DRAAIBOEK VARKENSPEST - Veiligheidsregio IJsselland
DRAAIBOEK VARKENSPEST - Veiligheidsregio IJsselland
DRAAIBOEK VARKENSPEST - Veiligheidsregio IJsselland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
05.<br />
Brandweer:<br />
draaiboek aviaire influenza
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 1 van 29<br />
<strong>DRAAIBOEK</strong> Vogelgriep<br />
Versie 1.0 februari 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 2 van 29<br />
Inhoudsopgave<br />
Inleiding blz. 1<br />
Leeswijzer blz. 2<br />
1. Coördinerende bepalingen blz. 3<br />
1.1 Opdracht brandweer blz. 4<br />
1.2 Coördinatieniveaus en overlegstructuren blz. 4<br />
1.3 Uitgangspunten voor gecoördineerd optreden blz. 4<br />
1.4 Operationele bepalingen brandweer blz. 4<br />
1.5 Taken alarmcentrale brandweer blz. 4<br />
1.6 Taken bevelvoerder brandweer blz. 5<br />
1.7 Taken OvD brandweer blz. 5<br />
1.8 Taken AGS blz. 5<br />
1.9 Taken HOvD blz. 5<br />
2. Operationele procedure vogelgriep blz. 6<br />
2.1 Scenario’s blz. 6<br />
2.2 Persoonlijke bescherming blz. 6<br />
3. Ontsmetting blz. 8<br />
3.1 Ontsmetting eigen personeel blz. 8<br />
3.2 Ontsmetten overige hulpdiensten blz. 10<br />
Bijlage 1. Checklist centralist melding verdacht of besmet bedrijf/object blz. 11<br />
Bijlage 2. Checklist centralist melding vinding dode vogels blz. 12<br />
Bijlage 3. Checklist centralist ontsmetting personeel / materieel andere<br />
hulpdiensten blz. 13<br />
Bijlage 4. Checklist bevelvoerder blz. 14<br />
Bijlage 5. Checklist OvD blz. 15<br />
Bijlage 6. Checklist AGS blz. 16<br />
Bijlage 7. Checklist HOvD blz. 17<br />
Bijlage 8. Checklist ondersteuningsploeg ontsmetting / bevelvoerder<br />
tankautospuit ontsmetting blz. 18<br />
Bijlage 9. Nazorg eigen personeel blz. 19<br />
Bijlage 10. Registratieformulier brandweerpersoneel blz. 20<br />
Bijlage 11. Registratieformulier brandweerpersoneel blz. 21<br />
Bijlage 12. Checklist ontsmetten voertuigen overige hulpdiensten blz. 22<br />
Bijlage 13. Contactpersonen en telefoonnummers blz. 23<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 1 van 29<br />
Inleiding<br />
Inzet van brandweer ten tijde van een uitbraak van vogelgriep kan onder<br />
omstandigheden anders zijn dan het reguliere optreden. Dit draaiboek gaat nader in<br />
op het operationele brandweeroptreden bij incidenten op verdachte of besmette<br />
locaties/bedrijven in de door LNV ingestelde zone van 10 kilometer. Deze zone is van<br />
toepassing na vaststelling van een geval van vogelgriep. Het draaiboek geeft verder<br />
informatie over de persoonlijke bescherming van brandweerpersoneel. Ook gaat dit<br />
draaiboek nader in op de ontsmetting van personeel en materieel van brandweer<br />
maar ook van andere hulpdiensten.<br />
Het draaiboek is van kracht tijdens een uitbraak van vogelgriep in de regio IJssel-<br />
Vecht. Tevens wordt gewerkt volgens dit draaiboek wanneer pluimveebedrijven of<br />
vogelgriepgevoelige locaties in de regio als verdacht worden aangemerkt.<br />
Formeel wordt dit draaiboek van kracht verklaart door het Regionaal Operationeel<br />
Team.<br />
Dit draaiboek is gebaseerd op het multidisciplinair inzetprotocol ‘besmettelijke<br />
dierziekten’. Dit document mag als brondocument worden gezien.
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 2 van 29<br />
Leeswijzer<br />
Dit draaiboek geeft informatie over het optreden van de brandweer bij een vogelgriep<br />
uitbraak. Het gaat om het optreden op verdachte of besmette bedrijven en objecten.<br />
Daarnaast is het van toepassing op situaties waarin sprake is van besmettingsrisico<br />
van vogelgriep.<br />
Hoofdstuk 1 behandelt de coördinerende bepalingen en gaat in op specifieke<br />
bepalingen voor de brandweer. Daarnaast wordt de taak van de diverse<br />
functionarissen omschreven. In hoofdstuk 2 worden een aantal scenario’s behandeld<br />
waar de brandweer in het operationele optreden mee te maken krijgt. Tevens is per<br />
situatie omschreven welke beschermingsgraad van toepassing is. Hoofdstuk 3<br />
tenslotte behandelt de ontsmetting die nodig is na optreden op verdacht of besmet<br />
terrein.<br />
Het draaiboek kent een groot aantal bijlagen. Het gaat grotendeels om checklisten<br />
voor de diverse functionarissen. Daarnaast is een registratielijst en een aantal<br />
instructies bijgevoegd. Ook vindt u een bijlage met belangrijke telefoonnummers en<br />
adressen. Bij een aantal bijlagen staat een apart versienummer genoemd. Het gaat<br />
om instructies die nog aan verandering onderhevig zijn. Wanneer wijzigingen<br />
optreden wordt u daar vanzelfsprekend van op de hoogte gesteld.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 3 van 29<br />
1. Coördinerende bepalingen<br />
1.1 Opdracht brandweer<br />
Realiseer een gecoördineerde inzet van eenheden van diensten en organisaties van<br />
verschillende disciplines gericht op:<br />
- een snelle redding van slachtoffers;<br />
- beperking en bestrijding van de gevolgen van een incident op of nabij een<br />
(mogelijk) besmet pluimvee bedrijf<br />
- de daadwerkelijke bestrijding van het voorval, zowel bij de bron als in het<br />
effectgebied;<br />
- voorkoming van verspreiding van de vogelgriep<br />
- voorkoming van besmetting van hulpverleners en slachtoffers met de<br />
vogelgriep<br />
1.2 Coördinatieniveaus en overlegstructuren<br />
Binnen het Rampenplan IJssel-Vecht is de coördinatie en het overleg opgedeeld in 4<br />
