omgaan met ouders - De Algemene Onderwijsbond
omgaan met ouders - De Algemene Onderwijsbond
omgaan met ouders - De Algemene Onderwijsbond
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
straks<br />
Straksvoordeklas Tijdschrift voor studenten op lerarenopleidingen<br />
Een uitgave van de <strong>Algemene</strong> <strong>Onderwijsbond</strong> • Mei 2005<br />
Kopspijkerscabaretiers:<br />
“Lesgeven is de eerste<br />
jaren heel erg eng”<br />
Lukt het<br />
een beetje?<br />
Beginners worden<br />
gecoacht<br />
9<br />
tips<br />
Omgaan <strong>met</strong> <strong>ouders</strong><br />
gratis
advertentie zilverenkrius
Inhoud<br />
4. Nieuws<br />
Werkloosheid onder beginnende<br />
docenten daalt<br />
7. Enquête-uitslag<br />
Minder dan tien uur les bij tweederde<br />
van de lerarenopleidingen<br />
<strong>De</strong> redactie van Straksvoordeklas wordt graag op<br />
de hoogte gehouden van nieuws en initiatieven<br />
op alle opleidingen. Stuur je tips en suggesties<br />
voor artikelen naar Straksvoordeklas,<br />
Postbus 2875, 3500 GW Utrecht of mail naar<br />
straksvoordeklas@aob.nl<br />
COLOFON<br />
Straksvoordeklas<br />
Straksvoordeklas is een uitgave van de<br />
<strong>Algemene</strong> <strong>Onderwijsbond</strong><br />
Jaarbeursplein 22, Utrecht<br />
Postadres: Postbus 2875, 3500 GW Utrecht<br />
Telefoon: 0900 463 62 62<br />
Straksvoordeklas verschijnt vier maal<br />
per jaar in een oplage van 40.000 exemplaren<br />
en wordt gratis verspreid op alle pabo’s,<br />
lerarenopleidingen vo/bve en de universitaire<br />
lerarenopleidingen.<br />
Straksvoordeklas wordt mede mogelijk<br />
gemaakt door Het Zilveren Kruis.<br />
Uitgever: Robert Sikkes<br />
Hoofd- en eindredactie: Yvonne van de Meent<br />
Website: Han van Almere<br />
Medewerkers aan dit nummer: Lisette Douma,<br />
Richard Hassink, Els Heuts, Hanne Obbink,<br />
Eva Prins, Rineke Wisman en Wijze Wies.<br />
Foto’s: Joost Grol en Rob Niemantsverdriet<br />
Grafisch ontwerp: Typetank, Ivo de Boer,<br />
René van den Berg en Peter van Dorst,<br />
www.typetank.nl<br />
Druk: Senefelder Misset, Doetinchem<br />
Advertentie-exploitatie: VVP, Verenigde<br />
Periodieken, Postbus 433, 2040 AK Zandvoort,<br />
023 571 93 34, vvp.vp@planet.nl<br />
8. Kopspijker-cabaretiers<br />
“Lesgeven is de eerste jaren heel erg eng”<br />
10. Hype<br />
<strong>De</strong> doorbraak van de Daltonmaniertjes<br />
12. Lukt het een beetje?<br />
Coaches moeten beginnende docenten<br />
binnenboord houden<br />
16. 9 tips<br />
Omgaan <strong>met</strong> <strong>ouders</strong><br />
18. Broer en zus<br />
Marna & Olav Agaatsz waren zelf lastige<br />
leerlingen, maar kiezen toch voor het<br />
onderwijs<br />
21. Wijze Wies<br />
Huub, Jorrit en Lianne zijn boos;<br />
Wies geeft raad<br />
“<br />
VIJF VRAGEN • BAS VAN BERKUM<br />
Het liefst zou hij muzikant worden, maar <strong>met</strong> een baan in het<br />
basisonderwijs is hij ook dik tevreden. Als hij maar niet voor een<br />
kleuterklas wordt gezet. Bas van Berkum (20) is tweedejaars<br />
aan de pabo van de Educatieve faculteit Amsterdam.<br />
Hoe ben je op de pabo terecht gekomen?<br />
“Mijn moeder werkt in het vmbo en dat wilde ik ook. Daarom<br />
ben ik naar de lerarenopleiding maatschappijleer gegaan.<br />
Maar dat was niks voor mij, veel te theoretisch. Omdat ik<br />
korfbaltraining geef aan de f-jes, wist ik dat werken <strong>met</strong> kleinere<br />
kinderen me goed ligt. Daarom ben ik overgestapt naar<br />
de pabo. Maar ze moeten niet te klein worden. Werken <strong>met</strong><br />
kleuters is echt niet mijn ding.”<br />
Wat is je favoriete vak?<br />
“Muziek, maar dat is logisch. Ik speel zelf al jaren gitaar en ik zing graag. Ik zit ook in een<br />
professionele band. We spelen lekker in het gehoor liggende rock, eigen materiaal, maar ook<br />
covers van bijvoorbeeld Anouk en Kane. En gouwe ouwen.”<br />
Hoeveel uur per week heb jij les?<br />
“Tussen de tien en de twaalf uur per week. Dat is niet veel, maar ik vind het wel best. Er wordt<br />
veel geklaagd over het niveau van de pabo en dat is wel terecht. Maar het ligt ook aan de studenten.<br />
Als je meer verdieping wilt, kun je hier in Amsterdam echt wel aan je trekken komen.<br />
Maar de meeste studenten zijn tevreden <strong>met</strong> een zesje. Ik doe wel m’n best om er meer uit te<br />
halen, maar ik doe eigenlijk ook niet genoeg aan mijn studie.”<br />
Heb je wel de beste pabo uitgezocht?<br />
“Ik kom uit Leiden en ben alleen naar Amsterdam gegaan omdat ik er een kamer kon krijgen,<br />
maar die heb ik nu niet meer. Ik woon op het ogenblik bij mijn oma in huis, in Oegstgeest. Ze<br />
had verzorging nodig en ik een huis, dus dat kwam goed uit. Ze had haar enkel gebroken en<br />
moet nog geopereerd worden aan haar knie.”<br />
Wat doe je over tien jaar?<br />
”<br />
“Het zou leuk zijn als ik dan <strong>met</strong> mijn band in Ahoy sta, maar ik denk dat ik gewoon leraar<br />
ben. Na een jaar of tien zie ik mezelf wel overstappen naar een uitgeverij, <strong>met</strong>hodes schrijven.<br />
Ik vind vakken als pedagogiek en didactiek erg leuk, dus daar wil ik wel mee verder.”<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005 3
Nieuws<br />
Redactie Yvonne van de Meent Bijdragen Richard Hassink en Rob Voorwinden Infografic Typetank<br />
WERKLOOSHEID ONDER<br />
BEGINNENDE DOCENTEN DAALT<br />
Afgestudeerden van de lichting 2004<br />
hebben moeite gehad om een baan in het<br />
onderwijs te bemachtigen, maar de werkloosheid<br />
onder beginnende leraren daalt<br />
snel. Dat blijkt uit een brief die minister<br />
Van der Hoeven in maart naar de Tweede<br />
Kamer stuurde.<br />
<strong>De</strong> Tweede Kamer had minister Van der Hoeven<br />
om informatie gevraagd over de situatie op de<br />
onderwijsarbeidsmarkt nadat er afgelopen zomer<br />
artikelen in de pers verschenen (onder andere in<br />
Straksvoordeklas) over de jonge leerkrachten die<br />
geen baan kunnen vinden. Die berichten verrasten<br />
omdat de overheid de afgelopen jaren stevig<br />
campagne heeft gevoerd om jongeren naar de<br />
lerarenopleidingen te lokken. Er werd immers<br />
een groot docententekort voorspeld.<br />
In oktober 2004 was negen procent van de pabostudenten<br />
die vorige zomer hun diploma haalden<br />
op zoek naar een baan. In februari 2005 was dat<br />
gedaald naar drie procent (ongeveer tweehonderd<br />
van de zevenduizend gediplomeerden). <strong>De</strong><br />
vraag naar afgestudeerden van de lerarenopleidingen<br />
voortgezet onderwijs was vorig jaar iets<br />
groter. In oktober vorig jaar was zes procent van<br />
de lichting 2004 werkloos, in februari 2005 was<br />
dat gedaald naar vier procent (tweehonderd van<br />
de vijfduizend gediplomeerden).<br />
Minister Van der Hoeven geeft schoorvoetend toe<br />
dat de situatie op de onderwijsarbeidsmarkt het<br />
afgelopen jaar is verslechterd. <strong>De</strong> werkloosheid<br />
onder onderwijspersoneel is gestegen van negenendertighonderd<br />
eind 2002 naar vijfduizend<br />
eind 2004. Starters op de arbeidsmarkt zijn overigens<br />
niet meegeteld in deze statistieken omdat<br />
ze in de meeste gevallen niet in aanmerking<br />
4<br />
Werkloosheid lichting 2004<br />
9% (630 personen)<br />
pabo<br />
7000 afgestudeerden<br />
komen voor een werkloosheidsuitkering. Het<br />
aantal openstaande vacatures is gedaald van<br />
1260 in het derde kwartaal van 2003 naar<br />
negenhonderd in het derde kwartaal van 2004.<br />
Ongeveer twaalf procent van die vacatures is<br />
geschikt voor beginnende docenten, terwijl een<br />
jaar geleden nog 24 procent van de vacatures<br />
openstond voor starters.<br />
<strong>De</strong> minister wijt de verslechtering aan de<br />
economische recessie en het grote aantal oalt-<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
leerkrachten dat na de afschaffing van het<br />
onderwijs in allochtone levende talen zonder<br />
werk is komen te zitten. Vanaf 2007 stijgt de<br />
vraag naar leraren weer sterk omdat veel oudere<br />
docenten <strong>met</strong> (pre)pensioen gaan. Tot 2011 zijn<br />
er volgens het ministerie van onderwijs honderdduizend<br />
nieuwe leraren nodig.<br />
Het is echter de vraag of de studenten die dit<br />
jaar en komend jaar afstuderen al profiteren<br />
van de toenemende vraag. (YvdM)<br />
REKEN- EN TAALTOETS VOOR<br />
ALLE PABO-EERSTEJAARS<br />
Pabo-studenten krijgen voortaan aan het<br />
begin van hun eerste studiejaar een toets om<br />
te zien of zij voldoende kunnen rekenen en de<br />
Nederlandse taal voldoende beheersen. Als<br />
dat niet het geval is, krijgen zij nog een jaar de<br />
tijd om deze vaardigheden bij te spijkeren.<br />
(300 personen)<br />
3%<br />
(200 personen) 6%<br />
4%<br />
(200 personen)<br />
Werkloosheid okt 2004<br />
Werkloosheid feb 2005<br />
lerarenopleiding vo/bve<br />
5000 afgestudeerden<br />
Wie na een jaar nog niet het instap-niveau<br />
heeft bereikt, krijgt een bindend studieadvies<br />
en moet de pabo verlaten. Dat hebben<br />
Minister Van der Hoeven en de hogescholen<br />
eind april afgesproken. <strong>De</strong> nieuwe toets wordt<br />
al in september ingevoerd. (YvdM)
WISKUNDE<br />
VERPLICHT<br />
Wiskunde moet een verplicht vak blijven voor alle<br />
havo-scholieren, vinden de hogescholen. Bij de<br />
herziening van de tweede fase van het voortgezet<br />
onderwijs in 2007 dreigt wiskunde te verdwijnen<br />
als verplicht vak in het profiel cultuur & maatschappij.<br />
Bij de andere drie profielen blijft<br />
wiskunde wel verplicht. Naar schatting veertig<br />
procent van de pabo-studenten heeft volgens de<br />
Hbo-raad, de vereniging van hogescholen, het<br />
profiel cultuur & maatschappij gevolgd. Zonder<br />
wiskunde in hun pakket hebben zij onvoldoende<br />
basis om het rekenonderwijs op de pabo te volgen.<br />
Als wiskunde toch een keuzevak wordt in het<br />
profiel cultuur & maatschappij moeten de hogescholen<br />
gaan selecteren om de kwaliteit van het<br />
onderwijs te handhaven, dreigt de Hbo-raad.<br />
(YvdM)<br />
STAGE OP DE ANTILLEN<br />
‘CURAÇAOSE LEERLINGEN ZIJN NIET VOORUIT TE BRANDEN’<br />
Ordeproblemen heeft ze niet, maar het kost haar veel energie<br />
om leerlingen aan het werk te krijgen. Ellen van den Bosch doet<br />
de docentopleiding beeldende kunst en vormgeving en loopt<br />
momenteel stage op een middelbare school op Curaçao.<br />
