2013-219 Samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom

Nieuwegein
2 013-21
Gemeenteraad
Onderwerp gemeentelijke samenwerking decentralisaties
Datum 29 april 2013
Awbz, Jeugdzorg en Participatiewet
Raadsvoorstel Afdeling Strategie Maatschappelijke
1 Onderwerp
Ontwikkeling
Portefeuillehouder A.J. Adfiani
Gemeentelijke samenwerking decentralisaties Awbz, Jeugdzorg en Participatiewet
2 Gevraagd besluit
In te stemmen met de samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom
3 Aanleiding en probleembeschrijving
De decentralisaties van de Jeugdzorg, delen van de Awbz en de Participatiewet zijn
voor het college van B&W aanleiding geweest om de bestaande samenwerking met de
gemeenten Houten, IJsselstein, Lopik en Vianen te intensiveren. Het kabinet heeft
gemeenten gevraagd om via de VNG te rapporteren over de samenwerking met andere
gemeenten bij het uitvoeren van de nieuwe taken.
4 Gewenst maatschappelijk effect
Het gevraagde besluit beoogt bij te dragen aan betere (integrale) dienstverlening aan
inwoners en verkleining van financiële risico's van de decentralisaties. Die risico's
kunnen met zich meebrengen dat de gemeente geen geld meer heeft voor andere
dienstverlening aan inwoners.
5 Bestaand beleidskader
Deze samenwerkingsovereenkomst met de Lekstroomgemeenten is onderdeel van de
voorbereiding op nieuwe gemeentelijke taken per 1 januari 2015. Ze verdiept de
bestaande samenwerking in de Lekstroom, zoals de gemeenschappelijke regeling Werk
6 Inkomen Lekstroom, GGD MN, RMC en informele samenwerking in de dossiers
Jeugdgezondheidszorg en Amw.
De samenwerkingsovereenkomst laat ruimte voor samenwerking in andere gremia en
met andere gemeenten. Bijvoorbeeld U10 en de verschillende samenwerkingsschalen
waarop de Jeugdzorg invulling gaat krijgen. Uitgangspunt daarbij is dat de schaal de
taak volgt.

Bladnummer 2/3
Raadsvoorstel 1 mei 2013
De samenwerking met de andere Lekstroomgemeenten is eerder aan de orde geweest
in de commissie ABZ van 20 maart 2013 en wordt behandeld tijdens de
raadsinformatieavond op 22 mei aanstaande.
6 Voorgestelde oplossing
Door te besluiten tot bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst wordt de samenwerking
met de andere Lekstroomgemeenten geïntensiveerd en minder vrijblijvend. Door een
bestuurlijk platform in te richten voor samenhangende beleidsdossiers wordt de kans
verkleind dat op de verschillende dossiers besluiten worden genomen die tegen elkaar
inwerken. Bovendien is hiermee de basis gelegd om ook bij de invulling van de
decentralisatie, bijvoorbeeld inkoop, samen te werken.
De ingevulde formats m.b.t. Awbz en Jeugdzorg worden vergezeld van een
aanbiedingsbrief. Hiermee reageert de gemeente op het verzoek van minister Plasterk
om voor 31 mei via de VNG aan te geven in welke samenwerking gemeenten de
decentralisaties invulling geven.
7 Alternatieven
Een alternatief is te wachten met het tekenen van een samenwerkingsovereenkomst tot
de samenwerkingsagenda verder is ingevuld en de overeenkomst meer'inhoud' kent.
Het nadeel is dat het komen tot de samenwerkingsagenda vrijblijvender wordt. Er kan
veel tijd en energie worden besteed dat uiteindelijk kan leiden tot niets. Dat staat op
gespannen voet met het tijdpad en de omvang van de decentralisaties. Bovendien geeft
de samenwerkingsovereenkomst meer gewicht aan de reactie op het verzoek van
minister Plasterk om voor 31 mei te rapporteren over samenwerking.
8 Financiële aspecten
Er wordt geen besluit gevraagd over middelen. Ook zijn er geen kosten mee gemoeid
die buiten de programmabegroting 2013 vallen.
9 Communicatie aspecten
De samenwerkingsovereenkomst is opgesteld op verzoek van 1 maart 2013 van het
bestuurlijk platform Lekstroom.
Over een gezamenlijke persuiting wordt afstemming in de regio gezocht.
10 Juridische aspecten
Omdat de samenwerkingsovereenkomst (de meest lichte vorm van) een
gemeenschappelijke regeling is, adviseert de VNG (in de handleiding 'Grip op
samenwerken') tot een raadsbesluit.
11 Risico's
De samenwerkingsovereenkomst beoogt de risico's van de decentralisaties Awbz,
Jeugdzorg en Participatiewet te verkleinen. Door in eerste instantie bestuurlijk af te
stemmen in de Lekstroom, neemt de integraliteit van de besluitvorming toe.

