<br />
Groenland is verwikkeld in een hevig debat. De politiek is verdeeld: zal uraniumwinning op<br />
Groenland het land goed doen?<br />
Een Deense wet stelt dat uraniumwinning binnen het Koninkrijk Denemarken verboden is. Het zou te<br />
riskant zijn en de moeite niet lonen. De progressieve (Groenlandse) partij Siumut ziet wel heil in<br />
uranium.³ Kernenergie is volgens velen in de wereld een schone en veilige energiebron. Er zijn maar<br />
weinig incidenten bekend, maar daaronder één zeer catastrofale: Tsjernobyl, 26 april 1986. Velen<br />
kwamen om en miljoenen mensen zijn besmet geraakt met radioactieve deeltjes, die de<br />
levensverwachting deden kelderen. De gevaren van radioactieve stoffen zijn enorm, echter, mits<br />
overal goed mee omgegaan wordt, is de kans dat het misgaat te reduceren tot vrijwel nul.<br />
Siumut, de grootste politieke partij van Groenland, is voor uraniumwinning, de<br />
coalitiepartners fel tegen. Zij achten de gevaren van kernreactoren weliswaar klein, maar de winning<br />
van uranium is iets geheel anders. Mijnwerkers worden tijdens het delven blootgesteld aan de<br />
gevaarlijke α-straling. Gedurende het verwerken en transporteren van de stof kan er van alles<br />
misgaan. Om het nog maar niet over het restafval te hebben...<br />
Maar voor veel mijnbouwprojecten is uranium maar een bijproduct, dat je onmogelijk kunt<br />
laten zitten. Als er een verbod op uraniumwinning staat, kan men nergens mijnbouw bedrijven, zelfs<br />
als het percentage uranium per kilogram ijzererts maar 0,006% bedraagt. Het onbedoeld gewonnen<br />
uranium kun je niet terugstoppen en dus beter winstgevend verkopen, schrijft Sermitsiaq AG. 3<br />
Een onderzoeksteam dat de effecten van de uraniumwinning op de omgeving en de<br />
bevolking, de natuur en de economie onderzoekt, is aangesteld. Dit alleen al leverde dertig banen op<br />
voor de inwoners van Narsaq en omstreken. De resultaten van dit onderzoek moeten helpen een<br />
beslissing te nemen. Ook de Groenlandse regering realiseert zich dat mijnbouw zonder uranium<br />
onmogelijk is en dat het de werkgelegenheid ten goede komt. Een hevig debat is gaande.<br />
Waarmee dient de Groenlandse politiek zoal rekening mee te houden? Daar is geen eenduidig antwoord<br />
op te geven. Zo moet de Groenlandse kamer en regering niet alleen mogelijke vervuiling en gezondheidsrisico’s<br />
in ogenschouw nemen – en of de Groenlanders zelf ook daadwerkelijk voordeel van de nieuwe<br />
mogelijkheden zullen ondervinden (dat niet alle winst rechtstreeks naar wereldwijde concerns (multinationals)<br />
vloeit) – ook speelt een groot, ethisch dilemma een rol: met de komst van grootschalige<br />
industrie zal de nu nog traditioneel levende Inuït vrijwel zeker naar de steden trekken. Bovendien leidt en<br />
leidde de industrialisatie wereldwijd tot (nog) grote(re) sociale problemen. Weegt de teloorgang van<br />
culturen wel op tegen de baten van de nieuwe industrie? Met eenzelfde soort consensuspolitiek als Den<br />
Haag heeft politiek Groenland nog een boel stevige debatten voor de boeg.<br />
De wereldbehoefte aan REE’s en uranium groeit waardoor de REE’s en uranium economisch<br />
winbaarbaar zijn. Technisch zijn de bodemschatten ook winbaar. Alleen met de huidge politieke<br />
barrière, dat het bij wet verboden is om binnen het Koninkrijk Denemarken uranium te winnen –<br />
dat sowieso bij de REE-winning vrijkomt – gooit alsnog roet in het eten. Maar door de schaarste op<br />
de wereldmarkt kan die weggenomen worden, als de druk op de Groenlandse regering toeneemt.<br />
De pushfactor is China, de pullfactor de bodemrijkdommen nabij Narsaq.<br />
Annotaties<br />
¹ Algemene website van Greenland Minerals and Energy Limited: http://www.ggg.gl/Projects/Kvanefjeld-Project-<br />
Greenland.htm, geraadpleegd 12-10-2010.<br />
² Reportage van het NOS Journaal aangaande China’s REE-winning (23-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://nos.nl/video/193347-china-wil-minder-aardmetalen-exporteren.html, 24-10-2010.<br />
3 Jacobsen, N. (30-06-2008). Uranium ban stops other mining. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/english/newsletter/weeklynewsletter/articles/article46062.ece?lang=EN, 12-10-2010.<br />
- 42 -
Figuur 29. Een plattegrond van<br />
Maniitsoq eiland. De huidige bebouwing<br />
is groen, toekomstige bebouwing<br />
rood en de aluminiumsmelterij<br />
blauw. De toekomstige weg<br />
tussen de bouwsels moet elf kilometer<br />
lang worden! Bron: Greenland<br />
Development.<br />
Afbeeldingen en bijschriften staan<br />
met de klok mee. Excuses voor de<br />
nummering, Word lijkt een eigen<br />
willetje te hebben.<br />
Figuur 28. Een geologische kaart<br />
van Kvanefjeld. De sterren stellen<br />
de boorlocaties voor. Bron:<br />
Greenland Energy and Minerals<br />
Ltd.<br />
Figuur 27. Een impressie van de<br />
toekomstige<br />
aluminiumsmelterij nabij<br />
Maniitsoq. Voor de smelterij is<br />
veel vlakke ruimte nodig, een<br />
schaars goed op Groenland.<br />
Bron: Greenland Development.<br />
- 43 -<br />
Figuur 26. De waterkrachtcentrale van Nuuk.<br />
Via ondergrondse buizen wordt water naar<br />
de raderen geleidt, die hierin vervolgens de<br />
stroom opwekken. Bron: Greenland<br />
Development.<br />
Figuur 25. Een hybride auto heeft<br />
voor het motorsysteem alleen al<br />
zes verschillende REE’s nodig,<br />
afgezien van alle schermpjes op<br />
het dashboard. Bron: alternativeenergy.com.
§6.2 • Alcoa en Groene stroom<br />
Ontwikkeling<br />
Bij de nieuwe toekomst voor een industrieel Groenland is de tendens dat bedrijven een mijn graven,<br />
delfstoffen winnen, die eventueel ter plekke te verfijnen en vervolgens de (verfijnde) ertsen per schip<br />
naar elders sturen. ’s Werelds grootste aluminiumproducent druist daar echter tegen in¹: in 2006<br />
maakte aluminiumgigant Alcoa bekend een aluminiumsmelterij te willen opzetten op Groenland, in<br />
Sisimiut, Maniitsoq of nabij Nuuk. Daartoe hadden ze specifiek Groenland in gedachten:<br />
For many years it has been a goal to work towards a more self-sustaining economy in<br />
Greenland. In future, Greenland must stand on its own two feet in terms of its economy, and<br />
secure the welfare and development of society on its own. Compared to other western<br />
societies, Greenland is lagging behind with regard to education, which represents a challenge<br />
to the productivity and competitiveness of the country.<br />
Greenland is experiencing a reduction in jobs in traditional businesses and the fishing<br />
industry. It is hoped that employment in the private sector will make a greater contribution to<br />
society in the future, thereby making public services and supply a smaller fraction of the total<br />
economy. As a result, there will be a need to make new productive jobs available to our own<br />
population.¹<br />
Veel door mij eerder beschreven problemen en ontwikkelingen komen hierbij aan het licht, die Alcoa<br />
graag tegen wil gaan. Het wil dat Groenland een eigen, onafhankelijke economie opzet en in staat is<br />
de welvaart en het welzijn zelfstandig hoog te houden (zonder Deense gelden). Alcoa wil de<br />
werkloosheid ermee terugdringen en de secundaire sector en tertiaire sector vergroten, waardoor<br />
het aandeel van de quartaire sector gereduceerd wordt.<br />
Maar wat is het belang van Alcoa bij een smelterij in juist een gebied vol problemen, zowel<br />
geografisch als sociaal-economisch?<br />
Allereerst wil het bedrijf positief kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van een gebied. Alcoa<br />
streeft naar het verbeteren van de leefomstandigheden. Aan Groenland heb je dan een goede keuze.<br />
“Many new jobs will be created and the educational system will face great challenges,”² zei Siverth K.<br />
Heilmann, Groenlands minister van Industrie, Werk en Onderwijs.<br />
Maar er is meer. Groenland heeft namelijk één groot geografisch voordeel boven reliëfloze,<br />
ijsvrije gebieden: waterkracht. De vele rivieren zijn perfect om groene energie op te wekken.<br />
“environmentally friendliness,” zo meent de minister, staat hoog in het vaandel. Bovendien heeft het<br />
bedrijf in 2007 ook een nieuwe aluminiumsmelterij in IJsland gebouwd, (toen nog…) een land zonder<br />
grote sociale problemen, maar mét waterkracht.<br />
Ten slotte zal de Groenlandse staat zelf ook een aandeel houden, tot ca. 50%, van de<br />
aluminiumsmelterij. Dat maakt Groenland ondanks alle onkosten toch nog aantrekkelijk. Met deze<br />
drie redenen tezamen is volgens Alcoa de smelterij op Groenland niet alleen technisch, maar ook<br />
economisch haalbaar en exploitabel.<br />
Technische aspecten<br />
Waarom moet het aluminiumerts gesmolten worden? Aluminium wordt uit grote brokken gesteente<br />
gewonnen, een erts dat beter bekend is onder de naam bauxiet. Om het aluminium zelf te kunnen<br />
scheiden van het overige materiaal dient men het bauxiet te smelten, waarvoor een temperatuur van<br />
- 44 -
920-980°C vereist is. Om die immens hoge temperatuur te bereiken is een groot vermogen nodig:<br />
zo’n 600-750 MW – de aluminiumindustrie behoort tot ’s werelds meestverslindende en de<br />
smelterijen werken nu nog vrijwel allemaal op fossiele brandstoffen…<br />
Om het bauxiet te smelten is Alcoa op zoek naar goedkope, milieuvriendelijke alternatieven.<br />
Veel groene energiebronnen als zonnecellen en waterkrachtcentrales vergen maar een eenmalige<br />
investering, waarna de stroom gratis is. Goed voor de portemonnee en bovendien goed voor de<br />
wereld. Dat is weer een pluspunt voor bedrijven die zich willen inzetten voor milieuvriendelijkheid.<br />
Het werken op uitsluitend groene stroom is een goed visitekaartje voor Groenland en voor de<br />
bedrijven zelf.<br />
Er is echter een groot nadeel voor Groenland: de geografische ligging is verre van optimaal.<br />
Sisimiut, Maniitsoq en Nuuk liggen alle drie ver buiten de gebaande waterpaden en schepen moeten<br />
eerst het bauxiet, vaak afkomstig uit de tropen, naar de smelterij op Groenland varen, een behoorlijk<br />
end. Na omgesmolten te zijn moet het aluminium weer weggevaren worden naar de producent en<br />
wordt het overige materiaal, de slakken, weggevaren naar recyclers. Al het transport is duur en<br />
vormt een grote economische barrière die de economische winbaarheid negatief beïnvloedt.<br />
Maniitsoq<br />
Op 21 februari 2008 is door de staat en Alcoa bepaald dat de aluminiumsmelterij nabij Maniitsoq<br />
komt, op het gelijknamige eiland. 2 Maniitsoq kwam op een aantal punten sterker naar voren dan<br />
Sisimiut en Nuuk. Ten eerste ligt Maniitsoq geografisch het beste: er is beschikbare grond, er is veel<br />
rivierwater in de buurt en ondanks alle reliëf is er vlakbij het stadje wel voldoende vlakke grond<br />
ontginbaar.<br />
Maar waarom moet het zo dichtbij Maniitsoq? Dat is reden nummer twee van Alcoa om voor<br />
de stad te kiezen: het wil een nieuw, industrieel centrum opzetten in Maniitsoq. De geografische<br />
ligging is goed: Nuuk is al het administratieve centrum van Groenland, Sisimiut het educatieve en<br />
Maniitsoq ligt daar precies tussen in. Ook wil Alcoa, zoals gezegd, meewerken aan het betrekken van<br />
de lokale bevolking bij de aluminiumsmelterij. Er komen Groenlandse arbeidskrachten die in een<br />
Groenlandse stad willen wonen (voor ca. 2100 nieuwe werknemers – dat is hoeveel nieuwe mensen<br />
Alcoa verwacht werk te kunnen bieden – volstaat een simpel kampement niet).<br />
Als gevolg van de nieuwe banen in Maniitsoq zal er een bevolkingstrek naar Maniitsoq<br />
plaatsvinden. Alcoa meent zelfs dat het binnen afzienbare tijd Sisimiut zal evenaren qua aantal<br />
inwoners. De 2900 huidige en 2100 toekomstige Groenlanders zullen de stad tot een volle 5000<br />
zielen tellende wereldstad maken. Het stoffige, levenloze stadje met de doelloos rondrijdende taxi’s<br />
moet zo een mooie toekomst tegemoet zien.<br />
Alcoa hoopt met de smelterij een trendsetter te zijn en dat meerdere industrieel<br />
georiënteerde bedrijven de weg naar Maniitsoq vinden. Alcoa werkt daaraan mee door bijvoorbeeld<br />
de lokale infrastructuur op te krikken: een grote, lange weg wordt aangelegd die voorheen<br />
onbereikbaar terrein begaanbaar maakt. Ook bouwt Alcoa een eigen haven, wat de theorie dat<br />
centrale havens (hubs) niet nodig zullen zijn, bevestigt, omdat men liever rechtstreeks tussen de<br />
smelterij of mijn vaart dan om te varen via Nuuk, Maniitsoq of Sisimiut.<br />
Groene energie en duurzaamheid<br />
Alcoa voorziet ook in een andere vorm van infrastructuur: elektriciteitsvoorziening. Wat is er mis met<br />
de huidige? Allereerst is de capaciteit van de huidige energiebronnen uiterst beperkt en levert<br />
slechts voldoende stroom voor de lokale bevolking en visafslag. Voor industriële bedrijven is er geen<br />
‘ruimte’ meer in het stroomnet.<br />
Ten tweede wordt de elektriciteit opgewekt uit fossiele brandstoffen. In de<br />
elektriciteitscentrales wordt veelal op kolen of diesel (aangelengd met antivries) gestookt –<br />
brandstoffen die eerst via Denemarken geïmporteerd moeten worden. Deze CO2-uitstotende<br />
energievoorziening valt steeds minder in smaak in de wereld en veel bedrijven cultiveren graag een<br />
groen (duurzaam) imago. Als er louter groene stroom is op Groenland, zou dat erg aantrekkelijk voor<br />
bedrijven en het zou dus een grote pullfactor zijn!<br />
- 45 -
Mogelijkheden voor die groene stroom zijn overal aanwezig op Groenland. Een bedrijfstak<br />