Eind januari vloog Ellen van den Bosch, vierdejaars bij de Hogeschool<br />
Windesheim, naar Curaçao voor haar lio-stage van vijf maanden. Ze<br />
geeft er wekelijks tien lesuren beeldende vorming aan vijf derde klassen<br />
van een openbare havo/vwo-school. Niet het zonnige klimaat was voor<br />
de studente doorslaggevend bij de keuze van haar stageplek. “Ik betrapte<br />
mezelf erop dat ik in Nederland niet alles kon volgen van buitenlandse<br />
kinderen, vooral als het gaat om religie en leefgewoonten. Op<br />
Curaçao heb je te maken <strong>met</strong> veel verschillende culturen en nationaliteiten.”<br />
Dat bracht aanvankelijk <strong>met</strong>een een probleem <strong>met</strong> zich mee. “Ik had<br />
veel moeite om de namen van leerlingen te onthouden. Ze hebben<br />
namelijk namen die in Nederland niet veel voorkomen.” Ook <strong>met</strong> de<br />
mentaliteit van leerlingen worstelt Ellen van den Bosch. “Ze zijn braaf,<br />
rustig en netjes, maar zijn vaak niet vooruit te branden. Ze vragen zich<br />
bij alles af waarom ze iets moeten doen. Er geldt hier een systeem van<br />
ACHTTIEN MILJOEN EURO ZOEK<br />
Wat hebben de lerarenopleidingen voortgezet onderwijs gedaan <strong>met</strong> achttien miljoen<br />
euro die zij kregen om kleine opleidingen overeind te houden? <strong>De</strong> Onderwijsinspectie<br />
en de auditdienst van het ministerie van onderwijs komen er niet achter.<br />
<strong>De</strong> lerarenopleidingen en het ministerie sloten in<br />
2001 een convenant, waarbij de hogescholen<br />
achttien miljoen euro kregen om de bedrijfseconomische<br />
positie van hun kleine lerarenopleidingen<br />
te verbeteren. Dat convenant liep tot 2004.<br />
Het goede nieuws is dat er sindsdien geen opleidingen<br />
zijn gesloten en dat hun financiële situatie<br />
is verbeterd, al blijft deze wankel. Het slechte<br />
nieuws is, zo stellen de Onderwijsinspectie en<br />
de auditdienst van het ministerie van onderwijs,<br />
dat de hogescholen niet kunnen aangeven waar<br />
zij die achttien miljoen euro precies aan besteed<br />
hebben. <strong>De</strong> Hogeschool van Utrecht vormt hierop<br />
een uitzondering.<br />
<strong>De</strong> toezichth<strong>ouders</strong> zijn niet blij <strong>met</strong> deze gang<br />
van zaken. “Adequate verantwoording over de<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
doelmatigheid en rechtmatigheid van de besteding<br />
van geld, is een belangrijk kenmerk van<br />
goed bestuur. <strong>De</strong> hogescholen ontvingen elk zo’n<br />
2,5 miljoen extra subsidie: verwacht mag<br />
worden dat zij de besteding daarvan adequaat<br />
kunnen verantwoorden.”<br />
<strong>De</strong> hogescholen wijzen erop dat in het convenant<br />
niet duidelijk is aangegeven waaraan het extra<br />
geld besteed zou moeten worden. Bovendien zijn<br />
er vooraf geen afspraken gemaakt over manier<br />
waarop de zij verantwoording zouden moeten<br />
afleggen.<br />
Minister Van der Hoeven is echter onvermurwbaar.<br />
Zij eist dat de hogescholen vóór 1 juli<br />
duidelijk maken waar de convenantsgelden zijn<br />
gebleven. (RV/YvdM)<br />
belonen, overal moet wat tegenover staan. Maar als ze eenmaal lekker<br />
creatief bezig zijn, willen ze vaak niet meer stoppen.”<br />
Over de kwaliteit van het onderwijs is ze erg te spreken. “Ze werken hier<br />
gewoon volgens het Nederlandse onderwijssysteem en gebruiken<br />
Nederlandse les<strong>met</strong>hodes. Wel jammer is dat het materiaal en de huisvesting<br />
beperkt en verouderd zijn.”<br />
Ellen van den Bosch woont op Curaçao in een studentenhuis <strong>met</strong> twaalf<br />
andere stagiairs. Wel een beetje afzien, vindt ze. Geen warm water,<br />
geen wasmachine en er is weinig keukengerei. “En dat terwijl ik toch<br />
285 euro per maand betaal. Voordeel is wel dat het erg ruim is en dat er<br />
twee keer per week een schoonmaakster komt.” Ook is het erg gezellig<br />
in huis. “Je maakt hier snel vrienden. Bovendien gaan we vaak samen<br />
stappen en zo leer je ook weer nieuwe mensen kennen.”<br />
Al is ze behoorlijk onder de indruk van haar stageplek, Ellen van den<br />
Bosch zou zich niet definitief op Curaçao willen vestigen. “<strong>De</strong> sociale<br />
voorziening zijn hier niet goed. Bovendien zou ik mijn familie en vrienden<br />
erg gaan missen, denk ik.” Dus na haar opleiding gaat ze proberen<br />
een baan te vinden in het Nederlandse voortgezet onderwijs. “Als dat<br />
niet lukt, wil ik wel voor een tijdje bij een reclamebureau als grafisch<br />
ontwerper werken. Maar ik ga voor een baan voor de klas!” (RH)<br />
5
Nieuws<br />
s<br />
d UIT DE HOGESCHOOLPERSd<br />
Plagiator gesnapt<br />
opvoeding, hoewel de vijf bestaande sportacade- <strong>De</strong> Hogeschool van Amsterdam gaat verder <strong>met</strong><br />
Een vierdejaars van de lerarenopleiding wiskunmies zich verzetten tegen een nieuwkomer. Als de Efa. <strong>De</strong> Hogeschool Inholland begint nieuwe<br />
de in Rotterdam moet een nieuwe scriptie minister Van der Hoeven haar plan doorzet om de lerarenopleidingen in Amsterdam, wellicht in<br />
maken. Zijn werkstuk over de geschiedenis van verplichte drie uur gymnastiek in het voortgezet samenwerking <strong>met</strong> de Vrije Universiteit en<br />
de wiskunde had hij volgens de examencommis- onderwijs af te schaffen, zijn er eerder minder Hogeschool Windesheim, de fusiepartner<br />
sie in zijn geheel van internet geplukt. <strong>De</strong> stu- dan meer gymleraren nodig, vinden de vijf. <strong>De</strong> van de VU.<br />
dent beweert dat hij ook informatie uit boeken HAN zet de plannen echter door. Als de overheid ✂ Havana 26<br />
heeft gehaald en vindt dat hij alleen verzuimd de nieuwe lerarenopleiding niet financiert, wordt<br />
heeft zijn bronnen te vermelden. Het college van het een particuliere opleiding.<br />
Wisselwerkplekken<br />
beroep van de Hogeschool Rotterdam stelde de ✂ Sensor 16<br />
Na de zomervakantie zijn er per tien docenten<br />
examencommissie in het gelijk. <strong>De</strong> student heeft<br />
van de lerarenopleidingen in Zwolle nog maar<br />
weinig meer inspanning verricht dan het down- Efa wordt Evha<br />
zeven werkplekken. Windesheim Educatief voert<br />
loaden en uitprinten van een tekst die niet de zijne <strong>De</strong> Educatieve faculteit Amsterdam (Efa) heet wisselwerkplekken in om de ruimte zo efficiënt<br />
is. Een ernstig vergrijp voor een student die bin- vanaf 1 september Educatieve hogeschool van mogelijk te gebruiken. Het management denkt<br />
nenkort zelf voor de klas staat, aldus het college. Amsterdam (Evha). <strong>De</strong> naamswijziging is een bovendien dat de open werkplekken de kennis-<br />
✂ Profielen 28<br />
gevolg van de breuk tussen de Hogeschool uitwisseling stimuleren. <strong>De</strong> docenten zijn minder<br />
Inholland en de Hogeschool van Amsterdam. blij. Zij vrezen het rumoer en vinden het onhan-<br />
Particuliere opleiding voor gymleraren <strong>De</strong> twee hogescholen hadden in 1996 hun dig dat ze steeds hun bureau moeten leeghalen.<br />
<strong>De</strong> Hogeschool van Arnhem en Nijmegen begint lerarenopleidingen in de Efa ondergebracht, ✂ Hsk Windesheim 14<br />
in 2006 <strong>met</strong> een lerarenopleiding lichamelijke maar kregen onenigheid over de koers.<br />
(advertentie)<br />
6 Straksvoordeklas • MEI 2005
Uitslag Straksvoordeklas-tijdbestedingsenquête<br />
Lerarenopleiding is<br />
niet moeilijkèn niet zwaar<br />
Carry Slee is de favoriete schrijfster van studenten<br />
op de lerarenopleidingen. Gelukkig hebben ze ruim<br />
de tijd om haar boeken te lezen. Uit de Straksenquête<br />
blijkt dat er niet verschrikkelijk hard<br />
wordt gewerkt op de pabo’s en lerarenopleidingen<br />
voortgezet onderwijs. Tweederde van de geënquêteerden<br />
heeft minder dan tien uur les in de week<br />
en driekwart besteedt ook minder dan tien uur aan<br />
opdrachten.<br />
Tekst Robert Sikkes Beeld Typetank<br />
Studenten van lerarenopleidingen vinden hun studie<br />
niet moeilijk maar wel tijdrovend. Dat is het<br />
cliché. Maar dat cliché heeft enige bijstelling<br />
nodig, want misschien wordt er wel helemaal niet<br />
zo hard gewerkt. NRC Handelsblad publiceerde<br />
eind april een reportage over de Haagse pabo van<br />
Hogeschool Inholland. <strong>De</strong> pabo-studenten klaagden,<br />
net als andere Inholland-studenten, over het<br />
geringe aantal lesuren. Maar niet alleen<br />
Inholland-studenten hebben weinig contacturen.<br />
Tweederde van de 114 studenten die de<br />
Straksvoordeklas-tijdbestedingsenquête invulde,<br />
heeft minder dan tien lesuren in de week.<br />
Bovendien besteedt driekwart van de geënquêteerden<br />
ook minder dan tien uur aan groepsopdrachten<br />
of zelfstudie op school. Studenten<br />
doen vervolgens wel wat meer thuis: een flinke<br />
groep trekt daar meer dan tien uur per week voor<br />
uit. Omdat door de vraagstelling onduidelijk<br />
blijft hoeveel tijd de stages kosten – al lijkt dat<br />
ook minder dan tien uur per week te zijn – ligt de<br />
gemiddelde studielast op de lerarenopleidingen<br />
ruim onder de norm van veertig uur per week.<br />
Weinig contacturen en een lage zelfwerkzaamheid<br />
lijken ook hand in hand te gaan. Opleidingen die<br />
veel tijd programmeren in de vorm van lessen en<br />
opdrachten, bewegen studenten tot meer zelfwerkzaamheid.<br />
Zwaar vinden studenten hun opleiding dan ook<br />
allerminst. Veertig procent vindt het een makkie,<br />
35 procent vindt de opleiding niet makkelijk en<br />
niet moeilijk en slechts een kwart beschouwt de<br />
studie als zwaar. Studenten aan de lerarenopleidingen<br />
houden dan ook flink wat tijd over voor<br />
een stevige bijbaan. Maar liefst 83 procent van<br />
de studenten klust bij, meestal voor het eigen<br />
Tijdsbesteding studenten pabo en lerarenopleiding voortgezet onderwijs<br />
Contacturen<br />
38%<br />
62%<br />
Minder dan 10 uur per week<br />
Meer dan 10 uur per week<br />
Groepswerk/ individuele<br />
opdrachten<br />
27%<br />
73%<br />
Minder dan 10 uur per week<br />
Meer dan 10 uur per week<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
Thuiswerk<br />
42%<br />
levensonderhoud. <strong>De</strong> helft werkt minder dan tien<br />
uur per week, de andere helft heeft een bijbaan<br />
die meer vraagt en er zijn er die twintig uur per<br />
