09.09.2013 Views

Volledige tekst - Tijdschrift voor Sociale en Economische ...

Volledige tekst - Tijdschrift voor Sociale en Economische ...

Volledige tekst - Tijdschrift voor Sociale en Economische ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Tim So<strong>en</strong>s<br />

POLDERS ZONDER POLDERMODEL?<br />

E<strong>en</strong> onderzoek naar de rol van inspraak <strong>en</strong> overleg in de waterstaat<br />

van de laatmiddeleeuwse Vlaamse kustvlakte (1250-1600)<br />

Decision-making in medieval coastal water managem<strong>en</strong>t (Flanders,<br />

1250-1600)<br />

The managem<strong>en</strong>t of the coastal water control system in the medieval Low Countries<br />

was characterized by a bottom-up organisation, with appar<strong>en</strong>tly broad participation<br />

of all people concerned. The joint effort of rural communities facing<br />

the threat of inundation and land-loss, is oft<strong>en</strong> considered to have be<strong>en</strong> at the<br />

very origin of a long-lasting tradition of non-hierarchical, bottom-up decisionmaking<br />

– the so-called ‘polder-model’. This hypothesis is verified for the latemedieval<br />

Flemish coastal plain. Notwithstanding the formal att<strong>en</strong>tion paid to<br />

participation and broad consultation, the everyday practice of decision-making<br />

in rural water managem<strong>en</strong>t was probably more influ<strong>en</strong>ced by hierarchical relations<br />

and income strategies of elite social groups than oft<strong>en</strong> thought, with the<br />

participation of peasant populations ev<strong>en</strong> further limited as the commercialisation<br />

of the rural economy w<strong>en</strong>t on.<br />

Het poldermodel. Strikt gesprok<strong>en</strong> slaat de term op de succesvolle Nederlandse<br />

variant van c<strong>en</strong>traal overleg tuss<strong>en</strong> werkgevers, werknemers <strong>en</strong> de overheid,<br />

gericht op loonmatiging <strong>en</strong> het schepp<strong>en</strong> van nieuwe ban<strong>en</strong> via perman<strong>en</strong>t<br />

overleg <strong>en</strong> het strev<strong>en</strong> naar cons<strong>en</strong>sus. Dit poldermodel, waarvan de<br />

aanvang vaak gesitueerd wordt bij het akkoord van Wass<strong>en</strong>aar uit 1982, verloor<br />

echter veel van zijn modelwaarde sinds de economische terugval rond de<br />

mill<strong>en</strong>niumwisseling. Als omschrijving <strong>voor</strong> het c<strong>en</strong>traal sociaal-economisch<br />

overleg hanteert m<strong>en</strong> vandaag dan ook liever e<strong>en</strong> iets neutralere term als bij<strong>voor</strong>beeld<br />

‘overlegeconomie’. 1 De term ‘poldermodel’ heeft echter inmiddels<br />

ook e<strong>en</strong> tweede, veel ruimere invulling gekreg<strong>en</strong>, met name de specifiek<br />

Nederlands geachte vorm van besluitvorming, waarbij door <strong>voor</strong>tdur<strong>en</strong>d over-<br />

1. D. Arnoldus e.a., ‘De groei van de overlegeconomie in Nederland <strong>en</strong> België. E<strong>en</strong> overzicht<br />

van ontwikkeling<strong>en</strong> in het onderzoek’, <strong>Tijdschrift</strong> <strong>voor</strong> <strong>Sociale</strong> <strong>en</strong> <strong>Economische</strong> Geschied<strong>en</strong>is<br />

1 (2004) 77-79; M. Bouman, Hollandse overmoed. Hoe de beste economie van de wereld<br />

ontspoorde (Amsterdam 2006).<br />

tijdschrift <strong>voor</strong> sociale <strong>en</strong> economische geschied<strong>en</strong>is 3 [2006] nr. 4, pp. 3-36


4 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

leg <strong>en</strong> actieve inbr<strong>en</strong>g van alle direct betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> getracht wordt tot e<strong>en</strong> <strong>voor</strong><br />

iedere<strong>en</strong> leefbare cons<strong>en</strong>sus te kom<strong>en</strong>. Ook hier verwijst de term dus zowel<br />

naar e<strong>en</strong> regionale sociaal-economische structuur als naar e<strong>en</strong> geheel van<br />

instituties <strong>en</strong> culturele gewoont<strong>en</strong>. 2 Terwijl het poldermodel in strikte zin echter<br />

e<strong>en</strong> duidelijk twintigste-eeuws gegev<strong>en</strong> is, wordt het poldermodel in brede<br />

zin veel verder terug in de tijd gevoerd. De oorsprong van het ‘polderd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>’<br />

wordt immers meestal gesitueerd bij de lange traditie van sam<strong>en</strong>werking,<br />

inspraak <strong>en</strong> besluitvorming-van-onderaf in waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>: het<br />

is de strijd teg<strong>en</strong> het water die de middeleeuwse polderbewoners tot e<strong>en</strong> dergelijke<br />

structurele vorm van sam<strong>en</strong>werking zou hebb<strong>en</strong> bewog<strong>en</strong>. De hydrografische<br />

structuur van het land leidde als het ware vanzelf tot kleinschalige, autonome<br />

<strong>en</strong> democratische bestuursvorm<strong>en</strong> aldus Johan Huizinga. 3 Hoewel historici<br />

sinds Huizinga niet blind war<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de vele conflict<strong>en</strong> die de waterstaat<br />

in de Lage Land<strong>en</strong> vanaf de middeleeuw<strong>en</strong> tot hed<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkt<strong>en</strong>, blev<strong>en</strong> ze<br />

toch de nauwe band van de waterstaat met het cons<strong>en</strong>susmodel b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong>. 4<br />

Meer nog, dit ‘overbek<strong>en</strong>de lied van het water <strong>en</strong> de dijk<strong>en</strong> […] verbond<strong>en</strong> met<br />

de saga van overleg <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking, van burgerlijkheid <strong>en</strong> pragmatisme <strong>en</strong><br />

van democratie <strong>en</strong> tolerantie’, is volg<strong>en</strong>s Ed Jonker wellicht het meest k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>de<br />

onderdeel van de traditionele canon der Nederlandse geschied<strong>en</strong>is. 5 In<br />

e<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t essay getiteld Erasmus <strong>en</strong> het Poldermodel, vat Herman Pleij de gangbare<br />

visie op de oorsprong van het poldermodel dan ook als volgt sam<strong>en</strong>:<br />

Het begint al bij de relatieve onbestuurbaarheid van het Noord<strong>en</strong> van de Lage<br />

Land<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van de waterige conditie. De gebruikelijke hiërarchische<br />

verhouding<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> vat op polder, klei <strong>en</strong> turf, <strong>en</strong> feodale structur<strong>en</strong><br />

blijv<strong>en</strong> in hoge mate achterwege. Dat plaatst de middeleeuwse ontginners <strong>en</strong><br />

exploitant<strong>en</strong> […] al van meet af aan in e<strong>en</strong> toch wel merkwaardige positie van<br />

gelijkheid <strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werking. 6<br />

Kortom, de middeleeuwse dijk<strong>en</strong> verdroeg<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> erfelijk leiderschap, maar<br />

dwong<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>deel tot <strong>voor</strong>tdur<strong>en</strong>de discussie, overleg <strong>en</strong> pragmatische<br />

besluitvorming. 7 M<strong>en</strong> kan zich echter de vraag stell<strong>en</strong> in hoeverre dit beeld<br />

2. J.L. van Zand<strong>en</strong>, ‘Loonmatiging <strong>en</strong> het poldermodel in historisch perspectief’, <strong>Tijdschrift</strong><br />

<strong>voor</strong> Arbeidsvraagstukk<strong>en</strong> 18 (2002) 284; L. Dels<strong>en</strong>, Exit poldermodel? Sociaal-economische<br />

ontwikkeling<strong>en</strong> in Nederland (Ass<strong>en</strong> 2001) 9-21.<br />

3. J. Huizinga, Nederland’s beschaving in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw (3e druk; Haarlem 1963) 12-13.<br />

4. J. L<strong>en</strong>dering, Polderd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. De wortels van de Nederlandse overlegcultuur (Amsterdam<br />

2005) 7-8.<br />

5. E. Jonker, ‘Sotto Voce. Id<strong>en</strong>titeit, burgerschap <strong>en</strong> de nationale canon’, <strong>Tijdschrift</strong> <strong>voor</strong><br />

Geschied<strong>en</strong>is 119 (2006) 178-195.<br />

6. H. Pleij, Erasmus <strong>en</strong> het poldermodel (Amsterdam 2005) 27.<br />

7. Ibidem 28.


Polders zonder poldermodel? » 5<br />

nu ook daadwerkelijk strookt met de praktijk van het historische waterbeheer<br />

in de kustvlakte. Hoe functioneerde dit verme<strong>en</strong>de besluitvormingsmodel<br />

van onderaf (bottom-up) nu in de praktijk? Was er ruimte <strong>voor</strong> inspraak, <strong>en</strong> zo<br />

ja, wanneer, <strong>voor</strong> wie <strong>en</strong> in welke mate? Hoe verliep<strong>en</strong> overleg, discussie <strong>en</strong><br />

debat over waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>? Primeerde bij het uitstippel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

afdwing<strong>en</strong> van het beleid de cons<strong>en</strong>sus van alle belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> inderdaad<br />

over loutere hiërarchische verhouding<strong>en</strong>? En is er sprake van e<strong>en</strong> evolutie in<br />

tijd <strong>en</strong> ruimte? Ondanks de retoriek over het inspraakgerichte karakter van<br />

het waterbeheer, wordt aan deze <strong>en</strong> andere vrag<strong>en</strong> slechts verrass<strong>en</strong>d weinig<br />

aandacht geschonk<strong>en</strong> in de bestaande waterstaatshistorische literatuur. 8 E<strong>en</strong><br />

van de red<strong>en</strong><strong>en</strong> daar<strong>voor</strong> is zonder twijfel het relatieve gebrek aan praktijkbronn<strong>en</strong><br />

<strong>voor</strong> de periode tot 1500. In het algeme<strong>en</strong> zijn we trouw<strong>en</strong>s maar<br />

karig geïnformeerd over de <strong>voor</strong>bereiding, het overleg <strong>en</strong> de discussies die in<br />

de middeleeuwse periode aan besluitvorming over publieke aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

<strong>voor</strong>afging<strong>en</strong>, zeker <strong>voor</strong> wat het platteland betreft. 9 Voor de waterstaat<br />

is dat niet anders <strong>en</strong> word<strong>en</strong> we bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> geconfronteerd met de in de<br />

regel zeer gebrekkige bewaring van de archiev<strong>en</strong> van lokale <strong>en</strong> regionale<br />

waterschapp<strong>en</strong> in de periode <strong>voor</strong> het midd<strong>en</strong> van de zesti<strong>en</strong>de eeuw. 10 Deze<br />

bronn<strong>en</strong>schaarste beperkt zonder twijfel het aantal mogelijke case-studies,<br />

zeker <strong>voor</strong> wat betreft de noordelijke Nederland<strong>en</strong>. Voor e<strong>en</strong> deel van de<br />

Vlaamse kustvlakte is de bewaringstoestand van de bronn<strong>en</strong> heel wat beter.<br />

Met name <strong>voor</strong> het Brugse Vrije, de c<strong>en</strong>trale kustkasselrij rond Brugge die<br />

zich uitstrekte tuss<strong>en</strong> de IJzer bij Nieuwpoort <strong>en</strong> Biervliet in Zeeuws-Vlaander<strong>en</strong>,<br />

beschikk<strong>en</strong> we vanaf de late derti<strong>en</strong>de eeuw over vrij doorlop<strong>en</strong>de<br />

8. Met als uitzondering de besluitvorming na grote overstromingsramp<strong>en</strong>, waarbij ook<br />

hogere echelons betrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong>: C. Dekker, ‘Tuss<strong>en</strong> twee vloed<strong>en</strong>. De strijd teg<strong>en</strong> het<br />

water in Zeeland bewest<strong>en</strong> Schelde tuss<strong>en</strong> 1530 <strong>en</strong> 1532’, Bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> Mededeling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de<br />

de Geschied<strong>en</strong>is der Nederland<strong>en</strong> 103 (1988) 607-621; M. Jakubowski-Tiess<strong>en</strong>, Sturmflut<br />

1717: die Bewältigung einer Naturkatastrophe in der früh<strong>en</strong> Neuzeit (Münch<strong>en</strong> 1992).<br />

9. Veruit het best bestudeerd blijft de besluitvorming bij repres<strong>en</strong>tatieve politieke organ<strong>en</strong>,<br />

de volks-, stat<strong>en</strong>- <strong>en</strong> stand<strong>en</strong>verteg<strong>en</strong>woordiging. Zie rec<strong>en</strong>t: M. Boone, ‘“In d<strong>en</strong> beginne<br />

was het woord”. De vroege groei van “parlem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>” in de middeleeuwse vorst<strong>en</strong>domm<strong>en</strong><br />

der Nederland<strong>en</strong>’, Bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> Mededeling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de geschied<strong>en</strong>is der Nederland<strong>en</strong> 120<br />

(2005) 338-361; naast de talrijke regionale studies, kan verder verwez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> naar W.P.<br />

Blockmans, ‘A typology of repres<strong>en</strong>tative institutions in late medieval Europe’, Journal of<br />

Medieval History 4 (1978) 189-195; Th. N. Bisson, ‘The problem of medieval parliam<strong>en</strong>tarism:<br />

a review of work published by the International Commission for the History of Repres<strong>en</strong>tative<br />

and Parliam<strong>en</strong>tary Institutions, 1936-2000’, Parliam<strong>en</strong>ts, Estates & Repres<strong>en</strong>tation<br />

21 (2001) 1-14 <strong>en</strong> <strong>voor</strong> de vroegere periode: P.S. Barnwell <strong>en</strong> M. Mostert (eds.), Political<br />

assemblies in the earlier Middle Ages (Turnhout 2003).<br />

10. H. Danner <strong>en</strong> F. Kappers (eds.), Geld onder water. E<strong>en</strong> onderzoek naar financiële bescheid<strong>en</strong><br />

in de archiev<strong>en</strong> van Noord-Hollandse droogmakerij<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de Vroegmoderne Tijd (Amsterdam<br />

2002).


6 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

reeks<strong>en</strong> van boekhoudkundige <strong>en</strong> diplomatieke bronn<strong>en</strong> die ons toelat<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

relatief nauwkeurig beeld te krijg<strong>en</strong> van de wijze waarop de besluitvorming<br />

in het waterbeheer verliep. 11<br />

Ondanks het feit dat de economische <strong>en</strong> politieke ontwikkeling van het<br />

middeleeuwse graafschap Vlaander<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geheel eig<strong>en</strong> chronologie k<strong>en</strong>de<br />

– d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> we maar aan de vroege bloei van de internationale handel <strong>en</strong> de<br />

sterke verstedelijking <strong>voor</strong> 1200 – vertoont de waterstaat in de Vlaamse kustvlakte<br />

zowel organisatorisch als institutioneel heel wat gelijk<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> met de<br />

situatie in bij<strong>voor</strong>beeld Holland. 12 Ook in de middeleeuwse Vlaamse kustvlakte<br />

was de eerstelijnszorg <strong>voor</strong> afwatering <strong>en</strong> dijkbeheer gedec<strong>en</strong>traliseerd<br />

in hand<strong>en</strong> van waterschapp<strong>en</strong> – in Vlaander<strong>en</strong> meestal ‘watering<strong>en</strong>’, soms ook<br />

‘evering<strong>en</strong>’ g<strong>en</strong>aamd – waarvan de bevoegdhed<strong>en</strong> afgesplitst war<strong>en</strong> van het<br />

gewone plattelandsbestuur. De inspectie of ‘schouw’ van de infrastructuur<br />

vormde ook in de Vlaamse kustvlakte de hoekste<strong>en</strong> van de vroege waterstaatsorganisatie;<br />

de grondbezitters of ‘ingeland<strong>en</strong>’ war<strong>en</strong> verantwoordelijkheid<br />

<strong>voor</strong> het onderhoud van de waterstaatswerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> voerd<strong>en</strong> dat aanvankelijk zelf<br />

uit om het vervolg<strong>en</strong>s te deleger<strong>en</strong> aan het bestuur van het waterschap. E<strong>en</strong><br />

onderzoek naar de besluitvorming binn<strong>en</strong> de Vlaamse watering<strong>en</strong> heeft dus<br />

wel degelijk ook relevantie <strong>voor</strong> de noordelijke Nederland<strong>en</strong>, al was het maar<br />

door de vraag naar de ‘polder-oorsprong’ van de overlegeconomie scherp te<br />

stell<strong>en</strong>. Vanzelfsprek<strong>en</strong>d zull<strong>en</strong> niet alle conclusies zomaar kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

veralgeme<strong>en</strong>d. Zo zull<strong>en</strong> we zi<strong>en</strong> dat de Vlaamse kustvlakte heel snel de overgang<br />

maakte van e<strong>en</strong> <strong>voor</strong>al op zelf<strong>voor</strong>zi<strong>en</strong>ing gerichte landbouweconomie<br />

naar e<strong>en</strong> zeer commerciële vorm van landbouw, gedomineerd door middelgrote<br />

tot grote pachtbedrijv<strong>en</strong>. Andere kustregio’s k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> deze transformatie<br />

niet of slechts veel later, wat mogelijk gevolg<strong>en</strong> had <strong>voor</strong> de betrokk<strong>en</strong>heid van<br />

de plattelandsbevolking bij het waterbeheer. Ook de aanwezigheid van e<strong>en</strong><br />

11. E<strong>en</strong> overzicht van het bronn<strong>en</strong>materiaal vindt m<strong>en</strong> in E. Huys <strong>en</strong> M. Vandermaes<strong>en</strong>,<br />

‘De kustwatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> polders’, in: W. Prev<strong>en</strong>ier <strong>en</strong> B. Augustyn (eds.), De gewestelijke <strong>en</strong><br />

lokale overheidsinstelling<strong>en</strong> in Vlaander<strong>en</strong> tot 1795 (Brussel 1997) 594-612.<br />

12. Basiswerk<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de Noordelijke Nederland<strong>en</strong> zijn G.P. van de V<strong>en</strong>, Leefbaar laagland:<br />

geschied<strong>en</strong>is van de waterbeheersing <strong>en</strong> landaanwinning in Nederland (5e druk; Utrecht 2003);<br />

H. van der Lind<strong>en</strong>, ‘De Nederlandse waterhuishouding <strong>en</strong> waterstaatsorganisatie tot aan de<br />

moderne tijd’, Bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> Mededeling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de geschied<strong>en</strong>is der Nederland<strong>en</strong> 103<br />

(1988) 534-553 <strong>en</strong> zeer rec<strong>en</strong>t P. van Dam <strong>en</strong> M. van Tielhof, Waterstaat in sted<strong>en</strong>land. Het<br />

hoogheemraadschap van Rijnland <strong>voor</strong> 1857 (Utrecht 2006); <strong>voor</strong> het ontstaan <strong>en</strong> de institutionele<br />

ontwikkeling van de laatmiddeleeuwse watering<strong>en</strong> in Vlaander<strong>en</strong> verwijs ik naar:<br />

T. So<strong>en</strong>s, Waterbeheer in e<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong>leving. E<strong>en</strong> ecologische, sociaal-economische<br />

<strong>en</strong> politiek-institutionele studie van de watering<strong>en</strong> in het Vlaamse kustgebied<br />

tijd<strong>en</strong>s de overgang van de middeleeuw<strong>en</strong> naar de moderne tijd<strong>en</strong>. Testregio: het Brugse<br />

Vrije (Doctoraatsverhandeling Geschied<strong>en</strong>is Universiteit G<strong>en</strong>t 2006) <strong>en</strong> idem, ‘Explaining<br />

defici<strong>en</strong>cies of water managem<strong>en</strong>t in the late medieval Flemish coastal plain (13th-16th c<strong>en</strong>turies)’,<br />

Jaarboek <strong>voor</strong> Ecologische Geschied<strong>en</strong>is (2005) 35-61.


