NTOG 2012 06
NTOG 2012 06
NTOG 2012 06
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>06</strong> Nederlands tijdschrift voor Obstetrie & Gynaecologie vol. 125, augustus <strong>2012</strong><br />
Afbeelding 9: Terwijl aan de voet wordt getrokken<br />
wordt met de uitwendige hand het hoofd naar de<br />
fundus geduwd. 11<br />
meestal wijd genoeg; bij onvoldoende ruimte voor<br />
manipulatie kan een episiotomie soms nodig zijn:<br />
dan is extra voorzichtigheid geboden bij het inbrengen<br />
van de hand! Breek eventueel de vochtblaas,<br />
maar laat het vruchtwater dan door de hand in de<br />
vagina te ontplooien zo langzaam mogelijk weglopen;<br />
door meteen met de hand en (afsluitende) pols<br />
in de baarmoederholte voort te dringen, sluit men<br />
de vruchtzak zodanig af, dat veel vruchtwater achterblijft<br />
en de kering gemakkelijk kan plaats vinden.<br />
Er zijn ook voorstanders van het tussen de vliezen en<br />
uteruswand voordringen met intacte vliezen (geeft<br />
mogelijk meer kans op infectie, bloedingen en loslating<br />
placenta?), en het door de vliezen heen vastgrijpen<br />
van een voetje, ook om navelstrengprolaps te<br />
voorkomen.<br />
Bij een dwarsligging bestaan er vier mogelijke liggingen<br />
van de rug met nog tussenstanden, namelijk:<br />
1. rug voor (ventraal)<br />
2. rug achter (dorsaal)<br />
3. rug boven (craniaal)<br />
4. rug onder (caudaal)<br />
RUG VOOR<br />
Tempo II (afbeeldingen 7 en 8)<br />
Het opzoeken van een voetje is meestal makkelijk.<br />
Men zoekt dat voetje dat gelijknamig is met de bekkenhelft:<br />
dus het rechter voetje in de rechter bekkenhelft,<br />
en het linker voetje in de linker bekkenhelft. Zo<br />
bewerkt men dat de voorste bil niet achter de symfyse<br />
hokt, en de rug naar voren draait.<br />
Afbelding 10: De kering is volbracht. De knie staat in<br />
de vulva. 11<br />
Bij de rug voor is dat het onderste voetje: dat ligt<br />
meestal achter.<br />
Als men zich aan deze regel houdt dan komt men altijd<br />
aan het voetje en vermijdt men verwisseling met<br />
een handje. Als door het al langer afgelopen vruchtwater<br />
de vier extremiteiten dicht op elkaar liggen<br />
wordt het moeilijker. Men herkent de voet aan de<br />
vorm van de hiel, de loodrechte stand op het onderbeen,<br />
de korte tenen, waarvan de toppen in een hellende<br />
rechte lijn liggen. Flexie is alleen mogelijk naar<br />
dorsaal en plantair. De hand ligt in het verlengde van<br />
de onderarm, de vingers zijn langer dan de tenen, de<br />
vingertoppen vormen een gebogen lijn met de grootste<br />
hoogte bij de middelvinger, flexie is mogelijk naar<br />
alle richtingen. Haal nooit een voetje af zonder de<br />
hiel als baken te hebben herkend!<br />
De uitwendige hand drukt de stuit in de richting van<br />
de inwendige hand. De uitwendige hand is even belangrijk<br />
als de inwendige; iedere actie begint steeds<br />
met de uitwendige hand. Het resultaat hangt af van<br />
de samenwerking van beide handen.<br />
Tempo III (afbeeldingen 9 en 10)<br />
Als het voetje in de pistoolgreep is gevat begint pas de<br />
inwendige kering. Men oefent dan met de uitwendige<br />
hand druk uit op het hoofd naar het midden van de<br />
fundus uteri. Pas als dit gelukt is trekt men aan het<br />
voetje en wel sterk naar dorsaal en en naar caudaal.<br />
Wanneer het been met de knie in de vulva staat is de<br />
kering gelukt en vindt direct de extractie plaats.<br />
291