week werken. <strong>De</strong> overgrote meerderheid werkt in<br />
een winkel of supermarkt, maar een aanzienlijke<br />
groep heeft werk in of aan de rand van het onderwijs<br />
kunnen vinden. Ook de horeca is populair<br />
als bijbaan.<br />
Kletsen<br />
Blijft er naast werken en studeren nog tijd over?<br />
Jazeker, en in de vrije tijd is kletsen <strong>met</strong><br />
vriend(inn)en populair. En tv-kijken natuurlijk.<br />
RTL 4 en Net 5 (GTST, Peking Express, Meiden<br />
van de Wit) scoren daarbij het beste. Als het gaat<br />
om favoriete schrijfsters steekt Carry Slee er <strong>met</strong><br />
kop en sch<strong>ouders</strong> bovenuit. J.K. Rowling en<br />
Nicci French komen daar vlot achteraan. Terwijl<br />
in het basisonderwijs de computer nog niet echt<br />
enorm populair is, is die dat wel onder studenten.<br />
Google, nu.nl, hotmail zijn de populairste<br />
webadressen onder studenten, maar allerlei<br />
didactische sites, zoals lesidee.nl en digijuf.nl,<br />
worden eveneens druk bezocht. N<br />
58%<br />
Minder dan 10 uur per week<br />
Meer dan 10 uur per week<br />
<strong>De</strong> tien cd-bonnen van tien<br />
euro zijn gewonnen door:<br />
T. van Lee, Alkmaar<br />
S. Huyben, <strong>De</strong>n Haag<br />
L. Witte, Ouddorp<br />
Janneke Oenema, Wapse<br />
Germiek Verspuij, Zwolle<br />
Melinda Fennema,<br />
Koog aan de Zaan<br />
Tanya van der Linden,<br />
Hilversum<br />
C. Wildeman, Rosmalen<br />
Esther Smit, Venlo<br />
Joske van Zomeren, Arnhem<br />
7
Oud-leraren Peter Heerschop en Viggo Waas:<br />
‘Lesgeven is de eerste<br />
jaren heel erg eng’<br />
Wekelijks trekken ze <strong>met</strong> hun optreden in Kopspijkers twee<br />
miljoen kijkers. Sinds 1987 maken ze elk jaar een nieuwe voorstelling<br />
<strong>met</strong> hun cabaretgroep NUHR (Niet Uit Het Raam). Maar<br />
voor ze op het podium terecht kwamen waren Peter Heerschop<br />
en Viggo Waas jaren gymleraar op een middelbare school in<br />
Almere. “<strong>De</strong> eerste twee jaar waren de zondagavonden rampzalig.<br />
Dan lag je wakker van alles wat je die week moest doen.”<br />
Tekst Rineke Wisman Foto’s Rob Niemantsverdriet<br />
Op de voordeur van een nieuwbouwhuis in<br />
Amsterdam prijkt de naam van Peter Heerschop<br />
gewoon op het naambordje. Aan pottenkijkers<br />
stoort de bekende cabaretier zich niet. “Vaak<br />
komen kinderen even voor het raam staan kijken.<br />
Dan zwaai ik naar ze”, zegt hij.<br />
Toen Peter Heerschop een jaar of zeven was, wist<br />
hij al dat hij later gymleraar wilde worden. “Ik<br />
was goed in sport en mijn gymleraar straalde uit<br />
dat het een heel leuk vak was. Bezig zijn <strong>met</strong><br />
kinderen, bewegen, lesgeven. Het leek mij<br />
prachtig.” <strong>De</strong> toelatingseisen voor de academie<br />
voor lichamelijke opvoeding (alo) waren streng,<br />
herinnert hij zich. “Naast een testdag <strong>met</strong> lichamelijke<br />
oefeningen moesten we een opstel<br />
schrijven en in een gesprek onze motivatie toelichten.<br />
Eén op de acht werd aangenomen. Ik<br />
was trots dat ik daar bij hoorde.”<br />
Viggo Waas begon twee jaar later aan de alo. Hij<br />
had de jeugdopleiding bij Ajax achter de rug,<br />
maar zijn voetbalcarrière hield op bij het tweede<br />
elftal. “Ik kon leuk voetballen, maar was niet<br />
goed genoeg voor het eerste.” Daarna twijfelde<br />
hij tussen een studie medicijnen en de alo. “<strong>De</strong><br />
testdag van de alo gaf de doorslag. Dat was zó<br />
8<br />
leuk”, zegt hij. “Bewegen en denken: daar horen<br />
mensen mee bezig te zijn.” <strong>De</strong> alo bood die<br />
mooie mix. “Het was half om half. Veel sport,<br />
maar ook vakken als psychologie, filosofie en<br />
sociologie. <strong>De</strong> helft van de klas viel uit door de<br />
theoretische vakken.”<br />
Heerschop en Waas hielden vol en gingen na hun<br />
studie het onderwijs in. Peter werkte kort op een<br />
lagere en een middelbare school. Daarna bleef<br />
hij dertien jaar bij scholengemeenschap<br />
Echnaton in Almere. Viggo werkte kort in het<br />
mbo en daarna tien jaar bij Echnaton. “In die<br />
tijd lagen de banen niet voor het oprapen. Peter<br />
wees me twee keer op een vacature. Ik solliciteerde<br />
en de tweede vacature was voor mij.”<br />
Waar zijn jullie nu zoal mee bezig?<br />
Peter: “<strong>De</strong> presentatie van Kopspijkers, columns<br />
en dialogen schrijven en in september start een<br />
nieuw televisieprogramma: <strong>De</strong> Vrienden van Van<br />
Swieten. Hierin praten Viggo, Lebbis en ik <strong>met</strong><br />
sporters en wetenschappers om te kijken of we<br />
Nederland naar de topdrie van het medailleklassement<br />
kunnen krijgen.”<br />
Naast rollen in Kopspijkers heeft Viggo momen-<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
teel een bijrol in Rozengeur & Wodka Lime.<br />
Viggo: “Met NUHR hebben we sinds 1987 elk<br />
jaar een nieuwe cabaretshow gedraaid. We hebben<br />
nu voor het eerst een paar maanden vrij.”<br />
Hoe kijken jullie terug op het<br />
leraarschap?<br />
“Ik vond het leuk om <strong>met</strong> een klas iets te bereiken”,<br />
vertelt Peter. Hoe? “Ik ging er vol in. Wierp<br />
mezelf in de meute. Lim noemden we dat: leraar<br />
in meute. Ik had negen klassen van 25 man,<br />
maar probeerde in één of twee lessen alle namen<br />
te kennen.” <strong>De</strong> lessen die hij goed voorbereidde,<br />
waren het leukst. “Gewoon de oefenstof afdraaien<br />
kon ook, maar dan had ik minder lol. Het is<br />
een vak waar je volledig in moet gaan. Iedere les<br />
die ik <strong>met</strong> weinig zin instapte, werd niks.”<br />
Viggo vult aan: “Een goede voorbereiding is<br />
essentieel. Kinderen hebben recht op honderd<br />
procent van je aandacht.” Het echte lesgeven<br />
leer je door elke dag voor zo’n groep te staan,<br />
vindt hij. “Elk kind en elke klas is anders.<br />
Daarop pas je je benadering aan.” Een goede<br />
leraar heeft oog voor de zwakke en de sterkere<br />
persoonlijkheden in een klas. “Met een vak als<br />
gymnastiek is het belangrijk een veilig klimaat te<br />
creëren waarin kinderen durven te falen.<br />
Kinderen die klasgenoten uitlachen, moet je<br />
aanpakken. Door ze aan te spreken, ze aan de<br />
kant te zetten of een lager cijfer te geven. Daar<br />
moet je gevoel voor hebben. Dat heb je of dat<br />
heb je niet.”<br />
Hoe gingen jullie om <strong>met</strong><br />
ordeproblemen?<br />
Peter: “Het lesgeven moet je ervaren als een<br />
spel. In de klas is het spel: strijden tegen de<br />
leraar. <strong>De</strong> taak van de leraar is om daarin mee te<br />
spelen. Zodra je denkt dat het persoonlijk is, zit
je in de problemen.” Om het spel goed te kunnen<br />
spelen, moet je eerst een band opbouwen<br />
<strong>met</strong> de klas. Door veel te praten. Aan te voelen<br />
wat er speelt. “Als je die band eenmaal hebt, kan<br />
je veel doen”, aldus Peter. “Ook zeggen: Ik ben<br />
in een slechte bui en kan vandaag weinig hebben.<br />
<strong>De</strong> eerste die iets raars doet, is vandaag<br />
ongelooflijk de lul. Alvast excuses voor mijn<br />
onredelijke gedrag, maar we beginnen en ik wens<br />
jullie veel sterkte. Iedereen heeft wel eens een<br />
slechte dag. Dat snappen ze best.”<br />
Viggo: “<strong>De</strong> eerste weken leg je de basis van orde<br />
in je eigen klas. Wees consequent. Stel regels op<br />
en houd jezelf er ten minste vijf weken aan. Orde<br />
houden heeft te maken <strong>met</strong> respect. Dat zit ’m<br />
niet in het meneer zeggen, maar in de manier<br />
waarop ze je benaderen.”<br />
Peter: “Kinderen hebben door hoe je in je vel zit.<br />
Ze weten precies wat de rol van de ander in<br />
de klas is. We speelden ooit eens een rapportvergadering<br />
na. Daarin wisten ze niet alleen<br />
de leraar haarfijn neer te zetten. Ook zichzelf<br />
schatten ze prima in.”<br />
Waarin verschillen jullie van elkaar<br />
als leraar?<br />
Viggo: “Ik geef iets strakker les. Peter gaat meer<br />
op zijn gevoel af. Heeft meer vertrouwen dat het<br />
goed komt.” Peter: “Ik denk dat dat wel klopt.”<br />
Wordt het makkelijker <strong>met</strong><br />
de jaren?<br />
Peter: “Je krijgt routine. Leuk, maar daar kan je<br />
niet blind op varen. Het ene jaar heb je drie heel<br />
leuke klassen, het jaar daarop kan je zomaar een<br />
mindere klas hebben.” Het lesgeven is de eerste<br />
jaren heel eng, vindt hij. “Net als op een podium<br />
staan. Je doet het vanuit ‘iets heel graag willen’<br />
gekoppeld aan pure doodsangst: dat geeft het<br />
lekkerste gevoel. Het is geweldig als het dan<br />
goed gaat.”<br />
Viggo denkt dat het leraarsberoep nu zwaarder is<br />
dan tien jaar geleden. “<strong>De</strong> maatschappij is ingewikkelder.<br />
Sommige mensen weigeren hun kinderen<br />
op te voeden.” Als mentor kwam hij soms<br />
bij <strong>ouders</strong> thuis. “Met moeder voerde ik het<br />
gesprek, vader zat televisie te kijken. Mijn vrouw<br />
doet de opvoeding, zei die man dan, ik werk.”<br />
Peter en Viggo vinden het lerarenberoep nog<br />
steeds geweldig. Viggo: “Het is dynamisch. Geen<br />
dag is hetzelfde. Het klinkt misschien duf, maar<br />
kinderen iets aanleren is het mooiste dat er is.”<br />
Waas en Heerschop: Leraren in meute (Lim)<br />
Minpunten zijn er ook. Een afknapper vond Peter<br />
het hangerige en ongeïnteresseerde gedrag dat<br />
pubers vaak eigen is. “Zaten we bijvoorbeeld bij<br />
elkaar voor een sinterklaas- of kerstviering en het<br />
enige dat ze dan riepen was: dit duurt toch niet<br />
heel lang hè?” Viggo benadrukt dat het een<br />
ongelooflijk zwaar beroep is: “Ik was altijd aardig<br />
gesloopt na een dag lesgeven.”<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
✷<br />
Raden jullie je kinderen een<br />
onderwijscarrière aan?<br />
Viggo: “Het is een prachtig beroep. Als mijn zoon<br />
het wil, komt ’ie er vanzelf achter of iets voor hem<br />
is.” Peters vrouw werkt ook in het onderwijs.<br />
Volgens hem is het onafwendbaar dat zijn dochter<br />
haar achterna gaat. “Ik hoor haar al vaak zeggen<br />
dat ze juf wordt en dan houd ik keurig mijn mond.<br />
Ze lijkt me een hartstikke leuke juf.” N<br />
9
<strong>De</strong> doorbraak van de<br />
Daltonmaniertjes<br />
Het Daltononderwijs groeit, maar ook steeds meer reguliere<br />