van Alcoa, Greenland Development, heeft sinds 1993 al vier steden van groene stroom voorzien,<br />
waaronder geheel Nuuk. De voorlopig meestgebruikte duurzame energiebron is elektriciteit uit<br />
waterkracht door middel van waterkrachtcentrales.<br />
Maar ook waterkrachtcentrales zijn duur. Niet alleen kosten de aanschaf en bouw aanschaf<br />
veel geld, ook spelen afstanden op een tweede front parten: de meeste grote rivieren liggen diep in<br />
het binnenland, terwijl steden aan de kust liggen. Voor de waterkrachtcentrale van Maniitsoq zijn<br />
zelfs twee waterkrachtcentrales vereist, die samen meer dan 170 kilometer stroomleiding vergen om<br />
Maniitsoq te bereiken. Alle stroomdraden, elektriciteitsmasten en isolators dienen per helikopter<br />
aangevlogen te worden wegens ‘difficult terrain en route’ 3 .<br />
Greenland Development bouwt inmiddels een vijfde waterkrachtcentrale vijftig kilometer<br />
van Ilulissat vandaan, en twee andere (één voor Paamiut en één gemeenschappelijke voor Aasiaat en<br />
Qasigiannguit (ca. 70 kilometer uit elkaar!)) bevinden zich in de planningsfase.<br />
Ook andere energievormen met windmolens, golfturbines en zonnecellen worden<br />
onderzocht. 4 Maar allemaal hebben ze één groot nadeel: ze leveren geen constante<br />
elektriciteitsvoorziening. De wind kan gaan liggen en juist ’s winters, als er de meeste elektriciteit<br />
nodig is, schijnt de zon het minst en vriezen de rivieren dicht.<br />
Waterstofcellen<br />
Om toch over een constante toevoer van energie te kunnen beschikken, is de Groenlandse<br />
energiemaatschappij Nukissiorfiit bezig met een uitbreiding op de infrastructuur van<br />
waterkrachtcentrales. 4 Gedurende de jaren ’50 tot en met ’70 heeft het elk plaatsje van een eigen<br />
kolen- of dieselcentrale voorzien, daar de Denen Groenland wilden moderniseren. Om nu echter bij<br />
elk plaatsje een waterkrachtcentrale te bouwen, die bovendien ’s winters juist minder stroom levert,<br />
is oneconomisch.<br />
Als oplossing voert Nukissiorfiit de waterstofcel aan 5 : ’s zomers wordt in<br />
waterkrachtcentrales, door middel van zelf opgewekte elektriciteit, water gesplitst in stikstof en<br />
waterstof. De waterstof wordt gekoeld en in drukflessen bewaard. Wanneer de winter valt, kan men<br />
de waterstof vrijlaten, waarbij in waterstofcellen elektriciteit kan worden opgewekt. Zodoende heeft<br />
men een bewaarbare en draagbare energiebron die maar enkele waterkrachtcentrales vergt en<br />
weinig stroomleidingen nodig heeft. Nu moet elk plaatsje wel over een waterstofcelinstallatie<br />
beschikken, maar vroeg of laat moeten de kolencentrales toch vervangen worden.<br />
Het probleem van de constante energievoorziening is weg: je kunt met waterstofcellen<br />
elektriciteit letterlijk opslaan. Ook is het veel goedkoper om eens in de zoveel tijd de dorpen in<br />
waterstof te voorzien dan om voor elk dorp een waterkrachtcentrale te bouwen plus alle benodigde<br />
transportvoorzieningen.<br />
Voor Alcoa zijn er twee pushfactoren: de drang naar een uitdagend land en de behoefte aan<br />
goedkope en groene energie. Er zijn drie pullfactoren voor Groenland: de aanwezigheid van een<br />
uitdagend land, de waterkracht en financiële steun. Alle drie nemen ze bepaalde barrières weg<br />
(reliëf, moeilijke sociale omstandigheden, afstanden en kosten). Zonder de barrières is de<br />
economische haalbaarheid groot.<br />
Voor andere bedrijven wordt Groenland geopend door Alcoa: het leidt de mensen op en<br />
verbetert de infrastructuur. Zo is Groenland voor andere bedrijven straks aantrekkelijk wegens de<br />
groene stroom, die d.m.v. waterstofcellen nog eens gemakkelijker toepasbaar zou worden.<br />
Annotaties<br />
Algemene website van Alcoa: http://www.alcoa.com/greenland/en/alcoa_greenland/dirt.asp, geraadpleegd 21-10-2010.<br />
Algemene website van Greenland Development: http://www.aluminium.gl/en, geraadpleegd 21-10-2010.<br />
¹ Political goals of the cabinet (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/society__economy/political_goals_of_the_cabinet, 21-10-2010.<br />
- 46 -
² Aluminium smelter plant in Maniitsoq (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/news/aluminium_smelter_plant_in_maniitsoq, 21-10-2010.<br />
3 Transmission line (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/hydropower__aluminium/hydroelectric_power_potentials_in_greenland/transmission_line,<br />
21-10-2010.<br />
4 Website van Nukissiorfiit. Geraadpleegd http://www.nukissiorfiit.gl/dk/submenu/groen_energi/, 21-10-2010.<br />
5 Jalbuena, R.K. (2009). Nukissiorfiit to establish hydrogen and fuel cell plant. Geraadpleegd op<br />
http://www.ecoseed.org/en/business/other-industries/article/26-other-industries/3435-nukissiorfiit-to-establishhydrogen-and-fuel-cell-plant,<br />
21-10-2010.<br />
Bijschrift figuur 30 (drie pagina’s terug): Aluminiumproductie in het kort. Bron: Alcoa.<br />
§6.3 • Groenlands Goud<br />
Het Groenlands voetbalelftal zal wel nooit wereldkampioen voetbal worden. Oude mannen tot 55<br />
jaar, inclusief buikje, tikken de bal het veld evenveel uit als het doel in. Maar op een andere manier<br />
zal het wel goud winnen:<br />
In 2004 starte het bedrijf Crew Gold Corporation met de exploratie van goud in Zuid-<br />
Groenland. Toen de gewenste grondstof gevonden was en exploitabel bleek, is men aangevangen<br />
met de winning van de stof. Inmiddels produceert de goudmijn Nalunaq in het Tartoq-massief op<br />
volle toeren: in 2006 won men 1.933 kg goud en dat getal wordt jaarlijks hoger.¹<br />
Het gebied is een oeroud vulkanisch gebied. Nadat de vulkanen die er ooit boven land kwamen,<br />
inactief werden (Groenland lag toen nog op de Mid-Atlantische Rug), is een groot granieten gebied<br />
achtergelaten. Door de platentektoniek, het uitelkaar persen van platen in het geval van Groenland,<br />
is het landschap gekreukt geraakt. Door die kreukels, plooiingen genaamd, zijn breuken ontstaan. Bij<br />
zo’n breuk schuift een stuk land boven een ander stuk. De zijkant van dat eerste stuk land komt zo als<br />
een ‘muur’ aan de oppervlakte. De mineralen, die normaal gesproken diep in de aarde zitten, komen<br />
zo tot dicht aan het oppervlak, zo ook bij de Nalunaqmijn. Door miljoenen jaren van erosie door<br />
gletsjers en rivieren is ook de bovenlaag weggesleten, waardoor alle mineralen zelfs zo dicht aan het<br />
aardoppervlak liggen, dat ze economisch winbaar worden.<br />
De mijn kent echter één probleem: de breuk en de schacht bevinden zich namelijk op circa 450 meter<br />
boven het basiskamp, en door die lastige geografie, is de ingang slechts via een aantal haarspeldbochten<br />
te bereiken. Voor de aanleg ervan moest eerst specie worden aangevoerd en neergelegd om<br />
een geschikt wegdek te creëren. In het basiskamp, bestaande uit tijdelijke barakken, vinden alle<br />
andere activiteiten dan de winning plaats.<br />
Mijnbouw aan de wand van een berg blijkt echter ook een groot voordeel te hebben: je hoeft<br />
je ondergronds niet verticaal te verplaatsen! Dus geen overstromende mijnschachten, moeilijke<br />
luchtaanvoerinstallaties, liftsystemen, etc. En bij noodsituaties valt de mijn snel te evacueren. Het<br />
stukje veiligheid dat het land voor bedrijven aantrekkelijker maakt.<br />
Het bedrijf verwacht dat er honderd medewerkers voor de gehele mijn nodig zullen zijn,<br />
maar dat slechts ca. 35 ervan ‘inheemse’ Groenlanders zullen zijn. De andere circa 65 mensen<br />
zouden gastarbeiders zijn. Of zij zich net als de gastarbeiders in Nederland zullen vestigen in hun<br />
nieuwe heimat, is maar de vraag. Bij gebrek aan wegen is het contact tussen stadjes en mijnen nihil<br />
en de werknemers werken in speciaal gebouwde werkkampen. Een huis hebben ze niet, en het<br />
Arctische klimaat is niet bijzonder populair voor de doorsnee gastarbeider, dunkt me. Misschien<br />
werkt het net zoals met werknemers van olieboorplatformen: mensen gaan na hun ontslag niet op<br />
een woonboot in de buurt ronddobberen.<br />
- 47 -
De technische winbaarheid van de Nalunaq-mijn wordt beïnvloed door een barrière: de hoogte van<br />
de schacht boven het basiskamp. De economische winbaarheid is groot genoeg, daar de mijn<br />
anders geen nieuw leven ingeblazen had hoeven worden en er hoogwaardig goud voorradig is. De<br />
pushfactor is de wereldwijde vraag naar goud, de pullfactor de aanwezigheid ervan op Groenland.<br />
Een tweede barrière is dat er op Groenland gebrek aan werkkrachten is.<br />
Annotaties<br />
¹ Secher, K., Stendal, H., Stensgaard, B.M. (2008). Geology and ore: exploration and mining in Greenland. Nuuk: Bureau of<br />
Minerals and Petroleum.<br />
§6.4 • Black Angel Mine<br />
In deUummannaqfjord, zo’n 500 kilometer ten noorden van de poolcirkel aan de westkust, is het<br />
bedrijf Angel Mining PLC bezig met andere metalen: zink en lood.<br />
In de mijn werd vroeger hoogwaardig, wit Carraramarmer gewonnen¹, met als bijproducten<br />
o.a. ertsen met zink. Later ging men vooral focussen op zink en lood. De mijn ligt zo’n 600 meter<br />
boven het basiskamp in de Maarmorilik-berg. Door die hoogte kwamen bij de bouw van de mijn<br />
diverse problemen kijken: één daarvan was de kabellift die aangelegd moest worden. De bergwand is<br />
steil en de kabels alleen al moesten per helikopter vanaf het ijs(!) naar de schacht gevlogen worden,<br />
waarna twee oude skiliftcabines geschikt gemaakt moesten worden voor het mijnbedrijf.<br />
Net als bij zoveel andere mijnen moest<br />
een compleet basiskamp worden opgezet, door<br />
het bedrijf Hotel Maarmorilik genoemd. Het<br />
biedt onderkomen aan zo’n veertig<br />
medewerkers, van ingenieurs en managers tot<br />
kraanbedienden. Uitbreidingen moeten zorgen<br />
voor een accommodatie van totaal honderd<br />
personen.<br />
- 48 -<br />
Nu de gletsjers zich door de klimaatverandering<br />
terugtrekken, is nieuw, mineraalrijk<br />
gesteente ontdekt. Sinds 1954 zou de gletsjer<br />
naar schatting 850 meter teruggetrokken zijn.<br />
Als de in marmer gelegen mijn na ongeveer<br />
twintig jaar uitgeput raakt, kan men<br />
overstappen op dit vrijgekomen gesteente, dat<br />
gemakkelijk winbaar is: de mineralen liggen zo<br />
dicht aan het aardoppervlak dat een open mijn<br />
(dagbouwmijn) voldoende is – en dat is veel<br />
goedkoper.<br />
De pushfactor van de Angel Mining PLC is de<br />
vraag naar lood en zink. De pullfactor is de<br />
aanwezigheid van de metalen in de Black<br />
Angel Mine. De winbaarheid van de stoffen is<br />
goed: de skilift maakt het technisch mogelijk<br />
en ook blijkt de vraag naar lood en zink<br />
voldoende om de stoffen economisch winbaar<br />
te laten zijn. De voornaamste barrière was de<br />
hoogte van de mijnschacht, maar daarvoor<br />
zijn oplossingen getroffen. In de toekomst
§6.5 • Øl eller oil?<br />
- 49 -<br />
hoopt Angel Mining zink en lood uit een<br />
goedkopere, open mijn te kunnen winnen.<br />
Annotaties<br />
¹ Algemene website van Angel Mining PLC:<br />
http://www.angelmining.com/black-angel, geraadpleegd<br />
op 14-10-2010.<br />
Figuur 31. De Maarmorilikberg. Het zwarte puntje<br />
bij de rode pijl is de mijnschacht. Bron: GEUS.<br />
Figuur 32. De mijnwerkers moesten voordat de<br />
skiliften hingen per helikopter naar boven! Bron:<br />
Facebookaccount Maarmorilik.<br />
Veertig uur hebben ze er gehangen. Verbitterd door de koude boven de klotsende golven van de<br />
Baffinbaai. Nee, de vier Greenpeace-activisten hingen zeker niet voor hun lol aan het rode, ijzeren<br />
gevaarte van Cairn Energy, dat haar pogingen tot olieboren noodgedwongen stil moest leggen.<br />
Cairn<br />
In 2007 heeft de Groenlandse<br />
overheid besloten dat er voor de<br />
Groenlandse westkust naar olie<br />
geboord mocht worden (ook wel<br />
offshore-oliewinning genoemd). De<br />
Schot-se oliemagnaat Cairn Energy<br />
PLC was er als eerste bij en heeft<br />
sinds-dien acht verschillende<br />
gebieden gekozen om te verkennen.<br />
Deze ‘blokken’ zijn samen<br />
72.000 km² groot (Nederland is<br />
ongeveer 43.000 km²). Pas<br />
Figuur 33. De gemarkeerde gebieden zijn de blokken waarvoor Cairn gedurende zomer 2010 is het<br />
Energy in 2010 licenties had. Boringen vonden alleen nog plaats in bedrijf met zijn borin-gen gestart<br />
Sigguk. In augustus dat jaar is daar ook olie aangetroffen. Bron: Cairn en gelijk is er olie en gas<br />
Energy PLC.<br />
aangetroffen.<br />
Maar waarom heeft Cairn interesse in juist de Groenlandse olievoorraden? Ten eerste is<br />
Cairn een bedrijf dat te boek staat als een risiconemende onderneming. Het kiest bij voorkeur niet<br />
eerder verkende gebieden zoals Bangladesh en Groenland. Toen er in 2010 daadwerkelijk olie bleek<br />
te zijn, achtte het de economische winbaarheid groot, ondanks de immense operatiekosten van<br />
US$1 miljoen per dag.<br />
Risico’s<br />
Greenpeace is met een nieuwe campagne gestart die oliemaatschappijen, landen en inwoners moet<br />
wijzen op de grote gevaren van oliewinning in de Arctis. Cairn verrichte in 2010 drie boringen in het<br />
blok Sigguk (ongeveer 175 km uit de kust van Disko-eiland), met waterdiepten variërend van 380 tot<br />
450 meter. Zorgwekkender is echter dat andere blokken tot 1500 meter diep zijn!<br />
De gevaren van dergelijke diepten zijn inmiddels algemeen bekend. Op 20 april 2010 vond er<br />
in de Golf van Mexico een explosie plaats op het ‘illustere’ boorplatform Deepwater Horizon van BP.
