O:\leerplanontwerpen\Werkzone\AClijman\3de graad BSO (3 lj ...
O:\leerplanontwerpen\Werkzone\AClijman\3de graad BSO (3 lj ...
O:\leerplanontwerpen\Werkzone\AClijman\3de graad BSO (3 lj ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Studierichting<br />
VLAAMS VERBOND VAN HET KATHOLIEK<br />
ZEEFDRUK<br />
Derde <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong><br />
3de leerjaar<br />
SECUNDAIR ONDERWIJS<br />
Guimardstraat 1 - 1040 BRUSSEL<br />
LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS<br />
- Licap-uitgave - Brussel -<br />
Licapnummer: D/1995/0279/053A<br />
mei 1995
Lessentabel<br />
Zie website: www.vvkso.be
INHOUD<br />
1 ALGEMENE VISIE OP DE SPECIALISATIEJAREN IN DE<br />
STRUCTUUR SECUNDAIR ONDERWIJS 1989 ...................... 4<br />
2 BEGINSITUATIE ........................................... 6<br />
3 ALGEMENE DOELSTELLINGEN ............................... 6<br />
4 TAXONOMIE ............................................. 7<br />
5 RELATIE MET DE GEINTEGREERDE PROEF ..................... 7<br />
6 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN<br />
METHODOLOGISCHE WENKEN ............................... 7<br />
PV Prakijk/Stages Grafische technieken ............................ 8<br />
PV Stages Grafische technieken .................................. 8<br />
TV Grafische technieken - Grafische technologie ....................... 22<br />
DEEL 1: TECHNOLOGIE REPROGRAFIE ......................... 22<br />
DEEL 2: TECHNOLOGIE ZEEFDRUK ............................ 32<br />
Complementair gedeelte<br />
TV Grafische technieken - Calculatie .............................. 41<br />
TV Grafische technieken/Toegepaste informatica - Toegepaste informatica ...... 46<br />
7 BIBLIOGRAFIE ............................................ 51<br />
blz.
4<br />
1 ALGEMENE VISIE OP DE SPECIALISATIEJAREN IN DE STRUCTUUR SECUN-<br />
DAIR ONDERWIJS 1989<br />
1.1 Inleiding<br />
Tijdens het schoo<strong>lj</strong>aar 1994-1995 bereikte de eenheidsstructuur het 2de leerjaar van de 3de <strong>graad</strong>. De<br />
studierichtingen <strong>BSO</strong> kregen in de 3de <strong>graad</strong> een geactualiseerde of een vernieuwde inhoud. Vanzelfsprekend<br />
hebben inhoudelijke aanpassingen aan de 3de <strong>graad</strong> gevolgen voor de op de 3de <strong>graad</strong> aansluitende<br />
specialisatiejaren.<br />
In de sectoriële commissies van de VLOR werd nagegaan in welke mate het aanbod van specialisatiejaren<br />
moest worden aangepast, rekening houdend met de hieronder vermelde en op het <strong>BSO</strong> gefocuste visietekst.<br />
Dat resulteerde in een reeks adviezen voor schrapping, naamwijziging, actualisering en toevoeging<br />
van 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong>.<br />
1.2 Het concept van 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong><br />
1.2.1 SPECIALISATIEJAREN <strong>BSO</strong><br />
Specialisatiejaren <strong>BSO</strong> zijn een verdieping van een bepaald onderdeel van de leerstof van de 3de <strong>graad</strong>.<br />
Zij hebben een rechtstreekse koppeling naar tewerkstelling in bedrijven of instellingen. Zij bouwen zoals<br />
de specialisatiejaren TSO voort op de kennis die de leerlingen verworven hebben in de 3de <strong>graad</strong>. De<br />
specialisatiejaren kunnen wel vrij eng of vrij breed zijn. (We passen de definitie van specialisatiejaren<br />
TSO dus ook toe op specialisatiejaren <strong>BSO</strong>.)<br />
De link naar tewerkstelling heeft belangrijke kwalitatieve consequenties. Die hogere kwaliteitseisen<br />
passen trouwens in een maatschappelijke tendens om in algemene zin hogere opleidingsvereisten te stellen.<br />
De 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> kunnen in een aantal sectoren een middel zijn om daaraan tegemoet te<br />
komen.<br />
Door het volgen van een 3de leerjaar van de 3de <strong>graad</strong> (en de erin opgenomen stages of andersoortige<br />
aanwezigheid in bedrijven) hebben de afgestudeerden een grotere kans op tewerkstelling of krijgen zij<br />
grotere troeven op de arbeidsmarkt.<br />
Specialisatie is een rekbaar begrip. De specificiteit zal gedeeltelijk afhankelijk zijn van de betreffende<br />
(deel-)sector. De kwalitatieve invulling van 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> moet geregeld door de sectorcommissies<br />
worden geëvalueerd. De hoge kwaliteitseisen vragen op hun beurt adequate uitrusting en<br />
goed voorbereide lesgevers.<br />
Men moet hieruit afleiden dat de specialisatiejaren niet voorbereiden op het hoger onderwijs. Ze hebben<br />
dus als doelpubliek "finalisten van het secundair onderwijs". Dit belet niet dat een leerling toch de smaak<br />
voor het hoger onderwijs in zo'n jaar zou te pakken krijgen. Een belangrijke doelstelling, zo niet de<br />
belangrijkste, is in ieder geval jonge mensen een betere instap in de tewerkstellingswereld verzekeren.<br />
Negatief kunnen we het zo stellen: de specialisatiejaren kunnen geen heroriënteringsfunctie hebben. Dit<br />
laatste veronderstelt immers dat de leerlingen in dit leerjaar met een ander beroepsprofiel zouden kennis<br />
maken. Deze leerjaren kunnen ook geen actualiseringsfunctie hebben in opgedane kennis. Het zou ongerijmd<br />
zijn verouderde technieken te gebruiken in de 2de en de 3de <strong>graad</strong> om in het 3de leerjaar van de<br />
3de <strong>graad</strong> dan alle nieuwe technologieën aan te leren. Zowel de heroriëntering als de actualisering horen<br />
normalerwijze thuis in het gewone deeltijds volwassenenonderwijs of onderwijs voor sociale promotie.
5<br />
Specialisatiejaren kunnen tenslotte ook geen vervolmakingsfunctie vervullen. Hierdoor zouden we erkennen<br />
dat de eigenlijke studieduur van het secundair onderwijs zeven leerjaren omvat. Dit mag nooit de<br />
bedoeling zijn. De vormingscyclus moet "afgerond" zijn op het einde van het 2de leerjaar van de 3de<br />
<strong>graad</strong>.<br />
De specialisatiejaren <strong>BSO</strong> hebben echter ook nog een andere functie. Deze leerjaren leiden ook tot het<br />
diploma van secundair onderwijs. Men zou in een bepaalde visie kunnen zeggen dat de studieduur in het<br />
<strong>BSO</strong> zeven leerjaren bedraagt. Hierbij zou dan kunnen aansluiten dat de 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong><br />
in het <strong>BSO</strong> pure vervolmakingsjaren zijn of de gewone afronding van een vormingscyclus. In die visie<br />
zou de eis van de regelgever daarbij heel zinvol zijn: de jongeren moeten een bepaald aantal uren algemene<br />
vakken horend tot de basisvorming volgen, willen ze een diploma behalen. Er bestaat tenslotte een<br />
vrij algemene consensus vandaag om inderdaad de leerlingen aan te moedigen dit 3de leerjaar te volgen.<br />
Het gevaar is immers niet denkbeeldig dat het precies de <strong>BSO</strong>-jongeren zijn die morgen als eerste moeten<br />
aanschuiven bij allerlei vormingsinstanties om zich bij of om te scholen.<br />
Toch wordt tot op vandaag ook in het <strong>BSO</strong> het 2de leerjaar van de 3de <strong>graad</strong> algemeen erkend als een<br />
eindjaar. Zo wordt de geïntegreerde proef ook in dit leerjaar georganiseerd.<br />
De regelgever heeft ook gesteld dat in 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong> die ingericht worden als specialisatiejaren<br />
het diploma kan worden uitgereikt. Er is dus geen echte reden voorhanden om te stellen dat<br />
deze specialisatiejaren anders zouden zijn dan de andere specialisatiejaren. Het begrip specialisatie moet<br />
eenduidig blijven. In deze zin kan het hierboven beschreven concept ook op de specialisatiejaren <strong>BSO</strong><br />
zonder meer verder toegepast worden. Dit sluit niet uit dat de specifieke vorming die men bijkomend<br />
verwerft, samen met het diploma, in uitzonderlijke gevallen als een voorwaarde tot de uitoefening van een<br />
bepaald beroep zou gesteld worden.<br />
Ons land investeert veel in onderwijs. De inspanningen die men in het begin van de jaren '80 geleverd<br />
heeft om de leerlingen van het TSO en het <strong>BSO</strong> via derde graden tot een diploma te brengen, kunnen nooit<br />
genoeg geprezen worden. Vroeger bestonden er immers veel studierichtingen enkel op lager secundair<br />
niveau, namelijk de A3- en A4-opleidingen.<br />
Specialisatiejaren TSO en <strong>BSO</strong> vinden hun bestaansrecht in de verhoogde kansen op tewerkstelling. De<br />
