09.09.2013 Views

Ezechiël: een bewogen grensganger - Protestantse Gemeente ...

Ezechiël: een bewogen grensganger - Protestantse Gemeente ...

Ezechiël: een bewogen grensganger - Protestantse Gemeente ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

De ‘hangende tuinen’ in Babylon (= Poort van God) bestonden uit<br />

<strong>een</strong> serie terrassen, omringd door muren met torens. Op die<br />

muren waren bomen, struiken en bloemen geplant. De tuinen<br />

'hingen' als het ware boven de oevers van de rivier de Eufraat.<br />

Bijzonder was de irrigatiemethode: onderaardse kanalen zorgden<br />

voor de aanvoer van water. Volgens de legende liet Nebukadnezar<br />

de tuinen aanleggen om zijn depressieve kersverse echtgenote,<br />

Amytes, op te vrolijken. Amytes kwam uit <strong>een</strong> bergachtige<br />

streek en was gewend veel groen om zich h<strong>een</strong> te hebben. De<br />

tuinen moesten haar helpen wennen aan het leven in het grote<br />

Babylon.<br />

me en assimilatie, leerde <strong>een</strong> individuele verantwoordelijkheid<br />

en bereidde de herbouw<br />

van de joodse staat na de ballingschap voor.<br />

Hoewel hij g<strong>een</strong> spoedige bevrijding verwachtte,<br />

zag hij toch in de verre toekomst <strong>een</strong><br />

nationaal herstel (33–37) en maakte hij het<br />

bestek van <strong>een</strong> nieuwe tempel met gedetailleerde<br />

bijzonderheden (40–43). Het benadrukken<br />

van de geboden en van Gods trouw<br />

door <strong>Ezechiël</strong>, maakte dat de ballingen zich<br />

min of meer gingen vastklampen aan de wetsgehoorzaamheid<br />

en de belofte van Gods<br />

trouw. Uit deze houding groeide <strong>een</strong> nieuwe<br />

geloofsbeleving rond en in de synagoge waar<br />

de Thora werd gelezen en geleerd.<br />

De tijd waarin <strong>Ezechiël</strong> leefde<br />

<strong>Ezechiël</strong> leefde in <strong>een</strong> roerige tijd. De Scythen<br />

(<strong>een</strong> Indo-Europees nomadisch volk van<br />

Iraanse afkomst dat leefde op de steppen van<br />

Centraal-Azië) en Cimmeriërs (<strong>een</strong> vroeg-<br />

Europees ruitervolk) plunderden het gebied<br />

ten noordwesten van de Eufraat. De Meden<br />

(<strong>een</strong> Iraans volk) verwoestten in 614 Assur<br />

(gelegen aan de Tigris in het huidige Irak). Nabopolassar, de koning van Babylonië, sloot zich bij de Meden<br />

aan en bracht samen met hen in 612 'de woning van de leeuwen', Ninevé, de hoofdstad van Assyrië<br />

(even<strong>een</strong>s aan de Tigris gelegen), ten val. Het <strong>een</strong>s zo machtige Perzische (Assyrische) Rijk was nu gereduceerd<br />

tot <strong>een</strong> aantal troepen, generaals en edelen die zich om Harran (<strong>een</strong> stad in het zuidoosten van Turkije<br />

bij de grens met Syrië), rond de laatste Assyrische koning, Assur-uballit II, schaarden.<br />

Josia, de koning van de Assyrische vazalstaat Juda, zag zijn kans schoon. Hij herstelde het Judese<br />

gezag over <strong>een</strong> groot deel van het gebied waarover David <strong>een</strong>s regeerde. Hij streefde naar <strong>een</strong> nationaal en<br />

religieus reveil om langs die weg de onafhankelijkheid van zijn land te bewaren. Josia had de kant van de<br />

opstand tegen Assyrië gekozen en was dus bereid Nabopolassar te steunen. Maar Necho II, de Egyptische<br />

farao, vreesde <strong>een</strong> nieuwe sterke macht in de streken van de Eufraat en de Tigris en koos ervoor om het<br />

zwakke Assyrische rijk te steunen. Toen dit in 610 onder de voet dreigde te worden gelopen, schoot hij te<br />

hulp. Josia wilde voorkomen dat Necho Juda zou beschouwen als <strong>een</strong> hem toebehorende doorgangsweg<br />

naar het noorden. Hij probeerde Necho en het optrekkende Egyptische leger bij Megiddo tegen te houden.<br />

Josia kwam daarbij om het leven (608). De Egyptenaren<br />

staken nu de Eufraat over en belegerden samen met Assuruballit<br />

II Harran. De Babyloniërs wisten zonder al te veel tegenstand<br />

te ontmoeten Harran in te nemen. Assur-uballit moest<br />

vluchten. Necho trok zich terug. Wel liet hij <strong>een</strong> leger achter<br />

om Syrië verder te controleren.<br />

Op zijn terugtocht naar Egypte zette Necho Joachaz,<br />

die zijn vader Josia was opgevolgd als koning van Juda, af en<br />

verving hem al na drie maanden door diens broer Eljakim die<br />

toen van Necho de naam Jojakim ontving (2 Koningen 23:34).<br />

Daarmee werd Juda <strong>een</strong> vazalstaat van Egypte. Ondertussen<br />

probeerden de Babyloniërs de Egyptenaren te verdrijven uit<br />

hun posities ten westen van de Eufraat. Hun koning, Nabopolassar,<br />

liet in 605 het commando over aan zijn zoon Nebukadnezar<br />

II. Die wist de Egyptenaren kort daarna beslissend te<br />

verslaan in de Slag bij Karkemish. Met de invloed van Egypte in<br />

Syrië en Palestina was het nu afgelopen. Juda werd vazalstaat<br />

van Babel. Met de strijd om de macht tussen Egypte en Baby-<br />

Nebukadnessar<br />

3

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!