PTA 4 VWO 2009-2010 Programma van Toetsing en Afsluiting ...

1
PTA
4 VWO
2009-2010
Programma van Toetsing
en Afsluiting
Groen van Prinstererlyceum
(onderdeel van de Lentiz onderwijsgroep)

Inleiding
In deze gids wordt het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) van het vierde leerjaar VWO van het Groen
van Prinstererlyceum (onderdeel van de Lentiz Onderwijsgroep) uiteengezet.
In dit programma wordt van alle vakken vermeld:
- de leerstof,
- de toetsvorm,
- de toetsduur,
- de week waarin een toets plaatsvindt.
De weging en berekening van de cijfers wordt in deze inleiding uitgelegd.
Het is van belang dat je deze gids goed bewaart: je kunt immers per vak precies zien waar je je aan te houden
hebt. Ook je docent moet zich aan het PTA houden. In overleg met leerlingen en directie is het mogelijk af te
wijken van het PTA.
Ingevoegd vind je een formulier. We verzoeken jou en één van je ouders een handtekening te plaatsen.
Daarmee verklaar je dat je kennis hebt genomen van en akkoord bent met de inhoud van dit boekje. De
getekende verklaring lever je uiterlijk 9 oktober 2009 in bij het directielid van de afdeling.
Vlaardingen, september 2009
Groen van Prinstererlyceum
Drs. M. G. Schuddebeurs- van Dulken
2
Verwijderd:

Hier volgen algemene bepalingen over de opzet van het onderwijs en de organisatie van het vierde leerjaar
VWO op het Groen van Prinstererlyceum:
1. Semesters en studieresultaten
De cursus VWO 4 is verdeeld in 2 semesters.
In VWO 4 kennen we proefwerken, tentamens, handelingsdelen en praktische opdrachten. Een deel van
deze toetsen / werken telt mee voor je schoolexamen. De resultaten ervan worden vastgelegd in het
(school)examendossier.
In het voortgangsdossier staan alle behaalde cijfers van dit jaar. Op grond daarvan wordt bepaald of je
overgaat.
2. Proefwerken en tentamens
a. Proefwerken worden tijdens lesuren afgenomen, tentamens (zoveel mogelijk) in lesvrije
tentamenperioden aan het einde van semester 1 en aan het einde van semester 2.
In de tentamenperioden worden zowel schriftelijke als mondelinge tentamens afgenomen. Per vak ten
hoogste één schriftelijk tentamen van 50, 100 of 150 minuten per periode.
In de volgende perioden zullen de tentamens plaatsvinden:
I in week 1 en 2
II in week 23 en 24
Bij een aantal vakken tellen alle cijfers mee voor het examendossier en het voortgangsdossier. Bij sommige
vakken tellen de cijfers nog niet mee voor het examendossier. In het PTA wordt aangegeven welke cijfers
het examendossier ingaan.
Proefwerk- en tentamenopgaven en -uitwerkingen krijg je niet mee naar huis. De docent bewaart die
papieren. Gemaakt werk kun je natuurlijk wel inzien.
b. Absentie tijdens proefwerken en tentamens
In geval van absentie zijn de algemene regels van toepassing: één van je ouders/verzorgers moet 's
ochtends voor je eerste lesuur de absentielijn bellen (010-4452252) om je af te melden. Daarbij moet
worden vermeld in welk vak en bij welke docent je een toets (dus ook een mondeling / luistertoets /
spreekbeurt, enz.) hebt. Ben je meer dan 1 dag ziek, dan moet je iedere dag bellen als je een toets zou
hebben om door te geven om welke toets het gaat.
Zodra je weer op school bent, maak je in de eerste les van het vak waarvan je een toets miste zelf een
afspraak met je docent.
Voor het bezoeken van een arts, tandarts, enz. en voor het afleggen van een rijexamen tijdens een
proefwerk of tentamen wordt geen toestemming verleend.
Indien een leerling een tentamen wegens ziekte of overmacht niet heeft kunnen maken, geldt het inhalen
van dat tentamen als een herkansing. In bijzondere gevallen kan hierop een uitzondering worden gemaakt.
De schoolleiding beslist hierover.
Als een leerling ten onrechte of niet tijdig afgemeld een toets ( ook spreekbeurt of mondeling) verzuimt,
dan gelden de regels onder het kopje ‘fraude’.
Indien een leerling ziek wordt tijdens de les en naar huis wil, moet de leerling zich eerst afmelden bij het
leerlingenloket. De leerling geeft uit zichzelf aan of er die dag nog een toets op het programma staat. Het
verzuim moet door de ouders of verzorgers schriftelijk bevestigd worden door middel van een brief, die de
eerstvolgende dag waarop de leerling weer op school is, wordt ingeleverd bij het leerlingenloket.
Word je niet tijdig afgemeld, dan heb je geen recht om een toets of tentamen in te halen. De
schoolleiding kan maatregelen nemen (zie onder het kopje ‘fraude’).
Een gemiste toets wordt in Vocus eerst aangegeven met een ‘0’. Als blijkt dat de toets ongeoorloofd was
gemist, wordt de 0 veranderd in een 1.
Zie ook het toetsbeleid op de site.
c. Te laat bij toetsen
3

