09.09.2013 Views

Begraven in de kerk, op het kerkhof of op de begraafplaats

Begraven in de kerk, op het kerkhof of op de begraafplaats

Begraven in de kerk, op het kerkhof of op de begraafplaats

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

4<br />

vrijheid had tot ‘<strong>het</strong> aanzeggen’ (bij gemeentele<strong>de</strong>n gaan vertellen) van een sterfgeval.<br />

M<strong>in</strong><strong>de</strong>r snel <strong>op</strong> te lossen was, dat <strong>het</strong> consistorie na verlo<strong>op</strong> van tijd geen overzicht meer<br />

had wie waar <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>kerk</strong> begraven was en hoeveel ruimte er nog over was. Vaak was alleen maar<br />

genoteerd wie begraven was, maar niet waar. Zo lezen we <strong>in</strong> <strong>de</strong> aanteken<strong>in</strong>gen:<br />

‘4 maart 1724 S<strong>op</strong>hia Wol<strong>de</strong>nborg overle<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> k<strong>in</strong><strong>de</strong>rpokjes <strong>in</strong> onse <strong>kerk</strong> begraven’, ‘4 oct 1727<br />

Is <strong>de</strong> huijvrouw van <strong>de</strong>n Heer luitenant Wun<strong>de</strong>r <strong>op</strong> <strong>de</strong>n Toetenburg overle<strong>de</strong>n en enige dagen daarna<br />

<strong>in</strong> onse <strong>kerk</strong> begraven.’ ‘8 october Is <strong>de</strong> huijsvrouw van <strong>de</strong> heer Doctor Gimborn overle<strong>de</strong>n ’s morgens<br />

omtrent acht uur nadat ze daags tevoren van een welgeschapen jonge dogter verlost was, en <strong>de</strong>n 11<br />

oct ’s avonds <strong>in</strong> onse <strong>kerk</strong> begraven. 26 oct 1728 niet lang daarna is ook <strong>het</strong> even voornoem<strong>de</strong> jonge<br />

dogtertje van Heer Gimborn Johanna Geertruij overle<strong>de</strong>n en <strong>in</strong> onse <strong>kerk</strong> begraven.’<br />

Nadat <strong>de</strong> koster zon<strong>de</strong>r overleg zijn overle<strong>de</strong>n vrouw <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>kerk</strong> had laten begraven, besloot <strong>de</strong> <strong>kerk</strong>enraad<br />

(<strong>op</strong> 25 januari 1730), dat voortaan niemand meer zon<strong>de</strong>r toestemm<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> predikant <strong>in</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>kerk</strong> begraven mocht wor<strong>de</strong>n. Zoals priesters begraven wer<strong>de</strong>n nabij <strong>het</strong> altaar, zo had <strong>de</strong> predikant<br />

<strong>het</strong> recht dicht bij <strong>de</strong> preekstoel te wor<strong>de</strong>n begraven. Toen <strong>op</strong> 14 juli 1762 ds. Johannes ter<br />

Beek (º 1696) stierf, werd <strong>de</strong>ze dan ook <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>kerk</strong> vlak ‘<strong>op</strong> <strong>het</strong> Choor voor <strong>de</strong> Predikstoel’ begraven.<br />

Om enig zicht er<strong>op</strong> te krijgen wie waar begraven was, vroeg <strong>het</strong> consistorie <strong>op</strong> 26 januari<br />

1767 <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> doodgraver dit zo mogelijk aan te wijzen. Twee maan<strong>de</strong>n later rapporteer<strong>de</strong> <strong>de</strong>zer<br />

zijn bev<strong>in</strong>d<strong>in</strong>gen. Hij had steeds <strong>op</strong> een kladblaadje <strong>de</strong> namen van <strong>de</strong> overle<strong>de</strong>nen genoteerd. Samen<br />

met zijn zoon had hij aan <strong>de</strong> hand daarvan zo goed mogelijk uitgezocht wie waar begraven<br />

was. Het consistorie besloot voor zover mogelijk na te gaan wie een graf <strong>in</strong> <strong>de</strong> <strong>kerk</strong> gekocht had en<br />

daar dus ook <strong>in</strong> <strong>de</strong> toekomst aanspraak <strong>op</strong> kon maken. Dit resulteer<strong>de</strong> er<strong>in</strong>, dat <strong>de</strong> predikant <strong>op</strong> basis<br />

van wat <strong>de</strong> doodgraver gerapporteerd en wat gemeentele<strong>de</strong>n verteld had<strong>de</strong>n, een plattegrond<br />

teken<strong>de</strong> waar<strong>in</strong> alle graven waren aangegeven met <strong>de</strong> namen van <strong>de</strong> eigenaren. Aan <strong>de</strong> doodgraver<br />

werd gevraagd na te gaan <strong>of</strong> <strong>de</strong> plattegrond kl<strong>op</strong>te.<br />

Leonard Fre<strong>de</strong>rik Vermeer (1762-1844), zoon van <strong>de</strong> plaatselijke landschrijver, vestig<strong>de</strong> zich <strong>in</strong> 1795 als arts <strong>in</strong><br />

Zevenaar en oefen<strong>de</strong> zijn praktijk uit tot 1844. Vanaf 1838 tot 1844 was hij burgermeester van Zevenaar.<br />

Vermeer was daarnaast vele jaren lid van <strong>de</strong> Prov<strong>in</strong>ciale Commissie van Geneeskundig On<strong>de</strong>rzoek en Toevoorzigt.<br />

Op 28 juni 1844 gaf <strong>de</strong> <strong>kerk</strong>enraad toestemm<strong>in</strong>g <strong>het</strong> graf van Vermeer te be<strong>de</strong>kken met een zerk tegen<br />

betal<strong>in</strong>g van f. 25,-. Foto: Ab Hendriks, mei 2010.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!