12 Bijlagen
Bladnummer 3/3
Raadsvoorstel 1 mei 2013
2013-219
• raadsbesluit
• samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom
• brief aan de VNG met de ingevulde formats t.a.v. AWBZ en Jeugdzorg
burgemeester en wethouders,
drs. P.C.M, van Elteren
secretaris
F.T.J.M. Backhuijs
burgemeester

Nieuwegein //^jf^ft
fplw 2 013» 21 9
\ \ \ 'S «,
1 \ •7"
Raadsbesluit
De raad van de gemeente Nieuwegein;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29-04-2013;
gelet op artikel 1 Wet Gemeenschappelijke Regelingen;
besluit:
In te stemmen met de samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26-06-2013
de griffier, de voorzitter,

2 0 13-219
Samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom
De colleges van de gemeenten in de Lekstroomregio, Houten, IJsselstein, Lopik, Nieuwegein en
Vianen,
a. Overwegend dat zij al geruime tijd in een aantal verschillende dossiers samenwerken,
waaronder de gemeenschappelijke regeling WIL (Werk & Inkomen Lekstroom) en de
regionale bestuurscommissie GGD MN, en de wens hebben om samen slagvaardiger en
integraler op te treden,
b. Overwegend dat de decentralisaties van delen van de Awbz, Werk & Inkomen en
Jeugdzorg (en de relaties met de decentralisatie passend onderwijs) het wenselijk maken
de samenwerking te verstevigen en te onderzoeken waarin gezamenlijke aanpak van
onderdelen daarvan van meerwaarde is voor het functioneren van het sociaal domein,
c. Overwegend dat zij willen starten met een Regeling zonder meer, als bedoeld in art 1
Wet Gemeenschappelijke Regelingen,
d. Met het mogelijke perspectief te komen tot een verdergaande vorm van samenwerking,
zoals bijvoorbeeld een gemeenschappelijke regeling voor bepaalde gezamenlijke
activiteiten,
Komen overeen
1. de bestuurlijke overleggen in het sociale domein van de Lekstroomgemeenten zoveel
mogelijk te bundelen, waarbij besluitvorming vooraf wordt gegaan door ambtelijke
voorbereiding. De wethouders spreken namens de colleges van B&W.
2. dat de Lekstroom bij een vergelijking van andere gelijkwaardige
samenwerkingsmogelijkheden de primaire en prioritaire samenwerkingsregio is waar
het gaat om de drie decentralisaties in het sociale domein zoals hierboven benoemd.
3. dat de samenwerking in de Lekstroom mede is gericht op het versterken van de
samenwerking in U10- en provinciaal verband.
4. dat dit onverlet laat de ruimte voor afzonderlijke gemeenten om met andere
gemeenten buiten de Lekstroom samen te werken of onderling op onderdelen
intensiever samen te werken dan met de anderen.
5. dat de regeling een maximale looptijd heeft tot en met 31 december 2014.
Namens Houten, R.G. Boekhoven
Namens IJsselstein, drs. P.C. van den Brink
Namens Lopik, R.G. Westerlaken-Loos
Namens Nieuwegein, F.T.J.M. Backhuijs
Namens Vianen, W.G. Groeneweg