3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong> krijgen via de mogelijkheid tot diplomering een heel belangrijke<br />
toegevoegde waarde. De gemeenschap investeert in een doelgroep die in onze maatschappij zeker niet tot<br />
de meest weerbaren behoort. Vanzelfsprekend kan de gemeenschap een kader opleggen waardoor er op<br />
een verantwoorde wijze met deze 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> omgesprongen wordt.<br />
1.2.2 SAMENWERKING MET DE SOCIALE PARTNERS<br />
Uit de omschrijving van de specialisatiejaren TSO en <strong>BSO</strong> hierboven is zo af te leiden dat de opleiding<br />
realiteitsnabij hoort te zijn, dat de opbouw van een nieuw specialisatiejaar in nauw overleg dient te gebeuren<br />
met de sociale partners. Er valt in dit verband een behartenswaardige tendens waar te nemen om<br />
de betrokkenheid van onderwijsverstrekkers, overheid en sociale partners vast te leggen in een convenant.<br />
In ieder geval moet het mogelijk zijn met de sociale partners tot hechte samenwerkingsverbanden te komen,<br />
moeten meer projectmatige co-financieringsprojecten gerealiseerd kunnen worden.<br />
De samenwerking met de sociale partners heeft voor de specialisatiejaren belangrijke gevolgen:<br />
- de klemtoon komt veel meer dan vroeger te liggen op "specialisatie". Dit zal enerzijds de kwaliteit van<br />
deze 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> opvoeren;
6<br />
- de klemtoon ligt ook uitdrukkelijk op de tewerkstelling. Dit wil zeggen dat deze specialisatiejaren<br />
realiteitsnabij moeten uitgewerkt worden in samenwerking met bedrijven en instellingen. Deze samenwerking<br />
mag zich niet beperken tot de technische, praktische of kunstvakken, maar ook de algemene<br />
vakken moeten meer dan vroeger ook in dit teken staan;<br />
- op basis van de band met tewerkstelling en het realiteitsnabij leren zal reëel contact met bedrijven en<br />
instellingen in de regel meer dan wenselijk zijn. Dit kan zich onder meer vertalen in kort- en langlopende<br />
stages. Er kan worden overwogen voor bepaalde jaren formules van alternerend leren te bekijken,<br />
van opleidingen in duale vorm. Dat vereist dan wel een uitstekende begeleiding, ook op pedagogisch-didactisch<br />
vlak, op de werkvloer;<br />
- tot op heden werd de idee van een spreiding in de tijd van specialisatiejaren nog niet gerealiseerd. Als<br />
de vrijgekomen tijd wordt ingevuld met regulier werk (en verloning) kan deze mogelijkheid overwogen<br />
worden. Als werksituatie en studies bij elkaar aansluiten, komt men tot een goede constructie. Na het<br />
beëindigen van het specialisatiejaar (b.v. twee jaar) zou de jongere mogen verwachten aan een full-time<br />
job te geraken. (Hier komt men dicht bij het domein van het deeltijds volwassenenonderwijs, zeker als<br />
men ook een modulaire opvatting van specialisatiejaren zou overwegen. Hierover moet alle overleg<br />
nog plaatsvinden).<br />
Tot hier de visietekst van de VLOR Afdeling TSO-<strong>BSO</strong>.<br />
2 BEGINSITUATIE<br />
De leerlingen die dit specialisatiejaar willen starten komen uit de 3de <strong>graad</strong> van één van de overeenstemmende<br />
studierichtingen (zie Ministeriële omzendbrief Overeenstemming van onderverdelingen in het<br />
voltijds secundair onderwijs). Als specifieke vooropleiding wordt verwezen naar één van de volgende studierichtingen:<br />
- Grafische technieken;<br />
- Drukvoorbereidingstechnieken;<br />
- Druk- en afwerkingstechnieken.<br />
3 ALGEMENE DOELSTELLINGEN<br />
Zeefdruk bezet een belangrijke plaats in de grafische nijverheid. Het procédé is dikwijls een artistieke<br />
waarde toebedeeld, waardoor een opleiding tekenen, gelijktijdig of vooraf als waardevol wordt beschouwd.<br />
Ook de mechanisering is bij zeefdrukken terug te vinden.<br />
De half- en volautomatische zeefdrukpersen hebben hun plaats in de ateliers en vergen een degelijke<br />
vakkennis. De computer verdringt geleidelijk het manueel snijden van sjablonen, letters of tekeningen.<br />
De informatica moet worden aangeleerd. Een kennis van hardware en software, toepasselijk bij tekenen<br />
moet worden bijgebracht en mogelijks geoefend.<br />
Ook de reproduktiefotografie is bij de voorbereiding van zeefdruk-werken niet onbelangrijk. Een grondige<br />
kennis van de lijn- en rasterfotografie moet worden bijgebracht.<br />
Ook het maken van kleurselecties is aan de orde. De zeefdruk is een volwaardig drukprocédé en moeilijk<br />
met de andere druktechnieken te vergelijken. De drukmateries zijn zeer verscheiden: van papiersoorten<br />
tot glas, hout, polyester, stoffen, enz.<br />
Hierdoor zijn de drukvormen zeer verscheiden, de inkten steeds aan te passen, de verdunningen en droogstoffen<br />
verschillend naargelang van de beelddrager. Een leerstof over kleur, kleurgebruik, inkt, inktsamenstelling<br />
en eigenschappen bij drukken is belangrijk. Ook het oefeningenpakket moet een ruime verscheidenheid<br />
omvatten; waardoor het belang van de gaassoorten, de weefdichtheid, de inktlaag en beeldlaag<br />
kunnen geïllustreerd worden. De leerlingen worden op kwaliteitszorg en kwaliteitscontrole voorbereid<br />
en geoefend.
Het leerprogramma zal omvatten:<br />
- creativiteit en tekenvaardigheid verder beoefenen;<br />
- technische kennis over de uitvoertekening;<br />
- hoe lijnraster en selectieopnamen maken;<br />
- kennis van technische reprocamera, half- en volautomatische drukpersen, computer;<br />
- het maken van sjablonen en kopieën naargelang van hun doel;<br />
- ruime kennis over grondstoffen, filmen, drukmateries, kopieën;<br />
- theoretisch en praktisch benaderen van kleurgebruik, kleurenleer, inktsamenstelling.<br />
4 TAXONOMIE<br />
De Technische Vakken (TV) in dit leerplan zijn opgesteld in de vorm van leerinhouden en verwerking<br />
die samen de doelstellingen. Het minimum niveau van de verwerking wordt ook aangegeven.<br />
Hiervoor wordt de taxonomie van BLOOM toegepast met de volgende afkortingen :<br />
K = Kennen B = Begrijpen T = Toepassen<br />
A = Analyseren S = Synthetiseren E = Evalueren<br />
7<br />
Voor de Praktische Vakken maakt men gebruik van de taxonomie voor de psychomotorische doelstellingen<br />
volgens BRION, met de volgende afkortingen :<br />
W = Waarnemen N = Nabootsen<br />
I = Inoefenen B = Beheersen<br />
De B en U in deze kolommen betekenen BASIS en UITBREIDING. De basisdoelstellingen MOE-<br />
TEN bereikt worden terwijl het voor uitbreidingsdoelen wenselijk zou zijn dat ze behandeld worden.<br />
5 RELATIE MET DE GEINTEGREERDE PROEF<br />
De wettelijke en reglementaire basis voor de geïntegreerde proef is te vinden in:<br />
- het besluit van de Vlaamse Executieve van 13 maart 1991 betreffende de organisatie van het voltijds<br />
secundair onderwijs;<br />
- de ministeriële omzendbrief SOZ(91)7 van 3 mei 1991 met betrekking tot de structuur en de organisatie<br />
van het voltijds secundair onderwijs.<br />
Het VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel, publiceerde in verband met de geïntegreerde proef reeds<br />
volgende uitgaven:<br />
- mededeling van 6 mei 1994 betreffende "De geïntegreerde proef" (Kl.50.01.03);<br />
- mededeling van 22 november 1994 betreffende "De geïntegreerde proef - aanvulling vademecum"<br />
(Kl.50.01.03).<br />
Voor de 3de leerjaren van de 3de <strong>graad</strong> zal later een speciale publikatie volgen. Toch moet men bij de<br />
toepassing van de leerplannen tijd voorzien voor een zinvol opgebouwde proef.<br />
Verder verwijzen we naar de Algemene Pedagogische Reglementering (Kl. 62) en naar de mededeling van<br />
16 november 1994 over "De voorwaarden voor een diploma van secundair onderwijs in het 3de leerjaar<br />
(= specialisatiejaar) van de 3de <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong> (Kl. 50.01.03).<br />
6 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
8<br />
PV Praktijk/Stages Grafische technieken 14 u./w.<br />
PV Stages Grafische technieken 2 u./w.<br />
1 VAKDOELSTELLINGEN<br />
De praktijkopdracht is tweevoudig:<br />
1 Praktijk/Stages Reproduktiefotografie: 7 uur<br />
2 Praktijk/Stages Zeefdruk: 7 uur<br />
De twee opdrachten vormen de taak van de zeefdrukker en worden vaak door dezelfde persoon uitgevoerd.<br />
De opdracht begint bij het ontwerpen of uitvoertekenen. Films en sjablonen zijn nodig voor het vervaardigen<br />
van de drukvormen.<br />
