08.09.2013 Views

jaargang 35 nummer 3 september 2012 - Vereniging Vrienden ...

jaargang 35 nummer 3 september 2012 - Vereniging Vrienden ...

jaargang 35 nummer 3 september 2012 - Vereniging Vrienden ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

6 7<br />

Amsterdam / Canada<br />

Inmiddels was Jan van Vlijmen de nieuwe intendant van de<br />

Nederlandse Opera geworden. ‘Hij vroeg of ik zijn rechterhand wilde<br />

zijn en in 1985 werd ik benoemd tot directeur artistieke zaken. Ik<br />

heb daar ook de verhuizing van de Stadsschouwburg naar de Stopera<br />

meegemaakt. Ik kijk met gemengde gevoelens terug op die periode.<br />

Jan van Vlijmen kreeg onenigheid met zijn bestuur en vertrok eind<br />

1987, waardoor mijn positie in het geding kwam – ik was immers<br />

door Jan aangesteld. In 1988 ben ik vertrokken waarna er een aanbod<br />

kwam uit Vancouver om Brian McMaster als artistiek directeur op<br />

te volgen bij de Vancouver Opera. Daar heb ik vier jaar met veel<br />

plezier gewerkt en mijn Noord­Amerikaanse regiedebuut gemaakt<br />

met Alcina van Händel. Het Queen Elisabeth Theatre was een grote<br />

schouwburg met 2700 zitplaatsen. We hadden een productiekern van<br />

12 mensen, een freelance koor en het orkest van de Canadese radio.<br />

Per productie huurden we solisten in. We maakten 4 producties<br />

per jaar ­ die niet op reis gingen. Het was puzzelen, want we<br />

ontvingen een overheidssubsidie van slechts 58%. Dat betekende<br />

dat de zaal voor 85 % gevuld moest zijn, anders hadden wij een<br />

budgettair probleem. Daar heb ik geleerd wat sponsorwerving<br />

inhoudt. Regelmatig zat ik al om acht uur ’s morgens te ontbijten<br />

met potentiële sponsoren. Dat was een wezenlijk onderdeel van<br />

mijn baan. In Noord­Amerika is dat overigens heel gewoon: je<br />

moet je gezelschap voortdurend positioneren en verkopen. De<br />

bestuursvergaderingen waren uitputtend omdat je steeds moest<br />

kunnen verdedigen waarom je een bepaald zaalpercentage in de<br />

productie begroting had opgenomen voor de opera’s die je wilde<br />

programmeren. En als je dat percentage dan vervolgens niet haalde<br />

zat je meteen met een tekort.’<br />

Deze foto is in 1975<br />

genomen tijdens een<br />

voorstelling van de opera<br />

Fiësta van Darius Milhaud.<br />

Guus speelde daarin een<br />

zwijgende rol. Het was<br />

tijdens zijn studie aan het<br />

London Opera Centre.<br />

Enschede / Engeland<br />

‘In 1992 vroeg Jan Riezenkamp, directeur­generaal van het<br />

ministerie van OCW, mij om een nieuw beleidsplan te maken<br />

voor een reisopera. Opera Forum zou worden opgeheven omdat<br />

het ministerie van mening was dat het na lange jaren van goed<br />

functioneren, artistiek was doodgebloed. Mijn plannen werden door<br />

minister d’Ancona breed omarmd. Alhoewel het de bedoeling was<br />

dat ik artistiek directeur zou worden, heb ik dat uiteindelijk niet<br />

gedaan omdat het beschikbare budget voor deze nieuwe reisopera<br />

helaas afhankelijk was gemaakt van de geplande reorganisatie van de<br />

oostelijke orkesten, die op hetzelfde moment speelde. Provincies en<br />

gemeenten kozen voor het behoud van beide orkesten ten koste van<br />

de reisopera. D’Ancona heeft mij toen gevraagd of ik mijn beleids­<br />

plan kon uitvoeren met minder middelen maar daar heb ik voor<br />

bedankt omdat ik geen gebroddel in de marge ambieerde. Er waren<br />

trouwens meer spanningen in die tijd; sommigen wilden dat Forum<br />

bleef bestaan, anderen vonden dat die nieuwe reisopera er absoluut<br />

moest komen. Het bedrijf was in twee kampen verdeeld en de atmo­<br />

sfeer was om te snijden. Het animo om daarin te stappen was bij mij<br />

tot het nulpunt gedaald.<br />

Tegelijkertijd kreeg ik een aanbieding om Director of Artistic<br />

Administration and Dramaturgy te worden bij English National<br />

Opera (het tweede gezelschap in Londen) en in november 1993 ben<br />

ik daar begonnen.<br />

Deze foto met Teresa Stratas dateert uit 1978 en is<br />

tijdens een repetitie van Lulu bij De Nederlandse<br />

Operastichting genomen. De zanger die de rol van<br />

Schigolch vertolkte was die dag afwezig en zodoende<br />

moest Guus als assistent-regisseur de rol lopen.<br />

Londen was fantastisch; 18 producties per seizoen: 8 nieuwe en<br />

10 hernemingen met in totaal 185 voorstellingen. We hadden de<br />

