Blik vooruit - Vrije Universiteit Amsterdam
Blik vooruit - Vrije Universiteit Amsterdam
Blik vooruit - Vrije Universiteit Amsterdam
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Geïnterviewden<br />
Jeroen van Andel (Onderwijscentrum), Femke<br />
den Boer (Marketing en Communicatie), Lex Bouter<br />
(Rector Magnificus), Micha van Eeden (Economie<br />
en Bedrijfswetenschappen), Nellie Harms<br />
(Aard en Levenswetenschappen), Erna Klein Ikkink<br />
(Dienst Studentenzaken), Peter Kerkhof (Sociale<br />
Wetenschappen), Ingmar Leijen (Economie<br />
en Bedrijfswetenschappen), Anja Oskamp (Rechten),<br />
Carmen Peters (Onderwijscentrum), Doret<br />
de Ruyter (Psychologie en Pedagogiek), Sjoerd<br />
Sinke (Onderwijscentrum), Lizeth Sloot (Exacte<br />
Wetenschappen), Taede Sminia (oud Rector Magnificus),<br />
studente (Pedagogiek en Psychologie),<br />
Harmen Verbruggen (Economie en Bedrijfswetenschappen)<br />
en Joris van Wijk (Rechten).<br />
Uitgangspunten: kernwaarden van de VU<br />
Alle geïnterviewden baseren hun ideeën over de<br />
toekomst – expliciet of impliciet – op ideeën over<br />
waar de VU van oudsher voor staat en aspecten<br />
die behouden moeten blijven. Vaak refereerden<br />
ze aan kenmerken die zij ‘typisch VU’ vonden:<br />
maatschappelijke betrokkenheid, aandacht voor<br />
academische vorming en reflectie, focus op diversiteit<br />
en de filosofische, ethische en levensbeschouwelijke<br />
aspecten van onderwijs. Zij zien de<br />
VU als een universiteit die degelijk is en structuur<br />
biedt, die streeft naar persoonlijke aandacht voor<br />
studenten en waar belang wordt gehecht aan discussie<br />
over waarden en normen en het omzien<br />
naar elkaar. Deze aspecten vormen uitgangspunten<br />
voor een blik <strong>vooruit</strong>. Een bestuurder: ‘De VU<br />
heeft veel sterke kanten en die moeten we vooral<br />
niet kwijtraken.’<br />
Academisch burgerschap als doel<br />
De geïnterviewden dragen academisch burgerschap<br />
als doel van het onderwijs een warm hart<br />
toe. Daarbij denken ze aan het opbouwen van<br />
een kennisbasis, de ontwikkeling van een kritische<br />
geest en analytisch vermogen en het leren<br />
toepassen en ter discussie stellen van kennis.<br />
Maar ook aan de ontwikkeling van creativiteit<br />
en nieuwsgierigheid, die ten grondslag liggen<br />
aan innovatie. Een bestuurder: ‘De maatschappij<br />
heeft mensen nodig die niet langs één lijntje zijn<br />
opgevoed, maar juist geleerd hebben om vragen<br />
te stellen en ook oplossingen te verzinnen. En<br />
niet schromen om creatief te zijn en met wilde<br />
ideeën te komen.’ Academisch burgerschap heeft<br />
naast een intellectueel aspect ook een moreel aspect:<br />
verschillende geïnterviewden spraken over<br />
de maatschappelijke verantwoordelijkheid van<br />
academici; hun morele<br />
verplichting om bij te Een bestuurder: ‘Drie jaar is eigenlijk<br />
dragen aan het verbete- te kort voor de academische vorming<br />
ren van de samenleving. van studenten. Dat is proppen in een<br />
Een bestuurder: ‘Vroe- toch al overvol studieprogramma.<br />
ger noemden we dat no- Waarom breiden we de bachelor niet<br />
blesse oblige: studenten uit naar vier jaar? Dan kan dat ook<br />
moeten begrijpen dat een zelfstandig uitstroommoment<br />
als je de kans krijgt om zijn naar de arbeidsmarkt. En<br />
academische standing te kunnen studenten eerst gaan werken<br />
bereiken, dat niet alleen of nadenken wat ze willen en veel<br />
maar ten eigen voordele gerichter hun master kiezen.’<br />
strekt, maar dat je daarmee<br />
ook een extra maatschappelijke verantwoordelijkheid<br />
op je schouders neemt. Wij moeten studenten<br />
daar sensitief voor maken.’<br />
De geïnterviewden zijn het erover eens dat academische<br />
vorming een kernaspect van het onderwijs<br />
moet zijn om academisch burgerschap te ontwikkelen.<br />
Wel is het de vraag hoe dit praktisch moet<br />
worden ingevuld. Hierbij spelen het type en de<br />
omvang van de opleiding een belangrijke rol. De<br />
academische vorming van een politicoloog dient<br />
anders te worden ingevuld dan die van een scheikundige.<br />
En potentieel waardevolle werkvormen,<br />
119