Het drukken geschiedt op half- of volautomatische drukpersen.<br />
Het toetsen van de theoretische kennis aan de Praktijk is noodzakelijk.<br />
Vaardigheid, preciesheid en kwaliteit worden absoluut vereist.<br />
De praktijk moet een weerspiegeling zijn van de theoretische leerstof.<br />
2 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
1<br />
1.1<br />
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
REPRODUKTIEFOTOGRAFIE<br />
Camerawerk<br />
- Horizontale camera<br />
- Verticale camera<br />
- Compact camera<br />
1.2 Lichtgevoelig materiaal<br />
- 0910P/LITEX<br />
- RA 7150P/RAPIDOPRINT<br />
-CPN<br />
- CPP Copyproof<br />
- NPC negatief<br />
- CPF positief<br />
1.3 Contactwerk<br />
- Contactraam<br />
- Contactkast<br />
. Doka<br />
. Daglicht<br />
- Gevoelig materiaal<br />
N515p/Lijnfilm<br />
CPN<br />
CPP copyproof<br />
NPC negatief<br />
Instellen van de camera.<br />
Het gebruik van verschillende originelen. (B)<br />
Vertrouwd zijn met het materiaal.<br />
Verschillende camera's gebruiken. (U)<br />
Verschillend gevoelig materiaal gebruiken.<br />
(U)<br />
Contactmethoden kennen.<br />
Gevoelig materiaal voor contactwerk<br />
kennen en toepassen. (U)<br />
Toepassen.<br />
Toepassen. B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Toepassen.<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
9
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
CPF positief<br />
DL 515p Daglicht<br />
DLD 515p Film<br />
1.4 Ontwikkelapparatuur<br />
-Pako<br />
- Rapidoprint<br />
- Copyproof<br />
- Manuele ontwikkeling<br />
halftoon<br />
zeer fijn lijnwerk stilstand ontwikkelen<br />
1.5 Rastertechnieken<br />
- Indirect<br />
. via contactraam<br />
. via contactkast<br />
. met inlegrasters van verschillend %<br />
- Direct<br />
in de camera/contact met grijs- of magentaraster<br />
1.6 Moeilijke lijnopnames<br />
- Van slechte originelen<br />
- Van gekleurde originelen met filters<br />
op orthochromatisch materiaal<br />
Verschillende ontwikkeltoestellen<br />
kennen en gebruiken. (U)<br />
Leren omgaan en opnemen van grijstrappen.<br />
Leren beoordelen van grijstrappen.<br />
Vastleggen van densiteitswaarden. (B)<br />
Probleemoriginelen toch bruikbaar kunnen<br />
verwerken. (B)<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen. U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
10
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
Maskersnijfiltertechnieken en Montage<br />
- Maskersnijfilterselectie<br />
+ 2-3-4 deelkleuren<br />
volle vlakken<br />
+ 2-3-4 deeltonen<br />
rastervlakken<br />
- Vrijstellen met maskersnijfilm op raster-<br />
en halftoonnegatieven en -positie-<br />
ven<br />
- Illustratie snijden<br />
Combinatie rasterwerk en lijnwerk<br />
1.7 Retouchetechnieken<br />
- Positiefretouche: halftoonoriginelen in<br />
zwart-wit en kleur<br />
- Filmretouche<br />
lijn-raster-halftoonnegatieven<br />
lijn-raster-halftoonpositieven<br />
- Chemische retouche<br />
Farmers verzwakker op film of papier<br />
geheel of plaatselijk<br />
1.8 Micromontage<br />
- Vrijstelling fotografisch manueel<br />
- Contourletter<br />
- In mekaar belichten van rasternegatieve<br />
of diapositieve of negatieve teksten<br />
Maskersnijfiltertechnieken toepassen<br />
voor verschillende doeleinden. (B)<br />
Technieken om opnamen of contacten te<br />
verbeteren kennen en toepassen. (B)<br />
Met verschillende fotografische verwerkingen<br />
een nieuw geheel maken. (B)<br />
Toepassen en beoefenen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen. B<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen. B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
11
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
- Verbeteren en/of versmallen van een<br />
drukbeeld voor de sluitbaarheid van de<br />
kleuren onderling<br />
- Aanmaken van kleuren naar Europaschaal<br />
- Pantomekleuren<br />
volvlakken<br />
rastergradaties<br />
- Registersystemen<br />
invouwsysteem<br />
perforatiesysteem<br />
luiksysteem<br />
- Schaduwletters maken<br />
Alles in 1-2-3-4 kleuren<br />
. volvlakken<br />
. rastertonen met inlegraster<br />
. rasterfoto's: negatief - positief<br />
1.9 Kopiemontage<br />
- Papiermontage<br />
Bladmontage<br />
Montage per twee/vier bladzijden<br />
Montage van 2 kleuren<br />
- Montage van 2 talen<br />
- Filmmontage<br />
repeteerwerk<br />
voor- en zijaanleg<br />
gebruiken van een stramien<br />
4-kleurenmontage lijnwerk/quadri<br />
chromie<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Verschillende montagetechnieken in<br />
voorbereiding van de zeefdruk kennen en<br />
toepassen. (B) Toepassen.<br />
Toepassen. U<br />
Toepassen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
12
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
1.10 Kleurselectie<br />
2<br />
2.1<br />
- Fotografische selectie<br />
. additieve kleurmenging<br />
. substractieve kleurmenging<br />
- Werking van de kleurfilters<br />
- Gekleurde maskertechnieken<br />
- Densiteit/opaciteit<br />
zwartingsomvang<br />
- Absorptie-reflexie<br />
transmissie-rastertoonwaarden<br />
- Elektronische selectie scanner<br />
Alle praktische werken worden zo voorzien<br />
dat deze uitvoerbaar zijn in functie<br />
van zeefdruk. Alle resultaatfilms moeten<br />
leesbaar positief zijn<br />
ZEEFDRUKKEN<br />
Drukvormvervaardiging<br />
- Opzetten van een watersnijfilm<br />
- Voorbereiding gaas<br />
- Drukken eenvoudig motief wit op<br />
zwart, zwart op wit, in rode kader<br />
2.2 Drukvormvervaardiging<br />
- Opzetten van een cellulosesnijfilm<br />
- Voorbereiding gaas<br />
- Drogen van het gaas<br />
Verschillende kleurselectiemethodes kennen<br />
en toepassen.<br />
Een goed watersnijfilmsjabloon<br />
maken. (B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
Een goed cellulosesjabloon kunnen maken.<br />
(B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Toepassen.<br />
Demonstratie. U<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
U<br />
U<br />
B U<br />
B U<br />
13
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
2.3 Drukken op stof<br />
- Instellen van de druktafel<br />
- Hoe juist leggen<br />
- Hoe drukken<br />
- De textielinkt aanmaken<br />
- Drogen van de inkt<br />
2.4 Drukvormvervaardiging<br />
- Maken van een goed direct-sjabloon<br />
met vloeibare emulsie<br />
- Van ontvetten gaas tot uitwassen van<br />
het beeld<br />
- Nabehandeling van de sjabloon<br />
- Sjablooncontrole<br />
2.5 Drukvormvervaardiging<br />
- Maken van een sjabloon met capillaire<br />
film<br />
- Van ontvetten gaas tot uitwassen van<br />
het beeld<br />
- Nabehandeling sjabloon<br />
- Sjablooncontrole<br />
Leren drukken op textiel (motief met 3 à<br />
4 kleuren). (B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
Een direct-sjabloon met vloeibare emulsie<br />
leren aanbrengen op het gaas. (B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
Een sjabloon maken met capillaire<br />
film. (B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
U<br />
14
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
2.6 Drukvormvervaardiging<br />
- Maken van sjabloon met indirecte film<br />
- Van ontvetten gaas tot uitwassen van<br />
het beeld en het op zeef brengen van<br />
de film<br />
- Nabehandeling van het sjabloon<br />
- Sjablooncontrole<br />
2.7 Opspannen van gazen<br />
- Techniek van het opspannen van gazen<br />
(mechanisch)<br />
- Spanningsmeter gebruiken<br />
- Kleven van het gaas<br />
2.8 Handdrukken<br />
2.9 Inkten<br />
- Inrichten van de druktafel<br />
- Aanlegpunten<br />
- Afsprongafstand<br />
- Rakelstand<br />
- Praktische tips<br />
- De inkt<br />
- Soorten inkten<br />
- Oplosmiddelen en verdunners<br />
- Hulpstoffen en toevoegingen<br />
- Drukklaar maken van de inkt<br />
Sjabloon kunnen maken met een indirecte<br />
film. (B)<br />
Materialen herkennen en het gebruik<br />
ervan toelichten. (U)<br />
De algemene methode voor het opspannen<br />
van gazen kennen en leren toepassen.<br />
(B)<br />
Werkwijze kunnen toelichten en verklaren.<br />
(U)<br />
Weten hoe de handrakel wordt<br />
gebruikt. (B)<br />
Verschillende stappen herkennen en toepassen.<br />
(U)<br />
Soorten inkten herkennen en goed gebruiken.<br />
(B)<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
15
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
2.10 Drukken met transparante inkten<br />
- Samenstelling<br />
- Hoe goed drukken<br />
