Inhoud H2O nummer 6, maart 2009 - H2O - Tijdschrift voor ...
Inhoud H2O nummer 6, maart 2009 - H2O - Tijdschrift voor ...
Inhoud H2O nummer 6, maart 2009 - H2O - Tijdschrift voor ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
42ste jaargang / 20 <strong>maart</strong> <strong>2009</strong><br />
nº 6 / <strong>2009</strong><br />
TIJDSCHRIFT VOOR WATERVOORZIENING EN WATERBEHEER<br />
NEDERLAND VOOR KLIMAATADAPTATIE OP WWF<br />
INTERVIEW MET MARTEN BIERMAN<br />
‘BAGGER IN ZANDWINPUTTEN ONVERANTWOORD’<br />
FORSE INVESTERINGEN WATERVOORZIENING AUSTRALIË
3 april <strong>2009</strong>:<br />
Thema<strong>nummer</strong> Drinkwater<br />
Drinkwater is van levensbelang en er zijn altijd nieuwe<br />
ontwikkelingen in de branche. Op 3 april aanstaande verschijnt<br />
daarom het thema<strong>nummer</strong> Drinkwater van H 2O, vaktijdschrift <strong>voor</strong><br />
water<strong>voor</strong>ziening en waterbeheer.<br />
In dit <strong>nummer</strong> onder andere:<br />
de stand van zaken en nieuwe ontwikkelingen<br />
laatste onderzoeken op het gebied van drinkwater<br />
interview met de directeur van Evides, Peter Vermaat<br />
TIJDSCHRIFT VOOR WATERVOORZIENING EN WATERBEHEER<br />
Bereik de kopstukken van de Nederlandse Watersector<br />
Bereik de beslissers in de waterbranche<br />
optimaal en plaats u advertentie in dit<br />
thema<strong>nummer</strong> Drinkwater.<br />
Reserveer nu advertentieruimte.<br />
Neem <strong>voor</strong> meer informatie contact op met:<br />
Roelien Voshol, 010 – 42 74 154<br />
Brigitte Laban, 010 – 42 74 152<br />
adv.h2o@nijgh.nl
Geen woorden, maar water<br />
Als u dit leest, is het Wereld Water Forum in Istanbul bijna <strong>voor</strong>bij.<br />
Even afgezien van de ironie dat de deelnemers aan een forum<br />
dat mede over het klimaat gaat, vanuit de hele wereld per vliegtuig<br />
worden aangevoerd, worstel ik met een andere vraag. Heeft zo’n groot<br />
forum zin?<br />
In eerste instantie ben ik geneigd ‘nee’ te zeggen. Het lijkt veel<br />
op een luxe snoepreis om vanuit een ivoren toren anderen te<br />
vertellen hoe ze hun waterproblemen moeten oplossen. Maar dat is<br />
mischien te kort door de bocht. De waterproblemen zijn zo groot, zo<br />
grensoverschrijdend, dat indivuele landen daar weinig aan kunnen<br />
doen. Dat geldt ook <strong>voor</strong> klimaatregelen. Als ik een led-lamp gebruik<br />
H 2O tijdschrift <strong>voor</strong> water<strong>voor</strong>ziening en<br />
waterbeheer verschijnt ééns per 14 dagen<br />
Offi cieel orgaan van<br />
Stichting tot uitgave van het tijdschrift<br />
H 2O en haar participanten:<br />
- Vereniging van Waterbedrijven in Nederland<br />
- Koninklijke Vereniging <strong>voor</strong><br />
Waterleidingbelangen in Nederland<br />
- Nederlandse Vereniging <strong>voor</strong> Waterbeheer<br />
- Kiwa Water Holding BV<br />
Uitgever<br />
Rinus Vissers<br />
Redactie<br />
Peter Bielars (hoofdredacteur)<br />
Michiel van Zaane<br />
Jacques Geluk<br />
Redactiesecretariaat<br />
Dora Pompe<br />
Redactieadres en uitgeverij<br />
Postbus 122, 3100 AC Schiedam<br />
telefoon (010) 427 41 65<br />
fax (010) 473 26 40<br />
e-mail h2o@nijgh.nl<br />
Bezoekadres: ’s-Gravelandseweg 565<br />
3119 XT Schiedam<br />
Redactiecommissie<br />
Harry Tolkamp (<strong>voor</strong>zitter/NVA)<br />
André Struker (KVWN)<br />
Frits Vos (VEWIN)<br />
Gerda Sulmann (Kiwa Water Research)<br />
Advertentieverkoop<br />
Roelien Voshol (010) 427 41 54<br />
Brigitte Laban (010) 427 41 52<br />
Mediaorder<br />
Carola Sjoukes (010) 427 41 41<br />
Sonja Voois (010) 427 41 40<br />
fax (010) 473 20 00<br />
Abonnementenservice<br />
Pauline Roos (010) 427 41 08<br />
Tini van Schijndel (010) 427 41 08<br />
e-mail abo@nijgh.nl<br />
fax (010) 426 27 95<br />
Abonnementsprijs<br />
€ 103,- per jaar excl. 6% BTW<br />
€ 136,- per jaar <strong>voor</strong> buitenland<br />
€ 8,50 losse exemplaren excl. 6% BTW<br />
Abonnementen gelden <strong>voor</strong> één jaar en worden<br />
– zonder tegenbericht – automatisch verlengd.<br />
Opzeggingen dienen schriftelijk uiterlijk 6 weken<br />
<strong>voor</strong> het afl open van de abonnementsperiode te<br />
geschieden aan bovenstaand postadres.<br />
Druk en lay-out<br />
Den Haag media groep b.v., Rijswijk<br />
Copyright<br />
Nijgh Periodieken B.V., <strong>2009</strong><br />
Het auteursrecht op de inhoud van dit tijdschrift wordt<br />
uitdrukkelijk <strong>voor</strong>behouden. Overname van artikelen<br />
alleen na schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />
www.vakbladh2o.nl<br />
inhoud nº 6 / <strong>2009</strong><br />
4 / Klimaatadaptatie centraal bij Nederlandse<br />
inzet op Wereld Water Forum<br />
8 / Noodhulporganisaties kunnen kiezen uit<br />
steeds meer waterzuiveraars<br />
Peter Conradi<br />
11 / Zeewater ontzouten: smaken verschillen<br />
12 / Scheidingstoiletten vergroten de oogst<br />
in Mali<br />
Johannes Odé en Mariken Stolk<br />
14 / Martin Bierman: “Verhoging peil<br />
IJsselmeer met 1,5 meter ondenkbaar”<br />
Maarten Gast<br />
16 / Waterkwaliteitsopgave van een<br />
nieuwbouwwijk<br />
Aniel Valla, Sander Tax en Gerard van Broekhoven<br />
18 / De watergevoelige stad<br />
Govert Geldof en Rebekah Brown<br />
20 / De water<strong>voor</strong>ziening in Australië<br />
Emma Rose en Arco van der Toorn<br />
23 / Bagger in zandwinputten onverantwoord<br />
Herman Wanningen<br />
25 / Verenigingsnieuws<br />
27 / Gebruik begroeide oeverzones <strong>voor</strong><br />
verbetering waterkwaliteit<br />
Susan Sollie en Pim de Kwaadsteniet<br />
30 / Gebiedsgericht grondwaterbeheer <strong>voor</strong><br />
de haven van Rotterdam<br />
Johan Valstar, Eric van Nieuwkerk,<br />
Annemarie Marsman en Willem van Hattem<br />
33 / De trits van hoogwatergolven Aa,<br />
Dommel en Maas bij ‘s-Hertogenbosch<br />
Ruben IJpelaar, Susanne de Groot en<br />
Mark van der Wouw<br />
36 / Agenda<br />
38 / Handel & Industrie<br />
maar mijn buurman halogeen bouwlampen heeft mijn besparing<br />
weinig zin. Daar moet je afspraken over maken.<br />
En je daaraan houden. Dat is eigenlijk wat mij het meest tegenstaat<br />
aan dergelijke grote bijeenkomsten. Er wordt zoveel overlegd en<br />
gepolderd dat de uiteindelijke overeenkomsten vaak een heleboel<br />
woorden, maar weinig inhoud bevatten. Draai dat eens om: weinig<br />
woorden, veel inhoud en <strong>voor</strong>al: doen! Dan wordt het WWF een<br />
zinvolle bijeenkomst, die daadwerkelijk <strong>voor</strong> verandering kan<br />
zorgen.<br />
Michiel van Zaane<br />
14<br />
20<br />
23<br />
Bij de omslagfoto:<br />
Voor noodhulp zijn steeds meer eenvoudige<br />
waterzuiveraars beschikbaar. Eén van die<br />
zuiveraars is de Life Straw. De ervaringen met<br />
vijf van die zuiveraars staan beschreven op<br />
pagina 8 en verder.
Klimaatadaptatie centraal bij<br />
Nederlandse inzet op Wereld<br />
Water Forum<br />
‘Adapt Now!’ luidt het thema dat centraal staat bij de Nederlandse inzet tijdens<br />
het vijfde Wereld Water Forum, dat van 16 tot en met 22 <strong>maart</strong> plaatsvindt in<br />
Istanbul. Met deze slogan vestigt Nederland de aandacht op de urgentie van<br />
klimaatadaptatie in de breedste zin van het woord. Niet alleen met betrekking<br />
tot technologie en bouwwerken, maar ook met betrekking tot hoe we leven,<br />
wonen en denken. Nederlandse politici, wetenschappers, specialisten en<br />
bestuurders laten op het forum nieuwe technologie zien, solidariteit binnen<br />
delta’s, nieuwe manieren van besturen en samenwerking, rampenbestrijding, het<br />
beschermen van natuurlijke bronnen en de watervoetafdruk-theorie.<br />
Het Wereld Water Forum wordt<br />
iedere drie jaar gehouden en is<br />
de grootste waterconferentie ter<br />
wereld. Nederlandse waterexpertise wordt<br />
wereldwijd hoog aangeslagen. Daarom<br />
krijgt Nederland een prominente rol op<br />
het forum. In Nederland werkende organisaties<br />
coördineren een aantal thema’s: het<br />
Cooperative Programme on Water and Climate<br />
(CPWC) behandelt het onderwerp ‘adapting<br />
to climate change’, Wageningen Universiteit<br />
speelt een centrale rol in het thema ‘Managing<br />
and protecting Water Resources’ en het in<br />
Delft zetelende Unesco-IHE levert belangrijke<br />
expertise <strong>voor</strong> het thema ‘Knowledge and<br />
Capacity Building.’<br />
‘Out-of-the-box’ denken<br />
Henk van Schaik was vanuit Nederland nauw<br />
betrokken bij de onderhandelingen die<br />
<strong>voor</strong>af gingen aan de ministeriële verklaring<br />
die dit weekeinde in Istanbul als slotstuk van<br />
het forum zal moeten worden ondertekend.<br />
Een verklaring die weliswaar niet bindend is,<br />
maar meer dan <strong>voor</strong>afgaande edities van het<br />
Wereld Water Forum het signaal zal afgeven<br />
naar de wereldleiders dat de problemen met<br />
de toegang tot en de verdeling van schoon<br />
water en de beschikbaarheid van sanitaire<br />
<strong>voor</strong>zieningen inmiddels ook in de context<br />
moet worden gezien van de opwarming van<br />
de aarde, migratie en rampen. Dat daarover<br />
deze week 15.000 tot 20.000 mensen discussiëren,<br />
heeft volgens Van Schaik, die hier op<br />
persoonlijke titel spreekt, grote relevantie.<br />
“Het ‘out-of-the-box’ denken is <strong>voor</strong> mij het<br />
belangrijkste punt van dit forum. Het forum<br />
is niet langer een bijeenkomst <strong>voor</strong> alleen de<br />
watersector.”<br />
Het echte probleem deze week is volgens<br />
hem dat de nationale vertegenwoordigingen<br />
vastzitten aan bindende afspraken<br />
in hun eigen land. De ontwikkelingen in<br />
de watersector lopen <strong>voor</strong>uit op die in<br />
andere sectoren, aldus Van Schaik. “Ze<br />
worden gegijzeld door bindende internationale<br />
politieke processen.” Dat probleem<br />
vindt hij het tweede belangrijke punt dat<br />
in Istanbul besproken moet worden. “Hoe<br />
kunnen we vanuit wat in Istanbul gebeurt<br />
naar bindende afspraken elders, die politiek<br />
ondersteund worden? De deelnemers zullen<br />
4 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
een mechanisme moeten vinden om die<br />
belemmering ongedaan te kunnen maken.”<br />
Van Schaik is zelf redelijk optimistisch<br />
over wat tijdens het vijfde Wereld Water<br />
Forum bereikt kan worden. Hij wijst op de<br />
aanwezigheid van een aantal staatshoofden<br />
in Istanbul, de “zeer positieve” rol van de<br />
Verenigde Staten tijdens de <strong>voor</strong>bereiding<br />
(“de VS zijn omgeslagen als een blad aan<br />
de boom”) én het United Nations World<br />
Water Development Report 3 dat afgelopen<br />
maandag tijdens de eerste dag van het<br />
forum werd gepresenteerd.<br />
In het rapport wordt de conclusie getrokken<br />
dat de vraag naar water nog nooit zo groot<br />
geweest is als op dit moment. maar die<br />
vraag zal nog verder toenemen omdat de<br />
wereldbevolking ook nog steeds groeit. Maar<br />
ook andere ontwikkelingen spelen hierbij<br />
een rol. In het rapport met de titel ‘Water<br />
in a changing world’ worden drie zaken<br />
genoemd: de hogere levensstandaard, de<br />
veranderingen in de voedselconsumptie<br />
en de toenemende vraag naar energie, met<br />
name biobrandstoff en.<br />
Sommige landen raken inmiddels door<br />
hun natuurlijke water<strong>voor</strong>raden heen. De<br />
verandering van het klimaat zal deze situatie<br />
alleen maar verergeren, zo staat in de<br />
rapportage te lezen. Water wordt ook steeds<br />
meer een politiek onderwerp, vanwege de<br />
strijd om water tussen landen en regio’s<br />
met weinig bruikbaar water. Verbeteringen<br />
in het waterbeheer en bescherming van de<br />
drinkwaterbronnen kunnen pas gerealiseerd<br />
worden, als ook de landbouw (irrigatie),<br />
de fi nanciële wereld en de energiesector<br />
(koelwater) erbij betrokken worden. Met<br />
deze sectoren moet de waterwereld meer in<br />
contact treden, zo bepleit het VN-rapport.<br />
Volgens de VN-rapportage gaat het<br />
desondanks lukken om in 2015 zo’n 90<br />
procent van de wereldbevolking toegang<br />
te verschaff en tot schoon drinkwater. De<br />
vorderingen op het gebied van sanitaire<br />
<strong>voor</strong>zieningen verlopen stroever. Zo’n<br />
tweederde van de wereldbevolking zal zelfs<br />
in 2030 nog niet beschikken over een toilet<strong>voor</strong>ziening<br />
en riolering.<br />
De VN noemen in het rapport drie landen<br />
waar het waterbeheer geïntegreerd is<br />
of wordt in algemene plannen: Zambia,<br />
Turkije en Australië. In Zambia wordt het<br />
waterbeheer geïntegreerd in alle sectoren, in<br />
de economisch zeer zwakke regio Anatolië<br />
in Turkije is een project begonnen dat naast<br />
duurzame irrigatie ook sociaal-economische<br />
aspecten omvat, en in Australië is een einde<br />
gemaakt aan het onbelemmerd besproeien<br />
van tuinen, het wassen van auto’s en het<br />
vullen van particuliere zwembaden.<br />
Onderschat<br />
Volgens Henk van Schaik wordt het Wereld<br />
Water Forum in Europa sterk onderschat.<br />
Hij verwijst onder andere naar de notitie<br />
van vier pagina’s (de Istanbul Water Guide)<br />
die komend weekeinde aan de ministeriële<br />
verklaring wordt toegevoegd en handelt over<br />
de gevolgen van de klimaatverandering op<br />
het waterbeheer en de maatregelen die dit<br />
vergt, niet alleen <strong>voor</strong> de waterbeheerders.<br />
Geen overeenstemming<br />
Waar zeer waarschijnlijk in Istanbul geen<br />
overeenstemming over bereikt zal worden,<br />
is het pleidooi om het recht op water als een<br />
mensenrecht te beschouwen. “Dat blijft een<br />
heikel punt.” Ook het belang van grensoverschrijdend<br />
waterbeheer zal tijdens dit vijfde<br />
Wereld Water Forum niet door alle landen<br />
onderkend worden, “niet in de laatste plaats<br />
door gastland Turkije zelf”, aldus Van Schaik.<br />
Nederlandse bijdragen<br />
De Verenigde Naties hebben kleine eilandstaten<br />
als kwetsbare categorie benoemd.<br />
Ook berggebieden vereisen als kwetsbare<br />
streken bijzondere aandacht. In het licht<br />
van klimaatverandering en met het oog op<br />
de economische relevantie en bevolkingsdichtheid<br />
meende Aquaterra afgelopen<br />
februari in Amsterdam dat delta’s net zo<br />
kwetsbaar zijn en eveneens als zogeheten<br />
hotspots erkend moeten worden. Dat staat<br />
in de verklaring die deelnemers aan deze<br />
deltaconferentie opstelden.<br />
Hoe zorg je dat er goede verbindingen<br />
zijn tussen alle instanties die je nodig hebt<br />
om natuurrampen te <strong>voor</strong>komen en te<br />
bestrijden? Royal Haskoning verzorgt er op
het Wereld Water Forum een sessie over.<br />
Een ‘trialogue’ is volgens het ingenieurs- en<br />
adviesbureau de verbinding tussen overheid,<br />
wetenschap en de ‘civic society’.<br />
Nederland is uniek vanwege de belangrijke<br />
rol die lokale overheden in watermanagement<br />
spelen. Provincies, waterschappen<br />
en gemeenten laten in Istanbul <strong>voor</strong>beeldprojecten<br />
zien. Het combineren van wonen,<br />
werken en mobiliteit met adaptatie en milieu<br />
in de IJsseldelta bij<strong>voor</strong>beeld. De Provincie<br />
Zuid-Holland toont op het forum de<br />
‘Zandmotor’ als <strong>voor</strong>beeld van ‘bouwen met<br />
de natuur’: klimaatadaptatie door samenwerking<br />
met de natuur.<br />
De documentaire ‘Connecting Delta Cities’,<br />
geproduceerd door Rode Vis producties in<br />
opdracht van het CPWC, gaat in première op<br />
het forum. Rotterdam presenteert op het<br />
Wereld Water Forum onder dezelfde naam<br />
een netwerk van deltasteden in de wereld<br />
die samen zullen optrekken om kennis te<br />
delen op het gebied van klimaatadaptatie.<br />
Wat gaat er gebeuren met de Afsluitdijk?<br />
Welke rol speelde Nederland in New Orleans?<br />
Wonen we straks in drijvende woningen<br />
met groene daken? De laatste visie, technologieën<br />
en ontwikkelingen op het gebied<br />
van klimaatadaptatie zijn opgenomen in<br />
een speciale editie van ‘Change Magazine’ ,<br />
dat op het forum gepresenteerd wordt door<br />
de gelegenheidsalliantie ‘Dutch Partners for<br />
Water’ (de provincies Zuid- en Noord-Holland,<br />
Noord-Brabant, de Unie van Waterschappen,<br />
het programma Leven met Water en CPWC).<br />
Hoe bescherm je ecosystemen en natuurlijke<br />
bronnen? Wageningen Universiteit and<br />
Research Centre coördineert een aantal<br />
sessies rond dit onderwerp. De belangrijkste<br />
boodschap is dat het beschermen<br />
van ecosystemen niet alleen <strong>voor</strong> het<br />
milieu belangrijk is, maar ook <strong>voor</strong> de<br />
Henk van Schaik (foto: Michelle Muus).<br />
economie en het menselijk welzijn. Als we<br />
onzorgvuldig omgaan met water, gaan<br />
vitale zaken zoals landbouw, drinkwater en<br />
visserij achteruit. Een keuze <strong>voor</strong> landbouw<br />
ten koste van ecosystemen is op de lange<br />
termijn desastreus <strong>voor</strong> diezelfde landbouw.<br />
Het beschermen van ecosystemen moet<br />
integraal deel uitmaken van ons watermanagement.<br />
Eén van de uitgenodigde sprekers<br />
is de gouverneur van de Mexicaanse staat<br />
Morelos, Marco Antonio Adama Castillo. Hij<br />
draagt bij aan een belangrijke discussie die al<br />
enige tijd woedt in waterland: kun je boeren<br />
betalen <strong>voor</strong> taken op het gebied van watermanagement?<br />
Waterschap Roer en Overmaas en de Unie<br />
van Waterschappen presenteren op het<br />
forum een samenwerkingsverband met<br />
de Roemeense regionale waterautoriteit<br />
Somes-Tisa Water Division. Het project heeft<br />
tot doel een ‘basic design’ <strong>voor</strong> gedecentraliseerd<br />
watermanagement in Roemenië,<br />
gebaseerd op Nederlandse kennis te creëren.<br />
Daarnaast houden de waterschappen samen<br />
met het ministerie van Verkeer en Waterstaat<br />
een presentatie over de adviezen van de<br />
Deltacommissie onder de titel ‘Waiting for<br />
things to happen or trying to be prepared’.<br />
De Unie van Waterschappen laat bovendien<br />
zien hoe de waterschappen bijdragen aan<br />
het bereiken van de millenniumdoelen.<br />
Daarnaast komt een samenwerkingsverband<br />
met een aantal regionale waterinstanties in<br />
Zuid-Afrika aan bod.<br />
Gebrek aan water treft vrouwen en kinderen<br />
vaak het hardst. Voor het eerst spelen<br />
vrouwen een zeer prominente rol op het<br />
forum. Als ‘major group’ organiseren zij een<br />
groot aantal bijeenkomsten. Het Women<br />
for Water Partnership in Den Haag speelt<br />
daarbij een centrale rol. Doel is te zorgen dat<br />
vrouwen een gelijkwaardige stem hebben als<br />
het gaat om water en watermanagement.<br />
actualiteit<br />
Het Netherlands Water Partnership en AKVO<br />
verzorgen een sessie samen met Google,<br />
Twitter, IBM en de computerspellen industrie.<br />
Omdat water hoog op de agenda staat, zijn<br />
steeds meer partijen buiten de watersector<br />
geïnteresseerd in die sector. Dat leidt tot<br />
onverwachte, nieuwe verbanden. IBM<br />
bij<strong>voor</strong>beeld streek in Nederland neer met<br />
een ‘centre of excellence’ op het gebied<br />
van water. Om goede <strong>voor</strong>spellingen te<br />
kunnen doen, moet je goede gegevens<br />
hebben en deze kunnen analyseren. Dat<br />
is het doel van het project ‘Flood Control<br />
2015’, waar IBM inmiddels bij betrokken is.<br />
Google biedt nieuwe manieren om kennis<br />
uit te wisselen en projecten toegankelijk<br />
te maken, oefeningen en educatie worden<br />
interessant door de computerspellenindustrie.<br />
Afrikaanse reporters fi lmen projecten<br />
en maken daarmee resultaten inzichtelijk.<br />
Met Twitter wil men bezoekers en buitenstaanders<br />
betrekken bij de sessie, die ver over<br />
de grenzen van water gaat met de toepasselijke<br />
titel ‘Thinking outside the water box’.<br />
De gelegenheidsalliantie Dutch Partners for<br />
Water (zie hierboven) presenteert Nederland<br />
in een aparte bijeenkomst. Het accent daarbij<br />
ligt op het tonen van de Nederlandse zin<br />
om internationaal samen te werken op het<br />
gebied van klimaat en waterbeheer. In korte<br />
sessies wisselt men van gedachten met internationale<br />
collega’s.<br />
Hoeveel water kost een kopje koffi e of een<br />
bordje rijst? De Universiteit Twente heeft het<br />
in kaart gebracht. Professor Arjen Hoekstra<br />
geeft in de sessie ‘Taming Bigfoot’, gecoördineerd<br />
door het European Water Partnership,<br />
tekst en uitleg over zijn theorie.<br />
Het European Water Partnership heeft zijn<br />
wortels in Nederland, maar is inmiddels<br />
een onafhankelijke Europese organisatie.<br />
Voorafgaand aan het Wereld Water Forum<br />
hielden zij in Brussel een conferentie waar<br />
onder anderen Cees Veerman de resultaten<br />
van de Deltacommissie aan een Europees<br />
publiek presenteerde. Een Europees verband<br />
op het gebied van watermanagement is<br />
belangrijk omdat waterproblematiek in<br />
veel gevallen grensoverschrijdend is en<br />
de oplossingen dus ook. De resultaten van<br />
de conferentie vormen een basis <strong>voor</strong> de<br />
klimaatactiviteiten van het European Water<br />
Partnership op het forum.<br />
Beurs<br />
Tijdens het Wereld Water Forum in Istanbul<br />
wordt ook een beurs gehouden. Verschillende<br />
Nederlandse bedrijven en ngo’s<br />
presenteren zich in het Netherlands Water<br />
Pavilion. Leonie Jansen lanceert haar nieuwe<br />
cd ‘About Water’, een verzameling van<br />
<strong>nummer</strong>s die door artiesten uit verschillende<br />
werelddelen vertolkt worden. Het<br />
Netherlands Water Partnership is gastheer<br />
van het paviljoen.<br />
Ook uitgevers van relevante boeken zullen<br />
deelnemen aan de beurs. Earthscan zal onder<br />
meer het zojuist verschenen boek ‘Climate<br />
Change Adaptation in the Water Sector’<br />
(onder redactie van Ludwig, Kabat, Van<br />
Schaik en Van der Valk) presenteren.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
5
Jonge zalm nu al aangetroffen<br />
In de Roer bij Roermond is de eerste jonge zalm uit de Eifel gevonden. Dat is<br />
veel vroeger dan verwacht: de zalmtrek richting zee vindt meestal plaats in<br />
april en mei. Ook was de zalm veel kleiner dan normaal.<br />
In de Eifel zijn jonge zalmen uitgezet.<br />
Normaal gesproken trekken die als ze<br />
17 centimeter lang zijn, in april en mei,<br />
via de Duitse Rur naar de Noordzee. De zalm<br />
die in de Roer werd aangetroff en is twaalf<br />
centimeter lang. Hij is niet de enige: bij een<br />
vistrap in Obermaubach is een dertigtal jonge<br />
zalmen gezien. Waarom de jonge zalmen al zo<br />
vroeg naar zee trekken is niet duidelijk.<br />
Dat betekent dat de Roer en de hierin bij<br />
de ECI door het waterschap aangelegde<br />
vispassage ook door jonge zalmen wordt<br />
Natrium grootste boosdoener bij<br />
verzilting<br />
De meeste gewassen zijn gevoeliger <strong>voor</strong> een overdosis natrium dan <strong>voor</strong> een<br />
overmaat aan chloride. In het Nederlandse verziltingsdebat krijgt chloride<br />
echter alle aandacht. Uit onderzoek van de wetenschappelijke nieuwsbrief<br />
Benefi cial nutrients news blijkt dat de schadelijke rol van natrium niet of<br />
nauwelijks wordt onderkend.<br />
In verzilte gebieden ondervindt de land-<br />
en tuinbouw meer schade van natrium<br />
dan van chloride. De meeste gewassen<br />
reageren namelijk heftiger op een overmaat<br />
aan natrium, dan op eenzelfde overdosis<br />
chloride in het bodemvocht.<br />
Een teveel aan natrium is bovendien<br />
slecht <strong>voor</strong> de structuur van klei- en<br />
zavelgronden. Natrium verdringt het<br />
calcium van de kleideeltjes waaruit deze<br />
gronden zijn opgebouwd. De gezonde<br />
kaartenhuisstructuur van de kleideeltjes<br />
stort daardoor in elkaar. Het gevolg is een<br />
slechtere gewasgroei. Klei en zavel zijn de<br />
6 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
gevonden en gebruikt. Oktober vorig jaar<br />
nam het waterschap de nieuw aangelegde<br />
vispassage bij de ECI waterkrachtcentrale<br />
en in de Hambeek offi cieel in gebruik. Met<br />
de bouw van de vispassages in de Roer<br />
en de Hambeek hoopt het waterschap de<br />
vismigratie van verschillende vissoorten,<br />
zoals de zalm, zeeforel en de rivier- en<br />
zeeprik vanuit de Noordzee via de Maas naar<br />
de paaigebieden in het Duitse deel van de<br />
Roer weer mogelijk te maken.<br />
dominante grondsoorten in de akker- en<br />
tuinbouw gebieden die door verzilting<br />
worden bedreigd. Het is daarom opmerkelijk<br />
dat chloride veruit de meeste aandacht<br />
krijgt in het Nederlandse verziltingsdebat.<br />
In sommige studies blijven de schadelijke<br />
eff ecten van natrium zelfs ongenoemd.<br />
Zodoende blijven ook specifi eke<br />
maatregelen tegen natriumschade buiten<br />
beeld. Zo’n maatregel is bij<strong>voor</strong>beeld het<br />
gebruik van meststoff en die de kans op<br />
schade door natrium beperken.<br />
Waterschap<br />
neemt nieuw<br />
zandfi lter in<br />
gebruik<br />
Het Waterschap Aa en Maas heeft<br />
onlangs offi cieel een nieuw zandfi lter<br />
in gebruik genomen op de rioolwaterzuiveringsinstallatie<br />
Land van Cuijk<br />
in Haps. Een deel van het afvalwater<br />
krijgt daardoor een nabehandeling.<br />
De biologische processen in<br />
het zandfi lter zorgen <strong>voor</strong> een<br />
verlaagd stikstof- en fosfaatgehalte<br />
in het gezuiverde water. Daardoor neemt het<br />
zuiveringsrendement van de rwzi sterk toe en<br />
verbetert de biologische waterkwaliteit van<br />
de Laarakkerse Waterleiding.<br />
De zandfi lterinstallatie is aangelegd in een<br />
niet meer in gebruik zijnde beluchtingstank.<br />
Door dit hergebruik is de investering beperkt<br />
tot 3,5 miljoen euro. Waterschap Aa en<br />
Maas heeft een forse rijkssubsidie van 1,5<br />
miljoen euro gekregen vanuit de Subsidieregeling<br />
Gebiedsgericht Beleid van de Dienst<br />
Landelijk Gebied. De rwzi Land van Cuijk<br />
zuivert het afvalwater uit de gemeenten<br />
Boxmeer, Cuijk, St. Anthonis, Mill en St.<br />
Hubert, Grave, Uden en Landerd. Ongeveer<br />
70 procent van het aangevoerde afvalwater<br />
is afkomstig van huishoudens, de rest van<br />
bedrijven. Per uur kan acht miljoen liter water<br />
worden verwerkt.<br />
‘Krijgsmacht<br />
vaker in actie na<br />
natuurrampen’<br />
De krijgsmacht wordt in de toekomst<br />
waarschijnlijk vaker ingezet na<br />
klimaatgerelateerde natuurrampen,<br />
zoals overstromingen en orkanen.<br />
Dat concludeert de Adviesraad<br />
Internationale Vraagstukken (AIV)<br />
in het in opdracht van de minister<br />
van Defensie samengestelde advies<br />
‘Klimaatverandering en Veiligheid’.<br />
Daarnaast kan de krijgsmacht bij<br />
crisisbeheersingsoperaties te<br />
maken krijgen met confl icten<br />
die door klimaatverandering zijn of worden<br />
verergerd. Voorbeelden daarvan zijn<br />
onenigheid over hulpbronnen als water en<br />
voedingsgewassen, economische belangen<br />
in kustgebieden en grensgeschillen. De<br />
AIV kan, mede vanwege de onzekerheden<br />
rond de klimaatverandering, niet specifi ek<br />
aangegeven hoe het beroep op Defensie er<br />
zal uitzien. Volgens de adviesraad moet het<br />
ministerie dan ook pro-actief omgaan met<br />
de dreigingen die van klimaatverandering<br />
uitgaan en <strong>voor</strong>zorgsmaatregelen treff en.