scholen voeren Daltonmaniertjes in. Geen wonder dat ook<br />
studenten warm lopen voor de bijna honderd jaar oude ideeën<br />
van Helen Parkhurst. En daar spelen de hogescholen op in.<br />
Vier pabo’s hebben een speciaal Daltonprogramma en de<br />
Saxion Hogeschool wil een lector Daltononderwijs aanstellen.<br />
Tekst Lisette Douma Foto’s Rob Niemantsverdriet<br />
“Het Daltononderwijs is bijna een hype aan het<br />
worden”, zegt René Berends, docent Nederlands<br />
en opleider Daltononderwijs aan de Saxion<br />
Hogeschool in <strong>De</strong>venter. In de jaren zeventig<br />
telde Nederland maar enkele tientallen<br />
Daltonscholen. Op dit moment zijn er 224 basisscholen<br />
en achttien scholen voor voortgezet<br />
onderwijs die volgens het Daltonprincipe werken.<br />
Jaarlijks komen er vijf à tien nieuwe Daltonscholen<br />
bij.<br />
Daltonscholen ontlenen hun beginselen aan de<br />
mens- en maatschappijvisie van de Amerikaanse<br />
Helen Parkhurst (1887- 1973). Zij kwam in<br />
1904 als onderwijzeres te werken op een eenmansschooltje<br />
waar ze les gaf aan veertig kinderen<br />
variërend in leeftijd van 6 tot 12 jaar. Zij<br />
zocht een manier om ieder kind zo optimaal<br />
mogelijk les te geven. In haar begintijd gebruikte<br />
ze de <strong>met</strong>hode van Maria Montessori. In 1916<br />
begon ze op de High School van Dalton,<br />
Massachusetts, te experimenteren maar haar<br />
eigen Laboratory Plan, later Dalton plan<br />
genoemd. Parkhursts visie kenmerkt zich door de<br />
principes zelfstandigheid, verantwoordelijkheid<br />
en samenwerken.<br />
In het reguliere onderwijs kom je deze principes<br />
ook steeds vaker tegen. “Andere scholen voeren<br />
ook Daltonmaniertjes in – het nieuwe leren”,<br />
zegt Dick de Haan, Daltoncoördinator aan de<br />
Theo Thijssen-pabo van de Hogeschool van<br />
Utrecht. In het kader van het nieuwe leren zijn<br />
basisscholen driftig aan het vernieuwen. Geen<br />
klassikaal onderwijs meer, maar zelfstandig werkende<br />
leerlingen, vaak <strong>met</strong> hulp van computers,<br />
al dan niet in groepjes, onder begeleiding van<br />
een mentor. “Nu er ogenschijnlijk minder verschillen<br />
zijn tussen regulier- en Daltononderwijs<br />
moeten de Daltonscholen zich meer profileren”,<br />
stelt Berends van de Saxion Hogeschool.<br />
Meetbaar<br />
Om dat te doen wil de hogeschool in <strong>De</strong>venter<br />
een lector Daltononderwijs aanstellen. <strong>De</strong>ze<br />
moet een onderzoeksprogramma opzetten. Het is<br />
de bedoeling dat de lector deels wordt betaald<br />
vanuit het landelijke fonds voor lectoraten en<br />
deels door de Nederlandse Dalton Vereniging<br />
(NDV). Formeel staat de komst van het lectoraat<br />
nog niet vast. “Maar wij verwachten rond 1 januari<br />
2006 de lector aan te kunnen stellen”, vertelt<br />
Koen Groeneveld, ambtelijk secretaris van de<br />
NDV. “<strong>De</strong> lector zou de verschillende fasen op de<br />
ontwikkelingslijnen van Daltononderwijs meetbaar<br />
kunnen maken, zodat je nog beter weet<br />
waar je als school aan moet werken om je<br />
Daltononderwijs verder te ontwikkelen.”<br />
Is Daltononderwijs nu dan niet meetbaar?<br />
Groeneveld: “Als het goed is, kun je een<br />
Daltonschool onderscheiden door bijvoorbeeld<br />
het gebouw. Er is veel ruimte voor het werken in<br />
groepjes. En men ziet de leerling in het<br />
Daltononderwijs als volwaardig individu, dat is<br />
ook onderscheidend.”<br />
Bovendien is het Daltononderwijs meer dan een<br />
organisatorisch principe, benadrukt Berends van<br />
Saxion. “Een Daltonschool moet leerlingen<br />
opvoeden tot zelfbewuste, verantwoordelijke<br />
mensen.” Hiervoor worden de Daltonprincipes<br />
10 Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
ingezet. Leraren spelen daarbij een belangrijke<br />
rol. “Ze moeten de knop omzetten. In het<br />
Daltononderwijs zijn leerkrachten meer dan in<br />
het reguliere basisonderwijs bereid om de onafhankelijkheid<br />
van leerlingen te stimuleren”,<br />
zegt <strong>De</strong> Haan van de Theo Thijssen Academie.<br />
Om dit te doen, moet de leraar wel een Daltonmentaliteit<br />
hebben. “Als je leerlingen meer<br />
onafhankelijkheid geeft, neem je meer risico.<br />
Je moet er dan op vertrouwen dat leerlingen die<br />
onafhankelijkheid aankunnen. Je moet het aandurven.”<br />
En dat kan lastig zijn. “<strong>De</strong> meeste leerkrachten<br />
op een traditionele basisschool zitten<br />
bovenop hun leerlingen. Een leerkracht op een<br />
Daltonschool moet zijn leerlingen meer loslaten”,<br />
vertelt Martin van Veelen, directeur van de<br />
pc Daltonschool de Rietakker in <strong>De</strong> Bilt.<br />
<strong>De</strong> knop moet dus om. Wie in het<br />
Daltononderwijs gaat werken, moet weten of hij<br />
dat kan. Sinds een aantal jaren kan een toekomstige<br />
leraar op de pabo kennismaken <strong>met</strong> het<br />
Daltononderwijs. Nederland telt momenteel vier<br />
pabo’s waar studenten een door de NDV erkend<br />
Daltonprogramma of een erkende Daltonafstudeerrichting<br />
kunnen volgen.<br />
In 1995 startte de Utrechtse Theo Thijssen<br />
Academie <strong>met</strong> een Daltonprogramma. “Wij wilden<br />
in de opleiding meer aandacht voor vernieuwingsonderwijs,<br />
daarom hebben we samen <strong>met</strong><br />
de NDV dit programma aangeboden”, vertelt<br />
<strong>De</strong> Haan. <strong>De</strong> inhoud van het Daltonprogramma<br />
verschilt per pabo. Een door de NDV erkende<br />
Daltonvariant moet minimaal vier studiepunten<br />
tellen, wat gelijk staat aan 160 studie-uren.<br />
Zelfstudie<br />
Op de Theo Thijssen Academie kunnen studenten<br />
in het tweede jaar kiezen voor het<br />
Daltonprogramma. “Wanneer zij die keuze<br />
maken, krijgen zij vrijstelling van een aantal<br />
keuzevakken en maken zij kennis <strong>met</strong> een achttal<br />
thema’s over het Daltononderwijs. Aan de<br />
hand van die thema’s doen zij zelfstudie, geheel<br />
in lijn <strong>met</strong> de Daltonwerkwijze. Door middel van<br />
taken worden zij gestimuleerd om dingen uit te<br />
proberen in de praktijk. Door het programma
Leerlingen van Daltonschool <strong>De</strong> Zeppelin in Barendrecht<br />
krijgt het begrip zelfstandig werken vorm.”<br />
Het Utrechtse Daltonprogramma duurt twee jaar.<br />
Wie het volgt, moet ook stage lopen op een<br />
Daltonschool. “Van alle Daltonscholen is geen<br />
enkele hetzelfde. Je kunt niet alles leren over<br />
Daltononderwijs uit een boek, je moet het in de<br />
praktijk ondervinden”, zegt <strong>De</strong> Haan. Ook Koen<br />
Groeneveld van de NDV, onderstreept het belang<br />
van praktijkervaring. “Elke school uit de<br />
Daltonprincipes anders. Zo is er bijvoorbeeld een<br />
school die <strong>met</strong> dobbelstenen werkt. Wanneer een<br />
leerling zijn dobbelsteen op een bepaald teken<br />
legt, weet de leraar dat de leerling een vraag<br />
heeft. Dat soort praktijkkennis leer je niet op<br />
school.”<br />
Toch is de stage op een Daltonschool niet bij<br />
elke pabo een onderdeel van de Daltonvariant. In<br />
<strong>De</strong>venter bijvoorbeeld niet. “<strong>De</strong> school heeft die<br />
wens wel, maar het is organisatorisch erg lastig”,<br />
vertelt Berends van Saxion. In <strong>De</strong>venter kan de<br />
pabo-student namelijk pas in het vierde jaar voor<br />
de Daltonvariant (in dit geval afstudeerrichting)<br />
kiezen. Tegen die tijd heeft de student al drie<br />
keer stage gelopen. “Studenten die de afstudeerrichting<br />
kiezen, moeten wel <strong>met</strong> gerichte<br />
vragen naar Daltonscholen toe. Op die manier<br />
hebben ze in ieder geval eens zo’n school<br />
bezocht.”<br />
Wie het Daltonprogramma of de afstudeerrichting<br />
afrondt, ontvangt een Daltoncertificaat. <strong>De</strong><br />
Educatieve faculteit Amsterdam, de Saxion<br />
Hogeschool, de Theo Thijssen Academie en de<br />
Hanzehogeschool zijn door de NDV gemachtigd<br />
om certificaten uit te geven.<br />
Erkenning<br />
Steeds meer pabo-studenten zijn geïnteresseerd<br />
in het certificaat. Aan de Saxion Hogeschool zijn<br />
elk jaar twee groepen die de speciale afstudeerrichting<br />
doen, dat zijn ongeveer zestig studenten.<br />
Op de Theo Thijssen Academie is de groep<br />
groter. “Twee jaar geleden waren er ongeveer 35<br />
studenten die het programma volgden. Nu zijn<br />
dat er 130”, zegt <strong>De</strong> Haan. En ook de NDV constateert<br />
groei. Groeneveld: “Er komen meer<br />
basisscholen die erkend willen worden als<br />
Daltonschool. Daarmee samenhangend zijn er<br />
steeds meer pabo’s die bezig zijn <strong>met</strong><br />
Daltononderwijs en die erkenning willen.”<br />
Wat is nou precies de meerwaarde van een<br />
Daltoncertificaat? “Op een reguliere basisschool<br />
is het Daltoncertificaat handig”, vertelt <strong>De</strong> Haan<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
van de Theo Thijssen Academie. “Doordat reguliere<br />
scholen meer Daltonmaniertjes invoeren,<br />
komt kennis over het Daltononderwijs op de<br />
gewone basisschool ook goed van pas.” Maar de<br />
meeste studenten kiezen voor de Daltonvariant<br />
omdat zij in de toekomst les willen geven op een<br />
Daltonschool. “Als leraar word je <strong>met</strong> een certificaat<br />
aantrekkelijk voor een Daltonschool.”<br />
Maar een leraar heeft geen certificaat nodig om<br />
aangenomen te worden op een Daltonschool.<br />
“Met een pabo-diploma kun je in principe op<br />
elke basisschool aan de slag”, zegt <strong>De</strong> Haan. <strong>De</strong><br />
meeste leerkrachten op een Daltonschool hadden<br />
geen certificaat op zak toen ze werden aangenomen.<br />
Dat is niet verwonderlijk, het<br />
Daltoncertificaat is niet veel ouder dan tien jaar.<br />
Maar er is een inhaalslag aan de gang. Op de pc<br />
Daltonschool de Rietakker bijvoorbeeld hebben<br />
alle leraren inmiddels het certificaat gehaald.<br />
Toch is dat certificaat niet het belangrijkste,<br />
denkt <strong>De</strong> Haan van de Theo Thijssen Academie.<br />
“Ik denk dat een leerkracht uiteindelijk op een<br />
Daltonschool het verst komt als hij een echte<br />
Daltonmentaliteit heeft. En ik hoop dat het<br />
Daltonprogramma studenten in staat stelt te ontdekken<br />
of zij die mentaliteit hebben.” N<br />
11
zet hem op!<br />
jakka<br />
je kan het<br />
hou vol!
