april 2012 - Vrij en Vrank

VRIJ EN VRANK
vrij en vrank
België - Belgique
PB - PP
P912504
DIERENARTSENKRANT
V.U.: Ludo Muls, Heidestraat 72, 3500 Hasselt ■ AFGIFTEKANTOOR GENT X
LOS NUMMER: € 3,20 ■ JAARABONNEMENT: € 26,50
N°13 APRIL 2012
Dierenartsenkrant
JAARGANG 2
MAANDELIJKS [ N°13 ] APRIL 2012
Een DGZ’tje doen, oftewel hoe naai ik de
rundveepracticus een oor aan
Zoals ondertussen aan iedere
veehouder werd meegedeeld,
begint DGZ met het verdelen
van ear-notch oormerken aan
al die veehouders die vrijwillig wensen
mee te werken aan deze vorm
van BVD-bestrijding. Dat dit tegen het
advies is van de dierenartsenverenigingen
(UPV, VDV en IV-DB/DVK), de
Franstalige en Vlaamse Orde en de
faculteit werd aan de lezers van Vrij
en Vrank meegedeeld in de vorige editie
(zie het gemeenschappelijk standpunt).
Groot was dan ook mijn verbazing toen
op de adviescommissie “Herkauwers”
(van DGZ op 13/03/2012) door DGZ
dierenartsen aan de aanwezige veehouders
werd bevestigd, dat ze mochten
“ear-notchen” en dit buiten de bedrijfsbegeleiding
om. Het ear-notchen
werd zelfs voorgesteld als het enige
middel om de BVD-bestrijding in België
te doen slagen.
Daar heb ik toch wel een aantal bezwaren
tegen:
Zo kan een BVD analyse, die niet interfereert
met maternale antistoffen, zowel
op biopsieweefsel, als op serum of
volbloed gebeuren. Biopsies kan men
echter niet poolen (meerdere stalen in
een onderzoek steken), met bloed kan
Ze waren er al lang voor er van ons
sprake was. Honderden miljoenen
jaren bevolkten ze iedere uithoek
van de planeet, kenden oneindig
veel verschijningsvormen, waren de opperste
vertegenwoordigers van het leven
op aarde. Tegenstand was er nauwelijks,
alleen evolutie of een komische ramp
deelde soms rake klappen uit. Maar even
snel als het onheil gekomen was, even snel
kwam het herstel. Ze hielden het goed uit
zonder ons, vandaar allicht hun succesvolle
rit die meer dan een half miljard jaar
duurde. Wisten zij veel dat een bizarre
afsplitsing van één hunner tijdsgenoten
hun lot zou veranderen. Eerst nog onopgemerkt
in de veelheid van soorten die
er onder primaten bestond, maar stilaan
een aparte verschijning zonder vergelijk
of voorgaande. Nuja, stilaan... een
paar miljoen jaar. En eenmaal volledig op
zichzelf, ging het razendsnel. Eerst werd
de habitat aan de noden aangepast, zon-
dit wel. Trouwens, is de bestrijding van
BVD via het kalf wel de goede weg? Zowel
kalveren als pas-afgekalfde koeien
die drager of IPI zijn, verspreiden vlak
na de geboorte massaal veel virus. Vermits
men op het binnenbrengen van
de ear-notch biopt door de veehouder
bij DGZ labo’s geen termijnen wenst
te plaatsen (om het veehouders niet
moeilijk te maken), zal het waarschijnlijk
lang duren eer men de IPI’s kent.
Ondertussen blijft zowel kalf als eventueel
moederdier lustig virus verspreiden
en nieuwe IPI’s maken. Weer een
reden waarom de bedrijfsbegeleiding
en het management rond het afkalven
zo belangrijk zijn voor deze bestrijding.
Daarnaast blijft de bestrijding de eerste
jaren vrijwillig. Dus, als een veehouder
weet dat z’n kalf een drager is,
kan hij het doodleuk verkopen aan iemand
anders. Geen haan die daar naar
kraait. En vermits er in België in 2011
ongeveer 224.000 runderen werden
verhandeld en er slechts 18.500 aankoopprotocols
werden gedaan, hoeft
ook dit geen verdere uitleg. Toen ik
opmerkte dat men op die manier BVD
naar alle bedrijven ging verspreiden,
antwoordden DGZ dierenartsen mij
dat het de taak is van de rundveepracticus
om ervoor te zorgen dat dit niet
gebeurd. Daar heeft men ons blijkbaar
wel voor nodig!
Editoriaal
Inhoud
Van hunnentwege 01 Een oor aannaaien
03 Mag het een beetje meer zijn?
der veel erg trouwens, dan kwamen de
andere levensvormen aan de beurt. Als
voedsel uit noodzaak, als hulpkracht door
vernuft. Nooit eerder gebeurd: gedomesticeerd
worden, of gekweekt met het doel
op beter. Doch, allemaal nog binnen de
perken.
Maar zodra die nieuwe soort zelfbewust
werd, ging het hek van de dam. Primaire
noden werden slechts een fractie van de
dagelijkse bezigheid; tot nut maken en
het verfraaien van de omgeving, een onderlinge
wedijver; het verheerlijken en
aanbidden van het bovenmenselijke, een
niet meer uit te roeien bezigheid. (Tot op
heden nog steeds een favoriet tijdverdrijf
van honderden miljoenen). En zij die dit
nooit eerder hadden gezien, werden geofferd
dat het een lieve lust was. Wellicht de
oudst gekende vorm van diermishandeling:
nodeloos lijden voor het geloof. En
ook dat was nog maar een begin.
Wat er later in de verplichte fase van de
bestrijding (misschien 2014) met BVD
positieve kalveren moet gebeuren, wil
men blijkbaar nu nog niet aan de veehouders
kenbaar maken. Men houdt
het op: “verwijderen van het bedrijf”.
Na lang aandringen van mijnentwege
kreeg men “verwijderen naar Rendac” ”
met moeite over de lippen. Blijkbaar
ligt het voor DGZ erg gevoelig om aan
de (leden) veehouders te zeggen dat ze
verplicht hun positieve kalveren zullen
moeten laten euthanaseren. Is dit laatste
dan een taak voor de rundveepracticus,…
die men verder in de bestrijding
van BVD niet wenst te kennen?
Of gaat men de veehouders het gebruik
van Cycocel aanraden? (Cycocel is een
graanregulator; door sommige vee- /
varkenshouders als euthanasiemiddel
voor hun dieren gebruikt. Nvdr)
Ik garandeer jullie dat als we aan de
veehouders moeten vertellen dat een
pasgeboren stamboek-dikbil kalf geëuthanaseerd
moet worden (indien BVD
positief), je als dierenarts voor de riek
moet gaan lopen. Ik hoop dat mijn collega’s
nog in goede conditie zijn.
Hoezeer de veehouders naar deze
vorm van bestrijding uitkijken, bleek
uit reacties tijdens deze adviescommissie.
Eén van hun opperde het idee om
reeds aangekochte oormerken (sommige
bedrijven kopen oormerken in grote
Meegesleept in honderden conicten,
oorlogen gevolgd over ondierlijk lange afstanden,
daarin uitgehongerd, afgebeuld,
neergeschoten en indien nog doenbaar:
opgepeuzeld. Alles in teken van de overwinning...
op de bruten van de overkant.
Doch voor hun maakte het niet uit: een
overheerser op twee benen is een overheerser.
Punt. En zo ging het eeuwen lang.
Geen uitweg mogelijk.
Ha, de uitvinding van machines... misschien
worden ze nu met rust gelaten.
Pech: het vernuft begon alles te ontleden
wat zich in z’n buurt vond: z’n eigen soort,
maar de anderen nog meer. En hoe hoger
het intellect, hoe verjnder de techniek,
hoe meer excuses voor handen: economische
belangen, wetenschappelijk onderzoek,
of simpelweg: diermishandeling! k
Veel leesgenot,
Mvg, LHB.
aantallen aan) verder te gebruiken en
daarnaast bij sommige kalveren te beginnen
met ear-notchen. Bv. bij stierenkalveren
een gewoon oormerk, bij
vaarzen- een ear-notchoormerk. Daarop
stelde ik voor om bij kalveren met
een gewoon oormerk, bloed te nemen
(NUKA bloed) maar dat bleek plots
niet meer doenbaar voor DGZ. Het
argument was dat ze niet kunnen nagaan
op de begeleidende formulieren
(door de rundveepracticus ingevuld) of
het hier wel echt om een nuchter kalf
gaat??? Waarom vulde ik in godsnaam
al jaren plichtsbewust die formulieren
lees verder op blz. 2
04 Paarden verwaarlozing
05 UGent klinische studie
06 Welcome to Amcra City
07 Newsletters FAVV
08 Neosporose
10 Zoekertjes
11 Jobaanbiedingen &
kandidaten
12 Dieren in nesten
01

Vervolg van blz. 1 (Een DGZ’tje doen…)
in, als men ze blijkbaar niet kan interpreteren?
Ik denk eerlijk dat er veel geld te verdienen
is aan de verkoop van ear-notch
oormerknummers en het onderzoeken
naar BVD via de ear-notch methode..
en dat men daarom de practicus een
oor wil aannaaien. Daarnaast stel ik
mij zo langzaam de vraag, of dieren-
02
20120105
Begin Begin Begin 2012 2012 2012 stuurde stuurde stuurde een een een DGZ DGZ DGZ dierenarts dierenarts dierenarts bijgaan- bijgaan bijgaan
de de mail mail naar naar enkele enkele vertegenwoordigers vertegenwoordigers van van het
het
beroepskorps. Een paar zinswendingen zijn wel
merkwaardig.
Staalname via oorbiopt
Staalneming voor analyses combineren met het
merken van kalveren is vrij nieuw. Omwille van de
gebruiksvriendelijkheid wordt deze methode al in
een aantal Europese landen gebruikt bij de bestrijding
van BVD.
Het identificatieoormerk wordt voorzien van een
oorbioptfunctie. Bij het plaatsen van het oormerk
met behulp van een speciale tang wordt via een
dikke naald een stuk uit het oorweefsel (oorbiopt)
genomen en bewaard in een daartoe voorzien recipiënt
(buisje). Aan dit buisje is ook de identificatie
van het desbetreffende kalf gekoppeld. De veehouder
stuurt dit buisje – samen met het analyseaanvraagformulier
– in de meegeleverde envelop op
naar het laboratorium van DGZ.
Wat is BVD?
• Dierenartsen zouden vertrouwd gemaakt
worden met de methode van Ear-notchen...
(ze komen er echter niet bij te pas ...)
• Er is redelijk wat vraag vanuit het veld om
nu reeds op vrijwillige basis deze methode…
(Op een vergadering, georganiseerd door DGZ
met o.a. veehouders, bleken deze laatsten eerder
een afwachtende houding aan te nemen)
• DGZ beseft dat het nemen van een oorbiopt
door een leek voor een wettelijk twistpunt
kan zorgen...
(Een probleem dat ondertussen al van de baan
schijnt te zijn)
• DGZ wil in dit dossier blijven samenwerken
met de bedrijfsdierenarts...
(Het euthanaseren van positieve BVD kalveren
allicht als voornaamste vorm van deze samenwerking).
Boviene virale diarree (BVD) is een virale aandoening
bij runderen. Het is een complexe ziekte met vele gedaanten
die – naast diarree, ernstige griepuitbraken bij
jongvee, abortus, en zwakke en misvormde kalveren ̶
ook meer verdoken symptomen kan geven zoals vruchtbaarheidsstoornissen
en een algemene onderdrukte
weerstand. Het probleem met BVD is dat de permanente
virusuitscheiders vaak verdoken aanwezig zijn in de
populatie. Deze zorgen voor de instandhouding en de
verdere verspreiding van de ziekte.
Transiënt versus permanent viremisch dier (IP)
Transiënte dieren zijn dieren die besmet zijn geraakt na
hun geboorte en derhalve maar tijdelijk (28 dagen) drager
zijn van het virus. Belangrijker in de verspreiding en
instandhouding van de ziekte zijn de permanente virusdragers.
Dit zijn dieren die besmet zijn geraakt tijdens
hun foetale fase in de eerste helft van de dracht. Vanaf
hun geboorte verspreiden ze levenslang massaal virus.
Uit de cijfers van het aankoopprotocol weten we dat een
kleine 1% van alle verhandelde dieren in Vlaanderen
permanente drager is. Aankoop van dieren is en blijft
dus een groot risico in de verspreiding van BVD-virus.
Economische schade door BVD
BVD is nog erg massaal aanwezig in Vlaanderen. Geschat
wordt dat er op 70% van de bedrijven recent circulatie
van virus was. Bijna 1 op de 100 dieren die in de
handel komen is drager. De economische schade op
een bedrijf kan oplopen tot 100 à 500 euro per aanwezige
koe. Deze schade uit zich op het vlak van de vruchtbaarheid,
de kalver- en jongveeopfok, mastitisbestrijding
en algemene weerstandsproblematiek.
Concreet
BVD-bestrijding met behulp van oorbiopten:
hoe ga ik concreet te werk?
De identificatieoormerken met oorbioptfunctie kunnen
langs de normale kanalen besteld worden bij DGZ.
De speciale tang voor het plaatsen van de oormerken
en het nemen van de oorbiopten kan via dezelfde weg
(bij)besteld worden.
U ontvangt bij elk oormerk dat u bestelt ook een plastiek
zakje, een verzendenvelop en een analyseaanvraagformulier
(AAF).
Nadat u het oormerk hebt aangebracht (dit dient te
gebeuren binnen de 7 dagen na de geboorte van het
kalf) deponeert u het oorbioptstaal samen met het ingevulde
AAF in het platiek zakje dat u vervolgens in de
envelop stopt. Dan bezorgt u het staal aan DGZ via de
bedrijfsdierenarts of via de post.
De veehouder en de bedrijfsdierenarts ontvangen het
resultaat van het laboratoriumonderzoek.
artsen die om een of ander reden niet
voor “de praktijk” gekozen hebben, zo
gefrustreerd rondlopen dat hun hoogste
doel het onderuit halen van practici
wordt. Ik begrijp de houding van deze
collega’s (?) niet goed, maar al de miserie
die de praktijkdierenarts wordt
aangedaan komt steeds van niet praktiserende
collega’s. En dan is men in
sommige kringen verbaasd dat steeds
minder jonge collega’s kiezen voor
“een nutsdierenpraktijk”?
Met uw vragen kunt u terecht bij:
helpdesk DGZ
tel: 078 05 05 24
e-mail: vetinfo@dgz.be
Dierengezondheidszorg Vlaanderen
Maatschappelijke zetel
Administratie
Deinse Horsweg 1
9031 Drongen
e-mail: info@dgz.be
www.dgz.be
Hoe BVD aanpakken?