Toelichting
Ad a. Andere voorbeelden van samenwerking zijn:
• Onderwijs
• Toekomst algemeen maatschappelijk werk
• Toekomst Jeugdgezondheidszorg
• Het WSW-bedrijf Pauw (gemeenschappelijke regeling waarin Lopik, IJsselstein,
Nieuwegein en Vianen participeren)
Ad c. Er is uitgegaan van een publiekrechtelijke 'regeling zonder meer'. Daarin wordt
geregeld de intentie tot samenwerking evenals het doel, de aard en de wijze waarop deze zal
plaatsvinden - VNG, 'Grip op samenwerking'. Door het aanhalen van art 1 WGR verkrijgt de
samenwerkingsovereenkomst een publiekrechtelijk karakter.
Ad d. Het is een optie om de gezamenlijke activiteiten in een overkoepelende
gemeenschappelijke regeling Lekstroom onder te brengen. Het gebruik maken van deze optie
vraagt t.z.t. afzonderlijke besluitvorming.
Ad 2. De Lekstroom is het samenwerkingsverband waarin de betreffende gemeenten als eerste
samenwerkingskansen benutten. En bij een vergelijking van andere gelijkwaardige
samenwerkingsmogelijkheden, is het ook het belangrijkste. Er wordt prioriteit aan gegeven.
Ad 3. Procesmatige uitgangspunten: (analoog aan U-10 sociaal domein)
• Zwaan-kleef-aan
• De laatste bepaalt niet het tempo
• Samen ondernemen vanuit inhoudelijke oriëntatie
• Kansen benutten
• Wederzijdse inspiratie

Postbus 1 3430 AA Bezoekadres Stadsplein 1 3431 LZ www.nieuwegein.nl
Bank Nederlandse Gemeenten 28 50
VNG
mevrouw S. Mulder en de heer F. Rutjes
postbus 30435
2500 CK DEN HAAG
Geachte mevrouw Mulder en mijnheer Rutjes,
2 013-219
Strategie Maatschappelijke
Ontwikkeling
Contactpersoon Arthur Koeken
Telefoon 030-6071546
E-mail A.Kocken@NIEUWEGEIN.NL
Datum 7 mei 2013
Zaaknummer
Berichtnummer
Onderwerp inventarisatie
regionale
samenwerking
transities
De VNG verzocht gemeenten om, via de regio's, informatie te verstrekken over de
inhoudelijke voortgang op het gebied van de decentralisaties jeugd en AWBZ. In
de bijlagen treft u de ingevulde formats aan voor de regio Lekstroom, de
gemeenten Houten, IJsselstein, Lopik, Nieuwegein en Vianen.
Integrale benadering
Onze gemeenten verschillen, en dat wordt gewaardeerd door onze inwoners.
Evenwel, wat we gemeenschappelij c hebben en doen, moet ook krachtig zijn. De
drie decentralisaties, Jeugd, Awbz en Participatiewet zijn voor de gemeenten in de
regio Lekstroom aanleiding geweest om intensiever en inniger samen te gaan
werken. Daartoe hebben wij bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst sociaal
domein Lekstroom opgesteld. Daarin spreken we een integrale bestuurlijke
behandeling af van de dossiers die wij regionaal oppakken: zowel functioneel als
territoriaal. Die bespreken wij nog met de gemeenteraad. De overeenkomst ligt in
lijn met de intergemeentelijke regionale uitvoeringsorganisatie WIL
(Gemeenschappelijke Regeling Werk en Inkomen Lekstroom) die wij eerder dit
jaar hebben opgericht. Ook de dienstverlening wordt daarmee steeds integraler
van karakter: minder vaak doorverwijzen en vaker direct ondersteunen. De
gemeenten hanteren daarbij het uitgangspunt 'lokaal waar mogelijk, regionaal
waar nodig'. Te denken valt aan het organiseren van activiteiten in wijken en
buurten, vrijwilligerswerk etc.
Open houding
En hoewel wij onze onderlinge samenwerking waarderen, sluiten wij anderen niet
uit. Wij kijken eerst naar de andere Lekstroomgemeenten als het gaat om
samenwerking en die samenwerking weegt wat ons betreft ook het zwaarst. Op
onderdelen schalen we echter op. Wij werken daarbij met passie samen in de
provincie en in U10-verband. U10 is een samenwerkingsverband van 10