- Inrichten van de druktafel<br />
- Hoe een goede overdruk maken<br />
- Controlemethode voor een goede<br />
overdruk<br />
2.11 Mengen van kleuren, inkten<br />
- Hoe kleuren mengen<br />
- Inkten mengen<br />
- Gebruik maken van een mengsysteem<br />
- Hoeveelheden<br />
2.12 Drukken met de halfautomaat<br />
- Hoe werkt de machine<br />
- Instellen van de machine<br />
- Juist leggen<br />
- Drukken<br />
- Onderhoud van de machine<br />
2.13 Verwijderen van sjabloon<br />
- Produkten<br />
- Spookbeelden<br />
- Nabehandeling<br />
- Bewaren kaders<br />
Drukken met transparante inkten. (B)<br />
De verschillende handelingen verduidelijken.<br />
Praktische tips kennen en beheersen.<br />
(U)<br />
Kleuren aanmaken. (B)<br />
Inzicht verwerven in het kleurmengen.<br />
(U)<br />
Drukken met een halfautomaat. (B)<br />
Stap voor stap het drukproces verduidelijken.<br />
(U)<br />
Het gaas weer "open" maken. (B)<br />
De produkten kennen en goed gebruiken. (U)<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
B<br />
U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
16
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
2.14 Drukstoringen<br />
- Oorzaken en gevolgen van de meest<br />
voorkomende fouten. Hoe die verhinderen<br />
en oplossen<br />
2.15 Drukken van een quadri<br />
- Sjablonen/moiré<br />
- Gaaskeuze<br />
- Inkten/densitometer<br />
- Drukken<br />
2.16 Drukken op ronde voorwerpen<br />
-Principe<br />
- Gaas-sjablonen<br />
- Rakel<br />
- Inkten<br />
- Hoe drukken/juist leggen<br />
2.17 Drukken op dikke materialen<br />
- Inrichting druktafel<br />
- Aanleggen<br />
- Afsprongafstand<br />
- Sjablonen<br />
Weten hoe men drukwerk kan verbeteren.<br />
(B)<br />
De belangrijkheid van elk onderdeel in<br />
het drukproces aantonen. (U)<br />
Weten hoe een quadri kan worden gedrukt.<br />
(B)<br />
Begrijpen van de problematiek bij een<br />
quadri. (U)<br />
Drukken op ronde voorwerpen. (B)<br />
Begrijpen van het aanpassingsvermogen<br />
van de zeefdruk aan de vorm van de materialen.<br />
(U)<br />
Drukken op tegeltjes. (B)<br />
Begrijpen van het aanpassingsvermogen<br />
van de zeefdruk aan de vorm van de<br />
materialen. (U)<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
Demonstratie.<br />
Inoefenen.<br />
Beheersen.<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B U<br />
U<br />
U<br />
U<br />
U<br />
17
3<br />
3.1<br />
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
CONSTRUCTIEF TEKENEN<br />
Inleiding<br />
Van ontwerp tot drukwerk<br />
- Ontwerp/lay-out<br />
-Zetwerk<br />
- Werktekening<br />
- Film<br />
- Gedrukt werk<br />
3.2 Materialenkennis (gebruik)<br />
Potloden, tekenhaak, driehoek, passers,<br />
snijmessen, papier, snijfilms ....<br />
3.3 Overeenkomsten in verband met de<br />
uitvoering<br />
3.4 Basis van meetkundige constructies<br />
- Rechten<br />
- Rechte hoeken<br />
- Cirkels<br />
- Afgeronde hoeken<br />
- Gebogen lijnen<br />
- Oprichten van loodlijnen<br />
- Evenwijdige hoeken,<br />
evenwijdige rechten<br />
Logische volgorde bepalen bij de voorbereiding<br />
van een drukwerk. (B)<br />
Verschillende specialisaties onderscheiden<br />
in hun logische volgorde. (U)<br />
De voorhanden zijnde materialen kennen<br />
en gebruiken. (B)<br />
Soorten en gebruik van verschillende<br />
materialen aanleren.<br />
Vergelijking en overeenkomsten tussen<br />
de verschillende materialen. (B)<br />
Meetkundige basisconstructies kennen en<br />
uitvoeren. (B)<br />
Aanleggen van een werkmethode in vaste<br />
uitvoeringspunten.<br />
Inoefenen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
18
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
3.5 Proportioneel vergroten en verkleinen<br />
- Grafische rekenschijf<br />
- Diagonaalmethode<br />
- Optische vergroter (dia)<br />
- Rekenmachine<br />
- Uitkaderen van foto's<br />
3.6 Werken met zetsel<br />
- Uitstellen van een kopij<br />
- Omvangberekening<br />
3.7 Uittekenen van een stramien (grootmontage)<br />
- Uitzetten en invormen<br />
- Aanlegpunten<br />
- Recto/verso<br />
- 2 blz. 1 vorm<br />
2 vormen R/V<br />
- 4 blz. 1 vorm<br />
2 vormen R/V<br />
- 8 blz. 1 vorm<br />
2 vormen R/V<br />
4 vormen R/V<br />
- Stoffen<br />
- Losse katern<br />
- Katernen in elkaar<br />
- Verdeling van een rechte<br />
- Bissectrice<br />
- Driehoek<br />
Aanpassen van fotomateriaal. (B)<br />
Verschillende hulpmiddelen gebruiken.<br />
(U)<br />
Teksten berekenen. (B)<br />
Een drukvorm voorbereiden. (B)<br />
B<br />
B U<br />
B U<br />
19
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
- Vierhoek<br />
-Cirkel<br />
- Verdeling van de cirkel<br />
- Raaklijn aan de cirkel<br />
- Gemeenschappelijke raaklijn<br />
- Het ovaal<br />
- Het eirond<br />
- De spiraal<br />
- De korfboog<br />
3.8 De uitvoertekening<br />
- Positieve uitvoertekening<br />
Zwart/Wit<br />
Kleur/Wit<br />
Zwart/Kleur<br />
Kleur/Kleur<br />
- Negatieve uitvoertekening<br />
Zwart/Wit<br />
Kleur/Wit<br />
Zwart/Kleur<br />
Kleur/Kleur<br />
- Lineaire uitvoertekening<br />
Contour getekend<br />
Fotografisch verwerkt<br />
Snijfilm verwerking<br />
- Fotografisch contour<br />
Negatief<br />
Positief<br />
- Verbredingen<br />
Fotografisch<br />
Snijfilm<br />
Een uitvoertekening in functie van de<br />
zeefdruktechniek maken. (B)<br />
Vertrouwd raken met de verschillende<br />
technieken. (U)<br />
Inoefenen van de technieken aan de hand<br />
van bestaande of nieuwe ontwerpen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
20
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN METHODOLOGISCHE WENKEN W N I B<br />
3.9 Papiermontage/Werktekening (Micromontage)<br />
- Tekstblokken en illustratie monteren<br />
- Tekstcorrectie inbrengen met lichtbak<br />
zonder lichtbak<br />
regel tekst opnieuw<br />
spatiëren tekstblok opnieuw interlinieren<br />
- Werken met onder andere interlini-<br />
Cringsdiagram<br />
- Regel tekst rond zetten/zelfkleven<br />
- Bordertape-in verstek snijden<br />
Werken met papiermontage en werktekening<br />
in functie van de micromontage.<br />
(B)<br />
Vertrouwd raken met fotografisch gezette<br />
teksten. (U)<br />
B<br />
21
TV Grafische technieken<br />
Grafische technologie<br />
DEEL 1: TECHNOLOGIE REPROGRAFIE<br />
1 VAKDOELSTELLINGEN<br />
Tekeningen, teksten en beelden op film overbrengen.<br />
Uitvoertekeningen en montages worden op camera vergroot of verkleind, en bijgewerkt.<br />
Een grondige kennis van camera, filmsoorten, dokawerk is noodzakelijk.<br />
De zeefdrukreproduktiefotografie vormt de basis voor de drukvormvervaardiging.<br />
De basiskennis van reproduktiefotografie moet aan de zeefdrukker grondig worden bijgebracht.<br />
22<br />
4 u./w.<br />
2 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.1 Reproduceren<br />
- Inleiding/situering<br />
- Druktechnieken<br />
- Welke film, waarvoor<br />
1.2 Originelen<br />
- Soorten<br />
- Reproduktie met en zonder raster<br />
- Kwaliteit<br />
- Lijnorigineel<br />
• netafdruk<br />
• tekening - opzicht<br />
- doorzicht<br />
• schrijfmachineschrift<br />
• slechte ondergrond<br />
• invloed van vergroten en verkleinen<br />
- Halftoonoriginelen<br />
• contrastrijke foto's<br />
• contrastarme foto's<br />
• foto's op maten<br />
korrelig papier<br />
• gevlekte/vergeelde foto's<br />
• fotomontages<br />
- Rasteropnamen van gerasterde<br />
originelen<br />
- Kleuroriginelen<br />
- Beoordeling van originelen<br />
Reproduktiefotografie situeren. (B)<br />
Kennis bijbrengen over het te reproduceren<br />
beeldend materiaal. (U)<br />
Werken met verschillende originelen<br />
en dit beoordelen. (B)<br />
Kennis over goede tekening; foto's,<br />
beelden indelen naar de diverse drukprocédés.<br />
(U)<br />
B Didactisch aantonen en beoefenen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Leren.<br />
Onderscheiden door voorleggen van<br />
verschillende filmen.<br />
Uitgaan van bestaande voorbeelden.<br />
23
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.3 Maataanduidingen op originelen<br />
- Maateenheden<br />
- Combinaties<br />
1.4 Soorten negatieven en materiaalkeuze<br />
- Lijnnegatieven<br />
- Rasternegatieven<br />
- Halftoonnegatieven<br />
- Positief/negatief<br />
- Leesbaar/onleesbaar<br />
1.5 Lichtbronnen<br />
- Soorten lichtstraling<br />
- Toegepaste lichtbronnen<br />
1.6 Kleurtemperatuur<br />
- Waarneming-weergave<br />
- Kleurbeoordeling<br />