Identificatie & Registratie
Deinse Horsweg 1
9031 Drongen
Laboratorium
Industrielaan 29
8820 Torhout
Gezondheidsadministratie
Hagenbroeksesteenweg 167
2500 Lier
Voor de diagnose zijn goede testen voorhanden:
BVD-antistoffenonderzoek:
ELISA-antistoffentest:
toont antistoffen aan na contact met het virus.
BVD-virusonderzoek:
Antigen-ELISA
PCR-test
Dieren met 2 positieve antigentesten met 28 dagen
tussentijd zijn permanente dragers of IP-dieren.
Aanpak BVD: stappenplan
1. Neem een steekproef:
Jongveevenster = antistoffenanalyse van 8 à 10 dieren
tussen de 8 en 15 maanden.
2. De steekproef is negatief:
Herhaal halfjaarlijks dit jongveevenster.
De steekproef is positief:
Spoor de mogelijke dragers op met behulp van een
volledige stalscreening via PCR en/of antigen ELISA,
en ruim de dragers zo snel mogelijk op.
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Daarom nog eens een oproep naar DGZ
en de overheid: Laat ons eerst een correcte
bedrijfsbegeleiding op poten zetten
en pas daarna bestrijdingsplannen
eraan vastkoppelen. De manier waarop
men nu wil werken, daar is van een
goede ziektebestrijding geen sprake.
Aan de rundveepractici wil ik nog dit
meedelen: er is een BVD snap test op
de markt waarmee de practicus op serum
of op een oorbiopt, op zeer een-
From: Koen De Bleecker
To: Danny Coomans, Pieter Passchyn, Patrick Desmedt
Sent: Monday, January 16, 2012 2:58 PM
Subject: BVD earnotching
Beste allen,
Dierenartsenkrant
voudige manier kan nagaan of een kalf
of een ouder rund, al dan niet IPI is.
Deze opsporingsmethode is even inzetbaar
in de bestrijding van BVD als alle
anderen. Het voordeel van deze methode
echter is dat de rundveepracticus
onmiddellijk de resultaten heeft en
zo de verspreiding die uitgaat van IPI’s,
een halt kan toeroepen. k
Dr. De Smedt Patrick
Voorzitter IV-DB/DVK
Vooreerst wil ik u bij deze allen een gezond en succesvol jaar 2012 toewensen!
Zoals u wellicht al weet is DGZ druk bezig samen met andere partners om binnen een paar jaar
(2014) ook voor BVD een verplicht bestrijdingsprogramma op poten te zetten.
Binnen een dergelijk bestrijdingsprogramma zal het gebruik van de oorbiopstaalname en belangrijk
instrument zijn.
Om veehouders en dierenartsen reeds vertrouwd te maken aan deze methode, zal DGZ in de
loop van februari 2012, in navolging van ARSIA, deze identicatieoormerken met oorbiopt
staalnamefunctie aan de veehouder aanbieden. Tevens zal het DGZ labo ook vanaf die datum
in staat zijn om de BVD Ag ELISA analyses op oorbiopten uit te voeren.
Er is redelijk wat vraag vanuit het veld om nu reeds op vrijwillige basis deze methode aan te
bieden omdat dit toch wel een reeks voordelen met zich meebrengt zijnde:
- De staalname is snel en eenvoudig
- De analyses op het oorbiopt zijn zeer betrouwbaar
- Door de combinatie met het ‘merken’ van het kalf zijn er geen fouten in de identicatie van
het staal
- Er is geen interferentie met biestmelkantistoffen
- Er wordt door DGZ geen basiskost aangerekend voor de BVD analyse van de oorbiopten
- Interpretatie van het resultaat is éénduidig: d.w.z. als het oorbiopt positief is wordt het
kalf als drager beschouwd en dient het opgeruimd te worden. Is het negatief wordt het kalf
levenslang als negatief beschouwd en is het ook BVD-certicaat waardig.
DGZ beseft dat dit, wat betreft het uitvoeren en nemen van het oorbiopt, voor een wettelijke
twistpunt kan zorgen. Hoe dan ook blijven wij de bedrijfsdierenarts maximaal betrekken bij
de BVD bestrijding op zijn contractbedrijven. Zo zullen oorbioptstalen ook
via de bedrijfsdierenarts in het labo aangeleverd kunnen worden en zal het
Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw
Hoe BVD
aanpakken?
Aanpak en monitoring
via oorbioptstaalname
3. Nadat de laatste dragers zijn opgeruimd, test dan
een jaar lang alle nieuw geboren kalveren kort
na de geboorte via BVD-antigentesten.
Staalname voor deze test kan nu met oorbiopten.
Deze methode biedt tal van voordelen:
Staalname is snel en eenvoudig.
De analyse is zeer betrouwbaar.
Er gebeuren geen fouten in identificatie.
Analyse leidt tot eenduidige interpretatie:
Oorbiopt negatief: levenslang negatief
Oorbiopt positief: drager → opruimen!
Er is geen interferentie met biestmelkantistoffen.
U betaalt geen basiskost voor de analyse van
de oorbiopten.
4. Neem ook de nodige bioveiligheidsmaatregelen.
5. Voer de nodige aankooponderzoeken uit bij aankoop
van nieuwe dieren en respecteer de quarantaine.
Maak hierbij gebruik van het aankoopprotocol
van DGZ.
Rundvee BVD
resultaat van de analyse op het oorbioptstaal steeds zowel aan dierenarts
als veehouder bezorgd worden.
We hebben in het verleden altijd constructief samengewerkt en we willen dit
dan ook ikv dit dossier blijven doen. Indien jullie hier dus vooraf nog overleg
over wensen is dit uiteraard mogelijk en staan wij ter beschikking. Een datum
kan steeds ingepland worden.
Met vriendelijke groeten
Koen De Bleecker
Dr. Koen De Bleecker
Teamleider Gezondheidszorg Herkauwers
DGZ-Vlaanderen
Industrielaan 29 - 8820 Torhout
Tel +32 50 230560 - Fax +32 78 05 24 24
E-mail koen.debleecker@dgz.be
website www.dgz.be
Colofon
Verantwoordelijke Uitgever
Dr. Muls Ludo
Heidestraat 72
3500 Hasselt.
info@ivdb.be
Administratie & Projectcoördinatie
Haisja BVBA
Vereeckenstraat 73
9308 Gijzegem
T. 053/41 39 69
F. 053/41 89 66
www.haisja.be
info@haisja.be
Advertentiewerving
Anita De Meyer, Haisja BVBA
Sonia De Pauw, Haisja BVBA
Creatie & Layout
Haisja BVBA
Redactie & Eindredactie
Ludo Muls
Isabel Heylen, inwebsname
Conceptontwikkeling Dierenartsenkrant
DSN BVBA
Koerslaan 2 B2.1
8450 Bredene
T. 0477 40 25 22

N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Mag het iets meer zijn?!
Halfweg vorig jaar kreeg het
secretariaat van het IV-DB/
DVK een mailtje van het
FAVV, met de vraag om “een
oproep voor kandidaturen van zelfstandige
dierenartsen voor het uitvoeren
van taken inzake keuring, controle
en certicering...” op de website te
plaatsen. M.a.w. het FAVV was opzoek
naar DMO’ers... Uit goede bron heeft
de redactie van “Vrij en Vrank” vernomen,
dat de verwachte stormloop voor
een “bijbaantje” in het slachthuis, bij
deze oproep is uitgebleven...
Het was ooit anders!
Wat is er aan de hand? Vinden jonge
collega’s gaan keuren geen noodzaak
meer, om de beginjaren van hun carrière
nancieel wat rooskleuriger te maken?
Of zijn er dierenartsen tekort? Is
nu, in vergelijking met een decennium
geleden, enkel praktijk doen genoeg
om “rond te komen”? Wij deden een
rondvraag, kregen volgend resultaat:
Working from nine to five...
Wie laatstejaars studenten diergeneeskunde
vraagt, een beeld te schetsen van
een job “in het slachthuis”, merkt aan
de antwoorden dat hun inzicht (= verwachting?)
ver van de realtiteit afwijkt.
Vele denken dat gaan keuren, van ante
mortem keuring tot het eigenlijke beoordelen
van karkassen, een job is die
overdag, tijdens de normale werkuren
plaatsvindt. In een werkomgeving die
veilig en comfortabel is, met een ritme
dat degelijk werken toelaat, af en toe
een pauze en de nodige variatie. In hun
optiek is gaan keuren een job met zekerheid,
een goede verloning (toch betaald
als universitair, niet?), makkelijk
combineerbaar met een eigen praktijk
en een sociaal (lees: gezins-) leven. Dit
laatste voor de vele (jonge) vrouwelijke
collega’s in ons een beroep, een
vanzelfsprekendheid, om niet te zeggen
een must. Wie gaat solliciteren
voor een job, heeft meestal zelf wel een
paar verwachtingen op zak en zal die
laten meetellen of men al dan niet de
volgende maand op de betaalrol van de
potentiële werkgever zal staan.
En een goed loon of wedde is daar heel
vaak bij. Jonge afgestudeerden weten
heel goed wat “collega’s” met een gelijkaardige
universitaire opleiding als zij
krijgen uitbetaald, welke vergoedingen
en/of bonussen bij deze of gene job horen,
welk de sociale status van het uit te
voeren werk is, of de vraag naar... het
aanbod overstijgt of net omgekeerd, etc.
Of deze verwachtingen realistisch zijn,
is een ander paar mouwen.
The truth, the whole truth and
nothing but the truth
Een ervaren collega aan het woord:
Gaan keuren zijn heel onregelmatige
uren. Iedere week een andere planning.
Meestal, om niet te zeggen altijd,
héél vroeg beginnen, concreet gezegd
om 4 uur ‘s morgens, en dat betekent
-afhankelijk van de afstand woonplaats
/ slachthuis- even na 3 uur opstaan.
In de zomermaanden nog een beetje
doenbaar, maar ‘s winters? En tijdens
die wintermaanden “ante martem keuring
doen” (vaak buiten en aan een
hoog ritme) is allesbehalve een veilige
en comfortabele werkomgeving. Veel
speling op aanvang en beëindigen van
de werkuren is er niet, de ambtenaar
keurder kijkt nauwlettend toe,... controle
op de controle...!
Nu en dan zijn er ook twee shifts per
dag, mag men de afstand “woonplaats
– slachthuis – woonplaats” tweemaal
op de teller zetten. Van verplaatsing
gesproken: de eerste 40 km worden
niet vergoed. Wordt ook niet extra vergoed:
het nachtwerk of werkuren na de
normale kantooruren.
En ook dan moeten keuringen gebeuren,
vrachtwagens voor veevoer naar
het buitenland bijvoorbeeld, of het afleveren
van een certicaat aan...
Het werkritme ligt hoog, in bepaalde
onderdelen van het eigenlijke keuren
onverantwoord hoog. Op een slachtlijn
voor varkens bv. mogen wettelijk
tot 650 karkassen per uur aan de veearts–keurder
worden aangeboden, dit
zijn meer dan 10 entiteiten per minuut.
(Maar benieuwd of de consument, die
met allerlei labels van gezond en goed
gekeurd varkensvlees tot aankopen
van... wordt verleid, hiervan op de
hoogte is. nvdr).
Variatie in de job van het keuren, ligt
niet in het werk zelf, dan wel aan de
regelmatige veranderingen van “standplaats”.
Na een halfjaar kan men worden
overgeplaatst naar een ander
slachthuis. Of men kan een tijd lang,
minder uren krijgen toegewezen, wat
qua nanciële planning niet echt bevorderlijk
is.
En wat is de verloning dan? Om en bij
de 40 Euro per uur. Bruto wel te verstaan,
want de DMO’er (dierenarts met
opdracht) werkt op zelfstandige basis.
Gaan in mindering van dit bedrag: de
eigen sociale bijdrage, een deel van de
verplaatsing die men zelf moet betalen,
de eigen slachthuis kledij en last
but not least, de verplichte bijscholing.
Want: het FAVV eist dat DMO’ers over
een periode van drie jaar een totaal
van 50 uren bijscholing kunnen voorleggen,
met een minimum van 12 uren
per kalenderjaar. En wie verplichting
zegt, zegt duur. Het aantal bijscholingsinitiatieven
van gelijk welke origine,
dat in deze verplichting een lucratieve
bussines hebben gezien, zijn haast niet
meer te tellen. En de onderwerpen tijdens
een bijscholing ook niet. Kwantiteit
ja, maar kwaliteit?
Eerder geduld dan gewenst!
De laatste 30 jaar heeft het statuut van
dierenarts - keurder een paar markante
evoluties ondergaan.
Tot aan de oprichting van het instituut
voor veterinaire keuring (IVK) midden
de jaren tachtig was “keuren in
het slachthuis”, een kolfje naar ieders
hand die naast praktijk doen nog een
tweede inkomen zocht. Aangename
werksfeer, goede verloning, enkel afspraken
maken met de slachthuis beheerders
zelf. Met de komst van het
IVK werd het toezicht van hogerhand
meer voelbaar, de concurrentie tussen
de collega’s onderling om een job in het
slachthuis ook. De plethora in het beroep
als voornaamste oorzaak. Hierin
kwam geen verandering toen het IVK
werd opgenomen in de structuren van
het FAVV. Integendeel, een praktijkdoend
dierenarts die ging keuren, was
binnen dit FAVV, “eerder geduld dan
gewenst”. Een situatie die zijn weerspiegeling
vond in de slechte verloning,
de vele kleine en grote verplichtingen,
de niet immer goede verstandhouding
tussen de dierenarts - keurder en de
dierenarts - ambtenaar, deze laatste
hoger in hiërarchie. Het vuile werk
voor de DMO’er, de “propere handen”
voor de ambtenaar... Niet echt bevorderlijk
voor de collegialiteit.
Wie ging “keuren”, was daar niet altijd
even enthousiast over.
De jonge generatie dierenartsen heeft
niet alleen over ‘praktijk doen’ anderen
opvattingen dan hun pakweg 20
of 25 jaar oudere collega’s, ook gaan
keuren mag/moet in hun sociaal leven
Dierenartsenkrant
passen en ze zijn zich bewust van het
feit dat collega’s dierenartsen met een
ambtenarenstatuut binnen de sector
van het keuren, beter betaald zijn, een
dertiende maand ontvangen, vakantiegeld
krijgen, bijscholen en in tijd en in
onkosten vergoed krijgen.
