beeldschoon - Kunsthandel Mark Smit, Ommen
beeldschoon - Kunsthandel Mark Smit, Ommen
beeldschoon - Kunsthandel Mark Smit, Ommen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
B e e l d s c h o o n
Omslag:<br />
Piet van der Hem (1885 - 1961)<br />
E E n a r t i E s t E i n h a a r k l E E d k a m E r<br />
Olie op doek 72.5 x 51 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Voor beschrijving zie pag. 27<br />
Binnenzijde omslag:<br />
Johan Bartold Jongkind (1819 - 1891)<br />
W i n t E r i n h o l l a n d<br />
Olie op doek 22 x 32.5 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1871<br />
Voor beschrijving zie pag. 63<br />
<strong>Mark</strong> <strong>Smit</strong> <strong>Kunsthandel</strong>, <strong>Ommen</strong>
V E r k o o p t E n t o o n s t E l l i n g 2 0 1 3<br />
B e e l d s c h o o n<br />
Z a t E r d a g 2 3 f E b r u a r i t / m Z o n d a g 1 0 m a a r t<br />
Openingstijden tentoonstelling: dinsdag t/m zondag 11.00 - 17.00 uur<br />
(op maandag gesloten)<br />
Voor informatie en prijzen kunt u contact opnemen met:<br />
Mr. <strong>Mark</strong> H.G. <strong>Smit</strong> Anna S.J. <strong>Smit</strong>-Loor<br />
Gecertificeerd Registertaxateur 0529 - 469 280<br />
Lid Federatie TMV<br />
0529 - 469 280<br />
info@marksmit.nl<br />
asmit@marksmit.nl<br />
Adreswijzigingen: catalogus@marksmit.nl<br />
<strong>Mark</strong> <strong>Smit</strong> <strong>Kunsthandel</strong> B.V.<br />
<strong>Mark</strong>t 5 7731 DB <strong>Ommen</strong><br />
T 0529 - 469 280 F 0529 - 469 282<br />
www.marksmit.nl<br />
Buiten tentoonstelling geopend:<br />
woensdag t/m zaterdag van 11.00 - 17.00 uur en op afspraak
e e l d s c h o o n<br />
B<br />
SSchoonheid en schilder-<br />
kunst. Deze woorden zijn<br />
onlosmakelijk met elkaar<br />
verbonden.<br />
Kunstenaars hebben door de<br />
eeuwen heen op verschillende<br />
manieren uiting gegeven<br />
aan schoonheidsidealen. Die<br />
idealen veranderden regel-<br />
matig. Zo ging schoonheid<br />
in de klassieke schilderkunst<br />
over traditie, harmonie en<br />
symmetrie.<br />
De romantische schilderkunst<br />
bracht daar verandering<br />
in. In de eerste helft van<br />
de 19e eeuw schilderde BC<br />
Koekkoek imposante landschappen,<br />
Andries Schelfhout<br />
weidse ijslandschappen<br />
en Louis Meijer ruige zeegezichten.<br />
In de ‘grootsheid’,<br />
de ‘eeuwigheid’, het ‘ontembare’<br />
van de natuur lag een<br />
bevrijdende schoonheid die<br />
de mens confronteerde met<br />
zijn nietigheid.<br />
04 05<br />
De meesters van de Haagse<br />
School trokken vanaf 1860<br />
met hun schilderspullen de<br />
natuur in. Ongerepte polderlandschappen<br />
met koeien<br />
en windmolens werden met<br />
losse impressionistische<br />
penseelstreken vastgelegd.<br />
Het schone zat hem niet in<br />
details, maar in de weergave<br />
van lichteffecten en stemmingen<br />
op verschillende<br />
momenten van de dag.<br />
De Amsterdamse impressionisten<br />
vonden de schoonheid<br />
in de stad. Hun snelle,<br />
impulsieve manier van<br />
schilderen reflecteerde de<br />
Anna <strong>Smit</strong>-Loor en <strong>Mark</strong> <strong>Smit</strong><br />
dynamiek van het stadse<br />
leven aan het einde van de<br />
19e eeuw. Het schilderspalet<br />
was realistisch en soms ingetogen.<br />
De expressionisten<br />
daarentegen gebruikten felle<br />
en contrasterende kleuren<br />
om hun gevoelens uit te<br />
drukken.<br />
Na de Tweede Wereldoorlog<br />
experimenteerden de<br />
COBRA schilders er flink op<br />
los. De verf werd met grote<br />
gebaren op het doek gedrukt<br />
of gesmeten en de oude<br />
schoonheidsidealen werden<br />
definitief verworpen.
Uit het bovenstaande<br />
blijkt dat de opvattingen<br />
over wat aantrekkelijk en<br />
mooi is verschillen per<br />
persoon, tijd en plaats. Wij<br />
vinden het belangrijk dat<br />
de schilder een bepaalde<br />
emotie teweegbrengt, ook<br />
al is deze niet altijd onder<br />
woorden te brengen. In<br />
dat geval kun je ook van<br />
een verborgen schoonheid<br />
spreken. Uiteindelijk wil<br />
je geraakt worden door<br />
een kunstwerk en dat kan<br />
zowel met klassieke- als<br />
moderne kunst het geval<br />
zijn.<br />
Jacobus Willem ‘Jacob’ van Rossum (1881 - 1963)<br />
b E Z o E k a a n E E n t E n t o o n s t E l l i n g<br />
Olie op doek op paneel 16.3 x 8.8 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Met die gedachte hebben wij<br />
het afgelopen jaar kritisch<br />
gezocht naar mooie 19e en<br />
20e eeuwse kunstwerken<br />
passend bij Beeldschoon, het<br />
thema van deze tentoonstelling.<br />
Daarbij past het zeer<br />
gedetailleerd geschilderde<br />
paardenschilderij van Wouter<br />
Verschuur of een sfeervol<br />
ijsgezicht van Andries<br />
Schelfhout. Maar ook een<br />
intrigerend meisjesportret<br />
van Jan Toorop en een kleurrijk<br />
landschap van Gerrit<br />
Benner. Het schilderij van<br />
een jonge vrouw die zich<br />
opmaakt van Piet van der<br />
Hem vinden wij ook <strong>beeldschoon</strong>.<br />
De schilder legde<br />
haar vast met veel gevoel<br />
voor schoonheid. Daarom<br />
prijkt dit werk op de cover<br />
van onze catalogus.<br />
Het merendeel van onze<br />
aanwinsten is afkomstig<br />
uit buitenlands bezit. De<br />
globalisering gaat dus niet<br />
voorbij aan onze kunsthandel.<br />
Dankzij het internet<br />
verwelkomen we steeds meer<br />
buitenlandse klanten. De gehele<br />
collectie is online zien<br />
en de site wordt dagelijks<br />
bijgehouden. Ook op face-<br />
book kunt u onze activiteiten<br />
volgen en ons ‘liken’.<br />
Maar het liefst ontvangen<br />
wij u persoonlijk in de<br />
kunsthandel. Er gaat tenslotte<br />
niets boven de totale<br />
beleving van een schilderij<br />
en dat kan alleen door er<br />
zelf voor te staan.<br />
Wij kijken er naar uit om u<br />
te mogen verwelkomen op<br />
onze tentoonstelling.<br />
Graag tot ziens in <strong>Ommen</strong>!<br />
<strong>Mark</strong> <strong>Smit</strong>
m o d E r n
Ger Lataster (1920 - 2012)<br />
h E m E l E n V u u r<br />
Olie op doek 50.5 x 50 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd ’57<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> E.J. van Wisselingh & Co, Amsterdam; Galerie Paul Fachetti, Parijs.<br />
Literatuur: Tent. cat. <strong>Kunsthandel</strong> E.J. van Wisselingh & Co, Ger Lataster, Amsterdam 1961, cat. nr. 6.<br />
Tentoonstelling: Amsterdam, <strong>Kunsthandel</strong> E.J. van Wisselingh & Co, Ger Lataster, nov.-dec. 1961.<br />
08 03 09
Gerrit Benner (1897 - 1981)<br />
m E E r m E t a V o n d Z o n<br />
Gouache 50 x 65 cm, gesigneerd rechtsonder met monogram en te dateren omstreeks 1966<br />
Literatuur: E. van Dooren e.a., Gerrit Benner, Harlingen 2005, afbeelding pag. 84/85.
Lucebert (Lubertus Jacobus van Swaanswijk) (1924 - 1994)<br />
d r a g E r s V a n m E E r l i c h t<br />
Gemengde techniek op papier 49.5 x 64.5 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd mei ’63<br />
Annotatie rechtsonder: ‘Lagrasse’.<br />
Annotatie verso: ‘Dragers van meer licht’.<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> Borzo, , s-Hertogenbosch.<br />
10 11
‘Willem’ Frans Karel Hussem (1900 - 1974)<br />
c o m p o s i t i E<br />
Olie op doek 70 x 90 cm, gesigneerd linksonder met initialen en gedateerd ’64<br />
Herkomst: Galerie Nouvelles Images, Den Haag.