actualiteit<br />
Grasmat op de Afsluitdijk sterker dan verwacht<br />
De grasmat op het binnentalud van dijken en zeeweringen is sterker dan verwacht.<br />
Dat is de <strong>voor</strong>lopige en <strong>voor</strong>zichtige conclusie van praktijkproeven die in februari<br />
en <strong>maart</strong>, in opdracht van Rijkswaterstaat, zijn uitgevoerd door Deltares.<br />
lijkt erop dat de kwaliteit<br />
van het gras hoger is dan<br />
“Het<br />
we dachten”, zegt Govertine<br />
de Raat, projectleider bij de Waterdienst<br />
van Rijkswaterstaat. Over een jaar, wanneer<br />
alle proeven zijn geanalyseerd, worden de<br />
defi nitieve resultaten van het onderzoek<br />
verwacht.<br />
De laatste jaren zijn regelmatig golfoverslagproeven<br />
uitgevoerd. “Dit ‘live’ testen is<br />
redelijk uniek. Gebruikelijk is om proeven<br />
in een laboratorium te doen”, aldus De Raat,<br />
naar aanleiding van de laatste proef aan de<br />
binnenkant van de dijk op de kruin van de<br />
Afsluitdijk bij Kornwerderzand.<br />
Als twee druppels water...<br />
Het nieuwe gebouw van Waterschap<br />
Rijn en IJssel in Doetinchem heeft de<br />
vorm van twee reusachtige druppels<br />
en is net zo doorzichtig als zuiver<br />
water. De zijkanten bestaan vrijwel<br />
geheel uit glas, waardoor iedere<br />
medewerker vanuit elke ruimte<br />
naar buiten kan kijken en iedere<br />
<strong>voor</strong>bijganger ziet wat er binnen<br />
gebeurt. Alleen de toiletruimten zijn<br />
niet zichtbaar.<br />
De Lochemse architect Maas<br />
ontwierp een duurzaam gebouw,<br />
waarin warmte- en koudeopslag<br />
worden gecombineerd met een zogeheten<br />
betonkern-activeringssysteem. In de<br />
betonnen vloeren en plafonds zorgen watertransporterende<br />
leidingen <strong>voor</strong> een constante<br />
temperatuur, waardoor energieonvriendelijke<br />
airconditioning achterwege kan blijven.<br />
De offi ciële opening van het nieuwe kantoor<br />
vindt plaats in september. De komende<br />
maanden wordt rond het gebouw een<br />
openbare parkachtige tuin gecreëerd met<br />
vijverpartijen.<br />
De duizenden liters water die via de grote<br />
golfslagsimulator met donderend geraas<br />
naar beneden zijn gekomen, sloegen een<br />
gat in de grasmat. Dat was ook de bedoeling.<br />
“We hebben niets verontrustends aangetroff<br />
en.” Dat gold ook <strong>voor</strong> de proeven op de<br />
Waddenzeedijken in Friesland en Groningen<br />
en twee zeeweringen in Zeeland. Daar was<br />
het eveneens de bedoeling de sterkte van<br />
het binnentalud bij golfoverslag of zeer<br />
zware storm in kaart te brengen. Ook werd<br />
getest welke van de vier onderhoudsmethoden,<br />
die in Friesland gebruikt worden, de<br />
beste is. Onder meer is gekeken hoe diep de<br />
wortels zitten en wat het eff ect daarvan is op<br />
de sterkte van de grasmat.<br />
De eindresultaten van de proeven zijn<br />
<strong>voor</strong> de Afsluitdijk en andere primaire<br />
waterkeringen van groot belang. Wanneer<br />
de kwaliteit van de grasmat een grote<br />
golfoverslag toelaat, kan bij toekomstige<br />
verbeteringen aan de dijken met iets minder<br />
zware versterking worden volstaan.<br />
De gaten die tijdens de proeven in het talud<br />
zijn geslagen, zijn overigens allemaal weer<br />
gedicht volgens de daar<strong>voor</strong> geldende<br />
standaarden. “Er is nieuw gras ingezaaid in de<br />
kleigrond”, verzekert De Raat.<br />
Het nieuwe gebouw van Waterschap Rijn en IJssel in Doetinchem. (foto: Jan van den Brink).<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
7
Noodhulporganisaties<br />
kunnen kiezen uit steeds<br />
meer waterzuiveraars<br />
Rietjes, korrels, tabletten, keramische kaarsen, membranen of UV-licht:<br />
tegenwoordig zijn er <strong>voor</strong> mensen in noodsituaties veel verschillende<br />
methodes beschikbaar om water te zuiveren. Dit maakt de keuze echter ook<br />
moeilijk. Wat zijn de ervaringen van Artsen zonder Grenzen, het Rode Kruis en<br />
Unicef met een vijftal waterzuiveraars?<br />
Zonder betrouwbaar drinkwater is<br />
de mens ten dode opgeschreven.<br />
Dagelijks sterven 5.000 kinderen<br />
onder vijf jaar - op jaarbasis 1,8 miljoen - door<br />
ziekten als cholera, dysenterie en tyfus. Deze<br />
kinderen, <strong>voor</strong>namelijk in ontwikkelingslanden,<br />
waren te redden geweest als ze over<br />
veilig drinkwater hadden beschikt. Gelukkig<br />
zijn de afgelopen tien jaar bemoedigende<br />
ontwikkelingen te bespeuren op gebied van<br />
waterzuivering.<br />
Tsunami<br />
Eén van de weinige positieve ontwikkelingen<br />
die <strong>voor</strong>tvloeiden uit de tsunami<br />
eind 2004 in het zuidoosten van Azië was<br />
de enorme stimulans in de ontwikkeling<br />
van zuiveringsapparatuur <strong>voor</strong> water. In<br />
veel gebieden die door de verwoestende<br />
vloedgolf werden getroff en, was de drinkwaterinfrastructuur<br />
- de waterzuiveringsinstallatie<br />
en het leidingnet - niet langer te<br />
gebruiken. Er bestond grote behoefte aan<br />
betrouwbaar drinkwater. Elke organisatie<br />
die maar iets te maken had met waterzuivering,<br />
stuurde waterzuiveringsunits. Deze<br />
organisaties wisten dat het beschikbaar<br />
zijn van betrouwbaar water letterlijk van<br />
levensbelang was <strong>voor</strong> de overlevenden. Er<br />
liggen tal van ziektes op de loer, zeker bij<br />
een ramp met de omvang van de tsunami,<br />
waar veel doden zelfs enkele weken na de<br />
ramp nog niet waren geborgen. Om het<br />
gevaar van grote epidemieën in de getroff en<br />
gebieden te beteugelen, was het nodig zo<br />
snel mogelijk de drinkwater<strong>voor</strong>ziening te<br />
herstellen.<br />
Schiphol<br />
Het provisorisch aanleggen en/of herstellen<br />
van de toevoer van veilig drinkwater is vaak<br />
één van de eerste dingen die een hulporganisatie<br />
onderneemt in een noodsituatie.<br />
Een organisatie als Artsen zonder Grenzen<br />
Nederland heeft in haar depot in Lijnden (bij<br />
Schiphol) waterzuiveringsunits klaar staan<br />
die ze direct kan laten overbrengen naar<br />
een noodgebied. Hetzelfde geldt <strong>voor</strong> Rode<br />
Kruis Nederland dat op vliegveld Luxemburg<br />
- vanwege de kosten niet op Schiphol -<br />
onder andere waterzuiveringsunits heeft<br />
staan. Inmiddels zijn tal van - onderling<br />
zeer verschillende - systemen op de markt.<br />
Naar welk apparaat gaat de <strong>voor</strong>keur van<br />
noodhulporganisaties uit?<br />
8 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Artsen zonder Grenzen<br />
Wat <strong>voor</strong> waterzuiveringsinstallatie gebruikt<br />
Artsen zonder Grenzen bij rampen? Marco<br />
Visser, hoofd van de divisie Water en<br />
Sanitatie: “Het hangt erg van de context af.<br />
Meestal werken we niet met kant-en-klare<br />
units, maar bouwen we ter plekke een waterzuiveringsinstallatie.<br />
Hier<strong>voor</strong> gebruiken we<br />
vaste onderdelen, zoals pompen, reservoirs,<br />
slangen en kranen. Dit staat allemaal gereed<br />
en kan binnen 24 uur ter plekke zijn. Het<br />
principe van de waterzuivering is simpel:<br />
verschillende tanks in serie. In elke volgende<br />
Soorten waterzuiveraars<br />
Life Straw<br />
Eén van de opvallendste waterzuiveraars is de<br />
Life Straw: een rietje van zo’n 25 cm lengte en<br />
drie centimeter doorsnede waarmee zelfs het<br />
meest vervuilde water gereinigd wordt. Het<br />
werkt als volgt: de gebruiker stopt het uiteinde<br />
in de verontreinigde waterbron, plaatst het<br />
andere uiteinde in de mond en zuigt het water<br />
naar binnen.<br />
Het verontreinigde water passeert eerst een<br />
fi lter met openingen van 100 micron, gevolgd<br />
Het ‘rietje’ Life Straw, waarvan de TU Delft een versie<br />
<strong>voor</strong> kinderen gemaakt heeft.<br />
tank ondergaat het water één bewerking.<br />
Je laat het verontreinigde water in de<br />
eerste tank stromen, waarna chemicaliën<br />
worden toegevoegd om de vaste deeltjes<br />
in het water te laten neerslaan. Vervolgens<br />
gebruiken we zuiveringstechnieken als<br />
fl occuleren en het desinfecteren met chloor.<br />
Pas als deze bewerkingen hebben plaatsgevonden,<br />
gaat het water naar de kranen<br />
waaruit de mensen hun water tappen.”<br />
Indien het water helder genoeg is, is de<br />
eerste stap onnodig en wordt het water<br />
direct gedesinfecteerd. Dit is vaak het geval<br />
door een tweede polyester fi lter met openingen<br />
van 15 micron. Met deze twee fi lters worden<br />
de grotere deeltjes en zelfs clusters van<br />
bacteriën uit het water gefi lterd. Vervolgens<br />
komt het water in een kamer met jodiumparels<br />
die bacteriën, virussen en parasieten<br />
doden. De hieropvolgende kamer is leeg: het<br />
jodium dat van de parels wordt gewassen,<br />
werkt daar nog even door. De laatste kamer<br />
bevat actieve koolstofgranulaat. Dit zorgt <strong>voor</strong><br />
verdere zuivering en zorgt er tevens <strong>voor</strong> dat de<br />
jodiumsmaak <strong>voor</strong> een belangrijk deel wordt<br />
geneutraliseerd. Ook blijven de parasieten die<br />
toch door de pre-fi lters of de ‘jodium-kamer’ zijn<br />
gekomen, in deze kamer achter.<br />
De TU Delft speelde een rol bij het ontwikkelen<br />
van de Life Straw. Studente Roelie Bottema<br />
ontwierp een kleinere uitvoering (‘Life Straw for<br />
kids’) <strong>voor</strong> kinderen. “Die moesten veel te hard<br />
zuigen.”<br />
Het buisje gaat lang genoeg mee om in de<br />
drinkwaterbehoefte van één persoon <strong>voor</strong> één<br />
jaar te <strong>voor</strong>zien: één rietje kan zo’n 700 à 1.000<br />
liter verontreinigd water zuiveren. De prijs van<br />
een rietje bedraagt circa vier euro.<br />
Het Amerikaanse managementtijdschrift<br />
Forbes was razend enthousiast en noemde de<br />
Life Straw ‘één van de tien producten die onze<br />
manier van leven drastisch zal veranderen.’<br />
Begin 2008 ontving Vestergaard Frandsen, de<br />
Zwitserse fabrikant van de Life Straw, de prestigieuze<br />
Saatchi en Saatchi prijs <strong>voor</strong> het rietje als<br />
een ‘world changing idea’. Het juryrapport loog<br />
er niet om: ‘Het zal miljoenen levens redden<br />
en redt dagelijks al veel levens’, zo schreef de<br />
jury, en: ‘Deze eenvoudig uitziende blauwe<br />
buis zal de wereld veranderen. De Life Straw
wanneer grondwater gebruikt wordt en geen<br />
oppervlaktewater.<br />
Een andere reden <strong>voor</strong> het gebruik van chloor,<br />
is dat zoveel chloor wordt toegediend dat altijd<br />
een kleine hoeveelheid residu overblijft na de<br />
desinfecterende werking. Dit <strong>voor</strong>komt dat het<br />
water tussen distributie en consumptie alsnog<br />
vervuild raakt. Het is bekend dat de meeste<br />
is niet alleen levensreddend <strong>voor</strong> mensen in<br />
arme landen, maar kan ook gebruikt worden<br />
in gebieden waar overstromingen of andere<br />
natuurrampen het drinkwater vervuild hebben’,<br />
aldus de jury.<br />
Water4Life (DSM)<br />
De Water4Life is een waterzuiveraar die de<br />
dagelijkse waterbehoefte van een gezin kan<br />
produceren. Het bestaat uit twee op elkaar<br />
Het zuiveringsapparaat Water4Life van DSM met<br />
twee keramische fi lterkaarsen in het midden.<br />
vervuiling hier plaatsvindt, doordat mensen<br />
bij<strong>voor</strong>beeld vuile containers gebruiken of met<br />
de handen in het water komen.<br />
Dit is ook de reden dat de Perfector-E, die<br />
gebruikmaakt van UV-licht, <strong>voor</strong> Artsen<br />
zonder Grenzen nog niet de ultieme oplossing<br />
is. “Daarnaast gebruiken we in ieder geval<br />
geplaatste vaten die elk acht liter water kunnen<br />
bevatten. Het zuiveren gebeurt kinderlijk<br />
eenvoudig door het verontreinigde water in<br />
het bovenste vat te gieten, waarna het via<br />
twee keramische fi lterkaarsen doorsijpelt naar<br />
het onderste vat. De reiniging vindt plaats in<br />
de kaarsen, waarin ook zilver (een oude, maar<br />
beproefde manier om water te zuiveren) is<br />
verwerkt.<br />
In samenwerking met Philips en Oxfam-Novib<br />
heeft Water4Life in 2004 een eerste prototype<br />
waterzuiveraar getest in enkele steden in<br />
India. Tegenwoordig worden de vaten en<br />
keramische kaarsen ter plekke gemaakt in<br />
lokale werkplaatsen, niet alleen in India, maar<br />
ook in 18 andere landen waar Water4Life actief<br />
is. Alleen al aan de oostkust van India zijn<br />
de afgelopen twee jaar 13.000 exemplaren<br />
geproduceerd. Alex Vrinzen, ontwikkelaar en<br />
promotor van de Water4Life: “Het is expliciet de<br />
bedoeling om de kennis van het produceren<br />
van onze waterzuiveraar aan iedereen die het<br />
wil weten door te vertellen. Daarom hebben wij<br />
er ook nooit octrooi op aangevraagd. Wij willen<br />
er niet aan verdienen, sterker nog, wij hopen<br />
dat heel veel mensen in de Derde Wereld het<br />
systeem namaken.”<br />
PuR (Procter & Gamble)<br />
Het Amerikaanse was- en levensmiddelenconcern<br />
Procter & Gamble (onder meer<br />
producent van Pampers, Ariel en Oil of Olaz)<br />
kwam enkele jaren geleden met waterzuiveringskorrels<br />
<strong>voor</strong> gebruik in ontwikkelingslanden<br />
op de markt.<br />
Door het toevoegen van een suikerzakje van<br />
zuiveringskorrels, PUR genaamd, kan binnen<br />
achtergrond<br />
niet de Life Straw.” Visser is de Life Straw zelfs<br />
nooit tegengekomen in het veld. Hij vindt<br />
het rietje te duur en gebruikersonvriendelijk.<br />
“Zonder het geven van goede <strong>voor</strong>lichting is<br />
de waarde van de Life Straw wellicht beperkt.<br />
Veel mensen in ontwikkelingslanden weten<br />
niet dat verontreinigd water hen ziek maakt,<br />
dat het zelfs de dood kan veroorzaken. Het feit<br />
dat mensen met de Life Straw zwaar verontreinigd<br />
water - dus vaak gekleurd en stinkend<br />
- uit een emmer moeten opzuigen, is <strong>voor</strong><br />
veel mensen niet te bevatten. In de meeste<br />
culturen moet water kleurloos en bij <strong>voor</strong>keur<br />
ook geurloos zijn”, zegt Visser. Daarnaast moet<br />
het rietje goed schoon worden gehouden en<br />
zullen veel gebruikers, <strong>voor</strong>al kinderen, de<br />
verkeerde kant in hun mond steken, zodat ze<br />
alsnog ziek worden.”<br />
Volgens Visser heeft de grote aandacht die<br />
de Life Straw in de media krijgt, onder meer<br />
te maken met de goede marketing van<br />
Vestergaard. “Artsen zonder Grenzen is een<br />
noodhulporganisatie, dus duurzaamheid is<br />
niet onze eerste prioriteit. Onze doelstelling<br />
is het menselijk leed zoveel mogelijk te<br />
verzachten, door het <strong>voor</strong>komen van ziekte<br />
en overlijden, maar ook het zoveel mogelijk<br />
behouden van de waardigheid van de<br />
gedupeerden. Dit wil zeggen dat mensen<br />
geen ziekmakend water behoren te drinken,<br />
enkele minuten een jerrycan vervuild water<br />
worden gereinigd. De korrels bestaan uit een<br />
variëteit aan chemicaliën - onder andere aluin,<br />
ijzersulfaat en calcium-hypochloride - die<br />
ziekteverwekkende bacteriën, virussen en<br />
parasieten aan zich binden. Ze worden uit het<br />
water gefi lterd door het water door te fi lteren<br />
door een theedoek.<br />
Lees verder op de volgende pagina<br />
De waterzuiveringskorrels PuR van Procter &<br />
Gamble.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
9
maar ook dat ze een schone en veilige plek<br />
hebben om hun behoeften te doen en dat ze<br />
de beschikking hebben over zeep om zichzelf<br />
schoon en gezond te houden”, aldus Visser.<br />
“Vaak realiseert men zich te weinig dat goede<br />
hygiëne en sanitatie meer ziekte kunnen<br />
<strong>voor</strong>komen dan (uitsluitend) het leveren van<br />
schoon drinkwater. Wanneer <strong>voor</strong> Artsen<br />
zonder Grenzen het werk erop zit, worden<br />
de installaties vaak achtergelaten of - indien<br />
nodig - overgedragen aan een andere<br />
non-gouvernementele organisatie of een<br />
lokale gezondheidskliniek.”<br />
Rode Kruis<br />
De ontwikkeling van de Perfector-E kwam<br />
in een stroomversnelling na de tsunami.<br />
Koolstoff abrikant Norit schonk het<br />
Nederlandse Rode Kruis vlak na de ramp<br />
in Azië onder meer tien Perfector-E-installaties<br />
(ook wel Emergency Respons Units<br />
genoemd). Deze zijn uitermate geschikt om<br />
te worden ingezet in noodsituaties. In overleg<br />
met het Rode Kruis werden de Perfector-Einstallaties<br />
vorig jaar gestationeerd in onder<br />
andere Afrika en Midden-Amerika. Volgens<br />
een woordvoerder van PWN betreft het<br />
een zeer innovatieve installatie. “Het mooie<br />
ervan is dat er alleen maar een aan- en<br />
uitknop aan zit. Het apparaat kan zonder<br />
onderhoud drie maanden optimaal functioneren.<br />
Toezicht en technische experts zijn de<br />
eerste drie maanden niet nodig. De geavanceerde<br />
membraantechnologie van Norit<br />
zorgt <strong>voor</strong> een betrouwbare bescherming<br />
tegen micro-organismen in water, zoals<br />
British Berkefeld<br />
Het Britse bedrijf Berkefeld werkt met een<br />
draagbare, zwaartekracht geleide waterzuiveraar<br />
met een keramische kaars om het water<br />
te zuiveren. Het geheel bestaat uit twee tanks:<br />
10 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
bacteriën en virussen, die diarree, tyfus,<br />
cholera en dysenterie kunnen veroorzaken.<br />
Deze eigenschappen maken de Perfector-E<br />
ook uitermate geschikt <strong>voor</strong> gebruik in<br />
dunbevolkte en verafgelegen gebieden, waar<br />
waterleiding ontbreekt.”<br />
De kritiek op de Perfector is dat het een<br />
handig apparaat is <strong>voor</strong> het lenigen van de<br />
eerste nood, maar absoluut niet duurzaam.<br />
De membramen moeten regelmatig<br />
worden vervangen evenals de UV-lampen.<br />
Niet iedereen is in staat het onderhoud<br />
te verrichten; daar<strong>voor</strong> is behoorlijk wat<br />
technische kennis nodig.<br />
Unicef<br />
Unicef werkt met verschillende waterzuiveraars,<br />
onder andere Procter & Gamble en<br />
British Berkefeld, aldus woordvoerder Martin<br />
de Beer. “Met beide fi rma’s zijn langetermijnafspraken<br />
gemaakt over het gebruik van hun<br />
waterzuiveraars in noodsituaties.” Met de Life<br />
Straw, de Perfector-E en de Water4Life heeft<br />
Unicef op het niveau van het hoofdkantoor<br />
in New York geen ervaring. “In noodgevallen<br />
hebben we twee grote waterzuiveringsunits<br />
(één <strong>voor</strong> 5.000 en één <strong>voor</strong> 15.000 mensen.<br />
Daarnaast gebruiken we ‘family-kits’ <strong>voor</strong><br />
tien families per ‘doos’. Volgens Henk van<br />
Norden, medewerker van de afdeling Water,<br />
Sanitation en Hygiëne op het hoofdkantoor<br />
van Unicef hecht de organisatie veel waarde<br />
aan het gebruik van waterzuiveraars,<br />
<strong>voor</strong>al in situaties waarin geen duurzame<br />
oplossingen <strong>voor</strong>handen zijn en snel<br />
handelen vereist is. In crisissituaties verstrekt<br />
het vervuilde water wordt in de bovenste<br />
tank gegooid, waarna het via een fi lterende<br />
keramische kaars door de zwaartekracht naar<br />
de onderste tank gaat. In feite is het hetzelfde<br />
systeem als de Water4Life. Het verschil is dat<br />
deze zuiveraar op commerciële basis wordt<br />
geproduceerd. Eén zuiveraar kost ongeveer 200<br />
tot 300 euro; een prijs die niet is op te brengen<br />
door de armen.<br />
Perfector-E<br />
Deze draagbare waterzuiveraar kan uit sterk<br />
verontreinigd water per uur 2.000 liter schoon<br />
drinkwater produceren. Dit is genoeg om 5.000<br />
mensen structureel van water te <strong>voor</strong>zien. Het<br />
apparaat is ontwikkeld door het Provinciaal<br />
Waterleidingbedrijf Noord-Holland (PWN) en<br />
Norit (één van de marktleiders op het gebied<br />
van membranen).<br />
Het water wordt opgepompt door middel<br />
van een dompelpomp, <strong>voor</strong>zien van een<br />
zeef. Vervolgens passeert het water twee<br />
parallel geschakelde microzeven die, indien<br />
nodig, handmatig gereinigd kunnen worden.<br />
De hoofdzuivering bestaat uit twee parallel<br />
geschakelde ultrafi ltratie elementen. Deze<br />
elementen verwijderen alle troebelmakende<br />
bestanddelen, alle bacteriën, virussen<br />
en overige ziekmakende organismen. Na<br />
deze zuiveringstap is het water helder en<br />
betrouwbaar. Als extra veiligheid is één<br />
UV-desinfectiezuiveringsstap toegevoegd. Deze<br />
dubbele desinfectiestap garandeert hygiënische<br />
betrouwbaarheid onder alle omstandigheden.<br />
Unicef met veel andere organisaties waterzuiveringsmiddelen,<br />
meestal in de vorm<br />
van tabletjes, korrels of poeder, direct aan<br />
huishoudens. “In meer normale situaties is dit<br />
niet wenselijk, omdat dit tot afhankelijkheid<br />
en marktverstoring leidt. Waterzuivering is<br />
dan een onderdeel van hygiëne-onderwijs<br />
en -promotie (samen met handen wassen<br />
met zeep en toiletgebruik door iedereen).<br />
Er wordt dan verwacht dat huishoudens zelf<br />
de methode <strong>voor</strong> waterzuivering kiezen die<br />
het best past bij hun <strong>voor</strong>keuren en bij hun<br />
middelen. Te denken valt, bij<strong>voor</strong>beeld, aan<br />
de aanschaf van een fi lter en/of de aankoop<br />
van tabletten of poeders die dagelijks<br />
moeten worden gebruikt. Het is daarbij<br />
noodzakelijk dat deze producten in de winkel<br />
liggen, niet te ver van de gebruikers”, aldus<br />
Van Norden.<br />
Conclusie<br />
De conclusie die hij trekt is “dat als waterzuiveringsproducten<br />
bewezen hebben dat<br />
ze goed functioneren onder verschillende<br />
omstandigheden, ze op de markt moeten<br />
worden gebracht. In crisissituaties zullen<br />
Unicef en andere humanitaire instellingen<br />
behoorlijke hoeveelheden van zulke<br />
producten kopen en vrij van kosten aan<br />
de getroff en bevolking uitdelen. Maar in<br />
normale omstandigheden is dit niet mogelijk<br />
en wordt er aan de hand van vraag en<br />
aanbod gewerkt, waarbij de vraag gestimuleerd<br />
wordt door <strong>voor</strong>lichting en promotie.”<br />
Peter Conradi<br />
Zonder onderhoud produceert de Perfector-E<br />
zeker drie maanden achtereen 2.000 liter<br />
schoon drinkwater per uur. De installatie wordt<br />
onder andere gebruikt in projecten in Oeganda,<br />
Pakistan, Nigeria en Ghana.<br />
De commerciële versie van de Water4Life van het<br />
Britse bedrijf Berkefeld. De Perfector-E, ontwikkeld door PWN en Norit.