Polders zonder poldermodel? » 7<br />

Kaart 1 Het Brugse Vrije in het derde kwart van de zesti<strong>en</strong>de eeuw, met aanduiding van de belangrijkste<br />

in de <strong>tekst</strong> vermelde watering<strong>en</strong> (1: Blank<strong>en</strong>bergse watering; 2: Eiesluis; 3: Moerkerke Zuid-over-de-Lieve;<br />

4: Moerkerke Noord-over-de-Lieve; 5: Oude Yev<strong>en</strong>e-watering).<br />

sterk landsheerlijk gezag in het gebied – de kern van het domaniale bezit van<br />

de Vlaamse grav<strong>en</strong> bevond zich in de kustvlakte – kan e<strong>en</strong> factor van verschil<br />

zijn geweest, zeker in vergelijking met de niet-landsheerlijke gebied<strong>en</strong> in het<br />

noord<strong>en</strong> van het huidige Nederland. 13<br />

Rek<strong>en</strong>ing houd<strong>en</strong>d met deze beperking<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de meer dan honderd<br />

watering<strong>en</strong> in het Brugse Vrije, die in omvang varieerd<strong>en</strong> van <strong>en</strong>kele ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong><br />

tot meer dan 15000 hectare (Kaart 1) e<strong>en</strong> geschikte test-case vorm<strong>en</strong> <strong>voor</strong> ons<br />

onderzoek naar participatie, overleg <strong>en</strong> discussie in het middeleeuwse kustwaterbeheer.<br />

De vraag naar de wijze waarop de besluitvorming binn<strong>en</strong> deze<br />

watering<strong>en</strong> tot stand kwam, analyser<strong>en</strong> we daarbij op twee niveaus: <strong>en</strong>erzijds<br />

het discours over de besluitvorming zoals we dat aantreff<strong>en</strong> in praktijkbronn<strong>en</strong><br />

betreff<strong>en</strong>de het laatmiddeleeuwse waterbeheer, <strong>en</strong> anderzijds, de sociale,<br />

13. Friesland, maar ook Noord-Holland: zie G.J. Borger, ‘De strijd teg<strong>en</strong> <strong>en</strong> om het water:<br />

e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>de terugblik’, in: Holland <strong>en</strong> het water in de middeleeuw<strong>en</strong>. Strijd teg<strong>en</strong> het<br />

water <strong>en</strong> beheersing <strong>en</strong> gebruik van het water (Hilversum 1997) 143-144.


8 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

economische, <strong>en</strong> politieke context van deze besluitvorming. 14 Vooraleer dat te<br />

do<strong>en</strong> gaan we echter kort in op wat literatuur die het beeld van e<strong>en</strong> inspraak- <strong>en</strong><br />

cons<strong>en</strong>susgericht waterbeheer in de middeleeuwse polders e<strong>en</strong> theoretische<br />

onderbouw kunn<strong>en</strong> verl<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Historisch-bestuurskundige modell<strong>en</strong> <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> cons<strong>en</strong>sus-gericht<br />

waterbeheer in de middeleeuwse kustvlakte<br />

Het terugvoer<strong>en</strong> van het cons<strong>en</strong>susmodel als actueel politiek bestel naar de<br />

middeleeuwse polders <strong>en</strong> watering<strong>en</strong> lijkt theoretisch perfect te onderbouw<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> wel op basis van twee historisch-bestuurskundige modell<strong>en</strong>, <strong>en</strong>erzijds<br />

het kommunalisme dat door Peter Blickle rec<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> magistrale synthese<br />

werd gegot<strong>en</strong>, <strong>en</strong> anderzijds de theorievorming rond de zog<strong>en</strong>aamde Common<br />

Pool Resources, waaraan in de eerste plaats de naam van Elinor Ostrom verbond<strong>en</strong><br />

is. Het kommunalisme zoals dat door Blickle gedefinieerd wordt, is e<strong>en</strong><br />

sociaal-historisch maatschappijmodel in de overgang van e<strong>en</strong> feodale naar e<strong>en</strong><br />

kapitalistische sam<strong>en</strong>leving, waarbij de sam<strong>en</strong>leving in de eerste plaats geord<strong>en</strong>d<br />

wordt op basis van norm<strong>en</strong> <strong>en</strong> regels die door lokale geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />

zelf word<strong>en</strong> vastgelegd, waarbij zelfbeschikking <strong>en</strong> inspraak van onderaf dus<br />

wez<strong>en</strong>lijke k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zijn. C<strong>en</strong>traal in de kommunale maatschappijformatie<br />

van Blickle staat de Gemeinde of ‘geme<strong>en</strong>te’: op het platteland de geme<strong>en</strong>schap<br />

van zelfstandige boer<strong>en</strong> – bezitters dan wel uitbaters van e<strong>en</strong> hofstede – in e<strong>en</strong><br />

bepaald dorp; in de stad de gezam<strong>en</strong>lijke (meester-) ambachtslui vervat in de<br />

corporatieve ambachtsstructur<strong>en</strong>. In het ideale model van e<strong>en</strong> kommunale<br />

maatschappij <strong>voor</strong>zi<strong>en</strong> de led<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>schap op e<strong>en</strong>zelfde wijze in<br />

hun onderhoud. Ze del<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schappelijk waardepatroon<br />

<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hun dagelijks lev<strong>en</strong> gereguleerd door <strong>voor</strong> alle led<strong>en</strong> van de geme<strong>en</strong>schap<br />

uniforme instituties <strong>en</strong> organisaties, die grot<strong>en</strong>deels door de geme<strong>en</strong>schap<br />

zelf word<strong>en</strong> bepaald, doch waarbij de uitoef<strong>en</strong>ing van het bestuur door<br />

de geme<strong>en</strong>schap aan e<strong>en</strong> beperktere groep gedelegeerd wordt. 15 Ook al weigert<br />

Blickle de kommunale bestuursvorm democratisch te noem<strong>en</strong>, door de Delegation<br />

von unt<strong>en</strong> onderscheidt het kommunalisme zich toch wez<strong>en</strong>lijk van elke<br />

monokratische of autoritaire uitoef<strong>en</strong>ing van overheidsgezag. 16 Elinor Ostrom<br />

14. Hoewel probleemstelling <strong>en</strong> opzet van dit artikel strikt historisch zijn, vertoont de<br />

gevolgde methodologie hier <strong>en</strong>ige verwantschap met de Critical Discourse Analysis, die vanuit<br />

de linguïstiek de invloed van machtsverhouding<strong>en</strong>, ideologie, <strong>en</strong> (sociale) ongelijkheid<br />

op taal wil onderzoek<strong>en</strong>: N. Fairclough, Critical Discourse Analysis (Lond<strong>en</strong> 1995).<br />

15. P. Blickle, Kommunalismus. Skizz<strong>en</strong> einer gesellschaftlich<strong>en</strong> Organisationsform. Band 1:<br />

Oberdeutschland (Münch<strong>en</strong> 2000) vii, 15 <strong>en</strong> 40.<br />

16. Idem, Kommunalismus. Skizz<strong>en</strong> einer gesellschaftlich<strong>en</strong> Organisationsform. Band II:<br />

Europa (Münch<strong>en</strong> 2000) 132-133.


Polders zonder poldermodel? » 9<br />

van haar kant ontwikkelde e<strong>en</strong> analytisch kader om te onderzoek<strong>en</strong> hoe m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

instituties creëerd<strong>en</strong> <strong>voor</strong> het beheer van geme<strong>en</strong>schappelijke gebruiksgoeder<strong>en</strong>,<br />

de zog<strong>en</strong>aamde Common Pool Resources (CPR). Dit zijn goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> waarvan het moeilijk is mogelijke gebruikers uit te sluit<strong>en</strong>, doch<br />

waarbij het gebruik door de <strong>en</strong>e persoon toch t<strong>en</strong> koste gaat van het gebruik<br />

door e<strong>en</strong> andere persoon, in teg<strong>en</strong>stelling tot zuivere publieke goeder<strong>en</strong> als<br />

lucht. Wanneer het beheer van dergelijke geme<strong>en</strong>schappelijke gebruiksgoeder<strong>en</strong><br />

niet in hand<strong>en</strong> is van e<strong>en</strong> privé-persoon, noch van e<strong>en</strong> overheid, doch<br />

wel direct of indirect door de gebruikers zelf wordt verzorgd, sprek<strong>en</strong> we van<br />

specifieke CPR-instituties. 17<br />

Het lijkt verleidelijk om beide modell<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong> op het waterbeheer in<br />

de kustgebied<strong>en</strong> van de Lage Land<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> zowel drainage van oppervlaktewater<br />

als het <strong>voor</strong>zi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> adequate zeewering bij uitbreiding als vorm<strong>en</strong><br />

van geme<strong>en</strong>schappelijke gebruiksgoeder<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de inwoners van de<br />

kustvlakte kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> het beheer ervan sinds de middeleeuw<strong>en</strong><br />

inderdaad niet door privé-person<strong>en</strong>, noch door de overheid werd uitgeoef<strong>en</strong>d,<br />

is het niet verwonderlijk dat het CPR-model van Ostrom algauw overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

werd in de historisch-waterstaatkundige literatuur. Na aanzett<strong>en</strong> door Jozef<br />

Raadschelders <strong>en</strong> Theo Toon<strong>en</strong>, werd het CPR-model door Brigitta Dolfing uitgewerkt<br />

<strong>en</strong> toegepast op de organisatie van het waterbeheer in de Hoogheemraadschapp<strong>en</strong><br />

Rijnland <strong>en</strong> Delfland in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> achtti<strong>en</strong>de eeuw. 18<br />

Door toepassing van Ostroms ‘ontwerpprincipes’ betreff<strong>en</strong>de lidmaatschap,<br />

verdeling van bat<strong>en</strong> <strong>en</strong> last<strong>en</strong>, toezicht <strong>en</strong> sancties, aanpassing aan lokale<br />

omstandighed<strong>en</strong>, conflictbeslechting <strong>en</strong> erk<strong>en</strong>ning, tracht Dolfing te verklar<strong>en</strong><br />

waarom de waterschapp<strong>en</strong> als organisatie uitermate duurzaam blek<strong>en</strong> te<br />

zijn, zelfs al slaagd<strong>en</strong> ze er vaak niet in de inwoners van het kustgebied e<strong>en</strong><br />

adequaat waterbeheer te garander<strong>en</strong>. Het antwoord zou geleg<strong>en</strong> zijn in de<br />

geme<strong>en</strong>schapszin <strong>en</strong> de gevoel<strong>en</strong>s van aansprakelijkheid, verantwoordelijkheid<br />

<strong>en</strong> billijkheid, die aan de basis lag<strong>en</strong> van het ontstaan <strong>en</strong> de werking van<br />

de waterschapp<strong>en</strong>. 19 Als de waterstaat in middeleeuw<strong>en</strong> <strong>en</strong> Anci<strong>en</strong> Régime<br />

inderdaad op deze waard<strong>en</strong> gebaseerd was, staan we wel heel dicht bij het<br />

terugprojecter<strong>en</strong> van het ‘poldermodel’ naar de middeleeuwse polders. Of dezelfde<br />

waterschapp<strong>en</strong> ook als e<strong>en</strong> kommunale bestuursvorm kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

17. E. Ostrom, Governing the commons. The evolution of institutions for collective action (Cambridge<br />

1990); M. De Moor, L. Shaw-Taylor <strong>en</strong> P. Warde (eds.), The managem<strong>en</strong>t of common<br />

land in north west Europe, c. 1500-1850 (Turnhout 2002) 22-30 <strong>en</strong> 261.<br />

18. J.C.N. Raadschelders <strong>en</strong> Th. A.J. Toon<strong>en</strong>, ‘Theorie, casus <strong>en</strong> perspectief <strong>voor</strong> onderzoek’,<br />

in: idem (eds.), Waterschapp<strong>en</strong> in Nederland. E<strong>en</strong> bestuurskundige verk<strong>en</strong>ning van de<br />

institutionele ontwikkeling (Hilversum 1993)179-191; B. Dolfing, Waterbeheer geregeld? E<strong>en</strong><br />

historisch-bestuurskundige analyse van de institutionele ontwikkeling van de hoogheemraadschapp<strong>en</strong><br />

van Delfland <strong>en</strong> Rijnland, 1600-1800 (Leid<strong>en</strong> 2000).<br />

19. Dolfing, Waterbeheer, 494-498.


10 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

beschouwd, is dan weer minder duidelijk. Blickle zelf sluit de mogelijkheid<br />

alvast niet uit, maar durft ze ook niet zelf naar <strong>voor</strong> schuiv<strong>en</strong>. 20 Toch beschouwde<br />

Adriaan Verhulst de middeleeuwse Vlaamse watering<strong>en</strong> wel reeds<br />

als het niveau van besluitvorming <strong>en</strong> bestuur dat het meest toegankelijk was<br />

<strong>voor</strong> de inwoners van de kustgebied<strong>en</strong>, <strong>en</strong> als dusdanig als gemeindeartig kan<br />

word<strong>en</strong> beschouwd. 21 Voor Holland, <strong>en</strong> dan meer bepaald <strong>voor</strong> de ‘cope’-ontginningsgebied<strong>en</strong><br />

was H<strong>en</strong>drik van der Lind<strong>en</strong> heel wat minder terughoud<strong>en</strong>d:<br />

de vrije boer<strong>en</strong> of ‘bur<strong>en</strong>’ regeld<strong>en</strong> er in principe het quasi-volledige verloop<br />

van het dagelijks lev<strong>en</strong>, lokaal waterbeheer incluis. 22<br />

Het terugvoer<strong>en</strong> van het actuele ‘poldermodel’ naar de waterstaat in de<br />

middeleeuwse kustvlakte lijkt dus alvast theoretisch perfect te verantwoord<strong>en</strong>.<br />

Uit ons onderzoek van het discours rond de besluitvorming in de laatmiddeleeuwse<br />

Vlaamse watering<strong>en</strong> zal nu moet<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> in welke mate de betrokk<strong>en</strong>heid<br />

<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de direct belanghebb<strong>en</strong>de plattelandsgeme<strong>en</strong>schap<br />

ook effectief als fundam<strong>en</strong>teel werd beschouwd <strong>voor</strong> de totstandkoming<br />

van het waterstaatsbeleid, én, als dat het geval was, of deze wijze van besluitvorming<br />

meer betek<strong>en</strong>de dan e<strong>en</strong> loutere legitimatie van e<strong>en</strong> beleid dat niet<br />

noodzakelijk de belang<strong>en</strong> van die direct betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> di<strong>en</strong>de.<br />

Het laatmiddeleeuwse discours over inspraak <strong>en</strong> overleg in<br />

waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

Organisatorisch kreg<strong>en</strong> de Vlaamse watering<strong>en</strong> vanaf de tweede helft van de<br />

derti<strong>en</strong>de eeuw vaste vorm. 23 De typische Vlaamse watering had e<strong>en</strong> drieledige<br />

structuur bestaande uit de algem<strong>en</strong>e vergadering, het dagelijks bestuur <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

juridische compon<strong>en</strong>t. De belangrijkste beslissing<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in theorie g<strong>en</strong>o-<br />

20. Blickle, Kommunalismus, ii 73-74: ‘Die Wasserschaft<strong>en</strong> […] die das Wasserstrass<strong>en</strong>netz<br />

unterhielt<strong>en</strong>, sind ein zu komplizierter Fall’.<br />

21. A. Verhulst, ‘Die Binn<strong>en</strong>kolonisation und die Anfänge der Landgemeinde in Seeflandern’,<br />

in: Die Anfänge der Landgemeinde und ihr Wes<strong>en</strong> (Konstanz 1964) 459-460. Verhulst<br />

was wel van m<strong>en</strong>ing dat de graaf van Vlaander<strong>en</strong> aan de basis stond van het onstaan van de<br />

watering<strong>en</strong> in het c<strong>en</strong>trale deel van de kustvlakte, <strong>en</strong> als dusdanig vertoonde de organisatie<br />

van het waterbeheer volg<strong>en</strong>s hem wel kommunale trekjes, doch war<strong>en</strong> deze niet spontaan<br />

vanuit de plattelandsgeme<strong>en</strong>schap ontstaan, doch wel bewust bedoeld door de grav<strong>en</strong>.<br />

22. H. van der Lind<strong>en</strong>, ‘Les communautés rurales <strong>en</strong> Hollande de la fin de l’époque mérovingi<strong>en</strong>ne<br />

à la Révolution française’, in : Les communautés rurales. Cinquième partie : Europe<br />

Occid<strong>en</strong>tale (II) et Amérique (Paris 1987) 478-479 ; idem, ‘E<strong>en</strong> nieuwe overheidsinstelling:<br />

het waterschap circa 1100-1400’, in : Algem<strong>en</strong>e Geschied<strong>en</strong>is der Nederland<strong>en</strong> iii (Haarlem<br />

1982) 72-73.<br />

23. De volg<strong>en</strong>de paragraaf is gebaseerd op So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 72-139, aangevuld met<br />

Huys <strong>en</strong> Vandermaes<strong>en</strong>, De kustwatering<strong>en</strong> <strong>en</strong> polders; idem, Polders <strong>en</strong> watering<strong>en</strong> in maritiem<br />

Vlaander<strong>en</strong> (Brussel 2000).