Lukt het een beetje?<br />
Coaches moeten beginnende<br />
docenten binnenboord houden<br />
Beginnende docenten krijgen vaak de moeilijkste klassen en worden vervolgens aan hun lot overgelaten.<br />
“Ik had maar veertien leerlingen, maar had er mijn handen aan vol. Een aantal leerlingen<br />
had adhd en pdd-nos, maar dat was me niet verteld.” Een kwart van de starters haakt binnen vijf<br />
jaar teleurgesteld af. Gelukkig beginnen scholen in te zien dat jonge docenten steun en begeleiding<br />
nodig hebben. “Het scheelt al zo veel als iemand eens vraagt of het een beetje lukt.”<br />
Tekst Els Heuts Beeld Typetank<br />
“Ook al gingen mijn lessen soms voor geen<br />
<strong>met</strong>er, ik wist dat de school achter me stond en<br />
dat geeft zoveel steun”, vertelt Ciska Pouw (24).<br />
In 2001 ging ze aan de slag op een groene<br />
vmbo-opleiding als docent biologie. “In het<br />
begin had ik iedere week een gesprek <strong>met</strong> mijn<br />
coach, een collega die ook biologie gaf. Later<br />
werd dat een keer in de twee weken. Dat was precies<br />
goed voor mij. Als ik ergens mee zat, kon ik<br />
bij haar terecht.”<br />
Vijf tot 23 procent van de jonge leraren keert het<br />
onderwijs binnen vijf jaar de rug toe. In het basisonderwijs<br />
is de uitval het kleinst; zo’n zes procent<br />
van de leerkrachten onder de dertig houdt het<br />
binnen een paar jaar voor gezien. In het voortgezet<br />
onderwijs haakt ongeveer één op de tien<br />
beginners af. In de bve-sector is de uitval schrikbarend<br />
hoog, daar houdt zestien tot 23 procent<br />
van de jonge docenten op voor z’n dertigste.<br />
<strong>De</strong> hoge werkdruk en te weinig ondersteuning en<br />
begeleiding op de werkplek zijn de belangrijkste<br />
redenen voor vertrek, weet Ciska Pouw. Ze werkt,<br />
naast haar 0,8 baan in het onderwijs, een dag<br />
per week als beginnersconsulent bij de<br />
<strong>Algemene</strong> <strong>Onderwijsbond</strong> en heeft regelmatig<br />
contact <strong>met</strong> jonge docenten. “Ons beroep is heel<br />
complex. Je hebt nauwelijks tijd om je in te werken.<br />
Vanaf de eerste dag moet je het goed doen,<br />
anders heb je een bak <strong>met</strong> herrie. Bijna iedere<br />
docent heeft in het begin ordeproblemen. Als het<br />
niet lekker loopt en je krijgt geen steun van<br />
school, denk je al snel: geef mijn portie maar aan<br />
Fikkie. Het scheelt heel veel als je in die beginperiode<br />
goed wordt opgevangen.”<br />
Maar ondersteuning en begeleiding van jonge<br />
docenten is nog lang niet vanzelfsprekend. Tanja<br />
van de Camp (25) heeft dat aan den lijve ervaren.<br />
Tijdens haar studie kon ze voor drie maan-<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
den aan de slag als docent biologie op een vmboschool.<br />
“Het was daar een rommeltje”, vertelt ze.<br />
“Ik moest het allemaal zelf uitzoeken en kon bij<br />
niemand terecht. Ik had maar veertien leerlingen<br />
in mijn klas, maar had er mijn handen aan vol.<br />
Een aantal leerlingen had adhd en pdd-nos.<br />
Maar dat was me niet verteld, daar kwam ik pas<br />
later achter. <strong>De</strong> school wilde graag dat ik bij hen<br />
mijn lio-stage zou doen, maar dat zag ik helemaal<br />
niet zitten.”<br />
Uitwisselen<br />
Sinds afgelopen september werkt Tanja van de<br />
Camp bij het Zwijsencollege in Veghel en wordt<br />
ze intensief begeleid. “Ik heb een coach op mijn<br />
vakgebied en een coach bij wie ik voor andere<br />
zaken terecht kan. Zij komen regelmatig in mijn<br />
lessen kijken. Verder zijn er bijeenkomsten <strong>met</strong><br />
de andere nieuwe docenten waar we ervaringenn<br />
13
Zeventig procent van<br />
de basisscholen heeft<br />
geen begeleidingsprogramma<br />
voor<br />
beginnende leraren<br />
Coaching komt steeds meer in beeld<br />
Met grote lerarentekorten in het verschiet, wil minister Van der Hoeven de uitstroom van<br />
jonge docenten zoveel mogelijk beperken. In 2007 moet de uitval <strong>met</strong> tien procent zijn<br />
teruggebracht. Steeds meer scholen zien het belang van begeleiding in. Ons Middelbaar<br />
Onderwijs (OMO), dat 45 scholen voor voortgezet onderwijs in Noord-Brabant bestuurt,<br />
beschouwt de begeleiding als ‘een kwestie van goed werkgeverschap’. Vanaf september<br />
2005 biedt OMO trajecten aan waarin coaching en scholing samen worden gebracht. Nu<br />
wordt het nog aan de scholen zelf overgelaten hoe ze starters opvangen.<br />
Het Zwijsencollege in Veghel (aangesloten bij OMO) is al acht jaar bezig <strong>met</strong> het begeleiden<br />
van beginnende docenten. Elke starter heeft een begeleider vanuit de sectie en een coach<br />
voor de algemene zaken. Beide begeleiders bezoeken regelmatig de lessen en geven feedback.<br />
Daarnaast zijn er themabijeenkomsten. Binnen tien maanden vindt er een beoordeling<br />
plaats, maar dat oordeel wordt niet uitgesproken door de begeleiders. “Begeleiding en<br />
beoordeling zijn gescheiden”, vertelt Hans van Oosteren, een van de twee coaches die het<br />
Zwijsencollege heeft aangesteld. “Anders kan de begeleiding bedreigend zijn.”<br />
<strong>De</strong> stichting Carmel, die dertien scholengemeenschappen bestuurt, is twee jaar geleden<br />
begonnen <strong>met</strong> het opzetten van begeleidingsteams. Het team bestaat uit een interne begeleider<br />
die voor twee dagen per week is aangesteld en een aantal coaches die één dag in de<br />
week zijn vrijgeroosterd. Zij nemen de jonge docenten onder hun hoede en bieden een<br />
begeleidingsprogramma aan. “Goede begeleiding heeft enorme meerwaarde voor de<br />
docent”, vertelt Jeltje Dorgerlo, projectleider Opleiden in de school. “Het is essentieel dat<br />
starters weten waar ze terecht kunnen en dat duidelijk is dat ze niet direct alles hoeven te<br />
weten en te kunnen.”<br />
<strong>De</strong> openbare basisscholen in Hilversum bieden sinds vier jaar een intensief, verplicht begeleidingsprogramma<br />
aan. Voor iedere starter is een draaiboek ontwikkeld en er zijn vier externe<br />
mentoren aangesteld. Elke starter heeft een interne coach, een mentor en neemt deel<br />
aan bijeenkomsten <strong>met</strong> een netwerkgroep. <strong>De</strong> mentor bezoekt de starter een keer in de drie<br />
weken. Een van die mentoren is Henk van Amerongen. “Coaching komt steeds meer in<br />
beeld”, stelt hij. “Maar het beroep is ook een stuk zwaarder geworden.” Hij benadrukt het<br />
belang van externe mentoren. “Door hun onafhankelijke positie waarborg je de vertrouwelijkheid<br />
van de gesprekken. Op deze manier kunnen we veel starters binnenboord houden.<br />
Mensen solliciteren zelfs bij ons vanwege het verplichte mentorprogramma.”<br />
14 Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
uitwisselen en casussen behandelen.” Het<br />
Zwijsencollege werkt al acht jaar <strong>met</strong> een begeleidingstraject<br />
voor jonge docenten (zie kader<br />
Coaching steeds meer in beeld). “Ik heb nu beter<br />
contact <strong>met</strong> mijn collega’s en veel meer plezier<br />
in mijn werk”, stelt Tanja. “Het is heel fijn om te<br />
weten dat je altijd op iemand kunt terugvallen.”<br />
Zeventig procent van de basisscholen beschikt<br />
niet over een deugdelijk plan voor de begeleiding<br />
van startende leraren. Evelien Hoogendoorn (37)<br />
zou al heel blij zijn als de school af en toe bijpraatmomenten<br />
zou organiseren. In juli 2004 is<br />
ze afgestudeerd aan een verkorte pabo-opleiding.<br />
Na haar afstuderen was het een dag hier en<br />
een dag daar invallen. Dat viel haar niet altijd<br />
mee. “Ik ben niet de enige bij wie het soms een<br />
rommeltje is. Als invaller lopen je lessen bijna<br />
nooit goed omdat je de klas niet kent. Maar als je<br />
dan aan jezelf gaat twijfelen, wordt het van<br />
kwaad tot erger.” Om toch ervaringen uit te<br />
kunnen wisselen heeft ze in Groningen een<br />
intervisiegroep voor beginners opgezet. Een keer<br />
in de twee maanden komt de groep bij elkaar.<br />
Als invaller voelde ze zich soms gebruikt. “Je<br />
moet à la minute opdraven en het zijn vaak de<br />
moeilijkste klassen die je krijgt. Want waar worden<br />
leerkrachten het vaakst ziek? In moeilijke<br />
klassen.” Ze kreeg niet veel steun van de scholen<br />
waar ze als invaller werkte. “Eigenlijk moet er<br />
iemand zijn die je opvangt en vertelt wie de<br />
moeilijke leerlingen zijn. En het scheelt al zo<br />
veel als ze vragen of het een beetje lukt.”<br />
Uit de wind<br />
Sinds februari vervangt ze een leerkracht die <strong>met</strong><br />
zwangerschapsverlof is. Evelien vindt het een<br />
verademing om nu haar ‘eigen groep’ te hebben.<br />
“Ik werk op een kleine school in Friesland en heb<br />
twaalf leerlingen. Ik word een beetje uit de wind<br />
gehouden en dat is heel prettig. Ik hoef bijvoorbeeld<br />
geen remedial teaching te doen. <strong>De</strong><br />
deuren tussen de lokalen staan open en dat<br />
maakt het makkelijker om om hulp te vragen.”<br />
Ze heeft inmiddels geleerd niet te hoge eisen<br />
aan zichzelf te stellen. “Je kunt het niet voor<br />
honderd procent goed doen, je moet zelfs niet<br />
streven naar negentig procent. Zo’n eerste jaar<br />
vreet energie. Je moet dus vooral niet in commissies<br />
gaan zitten.”<br />
Ook in landen als Engeland, Frankrijk, Canada<br />
en de Verenigde Staten is de uitval onder jonge<br />
docenten groot. Daarom hebben deze landen<br />
speciale begeleidingsprogramma’s ontwikkeld
voor starters. Ze staan bijvoorbeeld minder uren<br />
voor de klas (zie kader Minder uren, toch een volledig<br />
salaris). In Nederland zijn de regelingen<br />
niet zo riant. Daarom kiezen veel beginnende<br />
docenten bewust voor een deeltijdbaan. “Ik ken<br />
bijna geen beginner die fulltime werkt”, stelt<br />
Ciska Pouw. Zelf moet ze er ook niet aan denken<br />
om 26 lesuren te draaien. “Twintig uur is al heel<br />
vermoeiend. Dat betekent dat je ook geen fulltime<br />
salaris hebt, terwijl je er heel veel energie<br />
insteekt.”<br />
Gerrit van de Kolk (24) vindt het ‘heel gaaf’ om<br />
voor de klas te staan, maar een volledige aanstelling<br />
raadt hij iedere starter af. <strong>De</strong>ze zomer studeert<br />
hij af, maar hij staat inmiddels al weer bijna<br />
vier jaar voor de klas. Op het Zwolse Carolus<br />
Clusius geeft hij negentien uur per week aardrijkskunde<br />
en is hij mentor van een klas. “Ik heb een<br />
collega <strong>met</strong> een volledige aanstelling. Dan ben je<br />
alleen maar lesboer en kun je er niets bijdoen. Ik<br />
vind het juist heel leuk om mentor te zijn. Met een<br />
volledige baan zou ik dat er niet bij kunnen hebben.<br />
En dan moet je ook steeds nee zeggen als je<br />
gevraagd wordt voor zaken als het voorbereiden<br />
van excursies en feestavonden. Daar vragen ze<br />