Wie deze tijdsgeest in gedachten houdt,
kent wellicht de voornaamste redenen
waarom de laatste oproep voor kandidaat
keurders zo weinig succesvol was. k
Een inhaalbeweging conform
de inhoud van het werk
Het IV-DB/DVK bestuur heeft een aantal voorstellen uitgewerkt om het keuren voor
praktijkdierenartsen weer aantrekkelijk te maken. Het werd een waslijst.
1. Betere verloning.
Wie even naar het uurloon van een vakman vraagt, weet dat 40 Euro een minimum
is. Om nog maar van andere vrije beroepen te zwijgen. Uurloon architect: tussen de
80 en 120 Euro per uur. Honorarium van een advocaat: tot 200 Euro per uur. Een
arts werkzaam voor Kind en Gezin: onlangs opgewaardeerd van 39,40 Euro per uur
naar 59 Euro per uur.
Motivering: meer marktconform.
2. Extra vergoedingen voor het nachtwerk en prestaties buiten de kantooruren.
Een vanzelfsprekendheid voor werknemers van bijna iedere economische sector. Behalve
voor DMO’ers.
3. Een verplaatsingsvergoeding conform het aantal afgelegde kilometers
Een vergoeding vanaf 20 Km zou meer met de huidige realiteit aansluiten.
4. Een vergoeding voor de werkkledij.
In iedere economische sector een vanzelfsprekendheid.
Zou nu in een aantal slachthuizen al van toepassing zijn,...wordt best overal van
kracht.
5. Een vergoeding voor gevolgde bijscholingen.
Wie een verplichting krijgt opgelegd zou daar op z’n minst een (nanciële) tegemoetkoming
mogen voor krijgen. Ook zou het FAVV normen kunnen opleggen wat de
max. factuur van een jaarlijks bijscholingspakket mag bedragen.
6. Betere invulling van het begrip verantwoordelijkheid.
Aan keurders wordt gevraagd assertief te zijn bij het uitoefenen van hun job, de nodige
vaststellingen te doen van bv. overtredingen. DMO’ers doen dat dagelijks, maar
de response op hun klachten over,... vaststellingen van... is relatief laag. Werkt zeer
demotiverend!
Extra tijd, besteed aan het maken van zulke verslagen zou als werktijd moeten meetellen.
7. Een betere werkzekerheid, betere planning van het werkschema.
Dierenartsen die gaan keuren, moeten daarnaast ook praktijk doen. Zouden ze enkel
gaan keuren en dit onder het DMO statuut, dan zou dit schijnzelfstandigheid betekenen.
Indien het FAVV enkel dierenartsen kan / wil aanwerven die tevens praktijk doen,
ware het wenselijk dat de keurder een vast keuringsschema heeft, waarop hij z’n
praktijkwerkzaamheden kan afstemmen.
8. Een betere vertegenwoordiging van de DMO’ers in de verschillende bestuursorganen
van het FAVV.
Er zijn meer dan 800 DMO’ers actief in de keuring, doch hun groot aantal is niet
terug te vinden in de verschillende bestuursorganen van het FAVV. Vakbonden of
dierenwelzijnsorganisaties bv. des te meer...
Wie doet beter?
Dierenartsen, vrouw of man, die naast het voeren van een praktijk, ook nog
gaan keuren, zijn een zeer exibele en competente groep binnen ons beroep.
Ze zijn overal inzetbaar, hebben de nodige kennis van wetgeving, anatomie,
pathologie, etc. om dagelijks, gedurende het ganse jaar de keuring van eetwaren
van dierlijke oorsprong tot een goed einde te brengen.
En... voor wat, hoort wat !
03

04
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Niks doen is medeplichtig zijn
Als dierenarts worden we op het terrein allemaal geconfronteerd met gevallen van dierenverwaarlozing. Het enige
dat we dan kunnen doen is de nodige instanties raadplegen. Maar als blijkt dat die instantie - de FOD dierenwelzijn
- niet ingrijpt, waar staan we dan? Dit is het verhaal van één zo’n geval, maar ik ben er zeker van dat het maar het
topje van de ijsberg is.
In januari 2011 werd mij gevraagd
een kudde van een twintigtal paarden
in Diest te chippen, nadat de
FOD dierenwelzijn, na verschillende
klachten van buurtbewoners, een
inspectie had uitgevoerd. De kudde die
ik aantrof was op dat moment nog in
redelijke conditie. Wel vond de eigenaar
het niet nodig de hengsten in de kudde
te castreren en was de weide omheind
door prikkeldraad. Het gebrek aan kennis
van de eigenaar viel wel op. In het
najaar van 2011 vernam ik dat de eigenaar
2 sportpaarden gekocht had. Hij
nam ook een paard met een ernstige
wonde over en plaatste die elders op
stalling samen met twee andere paarden.
Op dat moment heb ik de eigenaar
gewaarschuwd voor de hoge kosten die
de verzorging van dat gewonde paard
met zich zou meebrengen en voor het
feit dat de prognose niet al te rooskleurig
was. Hij verzekerde mij dat hij alles
kon betalen, maar eind 2011 bleek mijn
vrees uit te komen. De eigenaar kwam
niet meer naar het paard met de wonde
kijken, hij betaalde mij niet meer en hij
stopte met de eigenaar van de stallen
te betalen. Vandaag heeft hij nog steeds
geen stalgeld betaald en weigert hij
twee paarden terug te halen. Het paard
met de wonde heeft hij elders ondergebracht.
Ongeveer op het moment dat de eigenaar
stopte met betalen, werd ik door
klanten (wiens paarden in de buurt
From: Catherine Geutjens
Sent: Sunday, January 29, 2012 9:31 PM
To: info@laurette-onkelinx.be
Cc: carinne.vernaillen@gezondheid.belgie.be
Subject: ernstige verwaarlozing van paarden
Geachte mevrouw de minister,
van de kudde staan) op de hoogte gebracht
van de schrijnende situatie van
de kudde. De dieren kregen zelden eten,
er stonden hoogdrachtige merries en
jonge veulens. Met foto’s illustreren zij
de situatie. In die periode stierven een
merrie en veulen van ontbering. Toen ik
dit vernam, heb ik onmiddellijk contact
opgenomen met de FOD dierenwelzijn
in de hoop dat mijn klacht in navolging
van de talrijke eerdere klachten van de
buurtbewoners tot een dringende inbeslagname
zou leiden. De bevoegde inspecteur
kwam snel ter plaatse, maar
ze zei er meteen bij dat een inbeslagname
van zo een grote kudde paarden
niet voor de hand ligt in België.
Die boodschap sloeg mij uiteraard met
verstomming. Dat een overheidsdienst
er niet in slaagt om haar eigen regels te
doen naleven, dat is een rechtstaat onwaardig.
Het werd mij snel duidelijk dat
het probleem niet bij de controleurs lag,
maar wel op het beleidsniveau. Ik heb
daarom eind januari van dit jaar een
mail gestuurd naar minister Onkelinx.
Hierin heb ik zelf mogelijke oplossingen
aangekaart zoals tijdelijke plaatsing bij
particulieren en de eigenaar verplichten
zijn paarden te verkopen. Dit geeft
heel beperkte kosten voor de FOD. Die
mail is tot op vandaag onbeantwoord
gebleven. Ondanks de enorme betrokkenheid
van de inspectrice, was enkel
een inbeslagname ter plaatse mogelijk,
wat betekent dat de dieren de weide
niet mogen verlaten. Een “oplossing”
van kafkaiaanse proporties…
Mijn klacht werd via het Vlaams Paardenloket
nogmaals overgemaakt aan de
bevoegde overheid, de FOD Dierenwelzijn.
Bij deze klacht was onder andere
een foto opgenomen van een graatmagere
merrie, die intussen van ontbering
overleden is. Via het Vlaams Paardenloket
werd mij – met akkoord van de
betreffende ambtenaar - de presentatie
bezorgd die bij een overlegvergadering
van de overheid met de sector werd
gehouden door de FOD Dierenwelzijn,
n.a.v. mijn klacht. De titel van deze presentatie
was “klacht dierenarts Geutjens”.
Uit deze presentatie bleek dat
de feiten werden geminimaliseerd. De
foto’s die in de presentatie opgenomen
werden, met daarop enkele paarden in
de kudde die nog in min of meer aanvaardbare
conditie waren, gaven geen
reëel beeld van de realiteit, met apathische
paarden in erbarmelijke conditie
waaronder een veulen dat op sterven
na dood was. De visie van de FOD Dierenwelzijn
dat dit geval onder controle
was, wordt door mij dan ook formeel
tegengesproken.
De FOD voegde hieraan toe dat volgens
hen het geval onder controle was. De
ironie wil dat in het tweede deel van de
presentatie de FOD wel toegaf dat zij
mensen noch middelen hebben om hun
taken uit te voeren. Ze ondersteunden
Met dit schrijven wens ik u op de hoogte te brengen van ernstige problemen rond dierenwelzijn bij een grote
groep paarden (ongeveer 25 paarden) in de regio Limburg en Vlaams-Brabant. Recent meldde ik deze problemen
reeds aan mevrouw Carinne Vernaillen van de FOD. Niettegenstaande haar grote bereidheid tot medewerking
wist ze mij te vertellen dat door de beperkte opvangplaatsen een inbeslagname van dit groot aantal
paarden waarschijnlijk niet onmiddellijk mogelijk zal zijn. Ze deelde me mee dat ze uiterlijk 1 februari ter
plaatsen de nodige vaststellingen zal doen.
Laat mij toe kort een beschrijving te geven van de voorgeschiedenis en de huidige toestand. Ik werd in januari 2011 gecontacteerd
door de eigenaar, Ivo Elen, met de melding dat de dienst dierenwelzijn ter plaatse geweest was en hem had
aangemaand de paarden onmiddellijk te laten chippen. Op dat ogenblik waren de paarden, die ik aantrof op de Galgenberg
in Diest, nog in behoorlijke conditie. Hij kreeg van mij toen ook het advies de hengsten in de kudde te laten castreren
en de prikkeldraad te vervangen door schrikdraad.
Op 18 april 2011 werd een collega ter plaatse geroepen voor de verzorging van een jong paard dat in de nog steeds niet
verwijderde prikkeldraad verstrikt geraakte (zie foto 1, 2 en 3 in bijlage).
Op 14 mei werd ik ter plaatse geroepen voor een merrie met veulen die gebeten werd door één van de nog steeds niet
gecastreerde hengsten.
Begin november vroeg de heer Elen mij een paard met wonde te verzorgen. Hij had dit paard, dat hij had overgenomen
van een vriend, samen met twee andere paarden ondergebracht bij een jonge amazone in Tongeren. Gezien de ernst van
de wonde adviseerde ik hem dit paard niet over te nemen. Toch verzekerde hij mij de kosten te zullen betalen. Nu, bijna
3 maanden later, heeft hij enkel een klein gedeelte van de rekening betaald. Ook de amazone werd al drie maanden niet
meer betaald voor haar onkosten en hij komt niet meer naar de paarden kijken. Ondertussen werd ik gecontacteerd door
klanten die hun paarden ook gestald hebben op de Galgenberg in Diest. Zij wisten me te vertellen dat er recent 2 paarden
gestorven waren: een veulen en een iets ouder paard met ernstige diarree (zie foto 4, 5 en 6 in bijlage).
De paarden blijken op enkele na niet in de databank te staan. Naast de paarden in Diest en Tongeren heeft de heer Elen
nog enkele paarden in een manege te Lummen lopen.
Ik ben gisteren zelf nog eens op de weide in Diest gaan kijken en heb daar kunnen vaststellen dat de paarden mager en
apathisch waren. Er loopt nog steeds een hengst bij. Ik heb kunnen vaststellen dat waarschijnlijk een 7 tal merries dit
voorjaar een veulen zullen krijgen. Ik heb de eigenaar hierover aangesproken en hij blijft beweren dat er geen hengst meer
bij loopt en dat er maar 1 merrie drachtig is.
De ernst van de situatie vraagt om dringende maatregelen. Ik ben me ten zeerste bewust van het gebrek aan opvangplaatsen
en stel daarom voor, mits het akkoord van uw diensten, zelf te zoeken naar opvangplaatsen binnen mijn cliënteel voor
de drachtige merries en het paardje met de wonde. De omwoners op de Galgenberg willen de verzorging van de achtergebleven
paarden op zich nemen op voorwaarde dat de paarden niet terug in het bezit komen van de huidige eigenaar, er
alles aan gedaan wordt een nieuwe thuis voor deze dieren te zoeken en de voeding voor deze dieren terugbetaald wordt.
Rekenend op een spoedige reactie en steeds bereid tot bijkomende toelichting verblijf ik,
Met de meeste hoogachting,
Dierenarts Catherine Geutjens
Koerselsebaan 180
3550 Heusden-Zolder
Dierenartsenkrant
dit zelfs met cijfers. Op de laatste slide
stond slechts te lezen: “Oplossingen???
Vragen???”. Een nauwelijks verhulde
roep om hulp…
Na het zien van de presentatie en de
persoonlijke verslagen van aanwezigen
te hebben gehoord, heb ik een nieuwe
mail en recente foto’s naar de leden van
de werkgroep gestuurd. Die recente
foto’s toonden het echte verhaal: vandaag
staat er op de weide een veulentje
dat alle tekenen van zware ondervoeding
vertoont, kortademig is en ernstige
waterige diarree vertoont. Na een telefoontje
naar de databank bleek er nog
steeds geen enkel paard in de databank
te staan.
Deze zaak heeft mij overigens zelf naast
veel kopzorgen ook veel onbetaalde
werkuren, een hoop ontbetaalde facturen
opgeleverd, die waarschijnlijk nooit
betaald zullen worden, en zelfs een persoonlijke
bedreiging door de eigenaar.
Dit is een verhaal van dierenartsen en
buurtbewoners die begaan zijn met het
welzijn van de dieren, hun burgerplicht
doen en de bevoegde instanties op de
hoogte brengen. Maar dit is ook een verhaal
van falend beleid en een politieke
verantwoordelijke die hier niets aan wil
doen. Ik ben ervan overtuigd dat deze
zaak maar het topje van de ijsberg is. Ik
hoop dan ook dat dit artikel een katalysator
kan zijn en dat heel wat andere
collega-dierenartsen met hun verhaal
naar buiten komen. Als argumenten,
foto’s en e-mails niet helpen, laat ons
dan gebruik maken van de macht van
het getal. k
Mvg, Dierenarts Catherine Geutjens

Geachte Collega,
Wij willen u bij deze graag uitnodigen om deel te nemen aan een klinische studie
van honden met een chronische nierinsufciëntie: Evaluatie van de dieetbehandeling
van chronische nierinsufciëntie bij de hond.