Bladnummer 2/11
Zaaknummer
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
gemeenten rond de stad Utrecht. Bijvoorbeeld als het gaat om afstemming van
beleid met andere subregio's, aanpak van specifieke doelgroepen en afspraken
met werkgevers en onderwijsinstellingen in de regio. In de provincie Utrecht
werken de 26 gemeenten en de provincie Utrecht met een gezamenlijke transitieen
transformatie agenda jeugdzorg goed samen om die transitie tot een succes te
maken. In de transitie Jeugdzorg wordt, net als in de andere transities, gezocht
naarde juiste schaal: lokaal, regionaal of bovenregionaal. Wij sluiten in onze
planning aan bij uw verzoek om medio september duidelijkheid te geven over de
regionale samenwerking en uiterlijk eind december deze ook te formaliseren.
En in de stijl van de netwerksamenleving werken wij ook met andere of
afzonderlijke gemeenten samen als gemeenschappelijke belangen (van onze
inwoners) daar aanleiding toe geven. Zoals de gemeente Utrecht. Want de inhoud
staat voorop.
Wij vertrouwen er op u hiermee van voldoende informatie te hebben voorzien.
Met vriendelijke groet,
burgemeester en wethouders,
drs. P.C.M, van Elteren F.T.J.M. Backhuijs
secretaris burgemeester
Bijlagen • inventarisatie samenwerking transitie Jeugdzorg
• inventarisatie samenwerking transitie Awbz
• samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom

lladnu ier 3/11
Zaaknummer
2 0 13-219
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
BIJLAGE: reactie regionale samenwerking jeugdzorg
INHOUD
1. In hoeverre is er een gedeelde visie in de regio over wat er op lokaal, regionaal
en
bovenregionaal niveau dient te worden ingekocht en georganiseerd?
Er is overeenstemming tussen alle gemeenten en regio's in de Provincie Utrecht
over het volgende:
• Uitgangspunten bij het decentraliseren van de jeugdzorg zijn de kwaliteit van
zorg en één gezin, één plan, één regisseur bij meervoudige problematiek. Dit
vraagt om het op lokaal niveau realiseren van toegang tot jeugdzorg en
toeleiding naar de gespecialiseerde zorg
• Daar waar taken niet effectief of efficiënt lokaal kunnen worden ingekocht of
georganiseerd werken wij bovenlokaal samen
• Wij hebben richting bepaald voor de taken die lokaal regionaal of
bovenregionaal ingekocht zullen gaan worden
• Een exacte verdeling van deze taken en een uitwerking van de eventuele
gezamenlijke uitvoering is de volgende stap in ons proces.
• Dp regionaal niveau werken wij samen in de bestaande jeugd regio, te weten
Lekstroom, omvattende de gemeenten Houten, Ijsselstein, Lopik, Vianen en
Nieuwegein
• Voor taken die niet op passende wijze regionaal kunnen worden ingekocht is
samenwerking op bovenregionaal niveau in voorbereiding. De optie die
vooralsnog de voorkeur li; et te verdienen is gezamenlijke inkoop met alle
Utrechtse gemeenten. Daarmee komen wij uit op een niveau van circa 1 min
inwoners
• ij verwachten dat in de komende jaren meer taken naar voren zullen worden
gehaald in de keten en gemeenten en zorgaanbieders nieuwe concepten
ontwikkelen die ook leiden tot andere structuren. Onze besluitvorming over
regionale samenwerking is daarom gericht op de korte termijn
Wij zijn van mening dat we met deze verdeling van taken voldoende stevigheid
hebben georganiseerd om kwaliteit en continuïteit te borgen en ook efficiënt in te
kopen. Hierna het overzicht met taken en schaalniveau van inkoop. NB. Wij
hanteren op een aantal onderdelen een andere indeling van taken en hebben deze
aangehouden in onze beantwoording.
Taak
Preventie en signalering
Inkoop niveau (lokaal,
regionaal of
bovenreqionaal)
Lokaal
Status (nog geen
opvatting, intentie,
gedeelde afspraak)
Intentie