niveaus (GRIP). Binnen dit draaiboek vogelgriep zijn dezelfde niveaus van<br />
toepassing en wordt gewerkt volgens de geldende GRIP-procedure.<br />
1.3 Uitgangspunten voor gecoördineerd optreden<br />
In deze paragraaf worden de uitgangspunten voor een gecoördineerd optreden,<br />
zoals deze in samenspraak met de betrokken hulpverleningsdiensten zijn<br />
overeengekomen, weergegeven.<br />
1. De brandweer coördineert het gezamenlijke optreden, tenzij de aard van het<br />
incident een dusdanig karakter heeft, dat in overleg wordt besloten een andere<br />
dienst het optreden te laten coördineren.<br />
2. Alle meldkamers dragen zorg voor de coördinatie en afstemming met de<br />
meldkamers van de overige betrokken diensten, ter uitwisseling van informatie<br />
over incidentlocaties, verkeerssituaties, blokkades, bereikbaarheid<br />
incidentlocaties, alternatieve rijroutes, etc.<br />
3. Bij incidenten op (mogelijk) besmette bedrijven en andere incidenten waarbij<br />
(mogelijk) besmette dieren/goederen zijn betrokken wordt altijd de AID<br />
geïnformeerd<br />
4 Bij een melding vanaf een (mogelijk) besmette locatie alarmeert de RAC<br />
brandweer volgens normale procedure. Extra wordt altijd de cluster-OvD en<br />
AGS en korps met ontsmettingsmiddelen gealarmeerd. Tevens wordt de politie<br />
op de hoogte gesteld. Op verzoek van de leidinggevende kan verder worden<br />
gealarmeerd volgens de procedures: OGS1, OGS 2 en/of OGS 3.<br />
5 Bij het instellen van een COPI, OT, BT, RBT kan een vertegenwoordiger van de<br />
AID hiervan deel uitmaken.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 4 van 29<br />
1.4 Operationele bepalingen brandweer<br />
- Pluimveehouders/vogelhouders die deel uitmaken van een brandweerkorps<br />
mogen tot nader order zolang besmettingsgevaar bestaat niet mee uitrukken<br />
naar incidenten waarbij pluimvee is betrokken<br />
- Indien geen spoedeisend optreden is vereist, moeten voertuigen buiten het<br />
bedrijfsterrein worden opgesteld<br />
- Bij incidenten op mogelijk getroffen bedrijven bepaalt de aangetroffen situatie<br />
de opstelling van eenheden en prioriteit van werkzaamheden.<br />
- Op (mogelijk) besmette bedrijven wordt opgetreden volgens de OGS procedures.<br />
- Er is een verbod op het verlaten van verdachte en getroffen bedrijven zonder<br />
voorafgaande correct uitgevoerde ontsmetting.<br />
- Bij noodzaak van achterlating van materieel of persoonlijke uitrusting voor<br />
ontsmetting wordt naar mogelijkheid door de regio in vervanging voorzien<br />
- Al het op een (mogelijk) besmette locatie/object ingezette personeel wordt<br />
geregistreerd<br />
- Er wordt zoveel mogelijk organiek (aantal voertuigen en personele bezetting<br />
voertuigen) uitgerukt naar (mogelijk) besmette locatie. Dit om verdere<br />
besmetting en verspreiding van de vogelgriep te voorkomen<br />
- Hoe meer materieel en personeel des te groter de kans op besmetting en<br />
verspreiding !<br />
- Na een inzet op een vogelgriep besmet bedrijf vormt het ingezette<br />
personeel (inzet in verdacht of besmet gebied) gedurende 72 uur een<br />
potentiële besmettingsbron. Dit personeel kan in die periode niet worden<br />
ingezet op een ander vogelpest gevoelige, verdachte of besmette locatie.<br />
Dit geldt ook voor daarmee samenhangende bedrijven, zoals toeleverende<br />
bedrijven.<br />
1.5 Taken Alarmcentrale brandweer<br />
Bij elke melding uit verdacht of besmet gebied vraagt de centralist of er pluimvee<br />
betrokken is bij het incident. Wanneer dit het geval is geeft hij dit bij het uitrukken van<br />
het voertuig door aan de bevelvoerder. Daarnaast alarmeert de centralist de cluster-<br />
OvD, AGS en een eenheid met ontsmettingmiddelen. Ook wordt in een dergelijk<br />
geval de AID geïnformeerd.<br />
Bij de melding van een (vrachtauto)ongeval dient de centralist er bedacht op te zijn<br />
dat het mogelijk een (illegaal) pluimveetransport betreft. Ook een lege<br />
pluimveewagen kan een besmettingsbron vormen.<br />
Overigens kan in een stadium van verhoogde waakzaamheid iedere vogelgriep<br />
gevoelige locatie als risicofactor worden beschouwd. Wanneer dit het geval is dient<br />
dus na elke inzet op een vogelgriep gevoelige locatie ontsmetting plaats te vinden.<br />
Dit geldt dus niet alleen voor verdachte of besmette locaties en objecten.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 5 van 29<br />
Taak van de alarmcentrale is verder het bewaken van de restdekking.<br />
Zie verder Bijlage 1. Checklist Centralist<br />
1.6 Taken bevelvoerder brandweer<br />
De bevelvoerder is verantwoordelijk voor het plaatsen van een opstellijn om de grens<br />
tussen ‘schoon’ en ‘besmet’ gebied aan te geven. Wanneer hij constateert dat er<br />
sprake is van optreden op een verdacht of besmet terrein/object geeft de<br />
bevelvoerder dit door aan de alarmcentrale. Daarnaast is de bevelvoerder<br />
verantwoordelijk voor de registratie van zijn personeel dat bij de inzet betrokken is.<br />
Zie verder Bijlage 4. Checklist Bevelvoerder<br />
1.7 Taken OvD brandweer<br />
De OvD is verantwoordelijk voor algemene leiding van het brandweeroptreden.<br />
Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de controle op de registratie van het<br />
brandweerpersoneel. Ook heeft de OvD een rol in het signaleren van<br />
dekkingsproblemen in het kader van de 72-uursregeling (zie Operationele bepalingen<br />
brandweer)<br />
Zie verder Bijlage 5. Checklist OvD<br />
1.8 Taken AGS<br />