Inclusiecriteria
✗ Hond, > 1j, CNI IRIS 2 -3
✗ Nog geen medicatie of supplementen
✗ Geen bijkomende aandoeningen zoals endocriene-, lever-of terminale nietnierziekte
✗ Eigenaar bereid om uitsluitend droogvoer te geven, geen andere voeding,
supplementen, tafelrestjes of andere voedingsmiddelen.
✗ Bij voorkeur nog niet op nierdieet of bereid om van dieet te veranderen
Op te volgen parameters
Volgende parameters worden gratis opgevolgd om de 3 maanden: standaard hematologisch
en biochemisch bloedonderzoek, fructosamine, bloedgassen, PTH,
compleet urineonderzoek, urine cultuur, urine eiwit: creatinine (UPC) ratio, cardiale
echograe, C-reactief proteïne (CRP) en grhelin
Duur van de studie
minimum 6 maanden
Voordelen deelname aan het onderzoek:
Dierenarts:
✗ Uitgebreide en frequente diagnostiek en monitoring van nierpatiënten
✗ Hogere eigenaar naleving (therapietrouw) voor het geven van een nierdieet
✗ Gratis nierdieet en klinisch onderzoek voor eigenaars met nanciële beperkingen
✗ Incentive van € 100 per patiënt
Eigenaar:
✗ Gratis volledig uitgebalanceerd nierdieet voor minimum 6 maanden
✗ Gratis klinische opvolging van de patiënt
“GLOWORM, what about it?”
PERSBERICHT
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
UGent klinische studie van honden
met een chronische nierinsufciëntie
De E.U. voorziet 3 miljoen euro voor onderzoek naar verbeterde controle
van worminfecties bij herkauwers. Het project met de acroniem “GLO-
WORM” (GLObal changes in parasitic WORMs) ging recent (22-24 februari)
ofciëel van start met een stuurgroep-meeting in Berlijn. GLOWORM
verzamelt de expertise van een multidisciplinair team van 14 partners (academici,
onderzoeksinstellingen en KMO’s) uit heel Europa met als doelstelling een beter inzicht
te krijgen in de gevolgen van veranderingen in het klimaat, landgebruik, veehouderijmethoden
en resistentie tegen de courant gebruikte geneesmiddelen op
het voorkomen en het economisch belang van parasitaire wormen bij herkauwers.
Het project loopt over 3 jaar en wordt gecoördineerd door prof. Jozef Vercruysse
(Universiteit Gent). De drie peilers van het project zijn:
1) de ontwikkeling van nieuwe diagnostische testen en hun interpretatie om het
monitoren van parasitaire infectieniveaus in Europa te verbeteren.
2) het modelleren van de infectierisico’s in tijd en ruimte om de invloed van
management- en klimaateffecten te onderzoeken en onze controlestrategieën
hieraan aan te passen.
3) het uittesten van nieuwe controlestrategieën onder veldomstandigheden.
Dit ambitieuze project heeft een uitgebreid trainingsprogramma voor jonge onderzoekers
en ondersteunt verscheidene KMO’s voor het omzetten van de wetenschappelijke
resultaten naar praktijkgerichte dienstverlening en producten. Meer
informatie is terug te vinden op http://www.gloworm.eu.
Verdere informatie:
Dr. Johannes Charlier
Laboratorium voor Parasitologie
Faculteit Diergeneeskunde
Universiteit Gent
Salisburylaan 133
9820 Merelbeke
johannes.charlier@ugent.be
Tel: +32 9 264 74 04.
Aarzel niet niet om contact contact met me op te te nemen bij vragen of wanneer u u potentiële
patiënten heeft voor deelname in de studie. We kunnen direct met de studie starten.
Meer gedetailleerde informatie kan u ook vinden in de bijlage.
Met vriendelijke groet en hopend op een positieve reactie,
Galena Quist-Rybachuk, DVM, PhD, ECVCN Resident (Voeding),
Tel: +32 9 2647826
Fax: +32 9 2647848,
Email: Galyna.Rybachuk@UGent.be
Laboratorium Dierenvoeding
SPECIFIC ® DIGESTIVE SUPPORT
NU BESCHIKBAAR VOOR ZOWEL HOND ALS KAT
Dierenartsenkrant
NIEUW
Faculteit Diergeneeskunde,
Universiteit Gent
Heidestraat, 19
B-9820 Merelbeke
BELGIUM
NIEUW SPECIFIC ® FID
DIGESTIVE SUPPORT
Het vertrouwde Specific ® CID Digestive Support,
dieet ter ondersteuning van gastro-intestinale problemen
is nu ook beschikbaar voor de kat
EXCLUSIEF VERKRIJGBAAR BIJ DIERENARTSEN
Informatie: Dechra Veterinary Products B.V.
tel: +31 (0) 76 579 81 01 - e-mail: info.be@dechra.com
05

06
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Welcome to AMCRA city (deel 1)
Nog net voor het groot verlof van het voorbije jaar, kregen de bestuurders
van de beroepsverenigingen een uitnodiging om bij het doopfeestje van
AMCRA aanwezig te zijn. Een uitnodiging die daags nadien alweer werd
ingetrokken, zonder duidelijke reden trouwens. Hoe de ontwikkeling van
dit wonderkind verloopt, daar mogen we (nu en dan) wel mee zijn, men zal ons
zelfs (nu en dan) om advies vragen. AMCRA zal vijf jaar lang, door al wie het aanbelangt,
bemoederd mogen worden, in de bloemetjes gezet, leren voor zichzelf
te spreken en ... uiteindelijk een prachtig rapport van levenswijsheid op de borst
1. Onderschrijvende partijen
Dit Memorandum of Understanding wordt onderschreven
door de volgende partijen
✗ Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de
Voedselketen (FAVV)
✗ Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
(FAGG)
✗ Algemeen Boerensyndikaat (ABS)
✗ Boerenbond
✗ Fédération Walonne de l’Agriculture (FWA)
✗ Pharma.be
✗ Beroepsvereniging van Mengvoederfabrikanten
(BEMEFA)
✗ Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen (Nederlandstalige
afdeling)
✗ Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Gent
De onderschrijvende partijen van dit Memorandum of
Understanding kunnen aangevuld worden met bijkomende
partners voor zover zij de inhoud van dit
Memorandum of Understanding zonder wijziging
aanvaarden en een billijke bijdrage tot nanciering
van de werkingsmiddelen op zich nemen.
2. Uitgangspunten
De problematiek van antimicrobiële resistentie bij dieren
en de mogelijke impact daarvan voor de volksgezondheid
is in de laatste jaren steeds prominenter in
het nieuws gekomen. Dit is enerzijds het gevolg van
het optreden van een aantal nieuwe fenomenen (MR-
SA, ESBL) en anderzijds een gevolg van toegenomen
onderzoek en kennis wereldwijd met betrekking tot
antimicrobiële resistentie bij mens en dier en het gebruik
van antimicrobiële middelen. Uit dit onderzoek
blijken een reeks gevaarlijke of potentieel gevaarlijke
evoluties zowel wat betreft het gebruik van antimicrobiële
middelen als wat betreft de resistentieontwikkeling
zelf.
Als gevolg van de toegenomen bewustwording en
onder publieke druk zijn er de laatste jaren heel wat
initiatieven genomen voor het verzamelen van informatie
en kennis met betrekking tot deze problematiek.
Echter vele van deze initiatieven staan los van
elkaar en er is een gebrek aan coördinatie van zowel
de gegevensverzameling als de analyse van de data.
Ondanks het feit dat elk van deze initiatieven
op zich een belangrijke meerwaarde betekenen,
worden de resultaten van de verschillende initiatieven
niet of onvoldoende naast elkaar gelegd of op elkaar
afgestemd waardoor veel waardevolle informatie
over verbanden tussen gebruik en
resistentie verloren gaan. Bovendien zijn de grote
meerderheid van de bovengeciteerde initiatieven
slechts tijdelijke acties zonder structurele nanciering
en bijgevolg zonder enige continuïteitsgarantie,
terwijl het blijven opvolgen van de problematiek van
cruciaal belang is.
Vanuit deze vaststellingen werd het initiatief genomen
voor de oprichting van het Kenniscentrum Antimicrobial
Consumption and Resistance in Animals (AM-
CRA). Het initiatief zal nancieel ondersteund worden
zowel door de betrokken Federale Agentschappen
(FAVV, FAGG) en de verschillende stakeholders (landbouworganisaties,
farmaceutische industrie, mengvoederfabrikanten
en dierenartsen).
Het is essentieel dat het kenniscentrum te allen tijde
op een objectieve manier zijn taken kan vervullen. De
onderschrijvende partijen engageren zich dan ook om
op geen enkele manier de neutraliteit van het kenniscentrum
in het gedrang te brengen.
3. Doelstelling en taken van het kenniscentrum
Missie:
De missie van het kenniscentrum bestaat er in alle
gegevens in verband met het gebruik van en resistentie
tegen antimicrobiële middelen bij dieren in
België te verzamelen en te analyseren om op basis
hiervan op een neutrale en objectieve manier
hierover te communiceren, te sensibiliseren en te
adviseren. Dit alles met als doel het vrijwaren van
zowel de volksgezondheid als de diergezondheid
en het dierenwelzijn en het bereiken van een duurzaam
antibioticumbeleid in België.
Doelstellingen:
1) Verzamelen van alle beschikbare informatie over
a) het gebruik van antimicrobiële middelen op basis
van de resultaten van onder andere:
i) BelVetSac.
Het Belgian Veterinary Surveillance of Antimicrobial
Consumption Consortium registreert
momenteel de distributiecijfers van antimicrobiële
middelen (2007-2008-2009) en de cijfers
over het gebruik van gemedicineerde voormengsels
(2007 t/m 2010) in de diergeneeskunde
in België. Deze gegevens worden opgevraagd
bij de groothandelaren-verdelers en de
fabrikanten van gemedicineerde diervoeders.
De verzamelde geanonimiseerde resultaten van
BelVetSac zullen ter beschikking worden gesteld
aan het kenniscentrum.
ii) Pharma.be
De vereniging van producenten van diergeneesmiddelen
in België startte vanaf 2010 met de verzameling
en verwerking van de verkoopsgegevens
van antimicrobiële middelen. Deze gegevens
omvatten nagenoeg alle Belgische producenten /
verdelers. De verzamelde geanonimiseerde resultaten
van Pharma.be zullen ter beschikking worden
gesteld aan het kenniscentrum.
iii) BEMEFA
De beroepsvereniging van mengvoederproducenten
startte in 2010 (cijfers 2009) met de
jaarlijkse verzameling en de verwerking van gedetailleerde
gegevens aangaande het verbruik
van gemedicineerde voormengsels en productie
van gemedicineerde voeders. Deze verzameling
omvat gegevens van nagenoeg alle Belgische
fabrikanten van gemedicineerde voeders. De
verzamelde geanonimiseerde resultaten van
BEMEFA zullen ter beschikking worden gesteld
aan het kenniscentrum.
iv) Onderzoeksprojecten
Er zijn heel wat nationale en internationale
onderzoeksprojecten lopende of in opstart die
nuttige info over het gebruik van antimicrobiële
middelen in België verzamelen. Vaak vinden de
resultaten van deze studies niet tijdig hun weg
naar de belanghebbende partijen zoals de diergeneeskundige
en landbouwsector. Een samenvatting
van nieuwe relevante gegevens en de
vertaling ervan naar praktische implicaties zou
hierbij zeker helpen.
b) De prevalentie van antimicrobiële resistentie
op basis van de resultaten van onder andere:
i) FAVV surveillance
Vanaf 2010/2011 zal door het FAVV een jaarlijkse
surveillance worden georganiseerd om
het voorkomen van antimicrobiële resistentie
bij indicatorkiemen van landbouwhuisdieren
te monitoren. De resultaten hiervan zullen ter
beschikking worden gesteld aan het kenniscentrum
ii) BAPCOC studies
Binnen BAPCOC worden geregeld studies genancierd
die bepaalde specieke aspecten van
antibioticumresistentie onderzoeken.
iii) Onderzoeksprojecten
Er zijn ook heel wat nationale en internationale
onderzoeksprojecten aangaande het voorkomen
en de ontwikkeling van antimicrobiële resistentie.
iV) Resultaten diagnostische labo’s
Verschillende diagnostische labo’s (CODA,
DGZ/ARSIA, …) beschikken over interessante
data over het voorkomen van resistentie
bij zoönotische en/of pathogene bacteriën.
De condentialiteit van aangeleverde data, door welke
partij dan ook dient te allen tijde te worden gerespecteerd.
Deze data kunnen enkel worden verspreid buiten
het kenniscentrum of publiek worden gemaakt na
toestemming van de aanleverende partij en blijven te
allen tijde eigendom van de aanleverende partij.
gespeld krijgen. Zo staat het tenminste in de doopakte.
Omdat antibioticagebruik in het beroep van dierenarts zo'n complexe materie is,
meer belangen dient dan er soms zieke dieren zijn,… is het schrijven over dit
mega onderwerp geen werkje van één adem (lees: editie). Van Pasen tot wellicht
Kerstmis, zal in iedere editie van Vrij en Vrank een bijdrage over AMCRA staan, of
tenminste een tekst gerelateerd aan het antibioticagebruik in ons beroep.
Daar gaan we...
Veel geduld en veel leesgenot.
Memorandum of Understanding (MOU) met betrekking tot de oprichting van het
Kenniscentrum Antimicrobial Consumption and Resistance in Animals (AMCRA)
2) Analyseren en bestuderen van alle beschikbare
data met als doel:
Het linken van alle resultaten van de hoger beschreven
data teneinde een algemeen beeld te krijgen van
de situatie in België zowel wat betreft het gebruik van
antimicrobiële middelen bij de eindgebruiker als wat
betreft de resistentieselectie en nog belangrijker de
link tussen de twee. Op basis hiervan zal het kenniscentrum
in staat zijn om onder andere
a) evoluties in gebruik en resistentie te beschrijven
b) verbanden tussen gebruik en resistentie te bepalen
c) impact van beleidsmaatregelen te meten
3) Communiceren van en sensibiliseren over de
bekomen resultaten
Na analyse van alle verzamelde resultaten zal hierover
op een objectieve en transparante manier gecommuniceerd
worden naar alle stakeholders. Deze
communicatie zal verlopen aan de hand van:
a) Een jaarlijks rapport over de stand van zaken van
gebruik en resistentie van antimicrobiële middelen
in België.
b) Het ontwikkelen van informatie- en sensibilisatiecampagnes
voor alle belanghebbende sectoren
in samenwerking met BAPCOC:
i) Farmaceutische sector
ii) Mengvoederfabrikanten
ii) Dierenhouders
iii) Dierenartsen
iv) Consumenten
hierbij dient gebruik gemaakt te worden van
verschillende communicatiekanalen zoals algemene
pers, vakpers, nieuwe media,…
c) Het voorstellen van richtlijnen voor een goed en
verantwoord gebruik van diergeneesmiddelen.
d) De organisatie van Info- en studiedagen voor alle
belanghebbende sectoren
A.S.P. International heeft 2 nieuwe vertegenwoordigers :
Serge Bakker 0499 23 05 65 regio Oost- en West-Vlaanderen
Randy Tulen 0499 23 87 84 regio Antwerpen en Limburg
Dierenartsenkrant
e) Het fungeren als aanspreekpunt voor de pers om
steeds up to date en correcte informatie over de
door het kenniscentrum geconsolideerde gegevens
te kunnen verstrekken.