vaak de jonge docenten voor omdat ze ervan uitgaan<br />
dat die frisse ideeën hebben.”<br />
Vrijgeroosterd<br />
Sanneke Rook (24) werkt sinds dit schooljaar op<br />
de openbare Fabriciusschool voor basisonderwijs<br />
in Hilversum en is vrijgeroosterd voor extra taken<br />
zoals de sinterklaas- en kerstcommissie. “<strong>De</strong><br />
werkdruk is hoog”, vindt ze. Tot een maand geleden<br />
werkte ze vier dagen, nu drie dagen. “Maar<br />
op mijn vrije dag ben ik ook bezig <strong>met</strong> school.<br />
Naast je lessen komen er nog zo veel dingen bij.<br />
Hoe je bijvoorbeeld een rapport schrijft. Dat kost<br />
in het begin erg veel tijd. Dat leer je niet tijdens<br />
je stages.” Met haar vragen kan Sanneke terecht<br />
bij haar mentor die daarvoor een keer in de twee<br />
weken een hele dag is vrijgeroosterd. Daarnaast<br />
heeft ze nog een externe begeleider en een<br />
aantal bijeenkomsten van haar mentorgroep.<br />
“Van studiegenoten hoor ik wel eens dat ze in<br />
het diepe worden gegooid, maar ik ben heel goed<br />
opgevangen, ook door mijn collega’s.” Ze vindt<br />
het heerlijk om voor de klas te staan, maar wil<br />
het liefst vier dagen per week werken. “Een fulltime<br />
baan vind ik te zwaar.”<br />
“<strong>De</strong> eerste drie maanden was ik iedere dag<br />
bekaf”, vertelt Ramon Groenendijk (26). Hij studeerde<br />
Nederlands en literatuurwetenschappen<br />
en begon zonder enige onderwijservaring afgelopen<br />
september als docent Nederlands. Hij koos<br />
bewust voor het Veghelse Zwijsencollege vanwege<br />
de goede opvang voor beginnende docenten.<br />
“Met dertig van die kinderen is het in het begin<br />
politieagentje spelen. Mijn begeleider vanuit de<br />
sectie kwam vaak in mijn lessen kijken. Ik kreeg<br />
tips om orde te houden en dan merk je dat sommige<br />
dingen bij jou werken en andere niet. Door<br />
die begeleiding heb ik veel meer zelfvertrouwen<br />
gekregen.” Ramon heeft inmiddels twee positieve<br />
beoordelingen gekregen en is begonnen <strong>met</strong><br />
een eerstegraadsopleiding om zijn onderwijs-<br />
Minder uren, toch een volledig salaris<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
In Frankrijk krijgen<br />
starters een volledig<br />
salaris terwijl ze<br />
maar eenderde van<br />
het aantal uren voor<br />
de klas staan<br />
bevoegdheid te halen. “Ik ben heel tevreden <strong>met</strong><br />
mijn baan. Ik wilde aanvankelijk een onderzoeksbaan<br />
bij de universiteit, maar daar ben ik<br />
helemaal niet meer mee bezig.”<br />
<strong>De</strong> AOb organiseert op 1 juni een evenement<br />
voor beginnende leraren en studenten.<br />
Meer informatie vind je op pagina 22.<br />
Niet alleen in Nederland haken jonge docenten voortijdig af. Ook Engeland, Frankrijk,<br />
Canada en de Verenigde Staten kampen <strong>met</strong> dit probleem. Daarom hebben deze landen<br />
veel energie gestoken in het opzetten van begeleidingsprogramma’s, die in lengte variëren<br />
van één tot drie jaar. <strong>De</strong> gedachte is dat starters meerdere jaren nodig hebben om zich het<br />
vak eigen te maken. <strong>De</strong> beginnende docent volgt cursussen en workshops en krijgt een ervaren<br />
mentor toegewezen.<br />
Elk land heeft zijn eigen programma ontwikkeld, maar gemeenschappelijk is dat de starter<br />
minder uren voor de klas hoeft te staan, terwijl hij wel voor een fulltime baan wordt uitbetaald.<br />
Frankrijk gaat daarin het verst; een volledig salaris terwijl de starter maar eenderde<br />
van het aantal uren voor de klas staat. In Engeland werkt een beginner tien procent minder<br />
dan zijn ervaren collega. Daarnaast worden starters ook ontzien door ze bijvoorbeeld niet<br />
voor een lastige klas te zetten of te ingewikkelde taken te geven.<br />
Voor het grootste deel financiert de staat de begeleidingsprogramma’s. <strong>De</strong> ervaring heeft<br />
namelijk geleerd dat die investering loont. Leraren die goed worden gecoacht, stromen veel<br />
minder snel uit. In Californië leverde het begeleidingsprogramma een verbluffend resultaat<br />
op. Hield voordien de helft van de starters het binnen vijf jaar voor gezien, nu werkt na twee<br />
jaar 94 procent van de beginners nog steeds in het onderwijs.<br />
15
Communiceer<br />
Negen tips<br />
OMGAAN MET OUDERS<br />
Hoe ouder de kinderen worden die je in je klas hebt, hoe minder vaak je hun <strong>ouders</strong> tegenkomt.<br />
Maar elke leraar krijgt hoe dan ook <strong>met</strong> ze te maken: <strong>ouders</strong> die vinden dat jij slecht <strong>met</strong> hun kind<br />
omgaat, die zichzelf veel meer deskundigheid toedichten over hun kind dan hun docent of die<br />
gewoon erg <strong>met</strong> hun kind meeleven. Hoe ga je daarmee om? “Wees duidelijk”, zeggen ervaren<br />
docenten. “En práát <strong>met</strong> ze.” Tekst Hanne Obbink<br />
2<br />
1<br />
Praat <strong>met</strong> <strong>ouders</strong>. Dat is regel één, zegt iedere<br />
ervaren leraar. Natuurlijk is communicatie een<br />
zaak van de hele school. Een goede schoolgids<br />
die <strong>met</strong> <strong>ouders</strong> doorgenomen wordt als ze hun<br />
kind aanmelden, is alvast stap één. Een regelmatige<br />
nieuwsbrief die <strong>ouders</strong> op de hoogte houdt<br />
van wat er op school aan de hand is en wat er van<br />
hen verwacht wordt, kan stap twee zijn. Maar ook<br />
als individuele leerkracht kun je veel doen om te<br />
zorgen dat <strong>ouders</strong> weten waar ze aan toe zijn. En<br />
dat kan in heel simpele dingen zitten. Houd bijvoorbeeld<br />
duidelijk vast aan de regel dat <strong>ouders</strong><br />
die hun kind de klas in brengen stipt om half<br />
negen weg moeten zijn. Maar ook over de prestaties<br />
van een kind kan je maar beter duidelijk<br />
zijn. “Als je steeds zegt dat Pietje het prima doet<br />
en hij moet vervolgens naar het vmbo, dan snappen<br />
<strong>ouders</strong> dat niet”, zegt Jaap Eringa, docent<br />
aan een basisschool in de Amsterdamse<br />
Bijlmermeer. “Als zo’n mededeling over het vervolgonderwijs<br />
als een verrassing komt, dan is er<br />
al eerder iets misgegaan in de communicatie<br />
<strong>met</strong> <strong>ouders</strong>.”<br />
2<br />
Bemoei je niet <strong>met</strong> de<br />
opvoeding<br />
Gedrag van kinderen in je klas heeft vaak alles te<br />
maken <strong>met</strong> hoe <strong>ouders</strong> thuis <strong>met</strong> hun kinderen<br />
<strong>omgaan</strong>. En soms zul je misschien aandrang voelen<br />
om eens een hartig woordje <strong>met</strong> <strong>ouders</strong> te<br />
spreken, omdat je vindt dat ze meer werk zouden<br />
moeten maken van de opvoeding. “Dan begeef je<br />
je op glad ijs, daar moet je heel voorzichtig mee<br />
zijn”, zegt Eringa. “Natuurlijk ben je in je klas<br />
soms ook bezig <strong>met</strong> opvoeden. Zodra kinderen<br />
bij mij over de drempel stappen, moeten ze zich<br />
gedragen volgens mijn regels. Maar buiten de<br />
klas houdt je invloed op. En je verantwoordelijkheid<br />
trouwens ook.”<br />
16 Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
1<br />
1 Laat je geen verantwoordelijkheden<br />
in de schoenen<br />
schuiven<br />
3<br />
2<br />
Ouders willen nogal eens dat jij als leerkracht nu<br />
juist voor hun kind speciale aandacht hebt. Dat<br />
kan uiteraard maar zeer ten dele. “Ouders vragen<br />
me wel eens: belt u ons even als er iets misgaat<br />
<strong>met</strong> ons kind”, zegt Wim Konijnenberg, leraar<br />
aan het Christelijk Lyceum in Zeist. “Maar die<br />
vraag kaats ik altijd terug. Mijn telefoonnummer<br />
staat in de schoolgids, ze kunnen me altijd bellen.<br />
Ik wil ook niet buiten mijn leerlingen om<br />
<strong>met</strong> <strong>ouders</strong> bellen. Dan laat ik ze niet in waarde.”<br />
24
1<br />
Trek je niets aan van geklets in<br />
de wandelgangen<br />
Veel <strong>ouders</strong> houden er waarschijnlijk een mening<br />
op na over de leerkracht van hun kind. En daar<br />
praten ze onderling vast ook over, bijvoorbeeld als<br />
ze op het schoolplein staan te wachten bij het uitgaan<br />
van de school. Trek je daar niets van aan.<br />
“Er is altijd wel een ouder <strong>met</strong> het een of ander<br />
oordeel over je, en er zijn altijd wel andere <strong>ouders</strong><br />
die bereid zijn daarin mee te gaan”, zegt Eringa.<br />
“Daar moet je een beetje bovenstaan. Je hebt er<br />
pas mee te maken als ze naar je toekomen.”<br />
15 2<br />
Serieuze problemen? Zorg dat<br />
je goed beslagen ten ijs komt<br />
Heb je te maken <strong>met</strong> een kind <strong>met</strong> bijvoorbeeld<br />
dyslexie of iets anders wat speciale zorg vereist,<br />
zorg dan dat je goed beslagen ten ijs komt in het<br />
gesprek dat je daarover <strong>met</strong> <strong>ouders</strong> voert. Zorg<br />
bijvoorbeeld dat je weet wat de intern begeleider<br />
ervan vindt en wat een remedial teacher te bieden<br />
heeft. “Het scheelt veel als je goed weet wat<br />
je <strong>met</strong> een leerling van plan bent,” zegt Evelien<br />
Kroon, basisschooldocente in Putten. Belangrijk<br />
is ook dat de school in de loop van de tijd goed<br />
bijhoudt wat er <strong>met</strong> elke leerling aan de hand is.<br />
“Je hoort <strong>ouders</strong> wel zeggen: had de school daar<br />
niet allang iets aan moeten doen!?”, zegt Kroon.<br />
“Dan is het belangrijk dat je weet wat de school<br />
in het verleden al <strong>met</strong> een leerling heeft gedaan.”<br />
26 1<br />
Geef <strong>ouders</strong> ook de ruimte om<br />
te praten over hun kind<br />
Zeker als je slecht nieuws te melden hebt over<br />
een kind, is het verstandig er rekening mee te<br />
houden dat <strong>ouders</strong> daarvan zullen schrikken.<br />
Geef ze dus ook ruimte voor die gevoelens, zegt<br />
Kroon. “<strong>De</strong> mededeling dat een kind blijft zitten,<br />
kan hard aankomen. Ouders hebben vaak even<br />
tijd nodig om dat te verwerken en te accepteren.”<br />
Neem dan ruim de tijd om <strong>met</strong> <strong>ouders</strong> over<br />
hun kind te praten. En kom niet te snel aanzetten<br />
<strong>met</strong> de oplossingen die je zelf al bedacht<br />
hebt. “Dan sla je dat acceptatieproces over.” Sta<br />
open voor <strong>ouders</strong>, zegt ook Wim Konijnenberg.<br />
Heel veel <strong>ouders</strong> ziet hij nooit. Maar áls ze<br />
komen om te praten, is daar een reden voor.<br />
“Ik begin dus nooit te vertellen, ik begin altijd<br />
<strong>met</strong> een heleboel vragen.”<br />
17 2<br />
Boze <strong>ouders</strong>? Ga nooit in de<br />
tegenaanval<br />
Ouders zien zichzelf vaak ook als de grootste<br />
deskundigen als het om hun kind gaat. Niet ten<br />
onrechte, uiteraard. Het komt voor dat ze daarom<br />
<strong>met</strong> enige verontwaardiging reageren op wat jij<br />