De AGS heeft de leiding over de ontsmetting. Daarnaast adviseert hij de OvD, HOvD<br />
en eventueel het COPI.<br />
Zie verder Bijlage 6. Checklist AGS<br />
1.9 Taken HOvD<br />
De HOvD bekleedt de functie van leider COPI. Dit tenzij de aard van het incident een<br />
dusdanig karakter heeft, dat in overleg wordt besloten een andere dienst het<br />
optreden te laten coördineren.<br />
Zie verder Bijlage 7. Checklist HOvD<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 6 van 29<br />
2. Operationele procedure vogelgriep<br />
2.1 Scenario’s<br />
Concreet betreft het een drietal mogelijke scenario’s waarbij de brandweer bij een<br />
bedrijf of transportongeval moet optreden, terwijl er sprake is of kan zijn van een<br />
besmettingsrisico voor vogelgriep. Het gaat om optreden in de 10 kilometerzone van<br />
LNV.<br />
1. Hulpverleningen op boerenbedrijven, zoals koe in de grup, assistentie<br />
ambulance, wateroverlast<br />
Wanneer sprake is van een hulpverlening op een verdacht of besmet bedrijf dat enig<br />
uitstel kan gedogen rijden de voertuigen niet het erf op maar worden buiten het<br />
bedrijf opgesteld.<br />
Het optreden in besmet gebied gebeurt in uitruktenue met gebruik van<br />
ademlucht. Indien de aard van de hulpverlening het toelaat kan overwogen<br />
worden wegwerpoveralls, een mondkapje (type FFP 2), handschoenen<br />
(wegwerp of rubber chemicaliënhandschoenen) en schoenbeschermhoesjes te<br />
dragen tijdens de inzet. Uitrukkleding en ademluchtapparatuur hoeven dan niet<br />
ontsmet te worden.<br />
De eerst aankomende bevelvoerder en zijn aanvalsploeg gaan op verkenning naar<br />
het bedrijf. Er wordt een opstellijn vastgesteld en gemarkeerd om onderscheid te<br />
maken tussen (voor de brandweer) schoon en besmet gebied. Benodigde materialen<br />
worden van de voertuigen gehaald. Voorkomen moet worden dat voertuigen in<br />
besmet gebied komen, tenzij dit niet anders kan. De inzet wordt gedaan door zo<br />
weinig mogelijk personeel. Personen die niet nodig zijn voor de inzet blijven bij de<br />
voertuigen in het schone gebied. Na de inzet, moet personeel en materieel ontsmet<br />
worden.<br />
2. Brand/gaslekkage op een pluimveehoudend bedrijf/woning/terrein waar<br />
pluimvee aanwezig is.<br />
Wanneer er sprake is van brand gaat tenminste de tankautospuit ter plaatse en<br />
wordt zo spoedig mogelijk een opstellijn ingesteld. Indien niet noodzakelijk, dienen<br />
alle andere voertuigen en personen de opstellijn ook niet te passeren. Voor het halen<br />
van bluswater verdient het de voorkeur dat de andere voertuigen niet de opstellijn<br />
passeren (tenzij niet anders mogelijk).<br />
Het optreden in besmet gebied gebeurt in uitruktenue met gebruik van<br />
ademlucht.<br />
Voor de repressieve inzet (blussen, redden etc.) alszodanig hoeven er geen speciale<br />
maatregelen te worden genomen. Na de inzet, moet personeel en materieel ontsmet<br />
worden.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 7 van 29<br />
3. Ongeval met vrachtwagen waarin zich (dood) pluimvee bevindt.<br />
De procedure die geldt bij een ongeval met gevaarlijke stoffen is ook hier van<br />
toepassing. Dus opstellijn op tenminste 25 meter afstand. Niet meer personen in het<br />
vuile/besmette gebied dan noodzakelijk.<br />
Het optreden in besmet gebied gebeurt in uitruktenue met gebruik van<br />
ademlucht. Indien de aard van de hulpverlening het toelaat kan overwogen<br />
worden wegwerp-overals, een mondkapje (type FFP 2), handschoenen<br />
(wegwerp of rubber chemicaliënhandschoenen) en schoenbeschermhoesjes te<br />
dragen tijdens de inzet. Uitrukkleding en ademluchtapparatuur hoeven dan niet<br />
ontsmet te worden.<br />
Waarschuw de alarmcentrale dat het om een voertuig met pluimvee gaat. Uitgezocht<br />
dient te worden of de dieren wel of niet tot een risicogroep behoren. Zolang dit niet<br />
bekend is dient er van uit te worden gegaan dat de lading verdacht is. Indien er<br />
vogelgriep gevoelige dieren betrokken zijn dient de brandweer de geldende<br />
ontsmettingsregels in acht te nemen. Ook een lege pluimveetransportwagen is<br />
verdacht totdat het tegendeel is bewezen. De RAC stelt de AID en politie in kennis in<br />
verband met de mogelijke overtreding van de vervoersregels.<br />
2.2 Persoonlijke bescherming<br />
Onderstaande tabel geeft aan welke soort beschermende kleding per incident wordt<br />
vereist. Uit gegaan wordt van incidenten op verdachte en besmette locatie of met<br />
verdachte of besmette objecten. Voor de overige incidenten zijn de normale<br />
uitrukprocedures van kracht.<br />
Situatie Brand/gaslekkage Hulpverlening Ongeval Ontsmetting<br />
Beschermende<br />
kleding<br />
Uitruktenue en<br />
ademlucht<br />
Uitruktenue en<br />
ademlucht. Indien<br />
mogelijk<br />
wegwerpoverals,<br />
mondkapje,<br />
veiligheidsbril en<br />
schoenbeschermhoesjes,<br />
handschoenen<br />
(wegwerp /chem)<br />
Uitruktenue en<br />
ademlucht.<br />
Indien mogelijk<br />
wegwerpoverallsmondkapje,veiligheidsbril,schoenbeschermhoesjes,<br />
handschoenen<br />
(wegwerp/chem<br />
Wegwerpoveralls,<br />
mondkapje,<br />
veiligheidsbril,<br />
schoenbeschermhoesjes,chemicaliënhandschoenen<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 8 van 29<br />
3. Ontsmetting<br />
3.1 Ontsmetting eigen personeel<br />
Na een inzet in (mogelijk) besmet gebied of bij/in een (mogelijk) besmet object<br />
dienen personen en materieel ontsmet te worden. Ten behoeve van eenvoudige<br />