Bij schriftelijke of praktische toetsen mag een leerling die te laat komt tot uiterlijk een half uur na aanvang
(zonder telaatbriefje) worden toegelaten. De leerling moet het werk wel inleveren op de normale eindtijd.
Bovendien wordt de leerling te laat gemeld bij het leerlingenloket. De leerling meldt zich alsnog dezelfde
dag bij de conciërge. Een leerling die bij een mondelinge toets of luistertoets te laat komt (d.w.z. de deur
van de ruimte waar de toets wordt afgenomen is gesloten!) wordt niet meer toegelaten. De betreffende
leerling dient zich onmiddellijk te melden bij het directielid van de afdeling.
d. Tevens worden er diagnostische toetsen afgenomen die de voortgang van de leerling meten. Deze tellen
niet mee voor het eindcijfer.
3. Praktische opdrachten
a. Weging
Voor sommige vakken zal een praktische opdracht (p.o.) gemaakt moeten worden. De cijfers die in de loop
van VWO 4, VWO 5 en VWO 6 voor praktische opdrachten zijn behaald, worden per vak gemiddeld en
tellen bij de meeste vakken voor
20 % mee in het schoolexamencijfer.
Weging praktische opdrachten schoolexamen VWO voor die vakken waarvoor
een ander percentage geldt dan 20 %:
● Informatica* 50 %
● Algemene Natuurwetenschappen* 40 %
● KCV** 10 %
*** Kunst ***
N.B.
* ANW en informatica worden pas in 5 vwo gegeven.
** Het cijfer van KCV wordt verwerkt in het cijfer van Grieks of Latijn.
*** De p.o.’s Kunst tellen voor het voortgangsdossier 60%
b. Te laat
Lever je een praktische opdracht te laat in, dan wordt dat beschouwd als onregelmatigheid (het
ongeoorloofd verzuimen van een toets) en kan een maatregel als genoemd onder het kopje ‘fraude’
worden toegepast.
Als je een p.o. helemaal niet inlevert, kan je niet bevorderd worden naar V5.
c. Bewaar zelf een kopie van de p.o. die je hebt ingeleverd.
4. Fraude
Toetsen en praktische opdrachten worden door jou persoonlijk en individueel gemaakt, tenzij de docent
heeft laten weten dat samenwerken is toegestaan.
Plagiaat wordt als fraude beschouwd. Het klakkeloos overnemen van (gedeelten van) documenten van
bijv. Internet wordt ook als plagiaat beschouwd.
In geval van geconstateerde fraude kan de schoolleiding de volgende maatregelen nemen:
Het toekennen van het cijfer 1
De leerling opdragen een werk opnieuw te maken
Het ontzeggen van deelname aan een herkansing
Het ontzeggen van deelname of verdere deelname aan één of meer toetsen van het schoolexamen of
centraal examen
Het aftrekken van een aantal punten. Het aantal punten dat afgetrokken kan worden, wordt door de
docent bij de instructie voor de (praktische) opdracht schriftelijk aangegeven.
4
Verwijderd:
Verwijderd:
Verwijderd:
Met opmaak: Inspringing:
Links: 0 cm

5. Handelingsdelen
a. In VWO 4 zul je voor een aantal vakken handelingsopdrachten moeten maken. CKV en lichamelijke
opvoeding bestaan zelfs helemaal uit handelingsdelen.
b. Handelingsopdrachten moeten ‘naar behoren’, d.w.z. ‘voldoende’ of ‘goed’ worden gedaan, anders kun je
niet bevorderd worden naar VWO 5.
c. Een leerling is verplicht zelf een week na inlevering naar het resultaat van zijn / haar handelingsdeel te
vragen bij de docent.
d. Als je een handelingsopdracht niet op tijd inlevert, dan word je verplicht de opdracht op school af te
maken. Je ouders worden ingelicht. Bovendien verlies je het recht op herkansing voor dat vak. Een docent
kan maximaal 5 extra opdrachten geven.
e. Is een handelingsopdracht niet voldoende, dan krijg je een week de tijd om de opdracht te verbeteren.
f. Wordt plagiaat vastgesteld bij een handelingsopdracht, dan moet een geheel nieuwe opdracht gedaan
worden. De docent kan een extra opdracht toevoegen.
g. Als je een handelingsdeel inlevert, bewaar je thuis altijd een kopie.
6. Profielwerkstuk en het combinatiecijfer
In VWO 6 ga je een profielwerkstuk over minstens één groot vak (min. 400 slu) van je vakkenpakket
maken.
Onder begeleiding van een docent schrijf je dit werkstuk (studielast 80 uur). In VWO 5 maak je je
keuze voor het vak al bekend.
De cijfers van de kleine vakken ANW en Maatschappijleer en het profielwerkstuk worden in het
Examendossier samengevoegd tot een zogenaamd combinatiecijfer. Elk cijfer mag niet lager dan een 4 zijn.
Voor de overgang tellen de cijfers nog apart.
7. Bewaren van werkstukken, e.d.
Als je een werkstuk (p.o., handelingsdeel, enz) inlevert, bewaar je thuis altijd een kopie:
deze kan opgevraagd worden, dus bewaar je werk zorgvuldig in een ordner. Ook
beoordelingsformulieren voor handelingsdelen en praktische opdrachten bewaar je in een map.
Alle gegevens van je examendossier worden op school bijgehouden, zowel de cijfers als de beoordelingen
"voldoende" of "goed". Je houdt zelf ook bij welke resultaten je behaalt.
N.B. Bewaar al je aantekeningen, werkboeken, schriften voor vwo 6! Daar wordt de stof uit V4 weer
getoetst.
8. Het examendossier
In het examendossier staan die resultaten die voor het schoolexamen meetellen. De opbouw start in VWO
4. Het jaargemiddelde van de toetsen en alle cijfers van de praktische opdrachten voor bepaalde vakken
uit VWO 4 zullen het examendossier in gaan. Het jaargemiddelde van de toetsen krijgt de weging 1. Het
examendossier dat je in VWO 5 en VWO 6 verder opbouwt, zal bestaan uit :
Voor bepaalde vakken het jaargemiddelde van de proefwerkcijfers (gewicht 1) en tentamencijfers (in
principe gewicht 2) uit VWO 4 en 5. Dit jaargemiddelde krijgt de weging 1. In enkele gevallen zal een
tentamen een andere weging krijgen, afhankelijk van de exameneisen (Zie PTA per vak);
de tentamens uit VWO 6: bij de meeste vakken krijgen deze de weging 1 (zie PTA per vak);
praktische opdrachten uit VWO 4, 5 en 6;
het combinatiecijfer: hierin worden de cijfers voor het profielwerkstuk, ANW en maatschappijleer
verwerkt. Elk afzonderlijk cijfer mag niet lager dan een 4 zijn.
Handelingsdelen (L.O. en CKV)
5
Met opmaak:
opsommingstekens en
nummering
Met opmaak: Inspringing:
Links: 0 cm, Tabs: 12,04 cm,
Left
Verwijderd: .
Verwijderd:

De vakken waarvan de toetsen nog niet meetellen voor het examendossier zijn:
Nederlands Natuurkunde
Engels M & O
Economie Grieks
Wiskunde Latijn
Scheikunde Frans
Duits Kunst
De PO’s tellen wel mee.
9. Herkansingen
Per periode mogen 2 tentamens worden herkanst. Het hoogste cijfer na herkansing telt. Een herkansing is
alleen toegestaan, als het tentamen serieus is gemaakt. Bovendien mag je een vak alleen herkansen, als
je de handelingsdelen voor dat vak op tijd hebt ingeleverd en deze voldoende of goed zijn bevonden. Als je
wel hebt ingeschreven, maar niet komt opdagen bij je herkansing(en), dan verlies je voor de eerst
volgende periode (dat kan ook in het volgende schooljaar zijn ) een of beide herkansingen.
Opgeven voor een herkansing gebeurt bij het leerlingenloket en mag pas na bespreking van het
tentamen overleg met de docent .
Mondelinge tentamens vallen niet onder de regeling herkansing, praktische opdrachten en luistertoetsen
evenmin.
Een herkansing kan niet worden ingehaald.
Als een leerling zich niet (op tijd) opgeeft voor een herkansing, betekent dit dat de leerling niet mag
herkansen.
Bij herkansingen van de tentamens telt het hoogst behaalde cijfer.
Naast de herkansingsregeling voor de tentamens (zoals hierboven beschreven) geldt er nog een
herkansingsregeling van één toets (proefwerk/so) per semester. Deze regeling staat beschreven in het
toetsbeleid (zie de schoolsite).
Bij herkansing van een repetitie telt het cijfer van de herkansing.
10. Herexamens
Voor veel vakken zul je aan het einde van VWO 6 een centraal schriftelijk examen moeten afleggen. In die
gevallen bepaalt het schoolexamencijfer de helft van je eindcijfer, het centraal schriftelijk examencijfer de
andere helft.
Andere vakken kennen slechts een schoolexamencijfer; dit cijfer is tevens het eindcijfer. In twee van die
vakken mag je, na het afsluiten van het schoolexamen voor het betreffende vak , een herexamen doen,
mits je een eindcijfer lager dan een 5,49 hebt. Het herexamen gaat over alle stof van het betreffende vak.
Het hoogst behaalde cijfer telt.
Een herexamen is niet bedoeld voor de overgang. Dit houdt in, dat je alleen herexamen mag doen, mits je
bevorderd bent.
Vakken die alleen een schoolexamen kennen:
Algemene Natuurwetenschappen (ANW)
Culturele en Kunstzinnige Vorming (CKV) *
Informatica
Klassieke Culturele Vorming *
Lichamelijke opvoeding *
Maatschappijleer
6
Verwijderd:

