Eindrapport Impact van geluid op welzijn, leefmilieu en ...
Eindrapport Impact van geluid op welzijn, leefmilieu en ... Eindrapport Impact van geluid op welzijn, leefmilieu en ...
Bereidheid tot betalen lijkt te starten bij een blootstelling van +/- 55 dB(A). Er lijkt ook een sterke toename te zijn in bereidheid tot betalen van zodra ernstige geluidshinder wordt gerapporteerd. Dit doet vermoeden dat ernstige geluidshinder een zinvolle indicator voor impact van geluid is. Geluidsbron Geluidsdepreciatieindex huizenprijzen (%/dB) Wegverkeer 0.08 tot 2.(Navrud, 2002) 0.2 tot 1. (Nelthorp, 2007) soms zelfs negatief (Hui et al. 2007, Blanco et al., 2011), Luchtvaart 0.08 tot 2 (Navrud, 2002) 0.6 (US, Nelson, 2004) Bereidheid tot betalen /dB/huisgezin/jaar in euro 2 tot 100 (Nelthorp, 2007) 8 tot 1000, maar meeste studies aan lagere kant Spoorverkeer Nauwelijks bestudeerd Niet gekend Industrieel geluid Nauwelijks bestudeerd, enkel in Niet gekend en andere combinatie met wegverkeer TABEL 2 WONINGDEPRECIATIE EN BEREIDHEID TOT BETALEN DIE IN VERSCHILLENDE META-ANALYSE STUDIES WERDEN TERUGGEVONDEN. 46 Impact van geluid op welzijn, leefmilieu en volksgezondheid in Vlaanderen
4. SITUATIE IN VLAANDEREN EN BELEID 4.1. SITUATIE IN VLAANDEREN Voor wat omgevingsgeluid betreft wordt de situatie in Vlaanderen opgevolgd in het milieurapport (MIRA, www.milieurapport.be). In dit rapport worden verschillende berekende indicatoren jaarlijks opgevolgd. De belangrijkste bevindingen zijn: - De geluidsemissie door wegverkeer op snelwegen lijkt niet (logaritmisch) evenredig toe te nemen met de groei van de verkeersintensiteit. - Zowel berekeningen als steekproefmetingen tonen aan dat de gemiddelde blootstelling aan wegverkeersgeluid ter hoogte van de gevel overdag lichtjes gestegen is over de voorbije 13 jaar. Het percentage van de inwoners van Vlaanderen dat blootgesteld is aan LAeq overdag hoger dan 65 dB(A) bedraagt ruim 30% en is daarmee vrij hoog ten opzichte van het Europese gemiddelde. Methodologische verschillen in het bepalen van dit percentage in verschillende landen noodzaken enige voorzichtigheid bij deze interpretatie. - Blootstelling aan spoorverkeersgeluid is beperkt (< 2% is blootgesteld aan niveaus boven 65 dB(A))doordat in vergelijking met wegverkeer minder mensen dicht bij een spoorlijn wonen. - Het aantal inwoners van Vlaanderen blootgesteld aan vliegtuiggeluid nabij de belangrijkste luchthavens is de laatste 15 jaar significant gedaald wanneer men Lden hoger dan 60 dB(A) als belast beschouwd. Ten opzichte van de omringende landen scoort België gemiddeld op dit vlak, maar wanneer we de heel hoge blootstelling (>70 dB(A)) beschouwen, dan halen we de top drie binnen Europa na het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. - Door de opeenvolgende wijzigingen in vliegroutes rond Brussel nationaal is het aantal vliegtuiggecorreleerde geluidsgebeurtenissen (LAeq,1sec,max > 75 dB(A)s) op sommige meetposten gedaald, op andere dan weer gestegen over de voorbije 5 jaar. - Het berekende globale percentage van de inwoners in Vlaanderen dat potentieel ernstig gehinderd is door geluid, verandert niet significant over de voorbije 10 jaar. Een tweede belangrijke bron van informatie over de toestand van het omgevingsgeluid in Vlaanderen zijn de geluidshinderenquêtes