10.09.2013 Views

KETTER AAN HET BINNENHOF Cornelis Hoen en zijn tractaat ...

KETTER AAN HET BINNENHOF Cornelis Hoen en zijn tractaat ...

KETTER AAN HET BINNENHOF Cornelis Hoen en zijn tractaat ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

daarover <strong>zijn</strong> ge<strong>en</strong> verdere bijzonderhed<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d.<br />

Rode is eerst verder gereisd naar Zürich, de stad van de hervormers Ulrich Zwingli <strong>en</strong><br />

Leo Jud. Hij werd ditmaal begeleid door e<strong>en</strong> zekere Georgius Saganus. Over hem is<br />

verder niets bek<strong>en</strong>d - misschi<strong>en</strong> verwarde Zwingli hem met Gnapheus, van wie<br />

H<strong>en</strong>ricus Alting in <strong>en</strong>kele notities over di<strong>en</strong>s lev<strong>en</strong> schrijft dat hij <strong>Ho<strong>en</strong></strong>s brief aan<br />

Zwingli heeft gestuurd (missit).<br />

Over de invloed van <strong>Ho<strong>en</strong></strong> in Zürich <strong>zijn</strong> we veel beter geïnformeerd omdat Zwingli<br />

zelf zich herhaaldelijk over de brief heeft uitgelat<strong>en</strong>. Uit di<strong>en</strong>s eig<strong>en</strong> uitlating<strong>en</strong> blijkt<br />

dat Zwingli al geruime tijd aanvoelde dat de woord<strong>en</strong> hoc est corpus ureum (“dit is<br />

mijn lichaam”) “tropisch” (symbolisch) moest<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgelegd. Hij wist alle<strong>en</strong><br />

niet in welk woordje uit deze zin de troop verborg<strong>en</strong> was. To<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> er twee<br />

“vrome <strong>en</strong> geleerde mann<strong>en</strong>” naar hem <strong>en</strong> Leo Jud toe om de juiste uitleg van de<br />

eucharistie te bediscussiër<strong>en</strong>. Nadat Zwingli <strong>zijn</strong> m<strong>en</strong>ing uite<strong>en</strong>gezet had, dankt<strong>en</strong> zij<br />

God maar hield<strong>en</strong> zij hun eig<strong>en</strong> visie nog voor zich omdat je daar to<strong>en</strong>tertijd, aldus<br />

Zwingli, erg voorzichtig mee moest <strong>zijn</strong>. Zij overhandigd<strong>en</strong> hem echter wel e<strong>en</strong> brief,<br />

geschrev<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> “vrome <strong>en</strong> erudiete Bataaf”, <strong>en</strong> daarin vond Zwingli de<br />

“waardevolle parel”, namelijk dat het woordje est (“is”) als significat, (“betek<strong>en</strong>t”)<br />

moet word<strong>en</strong> uitgelegd. Christus' woord<strong>en</strong> “dit is mijn lichaam” moet<strong>en</strong> dus word<strong>en</strong><br />

opgevat als “dit betek<strong>en</strong>t mijn lichaam”. Deze ontmoeting had plaats in de loop van<br />

1523 of 1524. In november 1524 ging hij in e<strong>en</strong> brief aan Matthäus Alber, e<strong>en</strong><br />

„lutherse‟ priester in Reutling<strong>en</strong>, nogmaals uitvoerig op de kwestie in. Deze Alber had<br />

hem gevraagd naar <strong>zijn</strong> m<strong>en</strong>ing over Karlstadts opvatting<strong>en</strong>. Zwingli is daar positief<br />

<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>delijk over, vooral omdat Zwingli het belang van het geloof had beklemtoond.<br />

Wel nam hij afstand van di<strong>en</strong>s curieuze uitlegging van de woord<strong>en</strong> “dit is mijn<br />

lichaam”, waarbij Christus deze zin naar zichzelf wijz<strong>en</strong>d zou hebb<strong>en</strong> uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

