PC vaardig - Windows 7 - Digikundig
PC vaardig - Windows 7 - Digikundig
PC vaardig - Windows 7 - Digikundig
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Titel <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> - <strong>Windows</strong> 7<br />
Tweede druk April 2012<br />
Auteur Fred Beumer<br />
Videoproductions Fred Beumer<br />
Zetwerk Digitaal Leerplein<br />
Druk Hollandridderkerk, Ridderkerk<br />
Digitaal Leerplein<br />
Postbus 50, 6990 AB Rheden<br />
website: www.digitaalleerplein.nl<br />
E-mail: info@digitaalleerplein.nl<br />
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in<br />
een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze,<br />
hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere wijze, zonder<br />
voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />
Ondanks de aan de samenstelling van de tekst bestede zorg kan de uitgever geen aansprakelijkheid<br />
aanvaarden voor eventuele schade, die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze<br />
uitgave zou kunnen voorkomen.
<strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> - <strong>Windows</strong> 7
Inhoudsopgave<br />
1. De computer<br />
2. <strong>Windows</strong> 7<br />
Aanzetten van de computer 10<br />
De muis en het toetsenbord 14<br />
Uitzetten van de computer 19<br />
Het bureaublad en de pictogrammen 34<br />
De vensters 35<br />
De taakbalk 36<br />
Het startmenu 37<br />
Snelkoppeling maken 38<br />
Mappenbeheer<br />
Een nieuwe map maken 39<br />
Een map verplaatsen 40<br />
Een mapnaam wijzigen 41<br />
Een map verwijderen 42
Inleiding<br />
Zelfredzaam met “<strong>PC</strong>-<strong>vaardig</strong> op het Digitaal leerplein”<br />
Participatie in de samenleving vereist steeds vaker digitale <strong>vaardig</strong>heden. Of het nu<br />
gaat om tekstverwerking, het zoeken van treintijden, het reserveren van een kaartje of je<br />
belastingaangifte doen, het ‘moet’ steeds vaker digitaal.<br />
“<strong>PC</strong>-<strong>vaardig</strong>” biedt via de E-learning portal een groot aantal oefenprogramma’s, variërend<br />
van <strong>PC</strong>- basis<strong>vaardig</strong>heden tot Word, Excel, Outlook, Internet en Facebook.<br />
U wordt zelfredzaam in het dagelijks computergebruik. De lessen hebben een sterk<br />
interactief gehalte en leren u in duidelijke en heldere taal de verschillende programma’s<br />
kennen.<br />
Maak kennis met de programma’s van Digitaal Leerplein.
De computer<br />
◊ Aanzetten van de computer<br />
◊ De muis en het toetsenbord<br />
◊ Uitzetten van de computer<br />
7
8<br />
◊ Aanzetten van de computer<br />
De computer wordt steeds vaker gebruikt. “Voor meer informatie ga naar www.” is een veel<br />
gebruikte term. Voor bedrijven makkelijk om veel informatie achter te laten en de klant hiernaar<br />
te verwijzen.<br />
Internetten en e-mailen zijn dagelijkse bezigheden geworden.<br />
Wat als u nog niet eerder hebt gewerkt met een computer? Moet u alles leren en bent u daar niet<br />
te oud voor?<br />
Een oud gezegde vertelt “We zijn nooit te oud om te leren” en dat geldt voor de computer zeker.<br />
U hoeft niet alles van een computer te weten, slechts datgene wat u ermee doet. In dit werkboek<br />
gaan we u aan de hand van beelden op het internet begeleiden en leren werken met de computer.<br />
De lesstof die wordt behandeld kunt u als een film op het internet bekijken. Hoe dit werkt laten<br />
we u in de komende twee hoofdstukken zien.<br />
Aanzetten van de computer<br />
Het aanzetten van de computer gaat door de “aan en uitknop” in te drukken. Onderstaande afbeelding<br />
laat een “aan en uitknop” zien. Deze knop kan een andere vorm bij u hebben, maar het<br />
teken op de knop is bij elke computer gelijk.<br />
Werkboek oefening<br />
Reset knop, om de<br />
computer opnieuw<br />
op te laten starten.<br />
Aan- en uitknop,<br />
voor het aanzetten van<br />
de computer.<br />
Zoek op uw eigen computer de aan- en uitknop.<br />
De aan- en uitknop<br />
kan er bij<br />
elke computer<br />
anders uitzien<br />
van vorm,<br />
echter dit teken<br />
staat er altijd<br />
op.