CCorneille<br />
was een van de<br />
beroemdste kunstenaars van<br />
de befaamde Cobra-groep<br />
(een letterwoord naar de namen<br />
van de drie hoofdsteden<br />
Copenhagen, Bruxelles<br />
en Amsterdam waar de oprichters<br />
vandaan kwamen).<br />
Afkomstig uit België woonde<br />
Corneille tussen 1940 en<br />
1950 in Amsterdam, waar<br />
hij bevriend raakte met<br />
Karel Appel. In 1950 verliet<br />
Corneille Nederland om<br />
zich definitief in Frankrijk<br />
te vestigen. Corneille stond<br />
aanvankelijk vooral onder<br />
invloed van Klee en Miro.<br />
Hij was ook een rusteloze<br />
reiziger, zowel door Europa<br />
als door Afrika, Azië en de<br />
beide Amerika’s. De landschappen<br />
die hij zag hadden<br />
invloed op zijn werk. ‘In<br />
tegenstelling tot Karel [Appel]<br />
die alles eerst in kleur<br />
ziet, en dan pas de vormen<br />
12 13<br />
en lijnen, treft mij de vorm<br />
allereerst’, zegt hij van zijn<br />
werkmethode. Die vormen<br />
vult hij in met een passende<br />
kleur.<br />
Tussen 1961 en 1966 vertoefde<br />
Corneille veel op<br />
Mallorca of aan de Catalaanse<br />
kust in Cadaques.<br />
In die periode is dit schilderij<br />
gemaakt en ontstond<br />
bijvoorbeeld ook La fête<br />
Espagnol. Het ‘sarabande’<br />
uit de titel verwijst ook naar<br />
Spanje: het is een dans die<br />
vanuit Midden-Amerika<br />
naar Spanje kwam en die<br />
zich daarna over Europa<br />
verspreidde. ‘De blijdschap<br />
van de beweging’ – een van<br />
de dingen die Corneille wilde<br />
overbrengen – komt ook<br />
hier goed tot uitdrukking.<br />
Een andere Spaanse connectie<br />
is het kleurenpalet dat<br />
gebaseerd is op in Spanje<br />
voorkomende kleuren. In<br />
vogelvlucht kijk je neer<br />
op wat aanwezig is op de<br />
Spaanse aarde. De kronkelige<br />
vormpjes lijken gebaseerd<br />
op vormen van Miro,<br />
de Spaanse schilder die een<br />
van Corneille’s inspiratiebronnen<br />
is geweest.
Corneille (Cornelis Guillaume van Beverloo) (1922 - 2010)<br />
l a s a r a b a n d E d E l ’ é t é / d E l a n g Z a m E d a n s V a n d E Z o m E r<br />
Olie op doek 89.5 x 90 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd ’66<br />
Annotatie verso: ‘La sarabande de l’été Corneille ’66’.
Jan Cremer (geb. 1940)<br />
c o m p o s i t i E<br />
Gemengde techniek op doek 45 x 65 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’59<br />
14 15
Kees van Bohemen (1928 - 1985)<br />
b E W E g i n g 4<br />
Olie op doek 150 x 44.5 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’58
Joseph Antoon ‘Anton’ Rooskens (1906 - 1976)<br />
u i t V l i E g E n d E V o g E l s<br />
Olie op doek 65 x 81 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’71<br />
Annotatie verso: ‘No 442 Uitvliegen birds’.<br />
16 17
Dolf Breetvelt (1892 - 1975)<br />
c o m p o s i t i E<br />
Olie op doek 178 x 139 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> Borzo, ’s-Hertogenbosch.
k l a s s i E k
m o d E r n
Jacoba ‘Jemmy’ van Hoboken (1900 - 1962)<br />
W i t p a a r d<br />
Olie op doek 42 x 75 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’39<br />
Annotatie verso op etiket: ‘Wit paard’.<br />
20 21
Jan Boon (1882 - 1975)<br />
s t i l l E V E n m E t E i E r E n , m E s E n b l a u W E m a i l l E p a n n E t j E<br />
Olie op doek 30 x 40 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1944
J<br />
Jan Altink was in 1918 een<br />
van de oprichters – en de<br />
naamgever – van De Ploeg,<br />
de befaamde schildersvereniging<br />
in Groningen<br />
die zoveel vooraanstaande<br />
Nederlandse expressionisten<br />
heeft voortgebracht. Na 1920<br />
– Altink was toen al vijfen-<br />
dertig en al lang werkzaam<br />
in de kunst en de creatieve<br />
vormgeving – bekeerde<br />
hij zich onder invloed van<br />
Ploeg-lid Jan Wiegers tot de<br />
stijl van de Duitse expressionisten,<br />
zij het in een<br />
gemiddeld genomen wat<br />
lichter kleurengamma. In de<br />
jaren twintig ging hij ook experimenteren<br />
met wasverf,<br />
een mengsel van olieverf,<br />
terpentine en bijenwas. Die<br />
droogde heel snel, waardoor<br />
de sfeer van een landschap<br />
op het moment zelf heel<br />
snel op het doek kon worden<br />
gepenseeld, indien nodig<br />
laag voor laag. Rond 1927<br />
22 23<br />
schilderde hij vaak met<br />
collega’s van De Ploeg in de<br />
openlucht langs het Reitdiep,<br />
een kronkelig riviertje<br />
dat van Groningen Stad<br />
stroomde naar Zoutkamp,<br />
gelegen aan de toenmalige<br />
Lauwerszee.<br />
Het sobere land op dit<br />
schilderij is een van de<br />
‘summiere landschappen’,<br />
die Altink in het midden van<br />
de jaren twintig schilderde,<br />
dat wil zeggen landschappen<br />
waarin mensen, vogels en<br />
andere dieren waren weggelaten.<br />
De volle aandacht valt<br />
zo op kleuren en vormen<br />
van het mooie Groninger<br />
platteland: op de vele tinten<br />
groen van de bochtige dijk<br />
en de weiden daarachter, het<br />
blauw en het grauw van het<br />
diep, het donkerder blauw<br />
van het boerderijdak en<br />
het wazige blauwgrijs in de<br />
verte, op het roodbruin van<br />
de knotwilgen en het geel<br />
van de rietkraag. Bijzonder<br />
van dit schilderij is ook de<br />
ongebruikelijke techniek:<br />
het is met wasverf geschilderd<br />
op markiezendoek, dat<br />
gewoonlijk voor zonwering<br />
wordt gebruikt. Ook dat<br />
tekent de experimenteerlust<br />
van Jan Altink.
Jan Altink (1885 - 1971)<br />
g E Z i c h t o p h E t r E i t d i E p t E n n o o r d E n V a n g r o n i n g E n<br />
Wasverf op markiezendoek 50 x 60 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’27
Jan Wiegers (1893 - 1959)<br />
r o Z E n i n E E n V a a s<br />
Olie op doek 55 x 45 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd ’38<br />
24 25
Johannes ‘Johan’ Dijkstra (1896 - 1978)<br />
Z o m E r s l a n d s c h a p, Z W i t s E r l a n d<br />
Olie op doek 60 x 100 cm, gesigneerd linksonder
PPiet<br />
van der Hem wordt vanaf<br />
ca. 1908 in één adem genoemd<br />
met modernisten als<br />
Leo Gestel (1881-1941) en Jan<br />
Sluijters (1881-1957). Met Leo<br />
Gestel trok Piet van der Hem<br />
geregeld op. Invloeden van<br />
het fauvisme zijn in beider<br />
werk aanwezig, al bleef Piet<br />
van der Hem dichter bij een<br />
realistische stijl en had hij<br />
niet de experimentele inslag<br />
van Leo Gestel. Piet van der<br />
Hem schilderde en tekende<br />
aanvankelijk vooral theater-<br />
en straattaferelen in<br />
Amsterdam, Parijs, Rome<br />
en Madrid. In zijn tweede<br />
periode, vanaf ca. 1917 toen<br />
hij in Den Haag een minder<br />
bohemienachtig leven ging<br />
leiden, legde hij zich vooral<br />
toe op portretten van kunstenaars<br />
uit de theaterwereld<br />
naast staatsieportretten van<br />
leden van het koningshuis<br />
en van politici. Daarnaast<br />
heeft Van der Hem in deze<br />
tweede periode veel ontwerpen<br />
gemaakt en getekend:<br />
theateraffiches, reclameplaten,<br />
boekillustraties en –omslagen<br />
en spotprenten.<br />
26 27<br />
Dit schilderij van een jonge<br />
vrouw die zich opmaakt voor<br />
een theatervoorstelling is een<br />
van de charmantste werken<br />
van Piet van der Hem. Rechts<br />
zien we een staande spiegel,<br />
potjes voor make-up, doeken<br />
en een handtas. Links hangt<br />
een hesje dat bij haar roze<br />
broek en kousen hoort. De<br />
rieten mand op de voorgrond<br />
en de onderkant van de<br />
kaptafel zijn in het donker<br />
gehuld. Het lichte bovenstuk<br />
wordt gebroken door het<br />
zwarte haar van het meisje,<br />
het donkere vlak beneden<br />
door haar roze kousen.<br />
Maar wie is deze levenslustige<br />
jonge vrouw? Is zij<br />
zangeres in een operette of<br />
een revue? Is ze een danseres<br />
in een show? Van tenminste<br />
één danseres is bekend dat ze<br />
goede betrekkingen onderhield<br />
met Piet van der Hem,<br />
namelijk Mata Hari, die hij<br />
in Parijs en Den Haag heeft<br />
gekend. Haar postuur en gezicht<br />
komen overeen met die<br />
van de vrouw op dit portret.<br />
De laatste portretten heeft hij<br />
van haar gemaakt in december<br />
1914, toen ze 38 jaar was;<br />
andere portretten zijn spoorloos.<br />
Hij kende haar al eerder,<br />
toen ze in Parijs optrad als<br />
Oosterse naaktdanseres in het<br />
kader van de toen heersende<br />
mode van het oriëntalisme.<br />
Maar ze trad ook op als<br />
Spaanse danseres.