Ambulante hulp en toegang en
Toeleiding 1
(Wijk of Buurt teams)
specialistische ambulante
ondersteuning (GGZ, LVB, jeugd
en opvoed hulp)
tweedelijns jeugd-GGZ,
derdelijns jeugd-GGZ,
Meldpunt Huiselijk Geweld en
Kindermishandeling (AMHK)
Kinderbeschermingsmaatregelen
Crisisdienst
Jeugdreclassering
Pleegzorg / (tijdelijke)
gezinsvervanqinq
Residentiële hulp,
multifunctionele centra, en
orthopedagogische
behandelcentra
Gesloten jeuqdhulp
Bladnummer 4/11
Zaaknummer
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
ï Lokaal en regionaal
Regionaal
Regionaal en
boven req ionaal
Bovenregionaal
Bovenregionaal
Bovenreqionaal
Bovenregionaal
1 Bovenregionaal
Bovenregionaal
Bovenregionaal
Bovenreq naai
transities
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
Intentie
2. Welke innovaties op het terrein van jeugd (of ook in samenhang met andere
decentralisaties?) vinden in uw regio p s vooruitlopend op de overgang van de
bestuurlijke verantwoordelijkheid per 1/1/2015?
• In het kader van de bestuurlijke afspraken "samenwerken aan de zorg voor
jeugd" tussen gemeenten en de provincie Utrecht zijn op Lekstroomniveau
pilots opgezet op het gebied van indicatievrije trajecten en aansluiting op
passend onderwijs.
• Tevens maken wij als Lekstroom gebruik van de provinciale
experimenteerregeling 2 e lijns zorg, waarvoor de plannen in concept gereed
zijn. Speerpunten hierbij zijn:
o Eerder passende ondersteuning
o Effectievere samenwerking
o Duurzamer oplossingen
3. Is continuïteit van zorg een gespreksonderwerp met de huidige financiers en
uitvoerders?
• Dit is een prominent onderwerp op de transitieagenda jeugdzorg
• Tevens dragen wij met de antwoorden onder punt 2 bij aan de dialoog over
continuïteit van zorg
1 Deze kan deels lokaal wordt uitgevoerd door bijv. de huisarts of wijkteam
en deels ook regionaal kan worden ingekocht, denk aan diagnose en onderzoek.

Bladnummer 5/11
Zaaknummer
2 0 13*219
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
4. In hoeverre wordt er gewerkt aan inhoudelijke afspraken over samenwerking op
/
samenhang met aanpalende beleidsterreinen (onderwijs, veiligheid, werk e. d.);
• Er is een regionaal samenwerkingsverband WIL (werk en inkomen Lekstroom)
• Er is een regionale visie op Passend onderwijs die door de portefeuillehouders
wordt gedragen
• Er wordt invulling gegeven aan een bredere samenwerking in het sociaal
domein. Zie daarvoor de samenwerkingsovereenkomst sociaal domein
Lekstroom
5. Hoe wordt gewerkt aan het opbouwen van expertise van gemeentelijke
bestuurders en
ambtenaren in uw regio?
• Via het ontwikkelen van de gezamenlijke transitieagenda en de werkgroepen
die daar uit voortvloeien
Door middel van kennisateliers en provinciebrede conferenties
Door het houden van regionale workshops in Lekstroom met indien nodig
externe begeleiding
Door het (in 2012) organiseren van gezamenlijke bezoekrondes op ambtelijk
niveau aan alle zorgaanbieders, BJZ en een cliëntenorganisatie (JIJ-Utrecht)
Via het ambtelijk en bestuurlijk platform jeugdzorg en brede
wethoudersoverleggen
Door bijeenkomsten 'statenleden ontmoeten raadsleden'
GOVERNANCE
1. Wat is uw visie op het terrein van samenwerking tussen gemeenten en op welke
manier
wordt samengewerkt? Meer in het bijzonder:
a. Is er een gedeelde visie en plan van aanpak met een planning tot aan de
transitie,
inclusief financiële, personele planning?
Zie hiervoor de transitieagenda en de samenwerkingsbijeenkomst sociaal domein.
Hierbij zal op korte termijn een financiële en personele planning opgesteld worden.
b. Hebben de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten ingestemd met de
wijze van samenwerking en de samenwerkingsstructuur?
• De samenwerkingsovereenkomst sociaal domein Lekstroom is bestuurlijk
vastgesteld, en zal in juni aan de gemeenteraden van de deelnemende
Lekstroomgemeenten ter vaststelling worden voorgelegd
• De Transitieagenda is bestuurlijk vastgesteld
c. Zijn er afspraken over de doelstelling/opdracht van de samenwerking,