beschikking over een eigen theater, het London Coliseum, 2300<br />

zitplaatsen en 650 mensen in vaste dienst. Ik heb daar geweldige<br />

dingen kunnen doen en het hele artistieke beleid onder mijn hoede<br />

gehad. Ik voelde me als een vis in het water. Bovendien heb ik er veel<br />

geleerd zodat ik niet meer voor verrassingen kan komen te staan.<br />

Alles wat er in een groot operagezelschap mis kan gaan heb ik daar<br />

wel eens voor mijn kiezen gekregen. Met name de onderhandelingen<br />

met de vakbonden waren behoorlijk complex. Al in mijn eerste jaar<br />

vond er een grote sanering plaats en moesten negentig werknemers<br />

het veld ruimen. Gelukkig had ik een zeer loyaal team dat mij<br />

onvoorwaardelijk steunde. Toen ik na zes jaar wegging heb ik als<br />

afscheids cadeau mijn antieke bureau meegekregen, dat nu hier op<br />

mijn kamer staat.<br />

Het was de bedoeling dat ik in 1999 zou gaan werken bij New York<br />

City Opera als Director of Production , toen ik volkomen onverwacht<br />

een telefoontje kreeg van Ko Wierenga, (burgemeester van Enschede<br />

en voorzitter van het bestuur): intendant Louwrens Langevoort ging<br />

weg bij de Nationale Reisopera, of ik eens wilde komen praten. En zo<br />

kwam de bal opnieuw aan het rollen. Ik had bovendien het gevoel dat<br />

ik in Enschede iets moest afmaken. In juli 2000 ben ik toen hier aan<br />

de slag gegaan, ik had gedacht maximaal zo’n 7 à 10 jaar, maar het<br />

zijn er toch meer dan 12 geworden.’<br />

Enschede<br />

‘Toen ik hier begon had ik een duidelijk beeld van wat ik anders<br />

wilde. Ik vond het niveau van de Reisopera heel behoorlijk maar erg<br />

Duits georiënteerd. Ik wilde mijn eigen stempel op het gezelschap<br />

drukken. Mijn netwerk was ook totaal verschillend van dat van mijn<br />

voorganger.<br />

Repetities van Der Ring in<br />

Bayreuth in 1983.<br />

Van links naar rechts Walter<br />

Huneke, technisch directeur,<br />

William Dudley,<br />

ontwerper, Sir Peter Hall,<br />

regisseur en Guus Mostrart<br />

als zijn assistent.<br />

Ik heb de Reisopera altijd als een springplankgezelschap beschouwd,<br />

waarin aankomende kunstenaars hun talenten konden uitproberen.<br />

Ik was altijd op zoek naar dat jonge talent om het publiek te kunnen<br />

verrassen. We hebben veel roldebuten gehad. Zo heb ik Peter Auty<br />

15 jaar geleden in Londen ontdekt toen hij aan de National Opera<br />

Studio studeerde. Ik heb hem sindsdien gevolgd: hij groeide naar<br />

steeds betere rollen en staat nu aan het begin van een wereldcarrière.<br />

Bijzonder trots ben ik op de ontdekking van Mati Turi, onze<br />

Siegfried. Nicolas en ik hebben hem een aantal jaren geleden voor<br />

het eerst gehoord tijdens een auditiedag in Helsinki. Hij stond niet<br />

op de lijst maar had gebeld of hij toch mocht komen voorzingen. Wel<br />

moest hij met de boot van Talinn in Estland naar Helsinki komen, of<br />

we dus even konden wachten? We vielen van verbazing achterover:<br />

wat een geluid! Siegfried had hij nog nooit gezongen maar hij was er<br />

klaar voor. Het resultaat is bekend: het werd een daverend succes. De<br />

Reisopera is echt een broedplaats van talent in alle disciplines.<br />

Als intendant ben ik heel sturend geweest. Ik geef de voorkeur aan<br />

een coachende manier van leiding geven, maar als me iets niet<br />

bevalt, dan jeuken mijn handen en bemoei ik mij ermee. Dat betreft<br />

niet alleen regie of ontwerp maar ook de tempokeuze van de dirigent.<br />

Als de polsslag niet klopt valt de productie in elkaar. Wat de theatrale<br />

dynamiek betreft ben ik door mijn ruime internationale ervaring<br />

gepokt en gemazeld.’<br />

Zo assisteerde Guus in de zomer van 1983 Sir Peter Hall in Bayreuth<br />

bij de nieuwe productie van de Ring, waar Ed Spanjaard weer<br />

assistent­dirigent was van Sir Georg Solti. Guus raakte bevriend<br />

met Gudrun en Wolfgang Wagner en kent ook Katharina goed. In<br />

1991 maakte hij als 39­jarige zijn New Yorkse regiedebuut in een<br />

uitverkocht Metropolitan Opera (4000 man) met Die Zauberflöte,<br />

een oorspronkelijke productie uit Glyndebourne ontworpen door de<br />

Britse kunstschilder David Hockney, gedirigeerd door James Levine<br />

en op dvd uitgebracht.<br />

Bayreuth, 1983.<br />

Hildegard Behrens<br />

(Brünnhilde),<br />

Sir Peter Hall en<br />

Guus Mostart

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!