uitgevoerd door LNE in 2001, 2004 en 2008. Figuur 22 toont de trends in het percentage van de bevolking in Vlaanderen dat ernstige geluidshinder rapporteert voor verschillende groepen van geluidsbronnen. Voor de overzichtelijkheid is voor KMO&industrie, recreatie en toerisme, landbouw en buren enkel een totaal van verschillende bronnen die onder deze categorie vallen weergegeven. De opvallendste conclusies zijn: - Straatverkeer is – zoals in de meeste geïndustrialiseerde landen – de belangrijkste bron van geluidshinder. - Het percentage ernstig gehinderden door straatverkeer is de laatste jaren (marginaal) significant gedaald. Hinder door straatverkeersgeluid treedt vooral op langs doorgangswegen zowel in de lintbebouwing als bij de doorgang door dorpen. Op deze wegen is het verkeer en vooral het zware verkeer de voor de laatste enquête lichtjes gedaald (studiedienst Vlaamse regering, www.vlaanderen.be). Deze daling is echter niet van dien aard dat in steekproef-metingen (rapport MIRA metingen) een daling van het gemiddeld geluidsdrukniveau wordt waargenomen. Methodologische fouten in de enquête zijn niet volledig uit te sluiten. - Ook het % ernstig gehinderden door luchtvaart is tussen 2004 en 2008 gedaald. De licht dalen-de trend in vliegbewegingen op Vlaamse luchthavens die in 2001 werd ingezet samen met het uitfaseren van de luidruchtigste vliegtuigen kan hiervoor verantwoordelijk zijn. Er moet echter opgemerkt worden dat de mensen die ernstige geluidshinder door luchtvaart rapporteren niet enkel nabij de burgerluchthavens wonen. Ook militaire en recreatieve vluchten dragen bij. - Binnen de bronnengroep burenhinder is het vooral geluid van huisdieren dat voor ernstige geluidshinder zorgt gevolgd door spelende kinderen, muziek en TV en doe-het-zelf-activiteiten. Binnen de bronnengroep recreatie en toerisme is muziek in auto’s – ietwat onverwacht – de belangrijkste bron van hinder. De bronnengroep KMO & industrie wordt vooral bepaald door laden en lossen enerzijds en bouw en sloop anderzijds. Het geluid van de bedrijven en fabrieken zelf speelt een minder dominante rol, zie Figuur 23. Hierbij is het belangrijk op te merken dat de hinder van bouw en sloop slechts tijdelijk is voor omwonenden, terwijl het geluid van bedrijven en fabrieken een meer permanent karakter heeft. Impact van geluid op welzijn, leefmilieu en volksgezondheid in Vlaanderen 47
- Page 1 and 2: Impact van geluid op welzijn, leefm
- Page 3 and 4: IMPACT VAN GELUID OP WELZIJN, LEEFM
- Page 5 and 6: INHOUDSTAFEL Inhoudstafel _________
- Page 7 and 8: VOORSTELLING CONSORTIUM Onderzoeksg
- Page 9 and 10: BEGRIPPENLIJST A-weging: correctie
- Page 11 and 12: 1. INLEIDING Met dit rapport wil he
- Page 13 and 14: 2. GELUID EN GELUIDSWAARNEMING In d
- Page 15 and 16: |S/S max |(dB) 0 -20 -40 -60 10 2 -
- Page 17 and 18: • Lslow: rms druk gemeten met 1 s
- Page 19 and 20: gehoorscortex in de hersenen in par
- Page 21 and 22: omstandigheden (al of niet repetiti
- Page 23 and 24: 2.5. TOTAAL GELUIDSNIVEAU BIJ GELUI
- Page 25 and 26: atmosferisch effecten) op 10 meter
- Page 27 and 28: oppervlaktemassa (in kg/m 2 ) van d
- Page 29 and 30: 3. EFFECTEN VAN GELUID OP DE MENS E
- Page 31 and 32: lootstellingstijd halveert. Naast d
- Page 33 and 34: FIGUUR 15 LAWAAIGERELATEERDE SLAAPV