NLT *
* voor deze vakken is geen herexamen mogelijk
11. Vrijstellingsregel
Een leerling mag kiezen voor een vrijstelling voor een 2 e moderne vreemde taal als hij/zij over een
officiële dyslexieverklaring beschikt of geen Fa of Du in de onderbouw gevolgd heeft. In het geval
van vrijstelling dient de leerling een ander vak (min 400 slu) te volgen.
12. TTO
De leerlingen die TTO volgen, krijgen diverse vakken in het Engels. Daarnaast krijgen de
leerlingen een apart programma voor het vak Engels ter voorbereiding van het examen
International Baccalauriaat.
13. De overgang naar VWO 5
a. Berekening van het overgangsrapportcijfer
In het voortgangsdossier staan alle behaalde resultaten van dit jaar. Op grond daarvan wordt bepaald of je
overgaat.
Het overgangscijfer per vak wordt als volgt berekend:
Voor vakken met een praktische opdracht:
het gewogen gemiddelde van de toetsen (de proefwerken en de tentamens e.d.) wordt afgerond op 1
decimaal. (Een 5,45 wordt dus een 5,5) Ook het gemiddelde van de praktische opdrachten wordt op 1
decimaal afgerond.
Ten slotte worden deze twee cijfers gemiddeld met voor de meeste vakken de gewichten 80% voor het
gemiddelde van de toetsen en 20% voor het gemiddelde van de praktische opdrachten. Zie voor de
uitzonderingen van de percentages onder punt 3a. Dit gemiddelde wordt afgerond op gehelen (een 5,45
wordt dus een 5) en vormt het z.g.n. overgangscijfer.
Voor vakken zonder een praktische opdracht:
het gemiddelde van de toetsen wordt direct afgerond op gehelen en een 5,49 wordt dus een 5.
Voor vakken die dit jaar afsluiten en die alleen een schoolexamen kennen, geldt dat een eindgemiddelde
van 5,49 een 5,4 en dus een 5 wordt.
De stand van zaken gedurende het leerjaar wordt aan de hand van een voortschrijdend gemiddelde
bekendgemaakt via cijferkaarten en rapporten (het voortgangsdossier).
b. De overgangsregeling is gelijk aan de slaag/zakregeling (examennorm). Deze luidt:
De leerling die eindexamen VWO heeft afgelegd is geslaagd als hij voldoet aan de door de minister
vastgestelde normen:
alle eindcijfers 6 of hoger zijn
er één 5 is en alle overige cijfers 6 of hoger zijn
er één 4 is en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn en het gemiddelde van de cijfers minimaal een 6,0 is
7

er twee vijven zijn of één 5 en één 4 en alle overige eindcijfers 6 of hoger zijn en het gemiddelde van de
cijfers minimaal een 6,0 is
bovendien moeten LO en CKV voldoende of goed zijn afgesloten.
14. Onregelmatigheden
Indien een leerling zich ten aanzien van enig deel van het schoolexamen aan enige onregelmatigheid
schuldig heeft gemaakt, zal de schoolleiding maatregelen nemen zoals hierboven en in het
examenreglement zijn genoemd.
15. Onvoorzien
In gevallen waarin dit programma van toetsing en afsluiting niet voorziet, beslist de directie van onze
scholengemeenschap.
Lijst van gebruikte afkortingen:
CSE= centraal schriftelijk eindexamen
ED= examendossier
h = handelingsdeel
m = mondeling
p = proefwerk
po = praktische opdracht
pr = praktisch
s = schriftelijk
SE = schoolexamen
sem = semester
so = schriftelijke overhoring
slu = studielasturen
t = tentamen
v = verslag
ws = werkstuk
8

Aardrijkskunde
4 – vwo
methode: De Geo
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Arm en Rijk: H1 p s 1 50' 42 ja
Arm en Rijk: H2 p s 1 50' 51 ja
Arm en Rijk H1 t/m H2 t s 2 100' 1/2 ja
Posterpresentatie over een van de po s 20
43/48 ja
onderwerpen v/h ak programma
%
Arm en Rijk H3 + Klimaatvraagstukken
H1
p s 1 50' 10 ja
Klimaatvraagstukken H2 + H3 p s 1 50' 18 ja
Atlas gebruik p s 1 50’ 20 nee
Klimaatvraagstukken H1 t/m H3 t s 2 100’ 23/24 ja
Biologie
4 – vwo
methode: Biologie voor jou, vwo 4
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Thema 1 theoretische toets so s 1/2 50’ * Ja
Thema 1 prakticum toets (microscopie
en/of osmose/diffusie)
so s/p 1/2 150’ 42 Ja
Thema 1 p s 1 50' 44 ja
Thema 2 p s 1 50' 48 ja
Thema 3 p s 1 50' 51 ja
Thema 1, 2 & 3 t s 2 100' 1/2 ja
Thema 3/4 theoretische toets so s 1/2 50’ * ja
Thema 4 + deel Th3 p s 1 50' 11 ja
Thema 5 p s 1 50’ 15/16 ja
PO po s 600' Uiterlijk 16 ja
Thema 6 p s 1 50’ 21 ja
Gedragsonderzoek so s/p 1/2 22 ja
Thema 4, 5 & 6 + deel Th3 t s 2 100' 23/24 ja
So Thema 1 en practicum toets cijfer worden samengevoegd tot één cijfer.
So Thema 3/4 en gedragsonderzoek cijfer worden samengevoegd tot één cijfer.
9