Bladnummer 6/11
Zaaknummer
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
bijvoorbeeld alleen beleidsvoorbereidend of ook uitvoeringsaspecten
(inkooporganisatie) ?
Vooralsnog betreffen de afspraken alleen de voorbereiding voor de transitie
d. Is de samenwerking juridisch geborgd?
Het is nog te vroeg om op deze vraag inhoudelijke antwoorden te geven
2. Op welke manier is er een overleg met maatschappelijke partners, waaronder in
ieder
geval:
> (Passend) onderwijs
> Raad voor de Kinderbescherming
> jeugdzorgaanbieders
> bureaus jeugdzorg
> cliënten(organisaties)
• Lekstroom heeft een ambtelijk kennismakingsronde langs alle zorgaanbieders
(ook GGZ en LVG), BJZ en JIJ-Utrecht gemaakt. Met BJZ wordt nietgestructureerd
overleg gevoerd, net als met jeugdzorgaanbieders. Een aantal
jeugdzorgaanbieders is verbonden aan de pilots
• Lekstroom heeft een ambtelijk kennismakingsronde langs alle zorgaanbieders
(ook GGZ en LVG), BJZ en JIJ-Utrecht gemaakt
• Met andere maatschappelijke partners worden verkennende gesprekken
gevoerd. De communicatie zal in het kader van de transitieagenda en de
samenwerking in Lekstroom structureler van aard worden
• Cliëntenorganisatie JIJ-Utrecht is betrokken bij opzet en uitwerking van de
transitieagenda, net als Bureau Jeugdzorg
• Op Lekstroomniveau is er bestuurlijk en ambtelijk overleg met
samenwerkingsverbanden en onderwijsbesturen over Passend Onderwijs
3. Op welke manier is er een overleg met de huidige financiers van de jeugdzorg
(provincies,
zorgkantoren en zorgverzekeraars)?
• Er is structureel overleg met de provincie, ook in regioverband.
• De overleggen met zorgkantoren en zorgverzekeraars beginnen nu op gang te

Bladnummer 7/11
Zaaknummer
2 O 1 3 - 2 1 ^
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
BIJLAGE: VRAGENLIJST GEMEENTELIJKE SAMENWERKING DECENTRALISATIE
AWBZ NAAR WMO
GOVERNANCE
1 Met welke gemeenten werkt u op dit moment samen bij de voorbereiding van de
decentralisatie van AWBZ taken naar de WMO?
Naam/omschrijving samenwerkingsverband: Lekstroom
Deelnemende gemeenten: Houten, IJsselstein, Lopik, Nieuwegein, Vianen
Contactgegevens samenwerkingsverband: voor decentralisatie Awbz
Naam contactpersoon: Lillian Petter
Functie contactpersoon: projectleider decentralisatie Awbz gemeente Nieuwegein
Website met openbare informatie samenwerkingsverband: n.v.t.
2 Zijn dit dezelfde gemeenten als waarmee u de decentralisatie van de Jeugdzorg
voorbereidt?
Ja
3 Wat zijn de belangrijkste overwegingen om voor jeugdzorg en WMO al of niet
met dezelfde gemeenten samenwerking vorm te geven?
de vijf gemeenten werken al langer samen in uiteenlopende dossiers
- de gewenste integraliteit voor inwoners van ondersteuning en zorg (1
huishouden - 1 plan - 1 regisseur gedachte)
vaak is sprake van dezelfde zorgaanbieder
4 In hoeverre wordt er gewerkt aan inhoudelijke afspraken over samenwerking op /
samenhang met andere beleidsterreinen dan Jeugdzorg, zoals passend onderwijs,
veiligheid, werk, e.d.?
Op het gebied van werk en inkomen wordt door de vijf gemeenten samengewerkt
in de gemeenschappelijke regeling Werk & Inkomen Lekstroom. De vijf gemeenten
vormen samen ook de bestuurscommissie Lekstroom van de GGD Midden
Nederland (bovenregionale gemeenschappelijke regio) en leveren samen een
medewerker in het Veiiigheidshuis. Samen zijn ze lid van hetzelfde politiedistric
Utrecht-west en Veiligheidsregio Utrecht lekstroom. Zie verder de aanbiedbrief.
5 Kunt u beknopt (in steekwoorden of op hoofdlijnen) uw visie op het terrein van
samenwerking tussen gemeenten weergeven?
Meer in het bijzonder:
Zijn er afspraken over de doelstelling/opdracht van de samenwerking?
Gaat het om beleidsvoorbereiding?