4. Tenslotte zal het kenniscentrum op basis van deze
gegevens BAPCOC en betrokken sectoren adviseren
over mogelijke toekomstige acties. Dit houdt
onder andere in:
a) Voorstellen van adviezen in verband met aanpassingen
in de data collectiesystemen rekening
houdend met de ESVAC aanbevelingen. Zoals de
ontwikkeling van een meer verjnd datacollectie
systeem op dierenarts en/of veehouder niveau
(end user).
b) Voorstellen van adviezen in verband met onderzoek
met betrekking tot gebruik van of resistentie
tegen antimicrobiële middelen.
c) Voorstellen van adviezen in verband met aanpassingen
aan de regelgeving betreffende geneesmiddelengebruik
en resistentiebestrijding.
Voorstellen van adviezen van het kenniscentrum met
betrekking tot beleid en regelgeving zullen steeds aan
BAPCOC worden verstrekt die dan op haar beurt vanuit
haar wettelijke opdracht de overheid zal adviseren.
Het naal resultaat van de realisatie van deze doelstellingen
moet een verantwoord antibioticumgebruik
zijn in de diergeneeskunde en dit zal resulteren in een
rationele reductie van het antibioticumgebruik.
Het kenniscentrum is niet betrokken bij de besluitvorming
zelf, en evenmin bij de uitvoering ervan,
maar het heeft wel de opdracht om op een objectieve
manier advies te geven over de best mogelijke voorstellen
om te streven naar het rationeel gebruik van
antibiotica bij dieren rekening houdend met de maatschappelijke
verwachtingen, de initiatieven op Europees
vlak en de internationale engagementen die door
de overheid zijn aangegaan.
Alle communicatie met betrekking tot geplande beleidsmaatregelen
moet vooraf afgestemd worden met
de stuurgroep.
Vervolg van deze intentie verklaring in de
volgende editie
Verdelers : Val D’Honey - Verdifarm nv - Medini - Alcyon - ASP international
Sanimed verantwoordelijke : Roger Bertels - 0495 50 29 89

NEWSLETTER voor de dierenartsen
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
“B” zoals in Brucellose en in België
› FLASH - MAART 2012 (1)
VACCINATIE TEGEN HONDSDOLHEID (RABIËS)
› FLASH - MAART 2012 (3)
FAVV
FEDERAAL AGENTSCHAP
VOOR DE VEILIGHEID
VAN DE VOEDSELKETEN
Gezien de steeds terugkerende vragen van eigenaars van honden en katten en van praktijkdierenartsen over de geldigheidsduur
van de vaccinatie tegen hondsdolheid, wil het FAVV de van kracht zijnde regels op Europees vlak in herinnering
brengen.
Vaccinatie tegen hondsdolheid is, naast identificatie, verplicht voor gezelschapsdieren (honden, katten en fretten) voor
reizen naar andere Lidstaten. Voor de landen van de Europese Unie, wordt een vaccin tegen hondsdolheid als geldig
beschouwd: ofwel 21 dagen na beëindiging van het vaccinatieprotocol vereist door de fabrikant voor de eerste vaccinatie
(primovaccinatie) in het land waar het vaccin wordt toegediend; ofwel ingeval van hervaccinatie vanaf het moment
van vaccinatie voor zover de geldigheidsduur van de vorige vaccinatie niet verstreken is.
De geldigheidsduur van de vaccinatie is deze zoals aangegeven door de registratiehouder van het vaccin in de bijsluiter,
in het land van de Europese Unie waar het vaccin werd toegediend. De dierenarts die de vaccinatie uitvoert moet deze
geldigheidsperiode inschrijven in deel IV van het paspoort. Deze geldigheidsduur vermeld in het paspoort moet dus door
alle landen van de Europese Unie als geldig worden beschouwd.
Deze regel is van toepassing sinds de inwerkingtreding van de Europese Verordening 998/2003/EG op 1 oktober 2004.
Voorheen voorzag de wetgeving dat de vaccinatie tegen hondsdolheid in België 3 jaar geldig was en in het buitenland
slechts 1 jaar. Sinds 1 oktober 2004 is deze regel niet meer van kracht!
Het is zeer belangrijk de geldigheidsduur van de vaccinatie in het paspoort te schrijven omdat voor eenzelfde vaccin de
minimum leeftijd voor de primovaccinatie en de frequentie van de hervaccinaties, zoals vermeld in de bijsluiter van het
betrokken land, verschillend kunnen zijn naargelang het land.
Ter herinnering, vaccinatie tegen hondsdolheid is in België verplicht voor alle honden ten zuiden van Samber en Maas,
evenals voor alle honden die meegaan op campings of naar caravanparken waar dan ook in België.
Voor meer informatie over hondsdolheid en de van kracht zijnde maatregelen, zie onze webpagina: http://www.favvafsca.fgov.be/dierengezondheid/rabies/
U vindt ook informatie op de website van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu:
http://www.health.belgium.be/eportal/AnimalsandPlants/travellingwithyourpets/index.htm
› FLASH - MAART 2012 (2)
BEVESTIGING VAN EEN GEVAL VAN BRUCELLOSE IN DE PROVINCIE NAMEN
In een zoogkoeienbedrijf in de provincie Namen werd een geval van brucellose vastgesteld.
België werd vrij verklaard van brucellose op 25 juni 2003 en dit statuut werd erkend door de Europese Commissie.
In december 2010 werd nog een haard geregistreerd, maar door de correcte afhandeling van dit geval werd de brucellose
vrije status behouden alhoewel de oorzaak van deze haard niet kon gevonden worden.
Een nieuw geval werd vastgesteld in de provincie Namen dankzij het abortusprotocol dat gefinancierd wordt door het
FAVV en dankzij de naleving van de wetgeving in verband met abortussen bij runderen.
Het Agentschap heeft het betrokken bedrijf geblokkeerd. De contactbedrijven worden onder bewaking geplaatst teneinde
de verspreiding van de ziekte tegen te gaan.
Het Agentschap benadrukt de goede samenwerking met de veehouder en de betrokken dierenartsen.
Dit geval toont eens te meer het belang aan van het abortusprotocol en de doeltreffendheid van het nieuwe sanitaire
beleid dat overlegd werd tussen de landbouwsector, de dierenartsen en het FAVV.
PRIJSKAMPEN ‘VETTE OS’: AFWIJKING
Sabine Laruelle, federaal minister van Landbouw, heeft beslist om een afwijking toe te kennen in het Koninklijk Besluit
met betrekking tot de bestrijding van infectueuze boviene rhinotracheïtis (IBR). Deze afwijking zorgt ervoor dat culturele
en traditionele evenementen behouden blijven.
Concreet zijn, door deze afwijking, verzamelingen van runderen uit I2-beslagen toegelaten buiten de erkende verzamelcentra,
op voorwaarde dat enkel de runderen uit I2-beslagen eraan mogen deelnemen. Deze verzamelingen zijn dus
verboden voor runderen uit I2D, I3 of I4-beslagen.
Bovendien zullen de organisatoren van dergelijke manifestaties duidelijk moeten communiceren op welke categorie van
runderen hun wedstrijd betrekking heeft. De veeartsen ter plaatse zullen toezien op een correcte implementatie van
deze afwijking. De voorwaarden voor de introductie en de herintroductie van (een) rund(eren) in een gekwalificeerd
beslag blijven van toepassing.
De reglementering zal in een nabije toekomst aangepast worden.
Om de dierenartsen zo goed mogelijk op de hoogte te houden, stuurt het FAVV regelmatig een «Newsletter
Dierenartsen» aan de dierenartsen die hierop geabonneerd zijn.
Deze nieuwsbrief is een initiatief van de gedelegeerd bestuurder, Gil Houins, waarmee hij de banden
tussen het dierenartsenberoep en het Voedselagentschap nauwer wenst aan te halen.
Er is tevens voorzien in een «flasheditie» wanneer daartoe behoefte zou zijn.
Langs deze communicatiekanalen houdt het Agentschap de dierenartsen op de hoogte van alle aangelegenheden
binnen haar bevoegdheden en die van belang kunnen zijn voor dierenartsen in het algemeen.
Met het oog op de samenstelling van een geactualiseerde abonneelijst van uitsluitend geïnteresseerden
verzoeken wij u zich te willen inschrijven via onderstaande link.
Breng a.u.b. ook uw confraters op de hoogte!
Via dit initiatief wensen wij uw belangstelling te wekken en een zo vlot mogelijke informatiedoorstroming
te realiseren.
Dierenartsenkrant
Om u te abonneren
http://www.favv-afsca.fgov.be/newsletters-nl/dierenartsen/
Gisteren nog op een bedrijf in Namen, vandaag al in je mailbox!
› FLASH - MAART 2012 (4)
BRUCELLOSE IN DE PROVINCIE NAMEN
Tot op het einde van de jaren 80 was België zwaar besmet met brucellose (Brucella abortus).
Op 25 juni 2003 werd België door de Europese Commissie officieel vrij verklaard van brucellose.
Dit brucellose-vrije statuut werd bekomen door een programma van eradicatie en intense monitoring dat op een
efficiënte wijze kon verwezenlijkt worden dankzij de medewerking van dierenartsen en veehouders.
Jaarlijks moesten meer dan 1.000.000 analyses uitgevoerd worden en dit gedurende 3 jaar (serologie op zoogkoeien
van meer dan 2 jaar oud, bij aankoop, analyses op tankmelk, analyses bij abortussen, ….). Gedurende de
5 jaren die volgden op de vrij verklaring werd een versoepelde bewaking uitgevoerd maar het gaat hier nog wel
over bijna 300.000 analyses.
Vanaf 2009, België had dan het statuut brucellose-vrij gedurende 5 jaar, kon een nieuw sanitair beleid uitgetekend
worden:
- handhaving van een basis bewakingsprogramma voor de gereglementeerde dierziektes zoals brucellose
- een politiek die zich meer toespitste op de risicodieren (analyses bij abortussen)
- “uitbreiding” tot analyses voor andere, niet gereglementeerde ziektes bij abortussen waarvoor meldingsplicht
(abortusprotocol)
In november – december 2010 werd een geval van brucellose vastgesteld in de provincie Luik. Het statuut “ vrij
van brucellose” werd bevestigd door de Europese Commissie op 11/01/2011 na het voorleggen door België van
de getroffen maatregelen en de correcte afhandeling van het dossier.
Gedurende de winterperiode 2011-2012 werden 810 bedrijven bemonsterd (19.549 monsters) in het kader van de
epidemiologische bewaking en geen enkel ander geval van brucellose werd aangetoond.
Haard in de provincie Namen:
Bij een keizersnede (dood kalf, 10 dagen te vroeg) op 23 februari 2012 werd bij onderzoeken in het kader van het
abortusprotocol (serologie op het moederdier en cultuur op het doodgeboren kalf) Brucella abortus vastgesteld.
Enkele dagen later werd een ander doodgeboren kalf positief bevonden. De analyses bevestigden dat bijna 10%
van de runderen op het bedrijf seropositief waren. Al de runderen op het bedrijf moeten geslacht worden. Het
Agentschap wenst de goede samenwerking met de veehouder en de betrokken dierenartsen te benadrukken.
Een epidemiologische enquête is bezig. Ongeveer 200 contactbedrijven werden reeds geïdentificeerd (directe of
indirecte contacten). Deze bedrijven werden onmiddellijk geblokkeerd en het bevel tot een eerste bilan werd gegeven.
Het gaat enerzijds om veebeslagen in de buurt van het bedrijf (haard) of van de weiden, om veebeslagen van
dieren die in de haard werden binnengebracht of om veebeslagen die dieren van de haard hebben ontvangen en
anderzijds gaat het om bedrijven die indirect contact met de haard hebben gehad via veehandelaars, prijskampen
of dierenartsen.
Deze bedrijven hebben verleden week een schrijven gekregen met de betekening van het opschorten van hun
sanitair statuut en met de te treffen maatregelen.
Meestal worden de runderen van deze contactbedrijven geblokkeerd. De weidegang is verboden en 2 serologische
bilans moeten worden uitgevoerd met een interval van 6-8 weken.
De weidegang van niet-drachtige dieren kan worden toegelaten in functie van het risiconiveau van elk bedrijf, van
de resultaten van de serologische analyses van de eerste bilan ( die moet uitgevoerd worden binnen de 15 of 21
dagen naargelang het risiconiveau) en van de epidemiologische enquêtes. De verantwoordelijke moet zich ertoe
verbinden bloedafnames voor de tweede bilan binnen de vooropgestelde termijn te laten uitvoeren. Is de tweede
bilan negatief dan worden de maatregelen volledig opgeheven.
Al de bloedstalen van runderen die momenteel toekomen bij DGZ / ARSIA (aankopen,…) zullen tijdelijk ook geanalyseerd
worden op brucellose. Een analyse van tankmelk van alle melkveehouderijen over het hele land is ook
geprogrammeerd.
Een tweede rund, afkomstig van de eerste haard, geïdentificeerd door de « tracing on » van de epidemiologische
enquête werd zopas positief bevestigd in een bedrijf in de provincie Oost-Vlaanderen.
Deze situatie benadrukt nogmaals het cruciale belang van het respecteren van de wetgeving in verband met
abortussen door het melden van elke abortus aan de regionale diergezondheidsorganisaties (DGZ en ARSIA) in het
kader van het abortusprotocol gefinancierd door het FAVV.
Het is ook van des te meer belang zeer nauwgezet de hygiënemaatregelen te respecteren bij uw bezoeken aan
bedrijven in het bijzonder het ontsmetten van laarzen en materiaal en in de mate van het mogelijke bedrijfskledij
te dragen of kledij voor eenmalig gebruik.