Polders zonder poldermodel? » 11<br />

m<strong>en</strong> door de algem<strong>en</strong>e vergadering van alle grondbezitters binn<strong>en</strong> het territorium<br />

van e<strong>en</strong> watering – de zog<strong>en</strong>aamde ‘keure’ of ‘me<strong>en</strong>tucht’. De algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering voerde ook de audit van de jaarrek<strong>en</strong>ing uit, bepaalde de hoogte<br />

van de jaarlijkse grondbelasting (het geschot), controleerde soms de uitvoering<br />

van bepaalde infrastructuurwerk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> verkoos ook het dagelijks bestuur<br />

dat in de watering<strong>en</strong> van het Brugse Vrije berustte bij twee tot vijf sluismeesters,<br />

bijgestaan door e<strong>en</strong> klerk-ontvanger. Hoewel het manueel op<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

sluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> het onderhoud van de sluiz<strong>en</strong> mogelijk tot de oorspronkelijke<br />

opdracht van de sluismeesters behoorde, was dat in de derti<strong>en</strong>de eeuw niet langer<br />

het geval, <strong>en</strong> was de functie geëvolueerd van technisch <strong>en</strong> ondergeschikt<br />

naar administratief <strong>en</strong> leidinggev<strong>en</strong>d. De sluismeesters stond<strong>en</strong> in <strong>voor</strong> de uitvoering<br />

van de onderhouds- <strong>en</strong> herstellingswerk<strong>en</strong> die door de algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

bevol<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Daartoe maakt<strong>en</strong> ze plann<strong>en</strong>, kocht<strong>en</strong> ze materiaal<br />

aan, huurd<strong>en</strong> ze dagloners in of besteedd<strong>en</strong> ze werk<strong>en</strong> uit. Ook het financieel<br />

beheer behoorde tot hun bevoegdhed<strong>en</strong>, hoewel het de klerk-ontvanger was<br />

die de facto de betaling<strong>en</strong> verrichtte. De inspectie of schouw van de waterstaatsinfrastructuur<br />

– e<strong>en</strong> sleutelelem<strong>en</strong>t <strong>voor</strong> de vroege ontwikkeling van de<br />

waterstaatsorganisatie in de Lage Land<strong>en</strong> – werd aanvankelijk door gewone<br />

schep<strong>en</strong><strong>en</strong> verricht, doch vanaf de derti<strong>en</strong>de eeuw door afzonderlijke ‘dijkschep<strong>en</strong><strong>en</strong>’,<br />

gemaand door e<strong>en</strong> schout. 24<br />

De inspraakmogelijkhed<strong>en</strong> in het waterbeheer lijk<strong>en</strong> zich in eerste instantie<br />

te conc<strong>en</strong>trer<strong>en</strong> rond de algem<strong>en</strong>e vergadering van de grondbezitters. Hierin<br />

kom<strong>en</strong> ook de overe<strong>en</strong>stemming<strong>en</strong> met de kommunale maatschappijinrichting<br />

van Blickle <strong>en</strong> de instelling<strong>en</strong> <strong>voor</strong> het beheer van Common Pool<br />

Resources, zoals beschrev<strong>en</strong> door Ostrom <strong>en</strong> ander<strong>en</strong>, het best tot uiting. Op<br />

papier was de algem<strong>en</strong>e vergadering het belangrijkste orgaan van e<strong>en</strong> watering:<br />

het is op dit niveau dat het beleid werd uitgestippeld, de financiering<br />

geregeld <strong>en</strong> het dagelijks bestuur verkoz<strong>en</strong>. We di<strong>en</strong><strong>en</strong> ons dan ook de vraag te<br />

stell<strong>en</strong> of dit theoretische belang ook in de praktijk werd omgezet, met andere<br />

woord<strong>en</strong>, of de algem<strong>en</strong>e vergadering nu echt e<strong>en</strong> reële invloed op het beleid<br />

kon uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja, hoe binn<strong>en</strong> die algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> de besluitvorming<br />

dan wel verliep. Voor e<strong>en</strong> aantal watering<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de loop van de<br />

late middeleeuw<strong>en</strong> cartularia of afschrift<strong>en</strong>registers aangelegd, met daarin<br />

naast stukk<strong>en</strong> van normatieve aard (reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>), ook bilaterale overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> watering<strong>en</strong> onderling <strong>en</strong> al dan niet scheidsrechterlijke vonniss<strong>en</strong><br />

in geschill<strong>en</strong>. 25 Voor andere watering<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> we over verzameling<strong>en</strong><br />

van losse oorkond<strong>en</strong>, meestal bewaard in de archiev<strong>en</strong> van belangrijke kerke-<br />

24. H. van der Lind<strong>en</strong>, ‘De Nederlandse waterhuishouding’, 538-539.<br />

25. Inzonderheid ocmw-Archief Brugge (verder oab), Sint-Janshospitaal (verder sjh),<br />

inv.nr. A12bis, cartularium van de watering De Broeke, ca. 1420 met aanvulling<strong>en</strong> tot derde<br />

kwart vijfti<strong>en</strong>de eeuw; Rijksarchief Brugge (verder rab), watering Moerkerke Zuid-over-de-


12 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

lijke grondbezitters binn<strong>en</strong> de watering. 26 Vooral in de derti<strong>en</strong>de- <strong>en</strong> veerti<strong>en</strong>de-eeuwse<br />

<strong>tekst</strong><strong>en</strong> wordt vaak zeer gedetailleerd de procedure beschrev<strong>en</strong><br />

die aan het nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> beslissing <strong>voor</strong>afging. De verzamelde grondbezitters<br />

– ‘ingeland<strong>en</strong>’ – van e<strong>en</strong> watering werd<strong>en</strong> reglem<strong>en</strong>tair bij elkaar geroep<strong>en</strong><br />

op vraag van de sluismeesters of e<strong>en</strong> derde persoon, die als ‘wettelijk klager’<br />

optrad. 27 Meestal kwam m<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> op het grondgebied van de watering<br />

zelf, vaak op de plaats waar werk<strong>en</strong> di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> uitgevoerd of geschouwd te word<strong>en</strong>,<br />

of nabij de uitwateringssluis. 28 Alle<strong>en</strong> de algem<strong>en</strong>e vergadering van de<br />

grootste watering van het Brugse Vrije, de Blank<strong>en</strong>bergse watering, kwam<br />

meestal sam<strong>en</strong> op de Burg te Brugge (‘<strong>voor</strong> Sinte Baselis’). 29 Meestal werd e<strong>en</strong><br />

bepaald probleem, e<strong>en</strong> vraag of <strong>voor</strong>stel aan de vergadering <strong>voor</strong>gelegd, die<br />

vervolg<strong>en</strong>s hierover beraadslaagde. In januari 1370 bij<strong>voor</strong>beeld, vroeg de abt<br />

van de abdij van Zoet<strong>en</strong>dale aan de algem<strong>en</strong>e vergadering van de watering<br />

Moerkerke Zuid-over-de-Lieve (t<strong>en</strong> noordoost<strong>en</strong> van de stad Brugge) toestemming<br />

e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>ing te mak<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>dijk van de watering, t<strong>en</strong>einde via<br />

deze op<strong>en</strong>ing e<strong>en</strong> deel van het abdijdomein te kunn<strong>en</strong> afwater<strong>en</strong>. 30 De algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering stemde hiermee in: ‘aldaer ter stede so word<strong>en</strong> sij e<strong>en</strong>s <strong>en</strong>de<br />

van acorde’. Indi<strong>en</strong> dit niet het geval zou zijn geweest, werd de algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

verdaagd <strong>en</strong> op e<strong>en</strong> later tijdstip e<strong>en</strong> tweede maal bije<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong>,<br />

maar dan wel <strong>voor</strong> de vierschaar van de kasselrij: ‘drough<strong>en</strong> sij over e<strong>en</strong>, wel<br />

<strong>en</strong>de goed; hadd<strong>en</strong> sij ghescil <strong>en</strong>de discord, mett<strong>en</strong> selv<strong>en</strong> ghebode tsaterdaghes<br />

daer naest comm<strong>en</strong>de te sine in de Vrye vierscaerne’. Uit deze formulering<br />

Lieve (verder mz), inv. nr. 2, cartularium van de watering Moerkerke Zuid-over-de-Lieve,<br />

1468, met aanvulling<strong>en</strong> tot 1717; rab, Watering Blank<strong>en</strong>berge (verder wb), inv. nr. 1, cartularium<br />

van de Blank<strong>en</strong>bergse watering, eerste kwart zesti<strong>en</strong>de eeuw, met aanvulling<strong>en</strong><br />

tot de achtti<strong>en</strong>de eeuw; rab, Van Sielegem, inv. nr. 98, cartularium van de watering Kamerlingsambacht<br />

1482, in kopie van 1640; rab, Registers Brugse Vrije (verder rbv), inv.<br />

nr. 16041, cartularium van de watering Serwoutermansambacht, zesti<strong>en</strong>de eeuw.<br />

26. Onder meer <strong>voor</strong> de Oude Yev<strong>en</strong>e-watering in Oostburg-ambacht (westelijk Zeeuws-<br />

Vlaander<strong>en</strong>) in het archief van de B<strong>en</strong>edictijner Sint-Pietersabdij te G<strong>en</strong>t: Rijksarchief G<strong>en</strong>t<br />

(verder rag), Sint-Pietersabdij (verder spa), oorkond<strong>en</strong> op datum; <strong>en</strong> de watering Eiesluis<br />

in het archief van de Cisterciënzerabdij Ter Doest te Lissewege: Archief Groot-Seminarie<br />

Brugge (verder gsab), Ter Duin<strong>en</strong> <strong>en</strong> Ter Doest, oorkond<strong>en</strong> op datum.<br />

27. Gelijk<strong>en</strong>d op de procedure in het Oud-Vlaamse strafprocesrecht: R. C. Van Ca<strong>en</strong>egem,<br />

Geschied<strong>en</strong>is van het strafprocesrecht in Vlaander<strong>en</strong> van de XIe tot de XIVe eeuw (Brussel 1956)<br />

17-32.<br />

28. Bij<strong>voor</strong>beeld oab, sjh-watering<strong>en</strong> (verder sjh-w), inv.nr. 10 (oud doosnummer 2A),<br />

rek<strong>en</strong>ing watering Eiesluis, 1376-77: ‘Item d<strong>en</strong> X dagh in hoyma<strong>en</strong>d als de cuere beclaeght<br />

was bi Philisse van Buekemare te Lisseweghe up de huelbrugghe om de huelbrugghe<br />

ste<strong>en</strong>in te mak<strong>en</strong>e <strong>en</strong>de d<strong>en</strong> waterganc te verdelv<strong>en</strong>e’.<br />

29. Bij<strong>voor</strong>beeld rab, wb, inv. nr. 333, rek<strong>en</strong>ing 1407-1408: ‘[…] ghelike dat tsaterdaechs<br />

daer te vor<strong>en</strong> in e<strong>en</strong>e cuere <strong>voor</strong> Sinte Bazelis gheoord<strong>en</strong>eert was’.<br />

30. rab, Oorkond<strong>en</strong> Abdij Zoet<strong>en</strong>dale, op datum, oorkonde van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van het<br />

Brugse Vrije, 26 januari 1370 (n.s.).


Polders zonder poldermodel? » 13<br />

blijkt onmiddellijk het grote belang dat gehecht wordt aan de formele cons<strong>en</strong>sus<br />

van de grondbezitters. Daarbij wordt b<strong>en</strong>adrukt dat er overleg tuss<strong>en</strong> de<br />

aanwezig<strong>en</strong> plaatsvond: ‘<strong>en</strong>de daer up raet <strong>en</strong>de advys te hebb<strong>en</strong>e elc met<br />

andr<strong>en</strong>’, <strong>en</strong> dat uitdrukkelijk gevraagd was of er aanwezig<strong>en</strong> war<strong>en</strong> die niet<br />

akkoord ging<strong>en</strong>: ‘zo vraechde de wettelike crichoudere vand<strong>en</strong> Vry<strong>en</strong> offer<br />

yem<strong>en</strong>t tjegh<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> wild<strong>en</strong> was […] <strong>en</strong>de zeid<strong>en</strong> datter bij di<strong>en</strong> point<strong>en</strong><br />

nyem<strong>en</strong>t vander <strong>voor</strong>seide wateringhe tjegh<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> wilde, so word<strong>en</strong> sij<br />

e<strong>en</strong>s <strong>en</strong>de van acorde’. 31<br />

De gebruikte formulering getuigt natuurlijk van e<strong>en</strong> groot formalisme,<br />

waarbij we ons de vraag kunn<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> of achter de formele toestemming van<br />

de algem<strong>en</strong>e vergadering, debat <strong>en</strong> discussie schuil ging<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zo ja, hoe deze<br />

discussie dan wel verliep. E<strong>en</strong> zeldzame kijk op de werkelijke gang van zak<strong>en</strong><br />

tijd<strong>en</strong>s de algem<strong>en</strong>e vergadering van e<strong>en</strong> laatmiddeleeuwse Vlaamse watering,<br />

krijg<strong>en</strong> we begin vijfti<strong>en</strong>de eeuw, naar aanleiding van de controle van de jaarrek<strong>en</strong>ing<br />

van de watering van Zuidover in de kasselrij Sint-Winoksberg<strong>en</strong> in het<br />

huidige Frans-Vlaander<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> de jaarrek<strong>en</strong>ing van 1406 gecontroleerd werd<br />

door de algem<strong>en</strong>e vergadering, in aanwezigheid van de kasselrijschep<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gevraagd werd of er iemand bezwaar had, riep<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele ingeland<strong>en</strong> ‘overluut’<br />

dat dat wel degelijk het geval was. Met name verdacht<strong>en</strong> ze het bestuur van de<br />

watering van fraude, door het overdrijv<strong>en</strong> van de werkur<strong>en</strong> <strong>en</strong> de aankoopprijs<br />

van material<strong>en</strong> <strong>en</strong> via bedreiging <strong>en</strong> ‘subtil<strong>en</strong> wegh<strong>en</strong>’ verkreg<strong>en</strong> valse kwitanties<br />

van werklui. Na dit protest werd de vergadering geschorst, doch tijd<strong>en</strong>s<br />

deze schorsing vroeg<strong>en</strong> de kasselrijschep<strong>en</strong><strong>en</strong> nogmaals de m<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong><br />

beperkt aantal aanwezig<strong>en</strong>, dat zich wel akkoord verklaarde met de jaarrek<strong>en</strong>ing.<br />

Hierop verklaard<strong>en</strong> de kasselrijschep<strong>en</strong><strong>en</strong> de jaarrek<strong>en</strong>ing toch van<br />

waarde – ‘meer bi wille danne bi rechte’ volg<strong>en</strong>s het ontevred<strong>en</strong> deel van de aanwezig<strong>en</strong>.<br />

Discussies <strong>en</strong> zelfs hoog oplop<strong>en</strong>de on<strong>en</strong>igheid op algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong><br />

kwam<strong>en</strong> dus wel degelijk <strong>voor</strong>, maar het is zeldzaam dat ze in de bronn<strong>en</strong><br />

opgetek<strong>en</strong>d werd<strong>en</strong>. Dat dat hier toch gebeurde, is te wijt<strong>en</strong> aan factor<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong> het waterbeheer om: door e<strong>en</strong> aantal ingeland<strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> klacht ingedi<strong>en</strong>d<br />

bij de c<strong>en</strong>trale grafelijke rechtbank, de Raad van Vlaander<strong>en</strong>, waarop de<br />

zaak escaleerde tot e<strong>en</strong> conflict rond de vraag of de Raad van Vlaander<strong>en</strong> process<strong>en</strong><br />

in eerste aanleg mocht behandel<strong>en</strong> zonder e<strong>en</strong> vonnis van de lokaal bevoegde<br />

rechtbank af te wacht<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> praktijk waarteg<strong>en</strong> de ‘Led<strong>en</strong>’ van Vlaander<strong>en</strong><br />

– de grote sted<strong>en</strong> G<strong>en</strong>t, Brugge, Ieper <strong>en</strong> de kustkasselrij van het Brugse<br />

31. oab, sjh, inv. nr. A 12bis, oorkonde van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van het Brugse Vrije betreff<strong>en</strong>de<br />

de watering van Moerkerke Zuid-over-de-Lieve, 19 oktober 1387, f39r-40r. De krikhouder<br />

of krikwaarder was e<strong>en</strong> gerechtelijke officier die in zak<strong>en</strong> van bestuurlijke <strong>en</strong> burgerrechtelijke<br />

aard de baljuw verving als maner van de kasselrijschep<strong>en</strong><strong>en</strong>: E. Warlop, Bijdrag<strong>en</strong> tot<br />

de geschied<strong>en</strong>is der vorming van het Brugse Vrije. Bronn<strong>en</strong>. Gebied. Instelling<strong>en</strong> (G<strong>en</strong>t 1958)<br />

115-117.


14 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

Vrije – zich mordicus blev<strong>en</strong> verzett<strong>en</strong>. 32 Van belang <strong>voor</strong> ons is ook e<strong>en</strong> ander<br />

elem<strong>en</strong>t in het pleidooi van het bestuur van de watering <strong>en</strong> de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van de<br />

kasselrij Sint-Winoksberg<strong>en</strong>: zij verweerd<strong>en</strong> zich door te stell<strong>en</strong> dat er andere<br />

<strong>en</strong> <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong>namere <strong>en</strong> rijkere ingeland<strong>en</strong> war<strong>en</strong> dan deze die de klacht hadd<strong>en</strong><br />

ingedi<strong>en</strong>d: ‘want daer zev<strong>en</strong> waerf meer ghelande zijn dan de ghone die dit<br />

achtervolch do<strong>en</strong> <strong>en</strong>de ooc vele notabelre <strong>en</strong>de rikerer’. 33 Niet alle<strong>en</strong> wordt hier<br />

e<strong>en</strong> meerderheidsargum<strong>en</strong>t ingeroep<strong>en</strong>, er wordt ook gesuggereerd dat de m<strong>en</strong>ing<br />

van bepaalde ‘notabele’ grondbezitters meer dan proportioneel moet doorweg<strong>en</strong>.<br />

Impliciet wordt hier gerefereerd naar het begrip ‘sanior pars’ – de aan<br />

de monastieke wereld <strong>en</strong> het kerkelijk recht ontle<strong>en</strong>de opvatting dat in sommige<br />

gevall<strong>en</strong> de opinie van het ‘wijste’ deel van de aanwezig<strong>en</strong> moest gevolgd<br />

word<strong>en</strong>, ook al viel dat niet sam<strong>en</strong> met het meerderheidsstandpunt. De term<br />

‘sanior pars’ wordt trouw<strong>en</strong>s ook in andere <strong>tekst</strong><strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de besluitvorming<br />

in de watering<strong>en</strong> expliciet gebruikt. 34 In het discours rond de participatie<br />

in het waterstaatsbeleid, wordt hierdoor mete<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste elem<strong>en</strong>t van ‘ongelijkheid<br />

in de gelijkheid’ geïntroduceerd – e<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t dat echter als algeme<strong>en</strong><br />

aanvaard in de Anci<strong>en</strong> Régime sam<strong>en</strong>leving moet word<strong>en</strong> beschouwd <strong>en</strong> niet in<br />

teg<strong>en</strong>spraak hoeft te staan met e<strong>en</strong> participatief besluitvormingsmodel. 35<br />

Uit ongeveer dezelfde periode bleef e<strong>en</strong> uitzonderlijk uitvoerige beschrijving<br />

bewaard van het besluitvormingsproces dat <strong>voor</strong>afging aan de vernieuwing<br />

van de zuidsluis van de grote Blank<strong>en</strong>bergse watering, in het <strong>voor</strong>jaar van<br />

1407. 36 Tuss<strong>en</strong> 16 april <strong>en</strong> 22 juni kwam de algem<strong>en</strong>e vergadering minst<strong>en</strong>s<br />

vijf keer hieromtr<strong>en</strong>t sam<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de eerste bije<strong>en</strong>komst, op 16 april 1407,<br />

werd mete<strong>en</strong> e<strong>en</strong> commissie sam<strong>en</strong>gesteld die sam<strong>en</strong> met het bestuur de<br />

noodlijd<strong>en</strong>de sluis di<strong>en</strong>de te inspecter<strong>en</strong>, om vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> week later verslag<br />

uit te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> aan de vergadering, wat ook gebeurde. Op advies van de commissie<br />

werd dan door de vergadering aan de sluismeesters opdracht gegev<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> ontwerp te mak<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de vernieuwing van de zuidsluis <strong>en</strong> dit ontwerp<br />

32. rag, Raad van Vlaander<strong>en</strong>, inv. nr. 2337, f302v-306r, editie A. Zoete (ed.), Handeling<strong>en</strong><br />

van de Led<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de Stat<strong>en</strong> van Vlaander<strong>en</strong> (1405-1419) : excerpt<strong>en</strong> uit de rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> der sted<strong>en</strong>,<br />

kasselrij<strong>en</strong> <strong>en</strong> vorstelijke ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> (Brussel 1982) 1353-1359. Over de Raad van Vlaander<strong>en</strong><br />

in het licht van de juridische c<strong>en</strong>tralisatie-politiek van de Bourgondische vorst<strong>en</strong>:<br />

J. Dumolyn, De Raad van Vlaander<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Rek<strong>en</strong>kamer van Rijsel. Gewestelijke overheidsinstelling<strong>en</strong><br />

als instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van c<strong>en</strong>tralisatie (1419-1477) (Brussel 2002) 93-110.<br />

33. Zoete, Handeling<strong>en</strong>, 1358.<br />

34. Bij<strong>voor</strong>beeld in de beraadslaging<strong>en</strong> van de watering<strong>en</strong> van Maldegem, Eeklo <strong>en</strong> Lembeke<br />

met verteg<strong>en</strong>woordigers van de stad Eeklo in 1406, waarin de beslissing werd g<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

door ‘la greigneur et plus saine partie’, editie: L. Gilliodts-Van Sever<strong>en</strong>, Coutumes des<br />

pays et comté de Flandre. Coutume du Franc de Bruges ii (Brussel 1879) 154.<br />

35. L. Moulin, ‘Sanior et maior pars. Note sur l’évolution des techniques électorales dans<br />

les Ordres religieux du vie auxiiie siècle’, Revue historique du droit Français et étranger 36<br />

(1958) 368-397 ; 491-529.<br />

36. rab, wb, inv. nr. 333, rek<strong>en</strong>ing 1407-1408.