Piet van der Hem (1885 - 1961)<br />
E E n a r t i E s t E i n h a a r k l E E d k a m E r<br />
Olie op doek 72.5 x 51 cm, gesigneerd rechtsonder
Johannes Carolus Bernardus ‘Jan’ Sluijters (1881 - 1957)<br />
Z i t t E n d n a a k t<br />
Aquarel, inkt en potlood 28 x 21.5 cm, gesigneerd linksonder<br />
28 29
Johannes Carolus Bernardus ‘Jan’ Sluijters (1881 - 1957)<br />
b l a u W E V a a s m E t k l E u r r i j k E b l o E m E n<br />
Olie op doek 80 x 70 cm, gesigneerd rechtsonder
EEdgard<br />
Tytgat groeide op<br />
in Brugge, maar woonde<br />
zijn hele verdere leven in<br />
Brussel en de Brusselse<br />
rand, behalve tussen 1914<br />
en 1920. Toen woonde hij in<br />
Londen vanwege de Eerste<br />
Wereldoorlog en de gevolgen<br />
daarvan voor België.<br />
Na zijn studie aan de Brus-<br />
selse Académie des Beaux-<br />
Arts schilderde Tytgat eventjes<br />
in symbolistische stijl.<br />
Tussen 1907 en ca. 1912 deelde<br />
hij een atelier met zijn<br />
vriend Rik Wouters (1882-<br />
1916). In die tijd en nog lang<br />
daarna hanteert Tytgat een<br />
(neo)impressionistische stijl,<br />
maar ca. 1922 stapt hij over<br />
op een naïeve stijl, die veel<br />
ontleende aan volksprenten<br />
uit de achttiende en negentiende<br />
eeuw. Zijn favoriete<br />
onderwerpen werden naakten,<br />
dromen, circussen,<br />
kermissen en interieurs, alles<br />
met een verhalende inslag<br />
en een zweem van humor.<br />
30 31<br />
De stijl uit deze periode, die<br />
wel eens ‘schalks expressionisme’<br />
is genoemd, is lineair<br />
en zonder perspectief. Tytgat<br />
maakte ook veel boekillustraties,<br />
boekbanden, houtsneden<br />
met tekst en ander<br />
grafisch werk.<br />
Dit onbezorgde zomerse<br />
tafereel stamt uit Tytgats<br />
neo-impressionistische periode.<br />
Een man met een rode<br />
puntbaard, een werkmanshoed<br />
en laarzen zit langs<br />
een jaagpad in het water te<br />
staren, misschien tijdens<br />
een pauze in het vissen.<br />
Onder een paraplu zit een<br />
jongen achter hem met een<br />
strooien hoed in de hand. Op<br />
de voorgrond een vrouw met<br />
een zomers klokhoedje met<br />
brede blauwe band; zij wacht<br />
met gevouwen handen op de<br />
dingen die komen gaan. Dan<br />
is er nog een jonge man met<br />
op zijn hoofd een strooien<br />
hoed die staat te peinzen<br />
en zijn aandacht eveneens<br />
bij het water houdt. De vier<br />
personen zijn erg op zichzelf<br />
en hebben geen onderling<br />
contact. Ergens verderop<br />
wordt een sluiswachtershuis<br />
weerspiegeld in het rimpelloze<br />
water. Alles is bevroren<br />
in contemplatie.
Edgard Tytgat (1879 - 1957)<br />
E E n Z o m E r s g E Z i n s u i t j E<br />
Olie op doek 100 x 100 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1913<br />
Annotatie verso: ‘Peintre pêcheur Edgard Tytgat 1913’.<br />
Literatuur: A. Dasnoy, Edgard Tytgat, Brussel 1965, pag. 111, afbeelding pag. 171, nr. 49.<br />
Tentoonstelling: Brussel, Galerie Giroux, 1913, nr. 115; Brussel, Galerie Giroux, 1921, nr. 171; Brussel, La Centaure, 1923;<br />
Antwerpen, Kunstkring, 1923, nr. 46.
HHet<br />
schilderen van naaktmo-<br />
dellen was voor Jan Sluijters<br />
een geliefde bezigheid (niet<br />
alleen hij, vele schilders<br />
waren hem voor en volgden<br />
hem). Al vanaf 1904, tijdens<br />
zijn verblijf in Rome tot aan<br />
het eind van zijn leven in de<br />
jaren vijftig van de 20e eeuw,<br />
kwam het naakt op zijn<br />
doeken tot leven. De dame<br />
in kwestie kleedde zich<br />
voor hem uit en vlijde zich<br />
bevallig op een divan. Soms<br />
hadden de modellen een<br />
doorschijnend hemdje aan<br />
of een lap dunne stof over<br />
zichzelf gedrapeerd. Dat<br />
maakte het geheel een tikkeltje<br />
spannender, erotisch<br />
zo u wilt. Het model kon de<br />
vrouw van de schilder zijn<br />
of een dame die ‘toevallig’<br />
32 33<br />
aan belde. Schildersmodellen<br />
kunnen immers zelf ook<br />
beroemd worden.<br />
Zijn ‘naakten’ werden destijds<br />
bekritiseerd: “Steeds<br />
werkt hij op effect…. Een<br />
blank-rose naakt geeft hij<br />
met blauwe contour tegen<br />
licht paulveronèsen [smaragdgroene]<br />
achtergrond....<br />
Een naakt in een onkiesche<br />
houding…” etc. Maar intussen<br />
behoren deze schilderijen,<br />
samen met de grote<br />
portretten en de landschap-<br />
pen, tot zijn meest geliefde<br />
onderwerpen. Deze dame<br />
ligt nakend op een sofa die<br />
bedekt is met een groot<br />
kleed. Vóór op het tafeltje<br />
een vaasje met bloemen en<br />
een boek. Best intrigerend<br />
dat boek; is het een roman<br />
en ligt zij nog eens na te<br />
genieten over het gelezene?<br />
Vandaar haar houding, nadenkend<br />
met de armen omhoog,<br />
de blik op het plafond<br />
gericht. En de schilder krijgt<br />
op deze manier precies wat<br />
hij wilde schilderen!
Johannes Carolus Bernardus ‘Jan’ Sluijters (1881 - 1957)<br />
l i g g E n d n a a k t o p E E n s o f a<br />
Olie op doek op schildersboard 32 x 38 cm, gesigneerd linksboven met initialen<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> M.L. de Boer, Amsterdam, nr. 6187.
Johannes Carolus Bernardus ‘Jan’ Sluijters (1881 - 1957)<br />
l a n d W E g<br />
Aquarel en gouache 18.8 x 27.8 cm, gesigneerd linksboven<br />
34 35
Leendert ‘Leo’ Gestel (1881 - 1941)<br />
m E l k t i j d b i j d E b o E r d E r i j<br />
Pastel 64 x 48 cm, met studiostempel linksonder en verso en te dateren 1927<br />
Annotatie verso: ‘Vlaanderen 1927’.<br />
Herkomst: Veiling Paul Brandt, Amsterdam, 25-26 mei 1965.<br />
Literatuur: M. Estourgie-Beijer e.a., Leo Gestel - Schilder en tekenaar, Zwolle 1993, afbeelding pag. 83, nr. 73.<br />
Tentoonstelling: Dussen, Kasteel-Raadhuis Dussen, Leo Gestel, 21 dec. 1966-18 jan. 1967; Schiedam,<br />
Stedelijk Museum Schiedam, Een huis vol Gestels: Leo Gestel, 16 dec. 1970-11 jan. 1971, nr. 55; Laren, Singer<br />
Museum, Leo Gestel - Schilder en tekenaar, 28 nov. 1993-30 jan. 1994, nr. 136.
TToorop<br />
bezoekt Nijmegen<br />
voor het eerst in oktober<br />
1908. In een brief gericht<br />
aan wijnhandelaar en mecenas<br />
Antony Nolet schrijft<br />
Toorop: “… Je moet weten,<br />
wij denken erover de wintermaanden<br />
in Nijmegen door<br />
te brengen, daar ik zelf zo<br />
verbazend slecht tegen de<br />
Amsterdammer lucht kan.<br />
Ik heb dadelijk last van de<br />
lelijke atmosfeer, malariaachtig<br />
en voel me daar steeds<br />
zo naar en lusteloos om te<br />
arbeiden…”. Nijmegen blijkt<br />
voor Jan Toorop, zijn vrouw<br />
Annie Hall en hun dochter<br />
Charley, tussen 1908 tot<br />
1916, een goede thuisbasis<br />
te zijn. Het is een katholieke<br />
(Toorop heeft zich in 1905<br />
bekeerd tot het katholicisme),<br />
welvarende en kunstlievende<br />
stad.<br />
Toorop tekent vele portretten<br />
in opdracht. Hij vraagt drietot<br />
vierhonderd gulden voor<br />
36 37<br />
een getekend schouderstuk,<br />
een portret met handen kost<br />
ongeveer zeshonderd gulden<br />
en een groot portret in kleur,<br />
kost tussen de duizend en<br />
twaalfhonderd gulden. Hij<br />
gebruikte potlood en zwart<br />
krijt, een moeilijk medium<br />
maar met het beste resultaat.<br />
Miek Janssen, zijn latere<br />
metgezel, vertelt dat Toorop<br />
het liefst begon met het<br />
tekenen van de ogen, ‘het<br />
brandpunt der ziel’. Daarna<br />
tekende hij het gezicht, de<br />
haren en een deel van de<br />
schouders. Toorop over zijn<br />
portretten: “… Bij portrettekenen<br />
heb ik soms het ge-<br />
voel of ik onder de guillotine<br />
zit, met het zwaard op mijn<br />
nek. Ik word dan gedwongen<br />
zoo scherp psychisch te<br />
kijken als maar mogelijk is;<br />
vaak lijkt het dat de heele<br />
fantasie naar de bliksem is,<br />
maar ik houd vol alles van<br />
mij weg te bannen en alleen<br />
maar de psyche van de mens<br />
uit te beelden en de persoon<br />
te doorboren zodat niets<br />
voor mij verborgen blijft..”.<br />
De geportretteerden kijken<br />
direct naar de schilder,<br />
zonder dat het te strak is.<br />
Op deze manier laten zij<br />
iets (zichzelf?) zien aan de<br />
schilder.