Het startscherm<br />
dat u ziet na<br />
het aanzetten<br />
van de computer<br />
laat een<br />
afbeelding zien<br />
met een aantal<br />
kleine afbeeldingen<br />
Wat ziet u op het beeldscherm?<br />
U hebt de computer aangezet en deze begint met wat geluiden en gekraak op te starten. Wacht<br />
totdat de computer geheel is opgestart. Het scherm dat u voor u ziet is het “Bureaublad”.<br />
Het “Bureaublad” kan een afbeelding zijn of een egaal gekleurde achtergrond. Op het “Bureaublad”<br />
staat een aantal kleine afbeeldingen. Deze worden “Pictogrammen” genoemd. Veel<br />
voorkomende “Pictogrammen” zijn “Computer”, “Documenten” en “Prullenbak”.<br />
Het bureaublad is het eerste scherm dat u in beeld krijgt nadat de computer is opgestart. Dit<br />
bureaublad bestaat uit een aantal onderdelen. Deze onderdelen worden in dit hoofdstuk kort<br />
toegelicht. In hoofdstuk 3 “<strong>Windows</strong>” worden deze onderwerpen uitgebreid besproken.<br />
Het bureaublad<br />
Het “Bureaublad” is het eerste beeld op uw beeldscherm nadat de computer is opgestart en klaar<br />
is voor gebruik.<br />
Standaard kent <strong>Windows</strong> 7 een “Bureaublad” afbeelding met een blauwe abstracte achtergrond.<br />
9
Het standaard<br />
“Bureaublad” van<br />
<strong>Windows</strong> 7.<br />
10<br />
Onderstaande handelingen moeten in de juiste volgorde gezet worden. Plaats voor de regels de<br />
getallen 1 t/m 5 in de juiste volgorde:<br />
….. U kunt een tekst typen<br />
….. Besturingssysteem wordt geladen<br />
….. Stekkers zijn aangesloten<br />
….. Bureaublad verschijnt op het beeldscherm<br />
….. Aan- en uitknop indrukken<br />
Pictogrammen<br />
Op het “Bureaublad” staan kleine afbeeldingen. Dit zijn “Pictogrammen” ook wel “Snelkoppelingen”<br />
genoemd. Het doel van deze pictogrammen is dat u snel een programma kunt openen<br />
vanaf het startscherm en niet eerst de hele computer hoeft te doorzoeken. Deze pictogrammen,<br />
verwijzen naar programma’s die op de computer staan. Op deze manier is zoeken naar het programma<br />
niet nodig.<br />
Een gedeelte<br />
van het “Bureaublad”<br />
met<br />
een aantal “Pictogrammen”.