ontsmetting zijn in de regio IJssel-Vecht op 4 plaatsen (Kampen, Raalte,<br />
Steenwijkerland en Hardenberg) ontsmettingsmiddelen ondergebracht. De korpsen<br />
waar het materiaal is gestationeerd zullen assisteren bij ontsmetting. Hiertoe rukt<br />
men uit met twee personen. Zodra uit melding blijkt dat er sprake is van een optreden<br />
in de 10 kilometerzone waarbij (mogelijk) besmettingsgevaar is betrokken wordt<br />
meteen ontsmettingmateriaal ter plaatse gestuurd door de alarmcentrale. Daarnaast<br />
worden de cluster-OvD en de AGS gealarmeerd. Voor uitgebreide ontsmetting is de<br />
regionale ontsmettingssluis beschikbaar met daartoe opgeleid en geoefend<br />
personeel. Wanneer een tankautospuit op het besmet terrein is ingezet wordt een<br />
extra tankautospuit gealarmeerd om te assisteren bij de ontsmetting.<br />
Wanneer personeel en / of materieel is ingezet op een (mogelijk) besmet<br />
terrein/object moet worden ontsmet met 1 % halamid oplossing of Suma tabs. De<br />
halamid oplossing wordt ter plaatse gemaakt door het oplossen van 100 gram<br />
halamid in 10 liter water (gebruik geen grotere hoeveelheid of minder water, het<br />
middel wordt al snel sterk bijtend). Gebruiksaanwijzing Suma tabs volgt nog. Degene<br />
die de ontsmettingsoplossing maakt moet naast zijn uitrukkleding, een<br />
wegwerpoveral, een veiligheidsbril en chemicaliënhandschoenen dragen.<br />
In onderstaand overzicht staat welke ontsmetting wanneer van toepassing is.<br />
Bluspak:<br />
Goed afspoelen met water zodat kleding schoon is (geen zichtbaar vuil meer).<br />
Daarna inspuiten met ontsmettingsmiddel, in stevige plastic zakken verpakken, deze<br />
dichtbinden en zo heet mogelijk laten wassen (kijk even op het label van de kleding)<br />
en laten drogen. Het is aan te bevelen extra kleding in de tankautospuiten te leggen.<br />
De eenheid die ter ondersteuning met ontsmettingsmiddelen ter plaatse komt heeft<br />
eventueel ook reservekleding voorradig.<br />
Laarzen en helm:<br />
Eerst goed afspoelen met water zodat alles schoon is (geen zichtbaar vuil meer)<br />
daarna inspuiten met ontsmettingsmiddel, 15 minuten laten inwerken en dan goed<br />
naspoelen met water.<br />
Ademluchtapparatuur:<br />
Let op bij de ontsmetting van ademluchtapparatuur, laat de fles onder druk<br />
(afblazend) ontsmetten. Zo wordt voorkomen dat er ontsmettingsmiddel in de<br />
ademautomaat komt.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 9 van 29<br />
Wegwerpoveral, mondkapje, veiligheidsbril en schoenbeschermhoesjes:<br />
Bij het uitrekken van de kleding moet het mondkapje zo lang mogelijk opgelaten<br />
worden. Daarnaast moet worden geprobeerd de buitenkant van de kleding niet aan<br />
te raken. De kleding kan in een vuilniszak worden gedaan. Deze kan afgesloten op<br />
het bedrijf achterblijven. De veiligheidsbril kan zonodig met ontsmettingsmiddel<br />
worden ontsmet. Wanneer een schoenbeschermhoesje tijdens de inzet kapot gaat<br />
dient na afloop van de inzet ook het schoeisel te worden ontsmet.<br />
Bovenstaande geldt ook voor de ontsmettingsploeg, die kan ook na afloop kleding in<br />
een vuilniszak doen en afgesloten achterlaten.<br />
Uitkleedvolgorde:<br />
• Rits van overall openen<br />
• handschoenen<br />
• overall<br />
• handen behandelen met alcohol<br />
• bril<br />
• mondkapje<br />
Voertuigen:<br />
Afspuiten met water (geen hoge druk straal in verband met verneveling en<br />
opwerveling lucht !) zodat het voertuig niet meer zichtbaar vuil is, daarna met<br />
vernevelaar ontsmettingsmiddel overheen spuiten, even laten inwerken (10 tot 15<br />
min). Vervolgens naspoelen.!! Ook bij de zitplaatsen in de cabine de vloer waar de<br />
laarzen op staan. Extra aandacht verdienen de wielkasten en de onderzijde (in<br />
verband met achtergebleven deeltjes)<br />
Als het idee bestaat dat een voertuig niet goed is ontsmet, moet het worden gebracht<br />
bij een korps met een wasplaats met stoomcleaner voor een goede<br />
schoonmaakbeurt. Dit geldt ook voor assistentie bij ontsmetten van politieauto's of<br />
ambulances.<br />
Materiaal:<br />
Afspoelen met water en daarna behandelen met ontsmettingsmiddel, even laten<br />
inwerken (15 min) en daarna naspoelen of indien men de materialen niet direct weer<br />
nodig heeft 72 uur isoleren (luchtdicht verpakken). Niet nat te maken materiaal kan<br />
worden verpakt in afgesloten plastic zakken en dit dient 72 uur afgesloten te blijven.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 10 van 29<br />
Personeel:<br />
Het personeel dat betrokken is geweest bij inzet in (mogelijk) besmet gebied<br />
en/ontsmetting dient tijdens de ontsmetting de handen te behandelen met<br />
desinfecterende alcohol.<br />
NB: Na een inzet op een vogelgriep besmet bedrijf vormt het ingezette<br />
personeel (inzet in verdacht of besmet gebied) gedurende 72 uur een potentiële<br />
besmettingsbron. Dit personeel kan in die periode niet worden ingezet op een<br />
ander vogelpest gevoelige, verdachte of besmette locatie. Dit geldt ook voor<br />
daarmee samenhangende bedrijven, zoals toeleverende bedrijven.<br />
3.2 Ontsmetten overige hulpdiensten<br />
De brandweer kan om assistentie worden gevraagd bij de ontsmetting van<br />
personen/voertuigen van andere hulpverleningsdiensten. Wanneer dit verzoek bij de<br />
RAC binnenkomt zal een tankautospuit volgens KVT worden gealarmeerd.<br />
Daarnaast wordt de dichtstbijzijnde post (Kampen, Steenwijkerland, Raalte en<br />