Werken met verschillende maateenheden.<br />
(B)<br />
Kennen van maateenheden.<br />
Kennen en aanleren van procenten.<br />
Kennen en ontleden van een lay-out;<br />
een maquette, een voorontwerp. (U)<br />
Verschillende materialen kennen. (B)<br />
Kennen van filmsoorten.<br />
Kennen van ontwikkelaars.<br />
Kennen van lichtbronnen, randapparatuur/contactkast,<br />
ontwikkelmachine,<br />
densitometer enz. (U)<br />
Soorten lichtbronnen kennen. (B)<br />
De functie van de kleurtemperatuur<br />
kennen. (B)<br />
Kennen en ontleden van belangrijke<br />
onderdelen van de camera (lensmodellen,<br />
bord, filmdrager, belichtingsbronnen).<br />
(U)<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
B U<br />
Beoefenen door opzoeken van beelden<br />
en nameten van reeds gedrukte<br />
opdrachten waar fouten werden in<br />
voorzien.<br />
Begrippen door testen, drillen aan de<br />
hand van filmsoorten.<br />
Illustreren met behulp van folders.<br />
24
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.7 Verlichting van het origineel<br />
- Fotometrie<br />
- Luxmeter<br />
- Plaatsing van de lichtbronnen<br />
- Invloed van de lichtafstand<br />
- Berekeningen<br />
1.8 Beeldvorming<br />
- Camera obscura<br />
- Lenzen-objectieven<br />
- Reproverhouding<br />
- Eigenschappen van objectieven<br />
- Brandpuntsafstand<br />
1.9 Reproduktieapparatuur<br />
- Horizontale camera<br />
- Verticale camera<br />
- Compact camera<br />
- Vergrotingsapparaat<br />
- Contactkast<br />
De verlichtingsbron op de camera<br />
kennen en bedienen. (B)<br />
De leesbaarheid van een origineel<br />
bepalen.<br />
Kennen ven leesbaarheid. (B)<br />
Kennen van begrippen.<br />
Hoofdbelichting.<br />
Voorbelichting.<br />
Flashbelichting. (U)<br />
De onderdelen en de functies van de<br />
camera kennen. (B)<br />
Inzichten over programmeren<br />
- Camera,<br />
- Ontwikkelen.<br />
Soorten camera's en contactkasten<br />
kennen. (B)<br />
De horizontale camera.<br />
De verticale camera.<br />
De tweekamer camera. (U)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
B<br />
B<br />
Demonstratie en beoefenen aan de<br />
camera.<br />
Aanduiden op een schema.<br />
Demonstreren.<br />
Gebruiksfiche opstellen.<br />
Bedienen.<br />
25
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.10 Diafragma<br />
- Regeling<br />
- Diafragmacijfers<br />
- Beeldscherpte<br />
1.11 Optisch omkeersysteem<br />
-Prisma<br />
- Omkeerspiegel<br />
1.12 Ontwikkelmachines<br />
1.13 De doka<br />
- Automatische ontwikkeling<br />
• rapideprint<br />
• copyproof<br />
• pako<br />
- Regeneratie<br />
-Eisen<br />
- Opstelling<br />
Belichtingsregeling kennen.<br />
Omkeersysteem kennen. (B)<br />
Ontwikkelmachines kennen. (B)<br />
Geprogrammeerd ontwikkelen en leren<br />
inzien en toepassen<br />
- snelheid,<br />
- temperatuur,<br />
- regenereren van ontwikkelaar en<br />
fixatief,<br />
- controle strips. (U)<br />
Inrichting van de doka kennen. (B)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
Beoefenen en inzicht bijbrengen met<br />
behulp van didactisch materiaal en<br />
tekeningen.<br />
Demonstreren en tekening opbouwen.<br />
Demonstratie.<br />
Vergelijken met manueel ontwikkelen.<br />
Bespreken van resultaten.<br />
Demonstratie.<br />
26
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.14 Lichtgevoelig materiaal<br />
- De emulsie<br />
- Samenstelling<br />
- Kleurgevoeligheid<br />
- Herkennen van de emulsie<br />
- Bewaren materiaal<br />
1.15 Sensitometrie<br />
- Lichtgevoeligheid<br />
- Waarde-aanduidingen<br />
1.16 Densitometrie<br />
- Meten van de zwarting<br />
-Wat meten<br />
- Meetprincipe<br />
- Meetapparatuur<br />
- Logaritmen<br />
- Invloed<br />
• ontwikkeltijd<br />
• belichtingstijd<br />
- Berekenen belichtingstijd<br />
- Meten van zwartingen<br />
1.17 Fysische eigenschappen van emulsies<br />
- Stripfilm<br />
- Omkeerfilm<br />
- Duplicaatfilm<br />
Lichtgevoelig materiaal kennen. (B)<br />
Inzicht over panchromatisch en orthochromatisch<br />
materiaal.<br />
Filmsoorten.<br />
Daglichtfilm. (U)<br />
Sensitometrische en densitometrische<br />
begrippen kennen. (B)<br />
Speciale filmmethoden kennen. (B) B<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
U<br />
Werkfiche over film.<br />
Eigenschappen.<br />
Uitwerken ter vergelijking.<br />
Leren opmaken en vergelijken van<br />
lichtcurves.<br />
Beoefenen op densitometrie.<br />
Uitzetten van curves.<br />
Gebruik van de grijstrap.<br />
Vergelijkingen maken.<br />
Resultaten ontleden.<br />
Bestendige controle.<br />
Preciese oefeningen bedenken waar<br />
instrippen, omkeerfilm en duplicateur<br />
maken kan worden beoefend.<br />
27
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1.18 Standaardisatie<br />
- Belichtingscomputers<br />
- Werkmethoden<br />
1.19 Fouten en afwijkingen<br />
- Soorten oorzaken<br />
- Strooilicht<br />
1.20 Inleiding kleurreproduktie<br />
- Additieve/substractieve kleurmenging<br />
- Ideale inkten<br />
- Filters<br />
2.1 De opname<br />
- Instellen van de camera<br />
- Belichting<br />
- Gewenste verlichting<br />
- Fijnlijnorigineel opnemen<br />
- Lijnopnames met filter op orthochromatische<br />
film<br />
- Contacten maken<br />
2.2 Ontwikkelen<br />
- Lichtreactie<br />
- Fysische werking<br />
Hulpmiddelen voor de belichting kennen.<br />
(B)<br />
Speciale verwerkingen kennen. (B)<br />
Begrippen, additieve/substractieve<br />
kleurmenging kennen. (B)<br />
De verwerking op de camera<br />
kennen. (B)<br />
De verwerking van het lichtgevoelig<br />
materiaal kennen. (B)<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Demonstreren.<br />
Verzamelen en vergelijken met goede<br />
resultaten.<br />
Demonstreren en beoefenen.<br />
Demonstratie.<br />
28
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
- Samenstelling van de ontwikkeling<br />
- Chemische werking<br />
- Factoren die de ontwikkeling benvloeden<br />
- Soorten ontwikkelaars<br />
- Manueel ontwikkelen<br />
- Automatisch ontwikkelen<br />
2.3 Nabewerking van de films<br />
- Stopbad<br />
- Fixeerbad<br />
- Verzwakken<br />
- Handretouche<br />
- Versterken<br />
- Spoelen<br />
- Drogen<br />
- Terugwinning zilver<br />
2.4 Rasterfotografie<br />
-Doel<br />
- Rasterliniatuur<br />
- Rastersoorten<br />
- Werking<br />
- Belichting<br />
- Negatief<br />
- Rastermethoden<br />
- Ideaal rasterbeeld<br />
- Positieve-negatieve contactrasters<br />
- Speciale rasters<br />
Een ontwikkelde film verwerken en<br />
bijwerken. (B)<br />
Kennen van retouche materialen. (U)<br />
De functie en de verwerking van de<br />
gerasterde opnames kennen. (B)<br />
Raster op camera kennen.<br />
Leren contactrasteren.<br />
Begrippen bijbrengen van rasterliniaturen.<br />
(U)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
B<br />
B<br />
Demonstratie.<br />
Maken van opnamen en beoefenen tot<br />
het nodige uitzicht werd bereikt.<br />
29
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
2.5 Sensitometrische eigenschappen<br />
van fotografische emulsies<br />
- Invloed belichting-ontwikkeling<br />
- Zwartingscurve<br />
Gammawaarde-gradement<br />
2.6 Kleuroriginelen<br />
- Opzicht<br />
- Doorzicht<br />
- Kwaliteit<br />
2.7 Kleurseparatie<br />
Fotografische kleurscheiding<br />
Ideale separatie<br />
Fouten<br />
Kleurenrangschikking<br />
Bepalen van reflecties<br />
Kleurcorrectie<br />
Maskeren<br />
2.8 Fotografische kleurselectie<br />
- Opbouw kleurorigineel<br />
- Kleurzweem<br />
- Reproduktiecurve<br />
- Kleurbalans<br />
- Strooilicht<br />
- Zwart als vierde kleur<br />
- Uitschakelingen in raster<br />
Werken met sensitometrische en<br />
densitometrische hulpmiddelen. (B)<br />
Kennen van de begrippen contrast,<br />
grijstrap. (U)<br />
Originelen onderscheiden. (B) B<br />
B<br />
Basiskleurselectie kennen. (B) B<br />
B<br />
Fotografische kleurselectie<br />
kennen. (B)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
Demonstreren en beoefenen.<br />
Didactische voorbeelden gebruiken<br />
als demonstratie materiaal.<br />
Demonstreren met behulp van foto's<br />
en dia's.<br />
Demonstratief ontleden van een kleurengeheel.<br />
30
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
2.9 Elektronische kleurselectie<br />
- Werking scanners<br />
- Onderdelen<br />
- Detailweergave<br />
- Kleurcorrecties<br />
- Vergroten<br />
- Beeldcombinaties<br />
- Rasterpositieven<br />