Twee geopende<br />
programma’s.<br />
In de “Taakbalk”<br />
aan de onderzijde<br />
van het<br />
beeldscherm<br />
wordt dit ook<br />
weergegeven.<br />
Taakbalk<br />
Aan de onderzijde van het bureaublad ziet u een lange balk. Dit is de “Taakbalk”. Deze “Taakbalk”<br />
laat zien welke programma’s er geopend zijn. Hebt u een pictogram op het bureaublad<br />
geopend, dan kunt u dit op de onderste balk, de taakbalk, zien.<br />
De volgende afbeelding laat twee programma’s zien die zijn geopend. Deze twee programma’s<br />
staan op het “Bureaublad” en worden tevens weergegeven op de ”Taakbalk”.<br />
11
12<br />
◊ De muis en het toetsenbord<br />
U bedient de computer bijna volledig met de muis. De eerste keren dat u met de muis werkt, is<br />
dit nog een onwennige ervaring. Houd echter in gedachten dat iedereen, ook kinderen, met zo’n<br />
muis heeft leren werken. Bij niemand gaat dit vanzelf, het is een kwestie van veel doen. Hoe<br />
meer u de muis gebruikt, des te meer handigheid u krijgt.<br />
Computermuizen zijn er in alle soorten en kleuren. Toch hebben zij een gezamenlijke overeenkomst:<br />
alle muizen hebben tenminste twee knoppen.<br />
Een linker- en een rechtermuisknop.<br />
De knoppen hebben ieder een andere functie. De belangrijkste en meest gebruikte knop is de<br />
linkermuisknop. Met deze linkermuisknop geeft u opdrachten aan de computer, bijvoorbeeld<br />
“Open een spelletje” of “Sluit de computer af”.<br />
De rechtermuisknop gebruikt u om meerdere opties (keuzes) te vragen. Een voorbeeld hiervan is<br />
“Wil ik de tekst openen, verwijderen of afdrukken”.<br />
De meeste muizen hebben ook een draaiwieltje tussen de beide knoppen. Dit draaiwieltje kunt<br />
u naar u toe of van u af draaien. Op uw beeldscherm ziet u dan de tekst naar beneden of naar<br />
boven bewegen.<br />
Met de muis kunt u vijf verschillende dingen doen:<br />
• Aanwijzen (beweeg de muis over uw scherm)<br />
• Klikken (linker- of rechtermuisknop eenmaal indrukken)<br />
• Dubbelklikken (twee keer snel achtereen klikken op de linkermuisknop)<br />
• Slepen (linkermuisknop ingedrukt houden en deze daarna bewegen)<br />
• Rechts klikken (rechtermuisknop eenmaal indrukken)<br />
De muis vasthouden en bewegen<br />
Plaats de muis naast het toetsenbord op een schoon, effen oppervlak, bijvoorbeeld een muismat.<br />
Houd de muis losjes vast met uw wijsvinger op de linkermuisknop en uw duim tegen de zijkant.<br />
U verplaatst de muis door deze te verschuiven. Draai de muis niet om: houd de muis met het<br />
snoer van u af gericht. Terwijl u de muis verplaatst, wordt een aanwijzer (zie afbeelding) op het<br />
scherm in de corresponderende richting verplaatst.<br />
Als u onvoldoende ruimte hebt om de muis op uw bureau of de muismat te<br />
verplaatsen, tilt u de muis eenvoudig op en zet u deze dichter bij u.<br />
Niet vasthouden tussen twee vingers en de andere vingers in de lucht. Niet de pols los van de<br />
tafel houden.