De explosie is door toedoen van menselijke fouten ontstaan en de gevolgen hebben zich tot op<br />
internationaal (bijna subcontinentaal) schaalniveau voorgedaan. Waardevolle flora en fauna is<br />
gestorven en de gehele visserijsector stond op zijn kop in de V.S. Door de grote diepten, eveneens<br />
ongeveer 1500 meter, was het lek bijna onmogelijk te dichten en miljarden vaten olie zijn de zee<br />
ingepompt.<br />
Greenpeace meent dat de gevolgen van een dergelijke ramp in de Arctis nog veel meer<br />
impact hebben. Door het koude water lost olie zeer slecht op en de Arctische flora en fauna is nog<br />
veel kwetsbaarder dan die in gematigder streken. Het opruimen van de olie wordt nog bemoeilijkt<br />
door temperaturen, zeeijs, ijsschotsen en de afgelegenheid van het gebied. Ook zou een groot deel<br />
van de jacht- en visserijsector kopje onder gaan, meent Greenpeace in de artikelen “Confronting<br />
Arctic drilling” 1 en “Actievoerders blokkeren gevaarlijke diepzeeboringen Groenland” 2 .<br />
Maar is een dergelijke olieramp wel aannemelijk? Helaas, ja. Een ramp is altijd aannemelijk,<br />
de kans erop is standaard aanwezig. Vooral door menselijke fouten zoals constructiefouten en<br />
bijvoorbeeld overwerkt personeel kan de kans op een ramp nooit nul worden; door verstandig met<br />
mens en milieu om te gaan kan de kans wel tot bijna nul gereduceerd worden.<br />
Ice Managment<br />
De vloot van Cairn Energy voor Operation Greenland bestaat uit een varend olieboorplatform, een<br />
boorschip, twee reddingsschepen, twee aanvoerschepen, een schip voor technische bijstand en zes<br />
‘ice managment vessels’. Deze laatste schepen zijn grote sleepboten die ijsschotsen, die het pad van<br />
het olieboorplatform dreigen te kruisen, moeten wegslepen. IJs is dus een grote barrière voor<br />
oliemaatschappijen in het Noordpoolgebied en een fout is zo gemaakt: één ijsschots die per ongeluk<br />
toch op Stena Don (het boorplatform van Cairn) afstevent kan een immense olieramp tot gevolg<br />
hebben. ’s Winters kan er überhaupt niet geboord worden wegens zeeijs en een veelvoud aan<br />
ijsschotsen.<br />
Figuur 34, 35, 36: Esperanza voor anker voor olieboorplatform Stena Don; een van de vier activisten die zich vastgegespt<br />
hebben aan het platform; een sleepboot van Cairn in actie. Bronnen: Greenpeace UK.<br />
Go Beyond Oil<br />
Zowel vanwege het grote risico van olieboren in het Noordpoolgebied door menselijke fouten als<br />
door zeeijs, en vanwege de grote impact van een ramp, is Greenpeace in 2010 de campagne Go<br />
Beyond Oil gestart. Ze pleitten voor een oliewinningvrije Noordpool, en om de internationale politiek<br />
te boycotten zijn ze met hun schip Esperanza 27 augustus naar Stena Don gevaren. Na enige dagen<br />
ronddobberen zijn ze 30 augustus tot actie overgegaan: een viertal ervaren klimmers voer in bootjes<br />
naar het platform, klom omhoog en ketende zich op vijftien meter boven de zee vast. Maar door de<br />
bittere koude,<br />
snijdende wind en klotsende zee hebben ze zich op 2 september in zee laten vallen – de Deense<br />
marine wachtte ze op. Door de publiciteit is de publieke opinie jegens oliewinning in Arctica wel<br />
‘aangetast’.<br />
- 50 -
Groenlandse olievoorraden<br />
Groenland is een land dat uit oeroud gesteente bestaat. Uit het artikel “Dinosaurs Ruled in<br />
Greenland” 3 blijkt dat meer dan 500 Ma geleden Groenland op subtropische breedten lag. Veel<br />
organisch materiaal in de zee heeft zich sindsdien, maar ook al honderden miljoenen jaren ervoor,<br />
opgehoopt op de zeebodem. Het materiaal verging tot bruinkool, metamorfoseerde tot steenkool en<br />
later tot aardolie. Door de hoge leeftijd van Groenland en de gehele Noordpoolbodem schatten<br />
wetenschappers dat tot 25% van de olievoorraden van de wereld in het gebied liggen. Veel gebieden<br />
zijn echter nog nauwelijks verkend en bedrijven stuitten op een grote barrière: gebrek aan kennis.<br />
Iemand moest de eerste zijn en Cairn besefte dat. Overigens bevinden zich ook grote aardgasvoorraden<br />
in het Noordpoolgebied.<br />
Jaarcijfers<br />
Op 26 oktober 2010 is op Sikunews het artikel “Cairn report<br />
disappointed” 4 verschenen. Daarin wordt geschreven dat de commerciële<br />
olieproductie in 2010 niet van de grond is gekomen. Mede door<br />
toedoen van Greenpeace heeft Cairn in de laatste dagen van het<br />
boren het platform stil moeten leggen. Daardoor zou Cairn nét niet<br />
tot de te bereiken diepte gekomen zijn. De onderneming heeft tot<br />
verliezen geleidt, maar Cairn zal in 2011 wederom enkele blokken<br />
gaan exploreren en exploiteren. Ze wijzen erop dat voordat er olie<br />
aangeboord werd in de Noordzee er zo’n veertig ‘nutteloze’ boringen<br />
verricht moesten worden. Aanvankelijk ontbreekt elke vorm van kennis, maar door de boringen van<br />
afgelopen jaar is men veel waardevolle informatie rijker, die alleen door praktijkervaring opgedaan<br />
had kunnen worden. Mike Watts van Cairn Energy schrijft op de website:<br />
Exploration in Greenland is at a very early stage and consequently to have encountered both<br />
gas and oil in two of the first frontier exploration wells in the previously undrilled Baffin Bay<br />
geological basin is extremely encouraging.<br />
Cairn continues to evaluate all the data acquired this summer. Plans for the forward<br />
exploration programme in 2011 are already underway and will be announced in Q1 2011. 5<br />
De pushfactor voor Cairn Energy is de vraag naar olie en de drang naar risicovolle, onverkende<br />
gebieden. De pullfactor van Groenland is de aanwezigheid van olie in de zeeën rondom het eiland.<br />
Technisch is de olie winbaar, economisch moet nog blijken. Cairn acht de economische<br />
winbaarheid voldoende omdat er olie aangetroffen is. Barrières zijn zeeijs, ijsschotsen,<br />
laagopgeleid personeel, grote afstanden en de huidige publieke opinie aangaande oliewinning op<br />
volle zee in het Noordpoolgebied door toedoen van Greenpeace en Deepwater Horizon.<br />
Annotaties<br />
Voor deze paragraaf is veelvuldig gebruik gemaakt van de website van Cairn Energy PLC en in het bijzonder die van<br />
Operation Greenland: http://www.cairnenergy.com/operations/greenland/, alle gegevens geraadpleegd op 27-10-2010.<br />
Overigens betekent de titel ‘bier of olie?’. Het bier slaat op hoofdstuk 5 waarin over het drankprobleem geschreven wordt.<br />
1<br />
Confronting Arctic drilling (z.d.). http://www.gobeyondoil.org/arctic.php, geraadpleegd 03-11-2010.<br />
2<br />
Actievoerders blokkeren gevaarlijke diepzeeboringen Groenland (31-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.greenpeace.nl/news/actievoerders-blokkeren-gevaar, 03-11-2010.<br />
3<br />
Schultz-lorentzen, C. (2009). Dinosaurs Ruled in Greenland. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090801_Suluk_2009_No_4.pdf, 18-11-2010.<br />
4<br />
Cairn report disappointed. Sikunews (26-10-2010). Geraadpleegd op http://www.sikunews.com/News/Denmark-<br />
Greenland/Cairn-report-disappoints-8153, 27-10-2010.<br />
5<br />
Greenland Operational Update (26-10-2010). Geraadpleegd op http://www.cairnenergy.com/NewsDetail.aspx?id=1363,<br />
27-10-2010.<br />
6<br />
Olielicenser i Baffin Bugten er endelig fordelt. Sermitsiaq AG (27-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/erhverv/article134986.ece, 27-11-2010.<br />
- 51 -<br />
Andere oliebedrijven<br />
In november 2010 hebben verschillende<br />
oliegiganten als Shell,<br />
Maersk, DONG en Capricorn enkele<br />
blokken in de Baffinbaai als exploratiegebied<br />
verkregen van de Groenlandse<br />
staat. 6 Hebben acties als die<br />
van Greenpeace eigenlijk wel zin?