Culturele en Kunstzinnige Vorming 1
4 vwo
In vijf workshops worden verschillende beeldende disciplines aangeboden. Elke workshop heeft zijn eigen
thema. Naast de workshops volgen de leerlingen ook theorie, waarin ze kennis opdoen van kunst en cultuur.
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Overzicht geven van je culturele niveau
bij aanvang schooljaar
( cultureel zelfportret)
Blok 1:
h pr 50 38 ja
- workshop h pr 300 42 ja
- verdiepingsopdrachten bij thema h s 50 42 ja
- culturele activiteit 1/2 h i.o ja
- inleveren verslag culturele activiteit
1/2
Blok 2:
h s 50 44 ja
- workshop h pr 300 50 ja
- verdiepingsopdrachten bij thema h s 50 50 ja
- culturele activiteit 3/4 h i.o ja
- inleveren verslag culturele activiteit
3/4
Blok 3:
h s 50 1 ja
- workshop h pr 300 7 ja
- verdiepingsopdrachten bij thema h s 50 7 ja
- culturele activiteit 5/6 h i.o. ja
- inleveren verslag culturele activiteit
5/6
h s 50 9 ja
Blok 4:
- workshop h pr 300 15 ja
- verdiepingsopdrachten bij thema h s 50 15 ja
- culturele activiteit 7/8 h i.o. ja
- inleveren verslag culturele activiteit
7/8
Blok 5:
h s 50 20 ja
- workshop h pr 300 21 ja
- verdiepingsopdrachten bij thema h s 50 21 ja
- Reflectie opdracht leerproces CKV h pr 150 21 ja
leerlingen 4V TTO volgen de verschillende workshops in het Nederlands.
Zij krijgen vaktheorie in het Engels en schrijven ook de verslagen in het Engels.
Duits
4 – vwo
methode: Na klar!
Idioom
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Hoofdstuk 1, 2 en 3
Tekstanalyse en tekstbegripleesvaardigheid
Idioom
p s 3 50’ 44 nee
10

Hoofdstuk 1, 2 en 3
Tekstanalyse en tekstbegripleesvaardigheid
Hoofdstuk 4, 5 en 6
Tekstanalyse en tekstbegripleesvaardigheid
Idioom
Hoofdstuk 4, 5 en 6
Tekstanalyse en tekstbegrip-
Leesvaardigheid
t s 3 100’ 2/3 nee
p s 3 50’ 13 nee
t s 3 100’ 25/26 nee
Hoofdstuk 1,2 en 3
luistervaardigheid
p l 2 50' 42 nee
Hoofdstuk 1,2 en 3
schrijfvaardigheid informele brief
p s 2 50’ 49 nee
Hoofdstuk 1,2 en 3
gespreksvaardigheid
p m 2 ± 10’ 2/3 nee
Hoofdstuk 4,5 en 6
luistervaardigheid
p l 2 50’ 13 nee
Hoofdstuk 4,5 en 6
schrijfvaardigheid formele brief
p s 2 50’ 20 nee
Literatuur(opdrachten) p s 1 50’ 22 ja
Hoofdstuk 4,5 en 6
gespreksvaardigheid
p m 2 ± 10’ 25/26 nee
Economie
4 – vwo
methode: LWEO
leerstofomschrijving soort wij
ze
wg duur week ED
Katern 1, “Welvaart “ Hoofdstuk 1 en 2 p s 1 50' 40 nee
Katern 1, “Welvaart“ Hoofdstuk 3 en 4 p s 1 50' 46 nee
Katern 1, “Welvaart” Hoofdstuk 5 p s 1 50’ 50 Nee
Katern 1, “Welvaart” t s 3 100’ 1 / 2 nee
Katern 2, “Vraag en aanbod” Hoofdstuk
1 en 2
p s 1 50' 9 nee
Katern 2, “Vraag en aanbod” Hoofdstuk
3 en 4
p s 1 50' 14 nee
Katern 2, “Vraag en aanbod” Hoofdstuk
5
p s 1 50 ‘20 nee
Katern 1 “De Nederlandse economie”
Hoofdstuk 4
Katern 2 “Consumenten en
producenten” Hoofdstuk 1 + 2
t s 3 100’ 22 nee
Er kan 1 repetitie worden vervangen door een werkstuk of presentatie
Engels
4-vwo
Methode: Milestones 2e ed. + Writing Grammar
11

leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
GEVH 1: Gespreksvaardigheid 1 P1 m 2 15’ 41 nee
KLT 1: Kijk- en luistervaardigheid 1 P2 s 2 50’ 47 nee
SCVH 1: Schrijfvaardigheid 1 (opstel) P3 s 2 50’ 50 nee
ID 1: Idioomtoets 1 P4 s 1 15’ 44 nee
ID 2: Idioomtoets 2 P5 s 1 15’ 5 nee
GR 1: Grammaticatoets 1 P6 s 1 30’ 45 nee
GR 2: Grammaticatoets 2 P7 s 1 30’ 4 nee
TENTAMEN 1: ALLE behandelde stof uit
StSt. K1/ K2 ( incl. wrd.lijsten! )
T1 s 6 100’ 1 / 2 nee
GEVH 2: Gespreksvaardigheid 2 P8 m 2 15’ 7 nee
KLT 2: Kijk- en luistervaardigheid 2 P9 s 2 50’ 11 nee
SCVH 2: Schrijfvaardigheid 2 (brief) P10 s 2 50’ 16 nee
ID 3: Idioomtoets 3 P11 s 1 15’ 13 nee
ID 4: Idioomtoetsen 4 P12 s 1 15’ 20 nee
GR 3: Grammaticatoets 3 P13 s 1 30’ 10 nee
GR4: Grammaticatoets 4 P14 s 1 30’ 14 nee
TENTAMEN 2: ALLE behandelde stof uit
St.St. K2/K3 ( incl. wrd.lijsten! )
T2 s 6 100’ 22 nee
LD1, LD2, LD3: Leesdossiers H s - - 46/ 3/ 9 ja
Opmerking: de weging van tentamen is even zwaar als die van gespreksvaardigheid, kijk- en luistervaardigheid en
schrijfvaardigheid samen
Overgangscijfer = totaal van de cijfers gedeeld door 32 ( zie weging hierboven )
English
4VWO pre-IBO A2 language course
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
A history of English literature P1 s 1 50’ 42 nee
Interactive oral, Pride of Baghdad P2 m 1 15’ 48 nee
A Thousand Splendid Suns P3 s 1 50’ 51 nee
TENTAMEN 1: Essay writing T1 s 3 100’ 1/2 nee
A Midsummer Night’s Dream P4 m/v 1 15’ 10 nee
Wuthering Heights P5 s 1 50’ 16 nee
Individual oral P6 m 1 15’ 21 nee
TENTAMEN 2: Comparative commentary T2 s 3 100’ 24 nee
Opmerking: Wijzigingen in het programma kunnen noodzakelijk zijn, in het geval het IBO haar eisen anders stelt.
Overgangscijfer: totaal van de cijfers gedeeld door 12 ( zie weging hier boven )
Frans
4 – vwo
methode: Libre Service (2 e editie)
12

leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Luistervaardigheid 1
+ idioom/gramm
P S 1 50' 41 Nee
Schrijfvaardigheid 1
+ idioom/gramm
P S 1 50’ 46 Nee
Spreekvaardigheid 1 P M 1 10’ 49 Nee
Literatuur
(tijdens spreekvh werken aan
literatuuropdrachten)
W S 1 100’ 49 Ja
Leesvaardigheid 1
+ idioom/gramm
T S 2 100' 2/3 Nee
Luistervaardigheid 2
+ idioom/gramm
P S 1 50’ 8 Nee
Schrijfvaardigheid 2
+ idioom/gramm
P S 1 50’ 20 Nee
Leesvaardigheid 2 +
idioom/gramm
T S 2 100' 25/26 Nee
Global Economics
4 – vwo
leerstofomschrijving soort wij
ze
wg duur week ED
Introduction to the ‘international arena’ p s 2 50' 13 nee
Paper global economics p s 2 21 nee
Grieks
4 – vwo
methode: Pallas deel 2 en 3
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Pallas deel 2 Les 21-24 p s 1 50’ 41 nee
Pallas deel 2 Les 25-28 p s 1 50’ 50 nee
Pallas deel 2 Les 22-28 t s 2 100’ 1/2 nee
Pallas deel 3 Hst. 1 p s 1 50’ 11 nee
Pallas deel 3 Hst. 2 + 3 p s 1 50’ 21 nee
Pallas deel 3 Hst. 1-3 t s 2 100’ 23/24 nee
Geschiedenis
4 – vwo
methode: Feniks
Leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Historisch besef
p s 1 50’ 38 nee
tijdvak 1: Jagers en Boeren
(+ tijdvakdossier inleveren 1)
tijdvak 2: Grieken en Romeinen
(+ tijdvakdossier inleveren 2)
p s 1 50’ 42 nee
p s 1 50’ 50 nee
13

Historisch besef + tijdvak 1 + 2
Beroepsoriëntatie
Opstel, interview of werkstukje
tijdvak 3: Monniken en Ridders
tijdvak 4: Steden en Staten
(+ tijdvakdossier inleveren 3 +4)
tijdvak 5: Ontdekkers en Hervormers
tijdvak 6: Regenten en Vorsten
(+ inleveren tijdvakdossier 5 + 6)
TOETS tijdvakken 1-6 en
& historisch besef
t s 2 100’ 1/2 ja
v s 1 300’ 7 nee
p s 1 50’ 12 nee
p s 1 50’ 16 nee
ws s 1 600’ 21 nee
t s 2 100’ 23/24 ja
*inleveren tijdvakdossiers en werkstukken: bij niet inleveren cijfer 1,0 en bij te laat inleveren minus 0.2 punten
per dag te laat
** becijfering normale toetsen (dus geen tentamens): tijdvakdossiers 1/3 e , schriftelijke toets 2/3 e cijfer
Klassieke Culturele Vorming
4 – vwo
methode: Synopsis
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Thema I: Goden ws s 1 - 41 ja
Thema II: Receptie van de oudheid ws s 2 - 50 ja
Thema III:Rome presentatie po m 1 16 ja
Thema IV: Rome werkstuk ws s 2 - 16/17 ja
Thema V Tragedie Medea v s 1 - 20 ja
Thema V Tragedie Medea ws v 1 - 23 ja
Kunst
4 – vwo
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Kunst Beeldend: gemengde techniek t prakti
sch
2 36-42 ja
Kunst Beeldend: grafische techniek t prakti
sch
2 44-51 ja
Kunst Beeldend: schilderen, stromingen t prakti
sch
2 03-15 ja
Kunst Beeldend: ruimtelijk ontwerpen t prakti
sch
2 16-21 ja
Tentamen: stromingen 19 de eeuw t s 1 100’ 1/2 nee
14

