Het rijke Vlaamsche wielerleven Karel Van Wijnendaele

Het rijke Vlaamsche wielerleven Karel Van Wijnendaele Het rijke Vlaamsche wielerleven Karel Van Wijnendaele

wielersportboeken.nl
from wielersportboeken.nl More from this publisher
09.09.2013 Views

53 Die Gouden Bol was een koers van 24 uren, met tandems als gangmakers, en stond op de lijst der oudste en meest klassieke wedstrijden. Er werd gestart om 5 ure 's namiddags, maar tegen dat de avond ingevallen was, moest er verhuisd naar de overdekte velodrom ter wille van den regen. Het duurde vijf uren eer de ‘verhuis’ van renners, gangmakers, materiaal en toeschouwers gedaan was. Van der Stuyft behaalde er eene verrassende, maar zeer toegejuichte overwinning op Dortignacq, Nat Butler, Petit Breton en andere beroemde specialisten. Als bijzonderheid wordt vermeld: dat vader Van der Stuyft zijn zoon persoonlijk verzorgde, en hem iets te eten gaf dat mirakuleus scheen te werken op het organisme van den renner, want zoo dikwijls of hij er van genomen had, kon men Arthur hooren roepen tegen zijne gangmakers: Rapper! Rapper! Later is hij een groote stayer geworden: eene der grootste van zijn tijd, en de weerdige tegenhanger van de nationale Karel Verbist, die in 't jaar 1909 zoo ongelukkig aan zijne dood kwam, tijdens een koers achter motos, op den velodrom van 't Karreveld te Brussel. Een andere groote tegenhanger van Thuur Van der Stuyft was Victor Linart, die tot vier maal toe het wereldkampioenschap der stayers won. Van der Stuyft heeft wel tien keeren - min of meer - aan dat Kampioenschap mee gedaan, maar mocht er nooit in slagen de zege te behalen. Zijn broeder Leon integendeel, alhoewel lichaamlijk gesproken veruit de mindere van Arthur, won dat kampioenschap in 1922. Thuur Van der Stuft is ook eene der voorloopers geweest, en met Cyriel Van Hauwaert wellicht de renner, die er 't meest heeft toe bijgedragen, om de Wielersport weer op te wekken uit dien doodenden slaap waarin de beweging gedompeld lag in 't begin dezer eeuw! Karel Van Wijnendaele, Het rijke Vlaamsche wielerleven

54 Cyriel Van Hauwaert's lastig begin. Ik weet het nog, alsof het eerst gisteren gebeurd ware, van dien tweeden Paaschdag van 1907 te Oostende: ik wandelde door de Kapellestraat, tot aan den boekwinkel, waar ik ‘L'Auto’ zou koopen, het inrichtend blad van Parijs-Robaais, die daags te voren betwist was geworden. En 'k zie nog altijd dien grooten titel in het blad: - Surprenante course d'un Belge! Wie die verrassende koers had geleverd, wist ik te voren: Cyriel Van Hauwaert! Ik leerde immers wat hij kon, toen ik zelf nog renner was, en vooral in 1906, toen hij naast de beste renners van de wereld, lijk Trousselier, Petit Breton, Passerieu en de Georget's of Wancour, Brussel-Robaais betwistte. Zij met tuben, hij met gewone luchtbanden, en algelijk met d'eerste aankomen te Robaais, waar hij viel bij 't binnenrijden van den velodrom. Maar in Parijs-Toerkonje van 't eigenste jaar, reed hij nog beter, naast de eigenste en zelfde tegenstrevers. Te St. Quentin echter verwisselde hij van rijwiel met Jules Masselis, na breuk, en werd daarom buiten koers gezet, niettegenstaande hij bij hoog en laag staande hield, dat anderen het hem hadden voren gedaan in dien eigensten koers. Hij werd buiten koers gezet. Was erg voor hem. Maar dat hij zoo goed gereden had als de beste wisten wij, voelde hij ook zelf, zoodat hij tijdens den winter van 1906-1907 besliste: - Op Paschen Zondag rijd ik Parijs-Robaais meê. Een paar weken vóór dien koers was Catteau hem nog komen vragen: of hij soms niet wilde dienst doen als gangmaker voor René Pottier?... - Als gangmaker? Maar ik wil zelf mee rijden. - Zelf mee doen? En uwe gangmakers?... Of wilt ge Karel Van Wijnendaele, Het rijke Vlaamsche wielerleven

53<br />

Die Gouden Bol was een koers van 24 uren, met tandems als gangmakers, en stond<br />

op de lijst der oudste en meest klassieke wedstrijden.<br />

Er werd gestart om 5 ure 's namiddags, maar tegen dat de avond ingevallen was,<br />

moest er verhuisd naar de overdekte velodrom ter wille van den regen. <strong>Het</strong> duurde<br />

vijf uren eer de ‘verhuis’ van renners, gangmakers, materiaal en toeschouwers gedaan<br />

was. <strong>Van</strong> der Stuyft behaalde er eene verrassende, maar zeer toegejuichte overwinning<br />

op Dortignacq, Nat Butler, Petit Breton en andere beroemde specialisten.<br />

Als bijzonderheid wordt vermeld: dat vader <strong>Van</strong> der Stuyft zijn zoon persoonlijk<br />

verzorgde, en hem iets te eten gaf dat mirakuleus scheen te werken op het organisme<br />

van den renner, want zoo dikwijls of hij er van genomen had, kon men Arthur hooren<br />

roepen tegen zijne gangmakers: Rapper! Rapper!<br />

Later is hij een groote stayer geworden: eene der grootste van zijn tijd, en de<br />

weerdige tegenhanger van de nationale <strong>Karel</strong> Verbist, die in 't jaar 1909 zoo<br />

ongelukkig aan zijne dood kwam, tijdens een koers achter motos, op den velodrom<br />

van 't Karreveld te Brussel.<br />

Een andere groote tegenhanger van Thuur <strong>Van</strong> der Stuyft was Victor Linart, die<br />

tot vier maal toe het wereldkampioenschap der stayers won. <strong>Van</strong> der Stuyft heeft<br />

wel tien keeren - min of meer - aan dat Kampioenschap mee gedaan, maar mocht er<br />

nooit in slagen de zege te behalen. Zijn broeder Leon integendeel, alhoewel<br />

lichaamlijk gesproken veruit de mindere van Arthur, won dat kampioenschap in<br />

1922.<br />

Thuur <strong>Van</strong> der Stuft is ook eene der voorloopers geweest, en met Cyriel <strong>Van</strong><br />

Hauwaert wellicht de renner, die er 't meest heeft toe bijgedragen, om de Wielersport<br />

weer op te wekken uit dien doodenden slaap waarin de beweging gedompeld lag in<br />

't begin dezer eeuw!<br />

<strong>Karel</strong> <strong>Van</strong> <strong>Wijnendaele</strong>, <strong>Het</strong> <strong>rijke</strong> <strong>Vlaamsche</strong> <strong>wielerleven</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!