hen over hun kind te vertellen hebt. “Hoe haal je<br />
het in je hoofd!? Dat krijg ik wel eens te horen,<br />
ja”, zegt Eringa. “Dat moet je niet persoonlijk<br />
opvatten. Gewoon rustig blijven. Blijf hoe dan<br />
ook on speaking terms.” Ouders zijn soms<br />
gewoon hartstikke boos, weet ook Thera van der<br />
Vooren van Buro van der Vooren, dat trainingen<br />
geeft aan leraren die <strong>met</strong> agressie te maken krijgen.<br />
“Maar ga nooit in de tegenaanval. Zeg dus<br />
niet: wij doen toch ook ons best, of iets dergelijks”,<br />
zegt zij. “Geef <strong>ouders</strong> de ruimte om hun<br />
woede te luchten. Spiegel, herhaal wat <strong>ouders</strong><br />
zeggen, laat merken dat je hun woede ziet. En<br />
houd dat vol tot de spanning eraf is. Daarna valt<br />
er meestal wel weer te praten.”<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
2<br />
2 8<br />
Agressieve <strong>ouders</strong>?<br />
Trek je grenzen<br />
Soms gaan <strong>ouders</strong> een stap verder. Ze worden<br />
grof en beledigend of zelfs fysiek bedreigend.<br />
Dan werkt het niet langer om <strong>ouders</strong> de ruimte te<br />
geven, zegt Van der Vooren, dan moet je een<br />
grens trekken. “Zeg dan: u beledigt mij, ik wil<br />
níet dat u dat doet”, zegt zij. “Daarna kan je misschien<br />
zeggen: ik zie wél dat u daar en daar boos<br />
over bent.” Helpt dat niet, herhaal dan je boodschap.<br />
En geef uiteindelijk ook aan welke consequentie<br />
je trekt. “Zeg dan bijvoorbeeld: als u niet<br />
stopt, beëindig ik dit gesprek.” Voor <strong>ouders</strong> die<br />
zich zo gedragen is de stap naar fysiek geweld<br />
dan nog maar klein. Ga dus weg zonder zo<br />
iemand je rug toe te keren, raadt Van der Vooren<br />
aan en haal er een collega bij.<br />
19 2<br />
Ben je onzeker? Haal er<br />
iemand bij<br />
Dat kan je trouwens ook al doen voor het gesprek<br />
begint. Je zult als beginnende leraar te maken<br />
krijgen <strong>met</strong> <strong>ouders</strong> die soms een jaar of twintig<br />
ouder zijn dan jij. Als zich dan problemen voordoen<br />
<strong>met</strong> een kind in je klas en het is nodig daarover<br />
<strong>met</strong> de <strong>ouders</strong> een gesprek te voeren, dan<br />
kan het best zijn dat je je onzeker voelt. Schaam<br />
je er dan niet voor om een collega te vragen bij<br />
zo’n gesprek aanwezig te zijn. “Dat kan soms<br />
heel verstandig zijn”, zegt Eringa. “Of voer dat<br />
gesprek in de kamer van de directie. Dat straalt<br />
<strong>met</strong>een wat meer gezag uit.”<br />
17
MARNA<br />
&<br />
Ze waren zelf lastige leerlingen, maar MARNA: “Onderbouwdocenten zijn vaak wel een MARNA: “Ik was, net als iedereen, heel verbaasd.<br />
kozen, via een omweg, uiteindelijk allebei beetje maf. Ze kunnen lekker gek doen. Dat past Maar ik denk dat hij <strong>met</strong> pubers wel goed is. Hij<br />
voor het onderwijs, het vak van hun<br />
wel bij mij.”<br />
gaat er in elk geval helemaal voor.”<br />
moeder. Marna Agaatsz (23) is tweede- OLAV: “Ik geloof dat je voor elk type onderwijs wel OLAV: “Ik vind pubers fantastisch. Ze schoppen<br />
jaars op de pabo van de Hogeschool van een beetje gek moet zijn.”<br />
overal tegenaan en ik probeer die energie een<br />
Amsterdam, Olav (25) is daar derdejaars MARNA: “Daar ben ik het mee eens.”<br />
beetje om te buigen naar iets positiefs.”<br />
op de lerarenopleiding Engels. Een<br />
OLAV: “Het heeft te maken <strong>met</strong> creativiteit. MARNA: “Ik vind het wel grappig dat hij ook het<br />
interview <strong>met</strong> broer en zus. “Voor het Leraren denken anders. Je moet leerlingen berei- onderwijs in gaat, maar we hebben het er <strong>met</strong><br />
onderwijs moet je een beetje gek zijn.” ken en dat kan alleen als je creatief <strong>met</strong> de stof elkaar eigenlijk niet veel over.”<br />
omgaat.”<br />
OLAV: “We zien elkaar ook niet zo vaak. We heb-<br />
Tekst Eva Prins Foto Joost Grol<br />
MARNA: “Creatief en enthousiast.”<br />
ben het allebei hartstikke druk <strong>met</strong> studie, stage,<br />
OLAV: “Ik hoor ook vaak: wie kiest er nou voor het vrienden, bijbaantje.”<br />
OLAV: “Jij voor de klas? <strong>De</strong> grootste losbol die er onderwijs? En zeg nou zelf: wie gaat er nou voor MARNA: “En ik woon op kamers in Amsterdam en<br />
rondloopt! Hoe vaak ik dat niet heb gehoord. z’n lol voor 25 wolven staan die jou op willen hij (weer) thuis in Lelystad. We werken bovendien<br />
Iedereen stond verbaasd van mijn keus.”<br />
eten. Daar moet je toch een beetje gek voor zijn?” natuurlijk allebei <strong>met</strong> een heel andere doel-<br />
MARNA: “Bij mij niet. Ik heb altijd iets gehad <strong>met</strong> MARNA: “Ik had mezelf niet in de klas willen hebgroep.” kinderen. Ik stond vroeger al schooltje te spelen ben!”<br />
OLAV: “Misschien dat het straks anders wordt als<br />
en heb altijd veel geholpen bij mijn moeder op OLAV: “Ik mezelf ook niet. Ik was bepaald geen jij in je derde jaar de minor over onderwijs binnen<br />
school. Op de mbo-opleiding sociaal pedagogisch lieverdje. Ik was er nooit. In 4-havo zou ik voor de het vmbo gaat doen.”<br />
werk heb ik ook de specialisatie onderwijs tweede keer blijven zitten. Toen moest ik van MARNA: “Ja, dat lijkt me heel leuk.”<br />
gevolgd.”<br />
school af. Ik ken echt alle spijbeltrucjes.” OLAV: “Het is ook heel leuk. Als je ziet hoe ze de<br />
OLAV: “Ik vond het grappig dat Marna voor de MARNA: “<strong>De</strong> te laat-smoesjes ken ik ook wel. Ik middelbare school binnenkomen en hoe ze na<br />
pabo koos. Drie mensen uit ons gezin in het was ook geen makkelijke puber. Ik zat alleen een jaar naar de tweede gaan. Je ziet ze echt<br />
onderwijs. Wie had dat ooit gedacht!”<br />
maar lol te trappen.”<br />
enorm groeien. Dat vind ik schitterend.”<br />
MARNA: “Onze moeder is kleuterleidster. Tijdens<br />
het eten hoorden we altijd haar enthousiaste verhalen.<br />
Dat heeft op mij wel invloed gehad.”<br />
OLAV: “Op mij niet. Ik heb ook niets <strong>met</strong> kinderen<br />
tot twaalf jaar. Die vind ik alleen maar irritant en<br />
kleuters helemaal.”<br />
MARNA: “Ik heb zelf ook minder <strong>met</strong> kleuters. Bij<br />
kleuters ben je meer verzorgend bezig. Ik wil liever<br />
echt lesgeven.”<br />
OLAV: “Ik kan me echt niet in kleine kinderen verplaatsen.”<br />
OLAV: “Na de havo ben ik naar het mbo gegaan,<br />
maar dat heb ik ook niet afgemaakt. Toen kreeg ik<br />
baantje als teamleider bij een call center. Nadat<br />
het call center failliet ging, ben ik bewaker geworden<br />
en daar begon ik na te denken: wat wil ik nou<br />
echt? Wat ligt me goed? Toen kwam ik bij het<br />
onderwijs uit. Ik geef al sinds mijn zestiende les<br />
in pencak silat, een Indonesische verdedigingsport.<br />
Ik vind het leuk om dingen goed uit te leggen<br />
en Engels was mijn beste vak. Zo werd het de<br />
lerarenopleiding Engels.”<br />
18 Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
MARNA: “Die enthousiaste verhalen hebben mij<br />
denk ik wel aangestoken om het ook op het vmbo<br />
te willen proberen.”<br />
OLAV: “Het is ook een beetje idealisme. Ik wil kinderen<br />
iets meegeven, iets bijbrengen.”<br />
MARNA: “Dat je misschien een klein steentje bij<br />
kan dragen om ze een goede start te geven. Dat<br />
heb ik ook. En daarnaast vind ik het gewoon leuk<br />
om <strong>met</strong> kinderen om te gaan. Ze zijn puur en<br />
direct.” N
OLAV
advertentie kennisnet
WIJZE<br />
Beste Wijze Wies,<br />
Op mijn pabo zijn ze dit jaar overgeschakeld op<br />
een heel nieuw systeem. Het heet competentiegericht<br />
onderwijs. Ik vind het nogal vaag allemaal.<br />
Je moet aan de hand van leervragen je<br />
eigen ontwikkeling sturen. Ik had op het formulier<br />
van mijn persoonlijk ontwikkelingsplan maar<br />
een paar leervragen opgeschreven. Aan al die<br />
andere competenties wilde ik pas volgend jaar<br />
gaan werken. <strong>De</strong>ze opleiding duurt toch lang<br />
genoeg. Ik dacht ook dat ik dat zelf mocht weten.<br />
Per slot moeten we onze ontwikkeling nu helemaal<br />
zelf sturen. Mijn studiebegeleider keurde<br />
dit plan echter af. Ik moet bij alle competenties<br />
uitgebreide leervragen hebben. Ik baal er<br />
flink van. Wijze Wies, wie stuurt nu eigenlijk.<br />
<strong>De</strong> opleiding of ik?<br />
Huub<br />
Beste Huub,<br />
Het woord zelfsturing betekent in hogeschooltaal<br />
niet dat je zomaar ergens mag beginnen en zomaar<br />
ergens uit mag komen. <strong>De</strong> opleidingen<br />
hebben het einddoel en alle tussenniveaus zelfs<br />
beter gedefinieerd dan ooit. Dat betekent dat de<br />
eindbestemming en de tussenhaltes vastliggen,<br />
maar dat de route door de student bepaald<br />
wordt. Of het op deze wijze nog zelfsturing zou<br />
mogen heten is een goede vraag. Ik denk dat het<br />
beter is om de nieuwe rol van de studenten te<br />
beschrijven als de inzittenden van een auto die<br />
op de afstandsbesturing van de pabo rijdt. Je<br />
kunt wel beslissen om even te stoppen, of om<br />
een omweg te maken, desnoods leg je de route<br />
nog een keer af maar je dient wel voor het donker<br />
bij de eerste halteplaats aan te komen.<br />
WIJZE<br />
Beste Wijze Wies.<br />
Ik ben razend op mijn begeleider. Het afgelopen<br />
jaar heeft het mij niet meegezeten. Mijn oma<br />
overleed, mijn computer crashte en een keer lag<br />
zelfs het hele netwerk in de buurt eruit. Daardoor<br />
kon ik steeds mijn werk niet op tijd inleveren. Ik<br />
geef ook wel toe dat ik altijd wat moeilijk op gang<br />
kan komen. Ik heb mijn studiebegeleider steeds<br />
op de hoogte gehouden van al deze dingen. En<br />
dan knikte ze alleen maar wat verveeld. Nu heeft<br />
ze me laatst bij zich geroepen en gezegd dat ze<br />
me een bindend negatief studieadvies gaat<br />
geven vanwege mijn puntenachterstand en mijn<br />
werkhouding. Maar waarom waarschuwde ze me<br />
dan niet, waarom knikte ze alleen maar zo verveeld?<br />
Dit is toch geen begeleiden?<br />
Jorrit<br />
Beste Jorrit,<br />
Ik kan mij bijna niet voorstellen dat jouw studiebegeleider<br />
vanaf de eerste dag verveeld heeft zitten<br />
knikken tegen je. <strong>De</strong>ze houding is er waarschijnlijk<br />
bij haar ingeslopen omdat je steeds<br />
opnieuw argumenten aanvoert om je werk niet af<br />
te hebben. Ik heb mij eerlijk gezegd zelf ook wel<br />
eens verbaasd over groot<strong>ouders</strong> die op voor hun<br />
kleinkinderen heel strategische momenten hun<br />
laatste adem uitbliezen. Natuurlijk grijpt zo’n<br />
gebeurtenis je erg aan maar je kunt niet verwachten<br />
dat het je ontslaat van allerlei verplichtingen.<br />
En computers die crashen, netwerken die uitvallen,<br />
bruggen die open staan, treinen die niet rijden?<br />
Het overkomt je vast niet vaker dan anderen.<br />
<strong>De</strong> belangrijkste informatie die je geeft in je<br />