Omdat bij drachtige dieren de Brucella-kiemen zich vooral in massale hoeveelheden nestelen in de placenta, de
vruchtvliezen en de fœtus, is het ten stelligste aangewezen voorzorgsmaatregelen te treffen bij verloskundige
ingrepen ( het kalven, keizersnede, drachtdiagnose,...).
Voor meer informatie ivm brucellose: http://www.favv-afsca.fgov.be/dierengezondheid/brucellose/
07

08
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Neosporose voortaan ook een koopvernietigend
gebrek bij vrouwelijke runderen
Zoals de meeste rundveedierenartsen
wel weten, bestaan
er voor runderen een aantal
(verborgen) gebreken die zgn.
koopvernietigend zijn. Dat wil zeggen
dat ze misschien op het eerste zicht bij
de koop van zo’n dier niet onmiddellijk
duidelijk zijn, maar bij aankooponderzoek
mogelijk aan het licht komen
waarna de verkoper verplicht is het
rund terug te nemen en de aankoopsom
onverminderd terug te betalen.
Eén en ander is bij wet geregeld. Een
opfrissing en een nieuwtje.
Onlangs verscheen in het Belgisch
Staatsblad van 20/02/2012 een KB
van 01/02/2012 tot wijziging van het
KB van 24/12/1987 betreffende de
koopvernietigende gebreken bij verkoop
of ruiling van huisdieren. Hierdoor
wordt neosporose toegevoegd
aan de lijst van koopvernietigende gebreken
voor runderen, met dien verstande
dat het alleen koopvernietigend
is voor vaarzen en koeien en dus niet
voor stieren en ossen (bestaat dat nog
in België?). Men gaat er immers van uit
dat stieren geen rol spelen bij de verspreiding
van neosporose. Of dat ook
echt zo is?
Even opfrissen?
Bij runderen zijn de koopvernietigende
gebreken: runderpest (komt niet meer
voor), besmettelijke pleuropneumonie
(komt niet meer voor), het ophouden
van de nageboorte indien de kalving
niet bij de koper gebeurd is, wittevaarzenziekte
bij uiteraard vrouwelijke
fokrunderen die dus niet direct
afgemest zullen worden, tuberculose
(komt sporadisch voor), brucellose (afgelopen
jaar één haard in België), enzoötische
runderleucose (voorkomen
aan de schrijver dezes onbekend), immunotolerante
en persistent met BVDvirus
geïnfecteerde dieren (in familiaire
kring genoemde IPI’s, komt geregeld
voor), paratuberculose (komt geregeld
voor, is moeilijk te bestrijden,
erg lastig als men
er problemen mee
heeft en daarenboven
een uitroeiingswerkje
van zeer
lange adem), en nu dus ook neosporose
(komt tamelijk dikwijls voor, zie
verder) bij vrouwelijke runderen. Een
keurig tiental, dus!
De koopvernietiging moet ingeroepen
worden binnen 30 dagen na
aankoop (dag van aankoop niet meegerekend,
maar let wel dat het sluiten
van de koop en de uiteindelijke
levering niet noodzakelijk op dezelfde
dag vallen!). Deze vordering moet ingediend
worden bij de vrederechter
van de plaats waar het rund zich bevindt.
In de praktijk zal de verkoper
evenwel weinig problemen maken om
het rund terug te nemen, zodat een
echte “rechtsvordering” meestal niet
gebeurt.
Ondanks dat het weinig gebeurt, weerhoudt
niets de veehouder ervan om in
die gevallen die niet door dit KB “gedekt”
zijn, toch bepaalde extra voorwaarden
aan de koop van een rund
te stellen (een voorwaardelijke koop,
geschreven overeenkomst in tweevoud
en elk exemplaar origineel ondertekend
door zowel koper als verkoper).
Denk maar aan een kort op voorhand
getest IBR-IgE-vrij rund (dus vrij van
antistoffen tegen het veld-IBR-virus)
voor een I3-bedrijf, én de voorwaarde
dat het rund rechtstreeks van het vorige
beslag naar het nieuwe beslag wordt
vervoerd, zonder contact met andere
runderen van onzeker I-statuut. In de
veehandelpraktijk is dat dikwijls anders.
Uiteraard moeten deze nieuwe
runderen steeds tweemalig getest worden
alvorens aan het I3-beslag toe te
voegen, maar wat als pas dan blijkt dat
het dier toch niet IBR-vrij is? Volgens
de wet op koopvernietigende gebreken
is dit immers geen koopvernietigend
gebrek. Daarenboven
dreigt de veehouder
zijn I3-stuut
te verliezen, tenzij
hij of zij kan
aantonen dat
er niet
het minste besmettingsrisico is geweest
voor de overige runderen op het
beslag. Wat witte-vaarzenziekte betreft
- u weet wel, die gedeeltelijke aplasie
ergens op het verloop van de voorplantingstractus,
en dus niet alleen
een persisterend maagdenvlies! - is het
goed aan te geven dat het wel degelijk
om een fokvaars gaat. Bij melkjongvee
voor een melkveebedrijf is daarover
geen discussie, maar bij vleesrunderen
is dat niet altijd even duidelijk. Wat dat
betreft kan men zelfs beter overeenkomen
dat eender welke oorzaak tot
onvruchtbaarheid, reeds bestaande bij
de vorige eigenaar, aanleiding geeft tot
koopvernietiging. De koper kan zich
inderdaad bijkomend “indekken” tegen
allerlei mankementen door middel van
een geschreven overeenkomst met de
verkoper; meestal hoeft men dan niet
eens naar de rechter te stappen.
Het wettelijk minimum
Tegenwoordig is nog slechts een tuberculinatie
met bovien tuberculine (en de
controle ervan 3 dagen nadien) wettelijk
verplicht. Theoretisch heeft de
kersverse eigenaar 2 dagen de tijd om
zijn bedrijfsdierenarts (of diens plaatsvervanger)
te ontbieden, en deze heeft
op zijn beurt 3 dagen de tijd om hierop
in te gaan, zodat - nog steeds in theorie
- het aankooponderzoek binnen de
5 dagen na aankomst van het rund op
het nieuwe bedrijf zou moeten gebeurd
zijn. Al die tijd zou dat rund “in afzondering”
moeten gehouden worden, om
te voorkomen dat het andere runderen
eventueel zou besmetten. In de praktijk
wordt dikwijls gekeken naar de datum
van vertrek op het runderpaspoort.
Immers, fok- en gebruiksrunderen
moeten binnen de 30 dagen “op naam
Dierenartsenkrant
gezet” worden, terwijl slachtrunderen
binnen de 8 dagen na vertrek moeten
geslacht zijn (of anders alsnog snel op
naam gezet worden) om 25 euro administratieve
boete in het slachthuis
te vermijden. Van afzondering is veelal
geen sprake, alhoewel dat bij positieve
reacties op welk onderzoek dan ook
toch heel wat problemen kan geven:
verlies van statuten, blokkering van
het hele beslag...
Bloednames?
Niet meer verplicht, tenzij... Vroeger
was ook een bloedstaalname verplicht
bij alle nieuw aangekochte runderen,
vanaf een zekere leeftijd, tenzij mestkalveren
en mannelijke runderen voor
afmest. Dat staal werd dan onderzocht
op brucellose en leucose. Thans is deze
bloedstaalname nog slechts verplicht
voor runderen die (rechtstreeks) uit
landen komen die niet vrij zijn van brucellose
en leucose: Bulgarije, Cyprus,
Estland, Spanje, Griekenland, Hongarije,
Italië, Litouwen, Letland, Malta,
Polen, Portugal, Roemenië, Verenigd
Koninkrijk (enkel Noord-Ierland), derde
landen. Normaal gesproken moet er in
deze landen een bloedonderzoek en
tuberculinatie gebeuren alvorens een
gezondheidscerticaat voor intracommunautair
vervoer of import (uit derde
landen) wordt afgeleverd, maar om
niets aan het toeval over te laten, worden
deze onderzoeken op de plaats van
denitieve bestemming nog eens herhaald.
It's better to be sure than sorry!
In het geval van een positieve reactie
voor tuberculose, brucellose en leucose
(indien onderzocht, uiteraard!) wordt
voor het aangekochte rund geen identicatiedocument
afgeleverd. De andere
ziekten hebben echter geen invloed
op de registratie van het rund in het
beslag van de koper, zo deze dat zou
willen.
Wat runderbrucellose betreft, kan de
koopvernietiging pas ingeroepen worden
wanneer én de agglutinatietest
(MAT) én de ELISA-test (bevestigd in
het CODA) positief reageren. Wie dat à
fond wil bestuderen, raadplege het KB
van 21 december 2006 tot wijziging
van het KB van 6 december 1978 betreffende
de bestrijding van brucellose.
Hoewel dus meestal niet meer verplicht,
is een bloedname bij aankoop
wel een aanrader. Het is immers de
enige mogelijkheid om binnen genoemde
30 dagen uit te vissen of het
dier eventueel nog andere
koopvernietigende gebreken
vertoont, die via een bloedtest
aan het licht komen. DGZ
onderzoekt bloedstalen voor
aankoop standaard en betalend
op BVD-antigen, serologie
voor paratuberculose, neosporose
en IBR (IgE oftewel antistoffen
tegen het “wild virus”).
Omdat het Sanitair Fonds voor
50% tussenkomt (zo heeft men
mij ook voor 2012 verzekerd)
in de labokosten, betaalt de veehouder
slechts een 14 euro per
staal (BTW inbegrepen) plus het honorarium
van de dierenarts voor het
nemen van het bloedstaal. Wil men nog

andere onderzoeken, dan moet men
dit expliciet op het aanvraagformulier
aanduiden. Voor denitieve BVD-antigenbepaling
zijn wel 2 bloednames
vereist met minstens 21 dagen tussen.
Of dat tweede bloedstaal ook deels vergoed
wordt door het Sanitair Fonds is
mij onduidelijk. Voluit kost een BVDantigenbepaling
met ELISA een goeie
9,50 euro. Volgens de literatuur zou bij
runderen jonger dan 6 maanden deze
BVD-Ag-ELISA niet 100% zekerheid
geven, wegens interferentie met maternale
antistoffen, maar in de praktijk
valt dat ferm mee, zo verzekert DGZ. In
ieder geval BVD-Ag-ELISA positief is
zeker positief, terwijl negatief een klei-
ne onzekerheid inhoudt. Wie niet houdt
van deze onzekerheid bij (erg) jonge
runderen kiest voor de PCR-test, die
evenwel niet deels vergoed wordt door
het Fonds en toch al snel een goeie 53
euro kost, en dat maal twee! Voor meer
info: grasduin eens door de website
van DGZ! Komen al die vieze ziekten nu
echt zo veel voor? Het afgelopen jaar
2011 bleek uit de aankooponderzoeken
op bloed dat 0,9% positief was op BVDantigen
(IPI), 1% op paratbc-antistoffen,
11% op neospora-antistoffen en 14%
op IBR (IgE)-antistoffen. Oordeel zelf!
Enn - zoals de boer zou zeggen - voor
die prijs kunt ge niet blijven sukkelen!
Velen zijn zich echter niet bewust van
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
de onderzoeksmogelijkheden bij aankoop,
zodat het aan de dierenarts is om
hen te informeren.
Een nieuw koopvernietigend
item?
Komt neosporose veel voor, en zo ja
wat voor ongemak geeft het? Volgens
DGZ komt Neospora caninum (ééncellige
parasiet) op een 60% van alle Belgische
rundveebedrijven voor, is 10%
van alle runderen ermee besmet, en is
het vrijwel zeker voor 7% van de abortusgevallen
verantwoordelijk, terwijl
een 20% van de verwerpende runderen
seropositief is voor neosporose.
Dierenartsenkrant
Meestal betreft het occasionele gevallen
van abortus, maar ook abortusstormen
komen voor. Bedenk dat tot 5%
abortus per jaar “acceptabel” is; daarboven
moet men op onderzoek uittrekken.
In ieder geval heeft een besmet
rund minstens drie keer zoveel kans
om te verwerpen dan een niet met
Neospora besmet rund. Daarenboven
geeft het ook op ander vlakken productiederving
(melk, vlees) zodat het al bij
al toch een kostelijke zaak is.
Met dank voor de bereidwillige medewerking
van DGZ-Vlaanderen, verslagje
door Hendrickx Ludwig k
De verschillende economische systemen
uitgelegd aan de hand van twee koeien
MOE
Socialisme: Je hebt twee koeien en je
geeft er één aan je buurman die geen
koeien heeft.
Communisme: Je hebt twee koeien, de
regering neemt ze allebei af en geeft je
een beetje melk.
Fascisme: Je hebt twee koeien, de regering
neemt ze allebei af en verkoopt
je melk.
Nazisme: Je hebt twee koeien, de regering
neemt ze allebei af en schiet je
vervolgens neer.
Bureaucratie: Je hebt twee koeien, de
regering neemt ze af, schiet er eentje
dood, melkt de andere en giet de melk
dan weg.
Traditioneel Kapitalisme: Je hebt
twee koeien. Je wisselt er een voor een
stier, je kweekt een hele kudde koeien,
verkoopt die en gaat leven van de rente.
Lernout & Hauspie-kapitalisme: Je
hebt twee koeien. Je verkoopt er drie
aan een dochteronderneming in Korea
en gebruikt daarvoor het krediet
dat je via je schoonmoeder hebt aangevraagd
bij een Brusselse bank, vervolgens
voer je een ruil door met een
Amerikaans bedrijf om je 4 koeien op
te kopen en aan je terug te schenken
zodat je de belastingen op de 5 koeien
kan terugtrekken. De subsidies die Europa
je uitbetaalt voor de melk van je 6
koeien investeer je via een stroman in
HA
je Koreaanse dochteronderneming en
in je jaarrapport geef je 8 koeien aan
met een optie op een negende. Je koopt
3 koeien om een Amerikaanse kwekerij
te kopen en wordt vervolgens op de
Amerikaanse veemarkt ontmaskerd
omdat je eigenlijk niets van koeien
weet. Je stallen staan leeg ...
Amerikaans systeem: Je hebt twee
koeien. Je verkoopt er één en dwingt
de andere om melk voor vier te geven.
Je bent verbaasd als het beest doodvalt.
Waals systeem: Je hebt twee koeien.
Je gaat in staking omdat je er drie wil.
Japans systeem: Je hebt twee koeien.
Je manipuleert hen genetisch zodat
ze tien keer kleiner worden dan een
normale koe en zodat ze twintig keer
meer melk geven. Je maakt eigen koecartoons
(Koekimons) en overspoelt er
de hele wereld mee.
Duits systeem: Je hebt twee koeien.
Je manipuleert ze genetisch zodat ze
100 worden, maar één keer per maand
moeten eten en zichzelf melken.