- Page 35 and 36: ijdragen tot een gevoel van welbeha
- Page 37 and 38: worden, de aandacht zal trekken (De
- Page 39 and 40: door aanpassingen van de bouwtechni
- Page 41 and 42: psychologisch restoreren. Recent he
- Page 43 and 44: als naar psychologisch (of informat
- Page 45 and 46: volume hoge luisterkwaliteit hebben
- Page 47: aandoening blijft het moeilijkst te
- Page 51 and 52: Nochtans is deze informatie essenti
- Page 53 and 54: gehoorschade (bij een piekniveau va
- Page 55 and 56: ervaringen met betrekking tot gelui
- Page 57 and 58: 5. GELUID EN MAATSCHAPPIJ 5.1. HET
- Page 59 and 60: De dominantie van vragen over de lu
- Page 61 and 62: Gevalstudie: naar Vlaamse normen en
- Page 63 and 64: 5.2. TRENDS Trends en toekomstpersp
- Page 65 and 66: . B ELEIDSGESTUURDE SAMENLEVING Er
- Page 67 and 68: De diversiteit in de bevolking met
- Page 69 and 70: Op zoek naar rust en stilte: gevals
- Page 71 and 72: afhankelijk van de geluidsblootstel
- Page 73 and 74: Geluidshinder binnen het maatschapp
- Page 75 and 76: 5.2.5. VRIJE TIJD EN LAWAAI Het mer
- Page 77 and 78: Geluid en stadsontwikkeling: de cas
- Page 79 and 80: 5.3.2. PREVENTIE VAN GEHOORVERLIES
- Page 81 and 82: 6. CONCLUSIES EN SUGGESTIES I S AAN
- Page 83 and 84: Een complex probleem als geluid is
- Page 85 and 86: isolerende kwaliteit van scheidings
- Page 87 and 88: 7. REFERENTIES Alvarsson JJ, Wiens
- Page 89 and 90: Europese Commssie (2003). Richtlijn
- Page 91 and 92: Milieubeleidsplan Vlaanderen (Ontwe
- Page 93 and 94: Stansfeld SA, Matheson MP (2003). N
- Page 95 and 96: APPENDIX A: INTERVIEWS MET INTERNAT
- Page 97 and 98: Interview Birgitta Berglund Birgitt
Bereidheid tot betal<strong>en</strong> lijkt te start<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> blootstelling <strong>van</strong> +/- 55 dB(A). Er lijkt ook e<strong>en</strong> sterke<br />
to<strong>en</strong>ame te zijn in bereidheid tot betal<strong>en</strong> <strong>van</strong> zodra ernstige <strong>geluid</strong>shinder wordt gerapporteerd. Dit<br />
doet vermoed<strong>en</strong> dat ernstige <strong>geluid</strong>shinder e<strong>en</strong> zinvolle indicator voor impact <strong>van</strong> <strong>geluid</strong> is.<br />
Geluidsbron Geluidsdepreciatieindex huiz<strong>en</strong>prijz<strong>en</strong><br />
(%/dB)<br />
Wegverkeer 0.08 tot 2.(Navrud, 2002)<br />
0.2 tot 1. (Nelthorp, 2007)<br />
soms zelfs negatief (Hui et al. 2007,<br />
Blanco et al., 2011),<br />
Luchtvaart 0.08 tot 2 (Navrud, 2002)<br />
0.6 (US, Nelson, 2004)<br />
Bereidheid tot betal<strong>en</strong><br />
/dB/huisgezin/jaar in euro<br />
2 tot 100 (Nelthorp, 2007)<br />
8 tot 1000, maar meeste<br />
studies aan lagere kant<br />
Spoorverkeer Nauwelijks bestudeerd Niet gek<strong>en</strong>d<br />
Industrieel <strong>geluid</strong> Nauwelijks bestudeerd, <strong>en</strong>kel in<br />
Niet gek<strong>en</strong>d<br />
<strong>en</strong> andere<br />
combinatie met wegverkeer<br />
TABEL 2 WONINGDEPRECIATIE EN BEREIDHEID TOT BETALEN DIE IN VERSCHILLENDE META-ANALYSE STUDIES WERDEN<br />
TERUGGEVONDEN.<br />
46 <strong>Impact</strong> <strong>van</strong> <strong>geluid</strong> <strong>op</strong> <strong>welzijn</strong>, <strong>leefmilieu</strong> <strong>en</strong> volksgezondheid in Vlaander<strong>en</strong>