Johannes Theodorus ‘Jan’ Toorop (1858 - 1928)<br />
m E i s j E s p o r t r E t ( p o r t r E t V a n j o V o g E l )<br />
Gekleurd krijt en potlood 32 x 24.5 cm, gesigneerd rechtsmidden en gedateerd 1910<br />
Annotatie rechtsmidden: ‘Jo Vogel van JH Toorop Nijmegen 1910’.
i m p r E s s
i o n i s m E
HHendrik<br />
Jan Wolter kreeg<br />
zijn opleiding tussen 1895 en<br />
1899 aan indertijd befaamde<br />
kunst instellingen in Ant-<br />
werpen. Zoals daar en toen<br />
gebruikelijk begon hij met<br />
schilderijen in een realistische<br />
stijl die een verhaal vertelden.<br />
In Antwerpen maakte<br />
hij echter ook kennis met het<br />
post-impressionisme van<br />
Georges Seurat, Paul Signac<br />
en Theo van Rijsselberghe. Na<br />
enige tijd sloot hij zich aan<br />
bij deze nieuwe stijl, die ook<br />
gepaard ging met een lichter<br />
palet. De verworven heden<br />
van deze periode nam hij in<br />
zijn latere werk mee. Hij ging<br />
40 41<br />
zich toe leggen op schilderijen<br />
waarin water een (hoofd)<br />
rol speelde, water in en rond<br />
Amsterdam (waar hij van<br />
1914 tot 1938 hoog leraar was<br />
aan de Rijksakademie), maar<br />
ook het water aan Engelse en<br />
Italiaanse kusten.<br />
Dit schilderij geeft treffend<br />
de charme weer van het leven<br />
op het water in een kleine<br />
binnenhaven in Amsterdam-<br />
Noord, vlak voor de sluizen<br />
waar het Noord-Hollandsch<br />
kanaal van Amsterdam naar<br />
Den Helder begint. Voor in<br />
het haventje liggen allerlei<br />
woonbootjes zonder zeil,<br />
waarop soms de was hangt te<br />
drogen in de zon. Achter de<br />
sluizen komen enkele grotere<br />
schuiten met gehesen zeilen<br />
aangevaren. De gemoedelijke<br />
rommeligheid van het<br />
leven in dit haventje wordt<br />
door Wolter overtuigend<br />
uitgebeeld.
Hendrik Jan Wolter (1873 - 1952)<br />
h a V E n t j E b i j d E b u i k s l o t E r W E g E n d E t o l h u i s W E g t E a m s t E r d a m<br />
Olie op doek 42.3 x 81 cm, gesigneerd rechtsonder en te dateren omstreeks 1916
Hendrikus Matheus Horrix (1845 - 1923)<br />
i n d E h a a g s c h E d i E r E n t u i n<br />
Aquarel 35 x 50 cm, gesigneerd linksonder<br />
42 43
Jean Louis Marcel Cosson (1878 - 1956)<br />
b i j d E m a n i c u r E<br />
Olie op schildersboard 65 x 54 cm, gesigneerd rechtsonder
EErnest<br />
Godfrinon ontving<br />
zijn opleiding aan de kunstacademies<br />
van Elsene (of<br />
Ixelles) en Brussel. Hij was<br />
lid van de Brusselse kunstenaarsvereniging<br />
Le Sillon.<br />
Deze vereniging werd in<br />
1893 opgericht en hield tot<br />
1910 jaarlijkse tentoonstel-<br />
lingen in het Museum voor<br />
Moderne Kunst in Brussel.<br />
Veelal jonge leerlingen van<br />
de academies werden lid<br />
van Le Sillon. Deze onderscheidde<br />
zich van andere<br />
kunstenaarsverenigingen<br />
door haar ledenbeleid.<br />
Iedereen kon toetreden;<br />
geen jury die het werk zou<br />
beoordelen op kwaliteit.<br />
Gustave-Max Stevens, één<br />
van de oprichters, ontwierp<br />
het embleem van Le Sillon;<br />
een gestileerde Japanse<br />
lelie. Andere leden waren<br />
o.a. Willem Paerels, Louis<br />
Thevenet en Fernand Tous-<br />
44 45<br />
saint. Werk van Godfrinon<br />
is te vinden in het Charliermuseum<br />
in Sint-Joost-ten-<br />
Node. Verzamelaar Henri<br />
van Cutsem (hij kocht als<br />
eerste in België werken van<br />
Vincent van Gogh en Claude<br />
Monet) liet in 1890 twee<br />
naast elkaar gelegen huizen<br />
samenvoegen door de toen<br />
al beroemde Art Nouveauarchitect<br />
Victor Horta. Na<br />
de dood van Van Cutsem<br />
in 1904 woonde en werkte<br />
de beeldhouwer Guillaume<br />
Charlier in het huis. In<br />
1925 werden de collectie en<br />
het huis aan de gemeente<br />
gegeven; onder voorwaarde<br />
dat hier een museum werd<br />
gevestigd.<br />
Het werk van Godfrinon is te<br />
benoemen als postimpressionistisch.<br />
Hij schilderde<br />
in zijn korte leven, veelal figuren,<br />
stillevens, interieurs<br />
en landschappen. Godfrinon<br />
schilderde dit zomertafereel<br />
van twee dames, zittend aan<br />
een tafel met heldere kleuren.<br />
De één borduurt een<br />
kleedje, de ander houdt haar<br />
parasol vast. Samen praten<br />
zij over het wel en wee in<br />
deze rustige tijd.
Ernest Jean Joseph Godfrinon (1878 - 1927)<br />
i n d E t u i n<br />
Olie op doek 99 x 77 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1913<br />
Annotatie verso: ‘Ernest Godfrinon Bruxelles’.
Georges Stein (1870 - 1955)<br />
b E d r i j V i g h E i d o p d E W E s t m i n s t E r b r i d g E m E t Z i c h t o p d E b i g b E n t E l o n d E n<br />
Olie op paneel 26.5 x 35.5 cm, gesigneerd linksonder<br />
Annotatie middenonder: ‘London Westminster Bridge’.<br />
46 47
Jean Louis Marcel Cosson (1878 - 1956)<br />
a a n d E b a r<br />
Olie op schildersboard 60.5 x 50 cm, gesigneerd rechtsonder
IIsaac<br />
Israels was de zoon<br />
van Jozef Israels, een van de<br />
beroemdste schilders van<br />
de Haagse School. Zelf werd<br />
Isaac één van de belangrijk-<br />
ste Nederlandse impressionisten.<br />
Waar zijn vader Jozef<br />
een thematische voorkeur<br />
had voor plattelanders en<br />
vissers met een droevige tragiek,<br />
legde Isaac zich toe op<br />
de zonzijde van het moderne,<br />
vaak modieuze en stadse,<br />
leven. Hij werkte veel in de<br />
openlucht waar hij dan in<br />
een schetsmatige stijl met<br />
snelle en krachtige streken en<br />
meestal in lichte kleuren de<br />
sfeer van het ogenblik pro-<br />
48 49<br />
beerde weer te geven. En met<br />
zijn technische bedrevenheid<br />
lukte hem dat ook goed.<br />
Dit schilderij is gemaakt in<br />
Londen, waar Isaac Israels<br />
in 1913-1914 een atelier<br />
had. Hij werkte vaak in Hyde<br />
Park, waar hij ruiters en<br />
wandelaars schilderde op<br />
de brede lanen waar geflaneerd<br />
werd. De amazone in<br />
het zwart lijkt voor Israels te<br />
poseren om hem de gele-<br />
genheid te geven een goed<br />
ruiterportret te maken. Door<br />
zijn impressionistische stijl<br />
is haar identiteit echter niet<br />
goed herkenbaar. De vele<br />
ruiters die zich op de achtergrond<br />
bewegen, zijn niet veel<br />
meer dan stoffage. De goed<br />
gesitueerde vrouw op het<br />
paard heeft een zelfbewuste<br />
uitstraling en gevoel voor<br />
status, typerend voor de<br />
gegoede klasse. Daar had<br />
Israels een scherp oog voor.
‘Isaac’ Lazarus Israels (1865 - 1934)<br />
a m a Z o n E i n h E t l o n d E n s E h y d E p a r k<br />
Olie op doek 71.5 x 95 cm, gesigneerd rechtsonder en te dateren omstreeks 1913/15<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> F. Buffa, Amsterdam, 1915; Veiling Mak van Waay, 1933, nr. 72; <strong>Kunsthandel</strong><br />
Borzo, , s-Hertogenbosch, 1975; Coll. L. Honsdrecht, Amsterdam.<br />
Literatuur: A. Wagner, Isaac Israels, Rotterdam, 1967, afbeelding pag. 90; Singer Museum Laren,<br />
Presentatie, Laren 1976, afbeelding pag. 69.<br />
Tentoonstelling: Laren, Singer Museum, Isaac Israels de Schilder, 1965, cat. nr. 55; Enschede,<br />
Rijksmuseum Twente, 1965, cat. nr. 53; Laren, Singer Museum, Presentatie, 1976, cat. nr. 82.
Conrad Kickert (1882 - 1965)<br />
l i g g E n d n a a k t<br />
Olie op doek 33.8 x 44 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’44<br />
50 51
‘Johannes Evert’ Hendrik Akkeringa (1861 - 1942)<br />
t r o s r o o s j E s i n E E n V a a s<br />
Olie op paneel 31.7 x 25.5 cm, gesigneerd linksonder<br />
Annotatie verso op etiket: ‘Roosjes J. Akkeringa 1926’.
Daniel ‘Daan’ Muehlhaus (1907 - 1981)<br />
s c h a a t s E n r i j d E r s o p d E W i j n h a V E n t E d o r d r E c h t<br />
Olie op doek 80 x 100 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’29<br />
52 53
Willem Dooijewaard (1892 - 1980)<br />
t W E E b a l l E r i n a ’ s<br />
Olie op doek 62 x 40 cm, gesigneerd rechtsonder
Hermann Seeger (1857 - 1945)<br />
m E i s j E s p o r t r E t<br />
Olie op doek 27.5 x 21 cm, gesigneerd rechtsboven<br />
54 55
Fernand Toussaint (1873 - 1956)<br />
g E m E n g d b o E k E t i n E E n g l a Z E n V a a s j E<br />
Olie op doek op schildersboard 37.5 x 46 cm, gesigneerd rechtsonder
IIn<br />
1904 ondernam Isaac<br />
Israels de reis naar Parijs. In<br />
de jaren daarvoor mocht hij<br />
in de ateliers en achter de<br />
schermen van modeatelier<br />
Hirsch & Co in Amsterdam<br />
tekenen en schilderen; essa-<br />
yeuses die een japon voorpasten,<br />
naaisters die nog even<br />
een zoom vastzetten en jonge<br />
vrouwen die urenlang op een<br />
raamwerk prachtige motieven<br />
borduurden. Van de eigenaren<br />
van Hirsch ontving Israels<br />
introductiebrieven om ook<br />
in de ateliers van de Parijse<br />
modehuizen Paquin en<br />
Decroll te mogen schilderen.<br />
Isaac Israels schilderde<br />
regelmatig midinettes, jonge<br />
vrouwen die in de ateliers<br />
werkten of japonnen ver-<br />
56 57<br />
kochten aan de geachte<br />
clientèle. Op zijn schilderijen,<br />
pastellen en aquarellen<br />
zijn zij gekleed in een japon<br />
waarover heen een kort jasje<br />
of een blauwe lange rok, een<br />
witte blouse en een hoed<br />
op het opgestoken haar.<br />
Soms samen zittend op een<br />
bankje, of alleen met een<br />
doos met rollen stof naast<br />
zich. Ze wandelden in hun<br />
pauze naar het nabijgelegen<br />
Jardin de Tuileries, de<br />
Tuilerieën. Een wandeling<br />
van ongeveer tien minuten.<br />
Het park was oorspronkelijk<br />
de tuin horende bij het paleis<br />
de Tuilerieën, gebouwd voor<br />
Catharina de Medici in 1553.<br />
Dit paleis stond tussen de<br />
lange armen van het Louvre;<br />
het is tijdens de opstand in<br />
1871 in brand gestoken en<br />
vervolgens afgebroken. Ook<br />
de dame op dit schilderij is<br />
vermoedelijk aan het pauzeren<br />
in Jardin de Tuileries<br />
en leest rustig een krantje<br />
voordat zij richting de modehuizen<br />
aan de Rue de la Paix<br />
loopt.