§6.6 • Het puurste flesje Groenland<br />
Het is een bekend fabeltje: de Inuït zouden vijftig verschillende woorden voor sneeuw en ijs hebben.<br />
Natuurlijk wil ik niets liever dan dat ontkrachten en dat kan ook nog eens zonder te liegen: het<br />
Kalaallisut is een zogeheten polysynthetische taal. Met andere woorden: bijvoeglijke en zelfstandige<br />
naamwoorden worden met bijwoorden aan elkaar geplakt. Zo is het geen koud kunstje om honderd<br />
woorden als helderblauwijs, keihardijs, nogallauwijs, volsteenijs, nietwitijs, grijsijs, dooiijs of kruiijs te<br />
vormen. Interessanter is misschien dat al dit ijs misschien wel dé hype van de eenentwintigste eeuw<br />
wordt!<br />
Vier bedrijven hebben zich momenteel gestort op de waterproductie. Elk doet het net iets anders<br />
dan de vorige, maar voor alle watertjes geldt dat het voor de exclusieve markt geproduceerd wordt:<br />
daarom claimen alle vier de ‘waterdelvers’ het zuiverste water dat op aarde verkocht wordt te<br />
verkopen.<br />
Greenland Ice Water AS is gevestigd in Ilulissat. Het gaat dagelijks met een oude vissersboot<br />
op pad om een afgekalfd blok ijs te vangen, afkomstig uit ’s werelds meest productieve gletsjer: de<br />
IJsfjord van Ilulissat (elke seconde kalft de waterproductie van New York in een geheel jaar af!). Het<br />
ijs is tussen de 2.000 tot 180.000 jaar oud en GIW verkoopt het pure watertje onder het mom van:<br />
“van de vroegste tekenen van leven, van de Steentijd, via de heerschappij van Toetanchamon en de<br />
farao’s, tijdens de bouw van de Chinese Muur, van Erik de Rode en de Vikingen tot de industrialisatie,<br />
ons water heeft de tand des tijds doorstaan, verpakt in zijn eigen, natuurlijke verpakking.” Het water,<br />
Qanik (sneeuwvlok) genaamd, drinkt men om de pure smaak en de ervaring.<br />
Op Disko-eiland is sinds 2006 een ander bedrijfje met waterwinning bezig, maar zonder ijs:<br />
Greenland Spring Water Aps gebruikt zuiver bronwater afkomstig van smeltwater van de Diskogletsjer<br />
voor de waterproductie. Hun watertje, 938 genaamd, “will fire your senses”. Het bedrijf<br />
pretendeert CO2-neutraal te zijn, door de RAL-schepen die halfleeg terugvaren naar Denemarken te<br />
benutten en door een voormalige fabriek te gebruiken voor het bottelen. Net als GIW zet het zich<br />
ook in voor de lokale werkgelegenheid.<br />
Terwijl de eerste twee bedrijven zich ook richten op algeméne duurdere markten, richt<br />
Iluliaq Original Iceberg Water zich specifiek op exquise afnemers. Het watertje wordt in flesjes van<br />
750 ml verkocht voor €40 per stuk. Onlangs heeft een grote afnemer in Dubai 30.000 flesjes besteld!<br />
Eveneens in Iulissat gevestigd vangt Iluliaq ijsbergen met vissersbootjes. Ook dit bedrijf hoopt op<br />
meer winst door het CO2-vrij imago te waarborgen door o.a. het ijs in de buitenlucht te laten<br />
smelten.<br />
Tot slot wordt nabij Narsaq ijs uit een gletsjer gehouwen door Siku Vodka. Gelijk na het<br />
uitbikken wordt het 60.000 jaar oude ijs in vriezers naar Nederland vervoerd waar de destillaten met<br />
het ijs, zonder eerder ontdooid te zijn, worden samengevoegd. Deze exquise wodka schijnt van<br />
goede kwaliteit te zijn door het ‘pure, milde karakter van het water’.<br />
Voor alle vier de bedrijven geldt een aantal barrières. Zo ligt ’s winters de gehele waterproductie stil:<br />
ijsbergen kalven niet meer af, de bron op Disko-eiland vriest dicht en Iluliaq water kan bij -30°C<br />
natuurlijk niet ijs laten smelten in de buitenlucht. Maar ook de gedwongen kleinschaligheid vormt<br />
- 52 -
een barrière: op grote schaal ijsbergen optakelen is moeilijk en duur, de bron van Greenland Spring<br />
water levert maar beperkt water en ijs uithouwen uit een gletsjer is tijdrovend werk. Voor alle geldt<br />
dat het arbeidsintensief is. Als oplossing voor de kleinschaligheid richten de bedrijven zich op de<br />
duurdere markten; sjeiks in Dubai en het Deense koningshuis hebben genoeg geld om het dure water<br />
aan te schaffen.<br />
Omdat het ‘waterdelven’ simpel werk is, kunnen bijna alle onopgeleide of gewoon werkloze<br />
Groenlanders werken in de fabrieken of op de scheepjes. Door de kleinschaligheid zal er ook niet snel<br />
een tekort aan werkkrachten komen.<br />
Vier bedrijven hebben Groenland gekozen om water te winnen. Het pure, milde water wordt<br />
verkocht aan de hogere kringen. Barrières zijn, gek genoeg, ijs (seizoensafhankelijk) en de<br />
gedwongen kleinschaligheid door de arbeidsintensiviteit. De pullfactor is de aanwezigheid van zeer<br />
zuiver water op Groenland, de pushfactor de vraag ernaar. Economisch is het alleen haalbaar door<br />
het water ‘om de ervaring’ te verkopen en dus voor de exclusieve markt.<br />
Annotaties<br />
Voor de beschrijving van elk bedrijf is telkens hun eigen website gebruikt:<br />
- Algemene website van Greenland Ice Water AS: http://www.icewater.gl/index.php/about.html<br />
- Algemene website van Greenland Spring Water Aps: http://www.938.ch/index.cfm?hID=15&sprache=2<br />
- Algemene website van Iluliaq Original Iceberg Water: http://www.iluliaq.com/index2.html<br />
- Algemene website van Siku Vodka: http://www.sikuvodka.com/<br />
Alle geraadpleegd op 16-11-2010.<br />
Bijschrift figuur 37 (vorige bladzijde): flesje water van Groenlandse makelij. Bron: Greenland Spring Water Aps.<br />
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG:<br />
Wat zijn de problemen die de diverse industriële projecten op Groenland ondervinden?<br />
Er zijn fysische problemen als de geografische ligging, ijs en veel reliëf. Ook infrastructurele<br />
problemen doen zich voor: de beperkte stroomvoorziening en gebrek aan wegen. Dat kan<br />
leiden tot kleinschaligheid. Politieke barrières als de hudige wetgeving komen ook voor en<br />
kritiek op uraniumwinning en olieboringen neemt toe. De laatste twee problemen zijn die met<br />
betrekking tot de bevolking (gering in aantal en laaggeschoold) en het gebrek aan kennis over<br />
de Groenlandse bodemschatten.<br />
- 53 -
HF 7 • DE PRIMAIRE SECTOR<br />
-Stamppotgroenten verbouwd door een zeehondenjager-<br />
Groenland stoomt zich klaar voor de toekomst.<br />
Alle formele sectoren komen voor op Groenland,<br />
maar niet allemaal in dezelfde getale. Zo<br />
weegt de primaire sector bij lange na niet op<br />
tegen de quartaire, maar er is wel een groei in<br />
de eerstgenoemde sector: sinds enkele jaren<br />
doet de aardappelteelt op subpolaire toendrabodem<br />
het steeds beter – met dank aan<br />
klimaatverandering. In dit hoofdstuk worden<br />
de problemen beschreven die de projecten in<br />
de primaire sector te verduren krijgen.<br />
• Wat zijn de problemen waarmee de<br />
projecten in de primaire sector geconfronteerd<br />
worden?<br />
Figuur 38. Een spotprentstrip over de toekomst van de<br />
Groenlandse boeren. Het bijschrift luidt: ‘Groenland voor en na<br />
het opwarmen van de aarde…’ Bron: Sermitsiaq AG.<br />
Onder deze projecten valt alleen de landbouw<br />
in dit hoofdstuk. Niet alleen zijn er geen grote<br />
projecten in de visserij, ook zijn er nauwelijks<br />
problemen waarmee die geconfronteerd wordt: dankzij de voedselrijke Arctische visgronden loopt<br />
de visvangst op rolletjes en heeft die alleen last van grote afstanden en overbevissing. Lokaal werkt<br />
men daarom ook wel met viskwekerijen.<br />
Akkerbouw<br />
De klimaatverandering heeft vooral positieve gevolgen voor de akkerbouw. Het afgelopen<br />
decennium zijn enkele vissers en werklozen overgestapt op het boerenbedrijf. En met succes, want<br />
vooral aardappelen doen het goed in de Groenlandse bodem. Zo goed zelfs dat ze in<br />
gerenommeerde restaurants in Denemarken de menukaart halen.<br />
Volgens een onderzoekster aan de Universiteit van Kopenhagen, Charlotte Jensen, zijn de<br />
Groenlandse piepers zelfs buitengewoon gezond. 1 Ze onderzocht waarom Zuid-Groenland zulke<br />
goede aardappelgronden heeft, ondanks de monocultuur en het niet gebruiken van pesticiden. Ze<br />
ontdekte dat diverse ziektekiemen als de aardappelziekte standaard aanwezig zijn in de bodem, maar<br />
dat bijzonderde micro-organismen de aardappelen beschermen. Indien men erin zou slagen de<br />
micro-organismen veilig elders in te zetten, zou ook Alaska geschikt worden voor landbouw, waar nu<br />
geen beginnen aan is. Mogelijk een interessant exportproduct voor Groenland!<br />
Verder zijn er (nog) geen genetische ziektes onder de Groenlandse aardappelen. Door lage<br />
temperaturen kunnen veel parasieten bovendien niet overleven op Groenland, of ze hebben de weg<br />
naar het eiland nog niet gevonden. Pesticiden zijn voorlopig onnodig!<br />
Volgens een boer uit Nuuk is het klimaat dus het geheim van het succesverhaal van de Groenlandse<br />
piepers. Door de absolute minimumtemperaturen voor aardappels kennen de gewassen een<br />
ongekend lang groeiseizoen, waardoor veel langer voedingsstoffen uit de bodem opgenomen kunnen<br />
worden. Door de lange dagen (i.v.m. de middernachtzon) krijgen de gewassen bovendien een hoop<br />
zonne-uren. Maar lang niet ieder stekje is geschikt voor akkerbouw: de temperatuur mag dan wel<br />
sinds 1990 van 6,5°C naar 8,7°C gestegen zijn, achter bergen kan een microklimaat mooie plannen<br />
verpesten. Groenland is geen homogeen land en de natuurlijke omstandigheden als klimaat kunnen<br />
per fjord verschillen, hetgeen een grote barrière is voor akkerbouwers.<br />
- 54 -
Volgens Nunalerineq is een ander probleem voor de akkerbouw de onvruchtbare bodem, waardoor<br />
mest of kunstmest nodig is, hetgeen tot vervuiling van het land leidt. Slechts bij morenes, waar een<br />
soort lössbodems kunnen liggen, is de bodem wel van nature vruchtbaar, maar dit hangt dus weer<br />
sterk af van de – vaak kurkdroge – locatie.<br />
Omdat het daar evenmin vlak is als aan fjordflanken doet een ander probleem zich ook voor<br />
bij de akkerbouw: erosie. Door de klimaatverandering neemt de neerslagvariabiliteit toe: regen valt<br />
in zeer korte periodes maar met dezelfde hoeveelheid water, kortom: een grotere neerslagintensiteit.<br />
Stortbuien kunnen (net als wegdooiende sneeuw na de winter) de vruchtbare bovenlaag<br />
van de ’s winters onbeplante akkers wegspoelen met als gevolg landdegradatie slash schrale<br />
rotsbodems.<br />
Een grotere neerslagvariabiliteit betekent ook langere droogtes. Langere droogtes staat<br />
garant voor minder water voor de gewassen en dat betekent minder goede oogsten. Het irrigeren<br />
van de akkers is goed mogelijk; beekjes zijn er in overvloed. Helaas moet je wel speciale<br />
voorzieningen treffen om irrigatiewater naar de akkers te laten leiden. En dat is weer duur.<br />
Inmiddels mogen de opbrengsten er zijn. In 2009 leverde de totale oogst 50 ton op, voor 2010 rekent<br />
men op 70 ton aardappelen², van slechts zeven aardappelboerderijen.<br />
Nunalerineq<br />
Zeven kilometer van Qaqortoq, aan de overkant van de fjord, ligt een primeur voor Groenland:<br />
Nunalerineq, de eerste landbouwschool van Groenland! Door ‘perfecte’ lokale natuurlijke<br />
omstandigheden (plaatselijke vruchtbare bodem en klimaat) is men erin geslaagd diverse vormen<br />
van akkerbouw te bedrijven met akkers, tuinbouw (144m² plantenkassen), bomenaanplant en<br />
botanische tuinen. Daarnaast krijgt ook de veeteelt veel aandacht. In geheel Zuid-Groenland worden<br />
momenteel door diverse boerderijen naast aardappelen ook kool, Chinese kool, ijsbergsla, kropsla,<br />
broccoli, knolraap en bloemkool verbouwd; sommige gewassen worden zelfs al voor de verkoop<br />
verbouwd.<br />
In plantenkassen, voornamelijk van<br />
Nunalerineq, worden komkommers, tomaten,<br />
frambozen, wijndruiven en in 2011 ook<br />
aardbeien verbouwd. Van deze tuinbouwproducten<br />
worden slechts enkele op de<br />
markt gebracht. De kleinschaligheid door het<br />
gebrek aan vlakke grond voor plantenkassen<br />
vormt hier een probleem. Bovendien is er<br />
elders op de wereld genoeg ruimte voor<br />
kasbouw; alleen voor de eigen markt is deze<br />
Figuur 39. Met op de achtergrond wat ijsbergen rooit de<br />
eerste generatie Groenlandse boeren een aardappel.<br />
Bron: Nunalerineq.<br />
- 55 -<br />
vorm van akkerbouw geschikt – eigenlijk geldt<br />
dat voor de gehele lokale landbouwsector.<br />
Veeteelt<br />
Een groep van zestien leerlingen wordt momenteel opgeleid door Nunalerineq. Niet met het oog op<br />
een toekomst als boer, maar als pionier. Zij kunnen, moeten en zullen de kennis overdragen aan een<br />
nieuw Groenland, en zien het liefst dat Groenland ooit geen groenten meer hoeft te importeren.<br />
Nunalerineq zal de barrière van een gebrek aan kennis en ervaring uit de wereld geholpen worden.<br />