Hardenberg) met ontsmettingsmateriaal gealarmeerd. Deze eenheid rukt met 2<br />
personen uit ter assistentie van de tankautospuit.<br />
Als het idee bestaat dat een voertuig niet goed is ontsmet, moet het worden gebracht<br />
bij een korps met een wasplaats met stoomcleaner voor een goede<br />
schoonmaakbeurt.<br />
Zie verder Bijlage 10. Checklist ontsmetten voertuigen overige hulpdiensten<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 11 van 29<br />
Bijlage 1. Checklist centralist melding verdacht of besmet bedrijf/object<br />
Situatie<br />
Er komt een melding binnen vanaf een (mogelijk) besmette locatie uit de 10<br />
kilometerzone.<br />
Actie<br />
- Vraag of er pluimvee aanwezig is<br />
Onder pluimvee wordt verstaan: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden,<br />
ganzen, kwartels, duiven, fazanten, pauwen, patrijzen, loopvogels<br />
(struisvogels, emoes en nandoes), zwanen en reigers. Het maakt hierbij niet uit of<br />
de dieren bedrijfsmatig of voor de hobby worden gehouden.<br />
- Wanneer pluimvee aanwezig is (of is geweest bijv. geruimde stal o.i.d.) of er<br />
sprake is van een (mogelijk) besmette situatie geef dit door aan de<br />
bevelvoerder<br />
- Alarmeer OvD, AGS en het dichtstbijzijnde korps waar ontsmettingmateriaal<br />
aanwezig is<br />
- Stel de ander hulpverleningsdiensten op de hoogte<br />
- Stel de AID in kennis<br />
- Stel de OvD, AGS, ontsmettingsondersteuning en andere hulpdiensten op de<br />
hoogte van de plaats van de opstellijn<br />
- Alarmeer op verzoek een extra tankautospuit ten behoeve van ontsmetting<br />
- Bewaak de restdekking van het gebied. Immers de eerste eenheid is niet meer<br />
inzetbaar in verband met ontsmetting.<br />
Aandachtspunten<br />
- Er kan van de andere hulpdiensten een aanvraag voor assistentie bij<br />
ontsmetting van voertuigen en/of personeel. Alarmeer dan een tankautospuit<br />
volgens KVT, de cluster-OvD, AGS en dichtstbijzijnde korps waar<br />
ontsmettingmateriaal aanwezig is.<br />
- Ook bij de melding van een (vrachtauto)ongeval dient de centralist er bedacht<br />
op te zijn dat het mogelijk een (illegaal) pluimveetransport betreft. Ook een<br />
lege pluimveewagen kan een besmettingsbron vormen.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 12 van 29<br />
Bijlage 2. Checklist centralist melding vinding dode vogels<br />
Situatie<br />
U krijgt een melding van de vinding van dode vogels<br />
Acties<br />
- Noteer naam en adres melder<br />
- Noteer of er contact met de dode dieren is geweest<br />
- Wanneer het een melding betreft van:<br />
• een dode zwaan, reiger of andere grote watervogel,<br />
• 1 dode eend, gans, meeuw of roofvogel<br />
• 20 of meer andere dode vogels<br />
Waarschuwt u direct de AID 045-5466230<br />
- Informeer het CCB politie<br />
- Waarschuw de politie om de vindplaats af te zetten<br />
- Informeer de HOvD en OvD van het betreffende gebied.<br />
- Bij overige meldingen kunt u de gemeente waarschuwen om de dode dieren<br />
op te halen. Dit is nadrukkelijk geen brandweertaak !<br />
Aandachtspunten<br />
- Geef aan de melder aan dat men vooral de dieren niet moet aanraken<br />
- Maak ten behoeve van registratie een rapport aan in GMS<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 13 van 29<br />
Bijlage 3. Checklist centralist ontsmetting personeel / materieel andere<br />
hulpdiensten<br />
Situatie<br />
U ontvangt een verzoek tot assistentie van de brandweer bij de ontsmetting van<br />
personeel / materieel van een andere hulpdienst<br />
Acties<br />
- Waarschuw een tankautospuit volgens de KVT<br />
- Waarschuw het dichtstbijzijnde korps met ontsmettingmateriaal<br />
- Waarschuw de cluster-OvD van de plaats waar de ontsmetting moet<br />
plaatsvinden<br />
- Waarschuw / informeer de AGS<br />
- Licht zonodig andere diensten in<br />
Aandachtspunten<br />
- Overleg of inlichten AID / crisiscentrum nodig is<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 14 van 29<br />
Bijlage 4. Checklist bevelvoerder<br />
Situatie<br />
U rukt uit naar een (mogelijk) besmet bedrijf/gebied of ongeval waarbij risico op<br />
besmetting is.<br />
Acties<br />
- Informeer uw personeel over de situatie<br />
- Ruk organiek uit om het risico op besmetting en verspreiding zo klein mogelijk<br />
te houden<br />
- Bepaal bij aankomst een opstellijn om het schone en besmette gebied te<br />
markeren. Geef de plaats van de opstellijn door aan de alarmcentrale<br />
- Bepaal of u uw voertuig in besmet of schoon gebied opstelt<br />
- Zorg voor de juiste persoonlijke bescherming<br />
- Personeel wat in besmet gebied werkt kan niet zonder ontsmetting naar het<br />
schone gebied. Ook niet om iets even op te halen !!! Dit geldt ook voor alle<br />
andere hulpverleners (politie e.d.)<br />
- Laat de alarmcentrale weten of de informatie over<br />
besmettingrisico/aanwezigheid pluimvee juist is.<br />
- Wanneer personeel/materieel over de opstellijn gaat bent u niet meer<br />
uitrukgereed in verband met noodzakelijke ontsmetting. Geef dit door aan de<br />
alarmcentrale<br />
- Verricht de inzet met zo weinig mogelijk personeel en materieel. Personeel dat<br />
in verdacht of besmet gebied is geweest is 72-uur lang beperkt inzetbaar !<br />
- Wanneer uw voertuig in besmet gebied staat, laat dan een extra tankautospuit<br />
alarmeren in verband met assistentie bij de ontsmetting<br />
- In afwachting van de komst van de AGS kan in overleg met de OvD vast<br />