Bladnummer 8/11
Zaaknummer
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
Beleidsafstemming vindt plaats in een bestuurlijk platform waartoe bijgevoegde
samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein Lekstroom is gesloten.
Het bestuurlijk platform wordt ambtelijk voorbereid in een regionale werkgroep
transitie Awbz.
Worden ook uitvoeringsaspecten overwogen?
In onderzoek. Zie ook hieronder, bij 8.
Is er sprake van een gedeelde visie?
Is deze visie beschreven?
Momenteel nog niet. Hier wordt aan gewerkt.
Is er een tijdsplanning tot aan de transitie?
Ja
Is er een financiële en personele planning tot aan de transitie?
Nog niet
6 Hebben de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten ingestemd met de
wijze van samenwerking en de samenwerkingsstructuur?
Dit wordt uiterlijk in juni met gemeenteraden besproken..
7 In welke vorm is de samenwerking juridisch geborgd?
Zie bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst.
INHOUD
8 In hoeverre is er een gedeelde visie in de regio over wat er op lokaal, regionaal
en bovenregionaal niveau dient te worden ingekocht of georganiseerd?
Taak/activiteit
Toegang Wmo/ Front office
Sociale kaart
PGB-keuzen
Welzijn en
zorqarranqementen
Gezamenlijke inkoop,
bekostigingstechniek en
kwaliteitsafspraken
Niveau (lokaal,
regionaal of
bovenregionaal)
Concept regionaal,
uitvoerinq lokaal
Regionaal (ontwikkeling
concept), lokaal (invulling
kaart)
Lokaal
Lokale pilots, regionale
inzet
Regionaal
Status (nog geen
opvatting, intentie,
gedeelde afspraak)
intentie
intentie
intentie
intentie
1 intentie

Backoffice (registratie,
verantwoording, facturatie,
kwaliteitscontrole,
persoonsdossier/
:lientvolqsysteem)
Jijzondere qroepen
Vervoer
Regionaal
Reqionaal
Bovenregionaal
Bladnummer 9/11
Zaaknummer
2 0 13-219
onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
intentie
intentie
gedeelde afspraak
9 Staat het overleg met maatschappelijke partners op de agenda van het
samenwerkingsverband?
Zorgverzekeraars
Zorq kantoor
Zorgaanbieders huidige
AWBZ sector
Zorgaanbieders/instellingen
van bestaande WMO taken.
WMO raden/
clientenorganisaties
Wijk/buurtorganisaties
Anders, nl:
woningcorporaties, eerste
lijns gezondheidszorg,
bedrijfsleven
Niveau (lokaal,
regionaal of
bovenregionaal)
Soms lokaal/ regionaal
Soms lokaal/ reqionaal
Lokaal/ regionaal
Lokaal/ regionaal
Lokaal
Lokaal
Soms lokaal
Status
loopt
loopt
loop
loopt
loopt
loopt
loopt
10 Hoe wordt gewerkt aan het opbouwen van expertise van gemeentelijke
bestuurders en ambtenaren in uw regio?
Lokaal: bijeenkomsten met gemeenteraden, werkbezoeken, ambtelijke
studiedagen.
Afzonderlijke gemeenten (bestuurders/ ambtenaren) zijn bovendien lid van een
breed kennisnetwerk. Lid van o.a. Wmo-werkplaats Utrecht (Hogeschool Utrecht),
VNG-groep van Kantelgemeenten, referentiegroep Zorg Kamer van Koophandel
Utrecht.
Samenwerking met bijvoorbeeld Cliënten Belang Utrecht, Verweij-Jonker Instituut,
Twynstra Gudde, Jos van der Lans, Trimbos Instituut, ZonMw.
Regionaal: in wording
Bovenregionaal: kennisbijeenkomsten U10