Groenten worden nu nog grotendeels via Denemarken geïmporteerd, maar vlees nauwelijks.<br />
Niet alleen eten velen vis en ‘zeevlees’ (o.a. zeehond en bultrug) uit eigen wateren, ook komt veel<br />
van hun schapenvlees van eigen grond. En al heel lang gaat dat zo: de eerste schapen zijn in 1906<br />
erheen gebracht, de laatste zijn in 1924 geïmporteerd en sindsdien ontwikkelen de schapen zich<br />
steeds meer tot een uniek Groenlands ras. 4 Anno 31-12-2007 waren er 20484 schapen op Groenland<br />
en dat aantal stijgt voordurend, hoewel winters met uitzonderlijke temperaturen veel sterfte
opleveren. Naar aanleiding van zo’n strenge winter<br />
beschikt Nunalerineq sinds 1968 over Groenlands<br />
eerste veearts. In de stad Narsaq is schapenteelt met<br />
een slachterij en leerlooierij inmiddels de grootste tak<br />
van bedrijvigheid en in geheel Zuid-Groenland leven<br />
de meeste van de 65 boerenfamilies van de veeteelt. 5<br />
Naast het gebrek aan ervaring werkt ook een<br />
andere barrière de veeteelt op Groenland tegen: de<br />
natuur. De toendra is een gebied dat zich maar langzaam<br />
herstelt en is er snel overbegrazing. In de winter<br />
moeten de schapen naar binnen tegen de koude. Dit<br />
maakt dat er een combinatie nodig is tussen extensieve<br />
en intensieve veeteelt. Vooral deze extensieve<br />
veeteelt, het onbekommerd buiten laten grazen,<br />
maakt dat de capaciteit van de fjordflanken<br />
klein is en dat de kleinschaligheid blijft.<br />
Bosbouw<br />
De temperatuur is de laatste jaren met 1-2°C gestegen, waardoor van eind mei tot en met laat<br />
september de temperatuur nog minimaal 5°C bedraagt en de temperatuur al bijna zeven maanden<br />
per jaar ≥0°C is – de minimumtemperaturen voor berken en wilgen. 3 Arboreta (bomentuinen) in<br />
Zuid-Groenland doen het verrassend goed. Zo staat in een artikel in Suluk dat de Raad voor<br />
Groenlandse Landbouw van plan is een 100 hectare groot bos aan te leggen, om over honderd jaar<br />
over eigen hout te kunnen beschikken. 5 Een klein bosje van vijf hectare nabij Narsarsuaq, bestaande<br />
uit lariksen en coniferen, doet het nu al goed. De barrière van het gebrek aan bouwmateriaal moet<br />
zo verholpen worden, maar een kortetermijnoplossing biedt het niet.<br />
ANTWOORD OP DE DEELVRAAG<br />
Wat zijn de problemen waarmee de projecten in de primaire sector geconfronteerd worden?<br />
De primaire sector ondervindt problemen van de niet-homogene (overal andere) natuurlijke<br />
omstandigheden, het gebrek aan vlakke grond, wegen en kennis, de kleine afzetmarkt, het<br />
klimaat en de bodemgesteldheid. Dit alles leidt tot kleinschaligheid van de sector.<br />
Annotaties<br />
1<br />
Jensen, C. (z.d.). Healthy Greenlandic potatoes! Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://www.nunalerineq.gl/english/fakt/potatoes.pdf, 27-10-2010.<br />
2<br />
Den første høst af nye grønlandske kartofler har nået Brædtet i Qaqortoq (31-07-2009). Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/erhverv/article91914.ece?service=print&lang, 27-10-2010.<br />
3<br />
Algemene website Nunalerineq. Geraadpleegd op http://www.nunalerineq.gl/, 27-10-2010.<br />
4<br />
Isabel Hilton (14-09-2007). Greenland is now a country fit for broccoli growers. The Guardian. Geraadpleegd op<br />
http://www.guardian.co.uk/commentisfree/2007/sep/14/comment.climatechange, 23-11-2010.<br />
5<br />
The climate of South Greenland (z.d.). Geraadpleegd op http://www.nunalerineq.gl/english/landbrug/klima/indexklima.htm,<br />
27-10-2010.<br />
6<br />
Schultz-lorentzen, C. (2009). New, large forest project. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090601_Suluk_2009_No_3.pdf, 31-10-2010. (p39)<br />
- 56 -<br />
Figuur 40. Een nieuwe lading vlees in spe komt aan in<br />
Narsaq. Bron: Nordregio
ALGEHELE SAMENVATTING<br />
In deze laatste samenvatting worden alle samenvattingen van de deelvragen 3, 4, 5, 6 en 7 herhaald.<br />
De deelvragen 1 en 2 zijn slechts behandeld opdat 3 tot en met 7 begrijpelijk zijn, maar beide<br />
deelvragen dragen op zichzelf niet bij aan de beantwoording van de hoofdvraag:<br />
WAT ZIJN DE RUIMTELIJKE PROBLEMEN DIE DE EXPLOITATIE VAN DE BODEMSCHATTEN VAN <strong>GROENLAND</strong><br />
TEGENWERKEN?<br />
3. Wat zijn de fysische problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
De fysische problemen die bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland komen<br />
kijken, zijn de geofactoren klimaat, bodemgesteldheid (toendra), ligging van Groenland in de<br />
wereld, grootte van het land en reliëf.<br />
4. Wat zijn de infrastructurele problemen bij de exploitatie van de bodemschatten van Groenland?<br />
Infrastructurele problemen zijn het gebrek aan wegen en deels onbevaarbare wateren, grote<br />
afstanden op en naar Groenland, het gebrek aan goede energievoorziening, ijs en de hoge<br />
kosten voor zowel transport van goederen als van materieel.<br />
5. Wat zijn de sociaal-economische problemen van het huidige Groenland?<br />
De sociaal-economische problemen waarmee Groenland nu kampt, zijn grote sociale<br />
problemen (generatieproblemen, vergrijzing, trek naar de steden, werkloosheid, ongeschooldheid),<br />
economische problemen (veel import, lage welvaart maar hoog welzijn, geen eigen<br />
economie) die leiden tot de sociaal-economische problemen: gebrek aan werkkrachten,<br />
onbetrouwbaar personeel door o.a. gezondheidsproblemen in combinatie met het lage<br />
inwoneraantal.<br />
6. Wat zijn de problemen die de diverse industriële projecten op Groenland ondervinden?<br />
Er zijn fysische problemen als de geografische ligging, ijs en veel reliëf. Ook infrastructurele<br />
problemen doen zich voor: de beperkte stroomvoorziening en gebrek aan wegen. Dat kan<br />
leiden tot kleinschaligheid. Politieke barrières als de huidige wetgeving komen ook voor en<br />
kritiek op uraniumwinning en olieboringen neemt toe. De laatste twee problemen zijn die met<br />
betrekking tot de bevolking (gering in aantal en laaggeschoold) en het gebrek aan kennis over<br />
de Groenlandse bodemschatten.<br />
7. Wat zijn de problemen waarmee de projecten in de primaire sector geconfronteerd worden?<br />
De primaire sector ondervindt problemen van de niet-homogene (overal andere) natuurlijke<br />
omstandigheden, het gebrek aan vlakke grond, wegen en kennis, de kleine afzetmarkt, het<br />
klimaat en de bodemgesteldheid. Dit alles leidt tot kleinschaligheid van de sector.<br />
- 57 -
CONCLUSIE<br />
WAT ZIJN DE RUIMTELIJKE PROBLEMEN DIE DE EXPLOITATIE VAN DE BODEMSCHATTEN VAN <strong>GROENLAND</strong><br />
TEGENWERKEN?<br />
De ruimtelijke problemen die de exploitatie van de bodemschatten van Groenland tegenwerken,<br />
zijn fysische factoren, zoals klimaat, de bodem en reliëf, die de infrastructurele problemen van het<br />
gebrek aan wegen, ijsvrije vaarwateren en stroomvoorziening verklaren. Onervaren personeel,<br />
weinig arbeidskrachten, slechte gezondheid, gebrek aan een eigen economie en andere sociaaleconomische<br />
problemen bemoeilijken de exploitatie van de bodemschatten van Groenland<br />
evenzeer, evenals politieke problemen, zoals wetgeving, publieke opinies en internationale<br />
betrekkingen. Veel van deze problemen leiden tot ander problemen als de kleinschaligheid van<br />
exploitanten, hetgeen Groenland nog eens extra duur maakt, en het laatste probleem vormt: de<br />
hoge kosten bij het exploiteren van iets op Groenland.<br />
- 58 -
TOELICHTING OP DE WERKWIJZE<br />
Zoals het een schrijver van een goed onderzoek betaamt, licht ik onder deze kop toe hoe dit<br />
profielwerkstuk tot stand is gekomen. Het profielwerkstuk is een soort afstudeeronderzoek voor de<br />
middelbare school: als je je werk goed gedaan hebt en het cijfer erop toereikend is, heb je<br />
toestemming de laatste examens te gaan doen.<br />
In de weken 25 en 26 van 2010 werd ons, leerlingen van klas 5, verplicht een opzet te schrijven voor<br />
het profielwerkstuk. Mijn onderwerpskeuze stond nog niet met zekerheid vast en ik kreeg<br />
toestemming om na de reis naar Groenland het definitieve onderwerp vast te stellen. En zo<br />
geschiedde.<br />
Tot aan de herfstvakantie heb ik niet heel intensief aan het werkstuk gewerkt: het beviel mij<br />
niet dat ik elke middag voor een uurtje alles weer moest oppakken. In de herfstvakantie vorderde het<br />
werk echter zeer snel en in zeven dagen met in totaal 25 uren werk was ik ruim op de helft. Na de<br />
toetsweek van week 45 heb ik het werk weer opgepakt en inmiddels, bij het schrijven van deze tekst<br />
(27 november 2010) staat de urenteller op 75 uur. Na ongeveer negentig uren is in week 48 de<br />
laatste hand gelegd aan de inhoud, na ruim honderd klokuren is het gehele werkstuk af in week 4 van<br />
2011. In week 7 wordt het werkstuk samengevat in een mondelinge presentatie op school.<br />
Het staat me bij dat men voor een profielwerkstuk ongeveer 85% procent van de gegeven informatie<br />
uit andermans literatuur moet halen; 15% van het werkstuk zou uit eigen onderzoek moeten<br />
bestaan. Ik ben echter gedwongen geweest mij hier niet aan te houden om de volgende redenen:<br />
- Al voor het schrijven van het profielwerkstuk wilde ik graag een werkstuk leveren dat meer<br />
dan alleen een beetje onderzoek was en al helemaal niet al honderd keer door andere<br />
scholieren geschreven kon zijn. Het moest, zeg maar, ‘iets bijdragen aan de wetenschap’.<br />
- Dat de informatie van dit werkstuk uit eigen kennis geput is, kwam ook door het gebrek aan<br />
geschikt bronnenmateriaal: er bestaan nauwelijks bronnen die zowel de sociaal-geografische<br />
problemen als bijvoorbeeld de infrastructurele problemen belichten, laat staan dat ze de<br />
verbanden tussen de vele problemen leggen. Sterker nog: zelfs naslagwerken die alle<br />
facetten van het hedendaagse Groenland in het algemeen behandelen – dus zonder alle<br />
problemen – blijken schaars. Alleen een reisgids, de Lonely Planet, kon mij over zowel de<br />
geschiedenis als de politiek en de infrastructuur van Groenland vertellen!<br />
- Doordat ik vooral Sermitsiaq AG al jaren op het internet lees en me verder in zowat ieder<br />
aspect van Groenland verdiept heb, heb ik zoveel kennis vergaard dat ik mijn eigen bron was.<br />
Vooral de kennis van het Deens heeft mij geholpen met het vergaren van deze kennis.<br />
- Verder wilde ik graag allerlei actualiteiten bij het werkstuk betrekken. Eén kenmerk van<br />
actualiteiten is dat wetenschappelijke literatuur per definitie schaars is: de tijdspanne tussen<br />
de gebeurtenis en het verschijnen van uitgebreide literatuur is te kort om geschikte bronnen<br />
te vinden. Daarom heb ik veelvuldig gebruik moeten maken van de nationale krant<br />
Sermitsiaq AG en het online nieuwsmedium Sikunews, dat over de gehele Arctis bericht.<br />
Kortom: er was weinig andere keus dan mij niet aan die 15% te houden. Het percentage eigen<br />
onderzoek zal zeker meer dan 50% beslaan, misschien neigt het aandeel eigen onderzoek wel naar<br />
de 85%! In ieder geval kan ik met recht zeggen dat dit werkstuk van mijn hand komt en dat dit<br />
werkstuk wel degelijk het gapende gat ‘Groenland’ in de bibliotheek zou kunnen opvullen.<br />
- 59 -
NAWOORD<br />
Het werkstuk is af en ik heb alle problemen wel belicht, dunkt me. Alle problemen die zich voordoen<br />
bij het winnen van bodemschatten, dat zijn er een heleboel, maar de interesse in Groenland<br />
tegenwoordig is ongekend. Wellicht vraagt u zich af wat de toekomst voor Groenland in petto heeft<br />
en dat is een lastig vraagstuk. Want om te bepalen of die toekomst rooskleurig of toendragroen is,<br />
moet je met een boel factoren rekening houden. Daarom geef ik u even mijn visie, maar neem het<br />
niet als enige waarheid aan.<br />
Op de natie Groenland, de bevolking, zal de exploitatie van de bodemschatten van het land grote<br />
gevolgen teweegbrengen. Er zal werk ontstaan, de trek naar de steden zal zich versnellen en het<br />
platteland ontvolkt geheel. Steden als Maniitsoq worden industriële centra. Wegens een tekort aan<br />
arbeidskrachten zullen in die steden gastarbeiders komen, die sociaal-politieke problemen met zich<br />
meebrengen. Of de bevolking zelf ook rijker zal worden, weet ik niet. Nu betaalt Denemarken jaarlijks<br />
vele miljoenen, maar zodra Groenland zijn rekeningen zelf kan betalen, zal dat verleden tijd zijn. Van<br />
winsten van bedrijven moeten pensioenen en uitkeringen betaald worden. Misschien wordt de<br />
gemiddelde Groenlander wel rijker, maar zeker niet direct.<br />
De economie verandert dus ook. Ik voorzie dat de primaire sector en de secundaire sector<br />
zullen groeien. Ook voor bedrijven die geen mijn bezitten kan op Groenland een markt ontstaan en<br />