Polders zonder poldermodel? » 15<br />

<strong>voor</strong> te legg<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> derde algem<strong>en</strong>e vergadering, op zev<strong>en</strong> mei. Daar de commissie<br />

van oordeel was dat niet alle<strong>en</strong> de zuidsluis vernieuwd di<strong>en</strong>de te word<strong>en</strong>,<br />

maar dat tev<strong>en</strong>s het riet in de waterlop<strong>en</strong> bij het moer van Meetkerke<br />

di<strong>en</strong>de te word<strong>en</strong> gerooid, werd aan de aanwezig<strong>en</strong> gevraagd wie dit werk op<br />

contractuele basis wilde uitvoer<strong>en</strong>. Niemand wilde dit echter do<strong>en</strong> <strong>voor</strong> minder<br />

dan elf pond grot<strong>en</strong> Vlaams ‘twelke der me<strong>en</strong>tucht vele te vele dochte’. Op<br />

zev<strong>en</strong> mei werd het ontwerp <strong>voor</strong> de sluis dat door de sluismeesters was opgesteld<br />

dan <strong>voor</strong>gelez<strong>en</strong> ‘int op<strong>en</strong>bare <strong>en</strong>de overluudt’ op de algem<strong>en</strong>e vergadering.<br />

Onmiddellijk daarop werd door e<strong>en</strong> zekere Jan Clayaert e<strong>en</strong> ander<br />

ontwerp <strong>voor</strong>gelegd, waarop de baljuw van Brugge de vergadering vroeg welk<br />

ontwerp de verzamelde grondbezitters prefereerd<strong>en</strong>. De ingeland<strong>en</strong> verkoz<strong>en</strong><br />

uiteindelijk het ontwerp van de sluismeesters ‘omme dat het tstaerxte werc es’,<br />

waarna de baljuw van Brugge overging tot op<strong>en</strong>bare uitbesteding. De vraagprijs<br />

van <strong>en</strong>kele aannemers die e<strong>en</strong> bod uitbracht<strong>en</strong>, werd echter door zowel de<br />

ingeland<strong>en</strong> als de baljuw als onredelijk hoog aangezi<strong>en</strong>: ‘[…] twelke d<strong>en</strong> bailliu<br />

van Brucghe <strong>en</strong>de alder me<strong>en</strong>tucht onredelike gheheescht dochte’. E<strong>en</strong><br />

nieuwe commissie van vier person<strong>en</strong> di<strong>en</strong>de sam<strong>en</strong> met de sluismeesters <strong>en</strong><br />

de klerk de daaropvolg<strong>en</strong>de wo<strong>en</strong>sdag alle mogelijke aannemers uit te nodig<strong>en</strong><br />

in de schep<strong>en</strong>bank van het Brugse Vrije. Op die bewuste wo<strong>en</strong>sdag werd<br />

met vijf timmerlui onderhandeld, waarna op e<strong>en</strong> vierde algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

op veerti<strong>en</strong> mei opnieuw verslag werd uitgebracht aan de algem<strong>en</strong>e vergadering,<br />

e<strong>en</strong> nieuwe op<strong>en</strong>bare aanbesteding werd georganiseerd <strong>en</strong> de zaak uiteindelijk<br />

werd beklonk<strong>en</strong>. Hierop nam<strong>en</strong> de werk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aanvang, doch to<strong>en</strong><br />

de oude sluis e<strong>en</strong>maal was blootgelegd, werd opnieuw e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

belegd. Enkele ingeland<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bij het zi<strong>en</strong> van de blootgelegde sluis de<br />

m<strong>en</strong>ing toegedaan dat het helemaal niet nodig was deze te vernieuw<strong>en</strong>: ‘twelk<br />

e<strong>en</strong>eghe zeid<strong>en</strong> dat van ghe<strong>en</strong>re nood ne was te vermak<strong>en</strong>e’. De algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

van 22 juni besliste echter dat de werk<strong>en</strong> toch kond<strong>en</strong> doorgaan<br />

‘<strong>en</strong>de bevol<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong>t werk<strong>en</strong> zoude’.<br />

Wanneer we meer in detail de bewoording<strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> waarin in de rek<strong>en</strong>ing<br />

van de watering verslag wordt uitgebracht van het verloop van de vergadering<strong>en</strong>,<br />

dan valt ook op hoe vaak gewez<strong>en</strong> wordt op het nut <strong>voor</strong> de watering –<br />

e<strong>en</strong> variante op het in laatmiddeleeuwse bronn<strong>en</strong> vaak terugker<strong>en</strong>de concept<br />

van le bi<strong>en</strong> publique-the common good. 37 Hier niet op de geme<strong>en</strong>schap van e<strong>en</strong><br />

staat of stad toegepast, maar wel op de watering: ‘t<strong>en</strong> mijnst<strong>en</strong> coste <strong>en</strong>de ter<br />

37. Over de (her)opleving van dit concept vanaf de derti<strong>en</strong>de eeuw: M.S. Kempshall, The<br />

common good in late medieval political thought (Oxford 1999) 1-25; P. Hibst, Utilitas publica<br />

– Gemeiner Nutz – Gemeinwohl. Untersuchung<strong>en</strong> zur Idee eines politisch<strong>en</strong> Leitbegriffes von der<br />

Antike bis zum spät<strong>en</strong> Mittelalter (Frankfurt-am-Main 1991); E. Lecuppure-Desjardin <strong>en</strong><br />

A. Van Brua<strong>en</strong>e (eds.), De bono communi. The discourse and practice of the common good in the<br />

European City (13th-16th c<strong>en</strong>tury) (Turnhout te verschijn<strong>en</strong>).


16 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

meest<strong>en</strong> proffite van der vorseide wateringhe’ (algem<strong>en</strong>e vergadering van zesti<strong>en</strong><br />

april); ‘omme tmeeste proffijt van der vorseide wateringhe’ (idem);<br />

‘omme beters wille, <strong>en</strong>de omme tproffijt van der vorseide wateringhe’ (algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering van veerti<strong>en</strong> mei). Ook de financiering van waterstaatswerk<strong>en</strong><br />

is trouw<strong>en</strong>s in ess<strong>en</strong>tie op dit zelfde principe van algeme<strong>en</strong> nut gebaseerd,<br />

waarbij m<strong>en</strong> de kost<strong>en</strong>spreiding over alle grondbezitters binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> watering<br />

verantwoordde door de koppeling te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de baat die zij erbij hadd<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de last die zij in ruil di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> te drag<strong>en</strong>. 38<br />

De uitvoerige beschrijving van de besluitvorming in de Blank<strong>en</strong>bergse<br />

watering in 1407 laat ook duidelijk de <strong>voor</strong>tdur<strong>en</strong>de interactie tuss<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering, uitvoer<strong>en</strong>d bestuur <strong>en</strong> kasselrijbestuur zi<strong>en</strong>. Daarbij staat<br />

vast dat de algem<strong>en</strong>e vergadering van de watering begin vijfti<strong>en</strong>de eeuw wel<br />

degelijk nog e<strong>en</strong> beleidsorgaan was, waar teg<strong>en</strong>strijdige visies vertolkt <strong>en</strong> keuzes<br />

gemaakt werd<strong>en</strong>, ook al werd het <strong>voor</strong>bereid<strong>en</strong>d werk in beperktere kring<br />

verricht. De aanwezig<strong>en</strong> participeerd<strong>en</strong> actief op de vergadering<strong>en</strong>, hun m<strong>en</strong>ing<br />

werd gevraagd <strong>en</strong> de beslissing<strong>en</strong> die zij nam<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ook bind<strong>en</strong>d <strong>voor</strong><br />

het bestuur. Op elke vergadering zi<strong>en</strong> we de ‘me<strong>en</strong>tucht’ van alle grondbezitters<br />

bevel<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan de sluismeesters: ‘bevol<strong>en</strong> sluusmeesters dat zijt zoud<strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong> in dachuer<strong>en</strong>’ (23 april); ‘bevol<strong>en</strong>t d<strong>en</strong> sluusmeesters dat zijt zoud<strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong> do<strong>en</strong> t<strong>en</strong> alre eerst<strong>en</strong> werke’ (25 mei).<br />

Naast instructies <strong>voor</strong> het bestuur kan de algem<strong>en</strong>e vergadering ook algem<strong>en</strong>ere<br />

reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met betrekking tot het waterbeheer binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> watering<br />

opstell<strong>en</strong>, die net als de algem<strong>en</strong>e vergadering zelf met de term ‘keure’ word<strong>en</strong><br />

aangeduid. De algem<strong>en</strong>e vergadering beschikt met andere woord<strong>en</strong> over e<strong>en</strong><br />

jus statu<strong>en</strong>di, e<strong>en</strong> keurrecht, dat als e<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tieel k<strong>en</strong>merk van elke kommunale<br />

organisatie wordt gezi<strong>en</strong>. 39 Het gaat hier niet om e<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> andere overheid<br />

gedelegeerde vorm van wetgeving, doch wel om e<strong>en</strong> soort van G<strong>en</strong>oss<strong>en</strong>schaftsrecht:<br />

reglem<strong>en</strong>tering ontstaan op initiatief van e<strong>en</strong> groep waarvan de<br />

led<strong>en</strong> zich onderling verbind<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal gebods- <strong>en</strong> verbodsbepaling<strong>en</strong> te<br />

zull<strong>en</strong> nalev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die als e<strong>en</strong> aparte rechtsbron naast het gewoonterecht, de<br />

vorstelijke wetgeving, de jurisdictie <strong>en</strong> de jurisprud<strong>en</strong>tie kan word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. 40<br />

De algem<strong>en</strong>e vergadering van de watering di<strong>en</strong>de in haar reglem<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>de<br />

bevoegdheid het viger<strong>en</strong>de gewoonterecht in waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> (het<br />

dijk- of heemrecht) te volg<strong>en</strong> doch kon dit aanvull<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanpass<strong>en</strong> aan de lokale<br />

38. oab, sjh, inv. nr. A12bis, f35v-38r, vonnis van de schep<strong>en</strong><strong>en</strong> van het Brugse Vrije<br />

betreff<strong>en</strong>de de watering van Moerkerke Zuid-over-de-Lieve, 3 december 1369: ‘tall<strong>en</strong> der<br />

goner coste <strong>en</strong>de laste diere cost <strong>en</strong>de last zijn sculdich of te hebb<strong>en</strong>e <strong>en</strong>de talre ghoonre<br />

bate <strong>en</strong>de proffite diere sculdich zijn bate <strong>en</strong>de proffijt of te hebb<strong>en</strong>e’.<br />

39. Blickle, Kommunalismus, 41-51.<br />

40. R.C. Van Ca<strong>en</strong>egem, ‘Coutumes et législation <strong>en</strong> Flandre aux xie etxiie siècles’, in:<br />

Vrijhed<strong>en</strong> in de stad <strong>en</strong> op het platteland van de XIe tot de XIVe eeuw (Brussel 1968) 246.


Polders zonder poldermodel? » 17<br />

omstandighed<strong>en</strong>. 41 Deze regulering van onderuit zou gedur<strong>en</strong>de het Anci<strong>en</strong><br />

Régime nooit door e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e, van overheidswege opgelegde wetgeving vervang<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. De algem<strong>en</strong>e keur<strong>en</strong> van de laatmiddeleeuwse Vlaamse watering<strong>en</strong><br />

– waarvan er tot nog toe elf kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gerepertorieerd tuss<strong>en</strong> 1282<br />

<strong>en</strong> 1568 – vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zeldzaam rijke getuig<strong>en</strong>is van dergelijke vorm van lokale<br />

reglem<strong>en</strong>tering in e<strong>en</strong> plattelandssam<strong>en</strong>leving. 42 De inhoud van de algem<strong>en</strong>e<br />

watering-keur<strong>en</strong> is dubbel: ze omvatt<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds e<strong>en</strong> organisatorisch-procedureel<br />

luik, dat <strong>voor</strong>namelijk in de derti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> veerti<strong>en</strong>de eeuwse keur<strong>en</strong> sterk<br />

was uitgewerkt, <strong>en</strong> anderzijds materiële juridische bepaling<strong>en</strong>, <strong>voor</strong>namelijk<br />

verbods- <strong>en</strong> gebodsbepaling<strong>en</strong> met betrekking tot het gebruik van waterweg<strong>en</strong>,<br />

dijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> weg<strong>en</strong> – kortom e<strong>en</strong> soort politioneel reglem<strong>en</strong>t. Voor ons onderwerp<br />

is <strong>voor</strong>al het organisatorische luik van belang. Ook hier weer wordt de participatie<br />

van de ingeland<strong>en</strong> <strong>voor</strong>opgesteld <strong>en</strong> vermeldt de hoofding van het reglem<strong>en</strong>t<br />

vaak uitdrukkelijk dat de <strong>tekst</strong> werd ‘overe<strong>en</strong>ghedragh<strong>en</strong> zonder ghescil’. 43<br />

Hierin wordt ondermeer het lidmaatschap van de ‘geme<strong>en</strong>te’ van de watering,<br />

<strong>en</strong> dus van de algem<strong>en</strong>e vergadering, duidelijk afgebak<strong>en</strong>d. Elke persoon (fysieke<br />

of rechtspersoon) ‘die ghegoed <strong>en</strong>de gheerft es binder vorseider wateringhe’<br />

wordt tot de ingeland<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d. 44 Van e<strong>en</strong> beperking door middel van<br />

bij<strong>voor</strong>beeld e<strong>en</strong> minimum-grondbezit, zoals dat vanaf de moderne tijd het<br />

geval was in vele watering<strong>en</strong>, was nog ge<strong>en</strong> sprake. 45<br />

Op basis van e<strong>en</strong> oppervlakkige bronn<strong>en</strong>lectuur, krijg<strong>en</strong> we dus e<strong>en</strong> beeld<br />

van e<strong>en</strong> zeer actieve ‘me<strong>en</strong>tucht’ in de laatmiddeleeuwse Vlaamse watering<strong>en</strong>:<br />

e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>schap van belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong> die actief participeerde in de besluitvorming<br />

<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook in haar discours het belang van de geme<strong>en</strong>schap<br />

<strong>voor</strong>op stelde. We zoud<strong>en</strong> dan ook kunn<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> dat het middeleeuwse<br />

waterbeheer inderdaad zeer participatief <strong>en</strong> cons<strong>en</strong>susgericht was opgebouwd<br />

<strong>en</strong> dat de anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het Nederlandse ‘poldermodel’ inderdaad in de<br />

middeleeuwse polders te vind<strong>en</strong> zijn. Toch zijn ook reeds in de besprok<strong>en</strong> <strong>tekst</strong><strong>en</strong><br />

spor<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> die ons toelat<strong>en</strong> de inspraak <strong>en</strong> het bottom-up besluitvormingsmodel<br />

te nuancer<strong>en</strong>. Zo wordt in het verslag van de talrijke vergadering<strong>en</strong><br />

van de Blank<strong>en</strong>bergse watering rond de bouw van e<strong>en</strong> nieuwe sluis in<br />

1407 steevast de nadruk gelegd op de aanwezigheid van e<strong>en</strong> aantal belangrijke<br />

person<strong>en</strong> die in teg<strong>en</strong>stelling tot het gros van de aanwezig<strong>en</strong> met hun naam<br />

41. P.H. Gallé, Beveiligd bestaan. Grondtrekk<strong>en</strong> van het middeleeuwse waterstaatsrecht in Z.W.<br />

Nederland <strong>en</strong> hoofdlijn<strong>en</strong> van de geschied<strong>en</strong>is van het dijkbeheer in dit gebied (1200-1963) (Delft<br />

1963) 14 <strong>en</strong> 60-68.<br />

42. E<strong>en</strong> editie <strong>en</strong> analyse van deze algem<strong>en</strong>e wateringkeur<strong>en</strong> is in <strong>voor</strong>bereiding. Voorlopig<br />

verwijs ik naar So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 62-67.<br />

43. Bij<strong>voor</strong>beeld Gilliodts-Van Sever<strong>en</strong>, Coutumes, ii, 717-722, keure van de Blank<strong>en</strong>bergse<br />

watering, 1407.<br />

44. Ibidem.<br />

45. J. Schramme, Des Wateringues (Bruges 1899) 69-70.


18 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

word<strong>en</strong> vermeld. Naast de baljuw van Brugge, gaat het dan om telg<strong>en</strong> uit de<br />

schep<strong>en</strong>families van het Brugse Vrije met uitgestrekte bezitting<strong>en</strong> in de desbetreff<strong>en</strong>de<br />

watering, zoals de families van Uitkerke, van Messem, van Strat<strong>en</strong>,<br />

van Meetkerke <strong>en</strong> van Gh<strong>en</strong>t. 46 Ook de verteg<strong>en</strong>woordigers van kerkelijke<br />

grondbezitters in het gebied, zoals het belangrijke Brugse Sint-Janshospitaal,<br />

word<strong>en</strong> vaak <strong>en</strong> uitdrukkelijk vermeld. Dat deze person<strong>en</strong> meer dan hun stempel<br />

hebb<strong>en</strong> gedrukt op het verloop van deze vergadering<strong>en</strong>, staat buit<strong>en</strong> kijf. In<br />

de volg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> we zi<strong>en</strong> dat ook op e<strong>en</strong> meer structureel vlak de<br />

participatie van brede lag<strong>en</strong> van de laatmiddeleeuwse bevolking in waterstaatsaangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

belangrijke beperking<strong>en</strong> k<strong>en</strong>de.<br />

Structurele beperking<strong>en</strong> aan de inspraak<br />

Hoezeer de raadpleging van de ‘ingeland<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> het strev<strong>en</strong> naar cons<strong>en</strong>sus<br />

ook b<strong>en</strong>adrukt werd in het discours van de laatmiddeleeuwse watering<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />

aantal kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> dringt zich toch op. Fundam<strong>en</strong>teel daarbij is de vaststelling<br />

dat inspraakmechanism<strong>en</strong>, net als alle instituties steeds e<strong>en</strong> uitdrukking<br />

zijn van de maatschappij waar<strong>voor</strong> ze geconcipieerd zijn <strong>en</strong> dat sociaaleconomische,<br />

politieke <strong>en</strong> culturele factor<strong>en</strong> dan ook e<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>de rol uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

op het hoe <strong>en</strong> waarom van deze instituties. 47 In e<strong>en</strong> rurale sam<strong>en</strong>leving<br />

kunn<strong>en</strong> we de rol van deze maatschappelijke factor<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong> in<br />

het concept ‘sociaal agro-systeem’, dat de structuur van e<strong>en</strong> welbepaalde rurale<br />

sam<strong>en</strong>leving definieert vanuit de sociale relaties waarop het regio-specifieke<br />

reproductiesysteem gebaseerd is, <strong>en</strong> waarbij de regionale verdeling van macht<br />

