Untitled - Gemeente Maastricht
Untitled - Gemeente Maastricht
Untitled - Gemeente Maastricht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
32<br />
Gezien het weinig authentieke interieur is de status “kenmerkend bouwwerk” meer gepast,<br />
vooral gelet op het feit dat de buitengevel het enige nog authentieke aspect van het pand is.<br />
Het object is naar aanleiding van de zienswijze bezocht en nog eens beoordeeld. E.e.a.<br />
heeft ertoe geleid dat de status wordt gewijzigd van “dominant” in “kenmerkend bouwwerk”,<br />
waarbij de bescherming zich alleen uitstrekt tot de gevels aan de straatzijde en de kap. Het<br />
interieur alsmede de achterzijde van het pand hebben, zo bleek uit de beoordeling, geen<br />
cultuurhistorische waarde die in het kader van het MPE bescherming behoeft.<br />
Conclusie: deze zienswijze is gegrond.<br />
XXV. Architectenbureau Tobias de Groot, Papenweg 108, 6212 CJ <strong>Maastricht</strong><br />
In het ontwerp-bestemmingsplan Centrum is de binnentuin van Markt 14 en Markt 15<br />
aangemerkt als waardevol binnenterrein. Hiermee is de uitbreidingsmogelijkheid aan de<br />
achterzijde van het pand Markt 15, die op basis van het voorgaande bestemmingsplan<br />
aanwezig was, teniet gedaan. Verzocht wordt om de uitbreidingsmogelijkheid te handhaven<br />
in het nieuwe bestemmingsplan.<br />
Het achterterrein van Markt 15 is ten onrechte aangemerkt als “waardevol binnenterrein”. De<br />
aanduiding zal dan ook, voor wat betreft het achterterrein van het pand Markt 15, worden<br />
geschrapt.<br />
Conclusie: deze zienswijze is gegrond.<br />
XXVI. Vereniging van Eigenaren Binnenstad <strong>Maastricht</strong> (VEBM), p/a Stokstraat 13, 6211 GB<br />
<strong>Maastricht</strong><br />
1. Het reguleringsbeleid met betrekking tot woningsplitsing kan worden vastgelegd in het<br />
bestemmingsplan, zoals in het onderhavige ontwerp-bestemmingsplan is geschied,<br />
waarbij wordt bepaald dat woningsplitsing in principe niet mogelijk is, maar met een<br />
afwijkingsbevoegdheid voor het college. Elke aanvraag zal dan individueel worden<br />
beoordeeld en getoetst aan het woningsplitsingsbeleid. Een verdergaande variant is<br />
dat er ook minimale bouwtechnische kwaliteitseisen in het bestemmingsplan worden<br />
opgenomen. Een tweede manier is het regelen via de Huisvestingswet, waarbij dan<br />
wel een afzonderlijke Huisvestings- en splitsingsverordening moet worden gemaakt.<br />
Ook de regulering van kamerverhuur kan via het bestemmingsplan geschieden, zoals<br />
ook in het onderhavige ontwerp-bestemmingsplan is gebeurd. Ook hieraan kunnen<br />
bouw-, woontechnische en volkshuisvestelijke eisen worden gesteld.<br />
De wijze van regeling, zoals in het ontwerp-bestemmingsplan opgenomen, wordt<br />
geprezen door de VEBM. Echter, de voorwaarden die uit het streefbeeld volgen en de<br />
omschrijving in het beleidsdocument “Naar beleid voor woningsplitsing in <strong>Maastricht</strong>”,<br />
waaraan dient te worden voldaan, veroorzaken enige verwarring, gelet op het feit dat<br />
op basis van de Wabo en het Bouwbesluit een woonfunctie een vloeroppervlak heeft<br />
van tenminste 18 m² aan niet-gemeenschappelijk verblijfsgebied. Voorts is tenminste<br />
55% van de gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie verblijfsgebied.<br />
Het in de notitie “Naar beleid voor woningsplitsing in <strong>Maastricht</strong>” opgenomen en als<br />
zodanig in het ontwerp-bestemmingsplan vertaalde streefbeeld voor zelfstandige<br />
woningen van tenminste 50 m² gebruiksoppervlakte sluit niet aan bij de vraag uit de<br />
markt, waaruit blijkt dat in het centrum van <strong>Maastricht</strong> vooral vraag is naar kleinere,<br />
zelfstandige woningen. Hierbij dient de basiskwaliteit vanzelfsprekend uitgangspunt te