de tertiaire sector zal groeien, mede door de ligging aan de Noordwestelijke Doorvaart. Groenland<br />
blijft een eerstewereldland, trekt zelfs het ene been terug uit de Derde Wereld en krijgt een zelfvoorzienende<br />
economie met eigen inkomsten. Groenland zal een unieke geschiedenis meemaken:<br />
pas na allerlei voorrechten (uitkeringen, pensioenen, verzekeringen, rechtstaat, autonomie)<br />
ontvangen te hebben, bereikt het land de Industriële Revolutie!<br />
Er is echter een toendragroene keerzijde aan alle vooruitgang en die is achteruitgang.<br />
Mijnbouw en industrie brengen een hoop vervuiling met zich mee. Vroeg of laat zal zich in de<br />
Baffinbaai een olieramp voltrekken, hetzij een ontploffende Deepwater Horizon, hetzij een<br />
onvoorzichtige olietanker. De Industriële Revolutie op Groenland zal een neerwaartse spiraal<br />
opleveren in de dierenpopulatie. Aanvaringen met walvissen, aanrandingen door ijsberen of<br />
overbevissing behoren ook tot de mogelijkheden.<br />
En dat terwijl de natuur daar al gebukt gaat onder klimaatverandering. Het zeeijs slinkt en<br />
natuur én cultuur – want nog steeds leven enkele honderden mensen op traditionele wijze met<br />
sleden en kajaks – zal verdwijnen. Maar deze klimaatverandering kan ook andere gevolgen hebben,<br />
op de lange termijn: als het warmer wordt op aarde, zullen de thermohaliene circulatie<br />
(diepzeepomp) en oppervlaktestromen als de Golfstroom ophouden met stromen. Beide brengen<br />
ons (indirect) warmte en er zonder verandert het klimaat in Europa en op Groenland aanzienlijk: in<br />
de vorm van koude. Om zeestromen als de Golfstroom dan weer op gang te krijgen, heb je millennia<br />
nodig.<br />
Trouwens, ik verwacht überhaupt niet dat het op de korte termijn storm gaat lopen om<br />
Groenlandse grond. Bedrijven vinden het land nog te riskant en onbekend, eerst moet er één schaap<br />
over de dam komen. Daarna moeten ook de investeerders, sponsors en aandeelhouders geloven in<br />
de kracht van Groenland. Op de lange termijn zou al het bovenstaande wel een kloppend<br />
toekomstscenario kunnen zijn, op de korte termijn volstrekt niet. Of Groenland echter ooit los zal<br />
komen van Denemarken, met onafhankelijkheid en een eigen economie, weet ik niet te zeggen.<br />
Denemarken zou Groenland graag houden, in de hoop dat het ooit winstgevend wordt, maar die<br />
winstgevendheid zal tot zelfredzaamheid leiden, hetgeen de bevestiging geeft aan de inwoners dat<br />
ze het zelf ook wel afkunnen – niet echt waar Denemarken op zit te wachten.<br />
Overigens kent Groenland ook nog vele voordelen voor bedrijven, die ik, gedwongen door het thema<br />
problemen (nadelen), nauwelijks in de schijnwerper heb kunnen zetten. Natuurlijk is de rijkdom aan<br />
mineralen een groot voordeel, maar bijvoorbeeld ook het huidige politieke klimaat: het bedrijf<br />
- 60 -
Hudson Recources toont speciaal interesse in het majestueuze land wegens de politieke stabiliteit. 1<br />
Ook de Bosatlas maakt er melding van – vrijwel het enige kaartje waarop Groenland niet als ‘grijs:<br />
gegevens onbekend’ staat ingetekend. 2 Verder bieden alle fjorden, ijs, eilanden en toendravlaktetjes<br />
ook een groot voordeel voor een verder niet behandelde industrie: het toerisme. Want Groenlands<br />
grootste nadeel is ook Groenlands grootste voordeel: natuurschoon. Ilulissat is inmiddels een<br />
toeristenstadje pur sang en vele immense cruiseschepen varen elk jaar noordelijker. Vanuit<br />
Spitsbergen is zelfs de onbegaanbare noordoostkust steeds vaker bereikbaar per luxeschip – dat<br />
volgens een artikel in Sermitsiaq AG haar grenzen meer en meer opent voor toeristen en<br />
mijnbouwbedrijven… doei wildernis.³<br />
Figuur 41. Een narwalkop met – zeer zeldzaam – twéé slagtanden. Als ontwikkelingen als de klimaatverandering, trek<br />
naar de steden, oliewinning en het (massa)toerisme doorzetten, is het nog maar de vraag of de nu nog traditioneel<br />
levende Groenlanders het hoofd boven water kunnen houden, hoewel tegenstanders van de walvisvaart wel tevreden<br />
zullen zijn. Weegt de overigens geringe natuurschade wel op tegen de teloorgang van culturen? Bron: Sermitsiaq AG.<br />
Figuur 42. Het wordt een steeds vertrouwder gezicht voor de Kalaallisut: een cruiseschip doet een stadje aan – soms is<br />
de capaciteit van één schip al groter dan het lokaal aantal inwoners. Voor de Groenlandse economie betekent het<br />
toerisme steeds meer, maar de schaduwzijde van de sector is dat het een zeer variabele en dus onbetrouwbare<br />
inkomstenbron is: één kleine recessie en geen enkele toerist denkt nog aan een dure bestemming als Groenland. Beeld<br />
van Qaqortoq. Bron: Sermitsiaq AG.<br />
Nu heb ik alle facetten van Groenland behandeld: het verleden met haar problemen, de huidige<br />
problemen en toekomstige problemen. Voor mijn gevoel is het werkstuk compleet en dat geeft<br />
voldoening. Maanden is er aan gewerkt, dikwijls met veel plezier. Bronnen vinden bleek moeilijk,<br />
maar vaak ook overbodig. Dan weer koos ik een ietwat andere invalshoek die mij een boel variatie<br />
gaf. Om bezig te zijn met een gemaakte reis was aanvankelijk vreemd: Groenland was een gesloten<br />
boek, het volgende project verdiende de aandacht. Maar in het werkstuk heb ik door mijn reis en het<br />
‘voorwerk’ veel beroep kunnen doen op mijn algemene kennis en dat maakte dat ik nu een werkstuk<br />
voor me heb liggen waar ik met trots op kan zeggen: dit is van míjn hand. Hierna doe ik het werkstuk<br />
dicht en belandt het in de kast, maar met een paar blanco bladzijden: project Groenland is nooit af.<br />
Immers, als Nuup Bussii haar dienstregeling weer verandert, ligt mijn e-mailtje al klaar… <br />
Annotaties<br />
1 Why Greenland? (z.d.). Geraadpleegd op http://www.hudsonresources.ca/about.asp, 30-11-2010.<br />
2 Noordhoff Atlasproducties (2010). De Grote Bosatlas. Groningen: Noordhoff Atlasproducties. (p207B)<br />
³ Vil dele nationalpark op. Sermitsiaq AG (19-08-2009). Geraadpleegd op http://sermitsiaq.gl/indland/article94101.ece, 30-<br />
11-2010.<br />
- 61 -
VERKLARENDE WOORDENLIJST<br />
Woorden die veel in de tekst voorkomen maar waarmee u als lezer misschien minder bekend bent,<br />
worden hier kort uitgelegd.<br />
Woorden met in dit werkstuk een speciale invulling<br />
Binnenland De meestal ijsvrije strook land tussen het Inlandijs en open zee.<br />
Inlandijs Ter onderscheiding van andere ijskappen op deze wereld en de Groenlandse gebruik<br />
ik voor de Groenlandse ijskap de naam Inlandijs. Dit woord is de letterlijke vertaling<br />
van het Deense inlandsis.<br />
Gletsjer Hoewel het Inlandijs zelf ook een massieve gletsjer is, wordt met deze term een<br />
ijstong bedoeld die ‘gevoed’ wordt door het Inlandijs en in een fjord uitmondt.<br />
Groenlander Sterk verwesterde Inuït (foutief: eskimo’s), een volk dat duizenden jaren het<br />
Noordpoolgebied bewoonde. Vanaf omstreeks 1960 worden de Groenlandse Inuït<br />
Groenlanders genoemd, na ingrijpende moderniseringen door de Denen. De<br />
eigenbenaming voor het volk is Kalaallisut: ‘mensen’.<br />
Bodemschatten Onder deze noemer vallen zowel gewonnen delfstoffen als gerooide oogst.<br />
Verklaring van andere termen<br />
Arctica (of de Arctis) Het Noordpoolgebied: gebieden binnen de Noordpoolcirkel en eromheen die<br />
kenmerken als toendrabodems en zeeijs vertonen.<br />
Complementariteit- De complementariteitstheorie is de theorie die twee of drie stromen<br />
theorie<br />
beschrijft: die van diensten, goederen en kapitaal. Diverse factoren bepalen of<br />
die stromen wel plaats kunnen vinden (barrières, transporteerbaarheid en<br />
tussenliggende mogelijkheden).<br />
Deepwater Horizon Olieboorplatform in de Golf van Mexico. Na een explosie lekten er miljoenen<br />
liters olie uit gedurende de lente 2010. Het is de grootste olieramp tot nu toe.<br />
Derde Wereld Zie pagina 31-32.<br />
Erosie Uitschuring van gesteente door middel van verweerd materiaal.<br />
Demografie (Wetenschap die zich bezighoudt met) bevolkingsontwikkelingen.<br />
Exploratie Het verkennen (door o.a. proefboringen) van nog onverkende gebieden.<br />
Fjord Door glaciale verwering en erosie uitgeschuurde inham.<br />
-gebergte Hooggebergte: grotendeels hoger dan 1500 meter boven zee;<br />
Middelgebergte: grotendeels tussen de 750 en 1500 meter hoog;<br />
Laaggebergte: grotendeels lager dan 750 meter;<br />
Jong gebergte is zich nog aan het vormen, oud gebergte is aan het verweren<br />
en erodeert weg.<br />
Glaciaal IJs-; met betrekking tot ijs (gletsjers, ijskappen). Ook het synoniem voor ijstijd.<br />
Hub- en spokeprincipe Netwerk waarbij goederen vanuit meerdere kleine plaatsen via één centrale<br />
plaats gebundeld naar een andere centrale plaats vervoerd worden.<br />
Infrastructuur Alle middelen die nodig zijn om verkeer te laten plaatsvinden, bijvoorbeeld<br />
spoorrails, elektriciteitsmasten, tankstations, havens, etc.<br />
Intrusie Een intrusie is een uitloper van een onderaardse magmahaard die gestold is,<br />
voordat het de aardkorst doordrongen heeft.<br />
Inuït Vroegere inheemse volkeren die Groenland en Noord-Canada bewoonden.<br />
Kalaallisut 1) Inwoner van Groenland 2) taal van Groenland, het Groenlands.<br />
Klimaat Het gemiddelde weer van een bepaald gebied over een periode van 30 jaar.<br />
Ma Eenheid voor de leeftijd van gesteente, Mega-annum (miljoenen jaren).<br />
Morene Puinbelten ontstaan bij het meevoeren en uitslijten door gletsjers.<br />
- 62 -
Neerslagvariabiliteit De verdeling van de neerslag over een bepaalde periode (valt neerslag het<br />
gehele jaar door of alleen ’s winters?).<br />
Nunatak Gebergte dat omsloten is door ijs.<br />
Ø De ø is een Deense letter, de klank /eu/. Ook het woord voor eiland.<br />
Permafrost De toestand van een bodem waarin gedurende minimaal twee<br />
achtereenvolgende jaren het gehele jaar de bodem bevroren is geweest.<br />
Komt het in de buurt van deze definitie, dan heet het interfrost.<br />
RAL Royal Arctic Line, Groenlands eigen vrachtschipmaatschappij.<br />
REE Rare earth elements; een groep zeer zeldzame elementen (aardmetalen).<br />
Reliëf Hoogteverschil.<br />
Scherenkust Kusttype dat bestaat uit ontelbare, veelal schrale en piepkleine eilanden en<br />
schiereilanden.<br />
Sectoren Er zijn vier sectoren waarin werk kan vallen: de primaire (incompleet:<br />
agrarische) sector (landbouw, visserij, jacht), secundaire sector (industrie en<br />
mijnbouw), tertiaire sector (commerciële bedrijven, handel) en quartaire<br />
sector (niet-commerciële bedrijven; handel).<br />
Sedimentatie Het neerslaan van sedimenten: door verwering en erosie vrijgekomen en<br />
vervoerde materie die elders weer neerslaat.<br />
STOL-vliegtuig Short Take-Off and Landing; verzamelnaam voor vliegtuigen die van zeer korte<br />
startbanen kunnen opstijgen en landen. Bijv. de Fokker 50 en Dash 7.<br />
Toendra Veenachtige bodemsoort die direct rond de polen voorkomt.<br />
Vergrijzing Demografisch proces waarbij het aandeel ouderen ten opzichte van het aantal<br />
jongeren toeneemt.<br />
Verwering Afbrokkeling van gesteente. Kan door chemische (plantensappen) en fysische<br />
verwering (weer, water, temperatuurverschillen) plaatsvinden.<br />
Voor- en natransport Het transport van o.a. goederen tussen de leverancier of ontvanger en<br />
bijvoorbeeld een treinstation, zeehaven of industrieterrein.<br />
Westers Een ‘maatstaaf’ die gebaseerd is op het gemiddelde land uit de westerse<br />
wereld, meestal eerstewereldlanden. In politieke en economische zin gericht<br />
op democratieën en kapitalistische landen, in scherp contrast met dictaturen<br />
en communistische regimes.<br />
- 63 -
BRONVERMELDING<br />
De bronnen zijn vermeld naar de richtlijnen van APA:<br />
•Bronvermelding volgens de richtlijnen van de APA (z.d.). Tilburg: Universiteit van Tilburg.<br />
• Literatuur en andere gedrukte bronnen •<br />
•Berthelsen, C. en Holbech Mortensen, I. (1990). Kalaallit Nunaat Greenland Atlas. Nuuk: Pilersuiffik.<br />
•Boer, M. de, et al. (2008). buiteNLand AK 5 vwo. Houten: EPN.<br />
•o’Carroll, E., Elliott, M. (2005). Greenland & the Arctic. Victoria (Australië): Lonely Planet Publications Pty Ltd.<br />
•Koolhaas, M. (nr.32, najaar 2010). Geen zelfstandig voetballand. Arctica. Den Haag: Arctic Peoples Alert.<br />
•Kpomassie, T.-M. (1988). Een Afrikaan op Groenland. Utrecht/Antwerpen: Uitgeverij L. J. Veen. (p183-184)<br />
•Noordhoff Atlasproducties (2005). De Wereld Bosatlas. Groningen: Wolters-Noordhoff Atlasproducties. (p241)<br />
•Noordhoff Atlasproducties (2010). De Grote Bosatlas. Groningen: Noordhoff Uitgevers. (p192E, 193A, 196,<br />
207B, 217A-C, 235-237)<br />
•Secher, K., Stendal, H., Stensgaard, B.M. (2008). Geology and ore: exploration and mining in Greenland. Nuuk:<br />