Het toetsenbord<br />
Tip<br />
Het is belangrijk om uzelf vanaf<br />
het begin een goede muisgreep<br />
aan te leren.<br />
Alleen door de muis in de palm<br />
van uw hand te houden krijgt u<br />
voldoende controle en kunt u de<br />
muis nauwkeurig bewegen.<br />
Met de muis bestuurt u bijna de hele computer. Wanneer u echter iets moet intypen, doet u<br />
dit met het toetsenbord. Het toetsenbord bestaat evenals de muis uit een groot aantal vormen<br />
in verschillende kleuren. De tekens die op het toetsenbord staan, hebben voor de nederlandse<br />
toetsenborden wel dezelfde indeling. U hoeft dus niet op een vreemd toetsenbord te zoeken waar<br />
de cijfers en de letters staan. Zo’n indeling in het nederlands heet “Qwerty”. (De eerste 6 letters<br />
linksboven op de eerste rij van het toetsenbord vormen de naam “Qwerty”):<br />
Ziet u voor het eerst een toetsenbord, dan kan dit afschrikken. Een groot aantal toetsen met<br />
naast de gebruikelijke cijfers en letters zeer veel andere mogelijkheden. U hoeft niet direct alle<br />
functies van het toetsenbord te kennen. De belangrijkste functies om te kunnen werken met het<br />
toetsenbord gaan we nu bespreken.<br />
Werkboek oefening<br />
Bekijk uw eigen toetsenbord en kijk waar de letters en cijfers bij u staan. Vergelijk uw toetsenbord<br />
met die uit het bovenstaande voorbeeld.<br />
13
14<br />
De letters met bijbehorende leestekens worden gebruikt wanneer u bijvoorbeeld een brief wilt<br />
typen. Het typen kan heel snel, blind met tien vingers, maar ook met een of twee vingers en met<br />
geduld. Het gaat met het typen niet direct om de snelheid als de letters en cijfers maar goed op<br />
het beeldscherm verschijnen.<br />
Let op!<br />
Typt u een cijfer of letter in, doe dit eenmaal met een korte tik. Houdt u een bepaalde toets wat<br />
langer ingedrukt dan zal dit direct zichtbaar zijn op uw beeldscherm. Niet een maar meerdere<br />
dezelfde tekens verschijnen. Net als met de muis geldt “Hoe meer u oefent des te makkelijker<br />
het wordt”.<br />
Het middelste<br />
gedeelte van het<br />
toetsenbord laat<br />
u de letters zien.<br />
Deze hebben op<br />
elk toetsenbord<br />
dezelfde volgorde.<br />
We noemen<br />
dit “Qwerty”<br />
toetsenborden.<br />
Enkele belangrijke, veelgebruikte toetsen<br />
Zoals u eerder hebt kunnen lezen is het als beginnende computergebruiker niet nodig alle toetsen<br />
uit het hoofd te leren. Er zijn naast de cijfers en de letters enkele toetsen die worden besproken<br />
omdat ze belangrijk zijn bij het dagelijks gebruik van de computer. Onderstaande afbeelding<br />
laat zien om welke toetsen het gaat en op welke plaats u ze vindt:<br />
U ziet naast de cijfers en letters een zestal toetsen die we gaan bespreken:<br />
Backspace<br />
Backspace / Fout herstellen door stap terug te gaan<br />
Bksp<br />
Enter Een nieuwe regel beginnen onder de<br />
bestaande regel.<br />
Delete / DEL Fout herstellen door stap naar voren<br />
te gaan.<br />
Caps Lock /<br />
CAPS<br />
ALLE LETTERS IN HOOFDLET-<br />
TERS<br />
Shift Een hoofdletter aan het begin van een<br />
zin.<br />
Spatie Een ruimte tussen de verschillende<br />
woorden<br />
U bent aan het typen en ziet een fout. De laatste letter die u hebt getypt is niet goed. De cursor<br />
(het verticale streepje) knippert achter de laatste letter. U kunt deze verkeerde letter weghalen<br />
door te klikken op de toets “Backspace”.