<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>dom <strong>en</strong> de inkom<strong>en</strong>sstrategieën <strong>en</strong> arbeidsrelaties van her<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

boer<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal word<strong>en</strong> gesteld. 48 In deze paragraaf will<strong>en</strong> we dan ook in het<br />

bijzonder aandacht sch<strong>en</strong>k<strong>en</strong> aan de invloed van de heers<strong>en</strong>de machtsverhouding<strong>en</strong><br />

op de inspraak in het waterbeheer – e<strong>en</strong> invloed die niet altijd e<strong>en</strong>dui-<br />

46. De schep<strong>en</strong>families van het Brugse Vrije vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke doch weinig bestudeerde<br />

lokale elitegroep in het graafschap Vlaander<strong>en</strong>, waarvan heel wat led<strong>en</strong> in de late<br />

middeleeuw<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> functie in vorstelijke di<strong>en</strong>st carrière maakt<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> adellijke status<br />

bereikt<strong>en</strong>. Naast het oudere werk van Warlop, De vorming, kwam<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>t heel wat nieuwe<br />

gegev<strong>en</strong>s aan het licht over de oorsprong van e<strong>en</strong> aantal van deze families in D. Tys, E<strong>en</strong><br />

middeleeuws landschap als materiële cultuur: de interactie tuss<strong>en</strong> macht <strong>en</strong> ruimte in het<br />

kustgebied <strong>en</strong> de wording van e<strong>en</strong> laatmiddeleeuws tot vroegmodern landschap. Kamerlingsambacht,<br />

500-1200/1600 (Doctoraatsverhandeling Archeologie Vrije Universiteit<br />

Brussel 2003).<br />

47. Dit aspect wordt in de meeste institutionele analysemodell<strong>en</strong> over de interactie tuss<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong>s <strong>en</strong> natuur – bij<strong>voor</strong>beeld J.M. Anderies, M.A. Janss<strong>en</strong> <strong>en</strong> E. Ostrom: ‘A framework to<br />

analyze the robustness of social-ecological systems from an institutional perspective’, Ecology<br />

and society 9 (2004) 1, artikel 18 – onvoldo<strong>en</strong>de uitgewerkt.


dig blijkt in het door de tijdg<strong>en</strong>oot gehanteerde discours over waterbeheer.<br />

Hieruit zal ook blijk<strong>en</strong> dat het besluitvormingsproces zowel ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>tieel als<br />

structureel vaak complexer was dan het Kommunale of CPR-model kunn<strong>en</strong><br />

bevatt<strong>en</strong>. We hebb<strong>en</strong> het daarbij in de eerste plaats over interne machtsverhouding<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> de plattelandssam<strong>en</strong>leving zelf. Gezi<strong>en</strong> het belang van de<br />

interregionale handel <strong>voor</strong> de economie van het laatmiddeleeuwse Vlaander<strong>en</strong>,<br />

hoeft het ge<strong>en</strong> betoog dat ook vanuit stedelijke hoek nauwlett<strong>en</strong>d werd<br />

toegekek<strong>en</strong> op het waterbeheer in de Vlaamse kustvlakte. De talrijke kanal<strong>en</strong><br />

die de kustvlakte doorkruist<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> aanleiding tot complexe problem<strong>en</strong>,<br />

waarbij stedelijke handelsbelang<strong>en</strong> gecombineerd met e<strong>en</strong> vorstelijk c<strong>en</strong>tralisatiestrev<strong>en</strong><br />

meer dan e<strong>en</strong>s botst<strong>en</strong> met de verlang<strong>en</strong>s van landbouw <strong>en</strong> plattelandssam<strong>en</strong>leving<br />

inzake afwatering <strong>en</strong> zeewering<strong>en</strong>. 49<br />

De algem<strong>en</strong>e vergadering als forum <strong>voor</strong> inspraak<br />

Polders zonder poldermodel? » 19<br />

Afb. 1 Brugge, Gro<strong>en</strong>ingemuseum, inv. o. 1382, kaart van het kanaal van Oostburg <strong>en</strong> de Zwinstreek door Jan de Hervy,<br />

1501. Copyright IRPA-KIK Brussel.<br />

E<strong>en</strong> eerste reeks van beperking<strong>en</strong> aan de theoretische inspraakmogelijkheid<br />

vloeit <strong>voor</strong>t uit de deelname aan de algem<strong>en</strong>e vergadering. Zoals we zag<strong>en</strong><br />

stond deze vergadering op<strong>en</strong> <strong>voor</strong> elke fysieke of rechtspersoon met grondbezit<br />

binn<strong>en</strong> de watering. Deze grondbezitters kunn<strong>en</strong> echter niet zomaar syno-<br />

48. E. Tho<strong>en</strong>, ‘“Social Agrosystems” as an economic concept to explain regional differ<strong>en</strong>ces.<br />

An essay taking the former county of Flanders as an example (Middle Ages-19th C<strong>en</strong>tury)’,<br />

in: B.J.P. van Bavel <strong>en</strong> P. Hopp<strong>en</strong>brouwers (eds.), Landholding and land transfer in the<br />

North Sea area (late Middle Ages-19th c<strong>en</strong>tury) (Turnhout 2004) 47-49.<br />

49. M. Sortor, ‘The Ieperleet affair: the struggle for market position in late medieval Flanders’,<br />

Speculum 73 (1998) 1068-1100 analyseerde rec<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> dergelijk conflict betreff<strong>en</strong>de<br />

de Ieperlee – het kanaal dat Ieper met Brugge <strong>en</strong> de Noordzee verbond – in de eerste helft van<br />

de vijfti<strong>en</strong>de eeuw.


20 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

niem word<strong>en</strong> gesteld met de lokale geme<strong>en</strong>schap, de inwoners van het gebied<br />

die toch als eerst<strong>en</strong> belang hadd<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> zo optimaal mogelijk georganiseerd<br />

waterbeheer. Enerzijds hadd<strong>en</strong> ook grondbezitters die niet in het gebied<br />

woonachtig war<strong>en</strong> toegang tot de algem<strong>en</strong>e vergadering. Deze abs<strong>en</strong>tee landowners<br />

omvatt<strong>en</strong> <strong>voor</strong>al stedeling<strong>en</strong>, maar ook reguliere <strong>en</strong> seculiere kerkelijke<br />

instelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> in mindere mate (ambts-)adellijke families. Anderzijds werd<strong>en</strong><br />

de bezitsloze inwoners van het gebied uitdrukkelijk uitgeslot<strong>en</strong>. Hierdoor<br />

viel<strong>en</strong> zowel de professionele loonarbeiders als de pachters in principe buit<strong>en</strong><br />

het inspraakveld van het waterbeheer. Vooral <strong>voor</strong> pachters is dit niet zonder<br />

belang, gezi<strong>en</strong> de vroege introductie <strong>en</strong> snelle verspreiding van de korte termijnpacht<br />

in dit gebied vanaf de tweede helft van de derti<strong>en</strong>de eeuw. 50 Voor<br />

de naburige kustkasselrij van Veurne-ambacht, bleek uit het onderzoek van<br />

Paul Vandewalle dat in de tweede helft van de zesti<strong>en</strong>de eeuw niet minder dan<br />

90 proc<strong>en</strong>t van de landbouwgrond via korte termijnpacht werd uitgebaat! 51<br />

Hoewel e<strong>en</strong> studie van het buit<strong>en</strong>steeds grondbezit van poorters van de grootste<br />

stad in het kustgebied (Brugge) nog steeds ontbreekt, is het duidelijk dat<br />

naarmate meer grond in hand<strong>en</strong> kwam van niet in het gebied woonachtige<br />

eig<strong>en</strong>aars <strong>en</strong> naarmate parallel daarmee de korte termijnpacht uitbreiding<br />

nam, de algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> van de watering<strong>en</strong> steeds minder de eig<strong>en</strong>lijke<br />

inwoners van het gebied zelf verteg<strong>en</strong>woordigd<strong>en</strong>. 52 Ter illustratie: de<br />

2113 hectare grote watering Moerkerke Zuid-over-de-Lieve, t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van<br />

Brugge telde in 1530 186 verschill<strong>en</strong>de grondbezitters. De twee grootste groep<strong>en</strong><br />

in de rang<strong>en</strong> van de grondbezitters war<strong>en</strong> de poorters (58) <strong>en</strong> de kerkelijke<br />

instelling<strong>en</strong> (43), op <strong>en</strong>ige afstand gevolgd door inwoners van de drie parochies<br />

waarover de watering zich uitstrekte: Moerkerke (34), Sijsele (33) <strong>en</strong><br />

Vijve (7). De poorters, in hoofdzaak afkomstig uit Brugge <strong>en</strong> de kerkelijke<br />

instelling<strong>en</strong> bezat<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> 76,5 proc<strong>en</strong>t van de grond<strong>en</strong> in de watering. 53<br />

Zelfs <strong>voor</strong> de person<strong>en</strong> die theoretisch toegang hadd<strong>en</strong> tot de algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering, is het nog maar de vraag in hoeverre zij ook werkelijk aanwezig<br />

50. E. Tho<strong>en</strong> <strong>en</strong> T. So<strong>en</strong>s, ‘The origins of leaseholding in the former county of Flanders’, in:<br />

B.J.P. van Bavel <strong>en</strong> Ph. Schofield (eds.), The origin and early developm<strong>en</strong>t of leaseholding in<br />

Europe (Turnhout te verschijn<strong>en</strong>).<br />

51. P. Vandewalle, De geschied<strong>en</strong>is van de landbouw in de kasselrij Veurne (1550-1645) (Brussel<br />

1986) 95.<br />

52. Voor Vlaander<strong>en</strong> is kwantitatief materiaal eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> beschikbaar <strong>voor</strong> G<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

aantal stadjes in het G<strong>en</strong>ts kwartier: P. Stabel, ‘Het grondbezit van stedeling<strong>en</strong> op het platteland.<br />

Enkele bed<strong>en</strong>king<strong>en</strong> bij het onderzoek in het graafschap Vlaander<strong>en</strong> in de late Middeleeuw<strong>en</strong>’,<br />

Handeling<strong>en</strong> van de Geschied- <strong>en</strong> Oudheidkundige Kring van Oud<strong>en</strong>aarde 42 (2005)<br />

15-27. E<strong>en</strong> rec<strong>en</strong>te status quaestionis van het onderzoek naar de plaats van buit<strong>en</strong>steeds<br />

grondbezit in de bredere stads-plattelandsverhouding<strong>en</strong> is S.R. Epstein, Town and country<br />

in Europe, 1300-1800 (Cambridge 2001).<br />

53. rab, rbv, inv. nr. 16036.


war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> grote watering als de Blank<strong>en</strong>bergse watering – 17202,5 hectare in<br />

het midd<strong>en</strong> van de zesti<strong>en</strong>de eeuw – telde in het eerste kwart van die eeuw nog<br />

steeds e<strong>en</strong> 1400-tal verschill<strong>en</strong>de eig<strong>en</strong>aars, die theoretisch aanwezig kond<strong>en</strong><br />

zijn op de algem<strong>en</strong>e vergadering. Aangezi<strong>en</strong> aanwezigheidslijst<strong>en</strong> niet bewaard<br />

zijn geblev<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de middeleeuwse of vroegmoderne periode, hebb<strong>en</strong><br />

we echter het rad<strong>en</strong> naar de precieze aanwezig<strong>en</strong>. Het dichtst in de buurt komt<br />

e<strong>en</strong> opsomming in de rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van de Blank<strong>en</strong>bergse watering <strong>voor</strong> 1382<br />

<strong>en</strong> 1383 van de uitgav<strong>en</strong> aan drank <strong>en</strong> et<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de ‘<strong>voor</strong>naamste’ aanwezig<strong>en</strong>.<br />

Voor de algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> van 9 april 1382 <strong>en</strong> 25 maart 1383 word<strong>en</strong> respectievelijk<br />

161 <strong>en</strong> 166 notabele aanwezig<strong>en</strong> met naam vermeld. Het werkelijk<br />

aantal lag vermoedelijk nog veel hoger, gezi<strong>en</strong> de vermelding ‘<strong>en</strong> vele ander<strong>en</strong>’<br />

bij elk groep van aanwezig<strong>en</strong> die apart werd<strong>en</strong> vergoed. 54 Op basis van deze<br />

aantall<strong>en</strong> zou m<strong>en</strong> algauw e<strong>en</strong> aanwezigheid van meerdere honderd<strong>en</strong> person<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> <strong>voor</strong>opstell<strong>en</strong>, ware het niet dat deze vergadering<strong>en</strong> plaatsvond<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> politiek zeer onrustige context, op e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>blik dat het graafschap<br />

Vlaander<strong>en</strong> in de greep was van e<strong>en</strong> zes jaar dur<strong>en</strong>de burgeroorlog bek<strong>en</strong>d als<br />

de G<strong>en</strong>tse opstand (van 1379 tot 1385). Beide algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> veel duurder dan gebruikelijk in die jar<strong>en</strong>, wat op e<strong>en</strong> hogere opkomst,<br />

dan wel e<strong>en</strong> hoger verbruik wijst:<br />

Tabel 1 Kostprijs van de maaltijd aangebod<strong>en</strong> na de jaarlijkse algem<strong>en</strong>e vergadering van de Blank<strong>en</strong>bergse<br />

watering<br />

Boekjaar Kostprijs<br />

(pond parisis Vlaams)<br />

Kostprijs<br />

(equival<strong>en</strong>t hectoliter tarwe)<br />

1354-55 36,0 49,5<br />

1363-64 17,7 14,8<br />

1376-77 24,0 15,8<br />

1382-83 212,4 109,0<br />

1383-84 283,8 150,2<br />

1488-89 38,4 14,6<br />

1498-99 49,5 37,8<br />

1510-11 61,9 51,9<br />

1520-21 87,2 46,8<br />

1528-29 118,2 47,8<br />

1538-39 136,0 60,7<br />

1548-49 132,3 75,9<br />

1559-60 212,2 56,6<br />

1568-69 250,2 91,9<br />

Bronn<strong>en</strong>: oab, sjh-w, inv. nr. 13-14; rab, wb, inv. nr. 333-339.<br />

Polders zonder poldermodel? » 21<br />

54. oab, sjh-w, inv. nr. 14, rek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> Blank<strong>en</strong>bergse watering 1382-83 <strong>en</strong> 1383-84.


22 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

Anders dan in de veerti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> vijfti<strong>en</strong>de eeuw, to<strong>en</strong> drank <strong>en</strong> voedsel g<strong>en</strong>uttigd<br />

werd<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de lokale herberg<strong>en</strong>, werd in de zesti<strong>en</strong>de eeuw e<strong>en</strong><br />

maaltijd bereid in het ‘sluishuis’ van de watering waarbij telk<strong>en</strong>s niet onaardige<br />

hoeveelhed<strong>en</strong> oss<strong>en</strong>-, schap<strong>en</strong>- <strong>en</strong> lamsvlees, hamm<strong>en</strong>, zalm, wijn <strong>en</strong> bier<br />

werd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>uttigd. Vooral het drankverbruik kan ons daarbij e<strong>en</strong> indicatie<br />

gev<strong>en</strong> over het aantal aanwezig<strong>en</strong> op de algem<strong>en</strong>e vergadering van de Blank<strong>en</strong>bergse<br />

watering. In de eerste helft van de zesti<strong>en</strong>de eeuw verdubbelde het bierverbruik<br />

van twee ton (ca. 264 liter) naar vier ton (ca. 528 liter), telk<strong>en</strong>s aan te<br />

vull<strong>en</strong> met één ton Rijnwijn (ca. 106 liter). Aangezi<strong>en</strong> het normale dagelijkse<br />

bierverbruik in de Zuidelijke Nederland<strong>en</strong> rond 1500 schommelde rond de<br />

0,7-0,8 liter <strong>en</strong> dit bij feestelijke geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> wellicht kon oplop<strong>en</strong> tot twee<br />

tot drie liter, lag het aantal aanwezig<strong>en</strong> wellicht lager dan 1400, maar toch<br />

alleszins hoger dan honderd. 55<br />

Het jaarlijks terugker<strong>en</strong>de ritueel van de maaltijd na de algem<strong>en</strong>e vergadering<br />

bezat ongetwijfeld e<strong>en</strong> zeker pot<strong>en</strong>tieel als versterking van het geme<strong>en</strong>schapsgevoel<br />

<strong>en</strong> de collectieve id<strong>en</strong>titeit van de aanwezig<strong>en</strong>. Toch mog<strong>en</strong> we<br />

ook hier de ongelijke machtsverhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de aanwezig<strong>en</strong> onderling<br />

niet uit het oog verliez<strong>en</strong>. Dat bleek al uit de uitdrukkelijke opsomming van de<br />

‘notabele’ aanwezig<strong>en</strong> op sommige vergadering<strong>en</strong>. Soms werd<strong>en</strong> de belangrijke<br />

<strong>en</strong> de gewone aanwezig<strong>en</strong> zelfs fysiek gescheid<strong>en</strong>. In de watering Reigarsvliet<br />

t<strong>en</strong> noord<strong>en</strong> van Brugge ging m<strong>en</strong> in 1567 zelfs zo ver om de kleine grondbezitters<br />

na de algem<strong>en</strong>e vergadering slechts e<strong>en</strong> consumptie aan te bied<strong>en</strong> in<br />

de lokale herberg, sam<strong>en</strong> met de arbeiders van de watering, terwijl de belangrijke<br />

aanwezig<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitg<strong>en</strong>odigd <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> maaltijd in het huis van e<strong>en</strong><br />

<strong>voor</strong>malige sluismeester. Die maaltijd kostte de watering het neg<strong>en</strong>voudige<br />

van het drankje in de herberg. 56 Het leidt onzes inzi<strong>en</strong>s dan ook weinig twijfel<br />

dat die belangrijkste aanwezig<strong>en</strong> – schep<strong>en</strong><strong>en</strong>, verteg<strong>en</strong>woordigers van abdij<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> hospital<strong>en</strong>, rijke poorters <strong>en</strong> lokale notabel<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> meer dan gemiddelde invloed<br />

op de besluitvorming inzake waterstaat kond<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