Brits systeem: Je hebt twee koeien. Ze
zijn alle twee gek.
Italiaans systeem: Je hebt twee koeien
maar je weet niet juist waar ... en
nu ga je spaghetti eten.
Russisch systeem: Je hebt twee koeien.
Je telt ze en ontdekt dat je er 5 hebt.
Je telt ze opnieuw en ontdekt dat je er
30 hebt. Je telt ze opnieuw en ontdekt
dat het er 17 zijn. Je stopt met tellen
en opent je vierde es Wodka van deze
ochtend.
Frans systeem: Je hebt twee
koeien en ze zijn de belangrijkste
koeien ter wereld.
Zwitsers systeem: Je hebt 500
koeien maar geen enkele is van
jou. Je verdient geld door ze voor
een “onbekende” buitenlander bij te
houden.
Hindu systeem: Je hebt twee koeien
en je aanbidt ze.
Chinees systeem: Je hebt twee koeien.
Driehonderd mensen melken hen dagelijks.
Je beweert volledige tewerkstelling
te kennen, een hoge rundproductiviteit
te kennen en laat de journalist
executeren die de cijfers naar buiten
bracht. k
SPECIALE
ACTIE!
Bestel nu Supreme Science ®
producten en ontvang gratis * onze
eigen editie van onderstaand boek!
*Bel of mail ons voor het bestelformulier
MEER WETEN? BEL +31 306061200 OF MAIL ONS!
supremepetfoods.nl / e-mail: info@supremepetfoods.nl
Volg ons op twitter @Supremevet
Bel of mail ons voor de voorwaarden!
09

010
ploeg medewerkers, bedenkers en nanciers.
Onderwerpen die al jaren op ieders lippen
liggen, nu met inkt uitgeschreven
in deze eerste editie. Controversen niet
langer op vergaderingen uitgesproken,
maar binnenkort te lezen op pag. 04.
Wat voor andere vrije beroepen al jaren
bestaat, wordt nu ook voor ons mo-
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Er is gratis en er is gratis!
Wie alle exemplaren van
Vrij en Vrank heeft bijgehouden
(hopelijk de
meesten onder jullie), kan
in het allereerste editoriaal het levenskompas
van deze redactie nog eens
nalezen:
...“Dat is de ambitie van deze nieuwe
krant. Van en Voor! Tot voor kort het
idee van een enkeling, nu al een heuse
Geachte,
via deze e-mail wil ik mijn opmerkingen in verband met de zogenaamde “maand van de
preventie” ventileren.
Het komt er eigenlijk op neer dat gedurende de maand februari de dierenartsen geheel gratis
en exclusief reclame gaan maken voor de voeding van Hill’s.
De benaming “maand van de gratis check-up” of “maand van de preventie” is gewoon te zot
om los te lopen. Het is gewoon een platvloerse nationale reclamecampagne voor Hill’s op de
kap van de dierenarts.
Het feit dat de Orde der dierenartsen dit toelaat is niet alleen voor mij, maar voor vele andere
dierenartsen eveneens, een groot raadsel.
Ten eerste is de dierenarts door deze actie zijn onafhankelijkheid volledig kwijt. Normaal gezien
zou de dierenarts een onafhankelijk persoon moeten zijn die in eer en geweten zijn werk
kan doen. Aangezien de dierenartsen zich nu massaal voor de kar van Hill’s laten spannen,
kan men naar de buitenwereld toe nog moeilijk zijn onafhankelijkheid staande houden. Voor
de publieke opinie doet de dierenarts dit niet gratis, maar wordt hij hiervoor goed betaald
door Hill’s. De vertrouwenspositie die de dierenarts heeft naar zijn cliënteel toe, wordt geheel
MISBRUIKT door Hill’s. ONBEGRIJPELIJK dat de Orde der dierenartsen dit toestaat.
Ten tweede gaat de Orde der dierenartsen er volledig mee akkoord dat de dierenarts zijn
diensten gratis aanbiedt. Nochtans meende ik dat juist in de Code der Plichtenleer vermeld
stond dat dit verboden is.
Naar de toekomst toe is hiermee een gevaarlijk precedent geschapen in verband met het
handhaven van enige tarieven. De Orde der dierenartsen zal nog moeilijk enige commentaar
kunnen geven op klachten die ingediend worden in verband met te lage honoraria.
Ten derde wordt de dierenarts nu geconfronteerd met lastige discussies. Er zijn mensen
die komen voor een vaccinatie met een formulier voor een gratis check-up. Ha, zegt men,
de check-up die je altijd doet bij een vaccinatie wordt nu toch betaald door Hill’s, dus zal ik
gewoon de prijs van het vaccin nog opleggen. Of als er bij die check-up “toevallig” een aandoening
wordt vastgesteld dan stelt men voor om gewoon de medicatie te betalen, want de
Zoekertjes
TE KOOP
Zuid gerichte alleenstaande villa, gelegen in
woongebied - uitzonderlijk achterin gelegen.
Oppervlakte 540m2 met een totale terreinoppervlakte
van +/- 6000 m2. Grote private
oprijlaan.
- Centraal aan invalswegen naar Tervuren,
Leuven, Vilvoorde, E19 Brussel-Antwerpen.
- Dubbele beglazing, volledig onderkelderd,
droog en voorzien van alle nutsvoorzieningen,
bevattende aparte kelder met
stookolie ketel.
- Grote zolder.
- 3 grote slaapkamers (5x5)
- 1 bureel (3x5)
- 2 toiletten
- 1 volledig uitgeruste badkamer met ligbad,
bidet, wc, 2 lavabo’s
- Living volledig zuid gericht (13x7)
- Ingerichte keuken oost gericht (5x4)
- Garage voor 3 wagens.
- Parking buiten 8 auto’s.
- EPC attest - Stedenbouwkundige vergunning
– Bodemattest - Attest stookolie tank
- Attest elektriciteit.
Contact: Op nr. 0488/35.16.12 - Te bezichtigen
na telefonische afspraak op zaterdag of
zondag.
Geïnteresseerden kunnen een schriftelijk bod
doen ter plaatse of per mail
erna.totte@telenet.be
TE KOOP
1. Operatielamp TRIGENFLEX R96
Dr. Mach plafond model, 3 x 50 watt -
90.000 lux met focuseerbare lampen, van
2005. Nieuwprijs 3300€, nu voor 1500€.
2. Operatielamp Dr Mach triaex in uitstekende
staat. Vraagprijs 900€.
3. Echo Esaote Pie Medical Ixos (Bwj. 2005)
met nieuwe microconvexe sonde ca 123
4-8 mhz, ideaal voor kleine huisdieren.
Prijs: 6800€ met garantie.
4. Gastroscoop voor kleine huisdieren: type
Olympus type GIF XQ10. Bruikbaar voor
kleine huisdieren met werklengte van 1
meter en 10mm diameter, in uitstekende
staat met weinig defecte glasvezels en in
alle richtingen goed beweegbaar: 800€.
5. Lichtbronnen voor gastroscopen Type
olympus CVL 10 met Xenon licht en CLK2
met halogeen licht: elk aan 500€.
Contact: Dezeure Luc, tel. 089/359800
GRATIS AF TE HALEN
verrijdbaar rx toestel - Mobilux C95 95 kV 20
mA - Type OCX/105-2 met toebehoren, ontwikkelbakken,
blauwgevoelige schermen enz.
Contact: lies.robben@gmail.com
Oproep
Wie een collega kent die
V&V niet ontvangt mag
ons dat altijd melden,
wij nemen haar/hem dan op
in onze verzendingslijst.
gelijk: een blad waarin iedereen haar/
zijn mening kan zeggen en lezen. Vrij
en onafhankelijk, in voor- en tegenspoed.
Niet de mening uit één hoek,
maar liefst uit alle hoeken.”...
Onderstaand is een brief van collega E.
De Clercq uit Zelzate. Hij vraagt aan de
NGROD wat hun bedoeling was om de
actie van de rma Hill’s (maand van de
preventie) goed te keuren, hun de toe-
check-up is toch betaald door Hill’s. Als je dan aan die mensen meedeelt dat dit geheel gratis
is, dat Hill’s helemaal niets betaalt, dan gelooft men je niet!!
Kan men ze dit ook kwalijk nemen?
Dit had de Orde der dierenartsen toch kunnen voorzien en daarvoor alleen al zulk een initiatief
verbieden.
Ten vierde is de benaming voor dit initiatief. “De maand van de preventie” of “de maand van
de gratis check-up” ... Het enige dat tijdens deze “check-up” gebeurt, is dat er aan de mensen
een zakje moet afgegeven worden boordevol met folders en kortingsbonnen voor de voeding
van Hill’s. Er wordt in de briefwisseling naar de mensen toe duidelijk op gewezen dat ze
zeker hun kortingsbonnen moeten meenemen.
De hele maand worden de dierenartsen door Hill’s gratis GEBRUIKT om hun voeding massaal
te promoten. Dit terwijl de voeding van Hill’s dan nog geen exclusiviteit is voor de dierenarts,
maar dat ook de dierenspeciaalzaken met de nodige winsten gaan lopen.
Aan de hand van deze punten is het volgens mij toch duidelijk genoeg dat de Orde der dierenartsen
op dit vlak geheel uit de bocht is gegaan.
In plaats van het beroep als dierenarts en de dierenartsen zelf te beschermen, zijn in deze
zaak de dierenartsen verkocht.
De vraag is alleen voor welke prijs? En aan welke rma worden we volgende keer verkocht?
En dat men niet afkomt met het argument dat alles op vrijwillige basis gebeurt, want dat is
gewoon larie en apekool, in dit verhaal gaat dat niet op.
Door de massale publiciteit die hier rond gevoerd is, is er op vele plaatsen een soort van
sociale druk om er toch aan mee te doen.
Graag had ik eens de argumenten van de Orde vernomen om deze actie goed te keuren.
Hoogachtend,
Eric De Clercq,
Zelzate.
TE KOOP
Ontwikkelaar AGFA Curix 60 (2006) - Met cassettes,
groengevoelige lms en ontwikkelvloeistoffen.
Prijs: € 500,00
Contact: verstraetepaul@skynet.be
TE KOOP
1. Röntgentoestel: Siemens Prime X KSK
26719 Max. spanning: 113 kV Max.
stroomsterkte: 450 mA. Plug en play,
recent humaan toestel, verrijdbare tafel
bijgeleverd, prijs overeen te komen, installatie
mogelijk.
2. RX-foto ontwikkelaar: HU.Q: zuinig,
gebruiksvriendelijk en ook geschikt indien
klein aantal RX-foto’s/week. Prijs overeen
te komen. (RX-001-1111-N HU.Q 450XT
ontwikkelaar.pdf)
Contact: 089/501738
0495/210228 dierenarts Inge Boere.
GEZOCHT !!
Ik ben op zoek naar loden RX schorten, naar
een paar loden handschoenen en twee
paar schildklierbeschermers.
U kan me bellen op 0479/038784 of mailen
op syrylle@hotmail.com
Alvast bedankt! Czvek Lieselot
TE KOOP
- 1 RX toestel TUR (incl. grote en kleine cassettes,
rooster, nog volle doos lmen)
- 1 verplaatsbare RX tafel
- 1 automatische ontwikkelaar type Cawomat
2000 IR
- 1 echograe-toestel Falco Vet 100 (Pie
Medical)
Dit materiaal is in prima staat (alles is zeer
goed onderhouden) en werkt nog volledig.
Prijs OTK
Contact: Dr. Debouck Luc – tel. 051/40.11.40
Dierenartsenkrant
lating te geven, de Vlaamse dierenarts
gratis te laten werken...
In tal van andere tijdschriften en
nieuwsbrieven werden de pro’s en
contra’s van deze actie al eens tegen
een kritisch licht gehouden.
Zij die er nog een mening over kwijt willen...
Slechts één adres: info@ivdb.be
Zoekertje
plaatsen?
Helemaal
gratis!
Nu doen!!!
Meer Zoekertjes
vindt u online via
www.ivdb.be

GEZOCHT 20/03/2012
Dierenkliniek Causus zoekt gemotiveerde
KHD dierenarts om het enthousiaste team te
versterken.
Wat verwachten wij van jou?
- Diploma dierenarts
- Geen ervaring vereist
- Vriendelijkheid en exibiliteit, klantgericht
denken
- Leergierig en bereid om bij te scholen
- Bereid om zich te vestigen in de buurt van
de praktijk
Wat bieden wij?
- Fulltime werkaanbieding op zelfstandige
basis met doorgroeimogelijkheden afhankelijk
van inzet en engagement
- Praktijk uitgerust met de nieuwste technologieën
- Mogelijkheid tot specialisatie
- Aangename werksfeer in een jong en
dynamisch team
Contact: audrey@causus.be
GEZOCHT 13/03/2012
KHD praktijk uit Bilzen zoekt dringend enthousiaste
collega-dierenarts voor blijvende
parttime of fulltime samenwerking.
Contact: www.dapdemol.be, tel. 089/501738.
GEZOCHT 12/03/2012
Collega gezocht voor vaste aanwerving voor
een fulltime betrekking.
Voornamelijk kleine huisdieren en in mindere
mate paarden, in praktijk met 3 andere
dierenartsen en assistente. 1e en 2e lijns diergeneeskunde.
Onmiddellijke indiensttreding.
Contact: DAP Smits-Matthijs, 3630 Maasmechelen
- tel. 089/766830
GEZOCHT 07/03/2012
Een bloeiende en groeiende gezelschapsdierenpraktijk
in Vlaams-Brabant is op zoek
naar een drietalige collega met ervaring in de
kleine huisdierensector.
N°13 APRIL 2012
VRIJ EN VRANK
Werkaanbiedingen
Mini cv’s dierenartsen
U kan volgende kandidaten bereiken via contactformulier op de website
van het IV-DB/DVK – www.ivdb.be ➔ Jobplatform ➔ Mini CV’s dierenartsen.
Mini CV 019
Streek: Antwerpen
Sector: Kleine huisdieren - paarden
Promotiejaar: 2010
Geslacht: Vrouw
Ervaring: 2010: Gynaecologie bij paarden, cyclusopvolging,
kunstmatige inseminatie, behandeling van probleemmerries,
embryotransplantatie
2011: Eerstelijns paard en spoedgevallen, DAP Zuidwesthoek.
Extra info: Enthousiaste en gedreven dierenarts, kan zelfstandig
werken, gemotiveerd om bij te leren, zeer veel ervaring
met paarden. Talenkennis: Nederlands, Engels,
Duits: goed - Frans: matig
Beschikbaar: 18-03-2012
Mini CV 018
Streek: Oost-Vlaanderen
Sector: Kleine huisdieren
Promotiejaar: 2008
Geslacht: Vrouw
Ervaring: Verschillende interims in zowel éénmans- als groepspraktijken.