Enter<br />
U hebt een regel getypt en wilt aan een nieuwe regel beginnen onder de bestaande regel. Klik<br />
eenmaal op de “Enter” toets en uw cursor gaat een regel naar beneden aan het begin van de<br />
nieuwe regel.<br />
Delete<br />
U hebt een fout gezien maar die staat midden in de tekst. Beweeg met de pijltjes toetsen naar de<br />
fout en ga ervoor staan. De cursor knippert dan voor de fout. Klik op de toets “Delete” of “Del”<br />
en de fout zal worden verwijderd.<br />
Caps Lock<br />
Door deze toets in te drukken worden alle letters die u typt HOOFDLETTERS. Controleer altijd<br />
voor uzelf of deze toets ingedrukt is. Wanneer u bijvoorbeeld een wachtwoord moet invullen dat<br />
bestaat uit “kleine letters” kan dat door “Caps Lock” steeds een fout geven. De letters worden<br />
immers als hoofdletter weergegeven.<br />
Shift<br />
Aan het begin van een zin wilt u beginnen met een hoofdletter. Houd de “Shift” toets ingedrukt<br />
en typ met de andere hand de letter die u wilt. Deze wordt dan weergegeven als hoofdletter.<br />
Spatie<br />
De lange balk op het toetsenbord is de spatiebalk. Door deze in te drukken zorgt u ervoor dat er<br />
tussen de woorden een ruimte komt en niet alle woorden aan elkaar worden getypt.<br />
Werkboek oefening<br />
Onderstaande afbeelding laat een toetsenbord zien. Enkele toetsen zijn gewist, deze mag u invullen.<br />
Probeer voor uzelf ook de functie van de toets te geven.<br />
15
16<br />
De computermuis en het toetsenbord zijn nu besproken. Belangrijk is dat u veel oefent. De muis<br />
zal in het begin onwennig zijn en het vinden van de letters en cijfers op het toetsenbord zal in<br />
het begin moeilijk zijn. Door regelmatig hiermee te oefenen ziet u dat dit snel beter gaat.<br />
De onderwerpen “Bureaublad”, “Pictogrammen” en “Taakbalk” worden in hoofdstuk 3 uitgebreid<br />
besproken. Ook krijgt u daar per onderwerp een film te zien op uw beeldscherm die veel<br />
duidelijk zal maken.<br />
Werkboek oefening<br />
Onderstaande afbeelding is een voorbeeld van een “Bureaublad”. Geef in elke ballon aan welk<br />
onderdeel van het “Bureaublad” er gevraagd wordt:
◊ Uitzetten van de computer<br />
Het afsluiten van de computer gaat via de knop “Start”. De knop “Start” is de knop aan de linker<br />
onderzijde van het beeldscherm.<br />
Klik met de linkermuisknop eenmaal op de knop “Start”<br />
Klik vervolgens met de linkermuisknop eenmaal op “Afsluiten” bij de rode pijl.<br />
De computer zal na enige tijd afsluiten en ook het beeldscherm zal zwart worden. De computer<br />
is nu in zijn geheel uitgeschakeld.<br />
Na het lezen van dit hoofdstuk herkent u de basisonderdelen van de computer die op het beeldscherm<br />
te zien zijn. Het bewegen van de muis kan voor u een moeilijke klus zijn. Oefenen in het<br />
bewegen van de muis is hiervoor de beste oplossing.<br />
Start de computer op en wacht totdat het bureaublad in beeld is. Schakel vervolgens de computer<br />
uit middels de besproken methode in dit hoofdstuk. Laat u niet ontmoedigen wanneer de<br />
muisbewegingen en het klikken niet direct goed gaan, van proberen kunt u leren!<br />
17
<strong>Windows</strong> 7<br />
◊ Bureaublad en pictogrammen<br />
◊ Het venster<br />
◊ De taakbalk<br />
◊ Het startmenu<br />
◊ Mappenbeheer<br />
19
Bureaublad met<br />
Pictogrammen,<br />
zoals u ziet na<br />
het aanzetten<br />
van de computer.<br />
20<br />
◊ Bureaublad en pictogrammen<br />
In hoofdstuk 1 hebt u de basisbegrippen van de computer leren kennen. In hoofdstuk 2 hebt u<br />
geleerd waar u de internetcursus en de lessen kunt vinden. Vergeet niet in te loggen om te voorkomen<br />
dat u de lessen niet kunt benaderen.<br />
Dit hoofdstuk is het eerste hoofdstuk waarbij de internetlessen gebruikt gaan worden. U hebt de<br />
zwarte balk met de onderwerpen en lessen kunnen bekijken. In de komende hoofdstukken gaan<br />
we per categorie de basiskennis leren. Aangezien de lessen op de internetcursus steeds aangevuld<br />
worden, kunnen we niet alle lessen behandelen. De lessen die in deze werkmap worden<br />
behandeld, zijn de lessen die u helpen om zelfstandig op de computer te kunnen werken. Nadat<br />
deze lessen besproken zijn, kunt u van de overige lessen in een categorie een keuze maken<br />
welke lessen u wilt maken. U kunt de lessen later uitprinten en toevoegen aan deze werkmap om<br />
zo een cursus op maat over te houden. Alleen datgene waar uw interesse naar uitgaat, zit dan in<br />
de werkmap, naast de besproken basisonderdelen.<br />
Het bureaublad en de pictogrammen<br />
U hebt de computer aangezet en deze begint met gekraak en gepiep op te starten. Na een aantal<br />
vreemde schermen komt uiteindelijk een afbeelding met kleine afbeeldingen op het beeldscherm.<br />
Dit is het zogenaamde “Bureaublad” met de “Pictogrammen”.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.