Bureau of Minerals and Petroleum.<br />
•Veerman, D. (2008). Tegenpolen. Zutphen: Walburgpers.<br />
• Bronnen geraadpleegd op het internet •<br />
Met de term ‘algemene website’ wordt bedoeld dat ook dochterpagina’s (links binnen dezelfde website)<br />
geraadpleegd zijn, al dan niet opgenomen in deze lijst. (z.d.) betekent ‘zonder datum’.<br />
•Actievoerders blokkeren gevaarlijke diepzeeboringen Groenland (31-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.greenpeace.nl/news/actievoerders-blokkeren-gevaar, 03-11-2010.<br />
•Alcoa (algemene website). http://www.alcoa.com/greenland/en/alcoa_greenland/dirt.asp, geraadpleegd 21-<br />
10-2010.<br />
•Aluminium smelter plant in Maniitsoq (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/news/aluminium_smelter_plant_in_maniitsoq, 21-10-2010.<br />
•Angel Mining PLC (algemene website). http://www.angelmining.com/black-angel, geraadpleegd op 14-10-<br />
2010.<br />
•Arctic map shows territory claims (06-08-2008). Environmentalresearchweb. Geraadpleegd op<br />
http://environmentalresearchweb.org/cws/article/news/35330, 16-11-2010.<br />
•Cairn report disappointed. Sikunews (26-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/Cairn-report-disappoints-8153, 27-10-2010.<br />
•Confronting Arctic drilling (z.d.). Geraadpleegd op http://www.gobeyondoil.org/arctic.php, 03-11-2010.<br />
•Den første høst af nye grønlandske kartofler har nået Brædtet i Qaqortoq (31-07-2009). Sermitsiaq AG.<br />
Geraadpleegd op http://sermitsiaq.ag/erhverv/article91914.ece?service=print&lang, 27-10-2010.<br />
•Flugten fra Grønland er mindsket. Sermitsiaq AG (02-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article133261.ece, 03-11-2010.<br />
•Greenland (z.d.). Geraadpleegd op http://en.wikipedia.org/wiki/Greenland, 14-11-2010.<br />
•Greenland Development (algemene website). http://www.aluminium.gl/en, geraadpleegd 21-10-2010.<br />
•Greenland Ice Water AS (algemene website). http://www.icewater.gl/index.php/about.html, geraadpleegd op<br />
16-11-2010.<br />
•Greenland Minerals and Energy Limited (algemene website). http://www.ggg.gl/Projects/Kvanefjeld-Project-<br />
Greenland.htm, geraadpleegd 12-10-2010.<br />
•Greenland Operational Update (26-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.cairnenergy.com/NewsDetail.aspx?id=1363, 27-10-2010.<br />
•Greenland Spring Water Aps (algemene website). http://www.938.ch/index.cfm?hID=15&sprache=2,<br />
geraadpleegd op 16-11-2010.<br />
•Greenland’s level of diabetes on the rise. Sikunews (01-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/Greenland%27s-level-of-diabetes-on-the-rise-8176, 02-<br />
11-2010.<br />
- 64 -
•Grønlandsk Statistik (2009). Grønlandsk befolkning pr. 1. januar 2009. Afkomstig van<br />
http://www.stat.gl/Statistik/Befolkning/tabid/86/language/en-US/Default.aspx, geraadpleegd 28-10-2010.<br />
•Grønlandsk Statistik (2009). Befolkningsfremskrivning 2009-2040. Geraadpleegd op<br />
http://www.stat.gl/LinkClick.aspx?link=BefolkStat%2fBefolkning%2fBefolkningsfremskrivning+2009-2040+-<br />
+dk.pdf&tabid=86&mid=457&language=en-US, 28-10-2010.<br />
•Harbour Development (z.d.). Geraadpleegd op http://www.sisimiut.gl/Business/Businessdevelopment/Harbour-development.aspx,<br />
28-10-2010.<br />
•Iceless Northwest Passage greets Finnish sailors. Sikunews (27-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Finland/Iceless-Northwest-Passage-greets-Finnish-sailors-8156, 16-11-2010.<br />
•Iluliaq Original Iceberg Water (algemene website). http://www.iluliaq.com/index2.html, geraadpleegd op 16-<br />
11-2010.<br />
•Isabel Hilton (14-09-2007). Greenland is now a country fit for broccoli growers. The Guardian. Geraadpleegd<br />
op http://www.guardian.co.uk/commentisfree/2007/sep/14/comment.climatechange, 23-11-2010.<br />
•Jacobsen, N. (30-06-2008). Uranium ban stops other mining. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/english/newsletter/weeklynewsletter/articles/article46062.ece?lang=EN, 12-10-2010.<br />
•Jalbuena, R.K. (2009). Nukissiorfiit to establish hydrogen and fuel cell plant. Geraadpleegd op<br />
http://www.ecoseed.org/en/business/other-industries/article/26-other-industries/3435-nukissiorfiit-toestablish-hydrogen-and-fuel-cell-plant,<br />
21-10-2010.<br />
•Jensen, C. (z.d.). Healthy Greenlandic potatoes! Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://www.nunalerineq.gl/english/fakt/potatoes.pdf, 27-10-2010.<br />
•Kristensen, K. (26-10-2010). De små bygder bliver endnu mindre. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article132749.ece, 27-10-2010.<br />
•More news about the missing bomb. Sikunews (13-11-2008). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Denmark-Greenland/More-news-about-the-missing-bomb-5596, 12-11-<br />
2010.<br />
•Moshiri, N. (23-09-2010). Rising suicide rate baffles Greenland. Geraadpleegd op<br />
http://blogs.aljazeera.net/europe/2010/09/23/rising-suicide-rate-baffles-greenland,<br />
•No lost bomb. Sikunews (09-08-2009). Geraadpleegd op http://www.sikunews.com/News/Denmark-<br />
Greenland/No-lost-bomb-6614, 29-10-2010.<br />
•Nukissiorfiit (algemene website). Geraadpleegd http://www.nukissiorfiit.gl/dk/submenu/groen_energi/,<br />
geraadpleegd op 21-10-2010.<br />
•Nunalerineq (algemene website). Geraadpleegd op http://www.nunalerineq.gl/, 27-10-2010.<br />
•Olielicenser i Baffin Bugten er endelig fordelt. Sermitsiaq AG (27-11-2010). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/erhverv/article134986.ece, 27-11-2010.<br />
•Operation Greenland (algemene website). http://www.cairnenergy.com/operations/greenland/, geraadpleegd<br />
op 27-10-2010.<br />
•Political goals of the cabinet (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/society__economy/political_goals_of_the_cabinet, 21-10-2010.<br />
•Resources and industry (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://uk.nanoq.gl/emner/about/resources_and_industry.aspx?abonnerpaa={0ee3ab4e-4952-43bd-93cc-<br />
5c0033542d59}, 08-12-2010.<br />
•Schultz-lorentzen, C. (2009). Desirable sea route close to becoming reality. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090301_Suluk_2009_No_2.pdf, 31-10-2010. (p25)<br />
•Schultz-lorentzen, C. (2009). Dinosaurs Ruled in Greenland. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090801_Suluk_2009_No_4.pdf, 31-11-2010. (p19)<br />
•Schultz-lorentzen, C. (2009). New, large forest project. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090601_Suluk_2009_No_3.pdf, 31-10-2010. (p39)<br />
•Siku Vodka (algemene website). http://www.sikuvodka.com/, geraadpleegd op 16-11-2010.<br />
•Simonsen, M. (06-02-2005). Company may sue British hovercraft producer. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article3260.ece?service=print&lang=EN, 08-12-2010. (luftpudebåd)<br />
•The Climate of South Greenland (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.nunalerineq.gl/english/landbrug/klima/index-klima.htm, 07-12-2010.<br />
•The climate of South Greenland (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.nunalerineq.gl/english/landbrug/klima/index-klima.htm, 27-10-2010.<br />
•The road (z.d.). Geraadpleegd op http://www.sisimiut.gl/Business/The-road.aspx, 28-11-2010.<br />
•Thorsen, R (11-12-2010). Wikileaks nævner Grønland. Sermitsiaq AG. Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.ag/indland/article135883.ece, 11-12-2010<br />
- 65 -
•Transmission line (z.d.). Geraadpleegd op<br />
http://www.aluminium.gl/en/hydropower__aluminium/hydroelectric_power_potentials_in_greenland/transmi<br />
ssion_line, 21-10-2010.<br />
•Vil dele nationalpark op. Sermitsiaq AG (19-08-2009). Geraadpleegd op<br />
http://sermitsiaq.gl/indland/article94101.ece, 30-11-2010.<br />
•Wat mag u verwachten onder sociaal-economisch? (z.d.). Geraadpleegd http://www.europrogs.be/sociaaleconomisch/wat-mag-u-verwachten-onder-sociaal-economisch,<br />
23-09-2010.<br />
•Why Greenland? (z.d.). Geraadpleegd op http://www.hudsonresources.ca/about.asp, 30-11-2010.<br />
• Beeldbronnen •<br />
•Reportage van het NOS Journaal aangaande China’s REE-winning (23-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://nos.nl/video/193347-china-wil-minder-aardmetalen-exporteren.html, 24-10-2010.<br />
• Illustratieverantwoording •<br />
Van enkele afbeeldingen is de bron niet terplekke of in de annotaties genoteerd en daarom staan die<br />
hieronder vermeld:<br />
•Afbeelding op de omslag: bron verloren gegaan en onbekend, foto uit eigen database.<br />
•Basiskaart (Kalaallit Nunaat - Groenland - Grønland): NUNAGIS. Oorspronkelijke kaart zonder<br />
gegevens behalve het landschap.<br />
•Bijna alle afbeeldingen uit mijn reisverslag zijn uit eigen werk, op enkele kaartjes en de luchtfoto van<br />
Nuuk na. De bronnen hiervan zijn onbekend.<br />
• Appendix I: Themahoofdstuk Transport •<br />
Alle bronnen die gebruikt zijn voor het schrijven van Themahoofdstuk Transport staan onder<br />
bovenstaande kopjes vermeld.<br />
• Appendix II: mijn reisverslag •<br />
De bijlage ‘Groenland’, het reisverslag van mijn reis naar Groenland in juli 2010, is bijgevoegd met de<br />
reden om de lezer van dit werkstuk een globaal idee te geven van hoe Groenland eruit ziet, voelt, in<br />
elkaar zit en om de lezer het werkstuk beter te doen begrijpen. Het is oorspronkelijk als<br />
sponsorboekje uitgegeven: mensen die mijn Groenlandreis financieel wilden steunen, kregen als<br />
dank – als wederzijdse geldstroom – mijn reisverslag. Het is dus nooit de bedoeling geweest om een<br />
wetenschappelijke tekst te schrijven waarvan alle informatie uit bronnen komt – ik ben me ervan<br />
bewust dat sommige informatie onjuist is, daar ik destijds nog maar weinig bronnen bestudeerd had.<br />
- 66 -
APPENDIX I • THEMAHOOFDSTUK TRANSPORT<br />
In dit onderwerpoverstijgende hoofdstuk wordt ingegaan op twee nieuwe verkeersaders in de<br />
wereld. Eén op mondiaal schaalniveau en één op regionaal niveau. De eerste ontwikkeling is de<br />
hernieuwde opening van de Noordwestelijke Doorvaart, de tweede ontwikkeling is de aanleg van<br />
Groenlands eerste grote weg buiten de bebouwde kom!<br />
Figuur 43. De zes zeeroutes van Rotterdam naar Sjanghai. De nummers corresponderen met de tabel<br />
‘Routes’. Een kaart van de Noordwestelijke Doorvaart zelf vindt u verderop.<br />
§1 • Noordwestelijke Doorvaart<br />
Er zijn twee routes ‘Om de Noord’. De meest bekende is die om Rusland heen, de Noordoostelijke<br />
Doorvaart (of Noordelijke zeeweg). Willem Barentsz heeft de doorgang gevonden, maar door het ijs<br />
was er geen doorkomen aan en strandde hij op Nova Zembla. Aan de andere kant van de Noordpool<br />
ligt tussen de Arctisch Canadese eilanden de Noordwestelijke Doorvaart. De toegangsroute ertoe<br />
leidt precies langs Zuidwest-Groenland.<br />
Routes<br />
Al eeuwen is men op zoek naar een snellere route van Europa naar Azië, maar tot 1906, toen Roald<br />
Amundsen erin slaagde de Noordwestelijke Doorvaart te bevaren, was dit onmogelijk. Sterker nog,<br />
tot 2006 was er geen enkel schip met commerciële doeleinden dat de poging waagde.<br />
De wereld kent een aantal routes om van Europa naar Azië te varen. In de tabel hieronder is<br />
de rechtstreekse afstand over zee tussen Rotterdam en Sjanghai gemeten aan de hand van Google<br />
Earth. De Noordwestelijke Doorvaart blijkt de op één na kortste en door gebruik te maken van de<br />
route zou de reisduur per vaart tot twaalf dagen minder kunnen zijn – met brandstofkosten van<br />
€12.000 per dag zou dat een groot economisch voordeel zijn voor rederijen.¹<br />
- 67 -
Route<br />
1 Noordwestelijke Doorvaart<br />
2 Noordoostelijke Doorvaart<br />
3 via het Suezkanaal<br />
4 via het Panamakanaal<br />
5 om Kaap de Goede Hoop<br />
6 om Kaap Hoorn<br />
Min. afstand<br />
16.000 km<br />
15.400 km<br />
20.000 km<br />
25.600 km<br />
26.000 km<br />
32.000 km<br />
Nadelen<br />
’s Winters ijsgang<br />
’s Winters ijsgang; Russische wateren<br />
Tol, piraterij (Somalië), smal kanaal<br />
Tol, beperkte afmetingen mogelijk (smal kanaal)<br />
Grote omweg<br />
Grote omweg<br />
Ontwikkelingen<br />
Pas in 2007 vond er commerciële scheepvaart plaats op de Noordwestelijke Passage. Dat is mogelijk,<br />
omdat door klimaatverandering ’s zomers de temperaturen zo hoog zijn dat het zeeijs grotendeels<br />
wegsmelt. Al sinds 1960 is de hoeveelheid zeeijs met 32% geslonken, meldt het bureau Environment<br />
Canada.² Dit geldt alleen voor de zomers: ’s winters blijven temperaturen ruim beneden het<br />
vriespunt. Bovendien zal de Noorwestelijke Doorvaart nooit helemaal ijsvrij worden: gletsjers en<br />
driftijs (zeeijs van elders dat weggedreven is, ‘oud zeeijs’) zal blijven drijven in de zeestraten. Bij<br />