begonnen worden met een grondige reiniging van al het materiaal in het<br />
inzetgebied. Hierbij dient men extra attent te zijn op modder, veren en<br />
mestresten. Na deze reiniging is het materiaal nog niet ontsmet, het moet dus<br />
nog achter de opstellijn blijven!!<br />
- Registreer met behulp van het registratieformulier welke brandweermensen bij<br />
de inzet zijn betrokken en wie er in besmet gebied is geweest<br />
Aandachtspunten<br />
- Uitkleedvolgorde:<br />
• handschoenen<br />
• overal<br />
• handen behandelen met alcohol<br />
• bril<br />
• mondkapje<br />
- Ook een lege stal kan mogelijk besmet zijn<br />
- Wanneer u onverwacht pluimvee/ een verdachte/besmette situatie aantreft<br />
geeft u dit direct door aan de alarmcentrale<br />
NB. Onder pluimvee wordt verstaan: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels,<br />
duiven, fazanten, pauwen, patrijzen, loopvogels (struisvogels, emoes en nandoes), zwanen en<br />
reigers. Het maakt hierbij niet uit of de dieren bedrijfsmatig of voor de hobby worden gehouden.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 15 van 29<br />
Bijlage 5. Checklist OvD<br />
Situatie<br />
U rukt uit naar een (mogelijk) besmet bedrijf/gebied of ongeval waarbij risico op<br />
besmetting is.<br />
Acties<br />
- Maak, wanneer dit nog niet gebeurt, is een opstellijn om scheiding aan te<br />
brengen tussen schoon en (mogelijk) besmet gebied<br />
- Zorg voor een minimale inzet van mens en materieel. Personeel is na<br />
optreden in verdacht of besmet gebied 72-uur vermindert inzetbaar !<br />
- Overleg ter plaatse zonodig met de andere hulpdiensten over de situatie<br />
- Let op uw eigen bescherming !<br />
- Houd de alarmcentrale op de hoogte van de situatie<br />
- Zorg voor een bewaking van de opstellijn en voorkom ‘gemakkelijk<br />
overstappen’<br />
- Schaal zonodig op naar GRIP 1<br />
- Overleg met de AGS (eventueel telefonisch) over de uit te voeren ontsmetting<br />
- In afwachting van de komst van de AGS kan vast begonnen worden met een<br />
grondige reiniging van al het materiaal in het inzetgebied. Hierbij dient men<br />
extra attent te zijn op modder, veren en mestresten. Na deze reiniging is het<br />
materiaal nog niet ontsmet, het moet dus nog achter de opstellijn blijven!!<br />
- Meldt de alarmcentrale wanneer u zelf in besmet gebied bent geweest en niet<br />
meer uitrukgereed bent in verband met besmetting.<br />
- Verzamel na de uitruk de registratie formulieren bij de bevelvoerders. Vergeet<br />
niet uw eigen naam en naam AGS toe te voegen op registratielijst<br />
Aandachtspunten<br />
- Ook een lege stal kan mogelijk besmet zijn<br />
- Wanneer u onverwacht pluimvee/ een verdachte/besmette situatie aantreft<br />
geeft u dit direct door aan de alarmcentrale<br />
- U krijgt ondersteuning bij ontsmetting vanuit Kampen, Raalte, Steenwijkerland<br />
of Hardenberg. Daarnaast is een ‘schone’ tankautospuit nodig. Dit kan de<br />
eerste tankautospuit zijn wanneer deze niet over de opstellijn is geplaatst<br />
- Signaleer problemen met toekomstige uitrukken naar verdachte of besmette<br />
locaties in verband met de 72-uursregel vroegtijdig. Zoek in geval van<br />
problemen in overleg met HOvD en alarmcentrale een oplossing.<br />
NB. Onder pluimvee wordt verstaan: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden,<br />
ganzen, kwartels, duiven, fazanten, pauwen, patrijzen, loopvogels<br />
(struisvogels, emoes en nandoes), zwanen en reigers. Het maakt hierbij niet uit of<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 16 van 29<br />
de dieren bedrijfsmatig of voor de hobby worden gehouden.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 17 van 29<br />
Bijlage 6. Checklist AGS<br />
Situatie<br />
U rukt uit om eventuele ontsmetting te coördineren naar een (mogelijk) besmet<br />
bedrijf/gebied of ongeval waarbij risico op besmetting is.<br />
U kunt onderstaande acties initiëren in overleg met de OvD zonder zelf ter<br />
plaatse te gaan.<br />
Acties<br />
- Controleer of de ontsmettingsondersteuning (Kampen, Raalte, Steenwijkerland<br />
en Hardenberg) is gealarmeerd<br />
- Richt een ontsmettingsveld(je) in en zet alles goed af<br />
- Afhankelijk van de situatie kan er voor gekozen worden om personeel met<br />
kleding aan te ontsmetten of personeel eerst kleding uit laten trekken (alleen<br />
over- /bluskleding en laarzen), over de opstellijn stappen en vervolgens de<br />
resterende materialen ontsmetten<br />
- Alvorens met het ontsmetten zelf te beginnen dient men aandacht te besteden<br />
aan het verwijderen van organische materialen als modder, mest of bloed.<br />
- Ontsmet met 1 % halamid of Suma tabs (alleen onder deskundig toezicht!!)<br />
- Laarzen en andere materialen eerst ontdoen van alle zichtbaar vuil, daarna in<br />
emmers of bakken met ontsmettingsmiddel of met een vernevelaar. Vervolgens<br />
15 minuten laten inwerken. Daarna goed afspoelen met water. Eventueel<br />
controle met pH-papier van de AGS of de oplossing goed is verwijderd na het<br />
spoelen.<br />
- Kleding kan ontsmet worden door dit goed schoon te maken, te behandelen<br />
met ontsmettingsmiddel en vervolgens zo heet mogelijk wassen. Na het wassen<br />
de kleding laten drogen. Hierdoor wordt het virus afdoende bestreden<br />
- Het personeel wat de ontsmetting uitvoert draagt een wegwerpoveral, een<br />
mondkapje, veiligheidsbril, chemicaliën handschoenen en<br />
schoenbeschermhoesjes<br />
- Zorg dat u geregistreerd wordt op de registratieformulieren<br />