‘Isaac’ Lazarus Israels (1865 - 1934)<br />
l E Z E n d E d a m E i n j a r d i n d E t u i l E r i E s , p a r i j s<br />
Aquarel 50 x 35 cm, gesigneerd rechtsonder en te dateren omstreeks 1906-1910<br />
Literatuur: A. Wagner, Isaac Israels, Rotterdam 1967, afbeelding pag. 57, nr. 80; Jacob H. Reisel, Isaac<br />
Israels, portret van een Hollands impressionist, Amsterdam 1967, afbeelding pag. 158.
Pieter Florentius Nicolaas Jacobus ‘Floris’ Arntzenius (1864 - 1925)<br />
g E Z i c h t o p d E b i E r k a d E t E d E n h a a g m E t V r a c h t s c h E p E n u i t u t r E c h t , a m s t E r d a m E n l E i d E n<br />
Aquarel, gouache en krijt 43.5 x 63 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Herkomst: Veiling Paul Brandt, Amsterdam, 11-14 dec. 1973, lot 884.<br />
58 59
Pieter Florentius Nicolaas Jacobus ‘Floris’ Arntzenius (1864 - 1925)<br />
f i g u r E n i n d E s p u i s t r a a t t E d E n h a a g<br />
Olie op paneel 34.8 x 25 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Annotatie verso op etiket: ‘de Spuistraat bij regenweer te ’s-Gravenhage’.<br />
Herkomst: <strong>Kunsthandel</strong> R. Noortman, Hulsberg.<br />
Literatuur: Kunst & Antiek Revue, sep. 1978, afgebeeld op de cover; C.A. Schilp, Floris Arntzenius,<br />
Kunst & Antiek Revue, nov. 1979, afbeelding pag. 32.
Cornelis Vreedenburgh (1880 - 1946)<br />
E E n a f g E m E E r d Z E i l s c h i p b i j E E n b o E r d E r i j<br />
Olie op paneel 20.3 x 30.5 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1928<br />
60 61
Hans von Bartels (1856 - 1913)<br />
b o l l E n V E l d E n b i j h a a r l E m<br />
Aquarel en gouache 32 x 45 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd ’13<br />
Annotatie linksonder: ‘Haarlem’.
DDe<br />
Nederlands-Franse<br />
schilder Jongkind wordt beschouwd<br />
als een voorloper<br />
van het impressionisme of<br />
zelfs als een vroege vertegenwoordiger<br />
ervan. Maar<br />
anders dan veel impressionisten<br />
maakte Jongkind zijn<br />
schilderijen in het atelier,<br />
overigens op grond van wel<br />
in de openlucht gemaakte<br />
schetsen en aquarellen. Zijn<br />
eerste opleiding kreeg Jongkind<br />
in Den Haag bij de romantische<br />
schilder Andreas<br />
Schelfhout (1787-1870),<br />
schilder van Hollandse<br />
wateren en luchten, van molens<br />
en schepen. Schelfhout<br />
bracht zijn talentvolle pupil<br />
in contact met de romantische<br />
Franse zeeschilder<br />
Louis Gabriel Eugène Isabey<br />
(1803-1886), die Jongkinds<br />
tweede leermeester zou<br />
worden. Een andere inspiratiebron<br />
werd Camille Corot<br />
(1797-1875). Isabey nam<br />
Jongkind mee om te schilderen<br />
langs de Normandische<br />
kusten bij Le Havre. Jongkind<br />
zou daar nog vaak komen,<br />
samen met zijn vriend<br />
62 63<br />
Eugène Boudin (1824-1890)<br />
en de jongere schilders<br />
Alfred Sisley (1839-1899) en<br />
Claude Monet (1840-1926).<br />
Met een onderbreking tussen<br />
1855 en 1860, toen hij in<br />
Rotterdam en omgeving verbleef,<br />
zou Jongkind van 1846<br />
tot 1891 altijd in Frankrijk<br />
wonen en werken. In Frankrijk<br />
stond hij al bij leven in<br />
hoog aanzien; in Nederland<br />
kwam er pas waardering in<br />
de twintigste eeuw.<br />
Dit schilderijtje heeft een<br />
oer-Hollands thema. Het is<br />
een klein maar charmant<br />
wintergezicht in de trant<br />
van zijn eerste leermeester<br />
Schelfhout, maar het is in<br />
1871 in Frankrijk geschilderd.<br />
In Frankrijk waren<br />
dergelijke Hollandse werken<br />
toen heel gewild. De compositie<br />
met de lage horizon en<br />
de schuine lijnen en verticale<br />
accenten, de stoffage met<br />
mensen en dieren is typisch<br />
voor Schelfhout en vele generaties<br />
Nederlandse landschapsschilders<br />
voor hem.<br />
Maar Jongkind is geen fijnschilder<br />
zoals zijn voorgangers.<br />
Hij is niet zo geïnteresseerd<br />
in een gedetailleerde<br />
en verfijnde weergave, veel<br />
meer belangstelling heeft hij<br />
voor de lichteffecten op een<br />
winterse dag die hij met een<br />
suggestieve en losse toets<br />
weergeeft.
Johan Bartold Jongkind (1819 - 1891)<br />
W i n t E r i n h o l l a n d<br />
Olie op doek 22 x 32.5 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd 1871<br />
Herkomst: Galerie Allard, Parijs; Galerie Schmit, Parijs, 1966; <strong>Kunsthandel</strong> P.A. Scheen, Den Haag, 1977;<br />
<strong>Kunsthandel</strong> Noortman, Maastricht/Londen.<br />
Literatuur: Tent. cat. Jongkind, Galerie Schmit, Parijs 1966, pag. 53, afbeelding nr. 41; V. Hefting,<br />
Jongkind, Parijs 1975, afbeelding pag. 226, nr. 548; Tent. cat. Pieter A. Scheen Najaarstentoonstelling,<br />
afbeelding nr. 13; P.A. Scheen, Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1750-1880, Den Haag 1981,<br />
afbeelding nr. 780.<br />
Tentoonstelling: Galerie Schmit, Exposition Jongkind, 4 mei-4 jun. 1966; <strong>Kunsthandel</strong> Pieter A. Scheen,<br />
Najaarstentoonstelling, 25 nov.-3 dec. 1977.<br />
Dit schilderij zal worden opgenomen in de catalogue raisonné als cat. nr. H0412, op dit moment in<br />
voorbereiding door het Comité Jongkind, Parijs/Den Haag.
h a a g s E
s c h o o l
J<br />
Johannes’ vader Solco Walle<br />
Tromp was in de koloniale<br />
tijd bestuursambtenaar op<br />
Java. De familienaam van<br />
zijn moeder was Zoetelief.<br />
Grootmoeder Zoetelief ontdekte<br />
dat Johannes doofstom<br />
was. Toen hij drie was, reisde<br />
ze met hem van Java naar<br />
Europa, bezocht allerlei specialisten<br />
en bracht hem ten<br />
slotte onder in een doofstommeninrichting<br />
te Rotterdam.<br />
Daar leerde hij liplezen en<br />
gebarentaal. Pas in 1884<br />
keerde hij met zijn oma naar<br />
Java terug. Daar veranderde<br />
hij in 1886 als dankbetuiging<br />
aan zijn oma zijn achternaam<br />
officieel in Zoetelief Tromp.<br />
Nog in 1886 keerde de hele<br />
familie terug naar Nederland.<br />
Daar werd Tromp leerling<br />
van de Amsterdamse Academie.<br />
Na zijn afstuderen ging<br />
hij naar Den Haag en zocht<br />
hij aansluiting bij de schilders<br />
van de Haagse School.<br />
66 67<br />
In 1899 trouwde hij met<br />
een dochter van de Haagse<br />
School-schilder Bernard<br />
Blommers, die een onmiskenbare<br />
invloed heeft gehad op<br />
de onderwerpskeuze en de<br />
stijl van Tromp. Na Den Haag<br />
woonde en werkte Zoetelief<br />
Tromp in Katwijk en Blaricum<br />
(Het Gooi). In 1928 vertrok hij<br />
voorgoed naar Breteuil, een<br />
dorpje in Haute Normandie<br />
waar zijn zoon een kippenboerderij<br />
was begonnen.<br />
Kinderen zijn een geliefd thema<br />
van de impressionistisch<br />
schilderende Zoetelief Tromp.<br />
Het oudste meisje in het<br />
blauw maakt met een schop<br />
het zandgat dicht waarin ze<br />
een Nederlandse vlaggetje<br />
heeft geplant. Het kleinste<br />
meisje in het wit zit voor een<br />
ligstoel en schept met een<br />
pollepel zand heen en weer.<br />
Op de achtergrond een wandelaar<br />
en een vrouw met twee<br />
kinderen. Alles simpel vermaak.<br />
Naar het voorbeeld van<br />
zijn schoonvader heeft Tromp<br />
de horizon hoog gehouden.<br />
De toets van Tromp is grover<br />
dan die van Blommers en<br />
nog meer dan die van Jozef<br />
Israels, die beiden hetzelfde<br />
thema schilderden, en zijn<br />
coloriet is lichter.