2.10 Micromontage<br />
- Algemene begrippen<br />
- Methoden<br />
- Praktische voorbeelden<br />
Scannertechnieken kennen. (B)<br />
Inbelichtingsmethoden kennen.<br />
U<br />
B U<br />
Demonstratie aan scanner.<br />
Demonstratie en werken in een oefening.<br />
31
DEEL 2: TECHNOLOGIE ZEEFDRUK<br />
1 VAKDOELSTELLINGEN<br />
32<br />
Historiek van de zeefdruktechniek leren kennen.<br />
De vergelijking met andere drukmethodes en de typische kenmerken van elke drukmethode kennen.<br />
Kennis bijbrengen over ramen (drukvormen), gaassoorten, snijfilms, rakels, drukmachines en andere.<br />
Het maken van sjablonen: indirect en direct.<br />
Het belichten van drukvormen, kennis van de inktsoorten en de aanlengmiddelen.<br />
De verschillende beelddragers, voorzorgen en problemen. Bespreken van diverse drukwerken, voor- en<br />
nadelen van het zeefdrukprocédé.<br />
2 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
INLEIDING TOT ZEEFDRUK<br />
- Oorsprong-historie<br />
- Ontwikkeling<br />
- Bestaansrecht<br />
- Wat is drukken, wat is zeefdruk<br />
PRINCIPE VAN ZEEFDRUK-<br />
KEN<br />
- Het weefsel<br />
- De overdracht van de inkt<br />
- De wijze van zeefdrukken<br />
- De specificiteit van zeefdruk<br />
HET GAAS<br />
- Functie en gebruik<br />
- Soorten gazen<br />
- Herkennen van verschillende gazen<br />
- Weven van het gaas<br />
- Kleuren van het gaas<br />
- Gaasfijnheid<br />
- Gaasnummer<br />
Weten wat zeefdruk is. (B)<br />
Zeefdruk situeren binnen de totale<br />
grafische wereld. (U)<br />
Het bewustmaken van het universeel<br />
karakter van zeefdruk. (B)<br />
De enorme toepassingsmogelijkheden<br />
van de zeefdruk kennen. (U)<br />
De sjabloondrager, ook beelddrager<br />
genaamd, kennen. (B)<br />
Herkennen van raam en bespanning.<br />
(U)<br />
Herkennen van verschillende gaassoorten.<br />
(B)<br />
Achtergrondinformatie: het weven<br />
van gaas en het waarom ... (U)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
Brochures gaasfabrikant bekijken.<br />
Zelfgemaakte sjablonen beoordelen.<br />
Soorten gaas didactisch voorlichten.<br />
Demonstratie geven.<br />
De leerlingen maken daarna zelf een<br />
afdruk met verschillende gaassoorten.<br />
B U Documentatie gaasfabrikanten bekijken.<br />
Staaltjes bekijken met een vergrootglas.<br />
Macrofoto's of onder microscoop.<br />
Documentatie gaas in leerboek inkleven.<br />
Maken van schema's over weving<br />
en structuur.<br />
33
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
- Maasopening<br />
- Maasgrootte<br />
- Open drukvlak<br />
- Theoretisch volume<br />
inktopdracht<br />
- Dikte van het gaas<br />
Gaaskeuzetabel in functie van het<br />
drukwerk<br />
- Voorbehandelen van gaas<br />
- Reinigen van gaas<br />
- Drogen van het gaas<br />
- Bewaren van het gaas<br />
HET DRUKRAAM<br />
- Soorten<br />
- Voor- en nadelen van verschillende<br />
soorten ramen<br />
- Formaat tegenover het drukbeeld<br />
- Behandelen en bewaren van kaders<br />
De invloed op de inktopdracht leren<br />
kennen. (B)<br />
Het gaas kiezen in functie van het<br />
drukwerk. (U)<br />
Het gaas en de invloed op de inktopdracht.<br />
(B)<br />
Het gaas kiezen in functie van het<br />
drukwerk. (U)<br />
Weten hoe het gaas dient behandeld te<br />
worden. (B)<br />
Herkennen en goed gebruiken van<br />
produkten en droogapparaten. (U)<br />
Weten hoe het gaas op het drukraam<br />
gespannen wordt. (B)<br />
Weten waarom er zoveel soorten zijn.<br />
Inzien waarom er zoveel drukramen<br />
nodig zijn. (B)<br />
B U Documentatie gaasfabrikanten bespreken,<br />
werken uit de nijverheid vergelijken<br />
en bespreken. Verband leggen<br />
tussen drukresultaten en gebruikte<br />
gaassoorten.<br />
B U Documentatie gaasfabrikanten bespreken,<br />
werken uit de nijverheid bespreken<br />
en vergelijken.<br />
Voorschriften gaasfabrikant nauwkeurig<br />
naleven.<br />
Didactische demonstratie.<br />
Omschrijving en uitleg bij de gebruikte<br />
produkten.<br />
Vergelijken van verschillende soorten<br />
ramen. Het gebruik in de bedrijven.<br />
34
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
SPANNEN VAN EEN ZEEF-<br />
DRUKGAAS<br />
- Handspannen<br />
- Mechanisch spannen<br />
- Pneumatisch spannen<br />
- Opspanapparatuur<br />
- De juiste spanning<br />
- Spanningstabel<br />
- Spanningsmeter<br />
- Kleven van het gaas<br />
- Gaaskleefstoffen<br />
- Zelf een gaas op een raam kleven<br />
- Techniek van het spannen<br />
DE RAKEL<br />
- Functie van de drukrakel<br />
- Soorten<br />
- Rakelstripmaterialen<br />
- Rakelstripprofielen<br />
- Slijpen van rakelstrips<br />
- Rakelslijpmachines<br />
- De rakel tijdens het drukken<br />
- Rakel en oplosmiddelen<br />
- De techniek van het rakelen, rakelhoek,<br />
rakelstand, rakeldruk<br />
- Bewaren van rakels<br />
Weten dat een goed gespannen gaas,<br />
een noodzaak is voor goed<br />
drukken. (B)<br />
Verschillende manieren van opspannen<br />
theoretisch kennen. (U)<br />
Weten hoe men het gaas moet opspannen.<br />
(B)<br />
Planmatig opstellen van de werkvolgorde<br />
bij het opspannen van het<br />
gaas. (U) B<br />
In praktijk een kader met gaas bespannen.<br />
(B)<br />
Weten dat de rakel het belangrijkste<br />
gereedschap is. (B)<br />
Het belang inschatten van een goede<br />
behandeling van de rakel. (U)<br />
B<br />
B<br />
B Werken met opspanapparaten.<br />
Documentatie gaasfabrikant.<br />
Documentatie aanwenden voor andere<br />
opspaninstrumenten.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Werken met aanschouwelijk materiaal.<br />
Documentatie leveranciers.<br />
B U Theoretische kennis toepassen.<br />
B<br />
B<br />
Documentatie leveranciers doornemen.<br />
Staaltjes van rakelstrips bekijken.<br />
Praktijkervaring opdoen.<br />
35
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
ZEEFDRUKSJABLOON SNIJ-<br />
DEN<br />
- Manuele sjablonen<br />
- Soorten snijfilms<br />
- Snijgereedschap<br />
- Hoe snijden?<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN AAN-<br />
KLEVEN EN/OF VERWIJDE-<br />
REN<br />
- Hechten van de snijfilm<br />
- Oorzaken en gevolgen van slecht<br />
snijden<br />
- Verwijderen van snijfilms<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN ALS<br />
FOTOGRAFISCHE TECHNIEK<br />
- Foto-chemische sjablonen<br />
-Principe<br />
- Directe sjabloonmethode aanbrengen<br />
direct-film<br />
- Belichten<br />
- Ontwikkelen<br />
- Oorzaken en gevolgen bij foutieve<br />
bewerking<br />
Weten op welke wijzen men sjablonen<br />
kan maken. (B)<br />
De eenvoudige sjablonen en hun<br />
plaats in het huidige zeefdrukgebeuren<br />
kennen.<br />
Inzicht in hun gebruik. (U)<br />
Maken van sjablonen.<br />
Manueel.<br />
Aangeven van andere methodieken.<br />
(U)<br />
De belangrijkheid van fotografische<br />
sjablonen in de huidige zeefdruk kennen.<br />
De manier waarop er mee gewerkt<br />
wordt toelichten. (U)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B<br />
Documentatie leveranciers bekijken.<br />
Leerlingen mogen in snijfilm snijden<br />
en maken een aangepaste snijoefening.<br />
Demonstratie.<br />
Demonstratie; na de theoretische<br />
benadering mogen de leerlingen zelf<br />
oefenen.<br />
36
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN BE-<br />
LICHTEN<br />
- De lichtbronnen: soorten, belichtingstijd<br />
- Het kopieerraam<br />
- De werkruimte<br />
- Aangepaste apparatuur<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN "INDI-<br />
RECTE METHODE"<br />
- Indirecte sjabloonmethode<br />
- Voor- en nadelen<br />
- Hoe verwerken<br />
- Belichten en ontwikkelen<br />
- Oorzaken en gevolgen bij foutieve<br />
belichting<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN<br />
"DIRECTE METHODE"<br />
- Capillair directsjabloon<br />
- Voor- en nadelen<br />
- Hoe opzetten<br />
- Belichten en ontwikkelen<br />
- Hoe sjabloon versterken<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Zeefdruksjablonen maken. (B)<br />
De werkwijze toelichten. (U) B<br />
Het meest gebruikte sjabloon in de<br />
zeefdruk kennen. (B)<br />
Het gebruik van produkten en films<br />
leren aanwenden. De werkmethode<br />
in juiste volgorde plaatsen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Documentatie leveranciers inkijken.<br />
Gebruikte lichtbronnen demonstreren.<br />
Demonstratie.<br />
Documentatie van leveranciers gebruiken.<br />
Demonstratie.<br />