Tentamen: stromingen 20 ste eeuw
t s 2 100’ 22 nee
Vakexcursie dag 41
Bij de praktijkopdrachten worden het proces en de verslaglegging van dit proces mee beoordeeld.
De schetsen wegen 30 %, het verslag/logboek 20 % en het eindwerk 50%.
Het praktische werk en de bijlagen worden in de afgesproken week ingeleverd met vrijdag als uiterste
inleverdatum. Elke werkdag dat een praktische opdracht te laat wordt ingeleverd, wordt er 0,5 punt
afgetrokken.
Latijn
4 – vwo
methode: Via Nova 2+3
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Via Nova Les 20 t/m 23 p s 1 50’ 42 nee
Via Nova Les 24 t/m 26 p s 1 50’ 51 nee
Via Nova Les 20 t/m 26 t s 2 100’ 1/2 nee
Via Nova 3 hfst. 7 Ovidius Pyramus &
Thisbe
p s 1 50’ 12 nee
Via Nova 3 hfst. 6 Ovidus Midas p s 1 50’ 21 nee
Via Nova 3 hfst. 6+7 Ovidius t s 2 100’ 23/24 nee
Gewijzigd door VELK en HEEB
Lichamelijke Opvoeding
4-vwo
handelingsdelen
lesonderdelen soort wijze wg aantal weken ED
Spel buiten (softbal, voetbal, hockey,
flagfootball)
h pr 1 8 ja.
Terugslagspelen binnen (badminton,
volleybal)
h pr 1 6 ja
Balspelen binnen (handbal, voetbal,
hockey, basketbal, trefbal)
h pr 1 8 ja
Atletiek buiten (speerwerpen,
loopvormen)
h pr 1 3 ja
Atletiek binnen (afstand-hoogtesprong,
diverse loopvormen)
h pr 1 3 ja
Turnen (springen, zwaaien, klimmen,
draaien en vloeronderdelen)
h pr 1 4 ja
Zelfverdediging (judo- en boksvormen) h pr 1 2 ja
B&M (aérobics en streetdance)
*Opmerkingen:
h pr 1 2 ja
Bij de beoordeling van de handelingsdelen wordt gelet op inzet, theoretische kennis, aanwezigheid, sociale
vaardigheden en prestaties binnen ieder handelingsdeel.
Bij een langdurige blessure wordt er een vervangende opdracht gegeven in overleg met jouw docent LO.
Per periode eerste keer kleding vergeten wordt genoteerd, bij de tweede keer moet je binnen twee weken een
lesuur LO inhalen. Alle keren daarna geldt dezelfde regel. (Het lesjaar bestaat uit twee perioden: zomer tot kerst
en kerst tot zomer.)
15

Loopbaanoriëntatie en –begeleiding (LOB)
In de Tweede Fase krijg je een aantal studielasturen (SLU) voor loopbaanoriëntatie
en -begeleiding (LOB). Het is de bedoeling dat je je In de bovenbouw bezighoudt
met het zoeken naar een voor jou geschikte vervolgstudie of passend beroep, je
LOOPBAAN dus. De school zorgt voor BEGELEIDING door mentoren en decanen.
Het aantal verplichte SLU voor LOB is vastgesteld op 40. Je mag daar leerjaar 4, 5
en 6 van de VWO-opleiding voor gebruiken. Voordat je begint aan je centraal
examen moet je aan de eis van 40 SLU voor LOB voldaan hebben.
Je krijgt van je decaan een LOB-activiteitenlijst met de toegekende SLU per
activiteit. Wat je wilt gaan ondernemen, bespreek je vooraf met je decaan of je
mentor. Je mag alleen met toestemming van de decaan en de schoolleiding lessen
verzuimen. Na de activiteit meld je je wederom met een verslag bij je mentor of je
decaan. Dan worden op school de SLU geregistreerd. Administreer ook zelf je
activiteiten. Verslagmodellen kun je van tevoren halen bij de decanen. Maak van
ieder verslag een kopie en bewaar die in je toekomstdossier.
Management en Organisatie
4 – vwo
methode: In Balans
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Hoofdstuk 1 en 2 p s 1 50' 41 nee
Hoofdstuk 3 p s 1 50' 47 nee
Hoofdstuk 1 t/m 8 t s 2 100' 1/2 nee
Hoofdstuk 9, 10 en 11 p s 1 50' 12 nee
Hoofdstuk 12, 13 en 14 p s 1 50’ 19 of 20 nee
Hoofdstuk 9 t/m 15 t s 2 100’ 22 nee
Natuurkunde
4 – vwo
methode: 3e editie van Newton deel 1
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
H1 Experimenteel Onderzoek p s 1 50' 39 ja
H2 Elektrische schakelingen p s 1 50' 44 ja
H3 Optica p s 1 50’ 48 ja
H4 Statica p s 1 50’ 51 ja
H1,H2,H3,H4 t s 2 100’ 1/2 Ja
H5 Arbeid en energie p s 1 50' 6 ja
H6 Kracht en beweging p s 1 50’ 11 ja
H7 Warmte en energie p s 1 50’ 16 ja
H8 Meet-,stuur-,regelsystemen p s 1 50’ 22 ja
H5, H6,H7,H8 t s 2 100' 24 ja
gemiddeld cijfer praktica po i.o. ja
Ontwerpopdracht TO po i.o. ja
16