achtergrond / verslag<br />
Zeewater ontzouten: smaken verschillen<br />
“Zeeuws-Vlaanderen is droger dan de Sahara. Zoet water is schaars, maar de<br />
vraag is groot.” Dat betekent volgens Lambèr Paping, waterspecialist bij Dow<br />
Terneuzen en gastonderzoeker aan de TU Delft, “dat je bij de vestiging van<br />
grote industrieën over grenzen heen moet kijken en afvalwater moet durven<br />
hergebruiken.” Hij zei dat tijdens de workshop ‘waterhergebruik op bedrijventerreinen’<br />
op 5 <strong>maart</strong> in Nieuwegein, die georganiseerd was door De Mannen<br />
van de WIT en Syntens.<br />
Bij de chemische industrie in<br />
Terneuzen is inmiddels sprake van<br />
driedubbel watergebruik. Evides<br />
heeft enige tijd in opdracht van Dow zeewater<br />
via omgekeerde osmose onzilt, maar dat<br />
proces is afgebouwd vanwege chemicaliën en<br />
het relatief hoge energiebruik.<br />
Paping is van mening dat iedereen van<br />
zeewater moet afblijven. Volgens Albert<br />
Jansen (TNO), die samen met Paping<br />
de workshop leidde, tonen projecten in<br />
Nederland en Singapore echter aan dat<br />
het ontziltingsproces met behulp van<br />
membraantechnologie een prima alternatief<br />
is. “Door gratis restwarmte te gebruiken,<br />
hoeft een hoog energiegebruik niet<br />
belemmerend te werken.”<br />
Gezuiverd afvalwater van de rwzi Terneuzen<br />
wordt tegenwoordig opgewerkt en<br />
overgepompt naar het terrein van Dow, waar<br />
een groot aantal fabrieken staat. Vervolgens<br />
wordt het gebruikt als ketelvoedingswater en<br />
daarna een aantal keren als stoom. Ten slotte<br />
gaat het naar de eigen biologische waterzuivering<br />
en wordt het, <strong>voor</strong> de lozing op de<br />
Westerschelde, nog een keer als koelwater<br />
gebruikt.<br />
Grootschalig hergebruik van rwzi-effl uent<br />
<strong>voor</strong> hoogwaardige industriële toepassing,<br />
dat mogelijk is dankzij publiek-private<br />
samenwerking, is uniek in Nederland.<br />
Volgens Paping zijn er nog maar weinig<br />
rekenmodellen die meervoudig gebruik van<br />
water als uitgangspunt hebben. De meeste<br />
gaan uit van drinkwater, oppervlaktewater of<br />
afvalwater, maar kijken niet naar het verband<br />
ertussen. “Men let <strong>voor</strong>al op de kwantiteit,<br />
terwijl alles draait om de kwaliteit.”<br />
Dure locatie<br />
De studenten op de universiteiten kijken via<br />
Google Earth naar een regio en begrijpen<br />
dat watermanagement een mondiaal<br />
probleem is dat je regionaal moet bekijken<br />
en implementeren, aldus Paping. Volgens<br />
hem hebben zij al heel snel door dat je<br />
bij Terneuzen, dat door de droogte een<br />
dure locatie is, geen industriegebied had<br />
moeten neerleggen. “Ze zien in het noorden<br />
zeewater, maar kunnen, op een brakke<br />
kreek na en het Kanaal van Gent naar<br />
Terneuzen, nergens rivieren of meertjes<br />
vinden. Ze zoeken terecht naar wat er wel<br />
is om de waterkringloop in dit gebied te<br />
kunnen sluiten. Zoet water uit de Biesbosch<br />
halen, is logistiek moeilijk. Drinkwater<br />
ontrekken uit de Maas is mogelijk, maar<br />
ik vind dat de industrie daar vanaf moet<br />
blijven. Toch lukt het om oplossingen te<br />
vinden. De industrie kan zichzelf helpen<br />
door buitenlands afvalwater te importeren<br />
via spaarbekkens. Landbouwers willen het<br />
overtollige hemelwater dat in de polders in<br />
België terechtkomt, graag naar Nederland<br />
sturen. Grensoverschrijdend denken, denken<br />
in stroomgebieden.”<br />
Water = energie<br />
Evides bouwde een waterfabriek waar het<br />
afvalwater van de chemische industrie wordt<br />
gezuiverd en het effl uent hergebruikt als<br />
koelwater. “Voor de industrie is water geen<br />
kerntaak, maar het hoort er wel bij. Langs het<br />
Kanaal van Gent naar Terneuzen ligt het rioolstelstel<br />
van Terneuzen, dat in de awzi wordt<br />
gezuiverd. Een normaal mens wil andermans<br />
rommelwater niet importeren. Maar waarom<br />
niet? De infrastructuur ligt er. En de rwzi op<br />
ons eigen bedrijfsterrein gebruiken we <strong>voor</strong><br />
verder hergebruik,” aldus Paping.<br />
Hij constateert dat drinkwaterbronnen<br />
wereldwijd onvoldoende worden<br />
ontkoppeld. “Maar <strong>voor</strong>dat je partnerschappen<br />
aangaat om dat te bereiken, moet<br />
het eerst in je eigen huis kloppen. Bovendien<br />
moet je beseff en dat we spreken over water,<br />
maar energie bedoelen. Verdubbeling van<br />
productiecapaciteit betekent niet dat je<br />
twee keer zo veel water moet gebruiken. Je<br />
moet van de drinkwaterbronnen afblijven<br />
en nadenken over de hoe je loost. Het water<br />
moet zo goed van kwaliteit worden dat de<br />
industrie net als de bakker haar eigen brood<br />
kan eten. Ga intern aan het werk en zorg<br />
er<strong>voor</strong> dat je minder hoeft te importeren<br />
en er zoveel vertrouwen ontstaat dat het<br />
afvalwater wordt gekocht door kopers die<br />
jou vanwege je visie serieus nemen.”<br />
Bezwaren weg te nemen?<br />
Membraantechnoloog Albert Jansen (TNO)<br />
pleitte er tijdens de workshop <strong>voor</strong> alle<br />
projecten <strong>voor</strong> het hergebruik van water, die<br />
nu op maat gemaakt zijn <strong>voor</strong> de ‘klant’, te<br />
standaardiseren en uniformeren. Daardoor<br />
ontstaat ook een constante kwaliteit.<br />
“Paping vindt, hoewel hij dat later enigszins<br />
nuanceerde, dat we moeten wegblijven van<br />
zeewater vanwege het hoge energieverbruik<br />
dat nodig is <strong>voor</strong> de ontzilting. Door<br />
membraantechniek toe te passen, roestvrijstalen<br />
containers te vervangen door plastic<br />
tanks en gratis industriële restwarmte te<br />
gebruiken, vervallen die bezwaren.”, aldus<br />
Jansen.<br />
TNO en Keppel Seghers zijn er volgens<br />
Jansen in geslaagd zoet water te produceren<br />
uit vuil zeewater in Singapore, waar door een<br />
dispuut met buurland Maleisië de wateraanvoer<br />
stokte. In het dichtbevolkte land<br />
is geen ruimte <strong>voor</strong> opslag. “De locatie was<br />
naast een vissers- en oliehaven, absoluut<br />
geen ideale plek, maar de door TNO<br />
ontwikkelde Memstilltechnologie werkt daar<br />
wel.”<br />
Het principe bestaat uit de combinatie van<br />
een warmtewisselaar met destillatiemembranen.<br />
Een apparaat <strong>voor</strong> het doorpompen<br />
van koud zeewater tot interne condensatie<br />
ontstaat. Dit proces vergt weinig energie,<br />
omdat kleine temperatuurverschillen<br />
voldoende zijn om het proces aan te drijven.<br />
Kosten<br />
De kosten bij grootschalige waterproductie<br />
en commerciële modulebouw kunnen<br />
bij (gratis) industriële restwarmte lager<br />
uitkomen dan bij andere technieken om van<br />
zout zoet water te maken, zoals omgekeerde<br />
osmose. In 2006 is ook een pilot van E.on op<br />
de Maasvlakte begonnen, waar Noordzeewater<br />
met een minimale <strong>voor</strong>behandeling<br />
wordt ontzilt. “Zeewater wordt ‘big business’<br />
en dat is geen probleem als je geen elektriciteit<br />
hoeft aan te wenden <strong>voor</strong> het ontzoutingsproces,”<br />
aldus Jansen.<br />
Hij vroeg ook aandacht <strong>voor</strong> het vorig<br />
jaar gepresenteerde waterproject van de<br />
Europese Commissie AquaFit4Use, dat tot<br />
doel heeft technologieën te ontwikkelen<br />
<strong>voor</strong> duurzaam industrieel watergebruik. De<br />
betrokken partijen gaan na of standaardisatie<br />
en volledige integratie van technieken, zoals<br />
waterbehandeling samen met sensor- en<br />
beheersbaarheidssystemen, mogelijk is.<br />
De Mannen van de WIT en Syntens bundelen<br />
hun krachten om samen meer ondernemers<br />
te kunnen begeleiden bij innovaties in de<br />
watertechnologie. Tijdens de gemeenschappelijke<br />
bijeenkomst op 5 <strong>maart</strong> bekrachtigden<br />
Piet van Staalduinen, algemeen<br />
directeur van Syntens, en Arie Kraaijeveld,<br />
<strong>voor</strong>zitter van het Netherlands Water<br />
Partnership (NWP), de samenwerking.<br />
Syntens beschikt over een landelijk netwerk<br />
van innovatieadviseurs die MKB-bedrijven<br />
ondersteunen bij het realiseren van hun<br />
innovatiemogelijkheden. De Mannen van<br />
de WIT zijn zes ervaren ondernemers die<br />
onder de vlag van het NWP iedereen die<br />
veel belovende innovaties heeft <strong>voor</strong> de<br />
watertechnologiesector, verder helpen.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
11
Scheidingstoiletten vergroten de oogst in Mali<br />
Scheidingstoiletten in een dorp in Mali. Dat is iets wat je niet direct verwacht.<br />
Maar de organisatie Alphalog heeft boeren weten te overtuigen van het<br />
grote <strong>voor</strong>deel van gescheiden opvang van urine en ontlasting. Niet alleen<br />
de hygiëne is erop <strong>voor</strong>uit gegaan. Vooral de oogsten van de boeren zijn<br />
aanzienlijk vergroot. Het ‘ecosan’ toilet, zoals het scheidingstoilet in Mali wordt<br />
genoemd, blijkt een succes en zal in veel meer dorpen worden aangelegd.<br />
In het dorp Sebougou is in 2006 een<br />
bescheiden start gemaakt met de<br />
aanleg van 26 scheidingstoiletten.<br />
Alphalog is op het idee gebracht door<br />
adviesbureau WASTE en wordt in haar werk<br />
ondersteund door ondere andere de hulporganisatie<br />
ICCO.<br />
Mamadou Ouattara, verantwoordelijk <strong>voor</strong><br />
het Ecosan-programma van Alphalog,<br />
weet het nog goed: “In het begin waren de<br />
bewoners van dit dorp een beetje sceptisch<br />
over de noodzaak van dit soort toiletten.<br />
Dat is ook logisch, want het was iets wat ze<br />
niet kenden. Het is hier de gewoonte om<br />
aan de rand van je erf een gat te graven<br />
waar je je behoefte doet. Als het vol is,<br />
wordt het afgedekt en wordt elders een<br />
nieuw gat gegraven. Het idee om ontlasting<br />
te scheiden van urine kenden ze niet. We<br />
legden ze uit dat ze hun ontlasting kunnen<br />
laten composteren en gebruiken als meststof<br />
op het land. Aan dat idee moesten ze wel<br />
even wennen. Maar het feit dat hun land er,<br />
dankzij de compost van het toilet, op een<br />
goedkope manier vruchtbaarder van kon<br />
worden, heeft hen over de streep getrokken.<br />
Toch heeft het ons twee jaar gekost om ze te<br />
overtuigen.”<br />
De naam van het toilet, ecosan, komt van<br />
de Engelse term Ecological Sanitation. Het<br />
idee achter deze toiletten is dat ontlasting,<br />
urine en water nuttige bronnen kunnen zijn<br />
en hergebruikt kunnen worden. Het voedsel<br />
dat mensen eten, wordt uiteindelijk verwerkt<br />
tot compost waarmee de bodem verrijkt kan<br />
worden, met betere oogsten als resultaat. Dat<br />
leidt weer tot een hogere voedselzekerheid.<br />
12 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Goede meststof<br />
Nu zijn de dorpsbewoners erg tevreden met<br />
de ecosan-toiletten. Dorpsoudste Adam<br />
Kané: “Het zijn solide constructies. En hoewel<br />
we het in het begin niet zo zagen zitten om<br />
onze behoefte in twee verschillende gaten<br />
te doen, bleek het erg simpel te zijn. Je moet<br />
er gewoon goed op letten dat de urine in<br />
het ene gat en de ontlasting in het andere<br />
gat komt. Bij de ontlasting gooi je as om het<br />
te drogen, en dat levert uiteindelijk goede<br />
mest op.” Andere dorpsbewoners knikken<br />
instemmend. Het doet hen schijnbaar niks<br />
om met z’n allen over ontlasting te praten.<br />
Inmiddels is de oogst van de velden, bemest<br />
met compost van de ecosan-toiletten,<br />
duidelijk groter. En dat heeft de nieuwsgierigheid<br />
gewekt van boeren uit de omgeving.<br />
De dorpsbewoners in Sebougou hebben zelf<br />
getest wat de opbrengsten zijn van deze mest<br />
in vergelijking met kunstmest. Zij hebben<br />
in samenwerking met Alphalog bepaalde<br />
stukken van hun land bemest met kunstmest<br />
en andere stukken land met mest van de<br />
ecosan-toiletten. Uit de foto’s die zij trots laten<br />
zien, is het verschil goed te zien: de gewassen<br />
op het stuk land dat werd bemest met eigen<br />
mest, zijn een stuk groter en de oogst was<br />
beter. Het stuk land dat met gewone mest was<br />
bemest, leverde 997 gram gierst op; het stuk<br />
land met de mest van het ecosan-toilet leverde<br />
2,4 kilo gierst op. Ook de pinda’s leveren een<br />
grotere oogst op met ecosan-mest.<br />
Drie gaten<br />
Het principe van het ecosan-toilet is heel<br />
eenvoudig. Op bezoek bij Mariama Diarra en<br />
haar man Ba Coulibaly is op hun erf één van<br />
de eerste scheidingstoiletten van het dorp<br />
te zien. Het huisje van het toilet staat bijna<br />
een meter van de grond. In de vloer zitten<br />
drie gaten, rechts twee gaten <strong>voor</strong> het toilet<br />
zelf: het achterste <strong>voor</strong> het opvangen van de<br />
ontlasting, het <strong>voor</strong>ste <strong>voor</strong> het opvangen<br />
van de urine. De constructie is zo gemaakt<br />
dat je er makkelijk boven kan hurken. Het<br />
derde gat in de vloer is een soort bidet waar<br />
je je kan wassen na het toiletgebruik. In Mali<br />
wassen de mensen zich altijd na het toiletgebruik.<br />
Dat is een gewoonte die goed uitpakt<br />
<strong>voor</strong> de hygiëne, evenals de gewoonte om<br />
ook <strong>voor</strong> het eten altijd de handen te wassen.<br />
Het waswater wordt opgevangen in een<br />
vat onder de vloer. Het wordt hergebruikt<br />
<strong>voor</strong> het besproeien van de tuin. Om de<br />
opvangvaten te kunnen zien, moeten we<br />
om het toilet heenlopen, naar de achterkant.<br />
Daar staan onderin achter een deurtje een<br />
vat waarin de ontlasting wordt opgevangen<br />
en daarachter de jerrycan <strong>voor</strong> de urine. De<br />
urine wordt met een plastic buis naar een<br />
jerrycan geleid. Ook staat er een vat waarin<br />
het waswater wordt opgevangen.<br />
Meer oogst<br />
Als het vat met ontlasting vol is, wordt het<br />
geleegd op een stuk land. Ba mengt de<br />
ontlasting met aarde, stro en ander organisch<br />
afval en mest van zijn vee. Dan laat hij het<br />
minstens drie maanden liggen en vervolgens<br />
is het klaar <strong>voor</strong> gebruik op het land.<br />
Alphalog geeft hem en de andere boeren<br />
richtlijnen <strong>voor</strong> de zogeheten co-compostering<br />
en ook vertelt Alphalog <strong>voor</strong> welke<br />
gewassen hij de mest kan gebruiken. Net<br />
als veel boeren in het dorp hebben Ba en<br />
Mariama twee landbouwvelden, waarvan<br />
één aan de rivier waar ze het hele jaar door<br />
As bij de ontlasting zorgt <strong>voor</strong> betere mest. Naast het hurktoilet met gescheiden urine- en ontlastingsgaten is een wasplaats <strong>voor</strong> wassen na het<br />
toiletbezoek.
Onder het toilet staan twee halve tonnen: een <strong>voor</strong> de opvang van ontlasting, de<br />
ander <strong>voor</strong> het waswater. Urine wordt in een aparte jerrycan opgevangen.<br />
groenten kunnen verbouwen, zoals tomaten,<br />
uien, salade, sperziebonen en aubergine.<br />
Mariama houdt zich <strong>voor</strong>al met dit veld<br />
bezig. Daarnaast heeft het gezin ook een<br />
veld dat verder van de rivier ligt. Daarvan<br />
wordt alleen in het regenseizoen gebruik<br />
gemaakt. Op dat veld verbouwt Ba gierst,<br />
mais en pinda’s. Zowel Mariama als Ba maken<br />
dankbaar gebruik van de ecosan-mest;<br />
het verhoogt de opbrengst van hun land.<br />
Het vervangt de kunstmest die zij normaal<br />
gesproken gebruikten <strong>voor</strong> de bewerking<br />
van hun land. Deze mest is veel goedkoper<br />
en duurzamer in vergelijking met kunstmest.<br />
Geen stank<br />
Mariama Diarra en Ba Coulibaly hebben nog<br />
steeds een traditioneel toilet op hun erf, een<br />
gat in de grond, want de kleinste kinderen<br />
mogen niet op het ecosan-toilet. “De kleinste<br />
kinderen snappen niet hoe dit toilet werkt.<br />
Het is al een paar keer <strong>voor</strong>gekomen dat<br />
de kinderen urineerden in het gat waar de<br />
ontlasting in moet. Daarmee verpesten zij<br />
onze mest. Dus houden we <strong>voor</strong> de kleintjes<br />
het gat in de grond aan. Vroeger moesten<br />
we steeds een nieuw gat graven als het gat<br />
van ons oude toilet vol was. Nu kunnen we<br />
het toilet op dezelfde plek houden en het is<br />
ook makkelijk schoon te houden. Een ander<br />
<strong>voor</strong>deel vind ik dat we veel minder stank<br />
van de wc hebben dan vroeger!”<br />
Mamadou van Alphalog legt uit waarom<br />
dat zo is: “Omdat de urine en ontlasting<br />
van elkaar gescheiden verzameld worden,<br />
ontstaat inderdaad geen stank. Bij een<br />
traditioneel toilet komen urine en ontlasting<br />
bij elkaar. Dan blijven de pathogenen in de<br />
ontlasting (bacteriën, virussen, wormen, etc.)<br />
langer leven en dat veroorzaakt de stank.<br />
Het is sowieso niet verstandig om ontlasting<br />
uit een traditioneel toilet meteen als mest te<br />
gebruiken op het land; dan verontreinig je de<br />
gewassen met deze bacteriën en zo verspreid<br />
je ziektes. Natuurlijk zitten er ook wel<br />
pathogenen in de ontlasting uit de ecosantoiletten,<br />
maar doordat tijdens het composteringsproces<br />
hoge temperaturen bereikt<br />
worden, gaan de pathogenen sneller dood.”<br />
Er zijn plannen om in de toekomst een nog<br />
betere mest te creeëren. “Alphalog wil uiteindelijk<br />
de mest mengen met een deel urine.<br />
Dat kan de kwaliteit van de mest verhogen.<br />
Het is makkelijk te bewerkstelligen, want<br />
de urine wordt ook apart opgevangen. We<br />
zijn nog aan het testen hoeveel urine er dan<br />
precies doorheen moet worden gemengd. “<br />
Uitbreiding<br />
Als het aan Mamadou ligt, krijgt iedereen<br />
in het dorp een ecosan-toilet. Nu hebben<br />
26 families van de 240 families zo’n toilet.<br />
“Maar,” zegt Mamadou, “een ecosan-toilet<br />
kost 250.000 CFA (380 euro). We kunnen niet<br />
verwachten dat een familie zo’n bedrag kan<br />
betalen. Alphalog betaalt dus de kosten en<br />
levert de familie het benodigde zand en de<br />
stenen. We laten de ecosan-toiletten alleen<br />
plaatsen door gespecialiseerde medewerkers<br />
die trainingen hebben gevolgd op de<br />
Het bemesten van de grond met menselijke ontlasting.<br />
Dankzij compost van het ecosan-toilet worden veel hogere oogsten bereikt. Mariama Diarra bij het ecosan-toilet.<br />
achtergrond<br />
Filipijnen en in Nederland. Wij krijgen vanuit<br />
Nederland steun van onder andere WASTE<br />
en ICCO. Daarvan kunnen wij deze toiletten<br />
betalen. Maar het zal nog wel even duren<br />
<strong>voor</strong>dat wij de hele regio van deze toiletten<br />
hebben <strong>voor</strong>zien.”<br />
Mariken Stolk en Johannes Odé<br />
Foto’s: Johannes Odé<br />
Wereldwaterdag<br />
Op donderdag 26 <strong>maart</strong> is het Wereldwaterdag.<br />
Unicef, NWP en Aqua for All<br />
verzorgen die dag een conferentie <strong>voor</strong><br />
bedrijven, ontwikkelingsorganisaties,<br />
juristen en overheden waarop ze een nieuwe<br />
stap willen zetten in de richting van het<br />
behalen van de millenniumdoelen op het<br />
gebied van drinkwater en sanitatie.<br />
De bijeenkomst vindt plaats in diergaarde<br />
Blijdorp in Rotterdam en begint met een<br />
keynote speech van Stephen Maxwell<br />
Donkor, hoofd van de afdeling water en<br />
sanitatie van Unicef International. Daarna<br />
volgt een debat tussen journalisten, bedrijven<br />
en ontwikkelingsorganisaties en komen<br />
onder andere zes innovatieve initiatieven<br />
aan bod die <strong>voor</strong> een verbetering moeten<br />
zorgen op het gebied van de beschikbaarheid<br />
van schoon drinkwater en goede sanitaire<br />
<strong>voor</strong>zieningen.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
13
MARTEN BIERMAN VAN STICHTING VERANTWOORD BEHEER IJSSELMEER:<br />
“Verhoging peil<br />
IJsselmeer met 1,5<br />
meter ondenkbaar”<br />
De staatssecretaris <strong>voor</strong> Verkeer en Waterstaat heeft eind vorig jaar haar ontwerp<br />
<strong>voor</strong> het Nationaal Waterplan het licht doen zien. In de maanden mei en juni komt<br />
dit plan in de inspraak. Veel van de aanbevelingen van de Deltacommissie zijn<br />
overgenomen. Een kleine 40 jaar geleden bond de Vereniging tot Behoud van het<br />
IJsselmeer (VBIJ) met succes de strijd aan tegen het plan om als afronding van<br />
de Zuiderzeewerken de Markerwaard in te polderen. Inmiddels is de vereniging<br />
uitgegroeid tot de Stichting Verantwoord Beheer IJsselmeer. Aanleiding <strong>voor</strong><br />
een gesprek met de oprichter van zowel de oude als de nieuwe organisatie: ir.<br />
Marten Bierman. Een gesprek dat plaatsvond op het raadhuis van de gemeente<br />
Zand<strong>voor</strong>t, waar hij thans wethouder is.<br />
Waarom is de naam veranderd?<br />
“De IJsselmeervereniging is het slachtoff er<br />
geworden van het eigen succes. We zijn<br />
in 1972 begonnen als vrijwilligersorganisatie,<br />
met uiteindelijk zo’n 2.000 leden. De<br />
wereld was toen overzichtelijk: het Rijk was<br />
de vijand, tegen de plannen van die vijand<br />
verzette je je. Toen we die strijd gewonnen<br />
hadden, veranderde onze positie. We werden<br />
overal uitgenodigd om mee te praten over<br />
de vraag wat er nu wel moest gebeuren.<br />
We werden opgezogen in allerlei circuits.<br />
Dat kun je op een gegeven moment niet<br />
langer als vrijwilligersorganisatie behappen.<br />
We zagen twee wegen om een kwaliteitssprong<br />
te maken: via subsidies een apparaat<br />
opbouwen of met zusterorganisaties<br />
gaan samenwerken. We hebben gekozen<br />
<strong>voor</strong> de tweede weg. Met onze directe<br />
buren, het Noord-Hollands Landschap,<br />
het Flevolandschap, Het Fryske Gea en de<br />
Waddenvereniging hebben we de Stichting<br />
Verantwoord Beheer IJsselmeer opgericht.”<br />
Waar houdt u zich nu <strong>voor</strong>al mee<br />
bezig?<br />
“Dat is het langetermijnperspectief <strong>voor</strong><br />
het IJsselmeergebied waarin aanleg van<br />
de Markerwaard defi nitief niet doorgaat.<br />
Wat we op termijn <strong>voor</strong> ons zien, is een<br />
her introductie van het estuariene milieu. Een<br />
grote zoete binnenzee met een open - maar<br />
te sluiten - verbinding met de Waddenzee,<br />
waardoor de natuur zijn werk kan doen<br />
bij alles wat op ons afkomt. Zonder dat we<br />
overigens de regie uit handen geven. Er<br />
komen grote veranderingen op ons af door<br />
steeds groter wordende rivierafvoeren,<br />
maar ook door grotere amplitudes: grotere<br />
verschillen tussen hoog- en laagwaterafvoeren.<br />
Daarbij stijgt de zeespiegel, zodat<br />
de afstroming naar zee moeilijker wordt.<br />
Nederland heeft het IJsselmeergebied nodig<br />
als buff er in tijden van droogte, maar ook<br />
als opvang van grote afvoeren. Er is meer<br />
stroming nodig om het slib af te voeren.<br />
Vooral het slib dat de ecologie van het<br />
Markermeer verstoort.”<br />
14 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Wat is het probleem van het<br />
Markermeer?<br />
“Door de aanleg van de dijk Enkhuizen-<br />
Lelystad (de Houtribdijk) is het Markermeer<br />
een soort ondiepe badkuip geworden.<br />
Door de invloed van de wind ontstaat een<br />
golfbeweging, die slib van bodemplaten<br />
loswoelt. Dat slib wordt telkens opnieuw<br />
opgewerveld door de wind en dat leidt<br />
tot beperkt doorzicht en een zeer matige<br />
ecologische kwaliteit en een slechte<br />
visstand. Als je over de Houtribdijk rijdt, zie<br />
je dat het Markermeer troebel is. Daar<strong>voor</strong><br />
zijn allerlei oplossingen bedacht, zoals het<br />
graven van diepe putten en het doseren<br />
van chemicaliën om het slib te binden, maar<br />
de grote vraag bij een meer van dergelijke<br />
omvang is: waaruit betaal je zulke ingrepen<br />
of maatregelen?”<br />
“Je komt hier aan de grenzen van de<br />
maakbaarheid van de samenleving. Rood<br />
<strong>voor</strong> blauw zou de oplossing bieden. Uit de<br />
opbrengsten van woningbouw zouden zulke<br />
beheermaatregelen betaald kunnen worden.<br />
Maar IJburg bleek fi nancieel alleen maar te<br />
realiseren, doordat het Rijk de meerkosten<br />
van de ophoging van de eilanden boven<br />
stormniveau <strong>voor</strong> zijn rekening nam. Laat<br />
staan dat uit de grondkosten ook nog<br />
kosten van het waterbeheer betaald zouden<br />
kunnen worden. Dat is een illusie. Bovendien<br />
is het IJmeer een gevaarlijk, groot water.<br />
Als je veilig aan water wilt wonen, moet je<br />
delen van Flevoland onder water zetten en<br />
daaraan woningen bouwen.”<br />
“Als je het Markermeer en het IJmeer<br />
weer verbindt met het IJsselmeer, kan<br />
het water opnieuw stromen in plaats van<br />
klotsen en wordt het slib afgevoerd naar de<br />
Waddenzee. Oude stromingspatronen van<br />
de IJssel naar de Waddenzee kunnen zich<br />
herstellen als je openingen in de Afsluitdijk<br />
maakt, zoals de Deltacommissie die op<br />
termijn ook <strong>voor</strong> de Oosterschelde <strong>voor</strong>stelt.<br />
Een zouttong op het IJsselmeer valt best te<br />
beheersen. Er ontstaat stroming richting zee.<br />
Dan kan ook minder water via het Noordzeekanaal<br />
naar zee stromen. Dat scheelt<br />
pompkosten van het gemaal IJmuiden en<br />
<strong>voor</strong>komt dat de capaciteit van dat gemaal<br />
verder vergroot moet worden.”<br />
De Deltacommissie pleit <strong>voor</strong><br />
peilverhoging van het IJsselmeer.<br />
“Daar kom ik zo meteen op. Met de plannen<br />
van de Deltacommissie <strong>voor</strong> de kust (onder<br />
andere zandsuppletie) zijn we het helemaal<br />
eens, evenals met de herintroductie van<br />
het getijdensysteem in Zeeland dat <strong>voor</strong><br />
ecologisch herstel van de wateren in de delta<br />
moet zorgen. Met de plannen <strong>voor</strong> het IJsselmeergebied<br />
hebben we wel problemen.<br />
De Deltacommissie zegt dat bij plannen<br />
<strong>voor</strong> buitendijks wonen de kosten van extra<br />
veiligheidsmaatregelen door de eigenaren<br />
van de woningen betaald moeten worden.<br />
Zij moeten zelf hun broek ophouden. Dat<br />
geldt ook <strong>voor</strong> peilvariaties. Woningen<br />
mogen peilveranderingen niet in de weg<br />
zitten. Die woningen worden onbetaalbaar<br />
en er is gelukkig ook geen behoefte aan.”<br />
“Mijn vak is demografi e. In 2030 is de<br />
geboortegolf van na de oorlog vrijwel<br />
helemaal weg en krimpt onze bevolking.<br />
Omdat iedere oudere in het huidige beleid<br />
zolang mogelijk zelfstandig blijft wonen,<br />
betekent ieder sterfgeval de komende jaren<br />
het vrijkomen van een grote woning.”<br />
Ik lees nog steeds over grote<br />
woningtekorten.<br />
“Die ‘tekorten’ zijn het gevolg van de<br />
gedachte dat we allemaal steeds groter<br />
willen wonen. Bovendien bouwt men alleen<br />
maar gezinswoningen, terwijl de gezinsverdunning<br />
steeds verder gaat en de behoefte<br />
bij woningen <strong>voor</strong> één of twee personen<br />
ligt. Maar grote dure huizen zijn <strong>voor</strong> één<br />
of twee personen niet meer te betalen. Wat<br />
we moeten doen, is de vrijkomende huizen<br />
goed beheren en de woningen verkleinen.<br />
Verpaupering van wijken die anders leeg<br />
dreigen te lopen, <strong>voor</strong>komen. Zeker geen<br />
grote woningcomplexen buitendijks<br />
bouwen, zoals de staatssecretaris nu<br />
<strong>voor</strong>stelt.”<br />
“Nu die 1,5 meter peilverhoging van het<br />
IJsselmeer. De consequenties daarvan<br />
achten we onoplosbaar bij Zwolle en<br />
Kampen en ook verder stroomopwaarts<br />
in het IJsseldal. We willen geen dijk om de<br />
Zuiderzeestadjes. Door het peil in het gehele<br />
gebied gelijk te trekken, kun je eff ecten<br />
uitsmeren over een veel groter oppervlak.”<br />
“De landbouw kan best tegen wat hogere<br />
zoutgehalten. Kijk maar naar de situatie in<br />
de Haarlemmermeer. Men moet wel, want<br />
overal neemt de zoute kwel toe. Daar kun je<br />
teelten op afstemmen. Bovendien praten we<br />
niet over brak water maar over wat hogere<br />
chloridegehaltes. De <strong>voor</strong>stellen van de<br />
Deltacommissie <strong>voor</strong> het IJsselmeergebied<br />
vinden we dus zowel waterstaatkundig als<br />
waterhuishoudkundig onlogisch.”<br />
De staatssecretaris heeft ze<br />
overgenomen.<br />
“Dat is meer het gevolg van politiek beleid<br />
dan van een onafhankelijke eigen deskundigheid.<br />
Maar onze vijf organisaties staan
Marten Bierman.<br />
achter dit verhaal. Ook de waterschappen<br />
zijn zeer kritisch. We zullen de <strong>voor</strong>stellen<br />
consequent bestrijden. De druppel holt<br />
de steen uit. De VBIJ is wereldberoemd<br />
geworden door het tegenhouden van<br />
de Markerwaard. Ze heeft de tweede<br />
uitbreiding van IJburg weten tegen te<br />
houden door meetfouten in het bestemmingsplan<br />
aan te tonen. De uitbreiding<br />
liep tot in het Natura 2000-gebied. Nu ligt<br />
er een nieuw plan, maar daar<strong>voor</strong> bestaat<br />
geen markt. We verzetten ons tegen deze<br />
plannen <strong>voor</strong> het IJsselmeergebied. Geen<br />
verhaal waar wij populair mee worden, want<br />
iedereen verdient aan grote werken. Wel een<br />
verhaal waarmee we dit gebied behoeden<br />
<strong>voor</strong> onzinnige ingrepen en fi nanciële<br />
debacles.”<br />
Hoe ziet uw loopbaan eruit?<br />
“Ik ben in 1939 geboren in Amsterdam en<br />
studeerde in Delft Bouwkunde, stedenbouw<br />
en architectuur in het bijzonder. Dat heeft<br />
wat langer geduurd, van 1960 tot 1970,<br />
omdat ik erbij werkte. Daarna ben ik als<br />
wetenschapper gaan werken aan de Universiteit<br />
van Amsterdam. Ik hield mij bezig<br />
met planologie, volkshuisvesting, verkeer<br />
en vervoer. Dat heb ik 25 jaar volgehouden.<br />
Van 1995 tot 2003 ben ik twee periodes lid<br />
van de Eerste Kamer geweest. Ik vormde de<br />
Onafhankelijke Senaatsfractie. De leden van<br />
de Eerste Kamer worden getrapt gekozen<br />
door de Provinciale Statenfracties. In diverse<br />
provincies zitten fracties die te klein zijn<br />
om alleen tot benoeming van een Kamerlid<br />
te komen. Al deze fracties samen kunnen<br />
dat wel. Voor die zetel ben ik gevraagd.<br />
In de Eerste Kamer heb ik steeds de<br />
regionale autonomie verdedigd. Ik ben een<br />
<strong>voor</strong>stander van het Koninkrijk van de Twaalf<br />
Verenigde Provincies. Er vindt in mijn ogen<br />
veel te veel centralisatie plaats.”<br />
“In 1972 heb ik de VBIJ opgericht. Van 1972<br />
tot 1974 was ik de eerste <strong>voor</strong>zitter, vanaf<br />
2000 tot eind vorig jaar de eerste <strong>voor</strong>zitter<br />
van de nieuwe VBIJ. Sinds kort is Jacob van<br />
Olst, de directeur van<br />
Flevolandschap, mij<br />
opgevolgd. Ik trek mij<br />
langzamerhand terug.<br />
Verleden jaar heb ik een<br />
lintje gekregen <strong>voor</strong> al<br />
die jaren onbetaalde inzet <strong>voor</strong> de natuur in<br />
en om het IJsselmeer. Via het ministerie van<br />
LNV ben ik benoemd tot ridder in de orde<br />
van Oranje-Nassau. Daar ben ik trots op.”<br />
Hoe bent u wethouder van Zand<strong>voor</strong>t<br />
geworden?<br />
“Ik woon hier niet, maar ben door de<br />
OuderenPartij Zand<strong>voor</strong>t gevraagd<br />
wethouder te worden. Een gevolg van mijn<br />
lidmaatschap van de Eerste Kamer. Dat kan<br />
sinds de invoering van het duale stelsel. Een<br />
fulltime functie <strong>voor</strong> de periode 2006 tot<br />
2010, volledig in lijn met mijn andere werk.<br />
De metropoolregio loopt immers van kust<br />
tot kust. In het kader van de nieuwe Wet<br />
ruimtelijke ordening moeten de gemeenten<br />
een structuurvisie <strong>voor</strong> de lange termijn<br />
ontwikkelen: de moeder van alle bestemmingsplannen.<br />
Daar<strong>voor</strong> heb je inzicht<br />
in demografi sche ontwikkelingen nodig.<br />
Dus rekening houden met krimp van onze<br />
bevolking vanaf 2030. Geen open ruimte<br />
opoff eren aan woningen waaraan geen<br />
behoefte is. Wat er is, in stand houden en<br />
goed beheren.”<br />
Is het doel dat u nastreefde met de<br />
VBIJ bereikt?<br />
“Je doet dit werk om zaken in stand te<br />
houden. Aanleg van de Markerwaard heeft<br />