Aandachtspunten<br />
- Uitkleedvolgorde:<br />
• handschoenen<br />
• overal<br />
• bril<br />
• mondkapje<br />
- U kunt gevraagd worden te assisteren bij de ontsmetting van personeel en<br />
materieel van andere hulpdiensten<br />
- Ook een lege stal kan mogelijk besmet zijn<br />
- Wanneer u onverwacht pluimvee/ een verdachte/besmette situatie aantreft<br />
geeft u dit direct door aan de alarmcentrale<br />
- U krijgt ondersteuning bij ontsmetting vanuit Kampen, Raalte, Steenwijkerland<br />
of Hardenberg. Daarnaast is een ‘schone’ tankautospuit nodig. Dit kan de<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 18 van 29<br />
eerste tankautospuit zijn wanneer deze niet over de opstellijn is geplaatst<br />
Bijlage 7. Checklist HOvD<br />
Situatie<br />
U geeft leiding, aan het COPI, bij de inzet op een (mogelijk) besmet bedrijf/gebied of<br />
ongeval waarbij risico op besmetting is<br />
Acties<br />
- Overleg met de OvD of uw komst noodzakelijk is<br />
- Zorg dat het optreden van de diverse hulpdiensten op elkaar wordt afgestemd<br />
- Laat zonodig de AID plaatsnemen in het COPI<br />
- Besteed aandacht aan de voorlichting<br />
- Verzorg indien nodig terugkoppeling aan de burgemeester en RCvD<br />
Aandachtspunten<br />
- Denk om eventuele eigen ontsmetting<br />
- Het is aan te bevelen de plaats COPI in schoon gebied te hebben. Dat betekent<br />
dat ook de leden van het COPI niet in besmet gebied komen. Is dit wel het<br />
geval dan dient een vervanger in het COPI plaats te nemen<br />
- Denk om de eigen registratie<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 19 van 29<br />
Bijlage 8. Checklist ondersteuningsploeg ontsmetting / bevelvoerder<br />
tankautospuit ontsmetting<br />
Situatie<br />
U rukt uit ter ondersteuning van de ontsmetting van ingezet brandweerpersoneel en<br />
materieel of ter ontsmetting van personen/materieel van andere hulpdiensten<br />
Acties<br />
- Vraag of u uitrukt voor de ontsmetting van het eigen personeel of ter assistentie<br />
van andere hulpdiensten<br />
- Vraag naar de locatie waar de ontsmetting moet plaatsvinden (bij ontsmetting<br />
andere diensten hoeft dit niet de incidentlocatie te zijn !)<br />
- Zorg ervoor dat u als ontsmettingsteam niet over de opstellijn komt !!!!<br />
- Zorg ervoor dat ontsmettingsteam met juiste beschermingsmiddelen is uitgerust<br />
- Overleg met OvD en AGS over de uit te voeren ontsmetting<br />
- Maak gebruik van een 1% Halamid of Suma tabs oplossing om te ontsmetten.<br />
LET OP: eerst water, dan halamid !!!!! Alleen onder deskundig toezicht.<br />
- Alvorens met het ontsmetten zelf te beginnen dient men aandacht te besteden<br />
aan het verwijderen van organische materialen als modder, mest of bloed<br />
- Laarzen en andere materialen eerst ontdoen van alle zichtbaar vuil, daarna in<br />
emmers of bakken met ontsmettingsmiddel of met een vernevelaar. Vervolgens<br />
15 minuten laten inwerken. Daarna goed afspoelen met water. Eventueel<br />
controle met pH-papier van de AGS of de oplossing goed is verwijderd na het<br />
spoelen<br />
- Iedereen behandelt de handen met handalcohol<br />
- De kleding van het ontsmettingsteam kan in afgesloten plastic zakken worden<br />
achtergelaten op het bedrijf<br />
Aandachtspunten<br />
- Zorg voor registratie ingezet personeel<br />
- Spoel de materialen goed schoon<br />
- Uitkleedvolgorde:<br />
• handschoenen<br />
• overal<br />
• handen behandelen met alcohol<br />
• bril<br />
• mondkapje<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 20 van 29<br />
Bijlage 9. Nazorg eigen personeel<br />
Vogelgriep is een voor de mens gevaarlijke ziekte. Het is dan ook van groot belang<br />
om bij operationeel brandweeroptreden de juiste beschermingsmiddelen worden<br />
gedragen. Daarnaast is het van belang het aantal mensen wat op verdacht of besmet<br />
terrein opereert tot een minimum te beperken. Dit alles om besmetting of<br />
verspreiding van het vogelgriepvirus te voorkomen.<br />
72-uursregel<br />
Na een inzet op een vogelgriep besmet bedrijf vormt het ingezette personeel (inzet in<br />
verdacht of besmet gebied) gedurende 72 uur een potentiële besmettingsbron. Dit<br />
personeel kan in die periode niet worden ingezet op een ander vogelpest gevoelige,<br />
verdachte of besmette locatie. Dit geldt ook voor daarmee samenhangende<br />
bedrijven, zoals toeleverende bedrijven.<br />
Registratie<br />
Teneinde een goed beeld te krijgen van wie allemaal betrokken is bij inzetten waarbij<br />
besmettingsrisico bestaat wordt al het brandweerpersoneel geregistreerd. De naam,<br />
functie bij de uitruk, aanwezigheid in verdacht/besmet gebied en eventuele<br />
bijzonderheden worden genoteerd. Deze registratie kan van groot belang zijn bij<br />
eventuele nazorg, onderzoek of gezondheidsproblemen achteraf.<br />
Bij dit draaiboek is een standaard registratieformulier toegevoegd. De bedoeling is<br />
dat een aantal van deze formulieren op de uitrukvoertuigen komt te liggen zodat het<br />
personeel door de bevelvoerders kan worden geregistreerd.<br />
Zie verder Bijlage 10. Registratieformulier brandweerpersoneel<br />
Nazorg<br />
Na een inzet op een verdacht of besmet bedrijf/object kunnen er bij het<br />
brandweerpersoneel vragen over inzet en risico’s op besmetting zijn. Overwogen kan<br />
worden om na de ontsmetting een nabespreking te houden waarbij AGS of een<br />
medewerker van de AID meer informatie over vogelgriep en de besmettingsrisico’s<br />