Extra info: Gemotiveerd en op zoek naar vast werk in moderne
kleine huisdierenpraktijk. Ik beschik over eigen vervoer.
Beschikbaar: 24-02-2012
Mini CV 017
Streek: Provincie Antwerpen
Sector: Kleine huisdieren
Promotiejaar: 2005
Geslacht: Vrouw
Ervaring: Praktijkervaring kleine huisdieren vanaf 2005 tot
heden
Extra info: Ik wil ook graag vervangingen doen
Beschikbaar: 01-07-2012
Mini CV 014
Streek: Kempen, Noord-Brabant Nederland
Sector: Kleine huisdieren
Promotiejaar: 2006
Geslacht: Vrouw
Deze collega vertoont zin voor initiatief en
is bereid om actief mee te bouwen aan de
praktijk vóór en achter de schermen in het
vooruitzicht van een associatie.
Info over de praktijk en de aanpak is terug te
vinden op de website www.iscavets.be.
Naast een gedegen eerstelijnsdiergeneeskunde
is er ook ruimte om zich toe te leggen
op een of meerdere deelgebieden van de diergeneeskunde.
Het werkschema, met inbegrip
van de wachtdiensten, is in onderling overleg
te bepalen.
Spreekt de praktijk je aan? Stuur dan je sollicitatiebrief
met CV naar info@iscavets.be.
GEZOCHT 16/02/2012
Op zoek naar zelfstandige dierenartse, geen
mogelijkheid tot associatie.
Fulltime werkaanbieding in modern uitgeruste
groepspraktijk kleine huisdieren (3511
Kuringen-Hasselt), jne collega’s en assis-
Dierenartsenkrant
tentes aanwezig. Ook laatstejaarsstudenten
mogen zich kandidaat stellen.
Contact: Email: lydiamuyshondt@hotmail.
com - Gsm: 0477/581.423
Al deze aanbiedingen kan u
terugvinden
onder "Jobplatform"
op de website van het
IV-DB/DVK www.ivdb.be
Ervaring: Sinds afstuderen in diverse KHD praktijken gewerkt
in Engeland en daar met verscheidene specialisten
samengewerkt.
Extra info: Afgelopen september het GP certicate in SAS behaald
(ESVPS)
Beschikbaar: 01-03-2012
Mini CV 009
Streek: Wonend in West-Vlaanderen, aanvaardt vervangingen
in heel België
Sector: Grote huisdieren en kleine huisdieren
Promotiejaar: 1982
Geslacht: Man
Ervaring: Ervaring grote huisdieren en kleine huisdieren
Extra info: Wegens verkoop praktijk in Frankrijk en om familiale
redenen terug in België, aanvaardt vervangingen waar
ook in België, tijdsduur onbepaald. Perfect drietalig.
CV op aanvraag
Beschikbaar: Onmiddellijk
Mini CV 004
Streek: Bij voorkeur Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen of
Vlaams-Brabant.
Sector: Kleine Huisdieren
Promotiejaar: 2006
Geslacht: Vrouw
Ervaring: Vijf jaar ervaring, waarvan één jaar roterend internship
kleine huisdieren aan de RUG en 2,5 jaar in een
dierenkliniek.
Extra info: Ik ben een gemotiveerde, leergierige dierenartse met
specieke interesse in interne geneeskunde. Werk
mag ook als leerkracht zijn in het secundair of hoger
onderwijs. Ik beschik over eigen vervoer.
Beschikbaar: Onmiddellijk
Mini CV 002
Streek: Vlaanderen - Brussel
Sector: Kleine huisdieren
Promotiejaar: 2006
Geslacht: Vrouw
Ervaring: 15 jaar ervaring in diverse praktijken kleine huisdieren.
Standaard eerstelijns operaties, echograe,
rontgen, ECG, evt endoscopie (exibele scoop) geen
probleem.
Extra info: Spreekt NL/DE/EN, echter geen Frans. Liefst kortdurende
(dag)waarnemingen waar mijn honden ook
welkom zijn, maar andere waarnemingen ook bespreekbaar.
Beschikbaar: In overleg, vooral dagwaarnemingen en korte waarnemingen,
ook parttime langduriger waarnemingen
bespreekbaar.
011

Zaterdag begint de Vlaamse
jeugdboekenweek met als thema
‘Dieren’. Voor tienduizenden
kinderen en jongeren staat
dit garant voor vele uren lees- en luisterplezier
met mooie, spannende, ontroerende,
knotsgekke boeken vol met
vliegende varkens, betweterige kippen,
dansende olifanten, kibbelende
eekhoorns en sprekende honden en
katten. Sommige van deze dieren zullen
de kinderen en hun (groot)ouders
een spiegel voorhouden - net papa, hé!
- andere dieren zullen zich ontpoppen
tot helden, die zo niet de hele wereld
dan toch een stukje ervan redden.
Allemaal prachtig en mooi, vaak verhelderend
en zeer goed voor de ontwikkeling
van de fantasie van uw
(klein)kind, dat zeker, maar mag ik u
verzoeken om uw oogappel tegelijk, al
was het maar voor even, de realiteit te
tonen of erover te vertellen. Dat dieren
niet kunnen spreken en varkens niet
kunnen vliegen, zullen de kinderen zelf
nog wel ontdekken, dat dieren het in de
echte wereld steeds moeilijker hebben
om comfortabel te (over)leven is een
voor hen veel minder gekend verhaal.
U hoeft het niet meteen te hebben over
legbatterijen, de castratie van mannelijke
varkens of het lot van kalfje Willy,
dierenleed stopt immers niet bij wat er
straks op uw en hun bord komt te liggen.
Het vindt bijna overal plaats, op
elk ogenblik, misschien zelfs bij u om de
hoek, achter die gevel, of in die tuin, in
dat stukje bos, op deze of gene wei. Soms
zichtbaar maar vaak onzichtbaar, zeker
in de journalistieke media of bij politici,
die dierenleed enkel ontwaren als het
stenen uit de grond vriest en er viervoeters
zonder stal of deken in de wei staan
- in die zin is er weinig verschil tussen
een paard en een asielzoeker.
Ik spreek vandaag als kersvers ambassadeur
van de Ezeloase, een opvangcentrum
voor verwaarloosde ezels in
Dalhem, vlak bij de Voerstreek, maar
evenzeer had ik het woord kunnen nemen
namens het natuurhulpcentrum
in Opglabbeek, het honden- en kattenasiel
Canina, VOC Merelbeke, VOC
Oostende, Veeweyde of een van de tientallen
andere dierenasielen in Vlaande-
VRIJ EN VRANK
Dierenartsen staan vaak op de eerste rij als het gaat om dierenleed vast te stellen, maar ook “leken” sluiten niet
langer hun ogen wanneer zij dierenmishandeling of -verwaarlozing vaststellen. Auteur Stefan Brijs is zo iemand.
Meer dan het hart op de juiste plaats en een geëngageerde pen heb je blijkbaar niet nodig ...
Steeds meer dieren in nesten
DeMorgen.be, 07/03/12
Het aantal verwaarloosde, achtergelaten, mishandelde, gewonde en uitgehongerde dieren is de
laatste maanden schrikbarend toegenomen, meldt Stefan Brijs. Brijs is schrijver en ambassadeur
van de Ezeloase (www.ezeloase.org).
012
Ja, als je een minister hebt die op de verkeerde
plaats is geposteerd ben je natuurlijk
niet goed af en dat lijkt met deze Schauvliege
wel duidelijk het geval. Nu, ik kan
er nog steeds niet bij dat mensen een dier
aankopen om het nadien ergens te dumpen
of het te verwaarlozen, een dier is géén
speelgoed voor kinderen en dat is volgens
mij één van de grootste factoren dat het hier
zo fout gaat. Poesje of hondje kopen of gelijk
welk ander huisdier, laat het steriliseren of
castreren aub.
Dierenleed vindt bijna overal plaats, soms zichtbaar maar vaak
onzichtbaar, zeker in de journalistieke media of bij politici, die
dierenleed enkel ontwaren als het stenen uit de grond vriest en er
viervoeters zonder stal of deken in de wei staan – in die zin is er weinig
verschil tussen een paard en een asielzoeker.
ren, Wallonië en Brussel. Haast overal
weerklinkt dezelfde noodkreet: het
aantal opgevangen (en dus verwaarloosde,
achtergelaten, mishandelde,
gewonde, uitgehongerde) dieren is de
laatste maanden schrikbarend toegenomen.
Dierenasielen zitten overvol,
de kosten voor voeding en verzorging
worden ondraaglijk, het aantal helpende
handen schiet voortdurend tekort.
De oorzaak van de toenemende verwaarlozing
is niet ver te zoeken. In
woelige economische tijden worden
steeds de zwaksten getroffen en daar
horen zeker de dieren bij. Besparingen,
onzekere vooruitzichten, oplopende
uitgaven, er moet in het gezinsbudget
beknibbeld worden en hoe duur ook de
brandstof, ons ros op vier wielen moet
blijven rijden. En dus wenden we ons
tot het paard in de wei, de geit in de
stal, de hond in zijn ren, het konijn in
zijn hok, want al die beesten kunnen
het toch best met wat minder(waardig)
eten doen, het stro of schaafsel kan wat
langer blijven liggen en de vaccinatie
zullen we maar een keer overslaan.
Zo begint het en langzaam maar zeker
breidt de verwaarlozing zich uit tot
haast onomkeerbare toestanden. Ezels
vergaat het bijvoorbeeld als volgt: hoeven
worden niet meer gekapt, het dier
wordt kreupel, vervolgens zakt het in
elkaar, krijgt doorligwonden, wordt
blind door een onverzorgde infectie.
In de Ezeloase komen zulke ezels bijna
wekelijks toe, of beter, kwamen, er kan
vandaag immers geen ezel meer bij,
het opvangcentrum heeft zijn maximale
capaciteit bereikt. En subsidies om
uit te breiden zijn er niet of veel te weinig.
En giften nemen af, ledenbijdragen
volstaan niet meer. Het water staat hun
aan de lippen. Hetzelfde verhaal bij andere
centra. Het Vogelopvangcentrum
in Zele moest vorig jaar noodgedwongen
sluiten, het Natuurhulpcentrum in
Opglabbeek smeekt om dringend oud
ijzer voor hen te verzamelen, eerder al
waren kroonkurken, lege inktpatronen
Enkele reacties op dit artikel…
Dat is een van de vele bewijzen dat
we in een super egoïstische tijd leven.
Eigenaardig is dat groene mensen die
ik ken niet veel dieren in huis hebben.
Daarbuiten kopen vele ouders een diertje
alleen om de kinderen een plezier
te doen. De kinderen zijn nu de baas
thuis en de grootouders de babysitters
en als ze dat niet meer kunnen vliegen
ze in een rusthuis betaald door hun
eigen spaarcenten. Schandalig zeggen
de Italianen.
N°13 APRIL 2012
Dierenartsenkrant
en oude gsm’s op de lijst gezet, kortom,
alles wat maar op een of andere manier
geld in het laatje kan brengen.
Bittere noodzaak, want Vlaams minister
van Natuur en Leefmilieu Joke
Schauvliege heeft vorig jaar koudweg
25 procent van de zo al weinige subsidies
voor dierenasielen geschrapt.
Kaasschaaf bot, dan maar het kapmes!
En dat zonder enig overleg. Zonder dat
ze ooit een asiel bezocht. Wel versoepelde
ze onlangs de reglementering
voor de jacht (vos vogelvrij verklaard,
meldingsplicht afgeschaft) en schenkt
ze tot 2014 elk jaar 70.000 euro subsidie
aan vinkenzetters om hobbygewijs
vinken in te kleine kooien te kweken en
dat in de naïeve veronderstelling dat er
hierdoor geen vinken meer in het wild
worden gevangen. Op het jaarlijkse
kampioenschap voor vinkenzang kwetterde
mevrouw Schauvink nog vrolijk
een gedicht van Gezelle in het rond:
“Zanggebroeders uit het woud, / met
uw talen duizendvoud: / Gij, die kwinkt
en gij, die kwedelt,/ gij, die schuifelt
en die vedelt.” In de beleidsnota 2009-
2014 van Joke Schauvogel: geen woord
over dierenwelzijn.
En intussen blijven dagelijks ontelbare
weerloze dieren in de kou staan, letterlijk
en guurlijk. En is het voor de
honderden vrijwilligers pompen of verzuipen
en tegelijk oud ijzer sorteren,
kroonkurken tellen en om lege inktpatronen
bedelen.
Als politici oogkleppen op hebben en
zich laten mennen door lobbygroepen
die enkel eigenbelang en zelfbehoud
nastreven, dan is het aan de burger om
zijn verantwoordelijkheid te nemen.
U zou luid kunnen balken uit protest,
maar tegen dat u gehoor vindt is er
weer een paard door zijn poten gezakt,
een hond aan een boom gebonden, een
buizerd vergiftigd. Daarom deze oproep:
als u en uw (klein)kind straks dat
mooie boek uit hebben en veel plezier
hebben beleefd aan een gekke aap, een
dwarse dromedaris, een opschepperige
kikker of een domme ezel, neem
dan eens met hem of haar plaats aan
de computer, surf naar de website van
een van de vele dierenasielen in ons
land en bezorg de dieren in de echte
wereld op hun beurt enige tijd plezier.
U kunt lid van het centrum of peter
of meter van een dier worden, u kunt
giften doen, u kunt een dier adopteren
zodat er weer een plek vrijkomt om
een ander dier op te vangen of u kunt -
en dat kost u niets - vrijwilliger worden
en de slachtoffers helpen verzorgen.
Kleine gebaren met grote gevolgen. En
uw (klein)kind zal er enkel nog meer
respect voor dieren aan overhouden.
Of om het met Gezelle te zeggen: “Al ‘t
geluk dat wij genieten / komt van hun
en komt voor nieten”. k
Dierenasielen en hun vrijwilligers zijn
belangrijk, maar als mensen op voorhand
zouden nadenken over de mogelijkheid tot
het verzorgen van een huisdier, zou er minder
mishandeling zijn. We zijn geen voorstanders
van de donaties hiervoor omdat er
dringendere zaken zijn. Ook mensen staan
nog dagelijks in de kou. Wat Joke Schauvliege
betreft, 25% van de subsidies van centra
aftrekken die nauwelijks rondkomen, dat
noemen wij ongepast. Maar volgens haar
kan geld voor de vinkensport natuurlijk wel.