de IJsselmeervereniging tegen kunnen<br />
houden. Toen heeft er echter een gemeentelijke<br />
herindeling van het IJsselmeergebied<br />
plaatsgevonden en sindsdien wil<br />
iedere gemeente zijn eigen Markerwaardje<br />
aanleggen. Kijk maar naar al die buitendijkse<br />
bouwplannen van Almere, Amsterdam,<br />
Lelystad en Hoorn. We hebben het probleem<br />
‘gebalkaniseerd’. Maar Nederland heeft wel<br />
allerlei internationale afspraken gemaakt<br />
interview<br />
over het behoud van het IJsselmeergebied.<br />
Er is echter geen consistente autoriteit met<br />
die taak belast. Ik heb het nu niet over de<br />
beheerdirectie van Rijkswaterstaat - die doet<br />
zijn werk goed - maar over een politiekbestuurlijke<br />
autoriteit. Zo’n orgaan is nodig<br />
om het gebied in stand te houden, bij<strong>voor</strong>beeld<br />
door een 13e provincie te vormen. Nu<br />
zijn de ministers van Verkeer en Waterstaat<br />
en van VROM gezamenlijk verantwoordelijk,<br />
maar die hebben ook andere dingen aan<br />
hun hoofd.”<br />
Hoe kijkt u aan tegen nieuwe<br />
verbindingen met Almere?<br />
“Het probleem van Almere is een<br />
zelfstandige stad te worden. Nu is het een<br />
overloopgemeente met veel huizen, maar<br />
geen werk. Dat leidt tot een enorme pendel<br />
en dus tot druk op het IJmeer <strong>voor</strong> de aanleg<br />
van directe verbindingen met Amsterdam.<br />
Men spreekt over een dubbelstad:<br />
Amsterdam-Almere, maar als de één een<br />
metropool is en de ander klein, gaan alle<br />
“We moeten de natuur<br />
water en slib laten afvoeren”<br />
belangrijke activiteiten naar de metropool.<br />
Je ziet dat bij de aanleg van de Westerscheldetunnel.<br />
Die heeft geen werkgelegenheid<br />
naar Zeeuws-Vlaanderen gebracht, maar<br />
juist verlies aan arbeidsplaatsen. Een grote<br />
stad te dichtbij zuigt de kleine leeg, als de<br />
verbindingen te goed zijn. Almere moet<br />
werk aantrekken en zich naar het oosten of<br />
zuiden richten om een echte stad te worden.<br />
De tijd is daar nu geschikt <strong>voor</strong>. In 2011 is<br />
de hele geboortegolf met pensioen. Er gaat<br />
dan strijd om de schaarse arbeidskrachten<br />
ontstaan. De pensioengerechtigde leeftijd<br />
gaat onontkoombaar omhoog. De arbeidsmarkt<br />
verandert van een werkgeversmarkt<br />
in een werknemersmarkt. Werknemers<br />
zullen eisen gaan stellen: thuis werken,<br />
geen fi leprobleem, werkaanbod dichtbij het<br />
wonen. Dat is ook gunstig <strong>voor</strong> de inzet van<br />
vrouwen. Eerst 24 uur per week, zolang de<br />
kinderen klein zijn, daarna fulltime, maar niet<br />
ver van huis.”<br />
Hebt u een mening over de plannen<br />
<strong>voor</strong> de Afsluitdijk?<br />
“Zolang die plannen verder openen van de<br />
dijk niet in de weg staan, heb ik daarmee<br />
geen moeite. Ze zijn goed in het landschap<br />
in te passen. Tegen het gebruik van het<br />
gebied heb ik geen bezwaar, tegen verbruik<br />
wel. Structureel onomkeerbare vernietigingen<br />
moeten <strong>voor</strong>komen worden.<br />
Nederland heeft in het kader van verschillende<br />
Europese verdragen vérgaande<br />
instandhoudingsverplichtingen <strong>voor</strong> het<br />
IJsselmeergebied op zich genomen. Daar<br />
zullen wij de regering aan houden, met<br />
steun van onze Europese vrienden.”<br />
Maarten Gast<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
15
Waterkwaliteitsopgave van een nieuwbouwwijk<br />
Bij nieuwbouw groeit de aandacht <strong>voor</strong> waterberging en de inrichting van het<br />
watersysteem. In de nieuwbouwwijk De Groote Wielen in ‘s-Hertogenbosch<br />
realiseert de gemeente een ‘watermachine’ met een centrale zandwinplas.<br />
Voor de sfeer en <strong>voor</strong> de recreatie in de woonwijk is deze plas van groot<br />
belang. De waterkwaliteit moet goed zijn en het water helder. Om die<br />
gewenste waterkwaliteit te krijgen, heeft de gemeente <strong>voor</strong>afgaand aan het<br />
woon- en bouwrijpmaken waterkwaliteits onderzoek laten uitvoeren door<br />
Witteveen+Bos. Hieruit volgde een ruimtereservering <strong>voor</strong> een verticaal<br />
helofyten fi lter. Vervolgens is de ontwikkeling van de waterkwaliteit<br />
nauwlettend gevolgd bij de aanleg van de centrale plas. Door middel van<br />
waterkwaliteitsmetingen, nutriënten balansen en visstandsonderzoek is de<br />
ontwikkeling van de waterkwaliteit geëvalueerd en de ruimtereservering <strong>voor</strong><br />
het helofytenfi lter bijgesteld.<br />
De Groote Wielen is een nieuwbouwwijk<br />
in het noorden van<br />
Rosmalen. De wijk bestaat uit drie<br />
delen, een noordelijk en een zuidellijk deel<br />
met bebouwing en een centraal deel met een<br />
grote plas. Een deel is inmiddels opgeleverd.<br />
De rest van het plan zal later uitgevoerd<br />
worden.<br />
‘Watermachine’<br />
Voor het bouwen van de woonwijk wordt<br />
sinds 2003 zand gewonnen uit de centrale<br />
plas. In totaal krijgt de waterplas een omvang<br />
van ongeveer 40 hectare. Intussen is meer<br />
dan de helft gerealiseerd (verdeeld over<br />
twee delen: een grote en een kleine plas). De<br />
maximale diepte in de plas bedraagt twaalf<br />
meter.<br />
De centrale plas is de waterbuff er van de<br />
‘watermachine’. Hierin wordt het hemelwater<br />
van de wijk geborgen. Daarnaast zorgt de<br />
plas <strong>voor</strong> voldoende water om het kanalensysteem<br />
in de Groote Wielen te vullen. Hierbij<br />
wordt water uit de plas opgepompt naar de<br />
hoge ring dat vervolgens via koppelbeken<br />
en retentiebekkens naar de lage ring loopt.<br />
Hier wordt het deels gezuiverd door retentie<br />
en vervolgens afgevoerd naar het zuiveringsmoeras<br />
(horizontaal helofytenfi lter), waar<br />
het water nog een natuurlijke nazuivering<br />
ondergaat. Daarna stroomt het gezuiverde<br />
water weer terug naar de centrale plas. Naast<br />
de zuiveringsmoerassen bij de centrale plas is<br />
er ook nog een helofytenfi lter in het gebied,<br />
dat speciaal is ingericht om water vanuit<br />
het bergbezinkbassin vanuit Rosmalen te<br />
zuiveren.<br />
Het watersysteem 1) heeft een prominente<br />
rol gekregen in de woonwijk. Het <strong>voor</strong>ziet in<br />
mogelijkheden <strong>voor</strong> recreatie, waterberging,<br />
zuivering van afstromend hemelwater en<br />
heeft bovendien ecologische waarden en<br />
belevingswaarde. Het <strong>voor</strong>nemen is om het<br />
water van de Groote Wielen ook te gebruiken<br />
om de Rosmalense wijk ‘Overlaet’ te <strong>voor</strong>zien<br />
van de nodige doorstroming.<br />
Ruimtereservering verticaal fi lter<br />
Voorafgaand aan het woon- en bouwrijp<br />
maken van het nieuwbouwgebied vond het<br />
waterkwaliteitsonderzoek plaats, waarbij een<br />
prognose is gemaakt van de toekomstige<br />
waterkwaliteit. De analyse kon plaatsvinden<br />
op basis van de nutriëntenconcentratie en<br />
16 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
-belasting van het watersysteem. De Groote<br />
Wielen heeft als doelstelling helder water.<br />
In het onderzoek is de fosfaatbelasting<br />
aangehouden als sturende factor. Om een<br />
helder systeem te krijgen, is als uitgangspunt<br />
een maximale belasting van één milligram<br />
fosfaat per m 2 per dag gehanteerd. Dit is<br />
een ervaringsgetal, dat herleid is op basis<br />
van metingen in andere plassen. Uit het<br />
onderzoek bleek dat de hoeveelheid fosfaat<br />
in de plas bij de verdere ontwikkeling van de<br />
Groote Wielen kan toenemen tot boven de<br />
kritische grens. Het risico op troebel water<br />
is dus aanwezig. Daarom is aanbevolen om<br />
rekening te houden met extra waterkwaliteitsmaatregelen,<br />
hetgeen vertaald is naar<br />
een ruimtelijke opgave: de inrichting van een<br />
verticaal helofytenfi lter met een omvang van<br />
één hectare 2) . Bij een verticaal helofytenfi lter<br />
stroomt het water door de bodem, waarbij<br />
met de nutriënten, met name fosfaat, wordt<br />
vastgelegd in het grondpakket.<br />
Afb. 1: Overzichtskaart Groote Wielen.<br />
Monitoring waterkwaliteit<br />
Recent is de waterkwaliteitsontwikkeling<br />
geëvalueerd. Als wordt gekeken naar de<br />
concentraties fosfaat en stikstof voldoet de<br />
centrale plas in de Groote Wielen aan de<br />
algemene waterkwaliteitsdoelstelling: de<br />
MTR-norm. De belasting op het systeem is<br />
in de huidige situatie 0,1 milligram fosfaat<br />
per m 2 per dag. Door de woningbouw en<br />
aankoppeling van de Rosmalense wijk<br />
Overlaet op het systeem zal dit stijgen naar<br />
1,1 milligram fosfaat. De verwachting is dat<br />
de nutriëntenconcentraties wel onder de<br />
MTR-norm blijven.<br />
De concentratie chlorofyl-a voldoet op dit<br />
moment aan de MTR-norm van maximaal<br />
100 ug/l. In de plas zijn in 2006 blauwalgen<br />
aangetroff en, maar sindsdien niet meer. Ook<br />
is tijdelijk sprake geweest van iets troebeler<br />
water, maar dit was <strong>voor</strong>al het gevolg van<br />
verstoring door bouwwerkzaamheden,<br />
waarbij het bemalingswater afgevoerd<br />
werd naar de plas. Uit veldonderzoek naar<br />
de samenstelling van de waterbodem
lijkt verder dat zich nog geen sliblaag aan<br />
het vormen is in de centrale plas. Dit past<br />
bij de verwachting, omdat de plas recent<br />
aangelegd is.<br />
Uit het visstandonderzoek in 2007 blijkt<br />
dat bodemwoelende en -etende vissoorten<br />
in de centrale plas <strong>voor</strong>komen, maar van<br />
een grootschalige aanwezigheid van<br />
deze soorten is geen sprake. De aangetroff<br />
en vissen zijn <strong>voor</strong>al brasem, baars en<br />
blank<strong>voor</strong>n. Daarnaast zijn diverse andere<br />
soorten aanwezig, zoals paling, snoekbaars<br />
en karper. In de grote plas omvat de visstand<br />
zo’n 48 kilo per hectare, in de kleine plas 61,1<br />
kilo. Het visbestand is in absolute zin laag,<br />
maar wel vergelijkbaar met andere diepe<br />
zandwinplassen. De waterkwaliteitsmetingen<br />
en het aangetroff en visbestand geven<br />
gezamenlijk het beeld dat sprake is van een<br />
stabiel helder watersysteem.<br />
Vervolg<br />
Omdat de fosfaatbelasting bij de verdere<br />
ontwikkeling van de nieuwbouwwijk toe zal<br />
nemen, heeft de gemeente ‘s-Hertogenbosch<br />
achtergrond<br />
nog steeds een ruimtereservering <strong>voor</strong> een<br />
verticaal helofytenfi lter. Uit recente meetgegevens<br />
blijkt dat de fosfaatconcentratie in<br />
het drainagewater lager is dan <strong>voor</strong>heen<br />
werd verwacht. Daarom is de prognose van<br />
de waterkwaliteit bijgesteld. Op dit moment<br />
wordt rekening gehouden met een ruimtereservering<br />
van een (extra) helofytenfi lter<br />
van 0,25 hectare 3) . Door ook de komende<br />
jaren onderzoek naar de waterkwaliteit van<br />
het water in de plas uit te voeren, wordt<br />
regelmatig poolshoogte genomen van de<br />
ecologische toestand van de Groote Wielen.<br />
Hieruit moet blijken of het extra helofytenfi<br />
lter daadwerkelijk nodig is.<br />
Het waterkwaliteitsonderzoek Groote Wielen<br />
is bijzonder, omdat in een vroeg stadium<br />
nagegaan is of de gewenste waterkwaliteitontwikkeling<br />
haalbaar is. Het project kan<br />
als <strong>voor</strong>beeld dienen <strong>voor</strong> nieuwbouwontwikkelingen<br />
waar water centraal staat.<br />
Aniel Balla (Witteveen+Bos)<br />
Sander Tax en Gerard van Broekhoven<br />
(gemeente ‘s-Hertogenbosch)<br />
1 De Watermachine: Basiswaterlopenplan De Groote<br />
Wielen. (2000). Arcadis.<br />
2 Evaluatie toekomstige waterkwaliteit van<br />
de Centrale plas in De Groote Wielen (2004).<br />
Witteveen+Bos.<br />
3 Evaluatieonderzoek waterkwaliteit De Groote Wielen<br />
(2007). Witteveen+Bos.<br />
Afb. 2: Schematische weergave van de ‘watermachine’. Afb. 3: Principe opbouw van een verticaal fi lter.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
17
De watergevoelige stad<br />
Het lijkt ver weg: Australië. En de problematiek oogt totaal anders, met steden<br />
gelegen tussen bosbranden en overstromingen en grote beperkingen op het<br />
gebruik van drinkwater. Toch is de essentie van de uitdaging <strong>voor</strong> Australië<br />
gelijk aan die in Nederland. Er moet een fundamentele stap worden gezet in het<br />
anders omgaan met water en daar<strong>voor</strong> liggen de barrières <strong>voor</strong> een belangrijk<br />
deel op sociaal-economisch en bestuurlijk vlak. Nieuwe benaderingen <strong>voor</strong><br />
het omgaan met water vragen om een transdisciplinaire benadering, waarbij<br />
overheid en markt elkaar op scherp zetten in netwerken en waterdeskundigen<br />
echt samenwerken en geïnteresseerd zijn in anderen en elkaar. Zowel in Australië<br />
en Nederland zijn er inspirerende kopgroepen. Nu is het peloton aan zet.<br />
Om meer waterdeskundigen in<br />
Australië te bereiken hebben<br />
het International Water Centre<br />
in Brisbane en de Monash University in<br />
Melbourne afgelopen februari vijf tweedaagse<br />
workshops gehouden in Perth, Brisbane,<br />
Melbourne, Sydney en Adelaide 1) . Het was<br />
een soort rondreizend circus. Het doel van<br />
de workshops was samen met mensen uit de<br />
watersector te werken aan strategieën om te<br />
komen tot wat in Australië wordt aangeduid<br />
als ‘The Water Sensitive City’: de watergevoelige<br />
stad. Wellicht is dit initiatief <strong>voor</strong><br />
herhaling vatbaar in Europa, want het enthousiasme<br />
dat vrijkwam, was ongekend.<br />
De deelnemers - gemiddeld meer dan<br />
honderd per workshop - hebben elkaar<br />
geleerd wat de watergevoelige stad is<br />
en welke activiteiten op korte termijn<br />
ondernomen moeten worden. Een tweede<br />
doel van de workshops was de presentatie<br />
van de onderzoeksresultaten van het ‘Water<br />
Governance Program’. Net als bij het ‘Leven<br />
met water’-programma in Nederland is<br />
in Australië onderzoek uitgevoerd op het<br />
grensvlak van technische en sociale wetenschappen,<br />
met opvallend rijke gegevens en<br />
prikkelende resultaten. Deelnemers namen<br />
deze resultaten mee in hun onderlinge<br />
discussies.<br />
Ongetemd vraagstuk<br />
De discussies ontvouwden zich rond het<br />
begrip ‘wicked problem’, dat we in Nederland<br />
vaak vertalen als een ongetemd vraagstuk.<br />
Kenmerk daarvan is onenigheid over de<br />
problemen en grote onzekerheden over<br />
noodzaak en eff ectiviteit van te nemen<br />
maatregelen. Mensen die in de praktijk<br />
werken, herkennen zich daarin.<br />
18 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Nog steeds betwijfelen veel mensen de ernst<br />
van de klimaatverandering en ook vinden<br />
velen het onverantwoord te investeren<br />
in iets dat niet met zekerheid de beste<br />
oplossing is. Deze onzekerheden sijpelen<br />
door in technische, sociale, economische en<br />
politieke afwegingen en maken het werk<br />
van de waterprofessionals diff uus. Tijdens<br />
de workshops is duidelijk geworden dat<br />
er geen instrumenten zijn om ongetemde<br />
vraagstukken te temmen, maar dat er wel<br />
mogelijkheden zijn er op goede wijze mee<br />
om te gaan. Dat vraagt echter om een<br />
verandering in houding. Veel waterprofessionals<br />
in Australië zijn daartoe bereid... Net<br />
als in Nederland?<br />
Van water<strong>voor</strong>ziening naar<br />
watergevoelig<br />
Een stad is nooit af, zo ook de waterhuishouding<br />
in de stad. Er is sprake van een<br />
ontwikkeling die immer doorgaat en<br />
waaraan steeds nieuwe elementen worden<br />
toegevoegd. Voor Australië is - op basis van<br />
vele interviews - het schema afgeleid dat is<br />
weergegeven in afbeelding 1, ruw vertaald<br />
naar het Nederlands. Van links naar rechts<br />
wordt het steeds complexer.<br />
De eerste steden zijn ooit ontstaan rond<br />
waterbronnen. De wateringenieur had als<br />
<strong>voor</strong>naamste taak te zorgen <strong>voor</strong> voldoende<br />
drinkwater van acceptabele kwaliteit.<br />
Halverwege de 19e eeuw is, <strong>voor</strong>al vanwege<br />
de volksgezondheid, begonnen met de<br />
aanleg van riolering. In Australië kopieerde<br />
men eerst de Engelse gemengde systemen,<br />
maar in een land met lange droogtes en<br />
intense regen functioneren gescheiden<br />
stelsels beter en goedkoper. Na vijf stappen<br />
komt in deze historische reeks de watergevoelige<br />
stad in zicht, op politiek vlak gestuwd<br />
Afb. 1: De ontwikkeling van de water<strong>voor</strong>zienende stad (18e eeuw) naar de watergevoelige stad van de 21e eeuw 2) .<br />
door <strong>voor</strong>al sociale drijfveren en de noodzaak<br />
in te spelen op klimaatverandering.<br />
Globaal bevinden de Australische steden<br />
zich anno <strong>2009</strong> ergens tussen de ‘afvoerstad’<br />
en de ‘oppervlaktewaterstad’. Maar op vele<br />
fronten zien we al vele goede <strong>voor</strong>beelden<br />
van de ‘watercyclusstad’ en de ‘watergevoelige<br />
stad.’ De in de workshops geformuleerde<br />
uitdaging was: hoe zetten we<br />
de stap richting watergevoelige stad, in de<br />
wetenschap dat we te maken hebben met<br />
een ongetemd vraagstuk?<br />
Percepties<br />
Door de Monash University en andere<br />
onderzoeksinstituten is de laatste jaren heel<br />
veel onderzoek verricht naar de sociale,<br />
economische en politieke aspecten van het<br />
noodzakelijke fundamentele veranderingsproces.<br />
Er is scherp gekeken naar wat zich in<br />
de geschiedenis heeft afgespeeld en door<br />
welke processen de huidige situatie wordt<br />
gekarakteriseerd. Vooral interessant is de<br />
uitkomst van een studie naar percepties van<br />
waterprofessionals. Hoe kijken zij aan tegen<br />
de noodzaak om zich te ontwikkelen richting<br />
watergevoelige stad en wat denken zij dat<br />
anderen denken?<br />
Kort samengevat komt het hier op neer. Veel<br />
waterprofessionals zien de noodzaak om te<br />
veranderen en willen ook wel, maar zien vele<br />
barrières, <strong>voor</strong>al bij processen waarop zij zelf<br />
denken geen of nauwelijks invloed te kunnen<br />
uitoefenen. Opvallend daarbij is dat veel<br />
waterprofessionals denken dat bewoners<br />
niet willen meewerken aan de introductie<br />
van een extra waterleidingnet <strong>voor</strong> bij<strong>voor</strong>beeld<br />
het gebruik van stedelijk regenwater<br />
(stormwater), terwijl ze zelf aangeven<br />
daartoe bereid te zijn. In de workshops is<br />
gesproken over een onderschatting van<br />
65 procent. Het onderzoek, tijdens de<br />
workshops gepresenteerd door Megan<br />
Farrelly en Peter Morison, maakt duidelijk dat<br />
het de moeite loont percepties expliciet te<br />
maken, omdat betrokken vaak een te statisch<br />
beeld hebben van wat anderen denken.<br />
Nigel Tapper en Jason Beringer gaven een<br />
boeiende lezing over het zogenaamde ‘heat<br />
island eff ect’, waarbij de temperatuur in<br />
binnensteden drie tot zes graden hoger is dan<br />
in de landelijke omgeving. Beton en steen<br />
houden warmte vast. Er is een kritische grens<br />
van 28°C waarboven signifi cant meer mensen<br />
sterven, <strong>voor</strong>al ouderen. Het is duidelijk dat<br />
steden met regenwater en extra vegetatie<br />
meer zijn te koelen en winst is te boeken op<br />
het gebied van de volksgezondheid. Nu lijken<br />
nachten van 28°C in Nederland nog ver weg,<br />
maar het is goed nu al te anticiperen op wat
kan komen. De leefomgeving kan er een stuk<br />
fraaier door worden.<br />
Singapore<br />
Tony Wong van EDAW hield een inspirerend<br />
betoog over hoe men in Singapore omgaat<br />
met het watervraagstuk. Op dit moment is<br />
Singapore <strong>voor</strong> de aanvoer van drinkwater<br />
erg afhankelijk van Maleisië, maar het zal<br />
niet lang duren <strong>voor</strong> ze hun eigen broek<br />
kunnen ophouden. Op vele plekken in de<br />
stad veranderen saaie betonnen regenwaterafvoerkanalen<br />
in fraaie groene zones<br />
waar mensen kunnen recreëren en een deel<br />
van het afvalwater wordt gerecycled tot<br />
drinkwater. Het beleid krijgt vorm via de<br />
zogenaamde ABC-strategie: ‘Active, Beautiful<br />
and Clean.<br />
Zeer opvallend is het project van de Marina<br />
Barrage. Het betreft een zeearm die de stad<br />
binnenkomt en reikt tot aan de regeringsgebouwen.<br />
Deze zeearm is recentelijk<br />
afgesloten van de zee met een dam, net<br />
als de Zuiderzee destijds. De komende<br />
18 maanden verandert de zeearm in een<br />
zoetwaterbekken, dat <strong>voor</strong> een belangrijk<br />
deel gevoed wordt door afstromend<br />
regenwater. Singapore zet met een<br />
combinatie van alle maatregelen duidelijke<br />
stappen in de richting van de watergevoelige<br />
stad. Veel deelnemers aan de workshops<br />
- <strong>voor</strong>al in Sydney - reageerden in eerste<br />
instantie met de opmerking “Australië is geen<br />
Singapore”, maar realiseerden zich al snel dat<br />
veel elementen van de Singaporese aanpak<br />
ook zeer bruikbaar zijn binnen de Australische<br />
context.<br />
En hiermee is het belang in zicht gekomen<br />
van het in beschouwing nemen van die<br />
context. De watergevoelige stad kenmerkt<br />
zich <strong>voor</strong> een belangrijk deel door gevoeligheid<br />
<strong>voor</strong> de context. Die kan fysiek zijn,<br />
politiek, sociaal en nog veel meer. Daar waar<br />
een gezonde wisselwerking bestaat tussen<br />
watersysteem en context wordt geleerd en<br />
treedt adaptatie op. Daar waar men blijft<br />
hangen in optimalisatie van dat wat er min of<br />
meer al is, groeien ‘wetten en vele praktische<br />
bezwaren’ uit tot ondoordringbare barrières.<br />
Leiderschap en kampioenen<br />
Heel apart en <strong>voor</strong> Nederlanders erg<br />
Amerikaans is de wijze waarop in Australië<br />
belang wordt gehecht aan leiderschap<br />
en kampioenen. Leiders zijn mensen<br />
die krachten kunnen bundelen en de<br />
slagvaardigheid in een veranderingsproces<br />
vergroten. Kampioenen zijn <strong>voor</strong>lopers, de<br />
kopgroep die <strong>voor</strong> het peloton uit zwoegt.<br />
André Taylor kon hier boeiend over vertellen.<br />
Centraal begrip hierbij is capaciteitsopbouw,<br />
het zorgen dat voldoende menskracht<br />
beschikbaar komt <strong>voor</strong> het realiseren van<br />
dat wat je wilt. Veel lukt niet omdat we iets<br />
blijven doen met het oude vertrouwde clubje<br />
waar we zo goed mee kunnen samenwerken.<br />
Op het moment dat een fraaie gedachte tot<br />
ontwikkeling komt en toegepast gaat worden,<br />
wordt dit ‘ons kent ons’-clubje overbelast<br />
- druk, druk, druk - en verdampen goede<br />
bedoelingen. Het loont om ons te verdiepen in<br />
hoe je een olievlekwerking kunt organiseren,<br />
<strong>voor</strong>al door gebruik te maken van reeds<br />
aanwezige capaciteit en maatschappelijk<br />
enthousiasme. In Nederland betekent dit<br />
<strong>voor</strong>al dat we het maatschappelijk middenveld<br />
moeten activeren. Leiders en kampioenen<br />
spelen daarbij een doorslaggevende rol.<br />
Nederland<br />
En wat kan Australië leren van Nederland?<br />
Waarom nemen ze de moeite iemand uit<br />
een koud kikkerlandje met wateroverschot<br />
en waterschappen te laten overkomen<br />
naar het verdrogende Australië? Op twee<br />
onderwerpen werd duidelijk positief<br />
gereageerd. Het besef dat als je accepteert<br />
dat integrale benaderingen complex zijn dat<br />
het dan eenvoudiger wordt om ermee om te<br />
gaan, openden velen de ogen. We hebben<br />
in Nederland vele prachtige <strong>voor</strong>beelden<br />
die aantonen dat juist door het complexer<br />
maken van een proces de implementatie<br />
soepeler verloopt. De Vliert in ‘s-Hertogenbosch<br />
sprak daarbij tot de verbeelding.<br />
Een tweede onderwerp betreft ervaringskennis.<br />
Het onderzoek dat we nu doen naar<br />
de betekenis van ervaringskennis in het<br />
waterbeheer, riep herkenning op. Vooral de<br />
werkwijze van het betrekken van verhalen en<br />
microverhalen in het proces van planvorming<br />
en ontwerp werd door velen gezien als<br />
waardevol. Duidelijk is geworden dat we<br />
de warme relatie die er is tussen Australië<br />
en Nederland ook de komende jaren willen<br />
<strong>voor</strong>tzetten.<br />
Sociaal leren<br />
Er waren gedurende de workshops vele<br />
presentaties, maar het grootste deel van de<br />
tijd waren de deelnemers <strong>voor</strong>al bezig met<br />
het zelf benoemen van aandachtspunten en<br />
uitdagingen <strong>voor</strong> het groeiproces richting<br />
watergevoelige stad. De workshops werden<br />
geleid door Ray Ison en Kevin Collins, beiden<br />
systeemdenkers en actief in het netwerk dat<br />
zich bezighoudt met sociaal leren. Zij hebben<br />
tijdens de workshops een werkwijze geïntroduceerd<br />
die ze aanduiden als ‘conversation<br />
mapping’. De essentie daarvan is dat de<br />
workshopdeelnemers niet alleen aan elkaar<br />
vertellen wat hun belevingen en opvattingen<br />
zijn over de stedelijke wateruitdaging, maar<br />
deze ook op systematische wijze vastleggen<br />
Bioretentie van regenwater in Victoria Park in Sydney (foto: Tony Wong).<br />
achtergrond<br />
in een soort ‘mindmap’. In een wisselwerking<br />
tussen verbreding en verdieping groeiden<br />
de inzichten en werd duidelijk welke stappen<br />
de komende jaren gezet moeten worden.<br />
In Adalaide is er na afl oop zelfs een nieuw<br />
netwerk opgericht. De werkwijze in de<br />
workshops bleek een goede en noodzakelijk<br />
stap te zijn in capaciteitsopbouw, maar er<br />
zullen nog velen stappen moeten volgen. Of<br />
de signalen uit de workshops zich versterken<br />
of uitdempen, weten we over een paar jaar.<br />
Vervolg<br />
Ook Nederland staat <strong>voor</strong> enorme<br />
uitdagingen. We hebben het rapport van<br />
de Deltacommissie, een kersvers nationaal<br />
waterplan en een Europese kaderrichtlijn die<br />
vragen om heel veel aandacht. Daarnaast<br />
heeft de langetermijnvisie <strong>voor</strong> de waterketen<br />
in 2008 een duidelijk gezicht gekregen, met<br />
een uitdagende innovatieagenda. Duidelijk is<br />
dat ook in Nederland sprake is van een hoge<br />
complexiteit en dat de vraagstukken alles<br />
behalve tam zijn. Kortom, ook al hebben we<br />
hier geen beperkingen in drinkwatergebruik<br />
en blijft alles redelijk groen, we zullen moeten<br />
bijleren om deze complexiteit te kunnen<br />
hanteren. Daar<strong>voor</strong> is het van belang begrip<br />
te krijgen van wat zich afspeelt op de grens<br />
van techniek en sociale processen. We moeten<br />
techniek blijven koesteren en zeer zeker<br />
niet allemaal socioloogje willen spelen. De<br />
essentie is dat we meer gevoel moeten krijgen<br />
<strong>voor</strong> hoe droom en werkelijk verbonden<br />
kunnen worden. En op dat vlak kunnen<br />
Australië en Nederland elkaar versterken.<br />
Govert Geldof (Geldof c.s.)<br />
Rebekah Brown (Monash University,<br />
Melbourne)<br />
NOTEN<br />
1) Informatie over de workshops is te vinden op<br />
www.watersensitivefutures.org.<br />
2) Brown R. en J. Clarke (2007). The transition<br />
towards Water Sensitive Urban Design: The story<br />
of Melbourne, Australia. Report of the facility for<br />
advancing water biofi ltration. Monash University,<br />
Melbourne.<br />
(www.urbanwatergovernance.com/publications).<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
19
De water<strong>voor</strong>ziening in Australië<br />
Water en afvalwater zijn actuele onderwerpen die frequent en prominent in<br />
de publieke opinie opduiken in Australië. De laatste jaren zijn herhaaldelijk<br />
waterbeperkingsmaatregelen afgekondigd in grote steden als Sydney,<br />
Melbourne, Brisbane en Perth. De Australische overheid en waterbedrijven<br />
investeren vergaand in de uitbreiding van de waterinfrastructuur en<br />
ontwikkelen diverse strategieën om in de naaste toekomst beter met de<br />
waterschaarste om te gaan. De droogte leidde afgelopen maanden opnieuw tot<br />
hevige bosbranden, maar tegelijkertijd viel noordelijker op het continent een<br />
grote hoeveelheid regen, wat tot overstromingen leidde.<br />
Australië kent van oudsher een<br />
warm en zonnig klimaat met grote<br />
variaties in neerslag (zie afbeelding<br />
1). Terwijl de gemiddelde neerslaghoeveelheden<br />
Australië een droog klimaat toedelen,<br />
liggen de meeste grote steden in zones met<br />
redelijk veel neerslag. Een vergelijking tussen<br />
neerslaggegevens van Amsterdam en Perth<br />
laat zien dat de gemiddelde hoeveelheid<br />
regenval op beide locaties ongeveer 800<br />
millimeter per jaar bedraagt (zie afbeelding 2).<br />
De variatie over het jaar is echter verschillend,<br />
waarbij in Perth de meeste neerslag<br />
20 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
<strong>voor</strong>komt in de periode mei - augustus (de<br />
winterperiode). Daarnaast is de gemiddelde<br />
verdamping in Australië veel hoger dan in<br />
West-Europa.<br />
Het klimaat in Australië kenmerkt zich verder<br />
door een relatief grote variatie in drogere en<br />
nattere jaren. Bij de langetermijnplanning<br />
<strong>voor</strong> de water<strong>voor</strong>ziening dient men daarom<br />
rekening te houden met confl icterende<br />
behoeften. Enerzijds moet er in droge jaren<br />
voldoende water zijn, anderzijds is het zaak<br />
overinvesteringen in de water<strong>voor</strong>raden<br />
Afb. 1: Jaarlijkse regenval (boven) en verdamping (onder) in Australië. (bron: Australian Bureau of Meteorology).<br />
te <strong>voor</strong>komen. Ten slotte maakt de grote<br />
variabiliteit het moeilijk een onderscheid<br />
te maken tussen normale verschillen in<br />
jaarlijkse neerslag en klimaatveranderingen<br />
die aanleiding kunnen zijn de waterberging<br />
uit te breiden.<br />
Het warme klimaat met de hoge verdamping<br />
en <strong>voor</strong>al de <strong>voor</strong>keur <strong>voor</strong> groene tuinen,<br />
leiden ertoe dat circa de helft van het<br />
watergebruik buitenshuis plaatsheeft. De<br />
laatste jaren waren uitzonderlijk droog.<br />
Gecombineerd met een toename van de<br />
bevolking en het watergebruik leidde dit<br />
tot een afname van de beschikbaarheid van<br />
zoet water. In veel delen van Australië mag<br />
de bevolking maar beperkt water gebruiken,<br />
onder andere in Sydney, Melbourne en<br />
Perth. Toegepaste restricties variëren per<br />
locatie en kunnen beperkingen inhouden<br />
van het sproeien van tuinen, het gebruik<br />
van automatische veldbesproeiïngs- en<br />
sprinklersystemen, het wassen van auto’s, het<br />
besprenkelen van straten en het vullen van<br />
zwembaden. In bepaalde delen van de staat<br />
Victoria werd een totaal embargo op het<br />
besproeien van buitenterrein afgekondigd.<br />
Deze maatregelen hadden niet alleen invloed<br />
op de bewoners van deze gebieden, maar<br />
sorteerden een breder sociaal eff ect, omdat<br />
ook gemeenschaps<strong>voor</strong>zieningen, zoals<br />
parken en sportvelden, hierdoor werden<br />
getroff en.<br />
De bevolking in Australië groeit met 1,4<br />
procent per jaar. In Perth is dat zelfs 1,7<br />
procent, waarbij het waterverbruik zal<br />
toenemen van 275 miljoen tot 470 miljoen<br />
kubieke meter per jaar in 2050. De kredietcrisis<br />
dwingt overheden tot bijstelling van<br />
prioriteiten. Daarom is de Australische<br />
overheid bezig de essentiële infrastructuur<br />
in West-Australië verder uit te bouwen, met<br />
name de water<strong>voor</strong>zieningen. Tegelijkertijd<br />
zijn ook daar de gevolgen langzamerhand<br />
merkbaar van een versterkt broeikaseff ect.<br />
Dit uit zich onder andere in afnemende<br />
rivierafvoeren en waterreservoir-inhoud. De<br />
milieueff ecten zijn in het bijzonder zichtbaar<br />
in Perth, waar het waterbedrijf (Water<br />
Corporation) de theoretisch beschikbare<br />
eff ectieve inhoud van zijn waterreservoir<br />
in 1996 heeft teruggebracht. Sindsdien is<br />
de verdroging zodanig toegenomen, dat<br />
vorig jaar de totale toestroom naar het<br />
oppervlakte waterreservoir afnam met<br />
60 procent (zie afbeelding 3). Klimaatmodellen<br />
suggereren een verdere verdroging<br />
van het klimaat in de regio Perth.