Bladnummer 10/1
Zaaknummer
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
BIJLAGE: Samenwerkingsovereenkomst Sociaal Domein
Lekstroom
De gemeenten in de Lekstroomregio, Houten, Dsselstein, Lopik, Nieuwegein en
Vianen,
a. Overwegend dat zij al geruime tijd in een aantal verschillende dossiers
samenwerken, waaronder de gemeenschappelijke regeling WIL (Werk &
Inkomen Lekstroom) en de regionale bestuurscommissie GGD MN, en de
wens hebben om samen slagvaardiger en integraler op te treden,
b. Overwegend dat de decentralisaties van delen van de Awbz, Werk &
Inkomen en Jeugdzorg (en de relaties met de decentralisatie passend
onderwijs) het wenselijk maken de samenwerking te verstevigen en te
onderzoeken waarin gezamenlijke aanpak van onderdelen daarvan van
meerwaarde is voor het functioneren van het sociaal domein,
c. Overwegend dat zij willen starten met een Regeling zonder meer, als
bedoeld in art 1 Wet Gemeenschappelijke Regelingen,
d. Met het mogelijke perspectief te komen tot een verdergaande vorm van
samenwerking, zoals bijvoorbeeld een gemeenschappelijke regeling voor
bepaalde gezamenlijke activiteiten,
Komen overeen
1. de bestuurlijke overleggen in het sociale domein van de
Lekstroomgemeenten zoveel mogelijk te bundelen, waarb
besluitvorming vooraf wordt gegaan door ambtelijke voorbereiding. De
wethouders spreken namens de colleges van B&W.
2. dat de Lekstroom de primaire en prioritaire samenwerkingsregio is waar
het gaat om de drie decentralisaties in het sociale domein zoals
hierboven benoemd.
3. dat de samenwerking in de Lekstroom mede is gericht op het versterken
van de samenwerking in U10- en provinciaal verband.

Bladnummer 11/11
Zaaknummer
2 0 13-219
Onderwerp inventarisatie regionale samenwerking
transities
4. dat dit onverlet laat de ruimte voor afzonderlijke gemeenten om met
andere gemeenten buiten de Lekstroom samen te werken of onderling
op onderdelen intensiever samen te werken dan met de anderen.
5. dat de regeling een maximale looptijd heeft tot en met 31 december
2014.
Namens Houten, R.G. Boekhoven
Namens Dsselstein, drs. P.C. van den Brink
Namens Lopik, R.G. Westerlaken-Loos
Namens Nieuwegein, F.T.J.M. Backhuijs
Namens Vianen, W.G. Groeneweg
Toelichting
Ad a. Andere voorbeelden van samenwerking zijn:
• Onderwijs
• Toekomst algemeen maatschappelijk werk
• Toekomst Jeugdgezondheidszorg
• Het WSW-bedrijf Pauw (gemeenschappelijke regeling waarin Lopik,
Dsselstein, Nieuwegein en Vianen participeren)
Ad c. Er is uitgegaan van een publiekrechtelijke 'regeling zonder meer'. Daarin
wordt geregeld de intentie tot samenwerking evenals het doel, de aard en de
wijze waarop deze zal plaatsvinden - VNG, 'Grip op samenwerking'. Door het
aanhalen van art 1 WGR verkrijgt de samenwerkingsovereenkomst een
publiekrechtelijk karakter.
Ad d. Het is een optie om de gezamenlijke activiteiten in een overkoepelende
gemeenschappelijke regeling Lekstroom onder te brengen. Het gebruik maken
van deze optie vraagt t.z.t. afzonderlijke besluitvorming.
Ad 2. De Lekstroom is het samenwerkingsverband waarin de betreffende
gemeenten als eerste samenwerkingskansen benutten. En bij een vergelijking van
andere samenwerkingsmogelijkheden, is het ook het belangrijkste. Er wordl
prioriteit aan gegeven.