Nederlands
4 – vwo
methode: Nieuw Nederlands (NN) en Eldorado (Eld)
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
“Spellen” (NN) p s 1 50' 41 nee
Verhaalanalyse (Eld afd 1, hfd 1,3) p s 1 50' 46 nee
Verwerkingsopdracht boek 1 s 40’ 48 ja
“De brief” (NN) p s 1 50’ 50 nee
“Tekstbegrip 1,2” (NN) t s 2 100' 1,2 nee
Verwerkingsopdracht boek 2 s 40’ 7 ja
“Formuleren”(NN) p s 1 50’ 12 nee
Verwerkingsopdracht boek 3 s 40' 14 ja
“Argumenteren” (NN) p s 1 50’ 16 nee
Schrijfopdracht: onderwerp van
s 50' vanaf nee
spreekbeurt
week 14
Spreekbeurt “De (betogende)
p m 1 10' vanaf nee
voordracht” (NN)
week 14
Verwerkingsopdracht boek 4 s 40’ 20 ja
Schrijfopdracht “Het betoog 1,2” (NN) t s 2 150' 23 nee
Natuur, Leven en Technologie (NLT)
4 – vwo
methode: interdisciplinaire modules, gecertificeerd door stuurgroep NLT
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Module 1 Forensische technieken p s 1 50 46 ja
Idem d s 1 46 ja
Module 2 Melkwegstelsels p s 1 50 6 ja
Idem d s 1 6 ja
Module 3 Dyn.mod./Med.bld. p s 1 50 16 ja
Idem d s 1 16 ja
Module 4 Klimaatverandering p s 1 50 24 Ja
idem d s 1 24 ja
De beheersing van de inhoud van de modules wordt getoetst d.m.v
- dossiers waarin uitgewerkte opdrachten en beschrijvingen van eigen onderzoek
- toetsing van praktische vaardigheden zoals een presentatie
- schriftelijke toetsen
Scheikunde
4 – vwo
methode: Chemie Overal
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Hoofdstuk 1 p s 1 50' 40 nee
Hoofdstuk 3 p s 1 50' 45 nee
Hoofdstuk 2, 3 en 4 p s 1 50' 49 nee
Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4 t s 2 100' 2 nee
17

Hoofdstuk 4 en 5 p s 1 50' 4 nee
Hoofdstuk 6 en 7 p s 1 50' 12 nee
Hoofdstuk 8 p s 1 50' 21 nee
Hoofdstuk 4, 5, 6, 7 en 8 t s 2 100’ 24 nee
practicum per hoofdstuk hd p/v nee
practicum met proeven uit hoofdstuk 1
en/of 2 en/of 3 en/of 4 en/of 5
po p/v 2 50’ 4 ja
practicum met proeven uit hoofdstuk 2
en/of 3 en/of 4 en/of 7 en/of 8
po p/v 4 150’ 15 ja
Wiskunde A /C
4 – vwo
methode: Getal en ruimte
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Vwo A/C deel 1
Hoofdstuk 1 Combinatoriek
p s 1 50' 40 nee
Vwo A/C deel 1
Hoofdstuk 2 Functies en grafieken
p s 1 50' 45 nee
Vwo A/C deel 1
Hoofdstuk 3 Beschrijvende statistiek
p s 1 50' 50 nee
Vwo A/C deel 1
Hoofdstuk 4 Het kansbegrip
p s 1 50' 6 nee
Vwo A/C deel 2
Hoofdstuk 5 Machten en exponenten
p s 1 50' 14 nee
Vwo A/C deel 2
Hoofdstuk 6 Kansrekening
p s 1 50' 21 nee
deeltoetsen wiskundige vaardigheden p s 1 nee
Wiskunde B
4 – vwo
methode: Getal en ruimte
cursus: 2009/2010
leerstofomschrijving soort wijze wg duur week ED
Vwo B deel 1
Hoofdstuk 1 Vergelijkingen en
ongelijkheden
p s 1 50' 40 nee
Vwo B deel 1
Hoofdstuk 2 Functies en grafieken
p s 1 50' 45 nee
Vwo B deel 1
Hoofdstuk 3 De afgeleide functie
p s 1 50' 50 nee
Vwo B deel 1
Hoofdstuk 4 Algebra en meetkunde
p s 1 50' 6 nee
Vwo B deel 2
Hoofdstuk 5 Exponenten en logaritmen
p s 1 50' 14 nee
Vwo B deel 2
Hoofdstuk 6 Goniometrische functies
p s 1 50' 21 nee
deeltoetsen wiskundige vaardigheden p s 1 nee
18