Johannes ‘Jan’ Zoetelief Tromp (1872 - 1947)<br />
s p E l E n d E m E i s j E s o p h E t s t r a n d<br />
Olie op doek 35 x 50 cm, gesigneerd linksonder
Pieter Florentius Nicolaas Jacobus ‘Floris’ Arntzenius (1864 - 1925)<br />
s t i l l E V E n V a n o o s t i n d i s c h E k E r s i n E E n g l a Z E n V a a s j E<br />
Olie op doek 37.5 x 44.5 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
68 69
Hendrik Johannes Weissenbruch (1824 - 1903)<br />
k o E i E n b i j E E n p o l d E r V a a r t<br />
Olie op doek op paneel 42.5 x 30.5 cm, gesigneerd rechtsonder
Willem Bastiaan Tholen (1860 - 1931)<br />
W a n d E l a a r s o p d E W i t t E b r u g t E d E n h a a g i n d E W i n t E r<br />
Olie op doek 37.7 x 58.5 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Literatuur: Mr.Dr. R.S. Bakels, W.B. Tholen, , s-Gravenhage 1930, cat. nr. 65, met afbeelding; Ir.G. Knuttel,<br />
W.B. Tholen, , s-Gravenhage 1955, cat. nr. 32, met afbeelding; T. de Liefde-van Brakel, Schilderen en wonen<br />
op Scheveningen in de Belle Epoque, Scheveningen 2008, afbeelding pag. 66 en 67.<br />
Tentoonstelling: Scheveningen, Muzee Scheveningen, Schilderen en wonen op Scheveningen in de Belle<br />
Epoque, 4 jul.-28 sep. 2008.<br />
70 71
Emma Amalia Ekwall (1838 - 1925)<br />
k o p j E s o E p E t E n<br />
Olie op doek 23 x 35.5 cm, gesigneerd linksboven
J<br />
Johannes de Haas was gespe-<br />
cialiseerd in het schilderen<br />
van koeien. Hij was zo goed<br />
in het weergeven van de<br />
textuur en de houding van<br />
deze runderen dat hij vaak<br />
door landschapsschilders<br />
als Willem Roelofs, Constant<br />
Gabriël e.a. werd gevraagd<br />
om zijn koeien in hun landschappen<br />
te schilderen. Hij<br />
was een leerling van de dierschilder<br />
Pieter Frederik van<br />
Os en vestigde zich na zijn<br />
leerjaren in Oosterbeek, het<br />
Nederlandse Barbizon aan<br />
de Veluwerand. Hij trouwde<br />
met een dochter van de daar<br />
woonachtige landschapsschilder<br />
J.W. Bilders (1811-<br />
1890). Vanaf 1857 woonde<br />
De Haas in het internationaal<br />
georiënteerde Brussel, maar<br />
hij kwam nog vaak voor stu-<br />
72 73<br />
die naar Gelderland. De Haas<br />
ontwikkelde een uitstekend<br />
Europees netwerk, woonde<br />
en werkte een tijdlang in<br />
Duitsland en werd internationaal<br />
bekend als schilder van<br />
koeien. Zoals vele schilders<br />
voor hem gebruikte De Haas<br />
door hemzelf in de natuur<br />
gemaakte schetsen (hij heeft<br />
er honderden gemaakt) als<br />
zetstuk voor de veestukken,<br />
die hij in zijn atelier maakte.<br />
De Haas schilderde het hiernaast<br />
afgebeelde werk op een<br />
paneel van groot formaat. De<br />
dag is bewolkt en er staat een<br />
matig windje, afgaande op<br />
de rietstengels links. Drie<br />
roodbonte en twee zwartbonte<br />
koeien staan compositorisch<br />
verantwoord in de<br />
uiterwaarden van een rivier.<br />
Sommige koeien staren ons<br />
onverschillig aan zoals koeien<br />
dat kunnen, eentje graast.<br />
Ook aan de overkant van de<br />
rivier loopt een kudde runderen.<br />
Een zeilbootje komt<br />
voorbij en nog één. Alles<br />
ademt de charme van een<br />
rust zonder mechanische<br />
geluiden.
Johannes Hubertus Leonardus de Haas (1832 - 1908)<br />
k o E i E n b i j Z o m E r i n d E u i t E r W a a r d E n V a n d E i j s s E l<br />
Olie op paneel 96.5 x 130 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Literatuur: Max Rooses, Het Schildersboek, Nederlandse schilders der negentiende eeuw, Amsterdam 1895, afbeelding pag. 215.
Johan Frederik Cornelis Scherrewitz (1868 - 1951)<br />
V i s s E r s m E t t r E k p a a r d E n o p h E t s t r a n d<br />
Olie op doek 80.5 x 125.5 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Herkomst: Part. bezit, Schotland.<br />
Tentoonstelling: Kortenhoef, Stichting Kunst aan de Dijk, Man en Paard, 29 mei-20 jun. 2010.<br />
74 75
(5207)<br />
Jozef Israels (1824 - 1911)<br />
m E i s j E i n d E b r a n d i n g<br />
Aquarel 32 x 22 cm, gesigneerd linksonder
CConstant<br />
Gabriël werd in<br />
Amsterdam geboren als<br />
zoon van de beeldhouwer<br />
Paulus Joseph (‘Paul’)<br />
Gabriël. Constant maakte<br />
carrière als schilder, eerst<br />
van de Romantische en later<br />
van de Haagse School. Hij<br />
hanteerde echter niet het<br />
overwegend donkere – grijze<br />
en bruine – palet van andere<br />
Haagse School-schilders.<br />
Volgens Gabriël was ons land<br />
‘gekleurd, sappig, vet’ en was<br />
‘ons land niet grijs, zelfs niet<br />
bij grijs weer’. Gabriël was<br />
bevriend met de dierschilder<br />
Johannes de Haas en de<br />
landschapsschilders Willem<br />
Roelofs en Anton Mauve. Hij<br />
specialiseerde zich in het<br />
schilderen van de polders<br />
rond Den Haag. Gabriël is<br />
weergaloos zowel in de weergave<br />
van waterpartijen en<br />
wolken als van weilanden en<br />
molens, die hij zo natuurlijk<br />
mogelijk probeerde over te<br />
brengen, bij verschillende<br />
weertypen en dus in verschillende<br />
belichting.<br />
76 77<br />
Het hiernaast afgebeelde<br />
landschap is vermoedelijk<br />
geschilderd op een<br />
vroege zomeravond in een<br />
polder bij Den Haag. De<br />
nauwelijks bewolkte hemel<br />
beslaat zoals in de Gouden<br />
Eeuw bijna tweederde<br />
van het schilderij en is<br />
van een teer blauw-wit.<br />
In het spiegelend water<br />
glijden de wolkjes ook<br />
voorbij. De waterplanten<br />
in de wetering zijn summier<br />
weergegeven, de<br />
eenden nauwelijks meer<br />
dan aangestipt. De stroken<br />
waterplanten herhalen<br />
de lijn van de horizon.<br />
Door de molens en de<br />
hooiberg van de boerderij<br />
links worden er verticale accenten<br />
gelegd. Perspectief<br />
wordt gesuggereerd middels<br />
eeuwenoude methodes: de<br />
schuine weideranden lijken<br />
in de verte samen te komen<br />
en de horizon is nevelig<br />
en blauwig. Die horizon<br />
is laag en ligt op ongeveer<br />
een derde vanaf de onderkant<br />
van het schilderij, dat<br />
vermoedelijk is geschilderd<br />
tussen ca. 1884 en 1895,<br />
na het fijnschilderen in de<br />
romantische beginperiode<br />
van Gabriël maar voordat<br />
hij omstreeks 1895 begon<br />
met het hanteren van een<br />
grovere verfstreek.
Paul Joseph Constantin Gabriël (1828 - 1903)<br />
h o l l a n d s p o l d E r l a n d s c h a p m E t E E n W E t E r i n g , E E n Z u i d - h o l l a n d s E W a t E r m o l E n E n E E n W i p W a t E r m o l E n<br />
Olie op doek 30 x 46.5 cm, gesigneerd rechtsonder
Lodewijk Franciscus Hendrik ‘Louis’ Apol (1850 - 1936)<br />
b o E r m E t p a a r d E n W a g E n i n W i n t E r s l a n d s c h a p<br />
Olie op doek 35 x 50 cm, gesigneerd linksonder<br />
78 79
Jan Willem van Borselen (1825 - 1892)<br />
k o E i E n b i j h E t W a t E r<br />
Olie op paneel 30 x 43 cm, gesigneerd linksonder<br />
Herkomst: MacConnal-Mason, Londen; William Rodman & Co., Belfast.
o m a n t
i E k
OOtto<br />
Eerelman vormde met<br />
vader en zoon Verschuur<br />
de top van de Nederlandse<br />
paardenschilders in de<br />
negentiende eeuw. Eerelman<br />
schilderde paarden in<br />
allerlei situaties: paarden-<br />
markten en paardenkeuringen,<br />
paarden die zijn<br />
aangespannen voor allerlei<br />
typen van rijtuigen en arren,<br />
ruiters te paard, portretten<br />
van paarden ten voeten uit,<br />
paarden bij officiële plechtigheden<br />
en voorstellingen<br />
met ‘indianen en cowboys’<br />
uit de circussen van Buffalo<br />
Bill en Pawnee Bill.<br />
Deze aquarel-gouache geeft<br />
een harddraverij van amazones<br />
in een circustent weer:<br />
acht schrijlings gezeten<br />
82 83<br />
jockeydames galopperen<br />
in lange rokken over de<br />
renbaan voor een volgepakte<br />
tribune langs. De zit en kleding<br />
van de sportieve dames<br />
is door Eerelman met gevoel<br />
voor variatie uitgebeeld. En<br />
dat geldt ook voor de typen<br />
paarden: we menen voorop<br />
een bruin te zien, gevolgd<br />
door een moor met bles, een<br />
grauwschimmel en een witte<br />
schimmel en nog zo wat.<br />
Dat het hier om een circus<br />
gaat, wordt waarschijnlijk<br />
gemaakt door de constructie<br />
van de ruimte en het podium<br />
boven de ‘artiesteningang’<br />
waar de musici zitten, de<br />
vier hoornblazers in de binnenste<br />
cirkel, de merkwaardige<br />
reus in Chinese kledij<br />
rechts met zijn bediende en<br />
de drie heren met zwepen<br />
links. Voor een circus pleiten<br />
ook de brandende lichten;<br />
gewone paardenraces<br />
vinden gewoonlijk overdag<br />
plaats. Het is de charme van<br />
pretentieloos vermaak die<br />
Eerelman hier overtuigend in<br />
beeld brengt.