brief zit in de zin dat je in de regel wat moeilijk op<br />
gang komt. Als ik het goed begrijp kom je soms<br />
zelfs helemaal niet op gang. Het lijkt me vele<br />
malen zinvoller om daar conclusies aan te verbinden<br />
dan wat te mopperen over het karakter van je<br />
studiebegeleider. Die heeft haar diploma al.<br />
WIJZE WIJZE<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
Beste Wijze Wies,<br />
<strong>De</strong> mentor van mijn stageklas gaat over een paar<br />
jaar <strong>met</strong> de vut. Nu moet ik tijdens mijn stage<br />
allemaal bewijsdocumenten verzamelen waarmee<br />
ik straks moet aantonen dat ik een aantal<br />
competenties al beheers. Daar heb ik natuurlijk<br />
het oordeel van mijn mentor bij nodig. Ik kan<br />
moeilijk zelf zeggen of het wel of niet goed gaat.<br />
Het probleem is dat zij daar helemaal geen zin in<br />
heeft. Ze zucht telkens heel diep als ik erover<br />
begin. Ze vindt het allemaal ingewikkeld. In haar<br />
tijd ging het toch ook goed, klaagt ze dan. Ze<br />
schrijft soms wel wat op over mijn lessen maar<br />
dat doet ze volgens haar eigen prioriteiten en<br />
inzichten. Als ik vraag of ze op een speciaal punt<br />
wil letten omdat ik dat nodig heb voor mijn portfolio,<br />
doet ze het gewoon niet. Ik voel me helemaal<br />
klem zitten tussen de opvattingen van de<br />
pabo en de opvattingen van de mentor.<br />
Lianne<br />
Beste Lianne,<br />
Het is jammer dat deze mentor zich niet meer in<br />
jou kan verplaatsen. Ze zit haar tijd uit, denk ik.<br />
Hoewel het beslist waar is dat er de laatste twintig<br />
jaar veel gevraagd is van haar generatie, is het<br />
toch vervelend om te zien hoe uitgeblust en<br />
ongeïnspireerd enkelen hun laatste jaren uitdienen.<br />
Het is frustrerend voor je om op deze wijze<br />
je portfolio te moeten samenstellen, maar het is<br />
geen ramp. Het is niet moeilijk voor een beoordelaar<br />
om te zien waar jouw inspanning eindigt en<br />
de onwil of misschien ook wel het onvermogen<br />
van je mentor begint. Daar komt bij dat er beslist<br />
zaken zijn die je van zo’n mentor kunt leren. Ze<br />
hebben vaak veel handigheid ontwikkeld in het<br />
handhaven van de orde. Ook zijn ze vaak verbazingwekkend<br />
efficiënt. Als zelfs dat niet (meer)<br />
het geval is kunnen ze je altijd nog leren hoe je<br />
je moet handhaven in treurige omstandigheden.<br />
21
AOb!live<br />
festival voor starters&studenten<br />
woensdag 1 juni 2005<br />
Hogeschool Domstad Utrecht<br />
van 12.30 tot 19.00 uur<br />
01 06 2005<br />
AOb!live<br />
Bij een AOb!live evenement ontmoet je vakgenoten en krijg je<br />
informatie naar keuze in een prettige ontspannende omgeving. Hier<br />
luister je niet een halve dag naar lezingen, maar doe je vooral actief<br />
mee. AOb!live is spannend, informatief, van deze tijd en kent geen vast<br />
programma. Meepraten over je favoriete onderwerp, ervaringen delen<br />
<strong>met</strong> collega's. Tussendoor een ontspannende powerbreak om daarna<br />
volledig in balans je weg te vervolgen. AOb!live voor starters & studenten<br />
vindt jaarlijks plaats op de eerste woensdagmiddag van juni in<br />
Hogeschool Domstad Utrecht.<br />
Kosten<br />
<strong>De</strong>elname aan het festival voor starters & studenten is voor leden<br />
van de AOb gratis. Niet-leden betalen een eigen bijdrage van<br />
€10,–. Word je ter plekke lid van de AOb, dan betaal je uiteraard<br />
geen entreegeld. Lid worden van de AOb kan al vanaf €2,50 per<br />
maand.<br />
Meer informatie<br />
Uitgebreide beschrijvingen van de workshops en het inschrijfformulier<br />
vind je op www.aob.nl. Heb je nog vragen over het programma,<br />
mail dan naar beginners@aob.nl. Alle deelnemers krijgen een<br />
week voor aanvang een bevestiging en definitief programma<br />
thuisgestuurd.<br />
Workshops op locatie<br />
Enkele workshops uit het programma kunnen tegen een vergoeding<br />
ook op locatie worden verzorgd. Meer over weten? Mail ons,<br />
voorlichting@aob.nl<br />
22 Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
Programma<br />
Tussen 12.30 en 13.15 uur verwachten wij je in de aula van<br />
Hogeschool Domstad. Na de opening begint om 13.30 uur je<br />
eerste workshop. Je kiest uit de volgende onderwerpen:<br />
• timemanagement<br />
• <strong>omgaan</strong> <strong>met</strong> moeilijke klassen<br />
• inzicht in de conflictmodellen<br />
• hoe hou je orde?<br />
• liefde in de schoolbanken<br />
• <strong>omgaan</strong> <strong>met</strong> jongeren uit de straatcultuur<br />
• communicatie <strong>met</strong> <strong>ouders</strong><br />
• feestdagen & vieringen<br />
• <strong>omgaan</strong> <strong>met</strong> collega’s<br />
• dansen in de school<br />
• rechtspositie algemeen<br />
• pedagogisch klimaat in de klas<br />
• aan de slag <strong>met</strong> competenties<br />
• docentenbegeleiding, good practice<br />
• emoties in de klas<br />
• percussie en ritme in het onderwijs<br />
• wetenschap van de adem, stressvermindering<br />
Onder alle deelnemers<br />
verloten we een driedaagse<br />
reis naar Parijs, inclusief<br />
een dag Disneyland, voor<br />
twee personen<br />
Tot 17.30 uur volg je maximaal drie workshops. Na de laatste ronde<br />
presenteren we de beginnersalmanak, een onmisbare handleiding<br />
boordevol praktische tips voor je eerste praktijkjaren. Leden krijgen<br />
de almanak gratis mee naar huis. Aansluitend kun je gebruik maken<br />
van een vegetarisch buffet om de middag mee af te sluiten.
Alle leden van de <strong>Algemene</strong> <strong>Onderwijsbond</strong> zijn sinds kort in het bezit van <strong>De</strong> Onderwijspas.<br />
Met de onderwijspas en het daarop vermelde lidmaatschapsnummer kun je gebruik maken van<br />
aantrekkelijke kortingen op interessante producten. Een weekendje weg in een sfeervol hotel,<br />
korting op een museumbezoek, een goedkopere verzekering, een aantrekkelijk geprijsde thriller<br />
of dineren <strong>met</strong> 25 procent korting, het kan allemaal <strong>met</strong> de onderwijspas van de AOb.<br />
Op www.onderwijspas.nl vind je een overzicht van alle kortingen. Hier staan de permanente<br />
aanbiedingen en een wisselend aanbod van speciale voordeelacties <strong>met</strong> een kortlopende geldigheidsduur.<br />
Ook een onderwijspas ontvangen? Word dan lid van de AOb. Vul de bon in op de achterpagina<br />
van deze Straksvoordeklas. Voor studenten kost het lidmaatschap maar € 2,50 per maand!<br />
Onderwijstalent gezocht<br />
Studenten aan de lerarenopleidingen leveren vaak<br />
een waardevolle bijdrage aan de onderwijsontwikkeling<br />
op stagescholen. Met de Trouw-Talentprijs<br />
hebben lerarenopleidingen de mogelijkheid om de<br />
prestaties van deze studenten voor het voetlicht te<br />
halen. <strong>De</strong> Trouw-Talentprijs wordt dit jaar in<br />
oktober, tijdens de Nationale Onderwijsweek,<br />
uitgereikt door minister Van der Hoeven.<br />
Elk opleidingsinstituut mag één student(e)<br />
afvaardigen binnen de categorie aankomende<br />
leraren in het basisonderwijs of de categorie aankomende<br />
leraren in het voortgezet onderwijs. In<br />
beide categorieën bestaat de prijs uit een bronzen<br />
trofee, een jaarabonnement op Trouw en een<br />
geldbedrag van duizend euro.<br />
<strong>De</strong> organisatie is in handen van dagblad Trouw<br />
en het Instituut voor Nationale Onderwijspromotie<br />
(INOP), dat ook de Nationale<br />
HAAL MEER VOORDEEL UIT<br />
HET AOb-LIDMAATSCHAP!<br />
Onderwijsprijs coördineert. Giralis is nauw<br />
betrokken bij de beoordeling van de inzendingen.<br />
Straksvoordeklas steunt het initiatief en<br />
stelt een eigen prijs ter beschikking.<br />
Studeer jij aan een lerarenopleiding? Vind jij dat<br />
het Nederlandse onderwijs wel een frisse nieuwe<br />
Straksvoordeklas • MEI 2005<br />
www.onderwijspas.nl<br />
DOE MEE AAN DE TROUW-TALENTPRIJS 2005!<br />
impuls kan gebruiken en heb je die <strong>met</strong> succes<br />
in de praktijk gebracht? Vul dan voor 1 juni<br />
2005 het aanmeldingsformulier op de INOPwebsite<br />
in: www.onderwijsprijs.nl. Je hebt dan<br />
nog tot 15 september om daadwerkelijk materiaal<br />
in te zenden. Zodra je aanmelding binnen is,<br />
brengt het INOP je stagecoördinator op de hoogte.<br />
<strong>De</strong> uiteindelijke beslissing over je kandidatuur<br />
wordt genomen door je opleidingsinstituut.<br />
Heb je nog vragen over de Trouw-Talentprijs?<br />
Kijk op www.onderwijsprijs.nl of neem contact<br />
op <strong>met</strong> het INOP, telefoon 048 751 23 11<br />
of e-mail naar info@inop.nl.<br />
23
Voorjaars-<br />
DE ALGEMENE ONDERWIJSBOND Straksvoordeklas<br />
Naam en voorletters<br />
Adres<br />
Postcode<br />
Telefoon (privé)<br />
Je contributie van €2,50 per maand wordt van je rekening afgeschreven<br />
Nummer giro/bankrekening<br />
Gegevens van de school waar je studeert<br />
Naam school<br />
Adres<br />
Met de Nationale tijdschriftenbon maak je zélf een keuze uit het complete<br />
scala aan (proef)abonnementen van ruim 280 verschillende tijdschriften.<br />
<strong>De</strong> bon kan door middel van de unieke code op www.nationaletijdschriftenbon.nl<br />
verzilverd worden. Alle abonnementen lopen automatisch af. Veel<br />
leesplezier dit voorjaar!<br />
Ja, ik word studentlid van de AOb<br />
Postcode<br />
Wil je op de hoogte blijven van de activiteiten van de groep beginnend onderwijspersoneel?<br />
Wat is je (vermoedelijke) afstudeerdatum?<br />
Studeer je voor leraar basisonderwijs | speciaal onderwijs | voortgezet onderwijs<br />
Welke maand moet je lidmaatschap ingaan?<br />
Datum<br />
aanbieding!<br />
Word voor € 2,50 per maand studentlid van<br />
de <strong>Algemene</strong> <strong>Onderwijsbond</strong> en ontvang de<br />
nationale tijdschriftenbon ter waarde van € 10,–<br />
Maak gebruik van de voorjaarsaanbieding! Iedereen die nu voor een jaar<br />
lid wordt van de AOb ontvangt de nationale tijdschriftenbon t.w.v. €10,–.<br />
<strong>De</strong>ze aanbieding geldt tot 8 juni 2005. Lid worden kan via www.aob.nl of<br />
via onderstaande bon.<br />
man | vrouw<br />
Plaats<br />
Geboortedatum<br />
Plaats<br />
Ja | nee<br />
Handtekening<br />
DE AOb, DE VOORDELIGE COLLEGA (€2,50 VOOR STUDENTEN)<br />
Straksvoordeklas? Nu alvast studentlid worden. Voor alle studenten aan lerarenopleidingen is er een speciaal tarief • Voor € 2,50 per maand<br />
kan je lid worden bij de AOb • Als studentlid ontvang je elke twee weken Het Onderwijsblad • Zo blijf je op de hoogte van ontwikkelingen in het onderwijs • Ook<br />
kan je gratis brochures aanvragen over arbeidsvoorwaardelijke, onderwijskundige en rechtspositionele onderwerpen, lid worden van de beginnersgroep en<br />
deelnemen aan workshops. STUUR DEZE BON NAAR: AOb INFORMATIE- EN ADVIESCENTRUM ANTWOORDNUMMER 4346 3500 VE UTRECHT