In deze regio bestond de zoetwaterinname<br />
zone oorspronkelijk <strong>voor</strong>al uit<br />
bebost gebied. Deze bebossing is door<br />
excessieve houtkap en mijnbouw vanaf<br />
1930 sterk afgenomen. Sinds twaalf jaar is<br />
een her bebossingsprogramma, gericht op<br />
duurzaam bosbeheer en een vergrote rivierafvoercapaciteit,<br />
opgezet. Dit programma<br />
zal, indien succesvol, leiden tot een betere<br />
opslag van neerslag en de verdampingsverliezen<br />
beperken, zodat uiteindelijk de<br />
rivierafvoer zal toenemen.<br />
Anticiperend op de verdere verdroging<br />
heeft de Water Corporation erkend dat<br />
Afb. 2: Maandgemiddelen <strong>voor</strong> de regenval in Amsterdam en Perth.<br />
<strong>voor</strong> dit probleem geen enkelvoudige<br />
oplossing bestaat en dat daarom verschillende<br />
maatregelen noodzakelijk zijn, zoals<br />
zeewaterontzouting, het aanwenden van<br />
nieuwe grondwater- en oppervlaktewater<strong>voor</strong>raden,<br />
een toename in het hergebruiken<br />
van afvalwater, inkoop van water, beheer van<br />
stroomgebieden en ook sociaal-maatschappelijke<br />
maatregelen als beïnvloeding van de<br />
vraag.<br />
Ontzouting<br />
Zeewaterontzouting die onafhankelijk is van<br />
neerslag, is zeer aantrekkelijk ten tijde van<br />
verdroging en afnemende neerslag. De Perth<br />
Afb. 3: Totale jaarlijkse toevoer naar de waterreservoirs in Perth (bron: Water Corporation).<br />
achtergrond<br />
Seawater Desalination Plant is opgeleverd in<br />
2006 en was de eerste ontzoutings installatie<br />
van deze schaal ten behoeve van de<br />
openbare water<strong>voor</strong>ziening in West-Australië.<br />
Deze installatie, die geheel op windenergie<br />
draait, is ontwikkeld als onderdeel van een<br />
publiek-private samenwerking en heeft een<br />
capaciteit van 45 miljoen kubieke meter<br />
drinkwater per jaar. De bouw van een tweede<br />
installatie met een capaciteit van 50 miljoen<br />
kubieke meter per jaar begint in de loop<br />
van dit jaar. Ook deze installatie zal gebruik<br />
maken van duurzame energie.<br />
Water<strong>voor</strong>raden<br />
Klimaatverandering en terugloop in rivierafvoeren<br />
hebben geleid tot de ontwikkeling<br />
van aanvullende grondwater- en oppervlaktewaterbronnen<br />
die de toenemende<br />
waterbehoefte moeten dekken. Deze nieuwe<br />
bronnen sluiten aan bij de traditionele<br />
benadering van de water<strong>voor</strong>ziening in<br />
Perth, waarbij grondwater- en oppervlaktewaterbronnen<br />
als één systeem worden<br />
beschouwd. Deze integrale benadering<br />
laat toe dat van jaar tot jaar verschillende<br />
hoeveelheden grond- en oppervlaktewater<br />
worden gebruikt. Tijdens nattere jaren wordt<br />
<strong>voor</strong>al oppervlaktewater gebruikt, terwijl de<br />
grondwater<strong>voor</strong>raden worden aangevuld.<br />
Tijdens droge jaren wordt dan <strong>voor</strong>namelijk<br />
grondwater gebruikt <strong>voor</strong> de drinkwater<strong>voor</strong>ziening.<br />
Verhandelen irrigatierechten<br />
Een andere benadering van klimaatverandering<br />
is het verhandelen van irrigatierechten<br />
aan de Water Corporation. Dit bedrijf wordt in<br />
dit geval partner in een aantal coöperatieve<br />
irrigatiesystemen in het district Harvey. Deze<br />
van oorsprong open kanalen zijn vervangen<br />
door gesloten systemen. Hiermee bereikt<br />
men dat water dat anders door verdamping<br />
verloren zou zijn gegaan, nu aan de Water<br />
Corporation kan worden geleverd.<br />
Afvalwater<br />
Hergebruik van behandeld afvalwater is<br />
gebruikelijk in West-Australië, met name<br />
<strong>voor</strong> de irrigatie van parken, stadions<br />
en golfbanen. Het grootste deel van<br />
het afvalwater wordt echter in Perth<br />
gegenereerd, waar op dit moment slechts<br />
een klein deel wordt hergebruikt. De<br />
overheid heeft zich ten doel gesteld 20<br />
procent van al het afvalwater te hergebruiken<br />
in 2012. Recent is ook de Kwinana<br />
Water Reclamation Plant ontwikkeld: een<br />
membraanfi ltratie-installatie die zes miljoen<br />
kubieke meter afvalwater per jaar verregaand<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
21
Reservoir in droge tijd (foto: Water Corporation).<br />
kan behandelen, zodat het geschikt is <strong>voor</strong><br />
industriële toepassingen.<br />
Daarnaast streeft de industrie zelf naar<br />
een toename van het hergebruik van het<br />
industrieel water. Het netto-eff ect is dat de<br />
industrie minder drinkwater afneemt van<br />
de Water Corporation en dat minder water<br />
wordt geloosd in de Indische Oceaan.<br />
Tevens wordt een driejarige studie<br />
naar mogelijkheden <strong>voor</strong> diepinfi ltratie<br />
uitgevoerd. Deze studie omvat de zuivering<br />
van afvalwater door middel van een<br />
RO-installatie, waarna het productwater in<br />
een doorlatende laag op circa 200 meter<br />
diepte wordt geinjecteerd. Indien de<br />
autoriteiten goedkeuring verlenen en de<br />
gemeenschap het principe accepteert, heeft<br />
grondwateraanvulling de potentie om een<br />
belangrijke bron van water<strong>voor</strong>ziening te<br />
worden. Het kan bovendien extra bedrijfszekerheid<br />
garanderen in droge jaren.<br />
Beïnvloeding van de vraag<br />
Beinvloeding van de vraag naar water richt<br />
zich op de publieke opinie inzake het gebruik<br />
van water. Hiermee wordt een verantwoord<br />
en effi ciënter gebruik van water beoogd.<br />
Onderdelen van het bewustwordingsprogramma<br />
zijn educatieve programma’s<br />
22 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
op scholen, beleid om in tuincentra meer<br />
buitenplanten geschikt <strong>voor</strong> mediterraan<br />
klimaat te verkopen, belasting<strong>voor</strong>delen bij<br />
gebruik van waterbesparende installaties en<br />
apparaten én grijswater-hergebruik.<br />
Een vereiste <strong>voor</strong> het succesvol terugdringen<br />
van het waterverbruik is een gedragsverandering<br />
van het publiek. Een maatregel die<br />
de Water Corporation zou kunnen nemen,<br />
is om het sproeien van tuinen alleen in de<br />
vroege ochtend en late avond toe te laten.<br />
Voorts is in Australië veel aandacht <strong>voor</strong> het<br />
bevorderen van duurzaam wonen.<br />
Toekomst<br />
De bevolkingsgroei in en uitbreiding van<br />
stedelijke gebieden leiden ook tot een<br />
toename van de afvalwaterproductie.<br />
Een hogere hydraulische belasting van de<br />
afvalwaterzuiveringsinstallatie, de wens<br />
afvalwater te hergebruiken en striktere<br />
milieuvergunningen nopen de beheerders<br />
om de capaciteiten en het rendement van de<br />
zuiveringen te vergroten. In Perth is dit onder<br />
andere zichtbaar in het ontwerp en de bouw<br />
door DHV van vier Carrousel awzi’s in het<br />
kader van een groot renovatieproject.<br />
Vanwege verdroging, klimaatverandering<br />
en de sterke bevolkingsgroei zullen afvalwaterhergebruik<br />
en waterbesparing naar<br />
verwachting nodig blijven. De klimaatverandering<br />
en het recent ondertekenen<br />
van het Kyoto Protocol door Australië<br />
hebben geleid tot een toenemende<br />
aandacht <strong>voor</strong> kooldioxide-emissies: vele<br />
waterbedrijven trachten hun kooldioxideuitstoot<br />
te verkleinen. De komende jaren<br />
zal ongeveer 30 miljard Australische dollar<br />
(16,5 miljard euro) worden geinvesteerd in<br />
de water infrastructuur. Er bestaan plannen<br />
<strong>voor</strong> diverse grote ontzoutingsinstallaties.<br />
Spoedig zal elke grote kustgemeente over<br />
een eigen ontzoutingsinstallatie beschikken.<br />
De meeste deelstaten investeren ook<br />
in hergebruik van afvalwater, waarbij in<br />
Zuidoost-Queensland (Brisbane) sinds<br />
vorig jaar afvalwater tot drinkwater wordt<br />
opgewerkt.<br />
Emma Rose (International Water<br />
Association / DHV)<br />
Arco van der Toorn (DHV)
achtergrond / opinie<br />
Bagger in zandwinputten onverantwoord<br />
Uit onderzoek dat TNO verrichtte in opdracht van Rijkswaterstaat, blijkt dat<br />
het storten van vervuild slib in zandwinputten de kwaliteit van het grondwater<br />
kan aantasten. In het Besluit Bodemkwaliteit, dat vanaf 1 januari 2008 in<br />
werking trad, wordt hier geen rekening mee gehouden. Bij het opstellen van<br />
het besluit zijn nieuwe vervuilingsklassen <strong>voor</strong> (bagger)slib gebruikt, die veel<br />
minder streng zijn dan de oude normen. De achterliggende gedachte is dat het<br />
risico op vervuiling van het grond- en oppervlaktewater minimaal zou zijn. Dat<br />
het onderzoek van TNO op andere conclusies duidt, is geen verrassing <strong>voor</strong><br />
Herman Wanningen.<br />
Het is het jaar 2000. Ik begin net met<br />
mijn nieuwe baan als aquatisch<br />
ecoloog bij Waterschap Hunze<br />
en Aa’s. Mijn kennis wordt direct op de proef<br />
gesteld. De Provincie Drenthe stelt een<br />
vraag over de eff ecten op de waterkwaliteit<br />
van het storten van overtollig bouw<strong>voor</strong><br />
in een zandwinplas in de omgeving van<br />
Gasselte. De plas staat in verbinding met<br />
een recreatie gedeelte, waar in de zomer<br />
wordt gezwommen. De afgeschraapte<br />
bouw<strong>voor</strong> is afkomstig van verschralingsprojecten<br />
van Staatsbosbeheer, waarbij de<br />
voedselrijke bovenlaag wordt afgeschraapt.<br />
Door het deponeren van de bouw<strong>voor</strong> in<br />
een zandwinplas denkt Staatbosbeheer de<br />
oplossing te hebben gevonden <strong>voor</strong> het<br />
ruimtegebrek in de natuurgebieden.<br />
Er gaan al direct alarmbellen bij mij af.<br />
Voedselrijke bouw<strong>voor</strong> in een voedselarme<br />
zandwinplas? Dat is toch vragen om<br />
waterkwaliteitsproblemen? Jarenlang is<br />
deze bouw<strong>voor</strong> bemest en volgestopt met<br />
fosfaat en stikstof. Het storten van deze<br />
bouw<strong>voor</strong> in voedselarm water zorgt dat<br />
de voedingsstoff en vrij komen in het water.<br />
Dit is vragen om eutrofi ëringsproblemen.<br />
Ik zie de waarschuwingsborden ‘verboden<br />
te zwemmen vanwege blauwalgen’ al <strong>voor</strong><br />
me. Na een rondvraag langs een aantal<br />
landelijke deskundigen geef ik het advies<br />
om de bouw<strong>voor</strong> niet in een zandwinplas<br />
te stoppen. De waterkwaliteit zal aanzienlijk<br />
verslechteren en er ontstaan risico’s <strong>voor</strong><br />
recreanten. Het principe van het storten van<br />
voedselrijke bouw<strong>voor</strong> druist in tegen het<br />
waterkwaliteitsbeleid. Geen achteruitgang!<br />
De KRW is nog maar net ingetreden en het<br />
standstill-principe is hierin een uitgangspunt.<br />
Het is het jaar <strong>2009</strong>. De kranten staan vol<br />
met berichten over het storten van bagger<br />
in zandwinplassen dat conform het Besluit<br />
Bodemkwaliteit is geoorloofd. Discussies over<br />
risico’s <strong>voor</strong> grondwater, mens en dier zijn<br />
in volle gang. De Provincie Overijssel heeft<br />
zelfs haar stortprojecten tot nadere orde<br />
stilgelegd. Mijn alarmbellen zijn inmiddels<br />
ook weer afgegaan. Gaan we in Nederland<br />
de goede waterkwaliteit van zandwinplassen<br />
verslechteren? Waar is de KRW in deze? De<br />
KRW is toch <strong>voor</strong> het realiseren van gezond<br />
en schoon water?<br />
Het tot nader orde stilleggen van de<br />
projecten is een verstandige keuze van<br />
de Provincie Overijssel. Naast het in beeld<br />
brengen van de directe riscio’s ter plaatse<br />
geeft dit de tijd om het Besluit Bodemkwaliteit<br />
af te stemmen op de KRW-doelen<br />
en -uitgangspunten, zoals het standstillbeginsel.<br />
Laten we <strong>voor</strong>zichtig zijn met<br />
het moois dat Nederland biedt en pas echt<br />
bagger storten indien er geen risico’s zijn<br />
<strong>voor</strong> de mensen, fl ora en fauna.<br />
Herman Wanningen (Wanningen Water<br />
Consult)<br />
Het Gooimeer is een populaire locatie om slib te storten. Het Antislib Platform Gooimeer vecht de door het Ingenieursbureau Amsterdam en Waternet verleende<br />
stortvergunning aan. Begin april doet de rechter uitspraak.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
23
informatie<br />
Grens overschrijdende visie in ‘Van regen tot Maas’<br />
Water is <strong>voor</strong> iedereen van levensbelang; of het nu gaat over veiligheid,<br />
drinkwater, scheepvaart, landbouw, koelwater of natuur. In het stroomgebied<br />
van de Maas werken dan ook talloze waterbeheerders <strong>voor</strong> lokale, regionale<br />
en nationale en internationale instanties. Samen met Europese wetten en<br />
richtlijnen stimuleert dit waterbeheerders om steeds meer over de grenzen<br />
heen te kijken - om waterbeheer af te stemmen, gezamenlijk plannen te<br />
maken en samen op te trekken. Maar hoe kunnen we grensoverschrijdende<br />
maatregelen en oplossingen bedenken als onze kennis van de Maas zich louter<br />
beperkt tot ons eigen beheersgebied?<br />
Het boek ‘Van regen tot Maas’,<br />
geschreven door fysisch geograaf<br />
Marcel de Wit en op 19 <strong>maart</strong><br />
offi cieel gepresenteerd tijdens het gelijknamige<br />
symposium bij Rijkswaterstaat in<br />
Maastricht, biedt de ingrediënten <strong>voor</strong> een<br />
grensoverschrijdende visie. Hij heeft op<br />
knappe wijze van de verschillende beelden<br />
een samenhangend verhaal gemaakt. Hij<br />
duikt in het verleden, beschrijft het heden<br />
en kijkt naar de toekomst <strong>voor</strong> een visie<br />
op oorzaken van en maatregelen tegen<br />
wateroverlast en watertekorten op de<br />
Maas. Geschiedenis, geologie, fysische en<br />
historische geografi e, beleid en beheer,<br />
klimaat en gevolgen van verandering (ook<br />
in landgebruik), maatschappij - alle facetten<br />
komen op een prettig geschreven en<br />
uitstekend geïllustreerde manier aan bod.<br />
Zijn de grillen van droogte en hoogwater te<br />
temperen, hebben menselijke ingrepen de<br />
Eerste gedrukte waterstaats canon<br />
Het eerste gedrukte waterstaats -<br />
canon van Nederland is onlangs<br />
gepresenteerd tijdens een<br />
bijeenkomst in de Schermer.<br />
Dijkgraaf Luc Kohsiek van<br />
Hoogheemraadschap Hollands<br />
Noorderkwartier overhandige de<br />
eerste exemplaren van het door historicus<br />
Diederik Aten geschreven boek (met de titel<br />
Stormenderland) aan de Noord-Hollandse<br />
gedeputeerde Rinske Kruisinga en burgemeester<br />
Piet Moeijes van de gemeente<br />
Schermer.<br />
24 H <strong>H2O</strong> 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
rivier juist grilliger gemaakt, hoe verdelen we<br />
het water (ook bij perioden van watertekort),<br />
wat zijn de gevolgen van klimaatverandering<br />
en welke maatregelen nemen de verschillende<br />
landen? Dit zijn vragen waarop ‘Van<br />
regen tot Maas’ een degelijk antwoord biedt.<br />
Het leuke van de manier waarop de auteur<br />
het boek heeft geschreven, is de persoonlijke<br />
stijl. Vaak wordt de ik-vorm gebruikt en<br />
regelmatig komen namen van personen en<br />
reële gebeurtenissen <strong>voor</strong>. Daarmee krijgt<br />
het boek een prettige persoonlijke stijl - de<br />
lezer wordt meegenomen en staat als het<br />
ware midden in het waterbeheer. De 13<br />
hoofdstukken maken je nieuwsgierig naar<br />
meer - je blijft bladeren en lezen. Het boek is<br />
aantrekkelijk vormgegeven, uiterst leesbaar<br />
en daarnaast nog eens zeer informatief. In<br />
‘Van regen tot Maas’ wordt waterbeheer ook<br />
toegankelijk gemaakt <strong>voor</strong> het grote publiek<br />
- iets wat doorgaans lastig is. Het bijzonder<br />
Het boek behandelt in 30 ‘vensters’ de 1300<br />
jaar oude geschiedenis van Holland boven<br />
‘t IJ, waar dijken, polders, boezems, molens<br />
en gemalen het leven mogelijk maken. Aten<br />
plaatst alle ontwikkelingen in historisch<br />
perspectief en besteedt onder meer<br />
aandacht aan Schermer en Beemster, de<br />
Hondsbossche Zeewering, de Sint Elizabethsvloed<br />
en de watersnoden van 1916 en 1953.<br />
‘Stormenderhand’ kost 12,50 euro en ligt in<br />
de boekhandel of is te bestellen bij Stichting<br />
Uitgeverij Noordholland: (075) 647 65 07<br />
V.l.n.r. auteur Diederik Aten, dijkgraaf Luc Kohsiek, gedeputeerde Rinske Kruisinga en burgemeester Piet<br />
Moeijes van Schermer.<br />
fraaie plaatwerk draagt hieraan bij. Ondanks<br />
de uitstekende leesbaarheid wordt niet<br />
ingeboet op de wetenschappelijke kwaliteit.<br />
Zoiets zie je eigenlijk maar zelden. Marcel de<br />
Wit is het gelukt: een grenzeloos boek.<br />
Michael van der Valk<br />
‘Van regen tot Maas. Grensoverschrijdend<br />
waterbeheer in droge en natte tijden’. Door Marcel<br />
de Wit, gebonden, 216 pagina’s. Uitgeverij Veen<br />
Magazines (ISBN 978-90-8571-230-5).<br />
Oplossingen <strong>voor</strong><br />
ongewenste<br />
opwarming<br />
drinkwater<br />
Ongewenste opwarming van<br />
leiding water in nieuwbouw woningen<br />
kan leiden tot bacteriegroei<br />
(Legionella) in de installatie. In ISSO/<br />
SBR-publicatie 811 ‘Hotspotvrij<br />
ontwerpen, bouwen en installeren’,<br />
staan verschillende concepten die een<br />
oplossing bieden <strong>voor</strong> dit probleem.<br />
De temperatuur van drinkwater moet<br />
onder de 25°C blijven, maar met de<br />
huidige bouwmethoden is het niet<br />
altijd gemakkelijk om te voldoen aan deze NEN<br />
1006-richtlijn uit het Bouwbesluit en het Waterleidingbesluit.<br />
In de praktijk is het erg lastig de<br />
cv- en vloerverwarmingsleidingen zodanig uit<br />
elkaar te houden dat ongewenste opwarming<br />
van drinkwater kan worden <strong>voor</strong>komen.<br />
ISSO, het kennisinstituut <strong>voor</strong> de installatiesector,<br />
houdt regionale instructiebijeenkomsten<br />
<strong>voor</strong> technische medewerkers van<br />
bouw- en installatiebedrijven. Aan de hand<br />
van <strong>voor</strong>beelden wordt nader ingegaan op<br />
de vraag hoe de aangedragen oplossingen in<br />
de praktijk zijn te hanteren.<br />
Voor meer informatie: www.isso.nl.