Uit <strong>Ho<strong>en</strong></strong>s brief had hij immers geleerd dat de „troop‟ niet in het woordje “dit” (hoc)<br />

verborg<strong>en</strong> was, maar in het woordje “is” (est). Om dit te bewijz<strong>en</strong> voerde Zwingli e<strong>en</strong><br />

aantal bijbelplaats<strong>en</strong> aan waar het werkwoord “<strong>zijn</strong>” ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s als “betek<strong>en</strong><strong>en</strong>” moet<br />

word<strong>en</strong> uitgelegd. Ev<strong>en</strong>als <strong>Ho<strong>en</strong></strong> verwees Zwingli naar G<strong>en</strong>. 41: 26 <strong>en</strong> Joh. 15: 1, daar<br />

Luk. 8: 11 aan toevoeg<strong>en</strong>d.<br />

De brief aan Alber versche<strong>en</strong> in maart 1525 in druk, tegelijk met Zwingli‟s<br />

comm<strong>en</strong>taar over de ware <strong>en</strong> valse religie (De vera et falsa religione comm<strong>en</strong>tarius).<br />

Ook daarin zette hij uite<strong>en</strong> dat het woordje “is” e<strong>en</strong> „troop‟ of „figuur‟ is. Wyclif <strong>en</strong> de<br />

Wald<strong>en</strong>z<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> het zo ook al geleerd, zo heeft Zwingli gehoord. Maar hij weet niet<br />

wat voor bewijz<strong>en</strong> uit de Schrift zij daarvoor hebb<strong>en</strong> aangedrag<strong>en</strong>.<br />

In alle uitlating<strong>en</strong> over het onderwerp heeft Zwingli de naam van <strong>Ho<strong>en</strong></strong> tot nog toe<br />

niet g<strong>en</strong>oemd. Hij deed dat voor het eerst in e<strong>en</strong> brief d.d. 1 maart 1526 aan Theobald<br />

Billicanus <strong>en</strong> Urbanus Rhegius. Hij plaatste “<strong>Ho<strong>en</strong></strong> de Bataaf” daar in het voorname<br />

gezelschap van Tertullianus <strong>en</strong> Oecolampadius, die precies e<strong>en</strong>der over de betek<strong>en</strong>is<br />

van het avondmaal hadd<strong>en</strong> gedacht. Meer dan e<strong>en</strong> jaar later wees hij <strong>Ho<strong>en</strong></strong> wederom<br />

als bron van de juiste uitleg van de instellingswoord<strong>en</strong> van het avondmaal aan. Die<br />

uitleg van <strong>Ho<strong>en</strong></strong> was trouw<strong>en</strong>s vrij gewoon (trivialis), schrijft Zwingli aan Val<strong>en</strong>tin<br />

Krautwald, Kaspar Schw<strong>en</strong>ckfeld <strong>en</strong> de Silesische broeders. <strong>Ho<strong>en</strong></strong> had haar aan het<br />

taalgebruik van het volk ontle<strong>en</strong>d, <strong>en</strong> daarna hadd<strong>en</strong> Zwingli <strong>en</strong> <strong>zijn</strong> medestanders<br />

haar weer van <strong>Ho<strong>en</strong></strong> overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> werk teg<strong>en</strong> Johannis Bug<strong>en</strong>hag<strong>en</strong> uit<br />

oktober 1525 <strong>en</strong> in twee geschrift<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> Luther uit 1527 herinnert Zwingli aan het<br />

bezoek van “die lieb<strong>en</strong> brueder” Rode <strong>en</strong> „Saganus‟ die <strong>Ho<strong>en</strong></strong>s brief hebb<strong>en</strong> gestuurd,<br />

“von dero du wol weist”.<br />

De door Zwingli zelf nadrukkelijk erk<strong>en</strong>de schatplichtigheid aan <strong>Ho<strong>en</strong></strong> blijkt wellicht<br />

38

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!