Een venster<br />
heeft altijd hetzelfde<br />
uiterlijk. U<br />
kunt het venster<br />
sluiten, vergroten<br />
en verkleinen<br />
en tijdelijk<br />
buiten beeld<br />
brengen.<br />
◊ De vensters<br />
<strong>Windows</strong> is het Engels voor “Vensters”. Opent u een willekeurig programma, bijvoorbeeld het<br />
internet, dan wordt dit weergegeven als een “Venster”. Binnen <strong>Windows</strong> hebben “Vensters”<br />
altijd hetzelfde uiterlijk.<br />
De video laat u zien hoe het uiterlijk van een venster wordt weergegeven. Tevens laat het zien<br />
welke functies een “Venster” heeft.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.<br />
21
Wanneer een<br />
venster is geopend<br />
wordt dit<br />
altijd weergegeven<br />
op de taakbalk.<br />
Op deze<br />
wijze hebt u snel<br />
overzicht welke<br />
programma’s<br />
geopend zijn.<br />
22<br />
◊ De taakbalk<br />
Hebt u op het bureaublad een venster geopend, dan kunt u dit ook herkennen op de “Taakbalk”.<br />
De “Taakbalk” is de lange balk die u aan de onderzijde van het “Bureaublad ziet staan.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.
Het startmenu is<br />
de plaats waar<br />
u naar alle programma’s<br />
uw<br />
computer kunt<br />
gaan.<br />
◊ Het Startmenu<br />
Op een computer staat een groot aantal programma’s. De programma’s worden niet allemaal als<br />
pictogram op uw bureaublad weergegeven. De programma’s die op uw computer staan, maar<br />
niet als pictogram op het bureaublad, vindt u in het “Startmenu”.<br />
Het startmenu kunt u openen door met de linkermuisknop te klikken op de knop “Start” aan de<br />
linker onderzijde van uw beeldscherm.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.<br />
23
24<br />
◊ Snelkoppeling maken<br />
Snelkoppelingen of pictogrammen op het bureaublad maakt u voor de programma’s die u regelmatig<br />
gebruikt. Het bespaart u zoeken naar de plaats waar de programma’s op de computer<br />
staan. U kunt de programma’s dan direct vanaf het bureaublad openen.<br />
De praktijk is hetzelfde. Schrijft u veel, dan zal er in de buurt van uw bureau een schrijfblok liggen<br />
en hoeft u niet lang te zoeken.<br />
Deze les wordt u geleerd hoe u een snelkoppeling kunt maken zodat deze vanaf het bureaublad<br />
geopend kan worden. Na deze les adviseren we u om voor uzelf te bepalen welke programma’s<br />
u regelmatig gebruikt om ook hiervan snelkoppelingen op uw bureaublad te kunnen plaatsen aan<br />
de hand van het geleerde. Let hierbij op dat u niet het hele bureaublad vol plaatst met snelkoppelingen,<br />
omdat u dan veel tijd verliest naar het zoeken van de juiste snelkoppeling.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.