WATERCOLUMN<br />
Watersnood?<br />
Het water tot aan de lippen staan!<br />
Het hoofd boven water houden!<br />
Pompen of verzuipen!<br />
Maar ook:<br />
Water bij de wijn doen.<br />
Water naar de zee dragen.<br />
Nederlandse uitdrukkingen die duidelijk<br />
maken dat water belangrijk <strong>voor</strong> ons is en<br />
dat de daadkracht die we opbrengen om<br />
waterproblemen aan te pakken nogal eens<br />
verschilt (hoe zal het bij<strong>voor</strong>beeld gaan met<br />
de realisatie van de aanbevelingen van de<br />
Deltacommissie en het winnende idee <strong>voor</strong><br />
de Afsluitdijk?)<br />
In dit verband was het heel boeiend om<br />
vorig jaar oktober Singapore en Australië te<br />
bezoeken tijdens de NVA/KVWN-studiereis<br />
(<strong>voor</strong> een kort verslag zie de internetpagina<br />
van Waternetwerk). Deze landen hebben<br />
gemeen dat hun water<strong>voor</strong>ziening op de<br />
langere termijn in gevaar komt en dat ze<br />
ingrijpende maatregelen hebben genomen<br />
om deze veilig te stellen.<br />
De achilleshiel van Singapore is de<br />
waterlevering vanuit buurland Maleisië. Is<br />
deze ook op langere termijn gegarandeerd?<br />
In het oosten van Australië is de laatste tien<br />
jaar veel te weinig regen gevallen. Hierdoor<br />
staan de stuwmeren die het water <strong>voor</strong> de<br />
grote steden leveren, bijna droog.<br />
Zowel in Singapore als Australië zijn binnen<br />
enkele jaren ingrijpende maatregelen<br />
getroff en om extra neerslag te benutten,<br />
de waterketen te sluiten en drinkwater uit<br />
zeewater te maken. Binnen vijf jaar worden<br />
enkele miljarden euro’s aan maatregelen<br />
gerealiseerd. Minstens zo belangrijk naast de<br />
techniek zijn de grote publiekscampagnes.<br />
Deze hebben bereikt dat de bevolking zich<br />
bewust is van het belang van veilig water,<br />
veel minder water gebruikt en meewerkt aan<br />
diverse vormen van hergebruik. Opvallend<br />
is trouwens dat directe productie van<br />
drinkwater uit gezuiverd afvalwater zowel<br />
in Singapore als Australië (nog?) niet wordt<br />
geaccepteerd, hoewel dit technologisch<br />
geen enkel probleem hoeft te zijn.<br />
Als het gaat om aansprekende waterplannen<br />
laten wij ons in Nederland graag inspireren<br />
door Leeghwater, Lely en de Deltawerken.<br />
Voor een moderne inspiratiebron op het<br />
gebied van ingrijpende watermaatregelen<br />
wordt het tijd ons op het oosten te richten,<br />
naar Singapore en Australië.<br />
Jammer alleen dat het zo’n<br />
eind vliegen is.<br />
Peter de Jong<br />
(Waternetwerk)<br />
Agenda<br />
1 april: De stedelijke wateropgave,<br />
waterberging in de stad<br />
Hoe verwerk je extreme neerslag in stedelijk<br />
gebied? Voorbeelden uit Rotterdam<br />
inspireren kleine en grote gemeenten. Er<br />
is gelegenheid <strong>voor</strong> een kijkje in de ondergrondse<br />
waterberging bij het Museumpark.<br />
De bijeenkomst in het Nederlandse Architectuurinstituut<br />
begint om 12.00 uur en duurt<br />
tot 16.30 uur.<br />
23 april: Zwemwater<br />
De implementatie van de Europese Kaderrichtlijn<br />
Zwemwater heeft het nodige werk<br />
met zich meegebracht en een aantal nieuwe<br />
ontwikkelingen geïnitieerd. Hoe gaan we<br />
om met nieuwe zwemwaterlocaties? Hoe<br />
raken we probleemlocaties kwijt? Hoe ziet<br />
de nieuwe regelgeving eruit en wat gaat die<br />
ons brengen? Wat zijn goede zwemwaterprofi<br />
elen? Wie doet er wat aan handhaving?<br />
Deze en nog vele andere vragen komen<br />
aan bod in het symposium van programmagroep<br />
Watersystemen in samenwerking met<br />
het ministerie van VROM. De locatie is De<br />
Eenhoorn in Amersfoort.<br />
23 april: De toekomst van de<br />
waterketen<br />
Hoe ziet de waterketen er in de toekomst<br />
uit en wat is nodig om die toekomst<br />
werkelijkheid te maken? Daarover gaat het<br />
symposium dat plaatsvindt in het kantoor<br />
van Arcadis in Amersfoort. De toegang is<br />
gratis.<br />
13 mei: Op-weg-naar-huis<br />
bijeenkomst<br />
De Technische Commissie Anaerobie<br />
verzorgt een op-weg-naar-huis bijeenkomst<br />
bij Waternet in Amsterdam van 17.00 tot<br />
19.30 uur.<br />
14 mei: landelijke sectiedag<br />
De landelijke sectiedag heeft dit jaar als<br />
thema ‘de Nieuwe Hollandse Waterlinie’. Alle<br />
sectieleden ontvangen een uitnodiging;<br />
aanmelden is dan mogelijk via de eigen<br />
sectie. De ontvangst is in partycentrum<br />
Het Dak in Leerdam. Tijdens de dag is er<br />
onder andere tijd <strong>voor</strong> een bezoek aan<br />
Fort Asperen. De lunch vindt plaats op een<br />
rondvaartboot op de Linge.<br />
12 juni: algemene ledenvergadering<br />
Aan bod komen onder meer de jaarrekening,<br />
het jaarverslag, de begroting en plannen<br />
<strong>voor</strong> 2010 en de bestuurssamenstelling.<br />
Aansluitend vindt een symposium plaats<br />
over de implicaties van de Waterwet. De<br />
locatie is het Waterhuis in Nieuwegein.<br />
25-26 juni: Effl uent als bron<br />
De themagroep Water<strong>voor</strong>ziening houdt<br />
een tweedaags congres met excursie over<br />
hergebruik van effl uent. Nadere bijzonderheden<br />
volgen.<br />
verenigingsnieuws<br />
Nieuwe cursussen<br />
Regenwater<strong>voor</strong>zieningen, van<br />
ontwerp tot beheer<br />
Op dit moment wordt veel energie gestoken<br />
in het afkoppelen van hemelwater van de<br />
riolering. De riolering wordt hiermee ontlast,<br />
het aantal overstortingen vermindert en de<br />
zuiveringsprestaties van de rwzi verbeteren.<br />
Na het volgen van de cursus weet de<br />
deelnemer dat afstromend hemelwater niet<br />
zo schoon is als vaak wordt gedacht. Hij of zij<br />
weet welke <strong>voor</strong>zieningen toegepast kunnen<br />
worden om hemelwater af te voeren zonder<br />
hier<strong>voor</strong> de riolering te gebruiken. Voor de<br />
meest <strong>voor</strong>komende <strong>voor</strong>zieningen kan de<br />
cursist ontwerpregels toepassen. In de cursus<br />
wordt een aantal belangrijke tips en valkuilen<br />
gegeven bij aanleg, beheer en monitoring<br />
van deze systemen.<br />
Deelname aan deze in Utrecht gegeven<br />
cursus kost 850 euro. De cursusdata zijn 12,<br />
19 en 26 mei.<br />
Inrichting, beheer en onderhoud in<br />
stedelijk gebied<br />
De eisen aan water in stedelijk gebied zijn<br />
hoog. Naast aandacht <strong>voor</strong> wateroverlast<br />
en watertekorten staat de beleving van het<br />
water centraal. Goede inrichting, beheer en<br />
onderhoud zijn essentieel <strong>voor</strong> het functioneren<br />
van het systeem. Deze driedaagse<br />
cursus biedt inzicht in de kenmerken van<br />
het stedelijk watersysteem. Welke functies<br />
heeft het water en met welke knelpunten<br />
hebben we te maken? Er is ruim aandacht<br />
<strong>voor</strong> de taken en verantwoordelijkheden<br />
op het gebied van beheer en onderhoud.<br />
Daarnaast geeft de cursus aan de hand van<br />
praktijk<strong>voor</strong>beelden handvatten <strong>voor</strong> de<br />
mogelijkheden op het gebied van inrichting,<br />
maaibeheer en de baggeropgave.<br />
Deze cursus begint op 13 mei in Utrecht.<br />
Deelname kost 1.225 euro.<br />
Voor meer informatie:<br />
Jantine de Waal (030) 606 94 09 of<br />
Pim van Marissing (030) 606 94 08.<br />
Onderhoudswerkzaamheden op een industrieterrein<br />
in Nieuwegein.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
25
90012<br />
Grondwatermeetnetbeheer<br />
geheel in de<br />
hand<br />
U wilt draadloos velddata kunnen<br />
verzamelen? En die vervolgens<br />
vanachter uw bureau aan een grondige<br />
analyse onderwerpen? Dat kan met<br />
Diver-NETZ*.<br />
Diver-NETZ is een volledig netwerk dat<br />
de beste draadloze techniek <strong>voor</strong> uw<br />
veldwerk combineert met de meest<br />
recente software <strong>voor</strong> achter uw bureau:<br />
gebruikersvriendelijk en overzichtelijk.<br />
Diver-NETZ maakt uw dataverwerving,<br />
-management en -analyse uiterst<br />
efficiënt. Met Diver-NETZ kunt u uw<br />
grondwatermeetnet op de lange termijn<br />
effectief beheren.<br />
Van veldwerk tot kantoor:<br />
kies <strong>voor</strong> Diver-NETZ.<br />
www.swstechnology.com<br />
sws-diver@slb.com *mark of Schlumberger<br />
P OMPEN A FSLUITERS S YSTEMEN<br />
De compacte alleskunner<br />
<strong>voor</strong> de afvalwaterbranche<br />
KSB Nederland B.V. . www.ksb.nl . infonl@ksb.com<br />
Kijk op www.swstechnology.com <strong>voor</strong><br />
meer informatie.<br />
Compact, krachtig en robuust - zo laat KSB’s nieuwe afvalwaterpomp<br />
Amarex N S 32 zich omschrijven. Ideaal <strong>voor</strong> het transport<br />
van alle soorten afvalwater. Eén pomptype <strong>voor</strong> alle gangbare<br />
drukrioleringstoepassingen. En dat alles dankzij de geïntegreerde<br />
vuilversnijder via een persleiding van slechts 32 mm! Ook aan<br />
veiligheid en inzetbaarheid laat de Amarex N S 32 niets te wensen<br />
over: een explosieveilige motor, lekkagevrije verbinding, hoogwaardige<br />
materialen, optimale servicevriendelijkheid en rioolwaterbestendige<br />
coating maken de Amarex N S 32 met recht een alleskunner.<br />
Wilt u dat ook ervaren of heeft u een ander dompelpomptype nodig?<br />
Neem dan contact met ons op! 020-4079800.
Susan Sollie, Tauw<br />
Pim de Kwaadsteniet, Tauw<br />
platform<br />
Gebruik begroeide oeverzones<br />
<strong>voor</strong> verbetering waterkwaliteit<br />
Begroeide oevers langs ondiepe meren kunnen, naast het verhogen van<br />
biodiversiteit, bijdragen aan een verbetering van de waterkwaliteit. Processen<br />
die nutriënten verwijderen uit het oppervlaktewater (zoals denitrifi catie,<br />
opname door planten en accumulatie van organisch materiaal), leveren meer<br />
resultaat op in delen van de oever die begroeid zijn. Op lokale schaal is dan<br />
ook een verbetering van de waterkwaliteit bij begroeide oevers gemeten. Om<br />
ook op grote schaal eff ect te zien, moet echter aan een aantal <strong>voor</strong>waarden<br />
worden voldaan. De uitwisseling van het water met de oeverzone moet<br />
voldoende zijn en in sterk geëutrofi eerde meren is het onvermijdelijk om ook<br />
andere maatregelen te nemen. Het eff ect van een zuiverende oever kan worden<br />
vergroot door het instellen van een (meer) natuurlijk waterpeilregime.<br />
Ondiepe meren zijn vaak zeer<br />
voedselrijk. Belangrijke bronnen<br />
hiervan zijn de inlaat van<br />
voedselrijk water en uit- en afspoeling van<br />
omliggende landbouwarealen. Ook interne<br />
eutrofi ëring speelt vaak een rol bij het<br />
instandhouden van een nutriëntenrijk en<br />
troebel watersysteem.<br />
In het kader van de Kaderrichtlijn Water<br />
(KRW) worden bronmaatregelen (reductie<br />
nutriëntenbelasting), systeemmaat regelen<br />
(vergroten van de draagkracht) en interne<br />
maatregelen (ingreep voedselweb) 1)<br />
genomen. Het beheer van ondiepe meren<br />
is dikwijls gericht op het uitvoeren van<br />
bronmaatregelen 2) , maar het verlagen van<br />
nutriëntenbelasting is kostbaar en slechts tot<br />
op zekere hoogte mogelijk. Het is dus onvermijdelijk<br />
dat maatregelen worden genomen<br />
in het watersysteem zelf.<br />
Een veelbelovende systeemmaatregel is<br />
het aanplanten cq. uitbreiden van oevervegetatie.<br />
Het begroeide oeverareaal is<br />
vaak beperkt tot een smalle strook rond een<br />
groot wateroppervlak. Niet alleen <strong>voor</strong>komt<br />
of beperkt het tegennatuurlijke peil en de<br />
morfologie (onder andere diepte van het<br />
meer, ligging ten opzichte van de wind,<br />
verharde oevers) de groei van helofyten over<br />
grote oppervlakten, maar meren hebben<br />
meestal ook andere functies die confl icteren<br />
(scheepvaart, recreatie en wateropslag).<br />
De aanleg van natuurvriendelijke oevers is<br />
vaak <strong>voor</strong>al gericht op versterking van het<br />
ecologisch functioneren (zoöplankton, vis,<br />
vogel, planten). Begroeide oevers kunnen<br />
echter ook een tweede functie vervullen,<br />
namelijk die van verbetering van de waterkwaliteit<br />
door nutriëntenretentie. Het is wel<br />
de vraag of deze bijdrage signifi cant is en<br />
wat de <strong>voor</strong>waarden zijn <strong>voor</strong> een optimale<br />
zuiverende werking van de oever. De<br />
Universiteit van Utrecht heeft dit in opdracht<br />
van het RIZA onderzocht 3) . Hierbij zijn het<br />
IJsselmeergebied en het Volkerak-Zoommeer<br />
onder de loep genomen.<br />
Nutriëntenretentie<br />
Het is bekend dat oeverzones en de daarin<br />
groeiende helofyten grote hoeveelheden<br />
nutriënten vast kunnen houden. De drie<br />
belangrijkste processen die daaraan<br />
bijdragen, zijn: opname door planten, opslag<br />
in organisch materiaal en denitrifi catie. De<br />
tabel geeft een overzicht van de snelheden<br />
van nutriëntenretentie en -verwijdering.<br />
Stikstof en fosfaat worden door helofyten<br />
Snelheid van nutrientenverwijderende processen in het IJsselmeergebied.<br />
opgenomen tijdens het groeiseizoen.<br />
Hoewel een deel van deze nutriënten weer<br />
in het systeem terugkomt na sterfte van de<br />
oeverplanten, is het <strong>voor</strong> een helder meer<br />
<strong>voor</strong>al van belang dat nutriënten juist in<br />
<strong>voor</strong>jaar en zomer niet beschikbaar zijn als<br />
algen bloeien. De hoeveelheid nutriënten in<br />
bovengrondse biomassa per vierkante meter<br />
is <strong>voor</strong>namelijk afhankelijk van de biomassa<br />
van de oever vegetatie en niet zozeer van<br />
het vegetatie type. Gemiddeld was dit in het<br />
IJsselmeergebied 20 gram stikstof en twee<br />
gram fosfor per jaar. De zuiverende werking<br />
van de oever kwam tot uiting in de lagere<br />
nutriëntenconcentraties bij de begroeide<br />
delen.<br />
Accumulatie van organisch materiaal<br />
op het bodemoppervlak is een proces<br />
waarbij nutriënten uit oppervlaktewater<br />
verdwijnen. In begroeide delen is de toevoer<br />
proces situatie stikstof fosfor<br />
denitrifi catie (gram per m 2 per jaar) overstroomd maximaal 14.6<br />
droog maximaal 2,9<br />
met vegetatie maximaal 5,5<br />
zonder vegetatie maximaal 14,6<br />
plant opname (gram per m 2 per jaar) overstroomd 4-20 0,2-2<br />
droog 1-5 0,05-0,5<br />
accumulatie (gram per m 2 per jaar) met vegetatie 20 3<br />
zonder vegetatie 8 1,8<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
27
van organisch materiaal hoger dan in<br />
onbegroeide delen. Dit blijft dan ook nog<br />
hangen tussen de stengels. In combinatie<br />
met overheersend anaërobe omstandigheden<br />
is de organische toplaag relatief dik.<br />
In het IJsselmeergebied was de accumulatie<br />
van organische stof hoger in begroeide delen<br />
(20 gram stikstof en 3 gram fosfor per m 2<br />
per jaar) dan in onbegroeide delen (8 gram<br />
stikstof en 1,8 gram fosfor per m 2 per jaar)<br />
van de oeverzone.<br />
Denitrifi catie is een anaëroob, microbieel<br />
proces waarbij stikstof onomkeerbaar wordt<br />
verwijderd uit de bodem of het water door<br />
de omzetting van nitraat naar stikstofgas.<br />
Metingen in het veld wezen uit dat de<br />
denitrifi catiesnelheid positief gerelateerd is<br />
aan de waterstand. In geïnundeerde delen<br />
van de oeverzone werd maximaal 14,6 gram<br />
stikstof per m 2 per jaar verwijderd tegen<br />
maximaal 2,9 gram stikstof per m 2 in droge<br />
delen. Tevens werd een verschil gemeten<br />
tussen begroeide delen (5,5 gram stikstof)<br />
en onbegroeide delen van de oeverzone<br />
(14,6 gram stikstof). De lagere snelheid<br />
in begroeide delen werd waarschijnlijk<br />
veroorzaakt doordat de vegetatie het nitraat<br />
opnam, zodat het een beperkende factor<br />
werd.<br />
Uit de tabel blijkt dat bovengenoemde drie<br />
processen in dezelfde orde van grootte<br />
waren. Voor ieder proces is de relatie met<br />
de waterstand of de aanwezigheid van<br />
vegetatie echter anders. Bij een gradiëntonderzoek<br />
4) (met verschillende waterdieptes<br />
en vegetatiebedekking) bleek de retentie van<br />
nutriënten via plantopname het hoogst in de<br />
zone waar vegetatie in het water stond. De<br />
meeste stikstof werd verwijderd via denitrifi -<br />
catie in de zone die onder water stond, maar<br />
waar geen helofyten meer groeiden. In de<br />
zone het dichtst bij het land, waar geen of<br />
nauwelijks oppervlaktewater aanwezig was,<br />
waren de processnelheden het laagst.<br />
Opschalen van resultaten<br />
Dat uit het fundamenteel onderzoek blijkt<br />
dat op lokale schaal nutriëntenconcentraties<br />
in het oppervlaktewater verlaagd zijn in<br />
begroeide oeverzones, betekent nog niet<br />
dat oevers in staat zijn de waterkwaliteit<br />
signifi cant te verbeteren in een heel meer.<br />
Voor opschaling van de resultaten is een<br />
model gebruikt waarbij een open meer<br />
is gekoppeld aan een moeraszone 5),6) (zie<br />
afbeelding 1). Scenario’s varieerden in<br />
moerasoppervlak, externe nutriëntenbelasting<br />
en uitwisseling van water tussen<br />
de open-watersectie en de moeraszone. Voor<br />
het bereiken van een heldere staat van een<br />
meer zullen concentraties zo ver moeten<br />
dalen dat algen niet meer domineren en<br />
er voldoende licht is <strong>voor</strong> de groei van<br />
ondergedoken waterplanten. De omslag van<br />
een troebel meer naar een helder meer (en<br />
andersom) gebeurt volgens het hystereseeff<br />
ect. In het model ligt bij de gebruikte<br />
parameters het omslagpunt naar een helder<br />
systeem bij 0,40 milligram stikstof per liter en<br />
0,015 milligram fosfor per liter.<br />
Voldoende uitwisseling van water blijkt<br />
van groot belang. Het spreekt <strong>voor</strong> zich<br />
dat zonder uitwisseling de oeverzone zijn<br />
28 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Afb. 1: Overzicht van het gebruikte model. Uitwisseling van water en nutriënten vindt plaats tussen open water<br />
en een moeraszone.<br />
Afb. 2: Eff ect van nutriëntenbelasting (x-as) en relatief moerasoppervlak (y-as) op de concentraties N totaal (links)<br />
en P totaal (rechts) in het open water. De horizontale stippellijn is de kritische waarde waarbij een meer van troebel<br />
naar helder overgaat. Het eerste deel van de grafi ek is uitvergroot. De pijlen geven aan bij welke belasting de<br />
kritische waarde wordt doorkruist.<br />
zuiverende functie niet kan uitvoeren. Bij een<br />
uitwisselingssnelheid van een kubieke meter<br />
per dag is de concentratie van nutriënten<br />
in het open water gelijk aan die in de<br />
oeverzone. Dan hebben de nutriëntverwijderende<br />
processen in de oeverzone ook eff ect<br />
op de waterkwaliteit van het open gedeelte.<br />
In afbeelding 2 zijn de eff ecten van het<br />
verlagen van de nutriëntenbelasting en<br />
het vergroten van het moerasoppervlak te<br />
zien. Het nemen van externe maatregelen<br />
om de nutriëntentoevoer te verlagen, blijkt<br />
de meest eff ectieve manier om nutriëntenconcentraties<br />
in een meer te verlagen.<br />
Hoewel dit niet altijd mogelijk is of hoge<br />
kosten met zich meebrengt, zijn dergelijke<br />
maatregelen soms noodzakelijk <strong>voor</strong>dat<br />
een goede ecologische toestand ontstaat.<br />
Het vergroten van het moerasareaal heeft<br />
op grote schaal niet veel eff ect als het de<br />
enige maatregel is in een sterk eutroof<br />
meer. Uit de modelberekeningen blijkt wel<br />
dat de aanleg van een moeras (van 0 tot<br />
10 procent) een relatief groter eff ect heeft<br />
op de waterkwaliteit dan uitbreiding van<br />
bestaande moerassen met tien procent. In<br />
een ecologische systeemanalyse van ondiepe<br />
meren <strong>voor</strong> de KRW 1) wordt aangegeven dat<br />
in een functioneel moeras het areaal aan<br />
emergente vegetatie minimaal vijf procent<br />
moet bedragen. Dit komt tot nu toe in meren<br />
in Nederland niet of nauwelijks <strong>voor</strong>.<br />
Waterpeilregime<br />
Het huidige waterpeilregime in het<br />
IJsselmeer (en veel andere meren) is sterk<br />
gereguleerd en tegennatuurlijk. Het gebruik<br />
van streefpeilen leidt in de zomer tot stabiele<br />
waterstanden, maar in de winter kunnen<br />
periodiek grote fl uctuaties <strong>voor</strong>komen.<br />
Aangezien het huidige peilregime is<br />
ingesteld om verscheidene redenen met<br />
betrekking tot economie en veiligheid, is het<br />
niet mogelijk een volledig natuurlijk peil te<br />
herstellen. Een alternatief peil waarbij het<br />
winterpeil laag blijft en de waterstand hoog<br />
wordt opgezet in het <strong>voor</strong>jaar om gedurende<br />
de zomer uit te zakken tot het winterpeil,<br />
behoort wellicht tot de mogelijkheden in het<br />
IJsselmeergebied 7) .<br />
Is dit alternatieve peil echter wel beter <strong>voor</strong><br />
de groei en uitbreiding van helofyten aan<br />
de oever? 8) En heeft het peilregime invloed<br />
op de nutriëntenverwijderende processen?<br />
Deze vraag is getoetst in een experiment<br />
waarin riet is opgegroeid bij vier verschillende<br />
waterpeilregimes (zie afbeelding 3).<br />
De twee meest natuurlijke peilen met een<br />
hoge <strong>voor</strong>jaarswaterstand (het ‘natuurlijke’<br />
en ‘meer natuurlijke’ peil) stimuleerden de
Afb. 3: Vier verschillende waterpeilregimes die getoetst zijn op hun eff ect op waterkwaliteit.<br />
Begroeide oever in het Volkerak Zoommeer, waarin een gradiëntstudie is uitgevoerd.<br />
lengte- en diktegroei van riet. Tevens was<br />
de biomassa van adventiefwortels hoger.<br />
Dit resulteert in een groter vermogen om<br />
nutriënten direct uit het oppervlaktewater te<br />
halen. Naast de biomassa van riet waren ook<br />
verschillen te zien in denitrifi catiesnelheid<br />
en afbraak van organisch materiaal. Beide<br />
processen waren sterk aan de waterstand<br />
gerelateerd. De denitrifi catiesnelheid was<br />
gemiddeld hoger bij de regimes met een<br />
hoge <strong>voor</strong>jaarswaterstand en de afbraak van<br />
organisch materiaal verliep juist langzamer.<br />
Nutriënten werden dus langer vastgehouden<br />
in het dood organische materiaal. Deze<br />
resultaten wijzen erop dat een begroeide<br />
oeverzone bij een (meer) natuurlijk waterpeil<br />
meer nutriënten vast kan houden of<br />
verwijderen dan bij een stagnant peil of het<br />
tegennatuurlijke peil dat momenteel wordt<br />
gehanteerd.<br />
Peildynamiek heeft naast de kwalitatieve<br />
component ook alles met waterkwantiteitsbeheer<br />
te maken. Bij een fl exibel peil kan<br />
het water ‘uitzakken’, waardoor geen water<br />
ingelaten hoeft te worden. In dat geval wordt<br />
zowel de externe- als de interne belasting<br />
gereduceerd. De kans is groot dat dit leidt<br />
tot omslagen van troebele, soortenarme<br />
algengedomineerde wateren naar heldere,<br />
soortenrijke meren en plassen.<br />
Mogelijkheden<br />
In kleinere wateren en op lokale schaal<br />
kunnen begroeide, natuurvriendelijke<br />
oevers een duidelijk positief eff ect hebben<br />
op de waterkwaliteit. Hiermee lijkt het<br />
een veel belovende maatregel te zijn <strong>voor</strong><br />
het behalen van KRW-doelen. Op grote<br />
schaal blijkt het niet vanzelfsprekend dat<br />
signifi cante eff ecten worden behaald. In<br />
sterk geëutrofi eerde meren is het onvermijdelijk<br />
om ook andere maatregelen te<br />
nemen. Om de zuiverende werking van<br />
oevers te versterken, is het belangrijk dat de<br />
oevervegetatie tot ver in het water groeit.<br />
De begroeide delen waar overstroming<br />
overheerst, kunnen immers de meeste<br />
nutriënten vasthouden. Het verondiepen<br />
van bepaalde delen zal de groei van<br />
helofyten bevorderen. Het aanplanten van<br />
helofyten vergemakkelijkt de kolonisatie<br />
van een nieuw gebied. Optimale zuivering<br />
vindt plaats wanneer helofyten maximaal<br />
in contact komen met het water. Het is<br />
daarom van groot belang begroeide oevers<br />
strategisch aan te leggen, bij<strong>voor</strong>beeld<br />
tussen een landbouwgebied en het meer of<br />
in de wateraanvoerroute naar meren (vaarten<br />
en kanalen). Door de aanleg van bij<strong>voor</strong>beeld<br />
<strong>voor</strong>oevers kan water door een begroeide<br />
helofytenzone worden geleid.<br />
platform<br />
Een andere opgave ligt in het aanpassen<br />
van het waterpeil. Bij het invoeren van een<br />
meer natuurlijk peil zal de vegetatie zich<br />
uit kunnen breiden naar de open delen<br />
van een watersysteem. Het <strong>voor</strong>deel van<br />
een meer natuurlijk regime ten opzicht van<br />
een niet-gereguleerd peil is dat de belangrijkste<br />
functies waar<strong>voor</strong> het peil wordt<br />
gereguleerd, gehandhaafd kunnen blijven.<br />
Zo kan het peil in de winter gewoon laag<br />
blijven.<br />
Met inachtneming van enkele <strong>voor</strong>waarden<br />
kan de zuiverende oever dus substantieel<br />
bijdragen aan een verbetering van de waterkwaliteit,<br />
terwijl tegelijkertijd de biodiversiteit<br />
toeneemt.<br />
LITERATUUR<br />
1) Jaarsma N., M. Klinge en L. Lamers (2008) Van<br />
helder naar troebel .. en weer terug. STOWA.<br />
Rapport 2008-04.<br />
2) Hosper H., R. Portielje en E. Lammens (2007).<br />
Heldere meren in Nederland in 2015: droom of<br />
werkelijkheid? H 2O nr. 18, pag. 31-33.<br />
3) Sollie S. (2007) Littoral zones in shallow lakes -<br />
contribution to water quality in relation to water<br />
level regime. Proefschrift Universiteit Utrecht.<br />
4) Sollie S. en J. Verhoeven (2008). Nutrient cycling<br />
and retention along a littoral gradient in a Dutch<br />
shallow lake in relation to water level regime. Water.<br />
Air and Soil Pollution 193, pag. 107-121.<br />
5) Janse J. (1997). A model of nutrient dynamics in<br />
shallow lakes in relation to multiple stable states.<br />
Hydrobiologia 342/343, pag. 1-8.<br />
6) Sollie S., J. Janse, W. Mooij, H. Coops en J. Verhoeven<br />
(2008). The contribution of marsh zones to water<br />
quality in Dutch shallow lakes: a modeling study.<br />
Environmental Management 42, pag. 1002-1016.<br />
7) BOVAR-IIVR (2001). Onderzoeken aanpassingen<br />
waterpeil. Inrichtingsplan Veluwerandmeren -<br />
schakel tussen strategie en uitvoering, pag. 86-88.<br />
8) Coops H., S. Sollie en R. Portielje (2004). Lagere<br />
nutriëntengehalten in meren en plassen door<br />
natuurlijker peilbeheer? H 2O nr. 14/15, pag. 25-27.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
29
Johan Valstar, Deltares<br />
Eric van Nieuwkerk, Deltares<br />
Annemarie Marsman, Deltares<br />
Willem van Hattem, Havenbedrijf Rotterdam<br />
Gebiedsgericht grondwater beheer<br />
<strong>voor</strong> de haven van Rotterdam<br />
In de praktijk blijkt het lastig te zijn om gebieden met grootschalige bodem-<br />
en grondwaterverontreinigingen in het kader van de Wet bodembescherming<br />
(Wbb) eff ectief aan te pakken. Enerzijds blijkt het moeilijk om de aard en<br />
omvang van de verontreiniging in beeld te brengen en is de veroorzaker vaak<br />
niet traceerbaar of niet meer aansprakelijk te stellen. Anderzijds blijken de<br />
(maatschappelijke) kosten <strong>voor</strong> het volledig opruimen extreem hoog te zijn en<br />
wegen zelden op tegen de baten. Toch levert de verontreiniging, zeker op de<br />
langere termijn, risico’s op <strong>voor</strong> het bodemgebruik en de kwaliteit van grond-<br />
en oppervlaktewater. Voldoende redenen om toch actie te ondernemen.<br />