Documentatie van leveranciers gebruiken.<br />
37
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
ZEEFDRUKSJABLONEN<br />
- Retoucheren en afwerken van een<br />
sjabloon<br />
- Drukklaar maken van een sjabloon<br />
- Apparatuur voor sjablooncontrole<br />
HET DRUKKEN<br />
- Inrichten van de druktafel, drukmachine<br />
(gebruiksaanwijzing)<br />
- Instellen afsprongafstand, afspronglift,<br />
aanleg, rakels, rakelweg<br />
enz.<br />
- Inkt op het gaas brengen<br />
- Proefstuk maken<br />
- Correcties aanbrengen<br />
- Drukken<br />
- Schoonmaken van de drukvorm<br />
- Reinigen materiaal<br />
INKTEN<br />
- Opbouw inkt<br />
- Oplos- en verdunningsmiddelen<br />
- Hulpstoffen<br />
Het sjabloon drukklaar maken. (B)<br />
Het sjabloon drukklaar afwerken. (U)<br />
Weten hoe men moet drukken. (B)<br />
Het belang van een goede organisatie<br />
inzien.<br />
Werkwijze punt per punt toelichten en<br />
leren kennen. (U)<br />
Weten wat er gebeurt met inkten. (B)<br />
Ontleding en samenstelling van de<br />
basisinktsoorten. (U)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Demonstratie.<br />
De leerlingen drukken zelf.<br />
De leerlingen testen de logische werkopbouw<br />
uit door zelf te drukken.<br />
De eigenschappen van de gebruikte<br />
inkten leren kennen door het aanwenden<br />
van de documentatie van de leveranciers.<br />
38
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
HET MENGEN VAN INKTEN<br />
- Mengen<br />
- Algemene begrippen en aanwijzingen<br />
bij de meest gebruikte inkten<br />
- Kenmerken van de inkten<br />
- Droging van de inkten<br />
DE MONTAGE<br />
- Gereedschap en materialen<br />
- Monteren<br />
- Blauwkopie<br />
- Tekens op de montage<br />
- Controlelijst montage<br />
HET VOORKOMEN VAN STO-<br />
RINGEN EN FOUTEN BIJ<br />
ZEEFDRUK<br />
- Waarop kunnen we allemaal letten<br />
om zo weinig mogelijk fouten te<br />
begaan<br />
Algemene richtlijnen bij het verwerken<br />
van inkten leren kennen. (B)<br />
Verdunningen en droogstoffen leren<br />
aanwenden. (U) B<br />
B<br />
Kennis hebben van een goede montage.<br />
(B)<br />
Tekens op de montage aanbrengen<br />
teneinde het controleren tijdens het<br />
drukken mogelijk te maken. (U)<br />
Weten wat er gebeurt tijdens het<br />
drukken. (B)<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
B<br />
B<br />
Bedrijfssituatie vergelijken aan de<br />
hand van voorbeelden uit de Praktijk.<br />
Met werkmethode en gebruiksmaterialen<br />
aangewend op school .<br />
Drukfouten verzamelen beoordelen en<br />
bespreken. Hoe storingen voorkomen.<br />
39
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
SPECIALE TOEPASSINGEN<br />
VAN ZEEFDRUK<br />
MEMBRAANSCHAKELAARS<br />
-Principe<br />
- Werkwijze<br />
- Produkten<br />
TEXTIELBEDRUKKING<br />
- Sjablonen, inkten<br />
- Gazen, textielgrondstoffen<br />
Inzicht hebben in enkele specifieke<br />
toepassingsgebieden van de zeefdruk.<br />
(B)<br />
Inzicht hebben in enkele specifieke<br />
toepassingsgebieden van de zeefdruk.<br />
(B)<br />
U<br />
Aanwenden van folders als didactisch<br />
materiaal. Opbouwen van tekeningen<br />
ter illustratie en bijbrengen van de<br />
nodige kennis.<br />
U Aanwijzen tijdens studiebezoeken.<br />
De nodige kennis bijbrengen met behulp<br />
van theoretische kennis en literatuur.<br />
Visuele verduidelijking tijdens studiebezoeken.<br />
Demonstratie - proeven.<br />
40
COMPLEMENTAIR GEDEELTE<br />
TV Grafische technieken<br />
Calculatie<br />
1 BEGINSITUATIE<br />
41<br />
1 u./w.<br />
De leerlingen komen voornamelijk uit het 2de leerjaar van de 3de <strong>graad</strong> <strong>BSO</strong> 'Grafische technieken' en<br />
hebben reeds 1 jaar Calculatie gekregen.<br />
Ze hebben reeds kennis gemaakt met een reeks rekenkundige bewerkingen, die betrekking hebben op het<br />
berekenen van omvang van teksten, papierformaten, inschiet, inkt, papier-hoeveelheden en papierkostprijzen.<br />
Verder is er gestart met de algemeen gangbare economische begrippen. Dit mondt uit in de eigenlijke<br />
kostenbegroting.<br />
2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN<br />
De leerlingen moeten een basisinzicht hebben op de wijze waarop calculeerbare elementen berekend,<br />
verzameld en geregistreerd worden.<br />
Het is de bedoeling om in dit leerjaar verder te werken, waar men in het 2de leerjaar van de 3de <strong>graad</strong><br />
<strong>BSO</strong> is geëindigd.<br />
Volgende items worden systematisch doorgenomen: grondstoffen en grondstofkosten, de opbouw van de<br />
uurkostprijs arbeid en materiaal, en algemene kosten. Eens deze berekeningen gekend zijn, beschikt men<br />
over een gefundeerde leidraad voor de prijsofferte of de voorcalculatie.<br />
3 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1 Terminologie van de algemene<br />
gangbare bedrijfseconomische<br />
begrippen, produktievormen<br />
2 Vaste, variabele, directe en indirecte<br />
kosten<br />
De verschillende begrippen toelichten.<br />
De produktievorm van een grafisch<br />
bedrijf kennen.<br />
Vernoemde kosten kunnen verklaren<br />
en hun onderling verband.<br />
3 Kostenanalyse De kennis aanbrengen over kostenterreinen,<br />
kostengroepen nodig om een<br />
kostenvoorziening budget of begroting<br />
op te stellen.<br />
Weten wat een kostenterrein, een kostengroep<br />
is.<br />
4 Kostenclassificatie Weten waar de kostengroepen zijn<br />
onder te brengen.<br />
Classificeren van de kosten onder de<br />
kostenterreinen.<br />
5<br />
5.1<br />
Opbouw uurkostprijs materiaal<br />
Vaste materiaalkosten<br />
- afschrijvingen<br />
- rente op geïnvesteerd kapitaal<br />
- verzekering machinebreuk<br />
Het begrip toelichten.<br />
Een paar soorten afschrijvingssystemen<br />
bespreken en berekenen.<br />
Verklaren, berekenen.<br />
Toelichten.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B/U<br />
B<br />
B<br />
Door vragen de leerlingen de kosten<br />
doen opsommen die de kostprijs uitmaken.<br />
Klassikale oefeningen.<br />
Oefeningen ter illustratie.<br />
42
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
5.2 Variabele materiaalkosten<br />
- onderhoud, herstellingen<br />
- energieverbruik van elektrische<br />
motoren<br />
- toeslag algemene kosten<br />
- andere verwervingsvormen: leasing<br />
- uurkostprijs materiaal<br />
6 Opbouw uurkostprijs arbeid<br />
- Bruto uurloon, loonklassen<br />
- Sociale loonlasten<br />
- Patronale lasten<br />
- RSZ-bijdragen<br />
- Bijkomende sociale lasten<br />
- Betaalde uren, aanwezige uren,<br />
rechtstreeks produktieve uren, niet<br />
produktieve uren<br />
- Jaarkost per arbeider<br />
- Toeslagen: meestergast algemene<br />
kosten<br />
Totale jaaraanwezigheid per personeelslid<br />
Het begrip toelichten.<br />
Toelichten.<br />
Berekenen.<br />
Berekenen.<br />
Begrip toelichten.<br />
Vastleggen van uurkostprijs van<br />
machines<br />
De collectieve arbeidsovereenkomst<br />
interpreteren.<br />
Rechten en plichten van de arbeider<br />
Toelichten.<br />
Toelichten.<br />
Begrippen toelichten, berekenen van<br />
de coëfficiënten.<br />
Bespreken en berekenen van een jaaruitgave<br />
voor een arbeider, de loonlast<br />
van een arbeider, de sociale last.<br />
De totale jaaraanwezigheid per personeelslid<br />
berekenen:<br />
- één ploeg,<br />
- twee ploegen.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B/U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B/U<br />
U<br />
U<br />
Opzoekwerk in catalogi voor prijzen<br />
of % leren berekenen.<br />
CAO-documenten.<br />
Leren gebruik maken van de hulpmiddelen<br />
die door de overkoepelende<br />
organisaties verstrekt worden.<br />
43
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
7 Opsommen van niet-betaalbare<br />
uren en in mindering brengen van<br />
het jaartotaal<br />
De rol van niet-betaalbare uren kennen.<br />
Bewust maken van produktieve en<br />
niet produktieve tijden.<br />
Verantwoording van de niet-betaalbare<br />
uren.<br />
8 Berekenen van uurlonen Enkele praktische voorbeelden rond<br />
het kennen van een uurloon voor een<br />
arbeider:<br />
- offsetdrukker,<br />
- snijder,<br />
- tekstverwerker,<br />
- monteerder,<br />
- afwerker.<br />
9 Algemene kosten<br />
- Percentage algemene kosten<br />
- Huisvestingskosten<br />
- Beheerskosten<br />
- Verkoopkosten<br />
- Andere kosten<br />
10 Totale uurkostprijs: arbeid en materiaal<br />
Toelichten<br />
Berekenen.<br />
