Kijk op vermogen 29 [PDF] - Hof Hoorneman Bankiers

Kijk op vermogen 29 [PDF] - Hof Hoorneman Bankiers Kijk op vermogen 29 [PDF] - Hof Hoorneman Bankiers

hofhoorneman.nl
from hofhoorneman.nl More from this publisher
10.09.2013 Views

INTERVIEW ‘Het aantal producten op de markt is gestegen. Vind als individuele belegger door de bomen het bos nog maar eens.’

Preventie is één, correctie is twee. Het DSI behandelt klachten en tuchtgeschillen. De uitspraken van de Klachtencommissie voor de effectenbranche en de Commissie van Beroep halen regelmatig de media. Denk bijvoorbeeld aan de klacht over effectenlease waar – zoals uiteindelijk bleek – beleggers niet juist was voorgespiegeld waar ze eigenlijk instapten. De Klachtencommissie behandelt klachten van beleggers tegen personen en hun instellingen die bij het DSI zijn geregistreerd. De Tuchtcommissie kan vervolgens een sanctie opleggen en uitvoeren, mocht dat nodig zijn. De partijen in het conflict kunnen in beroep gaan. Daarvoor is de Commissie van Beroep, deze doet een finale uitspraak. Oosterholt: ‘We zijn de aangewezen instantie voor de behandeling van klachten van beleggers over schade bij effectentransacties, -advisering en vermogensbeheer.’ Sinds de oprichting hebben diverse brancheverenigingen zich bij het DSI aangesloten. Onder hen de Vereniging van Vermogensbeheerders die in 2002 aan boord kwam. Alle aangesloten brancheverenigingen hebben te maken met de verkoop van beleggingsproducten. Samen willen ze werken aan de kwaliteit van de dienstverlening. En dat is geen wassen neus, zo blijkt. Beleggers kunnen rechtstreeks met hun klachten terecht bij de instantie. En bij misstanden kunnen leden worden geroyeerd. Wind in de zeilen Na oprichting in 1999 viel het DSI meteen met de neus in de boter. Nusse Brink was een klein effectenhuis dat in dat jaar op de fles ging na uit de hand gelopen speculaties, terwijl de verdenking van witwassen van crimineel geld nooit voor de rechter is gekomen. Het interne beurstoezicht op Nusse Brink had, zo bleek later uit onderzoek, gefaald. In dezelfde periode ging ook nog een ander klein effectenkantoor, Regio Effekt, bankroet als gevolg van wanbeleid. ‘We hadden daarmee de wind in de zeilen voor de oprichting van het DSI’, aldus Oosterholt. Sindsdien heeft het DSI een zelfstandige plaats in de beleggingswereld. Naast een instantie als de Autoriteit Financiële Markten (AFM). DSI kijkt daarbij meer naar de registratie van personen, de AFM naar regulering van instellingen. Beide instanties werken nauw samen om hun toezicht af te stemmen. De behoefte naar toezicht en voorlichting is volgens Oosterholt de afgelopen tien tot vijftien jaar aanmerkelijk gestegen. ‘Logisch’, volgens de directeur. ‘Individuele medewerkers van effecteninstellingen krijgen steeds meer verantwoordelijkheid. Hoe stuur je bijvoorbeeld als financiële instelling op integriteit, compliance en controle? Met toezicht zoals wij dat vormgeven is op die aspecten per medewerker te sturen.’ Volgens Oosterholt speelt eveneens de collectiviteit. Deze wordt door de overheid meer en meer losgelaten. ‘Mensen worden individueel verantwoordelijk voor hoe ze er over dertig jaar financieel gezien bij staan. Daardoor komt er een enorme hoeveelheid kapitaal op de beleggingsmarkt af. Tegelijkertijd is het aantal producten op de markt gestegen. Vind als individuele belegger door de bomen het bos nog maar eens.’ Het individu dat het goed wil doen, moet volgens de directeur beginnen met het maken van een plan. ‘Waar wil je naartoe KIJK OP VERMOGEN | VEER PALTHE VOÛTE | WINTER 2005 werken en welk beleggingsproduct hoort daarbij? Welke spanning kan ik aan als persoon? Wil ik elke dag koersen volgen?’ In het kader van de zorgplicht die vermogensbeheerders hebben, maken zij per klant een risicoprofiel. Het is volgens Oosterholt zaak die profielen up to date te houden. ‘Het kan zijn dat beleggers door veranderende privéomstandigheden ineens minder risico aankunnen. Het is belangrijk dat vermogensbeheerders dat in de gaten houden.’ Oosterholt spreekt over het bewustzijn van de positie van de klant, de belegger. Hij noemt een voorbeeld. ‘De vermogensbeheerder moet zijn rug recht weten te houden op het moment dat een belegger buiten zijn natuurlijke risicoprofiel ineens wilde dingen wil doen. Hij moet dan nee kunnen zeggen.’ Door lid te zijn van het DSI laten vermogensbeheerders zien integriteit in de relatie met de cliënt belangrijk te vinden Integriteit Het DSI wil daarbij de steun in de rug zijn. De organisatie biedt via studie de achtergrond voor vermogensbeheerders om dat onafhankelijke advies te kunnen uitbrengen. Dat is de behulpzame kant van het DSI. Maar het instituut kan ook flink zijn tanden laten zien. Dat moet ook wel als een instantie zoals het DSI serieus wil worden genomen. Mede daardoor zullen geregistreerden de huisregels ter harte nemen. Simpelweg omdat ze geen smetje op hun blazoen willen hebben. Het DSI houdt een openbaar register bij. Daarin kunnen beleggers opzoeken of een geregistreerd lid een akkefietje heeft gehad. De melding blijft maximaal drie jaar achter de naam van de betreffende persoon staan. In sommige gevallen wordt de geregistreerde geroyeerd. Dat gebeurde onder meer bij een beleggingsadviseur die – in het kort gezegd – van klanten, oudere mensen, leningen aftroggelde voor privé-doeleinden. Zowel de Tuchtcommissie als de Commissie van Beroep waren unaniem in hun veroordeling. Dit kan en mag niet. Het DSI is zo de waakhond van de sector en voor de sector. Gericht op de deskundigen in de beleggingsbranche. Een instantie naast de wettelijke toezichthouders zoals de AFM. Een instituut dat ook in vermogensbeheer zijn rol pakt. ‘Juist daar gaat het om het vertrouwen tussen klant en beheerder. Door lid te zijn van het DSI laten vermogensbeheerders zien integriteit in de relatie met de cliënt belangrijk te vinden.’ 13

INTERVIEW<br />

‘Het aantal producten <strong>op</strong> de markt is gestegen.<br />

Vind als individuele belegger door de bomen<br />

het bos nog maar eens.’

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!