In de haven van Rotterdam wordt<br />
gewerkt aan een gebiedsgerichte<br />
aanpak van grondwaterverontreiniging,<br />
waarbij de veerkracht van het bodemsysteem<br />
optimaal wordt benut. In de afgelopen jaren<br />
is veel onderzoek verricht naar de risico’s<br />
van de verontreinigingen. Binnen het vijfde<br />
kaderproject WELCOME van de Europese Unie<br />
en vervolgprojecten 1) werkten TNO Bouw<br />
& Ondergrond (thans deels opgegaan in<br />
Deltares) en Havenbedrijf Rotterdam samen<br />
met onder andere Royal Haskoning, Gemeentewerken<br />
Rotterdam, DCMR, Ministerie van<br />
VROM, Rijkswaterstaat, SKB en de belangenorganisatie<br />
van het havenbedrijfsleven<br />
Deltalinqs een gebiedsgerichte aanpak uit.<br />
Daarbij zijn methodes ontwikkeld om de<br />
risico’s op gebiedsniveau in beeld te brengen.<br />
De aanpak blijkt goed inpasbaar te zijn bij de<br />
doelstellingen van het Nationaal Bestuursakkoord<br />
Water, de Kaderrichtlijn Water (en<br />
dochterrichtlijn grondwater) en zelfs de Wet<br />
bodembescherming 2),3) .<br />
Gebiedsgericht grondwaterbeheer<br />
In tegenstelling tot de huidige gevalsgerichte<br />
aanpak binnen de Wet bodembescherming<br />
staan bij gebiedsgericht grondwaterbeheer<br />
de risico’s in de ontvangende waterlichamen<br />
(grond- of oppervlaktewater) centraal.<br />
Bij de traditionele aanpak worden <strong>voor</strong><br />
afzonderlijke bronnen van verontreiniging<br />
de verspreidingspaden en de receptor<br />
of bedreigd object in beeld gebracht. De<br />
gebiedsgerichte aanpak draait dit om en<br />
bekijkt vanuit de receptor welke bronnen<br />
daadwerkelijk een bedreiging vormen en op<br />
welke termijn. De gebiedsgerichte aanpak<br />
maakt het tevens mogelijk om ruimtelijke<br />
ontwikkelingen (bij<strong>voor</strong>beeld herontwik-<br />
30 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
keling van bedrijfslocaties), het waterbeheer<br />
en het gebruik van de ondergrond hand in<br />
hand te laten gaan met het wegnemen van<br />
de risico’s van de grootschalige grond- en<br />
grondwaterverontreinigingen.<br />
• Ten eerste wordt het zelfreinigende<br />
vermogen van de bodem beter benut<br />
doordat men de gebiedsgrens van het<br />
havengebied (en niet de terreingrens<br />
van individuele bedrijfslocaties) gebruikt<br />
bij het bepalen van de risico’s. Verontreinigingen<br />
hoeven alleen te worden<br />
aangepakt als ze op termijn de gebiedsgrens<br />
dreigen te passeren. De ondergrond<br />
onder de haven wordt beschouwd als<br />
reactorvat. Aangezien de reistijd van de<br />
verontreinigingen tot aan de gebiedsgrens<br />
<strong>voor</strong> de meeste locaties veel groter is dan<br />
tot aan de terreingrens, is er meer tijd <strong>voor</strong><br />
biologische afbraak. Daarmee kunnen veel<br />
ruimere saneringsdoelstellingen worden<br />
gehanteerd ten aanzien van zowel de<br />
starttijd van sanering als de maximaal<br />
toelaatbare restconcentraties;<br />
• De aanpak maakt een ‘gecombineerde<br />
strategie’ mogelijk, die bestaat uit een<br />
gevalsgerichte aanpak van de bovengrond<br />
(globaal bovenste vier of vijf meter) en<br />
een gebiedsgerichte aanpak van het<br />
diepe(re) grondwater. Monitoring en pluimbeheersing<br />
en/of -sanering kunnen daarbij<br />
gezamenlijk worden opgepakt, hetgeen<br />
zal leiden tot kostenbesparing.<br />
Voor deze systematiek is een goed<br />
conceptueel model nodig dat de situatie in<br />
het gebied gedegen beschrijft.<br />
Conceptueel model (geohydrologie<br />
en -biochemie)<br />
In het Rotterdamse havengebied is bij de<br />
ontwikkeling een antropogene ophooglaag<br />
aangebracht op de Holocene deklaag. Ook is<br />
verticale drainage toegepast in de vorm van<br />
zandpalen, die in de huidige situatie leiden<br />
tot versnelde afstroming van infi ltrerend<br />
water naar het diepe grondwater. Het gebied<br />
ligt buitendijks en heeft een maaiveldhoogte<br />
die varieert van circa NAP +4 m in<br />
het oostelijk deel tot circa NAP +6 m in het<br />
westelijk deel. Een fl ink deel van de neerslag<br />
wordt via verhard oppervlak en lokale<br />
afwateringstelsels afgevoerd. Het deel van<br />
de neerslag dat het grondwater aanvult<br />
(neerslagoverschot), stroomt <strong>voor</strong> een klein<br />
deel via de ophooglaag en het bovenste<br />
deel van de Holocene deklaag naar het<br />
omliggende oppervlaktewater van de haven.<br />
Het grootste deel van het neerslagoverschot<br />
stroomt af naar het Pleistocene watervoerende<br />
pakket op ongeveer NAP -20 m tot<br />
NAP -35 m.<br />
Midden in het havengebied ligt een waterscheiding.<br />
Het grondwater in het eerste<br />
watervoerende pakket stroomt deels naar<br />
het noorden en deels naar het zuiden af<br />
(zie afbeelding 1). Daar kwelt het op in het<br />
oppervlaktewater van de diepergelegen<br />
poldergebieden of stroomt naar de grondwateronttrekking<br />
van DSM-Gist in Delft.<br />
De reistijden van deze diepe stroombanen<br />
bedragen tientallen tot enige honderden<br />
jaren.<br />
Verontreinigingen die zijn opgelost in het<br />
grondwater, stromen met het grondwater<br />
mee, maar zijn onderhevig aan verschil-
Afb. 1: Ligging van de grensvlakken.<br />
Afb. 2: Kansverdeling van verschillende grondwaterverontreinigingen, <strong>voor</strong> het industrietype raffi naderij.<br />
lende biologische en chemische processen<br />
in de ondergrond. Daarbij zijn de heersende<br />
geochemische omstandigheden in de<br />
Holocene deklaag en het eerste watervoerende<br />
pakket van belang en dan in het<br />
bijzonder de redoxomstandigheden. De<br />
lange reistijd van het grondwater in het<br />
havengebied zorgt er onder meer <strong>voor</strong> dat<br />
een groot deel van de verontreinigingen<br />
in de Rotterdamse haven door natuurlijke<br />
afbraak vermindert. Het gaat daarbij om<br />
de organische verbindingen die bij diverse<br />
industriële activiteiten in de bodem zijn<br />
terechtgekomen.<br />
Uitwerking<br />
Om de risico’s <strong>voor</strong> verspreiding van de<br />
verontreinigingen naar het grond- en<br />
oppervlaktewater te kwantifi ceren, zijn deze<br />
<strong>voor</strong> drie denkbeeldige grensvlakken in<br />
beeld gebracht. Deze grensvlakken worden<br />
aangeduid als Planes of Compliance (PoC) (zie<br />
afbeelding 1): PoC 1 is het grensvlak tussen<br />
havengebied en het direct omliggende<br />
oppervlaktewater, PoC 2 is het grensvlak<br />
tussen Holocene deklaag en het Pleistocene<br />
watervoerende pakket en PoC 3 is de grens<br />
van het havengebied.<br />
Voor deze grensvlakken zijn de risico’s op<br />
overschrijding van de interventiewaarde<br />
bepaald <strong>voor</strong> een aantal maatgevende<br />
verontreinigingen, te weten BTEX, PER, TRI,<br />
CIS, VC, 1,1,1-trichloorethaan, 1,2-dichloorethaan,<br />
trichloormethaan, dichloormethaan<br />
en naftaleen. Ook zijn de eff ecten van<br />
eventuele saneringsmaatregelen, zoals<br />
bronverwijdering en gestimuleerde afbraak,<br />
bepaald.<br />
platform<br />
Modellering<br />
Het gebruik van gangbare stoftransportmodellen<br />
als RT3D vergt <strong>voor</strong> de schaal van<br />
het hele havengebied enorm veel rekencapaciteit<br />
en is daardoor niet haalbaar.<br />
Daarom is er <strong>voor</strong> gekozen het transport met<br />
een stroombaananalyse uit te voeren. Hierin<br />
zijn de eff ecten van retardatie, redoxafhankelijke<br />
natuurlijke afbraak, zoet-zoutgrenzen,<br />
alsmede <strong>voor</strong>keurstroming door zandpalen<br />
meegenomen. Processen als het opdrogen<br />
van verontreinigingsbronnen, dispersie<br />
en diff usie zijn niet meegenomen (conservatieve<br />
aanname). Dit geldt ook <strong>voor</strong> de<br />
eff ecten van de afbraak van de verontreinigingen<br />
op de redoxcondities. Dit eff ect is<br />
meestal klein in vergelijking met het eff ect<br />
op de redoxcondities door de afbraak van<br />
organisch stof dat van nature in de bodem<br />
zit.<br />
Met een grondwatermodel (Modfl ow)<br />
zijn eerst de stroombanen vanuit de<br />
antropogene ophooglaag inclusief de reistijd<br />
bepaald. Bij de bron wordt aangenomen<br />
dat vanaf het begin van de industriële<br />
activiteit een opgeloste verontreiniging met<br />
constante concentratie start. De massafl ux<br />
wordt dan bepaald uit de concentraties en<br />
de grondwaterfl ux. Vervolgens nemen de<br />
concentraties af langs de stroombaan door<br />
eerste orde biologische afbraak. Deze afbraak<br />
is afhankelijk van de redoxconditie, de<br />
daarbij behorende afbraakconstante <strong>voor</strong> de<br />
betreff ende verontreiniging en de verblijftijd<br />
in de opgeloste fase in iedere cel. Tenslotte<br />
wordt op iedere modelcel op de PoC’s<br />
bijgehouden wat de maximumconcentratie<br />
en aankomsttijd per stof is, of deze een norm<br />
(Interventiewaarde) overschrijdt en wat de<br />
massafl ux van de verontreiniging is.<br />
Onzekerheden<br />
Kenmerken <strong>voor</strong> grootschalig verontreinigde<br />
gebieden is de grote mate van<br />
onzekerheid over de bronnen van verontreiniging,<br />
de geohydrologie en de natuurlijke<br />
afbraak. Bij het bepalen van de risico’s is<br />
het van belang dat met deze onzekerheden<br />
rekening wordt gehouden, wat slechts<br />
beperkt mogelijk is met de traditionele<br />
grondwatermodel aanpak. Gekozen is om<br />
hier<strong>voor</strong> een Monte Carlo-simulatie uit<br />
te voeren. Hierbij wordt een groot aantal<br />
scenario’s door gerekend, waarbij de waardes<br />
van onzekere en gevoelige modelparameters<br />
in elk scenario binnen bepaalde<br />
grenzen worden gevarieerd op basis van een<br />
bijbehorende kans verdeling. De spreiding<br />
in de model uitkomsten die dit oplevert,<br />
geeft aan hoe groot de onzekerheid van<br />
de modeluitkomsten is. De onzekere en<br />
gevoelige modelparameters die variëren in<br />
de Monte Carlo-simulatie, zijn de verdeling<br />
van de verontreinigingen in de bronzones<br />
(bronkarakterisatie), de redoxconditie-afhankelijke<br />
afbraakconstante van elke stof én de<br />
eigenschappen en eff ecten van de zandpalen<br />
(versnelde verticale verspreiding).<br />
De verdeling van verontreinigingen in de<br />
bronzones (zie hierna) en de heersende<br />
redox condities zijn afgeleid uit veldmetingen.<br />
De kans verdelingen van de<br />
afbraakconstanten zijn geinventariseerd<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
31
Afb. 3: Kans dat verontreinigingen tussen 2008 en 2035 langs de gebiedsgrens doorbreken met een concentratie<br />
hoger dan de interventiewaarde.<br />
via literatuuronderzoek en oordelen van<br />
deskundigen.<br />
Bronkarakterisatie<br />
In de praktijk blijkt dat bij grootschalig<br />
verontreinigde gebieden de aard en omvang<br />
van alle bronnen en pluimen lang niet<br />
altijd exact bekend is (ondanks uitvoerig<br />
bodemonderzoek). Het vaststellen van de<br />
risico’s van een grootschalig verontreinigd<br />
gebied is daardoor op basis van traditioneel<br />
bodemonderzoek niet goed mogelijk. Er is<br />
een nieuwe methodiek ontwikkeld, waarbij<br />
de bronkarakterisatie wordt gedaan op basis<br />
van de bedrijfsactiviteiten. Allereerst zijn<br />
enkele maatgevende industrietypen gedefi -<br />
nieerd: raffi naderijen, opslag van petroleum<br />
en chemicaliën, chemische fabrieken, droge<br />
bulkoverslag / containeroverslag en een<br />
restcategorie. Met behulp van de verontreinigingsgegevens<br />
van het bodeminformatiesysteem<br />
van het Havenbedrijf Rotterdam<br />
zijn vervolgens kansverdelingen gemaakt<br />
per industrietype van concentraties van<br />
gebruikte stoff en of stofgroepen bij die<br />
bedrijfsactiviteit.<br />
Ter illustratie is in afbeelding 2 een verdeling<br />
gegeven <strong>voor</strong> het industrietype raffi naderij.<br />
Bronzones die goed bekend en beschikbaar<br />
gesteld zijn (uit gedegen bodemonderzoek),<br />
kunnen als ‘harde’ concentraties in het model<br />
worden ingevoerd als verontreinigingsbron.<br />
Resultaten<br />
Voor de verschillende PoC’s is de kans op<br />
overschrijding van een interventiewaarde<br />
in de loop van de tijd en de gemiddelde<br />
massafl ux bepaald:<br />
• Voor PoC 1 (verspreiding naar de rivier en<br />
havens) is gekeken wat de gemiddelde<br />
grondwaterfl ux naar het oppervlaktewater<br />
is. Met een oppervlaktewatermodel zijn de<br />
concentraties van de betreff ende stoff en in<br />
het oppervlaktewater berekend. Daarbij is<br />
de emissie vanuit grondwater vergeleken<br />
met andere bronnen, zoals directe<br />
puntlozingen, atmosferische depositie en<br />
32 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
aanvoer vanuit het bovenstroomse deel<br />
van de rivieren. Hieruit blijkt dat <strong>voor</strong> de<br />
meeste beschouwde stoff en de bijdrage<br />
vanuit het grondwater gering is. Voor<br />
geen van de onderzochte stoff en geldt<br />
dat de MTR-norm wordt overschreden in<br />
het oppervlaktewater. Dit kan grotendeels<br />
worden toegeschreven aan verdunning en<br />
vervluchtiging.<br />
Hieruit kan geconcludeerd worden dat<br />
het uitvoering van grondwatersaneringen<br />
in het Rotterdamse havengebied<br />
geen signifi cant eff ect zal hebben op de<br />
kwaliteit van het oppervlaktewater. Alleen<br />
oliehoudende drijfl agen die als puur<br />
product kunnen uittreden naar het oppervlaktewater,<br />
vormen hierop een uitzondering<br />
en zijn in potentie een risico.<br />
• Voor PoC 2 (verticale verspreiding naar<br />
het eerste watervoerende pakket, direct<br />
onder de haven) geldt dat de doorbraak<br />
naar het eerste watervoerende pakket<br />
toeneemt van zes procent in 2000 tot<br />
twaalf procent in 2050. Bronverwijdering<br />
blijkt pas na meer dan 30 jaar een<br />
signifi cante verbetering te bewerkstelligen.<br />
Alleen bronverwijdering zorgt dus<br />
onvoldoende <strong>voor</strong> een trendomkering<br />
en <strong>voor</strong> onvoldoende verbetering van<br />
het eerste watervoerende pakket in de<br />
fi losofi e van de Kaderrichtlijn Water. Met<br />
behulp van het overigens beperkt inzetten<br />
van aanvullende maatregelen, zoals<br />
gestimuleerde afbraak in de Holocene<br />
deklaag, is deze trendomkering wel binnen<br />
30 jaar te bereiken.<br />
• Voor PoC 3 (verspreiding tot buiten de<br />
gebiedsgrens via het eerste watervoerende<br />
pakket) zijn de kansverdelingen van<br />
overschrijding van de interventiewaarde<br />
<strong>voor</strong> een aantal tijdstippen bepaald.<br />
In afbeelding 3 is dit <strong>voor</strong> een deel<br />
van de Rotterdamse Haven (de Botlek)<br />
in beeld gebracht. De informatie kan<br />
worden gebruikt om te achterhalen waar<br />
‘end-of-pipe’-maatregelen en monitoring<br />
eventueel zinvol zou kunnen zijn (namelijk<br />
in de zones met verhoogde kans op<br />
doorbraak van verontreinigingen van<br />
bij<strong>voor</strong>beeld meer dan tien procent).<br />
Wat verder uit het onderzoek volgt, is dat<br />
de onzekerheid van biologische afbraakparameters<br />
en de startconcentraties de<br />
meeste onzekerheid in de modeluitkomsten<br />
geven. Die zijn dus sterk bepalend <strong>voor</strong> de<br />
uitkomsten. Voor een vergroting van de<br />
betrouwbaarheid van de modeluitkomsten<br />
is gericht onderzoek naar de natuurlijke<br />
afbraakpotentie dan ook van groot belang.<br />
Dit onderzoek is inmiddels in uitvoering.<br />
De resultaten zullen worden gebruikt om<br />
het model te verbeteren en nieuwe berekeningen<br />
uit te voeren<br />
Implementatie in de praktijk<br />
Nu de risico’s van de grondwaterverontreinigingen<br />
en eff ecten van maatregelen<br />
op de receptoren (diepe grondwater en<br />
oppervlaktewater) in beeld zijn gebracht,<br />
kan de gebiedsgerichte aanpak verder<br />
vorm gegeven worden. Een aanzienlijke<br />
kostenreductie is mogelijk ten opzichte<br />
van de gevalsgerichte aanpak in de Wet<br />
bodembescherming door gebruik te maken<br />
van de natuurlijke afbraak en mogelijkheden<br />
om saneringen gecombineerd aan<br />
te pakken. Havenbedrijf Rotterdam zal als<br />
grootgrondbezitter naar verwachting het<br />
beheer van de grondwaterverontreinigingen<br />
gaan verzorgen. Met de bedrijven wordt<br />
een afkoopregeling <strong>voor</strong> de pluimen in de<br />
ondergrond getroff en. De kosten zullen<br />
aanzienlijk minder bedragen dan wanneer<br />
de bedrijven conform de gevalsgerichte<br />
benadering in de Wet bodembescherming<br />
de verontreinigingen aanpakken.<br />
Alleen de bronnen waar<strong>voor</strong> de kans bestaat<br />
dat ze ooit tot buiten de gebiedsgrens een<br />
onacceptabele verontreinigingssituatie<br />
veroorzaken, worden gesaneerd. Verder<br />
zal een uitgebreid monitoringsprogramma<br />
worden opgezet om vinger aan de pols te<br />
houden gedurende de gebiedsgerichte<br />
aanpak, die 30 jaar zal duren. Een belangrijk<br />
aandachtspunt daarbij is dat een duidelijk<br />
wettelijk toetsingskader om te bezien of<br />
de het gebiedsgerichte grondwaterbeheer<br />
succesvol verloopt, op dit moment nog<br />
ontbreekt.<br />
LITERATUUR<br />
1) Royal Haskoning en TNO (2007). Gebiedsgerichte<br />
aanpak Rotterdamse havengebied. Pilot Botlek.<br />
SKB. Project PP6331.<br />
2) Cramer J. (2008). Brief aan Tweede Kamer over<br />
bodemsanering.<br />
3) Nieuwenhuis R. en H. van Duijne (2008).<br />
MEEUW de rol van MEgasites en steden binnen<br />
de ontwikkeling van het EU Waterbeleid,<br />
deelrapport 2: beheer van grootschalige<br />
grondwaterverontreiniging in relatie tot de<br />
grondwaterrichtlijn. SKB.
Ruben IJpelaar, Waterschap Aa en Maas<br />
Susanne Groot, HKV lijn in water<br />
Mark van de Wouw, Waterschap De Dommmel<br />
De trits van hoogwatergolven<br />
Aa, Dommel en Maas bij<br />
‘s-Hertogenbosch<br />
De hoogwaters van de Maas in 1993 en 1995 veroorzaakten wateroverlast in de<br />
regio ‘s-Hertogenbosch. Meestal lopen de golven van Aa en Dommel <strong>voor</strong> op<br />
de golf van de Maas. WB21-KRW-maatregelen, zoals beekherstel, waterberging<br />
en water vasthouden in bovenlopen, kunnen de afvoergolven van Dommel<br />
en Aa vertragen. Onderzocht is welk eff ect vertraging kan hebben op de<br />
waterstanden bij ‘s-Hertogenbosch en wat de eventueel benodigde verlaging<br />
van de afvoergolven moet zijn om verslechtering van de huidige situatie te<br />
<strong>voor</strong>komen. Uit de studie blijkt dat vertraging van de golven negatieve eff ecten<br />
kan hebben, maar ook dat dit verschilt per historische hoogwaterperiode. Het<br />
toetskader is een rand<strong>voor</strong>waarde bij scenarioberekeningen met een recent<br />
ontwikkelde beslissingsondersteunend systeem.<br />
Afb. 1: Modelweergave van de afvoersituatie rondom ‘s-Hertogenbosch.<br />
Wie beter bekend is met de<br />
cultuur en historie van Brabant<br />
zal niet vreemd opkijken bij<br />
het aanzicht van de A2 bij ‘s-Hertogenbosch<br />
tijdens het hoogwater van de Maas in 1995<br />
(zie foto op pagina 35). Van oudsher kwaken<br />
de kikkers, de ‘Oetels’ op z’n Brabants, in<br />
het natte gebied rondom de stad ‘s-Hertogenbosch,<br />
die tijdens Carnaval omgetoverd<br />
wordt tot ‘Oeteldonk’. Ook de naam van de<br />
dichtbijgelegen plaats Rosmalen verraadt<br />
natte boel. Het is een verwijzing naar de<br />
vroegere, door paarden aangedreven<br />
‘rosmolens’. Tijdens de Spaanse oorlogen in<br />
de 16e en 17e eeuw werd het gebied met<br />
opzet onder water gezet en vervolgens<br />
drooggemalen met rosmolens. Kortom,<br />
historisch en geografi sch gezien is de<br />
platform<br />
omgeving van ‘s-Hertogenbosch een drassig<br />
laaggelegen gebied waar twee rivieren uit<br />
het Brabantse achterland (Aa en Dommel)<br />
samenvloeien en uitmonden in de Maas.<br />
Afbeelding 1 toont een overzicht van de<br />
waterlopen rondom ‘s-Hertogenbosch.<br />
Hoogwatergolven van de Maas, zoals in<br />
januari 1995, zijn maatgevend <strong>voor</strong> de<br />
waterstand die optreedt bij ‘s-Hertogenbosch.<br />
De hoogwatersituaties in oktober<br />
en november 1998, die bij veel regionale<br />
waterbeheerders nog vers in het geheugen<br />
liggen, bezorgden <strong>voor</strong>al wateroverlast in<br />
de beekdalen in ‘het achterland’ van Aa en<br />
Dommel. Bij ‘s-Hertogenbosch waren er toen<br />
geen problemen, omdat de Maas relatief<br />
laag stond, waardoor voldoende kon worden<br />
afgewaterd.<br />
Onder de paraplu van Waterbeheer 21e eeuw<br />
en de Kaderrichtlijn Water worden diverse<br />
maatregelen <strong>voor</strong>bereid, zoals beekherstel,<br />
waterberging en het langer vasthouden van<br />
water. Deze maatregelen leiden in minder<br />
extreme situaties (jaarlijks of eens per tien<br />
jaar) tot een verlaagde en vertraagde afvoer.<br />
Voor extreme situaties is het eff ect van deze<br />
maatregelen minder aantoonbaar 1), .<br />
Het toepassen van deze strategie kan echter<br />
ook tot een toename van wateroverlast<br />
leiden 2) . Onderzoek naar interacties van de<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
33
afvoerpieken in het stroomgebied van de<br />
Overijsselse Vecht 3) toont aan dat vertragen<br />
van afvoergolven uit verschillende stroomgebieden<br />
afwaterend op de Vecht, leidt tot<br />
een verhoging van waterstanden op de<br />
Vecht door een toename in de mate van<br />
samenvallen van de verschillende afvoerpieken.<br />
Bij vertraging van afvoeren in het<br />
stroomgebied is het daarom van belang dat<br />
de afvoerpieken ook voldoende verlagen.<br />
Ook de afvoerpieken van de Aa en de<br />
Dommel worden door WB21-KRWmaatregelen<br />
mogelijk vertraagd. Een<br />
verandering van afvoerregime mag geen<br />
gevolgen hebben <strong>voor</strong> de situatie rondom<br />
‘s-Hertogenbosch (niet afwentelen). Hoge<br />
waterstanden in ‘s-Hertogenbosch worden<br />
veroorzaakt door hoge afvoeren op de Aa<br />
en de Dommel en hoge waterstanden op<br />
de Maas (zie afbeelding 2 en het kader). De<br />
afvoerpieken van de Aa en de Dommel lopen<br />
in het algemeen <strong>voor</strong> op die van de Maas,<br />
hetgeen betekent dat door vertragen van de<br />
afvoer van de Aa en de Dommel, de kans op<br />
samenvallen met de afvoerpiek van de Maas<br />
toeneemt. Hierdoor heeft een verslechtering<br />
plaats ten opzichte van de huidige<br />
situatie <strong>voor</strong> het watersysteem rondom<br />
‘s-Hertogenbosch. Om te <strong>voor</strong>komen dat<br />
vertraging van de Aa en de Dommel leidt tot<br />
hogere waterstanden in ‘s-Hertogenbosch, is<br />
verlaging van de afvoergolven van de Aa en<br />
de Dommel nodig.<br />
Toetskader<br />
Om inzicht te krijgen in de benodigde<br />
verlaging van afvoerpieken om verslechtering<br />
van de huidige situatie in ‘s-Hertogenbosch<br />
te <strong>voor</strong>komen, hebben waterschappen<br />
Aa en Maas en De Dommel HKV opdracht<br />
gegeven een onderzoek uit te voeren 4) . Uit<br />
de resultaten van dit onderzoek kan een<br />
toetskader <strong>voor</strong> WB21-KRW-maatregelen<br />
worden opgesteld.<br />
Voor historische hoogwaterperioden<br />
zijn, aan de hand van berekeningen met<br />
een hydraulisch model (Sobek Rural), de<br />
waterstanden in ‘s-Hertogenbosch bepaald.<br />
Vervolgens zijn de afvoergolven van de<br />
Dommel en de Aa vertraagd, waarbij elke<br />
De afvoer van de Dommel (Waterschap<br />
De Dommel), de Aa (Waterschap Aa en<br />
Maas) en de Zuid-Willemsvaart (Rijkswaterstaat)<br />
komen in ‘s-Hertogenbosch samen<br />
in de Dieze, die via spuisluis Crèvecoeur<br />
uitstroomt in de Maas. De afvoer van de<br />
Dommel bij de Vughterstuw kan (deels) om<br />
‘s-Hertogenbosch heen geleid worden door<br />
het Drongelens kanaal, dat meer benedenstrooms<br />
in de Maas uitmondt en dus<br />
langer onder vrij verval kan lozen bij stuw<br />
Bovenlandse Sluis. Bij hoge waterstanden in<br />
de Maas kan Crèvecoeur worden gesloten,<br />
zodat ‘s-Hertogenbosch beschermd is. De<br />
bediening van Crèvecoeur (automatisch,<br />
maar in geval van nood handmatig) is<br />
medebepalend <strong>voor</strong> de waterstanden in<br />
‘s-Hertogenbosch.<br />
34 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Afb. 2: Verloop afvoeren en waterstanden rondom ‘s-Hertogenbosch tijdens twee historische hoogwaterperioden.<br />
willekeurige combinatie van vertraging van<br />
de Aa en de Dommel met 0, 1, 3, 6, 9, 12 en<br />
24 uur is bekeken. Bepaald is welke verlaging<br />
nodig is om de waterstanden in ‘s-Hertogenbosch<br />
hetzelfde te houden.<br />
Eff ect vertragen<br />
Aan de hand van gemeten afvoeren en<br />
berekende waterstanden op de Maas zijn<br />
38 hoogwaterperioden in 23 hydrologische<br />
jaren doorgerekend. Voor deze perioden<br />
is bepaald wat de waterstanden zijn bij<br />
vertragen van de Aa en/of de Dommel<br />
en, als de waterstand in ‘s-Hertogenbosch<br />
stijgt, wat de benodigde verlaging van de<br />
afvoerpiek van de vertraagde beek moet zijn<br />
om de huidige waterstanden te handhaven.<br />
Voor twee hoogwaterperioden worden<br />
de resultaten beschreven, omdat deze<br />
resultaten het meest aansprekend zijn:<br />
• januari 2003, waarin vertragen van de Aa<br />
en/of Dommel negatieve gevolgen heeft<br />
op de waterstand in ‘s-Hertogenbosch<br />
(afvoergolf Maas volgt op Dommel en Aa);<br />
• december 1993, waarin vertragen van de<br />
Aa en/of Dommel positieve gevolgen heeft<br />
op de waterstand in ‘s-Hertogenbosch.<br />
(afvoergolf Dommel en Aa volgt op Maas).<br />
Afbeelding 2 geeft de verlopen van de<br />
afvoeren op de Aa en de Dommel en de<br />
waterstand op de Maas in de genoemde<br />
hoogwaterperioden. De tabel toont een<br />
nadere analyse van de berekeningsresultaten<br />
<strong>voor</strong> 2003. In 2003 lopen de afvoergolven<br />
van de Aa en de Dommel drie tot vier dagen<br />
<strong>voor</strong> op de Maas. Vertragen van de afvoer<br />
op de Aa en/of de Dommel zorgt er dus <strong>voor</strong><br />
dat deze meer samenvalt met de Maas en<br />
de waterstand in ‘s-Hertogenbosch hoger<br />
wordt (maximaal 21 cm, zie kolom ‘verschil<br />
met referentie’ in de tabel op de volgende<br />
pagina). De benodigde verlaging van de<br />
piekafvoer loopt op tot 30 procent om<br />
vertraging van de Dommel te compenseren<br />
en tot meer dan 30 procent om vertraging<br />
van de Aa volledig te compenseren. In 1993<br />
loopt de afvoergolf op de Maas ongeveer<br />
vijf dagen <strong>voor</strong> op de Aa en de Dommel en<br />
daalt de waterstand in ‘s-Hertogenbosch als<br />
gevolg van vertragen (24 uur vertragen van<br />
Dommelgolf resulteert in vijf centimeter<br />
daling). Voor deze periode is daarom geen<br />
verlaging van de piekafvoer nodig bij<br />
vertraging.<br />
De gevolgen van vertragen van de afvoerpieken<br />
van de Aa en/of de Dommel <strong>voor</strong><br />
de waterstanden in ‘s-Hertogenbosch<br />
verschillen sterk per hoogwaterperiode,
Ondergelopen A2 bij ‘s-Hertogenbosch bij hoogwater Maas in januari 1995.<br />
waardoor ook de benodigde verlaging<br />
verschilt per periode. In circa 60 procent<br />
van de beschouwde perioden stijgt de<br />
waterstand in ‘s-Hertogenbosch niet als<br />
gevolg van vertragen van de Aa of de<br />
Dommel. In twee van de vijf gebeurtenissen<br />
die tot de hoogste waterstanden leiden,<br />
neemt de waterstand in ‘s-Hertogenbosch<br />