grote ijsgang maar nog wel bevaarbaar water, wordt er in konvooi door de zeestraten gevaren.<br />
Strijd om de Noordpool<br />
Maar er is meer om de Noordpool te doen. Naast twee snelle zeeroutes langs Rusland en door<br />
Canada is de zeebodem er rijk aan gas en olie (tot 25% van de wereldvoorraden liggen onder de<br />
Noordelijke IJszee) en dat levert spanningen op. Rusland claimt een groot gedeelte van de<br />
Noordpool, maar ook de Verenigde Staten (Alaska), Canada, Groenland (Denemarken) en Noorwegen<br />
(Spitsbergen) zouden logischerwijs aanspraak kunnen maken op hun deel van de Noordpool.<br />
Het lijkt zo simpel: trek gewoon de lijn van de zeegrenzen van de landen door tot 90° N.B. en<br />
verdeel het neutrale land ertussen fiftyfifty. Maar geen van alle landen heeft daar oren naar. Rusland<br />
meent recht te hebben op bijna de gehele Noordpool en als provocatie heeft het in 2007 met een<br />
onderzeeër zijn driekleur geplant pal op het as van de aarde.<br />
Volgens de VN mag een land aanspraak maken op zeeterritoria als men kan bewijzen dat de<br />
zeebodem van het gebied een deel is van de eigen aardplaten waarop het land ligt en dat probeerde<br />
Rusland met de vlaggenplant te bewijzen. Voor Canada en de V.S. ligt het moeilijker: beide landen<br />
liggen op de Noord-Amerikaanse plaat. De kaarsrechte grens van Alaska met Canada knikt aan de<br />
Noordelijke IJszee onmiddellijk af richting Canada, aldus de V.S., waardoor beide zeeterritoria elkaar<br />
overlappen. 3<br />
Ook Canada heeft inmiddels haar subarctische wateren geclaimd, tot ongenoegen van de<br />
Verenigde Staten. Hoewel de zeestraten die de Noordwestelijke Doorvaart vormen volgens het VNzeerechtsverdrag<br />
ruim binnen de Exclusieve Economische Zone van 200 zeemijl vallen, menen de V.S.<br />
dat Canada geen aanspraak mag maken op de wateren en dat het internationaal vaarwater is. De<br />
kwestie is van belang omdat dit verdrag stelt dat Canada het recht heeft tol te heffen op<br />
(buitenlandse) schepen die gebruik maken van de Doorvaart.<br />
Ook Groenland is met Canada in discussie. Een piepklein eilandje (Hans Ø, nog geen 1,2 km in<br />
doorsnede) in de Straat van Nares is betwist gebied en wordt door beide staten opgeëist. Als een van<br />
beide landen zwicht, krijgt het andere land een smalle strook meer oppervlakte van de Noordpool –<br />
ten minste, als we de grenzen ‘eerlijk’ vastleggen. Een smalle strook oppervlak betekent misschien<br />
wel een paar miljoen vaten olie en ook niet geheel onbelangrijk: de grenzenvaststelling bepaalt ook<br />
wie waar de visrechten heeft!<br />
Impact Groenland<br />
Als Canada en de V.S. met Rusland in conflict raken over de grenzen en olievoorraden van Arctica, zal<br />
waarschijnlijk een groot gedeelte van het West-Europese vaarverkeer via de Noordwestelijke<br />
Doorvaart varen om zo Rusland te mijden – en misschien gooit Rusland ook zelf zijn wateren wel<br />
dicht. Dat zou resulteren in intensief scheepvaartverkeer voor de kust langs Zuid- en West-<br />
Groenland. Voor bedrijven ligt Groenland dan opeens goed in de wereld: halverwege de fabrikant<br />
- 68 -
(China) en afnemer (V.S. en Europa) ligt het land dat veel bodemrijkdommen bezit. Ook voor ander<br />
scheepvaartverkeer, dat zijn stoffen niet op Groenland wint, ligt Groenland gunstig op de route<br />
(geografische ligging!). Zuid- en West-Groenlandse steden floreren zo door langsvarende schepen die<br />
er bijtanken, stormen uitzitten of pauzeren. Als gevolg zou er een enorme economische impuls<br />
komen bovenop de huidige nieuwe (mijnbouw)projecten!<br />
In geval van een Tweede Koude Oorlog tussen de V.S., Canada en Rusland zou Groenland aan<br />
de frontlinie komen te staan. De Amerikanen bezitten nog steeds in Noord-Groenland een<br />
luchtmachtbasis (Thule Air Base), om Rusland (en Oost-Canada) onder controle te kunnen houden.<br />
Voor Groenland zou dit een betere relatie met de westersgezinden kunnen betekenen.<br />
Natuurlijk brengt het groeiende scheepvaartverkeer nieuwe problemen met zich mee. De<br />
omgeving is zeer kwetsbaar en bij bijvoorbeeld olierampen kan de natuur zich veel minder snel<br />
herstellen dan in warmere gebieden. Ook de Arctische fauna kan slecht tegen een stootje. Eén<br />
olieramp kan een gebied geheel levenloos maken, zoals gebeurd is met de olietanker Exxon Valdez<br />
nabij Alaska. Voor Groenland betekent een olieramp de teloorgang van de diversiteit aan flora en<br />
fauna en dus het verlies van een grote banensector (visserij).<br />
Annotaties<br />
¹ Schultz-lorentzen, C. (2009). Desirable sea route close to becoming reality. Suluk. Geraadpleegd op<br />
http://www.airgreenland.com/files/pdf/suluk/090301_Suluk_2009_No_2.pdf, 31-10-2010. (p25)<br />
² Iceless Northwest Passage greets Finnish sailors. Sikunews (27-10-2010). Geraadpleegd op<br />
http://www.sikunews.com/News/Finland/Iceless-Northwest-Passage-greets-Finnish-sailors-8156, 16-11-2010.<br />
3 Arctic map shows territory claims (06-08-2008). Environmentalresearchweb. Geraadpleegd op<br />
http://environmentalresearchweb.org/cws/article/news/35330, 16-11-2010.<br />
§2 • Weg Sisimiut-Kangerlussuaq<br />
Het is al eerder aan de orde geweest: het fabeltje dat Groenland geen wegen buiten de bebouwde<br />
kom heeft. Onzin! Tussen Ivittuut en Grønnedal en nabij Arsuk ligt bijna vijf kilometer weg (en een<br />
motel!) en rond Kangerlussuaq ligt bijna honderd kilometer aan puinwegen – alleen leiden die van<br />
niets naar nergens. De eerste serieuze weg buiten de bebouwde kom bestaat nog niet, maar er<br />
liggen plannen op de tekentafel.<br />
Tracé<br />
Kangerlussuaq is qua ligging op Groenland uniek: het is de enige nederzetting die zich in het<br />
binnenland bevindt, aan het uiteinde/begin van een fjord, dichtbij het Inlandijs. Alle andere plaatsen<br />
volgen de rand van de open zee en bevinden zich langs de Groenlandse westkust op een noordzuidbasis.<br />
En dat terwijl alle fjorden en meren ‘horizontaal’ op een oostwestbasis liggen. Omdat<br />
Kangerlussuaq ongeveer op dezelfde breedte ligt als Sisimiut en de plaatsen als enige parallel lopen<br />
aan de fjorden, heeft de gemeente nu plannen om een goede, onverharde weg aan te leggen.<br />
Deze weg is technisch goed haalbaar: het tracé wordt nu al door de prestigieuze Arctic Circle<br />
Race* bereden, een langlaufrace tussen beide plaatsen. Sledes en sneeuwscooters rijden ’s winters<br />
ook heen en weer, toeristen hiken er ’s zomers over. Het enige nadeel van een weg over de toendra<br />
is de ondergrond: in mei ontdooit de bovenste aardhorizont, in september bevriest die weer. Dit leidt<br />
tot tijdelijke onbegaanbaarheid. ’s Winters moet de weg van dikke pakken sneeuw ontdaan worden,<br />
maar met de juiste zorg zijn wegen in de Arctis meestal berijdbaar, desnoods in konvooien, zoals in<br />
Finnmark (Noorwegen) het geval is.<br />
De afstand tussen Kangerlussuaq en Sisimiut bedraagt 128 km hemelsbreed, het geplande<br />
tracé 170 km. Doordat de Amerikanen in de Koude Oorlog een groot wegennet van niets naar<br />
nergens hebben aangelegd, ligt al zo’n 15 km rijklaar! En er hoeft maar één rivier overbrugd te<br />
worden over de gehele route, verder zijn voorden (ondiepe, doorwaadbare plaatsen in beekjes)<br />
toereikend.<br />
- 69 -
Noodzaak<br />
De gemeente Qeqqata noemt op haar website een aantal redenen om deze weg te bouwen¹:<br />
De weg zal een grote impuls geven voor Kangerlussuaq en Sisimiut. Luchtvracht kan in<br />
Kangerlussuaq aankomen en per vrachtwagen verder vervoerd worden. Deze verbetering va<br />
de infrastructuur is zodoende erg kostenbesparend;<br />
Voor mijnbouwbedrijven komt veel voorheen onbereikbaar terrein binnen handbereik. Zo<br />
kunnen bauxiet en bakstenen gemakkelijk gewonnen worden;<br />
Ook kunnen bedrijven daadwerkelijk gebruikmaken van de haven van Sisimiut en kunnen ze<br />
kosten besparen op de aanleg van een eigen haven dieper in het binnenland;<br />
Met de Noordwestelijke Doorvaart ligt Sisimiut ook nog eens gunstig aan de<br />
scheepvaartroutes. Een weg zou goede reclame zijn voor bedrijven om zich in de regio te<br />
vestigen;<br />
De primaire sector kan ook meeprofiteren: meren worden bereikbaar en dus geschikt voor<br />
zoetwatervisserij; muskusos- en rendierkuddes kunnen vrijelijk rondlopen en door<br />
vrachtwagens naar slachthuizen gereden worden (efficiënte extensieve veeteelt);<br />
Er bestaan plannen om de luchthavens van Ilulissat en Nuuk uit te breiden, waardoor<br />
Kangerlussuaq een overbodige luchthaven wordt. Om de plaats na de sluiting van de<br />
luchthaven toch bereikbaar te houden voor o.a. toeristen – Kangerlussuaq is goed<br />
georganiseerd wat betreft het toerisme – is een wegverbinding essentieel.<br />
Grote goederen moeten per schip naar Kangerlussuaq gevaren worden. ’s Winters vriest de<br />
fjord dicht en is de plaats onbereikbaar over water, terwijl in Sisimiut een prima haven ligt;<br />
Het dorp Sarfannguit, dat langs de route ligt, zal ook kunnen profiteren van de weg. De<br />
vergrijzing van het dorp kan teruggedrongen worden en verzorgende activiteiten zullen<br />
opkomen (tankstations e.d.);<br />
De weg zal een impuls geven aan het toerisme;<br />
De aanleg van stroomleidingen tussen waterkrachtcentrales en nederzettingen zal veel<br />
gemakkelijker en goedkoper zijn;<br />
Vervoer over weg zou minder CO2-uitstoot betekenen. Hier denk ik anders over: nu vliegen<br />
tussen Kangerlussuaq en Sisimiut twee tot drie Dash 7’s per dag, met een capaciteit van ca.<br />
vijftig passagiers. Vervoer over de weg is daarentegen niet gelimiteerd tot een maximum<br />
passagiers en er zal veel meer verkeer op gang komen dan nu. Auto’s zijn relatief wel zuiniger<br />
dan sneeuwscooters.<br />
Verder schrijft de gemeente op haar website dat de weg door dit alles economisch haalbaar is; al in<br />
de jaren ’60 zou de aanleg ervan geloond hebben! Voor een economie als Groenland zijn de<br />
geraamde kosten, tussen de 33,4 en 65,5 miljoen euro, niet zo gemakkelijk op te hoesten en dus blijft<br />
het toch een risicovol project.<br />
Bezwaren<br />
De eerste highway van Groenland, met welgeteld één afslag naar Sarfannguit, heeft ook enkele<br />
bezwaren. Natuurlijk legt de weg een hoop natuur bloot die voorheen onbereikbaar was, wat<br />
onherroepelijk tot beschadiging zal leiden: afval in de bermen, wellicht nieuwe nederzettingen met<br />
tankstations of mijnen en dus ook veel vervuiling. Daarentegen is er op Groenland maar één gebied<br />
dat door een weg doorkruist kan worden (waar dat zinvol is) en gezien Groenlands grootte gaat er<br />
(relatief) maar een klein gebied ‘verloren’.<br />
De gevolgen van vervuiling strekken echter zonder voorzorgsmaatregelen verder. Zware<br />
metalen kunnen in het grondwater terechtkomen, dat via beekjes in zee stroomt, waar het de vis<br />
vergiftigt. Vogelpopulaties slinken als ze plastic binnenkrijgen en sterven. De biodiversiteit en<br />
ecologische structuren als voedselketens zullen verstoord worden.<br />
- 70 -
Bouw<br />
De plannen liggen nog op de tekentafel, maar in een donker kamertje dat gesloten blijft tot de<br />
recessie voorbij is. In 2002 begon men met het plan, in 2006 is een ontwerpbureau aangesteld. Anno<br />
2010 ligt er nog geen enkel stuk wegdek. Sinds de enorme groei van de visserijsector in de jaren<br />
2004-2006 is de gemeente voorlopig meer bezig met de uitbreiding van de haven en<br />
industrieterreinen van Sisimiut, waarbij ruimte overgehouden wordt voor een olieterminal…²<br />
Annotaties<br />
¹ The road (z.d.). Geraadpleegd op http://www.sisimiut.gl/Business/The-road.aspx, 28-11-2010.<br />
² Harbour Development (z.d.). Geraadpleegd op http://www.sisimiut.gl/Business/Business-development/Harbourdevelopment.aspx,<br />
28-10-2010.<br />
*= de Arctic Circle Race is een van ’s wereld grootste meerdaagse ski- en langlaufraces en volgt de route van de Arctic Circle<br />
Trail, die ongeveer het beoogde tracé van de nieuwe weg volgt.<br />
Figuur 45 Een detailkaart van een stuk van de Arctic Circle Trail, met als inzetjes foto’s van de enige<br />
(voetgangers)brug op de route, om een idee van het reliëf van de regio te geven. Bron: Sisimiut Kommunea.<br />
Figuur 44 (volgende pagina). Een kaart van de ‘westelijke helft van het Noordpoolgebied’. De groene lijn in de kaart<br />
moet globaal de route van de Noordwestelijke Doorvaart voorstellen. De route – Engels: Northwest Passage – volgt een<br />
stel zeestraten, waarvan de belangrijkste de Lancaster Sound is. De noordpijl ontbreekt als vanzelfsprekend: zowel de<br />
richting van het geografische als magnetische noorden is variabel al naar gelang de locatie. Bron: ANWB Wereldatlas.<br />
- 71 -
- 72 -
APPENDIX II • MIJN REISVERSLAG<br />
- 73 -
- 74 -