Otto Eerelman (1839 - 1926)<br />
d E h a r d d r a V E r i j V a n d E a m a Z o n E s ( h i p p o d r o m E , p a r i j s )<br />
Aquarel en gouache 51 x 73 cm, gesigneerd linksonder
Everardus Benedictus Gregorius Pagano Mirani (1810 - 1881)<br />
W i n t E r s b o s g E Z i c h t m E t h o u t s p r o k k E l a a r s<br />
Olie op paneel 42.5 x 54 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’52<br />
84 85
Andreas ‘Andries’ Schelfhout (1787 - 1870)<br />
i j s g E Z i c h t m E t h o u t s p r o k k E l a a r E n s c h a a t s E r s<br />
Olie op paneel 16.7 x 22.4 cm, gesigneerd rechtsonder en gedateerd ’52
SSpringer<br />
begon zijn loop-<br />
baan als schilder van geheel<br />
of gedeeltelijk gefantaseerde<br />
stadsgezichten. Maar<br />
vanaf ca. 1855 kwamen zijn<br />
schilderijen uitsluitend tot<br />
stand op basis van studies<br />
naar de werkelijke situatie<br />
ter plekke, al maakte<br />
hij de details soms wel wat<br />
mooier. Kenmerkend voor<br />
hem is ook het spel met<br />
licht en schaduw. Springer<br />
legde zich toe op het<br />
uitbeelden van architectuur<br />
uit de zestiende en<br />
zeventiende eeuw. Classicistische<br />
gebouwen uit<br />
de achttiende of neostijlen<br />
uit de negentiende eeuw<br />
komen op zijn schilderijen<br />
niet voor. Springer is zijn<br />
romantisch-realistische<br />
stijl tot zijn dood trouw<br />
gebleven; hij stierf een jaar<br />
na tijdgenoot Vincent van<br />
Gogh, die juist een van de<br />
aartsvaders werd van het<br />
modernisme.<br />
86 87<br />
Op dit schilderij laden linksvoor<br />
twee sterke mannen<br />
een vrachtslede in of uit. Een<br />
jongen met een draagblad<br />
aan een zeel hoopt iets te<br />
verkopen. Aan de wallekant<br />
komen twee zeventiendeeeuwse<br />
heren aangelopen,<br />
vergezeld van een eveneens<br />
deftig geklede jongen en<br />
een zelf bewust hondje. Een<br />
kajuitsloep wordt van de wal<br />
geduwd en zet koers naar de<br />
Herengracht, waar net een<br />
half-afgetuigd schip voorbijvaart.<br />
Over de brug kraakt<br />
een huifkar. De compositie<br />
lijkt onnadrukkelijk, maar is<br />
volgens een bepaald schema<br />
tot stand gekomen. De verticale<br />
lijn van de vier bomen<br />
deelt het schilderij in tweeën:<br />
links de aarde en haar huizen,<br />
rechts het water en zijn<br />
schepen. De horizon wordt<br />
afgesloten door de huizen aan<br />
de overkant van de Herengracht<br />
en de daarmee parallel<br />
lopende brug. De schuine<br />
lijnen links suggereren diepte.<br />
Het licht komt van rechts en<br />
zet de huizen links in het zonnetje;<br />
het is rond het middaguur<br />
en de sfeer lijkt rustig en<br />
vredig. Knap om een zo architectonisch<br />
opgezet schilderij<br />
het aanzien te geven van een<br />
charmante zomermiddag.
Cornelis Springer (1817 - 1891)<br />
g E Z i c h t o p d E n l E i d s c h E g r a c h t n a a r d E h E E r E n g r a c h t o m s t r E E k s h E t j a a r 1 6 7 0<br />
Olie op paneel 48 x 63 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd 1884<br />
Annotatie verso op etiket: ‘De ondergeteekende verklaard dat deze schilderij, voorstellende<br />
Gezicht op den Leidschegracht naar de Heerengracht te Amsterdams omstreeks het jaar 1670 door hem<br />
is vervaardigd 1884 C. Springer’.<br />
Literatuur: Zal worden opgenomen in het supplement op de oeuvrecatalogus van Cornelis Springer<br />
door Willem Laanstra als cat. nr. 84-4.
Johannes ‘Jan’ Weissenbruch (1822 - 1880)<br />
d E W a a l k a d E m E t d E k r a a n , n i j m E g E n<br />
Olie op paneel 9.4 x 14.3 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Schilderij op ware grootte afgebeeld<br />
88 89
Conradijn Cunaeus (1828 - 1895)<br />
p a a r d r i j d E n o p h E t s t r a n d<br />
Olie op paneel 51.5 x 70.5 cm, gesigneerd rechtsonder
Petrus Renier Hubertus Knarren (1826 - 1869) & David de Noter (1825 - 1875)<br />
i n t E r i E u r m E t E l E g a n t E d a m E<br />
Olie op paneel 78 x 63 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
90 91
Henriëtte Ronner-Knip (1821 - 1909)<br />
d r i E j o n g E p o E s j E s<br />
Olie op paneel 18.7 x 24.5 cm, gesigneerd linksonder en gedateerd ’95
MMari<br />
ten Kate kreeg al vroeg<br />
schilderles van zijn oudere<br />
broer Herman (1822-1891),<br />
een schilder die veel militairen<br />
in zeventiende-eeuwse<br />
kroegen en andere historische<br />
taferelen schilderde.<br />
Mari zelf was evenmin afkerig<br />
van een historieschilderij<br />
(De plundering van Geertruidenberg<br />
door de Fransen<br />
in 1795 bijvoorbeeld), maar<br />
hij werd specialist in het<br />
uitbeelden van ‘kinder lief<br />
en leed’. Mogelijk werd hij<br />
in dat opzicht geïnspireerd<br />
door zijn oudste broer, de<br />
dominee-dichter J.J.L. ten<br />
Kate (1819-1899) en diens<br />
collega’s, die veel ‘innige’<br />
poëzie schreven, ook over<br />
kinderen. Zowel de poëzie<br />
van de dominee-dichters als<br />
het werk van Mari ten Kate<br />
kunnen gerekend worden<br />
tot de Romantische stroming<br />
van de Biedermeier.<br />
De schilderijen van Ten<br />
Kate belichten meestal de<br />
positieve kanten van het<br />
gezinsleven maar vooral de<br />
charme van de onbekommerdheid<br />
en onbedorven-<br />
92 93<br />
heid van de jeugdjaren. Allerlei<br />
aan die levensperiode<br />
gebonden situaties worden<br />
licht sentimenteel en/of met<br />
een vleugje humor in beeld<br />
gebracht. Zijn doeken staan<br />
model voor de prenten van<br />
beroemde illustratoren als<br />
Cornelis Jetses (1873-1955)<br />
en J.H. Isings (1884-1977)<br />
en hebben een sfeer die<br />
men ook aantreft in de<br />
kinder boeken van W.G.<br />
van de Hulst (1879-1963).<br />
Op de achtergrond van het<br />
hiernaast afgebeelde schilderij<br />
ligt een kleine boerderij<br />
met een hooiberg en een<br />
schuur, omringd door bomen<br />
en struiken. Het graan ervoor<br />
is goudgeel, het is zomer. Op<br />
het voorplan woeste grond<br />
en een beekje met een simpel<br />
planken bruggetje, waarop<br />
een klein meisje, blootsvoets.<br />
Ze kijkt naar haar<br />
oudere broertje dat probeert<br />
een in het water gevallen<br />
mutsje van het hondje aan<br />
te pakken. Haar oudere zusje<br />
straalt naar de kleine uit dat<br />
alles weer goed komt. De interactie<br />
tussen de vier levende<br />
wezens is heel natuurlijk<br />
in beeld gebracht. Let ook op<br />
de gedetailleerde weergave<br />
van de planten op de voorgrond,<br />
van het mandje met<br />
de doek en de kruik water en<br />
de klompjes ernaast. Het is<br />
prachtig geschilderd.