◊ Mappenbeheer - Nieuwe map maken<br />
Wanneer u werkt met de computer zal het voorkomen dat u documenten op de computer wilt<br />
opslaan. Dit wil zeggen dat u de computer gebruikt om bijvoorbeeld foto’s, muziek of teksten te<br />
bewaren.<br />
Wanneer u al deze documenten door elkaar op de computer opslaat, dan begrijpt u dat na een<br />
bepaalde periode u door de bomen het bos niet meer ziet. U raakt de bestanden kwijt en moet<br />
veel inspanningen doen om een bepaald document terug te vinden.<br />
Het is zeer aan te raden om, voordat u documenten op de computer gaat bewaren, daar een<br />
plaats voor te reserveren. Een map voor de foto’s, de muziek en de teksten. U wordt hierbij door<br />
<strong>Windows</strong> al op weg geholpen. Standaard staat er een map “Documenten”, “Afbeeldingen” en<br />
“Muziek”.<br />
Deze mappen kunt u gebruiken, maar beter is het als u binnen deze mappen een aantal mappen<br />
maakt.<br />
De vergelijking met een kast is voor het maken van een mappenstructuur een handig hulpmiddel.<br />
De kast noemen we “Documenten”. In de kast vindt u schappen die bijvoorbeeld “Afbeeldingen”<br />
en “Muziek” worden genoemd. Op de schappen vindt u “Ordners” en “Foto-albums”. Dit<br />
zijn de mappen die u binnen bijvoorbeeld “Mijn afbeeldingen” kunt maken. Denk hierbij aan<br />
mappen die u maakt over bepaalde vakanties.<br />
Op deze manier wordt het in de toekomst veel makkelijker om documenten terug te vinden.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.<br />
25
26<br />
◊ Mappenbeheer - Een map verplaatsen<br />
In de vorige les hebt u een nieuwe map aangemaakt waarin u in de toekomst documenten kunt<br />
opslaan.<br />
Wanneer u een map hebt aangemaakt en later blijkt dat deze niet op de juiste plaats staat, dan is<br />
het mogelijk deze aangemaakte map te verplaatsen naar een andere plaats binnen uw documenten.<br />
Dit kan wanneer er nog niets in de map is geplaatst, maar ook wanneer u reeds documenten in<br />
de aangemaakte map hebt geplaatst.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.
◊ Mappenbeheer - Mapnaam wijzigen<br />
Hebt u een nieuwe map aangemaakt en wilt u later de gekozen naam wijzigen, dan is dit mogelijk.<br />
Het wijzigen van een mapnaam kan gebeuren wanneer u na het maken van de map toch nog<br />
de naam wilt aanpassen.<br />
De gekozen mapnaam is van groot belang voor het later kunnen terug vinden van documenten.<br />
Bekijk de videoles behorende bij dit onderdeel.<br />
Ga naar de digitale leeromgeving module <strong>PC</strong> <strong>vaardig</strong> <strong>Windows</strong> 7.<br />
27
28<br />
◊ Mappenbeheer - een map verwijderen<br />
Hebt u een map aangemaakt en gebruikt u deze niet, dan is het verstandig om deze map te<br />
verwijderen. Het geeft immers de indruk dat er iets in zit en wekt verwarring. U kunt mappen<br />
binnen mappenbeheer verwijderen.
Wilt u gebruikmaken van de <strong>Digikundig</strong> portal, vul dan onderstaande bon in en stuur deze in een envelop naar<br />
Digitaal Leerplein, Postbus 50 6990 AB Rheden. U ontvangt dan binnen een werkweek de gebruikersgegevens<br />
en kunt aan de slag.<br />
29