In de loop van de vijfti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong>de eeuw zou zich echter nog e<strong>en</strong><br />

andere evolutie <strong>voor</strong>do<strong>en</strong>, die het belang van machtsev<strong>en</strong>wicht<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

algem<strong>en</strong>e vergadering beperkte. Vanaf de tweede helft van de vijfti<strong>en</strong>de eeuw<br />

constater<strong>en</strong> we immers e<strong>en</strong> duidelijke afname van het aantal algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong>:<br />

terwijl van de late derti<strong>en</strong>de tot de vroege veerti<strong>en</strong>de vaak vijf of zes<br />

55. Gebaseerd op E. Aerts, ‘Het hoofdelijk bierverbruik in de Zuidelijke Nederland<strong>en</strong> (ca.<br />

1400-1800). Enkele kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>’, in: ‘Proeve ’t al, ’t is prysselyck’. Verbruik in Europese sted<strong>en</strong><br />

(13de-18de eeuw). Liber Amicorum Raymond van Uytv<strong>en</strong> (Antwerp<strong>en</strong> 1998) 57-59 <strong>en</strong><br />

R. Van Uytv<strong>en</strong>, ‘Het bierverbruik <strong>en</strong> de sociaal-economische toestand in het Brugse Vrije in<br />

de zesti<strong>en</strong>de eeuw’, Handeling<strong>en</strong> van het g<strong>en</strong>ootschap <strong>voor</strong> Geschied<strong>en</strong>is ‘Société d’Émulation’ te<br />

Brugge 131 (1994) 5-34.<br />

56. rab, Watering Ei<strong>en</strong>sluis-Reigarsvliet, inv. nr. 340.


algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> per jaar werd<strong>en</strong> bije<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong>, werd in de zesti<strong>en</strong>de<br />

eeuw in regel nog maar één <strong>en</strong>kele algem<strong>en</strong>e vergadering georganiseerd: de<br />

jaarlijkse ‘statutaire’ vergadering waarop de jaarrek<strong>en</strong>ing werd gecontroleerd<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nieuw bestuur werd verkoz<strong>en</strong>:<br />

Tabel 2 Vergadering<strong>en</strong> van grondbezitters in watering<strong>en</strong> van het Brugse Vrije (steekproefjar<strong>en</strong>, 1293-<br />

1568)<br />

Watering Jaartal Aantal algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering<strong>en</strong><br />

Aantal<br />

vergadering<strong>en</strong><br />

met beperkt<br />

aantal<br />

grondbezitters<br />

Aantal<br />

vergadering<strong>en</strong><br />

grootste<br />

grondbezitters<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1293 2<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1343 6<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1354 7<br />

Stampershoek 1372 1<br />

Zuid-over-de-Lieve 1373 5<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1374 2<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1376 4<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1383 3<br />

Noord-over/Lapscheure 1399 4<br />

Noord-over/Lapscheure 1405 5 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1407 6<br />

Oude Yev<strong>en</strong>e 1407 2<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1488 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1498 1 1<br />

Heer Baselishoek 1503 1 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1510 3 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1520 1<br />

Bewester Eede 1525 4 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1528 1<br />

Eiesluis 1529 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1538 1<br />

Reigarsvliet 1538 1 1<br />

Zuid-over/Broeke/Stampershoeke 1547 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1548 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1559 1<br />

Blank<strong>en</strong>bergse 1568 1 8 16<br />

Bron: So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 91-92.<br />

Polders zonder poldermodel? » 23<br />

Telk<strong>en</strong>s wanneer in de veerti<strong>en</strong>de eeuw e<strong>en</strong> probleem rees, of e<strong>en</strong> belangrijke<br />

beslissing di<strong>en</strong>de te word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, werd de algem<strong>en</strong>e vergadering van<br />

grondbezitters bije<strong>en</strong>geroep<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de het boekjaar 1354-55 gebeurde dat<br />

in de Blank<strong>en</strong>bergse watering bij<strong>voor</strong>beeld zev<strong>en</strong>maal: tweemaal om de


24 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

slechte toestand van de oude uitwateringssluis te bekijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> te besliss<strong>en</strong> over<br />

de ev<strong>en</strong>tuele aanleg van e<strong>en</strong> nieuwe sluis; tweemaal om de hoogte van de<br />

grondbelasting vast te stell<strong>en</strong>; tweemaal over de belabberde financiële situatie<br />

van de watering <strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>maal om de jaarrek<strong>en</strong>ing te controler<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

nieuw bestuur aan te stell<strong>en</strong>. 57 E<strong>en</strong> vergadering in het <strong>voor</strong>jaar van 1355 werd<br />

daarbij zelfs uitgesteld weg<strong>en</strong>s de te lage opkomst, wat erop wijst dat m<strong>en</strong> toch<br />

belang hechtte aan e<strong>en</strong> ruime aanwezigheid van de grondbezitters. Dit alles<br />

wijzigt zich echter grondig vanaf de tweede helft van de vijfti<strong>en</strong>de eeuw. De<br />

afname van het aantal algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> kan m<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds zi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

bewijs van maturiteit van de organisatie, met e<strong>en</strong> grotere bevoegdheidsdelegatie<br />

aan het dagelijks bestuur. 58 Anderzijds zi<strong>en</strong> we echter dat dit dagelijks<br />

bestuur meer <strong>en</strong> meer ging overlegg<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beperkt aantal grondbezitters,<br />

in de zesti<strong>en</strong>de eeuw in het Brugse Vrije aangeduid als de ‘grote geland<strong>en</strong>’,<br />

maar vergelijkbaar met de ‘colleges van Hoofdingeland<strong>en</strong>’ die m<strong>en</strong> omstreeks<br />

dezelfde periode in Holland ziet opduik<strong>en</strong>, als poging van de grootgrondbezitters<br />

om het financieel beheer van de waterschapsbestuurders nauwgezetter te<br />

controler<strong>en</strong>. 59<br />

Deze evolutie <strong>en</strong> het hiermee gepaard gaande verminderde belang van de<br />

algem<strong>en</strong>e vergadering, betek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> mete<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke beperking van de<br />

inspraakmogelijkhed<strong>en</strong> <strong>voor</strong> de kleinere grondbezitters. E<strong>en</strong> structurele verklaring<br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> we niet te zoek<strong>en</strong> in de politiek-staatkundige evolutie van de<br />

Nederland<strong>en</strong> in deze periode. 60 Ev<strong>en</strong>min in e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> ecologische<br />

druk, ook al kond<strong>en</strong> ecologische crisiss<strong>en</strong> op korte termijn <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> versnelling<br />

zorg<strong>en</strong>. 61 Wel evolueerde de Vlaamse kustvlakte in de loop van de late<br />

middeleeuw<strong>en</strong> geleidelijk van e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>leving met e<strong>en</strong> overwicht van kleine,<br />

eig<strong>en</strong>geërfde boer<strong>en</strong>, die kleinschalige akkerbouw <strong>en</strong> veeteelt combineerd<strong>en</strong><br />

met proto-industriële activiteit<strong>en</strong> in lak<strong>en</strong>nijverheid, turfwinning <strong>en</strong> visvangst,<br />

naar e<strong>en</strong> fundam<strong>en</strong>teel marktgerichte landbouwmaatschappij, gestoeld<br />

op grootschalige akkerbouw <strong>en</strong> ext<strong>en</strong>sieve veeteelt op middelgrote tot<br />

grote pachtbedrijv<strong>en</strong>. 62<br />

57. oab, sjh-w, inv. nr. 13, rek<strong>en</strong>ing Blank<strong>en</strong>bergse watering, 1354-55.<br />

58. Blickle, Kommunalismus, ii 136.<br />

59. Van de V<strong>en</strong>, Leefbaar Laagland, 117-118; e<strong>en</strong> variant zijn de Zeeuwse ‘Stat<strong>en</strong>’: C. Dekker,<br />

‘De verteg<strong>en</strong>woordiging van de geërfd<strong>en</strong> in de watering<strong>en</strong> van Zeeland bewest<strong>en</strong> Schelde in<br />

de middeleeuw<strong>en</strong>’, Bijdrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> Mededeling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de Geschied<strong>en</strong>is der Nederland<strong>en</strong> 89<br />

(1974) 345-374.<br />

60. Zoals bij<strong>voor</strong>beeld S.J. Fockema Andreae, Studiën over waterschapsgeschied<strong>en</strong>is. VIII.<br />

Overzicht van de Nederlandse waterschapsgeschied<strong>en</strong>is (Leid<strong>en</strong> 1952) 12-13.<br />

61. Zie bij<strong>voor</strong>beeld het optred<strong>en</strong> van de grootgrondbezitters in het hoogheemraadschap<br />

Rijnland na de herhaalde dijkdoorbrak<strong>en</strong> bij Spaarndam in het eerste kwart van de zesti<strong>en</strong>de<br />

eeuw: van Dam <strong>en</strong> van Tielhof, Waterstaat in sted<strong>en</strong>land.


Polders zonder poldermodel? » 25<br />

De economische transformatie van de kustvlakte had e<strong>en</strong> directe invloed<br />

op de betrokk<strong>en</strong>heid van de boer<strong>en</strong> bij het waterbeheer. Dit blijkt allereerst uit<br />

de verander<strong>en</strong>de arbeidsorganisatie in de waterstaat. Dat het grootste deel van<br />

de waterstaatswerk<strong>en</strong> niet meer door de individuele boer<strong>en</strong> maar door de watering<strong>en</strong><br />

werd uitgevoerd, werd in de derti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> veerti<strong>en</strong>de eeuw nog gecomp<strong>en</strong>seerd<br />

doordat de watering<strong>en</strong> op grote schaal e<strong>en</strong> beroep ded<strong>en</strong> op het<br />

lokaal aanwezige arbeidspot<strong>en</strong>tieel van kleine boer<strong>en</strong>, die als loonarbeider in<br />

di<strong>en</strong>st van de watering <strong>voor</strong>al in het winterseizo<strong>en</strong> e<strong>en</strong> extraatje kond<strong>en</strong> verdi<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Vanaf de vijfti<strong>en</strong>de eeuw veranderde de arbeidsorganisatie binn<strong>en</strong> het<br />

waterbeheer echter grondig, waarbij steeds meer werk<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitbesteed,<br />

vaak aan gespecialiseerde dijkwerkers die in het gehele Westerscheldegebied<br />

opereerd<strong>en</strong>. 63 Het feit dat meer <strong>en</strong> meer grond in hand<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> steeds kleinere<br />

groep grondbezitters kwam, betek<strong>en</strong>de daarnaast ook dat de grondbelasting<br />

waarmee het waterbeheer gefinancierd werd door e<strong>en</strong> steeds kleiner aantal<br />

person<strong>en</strong> betaald werd. Ter illustratie: in de 3129 hectare grote Oude<br />

Yev<strong>en</strong>e-watering bij Oostburg (Westelijk Zeeuws-Vlaander<strong>en</strong>) bezat<strong>en</strong> in 1550<br />

de 28 grootste eig<strong>en</strong>aars ruim 45 proc<strong>en</strong>t van de grond<strong>en</strong>. In 1388 was dat nog<br />

maar 25,8 proc<strong>en</strong>t. Tezelfdertijd was het aantal kleine eig<strong>en</strong>aars met minder<br />

dan vijf hectare grondbezit in het gebied afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> van 1289 naar 303. 64 De<br />

toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> invloed van de grootgrondbezitters én de beperkte inspraak <strong>voor</strong><br />

kleine eig<strong>en</strong>aars zijn dus lang niet onlogisch in het licht van de sociaal-economische<br />

evolutie van het gebied. Of dit alles de efficiëntie van het waterbeheer<br />

t<strong>en</strong> goede kwam, is sterk de vraag. Beslissing<strong>en</strong> over investering<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

steeds minder bepaald door de belang<strong>en</strong> van de bewoners van het gebied <strong>en</strong><br />

steeds meer door de inkom<strong>en</strong>sstrategieën van elite-groep<strong>en</strong> die zelf niet in het<br />

gebied woond<strong>en</strong>. De cascade van stormvloed<strong>en</strong> <strong>en</strong> grote overstroming<strong>en</strong> in de<br />

vijfti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong>de eeuw, doet <strong>voor</strong>alsnog niet vermoed<strong>en</strong> dat dit de efficiëntie<br />

van het waterbeheer erg t<strong>en</strong> goede kwam. 65<br />

62. Tho<strong>en</strong>, Social agro-systems, 52-62; E. Tho<strong>en</strong> <strong>en</strong> T. So<strong>en</strong>s, ‘The family or the farm: a<br />

Sophie’s choice? The late medieval crisis in the former county of Flanders’, in: J. Dr<strong>en</strong>del<br />

(ed.), Postan – Duby : le destin d’un paradigme. Peut-on compr<strong>en</strong>dre les crises économiques de la<br />

fin du Moy<strong>en</strong> Âge sans le modèle malthusi<strong>en</strong> ? (Leid<strong>en</strong> te verschijn<strong>en</strong>).<br />

63. So<strong>en</strong>s, ‘Explaining defici<strong>en</strong>cies’, 48-50.<br />

64. T. So<strong>en</strong>s, ‘Het waterschap <strong>en</strong> de mythe van democratie in het Anci<strong>en</strong> Régime. Het<br />

<strong>voor</strong>beeld van de Vlaamse kustvlakte in de late middeleeuw<strong>en</strong>’, Jaarboek <strong>voor</strong> Ecologische<br />

Geschied<strong>en</strong>is (2001) 47.<br />

65. Van het midd<strong>en</strong> van de veerti<strong>en</strong>de eeuw tot het einde van de zesti<strong>en</strong>de eeuw kan e<strong>en</strong><br />

zeker parallellisme word<strong>en</strong> vastgesteld tuss<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>domsconc<strong>en</strong>tratie in de Vlaamse<br />

kustvlakte <strong>en</strong> het aantal overstromingsramp<strong>en</strong> t<strong>en</strong> gevolge van stormvloed<strong>en</strong>, zonder dat<br />

hier ev<strong>en</strong>wel e<strong>en</strong> structurele stijging van de investering<strong>en</strong> in het waterbeheer teg<strong>en</strong>over<br />

stond. Pas in de zev<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> achtti<strong>en</strong>de eeuw, nam<strong>en</strong> de investering<strong>en</strong> toe, terwijl het<br />

aantal stormvloed<strong>en</strong> significant afnam. In afwachting van e<strong>en</strong> afzonderlijke analyse van de<br />

investering<strong>en</strong> in het waterbeheer, kan verwez<strong>en</strong> word<strong>en</strong> naar So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 261-371.


26 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

Het polderbestuur: repres<strong>en</strong>tatie of machtsconc<strong>en</strong>tratie?<br />

Vanuit het licht van de zich wijzig<strong>en</strong>de machts- <strong>en</strong> bezitsverhouding<strong>en</strong> in de<br />

laatmiddeleeuwse kustvlakte, di<strong>en</strong>t t<strong>en</strong>slotte ook de rol van het dagelijks bestuur<br />

van de watering<strong>en</strong> opnieuw te word<strong>en</strong> bekek<strong>en</strong>. Dat de bestuurders van<br />

de Vlaamse watering<strong>en</strong> hun gezag gelegitimeerd zag<strong>en</strong> door delegatie van<br />

onderaf, duidt alweer op e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk van e<strong>en</strong> kommunale maatschappijinrichting.<br />

66 De sluismeesters <strong>en</strong> dijkschep<strong>en</strong><strong>en</strong> van de watering<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

door de aanwezig<strong>en</strong> op de algem<strong>en</strong>e vergadering ‘ghecor<strong>en</strong>’, waarbij het woord<br />

‘keur<strong>en</strong>’ hier wellicht eerder in de betek<strong>en</strong>is van ‘bij verord<strong>en</strong>ing vaststell<strong>en</strong>’<br />

dan als synoniem <strong>voor</strong> het hed<strong>en</strong>daagse ‘kiez<strong>en</strong>’ moet word<strong>en</strong> gelez<strong>en</strong>. 67<br />

Coöptatie of b<strong>en</strong>oeming door hogere overhed<strong>en</strong> zoals ondermeer in de Hollandse<br />

hoogheemraadschapp<strong>en</strong> vaak het geval was, vind<strong>en</strong> we in het laatmiddeleeuwse<br />

Vlaander<strong>en</strong> in regel niet terug. 68 Enkel bij on<strong>en</strong>igheid op de algem<strong>en</strong>e<br />

vergadering of bij het overlijd<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bestuurder-in-functie, was soms<br />

<strong>voor</strong>zi<strong>en</strong> dat het bestaande bestuur nieuwe bestuursled<strong>en</strong> kon aanstell<strong>en</strong>. 69<br />

Voor onze vraagstelling is <strong>voor</strong>al van belang wie tot bestuurder kon word<strong>en</strong><br />

aangesteld. Formeel gezi<strong>en</strong> was er meestal maar één minimum-vereiste: kandidaat-bestuurders<br />

di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>aar te zijn in de betrokk<strong>en</strong> watering. Zelfs<br />

deze <strong>voor</strong>waarde was niet absoluut: indi<strong>en</strong> in de rang<strong>en</strong> van de grondbezitters<br />

géén geschikte kandidaat werd gevond<strong>en</strong>, kon ook e<strong>en</strong> gewone inwoner van<br />

het gebied of zelfs e<strong>en</strong> volledige buit<strong>en</strong>staander tot bestuurder word<strong>en</strong> aangesteld,<br />

wat in de praktijk echter maar zeld<strong>en</strong> gebeurde. 70 Van e<strong>en</strong> minimumgrondbezit<br />

was in regel ge<strong>en</strong> sprake. E<strong>en</strong> aantal elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> doet vermoed<strong>en</strong><br />

dat e<strong>en</strong> plaats in het polderbestuur aanvankelijk <strong>voor</strong>al als e<strong>en</strong> soort di<strong>en</strong>st aan<br />

de lokale geme<strong>en</strong>schap werd beschouwd: de oudste reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adruk-<br />

66. Blickle, Kommunalismus, i 51-56.<br />

67. Zie bij<strong>voor</strong>beeld Rijksarchief G<strong>en</strong>t, Sint-Baafs <strong>en</strong> Bisdom, o2586: keure van het Oude<br />

Land van Kadzand d.d. 1486/07/01: ‘ghecor<strong>en</strong> […] bij cuer<strong>en</strong> <strong>en</strong>de me<strong>en</strong>tucht bijd<strong>en</strong> goed<strong>en</strong><br />

lied<strong>en</strong> die daer wes<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> vand<strong>en</strong> ingheland<strong>en</strong>’. Over de betek<strong>en</strong>is van ‘keure’ in<br />

Vlaander<strong>en</strong> : L. Gilliodts-Van Sever<strong>en</strong>, ‘La portée du mot Keure dans les chartes de Flandre’,<br />

La Flandre 16 (1885) 107-142.<br />

68. Van der Lind<strong>en</strong>, ‘De Nederlandse waterhuishouding’, 543; W. van der Ham (ed.), Hoge<br />

dijk<strong>en</strong>, diepe grond<strong>en</strong>. Land <strong>en</strong> water tuss<strong>en</strong> Rotterdam <strong>en</strong> Gouda. E<strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>is van Schieland<br />

(Utrecht 2004) 53.<br />

69. Bij<strong>voor</strong>beeld rab, mz, inv. nr. 1, keure van de watering Moerkerke Zuid-over-de-Lieve,<br />

18 september 1400.<br />

70. rab, mz, inv. nr. 345/2: keure van de watering Noord-over-de-Lieve <strong>en</strong> Lapscheure, 25<br />

april 1506: ‘Voort es ghecuert dat ghe<strong>en</strong> man sluusmeester noch clerc noch dijcscep<strong>en</strong>e<br />

wez<strong>en</strong> <strong>en</strong> zal hij <strong>en</strong> es ghegoet, gheherft of wu<strong>en</strong><strong>en</strong>de inde <strong>voor</strong>seide watringhe <strong>en</strong>de recht<br />

vrijlaet wes<strong>en</strong>de of t<strong>en</strong> zij dat yem<strong>en</strong>d ydions <strong>en</strong>de prouffitelicxt ware t<strong>en</strong> behouve vande<br />

wateringhe, de ingheland<strong>en</strong> gheliev<strong>en</strong>de bij gheme<strong>en</strong><strong>en</strong> accoordt t<strong>en</strong> daghe vander rek<strong>en</strong>inghe’.