Johan ‘Mari’ Henri ten Kate (1831 - 1910)<br />
d r i E k i n d E r E n E n E E n h o n d j E m E t E E n m u t s j E d a t i n h E t W a t E r d r E E f<br />
Olie op doek 68 x 95 cm, gesigneerd linksonder
Adrianus Eversen (1818 - 1897)<br />
g E Z i c h t o p d E k o l k s l u i s i n s p a a r n d a m<br />
Olie op doek 37 x 46.5 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
Annotatie linksonder: ‘Spaarndam’.<br />
Herkomst: W.H. Patterson Gallery, Londen, 1998.<br />
Literatuur: P. Overduin, Adrianus Eversen, Schilder van stads- en dorpsgezichten, Wijk en Aalburg 2010,<br />
afbeelding pag. 229, cat. nr. 37-4.<br />
94 95
Adriana Johanna Haanen (1814 - 1895)<br />
s t i l l E V E n m E t f r u i t<br />
Olie op paneel 24.7 x 38.5 cm, gesigneerd linksonder
WWouterus<br />
Verschuur is een<br />
van de belangrijkste vertegenwoordigers<br />
van de late<br />
Nederlandse Romantiek.<br />
Hij was gespecialiseerd in<br />
het schilderen van paarden<br />
en andere boerderijdieren.<br />
Meestal waren het<br />
stilstaande paarden die hij<br />
schilderde, in stallen en op<br />
pleisterplaatsen, in de stad<br />
en op het platteland. Hij<br />
stoffeerde de voorstelling<br />
vaak met honden, kippen<br />
en geiten en met ruiters of<br />
stalknechten. Verschuur was<br />
weliswaar geboren in de<br />
grote stad Amsterdam, maar<br />
schilderde bij voorkeur<br />
paarden in Brabant of in<br />
Gelderland, in welke laatste<br />
provincie hij ook is gestorven.<br />
Zijn grote voorbeeld<br />
was Philips Wouwerman<br />
(1619 – 1668), de paardenschilder<br />
bij uitstek van de<br />
Gouden Eeuw.<br />
96 97<br />
In het middelpunt van dit<br />
schilderij staat een wit-grijze<br />
schimmel die zijn hoofd<br />
naar de toeschouwer heeft<br />
gedraaid, zodat er een direct<br />
contact wordt gesuggereerd<br />
tussen het dier en de kijker.<br />
Het paard is wel uitgespannen,<br />
maar niet afgetuigd. Het<br />
gareeltuig met het halsjuk<br />
maar ook zijn postuur<br />
wijzen erop dat het om een<br />
trekpaard gaat. De schimmel<br />
deelt zijn verblijf in<br />
een vervallen stal met twee<br />
peuzelende geiten links en<br />
een snuffelend hondje rechts.<br />
Links op de achtergrond een<br />
voederbak met een ruif voor<br />
het hooi. Het licht valt op<br />
het paard als het stralende<br />
middelpunt van het schilderij;<br />
hij is helder afgetekend<br />
tegen een veel donkerder<br />
omgeving. Andere lichtaccenten<br />
vallen op de beide geiten<br />
en de snuit van het hondje.<br />
Het paard is niet alleen goed<br />
belicht maar ook gedetailleerd<br />
weergegeven met alle<br />
eigenaardigheden van zijn<br />
huid en een bijna menselijke<br />
blik. De charme van dit voor<br />
de Nederlandse economie zo<br />
belangrijke dier is door Verschuur<br />
heel goed getroffen.
Wouterus Verschuur (1812 - 1874)<br />
s c h i m m E l i n E E n s t a l<br />
Olie op paneel 45 x 60 cm, gesigneerd linksonder
EEldschoon<br />
& aantrekkelijk geprijsD<br />
Gerard Victor Alphons Röling (1904 - 1981)<br />
a a r d b E i E n i n E E n s c h a a l<br />
Olie op schildersboard 18.3 x 26.5 cm, gesigneerd<br />
rechtsboven met initialen en gesigneerd<br />
linksonder en gedateerd ’42<br />
Petrus Gerardus Vertin (1819 - 1893)<br />
d E V i s m a r k t i n u t r E c h t<br />
Olie op paneel 23.9 x 19.6 cm, gesigneerd<br />
rechtsonder en gedateerd ’88<br />
98 99
Robert Völcker (1854 - 1924)<br />
l E Z E n d d a m E o p E E n s o f a<br />
Olie op paneel 23 x 31.8 cm, gesigneerd rechtsboven en gedateerd 1911<br />
Evert Moll (1878 - 1955)<br />
r o t t E r d a m s h a V E n g E Z i c h t<br />
Olie op doek op paneel 14.2 x 18.2 cm,<br />
gesigneerd linksonder<br />
Jan Voerman Jr. (1890 - 1976)<br />
r o Z E r o o s j E s<br />
Olie op doek op paneel 21 x 17 cm,<br />
gesigneerd rechtsonder
EEldschoon<br />
& aantrekkelijk geprijsD<br />
Antonius Bernardus ‘Anton’ Dirckx<br />
(1878 - 1927)<br />
k l E u r r i j k E b o l l E n V E l d E n<br />
Olie op doek 30.3 x 40 cm,<br />
gesigneerd linksonder<br />
100 101<br />
Albert Ludovici II (1852 - 1932)<br />
p i a n o l E s<br />
Olie op paneel 12.3 x 16.7 cm,<br />
gesigneerd linksonder en gedateerd 1883
Evert Pieters (1856 - 1932)<br />
s c h E l p E n V i s s E r s i n d E b r a n d i n g<br />
Olie op schildersboard 34.5 x 24.5 cm,<br />
gesigneerd rechtsonder<br />
Heinrich Pützhofen-Esters (1872 - 1957)<br />
b E d r i j V i g h E i d i n a m s t E r d a m s s t r a a t j E<br />
Tempera op papier 48.5 x 59.5 cm,<br />
gesigneerd rechtsonder<br />
Arthur ‘Gerald’ Ackermann (1876 - 1960)<br />
l a t h y r u s ( p r o n k E r W t ) i n E E n g l a Z E n V a a s j E<br />
Aquarel 24.5 x 22 cm, gesigneerd rechtsonder
EEldschoon<br />
& aantrekkelijk geprijsD<br />
Bernhard Anton ‘Anton’ Funke (1869 - 1955)<br />
102 103<br />
V l i E g E n Z W a m m E n<br />
Aquarel 22 x 12.5 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
‘Harm’ Henrick Kamerlingh Onnes<br />
(1893 - 1985)<br />
E E n r i t j E m E t p a a r d E n W a g E n<br />
Aquarel 17 x 24 cm, gesigneerd linksonder<br />
met initialen en gedateerd ’72
‘Jan’ Gerrit Jordens (1883 - 1962)<br />
c o m p o s i t i E<br />
Olie op schildersboard 25 x 30 cm<br />
Johannes Carolus Bernardus ‘Jan’ Sluijters (1881 - 1957)<br />
Jan van der Zee (1898 - 1988)<br />
i j s s E l l a n d s c h a p<br />
Gouache 48.5 x 63 cm, gesigneerd rechtsonder<br />
d a n s E n<br />
Aquarel 18.3 x 9 cm, gesigneerd linksonder
i n dEX<br />
Ackermann, A.G. ........................................................101<br />
Akkeringa, J.E.H. ........................................................51<br />
Altink, J. ......................................................................23<br />
Apol, L.F.H. .................................................................78<br />
Arntzenius, P.F.N.J. ...........................................58, 59, 68<br />
Bartels, H. von ............................................................61<br />
Benner, G. .....................................................................9<br />
Bohemen, K. van .........................................................15<br />
Boon, J. .......................................................................21<br />
Borselen, J.W. van .......................................................79<br />
Breetvelt, D. ................................................................17<br />
Cremer, J. ...................................................................14<br />
Corneille .....................................................................12<br />
Cosson, J.L.M. .......................................................43, 47<br />
Cunaeus, C. ................................................................89<br />
Dijkstra, J. ..................................................................25<br />
Dirckx, A. ..................................................................100<br />
Dooijewaard, W. ..........................................................53<br />
Eerelman, O. ...............................................................83<br />
Ekwall, E.A. ................................................................71<br />
Eversen, A. .................................................................94<br />
Funke, B.A. ...............................................................102<br />
Gabriël, P.J.C. .............................................................77<br />
Gestel, L. ....................................................................35<br />
Godfrinon, E.J.J. .........................................................45<br />
Haanen, A.J. ...............................................................95<br />
Haas, J.H.L. de ...........................................................73<br />
Hem, P. van der ..........................................................27<br />
Hoboken, J. van ..........................................................20<br />
Horrix, H.M. ...............................................................42<br />
Hussem, W.F.K. ...........................................................11<br />
Israels, I.L. ...........................................................49, 57<br />
Israels, J. ....................................................................75<br />
Jongkind, J.B. .............................................................63<br />
Jordens, J.G. .............................................................103<br />
Kamerlingh Onnes, H. ..............................................102<br />
Kate, J.M.H. ten ..........................................................93<br />
Kickert, C. ..................................................................50<br />
Knarren, P.R.H. ...........................................................90<br />
Lataster, G. ..................................................................8<br />
Lucebert ....................................................................10<br />
Ludovici, A. II ..........................................................100<br />
Mirani, E.B.G.P. ..........................................................84<br />
Moll, E. ......................................................................99<br />
Muelhaus, D. ..............................................................52<br />
Noter, D. de ................................................................90<br />
Pieters, E. ................................................................101<br />
Pützhofen-Esters, H. .................................................101<br />
Röling, G.V.A. .............................................................98<br />
Ronner-Knip, H. .........................................................91<br />
Rooskens, J.A. ............................................................16<br />
Schelfhout, A. ............................................................85<br />
Scherrewitz, J.F.C. ......................................................74<br />
Seeger, H. ...................................................................54<br />
Sluijters, J.C.B. ....................................28, 29, 33, 34, 103<br />
Springer, C. ................................................................87<br />
Stein, G. .....................................................................46<br />
Tholen, W.B. ...............................................................70<br />
Toorop, J.T. ................................................................37<br />
Toussaint, F. ...............................................................55<br />
Tytgat, E. ....................................................................31<br />
Verschuur, W. .............................................................97<br />
Vertin, P.G. .................................................................98<br />
Voerman, J. Junior ......................................................99<br />
Völcker, R. ..................................................................99<br />
Vreedenburgh, C. .......................................................60<br />
Weissenbruch, H.J. .....................................................69<br />
Weissenbruch, J. ........................................................88<br />
Wiegers, J. ..................................................................24<br />
Wolter, H.J. ................................................................41<br />
Zee, J. van der ..........................................................103<br />
Zoetelief Tromp, J. .....................................................67
C OLOFON<br />
Samenstelling: Anna <strong>Smit</strong>-Loor<br />
Kunsthistorisch onderzoek: Arie Bakker<br />
Teksten: Willemien de Vlieger (pagina 32, 36, 44, 56) en Murk Salverda<br />
Fotografie interieur: Hans Westerink, Zwolle<br />
Vormgeving & dtp: FIZZ marketing + communicatie, Meppel<br />
Fotografie, lithografie en druk: Èpos | press, Zwolle<br />
Met dank aan: Miluska van ’t Lam, Hanneke Loor-Salverda en Katy <strong>Smit</strong>-Schulting
<strong>Mark</strong> <strong>Smit</strong> <strong>Kunsthandel</strong> B.V. | <strong>Mark</strong>t 5 7731 DB <strong>Ommen</strong> | T 0529 469 280 | www.marksmit.nl