kunnen geven.<br />
Ziekteverschijnselen bij mensen<br />
Een besmetting met vogelgriep kan bij de mens ondermeer leiden tot griepachtige<br />
klachten en ontstoken slijmvliezen van de ogen. Wanneer bij brandweerpersoneel na<br />
een inzet op een verdacht/besmet bedrijf deze klachten zich openbaren dient contact<br />
opgenomen te worden met de huisarts. Gemeld moet worden dat men is ingezet op<br />
een verdacht of besmet bedrijf/object. De huisarts kan verdere actie ondernemen.<br />
Daarnaast moet de dienstleiding/OvD van het brandweerkorps worden ingelicht over<br />
de klachten en het doktersbezoek. Zonodig kunnen aan de hand van registratie<br />
contacten in beeld worden gebracht en verdere maatregelen worden genomen.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 21 van 29<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 22 van 29<br />
Bijlage 10. Registratieformulier brandweerpersoneel<br />
Datum<br />
Tijd<br />
Incidentlocatie<br />
Soort incident<br />
Brand<br />
Naam Functie<br />
tijdens inzet<br />
Hulpverlening Ongeval<br />
Betrokken personeel<br />
Ingezet in verdacht of<br />
besmet gebied ?<br />
Overig te weten:<br />
Bijzonderheden<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 23 van 29<br />
Bijlage 11. Registratieformulier brandweermaterieel<br />
Datum<br />
Tijd<br />
Incidentlocatie<br />
Soort incident<br />
Brand<br />
Hulpverlening<br />
Ongeval<br />
Betrokken materieel<br />
Voertuignummer/container Ingezet in verdacht of<br />
besmet gebied ?<br />
Overig te weten:<br />
Bijzonderheden<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 24 van 29<br />
Bijlage 12. Checklist ontsmetten voertuigen overige hulpdiensten<br />
Versie 23 februari 2006<br />
Toelichting: Wanneer een ambulance op een vogelgriep gevoelige locatie is<br />
geweest en vanwege het spoedeisende karakter van transport niet ter plaatse<br />
is ontsmet dient dit achteraf te gebeuren. Daar spoedvervoer in de regel via de<br />
ziekenhuizen verloopt dient na afleveren van de patiënt ontsmetting plaats te<br />
vinden op de brandweer kazerne in die plaats. Op de kazerne zijn alle<br />
noodzakelijke voorzieningen aanwezig.<br />
Waar ambulance staat kan ook politieauto worden gelezen. Bij ontsmetting op locatie<br />
zijn dezelfde richtlijnen van kracht.<br />
1. Een ambulance die op het terrein van een vogelpest gevoelige locatie is geweest<br />
en vanwege het spoedeisend karakter daar niet is ontsmet meldt dit direct aan de<br />
meldkamer ambulancedienst.<br />
2. De meldkamer roept de Bevelvoerder van het betreffende korps op met het<br />
verzoek telefonisch contact op te nemen.<br />
De meldkamer geeft aan dat er een ambulance na spoedvervoer ontsmet dient te<br />
worden. De Bevelvoerder zorgt er voor dat personeel beschikbaar is om de<br />
ambulance bij het ziekenhuis te ontsmetten.<br />
3. De ambulance blijft buiten de normale routing en draagt de patiënt over.<br />
Vervolgens wordt de ambulance op het ziekenhuisterrein door de brandweer<br />
ontsmet. Totdat het voertuig is ontsmet is het niet beschikbaar voor een volgend<br />
transport.<br />
4. De wielen en wielkasten van het voertuig worden grondig schoongemaakt m.b.v.<br />
De hoge druk reiniger.<br />
5. De brandweer maakt ontsmettingsmiddel aan. Dit product is in geconcentreerde<br />
vorm licht bijtend! Draag bij het aanmaken rubber handschoenen en een<br />
veiligheidsbril. Een gebruiksaanwijzing van de drukspuit is bijgevoegd.<br />
Besproei wielen en wielkasten met de ontsmettingsvloeistof. Indien het personeel<br />
van de ambulance met verontreinigd schoeisel in het voertuig heeft gezeten,<br />
dienen binnenbodem, pedalen en schoeisel eveneens ontsmet te worden. Alleen<br />
uitvoeren indien noodzakelijk.<br />
6. Zonodig wordt de rest van het interieur van het voertuig ontsmet<br />
6. Na inwerken (minimaal 15 minuten) besproeide oppervlakken grondig afspoelen<br />
met schoon water.<br />
7. De ambulance meldt zich weer beschikbaar.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 25 van 29<br />
Ontsmetting gaat in overleg met de AGS, OvD en AID / Crisisleiding.<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006
Draaiboek Vogelgriep<br />
Brandweer Regio IJsel-Vecht Pagina 26 van 29<br />
Bijlage 13. Contactpersonen en telefoonnummers<br />
Informatie/telefoonnummers<br />
1. Binnen de brandweer Regio IJssel-Vecht: Afdeling Operationele Voorbereiding,<br />
038-4281926, 06-41466805<br />
2. Politie Regio <strong>IJsselland</strong>: bereikbaar via 0900-8844 of via meldkamer brandweer<br />
3. AID (meldkamer) 045 – 5466230<br />
4. Meldkamer brandweer, 038-4982518<br />
Verdere informatie kan gevonden worden op internet:<br />
- www.minlnv.nl/actueel<br />
- www.iad.nl<br />
- www.KNMVD.nl (onder laatste nieuws)<br />
- www.pdv.nl<br />
- www.rivm.nl<br />
Verspreiding Procedure<br />
De brandweer Regio IJssel-Vecht zorgt voor verspreiding over de brandweerkorpsen<br />
en operationele functionarissen in de Regio IJssel-Vecht (zie onderstaande<br />
verzendlijst).<br />
Verzendlijst<br />
Het draaiboek vogelgriep van de brandweer Regio IJssel-Vecht, zal worden<br />
verstuurd aan:<br />
Gemeentelijke brandweerkorpsen in de regio<br />
Gemeenschappelijke Meldkamer Zwolle<br />
Politie Regio <strong>IJsselland</strong><br />
GHOR Regio IJssel-Vecht<br />
AID<br />
PCC Overijssel<br />
Alle operationele functionarissen van de RROL IJssel-Vecht<br />
Rampbestrijdingsplan influenzapandemie Versie 4.0, juli 2006