Afb. 2 Zegel van Wouter Reinfin, oudste bij naam<br />

bek<strong>en</strong>de sluismeester van e<strong>en</strong> watering in de Vlaamse<br />

kustvlakte (1277, watering Kamerlingsambacht) (RAB,<br />

Oorkond<strong>en</strong> met Blauw Nummer, 6752).<br />

Polders zonder poldermodel? » 27<br />

k<strong>en</strong> dat iemand die verkoz<strong>en</strong><br />

werd weliswaar verplicht was het<br />

ambt te aanvaard<strong>en</strong>, doch niet<br />

langer dan één jaar in functie<br />

di<strong>en</strong>de te blijv<strong>en</strong>. 71 Ook het feit<br />

dat de functie in de oudste reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

als onbezoldigd wordt<br />

beschouwd, wijst in dezelfde<br />

richting. 72 Dit alles kan verklar<strong>en</strong><br />

waarom we in de loop van de derti<strong>en</strong>de<br />

<strong>en</strong> veerti<strong>en</strong>de eeuw sluismeesters<br />

aantreff<strong>en</strong> die behor<strong>en</strong><br />

tot de lokale adel of de hogere clerus.<br />

73 In de grote Blank<strong>en</strong>bergse<br />

watering, waar de clerus vanaf de<br />

veerti<strong>en</strong>de eeuw recht had op e<strong>en</strong><br />

vaste verteg<strong>en</strong>woordiger in het<br />

bestuur van de watering, zi<strong>en</strong> we verschill<strong>en</strong>de abt<strong>en</strong> <strong>en</strong> kapittelproost<strong>en</strong> als<br />

sluismeester optred<strong>en</strong>. Van 1363 tot 1372 was het de proost van het belangrijke<br />

Brugse Sint-Donaaskapittel die deze functie vervulde, op dat og<strong>en</strong>blik niemand<br />

minder dan Guido van Boulogne, kardinaal, zoon van de graaf van Boulogne<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> actief diplomaat in pauselijke di<strong>en</strong>st. 74 Het is daarbij niet zo dat<br />

het hier om e<strong>en</strong> louter titulair sluismeesterschap ging – gesteld dat iemand als<br />

kardinaal Guido van Boulogne überhaupt prijs zou stell<strong>en</strong> op de titel van sluismeester<br />

van de Blank<strong>en</strong>bergse watering. Deze hoge kerkelijke geestelijke was<br />

ook effectief aanwezig bij de bestuurshandeling<strong>en</strong> van de sluismeesters. 75<br />

In de loop van de vijfti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong>de eeuw is in de reglem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t<br />

de verkiezing van het polderbestuur e<strong>en</strong> duidelijke verschuiving op te merk<strong>en</strong>,<br />

71. Bij<strong>voor</strong>beeld M. Gysseling (ed.), Corpus Gysseling I: Ambtelijke Bescheid<strong>en</strong> (D<strong>en</strong> Haag<br />

1998) nr. 412, keure van de watering Eiesluis, 2 mei 1282: ‘<strong>en</strong>de niem<strong>en</strong>e soe ne es ghebond<strong>en</strong>e<br />

langher te zine sluusmeester iofte ontfanghere danne e<strong>en</strong> jaer, het ne zie bi haer lieder<br />

wille’.<br />

72. Ibidem: ‘dat zo wie dat sluusmeester sal zijn jof ontfanghere […] dat hiet sal zijn sonder<br />

salaris <strong>en</strong>de sonder <strong>en</strong>iggh<strong>en</strong> cost der up te do<strong>en</strong>e’. In sommige watering<strong>en</strong> zoals de grote<br />

Blank<strong>en</strong>bergse watering werd<strong>en</strong> bestuursfuncties echter ook eind derti<strong>en</strong>de eeuw reeds<br />

bezoldigd.<br />

73. Zie So<strong>en</strong>s, Het waterschap, 44, figuur 1.<br />

74. R. De Keyser, ‘Proost<strong>en</strong> van het Sint-Donaaskapittel, ca. 1350-ca. 1450’, in: Sint-Donaas<br />

<strong>en</strong> de <strong>voor</strong>malige Brugse kathedraal ii (Brugge 1988) 32-60.<br />

75. Bij<strong>voor</strong>beeld oab, sjh-w, inv. nr. 14, rek<strong>en</strong>ing 1368-69: ‘Item vertert bi sluusmesters<br />

<strong>en</strong>de bi mijn here d<strong>en</strong> proofst, bi d<strong>en</strong> mester van Sinte Janshuus, bi Riquard van Strat<strong>en</strong>, bi<br />

d<strong>en</strong> mester van d<strong>en</strong> delvers <strong>en</strong>de bi andr<strong>en</strong> die daer war<strong>en</strong> als die brief ghemaect was als zi<br />

dad<strong>en</strong> d<strong>en</strong> waterganc te delv<strong>en</strong>e’.


28 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

gek<strong>en</strong>merkt door de veralgem<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong> vaste jaarwedde <strong>voor</strong> de bestuurders<br />

<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> poging<strong>en</strong> om te verhinder<strong>en</strong> dat dezelfde person<strong>en</strong> jar<strong>en</strong>lang<br />

in functie blev<strong>en</strong> anderzijds. Dat laatste trachtte m<strong>en</strong> in sommige watering<strong>en</strong><br />

te bereik<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> ‘wepelgang’ in te voer<strong>en</strong> – de in stadsbestur<strong>en</strong><br />

vaak <strong>voor</strong>kom<strong>en</strong>de verplichting om e<strong>en</strong> onderbreking tuss<strong>en</strong> twee ambtstermijn<strong>en</strong><br />

in te lass<strong>en</strong>. 76 De oorspronkelijke vrees <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> tekort aan kandidat<strong>en</strong><br />

was op dat og<strong>en</strong>blik duidelijk niet meer aan de orde. Aangezi<strong>en</strong> <strong>voor</strong> deze<br />

latere periode, de bronn<strong>en</strong>reeks<strong>en</strong> vollediger <strong>en</strong> continuer word<strong>en</strong>, is het<br />

mogelijk op systematischer wijze zowel mobiliteit als sociale sam<strong>en</strong>stelling<br />

van de polderbestur<strong>en</strong> te onderzoek<strong>en</strong>. Voor de twee watering<strong>en</strong> van het<br />

ambacht Moerkerke t<strong>en</strong> oost<strong>en</strong> van Brugge kond<strong>en</strong> we de bestuurssam<strong>en</strong>stelling<br />

min of meer ononderbrok<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> van 1455 tot 1545:<br />

Tabel 3 Mobiliteit in het polderbestuur van Moerkerke Zuid- <strong>en</strong> Noord-over-de-Lieve<br />

(1455-1545)<br />

Aantal mandat<strong>en</strong> Aantal person<strong>en</strong> % Aantal mandat<strong>en</strong><br />

(som)<br />

%<br />

1 21 19,1 21 2,9<br />

2 tot 5 34 30,9 97 13,5<br />

5 tot 10 28 25,5 186 25,8<br />

10 tot 15 14 12,7 160 22,2<br />

15+ 13 11,8 257 35,6<br />

totaal 110 100,0 721 100,0<br />

Bron: So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 706-736.<br />

Het doorsnee bestuurslid blijkt e<strong>en</strong> vijftal mandat<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als<br />

sluismeester, dijkschep<strong>en</strong> of klerk-ontvanger in één van beide watering<strong>en</strong>. 77<br />

Bijna twintig proc<strong>en</strong>t van de bestuurders di<strong>en</strong>de zich tevred<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong> met<br />

slechts één mandaat <strong>en</strong> exact de helft met hooguit vijf mandat<strong>en</strong>. De doorstroming<br />

was dus relatief hoog, doch dit stond net zoals in stadsbestur<strong>en</strong> de oligarchisering<br />

niet in de weg. De bestuurders met meer dan ti<strong>en</strong> ambtstermijn<strong>en</strong><br />

legd<strong>en</strong> immers beslag op 57,8 proc<strong>en</strong>t van het aantal mandat<strong>en</strong> – cijfers vergelijkbaar<br />

met meer geslot<strong>en</strong> stadsbestur<strong>en</strong> in de vijfti<strong>en</strong>de- <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong>de-<br />

76. Voor Brugge: D. Van d<strong>en</strong> Auweele, Schep<strong>en</strong>bank <strong>en</strong> schep<strong>en</strong><strong>en</strong> te Brugge (1127-1384).<br />

Bijdrage tot de studie van e<strong>en</strong> gewone stedelijke rechts- <strong>en</strong> bestuursinstelling (doctoraatsverhandeling<br />

geschied<strong>en</strong>is Katholieke Universiteit Leuv<strong>en</strong> 1977) 277; e<strong>en</strong> wepelperiode van<br />

twee jaar werd in de Blank<strong>en</strong>bergse watering <strong>voor</strong>zi<strong>en</strong> in 1421, doch de toepassing hield vermoedelijk<br />

niet lang stand: Gilliodts-Van Sever<strong>en</strong>, Coutumes, ii, 722-724.<br />

77. Rek<strong>en</strong>kundig gemiddelde 6,6; mediaan: 4,5. Merk op dat slechts 7 van de 110 geïd<strong>en</strong>tificeerde<br />

person<strong>en</strong> mandat<strong>en</strong> in beide watering<strong>en</strong> uitoef<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, wat op e<strong>en</strong> sterke lokale<br />

verankering wijst.


eeuwse Nederland<strong>en</strong>. 78 Daarbij uitschieters zoals e<strong>en</strong> Jan f. Boudin de Man,<br />

die maar liefst 48 jaar lang bijna continu in di<strong>en</strong>st stond van de watering van<br />

Moerkerke Noord-over-de-Lieve, eerst van 1513 tot 1527 als dijkschep<strong>en</strong> of<br />

sluismeester, vervolg<strong>en</strong>s als ontvanger tot 1544, <strong>en</strong> t<strong>en</strong>slotte opnieuw als sluismeester<br />

tot 1560. E<strong>en</strong> beperkt aantal person<strong>en</strong> als deze Jan f. Boudin de Man<br />

bracht duidelijk continuïteit in het polderbestuur.<br />

Interessant is natuurlijk ook de materiële welstand van de bestuurders.<br />

Voor de late vijfti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> de zesti<strong>en</strong>de eeuw beschikk<strong>en</strong> we over e<strong>en</strong> tweetal<br />

bronn<strong>en</strong>, dat ons e<strong>en</strong> indicatie hieromtr<strong>en</strong>t kan gev<strong>en</strong>. Anders dan de sted<strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>de het Brugse Vrije e<strong>en</strong> belastingstelsel dat gebaseerd was op directe belasting<strong>en</strong><br />

(‘pointing<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘zetting<strong>en</strong>’). Vertrekpunt van dit stelsel was e<strong>en</strong> schatting<br />

van grondgebruik, rijkdom <strong>en</strong> handelsinkom<strong>en</strong> van alle belastingplichtig<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> bepaalde omschrijving. Op basis van deze schatting werd aan elke<br />

belastingplichtige e<strong>en</strong> fictief aantal ‘lod<strong>en</strong>’ toegek<strong>en</strong>d, dat dan weer correspondeerde<br />

met het werkelijke aandeel in de te verdel<strong>en</strong> belasting. E<strong>en</strong> belastingplichtige<br />

aan wie vier ‘lod<strong>en</strong>’ werd<strong>en</strong> toegek<strong>en</strong>d, betaalde dus het viervoudige<br />

van e<strong>en</strong> belastingplichtige met maar één ‘lood’. 79 Daar het aantal ‘lod<strong>en</strong>’ correspondeerde<br />

met e<strong>en</strong> inschatting van welvaart – zij het <strong>voor</strong>al in de betek<strong>en</strong>is<br />

van grondgebruik – zijn de individuele belastinglijst<strong>en</strong> per parochie of ambacht<br />

e<strong>en</strong> belangrijke bron <strong>voor</strong> het opstell<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> sociale stratigrafie van<br />

de plattelandsgeme<strong>en</strong>schap. Voor het ambacht Moerkerke werd<strong>en</strong> twee dergelijke<br />

lijst<strong>en</strong> bewaard – elk <strong>voor</strong> e<strong>en</strong> ander deel van het ambacht – waarbij het<br />

mogelijk is de groep polderbestuurders af te zonder<strong>en</strong> uit het geheel van belastingplichtig<strong>en</strong>.<br />

Zoals blijkt uit tabell<strong>en</strong> 4A <strong>en</strong> 4B viel<strong>en</strong> de meeste polderbestuurders<br />

duidelijk in de hogere belastingschal<strong>en</strong>, <strong>en</strong> werd<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

de plattelandsbewoners met het hoogste vermog<strong>en</strong> bijna automatisch tot het<br />

polderbestuur geroep<strong>en</strong>.<br />

Tabel 4A ‘Zetting’ in Moerkerke-ambacht (partim heerlijkheid Middelburg), 1463<br />

‘Lod<strong>en</strong>’


30 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

Tabel 4b ‘Pointing’ in Moerkerke-ambacht (partim Brugse Vrije), oktober 1484<br />

‘Lod<strong>en</strong>’


goeder<strong>en</strong>. Net als de belastinglijst<strong>en</strong> laat ook de analyse van de wez<strong>en</strong>boek<strong>en</strong><br />

in tabel 5 toe de polderbestuurders nauwkeuriger te plaats<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de dorpsgeme<strong>en</strong>schap:<br />

Tabel 5 Nalat<strong>en</strong>schap van polderbestuurders in Moerkerke-ambacht (1455-1545)<br />

Polders zonder poldermodel? » 31<br />

Bestuurders<br />

1455-1505<br />

Bestuurders<br />

1455-1545<br />

Refer<strong>en</strong>tie-waard<br />

<strong>en</strong> 1460-1505<br />

N 9 23 22<br />

gemiddeld grondbezit (ha) 12,24 9,2 1,8<br />

gemiddelde waarde roer<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> (s. grot<strong>en</strong>) 171,4 616,3 70,4<br />

ge<strong>en</strong> grondbezit<br />

Bronn<strong>en</strong>: rab, rv, inv. nr. 16563-16572.<br />

3 5 17<br />

In vergelijking met de refer<strong>en</strong>tie-waard<strong>en</strong> die betrekking hebb<strong>en</strong> op alle<br />

geregistreerde nalat<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> in het gebied, blijkt de polderbestuurder<br />

gemiddeld rijker te zijn geweest, zowel wat betreft grondbezit als wat betreft<br />

roer<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong>. Daar de registratie <strong>en</strong>kel het erfdeel van minderjarige kinder<strong>en</strong><br />

vermeldt, het totaal aantal erfg<strong>en</strong>am<strong>en</strong> moeilijk afleidbaar is <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

slechts het bezit van de overled<strong>en</strong> ouder werd opgesomd, zijn deze cijfers<br />

minder bruikbaar <strong>voor</strong> de inschatting van de rijkdom van individuele person<strong>en</strong>.<br />

Toch kunn<strong>en</strong> de rijkste nalat<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> in heel wat gevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gekoppeld aan promin<strong>en</strong>te polderbestuurders. In sommige gevall<strong>en</strong> kan zelfs<br />

het wel <strong>en</strong> wee van verschill<strong>en</strong>de g<strong>en</strong>eraties word<strong>en</strong> gevolgd. Nem<strong>en</strong> we als<br />

<strong>voor</strong>beeld opnieuw de familie de Man in Moerkerke. Zowel vader Boudin f. Jan<br />

als de reeds vermelde zoon Jan f. Boudin zeteld<strong>en</strong> in de eerste helft van de zesti<strong>en</strong>de<br />

eeuw in het polderbestuur. To<strong>en</strong> in 1502 de echtg<strong>en</strong>ote van Boudin f.<br />

Jan overleed, was de nalat<strong>en</strong>schap nog relatief bescheid<strong>en</strong>, met slechts drie<br />

hectare grond <strong>en</strong> 300 s. grot<strong>en</strong>. 82 Boudin f. Jan was e<strong>en</strong> pachtboer in de watering<br />

van Moerkerke-Noord-over-de-Lieve, die e<strong>en</strong> hofstede van één van de grotere<br />

eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> in het gebied uitbaatte. 83 Met dit bescheid<strong>en</strong> grondbezit zou<br />

vader de Man toch tweemaal ‘sluismeester’ word<strong>en</strong>, wat er op wijst dat ook grotere<br />

pachtboer<strong>en</strong> met beperkt eig<strong>en</strong> grondbezit e<strong>en</strong> bescheid<strong>en</strong> plaats in het<br />

polderbestuur kond<strong>en</strong> innem<strong>en</strong>. Ondanks e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>schijnlijk beperkt fortuin<br />

had vader de Man wel de juiste connecties. Voogd van de wez<strong>en</strong> bij het overlijd<strong>en</strong><br />

van zijn vrouw was Pieter f. Simon Heindricx, landmeter <strong>en</strong> op dat og<strong>en</strong>blik<br />

veruit de grootste grondbezitter in het gebied, die ook zelf jar<strong>en</strong>lang actief<br />

was in het bestuur van de watering. In de voetspor<strong>en</strong> van zijn voogd zou zoon<br />

Jan f. Boudin de Man zijn eig<strong>en</strong> indrukwekk<strong>en</strong>de loopbaan in het polderbestuur<br />

uitbouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling tot zijn vader wel e<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk eig<strong>en</strong><br />

82. rab, rbv, inv. nr. 16568, f132v.<br />

83. Damme, ocmw-Archief, Doos ommelopers, 1, Ommeloper M. Noord-over-de-Lieve 1501.


32 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

grondbezit verwerv<strong>en</strong>. To<strong>en</strong> in 1543 de tweede vrouw van zoon de Man overleed,<br />

kwam aan de minderjarige kinder<strong>en</strong> reeds 21,2 hectare grond toe, <strong>voor</strong><br />

het overgrote deel tijd<strong>en</strong>s het huwelijk verworv<strong>en</strong> <strong>en</strong> dit alles ondanks – of<br />

dankzij – de verregaande eig<strong>en</strong>domsconc<strong>en</strong>tratie in deze periode waarbij zoals<br />

gezegd steeds meer grond in hand<strong>en</strong> kwam van niet in het gebied woonachtige<br />

eig<strong>en</strong>aars. De wez<strong>en</strong> erfd<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de omvangrijke som van 133 pond of<br />

2660 schelling<strong>en</strong> grot<strong>en</strong> Vlaams. 84 De voogd<strong>en</strong> die bij deze geleg<strong>en</strong>heid aangesteld<br />

war<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> niet toevallig collega’s van Jan f. Boudin de Man in het<br />

polderbestuur, met bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> familiale band<strong>en</strong> met de Man – ev<strong>en</strong> zoveel<br />

indicaties <strong>voor</strong> het funger<strong>en</strong> van het polderbestuur als factor van machtsverwerving<br />

in de lokale platttelandsgeme<strong>en</strong>schap <strong>en</strong> onderdeel van patrimoniale<br />

