Binnenmilieu & Gezondheid op School - Medisch Milieukundigen

Binnenmilieu & Gezondheid op School - Medisch Milieukundigen Binnenmilieu & Gezondheid op School - Medisch Milieukundigen

11.09.2013 Views

BINNENMILIEU & GEZONDHEID OP SCHOOL • de duur van de blootstelling; • de gevoeligheid van de persoon. Aangezien kinderen tijdens het schooljaar een groot deel van hun tijd op school doorbrengen, kan de blootstelling aan eventuele vervuilende stoffen aanwezig in de school groot zijn. Bovendien zijn kinderen gevoeliger voor polluenten uit de omgeving dan volwassenen. Kinderen nemen in verhouding tot hun lichaamsgewicht grotere luchtvolumes in, hun immuniteitssysteem is nog niet volgroeid en heel wat energie van het lichaam wordt gebruikt om te groeien (HEATH EN MENDELL, 2002). In een schoolomgeving dient bovendien rekening gehouden te worden met het steeds toenemend aantal kinderen die extra gevoelig zijn voor een slechtere kwaliteit van het binnenmilieu, bijvoorbeeld kinderen die aan astma lijden (BAYER ET AL., 2000). De effecten van een slechte kwaliteit van het binnenmilieu in scholen zijn tweeërlei: enerzijds is er een effect op de fysieke gezondheid en anderzijds op het welbevinden, prestatievermogen en ziekteverzuim. 2.1. Fysieke gezondheidseffecten 2.1.1. Fysieke gezondheidseffecten van een slechte luchtkwaliteit Een slechte kwaliteit van de binnenlucht kan niet enkel hinderlijk, maar ook schadelijk zijn voor de gezondheid (VAN DOORN EN WOUTERS, 2004; MUYLDERMANS EN SARENS, 2004, POTTING ET AL., 1989). Uit onderzoek blijkt dat volgende symptomen kunnen ontstaan door een slechte kwaliteit van het binnenmilieu: • allergieën; • verergering van astmaklachten; • hoofdpijn; • huidirritaties; 16

• luchtweginfecties; • irritaties van de slijmvliezen van ogen, neus en keel; • geurhinder; • sick building syndrome (SBS). In scholen is de overdracht van bio-aërosol (= door de lucht zwevende kleine druppeltjes met bacteriën en virussen) tussen leerlingen een belangrijk fenomeen. Bioaërosol komt in de lucht door hoesten en niezen en kunnen infecties overdragen. Dit risico is versterkt aanwezig als er veel mensen bij elkaar zijn. Een klaslokaal vormt daarom een groter risico. Daar komt bij dat kinderen extra gevoelig zijn. Een kind met griep of verkoudheid kan in korte tijd een groot aantal leerlingen in zijn klas besmetten. Een goede ventilatie, vooral in de herfst- en winterperiode wanneer veel mensen verkouden zijn, is een goed middel om de concentratie van bio-aërosol, en dus het infectierisico, te beperken. In het algemeen neemt bij een hoeveelheid ventilatie van minder dan 7 liter per seconde per persoon (l/s p.p.) het infectierisico toe, bij een hoeveelheid ventilatie tussen de 7 en 20 l/s p.p. neemt het infectierisico af en is er bij een hoeveelheid ventilatie hoger dan 20 l/s p.p. geen correlatie meer met het infectierisico. 2.1.2. Fysieke gezondheidseffecten van een slecht thermisch comfort Deel I - Literatuurstudie Hierbij kan onderscheid gemaakt worden tussen effecten ten gevolge van een niet optimale temperatuur en effecten ten gevolge van een niet optimale relatieve vochtigheid. Effecten ten gevolge van een niet optimale temperatuur (KELDERMAN EN JONGMANS-LIEDEKER- KEN, 2000): • een te hoge of te lage temperatuur wordt als hinderlijk ervaren; • de optimum luchttemperatuur voor hersenactiviteit ligt bij 20 °C; • warmteverschillen in de tijd (dag en nacht) en de ruimte kunnen bepalend zijn voor de groei van schimmels en huisstofmijt en daardoor ook de allergeenconcentraties in de ruimte. 17

BINNENMILIEU & GEZONDHEID OP SCHOOL<br />

• de duur van de blootstelling;<br />

• de gevoeligheid van de persoon.<br />

Aangezien kinderen tijdens het schooljaar een groot deel van hun tijd <strong>op</strong> school<br />

doorbrengen, kan de blootstelling aan eventuele vervuilende stoffen aanwezig in<br />

de school groot zijn. Bovendien zijn kinderen gevoeliger voor polluenten uit de<br />

omgeving dan volwassenen. Kinderen nemen in verhouding tot hun lichaamsgewicht<br />

grotere luchtvolumes in, hun immuniteitssysteem is nog niet volgroeid<br />

en heel wat energie van het lichaam wordt gebruikt om te groeien (HEATH EN MENDELL,<br />

2002).<br />

In een schoolomgeving dient bovendien rekening gehouden te worden met het<br />

steeds toenemend aantal kinderen die extra gevoelig zijn voor een slechtere kwaliteit<br />

van het binnenmilieu, bijvoorbeeld kinderen die aan astma lijden (BAYER ET AL.,<br />

2000).<br />

De effecten van een slechte kwaliteit van het binnenmilieu in scholen zijn tweeërlei:<br />

enerzijds is er een effect <strong>op</strong> de fysieke gezondheid en anderzijds <strong>op</strong> het welbevinden,<br />

prestatievermogen en ziekteverzuim.<br />

2.1. Fysieke gezondheidseffecten<br />

2.1.1. Fysieke gezondheidseffecten van een slechte luchtkwaliteit<br />

Een slechte kwaliteit van de binnenlucht kan niet enkel hinderlijk, maar ook schadelijk<br />

zijn voor de gezondheid (VAN DOORN EN WOUTERS, 2004; MUYLDERMANS EN SARENS, 2004, POTTING<br />

ET AL., 1989).<br />

Uit onderzoek blijkt dat volgende symptomen kunnen ontstaan door een slechte<br />

kwaliteit van het binnenmilieu:<br />

• allergieën;<br />

• verergering van astmaklachten;<br />

• hoofdpijn;<br />

• huidirritaties;<br />

16

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!