echter signifi cant toe (maximaal 21 cm, zie<br />
tabel) bij vertragen van de afvoergolven<br />
met 24 uur. Dit is minder dan tien procent<br />
van de beschouwde hoogwaterperioden,<br />
maar betekent wel dat bij vertragen van de<br />
afvoergolven maatregelen genomen moeten<br />
worden om verhoging van de waterstanden<br />
in ‘s-Hertogenbosch te <strong>voor</strong>komen. Voor de<br />
meest extreme periode die is bemeten, 1995,<br />
is geen signifi cante verslechtering geconstateerd.<br />
Conclusies<br />
De invloed van vertraging van de Aa en<br />
de Dommel is variabel doordat deze sterk<br />
afhankelijk is van de vorm van de afvoergolf<br />
en zijn samenhang met hoogwater op de<br />
Maas. De benodigde afvoerverlaging bij<br />
vertraging van de Dommel en/of de Aa<br />
kan echter aanzienlijk zijn. Dit maakt een<br />
zorgvuldige analyse van de precieze eff ecten<br />
van inrichtingsvarianten van de Dommel<br />
en de Aa in het kader van WB21-KRW<br />
nood zakelijk.<br />
Waterstanden en indicatief benodigde verlaging als gevolg van vertragen Aa en Dommel, berekeningsresultaten<br />
hoogwaterperiode 2003.<br />
scenario’s maximale<br />
waterstand verschil met<br />
vertragen verlagen ‘s-Hertogenbosch referentie<br />
(uur) (%) (m +NAP) (cm)<br />
referentie 0 0 4,01<br />
Aa apart 24 0 4,09 +8<br />
24 30 4,04 +3<br />
Dommel apart 24 0 4,18 +17<br />
24 30 4,00 -1<br />
Dommel en Aa samen 24 0 4,22 +21<br />
24 30 4,04 +3<br />
12 10 4,08 +7<br />
12 20 4,01 0<br />
platform<br />
• Vertraging van afvoergolven Aa en/of<br />
Dommel kan negatieve invloed hebben op<br />
de waterstanden in ‘s-Hertogenbosch. De<br />
WB21-trits vasthouden-bergen-afvoeren<br />
mag niet blindelings worden toegepast<br />
<strong>voor</strong> iedere maatregel in het watersysteem;<br />
• De volgorde van afvoerpieken<br />
van Dommel, Aa en Maas kan pér<br />
hoog watersituatie verschillen. Investeringen<br />
in <strong>voor</strong>spellingsmodellen en<br />
informatie systemen zijn noodzakelijk<br />
om maatregelen ter bescherming van<br />
hoogwater adequaat in te zetten. Het<br />
recent ontwikkelde beslissingsondersteunende<br />
systeem Dommel en Aa is hiervan<br />
een goed <strong>voor</strong>beeld 5) .<br />
LITERATUUR<br />
1) Vergouwe N., H. Niewold, N. ten Heggeler en<br />
J. Tempelaars (2007). Beekherstel in Brabant, enkele<br />
eff ecten op het afvoerpatroon. H 2O nr. 6,<br />
pag. 52-55.<br />
2) Medenblik J., B. de Graaff en C. Oosterhoff (2008).<br />
Meanderende Regge. H 2O nr. 21, pag. 14-16.<br />
3) Monincx S., P. Termes en G. Tromp (2006). Regie<br />
afvoerpieken noodzakelijk om problemen op<br />
Overijsselse Vecht te <strong>voor</strong>komen. H 2O nr. 23,<br />
pag. 44-47.<br />
4) Groot S. en J. Udo (2008). Samenhang afvoergolven<br />
Aa, Dommel en Maas - Benodigde verlaging bij<br />
vertraging van de Aa en de Dommel. HKV lijn in<br />
water.<br />
5) Van de Wouw M., J. de Bijl, K. van Heeringen<br />
en M. Nieuwenhuis (2008). Voorspelling<br />
‘s-Hertogenbosch komt precies uit!?. H 2O nr. 25/26,<br />
pag. 20-21.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
35
agenda<br />
25 <strong>maart</strong>, Nieuwegein -<br />
Waterbouw<br />
jaarlijkse conferentie over ontwikkelingen<br />
in de waterbouw, met aandacht <strong>voor</strong><br />
de verwerking van de adviezen van de<br />
Deltacommissie, de vraag welke projecten<br />
sneller zullen worden uitgevoerd en wat <strong>voor</strong><br />
projecten er nog aan komen.<br />
Organisatie: Nederlands Instituut <strong>voor</strong> de<br />
Bouw.<br />
Informatie: Roland Classen (040) 297 48 83.<br />
25-26 <strong>maart</strong>, Rotterdam -<br />
Bodem<br />
tweedaagse conferentie over de bodem<br />
en alles wat daarbij hoort: Nederlands<br />
en Europees beleid, grondwaterbeheer,<br />
bodemkwaliteit, verontreiniging, etc. De<br />
eerste dag staat in het teken van actuele<br />
ontwikkelingen, de tweede dag is meer op<br />
de praktijk gericht met onder andere een<br />
bijdrage van watergraaf Peter de Glas over de<br />
mogelijkheden van gebiedsgericht grondwaterbeheer.<br />
Organisatie: Studiecentrum <strong>voor</strong> Bedrijf en<br />
Overheid.<br />
Informatie: (040) 297 49 80 of<br />
www.bodemconferentie.nl.<br />
26 <strong>maart</strong>, Arnhem -<br />
Inspecties waterkeringen<br />
zesde kennisdag over verschillende manieren<br />
om waterkeringen te inspecteren, met onder<br />
meer de presentatie van de eerste resultaten<br />
van de inventarisatie van het project<br />
‘Verbetering Inspecties Waterkeringen 2’ en<br />
de eindresultaten van het macrostabiliteitsprogramma<br />
van de IJkdijk.<br />
Organisatie: STOWA, Rijkswaterstaat en het<br />
ministerie van Verkeer en Waterstaat.<br />
Informatie: www.inspectiewaterkeringen.nl<br />
of mevrouw Gerssen (030) 232 11 99.<br />
26 <strong>maart</strong>, Delft -<br />
Nitrogen removal and recovery<br />
from water and wastewater<br />
de laatste ontwikkelingen op het gebied<br />
van biologische processen <strong>voor</strong> het zuiveren<br />
van (afval)water en het terugwinnen van<br />
bruikbare stoff en <strong>voor</strong> hergebruik.<br />
Organisatie: Nederlands Biotechnologische<br />
Vereniging en UNESCO-IHE.<br />
Informatie: Vera Schouten (015) 212 29 21 of<br />
v.schouten@unesco-ihe.org.<br />
26 <strong>maart</strong>, Rotterdam -<br />
Recht op schoon water en<br />
sanitatie<br />
interactieve bijeenkomst ter ere van Wereldwaterdag<br />
waarin een oproep wordt gedaan<br />
om de krachten te bundelen om de toegang<br />
<strong>voor</strong> schoon water en sanitatie <strong>voor</strong> kinderen<br />
wereldwijd te verbeteren.<br />
Organisatie: Unicef, Aqua for All en NWP.<br />
Informatie: wereldwaterdag@unicef.nl,<br />
wash@nwp.nl en s.ernes@aquaforall.nl.<br />
36 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
27 <strong>maart</strong>, Utrecht -<br />
Deltacommissie<br />
congres over de wetenschappelijke achtergronden<br />
van het rapport van de Deltacommissie.<br />
Organisatie: Nederlandse Vereniging van<br />
Beroepsmeteorologen.<br />
Informatie: pelkwijk@knmi.nl.<br />
2 april, Rotterdam -<br />
4e Nationale Conferentie<br />
Gebiedsontwikkeling<br />
dit jaar staat deze conferentie in het teken<br />
van de kredietcrisis. Wordt er nog wel<br />
ontwikkeld? En hoe dan? Verder komen de<br />
laatste ontwikkelingen en trends in gebiedsontwikkelend<br />
Nederland aan de orde.<br />
Organisatie: Nederlands Instituut <strong>voor</strong> de<br />
Bouw.<br />
Informatie:<br />
www.bouw-instituut.nl/gebiedsontwikkeling.<br />
7 en 8 april, Rotterdam -<br />
Toepasbare watertechnologie<br />
in het zuiden<br />
congres waarbij gezocht wordt naar een<br />
wetenschappelijk antwoord op de vraag<br />
hoe het in het zuiden van de wereld met de<br />
water<strong>voor</strong>raad gesteld is, wat de behoeften<br />
zijn en hoe daaraan voldaan kan worden én<br />
welke technologie daar<strong>voor</strong> bruikbaar is.<br />
Organisatie: Water <strong>voor</strong> Afrika.<br />
Informatie: www.wataf.org.<br />
12 mei, Amersfoort -<br />
Dé vernieuwende kijk op water<br />
seminar in het kader van het 750-jarig<br />
bestaan van Amersfoort over de nieuwste<br />
kennis en ontwikkelingen rondom waterveiligheid<br />
en wateroverlast.<br />
Organisatie: HydroLogic.<br />
Informatie: www.hydrologic.nl.<br />
12 mei, Zeist -<br />
Asset management in de<br />
watersector<br />
congres over wat asset management<br />
eigenlijk is en welke kansen en mogelijkheden<br />
asset management biedt <strong>voor</strong> de<br />
watersector.<br />
Organisatie: Grontmij en Zeven Deugden<br />
Advies & Management.<br />
Informatie: Eveline van der Linde,<br />
eveline.vanderlinde@grontmij.nl of<br />
www.assetwatermanagement.nl.<br />
13 mei, Rotterdam -<br />
Juridische update <strong>voor</strong> de<br />
watersector<br />
bijeenkomst over nieuwe regels en wetten<br />
<strong>voor</strong> de watersector en hun consequenties<br />
<strong>voor</strong> de dagelijkse praktijk.<br />
Organisatie: SBO.<br />
Informatie: (040) 297 49 80 of www.sbo.nl.<br />
14 mei, Bunnik -<br />
Legionellaveilig en<br />
milieuverantwoord beheren<br />
van klimaatinstallaties<br />
seminar over beheer en waterbehandeling<br />
bij koeltorens naar aanleiding van de<br />
legionellabesmetting vanuit een koeltoren<br />
in Amsterdam in 2006 waarbij drie mensen<br />
overleden.<br />
Organisatie: ISSO.<br />
Informatie: www.isso.nl.<br />
14 mei, Rotterdam -<br />
De groene versnellinmg in<br />
water, aarde en samenleven<br />
<strong>2009</strong><br />
vervolg op een reeks bijeenkomsten over de<br />
ernst en de consequenties van de klimaatverandering.<br />
Deze keer staat de vraag centraal<br />
wat er nú moet gebeuren. Van denken<br />
naar doen, van uitdagingen naar concreet<br />
toepassen in de praktijk.<br />
Organisatie: BlomBerg Instituut.<br />
Informatie: www.wateraardesamenleven.nl.<br />
5 juni, Scheveningen -<br />
Klimaat in water en ruimte<br />
congres over de veiligheid en leefbaarheid<br />
van Nederland, met aandacht <strong>voor</strong> de<br />
uitwerking van het rapport van de Deltacommissie,<br />
de fi nanciering van waterprojecten<br />
en het Nationaal Waterplan.<br />
Organisatie: Studiecentrum <strong>voor</strong> Bedrijf en<br />
Overheid.<br />
Informatie: www.sbo.nl.<br />
11 juni, Apeldoorn -<br />
Riolering<br />
jubileumcongres naar aanleiding van het<br />
15-jarig bestaan van het vakblad Riolering,<br />
met aandacht <strong>voor</strong> afvalwater en hemel-,<br />
grond- en oppervlaktewater, inrichting en<br />
beheer van de openbare ruimte inclusief<br />
beheer van de riolering en het gemeentelijk<br />
beleid op deze punten.<br />
Organisatie: Holapress.<br />
Informatie: (040) 208 60 52 of<br />
www.nationaalcongresriolering.net.<br />
15-19 juni, Delft -<br />
Baggeren en reclamatie<br />
seminar over baggeren en reclamatie,<br />
bestemd <strong>voor</strong> (toekomstige) beleidsmakers<br />
en hun adviseurs bij overheden, havenautoriteiten,<br />
off shore-bedrijven en andere organisaties<br />
die baggerprojecten uitvoeren.<br />
Organisatie: International Association of<br />
Dredging Companies, in samenwerking met<br />
UNESCO-IHE.<br />
Informatie: (070) 352 33 34 of<br />
cammel@iadc-dredging.com.<br />
18 juni, Arnhem -<br />
Nieuwe sanitatie<br />
bijeenkomst over de behoeften op<br />
sanitatie gebied in ontwikkelingslanden<br />
en de <strong>voor</strong>waarden <strong>voor</strong> een succesvolle<br />
samenwerking tussen waterschappen en<br />
ontwikkelings organisaties.<br />
Organisatie: Aqua for All en STOWA.<br />
Informatie: www.stowa.nl.
25 juni, Utrecht -<br />
Industrieel water<br />
zevende editie van dit jaarcongres. Deze keer<br />
komt de steeds strenger worden wet- en<br />
regelgeving aan de orde, zoals de Europese<br />
Kaderrichtlijn Water, Nieuwe Waterwet en<br />
lozingsbesluiten. Nieuw dit jaar zijn negen<br />
praktijklezingen.<br />
Organisatie: Euroforum en Aqua Nederland.<br />
Informatie: (040) 297 48 21.<br />
9 september, Rotterdam -<br />
Spiegeldag<br />
gebiedsontwikkeling<br />
jaarlijkse bijeenkomst waarop nu gebiedsontwikkeling<br />
centraal staat, met de<br />
presentatie van de uitkomsten van het<br />
zesjarige programma Vernieuwend Ruimtegebruik<br />
en het Praktijkboek Gebiedsontwikkeling<br />
NederLandBovenWater II.<br />
Organisatie: Habiforum.<br />
Informatie: (070) 364 87 03 of www.rostra.nl.<br />
6-9 oktober, ‘s-Hertogenbosch -<br />
Riolering en stedelijk<br />
watermanagement<br />
vakbeurs over riolering en stedelijk watermanagement.<br />
Organisatie: Holapress.<br />
Informatie: (040) 208 60 43 of<br />
www.vakbeursriolering.net.<br />
18-20 november, Assen -<br />
Grond, groen en water<br />
nieuwe vakbeurs die zich richt op alle<br />
facetten van de GWW-markt, met onder meer<br />
aandacht <strong>voor</strong> watermanagement en het<br />
zuiveren van waterstromen op grote én op<br />
kleine schaal.<br />
Organisatie: Expo Management.<br />
Informatie: Johan Wolters,<br />
jwolters@expo-management.nl.<br />
Buitenland<br />
The UNESCO-IHE Institute for Water Education offers post-graduate<br />
MSc courses and PhD research programmes in Delft, The Netherlands,<br />
and carries out research and capacity building projects all over the world.<br />
The mission of UNESCO-IHE is to contribute to the education and training<br />
of professionals and to build the capacity of sector organisations, knowledge<br />
centres and other institutions active in the fields of water, the environment<br />
and infrastructure in developing countries and countries in transition.<br />
Within this mission the Department of Urban Water and<br />
Sanitation is active in the fields of water supply engineering and<br />
sanitary engineering. The department wishes to appoint a:<br />
(Senior) Lecturer in<br />
Water Supply Engineering (m/f)<br />
and a:<br />
(Senior) Lecturer in Sanitary/<br />
Wastewater Engineering (m/f)<br />
Tasks and responsibilities include developing new educational<br />
materials, including innovative learning products (i-learning),<br />
lecturing in the MSc Programme in Municipal Water and<br />
Infrastructure, active participation in research, including the<br />
mentoring of MSc and PhD students, and the acquisition and<br />
execution of capacity building projects.<br />
The complete advertisement text can be found on our website<br />
www.unesco-ihe.org/about/vacancies. Additional information can be<br />
obtained from Mr. J.H. Koster, Head of the Department of Urban Water<br />
and Sanitation tel: +31 15 2151750.<br />
30 <strong>maart</strong>-3 april, Berlijn -<br />
Wasser Berlin<br />
13e editie van deze internationale<br />
waterbeurs, die de vorige keer 550 bedrijven<br />
en ongeveer 26.000 bezoekers trok. Het<br />
congresprogramma omvat een 23-tal<br />
symposia en workshops over onderwerpen<br />
die de gehele waterketen dekken.<br />
Organisatie: Messe Berlin.<br />
Informatie: www.wasser-berlin.de.<br />
advertentie<br />
agenda<br />
16-22 augustus, Stockholm -<br />
World Water Week<br />
jaarlijks terugkerende internationale<br />
bijeenkomst van beleidsmakers van alle<br />
continenten over actuele watervraagstukken,<br />
met nu speciale aandacht <strong>voor</strong> grensoverschrijdende<br />
rivieren.<br />
Organisatie: Stockholm International Water<br />
Institute.<br />
Informatie: www.worldwaterweek.org.<br />
10-12 november, Hamburg -<br />
Acqua alta <strong>2009</strong><br />
vierde editie van deze beurs en conferentie<br />
over de consequenties van de klimaatverandering<br />
en bescherming tegen hoog water.<br />
Organisatie: Hamburg Messe.<br />
Informatie: www.acqua-alta.de.<br />
18-20 november, China -<br />
Water Expo China<br />
jaarlijkse beurs waar bedrijven en landen hun<br />
waterexpertise tentoonspreiden. Gelijktijdig<br />
wordt de vierde Water Summit Conference<br />
gehouden. Ook wordt tijdens de beurs<br />
aandacht besteedt aan het 60-jarig bestaan<br />
van de Volksrepubliek China.<br />
Organisatie: Messe Frankfurt.<br />
Informatie: www.waterexpochina.com.<br />
H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
37
handel & industrie<br />
Volautomatische awzi <strong>voor</strong> zonnecellenproducent<br />
EnviroChemie uit Haarlem heeft een volautomatische industriële afvalwaterzuiveringsinstallatie<br />
gebouwd <strong>voor</strong> en geleverd aan de Heerlense zonnecellenfabrikant<br />
Solland Solar. Bij de productie van zonnecellen komt zwaar vervuild fl uoridezuurhoudend<br />
afvalwater vrij. Door de juiste techniek met het juiste proces te<br />
combineren kan het bedrijf het afvalwater nu schoon en milieuvriendelijk lozen.<br />
Het Nederlands-Duitse Solland Solar heeft<br />
speciaal <strong>voor</strong> de uitbreiding een extra<br />
productiehal laten bouwen op het Duitse<br />
deel van het bedrijventerrein Avantis, tussen<br />
De afvalwaterzuiveringsinstallatie bij Solland Solar.<br />
Algentechnologie zuivert water<br />
38 H 2O / 6 - <strong>2009</strong><br />
Heerlen en Aken. Het bedrijf kan dankzij<br />
de nieuwe afvalwaterzuiveringsinstallatie<br />
op jaarbasis 170 MWp aan zonnecellen<br />
produceren. Dat was 60 MWp.<br />
Ingenieursbureau Witteveen+Bos en algenspecialist Ingrepro uit Borculo<br />
ontwikkelen momenteel samen een nieuw type waterzuivering om afvalwater<br />
bij bedrijven en waterschappen met behulp van gekweekte algen op een<br />
duurzame manier te zuiveren: het Algeapro-concept.<br />
Het Algeapro-concept produceert energie en<br />
levert duurzame producten op die uit algen<br />
kunnen worden gewonnen. Tevens wordt<br />
veel kooldioxide gefi xeerd, waardoor het<br />
proces kooldioxide-neutraal is.<br />
Volgens het cradle-to-cradle-principe<br />
worden reststromen, zoals afvalwater en<br />
organisch afval, als ‘voeding’ gezien in plaats<br />
van afval. Algen kunnen deze afvalstoff en<br />
omvormen tot hoogwaardige biomassa,<br />
biodiesel of energie. Samen met bedrijven en<br />
waterschappen zoeken de organisaties naar<br />
oplossingen <strong>voor</strong> hun afvalwaterproblemen.<br />
Inmiddels vinden gesprekken plaats met<br />
diverse partijen om een Algeapro-systeem<br />
op semi-praktijkschaal te gaan testen.<br />
Witteveen+Bos en Ingrepro ondertekenden<br />
recent een intentieovereenkomst om het<br />
concept gezamenlijk in de praktijk verder te<br />
ontwikkelen en te optimaliseren en op korte<br />
termijn op te schalen naar een economisch<br />
rendabele schaal. Door de krachten te<br />
bundelen wordt de kennis op het gebied van<br />
afvalwaterbehandeling, energieopwekking<br />
en algenkweek gebundeld. Binnen het<br />
concept zal Witteveen+Bos onder andere<br />
zorgdragen <strong>voor</strong> de engineering en projectcoördinatie<br />
en Ingrepro zal specialistische<br />
kennis leveren omtrent het kweken van<br />
algen.<br />
Voor meer informatie: Wilbert Menkveld van<br />
Witteveen+Bos (0570) 69 74 19 of Wim Zegers van<br />
Ingrepro (0545) 27 59 46.<br />
Gedroogde algen.<br />
Bij de nieuwe zonnecellenproductielijn komt<br />
circa elf kubieke meter afvalwater per uur vrij.<br />
In de nieuwe awzi wordt het water vanuit de<br />
buff ertank naar de reactoren gepompt. In<br />
de pH-controlereactor wordt de zuurgraad<br />
gecontroleerd en kan het water egaliseren.<br />
In de precipitatietank worden calciumhoudende<br />
stoff en toegevoegd om het<br />
fl uoride uit het afvalwater te laten neerslaan<br />
als calciumfl oride en om de zuurgraad van<br />
het water te neutraliseren. In de laatste<br />
reactor wordt polyelectroliet toegevoegd<br />
om de microvlokken te laten samenklonteren.<br />
Het <strong>voor</strong> gezuiverde water stroomt<br />
vervolgens naar de sedimentatietank waar<br />
het slib zich door bezinking van het water<br />
scheidt. Na indikking wordt het slib, <strong>voor</strong><br />
verdere ontwatering, in een volautomatische<br />
fi lterpers gepompt.<br />
“We verwachten dat de installatie niet<br />
meer dan een uur per dag aan bediening<br />
nodig heeft. Zo kan ons personeel zich<br />
bezighouden met onze kerntaak: het<br />
produceren van zonnecellen”, aldus senior<br />
projectleider Peter de Zoeten.<br />
Voor meer informatie: (023) 534 54 05 of<br />
www.envirochemie.nl.<br />
Prijsvraag<br />
Poly Products uit Werkendam, producent<br />
van hoogwaardige vezelversterkte kunststof<br />
producten <strong>voor</strong> onder meer de waterindustrie,<br />
bestaat 40 jaar. Het bedrijf viert dat<br />
met een prijsvraag.<br />
Poly Products nodigt ontwerpers, technici<br />
en architecten uit om <strong>voor</strong> 31 <strong>maart</strong> een<br />
omschrijving of tekening in te zenden <strong>voor</strong><br />
een product of idee dat tot nu toe nooit<br />
in de praktijk is uitgevoerd. Het winnende<br />
ontwerp wordt door de ontwerpers van<br />
Poly Products verder uitgewerkt, als het<br />
mogelijk is tot een prototype, tot een totale<br />
waarde van 10.000 euro.<br />
Op de internetpagina van het bedrijf<br />
is onder ‘Constructief en creatief met<br />
composiet’ meer informatie over deze<br />
prijsvraag te vinden.<br />
Voor meer informatie: (0183) 50 71 50 of<br />
www.polyproducts.nl.
PART-TIME PROFESSORSHIP (0,3 FTE) IN INTEGRATION<br />
AND INNOVATION IN THE URBAN WATER CYCLE<br />
The Department of Water Management of the Faculty of Civil Engineering and Geosciences of Delft University of<br />
Technology (DUT) announces the following vacant professorship in integration and innovation in the urban water cycle.<br />
The Department has responsibility for the following disciplines: Hydrology, Water<br />
resources management, Drinking water engineering, Sewerage and Wastewater<br />
engineering and has organized its activities into two sections, i.e Water resources<br />
engineering and Sanitary Engineering. Teaching is organized as part of DUT’s<br />
MSc-program in Civil Engineering, where the department offers the MSc<br />
specialization in Water Management. The Department is also offering a PhD program<br />
in this area.<br />
The Professorship will be primarily responsible for research in the integral and<br />
innovative design and management of the urban water cycle.<br />
The Department works closely together with UNESCO-IHE (Department of Water<br />
Supply and Sanitation), both in the research and education.<br />
The successful applicant must be able to document his/her research qualifications in<br />
important fields within the discipline. His/her individual work must document scientific<br />
expertise in one or more parts of the discipline. Serious consideration will be<br />
given to the candidate’s ability to supervise and initiate research and development<br />
work. Applicants are challenged to write a small paper on their views on the future<br />
development of the urban water cycle and the potential role of the chair in this field.<br />
This small paper should not exceed 4 pages, and should be submitted together with<br />
the application letter.<br />
Als jonge, dynamische en toonaangevende onderneming zijn wij op zoek naar een<br />
ambitieuze<br />
Waterzuiveringspecialist<br />
Jouw functie<br />
Jij geeft als pionier invulling aan deze nieuwe, commerciële functie binnen de Aquatec<br />
divisie.<br />
Zowel binnen de Benelux als daarbuiten ben je omzetverantwoordelijk <strong>voor</strong> onze<br />
waterzuiveringproducten. Je bent een ervaren professional met een gedegen kennis op<br />
het waterzuiveringvakgebied en beschikt over een sales drive die gemotiveerd wordt door<br />
de kansen en uitdagingen in de markt.<br />
Voor deze functie geldt<br />
De sterke groei die wij momenteel doormaken vraagt om een actieve, stabiele en<br />
flexibele inzet die <strong>voor</strong> jou volop groeikansen biedt. Naast het Nederlands beheers je<br />
ook het Engels in woord en geschrift, beheersing van het Duits of Frans is een<br />
waardevolle pré.<br />
Ons aanbod<br />
Wij bieden je een leuke baan <strong>voor</strong> 40 uur per week in een dynamisch, professioneel en<br />
informeel bedrijf met ruime verantwoordelijkheden en kansen. Daarnaast bieden we je<br />
goede primaire en secundaire arbeids<strong>voor</strong>waarden die passen bij de functie. Ongeacht<br />
wie je bent, maak je jouw keuzes van alledag die uniek zijn <strong>voor</strong> jezelf, gezin en werk.<br />
Wij bieden je alle <strong>voor</strong>delen en de onbeperkte mogelijkheden <strong>voor</strong> professionele en<br />
persoonlijke ontwikkeling die bij deze keuzes passen.<br />
Graag ontvangen we binnen twee weken jouw CV met motivatie en misschien ben jij<br />
binnenkort onze nieuwe collega.<br />
Jouw sollicitatie kun je sturen aan:<br />
kijk ook op<br />
www.lansdownechemicals.com<br />
Ambitieus?<br />
Lansdowne Chemicals Europe B.V.<br />
t.a.v. de heer D. Schravemade<br />
Rivium Oostlaan 45 A<br />
2909 LL Capelle aan den IJssel<br />
Danny.schravemade@lansdownechemicals.nl<br />
Also consideration will be given to the candidate’s pedagogic skills. Evaluation of the<br />
applicants will be based on documented pedagogic material, including education/<br />
training, the presentation of academic and professional work, and experiences<br />
from supervising masters-level and doctoral students, and teaching. The evaluation<br />
will consider both the quality and the scope of the pedagogic track record of the<br />
applicant.<br />
The Professor is to be jointly responsible for disciplinary matters together with the<br />
professors on Drinking water engineering, Sewerage and Wastewater engineering.<br />
It is assumed that newly-employed staff in academic positions who do not already<br />
speak Dutch will obtain within three years knowledge of Dutch.<br />
DUT promotes women researchers in all strategic areas of the university and women<br />
are therefore strongly encouraged to apply.<br />
Applicants are asked to submit their application letter, vision paper, CV and<br />
supporting documentation, including list of publications, before May 1, <strong>2009</strong><br />
to Professor Hans van Dijk, Chair of the Nomination Committee Integration and<br />
Innovation in the Urban Water Cycle, PO Box 5048, 2600 GA Delft (j.c.vandijk@<br />
tudelft.nl). A profile report is available. The applicants who have been short-listed<br />
will be invited for interviews and a demonstration of their pedagogical ability and<br />
research views in the form of a trial lecture in June <strong>2009</strong>.<br />
Lansdowne Chemicals Europe B.V. is een jong,<br />
dynamisch bedrijf dat sinds 2005 operationeel is in<br />
Nederland en daarbuiten. Het bedrijf wordt geleid door<br />
jonge en ambitieuze mensen. Als groep producerenen<br />
distribueren wij verschillende “feed en food”<br />
producten, aromachemicals, waterzuiveringsproducten<br />
en chemicaliën. Deze verkopen wij naar<br />
gerenommeerde klanten in Europa en daarbuiten.<br />
Veiligheid, Gezondheid & Milieu<br />
staan bij ons hoog in het<br />
vaandel. Lansdowne beheert<br />
haar mondiale operaties<br />
met zorg <strong>voor</strong> de<br />
gezondheid en veiligheid<br />
van mens, dier en milieu en<br />
met een inzet <strong>voor</strong> duurzame<br />
ontwikkeling.
KWR: kennisinstituut<br />
<strong>voor</strong> de watercyclus<br />
Met een krachtige historie in drinkwateronderzoek<br />
en een open vizier<br />
naar de water problemen van nu<br />
en de toekomst, verbreedt KWR<br />
(<strong>voor</strong>heen Kiwa Water Research)<br />
zijn activiteiten naar de hele watercyclus.<br />
Dit doen we <strong>voor</strong> diverse<br />
organisaties zoals waterbedrijven,<br />
waterschappen, gemeenten,<br />
bedrijfsleven, Provincies en Rijk.<br />
Watercycle Research Institute<br />
KWR helpt de watersector uitdagingen te signa leren<br />
en levert middelen en innovatieve strategieën om<br />
succesvolle oplossingen te realiseren.<br />
Met onze uitgebreide nationale en internationale<br />
kennisnetwerken en door de ontwikkeling van toepasbare<br />
wetenschappelijke inzichten slaan we een<br />
brug tussen wetenschap, bedrijfsleven en samen -<br />
leving. Daarmee maakt KWR topkennis beschikbaar<br />
<strong>voor</strong> de hele watersector. Zodat we gezond, duurzaam,<br />
<strong>voor</strong>uitstrevend en effi ciënt met water om<br />
kunnen blijven gaan. Nu en in de toekomst!<br />
Kijk <strong>voor</strong> meer informatie op www.kwrwater.nl<br />
of bel 030 60 69 511.