Opsommen en verklaren.<br />
Opsommen en verklaren.<br />
Opsommen en verklaren.<br />
Opsommen en verklaren.<br />
B<br />
U<br />
B U<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
Berekenen uit verzamelde gegevens. B<br />
U<br />
Door geleide vragen komen tot bijna<br />
alle kosten die deze groep in een bedrijf<br />
uitmaakt.<br />
44
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
11 De prijsofferte<br />
- Orderdossier<br />
- Magazijnfiche<br />
- Snijorder<br />
- Werkfiche<br />
- Calculatieformulier<br />
- Kostenregistratie<br />
- Tijdsnormen voor werkzaamheden<br />
- Produktienormen<br />
12 Drukwerken ontleden<br />
- Werkzaamheden<br />
- Grondstoffen<br />
13 Bepalen van de kostprijs naar<br />
-Oplage<br />
- Aantal drukgangen<br />
- Kleur(en)<br />
- Schoondruk/weerdruk<br />
- Soort drukdrager<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Opstellen.<br />
Raadplegen.<br />
Raadplegen.<br />
Analyseren.<br />
Leren herkennen.<br />
Verrekenen van basisgrondstoffen<br />
van aankoop tot verkoop en winst.<br />
Het werken met vaste fabricatieprijzen.<br />
Coëfficiënt per machine.<br />
Leerlingen het prijsverschil doen inzien<br />
van een zelfde drukwerk op twee<br />
verschillende papiersoorten.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
U<br />
Het belang van een zo nauwkeurig<br />
mogelijke offerte laten inzien.<br />
Begeleid groepswerk, uitgevoerde<br />
werken berekenen.<br />
U Vergelijkende oefening maken.<br />
45
TV Grafische technieken/Toegepaste informatica<br />
Toegepaste informatica<br />
1 BEGINSITUATIE<br />
46<br />
1/2 u./w.<br />
Het vak Toegepaste informatica bouwt verder op de Toegepaste informatica van de 3de <strong>graad</strong> en zal in<br />
hoofdzaak op DOS PC gebeuren, daar de leerlingen in de vakken Grafische technieken kennis maken het<br />
andere voor hen belangrijke computerplatform: Apple Macintosh.<br />
2 ALGEMENE LEERPLANDOELSTELLINGEN<br />
Als algemene leerplandoelstellingen kunnen gelden:<br />
- De computerevolutie gaat snel en een concrete blik op de nieuwigheden, die tijdens of kort na de 3de<br />
<strong>graad</strong> op de markt zijn gekomen, is belangrijk. Daarom wordt aandacht besteed aan alle innovaties op<br />
gebied van PC-hardware en -software die voor de leerlingen interessant kunnen zijn.<br />
- De PC is zo algemeen en zo een gewoon gebruiksvoorwerp geworden, dat elke individuele gebruiker<br />
de eigen kleine softwareproblemen moet kunnen vaststellen en oplossen.<br />
- Een prepress-afdeling van een grafisch bedrijf krijgt veel vreemde tekstinvoer en beeldinvoer te verwerken.<br />
Daarom is het noodzakelijk dat de leerling een goed inzicht heeft in soort tekstinvoer die hij<br />
te verwerken kan krijgen. Daarom krijgen de leerlingen een algemeen overzicht van drie belangrijke<br />
soorten programma's: kantoortekstverwerkingsprogramma's (WordPerfect), een werkblad (Excel) en<br />
een database (Exces).<br />
- De grafische nijverheid wordt meer en meer een ruimere communicatie-industrie waarin nieuwe technologieën<br />
ontstaan, met nieuwe apparatuur en software.<br />
Het is zeer nuttig dat de leerlingen, vooraleer zij gaan werken, een inzicht in deze trends hebben meegekregen.<br />
Enkele van deze nieuwe trends zijn:<br />
- Elektronic publishing.<br />
- Multimedia.<br />
- Digitale fotografie.<br />
3 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE<br />
WENKEN
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
1 Innovaties<br />
1.1 Besturingssystemen/gebruikersinterfaces<br />
- Macintosh: Finder/System 7<br />
- DOS PC: Windows<br />
1.2 Hardware<br />
- Computertechnologie: microcomputer,<br />
bus, intern geheugen,<br />
cache geheugen, interfaces<br />
- Opslagmedia<br />
2 Herhaling basiselementen<br />
Alle nieuwigheden op gebied van<br />
software kennen en hun functie kennen.<br />
Overzicht hebben van alle nieuwigheden<br />
op gebied van hardware en de<br />
mogelijkheden van deze innovaties.<br />
2.1 Programma's installeren Systeemsoftware en programma's<br />
foutloos installeren.<br />
2.2 Oplossen problemen<br />
- Herstellen harde schijf, diskette<br />
- Virusprotectie en remediëring<br />
- Geheugenbeheer: RAM-disk,<br />
virtueel geheugen<br />
Veel voorkomende problemen juist<br />
duiden en remediëren.<br />
Virtueel geheugen en RAM-disk<br />
instellen.<br />
B Alle nieuw bijgekomen softwarekenmerken<br />
demonstreren.<br />
B De hardware-kenmerken zoveel<br />
mogelijk tonen en de gevolgen voor<br />
capaciteit van en werking met de<br />
computer bespreken.<br />
B Demonstreren en enkele keren laten<br />
uitvoeren.<br />
U Demonstreren en enkele keren laten<br />
uitvoeren.<br />
47
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
3 WordPerfect (MS WORD)<br />
3.1 Pagina-opmaak<br />
- formuliergrootte<br />
- paginering<br />
- lay-out structuren<br />
- styles en fonts<br />
- kop- en voetregel<br />
3.2 Werken met kolommen (krantenstijl,<br />
blok) en tabellen<br />
3.3 Macro's<br />
Soorten macro's: ALT-letter, naammacro,<br />
tijdelijke macro<br />
3.4 Voet- en eindnoten<br />
- invoeren van noten<br />
- vormgeving van noten<br />
- wijzigen van noten<br />
Een tekstpagina typografisch verantwoord<br />
kunnen opmaken.<br />
Vlot met eenvoudige kolommenindeling<br />
en eenvoudige tabellen werken.<br />
Een eenvoudige macro leren opstellen<br />
in functie van het aanpassen van een<br />
vreemd binnengekomen tekst of<br />
beeld.<br />
Eenvoudige toepassingen met voet- en<br />
eindnoten kunnen instellen en de<br />
vormgeving aanpassen aan de tekst.<br />
3.5 Inhoudstafels, indexen Inhoudstafels en indexen automatisch<br />
laten genereren.<br />
3.6 Conversies<br />
- documentconversie<br />
- grafische conversie<br />
Vreemde documenten en illustraties<br />
binnenbrengen via een conversieprogramma<br />
in WPW en integreren in de<br />
tekst.<br />
B Talrijke oefeningen met stijgende<br />
moeilijkheids<strong>graad</strong>.<br />
B Demonstratie en klassikaal uitwerken,<br />
daarna inoefenen.<br />
B Via geleide oefeningen het nut van<br />
een macro aantonen en inoefenen.<br />
U Door middel van een voorbereide<br />
tekst voet- of eindnoten leren plaatsen.<br />
U Geleide oefening.<br />
B Na demonstratie, en klassikale bespreking<br />
van de problematiek, enkele<br />
oefeningen.<br />
48
Nr. LEERINHOUDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN K B T A S E METHODOLOGISCHE WENKEN<br />
3.7 Gegevensimport en -export via<br />
clipboard, DDE en OLE<br />
3.8 Werken met grafische afbeeldingen:<br />
inlezen uit bibliotheken, inscannen,<br />
vormgeving aanpassen<br />
4 Database<br />
Gegevensimport en -export vlot<br />
uitvoeren op verschillende manieren.<br />
Grafische afbeeldingen kunnen invoeren<br />
en behandelen.<br />
4.1 Bestandsstructuur Onderscheid kennen tussen sequentiële<br />
en random-bestanden.<br />
4.2 Relaties tussen dBase-bestanden,<br />
soorteren en indexeren<br />
4.3 Export- en labelfuncties<br />
- naar kantoortekstverwerking<br />
- naar prepress-systemen<br />
- naar werkblad<br />
- naar PostScript<br />
4.4 Importfuncties<br />
- van kantoortekstverwerking<br />
- van werkblad<br />
5 Werkblad<br />
5.1 Toepassing met calculatie-oefening<br />
voor de grafische nijverheid<br />
B Enkele oefeningen met kleine teksten<br />
van zeer verscheiden oorsprong.<br />
U Oefeningen met eenvoudige grafische<br />
afbeeldingen.<br />
B Bespreken van enkele voorbeelden en<br />
demonstratie met het programma.<br />
Kennen. B Aantonen.<br />
Data op typografisch verantwoorde<br />
manieren leren exporteren naar prepress-pakketten.<br />
B<br />
B<br />
B<br />
U<br />
Tekst in database leren importeren.<br />
Doel van het werkblad begrijpen bij<br />
voor- en nacalculatie.<br />
B<br />
B<br />
Verscheidene voorbeelden ontleden<br />
en uitvoeren.<br />
Enkele oefeningen.<br />
B Enkele reeds voorbereide calculatieoefeningen<br />
doornemen.<br />
49
7 BIBLIOGRAFIE<br />
51<br />
- CERMAK, W., Lehrbuch für den Siebdrucker. Leipzig.<br />
- EHTLERS, K.F., Siebdruck.<br />
- ROSSEEUW, L., Zeefdruk - Werkboek en naslagwerk voor drukkers, grafici en kunstenaars.<br />
HIGRO, Gent.<br />
- VAN DUPPEN, J., Vademecum voor de zeefdruk. Leeuwarden.<br />
- Forschungsberichte FOGRA. Rastersiebdruck, München.<br />
- Trechnical Manual Screen Products. Autotype International.<br />
- La Sérigraphie. Monyl Information, Suisse.