<strong>en</strong> familiale strategieën van de lokale elite.<br />

De watering<strong>en</strong> van Moerkerke-ambacht die we in de <strong>voor</strong>gaande paragraaf<br />

besprak<strong>en</strong>, war<strong>en</strong> nog relatief beperkt van omvang. Naarmate de oppervlakte<br />

van de watering to<strong>en</strong>am, lijkt de materiële welvaart van de gemiddelde polderbestuurder<br />

alle<strong>en</strong> te zijn toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>: in e<strong>en</strong> grote watering als de Blank<strong>en</strong>bergse<br />

was e<strong>en</strong> grondbezit van 50 hectare of meer in de watering eerder norm<br />

dan uitzondering <strong>voor</strong> polderbestuurders. 85 Het staat met andere woord<strong>en</strong> vast<br />

dat de laatmiddeleeuwse wateringbestuurders in de Vlaamse kustvlakte geselecteerd<br />

werd<strong>en</strong> uit de rijkere bov<strong>en</strong>laag van de plattelandsbewoners. Naarmate<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> meer grond in hand<strong>en</strong> kwam van niet in het gebied<br />

woonachtige eig<strong>en</strong>aars, die hun grond uitbaatt<strong>en</strong> in steeds grotere pachtbedrijv<strong>en</strong>,<br />

werd het aantal pot<strong>en</strong>tiële kandidat<strong>en</strong> <strong>voor</strong> bestuursfuncties steeds<br />

geringer <strong>en</strong> vormde het bestuur steeds minder e<strong>en</strong> afspiegeling van de groep<br />

van grondbezitters, laat staan van de plattelandsbevolking in het algeme<strong>en</strong>.<br />

Theoretisch gezi<strong>en</strong> doet dit géén afbreuk aan het repres<strong>en</strong>tatief karakter van<br />

het wateringbestuur. Ook in de laatmiddeleeuwse sted<strong>en</strong> nam de oligarchisering<br />

van de schep<strong>en</strong>bank<strong>en</strong> vaak verregaande vorm<strong>en</strong> aan. 86 Toch bleef steeds<br />

e<strong>en</strong> vorm van participatie van de bredere lag<strong>en</strong> van de bevolking bij de jaarlijkse<br />

wetsvernieuwing<strong>en</strong> vereist, daar de stadsmagistrat<strong>en</strong> toch nog steeds<br />

e<strong>en</strong> deel van hun legitimiteit aan e<strong>en</strong> mandatering door het volk blev<strong>en</strong> ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Conform middeleeuwse theorieën omtr<strong>en</strong>t politieke repres<strong>en</strong>tatie is het<br />

daarbij nuttig e<strong>en</strong> onderscheid te mak<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de bredere groep van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

die op <strong>en</strong>igerlei wijze kan deelnem<strong>en</strong> (participare) aan het bestuur <strong>en</strong> de veel<br />

beperktere groep die kon word<strong>en</strong> uitverkor<strong>en</strong> om zelf te bestur<strong>en</strong> (principare).<br />

87 Voor de wateringbestur<strong>en</strong> was dit niet anders: e<strong>en</strong> kleine eig<strong>en</strong>geërfde<br />

84. rab, rbv, inv. nr. 16571, f359v.<br />

85. So<strong>en</strong>s, Waterbeheer, 416-417.<br />

86. R. van Uytv<strong>en</strong>, ‘Plutokratie in de “oude demokratieën der Nederland<strong>en</strong>”’, Handeling<strong>en</strong><br />

van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij <strong>voor</strong> Taal- <strong>en</strong> Letterkunde <strong>en</strong> Geschied<strong>en</strong>is 16<br />

(1962) 373-409 <strong>en</strong> vele case-studies sindsdi<strong>en</strong>.


oer kon weliswaar aanwezig zijn bij de verkiezing van het nieuwe bestuur <strong>en</strong><br />

door zijn aanwezigheid <strong>en</strong> impliciete instemming legitimiteit verl<strong>en</strong><strong>en</strong> aan de<br />

bestuurders, doch de kans dat hij zelf werd verkoz<strong>en</strong> was zeer gering, al was de<br />

deur <strong>voor</strong> minder gefortuneerde grondbezitters <strong>voor</strong>al in kleinere watering<strong>en</strong><br />

niet helemaal geslot<strong>en</strong>. De ‘grote geland<strong>en</strong>’, waarvan we hierbov<strong>en</strong> zag<strong>en</strong> dat<br />

aan hun promin<strong>en</strong>te aanwezigheid op algem<strong>en</strong>e vergadering<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groot belang<br />

werd gehecht, hadd<strong>en</strong> ongetwijfeld e<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>de invloed op de keuze<br />

van de bestuurders. Ook al verwaardigd<strong>en</strong> de allerbelangrijkste grootgrondbezitters<br />

– abt<strong>en</strong>, patriciërs, adellijke families <strong>en</strong> functionariss<strong>en</strong> in di<strong>en</strong>st van<br />

het c<strong>en</strong>traal gezag – zich na 1400 niet langer om nog zelf in polderbestur<strong>en</strong> te<br />

zetel<strong>en</strong>, ze zag<strong>en</strong> hun belang<strong>en</strong> uitstek<strong>en</strong>d verdedigd door lokale dorpselites<br />

<strong>voor</strong> wie dergelijke bestuursfuncties als factor<strong>en</strong> van machtsverwerving in de<br />

lokale dorpsgeme<strong>en</strong>schap kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>.<br />

Tot besluit: het poldermodel ontpolderd?<br />

Polders zonder poldermodel? » 33<br />

De eeuw<strong>en</strong>lange strijd teg<strong>en</strong> het water heeft de sam<strong>en</strong>leving van de Lage<br />

Land<strong>en</strong> op velerlei vlak getek<strong>en</strong>d. Het <strong>voor</strong>al in Nederland wijdverbreide beeld<br />

als zou deze strijd de middeleeuwse bewoners van de kustvlakt<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

unieke vorm van sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> overleg hebb<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

geheel eig<strong>en</strong> overlegcultuur tot gevolg, kan blijk<strong>en</strong>s ons onderzoek niet zonder<br />

nuancering tot de Vlaamse kustvlakte word<strong>en</strong> uitgebreid. Aan de hand van e<strong>en</strong><br />

kritische analyse van de besluitvorming in de laatmiddeleeuwse Vlaamse<br />

waterschapp<strong>en</strong>, werd onderzocht in hoeverre participatie, inspraak <strong>en</strong> overleg<br />

inderdaad de fundam<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> waarop het huis van de waterstaat was<br />

gebouwd. In bronn<strong>en</strong> uit de praktijk van het middeleeuwse waterbeheer wordt<br />

de formele cons<strong>en</strong>sus van de betrokk<strong>en</strong> plattelandsgeme<strong>en</strong>schap – de<br />

geme<strong>en</strong>te of ‘me<strong>en</strong>tucht’ – als basis van zowel organisatie als besluitvorming<br />

gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> war<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>voor</strong> overleg <strong>en</strong> zelfs discussie legio. Tot<br />

e<strong>en</strong> besluit kwam m<strong>en</strong> echter niet op basis van actuele democratische principes,<br />

doch wel volg<strong>en</strong>s viger<strong>en</strong>de middeleeuwse opvatting<strong>en</strong> waarbij niet de<br />

numerieke meerderheid, maar wel de opvatting van het meest <strong>voor</strong>aanstaande<br />

deel van de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> doorslaggev<strong>en</strong>d was. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kan de ‘geme<strong>en</strong>te’<br />

van e<strong>en</strong> waterschap op ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele wijze gelijkgesteld word<strong>en</strong> met het geheel<br />

van alle belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong>, door de formele uitsluiting van belangrijke groep<strong>en</strong><br />

in de platttelandssam<strong>en</strong>leving zoals de landloz<strong>en</strong> <strong>en</strong> de pachtboer<strong>en</strong>.<br />

87. J. van Leeuw<strong>en</strong>, De Vlaamse wetsvernieuwing: e<strong>en</strong> onderzoek naar de jaarlijkse keuze <strong>en</strong><br />

aanstelling van het stadsbestuur in G<strong>en</strong>t, Brugge <strong>en</strong> Ieper in de Middeleeuw<strong>en</strong> (Brussel 2004)<br />

251-252.


34 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

Dat bestuur <strong>en</strong> beleid in het waterbeheer gebaseerd war<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> vorm van<br />

Delegation von unt<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet op monokratische of autoritaire modell<strong>en</strong> van<br />

machtsuitoef<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> overheidsgezag, vermindert dus ge<strong>en</strong>szins het belang<br />

van economische <strong>en</strong> politieke ongelijkheid als bepal<strong>en</strong>de factor in de besluitvorming.<br />

De instituties die in het middeleeuwse waterbeheer ontwikkeld werd<strong>en</strong>,<br />

di<strong>en</strong>d<strong>en</strong> immers niet zonder meer ‘het algeme<strong>en</strong> belang’ – ook al pret<strong>en</strong>der<strong>en</strong><br />

ze vaak van wel – doch ze weerspiegeld<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevestigd<strong>en</strong> in de eerste<br />

plaats bestaande machtsverhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong> particuliere belang<strong>en</strong>. Dit belang van<br />

maatschappelijke ongelijkheid is mete<strong>en</strong> één van de belangrijkste nuancering<strong>en</strong><br />

die vanuit historische hoek kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geformuleerd op bestuurskundige<br />

modell<strong>en</strong> die het geme<strong>en</strong>schappelijk beheer door alle belanghebb<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

c<strong>en</strong>traal stell<strong>en</strong>, zoals in de theorievorming rond Kommunalisme <strong>en</strong> Common<br />

Pool Resources. 88 Zich wijzig<strong>en</strong>de economische <strong>en</strong> politieke machtsverhouding<strong>en</strong><br />

beïnvloedd<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de participatiegraad van de lokale bevolking in<br />

belangrijke mate. Het verdwijn<strong>en</strong> van de kleine eig<strong>en</strong>geërfde boer, de oprukk<strong>en</strong>de<br />

eig<strong>en</strong>domsconc<strong>en</strong>tratie <strong>en</strong> de commercialisering van de landbouw in<br />

de Vlaamse kustvlakte tuss<strong>en</strong> de veerti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> zesti<strong>en</strong>de eeuw, beperkt<strong>en</strong> de<br />

groep van person<strong>en</strong> die daadwerkelijk inspraak hadd<strong>en</strong> steeds verder, tot uiteindelijk<br />

slechts e<strong>en</strong> conglomeraat overbleef van stedelijke <strong>en</strong> kerkelijke grootgrondbezitters<br />

aangevuld met <strong>en</strong>kele plattelandsnotabel<strong>en</strong> <strong>en</strong> her<strong>en</strong>boer<strong>en</strong> die<br />

de di<strong>en</strong>st uitmaakt<strong>en</strong> in het dagelijks bestuur van de watering<strong>en</strong>.<br />

Verder onderzoek zal moet<strong>en</strong> uitwijz<strong>en</strong> in hoeverre onze conclusies <strong>voor</strong><br />

de laatmiddeleeuwse Vlaamse kustvlakte ook naar de besluitvorming in het<br />

waterbeheer van andere kustgebied<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> doorgetrokk<strong>en</strong>. Het is<br />

mogelijk dat in regio’s die langer op zelf<strong>voor</strong>zi<strong>en</strong>ing <strong>en</strong> eig<strong>en</strong>geërfde landbouw<br />

gericht blev<strong>en</strong>, participatie <strong>en</strong> effectieve inspraak van bredere groep<strong>en</strong> in<br />

het waterbeheer van best<strong>en</strong>diger aard war<strong>en</strong>. 89 In de Noordelijke Nederland<strong>en</strong><br />

onderging e<strong>en</strong> gewest als Holland dezelfde overgang naar e<strong>en</strong> kapitalistische<br />

landbouweconomie, zij het met <strong>en</strong>ige vertraging t<strong>en</strong> opzichte van de Vlaamse<br />

kustvlakte. 90 Ook <strong>voor</strong> Holland kan m<strong>en</strong> de vraag stell<strong>en</strong> in hoeverre met de<br />

commercialisering van de landbouw <strong>en</strong> het verdwijn<strong>en</strong> van de eig<strong>en</strong>geërfde<br />

88. Zie de kritiek<strong>en</strong> van respectievelijk M. Prak, ‘Kommunalisme <strong>en</strong> de sted<strong>en</strong> van de<br />

Noordelijke Nederland<strong>en</strong> t<strong>en</strong> tijde van de Republiek’, Noordbrabants Historisch Jaarboek<br />

17-18 (2000-2001) 17; C. Johnson, ‘Uncommon ground. The poverty of history in common<br />

property discourse’, Developm<strong>en</strong>t and Change 35 (2004) 407-433 <strong>en</strong> A. Agrawal, ‘Sustainable<br />

governance of common pool resources: context, methods and politics’, Annual Review of<br />

Anthropology 32 (2003) 243-262 in het bijzonder 257.<br />

89. Zie bij<strong>voor</strong>beeld P.C.M. Hopp<strong>en</strong>brouwers, E<strong>en</strong> middeleeuwse sam<strong>en</strong>leving. Het land van<br />

Heusd<strong>en</strong> (ca. 1360-ca. 1515) (Wag<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> 1992) 507-511 <strong>en</strong> idem, ‘The Use and Managem<strong>en</strong>t<br />

of Commons in the Netherlands. An Overview’, in: M. De Moor, L. Shaw-Taylor <strong>en</strong><br />

P. Warde (eds.), The managem<strong>en</strong>t of common land in north west Europe, c. 1500-1850 (Turnhout<br />

2002) 87-112.


oer<strong>en</strong>, de inspraak <strong>en</strong> cons<strong>en</strong>sus in de waterstaat niet volledig e<strong>en</strong> zaak werd<strong>en</strong><br />

van de stedelijke <strong>en</strong> rurale elites <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s of de vaak geconstateerde chronologische<br />

<strong>en</strong> geografische continuïteit tuss<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>werking in de strijd<br />

teg<strong>en</strong> het water <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de traditie van cons<strong>en</strong>susgerichte besluitvorming<br />

anderzijds, daarmee niet in het gedrang komt. 91 Op die manier behoev<strong>en</strong> de<br />

verme<strong>en</strong>de wortels van het Nederlandse ‘poldermodel’ in de middeleeuwse<br />

waterstaat dezelfde historische nuancering als de stelling van de Amerikaanse<br />

politicoloog Robert D. Putnam, die e<strong>en</strong> verband zag tuss<strong>en</strong> de traditie van<br />

onderlinge sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> niet-hiërarchische relaties in de laatmiddeleeuwse<br />

Noord-Italiaanse stadstat<strong>en</strong> <strong>en</strong> de grotere bestuurlijke efficiënte <strong>en</strong><br />

beter uitgebouwde civil society in het actuele noord<strong>en</strong> van Italië in vergelijking<br />

met het achterophink<strong>en</strong>de zuid<strong>en</strong>. 92 Niet alle<strong>en</strong> zag Putnam chronologische<br />

<strong>en</strong> geografische continuïteit waar die er niet was, doch hij liet zich <strong>voor</strong>al ook<br />

misleid<strong>en</strong> door het humanistische discours omtr<strong>en</strong>t burgerlijke deugd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

het bestaan van talrijke horizontale sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> – van patriciërs<br />

– in de Noord-Italiaanse stadstat<strong>en</strong>. 93 Het bestaan <strong>en</strong> doorslaggev<strong>en</strong>d belang<br />

van hiërarchische machtsverhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong> economische <strong>en</strong> politieke ongelijkhed<strong>en</strong>,<br />

de <strong>voor</strong>tdur<strong>en</strong>de factiestrijd <strong>en</strong> het nastrev<strong>en</strong> van persoonlijk <strong>en</strong> familiaal<br />

eig<strong>en</strong>belang in die stadstat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> daarbij grot<strong>en</strong>deels uit het oog verlor<strong>en</strong>.<br />

94 Op id<strong>en</strong>tieke wijze will<strong>en</strong> we ook het terugvoer<strong>en</strong> van tradities van<br />

inspraak <strong>en</strong> overleg op de besluitvorming in de middeleeuwse polders nuancer<strong>en</strong>.<br />

Voor zover er al sprake was van participatie, verliep deze keurig binn<strong>en</strong> de<br />

lijn<strong>en</strong> van de bestaande machtsverhouding<strong>en</strong>, waarbij het zoek<strong>en</strong> naar cons<strong>en</strong>sus<br />

<strong>voor</strong>al dieg<strong>en</strong><strong>en</strong> betrof bov<strong>en</strong>aan de maatschappelijke ladder.<br />

Over de auteur<br />

Polders zonder poldermodel? » 35<br />

Tim So<strong>en</strong>s (1977) studeerde geschied<strong>en</strong>is aan de Universiteit G<strong>en</strong>t, waar hij<br />

in 2006 promoveerde op e<strong>en</strong> historisch-ecologisch onderzoek naar het water-<br />

90. De rec<strong>en</strong>tste stand van zak<strong>en</strong> is: B. van Bavel <strong>en</strong> van J.L. Zand<strong>en</strong>, ‘The jump-start of the<br />

Holland economy during the late-medieval crisis, c. 1350-c.1500’, Economic History Review<br />

57 (2004) 503-532.<br />

91. Voor het hoogheemraadschap Rijnland, vergelijk van Dam <strong>en</strong> van Tielhof, Waterstaat<br />

in sted<strong>en</strong>land.<br />

92. R.D. Putnam, Making Democracy Work (Princeton 1993).<br />

93. M. Huysseune, ‘Putnam interpreter<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> Italiaanse context’, in: M. Hooghe<br />

(ed.), Sociaal kapitaal <strong>en</strong> democratie. Ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong>, sociaal kapitaal <strong>en</strong> politieke cultuur (Leuv<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> Leusd<strong>en</strong> 2000) 61-82; M. Jurdjevic, ‘Trust in R<strong>en</strong>aissance electoral politics’, Journal<br />

of Interdisciplinary History 34 (2004) 601-614.<br />

94. S.K. Cohn, ‘La storia secondo Robert Putnam’, Polis 8 (1994) 315-324; G. Brucker, ‘Civic<br />

traditions in premodern Italy’, Journal of Interdisciplinary History 29 (1999) 357-377.


36 » Tim So<strong>en</strong>s<br />

beheer in de Vlaamse kustvlakte tuss<strong>en</strong> de late derti<strong>en</strong>de <strong>en</strong> het midd<strong>en</strong> van de<br />

zesti<strong>en</strong>de eeuw. Sinds 2000 is hij als assist<strong>en</strong>t <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s als doctor-assist<strong>en</strong>t<br />

verbond<strong>en</strong> aan de onderzoeksgroep Ecologische Geschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> het<br />

departem<strong>en</strong>t Middeleeuwse Geschied<strong>en</strong>is van de Universiteit G<strong>en</strong>t. Naast<br />

waterstaatshistorische bijdrag<strong>en</strong>, publiceerde hij ook over de economische <strong>en</strong><br />

socio-politieke ontwikkeling van het laatmiddeleeuwse Vlaander<strong>en</strong>.<br />

E-mail: tim.so<strong>en</strong>s@ug<strong>en</strong>t.be

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!